Waeco mobitronic RV-400SC Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

3
1
2
3
4
5
6
Nicht öffnen
Do not open
7
Nicht ziehen
Do not pull
8
9
A
a
b
c
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 3
97
NL
Inhoudsopgave
Titel Pagina
Afbeeldingen bij de montagehandleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-16
Inhoudsopgave . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
Aanwijzingen voor gebruik van de montagehandleiding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
Veiligheids- en montageaanwijzingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 98-99
Benodigd gereedschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100
Leveringsomvang. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100-101
Toebehoren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 102
Functiebeschrijving van de camera . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 102
Functiebeschrijving van de monitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 102
Montage van de monitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 103-104
Montage van de buitencamera. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 104-106
Handleiding RV-AMP/2. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 107-108
Kabelaanleg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 108-110
Instelling en functiecontrole. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 110
Instelling van de camera . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 111
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 111
Aanwijzingen voor het gebruik van de montagehandleiding
Waarschuwing! Veiligheidswaarschuwing:
Veronachtzaming kan tot schade aan personen en materialen leiden.
Let op! Veiligheidswaarschuwing:
Veronachtzaming leidt tot materiële schade en heeft een negatieve invloed op
het functioneren van het achteruitrij-systeem RV-400SC.
De ruit staat voor montagestappen, die u uit moet voeren.
Om de montage probleemloos te laten verlopen, deze montagehandleiding en bedie-
ningshandleiding voor het begin van de montage doorlezen.
Mocht de handleiding niet op al uw vragen antwoord geven of mochten sommige monta-
gestappen u niet duidelijk zijn, leg uw vraag dan beslist voor aan onze technische dienst.
Waeco Benelux B.V.
NL-4700 BL Roosendaal
Postbus 1461 · Ettenseweg 60
phone: +31-1 65/58 67 00 · +31-1 65/55 55 52
Internet: http://www.waeco.com
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 97
98
Veiligheids- en montageaanwijzingen
Waarschuwing! Ontoereikende kabelverbindingen kunnen tot gevolg hebben,
dat door kortsluiting:
– kabelbrand ontstaat
– de airbag geactiveerd wordt
– elektronische besturingsinrichtingen beschadigd worden
– elektrische functies (knipperlicht, remlicht, claxon, ontsteking, verlichting)
uitvallen
Neem daarom de volgende aanwijzingen in acht:
Bij werkzaamheden aan de bekabeling van het voertuig gelden de volgende
klemaanduidingen:
30 (Ingang vanaf plus van accu, direct),
15 (Geschakelde plus, na de accu)
31 (Teruggeleiding vanaf accu, massa)
58 (Achteruitrijlicht)
De veiligste manier van verbinden is die, waarbij de kabeluiteinden aan elkaar worden
gesoldeerd en ze daarna worden geïsoleerd.
Bij verbindingen die weer losgemaakt moeten kunnen worden alleen geïsoleerde kabel-
schoenen, stekers en vlakstekerhulzen gebruiken. Geen lusterklemmen gebruiken (zie I).
Voor het verbinden van kabels met kabelschoenen, stekers en vlakstekerhulzen een
krimptang gebruiken.
Bij kabelaansluitingen aan 31 (massa):
de kabel met kabelschoen en getande borgring aan een voertuigeigen massaschroef
schroeven of met kabelschoen, plaatschroef en getande borgring aan de
carrosseriebeplating vastschroeven.
Let op een goede massaverbinding!
Waarschuwing! Vanwege kortsluitingsgevaar altijd de klem van de minpool van
de accu verwijderen, voordat werkzaamheden aan de elektrische bedrading van
het voertuig worden uitgevoerd.
Bij voertuigen met extra accu ook daar de klem van de minpool verwijderen.
Let op! Bij het loshalen van de minpool van de accu gaan alle opgeslagen vluchtige
gegevens van de comfortelektronica verloren.
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 98
Veiligheids- en montageaanwijzingen
De volgende gegevens moeten, afhankelijk van de uitrusting van het voertuig,
opnieuw worden ingegeven:
radiocode · voertuigklok · tijdschakelklok · boordcomputer · zitpositie
Aanwijzingen voor de instelling kunt u in de desbetreffende gebruikshandleiding nalezen.
Waarschuwing! In het voertuig gemonteerde delen van het achteruitrij-
videosysteem RV-400SC moeten zo bevestigd worden, dat deze onder geen
enkele omstandigheid (sterk afremmen, verkeersongeluk) los kunnen raken en
dan tot verwonding van de inzittenden kunnen leiden.
De monitor niet in de bewegingsruimte voor het hoofd monteren.
Let er bij het plaatsen van de monitor op, dat deze niet in het werkbereik van
een AIRBAG wordt gemonteerd. Anders bestaat bij activering gevaar voor ver-
wondingen. De monitor niet in de bewegingsruimte voor het hoofd monteren.
Let op! Voor het controleren van de spanning in de elektrische bedrading mag
alleen een LED-testlamp (zie A 1) of een voltmeter (zie A 2) worden gebruikt.
Testlampen (zie A 3) met een gloeilichaam nemen te hoge stromen op en de
voertuigelektronica kan beschadigd raken.
Let op! Zorg, om schade te vermijden, voor voldoende vrije ruimte voor het
doorschieten van de boor (zie A 4). Ieder boorgat afbramen en met
roestbeschermingsmiddel behandelen.
Let op! Let er bij het aanleggen van de elektrische aansluitingen op dat deze:
1. niet sterk geknikt en verdraaid worden (zie A 5a)
2. niet langs randen schuren (zie A 5b)
3. niet zonder bescherming door scherpgekante doorvoeringen worden
aangelegd (zie A 5c).
De camera is waterdicht. De afdichtingen zijn echter niet bestand tegen een hogedrukrei-
niger (zie A 6).
Open de apparatuur niet, daar dit de afdichting en de functionaliteit negatief beïnvloedt
(zie A 7).
Trek niet aan de kabels, omdat dit de afdichting en de functionaliteit van de camera
nadelig kan beïnvloeden (zie A 8).
De camera is niet geschikt voor gebruik onder water (zie A 9).
Let op: De stekerverbinding aan de camera is niet tegen vocht beschermd.
Dicht deze verbinding beslist met het meegeleverde afdichtband af, om
beschadiging te voorkomen.
TIP: Om corrosie in de stekker te minimalisieren, adviseren wij een beetje vet
(bivoorbeeld accupoolvet) in een van de stekkers te doen.
99
NL
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 99
Benodigd gereedschap
Voor inbouw en montage zijn nodig:
– meetlat (zie B 1) – boormachine (zie B 5)
– centerpons (zie B 2) – schroevendraaier (zie B 6)
– hamer (zie B 3) – moersleutel (zie B 7)
– boren (zie B 4)
Voor de elektrische aansluiting en de controle zijn benodigd:
– LED-testlamp (zie B 8) – krimphuls
– of voltmeter (zie B 9) – heteluchtföhn (zie B 12)
– krimptang (zie B 10) – soldeerbout (zie B 13)
– isolatieband (zie B 11) – soldeertin (zie B 14)
Afhankelijk van de individuele montage-omstandigheden hebt u eventueel voor het beve-
stigen van camera en monitor nog andere schroeven, moeren, borgringen, plaatschroe-
ven en kabelbinders nodig dan in de levering zijn inbegrepen.
Leveringsomvang
Nr. Aantal Omschrijving
1 1 Monitor-kit RV-54/M (zie C)
1.1 1 Monitor RV-54/M
1.2 1 Monitorvoet
1.3 1 Set kabelaansluitingen
1.4 1 Zonnekap
2 1 Camera-kit voor RV-20/M (zie C)
2.1 1 Camera
2.2 1 Camerahouder
2.3 1 Camerabeschermkap
2.4 1 Verbindingskabel 20 m
2.5 1 Isolatieplaat
2.6 4 Isolatiehuls
3 1 Montageset (zie C)
3.1 4 Schroeven M 4 x 9 mm
(bev. camera)
3.2 3 Platschroeven M 5 x 9 mm (bev. monitorbeugel)
3.3 2 Schroeven M 5 x 20 mm (bev. camerabeugel)
3.4 2 Schroeven met verzonken kop M 3 x 4 mm (bev. camerabeschermkap)
3.5 2 Moeren M 5 mm
3.6 2 Plaatschroeven M 5 x 20 mm
3.7 2 Kabelomhulling
3.8 2 Verdeelstekers
3.9 10 Kabelbinders
100
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 100
101
NL
Leveringsomvang
4 1 Schakelbox RV-AMP/2
4.1 1 RV-AMP/2
4.2 1 Monitorkabel ca. 3 m
Technische wijzigingen voorbehouden!
Toebehoren
De volgende artikelen zijn als extra leverbaar
Omschrijving Artikel-nr.
