Boss RV-200 de handleiding

Categorie
Muzikale uitrusting
Type
de handleiding
Lees zorgvuldig “HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN” en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (het infoblad “HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN” en
de Gebruikershandleiding (p. 17)) voordat u het apparaat gebruikt. Na het lezen bewaart u de documenten op een plaats waar u deze later
makkelijk kunt raadplegen.
© 2023 Roland Corporation 01
Gebruikershandleiding
2
Aan de slag
De batterijen plaatsen
Plaats de batterijen op de juiste manier, zoals weergegeven in de afbeelding.
* Op het display wordt Lo weergegeven als de batterijen bijna leeg zijn. Vervang deze door nieuwe batterijen.
OPMERKING
¹Wees voorzichtig wanneer u het apparaat omdraait om te voorkomen dat de knoppen en regelaars worden beschadigd. Ga voorzichtig om
met het apparaat, laat het niet vallen.
¹Bij verkeerd gebruik kunnen de batterijen ontploen of lekken. Zorg ervoor dat u alle voorschriften inzake batterijen opgesomd in “HET APPARAAT
VEILIG GEBRUIKEN” en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (infoblad “HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN” en Gebruikershandleiding (p. 17)) naleeft.
De rubberen voetjes bevestigen
U kunt indien nodig de (meegeleverde) rubberen voetjes bevestigen.
Bevestig deze op de plaatsen zoals weergegeven op de afbeelding.
* Als u dit apparaat gebruikt zonder de rubberen voetjes te bevestigen, kunt u de vloer beschadigen.
3
1
Display
Toont de reverbtijd en andere waarden.
2
[TIME]-regelaar
Druk op de regelaar om te schakelen tussen de functies van de regelaar (reverbtijdmodus en geheugennummermodus).
Wanneer dit apparaat in de MENU-modus staat, wordt de regelaar gebruikt om de parameter te selecteren en de waarde te bevestigen (p. 10).
°1
Reverbtijdmodus
Voorbeeld van aanduiding
reverbtijd
(wanneer de waarde 0,1 s is)
* Standaard is deze ingesteld op de reverbtijdmodus.
Draai aan de [TIME]-regelaar om de reverbtijd in te stellen.
Draai aan de [TIME]-regelaar en houd hem ingedrukt om een
waarde in grotere stappen te veranderen.
Type Parameter Display
ROOM
0.1-10.0 s
0,1s = ”0.1
1s = “1.0
10 s = 10.0
HALL
PLATE
SPRING
SHIMMER
ARPVERB
SLOWVERB
MODULATE
LO-FI
GATE
+DELAY 0.01-1.00 s 10 msec =”0.01
1 s = 1.00
REVERSE 0.1–1.0 s 0,1 s = ”0.1
1 s = ”1.0
NAn N-1
Geheugennummermodus
Voorbeeld van aanduiding
geheugennummer
(indien ingesteld op MANUAL of
geheugen 1)
Draai aan de [TIME]-regelaar om tussen geheugennummers te
wisselen.
OPMERKING
Om de reverbtijd voor een geheugen te bewerken, drukt u één keer
op de [TIME]-regelaar om naar de reverbtijdmodus te schakelen en
draait u vervolgens aan de regelaar.
Als u aan de [TIME]-regelaar draait terwijl deze zich in
de geheugennummermodus bevindt, verandert het
geheugennummer en worden de waarden die u aan het bewerken
was, verwijderd.
Om een geheugen dat u hebt bewerkt op te slaan, voert u de
schrijfbewerking uit (p. 9).
Paneelbeschrijvingen
Bovenpaneel
1
2 3 4
5 6 7 8
9
10
11 12
13 14
4
Aan de slag
3
[PRE-DELAY]-regelaar
Past de tijd aan totdat het reverbgeluid begint uit te voeren.
4
[E. LEVEL]-regelaar
Wijzigt het volume van het reverbgeluid.
5
[MODE]-regelaar
Selecteer de reverbmodus.
Modus Display Beschrijving
ROOM roN Simuleert de nagalm van een ruimte.
HALL hLL Simuleert de nagalm van een concertzaal.
PLATE PLt Simuleert plaatgalm (een reverbeenheid die de trilling van een metalen plaat gebruikt).
SPRING SPG Simuleert het geluid van de ingebouwde spring reverb van een gitaarversterker.
SHIMMER ShN Een reverb met helder klinkende hoge tonen.
Dit creëert een dromerige galm vol harmonische verwijding.
ARPVERB ArP Produceert een dromerige galm gebaseerd op een arpeggiogeluidsthema.
SLOWVERB SLU Een geluid met een zachte attack en zachte harmonie.
MODULATE Nod Deze reverb voegt het schommelende geluid toe dat te vinden is in de hall reverb, waardoor een
uiterst aangenaam reverbgeluid ontstaat.
+DELAY dLy Een reverb gecombineerd met een delay, die de eecten vermenigvuldigt om een rijke galm te
creëren.
LO-FI LoF Een lo--reverbgeluid.
GATE GAt Een reverb die het verval van de galm verwijdert.
