schmersal AZM150SK-02/02RAT-024 Handleiding

Type
Handleiding
AZM150
Bedieningshandleiding
Veiligheidsvergrendeling
NL 1
1. Over dit document
1.1 Functie
Deze bedieningshandleiding geeft u de benodigde informatie voor
de montage, inbedrijfneming, veilige werking en de demontage
van de veiligheidsschakelaar. Een duidelijk leesbare kopie van de
bedieningshandleiding moet altijd in de directe nabijheid van het
product bewaard worden.
1.2 Doelgroep: gemachtigd personeel
Alle activiteiten die in deze bedieningshandleiding beschreven
worden, mogen uitsluitend door gekwalificeerd vakpersoneel, dat
hiertoe gemachtigd is door de eigenaar van de machine of installatie,
uitgevoerd worden.
Zorg ervoor dat u de bedieningshandleiding gelezen heeft en begrijpt
voordat u het component installeert en in werking stelt.
Bij de keuze en inbouw van de componenten en bij hun integratie in de
besturing moet de machinebouwer rekening houden met de
geharmoniseerde normen en hun eisen.
1.3 Gebruikte symbolen
Informatie, tip, opmerking:
Dit symbool markeert nuttige extra informatie.
Voorzichtig: Het niet-naleven van deze waarschuwing kan
tot storingen, een foutieve werking of defecten leiden.
Waarschuwing: Het niet-naleven van deze waarschuwing
kan tot lichamelijke verwondingen en/of materiële schade aan
de machine tot gevolg hebben.
1.4 Correct gebruik
Het productassortiment van Schmersal is niet bedoeld voor particuliere
consumenten.
De hier beschreven producten werden ontwikkeld om
veiligheidsrelevante functies uit te voeren als onderdeel van een
volledige machine of installatie. De bouwer van een machine of
installatie is verantwoordelijk voor de correcte werking van het geheel.
Deze bedieningshandleiding geeft u de benodigde informatie voor
de montage, inbedrijfneming, veilige werking en de demontage
van de veiligheidsschakelaar. Gedetailleerde informatie over het
toepassingsgebied vindt u in het hoofdstuk "Productbeschrijving".
1.5 Algemene veiligheidsinstructies
De gebruiker moet de veiligheidsinstructies van deze
bedieningshandleiding alsmede de nationale installatienormen en
de geldende veiligheids- en ongevallenpreventievoorschriften in acht
nemen.
Aanvullende technische informatie vindt u in de Schmersal
catalogi of in de online catalogus: products.schmersal.com.
Alle vermeldingen zijn vrijblijvend en zonder enige contractuele
verbintenis. Technische wijzigingen voorbehouden.
Bij naleving van de veiligheidsinstructies en de instructies voor
montage, inwerkingstelling, bediening en onderhoud zijn geen
restrisico's bekend.
Inhoudsopgave
1 Over dit document
1.1 Functie ...............................................1
1.2 Doelgroep: gemachtigd personeel..........................1
1.3 Gebruikte symbolen.....................................1
1.4 Correct gebruik ........................................1
1.5 Algemene veiligheidsinstructies............................1
1.6 Waarschuwing voor foutief gebruik .........................2
1.7 Uitsluiting van aansprakelijkheid ...........................2
2 Productbeschrijving
2.1 Bestelsleutel...........................................2
2.2 Speciale versies........................................2
2.3 Bestemming en gebruik ..................................2
2.4 Technische gegevens ...................................3
2.5 Veiligheidsclassicatie van de vergrendelfunctie ...............4
2.6 Veiligheidsclassicatie van de arrêteerfunctie .................4
3 Montage
3.1 Algemene montage-instructies ............................4
3.2 Afmetingen............................................5
3.3 Montage van de individueel gecodeerde bediensleutel..........6
3.4 Toebehoren ...........................................7
4 Elektrische aansluiting
4.1 Algemene opmerkingen betreende de elektrische aansluiting ...7
4.2 Aansluitvoorbeelden ....................................7
4.3 Contactvarianten .......................................8
5 Gebruik en onderhoud
5.1 Functietest ............................................8
5.2 Onderhoud............................................8
6 Demontage en afvalverwijdering
6.1 Demontage ...........................................8
6.2 Afvalverwijdering .......................................8
7 Conformiteitsverklaring
Versie 4
06.2023 / 103049696-NL / A
NL Bedieningshandleiding . . . . . . . . . . Pagina 1 tot 9
Origineel
2
Bedieningshandleiding
Veiligheidsvergrendeling AZM150
NL
1.6 Waarschuwing voor foutief gebruik
Bij ondeskundig of niet-correct gebruik of manipulaties
kunnen bij gebruik van de component mogelijke gevaren voor
personen of schade aan machine- of installatieonderdelen
niet uitgesloten worden.
1.7 Uitsluiting van aansprakelijkheid
Wij zijn niet aansprakelijk voor schade en bedrijfsstoringen die
voortvloeien uit montagefouten of het niet naleven van deze
bedieningshandleiding. Voor schade die ontstaat vanwege het gebruik
van reserveonderdelen of toebehoren, die niet door de fabrikant
toegelaten zijn, is iedere vorm van aansprakelijkheid van de fabrikant
uitgesloten.
Om veiligheidsredenen is het eigenhandig herstellen, ombouwen
of veranderen van het component uitdrukkelijk verboden. Iedere
eigenmachtig uitgevoerde reparatie, ombouw of verandering is uit
veiligheidsoogpunt niet toegestaan, en ontslaat in voorkomend geval
de fabrikant van elke aansprakelijkheid en/of daaruit voortvloeiende
schade.
2. Productbeschrijving
2.1 Bestelsleutel
Deze bedieningshandleiding geldt voor de volgende types:
AZM150SK-
R
➁➂➃
-
-
Nr. Optie Beschrijving
Magneet: Bediensleutel:
02 / 11 2 verbreekcontacten
(NC)
1 maakcontacten (NO) / 1
verbreekcontacten (NC)
11 / 11 1 maakcontacten (NO)
/ 1 verbreekcontacten
(NC)
1 maakcontacten (NO) / 1
verbreekcontacten (NC)
11 / 02 1 maakcontacten (NO)
/ 1 verbreekcontacten
(NC)
2 verbreekcontacten (NC)
02 / 02 2 verbreekcontacten
(NC)
2 verbreekcontacten (NC)
01 / 03 1 verbreekcontacten
(NC)
3 Verbreekcontacten (NC)
03 / 01 3 verbreekcontacten
(NC)
1 verbreekcontacten (NC)
01 / 12 1 verbreekcontacten
(NC)
1 maakcontacten (NO) / 2
verbreekcontacten (NC)
Standaard gecodeerd (bediensleutel niet inbegrepen
in de levering)
I Individueel gecodeerd (bediensleutel niet inbegrepen
in de levering )
Ruststroom
A Arbeidsstroom
hulpontgrendeling
TT Paniekontgrendeling
N Noodontgrendeling
024 Us 24 VDC
110 Us 110 VAC
230 Us 230 VAC
Incl. bediensleutel voor versies
met individuele codering I:
B1 Rechte bedieningssleutel B1
B5 Haakse bedieningssleutel B5
B6L Beweeglijke bedieningssleutel B6 links
B6R Beweeglijke bedieningssleutel B6 rechts
Bediensleutel met standaardcodering (niet inbegrepen in de
levering)
AZM150-B1 rechte bediensleutel
AZM150-B5 haakse bediensleutel
AZM150-B6 beweeglijke bedieningssleutel
AZM150
-
-
R
➃➄➅
-024-
met inbouwstekker M12, 8-polig
(alleen 24 VDC)
Nr. Optie Beschrijving
Z
Met bewaking van de veiligheidsvergrendeling
(varianten 02/.., niet in de arbeidsstroomuitvoering)
B
Met bewaking van de bedieningssleutel (varianten
../02)
ST Inbouwstekker M12, onder
STR Inbouwstekker M12 rechts
STL Inbouwstekker M12, links
Magneet: Bediensleutel:
10 / 02 1 maakcontact (NO) 2 verbreekcontacten (NC)
02 / 10 2 verbreekcontacten (NC) 1 maakcontact (NO)
01 / 02 1 verbreekcontacten (NC) 2 verbreekcontacten (NC)
02 / 01 2 verbreekcontacten (NC) 1 verbreekcontacten (NC)
Standaard gecodeerd (bediensleutel niet inbegrepen
in de levering)
I Individueel gecodeerd (bediensleutel niet inbegrepen
in de levering
)
ruststroomprincipe
A arbeidsstroomprincipe
hulpontgrendeling
TT Paniekontgrendeling
N Noodontgrendeling
Incl. bediensleutel voor versies
met individuele codering I:
B1 Rechte bedieningssleutel B1
B5 Haakse bedieningssleutel B5
B6L Beweeglijke bedieningssleutel B6 links
B6R Beweeglijke bedieningssleutel B6 rechts
Bediensleutel met standaardcodering (niet inbegrepen
in de levering)
AZM150-B1 rechte bediensleutel
AZM150-B5 haakse bediensleutel
AZM150-B6 beweeglijke bedieningssleutel
Alleen bij een correcte uitvoering van de montage, zoals in
deze handleiding beschreven, blijft de veiligheidsfunctie en
dus de conformiteit met de Machinerichtlijn behouden.
2.2 Speciale versies
Voor speciale versies die niet in de typesleutel onder 2.1 vermeld
worden, gelden de vermeldingen hiervoor en hierna, voor zover zij
overeenstemmen met de serieversies.
2.3 Bestemming en gebruik
Door samenwerking met het besturingstechnische gedeelte van de
machine garandeert de veiligheidsvergrendeling dat een bewegende
beschermvoorziening niet geopend kan worden, totdat de gevaarlijke
toestanden beeïndigd zijn. De veiligheidsvergrendelingen met
individuele codering zorgen bijgevolg voor een hogere bescherming
tegen manipulaties en voor het veilig uitgeschakeld blijven bij
ontgrendelde of geopende beschermvoorziening.
Omdat bij spanningsuitval of het bedienen van de
hoofdschakelaar de beschermvoorziening onmiddellijk
geopend kan worden, mogen de veiligheidsvergrendelingen
met arbeidsstroomprincipe alleen in uitzonderlijke gevallen na
precieze inschatting van het ongevallenrisico gebruikt worden.
De veiligheidsschakelcomponenten zijn volgens
EN ISO 14119 als type 2 vergrendelvoorzieningen
geclassificeerd. Uitvoeringen met individuele codering zijn
als hoog gecodeerd ingedeeld.
De AZM150ST is ook ontworpen voor gebruik in
combinatie met de veilige fieldbox SFB van de firma
Schmersal.
3
AZM150
Bedieningshandleiding
Veiligheidsvergrendeling
NL
hulpontgrendeling
(bij inregelen, onderhoud, enz.)
De hulpontgrendelingen aan de achterkant en aan de kant van het
deksel, kunnen onafhankelijk van elkaar worden bediend. Er moet
worden gecontroleerd of beide bij de inbedrijfstelling van het apparaat
in de uitgangspositie staan.
Manuele ontgrendeling door het draaien van de driekant, waardoor de
vergrendelbout in ontgrendelpositie getrokken wordt. De normale
vergrendelfunctie wordt pas hersteld nadat de driekantsleutel in
zijn uitgangspositie teruggedraaid is. Na de inbedrijfname moet de
meegeleverde verzegeling aangebracht worden ter beveiliging van de
hulpontgrendeling.
hulpontgrendeling
Vergrendeld Ontgrendeld
De driekantsleutel TK-M5 (101100887) is als toebehoren verkrijgbaar.
Noodontgrendeling (bestelindex -N)
(Montage uitsluitend buiten de gevarenzone)
De noodontgrendeling mag uitsluitend in noodgevallen
gebruikt worden.
De veiligheidsvergrendeling moet zodanig geïnstalleerd
en/of beveiligd worden, dat een onbedoeld openen van
de veiligheidsvergrendeling door de noodontgrendeling
vermeden wordt.
De noodontgrendeling moet duidelijk een vermelding dragen,
dat zij uitsluitend in noodgevallen gebruikt mag worden.
Hiertoe kan de meegeleverde zelfklever gebruikt worden.
Draai de rode hendel 90° in de richting van de pijl tot aan de aanslag
om een noodontgrendeling uit te voeren. In deze positie kan de
beschermvoorziening geopend worden. De hendel is vastgeklikt en
kan niet meer teruggedraaid worden. Om de geblokkeerde positie op
te heffen, moet de centrale bevestigingsschroef uitgeschroefd worden,
totdat de geblokkeerde positie opgeheven wordt. Draai de hendel terug
in zijn uitgangspositie en schroef de schroef opnieuw stevig vast.
Paniekontgrendeling (bestelindex -T)
(Inbouw en bediening uitsluitend in de gevarenzone)
Draai de rode hendel van de versie T 90° in de richting van de pijl tot
aan de aanslag voor een paniekontgrendeling. In deze positie kan
de beschermvoorziening geopend worden. De geblokkeerde positie
wordt opgeheven door de hendel in tegengestelde richting te draaien.
In ontgrendelde positie is de beschermvoorziening beveiligd tegen
onbedoelde sluiting.
Noodontgrendeling / Paniekontgrendeling
Vergrendeld Ontgrendeld
De gebruiker moet het veiligheidscircuit evalueren,
ontwerpen en opbouwen volgens de van toepassing zijnde
normen en afhankelijk van het vereiste veiligheidsniveau.
Het volledige concept van de besturing, waarin de
veiligheidscomponent geïntegreerd wordt, moet gevalideerd
worden volgens de relevante normen.
2.4 Technische gegevens
Voorschriften: EN 60947-5-1, EN ISO 14119
Behuizing: glasvezelversterkte thermoplast, zelfdovend
Bediensleutel en vergrendeling: Roestvrij staal 1.4301
Contactmateriaal: Zilver
Codeerniveau volgens EN ISO 14119:
- Versie met standaardcodering: laag
- Versie met individuele codering: hoog
Beschermingsgraad: IP65, IP67
Isolatiebeschermklasse: II,
P
- Uitvoering met inbouwstekker M12: III
Overspanningscategorie: II
Vervuilingsgraad: 2
Schakelelementen: Wisselcontact met dubbele verbreking Zb,
galvanisch gescheiden contactbruggen
Schakelsysteem:
A
volgens EN 60947-5-1; tastschakeling, gedwongen
verbrekend contact
Gedwongen verbrekingsweg (ontgrendeld): 5 mm
Gedwongen verbrekingskracht (ontgrendeld): 10 N per verbreekcontact
Aansluitwijze: schroefaansluitklemmen of inbouwstekker M12, 8-polig
Kabelingang: 3 x M20
Type kabel: flexibel
Kabeldoorsnede: 0,25 mm² … 1,5 mm²
(incl. adereindhulzen zonder kunststofkraag)
Houdkracht Fmax: 1.950 N
Blokkeerkracht FZh: 1.500 N
Arrêteerkracht: 50 N
Bedieningssnelheid: ≤ 0,3 m/s
Bedieningsfrequentie: max. 1.000 schakelingen / u
Mechanische levensduur: 1.000.000 schakelingen
- Opmerking: vanaf toestelversie V2 (zie typeplaatje)
Omgevingstemperatuur: -25 °C … +55 °C
Opslagtemperatuur: -40 °C … +85 °C
Relatieve vochtigheid: max. 93 %, geen condensvorming, geen ijsvorming
Elektrische gegevens:
Gebruikscategorie: AC-15, DC-13
Nominale bedrijfsstroom Ie / -spanning Ue:
- Uitvoering met schroefaansluitklemmen: 4 A / 230 VAC, 4 A / 24 VDC
- Uitvoering met inbouwstekker M12: 2 A / 24 VDC
Nominale impulsspanningsvastheid Uimp:
- Uitvoering met schroefaansluitklemmen: 4 kV
- Uitvoering met inbouwstekker M12: 0,8 kV
Nominale isolatiespanning Ui:
- Uitvoering met schroefaansluitklemmen: 300 V
- Uitvoering met inbouwstekker M12: 30 V
Thermische stroom Ithe:
- Uitvoering met schroefaansluitklemmen: 5 A
- Uitvoering met inbouwstekker M12: 2 A
Kortsluitbeveiliging: 6 A gG
Vereiste nominale kortsluitstroom: 1.000 A
Nominale voedingsspanning Us: 24 VDC´, 110 VAC, 230 VAC
Elektrische gegevens – Magneetaansturing:
Inschakelduur magneet: 100 %
Verbruik: ≤ 8,5 W
Aanvaarde testimpulsdoor op ingangssignaal: ≤ 5,0 ms
- bij een testimpulsinterval van: ≥ 50 ms
4
Bedieningshandleiding
Veiligheidsvergrendeling AZM150
NL
2.5 Veiligheidsclassificatie van de vergrendelfunctie
Voorschriften: EN ISO 13849-1
Bepaalde structuur:
- Essentieel: bruikbaar tot cat. 1 / PL c
- Bij 2-kanalig gebruik en foutuitsluiting
van de mechaniek *: bruikbaar tot cat. 3 / PL d
met gepaste logische eenheid
B10D verbreekcontact (NC):
- Mechanische levensduur: 2.000.000
- Elektrische levensduur: op aanvraag
B10D maakcontact bij 10% ohmse contactlast: 1.000.000
Gebruiksduur: 20 jaar
* Als een foutuitsluiting voor de 1-kanalige mechaniek toegelaten is.
MT
TF
Bdxx
hs/h3600
D
10Dopop
op
n
0,1 x nop tcycle
(Berekende waarden kunnen variëren afhankelijk van de
toepassingsspecifieke parameters hop, dop en tcycle en de belasting.)
Als meerdere veiligheidscomponenten in serie geschakeld worden, dan
degradeert onder bepaalde omstandigheden het Performance Level
volgens EN ISO 13849-1 door de verminderde foutherkenning.
2.6 Veiligheidsclassificatie van de arrêteerfunctie
Bij gebruik van de component als vergrendelvoorziening voor
de veiligheid van personen is een veiligheidsclassificatie van de
arrêteerfunctie vereist.
Bij de veiligheidsclassificatie van de arrêteerfunctie moet er
een onderscheid worden gemaakt tussen de bewaking van
de arrêteerfunctie (vergrendelfunctie) en de aansturing van de
ontgrendelfunctie.
De volgende veiligheidsclassificatie van de ontgrendelfunctie is
gebaseerd op het gebruik van het principe van de energiescheiding van
de voeding voor de magneet.
De veiligheidsclassificatie van de ontgrendelfunctie
is uitsluitend geldig voor toestellen met bewaakte
arrêteerfunctie en ruststroomprincipe (vgl. typesleutel).
Dankzij een veilige energiescheiding van buitenaf kan een uitsluiting
van fouten voor het aansturen van de blokkeervoorziening van de
veiligheidsvergrendeling aangenomen worden.
In dit geval draagt de blokkeervoorziening van de
veiligheidsvergrendeling niet bij aan de uitvalwaarschijnlijkheid van de
ontgrendelfunctie.
Het veiligheidsniveau van de ontgrendelfunctie wordt op die manier
uitsluitend bepaald door de externe veilige uitschakeling van de
spanning
A1
A2
+24 VDC
PL ?
PFHD
?
0 VDC
Veilige energie-
uitschakeling
Veiligheids-
vergrendeling
Vergrendelfunctie
Bij de veiligheidsclassificatie van de ontgrendelfunctie kan aldus een
foutuitsluiting worden gebruikt voor de veiligheidsvergrendeling.
De foutuitsluitingen voor de bekabeling moeten in acht
genomen worden.
Als in een toepassing de veiligheidsvergrendeling met
ruststroomprincipe niet kan gebruikt worden, kan voor dit
uitzonderingsgeval een veiligheidsvergrendeling met
arbeidsstroomprincipe gebruikt worden, mits bijkomende
veiligheidsmaatregelen getroffen worden, die voor een
gelijkwaardig veiligheidsniveau zorgen.
Veiligheidsclassificatie van de arrêteerfunctie bij aansluiting op de
veilige fieldbox SFB
De veilige fieldbox SFB stuurt de ontgrendelfunctie van de
veiligheidsvergrendeling met een veilige en bewaakte uitgang aan.
Als zich een storing voordoet, waaruit het ontgrendelen van de
arrêteerfunctie voortvloeit, wordt dit door de SFB veilig herkend.
Om de veiligheidsclassificatie van de arrêteerfunctie te vereenvoudigen
kunnen de volgende kengetallen aangenomen worden voor de
aansluiting van de veiligheidsvergrendeling op de SFB:
Voorschriften: EN ISO 13849-1
PL: d
Categorie: 2
PFH: ≤ 3,01 x 10-7 / h
Gebruiksduur: 20 jaar
De veiligheidsclassificatie van de arrêteerfunctie heeft
betrekking op de component veiligheidsvergrendeling binnen
de volledige installatie. Als zich een storing voordoet, waaruit
het ontgrendelen van de arrêteerfunctie voortvloeit, wordt dit
door de SFB veilig herkend. De SFB passiveert bij het
herkennen van een storing de gebruikte steekplaats en
schakelt de veiligheidsfunctie van de veiligheidsvergrendeling
in de veiligheidsbesturing uit. Door het optreden van een
dergelijke storing kan de veiligheidsdeur onmiddellijk en
eenmalig geopend worden voordat de veilige toestand van de
machine bereikt wordt. Het systeemgedrag van categorie 2 laat
toe dat tussen de tests het optreden van een storing tot het
verlies van de veiligheidsfunctie kan leiden en het verlies van
de veiligheidsfunctie door de test herkend wordt.
3. Montage
3.1 Algemene montage-instructies
Neem ook de opmerkingen van de normen EN ISO 12100,
EN ISO 14119 en EN ISO 14120.
Ter bevestiging van de behuizing zijn vier M5 boorgaten voorzien. Voor
de bevestiging moeten schroeven met een weerstandsklasse van 8.8 en
een aandraaimoment van 1,3 ...1,5 Nm met onderlegschijf worden
gebruikt (niet in de levering inbegrepen). De veiligheidsvergrendeling
heeft een dubbele isolatie. Het gebruik van een aardleiding is niet
toegestaan. De veiligheidsvergrendeling mag niet als aanslag gebruikt
worden. De plaats van montage is willekeurig. Het binnendringen van
vuil in de gebruikte openingen moet echter vermeden worden. Niet-
gebruikte openingen moeten met sleufafsluitstrippen afgedicht worden.
Gedetailleerde informatie over de bediensleutels met
standaardcodering (niet inbegrepen in de levering)
AZM150-B1, AZM150-B5 en AZM150-B6 en hun montage
vindt u in de bedieningshandleiding van de bediensleutels.
Dankzij de invoertrechter aan de kop van de veiligheidsvergrendeling
kan een beweeglijke bediensleutel worden ingevoerd met een
zijdelingse afwijking van ±1 mm en een hoogteafwijking van ±1 mm.
De veiligheidsvergrendeling en de bedieningssleutel moeten
zodanig worden gemonteerd dat bij het ontgrendelen geen
trekkrachten optreden in de bedieningsrichting.
5
AZM150
Bedieningshandleiding
Veiligheidsvergrendeling
NL
De bediensleutel moet gemakkelijk in de bedienkop kunnen worden
ingevoerd. Bij deuren waar dit constructief niet gegarandeerd is, moet
een geleiding worden geïnstalleerd om eventuele schade aan het toestel
te vermijden.
Bij gebruik in omgevingstemperaturen > 40°C moet de
veiligheidsvergrendeling beschermd worden tegen contact
met brandbare materialen en moet voorkomen worden dat
personen in contact komen met het component.
Keuze van de bedieningsvlakken
Door de bedieningskop te verplaatsen kunnen er 8 niveaus
worden bediend.
1. Dekselschroeven (Torx 10) losdraaien
2. Deksel verwijderen
3. Bedieningskop in de gewenste positie draaien
4. Deksel aanbrengen en vastdraaien, dekselschroeven aanhalen
(aandraaimoment 0,5 Nm)
1. 4.
2.
3.
De zijdelingse lussen er niet uittrekken. Door het uittrekken
van de lussen raakt het apparaat beschadigd.
3.2 Afmetingen
Alle maten in mm.
AZM150
met hulpontgrendeling
aan de kant van het deksel
en hulpontgrendeling
aan de achterkant
10.8
48
40
30
144
204
7.5 19
24
19
5.4
85.5
Ø
14.3
81.4
40
Ø
5.2
10.8
48
40
30
144
204
7.5 19
24
19
5.4
85.5
Ø
14.3
81.4
40
Ø
5.2
AZM150
met noodhendel -N of -T
aan de kant van het deksel met inbouwstekker M12
63.5
19+3
STL STR
ST
De oriëntatie van de zijdelingse stekker is zo voorzien,
dat bij de montage van een haakse aansluitstekker de
leidingen altijd langs onder vertrekken.
(Bij een neerwaarts gerichte stekker en de montage van
een haakse aansluitstekker loopt de vertrekkende kabel
naar rechts.)
6
Bedieningshandleiding
Veiligheidsvergrendeling AZM150
NL
3.3 Montage van de individueel gecodeerde bediensleutel
De markeringen aan de gebruikte bedienopening van de
veiligheidsvergrendeling en op de bediensleutel moeten
tegenover elkaar staan.
Bij de levering steekt de bediensleutel van de individueel gecodeerde
veiligheidsschakelaar AZM150-…I in de hierboven vermelde opening.
Bij toestellen met ruststroomprincipe moet de bediensleutel via de
hulpontgrendeling losgemaakt worden. Het ontgrendel gebeurt door de
driekantsleutel 90° te draaien. De normale vergrendelfunctie wordt pas
hersteld nadat de driekantsleutel in zijn uitgangspositie teruggedraaid
is.
De bediensleutels moeten via geschikte maatregelen
(gebruik van eenwegschroeven, lijmen, uitboren van de
schroefkoppen, borgen met pennen) onlosmakelijk aan
de beschermvoorziening bevestigd worden en tegen
verschuiven beveiligd worden.
Als de schakelaar via nieten of lassen bevestigd wordt, moet men er op
letten dat de insteekdiepte van de bediensleutel niet wijzigt.
Verschillende modellen van bediensleutels zijn verkrijgbaar:
Voor verschuifbare en afneembare beschermvoorzieningen
de bediensleutel AZM 150-B1 en AZM 150-B5. Voor draaibare
beschermvoorzieningen de bediensleutel AZM150-B6L of AZM150-B6R.
Bij de montage aan de draaibare beschermvoorziening moet men er
op letten dat het draaipunt zich ter hoogte van het oppervlak van de
veiligheidsschakelaar bevindt, waar de bedienbeugel ingestoken wordt
(zie tabel)
Bedieningsradii
d
d
R min.
.
R min.
.
d
d
R min.
.
R min.
.
Rmin
[mm]
d
[mm]
Rmin
[mm]
d
[mm]
AZM150-B6L 250 18,5 250 23
AZM150-B6R 250 18,5 250 23
Legende
d
R min.
R m
in.
Bedieningsradius, wanneer de bediensleutel
langs voor wordt ingevoerd
d
d
R m
in.
R min.
Bedieningsradius, wanneer de bediensleutel
langs boven wordt ingevoerd
Het draaipunt van het scharnier en de bovenkant van de
veiligheidsschakelaar plus d mm moeten een vlak vormen. De
basisinstelling is op de kleinste radius Rmin ingesteld.
Instelschroef
Bij levering zijn de bediensleutels AZM150-B6L of AZM150-B6R op de
kleinste radius ingesteld. Voor grotere radii gebeurt de instelling door het
verdraaien van de instelschroeven a + b met een inbussleutel 2 mm.
a
a
b
b
Bestendigheid van de schroeven van de bediensleutel 5.6.
Bediensleutel AZM150-B1
10
20
23
83
2
ø5.5
Montageposities met ingevoerde bediensleutel
(alle afmetingen ± 0,3 mm)
33
53
11.8
68.8
88.8
6.5
Bediensleutel AZM150-B5
20
10
ø5,5
23
42
90°
46
2
Montageposities met ingevoerde bediensleutel
(alle afmetingen ± 0,3 mm)
21.8
41.8
26
61.8
38.5
18.5
7
AZM150
Bedieningshandleiding
Veiligheidsvergrendeling
NL
Bediensleutel AZM150-B6L Bediensleutel AZM150-B6R
28
34
43
44
11
ø5.5
28
34
43
ø5.5
44
11
Montageposities met ingevoerde bediensleutel
(alle afmetingen ± 0,3 mm)
23
18,5
58.8
3.4 Toebehoren
Beschrijving Benaming
Bestelnummer
Montageplaat MP-AZM150-1 153046398
Montageplaat, haaks MP-AZM150-2-R/L 153046399
driekantsleutel TK-M5 101100887
Deurgreepsysteem DHS-150-BKBU-L
DHS-150-BKBU-R
137000626
137000625
Spertang SZ150-1 153027887
kabelwartels M20 x 1,5 op aanvraag
Eenwegschroeven
M5 x 14, 2 stuks
ACC-NRS-M5X14-FHS-2PCS
103033698
Aansluitkabels met koppeling (female)
IP67, M12, 8-polig – 8 x 0,25 mm²
Kabellengte Bestelnummer
2,5 m
5,0 m
10,0 m
15,0 m
103011415
103007358
103007359
103011414
Aansluitkabels met haakse koppeling (female)
IP67, M12, 8-polig – 8 x 0,25 mm²
Kabellengte Bestelnummer
2,5 m
5,0 m
10,0 m
103043110
103043119
103043120
Verbindingskabels voor aansluiting op de veilige fieldbox
IP67, M12, 8-polig – 8 x 0,25 mm²
Kabellengte Bestelnummer
1,0 m
1,5 m
2,5 m
5,0 m
101217787
101217788
101217789
101217790
4. Elektrische aansluiting
4.1 Algemene opmerkingen betreffende de elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting mag uitsluitend in spanningsloze
toestand door gemachtigd en gekwalificeerd personeel
uitgevoerd worden.
Voor de aansluiting van de AZM150 als stekkervariant moet
een PELV-voeding volgens EN 60204-1 worden gebruikt.
Als de risicoanlyse een veilig bewaakte
veiligheidsvergrendeling eist, moeten de met het symbool
aangeduide contacten in het veiligheidscircuit
geïntegreerd worden
Voor de kabelinvoer moeten geschikte kabelwartels met aangepaste
beschermingsgraad gebruikt worden. De wanden van de boorgaten
kunnen uitgebroken worden door de kabelwartel in te draaien. Alle
kunststofresten moeten uit het toestel worden verwijderd.
Na het aansluiten moet het aansluitcompartiment gereinigd worden
(kabelresten enz. verwijderen).
Kabeldoorsnede: 0,25 … 1,5 mm²
(incl. adereindhulzen zonder kunststofkraag)
Verwijderen van de
kabelmantel
Y
A1 A2
1. 1.
2. 2.
3. 3.
4. 4.
11-
y = 71 mm
y = 67 mm
y = 57 mm
y = 47 mm
y = 37 mm
Lengte x van de kabel: 6 mm
XX
4.2 Aansluitvoorbeelden
Bij het bedraden van de kabels rekening houden met een afwijking van
de aansluitingen aan de linker of rechter klemschroef.
Kabels geordend naast of over de andere kabels leiden.
11-12
21-22
31-
A1 A2
1. 1.
2. 2.
3. 3.
4. 4.
A1 A2
1. 1.
2. 2.
3. 3.
4. 4.
11-
A1 A2
1. 1.
2. 2.
3. 3.
4. 4.
11-
De bedrading moet zodanig worden uitgevoerd dat er geen
bewegende delen worden geblokkeerd.
8
Bedieningshandleiding
Veiligheidsvergrendeling AZM150
NL
4.3 Contactvarianten
Weergave van de contacten in stroomloze toestand en bij ingevoerde
bedieningssleutel.
ruststroomprincipe
Beschermvoorziening gesloten
en vergrendeld
arbeidsstroomprincipe
Beschermvoorziening gesloten
en niet vergrendeld
A1 A2 A1 A2
AZM150SK…-02/11 AZM150SK…-02/11…A
43
31 32
44
21
11 12
22
43
31 32
44
21
11 12
22
AZM150SK…-11/11 AZM150SK…-11/11…A
43
31 32
44
23
11 12
24
43
31 32
44
23
11 12
24
AZM150SK…-11/02 AZM150SK…-11/02…A
41
31 32
42
23
11 12
24
41
31 32
42
23
11 12
24
AZM150SK…-02/02 AZM150SK…-02/02…A
41
31 32
42
21
11 12
22
41
31 32
42
21
11 12
22
AZM150SK…-01/03 AZM150SK…-01/03…A
41
31 32
42
21
11 12
22
41
31 32
42
21
11 12
22
AZM150SK…-03/01 AZM150SK…-03/01…A
41
31 32
42
21
11 12
22
41
31 32
42
21
11 12
22
AZM150SK…-01/12 AZM150SK…-01/12…A
43
31 32
44
21
11 12
22
43
31 32
44
21
11 12
22
Legende
Magneetcontact
B
gedwongen verbrekend contact
Bewaking van de veiligheidsvergrendeling volgens EN ISO 14119
H
bediend
AZM150 met inbouwstekker M12, 8-polig
De AZM150ST is ook ontworpen voor gebruik in combinatie
met de veilige fieldbox SFB van de firma Schmersal.
Ruststroom Arbeidsstroom
AZM150B-ST.-01/02 AZM150B-ST.-01/02...A
24
1
6
83
5
7
2
1
6
5P
83
4
7
AZM150B-ST.-10/02 AZM150B-ST.-10/02...A
2
1
67
5
83
424
1
6
83
5
7
AZM150Z-ST.-02/01
15
83
6
2
4
7
AZM150Z-ST.-02/10
15
6
2
83
7
4
5. Gebruik en onderhoud
5.1 Functietest
De veiligheidsfunctie van de veiligheidsschakelaar moet getest worden.
Hierbij moet vooraf het volgende gegarandeerd zijn:
1. Stevige bevestiging van bediensleutel en veiligheidsvergrendeling
2. Juiste uitvoering van de wartelinvoer en de aansluitingen
3. Eventuele schade aan de behuizing van de schakelaar
4. Controleren of de hulpontgrendelingen aan de kant van het deksel
en aan de achterkant in de uitgangspositie staan.
5.2 Onderhoud
Wij raden een regelmatige visuele inspectie en functietest aan, inclusief
de volgende stappen:
1.
De veiligheidsvergrendeling en bediensleutel op juiste bevestiging controleren
2. Verwijdering van stof en vuil
3. Controle van de kabelinvoer en -aansluitingen
Tijdens alle bedrijfsmatige levensfasen van de
veiligheidsschakelcomponent moeten constructief en organisatorisch
geschikte maatregelen voor de manipulatiebeveiliging of tegen het
manipuleren van de veiligheidsvoorziening, bijvoorbeeld door het
gebruik van een vervangende bediensleutel, getroffen worden.
Beschadigde of defecte componenten moeten onmiddellijk
vervangen worden.
6. Demontage en afvalverwijdering
6.1 Demontage
De veiligheidsschakelaar mag uitsluitend in spanningsloze toestand
gedemonteerd worden.
6.2 Afvalverwijdering
Het veiligheidscomponent moet op een correcte manier
volgens de geldende nationale voorschriften en wetgevingen
afgevoerd worden.
9
AZM150
Bedieningshandleiding
Veiligheidsvergrendeling
NL
7. Conformiteitsverklaring
Wij verklaren op eigen verantwoordelijkheid dat de genoemde
producten aan alle relevante bepalingen van de hieronder vermelde
richtlijnen en verordeningen beantwoorden en met de volgende normen
overeenstemmen.
Geharmoniseerde Richtlijnen: Toegepaste normen:
2006/42/EG
2014/30/EU
2011/65/EU
EN 60947-5-1:2017 + AC:2020
EN ISO 14119:2013
SI 2008/1597
SI 2016/1091
SI 2012/3032
De meest recente geldige conformiteitverklaring kan via
products.schmersal.com gedownload worden.
Schmersal Industrial Switch Manufacturing
地址:上海市青浦区漕盈路3336
邮编:201712
电话:021-63 75 82 87
传真:021-69 21 43 98
网址:www.schmersal.com.cn
Production site:
SCHMERSAL
Industrial Switchgear (Shanghai) Co., Ltd.
Cao Ying Road 3336
201712 Shanghai / Qingpu, P.R.CHINA
Phone: +86-21-63 75 82 87
Fax: +86-21-69 21 43 98
Internet: www.schmersal.com.cn
K.A. Schmersal GmbH & Co. KG
Möddinghofe 30, 42279 Wuppertal
Duitsland
Telefoon: +49 202 6474-0
Telefax: +49 202 6474-100
Internet: www.schmersal.com
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9

schmersal AZM150SK-02/02RAT-024 Handleiding

Type
Handleiding