Verlengingskabel 5 m RV-505
Verlengingskabel 8 m RV-508
Verlengingskabel 20 m RV-520
Verlengingskabel 20 m RV-107IV
Verlengingskabel 20 m RV-120M
Spiraalkabel voor aanhanger RV-100-SPK
Adapterkabel RV-60
Adapterkabel RV-61
Zwanenhalsbeugel voor monitor RV-500-SH
Camera z/w RV-24
Kleurencamera RV-27
Hoekanker voor monitorconsole Monhol/1
Diverse voertuigspecifieke monitorconsoles (op aanvraag)
Technische veranderingen en leverbaarheid voorbehouden!
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 101
102
Functiebeschrijving van de camera
(zie D)
1 Camerabeschermkap
2 6-polige aansluitkabel
3 Automatische zonneklep
4 Camerahouder
Functiebeschrijving van de monitor
Voorzijde (zie E)
1 Bedrijfsschakelaar (Power)
2 Dag-/nachtschakeling
3 Keuzeschakelaar camera-/AV-gebruik
4 Keuzeschakelaar en aanduiding camera 1 of 2
5 In-/Uit-schakelaar (De cameraverwarming is steeds geactiveerd.
Indien het systeem langere tijd niet gebruikt wordt: hoofdschakelaar op OFF).
Achterzijde (zie E)
6 Geluidsregeling
7 Kleurinstelling
8 Helderheid
9 Videoingang (AV)
10 12 V – 24 V spanningsverzorging
11 Stuuringang (S/BY) voor het automatisch inschakelen van de RV-400SC.
Sluit de kabel aan op de pluskabel van de achteruitrijlamp.
12 Camera-ingangen 1 en 2
13 Keuzeschakelaar spiegelbeeld/normaal beeld
(functieloos bi RV-400SC)
14 Montagerail voor de monitorvoet
15 Luidspreker
Waarschuwing! De plaats voor de monitor moet zo worden gekozen, dat onder
geen enkele omstandigheid (door sterk afremmen, verkeersongeluk) inzittenden
gewond kunnen raken.
De monitor mag zeker niet het zicht belemmeren bij het rijden (zie F 1).
De monitor niet in de bewegingsruimte voor het hoofd monteren.
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 102
103
NL
Montage van de monitor
Algemene montage-instructies!
Voordat u de monitor aanbrengt, rekening houden met de volgende punten:
– Monitorbeugel aan de monitor schroeven
– Monitor met de aangebrachte beugel en voet plaatsen, om uit te proberen
– Let er bij de keuze van deze plaats op, dat u onbelemmerd zicht op de monitor hebt
(zie G 2 en G 3).
– Der montageplaats moet vlak zijn.
– Controleer vóór de definitieve montage, of er ook onder de montageplaats voldoende
vrije ruimte is voor het aanbrengen van borgringen en moeren.
– Houd rekening met het gewicht van de monitor. Is een steviger constructie (grotere bor-
gringen of plaatjes) nodig?
– Is aanleg van de set aansluitkabels en de verbindingskabel naar de monitor mogelijk?
Voer voorafgaand aan de montage een functietest uit.
Op de voet bevindt zich zelfklevende folie, die op een vlakke en schone ondergrond vol-
doende grip biedt. Gebruik voor de zekerheid tevens de 3 meegeleverde schroeven. Boor
de vooraf gemarkeerde schroefgaten met een 2 mm-boor voor en schroef de voet vast.
De voet kan ook op enigszins gewelfde vlakken worden gemonteerd. De voetplaat is
enigszins buigbaar en kan qua vorm dus een beetje aangepast worden (zie G 5). Let er
bij de plaatsing van de monitor op dat deze niet in het werkingsbereik van een AIRBAG
wordt gemonteerd. Anders bestaat bij activering gevaar voor verwondingen.
Let erop dat het contactoppervlak tussen voetplaat en ondergrond zo groot mogelijk is.
Teken de omtrekken van de hoeken van de monitorvoet op het dashboard af.
Markeer de 3 boorplaatsen.
Het maken van een doorvoering voor de aansluitkabel van de monitor (zie G 4)
Gebruik voor de doorvoer van de aansluitkabels (zie G 4.2 en G 4.3) naar
mogelijkheid originele doorvoeringen of andere doorgeleidingsmogelijkheden,
zoals randen van de bekleding, ventilatieroosters of dummy-schakelaars. Zijn
geen doorvoeringen aanwezig, dan moet een gat van Ø 13 mm worden gebo-
ord (zie G 4.4). Bekijk vooraf of er genoeg vrije ruimte is voor het doorschieten
van de boor.
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 103
104
Montage van de monitor
Boor achter de monitor een gat met Ø 13 mm (zie G 4.4).
Alle in de plaat gemaakte boorgaten afbramen en van roestbeschermend middel voor-
zien.
Voorzie alle scherpgekante doorvoeringen van een doorvoertule.
Verbindingskabel in de bus “CA 1 of CA 2” en aansluitkabel in de bus “Power” steken.
Sluit de stuursignaal-kabel (S/BY) aan op de kabel van het achteruitrijlicht.
Leg de aansluitkabel en de verbindingskabel onder het dashboard aan. Let erop dat
de kabels niet gespannen staan.
Zet de monitor met de schroefdraadbus op de monitorhouder en zet de monitor met
de kartelschroef in de monitorhouder vast.
Benodigdheden voor het bevestigen van de monitor zie G 5.
Montage van de buitencamera
Let op! Mocht de in de voertuigpapieren vermelde voertuighoogte of -lengte
door het opbouwen van de camera veranderd zijn, dan moet een nieuwe keu-
ring door de bevoegde instanties (TÜV, DEKRA, etc.) plaatsvinden. Laat de
nieuwe keuringsgegevens door uw bevoegde instantie voor het wegverkeer in
de voertuigpapieren opnemen.
Waarschuwing! De plaats van de buitencamera moet zo worden gekozen en
deze moet zo veilig worden bevestigd, dat in de omgeving staande personen
onder geen enkele omstandigheid (door over het dak van het voertuig scham-
pende takken) verwond kunnen worden.
Omdat de buitencamera voor een goede beeldhoek op een hoogte van min-
stens 2 m aangebracht moet worden, moet er bij het bevestigen op gelet wor-
den dat de werkplek voldoende steun biedt.
Algemene montage-instructies!
Let, voordat u de buitencamera aanbrengt, op de volgende punten:
Voor een goede beeldhoek moet de buitencamera op een hoogte van minstens 2 m
worden aangebracht.
De plaats waar de buitencamera gemonteerd zal worden, moet voldoende stevigheid
bieden(bijvoorbeeld over het dak van het voertuig schampende takken kunnen vastra-
ken aan de camera).
De camera moet waterpas en in het midden aan de achterzijde van het voertuig wor-
den aangebracht.
Let op! Gebruik beslist de meegeleverde isolerende onderlaag en de isolatie-
hulzen (zie H 2 en H 3). Hierdoor worden door slechte massaverbindingen vero-
orzaakte lekstromen in het voertuig voorkomen. Deze lekstromen kunnen leiden
tot strepen in het monitorbeeld of brommen in de luidspreker, tot aan beschadi-
gingen toe.
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 104
105
NL
Montage van de buitencamera
Leg de camerakabel zo aan, dat u bij later eventueel noodzakelijke demontage van de
camera gemakkelijk bij de stekerverbinding tussen camera en verbindingskabel kunt. De
demontage wordt daardoor veel gemakkelijker.
De veiligste manier van bevestigen is m.b.v. door de opbouw heen gaande schroeven,
waarbij gelet moet worden op:
1. Is er achter de gekozen positie genoeg plaats voor het monteren?
2. Iedere doorgeleiding moet door passende maatregelen tegen binnendringend water
worden beschermd (bijv.door het plaatsen van de schroeven met afdichtingsmateriaal
en/of het bespuiten van de bevestigingsdelen buiten met afkitmiddel).
3. Biedt de opbouw op de plaats van bevestiging voldoende stevigheid om de camerah-
ouder er goed op vast te schroeven?
Bent u niet zeker over de door u gekozen plaats voor montage, win dan advies in bij de
fabrikant van de opbouw of diens vertegenwoordiging.
Houd de camerahouder op de gekozen montageplaats en markeer minstens 2 ver-
schillende boorplaatsen (zie H 1).
Bevestiging met plaatschroeven
Bevestiging met plaatschroeven mag alleen plaatsvinden in stalen platen met
een minimale dikte van 1,5 mm.
Bij het boren van gaten in platen moet op het volgende worden gelet:
Bepaal vooraf, of genoeg vrije ruimte voor het doorschieten van de boor beschikbaar
is.
Om weglopen van de boor te voorkomen, met hamer en centerpons putjes slaan.
Alle boorgaten afbramen en van roestbeschermingsmiddel voorzien.
Boor op de tevoren aangebrachte punten gaten met Ø 4 mm.
Plak de dubbelzijdig klevende isolatieplaat op de plaats waar de houder gemonteerd
zal worden. Deze ondergrond dient als afsluiting en bescherming voor de lak
(zie H 1 en H 2).