REVERSE rEU Een reverb die achteruit wordt afgespeeld.
6
[PARAM]-regelaar
Past een geschikte parameter aan voor elke modus.
Modus Parameter Waarde Beschrijving
ROOM TYPE
AMBIENCE (ANB),
SMALL (SNL),
MEDIUM (NED),
LARGE (LRG)
Selecteert de grootte van de ruimte.
HALL TYPE
SMALL (SNL),
MEDIUM (NED),
LARGE (LRG)
Selecteert de grootte van de concertzaal.
PLATE LOW DAMP & HI DAMP -50-50 Regelt de hoeveelheid demping voor de lage en hoge tonen.
SPRING SPRING NUMBER 1-3 Selecteert het aantal veren.
SHIMMER RELEASE 0–100 Regelt de diusie van de harmonie.
ARPVERB ATTACK 0–100 Regelt de attack van het arpeggiogeluid.
SLOWVERB DIRECT LEVEL 0–100 Regelt het directe geluid.
MODULATE MODULATION DEPTH 0–100 Regelt de diepte waarop het reverbgeluid wordt gemoduleerd.
+DELAY DELAY LEVEL 0–100 Regelt het delayvolume.
LO-FI DISTORTION 0-10 Regelt de hoeveelheid vervorming.
GATE THRESHOLD 0–100 Regelt de lengte van het reverbgeluid.
REVERSE HIGH CUT 0-15 Onderbreekt de hoge frequenties in het geluid.
7
[LOW]-regelaar
Regelt de lage frequenties van de reverb.
8
[HIGH]-regelaar
Regelt de hoge frequenties van de reverb.
5
Aan de slag
9
[DENSITY]-knop
De functie van deze knop verandert afhankelijk van hoe u erop drukt.
Handeling Beschrijving
Indrukken Regelt de dichtheid van het reverbgeluid.
Lang ingedrukt
houden
(panel lock)
Panel lock of paneelvergrendeling is een functie die voorkomt dat het paneel van het apparaat per ongeluk wordt bediend.
U kunt wisselen tussen het inschakelen (ontgrendelen) of uitschakelen (vergrendelen) van de regelaar- en knopbedieningen.
Als u een handeling probeert uit te voeren terwijl het apparaat vergrendeld is, geeft het display LCK aan.
Wanneer u de knoppen [DENSITY] en [MEMORY] tegelijkertijd indrukt, gaat het apparaat over naar de MENU-modus (p. 10).
10
DENSITY-indicator
De LED-status verandert afhankelijk van de dichtheid van het reverbgeluid dat u instelt door op de [DENSITY]-knop te drukken.
11
[MEMORY]-knop
Schakelt tussen geheugens of slaat deze op (MANUAL, 1-127) (p. 9).
Met elke druk op de [MEMORY]-knop schakelt u tussen de geheugens. U kunt ook tussen geheugens schakelen door de [MEMORY]-knop
ingedrukt te houden en aan de [TIME]-regelaar te draaien.
Verlichting Beschrijving Display
Groen MANUAL-modus NAn
Rood Geheugen 1-4 N-1...N-4
Gedoofd Geheugen 5-127 N-5...N.27
* U kunt standaard alleen de MANUAL- of handmatige modus en de geheugens 1-4 selecteren. Om geheugens 5-127 te selecteren, moet u de
maximale waarde wijzigen door vooraf de EXTENT FROM (ETF) en EXTENT TO (ETT) (p. 13) in te stellen. Hiermee wordt het beschikbare
geheugenbereik uitgebreid.
12
MEMORY-indicatoren
Geeft het geselecteerde geheugen aan.
Als een geheugen 5–127 is geselecteerd, licht de indicator niet op.
13
[ON/OFF]-schakelaar
Schakelt reverb (galm) in en uit.
MEMO
U kunt de functie van de [ON/OFF]-schakelaar wijzigen in SľF (ON/OFF FUNCTION).
Raadpleeg p. 11 voor meer informatie over de carryoverinstellingen.
14
[MEMORY/HOLD]-schakelaar
Schakelt tussen geheugens (p. 9).
Houd de schakelaar lang ingedrukt om naar de HOLD-modus te schakelen.
MEMO
De functie van de [MEMORY/HOLD]-schakelaar kan worden gewijzigd in NFC (MEMORY FUNCTION).
6
Aan de slag
Achterpaneel (uw apparatuur aansluiten)
* Zet het volume altijd op nul en schakel alle apparaten uit alvorens deze aan te sluiten om defecten of storingen aan de apparatuur te
voorkomen.
A B C D
A
INPUT (A/MONO, B)-aansluitingen
Sluit hier uw gitaar, bas, eectapparaat of soortgelijk apparaat aan.
Gebruik de INPUT A/MONO- en INPUT B-aansluitingen voor het aansluiten op een eectapparaat met stereo-uitgangen. Gebruik alleen de
INPUT A/MONO-aansluiting als u een monobron gebruikt.
Het apparaat in- en uitschakelen
De INPUT A/MONO-aansluiting werkt ook als stroomschakelaar. Het apparaat wordt ingeschakeld als u een stekker in de INPUT A/MONO-
aansluiting steekt.