Camerahouder met de plaatschroeven 5 x 20 mm vastschroeven (zie H 2).
Benodigdheden voor de bevestiging met plaatschroeven zie H 3 – H 4.
Bevestiging met draadschroeven
Bij het boren van gaten moet op het volgende worden gelet:
Bepaal vooraf, of genoeg vrije ruimte voor het doorschieten van de boor beschikbaar
is.
Let er bij het aantrekken van de schroeven op dat de moer niet door de opbouw heen
getrokken kan worden (evt. grotere borgringen of platen gebruiken).
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 105
106
Montage van de buitencamera
Boor op de tevoren gemarkeerde punten gaten met Ø 5,5 mm.
Plak de dubbelzijdig klevende isolatieplaat op de plaats waar de houder gemonteerd
zal worden. Deze ondergrond dient als afsluiting en bescherming voor de lak
(zie H 1 en H 2).
De camerahouder met de draadschroeven M 5 x 20 mm of met langere draadschroe-
ven (afhankelijk van de stevigheid van de opbouw) vastschroeven.
Het maken van een doorvoering voor de aansluitkabel van de camera
Let op de aanwijzingen voor de kabelaanleg.
Voor de doorvoering van de aansluitkabel gebruikt u naar mogelijkheid beschik-
bare doorvoermogelijkheden, zoals bijvoorbeeld ventilatieroosters. Als geen
doorvoeringen beschikbaar zijn, dan moet een gat met Ø 13 mm worden gebo-
ord. Bepaal vooraf, of er genoeg vrije ruimte voor het doorschieten van de boor is.
Boor niet ver van de camera een gat met Ø 13 mm (zie H 4).
Alle in de plaat gemaakte boorgaten afbramen en van roestbeschermend middel voorzien.
Alle scherpgekante doorvoeringen van een doorvoertule voorzien.
Bevestiging van de beschermkap aan de camera
Monteer de camera nooit zonder de bijbehorende beschermkap. Gebruik voor
de montage van de camerabeschermkap alleen de schroeven M 3 x 4 mm (zie H
5). Langere schroeven beschadigen de camera.
Schuif de beschermkap zo over de camera, dat de inzinkingen die zich daarin bevin-
den boven de Ø M 3 mm schroefdraadgaten van de camera liggen. De andere twee
bevestigingsgaten moeten zich boven de Ø M 4 mm schroefdraadgaten bevinden.
Schroef de schroeven met verzonken kop M 3 x 4 mm in het Ø M 3 mm schroef-
draadgaten van de camera.
Om corrosie van de schroeven te minimaliseren, wordt aanbevolen het schroefdraad in te
vetten.
Benodigdheden voor het bevestigen van de camerabescherming zie H 5.
Bevestiging van de camera in de camerahouder
Gebruik voor het monteren van de camera alleen de schroeven M 4 x 9 mm.
Langere schroeven beschadigen de camera.
De camera in de camerahouder schuiven en zo in de juiste stand brengen, dat het
objectief een hoek van ca. 50° (zie H 6) met de loodlijn van het voertuig maakt.
Bevestig de camera losjes met de schroeven M 3 x 6 mm. De schroeven worden aan-
getrokken, zo gauw het richten van de camera met behulp van de monitor heeft
plaatsgevonden.
Om corrosie van de schroeven te minimaliseren, wordt aanbevolen het schroefdraad in te
vetten.
Benodigdheden voor het bevestigen van de camera zie H 6.
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 106
107
NL
Handleiding RV-AMP/2
Algemeen
RV-AMP/2 wordt gebruikt om een verbinding tot stand te brengen tussen camera RV-
20/M en monitor RV-54/M. De schakelbox zorgt voor een correcte spanningsverzorging
en levert het stuursignaal voor de door de motor aangedreven beschermklep van de
camera. De camera wordt bij inschakelen van de monitor of de achteruitversnelling geac-
tiveerd.
Leveringsomvang:
– Schakelbox met kabelset
– 3 m verbindingskabel 6 pins mini DIN
– montagemateriaal met kabelfixatie
– in-/uit-schakelaar met kabelset
– handleiding
Aansluiting/montage
RV-AMP/2 wordt montageklaar geleverd. Gaat u als volgt te werk (zie F).
Kies een montageplaats in de buurt van de monitor. Deze plaats moet beslist beschut zijn
tegen water — het beste onder het dashboard.
Er zijn 3 besturingskabels beschikbaar (1 t/m 3).
1. De zwarte kabel met vlakke steekschoen wordt met de wipschakelaar (art. -nr.
RV-AMP-SW (optie)) verbonden. Deze kabel is alleen bij gebruik van een tweede vide-
obron, zoals een DVD-speler, nodig.
Voor het monteren van de schakelaar maakt u een boorgat (ca. 20 mm) op een
geschikte plaats en verbindt u de zwarte kabel via de schakelaar met een +12 V-span-
ningsbron. Als u de spanning inschakelt, ontvangt RV-AMP/2 een stuursignaal, opent
zich de beschermklep van de camera en schakelt van bijvoorbeeld DVD-gebruik over
op cameragebruik.
2. De zwarte kabel met de ronde steekschoen dient als inschakelsignaal voor de monitor.
Verbind deze kabel met de betreffende bus van de signaalingang S/BY van de monitor.
Neem notitie van de paragraaf “Instelling”!
3. De groene kabel moet op de +-kabel van de achteruitrijlamp aangesloten worden. Bij
het inschakelen van de achteruitversnelling wordt RV-AMP/2 geactiveerd, wordt
camera RV-20/M van spanning voorzien, de klep geopend en wordt van GPS- op
cameragebruik overgeschakeld.
4. RV-AMP/2 heeft een voeding van 12 V nodig. Sluit de rode kabel (+12 V) en de bruine
kabel (massa) correct op een geschakelde spanningsvoeding (klem 15) aan.
5. Steek de meegeleverde grijze kabel vast in één van de met “Monitor” aangeduide
ingangen. De andere steker wordt met de monitor verbonden.
6. De zwarte kabel van de camera wordt vast in de met “Camera” aangeduide ingang
gestoken.
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 107
108
Handleiding RV-AMP/2
7. Instelling
RV-AMP/2 moet aan bepaalde aansluitvarianten worden aangepast. Voor dit doel treft
u twee kleine schakelaars (SWITCH 1 en 2) aan.
Schakelaar 1:
dient voor het spiegelen van het beeld. In de standaartoepassing als achteruitrijcamera
moet deze schakelaar op OFF staan. Het beeld wordt gespiegeld weergegeven.
Schakelaar 2:
In de standaardtoepassing met een camera moet deze schakelaar op ON staan. Zo
gauw de monitor ingeschakeld wordt, is ook de camera geactiveerd.
Bij gebruik van een tweede videobron, bijvoorbeeld een DVD-speler, moet schakelaar
2 op OFF staan, omdat anders de camera bij het inschakelen van de monitor wordt
geactiveerd. De camera wordt nu bij achteruit rijden via de groene kabel geactiveerd.
Schakelaarinstelling ON/OFF: zie pijl op de box/aanduiding op het schakelaarblok.
Kabelaanleg
Niet-vakkundige aanleg van kabels en kabelverbindingen leidt steeds weer tot
onjuist functioneren of beschadigingen van delen van de installatie.
Correcte aanleg en verbinding van kabels is basisvoorwaarde voor het
langdurig en foutloos functioneren van de uitbreidende componenten.
Let op de volgende punten:
Leg de kabels indien mogelijk altijd binnen in het voertuig aan, omdat ze daar beter
beschermd liggen dan buiten aan het voertuig. Mocht u de kabels desondanks buiten
het voertuig aanleggen, let er dan op dat ze veilig bevestigd worden (door extra kabel-
binders, isolatieband, enzovoort).
Om beschadigingen van de kabel te voorkomen, moet bij de aanleg van de kabels
steeds voldoende afstand tot warme en bewegende voertuigdelen (uitlaatpijpen, aand-
rijfassen, dynamo’s, ventilatoren, enzovoort) worden gehouden.
Iedere verbinding van de kabels (ook binnen in het voertuig) met een goede isolatie-
band dicht omwikkelen.
Let er bij het leggen van de kabels op, dat deze: 1) niet sterk geknikt en verdraaid
worden; 2) niet langs randen schuren; 3) niet zonder bescherming door scherpgerande
doorvoeringen worden aangelegd.
Iedere doorbreking van de buitenhuid van de carrosserie moet door passende maatre-
gelen tegen binnendringend water worden beschermd, bijv. door het afkitten van de
kabel en de doorvoertule met afdichtkit.
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 108
109
NL
Kabelaanleg
Let op: De stekerverbinding aan de camera is niet tegen vocht beschermd.
Dicht deze verbinding beslist met het meegeleverde afdichtband af, om
beschadiging te voorkomen.
TIP: Om corrosie in de steker te minimaliseren, adviseren wij een beetje vet
(bijvoorbeeld accupoolvet) in een van de stekers te doen.