Het apparaat inschakelen
Schakel apparatuur zoals een gitaarversterker als laatste in.
Bij het uitschakelen
Schakel de stroom naar de versterker als eerste uit.
* Verlaag altijd eerst het volume voor u het apparaat in- of uitschakelt. Zelfs als u het volume hebt uitgezet, hoort u mogelijk geluid wanneer u
het apparaat in- of uitschakelt. Dit is normaal en wijst niet op een defect.
B
OUTPUT (A/MONO, B)-aansluitingen
Verbind deze aansluitingen met de luidsprekers van uw versterker of monitor.
Gebruik alleen de OUTPUT A/MONO-aansluiting als u dit apparaat in mono gebruikt. Zelfs geluid dat in stereo wordt ingevoerd, wordt in mono uitgevoerd.
Wanneer u een stereoconguratie gebruikt, gebruik dan de OUTPUT A (MONO)- en OUTPUT B-aansluitingen.
Voorbeeld van mono-in-/mono-uit-aansluiting Voorbeeld van stereo-in-/stereo uit-aansluiting
Eecten
klavier,
audioapparaat
INPUT BINPUT BINPUT AINPUT A
7
Aan de slag
C
CTL 1, 2/EXP-aansluiting
De aansluiting als CTL 1/2 gebruiken
U kunt een voetschakelaar aansluiten (FS-5U, FS-6, FS-7; apart verkrijgbaar) en deze gebruiken voor het in-/uitfaden of voor het schakelen
tussen geheugens (p. 10).
FS-5UFS-5U
PolariteitschakelaarPolariteitschakelaarPolariteitschakelaarPolariteitschakelaar
FS-6/FS-7FS-6/FS-7
CTL 2CTL 2 CTL 1CTL 1 CTL 2CTL 2 CTL 1CTL 1
CTL 2CTL 2
CTL 1CTL 1
CTL 1CTL 1
FS-5U × 2FS-5U × 2
PUNTPUNTRINGRING
FS-5U × 1FS-5U × 1
1/4”-telefoonaansluiting 1/4”-telefoonaansluiting
ÐÐ
1/4”-telefoonaansluiting1/4”-telefoonaansluiting
FS-5U × 1FS-5U × 1
1/4”-telefoonaansluiting 1/4”-telefoonaansluiting
ÐÐ
1/4”-telefoonaansluiting1/4”-telefoonaansluiting
FS-5U × 2FS-5U × 2
Stereo Stereo
1/4”-telefoonaansluiting 1/4”-telefoonaansluiting
ÐÐ
1/4”-telefoonaansluiting x 21/4”-telefoonaansluiting x 2
FS-5U × 2FS-5U × 2
Stereo Stereo
1/4”-telefoonaansluiting 1/4”-telefoonaansluiting
ÐÐ
1/4”-telefoonaansluiting x 21/4”-telefoonaansluiting x 2
FS-6 FS-6
ofof
FS-7 FS-7
Stereo Stereo
1/4”-telefoonaansluiting 1/4”-telefoonaansluiting
ÐÐ
Stereo Stereo
1/4”-telefoonaansluiting1/4”-telefoonaansluiting
FS-6 FS-6
ofof
FS-7 FS-7
Stereo Stereo
1/4”-telefoonaansluiting 1/4”-telefoonaansluiting
ÐÐ
Stereo Stereo
1/4”-telefoonaansluiting1/4”-telefoonaansluiting
FS-5UFS-5U FS-6/FS-7FS-6/FS-7
De aansluiting als EXP gebruiken
U kunt een expressiepedaal aansluiten (EV-30, Roland EV-5, enz.; apart verkrijgbaar) en deze gebruiken om de reverbtijd, het reverbvolume
enzovoort te regelen (p. 12).
EV-30EV-30 FV-500HFV-500H
FV-500LFV-500L
Roland Roland
EV-5EV-5
* Gebruik alleen het aanbevolen expressiepedaal. Het aansluiten van een expressiepedaal van een ander type kan leiden tot defecten en/of
schade aan het apparaat.
D
DC IN-aansluiting
Gebruik deze aansluiting om een netstroomadapter (PSA-S-reeks; apart verkrijgbaar) aan te sluiten.
* Gebruik alleen de opgegeven netstroomadapter (PSA-S-reeks; apart verkrijgbaar) en steek hem in een stopcontact met de juiste spanning.
* Als de netstroomadapter is aangesloten terwijl de batterijen zijn geplaatst, gebruikt het apparaat de voeding van de netstroomadapter.
8
Aan de slag
Zijpaneel (uw apparatuur aansluiten)
E F
E
MIDI-aansluitingen
Gebruik TRS/MIDI-verbindingskabels (BMIDI-5-35, BMIDI-1-35, BMIDI-2-35, BCC-1-3535, BCC-2-3535; apart verkrijgbaar) om dit apparaat op een
extern MIDI-apparaat aan te sluiten. Hierdoor kunt u een extern MIDI-apparaat gebruiken om op dit apparaat tussen geheugens te schakelen,
of om verschillende parameters te bedienen.
* Sluit hier geen audioapparaat op aan. Als u dit wel doet, zal dit leiden tot defecten.
F
USB-poort
Sluit uw computer aan met een in de handel verkrijgbare USB-kabel die USB 2.0 ondersteunt.
* Gebruik geen USB-kabels die alleen zijn bedoeld om een apparaat op te laden. Kabels voor alleen laden kunnen geen gegevens doorsturen.
* Alleen gebruikt voor het bijwerken van programma's.
9
Geheugens opslaan en oproepen
Opslaan naar een geheugen (schrijfbewerking)
U kunt door u bewerkte reverbinstellingen als volgt opslaan.
1. Druk lang op de [MEMORY]-knop.
Het display geeft ľRt (WRITE)” aan.
2. Draai aan de [TIME]-regelaar om de opslagbestemming te selecteren (MAN (handmatig), 1–127).
U kunt de opslagbestemming ook selecteren door op de [MEMORY]-knop te drukken.
Druk op de [DENSITY]-knop om te annuleren.
* Geheugens van 100 tot 127 worden op het scherm aangegeven met een punt (.00–.27).
3. Druk lang op de [MEMORY]-knop.
Het geheugen wordt opgeslagen.
Een geheugen oproepen
U kunt als volgt een opgeslagen geheugen oproepen.
1. Druk op de [MEMORY]-knop om een geheugen te selecteren.
Elke druk op de knop schakelt tussen geheugens in deze volgorde: “MAN (handmatig) Ó 1 Ó 2 Ó 3 Ó 4 Ó MAN ..., en de MEMORY-indicator
licht op.
U kunt ook tussen geheugens schakelen door de [MEMORY]-knop ingedrukt te houden en aan de [TIME]-regelaar te draaien.
MEMO
U kunt standaard alleen de MANUAL- of handmatige modus en de geheugens 1-4 selecteren. Om geheugens 5-127 te selecteren, moet u de
maximale waarde wijzigen door vooraf de EXTENT FROM (ETF) en EXTENT TO (ETT) (p. 13) in te stellen. Hiermee wordt het beschikbare
geheugenbereik uitgebreid.
De MEMORY-indicator is gedoofd als een geheugen 5-127 is geselecteerd.
Wat is “MAN” (handmatig)?
Als u “MAN” selecteert, weerspiegelt het reverbgeluid de werkelijke posities (instellingen) van de regelaars (MANUAL-modus).
10
Algemene instellingen (Menu)
Basisbediening
1. Houd de [DENSITY]- en [MEMORY]-knoppen tegelijkertijd ingedrukt om de MENU-modus te openen.
Het apparaat gaat naar de MENU-modus.
2. Draai de [TIME]-regelaar om een parameter te selecteren en druk vervolgens op de [TIME]-regelaar.
De waarde wordt weergegeven.
3. Draai aan de [TIME]-regelaar om de waarde te wijzigen.
4. Druk op de [TIME]-regelaar.
5. Houd de [DENSITY]- en [MEMORY]-knoppen tegelijkertijd ingedrukt om de MENU-modus te verlaten.
Een functie toewijzen aan een extern pedaal
U kunt een voetschakelaar aansluiten (FS-5U, FS-6, FS-7; apart verkrijgbaar) op de CTL 1,2/EXP-aansluiting en deze gebruiken voor het in-/uitfaden
of om tussen geheugens te schakelen.
Gebruik de menu-items C1F of ”C2F om deze instellingen te prepareren (p. 12).
U kunt een expressiepedaal aansluiten (EV-30, Roland EV-5, enz.; apart verkrijgbaar) en deze gebruiken om de reverbtijd, het reverbvolume
enzovoort te regelen (p. 12).
* Gebruik alleen het aanbevolen expressiepedaal. Het aansluiten van een expressiepedaal van een ander type kan leiden tot defecten en/of
schade aan het apparaat.
FS-5UFS-5U
PolariteitschakelaarPolariteitschakelaarPolariteitschakelaarPolariteitschakelaar
FS-6/FS-7FS-6/FS-7
CTL 2CTL 2 CTL 1CTL 1 CTL 2CTL 2 CTL 1CTL 1
CTL 2CTL 2
CTL 1CTL 1
CTL 1CTL 1
FS-5U × 2FS-5U × 2
PUNTPUNTRINGRING
FS-5U × 1FS-5U × 1
1/4”-telefoonaansluiting 1/4”-telefoonaansluiting
ÐÐ
1/4”-telefoonaansluiting1/4”-telefoonaansluiting
FS-5U × 1FS-5U × 1
1/4”-telefoonaansluiting 1/4”-telefoonaansluiting
ÐÐ
1/4”-telefoonaansluiting1/4”-telefoonaansluiting
FS-5U × 2FS-5U × 2
Stereo Stereo
1/4”-telefoonaansluiting 1/4”-telefoonaansluiting
ÐÐ
1/4”-telefoonaansluiting x 21/4”-telefoonaansluiting x 2
FS-5U × 2FS-5U × 2
Stereo Stereo
1/4”-telefoonaansluiting 1/4”-telefoonaansluiting
ÐÐ
1/4”-telefoonaansluiting x 21/4”-telefoonaansluiting x 2
FS-6 FS-6
ofof
FS-7 FS-7
Stereo Stereo
1/4”-telefoonaansluiting 1/4”-telefoonaansluiting
ÐÐ
Stereo Stereo
1/4”-telefoonaansluiting1/4”-telefoonaansluiting
FS-6 FS-6
ofof
FS-7 FS-7
Stereo Stereo
1/4”-telefoonaansluiting 1/4”-telefoonaansluiting
ÐÐ
Stereo Stereo
1/4”-telefoonaansluiting1/4”-telefoonaansluiting
FS-5UFS-5U FS-6/FS-7FS-6/FS-7
EV-30EV-30 FV-500HFV-500H
FV-500LFV-500L
Roland Roland
EV-5EV-5
11
Algemene instellingen (Menu)
Menu parameterlijst
Display Parameter Waarde Beschrijving
Cry CARRYOVER OFF/ON (oFF, on)
Geeft aan of het eectgeluid wordt overgedragen (on) of niet wordt
overgedragen (oFF) wanneer u tussen geheugens schakelt of het eect
uitschakelt.