Gebruik van de verdeelstekers
Om loszittende contacten bij de verdeelstekers te vermijden, is het belangrijk dat de dia-
meters van de kabels bij de verdeelstekers passen. Te nemen stappen bij het gebruik van
de verdeelstekers:
1. De aan te koppelen kabel in de voorste sleuf van de verdeelsteker leggen (zie I 1).
2. De nieuwe kabel ligt met het uiteinde voor ca. 3/4 in de achterste sleuf (zie I 2).
3. De verbinder sluiten en de metaalstrip met een combinatietang in de verbinder druk-
ken, zodat er contact is (zie I 3).
4. De afschermkap naar beneden drukken en in de steker laten klikken. De bevestiging
van de verdeelsteker door enig trekken aan de kabel controleren (zie I 4).
Het maken van correcte soldeerverbindingen
Om een kabel op originele bekabeling aan te sluiten:
1. Van de bestaande leiding 10 mm isolatie afhalen (zie I 5)
2. 15 mm van de isolatie van de aan te sluiten kabel verwijderen (zie I 6),
3. De aan te sluiten kabel rond de originele kabel wikkelen en vastsolderen (zie I 7),
4. De kabel met isolatieband isoleren (zie I 8).
Om 2 kabels met elkaar te verbinden:
1. Van beide kabels isolatie verwijderen (zie I 9),
2. Een krimphuls van ca. 20 mm lengte over een kabel trekken (zie I 10),
3. Beide kabels om elkaar heen draaien en vastsolderen (zie I 11),
4. Krimphuls over de soldeerplaats schuiven en licht verwarmen (zie I 12).
Kabelaanleg van monitor naar camera
Leg de aansluitkabel van de camera aan binnen in het voertuig.
Leg de verbindingskabel van de monitor naar de camera aan (zie I 13).
Verbind de camera-aansluitkabel met de verbindingskabel (zie I 16).
Isoleer de stekerverbinding met het meegeleverde afdichtband
(zie I 16 en I 17).
Bevestig de kabel stevig genoeg in het voertuig, om erin vastraken (en vallen) te voor-
komen. Dit kan gedaan worden door toepassing van kabelbanden, isolatieband
(zie I 14 en I 15) of door ze vast te lijmen.
Begin pas met het afdichten van de doorvoeringen, nadat alle instelwerkzaamheden
aan de camera zijn afgesloten en de benodigde lengten van de afsluitkabels zijn vast-
gesteld.
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 109
110
Kabelaanleg
Benodigdheden voor de kabelaanleg van monitor naar camera zie I 13 t/m I 15.
Let op: De stekerverbinding van het systeem biedt geen bescherming tegen
het binnendringen van water. Voorzie de verbinding beslist van afdichtband. Het
meest geschikt is zelf uithardend afdichtband, bijvoorbeeld van 3M.
In de leveringsomvang begrepen is een in serie geproduceerde aansluitkabel voor een
12V-sigarettenaansteker. Steek de jack in de bus POWER van de monitor, de stekker
van de siga- rettenaansteker in de bus voor de aansteker. Het systeem is bedrijfsklaar.
Voor een vaste verkabeling haalt u de stekker voor de sigarettenaansteker eraf en sluit
u de zwartwitte kabel op klem 15 (ontsteking +) en de zwarte kabel op klem 31
(massa) aan.
Sluit de stuuringang op de 12-V(+)-toevoer van de achteruitrijlamp aan.
Gebruik met camera zie I 18.
Gebruik met videobronnen zie I 19.
Instelling en functiecontrole
Schakel het contact in en schuif de aan-/uit-schakelaar op ON (zie J 1 en J 2).
a. Schakel, bij nog steeds ingeschakelde ontsteking, de achteruitversnelling in.
b. Druk de POWER-toets in (zie J 4). De monitor schakelt zich in en er verschijnt een
beeld.
Stel het beeld met de beide draaiknoppen BRIGHTNESS en COLOR in naar uw voor-
keur (zie J 3).
Wordt de POWER-knop ingedrukt, dan wordt de camera ook zonder ingescha-
kelde achteruitversnelling (bij ingeschakeld contact) in bedrijf gesteld (zie J 4).
U ziet een spiegelbeeldige weergave op de monitor, zodat het lijkt alsof u in de achteruit-
kijkspiegel kijkt (zie J 5).
Instelling
RV-AMP/2 moet aan bepaalde aansluitvarianten worden aangepast. Voor dit doel treft u
twee kleine schakelaars (SWITCH 1 en 2) aan.
Schakelaar 1:
dient voor het spiegelen van het beeld. In de standaartoepassing als achteruitrijcamera
moet deze schakelaar op OFF staan. Het beeld wordt gespiegeld weergegeven.
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 110
111
NL
Instelling van de camera
Schakel de monitor en de camera in, zoals hierboven beschreven.
Het monitorbeeld moet onderin beeld de achterkant of de achterbumper van uw voer-
tuig laten zien (zie K 1). Het midden van de bumper moet zich ook in het midden van
het monitorbeeld bevinden. De correcte instelling wordt bereikt door het bijdraaien van
de camera in de camerahouder (zie K 2).
Wanneer de camera correct is ingesteld, draait u de 4 schroeven van de camerabeve-
stiging vast.
Let op: De stekerverbinding aan de camera is niet tegen vocht beschermd.
Dicht deze verbinding beslist met het meegeleverde afdichtband af, om
beschadiging te voorkomen.
TIP: Om corrosie in de steker te minimaliseren, adviseren wij een beetje vet
(bijvoorbeeld accupoolvet) in een van de stekers te doen.
Om corrosie van de schroeven te minimaliseren, wordt aanbevolen het schroef-
draad in te vetten.
Technische gegevens
Monitor RV-54/M
Afmetingen (bxhxd): 146 x 120 x 35 mm
Bedrijfsspanning: 12 V/24 V gelijkstroom, max. 28 V
Stroomopname: max. 9 Watt
Beeldgrootte: 5”, 12,7 cm diagonaal
Pixels: 225.000
Videostandaard: NTSC
Bedrijfstemperatuur: –15 tot +60 °C
Luchtvochtigheid: 10 – 95 %
Camera RV-24/M
Afmetingen (bxhxd): 124 x 73 x 104 mm, incl. houder en beschermkap
Stroomopname: 0,1 ampère
Beeldsensor: 1/3”, CCD-sensor, J-type
Beeldhoek: 130° diagonaal
Pixels: 266.664
Videostandaard: NTSC
Lichtgevoeligheid: >20 tot +50 °C
RV-AMP/2
Afmetingen b x d x h: 107 x 50 x 25
Spanningsverzorging: 12 V – 24 V, max 28 V
Opgenomen vermogen: max. 0,5 Watt (zonder camera)
Stuuringangen: pos. signaal 12 – 24 V
Bedrijfstemperatuur: –20 tot +60 °C
Technische veranderingen voorbehouden!
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 111
6/2003
Ausführungen, dem technischen Fortschritt dienende
Änderungen und Liefermöglichkeiten vorbehalten.
Headquarters
WAECO International GmbH · D-48282 Emsdetten
Hollefeldstraße 63 · phone +49-25 72/8 79-0 · fax +49 -25 72/8 79-3 00
A
WAECO Handels-Ges. mbH
A-2483 Ebreichsdorf · Fischagasse 44
phone: +43-22 54/72 03 10
fax: +43-22 54/72 03 19
CH
WAECO (Schweiz) AG
CH-8153 Rümlang (Zürich)
Riedackerstrasse 7a
phone: +41-1-8 18 71 71
fax: +41-1-8 18 71 91
DK
WAECO Danmark A/S
DK-6640 Lunderskov · Tværvej 2
phone: +45-75 58 59 66
fax: +45-75 58 63 07
E
WAECO Ibérica SA
E-08340 Vilassar de Mar (Barcelona)
Torrent de Ca I’Amat, 85
phone: +34-93/7 50 22 77
fax: +34-93/7 50 05 52
F
WAECO Distribution SARL
F-60230 Chambly (Paris)
ZAC 2 – Les Portes de L’Oise
Rue Isaac Newton
BP 59
phone: +33-1/30 28 20 20
fax: +33-1/30 28 20 10
Internet: www.waeco.com
FIN
WAECO Finland OY
FIN-00880 Helsinki · Pulttitie 17
phone: +3 58-42/4 59 22 00
fax: +3 58-9/7 59 37 00
I
WAECO Italcold SRL
I-61015 Novafeltria
Zona Industriale Sartiano, 298/9
phone: +39-05 41/92 08 27
fax: +39-05 41/92 02 37
N
WAECO Norge AS
N-3208 Sandefjord · Leif Weldingsvej 16
phone: +47-33 42 84 50
fax: +47-33 42 84 59
NL
WAECO Benelux B.V.
NL-4700 BL Roosendaal
Postbus 1461 · Ettenseweg 60
phone: +31-1 65/58 67 00
fax: +31-1 65/55 55 62
S
WAECO Svenska AB
S-42131 Västra Frölunda (Göteborg)
Gustaf Melins gata 7
phone: +46-31/7 34 11 00
fax: +46-31/7 34 11 01
UK
WAECO UK Ltd.
UK-Broadmayne · Dorset DT2 8LY
Unit G1 · Roman Hill · Business Park
phone: +44-13 05/85 40 00
fax: +44-13 05/85 42 88
Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 176

Documenttranscriptie

Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 3 A 2 1 4 3 a b 5 Nicht öffnen Do not open c 6 7 8 9 Nicht ziehen Do not pull 3 Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 97 Titel Pagina Afbeeldingen bij de montagehandleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-16 Inhoudsopgave . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97 Aanwijzingen voor gebruik van de montagehandleiding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97 Veiligheids- en montageaanwijzingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 98-99 Benodigd gereedschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100 Leveringsomvang. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100-101 Toebehoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 102 Functiebeschrijving van de camera . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 102 Functiebeschrijving van de monitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 102 Montage van de monitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 103-104 Montage van de buitencamera . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 104-106 Handleiding RV-AMP/2. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 107-108 Kabelaanleg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 108-110 Instelling en functiecontrole. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 110 Instelling van de camera . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 111 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 111 Aanwijzingen voor het gebruik van de montagehandleiding Waarschuwing! Veiligheidswaarschuwing: Veronachtzaming kan tot schade aan personen en materialen leiden. Let op! Veiligheidswaarschuwing: Veronachtzaming leidt tot materiële schade en heeft een negatieve invloed op het functioneren van het achteruitrij-systeem RV-400SC. ‹ De ruit staat voor montagestappen, die u uit moet voeren. Om de montage probleemloos te laten verlopen, deze montagehandleiding en bedieningshandleiding voor het begin van de montage doorlezen. Mocht de handleiding niet op al uw vragen antwoord geven of mochten sommige montagestappen u niet duidelijk zijn, leg uw vraag dan beslist voor aan onze technische dienst. Waeco Benelux B.V. NL-4700 BL Roosendaal Postbus 1461 · Ettenseweg 60 phone: +31-1 65/58 67 00 · +31-1 65/55 55 52 Internet: http://www.waeco.com 97 NL Inhoudsopgave Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 98 Veiligheids- en montageaanwijzingen Waarschuwing! Ontoereikende kabelverbindingen kunnen tot gevolg hebben, dat door kortsluiting: – kabelbrand ontstaat – de airbag geactiveerd wordt – elektronische besturingsinrichtingen beschadigd worden – elektrische functies (knipperlicht, remlicht, claxon, ontsteking, verlichting) uitvallen Neem daarom de volgende aanwijzingen in acht: Bij werkzaamheden aan de bekabeling van het voertuig gelden de volgende klemaanduidingen: 30 (Ingang vanaf plus van accu, direct), 15 (Geschakelde plus, na de accu) 31 (Teruggeleiding vanaf accu, massa) 58 (Achteruitrijlicht) De veiligste manier van verbinden is die, waarbij de kabeluiteinden aan elkaar worden gesoldeerd en ze daarna worden geïsoleerd. Bij verbindingen die weer losgemaakt moeten kunnen worden alleen geïsoleerde kabelschoenen, stekers en vlakstekerhulzen gebruiken. Geen lusterklemmen gebruiken (zie I). Voor het verbinden van kabels met kabelschoenen, stekers en vlakstekerhulzen een krimptang gebruiken. Bij kabelaansluitingen aan 31 (massa): de kabel met kabelschoen en getande borgring aan een voertuigeigen massaschroef schroeven of met kabelschoen, plaatschroef en getande borgring aan de carrosseriebeplating vastschroeven. Let op een goede massaverbinding! Waarschuwing! Vanwege kortsluitingsgevaar altijd de klem van de minpool van de accu verwijderen, voordat werkzaamheden aan de elektrische bedrading van het voertuig worden uitgevoerd. Bij voertuigen met extra accu ook daar de klem van de minpool verwijderen. Let op! Bij het loshalen van de minpool van de accu gaan alle opgeslagen vluchtige gegevens van de comfortelektronica verloren. 98 Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 99 De volgende gegevens moeten, afhankelijk van de uitrusting van het voertuig, opnieuw worden ingegeven: radiocode · voertuigklok · tijdschakelklok · boordcomputer · zitpositie Aanwijzingen voor de instelling kunt u in de desbetreffende gebruikshandleiding nalezen. Waarschuwing! In het voertuig gemonteerde delen van het achteruitrijvideosysteem RV-400SC moeten zo bevestigd worden, dat deze onder geen enkele omstandigheid (sterk afremmen, verkeersongeluk) los kunnen raken en dan tot verwonding van de inzittenden kunnen leiden. De monitor niet in de bewegingsruimte voor het hoofd monteren. Let er bij het plaatsen van de monitor op, dat deze niet in het werkbereik van een AIRBAG wordt gemonteerd. Anders bestaat bij activering gevaar voor verwondingen. De monitor niet in de bewegingsruimte voor het hoofd monteren. Let op! Voor het controleren van de spanning in de elektrische bedrading mag alleen een LED-testlamp (zie A 1) of een voltmeter (zie A 2) worden gebruikt. Testlampen (zie A 3) met een gloeilichaam nemen te hoge stromen op en de voertuigelektronica kan beschadigd raken. Let op! Zorg, om schade te vermijden, voor voldoende vrije ruimte voor het doorschieten van de boor (zie A 4). Ieder boorgat afbramen en met roestbeschermingsmiddel behandelen. Let op! Let er bij het aanleggen van de elektrische aansluitingen op dat deze: 1. niet sterk geknikt en verdraaid worden (zie A 5a) 2. niet langs randen schuren (zie A 5b) 3. niet zonder bescherming door scherpgekante doorvoeringen worden aangelegd (zie A 5c). De camera is waterdicht. De afdichtingen zijn echter niet bestand tegen een hogedrukreiniger (zie A 6). Open de apparatuur niet, daar dit de afdichting en de functionaliteit negatief beïnvloedt (zie A 7). Trek niet aan de kabels, omdat dit de afdichting en de functionaliteit van de camera nadelig kan beïnvloeden (zie A 8). De camera is niet geschikt voor gebruik onder water (zie A 9). Let op: De stekerverbinding aan de camera is niet tegen vocht beschermd. Dicht deze verbinding beslist met het meegeleverde afdichtband af, om beschadiging te voorkomen. TIP: Om corrosie in de stekker te minimalisieren, adviseren wij een beetje vet (bivoorbeeld accupoolvet) in een van de stekkers te doen. 99 NL Veiligheids- en montageaanwijzingen Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 100 Benodigd gereedschap Voor inbouw en montage zijn nodig: – – – – meetlat centerpons hamer boren (zie (zie (zie (zie B B B B 1) 2) 3) 4) – boormachine – schroevendraaier – moersleutel (zie B 5) (zie B 6) (zie B 7) Voor de elektrische aansluiting en de controle zijn benodigd: – – – – LED-testlamp of voltmeter krimptang isolatieband (zie (zie (zie (zie B B B B 8) 9) 10) 11) – – – – krimphuls heteluchtföhn soldeerbout soldeertin (zie B 12) (zie B 13) (zie B 14) Afhankelijk van de individuele montage-omstandigheden hebt u eventueel voor het bevestigen van camera en monitor nog andere schroeven, moeren, borgringen, plaatschroeven en kabelbinders nodig dan in de levering zijn inbegrepen. Leveringsomvang Nr. Aantal Omschrijving 1 1 Monitor-kit RV-54/M (zie C) 1.1 1.2 1.3 1.4 1 1 1 1 Monitor RV-54/M Monitorvoet Set kabelaansluitingen Zonnekap 2 1 Camera-kit voor RV-20/M (zie C) 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 1 1 1 1 1 4 Camera Camerahouder Camerabeschermkap Verbindingskabel 20 m Isolatieplaat Isolatiehuls 3 1 Montageset (zie C) 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 4 3 2 2 2 2 2 2 10 Schroeven M 4 x 9 mm (bev. camera) Platschroeven M 5 x 9 mm (bev. monitorbeugel) Schroeven M 5 x 20 mm (bev. camerabeugel) Schroeven met verzonken kop M 3 x 4 mm Moeren M 5 mm Plaatschroeven M 5 x 20 mm Kabelomhulling Verdeelstekers Kabelbinders 100 (bev. camerabeschermkap) Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 101 4 1 Schakelbox RV-AMP/2 4.1 4.2 1 1 RV-AMP/2 Monitorkabel ca. 3 m NL Leveringsomvang Technische wijzigingen voorbehouden! Toebehoren De volgende artikelen zijn als extra leverbaar Omschrijving Verlengingskabel 5 m Verlengingskabel 8 m Verlengingskabel 20 m Verlengingskabel 20 m Verlengingskabel 20 m Spiraalkabel voor aanhanger Adapterkabel Adapterkabel Zwanenhalsbeugel voor monitor Camera z/w Kleurencamera Hoekanker voor monitorconsole Diverse voertuigspecifieke monitorconsoles (op aanvraag) Technische veranderingen en leverbaarheid voorbehouden! 