SľF ON/OFF FUNCTION
Congureert de functie van de [ON/OFF]-schakelaar.
ON/OFF SWITCH ()Schakelt het eect of de eecten in/uit.
MEMORY DOWN, ON/OFF
(NDƔ)
Verlaagt het geheugennummer. U kunt het eect ook in-/uitschakelen
door de [ON/OFF]-schakelaar lang ingedrukt te houden.
MEMORY UP, ON/OFF (NVƳ)Verhoogt het geheugennummer. U kunt het eect ook in-/uitschakelen
door de [ON/OFF]-schakelaar lang ingedrukt te houden.
MANUAL (NAn)Selecteert de handmatige instelling. Als dit al geselecteerd is, schakelt dit
het eect in/uit.
MEMORY1–127 (N-1N.27)Selecteert geheugens 1-127. Als dit al geselecteerd is, schakelt dit het
eect in/uit.
NFC MEMORY FUNCTION
Stelt de functie in voor de [MEMORY/HOLD]-schakelaar.
MEMORY DOWN, HOLD
(NDn)
Verlaagt het geheugennummer volgens de MEMORY EXTENT-instelling.
Houd de [MEMORY/HOLD]-schakelaar lang ingedrukt om de HOLD-
modus te selecteren.
MEMORY UP, HOLD (NVP)
Verhoogt het geheugennummer volgens de MEMORY EXTENT-instelling.
Houd de [MEMORY/HOLD]-schakelaar lang ingedrukt om de HOLD-
modus te selecteren.
MOMENT (Noŷ)Het reverbgeluid wordt uitgevoerd zolang u op de schakelaar drukt.
MOMENT TOGGLE (NoN)Voert het reverbgeluid uit. Dit schakelt tussen aan en uit telkens wanneer
u de controller bedient.
FADE (FAd)Voert een fade-in of fade-out van het reverbgeluid uit.
HOLD (hLd.)Herhaalt het reverbgeluid zolang u de schakelaar ingedrukt houdt
(HOLD-modus).
HOLD TOGGLE (hLd)Herhaalt het reverbgeluid (HOLD-modus). Dit schakelt tussen aan en uit
telkens wanneer u de controller bedient.
WARP (ľAƳ)
Regelt tegelijkertijd de hoeveelheid feedback en het volume van de
reverb zolang u de schakelaar indrukt, waardoor er een droomachtige
reverb ontstaat.
WARP TOGGLE (ľAP)
Bedient tegelijk het feedbackniveau en de hoeveelheid volume van de
reverb om een droomachtig reverbgeluid te produceren. Dit schakelt
tussen aan en uit telkens wanneer u de controller bedient.
TWIST (tSƸ)Produceert een nieuw soort reverb met een agressief rotatiegevoel
(twisteect) zolang u de schakelaar ingedrukt houdt.
TWIST TOGGLE (tSt)
Produceert een nieuw soort reverb met een agressief rotatiegevoel
(twisteect). Dit schakelt tussen aan en uit telkens wanneer u de
controller bedient.
MEMORY DOWN, ON/OFF
(NDƔ)
Verlaagt het geheugennummer volgens de MEMORY EXTENT-instelling.
U kunt het eect ook in-/uitschakelen door de schakelaar lang ingedrukt
te houden.
MEMORY UP, ON/OFF (NVƳ)
Verhoogt het geheugennummer volgens de MEMORY EXTENT-instelling.
U kunt het eect ook in-/uitschakelen door de schakelaar lang ingedrukt
te houden.
MANUAL (NAn)Selecteert de handmatige instelling. Als dit al geselecteerd is, schakelt dit
het eect in/uit.
MEMORY1–127 (N-1N.27)Selecteert geheugens 1-127. Als dit al geselecteerd is, schakelt dit het
eect in/uit.
12
Algemene instellingen (Menu)
Display Parameter Waarde Beschrijving
C1F
C2F
CTL1 FUNCTION
CTL2 FUNCTION
Stelt de functie in van een voetschakelaar die is aangesloten op de CTL 1,2/EXP-aansluiting.
OFF (oFF)Geen toewijzing.
MEMORY DOWN (NDn)Verlaagt het geheugennummer volgens de MEMORY EXTENT-instelling.
MEMORY UP (NVP)Verhoogt het geheugennummer volgens de MEMORY EXTENT-instelling.
ON/OFF SWITCH ()Schakelt het eect of de eecten in/uit.
MOMENT (Noŷ)Het reverbgeluid wordt uitgevoerd zolang u op de schakelaar drukt.
MOMENT TOGGLE (NoN)Voert het reverbgeluid uit. Dit schakelt tussen aan en uit telkens wanneer
u de controller bedient.
FADE (FAd)Voert een fade-in of fade-out van het reverbgeluid uit.
HOLD (hLƞ)Het reverbgeluid wordt herhaald (HOLD-modus) zolang u op de
schakelaar drukt.
HOLD TOGGLE (hLd)Herhaalt het reverbgeluid (HOLD-modus). Dit schakelt tussen aan en uit
telkens wanneer u de controller bedient.
WARP (ľAƳ)
Regelt tegelijkertijd de hoeveelheid feedback en het volume van de
reverb zolang u de schakelaar indrukt, waardoor er een droomachtige
reverb ontstaat.
WARP TOGGLE (ľAP)
Bedient tegelijk het feedbackniveau en de hoeveelheid volume van de
reverb om een droomachtig reverbgeluid te produceren. Dit schakelt
tussen aan en uit telkens wanneer u de controller bedient.
TWIST (tSƸ)Produceert een nieuw soort reverb met een agressief rotatiegevoel
(twisteect) zolang u de schakelaar ingedrukt houdt.
TWIST TOGGLE (tSt)
Produceert een nieuw soort reverb met een agressief rotatiegevoel
(twisteect). Dit schakelt tussen aan en uit telkens wanneer u de
controller bedient.
MANUAL (NAn)
Selecteert de handmatige instelling. Als dit al geselecteerd is, schakelt dit
het eect in/uit.
MEMORY 1 (N-1)
–MEMORY 127 (N.27)
Selecteert geheugens 1-127. Als dit al geselecteerd is, schakelt dit het
eect in/uit.
EPF EXPRESSION FUNCTION
Geeft de functie aan van een expressiepedaal dat is aangesloten op de aansluiting CTL 1, 2/EXP.
OFF (oFF)Er wordt geen functie bediend.
TIME (tiN)Dit werkt hetzelfde als de [TIME]-regelaar.
E. LEVEL (EøU)Dit werkt hetzelfde als de [E.LEVEL]-regelaar.
PARAM (PrN)Dit werkt hetzelfde als de [PARAM]-regelaar.
INPUT LEVEL (iøU)Past het invoerniveau aan.
EPn EXPRESSION MIN
Speciceert de minimumwaarde van het variabele bereik van de parameter, bediend door EXPRESSION
FUNCTION. Het variabele bereik verschilt afhankelijk van de parameter.
TIME (tiN)Dit wordt ingesteld binnen hetzelfde variabele bereik als de parameter
van de [TIME]-regelaar. (p. 3)
E. LEVEL (EøU)Ingesteld binnen het bereik van 0–100 (0100).
PARAM (PrN)Dit wordt ingesteld binnen hetzelfde variabele bereik als de parameter
van de [PARAM]-regelaar. (p. 4)
INPUT LEVEL (iøU)Ingesteld binnen het bereik van 0–100 (0100).
EPN EXPRESSION MAX
Speciceert de maximumwaarde van het variabele bereik van de parameter, bediend door EXPRESSION
FUNCTION. Het variabele bereik verschilt afhankelijk van de parameter.
TIME (tiN)Dit wordt ingesteld binnen hetzelfde variabele bereik als de parameter
van de [TIME]-regelaar. (p. 3)
E. LEVEL (EøU)Ingesteld binnen het bereik van 0–100 (0100).
PARAM (PrN)Dit wordt ingesteld binnen hetzelfde variabele bereik als de parameter
van de [PARAM]-regelaar. (p. 4)
INPUT LEVEL (iøU)Ingesteld binnen het bereik van 0–100 (0100).
SľP
NEP
C1P
C2P
EPP
ON/OFF PREFERENCE
MEMORY PREFERENCE
CTL1 PREFERENCE
CTL2 PREFERENCE
EXPRESSION PREFERENCE
MEMORY (NEN)
Selecteert of de instellingen voor de schakelaars op dit apparaat
(de [ON/OFF]- en [MEMORY/HOLD]-schakelaars) en voor
de voetschakelaar/expressiepedaal aangesloten op de
CTL 1,2/EXP-aansluiting exclusief zijn voor elk geheugen (NEN) of
gedeeld (SYS).
* Wanneer dit is ingesteld om instellingen te gebruiken die exclusief
zijn voor elk geheugen, gebruikt u de schrijfbewerking (p. 9) om de
instellingen in het geheugen op te slaan.