101 Artikel-nr. RV-505 RV-508 RV-520 RV-107IV RV-120M RV-100-SPK RV-60 RV-61 RV-500-SH RV-24 RV-27 Monhol/1 Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 102 Functiebeschrijving van de camera (zie D) 1 Camerabeschermkap 2 6-polige aansluitkabel 3 Automatische zonneklep 4 Camerahouder Functiebeschrijving van de monitor Voorzijde (zie E) 1 Bedrijfsschakelaar (Power) 2 Dag-/nachtschakeling 3 Keuzeschakelaar camera-/AV-gebruik 4 Keuzeschakelaar en aanduiding camera 1 of 2 5 In-/Uit-schakelaar (De cameraverwarming is steeds geactiveerd. Indien het systeem langere tijd niet gebruikt wordt: hoofdschakelaar op OFF). Achterzijde (zie E) 6 Geluidsregeling 7 Kleurinstelling 8 Helderheid 9 Videoingang (AV) 10 12 V – 24 V spanningsverzorging 11 Stuuringang (S/BY) voor het automatisch inschakelen van de RV-400SC. Sluit de kabel aan op de pluskabel van de achteruitrijlamp. 12 Camera-ingangen 1 en 2 13 Keuzeschakelaar spiegelbeeld/normaal beeld (functieloos bi RV-400SC) 14 Montagerail voor de monitorvoet 15 Luidspreker Waarschuwing! De plaats voor de monitor moet zo worden gekozen, dat onder geen enkele omstandigheid (door sterk afremmen, verkeersongeluk) inzittenden gewond kunnen raken. De monitor mag zeker niet het zicht belemmeren bij het rijden (zie F 1). De monitor niet in de bewegingsruimte voor het hoofd monteren. 102 Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 103 Algemene montage-instructies! Voordat u de monitor aanbrengt, rekening houden met de volgende punten: – Monitorbeugel aan de monitor schroeven – Monitor met de aangebrachte beugel en voet plaatsen, om uit te proberen – Let er bij de keuze van deze plaats op, dat u onbelemmerd zicht op de monitor hebt (zie G 2 en G 3). – Der montageplaats moet vlak zijn. – Controleer vóór de definitieve montage, of er ook onder de montageplaats voldoende vrije ruimte is voor het aanbrengen van borgringen en moeren. – Houd rekening met het gewicht van de monitor. Is een steviger constructie (grotere borgringen of plaatjes) nodig? – Is aanleg van de set aansluitkabels en de verbindingskabel naar de monitor mogelijk? Voer voorafgaand aan de montage een functietest uit. Op de voet bevindt zich zelfklevende folie, die op een vlakke en schone ondergrond voldoende grip biedt. Gebruik voor de zekerheid tevens de 3 meegeleverde schroeven. Boor de vooraf gemarkeerde schroefgaten met een 2 mm-boor voor en schroef de voet vast. De voet kan ook op enigszins gewelfde vlakken worden gemonteerd. De voetplaat is enigszins buigbaar en kan qua vorm dus een beetje aangepast worden (zie G 5). Let er bij de plaatsing van de monitor op dat deze niet in het werkingsbereik van een AIRBAG wordt gemonteerd. Anders bestaat bij activering gevaar voor verwondingen. Let erop dat het contactoppervlak tussen voetplaat en ondergrond zo groot mogelijk is. ‹ Teken de omtrekken van de hoeken van de monitorvoet op het dashboard af. ‹ Markeer de 3 boorplaatsen. Het maken van een doorvoering voor de aansluitkabel van de monitor (zie G 4) Gebruik voor de doorvoer van de aansluitkabels (zie G 4.2 en G 4.3) naar mogelijkheid originele doorvoeringen of andere doorgeleidingsmogelijkheden, zoals randen van de bekleding, ventilatieroosters of dummy-schakelaars. Zijn geen doorvoeringen aanwezig, dan moet een gat van Ø 13 mm worden geboord (zie G 4.4). Bekijk vooraf of er genoeg vrije ruimte is voor het doorschieten van de boor. 103 NL Montage van de monitor Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 104 Montage van de monitor ‹ Boor achter de monitor een gat met Ø 13 mm (zie G 4.4). ‹ Alle in de plaat gemaakte boorgaten afbramen en van roestbeschermend middel voorzien. ‹ Voorzie alle scherpgekante doorvoeringen van een doorvoertule. ‹ Verbindingskabel in de bus “CA 1 of CA 2” en aansluitkabel in de bus “Power” steken. Sluit de stuursignaal-kabel (S/BY) aan op de kabel van het achteruitrijlicht. ‹ Leg de aansluitkabel en de verbindingskabel onder het dashboard aan. Let erop dat de kabels niet gespannen staan. ‹ Zet de monitor met de schroefdraadbus op de monitorhouder en zet de monitor met de kartelschroef in de monitorhouder vast. Benodigdheden voor het bevestigen van de monitor zie G 5. Montage van de buitencamera Let op! Mocht de in de voertuigpapieren vermelde voertuighoogte of -lengte door het opbouwen van de camera veranderd zijn, dan moet een nieuwe keuring door de bevoegde instanties (TÜV, DEKRA, etc.) plaatsvinden. Laat de nieuwe keuringsgegevens door uw bevoegde instantie voor het wegverkeer in de voertuigpapieren opnemen. Waarschuwing! De plaats van de buitencamera moet zo worden gekozen en deze moet zo veilig worden bevestigd, dat in de omgeving staande personen onder geen enkele omstandigheid (door over het dak van het voertuig schampende takken) verwond kunnen worden. Omdat de buitencamera voor een goede beeldhoek op een hoogte van minstens 2 m aangebracht moet worden, moet er bij het bevestigen op gelet worden dat de werkplek voldoende steun biedt. Algemene montage-instructies! Let, voordat u de buitencamera aanbrengt, op de volgende punten: – Voor een goede beeldhoek moet de buitencamera op een hoogte van minstens 2 m worden aangebracht. – De plaats waar de buitencamera gemonteerd zal worden, moet voldoende stevigheid bieden(bijvoorbeeld over het dak van het voertuig schampende takken kunnen vastraken aan de camera). – De camera moet waterpas en in het midden aan de achterzijde van het voertuig worden aangebracht. Let op! Gebruik beslist de meegeleverde isolerende onderlaag en de isolatiehulzen (zie H 2 en H 3). Hierdoor worden door slechte massaverbindingen veroorzaakte lekstromen in het voertuig voorkomen. Deze lekstromen kunnen leiden tot strepen in het monitorbeeld of brommen in de luidspreker, tot aan beschadigingen toe. 104 Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 105 Leg de camerakabel zo aan, dat u bij later eventueel noodzakelijke demontage van de camera gemakkelijk bij de stekerverbinding tussen camera en verbindingskabel kunt. De demontage wordt daardoor veel gemakkelijker. De veiligste manier van bevestigen is m.b.v. door de opbouw heen gaande schroeven, waarbij gelet moet worden op: 1. Is er achter de gekozen positie genoeg plaats voor het monteren? 2. Iedere doorgeleiding moet door passende maatregelen tegen binnendringend water worden beschermd (bijv.door het plaatsen van de schroeven met afdichtingsmateriaal en/of het bespuiten van de bevestigingsdelen buiten met afkitmiddel). 