SYSTEM (SYS)
13
Algemene instellingen (Menu)
Display Parameter Waarde Beschrijving
oVt OUTPUT MODE
Selecteert hoe de uitvoer gebeurt.
NORMAL (nor)
De uitvoer is stereo als er stekkers in de OUTPUT A/MONO- en OUTPUT
B-aansluitingen worden gestoken, en de uitvoer is mono als er alleen een
stekker in de OUTPUT A/MONO-aansluiting wordt gestoken.
DIRECT/EFFECT (d/E)
Het directe geluid wordt uitgevoerd via de OUTPUT A/MONO-aansluiting
en het reverbgeluid wordt uitgevoerd via de OUTPUT B-aansluiting. Het
directe geluid wordt niet uitgevoerd als u de LO-FI-modus gebruikt.
DIRECT MUTE (dNt)Alleen het reverbgeluid wordt uitgevoerd. Het directe geluid wordt niet
uitgevoerd.
EtF
EtT
MEMORY EXTENT FROM
MEMORY EXTENT TO
MANUAL (NAn),
MEMORY 1 (N-1)
–MEMORY 127 (N.27)
Geef het geheugenschakelbereik op (MEMORY EXTENT FROM-TO).
RCh MIDI RECEIVE CHANNEL 1 (1)–16 (16),
OFF (oFF)
Geeft het MIDI-ontvangstkanaal aan. Als dit oFF is, worden geen MIDI-
berichten ontvangen.
tCh MIDI TRANSMIT CHANNEL
1 (1)–16 (16),
RECEIVE (RCU),
OFF (oFF)
Geeft het MIDI-verzendkanaal aan. Als dit oFF is, worden geen MIDI-
berichten verzonden.
Als dit is ingesteld op rCU, worden MIDI-berichten verzonden op
hetzelfde kanaal als het MIDI RECEIVE CHANNEL.
Pin PC IN ON (on)Programmawijzigingsberichten worden ontvangen.
OFF (oFF)Programmawijzigingsberichten worden niet ontvangen.
Pot PC OUT
ON (on)
Programmawijzigingsberichten worden verzonden.
* Het programmanummer is “1” als het geheugen is ingesteld op “MANUAL,
en de programmanummers zijn 2–128 voor geheugens 1–127.
OFF (oFF)Programmawijzigingsberichten worden niet verzonden.
CCi CC IN ON (on)
Bedieningswijzigingsberichten worden ontvangen.
Hiermee kunt u de regelaars en voetschakelaars bedienen met behulp
van bedieningswijzigingsberichten.
OFF (oFF)Bedieningswijzigingsberichten worden niet ontvangen.
CCo CC OUT ON (on)Bedieningswijzigingsberichten worden verzonden.
OFF (oFF)Bedieningswijzigingsberichten worden niet verzonden.
TNC
PdC
ELC
PRC
LoC
hiC
SľC
NEC
C1C
C2C
EPC
EFC
TIME CC
PRE-DELAY CC
E. LEVEL CC
PARAM CC
LOW CC
HIGH CC
ON/OFF SWITCH CC
MEMORY CC
CTL1 CC
CTL2 CC
EXPRESSION CC
EFFECT ON/OFF CC
OFF (oFF),
1 (1)–31 (31),
64 (64)–95 (95)
Geeft het controllernummer aan dat correspondeert met elke controller.
Nth MIDI THRU ON (on),
OFF (oFF)
Geeft aan of MIDI-berichten die worden ontvangen bij de MIDI IN-
aansluiting opnieuw worden verzonden zoals ze zijn via de MIDI OUT-
aansluiting (on) of niet opnieuw worden verzonden (off).
P 1P 9
P10P99
P.00P.28
P1–P9
P10–P99
P100–P128
OFF (oFF),
MAN
(
NAn
)
,
MEMORY 1 (N-1)
–MEMORY 127 (N.27)
Geef het geheugen op dat overeenkomt met het ontvangen
programmanummer. Bank select wordt genegeerd (wordt wel ontvangen).
Als dit oFF is, wordt het eect uitgeschakeld.
14
Lijst met vooraf ingestelde waarden
Geheugen MAN: ROOM
Regelaar Parameter
MODE ROOM
PARAM (ROOM TYPE) MEDIUM (NEd)
TIME 1.4
PRE-DELAY 100
E.LEVEL 50
LOW 0
HIGH 0
DENSITY 3
±4
Geheugen 1: HALL
Regelaar Parameter
MODE HALL
PARAM (HALL TYPE) MEDIUM (NEd)
TIME 3.3
PRE-DELAY 20
E.LEVEL 40
LOW 0
HIGH 0
DENSITY 2
³3
Geheugen 2: PLATE
Regelaar Parameter
MODE PLATE
PARAM (PLATE DAMP) 0
TIME 3.0
PRE-DELAY 0
E.LEVEL 40
LOW 0
HIGH 0
DENSITY 4
³0
15
Lijst met vooraf ingestelde waarden
Geheugen 3: MODULATE
Regelaar Parameter
MODE MODULATE
PARAM (MOD DEPTH) 65
TIME 3.3
PRE-DELAY 20
E.LEVEL 80
LOW 0
HIGH 0
DENSITY 2
³3
Geheugen 4: ARPVERB
Regelaar Parameter
MODE ARPVERB
PARAM (ARPVERB PARAM) 50
TIME 7.0
PRE-DELAY 0
E.LEVEL 50
LOW 0
HIGH 0
DENSITY 5
·0
16
Appendix
De fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset)
Hier leest u hoe u de RV-200 naar de fabrieksinstellingen kunt herstellen.
1. Houd de [ON/OFF]-schakelaar en [MEMORY/HOLD]-schakelaar ingedrukt en zet de stroom aan (steek een
stekker in de INPUT A/MONO-aansluiting).
Het display geeft FCt weer.
2. Zodra de indicator van de [MEMORY/HOLD]-schakelaar begint te knipperen, drukt u op de [MEMORY/HOLD]-
schakelaar.
Op het display wordt SVr weergegeven.
Als u wilt annuleren, drukt u op de [MEMORY]-knop.
3. Druk op de [MEMORY/HOLD]-schakelaar.
Dit herstelt het apparaat naar de fabrieksinstellingen.
4. Wanneer “Fin op het display verschijnt, zet u het apparaat uit en weer aan (trek de stekker uit de INPUT A/
MONO-aansluiting en steek hem er vervolgens opnieuw in).
Belangrijkste specicaties
Stroomtoevoer Alkalinebatterij (AA, LR6) x 3, netstroomadapter (apart verkrijgbaar)
Stroomverbruik 260mA
Verwachte levensduur van de
batterij bij continu gebruik
Alkaline: circa 4 uur
* Deze cijfers variëren afhankelijk van de werkelijke gebruiksomstandigheden.
Afmetingen 101 (B) x 138 (D) x 63 (H) mm
101 (B) x 138 (D) x 65 (H) mm (inclusief rubberen voetjes)
Gewicht 610 g
680 g (inclusief batterijen)
Accessoires
Infoblad “HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN”
Infoblad “De gebruikershandleiding ophalen
Alkalinebatterij (AA, LR6) x 3
Rubberen voetjes x 4
Opties (apart verkrijgbaar)
Netstroomadapter: PSA-S-reeks
Voetschakelaar: FS-5U
Dubbele voetschakelaar: FS-6, FS-7
Expressiepedaal: FV-500H, FV-500L, EV-30, Roland EV-5
TRS/MIDI-verbindingskabel: BMIDI-5-35, BMIDI-1-35, BMIDI-2-35, BCC-1-3535, BCC-2-3535
* 0 dBu = 0,775 Vrms
* In dit document worden de specicaties van het product uitgelegd op het moment dat het document werd vrijgegeven. Raadpleeg de Roland-
website voor de meest recente informatie.
17
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
Stroomtoevoer: gebruik van batterijen
¹Plaats of vervang batterijen altijd voor u andere apparaten aansluit. Zo kunt u defecten en schade vermijden.
¹Als u het apparaat met batterijen gebruikt, raden wij u aan alkalinebatterijen te gebruiken.
¹Zelfs als batterijen geplaatst zijn, zal het apparaat worden uitgeschakeld als u het netsnoer los- of aankoppelt op het stopcontact wanneer
het apparaat is ingeschakeld of als u de netstroomadapter aan het apparaat koppelt of loskoppelt. Wanneer dit gebeurt, kunnen niet-
opgeslagen gegevens verloren gaan. U moet het apparaat uitschakelen voor u het netsnoer of de netstroomadapter los- of aankoppelt.
Reparaties en gegevens
¹Noteer de benodigde informatie voordat u het apparaat voor herstellingen opstuurt. Hoewel we tijdens een reparatie al het mogelijke doen
om de gegevens op uw apparaat te behouden, is het in sommige gevallen, zoals wanneer het geheugen fysiek is beschadigd, echter niet
mogelijk om de opgeslagen inhoud te herstellen. Roland kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het herstel van opgeslagen inhoud die
verloren is gegaan.
Extra voorzorgsmaatregelen
¹Gegevens die op het apparaat zijn opgeslagen, kunnen verloren gaan als gevolg van storingen aan het apparaat, onjuiste bediening van
het apparaat, enzovoort. Bescherm uzelf tegen het onherstelbare verlies van gegevens door de benodigde informatie op te schrijven.
¹Roland kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het herstel van opgeslagen inhoud die verloren is gegaan.
¹Gebruik geen verbindingskabels met een ingebouwde weerstand.
Intellectueel eigendomsrecht
¹Copyright © 2009-2018 Arm Limited. Alle rechten voorbehouden.
Onder licentie van de Apache-licentie, versie 2.0 (de “Licentie”);
U kunt een kopie van de licentie verkrijgen op http://www.apache.org/licenses/LICENSE-2.0
¹Roland en BOSS zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Roland Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
¹De bedrijfsnamen en productnamen in dit document zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van hun respectievelijke eigenaars.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17

Boss RV-200 de handleiding

Categorie
Muzikale uitrusting
Type
de handleiding