3. Biedt de opbouw op de plaats van bevestiging voldoende stevigheid om de camerahouder er goed op vast te schroeven? Bent u niet zeker over de door u gekozen plaats voor montage, win dan advies in bij de fabrikant van de opbouw of diens vertegenwoordiging. ◆ Houd de camerahouder op de gekozen montageplaats en markeer minstens 2 verschillende boorplaatsen (zie H 1). Bevestiging met plaatschroeven Bevestiging met plaatschroeven mag alleen plaatsvinden in stalen platen met een minimale dikte van 1,5 mm. Bij het boren van gaten in platen moet op het volgende worden gelet: – Bepaal vooraf, of genoeg vrije ruimte voor het doorschieten van de boor beschikbaar is. – Om weglopen van de boor te voorkomen, met hamer en centerpons putjes slaan. – Alle boorgaten afbramen en van roestbeschermingsmiddel voorzien. ‹ Boor op de tevoren aangebrachte punten gaten met Ø 4 mm. ‹ Plak de dubbelzijdig klevende isolatieplaat op de plaats waar de houder gemonteerd zal worden. Deze ondergrond dient als afsluiting en bescherming voor de lak (zie H 1 en H 2). ‹ Camerahouder met de plaatschroeven 5 x 20 mm vastschroeven (zie H 2). Benodigdheden voor de bevestiging met plaatschroeven zie H 3 – H 4. Bevestiging met draadschroeven Bij het boren van gaten moet op het volgende worden gelet: – Bepaal vooraf, of genoeg vrije ruimte voor het doorschieten van de boor beschikbaar is. – Let er bij het aantrekken van de schroeven op dat de moer niet door de opbouw heen getrokken kan worden (evt. grotere borgringen of platen gebruiken). 105 NL Montage van de buitencamera Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 106 Montage van de buitencamera ‹ Boor op de tevoren gemarkeerde punten gaten met Ø 5,5 mm. ‹ Plak de dubbelzijdig klevende isolatieplaat op de plaats waar de houder gemonteerd zal worden. Deze ondergrond dient als afsluiting en bescherming voor de lak (zie H 1 en H 2). ‹ De camerahouder met de draadschroeven M 5 x 20 mm of met langere draadschroeven (afhankelijk van de stevigheid van de opbouw) vastschroeven. Het maken van een doorvoering voor de aansluitkabel van de camera Let op de aanwijzingen voor de kabelaanleg. Voor de doorvoering van de aansluitkabel gebruikt u naar mogelijkheid beschikbare doorvoermogelijkheden, zoals bijvoorbeeld ventilatieroosters. Als geen doorvoeringen beschikbaar zijn, dan moet een gat met Ø 13 mm worden geboord. Bepaal vooraf, of er genoeg vrije ruimte voor het doorschieten van de boor is. ‹ Boor niet ver van de camera een gat met Ø 13 mm (zie H 4). ‹ Alle in de plaat gemaakte boorgaten afbramen en van roestbeschermend middel voorzien. ‹ Alle scherpgekante doorvoeringen van een doorvoertule voorzien. Bevestiging van de beschermkap aan de camera Monteer de camera nooit zonder de bijbehorende beschermkap. Gebruik voor de montage van de camerabeschermkap alleen de schroeven M 3 x 4 mm (zie H 5). Langere schroeven beschadigen de camera. ‹ Schuif de beschermkap zo over de camera, dat de inzinkingen die zich daarin bevinden boven de Ø M 3 mm schroefdraadgaten van de camera liggen. De andere twee bevestigingsgaten moeten zich boven de Ø M 4 mm schroefdraadgaten bevinden. ‹ Schroef de schroeven met verzonken kop M 3 x 4 mm in het Ø M 3 mm schroefdraadgaten van de camera. Om corrosie van de schroeven te minimaliseren, wordt aanbevolen het schroefdraad in te vetten. Benodigdheden voor het bevestigen van de camerabescherming zie H 5. Bevestiging van de camera in de camerahouder Gebruik voor het monteren van de camera alleen de schroeven M 4 x 9 mm. Langere schroeven beschadigen de camera. ‹ De camera in de camerahouder schuiven en zo in de juiste stand brengen, dat het objectief een hoek van ca. 50° (zie H 6) met de loodlijn van het voertuig maakt. ‹ Bevestig de camera losjes met de schroeven M 3 x 6 mm. De schroeven worden aangetrokken, zo gauw het richten van de camera met behulp van de monitor heeft plaatsgevonden. Om corrosie van de schroeven te minimaliseren, wordt aanbevolen het schroefdraad in te vetten. Benodigdheden voor het bevestigen van de camera zie H 6. 106 Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 107 Algemeen RV-AMP/2 wordt gebruikt om een verbinding tot stand te brengen tussen camera RV20/M en monitor RV-54/M. De schakelbox zorgt voor een correcte spanningsverzorging en levert het stuursignaal voor de door de motor aangedreven beschermklep van de camera. De camera wordt bij inschakelen van de monitor of de achteruitversnelling geactiveerd. Leveringsomvang: – Schakelbox met kabelset – 3 m verbindingskabel 6 pins mini DIN – montagemateriaal met kabelfixatie – in-/uit-schakelaar met kabelset – handleiding Aansluiting/montage RV-AMP/2 wordt montageklaar geleverd. Gaat u als volgt te werk (zie F). Kies een montageplaats in de buurt van de monitor. Deze plaats moet beslist beschut zijn tegen water — het beste onder het dashboard. Er zijn 3 besturingskabels beschikbaar (1 t/m 3). 1. De zwarte kabel met vlakke steekschoen wordt met de wipschakelaar (art. -nr. RV-AMP-SW (optie)) verbonden. Deze kabel is alleen bij gebruik van een tweede videobron, zoals een DVD-speler, nodig. Voor het monteren van de schakelaar maakt u een boorgat (ca. 20 mm) op een geschikte plaats en verbindt u de zwarte kabel via de schakelaar met een +12 V-spanningsbron. Als u de spanning inschakelt, ontvangt RV-AMP/2 een stuursignaal, opent zich de beschermklep van de camera en schakelt van bijvoorbeeld DVD-gebruik over op cameragebruik. 2. De zwarte kabel met de ronde steekschoen dient als inschakelsignaal voor de monitor. Verbind deze kabel met de betreffende bus van de signaalingang S/BY van de monitor. Neem notitie van de paragraaf “Instelling”! 3. De groene kabel moet op de +-kabel van de achteruitrijlamp aangesloten worden. Bij het inschakelen van de achteruitversnelling wordt RV-AMP/2 geactiveerd, wordt camera RV-20/M van spanning voorzien, de klep geopend en wordt van GPS- op cameragebruik overgeschakeld. 4. RV-AMP/2 heeft een voeding van 12 V nodig. Sluit de rode kabel (+12 V) en de bruine kabel (massa) correct op een geschakelde spanningsvoeding (klem 15) aan. 5. Steek de meegeleverde grijze kabel vast in één van de met “Monitor” aangeduide ingangen. De andere steker wordt met de monitor verbonden. 6. De zwarte kabel van de camera wordt vast in de met “Camera” aangeduide ingang gestoken. 107 NL Handleiding RV-AMP/2 Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 108 Handleiding RV-AMP/2 7. Instelling RV-AMP/2 moet aan bepaalde aansluitvarianten worden aangepast. Voor dit doel treft u twee kleine schakelaars (SWITCH 1 en 2) aan. Schakelaar 1: dient voor het spiegelen van het beeld. In de standaartoepassing als achteruitrijcamera moet deze schakelaar op OFF staan. Het beeld wordt gespiegeld weergegeven. Schakelaar 2: In de standaardtoepassing met een camera moet deze schakelaar op ON staan. Zo gauw de monitor ingeschakeld wordt, is ook de camera geactiveerd. Bij gebruik van een tweede videobron, bijvoorbeeld een DVD-speler, moet schakelaar 2 op OFF staan, omdat anders de camera bij het inschakelen van de monitor wordt geactiveerd. De camera wordt nu bij achteruit rijden via de groene kabel geactiveerd. Schakelaarinstelling ON/OFF: zie pijl op de box/aanduiding op het schakelaarblok. Kabelaanleg Niet-vakkundige aanleg van kabels en kabelverbindingen leidt steeds weer tot onjuist functioneren of beschadigingen van delen van de installatie. Correcte aanleg en verbinding van kabels is basisvoorwaarde voor het langdurig en foutloos functioneren van de uitbreidende componenten. Let op de volgende punten: – Leg de kabels indien mogelijk altijd binnen in het voertuig aan, omdat ze daar beter beschermd liggen dan buiten aan het voertuig. Mocht u de kabels desondanks buiten het voertuig aanleggen, let er dan op dat ze veilig bevestigd worden (door extra kabelbinders, isolatieband, enzovoort). – Om beschadigingen van de kabel te voorkomen, moet bij de aanleg van de kabels steeds voldoende afstand tot warme en bewegende voertuigdelen (uitlaatpijpen, aandrijfassen, dynamo’s, ventilatoren, enzovoort) worden gehouden. – Iedere verbinding van de kabels (ook binnen in het voertuig) met een goede isolatieband dicht omwikkelen. – Let er bij het leggen van de kabels op, dat deze: 1) niet sterk geknikt en verdraaid worden; 2) niet langs randen schuren; 3) niet zonder bescherming door scherpgerande doorvoeringen worden aangelegd. – Iedere doorbreking van de buitenhuid van de carrosserie moet door passende maatregelen tegen binnendringend water worden beschermd, bijv. door het afkitten van de kabel en de doorvoertule met afdichtkit. 108 Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 109 Let op: De stekerverbinding aan de camera is niet tegen vocht beschermd. Dicht deze verbinding beslist met het meegeleverde afdichtband af, om beschadiging te voorkomen. TIP: Om corrosie in de steker te minimaliseren, adviseren wij een beetje vet (bijvoorbeeld accupoolvet) in een van de stekers te doen. Gebruik van de verdeelstekers Om loszittende contacten bij de verdeelstekers te vermijden, is het belangrijk dat de diameters van de kabels bij de verdeelstekers passen. Te nemen stappen bij het gebruik van de verdeelstekers: 1. De aan te koppelen kabel in de voorste sleuf van de verdeelsteker leggen (zie I 1). 2. De nieuwe kabel ligt met het uiteinde voor ca. 3/4 in de achterste sleuf (zie I 2). 3. De verbinder sluiten en de metaalstrip met een combinatietang in de verbinder drukken, zodat er contact is (zie I 3). 4. De afschermkap naar beneden drukken en in de steker laten klikken. De bevestiging van de verdeelsteker door enig trekken aan de kabel controleren (zie I 4). Het maken van correcte soldeerverbindingen Om een kabel op originele bekabeling aan te sluiten: 1. Van de bestaande leiding 10 mm isolatie afhalen (zie I 5) 2. 15 mm van de isolatie van de aan te sluiten kabel verwijderen (zie I 6), 3. De aan te sluiten kabel rond de originele kabel wikkelen en vastsolderen (zie I 7), 4. De kabel met isolatieband isoleren (zie I 8). Om 2 kabels met elkaar te verbinden: 1. Van beide kabels isolatie verwijderen (zie I 9), 2. Een krimphuls van ca. 20 mm lengte over een kabel trekken (zie I 10), 3. Beide kabels om elkaar heen draaien en vastsolderen (zie I 11), 4. Krimphuls over de soldeerplaats schuiven en licht verwarmen (zie I 12). Kabelaanleg van monitor naar camera ‹ Leg de aansluitkabel van de camera aan binnen in het voertuig. ‹ Leg de verbindingskabel van de monitor naar de camera aan (zie I 13). ‹ Verbind de camera-aansluitkabel met de verbindingskabel (zie I 16). ‹ Isoleer de stekerverbinding met het meegeleverde afdichtband (zie I 16 en I 17). ‹ Bevestig de kabel stevig genoeg in het voertuig, om erin vastraken (en vallen) te voorkomen. Dit kan gedaan worden door toepassing van kabelbanden, isolatieband (zie I 14 en I 15) of door ze vast te lijmen. ‹ Begin pas met het afdichten van de doorvoeringen, nadat alle instelwerkzaamheden aan de camera zijn afgesloten en de benodigde lengten van de afsluitkabels zijn vastgesteld. 109 NL Kabelaanleg Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 110 Kabelaanleg Benodigdheden voor de kabelaanleg van monitor naar camera zie I 13 t/m I 15. Let op: De stekerverbinding van het systeem biedt geen bescherming tegen het binnendringen van water. Voorzie de verbinding beslist van afdichtband. Het meest geschikt is zelf uithardend afdichtband, bijvoorbeeld van 3M. ‹ In de leveringsomvang begrepen is een in serie geproduceerde aansluitkabel voor een 12V-sigarettenaansteker. Steek de jack in de bus POWER van de monitor, de stekker van de siga- rettenaansteker in de bus voor de aansteker. Het systeem is bedrijfsklaar. ‹ Voor een vaste verkabeling haalt u de stekker voor de sigarettenaansteker eraf en sluit u de zwartwitte kabel op klem 15 (ontsteking +) en de zwarte kabel op klem 31 (massa) aan. ‹ Sluit de stuuringang op de 12-V(+)-toevoer van de achteruitrijlamp aan. Gebruik met camera zie I 18. Gebruik met videobronnen zie I 19. Instelling en functiecontrole ‹ Schakel het contact in en schuif de aan-/uit-schakelaar op ON (zie J 1 en J 2). ‹ a. Schakel, bij nog steeds ingeschakelde ontsteking, de achteruitversnelling in. b. Druk de POWER-toets in (zie J 4). De monitor schakelt zich in en er verschijnt een beeld. ‹ Stel het beeld met de beide draaiknoppen BRIGHTNESS en COLOR in naar uw voorkeur (zie J 3). Wordt de POWER-knop ingedrukt, dan wordt de camera ook zonder ingeschakelde achteruitversnelling (bij ingeschakeld contact) in bedrijf gesteld (zie J 4). U ziet een spiegelbeeldige weergave op de monitor, zodat het lijkt alsof u in de achteruitkijkspiegel kijkt (zie J 5). Instelling RV-AMP/2 moet aan bepaalde aansluitvarianten worden aangepast. Voor dit doel treft u twee kleine schakelaars (SWITCH 1 en 2) aan. Schakelaar 1: dient voor het spiegelen van het beeld. In de standaartoepassing als achteruitrijcamera moet deze schakelaar op OFF staan. Het beeld wordt gespiegeld weergegeven. 110 Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 111 ‹ Schakel de monitor en de camera in, zoals hierboven beschreven. ‹ Het monitorbeeld moet onderin beeld de achterkant of de achterbumper van uw voertuig laten zien (zie K 1). Het midden van de bumper moet zich ook in het midden van het monitorbeeld bevinden. De correcte instelling wordt bereikt door het bijdraaien van de camera in de camerahouder (zie K 2). ‹ Wanneer de camera correct is ingesteld, draait u de 4 schroeven van de camerabevestiging vast. Let op: De stekerverbinding aan de camera is niet tegen vocht beschermd. Dicht deze verbinding beslist met het meegeleverde afdichtband af, om beschadiging te voorkomen. TIP: Om corrosie in de steker te minimaliseren, adviseren wij een beetje vet (bijvoorbeeld accupoolvet) in een van de stekers te doen. Om corrosie van de schroeven te minimaliseren, wordt aanbevolen het schroefdraad in te vetten. Technische gegevens Monitor RV-54/M Afmetingen (bxhxd): Bedrijfsspanning: Stroomopname: Beeldgrootte: Pixels: Videostandaard: Bedrijfstemperatuur: Luchtvochtigheid: 146 x 120 x 35 mm 12 V/24 V gelijkstroom, max. 28 V max. 9 Watt 5”, 12,7 cm diagonaal 225.000 NTSC –15 tot +60 °C 10 – 95 % Camera RV-24/M Afmetingen (bxhxd): Stroomopname: Beeldsensor: Beeldhoek: Pixels: Videostandaard: Lichtgevoeligheid: 124 x 73 x 104 mm, incl. houder en beschermkap 0,1 ampère 1/3”, CCD-sensor, J-type 130° diagonaal 266.664 NTSC >20 tot +50 °C RV-AMP/2 Afmetingen b x d x h: Spanningsverzorging: Opgenomen vermogen: Stuuringangen: Bedrijfstemperatuur: 107 x 50 x 25 12 V – 24 V, max 28 V max. 0,5 Watt (zonder camera) pos. signaal 12 – 24 V –20 tot +60 °C Technische veranderingen voorbehouden! 111 NL Instelling van de camera Collected_RV-400SC_rev2_Q4 19/06/03 9:56 Page 176 Headquarters WAECO International GmbH · D-48282 Emsdetten Hollefeldstraße 63 · phone +49-25 72/8 79-0 · fax +49 -25 72/8 79-3 00 E-mail: [email protected] A WAECO Handels-Ges. mbH A-2483 Ebreichsdorf · Fischagasse 44 phone: +43-22 54/72 03 10 fax: +43-22 54/72 03 19 FIN WAECO Finland OY FIN-00880 Helsinki · Pulttitie 17 phone: +3 58-42/4 59 22 00 fax: +3 58-9/7 59 37 00 CH WAECO (Schweiz) AG CH-8153 Rümlang (Zürich) Riedackerstrasse 7a phone: +41-1-8 18 71 71 fax: +41-1-8 18 71 91 I WAECO Italcold SRL I-61015 Novafeltria Zona Industriale Sartiano, 298/9 phone: +39-05 41/92 08 27 fax: +39-05 41/92 02 37 DK WAECO Danmark A/S DK-6640 Lunderskov · Tværvej 2 phone: +45-75 58 59 66 fax: +45-75 58 63 07 N WAECO Norge AS N-3208 Sandefjord · Leif Weldingsvej 16 phone: +47-33 42 84 50 fax: +47-33 42 84 59 E WAECO Ibérica SA E-08340 Vilassar de Mar (Barcelona) Torrent de Ca I’Amat, 85 phone: +34-93/7 50 22 77 fax: +34-93/7 50 05 52 NL WAECO Benelux B.V. NL-4700 BL Roosendaal Postbus 1461 · Ettenseweg 60 phone: +31-1 65/58 67 00 fax: +31-1 65/55 55 62 F WAECO Distribution SARL F-60230 Chambly (Paris) ZAC 2 – Les Portes de L’Oise Rue Isaac Newton BP 59 phone: +33-1/30 28 20 20 fax: +33-1/30 28 20 10 S WAECO Svenska AB S-42131 Västra Frölunda (Göteborg) Gustaf Melins gata 7 phone: +46-31/7 34 11 00 fax: +46-31/7 34 11 01 Ausführungen, dem technischen Fortschritt dienende Internet: www.waeco.com Änderungen und Liefermöglichkeiten vorbehalten. 6/2003 UK WAECO UK Ltd. UK-Broadmayne · Dorset DT2 8LY Unit G1 · Roman Hill · Business Park phone: +44-13 05/85 40 00 fax: +44-13 05/85 42 88
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176

Waeco mobitronic RV-400SC Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor