Sony TA-VE800G de handleiding

Type
de handleiding
2
NL
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet
bloot aan regen of vocht,
om gevaar voor brand of
een elektrische schok te
voorkomen.
Open nooit de behuizing, om gevaar
voor elektrische schokken te vermijden.
Laat reparaties aan de erkende
vakhandel over.
Plaats het apparaat niet in een krappe,
omsloten ruimte, zoals een boekenrek of
inbouwkast.
Bij dit produkt zijn batterijen
geleverd. Wanneer deze leeg zijn,
moet u ze niet weggooien maar
inleveren als KCA.
Voorzorgsmaatregelen
Veiligheid
Mocht er vloeistof of een voorwerp in
het apparaat terechtkomen, trek dan
de stekker uit het stopkontakt en laat
het apparaat eerst nakijken door een
deskundige, alvorens het weer in
gebruik te nemen.
Stroomvoorziening
Kontroleer voor het aansluiten van
het apparaat eerst of de
bedrijfspanning ervan wel
overeenkomt met de plaatselijke
netspanning. De bedrijfsspanning
staat aangegeven op het naamplaatje
aan de onderzijde van het apparaat.
Zolang het netsnoer op het
stopkontakt is aangesloten, blijft er
spanning op het apparaat staan, zelfs
nadat het apparaat is uitgeschakeld.
Trek de stekker van het netsnoer uit
het stopkontakt wanneer u denkt het
apparaat geruime tijd niet te zullen
gebruiken. Om de aansluiting op het
stopkontakt te verbreken, mag u
uitsluitend aan de stekker trekken;
trek nooit aan het snoer.
Indien het netsnoer vervangen moet
worden, mag dit alleen uitgevoerd
worden door een erkend
onderhoudscentrum.
Opstelling
Zet het apparaat op een goed
geventileerde plaats, met rondom
vrije luchtdoorstroming, om
oververhitting van de inwendige
onderdelen te voorkomen, in het
belang van een langdurige
betrouwbare werking.
Plaats het apparaat niet in de buurt
van een warmtebron of in direkt
zonlicht. Vermijd tevens plaatsen met
veel stof, vocht en mechanische
trillingen of schokken.
Zet niets bovenop het apparaat. De
ventilatie-openingen aan de
bovenzijde mogen niet geblokkeerd
worden, in het belang van een juist
funktioneren van het apparaat en een
langere levensduur van de
componenten.
Bediening
Zorg ervoor dat de stekkers van de
netsnoeren van de apparatuur niet in
het stopkontakt zitten, alvorens de
aansluitingen te maken. Sluit de
netsnoeren pas als allerlaatste aan.
Reiniging
Gebruik voor het reinigen van de
ombouw, het voorpaneel en de
bedieningsorganen een zachte doek,
licht bevochtigd met wat milde
vloeibare zeep. Gebruik geen
schuurspons, schuurmiddelen of
vluchtige stoffen zoals spiritus of
benzine.
Mocht u na het doorlezen van de
gebruiksaanwijzing nog vragen over
of problemen met het apparaat
hebben, aarzel dan niet kontakt op te
nemen met de dichtstbijzijnde Sony
handelaar.
3
NL
Omtrent deze
handleiding
Deze gebruiksaanwijzing beschrijft
het model TA-VE800G.
Algemene opzet
De aanwijzingen beschrijven de
bediening via het beeldscherm-menu.
U kunt voor de bediening echter ook
de toetsen op het apparaat zelf
gebruiken die dezelfde of soortgelijke
namen dragen als de
bedieningsaanduidingen in het
beeldscherm-menu.
Op een aantal plaatsen in deze
gebruiksaanwijzing zult u het
onderstaande symbool aantreffen:
Dit symbool vestigt uw aandacht
op handige tips, die de bediening
vergemakkelijken.
Deze versterker is uitgerust met Dolby
Pro Logic Surround akoestiek.
Geproduceerd onder licentie van: Dolby
Laboratories Licensing Corporation.
DOLBY, het dubbele-D symbool a en
PRO LOGIC zijn handelsmerken van:
Dolby Laboratories Licensing
Corporation.
INHOUDSOPGAVE
Inleiding
Kenmerken 4
Basisprincipes voor de bediening van de versterker 6
Voorbereidingen
Uitpakken 7
Aansluit-overzicht 7
Aansluiten van de infrarood-signaalzender 8
Aansluiten van audio-apparatuur 8
Aansluiten van luidsprekers 9
Aansluiten van een TV/videorecorder 10
Aansluiten van de stroomvoorziening 11
Alvorens u de versterker in gebruik neemt 11
Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening
Insteken van de batterijen in de afstandsbediening 12
Instellen en “klikken” met de afstandsbediening 12
Vastleggen van de bedieningscode voor een TV-toestel 14
Vastleggen van codes voor audio/video-apparatuur 16
Overnemen van codes van een andere afstandsbediening
(USER IR instelling) 20
Basisbediening
Kiezen van audio/video-apparatuur 22
Opnemen 24
Gebruik van de automatische uitschakel-sluimerfunktie 25
Gebruik van akoestiekeffekten
Inleiding 26
Gebruik van de voorgeprogrammeerde akoestiekeffekten 26
Optimaal benutten van Dolby Pro Logic Surround geluid 28
Aanpassen van de akoestiekeffekten 29
Uitgebreide bedieningsfunkties
Gebruik van de indexfunkties 31
Bediening van een compact disc wisselaar 33
Automatisch verschillende apparaten achtereen bedienen
(MACRO bedieningsreeks) 34
Extra instellingen en aanpassingen
Op afstand bedienen van geluidsbronnen zonder de TV
(FLASHER illuminatie) 36
Automatisch afspelen van weergavebronnen (AUTO PLAY) 37
Automatische weergavestart bij inschakelen (AUTO START) 37
Aanpassen van de gevoeligheid van de afstandsbediening 38
Keuze van de aanduidingen die verschijnen 38
Aanpassen van het formaat van de beeldscherm-aanduidingen 39
Aanvullende informatie
Overzicht van het voorpaneel 40
Overzicht van het achterpaneel 41
Verhelpen van storingen 42
Technische gegevens 44
Verklarende woordenlijst 45
Index 46
NL
4
NL
Inleiding
PUSH
ENTER
Mm
Mm
Kenmerken
Beeldscherm-bediening van audio/video-apparatuur
De TA-VE800G geïntegreerde audio/video-versterker is een versterker met een uniek bedieningssysteem. Na
aansluiten van de versterker op uw TV-toestel verschijnen er bedieningsaanduidingen op het TV-scherm, waarmee u
de diverse aangesloten audio/video-apparatuur op afstand kunt bedienen. Gebruik de afstandsbediening om de
aanwijzer (het hand-symbool) op het TV-scherm te verplaatsen naar de gewenste bedieningsfunktie, om die met een
vingerklikje in te schakelen.
Met de beeldscherm-bediening van dit apparaat kunt u niet slechts aangesloten audio/video-apparatuur bedienen,
maar ook andere toestellen die geschikt zijn voor infrarood-bediening, zoals verlichting, airconditioning e.d.
Zie voor nadere bijzonderheden over de bediening van andere toestellen blz. 6.
5
NL
Inleiding
Een breed scala aan akoestiekfunkties, inklusief Dolby Pro Logic akoestiek
Aangezien deze versterker is toegerust met 12 verschillende vaste klankbeelden (zoals HALL, THEATER, ARENA enz.)
kunt u opwindende akoestiekeffekten bereiken door eenvoudig een klankbeeld te kiezen uit het SOUND FIELD SELECT
akoestiekmenu.
De versterker heeft bovendien een ingebouwde Dolby Pro Logic decodeertrap, zodat u speelfilms en muziekvideo’s met
Dolby Surround geluid kunt laten klinken zoals ze zijn bedoeld, met indrukwekkend bioscoopgeluid.
Bediening van een compact disc wisselaar
Door het aansluiten van een Sony CD-wisselaar met een Control-A1 aansluiting kunt u de gegevens van de CD-wisselaar
over de aanwezige compact discs weergeven op het TV-scherm, in alfabetische volgorde, nummervolgorde of gesorteerd op
groepsnaam. Tevens kunt u met de afstandsbediening van de versterker dan de volgende af te spelen compact disc kiezen
uit de lijst op het TV-scherm.
6
NL
()0pP=+
FUNCTION
+
VOL
ALL
OFF
USERSUB
S
O
U
N
D
2
3
PUSH
ENTER
Mm
1
Mm
Inleiding
Basisprincipes voor de bediening van de versterker
De bij de TA-VE800G meegeleverde afstandsbediening gebruikt infrarode stralen voor het doorgeven van de
bedieningssignalen aan de versterker en aan de TV voor de beeldschermfunkties.
Aangezien de bediening van de versterker geheel verloopt via beeldscherm-keuzemenu’s, dient u allereerst een
TV-toestel aan te sluiten.
Beeldscherm-bediening
1
De afstandsbediening geeft een infrarood-signaal door bij elke druk op de insteltoets (1 in bovenstaande
afbeelding).
2 Dit signaal regelt de beweging van de aanwijzer (het hand-symbool bij 2 in bovenstaande afbeelding) op het
bedieningsscherm.
3 Als u de aanwijzer verplaatst naar een symbool op het scherm en u drukt op het midden van de insteltoets,
dan geeft de infrarood-signaalzender (3 in bovenstaande afbeelding) de bijbehorende infrarood-
bedieningscode door aan de betreffende weergavebron.
Als het beeldschermmenu niet verschijnt of de aanwijzer niet beweegt bij indrukken van de insteltoets
Dan komt waarschijnlijk de infrarode straal van de afstandsbediening niet goed door bij de afstandsbedieningssensor (1 in
bovenstaande afbeelding) van de versterker. Ga dan dichter naar de versterker toe of verwijder een eventueel obstakel tussen de
afstandsbediening en de versterker.
Als de weergavebron niet of nauwelijks reageert
Dan komt waarschijnlijk het bedieningssignaal van de infrarood-signaalzender niet goed door bij de afstandsbedieningssensor
van de weergavebron. Sluit dan de (bijgeleverde) extra infrarood-signaalzender op de versterker aan en richt deze zender op de
problematische weergavebron (zie tevens “Aansluiten van de infrarood-signaalzender” op blz. 8).
Als audio/video-apparatuur van een ander merk niet of nauwelijks op de bedieningssignalen reageert, leg dan de code(s) voor
de betreffende apparatuur opnieuw in het geheugen van de versterker vast (zie onder “Vastleggen van codes voor andere
merken dan Sony” op blz. 16).
Het TV-toestel dient slechts voor beeldweergave
Voor het TV-kijken dient u de gewenste zender te kiezen op uw videorecorder. Met de videorecorder-bedieningsfunkties in
het beeldschermmenu kunt u overschakelen tussen TV-zenders met de afstandsbediening van de versterker.
U kunt de TV-zenders wel op het TV-toestel zelf kiezen zolang de versterker is uitgeschakeld, maar dan dient u de
afstandsbediening te gebruiken die bij het TV-toestel hoort.
TV of videomonitor
Videosignaal
Videosignaal (signalen van
weergavebronnen gekombineerd
met beeldscherm-aanduidingen)
Laserdisc-beeldplatenspeler e.d.
Videosignaal
TA-VE800G
Videorecorder e.d.
Infrarode
afstandsbedieningssignalen
Infraroodsensor
en signaal-
doorzender
7
NL
Voorbereidingen
Uitpakken
Kontroleer of het onderstaande bijgeleverd toebehoren
inderdaad in de verpakking van de versterker
aanwezig is:
RM-VR1 afstandsbediening (1)
Sony R6 (AA-formaat) batterijen (2)
Infrarood-signaalzender (1)
Videokabel (1)
Introduktie-handleiding en bedieningsoverzicht (1)
Aansluit-overzicht
Op dit apparaat kunt u de volgende video- en audio-
apparatuur aansluiten. Volg voor het aansluiten de
aanwijzingen op de tussen haakjes aangegeven
bladzijden. Zie voor de plaats en de benaming van de
aansluitingen de “Overzicht van het achterpaneel” op
bladzijde 41.
Voorbereidingen
Achter-
luidspreker
(L)
CD-speler
Cassettedeck
Platenspeler
Achter-
luidspreker
(R)
Voor-
luidspreker
(L)
Monitor
Aansluiten van
luidsprekers (9)
Midden-
luidspreker
Videocamera/
Videospel-
apparaat
Aansluiten van een
TV/videorecorder (10)
Satelliet-ontvanger
Videorecorder
Laserdisc-speler
Aansluiten van een
TV/videorecorder (10)
Aansluiten van de
infrarood-signaalzender (8)
Aktieve
woofer
Voor-
luidspreker
(R)
DAT deck/
minidisc-recorder
Aansluiten van
audio-apparatuur (8)
Vóór het aansluiten
Schakel eerst alle betrokken apparatuur uit, alvorens
u begint met het aansluiten ervan.
Sluit de netsnoeren van de apparatuur pas op het
stopkontakt aan nadat alle andere aansluitingen in
orde zijn.
Steek alle stekkers stevig over de volle lengte in de
aansluitbussen, om brom en andere bijgeluiden te
voorkomen.
Zorg bij het aansluiten van de audio/videosnoeren
dat u links en rechts niet verwisselt: sluit de gele
stekkers aan op de gele stekkerbussen (voor het
videosignaal); de witte stekkers op de witte
stekkerbussen (voor het linker kanaal) en de rode
stekkers op de rode stekkerbussen (voor het rechter
kanaal).
8
NL
Voorbereidingen
Aansluiten van audio-
apparatuur
Overzicht
Hieronder wordt beschreven hoe u geluidsapparatuur
op de versterker aansluit.
Zie voor de plaats van de stekkerbussen de
onderstaande afbeelding.
Aansluiten van de infrarood-
signaalzender
Overzicht
Hieronder wordt beschreven hoe u de (bijgeleverde)
extra infrarood-signaalzender op de versterker
aansluit. Deze zender dient voor het doorgeven van
infrarode bedieningssignalen aan andere apparatuur,
signalen die hetzelfde zijn als die van de
afstandsbediening die bij de betreffende apparatuur
hoort. Sluit deze extra infrarood-signaalzender aan als
bepaalde apparatuur niet erg goed op de beeldscherm-
bedieningsfunkties van de versterker reageert, of als de
opstelling van uw stereo-installatie verhindert dat de
infrarood-signaalzender op het voorpaneel van de
versterker de andere apparatuur kan bereiken. Zie
voor de plaats van de aansluiting de onderstaande
afbeelding.
Aansluiting
Opmerkingen
Met het bijgeleverde plakband kunt u de infrarood-
signaalzender zo bevestigen dat de voorkant ervan gericht
is op de apparatuur die u wilt bedienen.
Als ook met deze extra zender de bediening van bepaalde
apparatuur nog steeds problemen geeft, dan komen
waarschijnlijk de signalen van de infrarood-signaalzender
niet goed door bij de afstandsbedieningssensor van de
weergavebron. In dit geval dient u de infrarood-
signaalzender en de apparatuur dichter bij elkaar te
plaatsen.
IR OUT
Versterker
Infrarood-
signaalzender
IR OUT
CTRL A1
PHONO
TAPE
TUNER CD DAT/MD
Benodigdheden
Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) (1 voor een
compact disc speler of een platenspeler); 2 per cassettedeck,
DAT deck of minidisc-recorder)
Aansluitingen
De pijl ç geeft de richting van de signaalstroom aan.
CD-speler
Cassettedeck
DAT deck/minidisc-recorder
Rood (R)
Wit (L)Wit (L)
Rood (R)
Versterker
CD-speler
L
R
CD
IN
OUTPUT
LINE
L
R
L
R
TAPE
INREC OUT
OUTPUT
LINELINE
L
R
INPUT
L
R
DAT/MD
INREC OUT
OUTPUT
LINELINE
L
R
INPUT
Versterker
Cassettedeck
Versterker
DAT deck/
minidisc-recorder
9
NL
Voorbereidingen
Aansluiten van luidsprekers
Overzicht
Hieronder wordt beschreven hoe u uw luidsprekers
op de versterker kunt aansluiten. Hoewel
voorluidsprekers (linker en rechter) vereist zijn, is
gebruik van midden- en achterluidsprekers, of een
aktieve lagetonen-luidspreker, niet strikt noodzakelijk.
Door toevoeging van midden- en achterluidsprekers
aan uw installatie echter, zult u van geluid met
akoestiek-effekten kunnen genieten. Aansluiting van
een aktieve woofer zal het lagetonen-bereik verruimen.
Zie voor de exakte plaats van de aansluitingen de
onderstaande afbeelding.
Voor een zo treffend mogelijk akoestisch effekt, stelt u
de luidsprekers op zoals in onderstaande afbeelding is
aangegeven.
Benodigdheden
Luidsprekersnoeren (niet bijgeleverd) (1 per luidspreker)
Strip ongeveer 15 mm van de uiteinden van het snoer. Let
goed op dat de luidsprekersnoeren met de juiste polariteit (+
en –) worden aangesloten. Als u bij één van de luidsprekers
de + en – polen verwisselt, zal het geluid vervormd klinken
en de lage tonen zullen niet goed doorkomen.
45°
60 - 90 cm
Voorluidspreker
Achter-
luidspreker
(+)
(+)
(–)
(–)
Tuner
Platenspeler
Als uw platenspeler over een aardleiding beschikt
Sluit, om brom te voorkomen, de aardleiding aan
op de y SIGNAL GND aardaansluiting van de versterker.
CONTROL-A1 aansluitingen
Voor een Sony compact disc speler of cassettedeck
geschikt voor het CONTROL-A1 bedieningssysteem
Gebruik een CONTROL-A1 bedieningssnoer om de
CTRL A1 aansluiting van de CD-speler of het
cassettedeck te verbinden met de S-LINK CTRL A1
aansluiting van de versterker. Zie voor nadere
bijzonderheden de afzonderlijke handleiding voor het
“CONTROL-A1 bedieningssysteem” en de
gebruiksaanwijzing van uw Sony compact disc speler of
cassettedeck.
Voor een Sony compact disc wisselaar met een
COMMAND MODE schakelaar
Als uw CD-wisselaar is voorzien van een COMMAND
MODE schakelaar die u kunt instellen op CD1, CD2 of
CD3, zet deze schakelaar dan in de “CD1” stand en sluit
dan de compact disc wisselaar aan op de
CD-aansluitingen van de versterker.
Bij een Sony CD-wisselaar met VIDEO OUT uitgangen
echter, zet u de COMMAND MODE schakelaar in de
“CD2” of “CD3” stand en dan sluit u de compact disc
wisselaar aan op een stel video-aansluitingen van de
versterker (VIDEO 1, VIDEO 2 of LD).
L
R
TUNER
IN
OUTPUT
LINE
L
R
Versterker
Tuner
Versterker Platenspeler
L
R
PHONO
IN
OUTPUT
LINE
L
R
FRONT SPEAKERS A
WOOFER CENTER
SPEAKER
REAR
SPEAKERS
(wordt vervolgd)
10
NL
Voorbereidingen
Aansluiten van een TV/
videorecorder
Overzicht
Hieronder wordt beschreven hoe u video-apparatuur
op de versterker kunt aansluiten.
Zie voor de plaats van de stekkerbussen de
onderstaande afbeelding.
Benodigdheden
Audio/videokabels (niet bijgeleverd) (1 per TV-toestel of
laserdisc-speler; 2 voor de videorecorder)
SCART videokabel (niet bijgeleverd) (1 per TV-toestel of
videomonitor)
Aansluitingen
De pijl ç geeft de richting van de signaalstroom aan.
TV of videomonitor
Satelliet-ontvanger
Versterker Satelliet-ontvanger
Voorluidspreker
(R)
Aansluitingen
Voorluidsprekers
Versterker
Voorluidspreker
(L)
FRONT SPEAKERS
RL
} ]} ]
Achter- en middenluidsprekers
MONITORLD
VIDEO 2
VIDEO 1SATL
Wit (L)
Geel
Rood (R)
Wit (L)
Geel
Rood (R)
L
R
L
R
OUTPUT
VIDEO
IN
AUDIO
IN
VIDEO
AUDIO
SATL
REAR SPEAKERS
L
CENTER SPEAKER
R
Achter-
luidspreker
(R)
} ]
} ]
} ]
Achter-
luidspreker
(L)
Midden-
luidspreker
Versterker
Aktieve woofer
Versterker
Aktieve lagetonen-luidspreker
INPUTMIX
AUDIO
OUT
Als uw TV/monitor gebruik maakt van afzonderlijke
luidsprekers
U kunt één van deze luidsprekers aansluiten op de
SURROUND OUT CENTER stekkerbussen, voor
weergave met Dolby Pro Logic Surround geluid (zie blz. 28).
TV/monitor
Versterker
MONITOR
AV 1
11
NL
Voorbereidingen
Aansluiten van de
stroomvoorziening
Aansluiten van het netsnoer
Sluit het netsnoer van deze versterker en van uw
audio/video-apparatuur aan op een stopkontakt.
Als u andere geluidsapparatuur aansluit op de
geschakelde netspanningsuitgang (SWITCHED
AC OUTLET) van de versterker, loopt de
stroomvoorziening van de aangesloten apparatuur via
de versterker, hetgeen u in staat stelt de hele installatie
in en uit te schakelen wanneer u de versterker in- en
uitschakelt.
Voorzichtig
Let op dat het stroomverbruik van de apparatuur
aangesloten op de netuitgang van de versterker niet het op
het achterpaneel aangegeven aantal watt overschrijdt. Sluit
op deze netuitgang geen elektrische huishoudelijke
apparaten aan met een hoog stroomverbruik, zoals een TV-
toestel, een strijkijzer of een ventilator e.d.
Wat is de volgende stap?
Lees alvorens de installatie in gebruik te nemen de volgende
paragraaf door, om ervan verzekerd te zijn dat alle toetsen en
schakelaars juist staan ingesteld.
Alvorens u de versterker in
gebruik neemt
Alvorens u de versterker in gebruik kunt nemen, dient
u eerst te kontroleren of:
de MASTER VOLUME regelaar helemaal naar
links is gedraaid (stand 0).
de SPEAKERS luidsprekerschakelaar in de “ON”
stand staat (zie blz. 40).
Videorecorder (via de VIDEO 1 aansluitingen)
Als u twee videorecorders wilt aansluiten, verbind het snoer
van de tweede videorecorder dan met de VIDEO 2
aansluitingen.
Laserdisc-beeldplatenspeler
Versterker
OUTPUT
VIDEO VIDEO
AUDIO AUDIO
VIDEO
IN
VIDEO
OUT
AUDIO
IN
AUDIO
OUT
L
R
L
R
INPUTVIDEO 1
VIDEO L AUDIO R
L
R
OUTPUT
VIDEO
AUDIO
VIDEO3 INPUT
Videorecorder
Laserdisc-speler
Versterker
L
R
L
R
OUTPUT
VIDEO
IN
AUDIO
IN
VIDEO
AUDIO
LD
Videocamera/recorder of videospel-apparaat
Sluit deze aan op de VIDEO 3 ingangsaansluitingen op het
voorpaneel.
Bij gebruik van een “CANAL+” afstemeenheid
Verbind een zogenaamde kanaal-plus afstemeenheid
met een videorecorder die is aangesloten op de
versterker.
Wat is de volgende stap?
Lees verder in de volgende paragraaf voor het aansluiten van
het netsnoer, om uw thuisbioskoop te kompleteren.
SWITCHED AC OUTLET
/
naar een
stopkontakt
Videocamera/recorder
of videospel-apparaat
Versterker
12
NL
Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening
Insteken van de batterijen in
de afstandsbediening
1 Open het deksel aan de platte onderkant van de
afstandsbediening.
2 Steek twee R6 (AA-formaat) batterijen in het
batterijvak met de juiste polariteit van plus en
min (+/-).
3 Breng het batterijdeksel weer op zijn plaats.
Voorkom beschadiging door eventuele
batterijlekkage en corrosie
Als u denkt de afstandsbediening geruime tijd niet te
gebruiken, verwijder dan bij wijze van voorzorg de
batterijen.
Gebruiksduur van de batterijen
Een stel Sony SUM-3 (NS) batterijen gaat bij normaal
gebruik ongeveer drie maanden mee, en een stel
Sony AM-3 (NW) alkali-batterijen ongeveer een half
jaar. Aangezien de afstandsbediening stroom
verbruikt zodra u deze oppakt en er
bedieningsaanduidingen op het TV-scherm
verschijnen, kan de gebruiksduur van de batterijen
wel eens minder dan drie maanden zijn, afhankelijk
van hoe intensief u de afstandsbediening gebruikt.
Zorg dat de afstandsbedieningssensor van de
versterker niet wordt blootgesteld aan rechtstreekse
zonnestraling of fel lamplicht. Dit kan de juiste
werking ervan verstoren.
Blanco
gedeelte
Instellen en “klikken” met de
afstandsbediening
Met de bijgeleverde afstandsbediening kunt u vrijwel
alle funkties van de versterker op afstand bedienen. De
werking is zeer eenvoudig: u drukt eenmaal op de
insteltoets van de afstandsbediening om een
bedieningsmenu op het TV-scherm te laten verschijnen
en dan drukt u op de hoek van de insteltoets die
overeenkomt met de richting waarin u de aanwijzer
(het hand-symbool) op het scherm wilt bewegen. Plaats
de aanwijzer zó dat de top van de wijsvinger op het
gewenste onderdeel op het scherm staat en druk heel
even op het midden van de insteltoets en laat
onmiddellijk weer los om op het aangewezen
onderdeel te “klikken”.
Inschakelen van de versterker
Druk de insteltoets van de afstandsbediening één- of
tweemaal in om de versterker in te schakelen.
()0pP=+
FUNCTION
+
VOL
ALL
OFF
USERSUB
S
O
U
N
D
PUSH
ENTER
Mm
Aanwijzer
Insteltoets
13
NL
Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening
Tips voor het gebruik van de
afstandsbediening
Let op dat de infrarood-zender van de
afstandsbediening niet met uw hand afdekt.
Houd de afstandsbediening vast met de insteltoets
boven, zoals hier aangegeven.
Om de aanduidingen van het TV-scherm te laten
verdwijnen, plaatst u de aanwijzer in een blanco
gedeelte en drukt u op het midden van de insteltoets.
Richt de afstandsbediening altijd op de versterker.
Richt de afstandsbediening niet op het TV-toestel.
Plaats de versterker zo dicht mogelijk naast of onder
het TV-toestel.
30°
Zorg dat dit
punt vrij blijft
Infrarode stralen
8 meter of dichterbij
()0pP=+
FUNCTION
+
VOL
ALL
OFF
USERSUB
S
O
U
N
D
Mm
30°
14
NL
Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening
Vastleggen van de
bedieningscode voor een TV-
toestel
Vastleggen van de code voor een Sony TV
Als uw Sony TV-toestel geschikt is voor bediening met
een infrarood-afstandsbediening, en de TV is op de
AV 1 ingangsaansluiting van de versterker
aangesloten, dan hoeft u de code van de TV niet vast te
leggen.
Vastleggen van de code voor een TV van
een ander merk dan Sony
Volg de onderstaande aanwijzingen om te zorgen dat
uw TV-toestel automatisch wordt ingeschakeld, telkens
wanneer u de versterker aan zet.
Bedieningscodes vastleggen
1
Schakel de versterker en het TV-toestel in.
Zet de ingangskeuzeschakelaar van de TV in de
stand voor video-weergave (AV1).
2 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
3 Klik op “TV SET”.
4 Klik op “OTHER TV” (of klik op “Sony TV” voor
het vastleggen van de code voor een Sony TV).
Bij gebruik van een Sony TV
De bedieningscode voor het TV-toestel wordt
automatisch vastgelegd en daarmee is het vastleggen
kompleet. (Klik op “RETURN” of “EXIT” om het menu
te verlaten.)
Alvorens u nu doorgaat met stap 5, dient u de
infrarood-sensor van het TV-toestel af te dekken, om
fouten in de bediening te voorkomen. Anders zouden
tijdens het programmeren plotseling de aanduidingen
van het scherm kunnen verdwijnen.
5 Klik op “START”.
6 Wanneer nu de aanduiding “PUSH YOUR
COMMANDER” op het TV-scherm verschijnt,
drukt u op de toets
van de televisie-
afstandsbediening die overeenkomt met de
bedieningsfunktie aangegeven op het TV-scherm.
De aanduiding “CHANNEL 0” dient voor het
inschakelen van het TV-toestel, dus druk hiervoor
op de aan/uit-schakelaar van de televisie-
afstandsbediening.
EXIT
TV MONITOR SET
GRAPHIC POSITION
RETURN
TV IR SET
Sony TV
OTHER TV
FUNCTION
+
VOL
ALL
OFF
USERSUB
S
O
U
N
D
)(0pP=+
FUNCTION SELECT
VIDEO 1 DAT/MD
CD
VIDEO 2
TUNER
VIDEO 3
PHONO
L D
TAPESATL
MACRO 1
MACRO 2
EXIT
TV SET
EXIT
TV MONITOR SET
GRAPHIC POSITION
RETURN
TV IR SET
START
Sony TV
OTHER TV
EXIT
TV IR SET
RETURN
TV IR SET
CHANNEL 0
POWER OFF
PUSH YOUR COMMANDER
CODE CLEAR
WIDE TV DISPLAY MODE
15
NL
Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening
Voor het programmeren van de
afstandsbedieningscode richt u de
afstandsbediening op de infrarood-sensor van de
versterker van een afstand van niet meer dan 10
cm en houdt u de toets op de afstandsbediening
ongeveer 5 sekonden lang ingedrukt, tot er op het
TV-scherm “RELEASE YOUR COMMANDER”
wordt aangegeven.
Houd de afstandsbediening horizontaal recht op
de infrarood-sensor gericht tot de
bedieningscode is geprogrammeerd.
Als u de afstandsbediening tijdens het
programmeren scheef houdt of beweegt, kan de
bedieningscode niet naar behoren worden
geprogrammeerd.
7 Herhaal deze werkwijze voor alle andere toetsen
die op het TV-scherm worden aangegeven. Als er
een afstandsbedieningscode niet naar behoren is
geprogrammeerd, zal die code op het TV-scherm
blijven knipperen.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Wissen van de afstandsbedieningscodes van het TV-
toestel
Klik op een “CODE CLEAR” aanduiding.
• Wissen van een enkele afstandsbedieningscode
1 Klik eerst op “SINGLE IR CODE CLEAR”.
2 Klik vervolgens op de toetscode die u wilt wissen.
Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven.
3 Klik nu op “YES” om de code te wissen.
Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm.
Als u bij nader inzien de code niet wilt wissen, klikt u
op “NO”.
Om nog een andere code te wissen, herhaalt u de stappen
2 en 3.
• Wissen van alle codes voor het TV-toestel
1 Klik op “TV IR CODE CLEAR”.
Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven.
2 Klik op “YES” om alle TV-bedieningscodes te wissen.
Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u
bij nader inzien de codes niet wilt wissen, klikt u op
“NO”.
• Wissen van alle afstandsbedieningscodes
1 Klik op “ALL IR CODE CLEAR”.
Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven.
2 Klik op “YES” om alle afstandsbedieningscodes te
wissen.
Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u
bij nader inzien de codes niet wilt wissen, klikt u op
“NO”.
Opmerkingen
Het kan zijn dat nog niet alle afstandsbedieningscodes
naar behoren zijn geprogrammeerd, ook al verschijnt er
“RELEASE YOUR COMMANDER” op het TV-scherm. Als
een bepaalde funktie niet goed werkt, kunt u proberen de
bedieningscode nogmaals vast te leggen. Als het opnieuw
programmeren van de code nog steeds niet het gewenste
resultaat heeft, volgt u dan de aanwijzingen onder
“Overnemen van codes van een andere afstandsbediening
(USER IR instelling)” op blz. 20.
Met bepaalde TV-toestellen van andere merken zult u de
ZOOM toets niet goed kunnen programmeren. Voor die
funktie zult u dan de afstandsbediening van het TV-toestel
zelf moeten gebruiken.
Overschakelen van een ander merk TV op een Sony TV
Verbind de MONITOR OUT aansluiting van de versterker
met de VIDEO 1 ingangsaansluiting van het Sony TV-toestel.
Volg de aanwijzingen 1 t/m 3 en klik dan in stap 4 op de
aanduiding “SONY TV”.
Infrarood-sensor
16
NL
Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening
Vastleggen van codes voor
audio/video-apparatuur
Vastleggen van codes voor Sony audio/
video-apparatuur
Als uw Sony audio- en video-apparatuur geschikt is
voor bediening met een infrarood-afstandsbediening,
verbind deze Sony apparatuur dan met de hieronder
aangegeven aansluitingen van de versterker, dan hoeft
u verder geen afstandsbedieningcodes voor deze
audio/video-apparatuur vast te leggen.
Aansluitingen op de Aan te sluiten Sony apparatuur
versterker
VIDEO 1 Sony VHS videorecorder (VTR 3)
VIDEO 2 Sony Beta videorecorder (VTR 1)
VIDEO 3 Sony 8-mm videorecorder (VTR 2)
LD Sony laserdisc-beeldplatenspeler
SATL Sony satellietradio-ontvanger
TUNER Sony tuner
DAT/MD Sony digitaal DAT cassettedeck
CD Sony compact disc speler (CD 1)
TAPE Sony cassettedeck
MONITOR Sony TV-toestel of videomonitor
In de volgende gevallen zult u ook voor Sony apparatuur
de bedieningscodes moeten vastleggen
Bij aansluiten van een Sony minidisc-recorder of
minidisc-speler op de DAT/MD aansluitingen;
Voor het bedienen van Sony apparatuur geschikt
voor het CONTROL-A1 bedieningssysteem;
Bij aansluiten van een Sony apparaat op andere dan
de speciaal hiervoor bestemde aansluitingen (dus als
u bijvoorbeeld een laserdisc-speler aansluit op de
VIDEO 3 ingangen);
Wanneer u apparatuur van een ander merk vervangt
door Sony audio/video-apparatuur.
Opmerkingen
Als u videorecorder is voorzien van een COMMAND
CODE schakelaar (die u kunt instellen op VTR1, VTR2 of
VTR3), zet deze schakelaar dan in de geschikte stand voor
het bandformaat (zie hierboven).
Als uw CD-wisselaar is voorzien van een COMMAND
MODE schakelaar (die u kunt instellen op CD1, CD2 of
CD3), dient u deze schakelaar gewoonlijk in de “CD1” stand
te zetten. Bij een Sony CD-wisselaar met VIDEO OUT
uitgangen echter, zet u de COMMAND MODE schakelaar in
de “CD2” of “CD3” stand (voor het gebruik van het
CONTROL-A1 bedieningssysteem kiest u altijd de “CD3”
stand).
Vastleggen van codes voor andere merken
dan Sony
Als u audio- en video-apparatuur aansluit van een
ander merk dan Sony, zult u eerst de
afstandsbedieningscodes voor dat merk moeten
programmeren, alvorens u de apparatuur via deze
versterker kunt bedienen.
U kunt in het geheugen maximaal 120 bedieningscodes
vastleggen, met inbegrip van eigen “USER IR” codes;
afhankelijk van het type codes dat u vastlegt, kan er
echter wel eens niet genoeg ruimte zijn voor 100 codes.
Het kan problematisch of onmogelijk blijken 120 codes
te programmeren onder de volgende omstandigheden:
Bij het programmeren van de codes voor speciale
typen afstandsbediening zoals een platte,
kaartvormige afstandsbediening of de
afstandsbediening van huishoudelijke apparatuur,
zoals voor airconditioning e.d.;
Bij het programmeren van de codes voor een
afstandsbediening waarvan de batterijen bijna leeg zijn;
Bij het overnemen van “tweedehands” codes die al
eerder zijn overgenomen van een andere in een
programmeerbare afstandsbediening (m.a.w. alle
codes die geen deel uitmaken van het oorspronkelijke
repertoire van een afstandsbediening).
Bedieningscodes vastleggen
1
Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
FUNCTION
+
VOL
ALL
OFF
USERSUB
S
O
U
N
D
)(0pP=+
2 Klik op “IR SET”.
FUNCTION SELECT
VIDEO 1 DAT/MD
CD
VIDEO 2
TUNER
VIDEO 3
PHONO
L D
TAPESATL
MACRO 1
MACRO 2
EXIT
IR SET
17
NL
Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening
3 Klik op de gewenste funktie.
EXIT
VIDEO 1 Sony VTR3
Sony VTR1
Sony VTR2
SATL
DAT/MD
Sony DAT
CD Sony CD1
TAPE Sony TAPE
Sony DBS
Sony LD
IR CODE SETTING
VIDEO 2
VIDEO 3
LD
RETURN
TUNER Sony TUNER
4 Klik op “Sony” voor Sony apparatuur of op
“OTHER” voor een ander merk dan Sony.
EXIT
OTHERMAKER
IR CODE SETTING
RETURN
Sony
OUTPUT IR
Bij het programmeren van codes voor Sony
apparatuur
De bedieningscodes voor de apparatuur worden
automatisch vastgelegd en daarmee is het vastleggen
kompleet. (Klik op “RETURN” of “EXIT” om het menu
te verlaten.)
Om alle mogelijkheden te benutten van audio-
apparatuur die geschikt is voor het CONTROL-A1
bedieningssysteem, zoals multi-disc CD-wisselaars,
klikt u op “CONTROL-A1” om de CONTROL-A1
bedieningscodes over te nemen.
5 Klik op het type weergavebron.
EXIT
OTHERMAKER
IR CODE SETTING
TAPE
DATLD
CD
VCR
RETURN
MD
Sony
OUTPUT IR
TUNER
Waar het geen videorecorder of laserdisc-
beeldplatenspeler betreft
Dek de infrarood-sensor van de apparatuur af om te
voorkomen dat er onbedoeld bepaalde funkties worden
ingeschakeld tijdens het programmeren, klik op
“START” en ga door naar stap 6.
EXIT
OTHERMAKER
IR CODE SETTING
TAPE
DATLD
CD
VCR
RETURN
MD
Sony
START
OUTPUT IR
TUNER
Programmeren van codes voor een videorecorder of
laserdisc-beeldplatenspeler:
1 Klik op “START”.
Er verschijnt een lijst met merknamen.
2 Klik op het merk apparatuur dat u wilt
programmeren en de afstandsbedieningscodes voor
dat merk worden automatisch vastgelegd. (Als het
betreffende merk niet in de lijst voorkomt, dek dan
eerst de infrarood-sensor van de apparatuur af om
onbedoeld inschakelen te voorkomen, klik dan op
“OTHER” en ga door naar stap 6.)
3 Klik op “TEST”.
Als het betreffende apparaat wordt ingeschakeld,
betekent dit dat de afstandsbedieningscodes zijn
vastgelegd. Daarmee is het programmeren dan
voltooid.
Als het apparaat niet wordt ingeschakeld, klikt u op
de “nummertoets” naast de betreffende merknaam
om in te stellen op een ander typenummer en dan
klikt u nogmaals op “TEST”. Als het apparaat nog
steeds niet wordt ingeschakeld, dekt u eerst de
infrarood-sensor van de apparatuur af om onbedoeld
inschakelen tijdens het programmeren te voorkomen,
dan klikt u op “OTHER” en gaat u door naar stap 6.
(wordt vervolgd)
18
NL
Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening
Voor een videorecorder van een ander merk
Kontroleer of de bijgeleverde afstandsbediening
beschikt over een “-/--” toets of een “1-” of “2-” toets
voor het invoeren van twee-cijferige zendernummers.
Aangezien de “-/--”, “1-” of “2-” codes niet in dit
apparaat zijn voorgeprogrammeerd, gaat u als volgt te
werk om de betreffende codes met de hand in te voeren.
1 Stel in op het merk videorecorder (zoals beschreven
in stap 2 hierboven).
2 Klik op “-/-- 2- CODE SET”.
EXIT
– / – – 2 – CODE SET
RETURN
OTHER
TEST
VCR MAKER SETTING
PHILIPS
ZENITH
HITACHI
SHARP
GRUNDIG
SANYO
RCA
TOSHIBA
JVC
PANASONIC
GE
FISHER
AKAI
EMERSON
1 2
1 21 2 3 4
1 2
1 2
1 2
1 2 3 4
1 2
1 2
MISTUBISHI
1 2 3
3 Wanneer nu de aanduiding “PUSH YOUR
COMMANDER” op het TV-scherm verschijnt, drukt
u op de toets van de videorecorder-afstandsbediening
die overeenkomt met de bedieningsfunktie
aangegeven op het TV-scherm (zie voor nadere
details stap 6 hieronder).
EXIT
–/–– 2– CODE SETTING
RETURN
PUSH YOUR COMMANDER
CODE CLEAR
2 –
– / ––
CODE
– / ––
2 –
1 –, CODE
6 Wanneer nu de aanduiding “PUSH YOUR
COMMANDER” op het TV-scherm verschijnt,
drukt u op de toets
van de audio/video-
afstandsbediening die overeenkomt met de
bedieningsfunktie aangegeven op het TV-scherm.
De “
” aanduiding staat voor de aan/uit-
schakelaar (POWER).
EXIT
IR CODE SETTING
1
9
2
10/0
3
>10
4
REC
5 6 7 8
RETURN
)(0pP=+
PUSH YOUR COMMANDER
CODE CLEAR
Voor het programmeren van de afstandsbedien-
ingscode richt u de afstandsbediening op de
infrarood-sensor van de versterker van een
afstand van niet meer dan 10 cm en houdt u de
toets op de afstandsbediening ongeveer 5
sekonden lang ingedrukt, tot er op het TV-scherm
“RELEASE YOUR COMMANDER” wordt
aangegeven en de code-programmeeraanduiding
dooft.
Houd de afstandsbediening horizontaal recht op
de infrarood-sensor gericht tot de
bedieningscode is geprogrammeerd.
Als u de afstandsbediening tijdens het
programmeren scheef houdt of beweegt, kan de
bedieningscode niet naar behoren worden
geprogrammeerd.
Herhaal deze werkwijze voor alle andere toetsen die
op het TV-scherm worden aangegeven.
Na het programmeren van alle afstandsbedieningscodes
verschijnt weer het “IR CODE SETTING” menu.
Programmeren van speciale
afstandsbedieningscodes die niet op het scherm
worden aangegeven
Zie onder “Overnemen van codes van een andere
afstandsbediening (USER IR instelling)” op blz. 20.
7 Herhaal de stappen 3 t/m 6 voor het
programmeren van de codes voor andere
weergavebronnen en andere apparatuur.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Infrarood-sensor
19
NL
Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening
Wissen van afstandsbedieningscodes
Klik op een “CODE CLEAR” aanduiding.
• Wissen van een enkele afstandsbedieningscode
1 Klik eerst op “SINGLE IR CODE CLEAR”.
2 Klik vervolgens op de toetscode die u wilt wissen.
Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven.
3 Klik nu op “YES” om de code te wissen.
Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm.
Als u bij nader inzien de code niet wilt wissen, klikt u
op “NO”.
Om nog een andere code te wissen, herhaalt u de stappen
2 en 3.
• Wissen van alle codes voor het betreffende apparaat
(bijvoorbeeld “OTHER CD”)
1 Klik op “(OTHER CD) CODE CLEAR”.
Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven.
2 Klik op “YES” om alle bedieningscodes te wissen.
Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u
bij nader inzien de codes niet wilt wissen, klikt u op
“NO”.
• Wissen van alle afstandsbedieningscodes
1 Klik op “ALL IR CODE CLEAR”.
Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven.
2 Klik op “YES” om alle afstandsbedieningscodes te
wissen.
Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u
bij nader inzien de codes niet wilt wissen, klikt u op
“NO”.
Als de afstandsbedieningscodes niet goed blijken te
werken
Verricht het programmeren nogmaals om er zeker van te
zijn dat de codes juist zijn vastgelegd.
Als u na automatisch vastleggen van de codes voor een
videorecorder of laserdisc-speler, door keuze uit de
merkenlijst in stap 5, problemen ondervindt met de
INPUT of ENTER toetsen of de nummertoetsen,
programmeer dan de codes voor het betreffende apparaat
handmatig, zoals aangegeven in stap 6.
Bij bepaalde laserdisc-spelers van andere merken kunnen de
) en 0 snelzoektoetsen niet goed werken, na
automatisch vastleggen via de merkenlijst in stap 5. Als dit
zich voordoet, programmeert u de codes voor de ) en 0
toetsen, plus eventuele andere toetsen van de laserdisc-
speler, dan handmatig, zoals aangegeven in stap 6.
Na het programmeren van een weergavebron als
“TOSHIBA 2” of “RCA 2” kan het niet mogelijk zijn het
TV-toestel in of uit te schakelen met de afstandsbediening
van de versterker (de TV wordt dan ook niet ingeschakeld
wanneer u klikt op “TEST”).
Het kan zijn dat nog niet alle afstandsbedieningscodes
naar behoren zijn geprogrammeerd, ook al verschijnt er
“RELEASE YOUR COMMANDER” op het TV-scherm. Als
een bepaalde funktie niet goed werkt, kunt u proberen de
bedieningscode nogmaals vast te leggen. Als het opnieuw
programmeren van de code nog steeds niet het gewenste
resultaat heeft, volgt u dan de aanwijzingen onder
“Overnemen van codes van een andere afstandsbediening
(USER IR instelling)” op blz. 20.
Bepaalde afstandsbedieningscodes met uitzonderlijke
golfvormen kunnen hoe dan ook niet worden vastgelegd.
Opmerkingen
Leg niet de codes voor een zelfde type apparaat (zoals een
laserdisc-speler) vast onder meer dan een menu-instelling.
De versterker zendt een infrarood-signaal uit ter
blokkering van de automatische weergavestart van
bepaalde apparaten, zoals CD-spelers en laserdisc-spelers,
die gewoonlijk onmiddellijk met afspelen beginnen zodra
ze worden ingeschakeld. Als u deze automatische
weergavestart echter wel wilt gebruiken, zet dan de
“AUTO PLAY” funktie van de versterker op “ON”.
Zorg dat de infrarood-sensor van de versterker niet wordt
blootgesteld aan rechtstreekse zonnestraling of fel licht
van een tl-buis. Anders kunnen de
afstandsbedieningscodes niet naar behoren worden
vastgelegd.
Ook al blijft de stroom geruime tijd onderbroken, met de
stekker uit het stopkontakt, de vastgelegde
afstandsbedieningcodes zullen ongeveer twee weken lang
in het geheugen bewaard blijven. Daarna vervallen de
codes en dan verschijnt er “ALL CLEAR!” op het TV-
scherm, de volgende keer dat u de versterker inschakelt.
Druk niet op een toets van de afstandsbediening die bij de
TA-VE800G is bijgeleverd, wanneer er in stap 6 “PUSH
YOUR COMMANDER” op het TV-scherm verschijnt.
Programmeren van bedieningscodes van de bijgeleverde
afstandsbediening kan leiden tot onjuiste werking van de
TA-VE800G.
20
NL
Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening
4
Voer nu een naam in voor uw vast te leggen code,
door achtereenvolgens op elke letter van de naam
te klikken. De naam wordt automatisch
vastgelegd.
EXIT
USER IR CODE SETTING
A
F
K
P
U
B
G
L
Q
V
C
H
M
R
W
D
I
N
S
X
E
J
O
T
Y
1
4
7
/
Z
2
5
8
0
3
6
9
*
+
bB
RETURN
CAPS
Invoeren van een spatie in de codenaam
Klik op de spatiebalk onder de letters.
Overschakelen tussen hoofdletters en kleine letters
Klik op “CAPS”.
Bij een vergissing in de letterkeuze
Klik op de ? of / pijl om de cursor te verplaatsen
naar de letter die u wilt wijzigen en klik dan op de juiste
letter (of klik op de spatiebalk om de letter te wissen).
5 Na het invoeren van de naam klikt u op
“RETURN” om terug te keren naar het “USER IR
CODE SETTING” menu.
Herhaal de stappen 3 t/m 5 tot er voor alle codes
die u wilt programmeren een naam is ingevoerd.
6 Klik op de naam van de eerste
afstandsbedieningscode.
EXIT
USER IR CODE SETTING
A B C D
RETURN
LIGHT 1
LIGHT 2
LIGHT 3
LIGHT 4
Alvorens door te gaan met stap 7, dekt u nu eerst
de infrarood-sensor van de apparatuur af om
onbedoeld inschakelen tijdens het programmeren
te voorkomen.
Overnemen van codes van een
andere afstandsbediening
(USER IR instelling)
Gebruik het “USER IR CODE SETTING” menu voor
het programmeren van alle afstandsbedieningscodes
die niet konden worden vastgelegd volgens de
aanwijzingen onder “Vastleggen van codes voor
audio/video-apparatuur”. Hieronder vallen niet alleen
codes voor audio- en video-apparatuur, maar ook die
voor andere soorten apparatuur, huishoudelijk e.d.,
van vrijwel alle merken. Met de onderstaande methode
kunt u tot maximaal 20 “USER IR” codes
programmeren.
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
2 Klik op “USER IR”.
FUNCTION SELECT
VIDEO 1 DAT/MD
CD
VIDEO 2
TUNER
VIDEO 3
PHONO
L D
TAPESATL
MACRO 1
MACRO 2
EXIT
USER IR
3 Klik op “A B C D” om in te stellen op een
gebruikers-codegroep en klik dan op “INDEX”.
EXIT
USER IR CODE SETTING
INDEX
A B C D
RETURN
21
NL
Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening
7 Klik op “START”.
Wanneer op het TV-scherm “PUSH YOUR
COMMANDER” verschijnt, drukt u op de
afstandsbedieningstoets waarvan u de funktie
wilt programmeren.
EXIT
USER IR CODE SETTING
START
INDEX
RETURN
LIGHT 1
LIGHT 2
LIGHT 3
LIGHT 4
A B C D
PUSH YOUR COMMANDER
CODE CLEAR
Voor het programmeren van de
afstandsbedieningscode richt u de
afstandsbediening op de infrarood-sensor van de
versterker van een afstand van niet meer dan 10
cm en houdt u de toets op de afstandsbediening
ongeveer 5 sekonden lang ingedrukt, tot er op het
TV-scherm “RELEASE YOUR COMMANDER”
wordt aangegeven en de code-
programmeeraanduiding dooft.
Houd de afstandsbediening horizontaal recht op
de infrarood-sensor gericht tot de
bedieningscode is geprogrammeerd.
Als u de afstandsbediening tijdens het
programmeren scheef houdt of beweegt, kan de
bedieningscode niet naar behoren worden
geprogrammeerd.
Herhaal deze werkwijze voor alle andere toetsen die
op het TV-scherm worden aangegeven
Na het programmeren van alle afstandsbedieningscodes
verschijnt weer het “IR CODE SETTING” menu.
Opnieuw programmeren van een bepaalde code
Klik op de “toets” waarvoor u de betreffende code hebt
geprogrammeerd en klik dan op “START”.
Wissen van afstandsbedieningscodes
Klik op een “CODE CLEAR” aanduiding.
• Wissen van een enkele afstandsbedieningscode
1 Klik eerst op “SINGLE IR CODE CLEAR”.
2 Klik vervolgens op de toetscode die u wilt wissen.
Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven.
3 Klik nu op “YES” om de code te wissen.
Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm.
Als u bij nader inzien de code niet wilt wissen, klikt u
op “NO”.
Om nog een andere code te wissen, herhaalt u de stappen
2 en 3.
• Wissen van alle codes voor het betreffende apparaat
1 Klik op “USER IR CODE CLEAR”.
Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven.
2 Klik op “YES” om alle bedieningscodes te wissen.
Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u
bij nader inzien de codes niet wilt wissen, klikt u op
“NO”.
• Wissen van alle afstandsbedieningscodes
1 Klik op “ALL IR CODE CLEAR”.
Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven.
2 Klik op “YES” om alle afstandsbedieningscodes te
wissen.
Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u
bij nader inzien de codes niet wilt wissen, klikt u op
“NO”.
Opmerkingen
Ook al blijft de stroom geruime tijd onderbroken, met de
stekker uit het stopkontakt, de vastgelegde
afstandsbedieningcodes zullen ongeveer twee weken lang
in het geheugen bewaard blijven. Daarna vervallen de
codes en dan verschijnt er “ALL CLEAR” op het TV-
scherm, de volgende keer dat u de versterker inschakelt.
Het aan/uit-schakelen van bepaalde typen airconditioning
werkt met twee afzonderlijke afstandsbedieningssignalen,
ook al is er maar één toets of schakelaar. Als u de
airconditioning niet kunt uitschakelen met de code die u
hebt geprogrammeerd voor de aan/uit-schakelaar,
verricht het programmeren dan nogmaals en
programmeer nu twee afzonderlijke codes, één voor
inschakelen en één voor uitschakelen.
Bij de bediening van bepaalde typen airconditioning
worden er signalen uitgewisseld tussen de airconditioning
en de afstandsbediening, in beide richtingen. Dit betekent
dat u wel codes kunt vastleggen voor een dergelijke
airconditioning, maar de werking kan niet helemaal naar
behoren zijn.
Bepaalde afstandsbedieningscodes met uitzonderlijke
golfvormen kunnen hoe dan ook niet worden vastgelegd.
Infrarood-sensor
22
NL
Basisbediening
*
1
Er verschijnen geen bedieningstoetsen wanneer u
instelt op “PHONO”.
*
2
Bij meeluisteren tijdens het maken van bandopnamen
licht het cassettesymbool groen op.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
4 Klik op “VOL” + of – om de geluidssterkte naar
wens in te stellen.
Voor het instellen van het TV-geluid gebruikt u
de volumeregeltoets van de televisie-
afstandsbediening.
Bediening van de gekozen weergavebron
De bedieningstoetsen onderin het scherm werken net als een
afstandsbediening voor de gekozen weergavebron. Klik op
de “toets” voor de funktie die u wilt inschakelen. Zie voor
nadere bijzonderheden over de bediening van de
weergavebron de daarbij geleverde gebruiksaanwijzing.
Nog andere bedieningstoetsen voor de gekozen
weergavebron tonen
Klik op “SUB”.
Uitvoeren van bedieningscommando’s die zijn
overgenomen van een andere afstandsbediening
1 Klik op “USER”.
2 Klik net zovaak op “A B C D” tot het gewenste
bedieningscommando op het scherm wordt aangegeven.
3 Klik op de beeldscherm “toets” voor de gewenste funktie.
Zie voor het overnemen van de bedieningscommando’s van
een andere afstandsbediening de beschrijving op blz. 20.
Dempen van de geluidsweergave
Klik op het symbool. Het symbool verandert dan in
en licht groen op. In het uitleesvenster van de
versterker wordt “MUTE ON” en dan “MUTING”
aangegeven. Om weer geluid te horen, klikt u nogmaals op
het dempingssymbool.
Uitschakelen van het TV-toestel of de videomonitor bij
luisteren naar een geluidsbron
Klik op het symbool in de linker benedenhoek van het
scherm. Zie voor nadere bijzonderheden over het gebruik
van de afstandsbediening bij uitgeschakelde TV de
beschrijving onder “Op afstand bedienen van
geluidsbronnen zonder de TV (FLASHER illuminatie)” op
blz. 36.
Kiezen van audio/video-
apparatuur
Voor het luisteren of kijken naar de weergave van
aangesloten apparatuur, gaat u naar het
funktiekeuzemenu en klikt u daarin op de gewenste
weergavebron.
Voordat u begint dient u te zorgen dat:
de apparatuur en zonodig de extra infrarood-
signaalzender zorgvuldig op de juiste wijze is
aangesloten, zoals beschreven op bladzijden 8 t/m 11.
de afstandsbedieningscodes voor de aangesloten
apparatuur zijn geregistreerd, zoals beschreven op
blz. 12 t/m 21.
de MASTER VOLUME regelaar helemaal naar links
is gedraaid (stand 0), om te voorkomen dat de
luidsprekers beschadigd raken.
1 Pak de afstandsbediening op en druk één- of
tweemaal op de toets om de versterker in te
schakelen. Uw TV-toestel of videomonitor dient
nu ook automatisch in te schakelen; als dit niet
gebeurt, volgt u dan de aanwijzingen op blz. 14
en 15 voor het programmeren van de in/
uitschakelcode voor de TV of monitor.
2 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
3 Klik op de gewenste weergavebron.
Nu zal de weergavebron beginnen met afspelen.
Voor TV-kijken of luisteren naar Klikt u op
Videocassettes, enz. VIDEO 1,
VIDEO 2, of
VIDEO 3
Laserdiscs LD
Satelliet-uitzendingen SATL
Digitale DAT cassettes of DAT/MD
minidiscs (MD)
Compact discs (CD) CD
Radio-uitzendingen TUNER
Grammofoonplaten PHONO *
1
Gewone muziekcassettes TAPE *
2
FUNCTION
+
VOL
ALL
OFF
USERSUB
S
O
U
N
D
)(0pP=+
Bedienings “toetsen”
FUNCTION
ALL
OFF
FUNCTION SELECT
VIDEO 1 DAT/MD
CD
VIDEO 2
TUNER
VIDEO 3
PHONO
L D
TAPESATL
MACRO 1
MACRO 2
EXIT
23
NL
Basisbediening
Bekijken van TV-uitzendingen
U kunt TV-programma’s bekijken via de TV-afstemeenheid
van uw videorecorder terwijl u de beeldscherm-bediening
van de versterker gebruikt.
1 Stel in op de betreffende beeldbron (bijv. “VIDEO 2”).
2 Klik op de “TV b” toets uit het rijtje videorecorder-
bedieningstoetsen onderin het scherm.
Dan wordt er overgeschakeld naar de toetsen voor TV-
ontvangst via de videorecorder.
3 Om over te schakelen op een andere TV-zender klikt u op
“CH –” of “CH +”. Om de videorecorder te bedienen, klikt
u op de “VTR b” toets.
Het is aanbevolen na het TV-kijken eerst terug te schakelen
naar de bandlooptoetsen van de videorecorder, alvorens u
overschakelt naar een andere funktie. Als u rechtstreeks van
de TV-bedieningstoetsen terugkeert naar het “FUNCTION
SELECT” menu, zal de “AUTO PLAY” weergavekeuze (zie
blz. 37) niet werken, de volgende keer dat u instelt op de
videorecorder.
Direkt kiezen van een TV-zender bij TV-ontvangst via
uw videorecorder
Klik op “SUB” in het videorecorder-bedieningsmenu
om het direkte nummerkeuzescherm te zien.
Voor het gebruik van een videorecorder van een ander
merk dan Sony dient u eerst de code voor de “-/--”
toets of de “1-” of “2-” toets handmatig te
programmeren, zoals aangegeven op blz. 17.
Deze codes zijn niet in dit apparaat voorgeprogrammeerd.
Omschakelen van het video-ingangssignaal van een Sony
videorecorder
Klik op de “INPUT” toets in het videorecorder-
bedieningsmenu. Om na het afspelen van een videoband
over te schakelen naar een TV-uitzending, stopt u eerst de
video-weergave, dan klikt u op “INPUT” en dan gebruikt u
de “toetsen” op het scherm om in te stellen op de gewenste
TV-zender.
Omschakelen van het beeldformaat bij gebruik van een
breedbeeld TV-toestel
Klik enkele malen op het symbool tot er is ingesteld op
het gewenste beeldformaat.
Kiezen van een weergavebron met de toetsen
op het voorpaneel van de versterker
1
Druk op de POWER schakelaar om de versterker
in te schakelen.
Uitschakelen van de gekozen weergavebron
Klik op “ ” in de hoek linksonder.
Uitschakelen van alle aangesloten apparatuur
Klik op “ALL OFF ”.
Apparaten die worden ingeschakeld door indrukken van de
PLAY weergavetoets zullen niet worden uitgeschakeld met
een klik op “ALL OFF”, als de “AUTO PLAY” automatische
weergavestart is uitgeschakeld (zie blz. 37). In dit geval klikt
u eerst op “ ” en dan op de “(” weergavetoets.
Als er geen beeldscherm-aanduidingen op het TV-
scherm verschijnen
Dan staat wellicht de ingangskeuzeschakelaar van uw
TV-toestel ingesteld op TV” en niet op “VIDEO”.
Schakel over naar “VIDEO” op het TV-toestel zelf of
met de televisie-afstandsbediening.
Opmerkingen
De “AUTO PLAY” automatische weergavestart is bij
aflevering vanaf de fabriek ingesteld op automatisch
beginnen met afspelen direkt na keuze van de
weergavebron. Zie de aanwijzingen op blz. 37 als u deze
“AUTO PLAY” weergavestart niet wilt gebruiken.
Apparaten van hetzelfde type zullen met de beeldscherm-
bediening tegelijk worden ingeschakeld en bediend.
Als u bijvoorbeeld de beeldscherm-bediening gebruikt om
het afspelen van een Sony laserdisc-speler te starten
terwijl er nog een tweede Sony laserdisc-speler in de
kamer staat, dan zal dit tweede apparaat tegelijk met
afspelen beginnen.
Als bepaalde apparatuur niet op de afstandsbedienings-
signalen reageert, dan komen waarschijnlijk de signalen
van de infrarood-signaalzender niet goed door bij de
afstandsbedieningssensor van de weergavebron. In dit
geval dient u de infrarood-signaalzender en de
apparatuur dichter bij elkaar te plaatsen.
Als u instelt op een geluidsbron terwijl er een video-
apparaat als weergavebron is gekozen, schakelt het video-
bronsignaal automatisch over naar “SATL”.
Bekijken van TV- of videoprogramma’s
Wanneer u naar TV-uitzendingen of
videoprogramma’s kijkt, wordt aanbevolen het geluid
via de versterker in plaats van via de TV-luidsprekers
te laten klinken. Dit stelt u in staat de voordelen van de
akoestiek-effekten van de versterker te benutten, zoals
Dolby Surround, en biedt u de mogelijkheid de
afstandsbediening van de versterker te gebruiken voor
het regelen van het geluid.
Schakel de TV-luidsprekers uit voordat u begint, zodat u
kunt genieten van het akoestiek-geluid van uw versterker.
FUNCTION
+
VOL
ALL
OFF
S
O
U
N
D
EXIT
5 4 3 2 1
6 7 8 9
REC EDIT
USER
/
VCR
INPUT
+
CH
0
1 – – / – – 2 –
(wordt vervolgd)
24
NL
Basisbediening
2 Druk op de funktiekeuzetoets voor de gewenste
beeld- of geluidsbron:
Voor het bekijken of Drukt u op
luisteren naar
Videocassettes VIDEO 1,
VIDEO 2 of
VIDEO 3
Laserdiscs LD
Satelliet-uitzendingen SATL
Digitale DAT cassettes DAT/MD
of minidiscs (MD)
Gewone muziekcassettes TAPE MONITOR
Compact discs (CD) CD
Radioprogramma's TUNER
Grammofoonplaten PHONO
3 Schakel de weergavebron in, zoals bijvoorbeeld
de compact disc speler en start het afspelen ervan.
Voor luisteren via een hoofdtelefoon
Sluit de hoofdtelefoon aan op de PHONES stekkerbus
en zet de SPEAKERS luidsprekerschakelaar in de “OFF”
stand.
Opnemen
Deze versterker maakt opnemen naar en van apparatuur
die hierop is aangesloten bijzonder eenvoudig. U hoeft
de audio/video-apparatuur voor weergave en opname
niet direkt op elkaar aan te sluiten: als eenmaal een
weergavebron op de versterker is gekozen, is maken en
monteren van opnamen via de beeldscherm-bediening
mogelijk op dezelfde wijze als u zou doen met gebruik
van de bedieningsorganen op elk apparaat.
Kontroleer, alvorens u begint, of alle apparatuur naar
behoren is aangesloten.
ç: Audio-signaalstroom
c: Video-signaalstroom
Via deze versterker kunt u geluidsopnamen maken op een
cassette, een Digital Audio Tape cassette, een minidisc of
een videocassette, enz. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing
van uw cassettedeck, DAT deck of of andere opname-
apparatuur voor nadere bijzonderheden.
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
2 Klik op de weergavebron waarvan u wilt opnemen
(bijv. op “LD” voor opnemen van een laserdisc).
3 Klik op “SUB”.
4 Klik op “REC EDIT”.
5 Klik op de naam van het opname-apparaat
waarop u wilt opnemen (bijv. “VIDEO 1”
voor een videorecorder).
De bedieningsorganen voor beide apparaten
verschijnen nu op het TV-scherm, met de
aanduiding “PLAYER” voor het weergave-apparaat
en “RECORDER” voor het opname-apparaat.
De groene pijl geeft de gekozen weergavebron aan.
Tijdens het opnemen moet de groene pijl dus op de
“PLAYER” aanduiding wijzen.
Als u tijdens het opnemen klikt op een bedieningstoets
van het “RECORDER” opname-apparaat, stopt de
weergave van de “PLAYER” weergavebron.
USERSUB
)(0pP=+
FUNCTION
+
VOL
ALL
OFF
S
O
U
N
D
EXIT
SIDE
5 4 3 2 1
6 7 8 9
10/0
REC EDIT
USER
)(0pP=+
A
SIDE
B
+10
FUNCTION
+
VOL
ALL
OFF
S
O
U
N
D
RECORDER
EXIT
TAPE
DAT / MD
VIDEO 2
VIDEO 1
PLAYER
Groene pijl
()0pP
FUNCTION
RECORDER
ALL
OFF
REC
S
O
U
N
D
EXIT
VIDEO 1
(+=pP
L D
PLAYER
+
VOL
b
Afspeel-apparaat
(weergavebron)
c
ç
ç
c
Opname-apparaat
(cassettedeck, DAT
deck, minidisc-recorder
videorecorder)
25
NL
Basisbediening
6
Plaats een voor opnemen geschikte cassette of
minidisc in het opname-apparaat en stel indien
nodig het opnamenivo in.
7 Klik op de “REC” toets om met opnemen te
beginnen en klik dan op het ( weergave-
symbool van de “PLAYER” weergavebron.
Nu begint het opnemen.
Bediening van het opname-apparaat (behalve voor
opnemen)
Klik op “RECORDER”. Nu wordt de “RECORDER” de
weergavebron en kunt u de “RECORDER”
bedieningsorganen gebruiken om de band terug te spoelen,
de opnamen weer te geven, enz.
Klik op “PLAYER” wanneer u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke weergavebron.
Meeluisteren naar het opgenomen geluid tijdens
opnemen met een 3-koppen cassettedeck
1 Klik op “EXIT”.
2 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
3 Klik op “TAPE”.
Stoppen met opnemen
Klik op het p stop-symbool voor het opname-apparaat.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Opmerkingen
Tijdens opnemen zal er geen geluid worden weergegeven
door het opname-apparaat, ook al zijn alle bedieningstoetsen
van het opname-apparaat wel operationeel.
Als u tijdens het opnemen klikt op de “RECORDER” toets,
stopt de weergave van de “PLAYER” weergavebron.
Als u het “REC EDIT” menu verlaat door een klik op
“FUNCTION”, “SOUND” of “EXIT”, gaat het opnemen door,
maar de bediening wordt ingesteld op de “PLAYER”
weergavebron, ook al had u eerder op de “RECORDER” geklikt.
Als u tijdens opnemen het “FUNCTION SELECT” menu opent
en op een andere weergavebron klikt, zal vanaf dat moment de
nieuw gekozen weergavebron worden opgenomen.
Bij bepaalde cassettedecks moet u de r REC toets en de (
weergavetoets tegelijk indrukken om met opnemen te beginnen.
Om in het beeldscherm-menu het opnemen te kunnen starten
met een klik op een enkele “toets”, dient u de bedieningscode
voor de opnamestart vast te leggen zoals beschreven in stap 1 t/
m 7 onder “Vastleggen van codes voor andere merken dan
Sony” (op blz. 16 t/m 19), zowel voor een Sony cassettedeck als
voor een cassettedecks van een ander merk.
Het geluidssignaal dat binnekomt via de TAPE aansluitingen
op het achterpaneel kan niet worden opgenomen op enig
opname-apparaat.
Bij opnemen met een digitaal DAT cassettedeck of een
minidisc-recorder aangesloten op de DAT/MD REC OUT
aansluitingen zal het bijregelen van het geluid geen effekt
hebben op het opgenomen geluid.
Gebruik van de automatische
uitschakel-sluimerfunktie
U kunt deze versterker instellen op het automatisch
uitschakelen na een door u gekozen tijdsduur.
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
2 Klik op “SLEEP”.
3 Klik enkele malen op “TIMER” om de sluimertijd
in te stellen waarna de versterker zal worden
uitgeschakeld. De aanduiding van de sluimertijd
verspringt als volgt:
De sluimertijd, tot het apparaat zichzelf uitschakelt,
is vrij instelbaar
Klik op + of – om de sluimertijd tot op de minuut
precies in te stellen, tot een maximum van 5 uren.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Wanneer de sluimerfunktie is ingeschakeld
De aanduiding “SLEEP” verschijnt linksboven in het
hoofdmenu.
De resterende tijdsduur tot de versterker uitschakelt
is gemakkelijk te kontroleren
Klik eerst op “FUNCTION” en dan op “SLEEP”. De
resterende sluimertijd verschijnt dan in het uitleesvenster.
()0pP
FUNCTION
RECORDER
ALL
OFF
REC
S
O
U
N
D
EXIT
VIDEO 1
(+=pP
L D
PLAYER
+
VOL
b
FUNCTION SELECT
VIDEO 1 DAT/MD
CD
VIDEO 2
TUNER
VIDEO 3
PHONO
L D
TAPESATL
MACRO 1
MACRO 2
EXIT
SLEEP
EXIT
SLEEP TIMER SETTING
RETURN
HOUR
SLEEP
+
MIN SEC
20000::
n 2:00:00 n 1:30:00n 1:00:00 n 0:30:00 n OFF
FUNCTION
ALL
OFF
SLEEP
26
NL
Gebruik van akoestiekeffekten
Inleiding
De TA-VE800G biedt een uitgebreid scala aan
akoestiekfunkties, waarmee u alle muziek een
passende ruimtelijke klank kunt geven. Voor
aanpassing aan uw smaak en de vereisten van de
muziek kunt u diverse parameters naar eigen inzicht
bijregelen.
Weergave met een voorgeprogrammeerd
klankbeeld
Zie de hierna volgende aanwijzingen onder “Gebruik
van de voorgeprogrammeerde akoestiekeffekten”. Die
paragraaf beschrijft hoe u een bepaald klankbeeld kunt
oproepen en geeft een overzicht van de beschikbare
klankbeelden en hun karakteristieken.
Gebruik van Dolby Pro Logic Surround
Zie de beschrijving onder “Optimaal benutten van
Dolby Pro Logic Surround geluid” op blz. 28. Daarin
staat aangegeven hoe u de beschikbare luidsprekers
onderling het best kunt afregelen om het Dolby Pro
Logic Surround geluid zo goed mogelijk tot zijn recht
te laten komen.
Aan de verpakking kunt u zien of de video e.d. is
opgenomen met Dolby Surround geluid
Sommige videocassettes of laserdiscs kunnen echter wel
zijn opgenomen met Dolby Surround geluid, ook al
staat dit niet op de verpakking aangegeven.
Samenstellen van uw eigen akoestiekeffekt
Zie voor het aanpassen van de toonregel- en akoestiek-
parameters de beschrijving onder en “Aanpassen van
de akoestiekeffekten” op blz. 29.
Nadere bijzonderheden over de
akoestiekfunkties
Zie de “Verklarende woordenlijst” op blz. 45 en 46.
Gebruik van de
voorgeprogrammeerde
akoestiekeffekten
Bij weergave van muziek of filmgeluid kunt u genieten
van ruimtelijke klankbeelden, eenvoudig door te
kiezen voor een van de voorgeprogrammeerde
akoestiekeffekten, passend bij het weergegeven geluid.
1 Klik tijdens het afspelen van een weergavebron
op de “SOUND” toets in het hoofdmenu.
2 Klik op het gewenste genre of type klankbeeld.
Hierbij wordt automatisch het laatst gekozen
klankbeeld in dat genre ingeschakeld.
3 Klik enkele malen op “MODE” als u een ander
klankbeeld in het gekozen genre wilt horen.
Zie het hierna volgende overzicht van de
klankbeelden.
T Extra versterken van de lage tonen
Klik op “BASS BOOST ON”.
FUNCTION
+
VOL
ALL
OFF
USERSUB
S
O
U
N
D
)(0pP=+
SOUND FIELD SELECT
SOUND FIELD
BASS BOOST
PRO LOGIC
MOVIE
MUSIC 1
MUSIC 2
SPORTS
GAME
+
VOL
EXIT
SOUND FIELD SELECT
EXIT
SOUND FIELD
BASS BOOST
PRO LOGIC
MOVIE
MUSIC 1
MUSIC 2
SPORTS
GAME
MODE
OFF
OFF
+
VOL
ON
ON
27
NL
Gebruik van akoestiekeffekten
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Weergave zonder akoestiekeffekt
Kies uit het “MUSIC 2” genre het “ACOUSTIC” klankbeeld.
Er is dan geen akoestiekeffekt meer, maar u kunt nog wel de
klankkleur aanpassen (zie blz. 29).
Uitschakelen van alle klankbeelden
Klik op “SOUND FIELD ON/OFF”.
Klankbeelden
GENRE MODE Bedoeld voor
PRO LOGIC PRO LOGIC Weergave van materiaal met Dolby Surround geluid.
ENHANCED Extra versterking van de achterluidsprekers bij weergave van materiaal met Dolby
Surround geluid.
MOVIE SMALL THEATER Toevoegen van de akoestische indruk van een bepaald type zaal aan de weergave
van materiaal met Dolby Surround geluid.
LARGE THEATER
MONO MOVIE Toevoegen van bioskoopgeluid aan speelfilms met een mono geluidsspoor.
MUSIC 1 SMALL HALL Oproepen van de akoestiek van een rechthoekige concertzaal. Speciaal voor
zachtere akoestische muziek.
LARGE HALL
MUSIC 2 KARAOKE Onderdrukken van de zang bij weergave van stereo geluid.
ACOUSTIC Weergave van twee-kanalen stereo geluid (met toonregeling, maar zonder
akoestiekeffekt).
SPORTS ARENA De opwinding van een live-concert in een grote concert-arena. Perfekt voor rock &
roll.
STADIUM De beleving van een live-concert in een openlucht-stadion. Ideaal voor puur
elektrische muziek.
GAME GAME De meest treffende geluids- en akoestiekeffekten van videospelletjes.
28
NL
Gebruik van akoestiekeffekten
4
Klik enkele malen op “C MODE” tot de geschikte
middenkanaal-aanpassing voor uw luidsprekers
wordt aangegeven. Kies de middenkanaal-
aanpassing aan de hand van het volgende schema.
Afstellen van de geluidssterkte van de
luidsprekers
Met behulp van de testtoon-funktie kunt u de geluidssterkte
van uw luidsprekers op hetzelfde nivo afstellen. (Als al uw
luidsprekers reeds hetzelfde geluidsvolume te horen geven,
is afstellen niet noodzakelijk.)
Door de toetsen op de afstandsbediening te gebruiken,
kunt u de afstelling verrichten vanaf uw luisterpositie.
1 Klik op “TEST”.
Nu zal er één voor één door alle luidsprekers een
testtoon worden weergegeven. Op het TV-scherm
wordt de luidspreker die op dat moment de
testtoon weergeeft, in rood aangegeven.
Optimaal benutten van Dolby
Pro Logic Surround geluid
Om de beste weergave te verkrijgen met de Dolby Pro
Logic Surround akoestiek, kiest u eerst de midden-
kanaal-instelling die het best past bij uw luidspreker-
systeem. Vervolgens regelt u de geluidssterkte van de
luidsprekers en stelt u de vertragingstijd voor het PRO
LOGIC akoestiekeffekt naar wens in.
Let op dat u tenminste over één extra paar luidsprekers
dient te beschikken voor het maken van de
onderstaande instellingen.
Kiezen van de CENTER MODE instelling
Deze versterker biedt u de keuze uit vier verschillende
CENTER MODE instellingen: “PHANTOM”,
“3 CHANNEL LOGIC”, “NORMAL” en “WIDE”. Elke
instelling is voor een bepaalde luidspreker-opstelling
ontworpen. Kies de CENTER MODE instelling die het
beste past bij uw luidspreker-opstelling:
1 Klik op “SOUND” in het hoofdmenu.
2 Klik op “PRO LOGIC” om in te stellen op het
PRO LOGIC klankbeeld.
3 Klik op “SUR” voor Surround akoestiek-
instelling.
Nu verschijnt het Dolby Pro Logic “SUR EDIT”
menu. Hierin kunt u de gewenste luidspreker-
instelling maken.
SOUND FIELD SELECT
EXIT
SOUND FIELD
BASS BOOST
PRO LOGIC
MODE
OFF
OFF
+
VOL
ON
ON
SOUND FIELD SELECT
EXIT
SOUND FIELD
BASS BOOST
PRO LOGIC
MOVIE
MUSIC 1
MUSIC 2
SPORTS
GAME
MODE
OFF
OFF
+
VOL
ON
ON
SUR
SUR EDIT
EXIT
C MODE
CENTER
REAR
RETURN
+
VOL
0 dB
0 dB
+
+
Als u beschikt over
Voor- en
achterluidsprekers,
maar geen
middenluidspreker
Voor- en
middenluidsprekers,
maar geen
achterluidspreker
Voor- en
achterluidspreker,
en een kleine
middenluidspreker
Voor- en achter-
luidsprekers en een
middenluidspreker
van dezelfde
afmetingen als uw
voorluidsprekers
Zodat
Het geluid van het
middenkanaal wordt via
de voorluidsprekers
weergegeven.
Het geluid van het
achterkanaal wordt via
de voorluidsprekers
weergegeven.
Het basgeluid van het
middenkanaal wordt via
de voorluidsprekers
weergegeven (omdat een
kleine middenluidspreker
onvoldoende basgeluid
kan produceren).
Een “kompleet” Dolby
Pro Logic Surround
geluid klinkt, via alle
luidsprekers.
Kiest u
PHANTOM
3 CH LOGIC
(3 Channel
Logic)
NORMAL
WIDE
SUR EDIT
CENTER
+
TEST
0 dB
29
NL
Gebruik van akoestiekeffekten
2 Stel de geluidssterkte van uw luidsprekers zo in
dat u de testtoon vanaf uw luisterplaats via alle
luidsprekers even luid klinkt.
Om de geluidssterkte van de linker en rechter
voorluidsprekers op evenwichtig in te stellen,
draait u aan de BALANCE regelaar op het
voorpaneel van de versterker zelf.
Om het geluidsnivo van de middenluidspreker
af te stellen, klikt u op de CENTER + of – toets.
Om het geluidsnivo van de achterluidsprekers
af te stellen, klikt u op de REAR + of – toets.
3 Klik weer op “TEST” om de testtoon uit te
schakelen
Alle luidsprekers kunnen tegelijkertijd afgesteld worden
Hiervoor gebruikt u de MASTER VOLUME regelaar op
het voorpaneel van de versterker.
Instellen van de vertragingstijd van de
achterluidsprekers
Het akoestiek-geluid kan effektiever gemaakt worden
door het geluid dat via de achterluidsprekers klinkt te
vertragen (vertragingstijd). U kunt de vertragingstijd
instellen in stapjes van 0,1 msec. binnen een bereik van
15 tot 30 msec. Bijvoorbeeld voor een ruime kamer of
wanneer de achterluidsprekers ver van de
luisterpositie vandaan staan opgesteld, maakt u de
vertragingstijd korter.
1 Start de weergave van de geluidsbron die met
Dolby Surround akoestiek is gecodeerd.
2 Klik op “DELAY”.
3 Klik op “SHORT” voor een kortere nagalmtijd of
op “LONG” voor een langere nagalmtijd.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Terugstellen van het bijgeregelde klankbeeld op de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen
Klik op “STD”.
Bijregelen van de klankkleur
U kunt de klankkleur van de luidsprekers instellen.
Volg de aanwijzingen voor “Aanpassen van de toon-
bijregeling” hieronder.
Aanpassen van de
akoestiekeffekten
Elk van de beschikbare klankbeelden is samengesteld
uit een tooninstelling (voor de hoge, lage en
middentonen) en een stel akoestiek-parameters —
geluidscomponenten die de akoestische totaalindruk
bepalen. U kunt de akoestiekeffekten aanpassen door
de geluidssterkte van de luidsprekers (LEVEL) en het
effektnivo (EFFECT) zo in te stellen dat het geluid in
uw luisterruimte optimaal klinkt.
Wanneer u een klankbeeld eenmaal hebt aangepast,
blijft deze aanpassing in het geheugen van de
versterker bewaard, tenzij de stekker langer dan een
week uit het stopkontakt blijft.
Aanpassen van de toon-bijregeling
Hiermee stelt u de klankkleur (van de hoge en lage
tonen) in voor optimale weergave via de voor-,
midden- en achterluidsprekers. De toon-bijregeling is
instelbaar voor alle akoestiekeffekten, inklusief de
Dolby Surround.
1 Start de weergave van de geluidsbron en klik op
“SOUND” in het hoofdmenu.
2 Klik op het genre of type klankbeeld dat u wilt
bijregelen.
Hierbij wordt automatisch het laatst gekozen
klankbeeld in dat genre ingeschakeld.
3 Klik enkele malen op “MODE” als u een ander
klankbeeld in het gekozen genre wilt bijregelen.
4 Klik op “TONE”.
Nu verschijnt het “TONE EDIT” menu op het TV-
scherm.
SOUND FIELD SELECT
EXIT
SOUND FIELD
BASS BOOST
PRO LOGIC
MOVIE
MUSIC 1
MUSIC 2
SPORTS
GAME
MODE
OFF
OFF
+
VOL
ON
ON
TONE
(wordt vervolgd)
SUR EDIT
CENTER
+
DELAY
0 dB
SUR EDIT
EXIT
RETURN
VOL
DELAY
+
DELAY
SHORT LONG
30
NL
Gebruik van akoestiekeffekten
5
Klik op “BASS” + of – om de weergave van de
lage tonen naar wens aan te passen en klik op
“TREBLE” om de weergave van de hoge tonen
naar wens aan te passen.
Opmerking
Bij het bijregelen van de parameter kunnen er wel eens
bijgeluiden klinken.
Beginnen met bijregelen uitgaande van een vlakke
frekwentiekarakteristiek
Klik op “FLAT”.
Terugstellen van het bijgeregelde klankbeeld op de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen
Klik op “STD”.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Bijregelen van de geluidssterkte
Klik op “VOL” + of –.
Bijregelen van de akoestiek-parameters
Stel de akoestiek-parameters zo in dat de
geluidsweergave met de akoestiekeffekten in uw
luisterkamer het best klinkt. U kunt voor elk
klankbeeld de geluidssterkte van de luidsprekers en
het totaal effektnivo naar wens instellen.
Voor het instellen van de parameters van het PRO
LOGIC akoestiekeffekt volgt u de aanwijzingen onder
“Optimaal benutten van Dolby Pro Logic Surround
geluid” op blz. 28.
1 Start de weergave van de geluidsbron en klik op
“SOUND” in het hoofdmenu.
2 Klik op het genre of type klankbeeld dat u wilt
bijregelen.
Hierbij wordt automatisch het laatst gekozen
klankbeeld in dat genre ingeschakeld.
3 Klik enkele malen op “MODE” als u een ander
klankbeeld in het gekozen genre wilt bijregelen.
4 Klik op “SUR”.
Nu verschijnt het “SUR EDIT” menu.
Bijregelen van de geluidssterkte van de luidsprekers
Klik op “LEVEL” en klik dan op + of – om de
geluidssterkte van de diverse luidsprekers naar
wens in te stellen.
Bijregelen van het effektnivo
Klik op “EFFECT” en klik dan op “UP” of
“DOWN” om de totaalindruk van het
akoestiekeffekt meer op de voorgrond te halen of
af te zwakken.
Terugstellen van het bijgeregelde klankbeeld op de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen
Klik op “STD”.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Bijregelen van de geluidssterkte
Klik op “VOL” + of –.
Opmerking
Telkens wanneer u nieuwe instellingen maakt voor een
klankbeeld, komen de eerdere instellingen ervan te
vervallen.
SUR EDIT
EXIT
DOWN
RETURN
VOL
EFFECT
UP
+
SUR EFFECT
SUR EDIT
EXIT
REAR
RETURN
VOL
LEVEL
0 dB
+
+
SUR EDIT
EXIT
RETURN
VOL
FLAT
STD
+
+10 dB
BASS TREBLE
+
+
-10 dB
+10
-10
31
NL
Uitgebreide bedieningsfunkties
Gebruik van de indexfunkties
Met de indexfunkties van het menusysteem kunt u de
namen in het funktiemenu, in de lijst met
voorkeurzenders en in de lijst van compact discs in een
CD-wisselaar geheel naar eigen inzicht invullen. Voor
elke funktietoets kunt u een symbool en een naam van
maximaal acht letters kiezen, evenals voor elke
radiozender, en voor de (maximaal 200) compact discs
of groepen van CD’s in een CD-wisselaar kunt u
namen van ten hoogste 12 letters invoeren.
Aanpassen van symbolen en namen van de
weergavebron-keuzetoetsen
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu
op het scherm.
2 Klik op “INDEX”.
Het “INDEX SETTING” menu verschijnt.
3 Klik op het symbool dat u wilt wijzigen.
4 Klik in het symbolen-menu op het nieuwe
symbool dat u wilt gebruiken en klik dan op
“RETURN”.
5 Klik op de weergavebron-keuzetoets waarvan u
de naam wilt aanpassen.
6 Voer nu een nieuwe naam in voor de betreffende
weergavebron, door achtereenvolgens op elke
letter van de naam te klikken. De naam wordt
automatisch vastgelegd.
Invoeren van een spatie in de naam
Kilk op de spatiebalk onder de letters.
Overschakelen tussen hoofdletters en kleien letters
Kilk op “CAPS”.
Bij een vergissing in de letterkeuze
Klik op de ? of / pijl om de cursor te verplaatsen
naar de letter die u wilt wijzigen en klik dan op de juiste
letter (of klik op de spatiebalk om de letter te wissen).
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Invoeren van namen voor de
voorkeurzenders voor een Sony tuner met
afstandsbediening
Met een Sony tuner die geschikt is voor
afstandsbediening kunt u voor elk van uw vastgelegde
voorkeurzenders een zendernaam invoeren, zodat u ze
in het bedieningsmenu rechtstreeks kunt kiezen.
1 Klik op de “LIST TUNER” toets in het “INDEX
SETTING” menuscherm.
Nu verschijnt een lijst voor de voorkeurzenders.
Klik op A, B of C om een zendergroep te kiezen.
Klik vervolgens op een cijfer van 0 tot 9 om in te
stellen op de voorkeurzender waarvoor u een
naam wilt invoeren.
Uitgebreide bedieningsfunkties
EXIT
INDEX SETTING
A
F
K
P
U
B
G
L
Q
V
C
H
M
R
W
D
I
N
S
X
E
J
O
T
Y
1
4
7
/
Z
2
5
8
0
3
6
9
*
+
bB
RETURN
CAPS
EXIT
TUNER
LIST
INDEX SETTING
RETURN
(wordt vervolgd)
FUNCTION SELECT
EXIT
INDEX
EXIT
LIST
INDEX SETTING
VIDEO 1
LD
SATL
MACRO 1
VIDEO 2
VIDEO 3
RETURN
DAT / MD
PHONO
TAPE
MACRO 2
CD
TUNER
32
NL
Uitgebreide bedieningsfunkties
2 Voer nu een naam in voor uw voorkeurzender, door
achtereenvolgens op elke letter van de naam te
klikken. De naam wordt automatisch vastgelegd.
Invoeren van een spatie in de zendernaam
Klik op de spatiebalk onder de letters.
Overschakelen tussen hoofdletters en kleine letters
Klik op “CAPS”.
Bij een vergissing in de letterkeuze
Klik op de ? of / pijl om de cursor te verplaatsen
naar de letter die u wilt wijzigen en klik dan op de juiste
letter (of klik op de spatiebalk om de letter te wissen).
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Afstemmen op voorkeurzenders via de LIST
zenderlijst
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu
op het scherm.
2 Klik op “TUNER”.
3 Klik op “LIST”.
4 De lijst met voorkeurzenders verschijnt op het
scherm. Klik op A, B of C om een zendergroep te
kiezen. Klik vervolgens op een cijfer van 1 tot 0
om op de bijbehorende voorkeurzender af te
stemmen.
Overnemen van de disc-titels uit een Sony
CD-wisselaar voorzien van een CTRL A1
aansluiting
Als u beschikt over een Sony compact disc wisselaar
met een CTRL A1 aansluiting, kunt u alle disc-titels in
de CD-wisselaar automatisch overzetten naar het
geheugen van de versterker, zodat u niet alle namen
één voor één opnieuw hoeft in te voeren.
1 Klik op de “LIST CD” toets in het “INDEX
SETTING” menuscherm.
2 Klik op de “DATA LOAD” toets.
De gegevens worden nu uit de CD-wisselaar
overgenomen en na enkele minuten verschijnen
de disc-titels in het “CD INDEX SETTING”
menuscherm.
Opmerkingen
De “DATA LOAD” toets zal niet op het scherm
verschijnen als de CD-wisselaar niet is geregistreerd als
“Sony CONTROL A1 CD” in het “IR CODE SETTING”
menu (zie blz. 17) of als de CD-wisselaar niet staat
ingeschakeld.
De “DATA LOAD” gegevensoverdracht zal niet werken
als de CD-wisselaar niet staat ingeschakeld of als er iets
mis is met de CTRL A1 aansluiting (zie blz. 9).
Als de volgende letters en symbolen zijn gebruikt in de disc-
titels in de CD-wisselaar, zullen ze in het beeldschermmenu
worden vervangen door spaties: # $ ; • ä ö ü
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
EXIT
INDEX SETTING
A
F
K
P
U
B
G
L
Q
V
C
H
M
R
W
D
I
N
S
X
E
J
O
T
Y
1
4
7
/
Z
2
5
8
0
3
6
9
*
+
bB
RETURN
CAPS
EXIT
LIST
INDEX SETTING
CD
RETURN
EXIT
CD INDEX SETTING
3
4
5
6
7
>
2
1
8
9
10
.
RETURN
LOAD
DATA
USERLIST SUB
+
VOL
ALL
OFF
EXIT
ABC
3
4
5
6
7
2
1
8
9
0
33
NL
Uitgebreide bedieningsfunkties
Invoeren van namen voor de compact discs
in een Sony CD-wisselaar zonder CTRL A1
aansluiting of een CD-wisselaar van een
ander merk
Als uw compact disc wisselaar niet van Sony is of geen
CTRL A1 aansluiting heeft, kunt u de disc-titels als
volgt in het bedieningsmenu invoeren
1 Klik op de “LIST CD” toets in het “INDEX
SETTING” menuscherm.
2 Titelkeuze voor een compact disc
Klik op “TITLE”. Stel in op het nummer van de
disc door op de > of . pijl aan de rechterkant
van het scherm te klikken en klik dan op de
disc waarvoor u een titel wilt invoeren.
Titelkeuze voor een groep compact discs
Klik op “GROUP” en klik dan op de groep
CD’s die u een gemeenschappelijke
groepsnaam wilt geven.
3 Voer nu een titel in voor de betreffende compact
disc of groep, door achtereenvolgens op elke
letter van de naam te klikken. De titel wordt
automatisch vastgelegd.
Invoeren van een spatie in de titel
Klik op de spatiebalk onder de letters.
Overschakelen tussen hoofdletters en kleine letters
Klik op “CAPS”.
Bij een vergissing in de letterkeuze
Klik op de ? of / pijl om de cursor te verplaatsen
naar de letter die u wilt wijzigen en klik dan op de juiste
letter (of klik op de spatiebalk om de letter te wissen).
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Bediening van een compact
disc wisselaar
Uw compact discs in groepen indelen
Via het beeldschermmenu kunt u de compact discs in
een CD-wisselaar onderverdelen in een aantal groepen.
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu
op het scherm.
2 Klik op “INDEX”.
Het “INDEX SETTING” menu verschijnt.
3 Klik op de “LIST CD” toets.
4 Klik op “SELECT” en klik dan op de compact disc
die u in een bepaalde groep wilt plaatsen.
Als de gekozen CD niet in de lijst op het scherm
voorkomt
Klik op de > of . pijl aan de rechterkant van het
scherm tot u de disc op het scherm ziet.
5 Klik op de namen van de groepen waarin u de
gekozen CD wilt plaatsen.
Om bijvoorbeeld een CD in zowel groep 1 als
groep 4 te plaatsen, klikt u op de namen van beide
groepen zodat deze oplichten.
Verwijderen van een CD uit een of meer groepen
Klik op de verlichte groepsnaam zodat deze dooft.
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
EXIT
LIST
INDEX SETTING
CD
RETURN
EXIT
CD INDEX SETTING
A
F
K
P
U
B
G
L
Q
V
C
H
M
R
W
D
I
N
S
X
E
J
O
T
Y
1
4
7
/
Z
2
5
8
0
3
6
9
*
+
bB
RETURN
CAPS
10
vV
EXIT
CD INDEX SETTING
23
24
25
26
27
>
22
21
28
29
30
.
RETURN
SELECT
DATA
BGM A
BGM B
Love Songs
BEST of BB
BEST of CC
BEST of DD
EXIT
CD INDEX SETTING
3
4
5
6
7
2
1
8
9
10
RETURN
GROUP 1
GROUP 2
GROUP 3
GROUP 4
GROUP 5
GROUP 6
GROUP 7
GROUP 8
GROUP 9
GROUP 10
(wordt vervolgd)
34
NL
Uitgebreide bedieningsfunkties
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Afspelen van compact discs via de LIST
discnummerlijst
1
Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu
op het scherm..
2 Klik op “CD”.
3 Klik op “LIST”.
4 Klik op de > of . pijl aan de rechterkant van het
scherm om de voorgaande of de volgende 10 discs
op het scherm te zien en klik dan op de gewenste
disc. Dan begint automatisch de weergave van de
gekozen compact disc.
Als een Sony CD-wisselaar is aangesloten via de
CTRL A1 aansluiting, wordt het aantal discs op
het scherm automatisch aangepast aan de
capaciteit van de aangesloten CD-wisselaar.
Opzoeken van een bepaalde compact disc
Klik op “SEARCH” zodat het “CD LIST - SEARCH”
scherm verschijnt.
Aangeven van de compact discs in een
bepaalde groep:
Klik op “GROUP NAME” en klik dan op de
naam van de groep waartoe de gewenste CD
behoort.
De lijst van compact discs in de gekozen groep
verschijnt op het scherm. Klik op de > of .
pijl aan de rechterkant van het scherm tot u de
disc op het scherm ziet en klik dan op de disc.
Dan begint automatisch de weergave van de
gekozen CD.
Aangeven van alle compact discs in
alfabetische volgorde:
Klik op “ALPHABET”, wacht enkele sekonden
en de compact discs verschijnen in alfabetische
volgorde op het scherm.
Klik op de > of . pijl tot u de disc op het
scherm ziet en klik dan op de disc. Dan begint
automatisch de weergave van de gekozen CD.
Aangeven van alle compact discs in de
nummervolgorde:
Klik op “DISC NUMBER”, wacht enkele
sekonden en de compact discs verschijnen in
de nummervolgorde op het scherm.
Klik op de > of . pijl tot u de disc op het
scherm ziet en klik dan op de disc. Dan begint
automatisch de weergave van de gekozen CD.
Opmerkingen
Afhankelijk van het type CD-wisselaar dat is aangesloten
(een 3- of 5-disc wisselaar, enz.) zult u de gewenste disc
niet altijd kunnen kiezen, ook al klikt u op de titel van de
disc in de lijst. In dat geval kunt u de compact disc beter
kiezen via het normale CD bedieningsmenu.
Als uw compact disc wisselaar van een ander merk is en
de methode voor het beginnen met afspelen is niet als
volgt: 1 indrukken van een nummertoets, gevolgd door
2 een druk op de disc-weergavetoets, dan kan het
afspelen niet altijd beginnen wanneer u op de titel van de
disc klikt. In dat geval gaat u terug naar het hoofdmenu,
klikt u op “SUB” en vervolgt u met de bediening van de
compact disc wisselaar zoals u deze normaal bedient.
Automatisch verschillende
apparaten achtereen bedienen
(MACRO bedieningsreeks)
De “MACRO” bedieningsreeksen (1 en 2) dienen voor
het doorkoppelen van maximaal acht bedieningscodes,
zodat u de bijbehorende funkties met een enkel
commando kunt laten uitvoeren. Hiervoor kunt u
afstandsbedieningscodes kiezen uit de vaste funkties,
zowel als de “USER” funkties die u zelf van een andere
USERSUB
)(0pP=+
LIST
EXIT
CD LIST - DISC NUMBER
3
4
5
6
7
>
2
1
8
9
10
.
SEARCH
+
VOL
ALL
OFF
=+ p
EXIT
CD LIST - SEARCH
GROUP NAME
+
VOL
ALL
OFF
ALPHABET
DISC NUMBER
RETURN
35
NL
Uitgebreide bedieningsfunkties
afstandsbediening hebt overgenomen. De “MACRO”
bedieningsreeksen kunnen vervolgens zowel
handmatig worden ingeschakeld (door ze te kiezen uit
het “FUNCTION SELECT” menu) als automatisch
(door ze vast te leggen in het “AUTO START
SETTING” menu (zie blz. 37)).
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu
op het scherm.
2 Klik op “MACRO”.
Het “MACRO PLAY SETTING” menu verschijnt.
3 Klik op “MACRO” 1 of 2.
4 Klik op stap 1 van de “MACRO” bedieningsreeks.
Dit wordt de eerste bedieningscode in uw vaste
bedieningsreeks.
5 Klik op de ? of / pijl om de bedieningscodes te
zien die beschikbaar zijn voor de betreffende toets.
De afstandsbedieningscodes die in het
FUNCTION SELECT menu zijn vastgelegd voor
de verschillende apparaten en de codes die u hebt
overgenomen van een andere afstandsbediening
verschijnen in groepen van 5 aan de rechterkant
van het scherm.
Inlassen van een pauze tussen de opeenvolgende
bedieningsfunkties
Klik enkele malen op de ? of / pijl om de
tussenpauze-commando’s (WAIT 10s, WAIT 5s en
WAIT 1s) op het scherm te zien.
Invoeren van een bedieningscode om alle
apparatuur uit te schakelen
Klik enkele malen op de ? of / pijl tot er “ALL OFF”
wordt aangegeven.
Opmerking
Als de bedieningsreeks is gekozen voor automatische
uitvoering bij inschakelen, met de “AUTO START”
funktie (zie blz. 37), kunt u het “ALL OFF” commando
niet in die bedieningsreeks opnemen.
6 Klik op de gewenste afstandsbedieningscode.
De naam van de gekozen code verschijnt in de
verlicht aangegeven stap van de reeks en dan licht
de volgende stap op.
7 Herhaal de stappen 5 en 6 om de andere codes
van de reeks in te voeren, tot een maximum van
acht funkties.
Wissen van een ingevoerde bedieningscode
1 Klik op de code die u wilt wissen, zodat deze oplicht.
2 Klik enkele malen op de ? of / pijl tot de aanduiding
“NO SET” aan de rechterkant van het scherm verschijnt.
3 Klik op “NO SET” om de code waarop u in stap 1 hebt
ingesteld te wissen.
Invoeren van willekeurige bedieningscodes
1 Klik op de nummertoets van een bedieningsreeks.
2 Klik enkele malen op de ? of / pijl tot de gewenste
bedieningscode aan de rechterkant van het scherm
verschijnt.
3 Klik op de bedieningscode.
Uitvoeren van een bedieningsreeks
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu
op het scherm.
2 Klik op “MACRO 1” of “MACRO 2”.
Nu worden de gekozen bedieningsfunkties
automatisch één voor één uitgevoerd.
FUNCTION SELECT
EXIT
MACRO
MACRO PLAY SETTING
1
2
3
4
5
6
7
/?
8
RETURN
EXIT
1 2MACRO COMMAND
WAIT 10s
WAIT 5s
WAIT 1s
ALL OFF
NO SET
MACRO PLAY SETTING
1
2
3
4
5
6
7
/?
8
RETURN
EXIT
1 2MACRO COMMAND
WAIT 10s
WAIT 5s
WAIT 1s
ALL OFF
NO SET
NO SET
FUNCTION SELECT
MACRO 1
MACRO 2
EXIT
36
NL
Extra instellingen en aanpassingen
Op afstand bedienen van
geluidsbronnen zonder de TV
(FLASHER illuminatie)
De “FLASHER” funktie-illuminatie zorgt dat u
geluidsbronnen op afstand kunt bedienen zonder het
bedieningsmenu op het TV-scherm, met alleen de
afstandsbediening en de toetsen op het voorpaneel van
de versterker.
Bij indrukken van de insteltoets op de afstandsbediening
lichten de indikatorlampjes op het voorpaneel één voor
één op. Aan de hand van deze lampjes kiest en regelt u
de bedieningsfunkties die in het uitleesvenster van de
versterker worden aangegeven.
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu
op het scherm.
2 Klik op “SET UP”
3 Klik op “FLASHER: ON”.
4 Klik op een geluidsbron in het “FUNCTION
SELECT” menu.
5 Klik op het TV symbooltje om de TV of
videomonitor uit te schakelen.
Opmerking
Het TV symbooltje voor de illuminatiefunktie zal alleen
verschijnen wanneer u instelt op een geluidsbron.
6 Druk op de linker- of rechterkant van de insteltoets.
Diverse bedieningsfunkties voor de gekozen
geluidsbron verschijnen in het uitleesvenster,
telkens wanner u op de richtingstoets van de
afstandsbediening drukt. Tevens gaat het
voorpaneel het indikator-lampje voor de
bijbehorende bedieningstoets branden.
De bedieningsfunkties die beschikbaar zijn voor
elk van de geluidsbronnen staan hieronder
aangegeven.
Geluidsbron Funkties (in het uitleesvenster)
DAT/MD = ( + p
CD = ( + p
TUNER PRESET – PRESET +
PHONO Geen aanduidingen
TAPE 0 ( ) p
Alle INPUT SELECT, ALL OFF, TV ON,
weergavebronnen VOLUME –, VOLUME +, MUTE
(demping)
7 Klik op de toets van de afstandsbediening
wanneer de gewenste bedieningsfunktie in het
uitleesvenster wordt aangegeven.
Overschakelen op een andere weergavebron
1 Klik op de toets van de afstandsbediening wanneer
er “INPUT SELECT”, voor ingangskeuze, in het
uitleesvenster verschijnt.
2 Beweeg de afstandsbedieningstoets van links naar
rechts. De diverse weergavebronnen worden nu één
voor één in het uitleesvenster aangegeven. Als u
instelt op een video-weergavebron, zal het TV-toestel
automatisch inschakelen.
Uitschakelen van de funktie-illuminatie
Klik op de toets van de afstandsbediening wanneer er
“TV ON” in het uitleesvenster verschijnt, of stel in op
een video-weergavebron.
Opmerking
Als u bij gebruik van de “FLASHER” funktie-illuminatie de
“ALL OFF” uitschakelfunktie kiest, zal de versterker de
volgende keer dat u deze inschakelt automatisch weer in de
“FLASHER” stand komen, voor bediening via het
uitleesvenster. De versterker zal echter wel in de normale
werkingsstand komen als er is ingesteld op “AUTO START”
voor automatische weergave bij inschakelen (zie blz. 37).
FUNCTION SELECT
EXIT
SET UP
EXIT
SET UP
RETURN
AUTO PLAY
FLASHER
AUTO OSD ERASE
FEELING
POINTER ONLY
IR OUTPUT
DEMO
ON OFF
USERSUB
)(0pP=+
37
NL
Extra instellingen en aanpassingen
Automatisch afspelen van
weergavebronnen (AUTO PLAY)
Met de “AUTO PLAY” automatische afspeelfunktie
kunt u de weergavebronnen automatisch met afspelen
laten beginnen onmiddellijk nadat u de weergavebron
kiest in het “FUNCTION SELECT” menu.
Bij aflevering van de versterker staat de “AUTO PLAY”
afspeelfunktie ingeschakeld.
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu
op het scherm.
2 Klik op “SET UP”.
3 Klik op “AUTO PLAY ON” of “OFF” om de
automatische afspeelfunktie in of uit te schakelen.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Opmerkingen
Als u tijdens weergave overschakelt op een andere
weergavebron, stopt het afspelen van de eerste en start het
afspelen van de nieuw gekozen weergavebron.
De “AUTO PLAY” afspeelfunktie zal niet werken wanneer u
de versterker bedient met de knoppen op het voorpaneel.
De “AUTO PLAY” afspeelfunktie kan wel eens minder
goed werken als de weergavebron niet vlot reageert op de
afstandsbedieningssignalen. In dat geval dient u de
infrarood-signaalzender en de apparatuur dichter bij
elkaar te plaatsen.
Automatische weergavestart
bij inschakelen (AUTO START)
Met de “AUTO START” automatische weergavestart
kunt u de versterker instellen op het onmiddellijk
starten van de weergave van een gekozen
weergavebron, zodra u de versterker inschakelt.
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu
op het scherm.
2 Klik op “AUTO”.
Nu verschijnt het “AUTO START SETTING”
menu.
3 Klik op de weergavebron die u automatisch wilt
laten afspelen zodra de versterker wordt
ingeschakeld. U kunt hiervoor slechts een enkele
weergavebron kiezen.
Automatische weergavestart met de laatst
afgespeelde weergavebron
Klik op “LAST”.
Automatisch uitvoeren van een bedieningsreeks bij
inschakelen van de versterker
Klik op “MACRO 1” of “MACRO 2” nadat de “AUTO
PLAY” funktie op “ON” is ingesteld en nadat de
weergavebron is gekozen voor de “MACRO PLAY”
funktie (zie blz. 34).
Als er is ingesteld op “LAST”, zal de laatst weergegeven
bron weer automatisch met afspelen beginnen, de
volgende keer dat u de versterker inschakelt.
Uitschakelen van de “AUTO START” funktie
Klik in stap 3 op “NO SET”.
Dan volgt er geen automatische weergavestart bij
inschakelen van de versterker.
EXIT
SET UP
RETURN
AUTO PLAY
FLASHER
AUTO OSD ERASE
FEELING
POINTER ONLY
IR OUTPUT
DEMO
ON OFF
FUNCTION SELECT
EXIT
AUTO
38
NL
Extra instellingen en aanpassingen
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Opmerking
Een bedieningsreeks waarin het “ALL OFF” commando is
opgenomen (zie blz. 35) kan niet worden gekozen voor de
“AUTO START” weergavestart.
Aanpassen van de gevoeligheid
van de afstandsbediening
U kunt kiezen uit vijf verschillende
gevoeligheidswaarden voor het bepalen van de snelheid
waarmee de aanwijzer over het scherm beweegt.
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu
op het scherm.
2 Klik op “SET UP”.
3 Klik op een “FEELING” waarde van 1 tot 5 om de
gewenste gevoeligheid/aanwijssnelheid te kiezen.
Hoe hoger de waarde, des te sneller zal de
aanwijzer bewegen.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Keuze van de aanduidingen die
verschijnen
Met deze instelling kunt u kiezen voor een van de drie
speciale beeldscherm-weergavefunkties: “AUTO OSD
ERASE”, “POINTER ONLY” of “DEMO”.
Bovendien kunt u met “IR OUTPUT” in dit menu
kiezen of de infrarode signalen ook via de infrarood-
signaalzender moeten worden doorgegeven.
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu
op het scherm.
2 Klik op “SET UP”.
3 Klik op “AUTO OSD ERASE ON” of “OFF”,
“POINTER ONLY SET” of “DEMO START”, al
naar gelang de beeldscherm-funktie die u wilt
gebruiken.
Desgewenst klikt u op “IR OUTPUT ON” of
“OFF” voor de infrarood-signaaloverdracht.
Aanduidingsonderdrukking (AUTO OSD ERASE):
Deze aanduidingsonderdrukking kan handig zijn tijdens
het bedienen van een laserdisc-beeldplatenspeler, om de
hoofdstuknummers te zien die anders schuil zouden gaan
achter de bedieningsaanduidingen. Met deze funktie
ingeschakeld verdwijnen de beeldscherm-aanduidingen
wanneer u op een bedieningstoets klikt en zolang u de
toets vasthoudt. Zodra u de toets loslaat, verschijnen de
bedieningsaanduidingen weer.
Enkel de aanwijzer in beeld (POINTER ONLY):
Met deze funktie zorgt u dat alleen de aanwijzer (het
handje) in beeld blijft tijdens weergave, zodat u hiermee
naar belangrijke punten kunt wijzen (voor een video-
presentatie e.d.).
Wanneer u klikt op “POINTER ONLY SET” verdwijnen
alle beeldscherm-aanduidingen behalve de aanwijzer en
de EXIT toets. Om de aanwijzer vast te houden, houdt u
de toets op de afstandsbediening ingedrukt.
EXIT
SET UP
RETURN
AUTO PLAY
FLASHER
AUTO OSD ERASE
FEELING
POINTER ONLY
IR OUTPUT
DEMO
1 2 3 4 5
EXIT
SET UP
RETURN
AUTO PLAY
FLASHER
AUTO OSD ERASE
FEELING
POINTER ONLY
IR OUTPUT
DEMO
ON OFF
ON OFF
SET
START
39
NL
Extra instellingen en aanpassingen
Demonstratie (DEMO):
Met deze funktie schakelt u een
demonstratieprogramma in dat de diverse funkties van
de versterker uitlegt. Houd er echter wel rekening mee
dat bij de demonstratie allerlei instellingen (zoals de
akoestiek-parameters) zullen worden vervangen door
de vaste waarden van het programma. Schakel de
demonstratie dus alleen in zolang er nog geen gegevens
zijn vastgelegd of wanneer het overschrijven van uw
vastgelegde gegevens niet bezwaarlijk is.
Klik op “START” wanneer u het
demonstratieprogramma wilt inschakelen. Om de
demonstratie te stoppen, klikt u twee of drie keer op de
toets van de afstandsbediening of schakelt u de
versterker uit.
Infrarood-signaaloverdracht (IR OUTPUT):
Wanneer u voor deze funktie “OFF” kiest, worden de
infrarode signalen slechts doorgegeven via de IR OUT
aansluiting op het achterpaneel. De infrarood-
signaalzender op het voorpaneel geeft dan geen enkel
signaal meer door.
Zolang de “IR OUTPUT” funktie op “OFF” staat, is in
het hoofdmenu de aanduiding “IR OFF” zichtbaar.
Gewoonlijk kunt u de “IR OUTPUT” funktie het best op
“ON” laten staan.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
Aanpassen van het formaat van
de beeldscherm-aanduidingen
Met de “GRAPHIC POSITION” funktie kunt u de
plaats van de bedieningsaanduidingen op het TV-
scherm naar wens verstellen.
1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu.
Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu
op het scherm.
2 Klik op “TV SET”.
3 Klik op “GRAPHIC POSITION SET”.
Nu verschijnt het beeldweergave-instelscherm.
Nu verschijnt het beeldweergave-instelscherm.
Klik op de randen van het bedieningsscherm om
deze zo te verstellen dat u ze links, rechts, boven
en onder in beeld krijgt zoals u wilt.
4 Klik op “EXIT”.
Terugkeren naar het hoofdmenu
Klik op “EXIT”.
Terugkeren naar het voorgaande menu
Klik op “RETURN”.
EXIT
V
B
v
b
EXIT
TV MONITOR SET
GRAPHIC POSITION
RETURN
TV IR SET
SET
40
NL
Aanvullende informatie
Overzicht van het voorpaneel
!™
1 Aan/uit-schakelaar (POWER)
2 Infrarood-signaalzender
Voor het doorgeven van
infrarode signalen aan de
weergave-apparatuur.
3 Infrarood-ontvangstindikator
Dit lampje licht op bij ontvangst
van een infrarood
afstandsbedieningssignaal.
4 Infrarood-sensor
Voor het overnemen van de
afstandsbedieningscodes van
een andere afstandsbediening
richt u de kop van de andere
afstandsbediening op dit punt.
5 Uitleesvenster
Voor het aangeven van de
ingeschakelde weergavebron, de
weergavefunktie, de
afstemfrekwentie van de radio,
enz.
6 Volumeregelaar (MASTER
VOLUME)
Voor het instellen van de totale
geluidssterkte.
Satellietradio-keuzetoets (SATL)
Voor ontvangst van radio-
uitzendingen via een satelliet-
ontvanger, aangesloten op de
SATL ingangen.
! Laserdisc-keuzetoets (LD)
Voor video-weergave met een
laserdisc-beeldplatenspeler,
aangesloten op de LD ingangen.
Video-keuzetoetsen (VIDEO 1 -
3)
Voor video-weergave met
apparatuur die is aangesloten op
de VIDEO 1 - 3 ingangen.
Bandmonitortoets (TAPE
MONITOR)
Voor meeluisteren naar het
opgenomen geluid tijdens het
maken van bandopnamen.
!•Hoofdtelefoon-aansluiting
(PHONES)
Voor het aansluiten van een
stereo hoofdtelefoon.
Luidspreker-keuzeschakelaar
(SPEAKERS)
Voor het in- en uitschakelen van
de luidsprekers.
7 Akoestiektoets (SOUND FIELD)
Voor het in- en uitschakelen van
een akoestisch klankbeeld.
8 Video-ingangsaansluiting
(VIDEO 3 INPUT)
Voor het aansluiten van een
camcorder of een videospel-
apparaat, enz.
9 Voorkeurzender-keuzetoetsen
(PRESET TUNING +/–)
Voor het kiezen van een
vastgelegde voorkeurzender.
0 Platenspeler-keuzetoets
(PHONO)
Voor weergave van
grammofoonplaten met een
platenspeler die is aangesloten
op de PHONO ingangen.
Radio-keuzetoets (TUNER)
Voor weergave van radio-
uitzendingen.
!™ Compact disc keuzetoets (CD)
Voor weergave met een compact
disc speler die is aangesloten op
de CD ingangen
Digitaal-keuzetoets (DAT/MD)
Voor weergave met een DAT
cassettedeck of minidisc-speler,
aangesloten op de DAT/MD
ingangen.
2
5
6
!!¢
7
0
1
!•
43
8
9
42
NL
Aanvullende informatie
Verhelpen van storingen
Als u een van de volgende problemen ondervindt bij
de bediening van de versterker, kunt u deze lijst van
kontrolepunten doorlopen om aan de hand hiervan het
probleem te verhelpen. Mocht het probleem
onopgelost blijven, neemt u dan a.u.b. kontakt op met
uw dichtstbijzijnde Sony handelaar.
De bedieningsaanduidingen verschijnen niet op het TV-
scherm.
/ Tijdens TV-kijken met alleen het
televisietoestel ingeschakeld zullen de
aanduidingen niet altijd automatisch op het
scherm verschijnen bij inschakelen van de
versterker. U dient in dat geval de
ingangskeuze van de TV over te schakelen op
“VIDEO” met de afstandsbediening van het
TV-toestel.
Het TV-toestel wordt uitgeschakeld bij inschakelen van
de versterker met de afstandsbediening.
/ Zorg dat de TV is uitgeschakeld voor u de
versterker met de afstandsbediening
inschakelt.
Bij instellen op een weergavebron in het “FUNCTION
SELECT” menu wordt de gekozen weergavebron
uitgeschakeld.
/ De weergavebron was al ingeschakeld met
een andere afstandsbediening. Schakel de
weergavebron alleen in met de
afstandsbediening van de versterker of met
de hand.
Bepaalde apparatuur wordt niet uitgeschakeld door een
klik op de “ALL OFF” toets.
/ De betreffende apparatuur was al
ingeschakeld met een andere
afstandsbediening. Schakel de apparatuur
met de hand uit.
Er klinkt geen geluid of de geluidssterkte blijft te gering.
/ Kontroleer of de luidsprekers en audio/
videocomponenten goed zijn aangesloten.
/ Kontroleer of er wel is ingesteld op de juiste
weergavebron.
/ Kontroleer of de SPEAKERS toets in de “ON”
stand staat.
/ Klik op het
symbool als er in het
uitleesvenster “MUTING” wordt aangegeven.
/ Er is kortsluiting opgetreden, waardoor het
beveiligingscircuit is ingeschakeld (de
aanduiding “PROTECTOR” knippert).
Schakel de versterker uit, los het probleem
dat kortsluiting veroorzaakt op en schakel het
apparaat dan weer in.
Geluid van links en rechts is verwisseld.
/ Kontroleer of de luidsprekers en audio/
video-componenten goed zijn aangesloten.
/ Stel de BALANCE regelaar bij.
Er klinkt een hinderlijke bromtoon of andere storende
achtergrondgeluiden.
/ Kontroleer of de luidsprekers en audio/
video-componenten goed zijn aangesloten.
/ Houd de aansluitsnoeren uit de buurt van een
transformator of motor en tenminste 3 meter
van een TV-toestel of TL-verlichting.
/ Plaats de geluidsinstallatie niet te dicht in de
buurt van een ingeschakelde TV.
/ De stekkers en aansluitbussen zijn vuil.
Reinig de stekkers en aansluitbussen met een
doekje, licht bevochtigd met wat spiritus.
Er komt geen geluid uit de middenluidspreker.
/ Stel in op het PRO LOGIC klankbeeld of een
van de MOVIE klankbeelden (behalve het
MONO MOVIE klankbeeld) (zie blz. 26 en
27).
/ Kies de CENTER MODE instelling die past bij
uw luidspreker-opstelling (zie blz. 28).
/ Stel de geluidssterkte van de luidsprekers op
het juiste nivo af (zie blz. 28).
Opnemen is niet mogelijk.
/ Kontroleer of de apparatuur op de juiste
wijze is aangesloten.
/ Stel in het “FUNCTION SELECT” menu of
met de funktiekeuzetoetsen in op de juiste
geluidsbron voor opname.
Uit de achterluidsprekers klinkt geen geluid of de
geluidssterkte blijft te gering.
/ Schakel de klankbeeld-akoestiekfunktie in.
/ Kies de CENTER MODE instelling die past bij
uw luidspreker-opstelling (zie blz. 28).
/ Stel de geluidssterkte van de luidsprekers op
het juiste nivo af (zie blz. 28).
/ Kontroleer of er wel een akoestiek-klankbeeld
is ingeschakeld.
Het afstemmen op een of meer radiozenders lukt niet.
/ Er zijn nog geen voorkeurzenders vastgelegd
of de voorkeurzenders zijn uit het geheugen
gewist (bij keuze van een voorkeurzender).
Leg uw favoriete radiozenders vast in het
afstemgeheugen van de tuner (zie de
gebruiksaanwijzing van uw tuner).
43
NL
Aanvullende informatie
Het geluid wordt niet met akoestiekeffekt weergegeven.
/ Schakel de klankbeeld-akoestiekfunktie in.
/ Zorg dat de SPEAKERS keuzeschakelaar staat
ingesteld op “ON”.
Op het TV-scherm is geen beeld of slechts een
onduidelijk beeld zichtbaar.
/ Zorg dat op de versterker de juiste funktie is
gekozen.
/ Kies het juiste ingangssignaal voor uw TV.
/ Plaats de TV niet te dicht in de buurt van de
geluidsinstallatie.
De beeldscherm-bediening is moeilijk of onmogelijk,
vanwege niet of nauwelijks leesbare aanduidingen op
het TV-scherm.
/ Zorg dat uw video-apparatuur niet tegelijk
met de VIDEO en de S-VIDEO aansluitingen
zijn verbonden. Gebruik alleen de S-VIDEO
aansluitingen of alleen de VIDEO
aansluitingen (als uw TV-toestel geen S-
VIDEO aansluitingen heeft).
/ Bij aansluiten van twee of meer
videorecorders dient u in de verbinding met
de TV-antenne een signaalverdeler op te
nemen om videosignalen van goede kwaliteit
te krijgen.
/ Maak de koppen van de videorecorder
schoon.
/ Stel niet in op kanalen waarop geen TV-
zender wordt ontvangen. Zorg dat de kanalen
zonder TV-ontvangst bij de zenderkeuze
worden overgeslagen.
/ Tijdens het vooruitspoelen, terugspoelen,
vertraagde weergave of in de pauzestand van
de videorecorder kan er storing in het beeld
verschijnen. Dit duidt niet op een defekt of
onjuiste werking.
Er is storing in de beeldscherm-aanduidingen bij keuze
van een weergavebron in het “FUNCTION SELECT” menu.
/ Het videosignaal kan aan storing onderhevig
zijn, maar dit duidt niet op een defekt of
onjuiste werking, dus maakt u zich hierover
geen zorgen.
De afstandsbediening werkt niet.
/ Vervang beide batterijen in de
afstandsbediening door nieuwe.
/ Er bevindt zich een obstakel tussen het
apparaat en de kop van de afstandsbediening.
Het overnemen van afstandsbedieningssignalen voor
andere merken dan Sony gaat mis.
/ Richt de afstandsbediening van het andere
apparaat recht op de infrarood-sensor voorop
de versterker, op een afstand van minder dan
20 cm.
/ Fel licht van een tl-buis e.d. kan storing in het
signaal veroorzaken. Zorg dat er geen
fluorescerend licht op de infrarood-sensor
valt.
Opmerking
Als de apparatuur ook na het opvolgen van de bovenstaande
aanwijzingen nog steeds niet naar behoren werkt, of als er
zich andere problemen voordoen, probeer dan het volgende:
(1) Schakel het apparaat eenmaal uit en dan weer in. Helpt
dit niet, dan (2) schakelt u de versterker uit met de POWER
schakelaar, trekt u de stekker uit het stopkontakt en steekt u
deze weer in en dan schakelt u de versterker weer in. Heeft
ook dit niet het gewenste effekt, dan (3) schakelt u de
versterker uit met de POWER schakelaar en schakelt u het
apparaat weer in terwijl u de TAPE MONITOR toets en de
VIDEO 2 toets op het voorpaneel ingedrukt houdt. Hierbij
zullen echter wel alle gemaakte instellingen uit het geheugen
van de versterker worden gewist.
Opmerking
Bij opstelling van de versterker in een audiorek met een
glazen deur, kan de aanwijzer wel eens meermalen
achtereen op een “toets” op het scherm klikken, ook al houdt
u de insteltoets van de afstandsbediening gewoon ingedrukt
(zoals bijvoorbeeld voor het vooruitzoeken tijdens weergave
van video-opnamen e.d.). Dit zal dan te wijten zijn aan
interferentie tussen de infrarood-sensor en de infrarood-
signaalzender op het voorpaneel. Het duidt niet op een
defekt of onjuiste werking. Als dit zich voordoet, kunt u
beter de bijgeleverde extra infrarood-signaalzender
aansluiten en deze op een geschikte plaats opstellen.
44
NL
Aanvullende informatie
Video-gedeelte
Ingangen
Uitgangen
Algemeen
Systeem
Voeding
Stroomverbruik
Netstroomuit-
gang
Afmetingen
Gewicht
Bijgeleverd
toebehoren
Wijzigingen zonder kennisgeving in
ontwerp en technische gegevens
voorbehouden.
VIDEO 1, 2, 3, LD, SATL:
1 Vt-t, 75 ohm
VIDEO 1, 2, MONITOR:
1 Vt-t, 75 ohm
Tuner-gedeelte: Quartz
PLL kwarts- en
fasegekoppeld digitaal
synthesizer
afstemsysteem
Voorversterker-gedeelte:
Lage-ruis NF type
equalizer-versterker
Eindversterker-gedeelte:
Zuiver komplementaire
SEPP
220-230 V
wisselstroom, 50/60 Hz
275 watt
Geschakeld, 120 watt
Ca. 430 x 160 x 365 mm
(b/h/d)
11,0 kg
Afstandsbediening (1)
R6 (AA-formaat)
batterijen (2)
Infrarood-signaalzender (1)
Videokavel (1)
Introduktie-handleiding en
bedieningsoverzicht (1)
Signaal/
ruisverhouding
(gewogen
netwerk,
ingangsnivo)
75 dB**
(A, 2,5 mV)
82 dB**
(A, 250 mV)
Gevoeligheid
2.5 mV
200 mV
150 mV
Ingangen
Impedantie
50
kOhm
50
kOhm
PHONO
(MM)
CD
TUNER,
TAPE,
DAT/MD,
VIDEO 1,
2, 3,
SATL, LD
** ‘78 IHF
+0
–1
Technische
gegevens
Versterker-gedeelte
UITGANGS-
VERMOGEN
Stereo
weergave
Met
akoestiekeffekt
Frekwentie-
karakteristiek
Luidsprekers
Voorluid-
sprekers
Middenluid-
spreker
Achterluid-
sprekers
(DIN, bij 1 kHz, 4 ohm)
100 watt + 100 watt
bij 1 kHz, 4 ohm, THV
0,8%
PHONO: RIAA
korrektiekromme
±0,5 dB
CD, TAPE, DAT/MD,
SATL, LD, VIDEO 1, 2:
10 Hz - 50 kHz
dB
(Direkte signaalweergave)
Uitgangsvermogen
100 watt per kanaal
100 watt
40 watt per kanaal
REC OUT VIDEO 1, 2
(AUDIO) OUT:
Uitgangsspanning:
250 mV,
Uitgangsimpedantie:
10 kOhm
WOOFER OUT
Uitgangsspanning: 2 V
Uitgangsimpedantie:
1 kOhm
PHONES: Voor het
aansluiten van hoog- en
laagohmige
hoofdtelefoons
+10 dB bij 70 Hz
Uitgangen
BASS BOOST
TONE ± 8 dB bij 100 Hz
en 10 kHz
45
NL
Aanvullende informatie
Achterluidspreker
(L)
Achterluidspreker
(R)
Voorluidspreker
(L)
Voorluidspreker
(R)
Middenluidspreker
Middenluidspreker
Voorluidspreker
(L)
Voorluidspreker
(R)
Achterluidspreker
(L)
Achterluidspreker
(R)
Voorluidspreker
(L)
Voorluidspreker
(R)
Middenluidspreker
3 CH LOGIC instelling
Kies de 3 CH LOGIC instelling als u
beschikt over voor- en
middenluidsprekers, maar niet over
achterluidsprekers. Het geluid van het
achterkanaal wordt via de
voorluidsprekers weergegeven, zodat u
enige mate van akoestiek kunt verkrijgen
zonder achterluidsprekers te gebruiken.
Vertragingstijd
De vertragingstijd is het tijdsverschil tussen de
akoestiek-weergave van de voorluidsprekers en
die van de achterluidsprekers. Door de
vertragingstijd van de achterluidsprekers in te
stellen, kunt u de sfeer van verschillende
luisterruimtes nabootsen. Als u uw
achterluidsprekers in een kleine kamer of dicht
in de buurt van uw luisterpositie heeft
opgesteld, maakt u de vertragingstijd langer.
Voor een ruime kamer of wanneer de
achterluidsprekers ver van de luisterpositie
vandaan staan opgesteld, maakt u de
vertragingstijd korter.
Dolby Pro Logic Surround
Decodeersysteem van Dolby Surround geluid
waarmee TV-programma's en videocassettes
zijn opgenomen.
Vergeleken met het vorige Dolby Surround
systeem, zorgt de Dolby Pro Logic Surround
voor verbetering van het geluidsbeeld door
gebruik van vier afzonderlijke kanalen: voor
het doorsturen van de geluidseffekten buiten
beeld, het dialoog in beeld, de beweging van
het filmgeluid en de muziek. Dit stelt u in
staat een sfeer te verkrijgen vergelijkbaar aan
die in een bioskoop. Om van de Dolby Pro
Logic te kunnen benutten, heeft u een paar
achterluidsprekers en/of een
middenluidspreker nodig. Om de akoestiek
zo goed mogelijk tot zijn recht te laten komen,
dient u eerst de CENTER MODE instelling te
kiezen die het beste past bij uw luidspreker-
opstelling.
Dolby Surround
Codeer- en decodeersysteem van Dolby
Surround geluid voor thuisgebruik. De Dolby
Surround decodeert de extra kanalen op de
geluidssporen van met Dolby Surround
geluid opgenomen videofilms en TV-
programma's, en produceert geluidseffekten
en echo's waardoor u zich middenin de aktie
waant.
Dolby Surround is in deze versterker als een
akoestiek-instelling voorgeprogrammeerd.
Als u over achterluidsprekers of een
middenluidspreker(s) beschikt, wordt
aanbevolen het Dolby Surround geluidsbeeld
bij te regelen door kiezen van de CENTER
MODE instelling die bij uw luidspreker-
opstelling past. Dit stelt u in staat de Dolby
Pro Logic Surround ten volle te benutten.
Verklarende
woordenlijst
CENTER MODE
Aanpassing aan luidspreker-opstelling om
het Dolby Pro Logic Surround geluid
optimaal tot zijn recht te laten komen. Voor
een zo fraai mogelijke akoestiek kiest u één
van de volgende vier CENTER MODE
instellingen, afhankelijk van de opstelling
van uw luidsprekers.
NORMAL instelling
Kies de NORMAL instelling als u beschikt
over voor- en achterluidsprekers en een
kleine middenluidspreker. Aangezien een
kleine middenluidspreker onvoldoende
basgeluid kan produceren, wordt het
basgeluid van het middenkanaal via de
voorluidsprekers weergegeven.
WIDE instelling
Kies de WIDE instelling als u beschikt over
voor- en achterluidsprekers en een grote
middenluidspreker. Met de WIDE
instelling kunt u het Dolby Surround
geluid optimaal benutten.
PHANTOM instelling
Kies de PHANTOM instelling als u
beschikt over voor- en achterluidsprekers,
maar niet over een middenluidspreker.
Het geluid van het middenkanaal wordt
via de voorluidsprekers weergegeven.
Effektnivo
Het totaal van de geluidssterkte van de vroege
weerkaatsingen en de nagalm. Het effektnivo is
op zes standen instelbaar. Naarmate u een
hoger effektnivo kiest, zal de kamer
“levendiger” klinken, terwijl de lagere
effektnivo’s meer de indruk van een
“akoestisch dode ruimte” geven.
Parameter
Een instelbare grootheid die mede het
geluidsbeeld bepaalt, zoals de klankkleur of de
vertragingstijd. Door bijregelen van de diverse
parameters kunt u de voorgeprogrammeerde
akoestiekeffekten van de tuner/versterker
aanpassen aan uw smaak in muziek en uw
luistersituatie.
Programmeerbare afstandsbediening
Een afstandsbedieningseenheid met het
vermogen nieuwe bedieningscommando’s “aan
te leren”, d.w.z. over te nemen van andere
afstandsbedieningseenheden. Dit stelt u in staat
niet slechts Sony componenten, maar ook
apparatuur van andere merken met deze ene
afstandsbediening te bedienen.
Akoestiekeffekt
Een geluidspatroon of klankbeeld dat een
geluidsbron in een bepaalde omgeving oproept
door een kombinatie van direkt en weerkaatst
geluid in de natuurlijke akoestiek van de
luisterruimte. Deze versterker biedt zes
voorgeprogrammeerde akoestiekeffekten, zoals
PRO LOGIC, MOVIE, MUSIC 1, MUSIC 2,
SPORTS en GAME, waarmee u moeiteloos
kunt genieten van allerlei treffende
klankbeelden.
Akoestisch rondom-geluid
Dit geluid bestaat uit drie
geluidscomponenten: rechtstreeks geluid,
vroeg weerkaatst geluid en een nagalm.
De akoestiek van de ruimte waarin u zich
bevindt beïnvloedt de wijze waarop deze drie
geluidscomponenten te horen zijn.
De versterker kombineert deze
geluidscomponenten op een dusdanige
manier dat diverse luisteromgevingen, zoals
bijvoorbeeld een concertzaal, kunnen worden
nagebootst.
Zaal-geluidscomponenten
Overdracht van het geluid van de
achterluidsprekers
NagalmVroege weerkaatsingen
Voorluidspreker
(L)
Voorluidspreker
(R)
Achterluidspreker
(L)
Achterluidspreker
(R)
Rechtstreeks
geluid
Vroege weerkaatsingstijd
Tijd
Nivo
Nagalm
Rechtstreeks
geluid
Vroege
weerkaatsingen
46
NL
Aanvullende informatie
Testtoon
Het geluidssignaal dat de tuner te horen
geeft aan de hand waarvan u de
geluidssterkte van de luidsprekers kunt
afstellen. De testtoon is als volgt via elk van
de luidsprekers te horen:
Bij een geluidsinstallatie met een
middenluidspreker
(NORMAL/WIDE/3 CH LOGIC
instellingen)
De testtoon wordt achtereenvolgens
weergegeven via de linker
voorluidspreker, de middenluidspreker,
de rechter voorluidspreker en de
achterluidsprekers.
Bij een geluidsinstallatie zonder
middenluidspreker (PHANTOM
instelling)
De testtoon wordt afwisselend via de
voor- en achterluidsprekers weergegeven.
Index
A
Aanpassen
Afstandsbediening 20-22
akoestiekeffekten 29
toon-bijregeling 29
Aansluiten: Zie Aansluitingen
Aansluiten van audio-
apparatuur 8
Aansluitingen
audio-apparatuur 8
infrarood-signaalzender 8
luidsprekers 9
netsnoer 11
overzicht 7
TV/videorecorder 10
Achterpaneel 8-11, 41
Afstandsbediening 12-21, 38
batterijen insteken 12
bediening van andere
apparatuur dan Sony 14,
16, 20
bediening van Sony
apparatuur 14, 16
bediening zonder TV 36
gevoeligheid 38
instellen en klikken 12
Afstandsbedieningssignalen
overnemen 14, 16, 20
Akoestiek 13-19, 25, 26
Akoestiekeffekten
aanpassen 29
voorgeprogrammeerde 26
Akoestiek-parameters 30
Automatische afspeelfunktie
37
Automatische weergavestart
37
B
Bedieningsreeksen 34, 35
Bijregelen
beeldscherm-aanduidingen
38, 39
geluidsnivo 28, 30
gevoeligheid van de
afstandsbediening 38
klank 29
luidspreker-geluidssterkte 16
parameters 30
vertragingstijd 29
C
CENTER MODE instelling 28,
45
3 CH LOGIC 28, 45
NORMAL instelling 28, 45
PHANTOM 28, 45
WIDE 28, 45
CD-wisselaar bediening 33
D
Dolby Pro Logic
optimaal benutten 28
Surround 45
Dolby Surround geluid 28, 45
CENTER MODE aanpassing
15, 25
3 CH LOGIC instelling 15, 25
Doorzoeken
lijst met compact discs 34
voorkeurzenders 32
E, F
Effektnivo 30, 45
G, H
Geheugenafstemming 32
Groeperen van compact discs
33
I, J
INDEX funktie. Zie
Naamgeving
Infrarood-signaalzender 8, 39
Instellen
geluidsnivo 9
klank 9, 17
luidspreker-geluidssterkte
16
vertragingstijd 16
K
Kiezen van een weergavebron
22
Klankbeelden: Zie
Akoestiekeffekten
Kopiëren: Zie Opnemen
L
Luidsprekers
aansluiten 9
impedantie 44
opstelling 9
M
Monteren van opnamen: Zie
Opnemen
N
Naamgeving
beeld/geluidsbronnen 31
compact discs 32
voorkeurzenders 31
weergavebronnen 31
NORMAL instelling 28, 45
O
Opnemen 24
P, Q, R, S
PHANTOM instelling 28, 45
Programmeren van de
afstandsbediening 14, 16, 20
wissen van signalen 15, 18,
21
Sluimerfunktie 25
Voor (L, R)
Achter (L, R)
PHANTOM
3 CH LOGIC
Midden
Voor (L)
NORMAL/WIDE
Achter (L, R)
Voor (R)
47
NL
Aanvullende informatie
T
Testtoon 28, 46
TV/videorecorder aansluitingen
7
U
Uitleesvenster 36
Uitpakken 7
V
Verhelpen van storingen 42
Vertragingstijd 29, 46
Voorpaneel 40
W, X, Y
Weergavebron
kiezen 22
WIDE instelling 28, 45
Z
Zendernamen 31

Documenttranscriptie

Bediening WAARSCHUWING Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen. Open nooit de behuizing, om gevaar voor elektrische schokken te vermijden. Laat reparaties aan de erkende vakhandel over. Plaats het apparaat niet in een krappe, omsloten ruimte, zoals een boekenrek of inbouwkast. Bij dit produkt zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA. Voorzorgsmaatregelen Veiligheid • Mocht er vloeistof of een voorwerp in het apparaat terechtkomen, trek dan de stekker uit het stopkontakt en laat het apparaat eerst nakijken door een deskundige, alvorens het weer in gebruik te nemen. Stroomvoorziening • Kontroleer voor het aansluiten van het apparaat eerst of de bedrijfspanning ervan wel overeenkomt met de plaatselijke netspanning. De bedrijfsspanning staat aangegeven op het naamplaatje aan de onderzijde van het apparaat. • Zolang het netsnoer op het stopkontakt is aangesloten, blijft er spanning op het apparaat staan, zelfs nadat het apparaat is uitgeschakeld. • Trek de stekker van het netsnoer uit het stopkontakt wanneer u denkt het apparaat geruime tijd niet te zullen gebruiken. Om de aansluiting op het stopkontakt te verbreken, mag u uitsluitend aan de stekker trekken; trek nooit aan het snoer. • Indien het netsnoer vervangen moet worden, mag dit alleen uitgevoerd worden door een erkend onderhoudscentrum. Opstelling • Zet het apparaat op een goed geventileerde plaats, met rondom vrije luchtdoorstroming, om oververhitting van de inwendige onderdelen te voorkomen, in het belang van een langdurige betrouwbare werking. • Plaats het apparaat niet in de buurt van een warmtebron of in direkt zonlicht. Vermijd tevens plaatsen met veel stof, vocht en mechanische trillingen of schokken. • Zet niets bovenop het apparaat. De ventilatie-openingen aan de bovenzijde mogen niet geblokkeerd worden, in het belang van een juist funktioneren van het apparaat en een langere levensduur van de componenten. 2NL • Zorg ervoor dat de stekkers van de netsnoeren van de apparatuur niet in het stopkontakt zitten, alvorens de aansluitingen te maken. Sluit de netsnoeren pas als allerlaatste aan. Reiniging • Gebruik voor het reinigen van de ombouw, het voorpaneel en de bedieningsorganen een zachte doek, licht bevochtigd met wat milde vloeibare zeep. Gebruik geen schuurspons, schuurmiddelen of vluchtige stoffen zoals spiritus of benzine. Mocht u na het doorlezen van de gebruiksaanwijzing nog vragen over of problemen met het apparaat hebben, aarzel dan niet kontakt op te nemen met de dichtstbijzijnde Sony handelaar. Omtrent deze handleiding Deze gebruiksaanwijzing beschrijft het model TA-VE800G. Algemene opzet • De aanwijzingen beschrijven de bediening via het beeldscherm-menu. U kunt voor de bediening echter ook de toetsen op het apparaat zelf gebruiken die dezelfde of soortgelijke namen dragen als de bedieningsaanduidingen in het beeldscherm-menu. • Op een aantal plaatsen in deze gebruiksaanwijzing zult u het onderstaande symbool aantreffen: Dit symbool vestigt uw aandacht op handige tips, die de bediening vergemakkelijken. Deze versterker is uitgerust met Dolby Pro Logic Surround akoestiek. Geproduceerd onder licentie van: Dolby Laboratories Licensing Corporation. DOLBY, het dubbele-D symbool a en PRO LOGIC zijn handelsmerken van: Dolby Laboratories Licensing Corporation. INHOUDSOPGAVE Inleiding Kenmerken 4 Basisprincipes voor de bediening van de versterker 6 Voorbereidingen Uitpakken 7 Aansluit-overzicht 7 Aansluiten van de infrarood-signaalzender 8 Aansluiten van audio-apparatuur 8 Aansluiten van luidsprekers 9 Aansluiten van een TV/videorecorder 10 Aansluiten van de stroomvoorziening 11 Alvorens u de versterker in gebruik neemt 11 Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening Insteken van de batterijen in de afstandsbediening 12 Instellen en “klikken” met de afstandsbediening 12 Vastleggen van de bedieningscode voor een TV-toestel 14 Vastleggen van codes voor audio/video-apparatuur 16 Overnemen van codes van een andere afstandsbediening (USER IR instelling) 20 NL Basisbediening Kiezen van audio/video-apparatuur 22 Opnemen 24 Gebruik van de automatische uitschakel-sluimerfunktie 25 Gebruik van akoestiekeffekten Inleiding 26 Gebruik van de voorgeprogrammeerde akoestiekeffekten 26 Optimaal benutten van Dolby Pro Logic Surround geluid 28 Aanpassen van de akoestiekeffekten 29 Uitgebreide bedieningsfunkties Gebruik van de indexfunkties 31 Bediening van een compact disc wisselaar 33 Automatisch verschillende apparaten achtereen bedienen (MACRO bedieningsreeks) 34 Extra instellingen en aanpassingen Op afstand bedienen van geluidsbronnen zonder de TV (FLASHER illuminatie) 36 Automatisch afspelen van weergavebronnen (AUTO PLAY) 37 Automatische weergavestart bij inschakelen (AUTO START) 37 Aanpassen van de gevoeligheid van de afstandsbediening 38 Keuze van de aanduidingen die verschijnen 38 Aanpassen van het formaat van de beeldscherm-aanduidingen 39 Aanvullende informatie Overzicht van het voorpaneel 40 Overzicht van het achterpaneel 41 Verhelpen van storingen 42 Technische gegevens 44 Verklarende woordenlijst 45 Index 46 3NL Inleiding Kenmerken Beeldscherm-bediening van audio/video-apparatuur De TA-VE800G geïntegreerde audio/video-versterker is een versterker met een uniek bedieningssysteem. Na aansluiten van de versterker op uw TV-toestel verschijnen er bedieningsaanduidingen op het TV-scherm, waarmee u de diverse aangesloten audio/video-apparatuur op afstand kunt bedienen. Gebruik de afstandsbediening om de aanwijzer (het hand-symbool) op het TV-scherm te verplaatsen naar de gewenste bedieningsfunktie, om die met een vingerklikje in te schakelen. M m M PUSH ENTER m Met de beeldscherm-bediening van dit apparaat kunt u niet slechts aangesloten audio/video-apparatuur bedienen, maar ook andere toestellen die geschikt zijn voor infrarood-bediening, zoals verlichting, airconditioning e.d. Zie voor nadere bijzonderheden over de bediening van andere toestellen blz. 6. 4NL Inleiding Een breed scala aan akoestiekfunkties, inklusief Dolby Pro Logic akoestiek Aangezien deze versterker is toegerust met 12 verschillende vaste klankbeelden (zoals HALL, THEATER, ARENA enz.) kunt u opwindende akoestiekeffekten bereiken door eenvoudig een klankbeeld te kiezen uit het SOUND FIELD SELECT akoestiekmenu. De versterker heeft bovendien een ingebouwde Dolby Pro Logic decodeertrap, zodat u speelfilms en muziekvideo’s met Dolby Surround geluid kunt laten klinken zoals ze zijn bedoeld, met indrukwekkend bioscoopgeluid. Bediening van een compact disc wisselaar Door het aansluiten van een Sony CD-wisselaar met een Control-A1 aansluiting kunt u de gegevens van de CD-wisselaar over de aanwezige compact discs weergeven op het TV-scherm, in alfabetische volgorde, nummervolgorde of gesorteerd op groepsnaam. Tevens kunt u met de afstandsbediening van de versterker dan de volgende af te spelen compact disc kiezen uit de lijst op het TV-scherm. 5NL Inleiding Basisprincipes voor de bediening van de versterker De bij de TA-VE800G meegeleverde afstandsbediening gebruikt infrarode stralen voor het doorgeven van de bedieningssignalen aan de versterker en aan de TV voor de beeldschermfunkties. Aangezien de bediening van de versterker geheel verloopt via beeldscherm-keuzemenu’s, dient u allereerst een TV-toestel aan te sluiten. Laserdisc-beeldplatenspeler e.d. Videosignaal (signalen van weergavebronnen gekombineerd met beeldscherm-aanduidingen) Infrarode afstandsbedieningssignalen TA-VE800G FUNCTION ALL OFF Videosignaal 2 S O U N D 3 M VOL + m Videosignaal – SUB 0 ( ) p USER P = + TV of videomonitor Videorecorder e.d. Infraroodsensor en signaaldoorzender 1 M PUSH ENTER m Beeldscherm-bediening 1 De afstandsbediening geeft een infrarood-signaal door bij elke druk op de insteltoets (1 in bovenstaande afbeelding). 2 Dit signaal regelt de beweging van de aanwijzer (het hand-symbool bij 2 in bovenstaande afbeelding) op het bedieningsscherm. 3 Als u de aanwijzer verplaatst naar een symbool op het scherm en u drukt op het midden van de insteltoets, dan geeft de infrarood-signaalzender (3 in bovenstaande afbeelding) de bijbehorende infraroodbedieningscode door aan de betreffende weergavebron. Als het beeldschermmenu niet verschijnt of de aanwijzer niet beweegt bij indrukken van de insteltoets Dan komt waarschijnlijk de infrarode straal van de afstandsbediening niet goed door bij de afstandsbedieningssensor (1 in bovenstaande afbeelding) van de versterker. Ga dan dichter naar de versterker toe of verwijder een eventueel obstakel tussen de afstandsbediening en de versterker. Als de weergavebron niet of nauwelijks reageert Dan komt waarschijnlijk het bedieningssignaal van de infrarood-signaalzender niet goed door bij de afstandsbedieningssensor van de weergavebron. Sluit dan de (bijgeleverde) extra infrarood-signaalzender op de versterker aan en richt deze zender op de problematische weergavebron (zie tevens “Aansluiten van de infrarood-signaalzender” op blz. 8). Als audio/video-apparatuur van een ander merk niet of nauwelijks op de bedieningssignalen reageert, leg dan de code(s) voor de betreffende apparatuur opnieuw in het geheugen van de versterker vast (zie onder “Vastleggen van codes voor andere merken dan Sony” op blz. 16). Het TV-toestel dient slechts voor beeldweergave Voor het TV-kijken dient u de gewenste zender te kiezen op uw videorecorder. Met de videorecorder-bedieningsfunkties in het beeldschermmenu kunt u overschakelen tussen TV-zenders met de afstandsbediening van de versterker. U kunt de TV-zenders wel op het TV-toestel zelf kiezen zolang de versterker is uitgeschakeld, maar dan dient u de afstandsbediening te gebruiken die bij het TV-toestel hoort. 6NL Voorbereidingen Voorbereidingen Uitpakken Aansluit-overzicht Kontroleer of het onderstaande bijgeleverd toebehoren inderdaad in de verpakking van de versterker aanwezig is: • RM-VR1 afstandsbediening (1) • Sony R6 (AA-formaat) batterijen (2) • Infrarood-signaalzender (1) • Videokabel (1) • Introduktie-handleiding en bedieningsoverzicht (1) Op dit apparaat kunt u de volgende video- en audioapparatuur aansluiten. Volg voor het aansluiten de aanwijzingen op de tussen haakjes aangegeven bladzijden. Zie voor de plaats en de benaming van de aansluitingen de “Overzicht van het achterpaneel” op bladzijde 41. Aansluiten van een TV/videorecorder (10) Aansluiten van luidsprekers (9) Aansluiten van de infrarood-signaalzender (8) Monitor Satelliet-ontvanger Voorluidspreker (L) Voorluidspreker (R) Videorecorder Laserdisc-speler Achterluidspreker (L) CD-speler Midden- Aktieve luidspreker woofer Cassettedeck DAT deck/ minidisc-recorder Platenspeler Aansluiten van audio-apparatuur (8) Achterluidspreker (R) Videocamera/ Videospelapparaat Aansluiten van een TV/videorecorder (10) Vóór het aansluiten • Schakel eerst alle betrokken apparatuur uit, alvorens u begint met het aansluiten ervan. • Sluit de netsnoeren van de apparatuur pas op het stopkontakt aan nadat alle andere aansluitingen in orde zijn. • Steek alle stekkers stevig over de volle lengte in de aansluitbussen, om brom en andere bijgeluiden te voorkomen. • Zorg bij het aansluiten van de audio/videosnoeren dat u links en rechts niet verwisselt: sluit de gele stekkers aan op de gele stekkerbussen (voor het videosignaal); de witte stekkers op de witte stekkerbussen (voor het linker kanaal) en de rode stekkers op de rode stekkerbussen (voor het rechter kanaal). 7NL Voorbereidingen Aansluiten van de infraroodsignaalzender Aansluiten van audioapparatuur Overzicht Overzicht Hieronder wordt beschreven hoe u de (bijgeleverde) extra infrarood-signaalzender op de versterker aansluit. Deze zender dient voor het doorgeven van infrarode bedieningssignalen aan andere apparatuur, signalen die hetzelfde zijn als die van de afstandsbediening die bij de betreffende apparatuur hoort. Sluit deze extra infrarood-signaalzender aan als bepaalde apparatuur niet erg goed op de beeldschermbedieningsfunkties van de versterker reageert, of als de opstelling van uw stereo-installatie verhindert dat de infrarood-signaalzender op het voorpaneel van de versterker de andere apparatuur kan bereiken. Zie voor de plaats van de aansluiting de onderstaande afbeelding. Hieronder wordt beschreven hoe u geluidsapparatuur op de versterker aansluit. Zie voor de plaats van de stekkerbussen de onderstaande afbeelding. CTRL A1 TAPE PHONO TUNER CD DAT/MD Benodigdheden IR OUT Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) (1 voor een compact disc speler of een platenspeler); 2 per cassettedeck, DAT deck of minidisc-recorder) Wit (L) Wit (L) Rood (R) Rood (R) Aansluitingen De pijl ç geeft de richting van de signaalstroom aan. Aansluiting CD-speler Versterker Infraroodsignaalzender CD-speler OUTPUT LINE L Versterker L R IR OUT R IN CD Cassettedeck Versterker Opmerkingen • Met het bijgeleverde plakband kunt u de infraroodsignaalzender zo bevestigen dat de voorkant ervan gericht is op de apparatuur die u wilt bedienen. • Als ook met deze extra zender de bediening van bepaalde apparatuur nog steeds problemen geeft, dan komen waarschijnlijk de signalen van de infrarood-signaalzender niet goed door bij de afstandsbedieningssensor van de weergavebron. In dit geval dient u de infraroodsignaalzender en de apparatuur dichter bij elkaar te plaatsen. L OUTPUT INPUT LINE LINE L R REC OUT IN R TAPE DAT deck/minidisc-recorder Versterker L DAT deck/ minidisc-recorder OUTPUT INPUT LINE LINE L R REC OUT DAT/MD 8NL Cassettedeck IN R Voorbereidingen Tuner Versterker Tuner Aansluiten van luidsprekers OUTPUT LINE L L Overzicht R R IN TUNER Platenspeler Versterker Platenspeler OUTPUT LINE L L R IN R PHONO • Als uw platenspeler over een aardleiding beschikt Sluit, om brom te voorkomen, de aardleiding aan op de y SIGNAL GND aardaansluiting van de versterker. Hieronder wordt beschreven hoe u uw luidsprekers op de versterker kunt aansluiten. Hoewel voorluidsprekers (linker en rechter) vereist zijn, is gebruik van midden- en achterluidsprekers, of een aktieve lagetonen-luidspreker, niet strikt noodzakelijk. Door toevoeging van midden- en achterluidsprekers aan uw installatie echter, zult u van geluid met akoestiek-effekten kunnen genieten. Aansluiting van een aktieve woofer zal het lagetonen-bereik verruimen. Zie voor de exakte plaats van de aansluitingen de onderstaande afbeelding. FRONT SPEAKERS A CONTROL-A1 aansluitingen • Voor een Sony compact disc speler of cassettedeck geschikt voor het CONTROL-A1 bedieningssysteem Gebruik een CONTROL-A1 bedieningssnoer om de CTRL A1 aansluiting van de CD-speler of het cassettedeck te verbinden met de S-LINK CTRL A1 aansluiting van de versterker. Zie voor nadere bijzonderheden de afzonderlijke handleiding voor het “CONTROL-A1 bedieningssysteem” en de gebruiksaanwijzing van uw Sony compact disc speler of cassettedeck. • Voor een Sony compact disc wisselaar met een COMMAND MODE schakelaar Als uw CD-wisselaar is voorzien van een COMMAND MODE schakelaar die u kunt instellen op CD1, CD2 of CD3, zet deze schakelaar dan in de “CD1” stand en sluit dan de compact disc wisselaar aan op de CD-aansluitingen van de versterker. Bij een Sony CD-wisselaar met VIDEO OUT uitgangen echter, zet u de COMMAND MODE schakelaar in de “CD2” of “CD3” stand en dan sluit u de compact disc wisselaar aan op een stel video-aansluitingen van de versterker (VIDEO 1, VIDEO 2 of LD). WOOFER CENTER REAR SPEAKER SPEAKERS Voor een zo treffend mogelijk akoestisch effekt, stelt u de luidsprekers op zoals in onderstaande afbeelding is aangegeven. Achterluidspreker 60 - 90 cm 45° Voorluidspreker Benodigdheden Luidsprekersnoeren (niet bijgeleverd) (1 per luidspreker) (+) (+) (–) (–) Strip ongeveer 15 mm van de uiteinden van het snoer. Let goed op dat de luidsprekersnoeren met de juiste polariteit (+ en –) worden aangesloten. Als u bij één van de luidsprekers de + en – polen verwisselt, zal het geluid vervormd klinken en de lage tonen zullen niet goed doorkomen. (wordt vervolgd) 9NL Voorbereidingen Aansluitingen Aansluiten van een TV/ videorecorder Voorluidsprekers Voorluidspreker (R) Versterker Voorluidspreker (L) Overzicht FRONT SPEAKERS R } L ] } Hieronder wordt beschreven hoe u video-apparatuur op de versterker kunt aansluiten. Zie voor de plaats van de stekkerbussen de onderstaande afbeelding. ] LD MONITOR VIDEO 2 Achter- en middenluidsprekers Achterluidspreker (R) Versterker R } AchterMidden- luidspreker luidspreker (L) L } ] REAR SPEAKERS ] } ] SATL VIDEO 1 Benodigdheden CENTER SPEAKER • Audio/videokabels (niet bijgeleverd) (1 per TV-toestel of laserdisc-speler; 2 voor de videorecorder) Geel Aktieve lagetonen-luidspreker Versterker MIX Geel Wit (L) Aktieve woofer INPUT AUDIO OUT Wit (L) Rood (R) Rood (R) • SCART videokabel (niet bijgeleverd) (1 per TV-toestel of videomonitor) Als uw TV/monitor gebruik maakt van afzonderlijke luidsprekers U kunt één van deze luidsprekers aansluiten op de SURROUND OUT CENTER stekkerbussen, voor weergave met Dolby Pro Logic Surround geluid (zie blz. 28). Aansluitingen De pijl ç geeft de richting van de signaalstroom aan. TV of videomonitor Versterker TV/monitor MONITOR AV 1 Satelliet-ontvanger Versterker 10NL Satelliet-ontvanger SATL OUTPUT VIDEO IN VIDEO AUDIO IN AUDIO L L R R Voorbereidingen Videorecorder (via de VIDEO 1 aansluitingen) Als u twee videorecorders wilt aansluiten, verbind het snoer van de tweede videorecorder dan met de VIDEO 2 aansluitingen. Versterker Videorecorder OUTPUT INPUT VIDEO OUT VIDEO 1 VIDEO IN VIDEO VIDEO AUDIO OUT AUDIO IN AUDIO AUDIO L L R R Laserdisc-beeldplatenspeler Versterker Laserdisc-speler LD OUTPUT VIDEO IN VIDEO AUDIO IN AUDIO Aansluiten van de stroomvoorziening Aansluiten van het netsnoer Sluit het netsnoer van deze versterker en van uw audio/video-apparatuur aan op een stopkontakt. Als u andere geluidsapparatuur aansluit op de geschakelde netspanningsuitgang (SWITCHED AC OUTLET) van de versterker, loopt de stroomvoorziening van de aangesloten apparatuur via de versterker, hetgeen u in staat stelt de hele installatie in en uit te schakelen wanneer u de versterker in- en uitschakelt. SWITCHED AC OUTLET L L R R / naar een stopkontakt Videocamera/recorder of videospel-apparaat Sluit deze aan op de VIDEO 3 ingangsaansluitingen op het voorpaneel. Videocamera/recorder of videospel-apparaat OUTPUT VIDEO Versterker AUDIO Voorzichtig Let op dat het stroomverbruik van de apparatuur aangesloten op de netuitgang van de versterker niet het op het achterpaneel aangegeven aantal watt overschrijdt. Sluit op deze netuitgang geen elektrische huishoudelijke apparaten aan met een hoog stroomverbruik, zoals een TVtoestel, een strijkijzer of een ventilator e.d. L VIDEO3 INPUT R VIDEO L AUDIO R Bij gebruik van een “CANAL+” afstemeenheid Verbind een zogenaamde kanaal-plus afstemeenheid met een videorecorder die is aangesloten op de versterker. Wat is de volgende stap? Lees verder in de volgende paragraaf voor het aansluiten van hetnetsnoer,omuwthuisbioskooptekompleteren. Wat is de volgende stap? Lees alvorens de installatie in gebruik te nemen de volgende paragraaf door, om ervan verzekerd te zijn dat alle toetsen en schakelaars juist staan ingesteld. Alvorens u de versterker in gebruik neemt Alvorens u de versterker in gebruik kunt nemen, dient u eerst te kontroleren of: • de MASTER VOLUME regelaar helemaal naar links is gedraaid (stand 0). • de SPEAKERS luidsprekerschakelaar in de “ON” stand staat (zie blz. 40). 11NL Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening Insteken van de batterijen in de afstandsbediening Instellen en “klikken” met de afstandsbediening 1 Open het deksel aan de platte onderkant van de afstandsbediening. 2 Steek twee R6 (AA-formaat) batterijen in het batterijvak met de juiste polariteit van plus en min (+/-). Met de bijgeleverde afstandsbediening kunt u vrijwel alle funkties van de versterker op afstand bedienen. De werking is zeer eenvoudig: u drukt eenmaal op de insteltoets van de afstandsbediening om een bedieningsmenu op het TV-scherm te laten verschijnen en dan drukt u op de hoek van de insteltoets die overeenkomt met de richting waarin u de aanwijzer (het hand-symbool) op het scherm wilt bewegen. Plaats de aanwijzer zó dat de top van de wijsvinger op het gewenste onderdeel op het scherm staat en druk heel even op het midden van de insteltoets en laat onmiddellijk weer los om op het aangewezen onderdeel te “klikken”. FUNCTION ALL OFF Aanwijzer Blanco gedeelte 3 S O U N D VOL + – Breng het batterijdeksel weer op zijn plaats. SUB 0 ( ) Insteltoets p USER P M = + PUSH ENTER Voorkom beschadiging door eventuele batterijlekkage en corrosie Als u denkt de afstandsbediening geruime tijd niet te gebruiken, verwijder dan bij wijze van voorzorg de batterijen. Gebruiksduur van de batterijen • Een stel Sony SUM-3 (NS) batterijen gaat bij normaal gebruik ongeveer drie maanden mee, en een stel Sony AM-3 (NW) alkali-batterijen ongeveer een half jaar. Aangezien de afstandsbediening stroom verbruikt zodra u deze oppakt en er bedieningsaanduidingen op het TV-scherm verschijnen, kan de gebruiksduur van de batterijen wel eens minder dan drie maanden zijn, afhankelijk van hoe intensief u de afstandsbediening gebruikt. • Zorg dat de afstandsbedieningssensor van de versterker niet wordt blootgesteld aan rechtstreekse zonnestraling of fel lamplicht. Dit kan de juiste werking ervan verstoren. 12NL Inschakelen van de versterker Druk de insteltoets van de afstandsbediening één- of tweemaal in om de versterker in te schakelen. m Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening Tips voor het gebruik van de afstandsbediening • Let op dat de infrarood-zender van de afstandsbediening niet met uw hand afdekt. 30° Zorg dat dit punt vrij blijft • Houd de afstandsbediening vast met de insteltoets boven, zoals hier aangegeven. Infrarode stralen • Om de aanduidingen van het TV-scherm te laten verdwijnen, plaatst u de aanwijzer in een blanco gedeelte en drukt u op het midden van de insteltoets. • Richt de afstandsbediening altijd op de versterker. Richt de afstandsbediening niet op het TV-toestel. • Plaats de versterker zo dicht mogelijk naast of onder het TV-toestel. FUNCTION ALL OFF S O U N D VOL + M m – SUB 0 ( ) p USER P = + 8 meter of dichterbij 30° 13NL Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening Vastleggen van de bedieningscode voor een TVtoestel 4 Klik op “OTHER TV” (of klik op “Sony TV” voor het vastleggen van de code voor een Sony TV). TV MONITOR SET TV IR SET Vastleggen van de code voor een Sony TV Sony TV OTHER TV GRAPHIC POSITION Als uw Sony TV-toestel geschikt is voor bediening met een infrarood-afstandsbediening, en de TV is op de AV 1 ingangsaansluiting van de versterker aangesloten, dan hoeft u de code van de TV niet vast te leggen. RETURN EXIT Bij gebruik van een Sony TV De bedieningscode voor het TV-toestel wordt automatisch vastgelegd en daarmee is het vastleggen kompleet. (Klik op “RETURN” of “EXIT” om het menu te verlaten.) Vastleggen van de code voor een TV van een ander merk dan Sony Volg de onderstaande aanwijzingen om te zorgen dat uw TV-toestel automatisch wordt ingeschakeld, telkens wanneer u de versterker aan zet. Bedieningscodes vastleggen 1 2 Alvorens u nu doorgaat met stap 5, dient u de infrarood-sensor van het TV-toestel af te dekken, om fouten in de bediening te voorkomen. Anders zouden tijdens het programmeren plotseling de aanduidingen van het scherm kunnen verdwijnen. 5 Schakel de versterker en het TV-toestel in. Zet de ingangskeuzeschakelaar van de TV in de stand voor video-weergave (AV1). Klik op “START”. TV MONITOR SET TV IR SET Sony TV OTHER TV START Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. GRAPHIC POSITION FUNCTION ALL OFF S O U N D + – SUB 0 3 RETURN VOL ( ) p USER P = + Klik op “TV SET”. FUNCTION SELECT VIDEO VIDEO VIDEO LD SATL MACRO TV SET 1 2 3 1 DAT/MD CD TUNER PHONO TAPE MACRO 6 Wanneer nu de aanduiding “PUSH YOUR COMMANDER” op het TV-scherm verschijnt, drukt u op de toets van de televisieafstandsbediening die overeenkomt met de bedieningsfunktie aangegeven op het TV-scherm. De aanduiding “CHANNEL 0” dient voor het inschakelen van het TV-toestel, dus druk hiervoor op de aan/uit-schakelaar van de televisieafstandsbediening. TV IR SET TV IR SET 2 EXIT CHANNEL 0 POWER OFF WIDE TV DISPLAY MODE PUSH RETURN 14NL EXIT YOUR COMMANDER CODE CLEAR EXIT Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening Voor het programmeren van de afstandsbedieningscode richt u de afstandsbediening op de infrarood-sensor van de versterker van een afstand van niet meer dan 10 cm en houdt u de toets op de afstandsbediening ongeveer 5 sekonden lang ingedrukt, tot er op het TV-scherm “RELEASE YOUR COMMANDER” wordt aangegeven. Infrarood-sensor Houd de afstandsbediening horizontaal recht op de infrarood-sensor gericht tot de bedieningscode is geprogrammeerd. Als u de afstandsbediening tijdens het programmeren scheef houdt of beweegt, kan de bedieningscode niet naar behoren worden geprogrammeerd. • Wissen van alle afstandsbedieningscodes 1 Klik op “ALL IR CODE CLEAR”. Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven. 2 Klik op “YES” om alle afstandsbedieningscodes te wissen. Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u bij nader inzien de codes niet wilt wissen, klikt u op “NO”. Opmerkingen • Het kan zijn dat nog niet alle afstandsbedieningscodes naar behoren zijn geprogrammeerd, ook al verschijnt er “RELEASE YOUR COMMANDER” op het TV-scherm. Als een bepaalde funktie niet goed werkt, kunt u proberen de bedieningscode nogmaals vast te leggen. Als het opnieuw programmeren van de code nog steeds niet het gewenste resultaat heeft, volgt u dan de aanwijzingen onder “Overnemen van codes van een andere afstandsbediening (USER IR instelling)” op blz. 20. • Met bepaalde TV-toestellen van andere merken zult u de ZOOM toets niet goed kunnen programmeren. Voor die funktie zult u dan de afstandsbediening van het TV-toestel zelf moeten gebruiken. Overschakelen van een ander merk TV op een Sony TV 7 Herhaal deze werkwijze voor alle andere toetsen die op het TV-scherm worden aangegeven. Als er een afstandsbedieningscode niet naar behoren is geprogrammeerd, zal die code op het TV-scherm blijven knipperen. Verbind de MONITOR OUT aansluiting van de versterker met de VIDEO 1 ingangsaansluiting van het Sony TV-toestel. Volg de aanwijzingen 1 t/m 3 en klik dan in stap 4 op de aanduiding “SONY TV”. Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. Wissen van de afstandsbedieningscodes van het TVtoestel Klik op een “CODE CLEAR” aanduiding. • Wissen van een enkele afstandsbedieningscode 1 Klik eerst op “SINGLE IR CODE CLEAR”. 2 Klik vervolgens op de toetscode die u wilt wissen. Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven. 3 Klik nu op “YES” om de code te wissen. Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u bij nader inzien de code niet wilt wissen, klikt u op “NO”. Om nog een andere code te wissen, herhaalt u de stappen 2 en 3. • Wissen van alle codes voor het TV-toestel 1 Klik op “TV IR CODE CLEAR”. Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven. 2 Klik op “YES” om alle TV-bedieningscodes te wissen. Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u bij nader inzien de codes niet wilt wissen, klikt u op “NO”. 15NL Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening CONTROL-A1 bedieningssysteem kiest u altijd de “CD3” stand). Vastleggen van codes voor audio/video-apparatuur Vastleggen van codes voor Sony audio/ video-apparatuur Als uw Sony audio- en video-apparatuur geschikt is voor bediening met een infrarood-afstandsbediening, verbind deze Sony apparatuur dan met de hieronder aangegeven aansluitingen van de versterker, dan hoeft u verder geen afstandsbedieningcodes voor deze audio/video-apparatuur vast te leggen. Aansluitingen op de versterker Aan te sluiten Sony apparatuur VIDEO 1 Sony VHS videorecorder (VTR 3) VIDEO 2 Sony Beta videorecorder (VTR 1) VIDEO 3 Sony 8-mm videorecorder (VTR 2) LD Sony laserdisc-beeldplatenspeler SATL Sony satellietradio-ontvanger TUNER Sony tuner DAT/MD Sony digitaal DAT cassettedeck CD Sony compact disc speler (CD 1) TAPE Sony cassettedeck MONITOR Sony TV-toestel of videomonitor Vastleggen van codes voor andere merken dan Sony Als u audio- en video-apparatuur aansluit van een ander merk dan Sony, zult u eerst de afstandsbedieningscodes voor dat merk moeten programmeren, alvorens u de apparatuur via deze versterker kunt bedienen. U kunt in het geheugen maximaal 120 bedieningscodes vastleggen, met inbegrip van eigen “USER IR” codes; afhankelijk van het type codes dat u vastlegt, kan er echter wel eens niet genoeg ruimte zijn voor 100 codes. Het kan problematisch of onmogelijk blijken 120 codes te programmeren onder de volgende omstandigheden: • Bij het programmeren van de codes voor speciale typen afstandsbediening zoals een platte, kaartvormige afstandsbediening of de afstandsbediening van huishoudelijke apparatuur, zoals voor airconditioning e.d.; • Bij het programmeren van de codes voor een afstandsbediening waarvan de batterijen bijna leeg zijn; • Bij het overnemen van “tweedehands” codes die al eerder zijn overgenomen van een andere in een programmeerbare afstandsbediening (m.a.w. alle codes die geen deel uitmaken van het oorspronkelijke repertoire van een afstandsbediening). Bedieningscodes vastleggen In de volgende gevallen zult u ook voor Sony apparatuur de bedieningscodes moeten vastleggen • Bij aansluiten van een Sony minidisc-recorder of minidisc-speler op de DAT/MD aansluitingen; • Voor het bedienen van Sony apparatuur geschikt voor het CONTROL-A1 bedieningssysteem; • Bij aansluiten van een Sony apparaat op andere dan de speciaal hiervoor bestemde aansluitingen (dus als u bijvoorbeeld een laserdisc-speler aansluit op de VIDEO 3 ingangen); • Wanneer u apparatuur van een ander merk vervangt door Sony audio/video-apparatuur. 1 Opmerkingen 2 • Als u videorecorder is voorzien van een COMMAND CODE schakelaar (die u kunt instellen op VTR1, VTR2 of VTR3), zet deze schakelaar dan in de geschikte stand voor het bandformaat (zie hierboven). • Als uw CD-wisselaar is voorzien van een COMMAND MODE schakelaar (die u kunt instellen op CD1, CD2 of CD3), dient u deze schakelaar gewoonlijk in de “CD1” stand te zetten. Bij een Sony CD-wisselaar met VIDEO OUT uitgangen echter, zet u de COMMAND MODE schakelaar in de “CD2” of “CD3” stand (voor het gebruik van het Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. FUNCTION ALL OFF S O U N D VOL + – SUB 0 ( ) p USER P = + Klik op “IR SET”. FUNCTION SELECT VIDEO VIDEO VIDEO LD SATL MACRO 1 2 3 DAT/MD CD TUNER PHONO TAPE 1 MACRO 2 IR SET EXIT 16NL Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening 3 Waar het geen videorecorder of laserdiscbeeldplatenspeler betreft Klik op de gewenste funktie. Dek de infrarood-sensor van de apparatuur af om te voorkomen dat er onbedoeld bepaalde funkties worden ingeschakeld tijdens het programmeren, klik op “START” en ga door naar stap 6. IR CODE SETTING VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 LD SATL DAT/MD CD TAPE TUNER RETURN 4 Sony Sony Sony Sony Sony Sony Sony Sony Sony VTR3 VTR1 VTR2 LD DBS DAT CD1 TAPE TUNER IR CODE SETTING EXIT MAKER OUTPUT VCR Sony IR LD CD Klik op “Sony” voor Sony apparatuur of op “OTHER” voor een ander merk dan Sony. RETURN START OTHER TAPE DAT MD TUNER EXIT IR CODE SETTING Programmeren van codes voor een videorecorder of laserdisc-beeldplatenspeler: MAKER OUTPUT Sony IR RETURN OTHER EXIT Bij het programmeren van codes voor Sony apparatuur De bedieningscodes voor de apparatuur worden automatisch vastgelegd en daarmee is het vastleggen kompleet. (Klik op “RETURN” of “EXIT” om het menu te verlaten.) Om alle mogelijkheden te benutten van audioapparatuur die geschikt is voor het CONTROL-A1 bedieningssysteem, zoals multi-disc CD-wisselaars, klikt u op “CONTROL-A1” om de CONTROL-A1 bedieningscodes over te nemen. 5 Klik op het type weergavebron. IR CODE SETTING MAKER OUTPUT VCR Sony IR LD CD RETURN 1 Klik op “START”. Er verschijnt een lijst met merknamen. 2 Klik op het merk apparatuur dat u wilt programmeren en de afstandsbedieningscodes voor dat merk worden automatisch vastgelegd. (Als het betreffende merk niet in de lijst voorkomt, dek dan eerst de infrarood-sensor van de apparatuur af om onbedoeld inschakelen te voorkomen, klik dan op “OTHER” en ga door naar stap 6.) 3 Klik op “TEST”. Als het betreffende apparaat wordt ingeschakeld, betekent dit dat de afstandsbedieningscodes zijn vastgelegd. Daarmee is het programmeren dan voltooid. Als het apparaat niet wordt ingeschakeld, klikt u op de “nummertoets” naast de betreffende merknaam om in te stellen op een ander typenummer en dan klikt u nogmaals op “TEST”. Als het apparaat nog steeds niet wordt ingeschakeld, dekt u eerst de infrarood-sensor van de apparatuur af om onbedoeld inschakelen tijdens het programmeren te voorkomen, dan klikt u op “OTHER” en gaat u door naar stap 6. (wordt vervolgd) OTHER TAPE DAT MD TUNER EXIT 17NL Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening Voor een videorecorder van een ander merk Voor het programmeren van de afstandsbedieningscode richt u de afstandsbediening op de infrarood-sensor van de versterker van een afstand van niet meer dan 10 cm en houdt u de toets op de afstandsbediening ongeveer 5 sekonden lang ingedrukt, tot er op het TV-scherm “RELEASE YOUR COMMANDER” wordt aangegeven en de code-programmeeraanduiding dooft. Kontroleer of de bijgeleverde afstandsbediening beschikt over een “-/--” toets of een “1-” of “2-” toets voor het invoeren van twee-cijferige zendernummers. Aangezien de “-/--”, “1-” of “2-” codes niet in dit apparaat zijn voorgeprogrammeerd, gaat u als volgt te werk om de betreffende codes met de hand in te voeren. 1 Stel in op het merk videorecorder (zoals beschreven in stap 2 hierboven). 2 Klik op “-/-- 2- CODE SET”. Infrarood-sensor VCR MAKER SETTING EMERSON FISHER PANASONIC TOSHIBA MISTUBISHI GRUNDIG HITACHI PHILIPS –/–– 2– RETURN 1234 1234 12 12 123 12 12 12 12 12 AKAI GE JVC RCA SANYO SHARP ZENITH OTHER CODE SET TEST Houd de afstandsbediening horizontaal recht op de infrarood-sensor gericht tot de bedieningscode is geprogrammeerd. Als u de afstandsbediening tijdens het programmeren scheef houdt of beweegt, kan de bedieningscode niet naar behoren worden geprogrammeerd. EXIT 3 Wanneer nu de aanduiding “PUSH YOUR COMMANDER” op het TV-scherm verschijnt, drukt u op de toets van de videorecorder-afstandsbediening die overeenkomt met de bedieningsfunktie aangegeven op het TV-scherm (zie voor nadere details stap 6 hieronder). Herhaal deze werkwijze voor alle andere toetsen die op het TV-scherm worden aangegeven. Na het programmeren van alle afstandsbedieningscodes verschijnt weer het “IR CODE SETTING” menu. –/–– 2– CODE SETTING 1 –, – / –– CODE – / –– 2– CODE 2– PUSH YOUR Zie onder “Overnemen van codes van een andere afstandsbediening (USER IR instelling)” op blz. 20. COMMANDER CODE CLEAR RETURN 6 Programmeren van speciale afstandsbedieningscodes die niet op het scherm worden aangegeven 7 EXIT Wanneer nu de aanduiding “PUSH YOUR COMMANDER” op het TV-scherm verschijnt, drukt u op de toets van de audio/videoafstandsbediening die overeenkomt met de bedieningsfunktie aangegeven op het TV-scherm. De “ ” aanduiding staat voor de aan/uitschakelaar (POWER). IR CODE SETTING 0 1 9 2 10/0 ( 3 >10 PUSH RETURN 18NL ) p 4 5 REC YOUR P 6 = + 7 8 COMMANDER CODE CLEAR EXIT Herhaal de stappen 3 t/m 6 voor het programmeren van de codes voor andere weergavebronnen en andere apparatuur. Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening Wissen van afstandsbedieningscodes Opmerkingen Klik op een “CODE CLEAR” aanduiding. • Wissen van een enkele afstandsbedieningscode 1 Klik eerst op “SINGLE IR CODE CLEAR”. 2 Klik vervolgens op de toetscode die u wilt wissen. Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven. 3 Klik nu op “YES” om de code te wissen. Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u bij nader inzien de code niet wilt wissen, klikt u op “NO”. Om nog een andere code te wissen, herhaalt u de stappen 2 en 3. • Wissen van alle codes voor het betreffende apparaat (bijvoorbeeld “OTHER CD”) 1 Klik op “(OTHER CD) CODE CLEAR”. Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven. 2 Klik op “YES” om alle bedieningscodes te wissen. Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u bij nader inzien de codes niet wilt wissen, klikt u op “NO”. • Wissen van alle afstandsbedieningscodes 1 Klik op “ALL IR CODE CLEAR”. Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven. 2 Klik op “YES” om alle afstandsbedieningscodes te wissen. Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u bij nader inzien de codes niet wilt wissen, klikt u op “NO”. • Leg niet de codes voor een zelfde type apparaat (zoals een laserdisc-speler) vast onder meer dan een menu-instelling. • De versterker zendt een infrarood-signaal uit ter blokkering van de automatische weergavestart van bepaalde apparaten, zoals CD-spelers en laserdisc-spelers, die gewoonlijk onmiddellijk met afspelen beginnen zodra ze worden ingeschakeld. Als u deze automatische weergavestart echter wel wilt gebruiken, zet dan de “AUTO PLAY” funktie van de versterker op “ON”. • Zorg dat de infrarood-sensor van de versterker niet wordt blootgesteld aan rechtstreekse zonnestraling of fel licht van een tl-buis. Anders kunnen de afstandsbedieningscodes niet naar behoren worden vastgelegd. • Ook al blijft de stroom geruime tijd onderbroken, met de stekker uit het stopkontakt, de vastgelegde afstandsbedieningcodes zullen ongeveer twee weken lang in het geheugen bewaard blijven. Daarna vervallen de codes en dan verschijnt er “ALL CLEAR!” op het TVscherm, de volgende keer dat u de versterker inschakelt. • Druk niet op een toets van de afstandsbediening die bij de TA-VE800G is bijgeleverd, wanneer er in stap 6 “PUSH YOUR COMMANDER” op het TV-scherm verschijnt. Programmeren van bedieningscodes van de bijgeleverde afstandsbediening kan leiden tot onjuiste werking van de TA-VE800G. Als de afstandsbedieningscodes niet goed blijken te werken • Verricht het programmeren nogmaals om er zeker van te zijn dat de codes juist zijn vastgelegd. • Als u na automatisch vastleggen van de codes voor een videorecorder of laserdisc-speler, door keuze uit de merkenlijst in stap 5, problemen ondervindt met de INPUT of ENTER toetsen of de nummertoetsen, programmeer dan de codes voor het betreffende apparaat handmatig, zoals aangegeven in stap 6. • Bij bepaalde laserdisc-spelers van andere merken kunnen de ) en 0 snelzoektoetsen niet goed werken, na automatisch vastleggen via de merkenlijst in stap 5. Als dit zich voordoet, programmeert u de codes voor de ) en 0 toetsen, plus eventuele andere toetsen van de laserdiscspeler, dan handmatig, zoals aangegeven in stap 6. • Na het programmeren van een weergavebron als “TOSHIBA 2” of “RCA 2” kan het niet mogelijk zijn het TV-toestel in of uit te schakelen met de afstandsbediening van de versterker (de TV wordt dan ook niet ingeschakeld wanneer u klikt op “TEST”). • Het kan zijn dat nog niet alle afstandsbedieningscodes naar behoren zijn geprogrammeerd, ook al verschijnt er “RELEASE YOUR COMMANDER” op het TV-scherm. Als een bepaalde funktie niet goed werkt, kunt u proberen de bedieningscode nogmaals vast te leggen. Als het opnieuw programmeren van de code nog steeds niet het gewenste resultaat heeft, volgt u dan de aanwijzingen onder “Overnemen van codes van een andere afstandsbediening (USER IR instelling)” op blz. 20. • Bepaalde afstandsbedieningscodes met uitzonderlijke golfvormen kunnen hoe dan ook niet worden vastgelegd. 19NL Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening Overnemen van codes van een andere afstandsbediening (USER IR instelling) 4 Voer nu een naam in voor uw vast te leggen code, door achtereenvolgens op elke letter van de naam te klikken. De naam wordt automatisch vastgelegd. USER IR CODE SETTING Gebruik het “USER IR CODE SETTING” menu voor het programmeren van alle afstandsbedieningscodes die niet konden worden vastgelegd volgens de aanwijzingen onder “Vastleggen van codes voor audio/video-apparatuur”. Hieronder vallen niet alleen codes voor audio- en video-apparatuur, maar ook die voor andere soorten apparatuur, huishoudelijk e.d., van vrijwel alle merken. Met de onderstaande methode kunt u tot maximaal 20 “USER IR” codes programmeren. B A F K P U CAPS B G L Q V C H M R W D I N S X b E J O T Y 1 4 7 / Z 2 5 8 0 – RETURN 3 6 9 * + EXIT Invoeren van een spatie in de codenaam 1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. 2 Klik op “USER IR”. Klik op de spatiebalk onder de letters. Overschakelen tussen hoofdletters en kleine letters Klik op “CAPS”. Bij een vergissing in de letterkeuze FUNCTION SELECT VIDEO VIDEO VIDEO LD SATL MACRO 1 2 3 DAT/MD CD TUNER PHONO TAPE 1 MACRO Klik op de ? of / pijl om de cursor te verplaatsen naar de letter die u wilt wijzigen en klik dan op de juiste letter (of klik op de spatiebalk om de letter te wissen). 5 Na het invoeren van de naam klikt u op “RETURN” om terug te keren naar het “USER IR CODE SETTING” menu. Herhaal de stappen 3 t/m 5 tot er voor alle codes die u wilt programmeren een naam is ingevoerd. 6 Klik op de naam van de eerste afstandsbedieningscode. 2 USER IR EXIT 3 Klik op “A B C D” om in te stellen op een gebruikers-codegroep en klik dan op “INDEX”. USER IR CODE SETTING A B C USER IR CODE SETTING D INDEX RETURN EXIT LIGHT LIGHT LIGHT LIGHT RETURN 1 2 3 4 A B C D EXIT Alvorens door te gaan met stap 7, dekt u nu eerst de infrarood-sensor van de apparatuur af om onbedoeld inschakelen tijdens het programmeren te voorkomen. 20NL Gereedmaken en gebruik van de afstandsbediening 7 Klik op “START”. Wanneer op het TV-scherm “PUSH YOUR COMMANDER” verschijnt, drukt u op de afstandsbedieningstoets waarvan u de funktie wilt programmeren. USER IR CODE SETTING LIGHT LIGHT LIGHT LIGHT PUSH 1 2 3 4 A B C D INDEX START YOUR RETURN COMMANDER CODE CLEAR EXIT Voor het programmeren van de afstandsbedieningscode richt u de afstandsbediening op de infrarood-sensor van de versterker van een afstand van niet meer dan 10 cm en houdt u de toets op de afstandsbediening ongeveer 5 sekonden lang ingedrukt, tot er op het TV-scherm “RELEASE YOUR COMMANDER” wordt aangegeven en de codeprogrammeeraanduiding dooft. Infrarood-sensor Houd de afstandsbediening horizontaal recht op de infrarood-sensor gericht tot de bedieningscode is geprogrammeerd. Als u de afstandsbediening tijdens het programmeren scheef houdt of beweegt, kan de bedieningscode niet naar behoren worden geprogrammeerd. Herhaal deze werkwijze voor alle andere toetsen die op het TV-scherm worden aangegeven Na het programmeren van alle afstandsbedieningscodes verschijnt weer het “IR CODE SETTING” menu. Opnieuw programmeren van een bepaalde code Klik op de “toets” waarvoor u de betreffende code hebt geprogrammeerd en klik dan op “START”. Wissen van afstandsbedieningscodes Klik op een “CODE CLEAR” aanduiding. • Wissen van een enkele afstandsbedieningscode 1 Klik eerst op “SINGLE IR CODE CLEAR”. 2 Klik vervolgens op de toetscode die u wilt wissen. Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven. 3 Klik nu op “YES” om de code te wissen. Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u bij nader inzien de code niet wilt wissen, klikt u op “NO”. Om nog een andere code te wissen, herhaalt u de stappen 2 en 3. • Wissen van alle codes voor het betreffende apparaat 1 Klik op “USER IR CODE CLEAR”. Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven. 2 Klik op “YES” om alle bedieningscodes te wissen. Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u bij nader inzien de codes niet wilt wissen, klikt u op “NO”. • Wissen van alle afstandsbedieningscodes 1 Klik op “ALL IR CODE CLEAR”. Ter bevestiging wordt er “Are you sure?” aangegeven. 2 Klik op “YES” om alle afstandsbedieningscodes te wissen. Er verschijnt dan “CODE CLEAR!” op het scherm. Als u bij nader inzien de codes niet wilt wissen, klikt u op “NO”. Opmerkingen • Ook al blijft de stroom geruime tijd onderbroken, met de stekker uit het stopkontakt, de vastgelegde afstandsbedieningcodes zullen ongeveer twee weken lang in het geheugen bewaard blijven. Daarna vervallen de codes en dan verschijnt er “ALL CLEAR” op het TVscherm, de volgende keer dat u de versterker inschakelt. • Het aan/uit-schakelen van bepaalde typen airconditioning werkt met twee afzonderlijke afstandsbedieningssignalen, ook al is er maar één toets of schakelaar. Als u de airconditioning niet kunt uitschakelen met de code die u hebt geprogrammeerd voor de aan/uit-schakelaar, verricht het programmeren dan nogmaals en programmeer nu twee afzonderlijke codes, één voor inschakelen en één voor uitschakelen. • Bij de bediening van bepaalde typen airconditioning worden er signalen uitgewisseld tussen de airconditioning en de afstandsbediening, in beide richtingen. Dit betekent dat u wel codes kunt vastleggen voor een dergelijke airconditioning, maar de werking kan niet helemaal naar behoren zijn. • Bepaalde afstandsbedieningscodes met uitzonderlijke golfvormen kunnen hoe dan ook niet worden vastgelegd. 21NL Basisbediening *1 Er verschijnen geen bedieningstoetsen wanneer u instelt op “PHONO”. *2 Bij meeluisteren tijdens het maken van bandopnamen licht het cassettesymbool groen op. Kiezen van audio/videoapparatuur Voor het luisteren of kijken naar de weergave van aangesloten apparatuur, gaat u naar het funktiekeuzemenu en klikt u daarin op de gewenste weergavebron. Voordat u begint dient u te zorgen dat: • de apparatuur en zonodig de extra infraroodsignaalzender zorgvuldig op de juiste wijze is aangesloten, zoals beschreven op bladzijden 8 t/m 11. • de afstandsbedieningscodes voor de aangesloten apparatuur zijn geregistreerd, zoals beschreven op blz. 12 t/m 21. • de MASTER VOLUME regelaar helemaal naar links is gedraaid (stand 0), om te voorkomen dat de luidsprekers beschadigd raken. 1 2 Pak de afstandsbediening op en druk één- of tweemaal op de toets om de versterker in te schakelen. Uw TV-toestel of videomonitor dient nu ook automatisch in te schakelen; als dit niet gebeurt, volgt u dan de aanwijzingen op blz. 14 en 15 voor het programmeren van de in/ uitschakelcode voor de TV of monitor. Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. FUNCTION ALL OFF 3 Klik op de gewenste weergavebron. Nu zal de weergavebron beginnen met afspelen. Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. 4 Klik op “VOL” + of – om de geluidssterkte naar wens in te stellen. Voor het instellen van het TV-geluid gebruikt u de volumeregeltoets van de televisieafstandsbediening. FUNCTION ALL OFF S O U N D VOL + – SUB 0 ( ) p USER P = + Bedienings “toetsen” Bediening van de gekozen weergavebron De bedieningstoetsen onderin het scherm werken net als een afstandsbediening voor de gekozen weergavebron. Klik op de “toets” voor de funktie die u wilt inschakelen. Zie voor nadere bijzonderheden over de bediening van de weergavebron de daarbij geleverde gebruiksaanwijzing. Nog andere bedieningstoetsen voor de gekozen weergavebron tonen Klik op “SUB”. FUNCTION SELECT VIDEO VIDEO VIDEO LD SATL MACRO 1 2 3 DAT/MD CD TUNER PHONO TAPE 1 MACRO Uitvoeren van bedieningscommando’s die zijn overgenomen van een andere afstandsbediening 2 1 Klik op “USER”. 2 Klik net zovaak op “A B C D” tot het gewenste bedieningscommando op het scherm wordt aangegeven. 3 Klik op de beeldscherm “toets” voor de gewenste funktie. Zie voor het overnemen van de bedieningscommando’s van een andere afstandsbediening de beschrijving op blz. 20. EXIT 22NL Voor TV-kijken of luisteren naar Klikt u op Videocassettes, enz. VIDEO 1, VIDEO 2, of VIDEO 3 Laserdiscs LD Satelliet-uitzendingen SATL Digitale DAT cassettes of minidiscs (MD) DAT/MD Compact discs (CD) CD Radio-uitzendingen TUNER Grammofoonplaten PHONO *1 Gewone muziekcassettes TAPE *2 Dempen van de geluidsweergave Klik op het symbool. Het symbool verandert dan in en licht groen op. In het uitleesvenster van de versterker wordt “MUTE ON” en dan “MUTING” aangegeven. Om weer geluid te horen, klikt u nogmaals op het dempingssymbool. Uitschakelen van het TV-toestel of de videomonitor bij luisteren naar een geluidsbron Klik op het symbool in de linker benedenhoek van het scherm. Zie voor nadere bijzonderheden over het gebruik van de afstandsbediening bij uitgeschakelde TV de beschrijving onder “Op afstand bedienen van geluidsbronnen zonder de TV (FLASHER illuminatie)” op blz. 36. Basisbediening Uitschakelen van de gekozen weergavebron Bekijken van TV-uitzendingen Klik op “ U kunt TV-programma’s bekijken via de TV-afstemeenheid van uw videorecorder terwijl u de beeldscherm-bediening van de versterker gebruikt. 1 Stel in op de betreffende beeldbron (bijv. “VIDEO 2”). 2 Klik op de “TV b” toets uit het rijtje videorecorderbedieningstoetsen onderin het scherm. Dan wordt er overgeschakeld naar de toetsen voor TVontvangst via de videorecorder. 3 Om over te schakelen op een andere TV-zender klikt u op “CH –” of “CH +”. Om de videorecorder te bedienen, klikt u op de “VTR b” toets. Het is aanbevolen na het TV-kijken eerst terug te schakelen naar de bandlooptoetsen van de videorecorder, alvorens u overschakelt naar een andere funktie. Als u rechtstreeks van de TV-bedieningstoetsen terugkeert naar het “FUNCTION SELECT” menu, zal de “AUTO PLAY” weergavekeuze (zie blz. 37) niet werken, de volgende keer dat u instelt op de videorecorder. ” in de hoek linksonder. Uitschakelen van alle aangesloten apparatuur Klik op “ALL OFF ”. Apparaten die worden ingeschakeld door indrukken van de PLAY weergavetoets zullen niet worden uitgeschakeld met een klik op “ALL OFF”, als de “AUTO PLAY” automatische weergavestart is uitgeschakeld (zie blz. 37). In dit geval klikt u eerst op “ ” en dan op de “(” weergavetoets. Als er geen beeldscherm-aanduidingen op het TVscherm verschijnen Dan staat wellicht de ingangskeuzeschakelaar van uw TV-toestel ingesteld op TV” en niet op “VIDEO”. Schakel over naar “VIDEO” op het TV-toestel zelf of met de televisie-afstandsbediening. Opmerkingen • De “AUTO PLAY” automatische weergavestart is bij aflevering vanaf de fabriek ingesteld op automatisch beginnen met afspelen direkt na keuze van de weergavebron. Zie de aanwijzingen op blz. 37 als u deze “AUTO PLAY” weergavestart niet wilt gebruiken. • Apparaten van hetzelfde type zullen met de beeldschermbediening tegelijk worden ingeschakeld en bediend. Als u bijvoorbeeld de beeldscherm-bediening gebruikt om het afspelen van een Sony laserdisc-speler te starten terwijl er nog een tweede Sony laserdisc-speler in de kamer staat, dan zal dit tweede apparaat tegelijk met afspelen beginnen. • Als bepaalde apparatuur niet op de afstandsbedieningssignalen reageert, dan komen waarschijnlijk de signalen van de infrarood-signaalzender niet goed door bij de afstandsbedieningssensor van de weergavebron. In dit geval dient u de infrarood-signaalzender en de apparatuur dichter bij elkaar te plaatsen. • Als u instelt op een geluidsbron terwijl er een videoapparaat als weergavebron is gekozen, schakelt het videobronsignaal automatisch over naar “SATL”. Direkt kiezen van een TV-zender bij TV-ontvangst via uw videorecorder Klik op “SUB” in het videorecorder-bedieningsmenu om het direkte nummerkeuzescherm te zien. Voor het gebruik van een videorecorder van een ander merk dan Sony dient u eerst de code voor de “-/--” toets of de “1-” of “2-” toets handmatig te programmeren, zoals aangegeven op blz. 17. Deze codes zijn niet in dit apparaat voorgeprogrammeerd. FUNCTION ALL OFF S O U N D VOL 1 2 3 6 7 8 1 – –/–– REC EDIT 4 9 2 – EXIT INPUT CH – + – 5 0 + USER VCR / Bekijken van TV- of videoprogramma’s Omschakelen van het video-ingangssignaal van een Sony videorecorder Wanneer u naar TV-uitzendingen of videoprogramma’s kijkt, wordt aanbevolen het geluid via de versterker in plaats van via de TV-luidsprekers te laten klinken. Dit stelt u in staat de voordelen van de akoestiek-effekten van de versterker te benutten, zoals Dolby Surround, en biedt u de mogelijkheid de afstandsbediening van de versterker te gebruiken voor het regelen van het geluid. Schakel de TV-luidsprekers uit voordat u begint, zodat u kunt genieten van het akoestiek-geluid van uw versterker. Klik op de “INPUT” toets in het videorecorderbedieningsmenu. Om na het afspelen van een videoband over te schakelen naar een TV-uitzending, stopt u eerst de video-weergave, dan klikt u op “INPUT” en dan gebruikt u de “toetsen” op het scherm om in te stellen op de gewenste TV-zender. Omschakelen van het beeldformaat bij gebruik van een breedbeeld TV-toestel Klik enkele malen op het het gewenste beeldformaat. symbool tot er is ingesteld op Kiezen van een weergavebron met de toetsen op het voorpaneel van de versterker 1 Druk op de POWER schakelaar om de versterker in te schakelen. (wordt vervolgd) 23NL Basisbediening 2 Druk op de funktiekeuzetoets voor de gewenste beeld- of geluidsbron: Voor het bekijken of luisteren naar Drukt u op Videocassettes VIDEO 1, VIDEO 2 of VIDEO 3 Laserdiscs LD Satelliet-uitzendingen SATL Digitale DAT cassettes of minidiscs (MD) DAT/MD Via deze versterker kunt u geluidsopnamen maken op een cassette, een Digital Audio Tape cassette, een minidisc of een videocassette, enz. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw cassettedeck, DAT deck of of andere opnameapparatuur voor nadere bijzonderheden. 1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. 2 Klik op de weergavebron waarvan u wilt opnemen (bijv. op “LD” voor opnemen van een laserdisc). 3 Klik op “SUB”. SUB 0 Gewone muziekcassettes TAPE MONITOR 3 Compact discs (CD) CD Radioprogramma's TUNER Grammofoonplaten PHONO 4 ( ) p USER P = + Klik op “REC EDIT”. FUNCTION ALL OFF S O U N D Schakel de weergavebron in, zoals bijvoorbeeld de compact disc speler en start het afspelen ervan. VOL 1 6 2 7 SIDE 3 8 A 4 9 SIDE 5 10/0 + – +10 B REC EDIT EXIT Voor luisteren via een hoofdtelefoon USER Sluit de hoofdtelefoon aan op de PHONES stekkerbus en zet de SPEAKERS luidsprekerschakelaar in de “OFF” stand. 0 5 ( ) p P = + Klik op de naam van het opname-apparaat waarop u wilt opnemen (bijv. “VIDEO 1” voor een videorecorder). FUNCTION Opnemen ALL OFF Deze versterker maakt opnemen naar en van apparatuur die hierop is aangesloten bijzonder eenvoudig. U hoeft de audio/video-apparatuur voor weergave en opname niet direkt op elkaar aan te sluiten: als eenmaal een weergavebron op de versterker is gekozen, is maken en monteren van opnamen via de beeldscherm-bediening mogelijk op dezelfde wijze als u zou doen met gebruik van de bedieningsorganen op elk apparaat. Kontroleer, alvorens u begint, of alle apparatuur naar behoren is aangesloten. S O U N D VOL + – PLAYER VIDEO 1 VIDEO 2 DAT / MD TAPE EXIT RECORDER De bedieningsorganen voor beide apparaten verschijnen nu op het TV-scherm, met de aanduiding “PLAYER” voor het weergave-apparaat en “RECORDER” voor het opname-apparaat. FUNCTION ALL OFF Groene pijl S O U N D = Audio-signaalstroom Video-signaalstroom ( RECORDER 0 Opname-apparaat (cassettedeck, DAT deck, minidisc-recorder videorecorder) LD PLAYER c ç 24NL c ç Afspeel-apparaat (weergavebron) ç: c: VOL b REC + p VIDEO ( ) P + – 1 p P EXIT De groene pijl geeft de gekozen weergavebron aan. Tijdens het opnemen moet de groene pijl dus op de “PLAYER” aanduiding wijzen. Als u tijdens het opnemen klikt op een bedieningstoets van het “RECORDER” opname-apparaat, stopt de weergave van de “PLAYER” weergavebron. Basisbediening 6 Plaats een voor opnemen geschikte cassette of minidisc in het opname-apparaat en stel indien nodig het opnamenivo in. 7 Klik op de “REC” toets om met opnemen te beginnen en klik dan op het ( weergavesymbool van de “PLAYER” weergavebron. Nu begint het opnemen. Gebruik van de automatische uitschakel-sluimerfunktie U kunt deze versterker instellen op het automatisch uitschakelen na een door u gekozen tijdsduur. 1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. 2 Klik op “SLEEP”. FUNCTION ALL OFF S O U N D FUNCTION SELECT VOL b LD PLAYER = ( RECORDER 0 + p VIDEO ( ) REC P + – VIDEO VIDEO VIDEO LD SATL MACRO 1 p P 1 2 3 DAT/MD CD TUNER PHONO TAPE 1 MACRO 2 EXIT Bediening van het opname-apparaat (behalve voor opnemen) Klik op “RECORDER”. Nu wordt de “RECORDER” de weergavebron en kunt u de “RECORDER” bedieningsorganen gebruiken om de band terug te spoelen, de opnamen weer te geven, enz. Klik op “PLAYER” wanneer u wilt terugkeren naar de oorspronkelijke weergavebron. SLEEP EXIT 3 Klik enkele malen op “TIMER” om de sluimertijd in te stellen waarna de versterker zal worden uitgeschakeld. De aanduiding van de sluimertijd verspringt als volgt: SLEEP TIMER SETTING Meeluisteren naar het opgenomen geluid tijdens opnemen met een 3-koppen cassettedeck 1 Klik op “EXIT”. 2 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. 3 Klik op “TAPE”. HOUR 2 MIN : Stoppen met opnemen SLEEP Klik op het p stop-symbool voor het opname-apparaat. SEC 00 : – 00 + Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Opmerkingen • Tijdens opnemen zal er geen geluid worden weergegeven door het opname-apparaat, ook al zijn alle bedieningstoetsen van het opname-apparaat wel operationeel. • Als u tijdens het opnemen klikt op de “RECORDER” toets, stopt de weergave van de “PLAYER” weergavebron. • Als u het “REC EDIT” menu verlaat door een klik op “FUNCTION”, “SOUND” of “EXIT”, gaat het opnemen door, maar de bediening wordt ingesteld op de “PLAYER” weergavebron, ook al had u eerder op de “RECORDER” geklikt. • Als u tijdens opnemen het “FUNCTION SELECT” menu opent en op een andere weergavebron klikt, zal vanaf dat moment de nieuw gekozen weergavebron worden opgenomen. • Bij bepaalde cassettedecks moet u de r REC toets en de ( weergavetoets tegelijk indrukken om met opnemen te beginnen. Om in het beeldscherm-menu het opnemen te kunnen starten met een klik op een enkele “toets”, dient u de bedieningscode voor de opnamestart vast te leggen zoals beschreven in stap 1 t/ m 7 onder “Vastleggen van codes voor andere merken dan Sony” (op blz. 16 t/m 19), zowel voor een Sony cassettedeck als voor een cassettedecks van een ander merk. • Het geluidssignaal dat binnekomt via de TAPE aansluitingen op het achterpaneel kan niet worden opgenomen op enig opname-apparaat. • Bij opnemen met een digitaal DAT cassettedeck of een minidisc-recorder aangesloten op de DAT/MD REC OUT aansluitingen zal het bijregelen van het geluid geen effekt hebben op het opgenomen geluid. RETURN EXIT n 2:00:00 n 1:30:00n 1:00:00 n 0:30:00 n OFF De sluimertijd, tot het apparaat zichzelf uitschakelt, is vrij instelbaar Klik op + of – om de sluimertijd tot op de minuut precies in te stellen, tot een maximum van 5 uren. Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. Wanneer de sluimerfunktie is ingeschakeld De aanduiding “SLEEP” verschijnt linksboven in het hoofdmenu. SLEEP FUNCTION ALL OFF De resterende tijdsduur tot de versterker uitschakelt is gemakkelijk te kontroleren Klik eerst op “FUNCTION” en dan op “SLEEP”. De resterende sluimertijd verschijnt dan in het uitleesvenster. 25NL Gebruik van akoestiekeffekten Inleiding De TA-VE800G biedt een uitgebreid scala aan akoestiekfunkties, waarmee u alle muziek een passende ruimtelijke klank kunt geven. Voor aanpassing aan uw smaak en de vereisten van de muziek kunt u diverse parameters naar eigen inzicht bijregelen. Weergave met een voorgeprogrammeerd klankbeeld Gebruik van de voorgeprogrammeerde akoestiekeffekten Bij weergave van muziek of filmgeluid kunt u genieten van ruimtelijke klankbeelden, eenvoudig door te kiezen voor een van de voorgeprogrammeerde akoestiekeffekten, passend bij het weergegeven geluid. 1 Zie de hierna volgende aanwijzingen onder “Gebruik van de voorgeprogrammeerde akoestiekeffekten”. Die paragraaf beschrijft hoe u een bepaald klankbeeld kunt oproepen en geeft een overzicht van de beschikbare klankbeelden en hun karakteristieken. Klik tijdens het afspelen van een weergavebron op de “SOUND” toets in het hoofdmenu. FUNCTION ALL OFF S O U N D VOL + – Gebruik van Dolby Pro Logic Surround SUB Zie de beschrijving onder “Optimaal benutten van Dolby Pro Logic Surround geluid” op blz. 28. Daarin staat aangegeven hoe u de beschikbare luidsprekers onderling het best kunt afregelen om het Dolby Pro Logic Surround geluid zo goed mogelijk tot zijn recht te laten komen. 0 2 ( ) p USER P = + Klik op het gewenste genre of type klankbeeld. Hierbij wordt automatisch het laatst gekozen klankbeeld in dat genre ingeschakeld. SOUND FIELD SELECT Aan de verpakking kunt u zien of de video e.d. is opgenomen met Dolby Surround geluid PRO LOGIC MOVIE MUSIC 1 Sommige videocassettes of laserdiscs kunnen echter wel zijn opgenomen met Dolby Surround geluid, ook al staat dit niet op de verpakking aangegeven. MUSIC 2 SPORTS GAME VOL + – SOUND FIELD BASS BOOST Samenstellen van uw eigen akoestiekeffekt Zie voor het aanpassen van de toonregel- en akoestiekparameters de beschrijving onder en “Aanpassen van de akoestiekeffekten” op blz. 29. EXIT 3 Klik enkele malen op “MODE” als u een ander klankbeeld in het gekozen genre wilt horen. Zie het hierna volgende overzicht van de klankbeelden. Nadere bijzonderheden over de akoestiekfunkties Zie de “Verklarende woordenlijst” op blz. 45 en 46. SOUND FIELD SELECT PRO LOGIC MOVIE MUSIC 1 MUSIC 2 SPORTS GAME MODE VOL SOUND FIELD BASS BOOST ON ON OFF OFF + – EXIT T Extra versterken van de lage tonen Klik op “BASS BOOST ON”. 26NL Gebruik van akoestiekeffekten Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Weergave zonder akoestiekeffekt Kies uit het “MUSIC 2” genre het “ACOUSTIC” klankbeeld. Er is dan geen akoestiekeffekt meer, maar u kunt nog wel de klankkleur aanpassen (zie blz. 29). Uitschakelen van alle klankbeelden Klik op “SOUND FIELD ON/OFF”. Klankbeelden GENRE MODE Bedoeld voor PRO LOGIC PRO LOGIC Weergave van materiaal met Dolby Surround geluid. ENHANCED Extra versterking van de achterluidsprekers bij weergave van materiaal met Dolby Surround geluid. SMALL THEATER Toevoegen van de akoestische indruk van een bepaald type zaal aan de weergave van materiaal met Dolby Surround geluid. MOVIE LARGE THEATER MUSIC 1 MONO MOVIE Toevoegen van bioskoopgeluid aan speelfilms met een mono geluidsspoor. SMALL HALL Oproepen van de akoestiek van een rechthoekige concertzaal. Speciaal voor zachtere akoestische muziek. LARGE HALL MUSIC 2 SPORTS GAME KARAOKE Onderdrukken van de zang bij weergave van stereo geluid. ACOUSTIC Weergave van twee-kanalen stereo geluid (met toonregeling, maar zonder akoestiekeffekt). ARENA De opwinding van een live-concert in een grote concert-arena. Perfekt voor rock & roll. STADIUM De beleving van een live-concert in een openlucht-stadion. Ideaal voor puur elektrische muziek. GAME De meest treffende geluids- en akoestiekeffekten van videospelletjes. 27NL Gebruik van akoestiekeffekten Optimaal benutten van Dolby Pro Logic Surround geluid 4 Om de beste weergave te verkrijgen met de Dolby Pro Logic Surround akoestiek, kiest u eerst de middenkanaal-instelling die het best past bij uw luidsprekersysteem. Vervolgens regelt u de geluidssterkte van de luidsprekers en stelt u de vertragingstijd voor het PRO LOGIC akoestiekeffekt naar wens in. Klik enkele malen op “C MODE” tot de geschikte middenkanaal-aanpassing voor uw luidsprekers wordt aangegeven. Kies de middenkanaalaanpassing aan de hand van het volgende schema. SUR EDIT CENTER + – REAR 1 Klik op “SOUND” in het hoofdmenu. 2 Klik op “PRO LOGIC” om in te stellen op het PRO LOGIC klankbeeld. MODE VOL SOUND FIELD BASS BOOST ON ON + – OFF OFF EXIT 3 Klik op “SUR” voor Surround akoestiekinstelling. Nu verschijnt het Dolby Pro Logic “SUR EDIT” menu. Hierin kunt u de gewenste luidsprekerinstelling maken. EXIT Kiest u Zodat Voor- en PHANTOM achterluidsprekers, maar geen middenluidspreker Het geluid van het middenkanaal wordt via de voorluidsprekers weergegeven. Voor- en 3 CH LOGIC middenluidsprekers, (3 Channel maar geen Logic) achterluidspreker Het geluid van het achterkanaal wordt via de voorluidsprekers weergegeven. Voor- en NORMAL achterluidspreker, en een kleine middenluidspreker Het basgeluid van het middenkanaal wordt via de voorluidsprekers weergegeven (omdat een kleine middenluidspreker onvoldoende basgeluid kan produceren). Voor- en achterWIDE luidsprekers en een middenluidspreker van dezelfde afmetingen als uw voorluidsprekers Een “kompleet” Dolby Pro Logic Surround geluid klinkt, via alle luidsprekers. MUSIC 2 SPORTS GAME VOL ON ON OFF OFF Met behulp van de testtoon-funktie kunt u de geluidssterkte van uw luidsprekers op hetzelfde nivo afstellen. (Als al uw luidsprekers reeds hetzelfde geluidsvolume te horen geven, is afstellen niet noodzakelijk.) 1 MODE SOUND FIELD BASS BOOST Afstellen van de geluidssterkte van de luidsprekers Door de toetsen op de afstandsbediening te gebruiken, kunt u de afstelling verrichten vanaf uw luisterpositie. SOUND FIELD SELECT PRO LOGIC MOVIE MUSIC 1 + – 0 dB SOUND FIELD SELECT PRO LOGIC VOL RETURN Als u beschikt over Deze versterker biedt u de keuze uit vier verschillende CENTER MODE instellingen: “PHANTOM”, “3 CHANNEL LOGIC”, “NORMAL” en “WIDE”. Elke instelling is voor een bepaalde luidspreker-opstelling ontworpen. Kies de CENTER MODE instelling die het beste past bij uw luidspreker-opstelling: C MODE + – Let op dat u tenminste over één extra paar luidsprekers dient te beschikken voor het maken van de onderstaande instellingen. Kiezen van de CENTER MODE instelling 0 dB + – Klik op “TEST”. Nu zal er één voor één door alle luidsprekers een testtoon worden weergegeven. Op het TV-scherm wordt de luidspreker die op dat moment de testtoon weergeeft, in rood aangegeven. SUR EDIT SUR EXIT CENTER 0 dB + – 28NL TEST Gebruik van akoestiekeffekten 2 3 Stel de geluidssterkte van uw luidsprekers zo in dat u de testtoon vanaf uw luisterplaats via alle luidsprekers even luid klinkt. • Om de geluidssterkte van de linker en rechter voorluidsprekers op evenwichtig in te stellen, draait u aan de BALANCE regelaar op het voorpaneel van de versterker zelf. • Om het geluidsnivo van de middenluidspreker af te stellen, klikt u op de CENTER + of – toets. • Om het geluidsnivo van de achterluidsprekers af te stellen, klikt u op de REAR + of – toets. Klik weer op “TEST” om de testtoon uit te schakelen Alle luidsprekers kunnen tegelijkertijd afgesteld worden Hiervoor gebruikt u de MASTER VOLUME regelaar op het voorpaneel van de versterker. Instellen van de vertragingstijd van de achterluidsprekers Het akoestiek-geluid kan effektiever gemaakt worden door het geluid dat via de achterluidsprekers klinkt te vertragen (vertragingstijd). U kunt de vertragingstijd instellen in stapjes van 0,1 msec. binnen een bereik van 15 tot 30 msec. Bijvoorbeeld voor een ruime kamer of wanneer de achterluidsprekers ver van de luisterpositie vandaan staan opgesteld, maakt u de vertragingstijd korter. 1 Start de weergave van de geluidsbron die met Dolby Surround akoestiek is gecodeerd. 2 Klik op “DELAY”. SUR EDIT CENTER Klik op “STD”. Bijregelen van de klankkleur U kunt de klankkleur van de luidsprekers instellen. Volg de aanwijzingen voor “Aanpassen van de toonbijregeling” hieronder. Aanpassen van de akoestiekeffekten Elk van de beschikbare klankbeelden is samengesteld uit een tooninstelling (voor de hoge, lage en middentonen) en een stel akoestiek-parameters — geluidscomponenten die de akoestische totaalindruk bepalen. U kunt de akoestiekeffekten aanpassen door de geluidssterkte van de luidsprekers (LEVEL) en het effektnivo (EFFECT) zo in te stellen dat het geluid in uw luisterruimte optimaal klinkt. Wanneer u een klankbeeld eenmaal hebt aangepast, blijft deze aanpassing in het geheugen van de versterker bewaard, tenzij de stekker langer dan een week uit het stopkontakt blijft. Aanpassen van de toon-bijregeling Hiermee stelt u de klankkleur (van de hoge en lage tonen) in voor optimale weergave via de voor-, midden- en achterluidsprekers. De toon-bijregeling is instelbaar voor alle akoestiekeffekten, inklusief de Dolby Surround. 1 Start de weergave van de geluidsbron en klik op “SOUND” in het hoofdmenu. 2 Klik op het genre of type klankbeeld dat u wilt bijregelen. Hierbij wordt automatisch het laatst gekozen klankbeeld in dat genre ingeschakeld. 3 Klik enkele malen op “MODE” als u een ander klankbeeld in het gekozen genre wilt bijregelen. 4 Klik op “TONE”. Nu verschijnt het “TONE EDIT” menu op het TVscherm. 0 dB + – 3 Terugstellen van het bijgeregelde klankbeeld op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen DELAY Klik op “SHORT” voor een kortere nagalmtijd of op “LONG” voor een langere nagalmtijd. SUR EDIT DELAY DELAY SOUND FIELD SELECT VOL SHORT LONG RETURN Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Terugkeren naar het voorgaande menu + – EXIT PRO LOGIC MOVIE MUSIC 1 MUSIC 2 SPORTS GAME MODE VOL SOUND FIELD BASS BOOST TONE ON ON OFF OFF + – EXIT Klik op “RETURN”. (wordt vervolgd) 29NL Gebruik van akoestiekeffekten 5 Klik op “BASS” + of – om de weergave van de lage tonen naar wens aan te passen en klik op “TREBLE” om de weergave van de hoge tonen naar wens aan te passen. 3 Klik enkele malen op “MODE” als u een ander klankbeeld in het gekozen genre wilt bijregelen. 4 Klik op “SUR”. Nu verschijnt het “SUR EDIT” menu. SUR EDIT +10 dB -10 dB Bijregelen van de geluidssterkte van de luidsprekers Klik op “LEVEL” en klik dan op + of – om de geluidssterkte van de diverse luidsprekers naar wens in te stellen. FLAT +10 STD -10 VOL BASS + – TREBLE + – + – SUR EDIT LEVEL RETURN EXIT Opmerking Bij het bijregelen van de parameter kunnen er wel eens bijgeluiden klinken. + – REAR Beginnen met bijregelen uitgaande van een vlakke frekwentiekarakteristiek VOL + – 0 dB RETURN EXIT Klik op “FLAT”. Terugstellen van het bijgeregelde klankbeeld op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen Klik op “STD”. Bijregelen van het effektnivo Klik op “EFFECT” en klik dan op “UP” of “DOWN” om de totaalindruk van het akoestiekeffekt meer op de voorgrond te halen of af te zwakken. Terugkeren naar het hoofdmenu SUR EDIT Klik op “EXIT”. SUR EFFECT EFFECT Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. VOL Bijregelen van de geluidssterkte Klik op “VOL” + of –. DOWN UP RETURN + – EXIT Bijregelen van de akoestiek-parameters Stel de akoestiek-parameters zo in dat de geluidsweergave met de akoestiekeffekten in uw luisterkamer het best klinkt. U kunt voor elk klankbeeld de geluidssterkte van de luidsprekers en het totaal effektnivo naar wens instellen. Voor het instellen van de parameters van het PRO LOGIC akoestiekeffekt volgt u de aanwijzingen onder “Optimaal benutten van Dolby Pro Logic Surround geluid” op blz. 28. 1 2 30NL Terugstellen van het bijgeregelde klankbeeld op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen Klik op “STD”. Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. Start de weergave van de geluidsbron en klik op “SOUND” in het hoofdmenu. Bijregelen van de geluidssterkte Klik op het genre of type klankbeeld dat u wilt bijregelen. Hierbij wordt automatisch het laatst gekozen klankbeeld in dat genre ingeschakeld. Opmerking Klik op “VOL” + of –. Telkens wanneer u nieuwe instellingen maakt voor een klankbeeld, komen de eerdere instellingen ervan te vervallen. Uitgebreide bedieningsfunkties Gebruik van de indexfunkties Uitgebreide bedieningsfunkties 6 Met de indexfunkties van het menusysteem kunt u de namen in het funktiemenu, in de lijst met voorkeurzenders en in de lijst van compact discs in een CD-wisselaar geheel naar eigen inzicht invullen. Voor elke funktietoets kunt u een symbool en een naam van maximaal acht letters kiezen, evenals voor elke radiozender, en voor de (maximaal 200) compact discs of groepen van CD’s in een CD-wisselaar kunt u namen van ten hoogste 12 letters invoeren. Voer nu een nieuwe naam in voor de betreffende weergavebron, door achtereenvolgens op elke letter van de naam te klikken. De naam wordt automatisch vastgelegd. INDEX SETTING B A F K P U CAPS B G L Q V C H M R W D I N S X E J O T Y b 1 4 7 / Z 2 5 8 0 – RETURN Aanpassen van symbolen en namen van de weergavebron-keuzetoetsen 1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. 2 3 6 9 * + EXIT Invoeren van een spatie in de naam Kilk op de spatiebalk onder de letters. Overschakelen tussen hoofdletters en kleien letters Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu op het scherm. Bij een vergissing in de letterkeuze Klik op “INDEX”. Het “INDEX SETTING” menu verschijnt. Klik op de ? of / pijl om de cursor te verplaatsen naar de letter die u wilt wijzigen en klik dan op de juiste letter (of klik op de spatiebalk om de letter te wissen). Kilk op “CAPS”. FUNCTION SELECT Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. INDEX EXIT 3 Klik op het symbool dat u wilt wijzigen. Invoeren van namen voor de voorkeurzenders voor een Sony tuner met afstandsbediening 4 Klik in het symbolen-menu op het nieuwe symbool dat u wilt gebruiken en klik dan op “RETURN”. Met een Sony tuner die geschikt is voor afstandsbediening kunt u voor elk van uw vastgelegde voorkeurzenders een zendernaam invoeren, zodat u ze in het bedieningsmenu rechtstreeks kunt kiezen. 5 Klik op de weergavebron-keuzetoets waarvan u de naam wilt aanpassen. 1 Klik op de “LIST TUNER” toets in het “INDEX SETTING” menuscherm. INDEX SETTING INDEX SETTING VIDEO VIDEO VIDEO LD SATL MACRO 1 2 3 1 DAT / MD CD TUNER PHONO TAPE MACRO 2 LIST LIST RETURN EXIT RETURN TUNER EXIT Nu verschijnt een lijst voor de voorkeurzenders. Klik op A, B of C om een zendergroep te kiezen. Klik vervolgens op een cijfer van 0 tot 9 om in te stellen op de voorkeurzender waarvoor u een naam wilt invoeren. (wordt vervolgd) 31NL Uitgebreide bedieningsfunkties 2 Voer nu een naam in voor uw voorkeurzender, door achtereenvolgens op elke letter van de naam te klikken. De naam wordt automatisch vastgelegd. INDEX SETTING B A F K P U CAPS B G L Q V C H M R W D I N S X E J O T Y b 1 4 7 / Z RETURN 2 5 8 0 – 3 6 9 Overnemen van de disc-titels uit een Sony CD-wisselaar voorzien van een CTRL A1 aansluiting Als u beschikt over een Sony compact disc wisselaar met een CTRL A1 aansluiting, kunt u alle disc-titels in de CD-wisselaar automatisch overzetten naar het geheugen van de versterker, zodat u niet alle namen één voor één opnieuw hoeft in te voeren. * + 1 Klik op de “LIST CD” toets in het “INDEX SETTING” menuscherm. EXIT INDEX SETTING Invoeren van een spatie in de zendernaam Klik op de spatiebalk onder de letters. Overschakelen tussen hoofdletters en kleine letters Klik op “CAPS”. Bij een vergissing in de letterkeuze Klik op de ? of / pijl om de cursor te verplaatsen naar de letter die u wilt wijzigen en klik dan op de juiste letter (of klik op de spatiebalk om de letter te wissen). LIST RETURN 2 Terugkeren naar het voorgaande menu CD EXIT Klik op de “DATA LOAD” toets. Klik op “RETURN”. CD INDEX SETTING 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 RETURN Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Afstemmen op voorkeurzenders via de LIST zenderlijst 1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu op het scherm. 2 Klik op “TUNER”. 3 Klik op “LIST”. LIST 4 USER De lijst met voorkeurzenders verschijnt op het scherm. Klik op A, B of C om een zendergroep te kiezen. Klik vervolgens op een cijfer van 1 tot 0 om op de bijbehorende voorkeurzender af te stemmen. A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 0 32NL SUB B C ALL OFF . EXIT Opmerkingen • De “DATA LOAD” toets zal niet op het scherm verschijnen als de CD-wisselaar niet is geregistreerd als “Sony CONTROL A1 CD” in het “IR CODE SETTING” menu (zie blz. 17) of als de CD-wisselaar niet staat ingeschakeld. • De “DATA LOAD” gegevensoverdracht zal niet werken als de CD-wisselaar niet staat ingeschakeld of als er iets mis is met de CTRL A1 aansluiting (zie blz. 9). • Als de volgende letters en symbolen zijn gebruikt in de disctitels in de CD-wisselaar, zullen ze in het beeldschermmenu worden vervangen door spaties: # $ ; • ä ö ü Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. Terugkeren naar het hoofdmenu EXIT DATA LOAD De gegevens worden nu uit de CD-wisselaar overgenomen en na enkele minuten verschijnen de disc-titels in het “CD INDEX SETTING” menuscherm. VOL + – > Klik op “EXIT”. Uitgebreide bedieningsfunkties Invoeren van namen voor de compact discs in een Sony CD-wisselaar zonder CTRL A1 aansluiting of een CD-wisselaar van een ander merk Als uw compact disc wisselaar niet van Sony is of geen CTRL A1 aansluiting heeft, kunt u de disc-titels als volgt in het bedieningsmenu invoeren 1 Klik op de “LIST CD” toets in het “INDEX SETTING” menuscherm. Bediening van een compact disc wisselaar Uw compact discs in groepen indelen Via het beeldschermmenu kunt u de compact discs in een CD-wisselaar onderverdelen in een aantal groepen. 1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu op het scherm. 2 Klik op “INDEX”. Het “INDEX SETTING” menu verschijnt. 3 Klik op de “LIST CD” toets. 4 Klik op “SELECT” en klik dan op de compact disc die u in een bepaalde groep wilt plaatsen. INDEX SETTING CD LIST RETURN 2 3 EXIT • Titelkeuze voor een compact disc Klik op “TITLE”. Stel in op het nummer van de disc door op de > of . pijl aan de rechterkant van het scherm te klikken en klik dan op de disc waarvoor u een titel wilt invoeren. • Titelkeuze voor een groep compact discs Klik op “GROUP” en klik dan op de groep CD’s die u een gemeenschappelijke groepsnaam wilt geven. CD INDEX SETTING 21 BGM A 22 BGM B 23 Love Songs 24 BEST of BB 25 BEST of CC 26 BEST of DD 27 28 29 30 RETURN Voer nu een titel in voor de betreffende compact disc of groep, door achtereenvolgens op elke letter van de naam te klikken. De titel wordt automatisch vastgelegd. CD INDEX SETTING V v B A F K P U CAPS B G L Q V C H M R W D I N S X E J O T Y b 1 4 7 / Z RETURN 2 5 8 0 – 3 6 9 * Invoeren van een spatie in de titel Klik op de spatiebalk onder de letters. Overschakelen tussen hoofdletters en kleine letters Klik op “CAPS”. Bij een vergissing in de letterkeuze Klik op de ? of / pijl om de cursor te verplaatsen naar de letter die u wilt wijzigen en klik dan op de juiste letter (of klik op de spatiebalk om de letter te wissen). SELECT . EXIT Klik op de > of . pijl aan de rechterkant van het scherm tot u de disc op het scherm ziet. Klik op de namen van de groepen waarin u de gekozen CD wilt plaatsen. Om bijvoorbeeld een CD in zowel groep 1 als groep 4 te plaatsen, klikt u op de namen van beide groepen zodat deze oplichten. + EXIT DATA Als de gekozen CD niet in de lijst op het scherm voorkomt 5 10 > CD INDEX SETTING GROUP 1 1 GROUP 2 2 GROUP 3 3 GROUP 4 4 GROUP 5 5 GROUP 6 6 GROUP 7 7 GROUP 8 8 GROUP 9 9 GROUP 10 10 RETURN EXIT Verwijderen van een CD uit een of meer groepen Klik op de verlichte groepsnaam zodat deze dooft. Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. (wordt vervolgd) 33NL Uitgebreide bedieningsfunkties Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Afspelen van compact discs via de LIST discnummerlijst 1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu op het scherm.. 2 Klik op “CD”. 3 Klik op “LIST”. LIST 0 4 ( SUB ) p USER P = + Klik op de > of . pijl aan de rechterkant van het scherm om de voorgaande of de volgende 10 discs op het scherm te zien en klik dan op de gewenste disc. Dan begint automatisch de weergave van de gekozen compact disc. Als een Sony CD-wisselaar is aangesloten via de CTRL A1 aansluiting, wordt het aantal discs op het scherm automatisch aangepast aan de capaciteit van de aangesloten CD-wisselaar. • Aangeven van de compact discs in een bepaalde groep: Klik op “GROUP NAME” en klik dan op de naam van de groep waartoe de gewenste CD behoort. De lijst van compact discs in de gekozen groep verschijnt op het scherm. Klik op de > of . pijl aan de rechterkant van het scherm tot u de disc op het scherm ziet en klik dan op de disc. Dan begint automatisch de weergave van de gekozen CD. • Aangeven van alle compact discs in alfabetische volgorde: Klik op “ALPHABET”, wacht enkele sekonden en de compact discs verschijnen in alfabetische volgorde op het scherm. Klik op de > of . pijl tot u de disc op het scherm ziet en klik dan op de disc. Dan begint automatisch de weergave van de gekozen CD. • Aangeven van alle compact discs in de nummervolgorde: Klik op “DISC NUMBER”, wacht enkele sekonden en de compact discs verschijnen in de nummervolgorde op het scherm. Klik op de > of . pijl tot u de disc op het scherm ziet en klik dan op de disc. Dan begint automatisch de weergave van de gekozen CD. CD LIST - DISC NUMBER 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 SEARCH > ALL OFF VOL + – . = + p EXIT Opzoeken van een bepaalde compact disc Klik op “SEARCH” zodat het “CD LIST - SEARCH” scherm verschijnt. Opmerkingen • Afhankelijk van het type CD-wisselaar dat is aangesloten (een 3- of 5-disc wisselaar, enz.) zult u de gewenste disc niet altijd kunnen kiezen, ook al klikt u op de titel van de disc in de lijst. In dat geval kunt u de compact disc beter kiezen via het normale CD bedieningsmenu. • Als uw compact disc wisselaar van een ander merk is en de methode voor het beginnen met afspelen is niet als volgt: 1 indrukken van een nummertoets, gevolgd door 2 een druk op de disc-weergavetoets, dan kan het afspelen niet altijd beginnen wanneer u op de titel van de disc klikt. In dat geval gaat u terug naar het hoofdmenu, klikt u op “SUB” en vervolgt u met de bediening van de compact disc wisselaar zoals u deze normaal bedient. CD LIST - SEARCH ALL OFF GROUP NAME ALPHABET DISC NUMBER VOL + – RETURN 34NL EXIT Automatisch verschillende apparaten achtereen bedienen (MACRO bedieningsreeks) De “MACRO” bedieningsreeksen (1 en 2) dienen voor het doorkoppelen van maximaal acht bedieningscodes, zodat u de bijbehorende funkties met een enkel commando kunt laten uitvoeren. Hiervoor kunt u afstandsbedieningscodes kiezen uit de vaste funkties, zowel als de “USER” funkties die u zelf van een andere Uitgebreide bedieningsfunkties Inlassen van een pauze tussen de opeenvolgende bedieningsfunkties afstandsbediening hebt overgenomen. De “MACRO” bedieningsreeksen kunnen vervolgens zowel handmatig worden ingeschakeld (door ze te kiezen uit het “FUNCTION SELECT” menu) als automatisch (door ze vast te leggen in het “AUTO START SETTING” menu (zie blz. 37)). Klik enkele malen op de ? of / pijl om de tussenpauze-commando’s (WAIT 10s, WAIT 5s en WAIT 1s) op het scherm te zien. 1 Klik enkele malen op de ? of / pijl tot er “ALL OFF” wordt aangegeven. 2 Invoeren van een bedieningscode om alle apparatuur uit te schakelen Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu op het scherm. Opmerking Als de bedieningsreeks is gekozen voor automatische uitvoering bij inschakelen, met de “AUTO START” funktie (zie blz. 37), kunt u het “ALL OFF” commando niet in die bedieningsreeks opnemen. Klik op “MACRO”. Het “MACRO PLAY SETTING” menu verschijnt. FUNCTION SELECT 6 Klik op de gewenste afstandsbedieningscode. De naam van de gekozen code verschijnt in de verlicht aangegeven stap van de reeks en dan licht de volgende stap op. 7 Herhaal de stappen 5 en 6 om de andere codes van de reeks in te voeren, tot een maximum van acht funkties. MACRO EXIT 3 Wissen van een ingevoerde bedieningscode Klik op “MACRO” 1 of 2. MACRO PLAY SETTING MACRO 1 2 3 4 5 6 7 8 RETURN 4 1 2 COMMAND WAIT 10s WAIT 5s WAIT 1s ALL OFF NO SET ? / EXIT Klik op stap 1 van de “MACRO” bedieningsreeks. Dit wordt de eerste bedieningscode in uw vaste bedieningsreeks. MACRO PLAY SETTING MACRO 1 1 NO SET 2 3 4 5 6 7 8 RETURN 5 2 COMMAND WAIT 10s WAIT 5s WAIT 1s ALL OFF NO SET ? / EXIT Klik op de ? of / pijl om de bedieningscodes te zien die beschikbaar zijn voor de betreffende toets. De afstandsbedieningscodes die in het FUNCTION SELECT menu zijn vastgelegd voor de verschillende apparaten en de codes die u hebt overgenomen van een andere afstandsbediening verschijnen in groepen van 5 aan de rechterkant van het scherm. 1 Klik op de code die u wilt wissen, zodat deze oplicht. 2 Klik enkele malen op de ? of / pijl tot de aanduiding “NO SET” aan de rechterkant van het scherm verschijnt. 3 Klik op “NO SET” om de code waarop u in stap 1 hebt ingesteld te wissen. Invoeren van willekeurige bedieningscodes 1 Klik op de nummertoets van een bedieningsreeks. 2 Klik enkele malen op de ? of / pijl tot de gewenste bedieningscode aan de rechterkant van het scherm verschijnt. 3 Klik op de bedieningscode. Uitvoeren van een bedieningsreeks 1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu op het scherm. 2 Klik op “MACRO 1” of “MACRO 2”. Nu worden de gekozen bedieningsfunkties automatisch één voor één uitgevoerd. FUNCTION SELECT MACRO 1 MACRO 2 EXIT 35NL Extra instellingen en aanpassingen Op afstand bedienen van geluidsbronnen zonder de TV (FLASHER illuminatie) De “FLASHER” funktie-illuminatie zorgt dat u geluidsbronnen op afstand kunt bedienen zonder het bedieningsmenu op het TV-scherm, met alleen de afstandsbediening en de toetsen op het voorpaneel van de versterker. Bij indrukken van de insteltoets op de afstandsbediening lichten de indikatorlampjes op het voorpaneel één voor één op. Aan de hand van deze lampjes kiest en regelt u de bedieningsfunkties die in het uitleesvenster van de versterker worden aangegeven. 1 2 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu op het scherm. Klik op “SET UP” 6 Druk op de linker- of rechterkant van de insteltoets. Diverse bedieningsfunkties voor de gekozen geluidsbron verschijnen in het uitleesvenster, telkens wanner u op de richtingstoets van de afstandsbediening drukt. Tevens gaat het voorpaneel het indikator-lampje voor de bijbehorende bedieningstoets branden. De bedieningsfunkties die beschikbaar zijn voor elk van de geluidsbronnen staan hieronder aangegeven. Geluidsbron Funkties (in het uitleesvenster) DAT/MD = ( + p CD = ( + p TUNER PRESET – PRESET + PHONO Geen aanduidingen TAPE 0 Alle weergavebronnen INPUT SELECT, ALL OFF, TV ON, VOLUME –, VOLUME +, MUTE (demping) ( ) p FUNCTION SELECT 7 SET UP 3 EXIT Klik op “FLASHER: ON”. SET UP AUTO PLAY FLASHER IR OUTPUT AUTO OSD ERASE POINTER ONLY DEMO FEELING ON Uitschakelen van de funktie-illuminatie Klik op de toets van de afstandsbediening wanneer er “TV ON” in het uitleesvenster verschijnt, of stel in op een video-weergavebron. EXIT 4 Klik op een geluidsbron in het “FUNCTION SELECT” menu. 5 Klik op het TV symbooltje om de TV of videomonitor uit te schakelen. SUB ( ) p USER P = + Opmerking 36NL Overschakelen op een andere weergavebron 1 Klik op de toets van de afstandsbediening wanneer er “INPUT SELECT”, voor ingangskeuze, in het uitleesvenster verschijnt. 2 Beweeg de afstandsbedieningstoets van links naar rechts. De diverse weergavebronnen worden nu één voor één in het uitleesvenster aangegeven. Als u instelt op een video-weergavebron, zal het TV-toestel automatisch inschakelen. OFF RETURN 0 Klik op de toets van de afstandsbediening wanneer de gewenste bedieningsfunktie in het uitleesvenster wordt aangegeven. Het TV symbooltje voor de illuminatiefunktie zal alleen verschijnen wanneer u instelt op een geluidsbron. Opmerking Als u bij gebruik van de “FLASHER” funktie-illuminatie de “ALL OFF” uitschakelfunktie kiest, zal de versterker de volgende keer dat u deze inschakelt automatisch weer in de “FLASHER” stand komen, voor bediening via het uitleesvenster. De versterker zal echter wel in de normale werkingsstand komen als er is ingesteld op “AUTO START” voor automatische weergave bij inschakelen (zie blz. 37). Extra instellingen en aanpassingen Automatisch afspelen van weergavebronnen (AUTO PLAY) Automatische weergavestart bij inschakelen (AUTO START) Met de “AUTO PLAY” automatische afspeelfunktie kunt u de weergavebronnen automatisch met afspelen laten beginnen onmiddellijk nadat u de weergavebron kiest in het “FUNCTION SELECT” menu. Met de “AUTO START” automatische weergavestart kunt u de versterker instellen op het onmiddellijk starten van de weergave van een gekozen weergavebron, zodra u de versterker inschakelt. Bij aflevering van de versterker staat de “AUTO PLAY” afspeelfunktie ingeschakeld. 1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu op het scherm. 2 Klik op “AUTO”. Nu verschijnt het “AUTO START SETTING” menu. 1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu op het scherm. 2 Klik op “SET UP”. 3 Klik op “AUTO PLAY ON” of “OFF” om de automatische afspeelfunktie in of uit te schakelen. FUNCTION SELECT SET UP AUTO PLAY FLASHER IR OUTPUT AUTO OSD ERASE POINTER ONLY DEMO FEELING ON OFF AUTO EXIT 3 RETURN EXIT Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. Opmerkingen • Als u tijdens weergave overschakelt op een andere weergavebron, stopt het afspelen van de eerste en start het afspelen van de nieuw gekozen weergavebron. • De “AUTO PLAY” afspeelfunktie zal niet werken wanneer u de versterker bedient met de knoppen op het voorpaneel. • De “AUTO PLAY” afspeelfunktie kan wel eens minder goed werken als de weergavebron niet vlot reageert op de afstandsbedieningssignalen. In dat geval dient u de infrarood-signaalzender en de apparatuur dichter bij elkaar te plaatsen. Klik op de weergavebron die u automatisch wilt laten afspelen zodra de versterker wordt ingeschakeld. U kunt hiervoor slechts een enkele weergavebron kiezen. Automatische weergavestart met de laatst afgespeelde weergavebron Klik op “LAST”. Automatisch uitvoeren van een bedieningsreeks bij inschakelen van de versterker Klik op “MACRO 1” of “MACRO 2” nadat de “AUTO PLAY” funktie op “ON” is ingesteld en nadat de weergavebron is gekozen voor de “MACRO PLAY” funktie (zie blz. 34). Als er is ingesteld op “LAST”, zal de laatst weergegeven bron weer automatisch met afspelen beginnen, de volgende keer dat u de versterker inschakelt. Uitschakelen van de “AUTO START” funktie Klik in stap 3 op “NO SET”. Dan volgt er geen automatische weergavestart bij inschakelen van de versterker. 37NL Extra instellingen en aanpassingen Terugkeren naar het hoofdmenu Keuze van de aanduidingen die verschijnen Klik op “EXIT”. Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. Opmerking Een bedieningsreeks waarin het “ALL OFF” commando is opgenomen (zie blz. 35) kan niet worden gekozen voor de “AUTO START” weergavestart. Aanpassen van de gevoeligheid van de afstandsbediening U kunt kiezen uit vijf verschillende gevoeligheidswaarden voor het bepalen van de snelheid waarmee de aanwijzer over het scherm beweegt. 1 2 3 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu op het scherm. Klik op “SET UP”. Klik op een “FEELING” waarde van 1 tot 5 om de gewenste gevoeligheid/aanwijssnelheid te kiezen. Hoe hoger de waarde, des te sneller zal de aanwijzer bewegen. Met deze instelling kunt u kiezen voor een van de drie speciale beeldscherm-weergavefunkties: “AUTO OSD ERASE”, “POINTER ONLY” of “DEMO”. Bovendien kunt u met “IR OUTPUT” in dit menu kiezen of de infrarode signalen ook via de infraroodsignaalzender moeten worden doorgegeven. 1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu op het scherm. 2 Klik op “SET UP”. 3 Klik op “AUTO OSD ERASE ON” of “OFF”, “POINTER ONLY SET” of “DEMO START”, al naar gelang de beeldscherm-funktie die u wilt gebruiken. Desgewenst klikt u op “IR OUTPUT ON” of “OFF” voor de infrarood-signaaloverdracht. SET UP AUTO PLAY FLASHER IR OUTPUT AUTO OSD ERASE POINTER ONLY DEMO FEELING RETURN ON OFF ON OFF SET START EXIT SET UP AUTO PLAY FLASHER IR OUTPUT AUTO OSD ERASE POINTER ONLY DEMO FEELING Aanduidingsonderdrukking (AUTO OSD ERASE): 1 2 3 4 RETURN Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. 38NL 5 EXIT Deze aanduidingsonderdrukking kan handig zijn tijdens het bedienen van een laserdisc-beeldplatenspeler, om de hoofdstuknummers te zien die anders schuil zouden gaan achter de bedieningsaanduidingen. Met deze funktie ingeschakeld verdwijnen de beeldscherm-aanduidingen wanneer u op een bedieningstoets klikt en zolang u de toets vasthoudt. Zodra u de toets loslaat, verschijnen de bedieningsaanduidingen weer. Enkel de aanwijzer in beeld (POINTER ONLY): Met deze funktie zorgt u dat alleen de aanwijzer (het handje) in beeld blijft tijdens weergave, zodat u hiermee naar belangrijke punten kunt wijzen (voor een videopresentatie e.d.). Wanneer u klikt op “POINTER ONLY SET” verdwijnen alle beeldscherm-aanduidingen behalve de aanwijzer en de EXIT toets. Om de aanwijzer vast te houden, houdt u de toets op de afstandsbediening ingedrukt. Extra instellingen en aanpassingen Demonstratie (DEMO): Met deze funktie schakelt u een demonstratieprogramma in dat de diverse funkties van de versterker uitlegt. Houd er echter wel rekening mee dat bij de demonstratie allerlei instellingen (zoals de akoestiek-parameters) zullen worden vervangen door de vaste waarden van het programma. Schakel de demonstratie dus alleen in zolang er nog geen gegevens zijn vastgelegd of wanneer het overschrijven van uw vastgelegde gegevens niet bezwaarlijk is. Klik op “START” wanneer u het demonstratieprogramma wilt inschakelen. Om de demonstratie te stoppen, klikt u twee of drie keer op de toets van de afstandsbediening of schakelt u de versterker uit. Infrarood-signaaloverdracht (IR OUTPUT): Aanpassen van het formaat van de beeldscherm-aanduidingen Met de “GRAPHIC POSITION” funktie kunt u de plaats van de bedieningsaanduidingen op het TVscherm naar wens verstellen. 1 Klik op “FUNCTION” in het hoofdmenu. Nu verschijnt het “FUNCTION SELECT” menu op het scherm. 2 Klik op “TV SET”. 3 Klik op “GRAPHIC POSITION SET”. Nu verschijnt het beeldweergave-instelscherm. Wanneer u voor deze funktie “OFF” kiest, worden de infrarode signalen slechts doorgegeven via de IR OUT aansluiting op het achterpaneel. De infraroodsignaalzender op het voorpaneel geeft dan geen enkel signaal meer door. Zolang de “IR OUTPUT” funktie op “OFF” staat, is in het hoofdmenu de aanduiding “IR OFF” zichtbaar. Gewoonlijk kunt u de “IR OUTPUT” funktie het best op “ON” laten staan. TV MONITOR SET TV IR SET GRAPHIC POSITION SET RETURN Terugkeren naar het hoofdmenu EXIT Klik op “EXIT”. Nu verschijnt het beeldweergave-instelscherm. Terugkeren naar het voorgaande menu V Klik op “RETURN”. B b v EXIT Klik op de randen van het bedieningsscherm om deze zo te verstellen dat u ze links, rechts, boven en onder in beeld krijgt zoals u wilt. 4 Klik op “EXIT”. Terugkeren naar het hoofdmenu Klik op “EXIT”. Terugkeren naar het voorgaande menu Klik op “RETURN”. 39NL Aanvullende informatie Overzicht van het voorpaneel 1 2 3 ! ª ! • ! ¶ 1 2 3 4 5 6 40NL Aan/uit-schakelaar (POWER) Infrarood-signaalzender Voor het doorgeven van infrarode signalen aan de weergave-apparatuur. Infrarood-ontvangstindikator Dit lampje licht op bij ontvangst van een infrarood afstandsbedieningssignaal. Infrarood-sensor Voor het overnemen van de afstandsbedieningscodes van een andere afstandsbediening richt u de kop van de andere afstandsbediening op dit punt. Uitleesvenster Voor het aangeven van de ingeschakelde weergavebron, de weergavefunktie, de afstemfrekwentie van de radio, enz. Volumeregelaar (MASTER VOLUME) Voor het instellen van de totale geluidssterkte. 5 4 !§ ! 6 ! ¢ ! £ !™ ! ¡ 0 9 7 Akoestiektoets (SOUND FIELD) Voor het in- en uitschakelen van een akoestisch klankbeeld. 8 Video-ingangsaansluiting (VIDEO 3 INPUT) Voor het aansluiten van een camcorder of een videospelapparaat, enz. 9 Voorkeurzender-keuzetoetsen (PRESET TUNING +/–) Voor het kiezen van een vastgelegde voorkeurzender. 0 Platenspeler-keuzetoets (PHONO) Voor weergave van grammofoonplaten met een platenspeler die is aangesloten op de PHONO ingangen. ! ¡ Radio-keuzetoets (TUNER) Voor weergave van radiouitzendingen. !™ Compact disc keuzetoets (CD) Voor weergave met een compact disc speler die is aangesloten op de CD ingangen ! £ Digitaal-keuzetoets (DAT/MD) Voor weergave met een DAT cassettedeck of minidisc-speler, aangesloten op de DAT/MD ingangen. 8 7 ! ¢ Satellietradio-keuzetoets (SATL) Voor ontvangst van radiouitzendingen via een satellietontvanger, aangesloten op de SATL ingangen. ! Laserdisc-keuzetoets (LD) Voor video-weergave met een laserdisc-beeldplatenspeler, aangesloten op de LD ingangen. ! § Video-keuzetoetsen (VIDEO 1 3) Voor video-weergave met apparatuur die is aangesloten op de VIDEO 1 - 3 ingangen. ! ¶ Bandmonitortoets (TAPE MONITOR) Voor meeluisteren naar het opgenomen geluid tijdens het maken van bandopnamen. ! • Hoofdtelefoon-aansluiting (PHONES) Voor het aansluiten van een stereo hoofdtelefoon. ! ª Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS) Voor het in- en uitschakelen van de luidsprekers. Aanvullende informatie Verhelpen van storingen Als u een van de volgende problemen ondervindt bij de bediening van de versterker, kunt u deze lijst van kontrolepunten doorlopen om aan de hand hiervan het probleem te verhelpen. Mocht het probleem onopgelost blijven, neemt u dan a.u.b. kontakt op met uw dichtstbijzijnde Sony handelaar. De bedieningsaanduidingen verschijnen niet op het TVscherm. / Tijdens TV-kijken met alleen het televisietoestel ingeschakeld zullen de aanduidingen niet altijd automatisch op het scherm verschijnen bij inschakelen van de versterker. U dient in dat geval de ingangskeuze van de TV over te schakelen op “VIDEO” met de afstandsbediening van het TV-toestel. Het TV-toestel wordt uitgeschakeld bij inschakelen van de versterker met de afstandsbediening. / Zorg dat de TV is uitgeschakeld voor u de versterker met de afstandsbediening inschakelt. Bij instellen op een weergavebron in het “FUNCTION SELECT” menu wordt de gekozen weergavebron uitgeschakeld. / De weergavebron was al ingeschakeld met een andere afstandsbediening. Schakel de weergavebron alleen in met de afstandsbediening van de versterker of met de hand. Bepaalde apparatuur wordt niet uitgeschakeld door een klik op de “ALL OFF” toets. / De betreffende apparatuur was al ingeschakeld met een andere afstandsbediening. Schakel de apparatuur met de hand uit. Er klinkt geen geluid of de geluidssterkte blijft te gering. / Kontroleer of de luidsprekers en audio/ videocomponenten goed zijn aangesloten. / Kontroleer of er wel is ingesteld op de juiste weergavebron. / Kontroleer of de SPEAKERS toets in de “ON” stand staat. / Klik op het symbool als er in het uitleesvenster “MUTING” wordt aangegeven. / Er is kortsluiting opgetreden, waardoor het beveiligingscircuit is ingeschakeld (de aanduiding “PROTECTOR” knippert). Schakel de versterker uit, los het probleem 42NL dat kortsluiting veroorzaakt op en schakel het apparaat dan weer in. Geluid van links en rechts is verwisseld. / Kontroleer of de luidsprekers en audio/ video-componenten goed zijn aangesloten. / Stel de BALANCE regelaar bij. Er klinkt een hinderlijke bromtoon of andere storende achtergrondgeluiden. / Kontroleer of de luidsprekers en audio/ video-componenten goed zijn aangesloten. / Houd de aansluitsnoeren uit de buurt van een transformator of motor en tenminste 3 meter van een TV-toestel of TL-verlichting. / Plaats de geluidsinstallatie niet te dicht in de buurt van een ingeschakelde TV. / De stekkers en aansluitbussen zijn vuil. Reinig de stekkers en aansluitbussen met een doekje, licht bevochtigd met wat spiritus. Er komt geen geluid uit de middenluidspreker. / Stel in op het PRO LOGIC klankbeeld of een van de MOVIE klankbeelden (behalve het MONO MOVIE klankbeeld) (zie blz. 26 en 27). / Kies de CENTER MODE instelling die past bij uw luidspreker-opstelling (zie blz. 28). / Stel de geluidssterkte van de luidsprekers op het juiste nivo af (zie blz. 28). Opnemen is niet mogelijk. / Kontroleer of de apparatuur op de juiste wijze is aangesloten. / Stel in het “FUNCTION SELECT” menu of met de funktiekeuzetoetsen in op de juiste geluidsbron voor opname. Uit de achterluidsprekers klinkt geen geluid of de geluidssterkte blijft te gering. / Schakel de klankbeeld-akoestiekfunktie in. / Kies de CENTER MODE instelling die past bij uw luidspreker-opstelling (zie blz. 28). / Stel de geluidssterkte van de luidsprekers op het juiste nivo af (zie blz. 28). / Kontroleer of er wel een akoestiek-klankbeeld is ingeschakeld. Het afstemmen op een of meer radiozenders lukt niet. / Er zijn nog geen voorkeurzenders vastgelegd of de voorkeurzenders zijn uit het geheugen gewist (bij keuze van een voorkeurzender). Leg uw favoriete radiozenders vast in het afstemgeheugen van de tuner (zie de gebruiksaanwijzing van uw tuner). Aanvullende informatie Het geluid wordt niet met akoestiekeffekt weergegeven. / Schakel de klankbeeld-akoestiekfunktie in. / Zorg dat de SPEAKERS keuzeschakelaar staat ingesteld op “ON”. Op het TV-scherm is geen beeld of slechts een onduidelijk beeld zichtbaar. / Zorg dat op de versterker de juiste funktie is gekozen. / Kies het juiste ingangssignaal voor uw TV. / Plaats de TV niet te dicht in de buurt van de geluidsinstallatie. De beeldscherm-bediening is moeilijk of onmogelijk, vanwege niet of nauwelijks leesbare aanduidingen op het TV-scherm. / Zorg dat uw video-apparatuur niet tegelijk met de VIDEO en de S-VIDEO aansluitingen zijn verbonden. Gebruik alleen de S-VIDEO aansluitingen of alleen de VIDEO aansluitingen (als uw TV-toestel geen SVIDEO aansluitingen heeft). / Bij aansluiten van twee of meer videorecorders dient u in de verbinding met de TV-antenne een signaalverdeler op te nemen om videosignalen van goede kwaliteit te krijgen. / Maak de koppen van de videorecorder schoon. / Stel niet in op kanalen waarop geen TVzender wordt ontvangen. Zorg dat de kanalen zonder TV-ontvangst bij de zenderkeuze worden overgeslagen. / Tijdens het vooruitspoelen, terugspoelen, vertraagde weergave of in de pauzestand van de videorecorder kan er storing in het beeld verschijnen. Dit duidt niet op een defekt of onjuiste werking. Het overnemen van afstandsbedieningssignalen voor andere merken dan Sony gaat mis. / Richt de afstandsbediening van het andere apparaat recht op de infrarood-sensor voorop de versterker, op een afstand van minder dan 20 cm. / Fel licht van een tl-buis e.d. kan storing in het signaal veroorzaken. Zorg dat er geen fluorescerend licht op de infrarood-sensor valt. Opmerking Als de apparatuur ook na het opvolgen van de bovenstaande aanwijzingen nog steeds niet naar behoren werkt, of als er zich andere problemen voordoen, probeer dan het volgende: (1) Schakel het apparaat eenmaal uit en dan weer in. Helpt dit niet, dan (2) schakelt u de versterker uit met de POWER schakelaar, trekt u de stekker uit het stopkontakt en steekt u deze weer in en dan schakelt u de versterker weer in. Heeft ook dit niet het gewenste effekt, dan (3) schakelt u de versterker uit met de POWER schakelaar en schakelt u het apparaat weer in terwijl u de TAPE MONITOR toets en de VIDEO 2 toets op het voorpaneel ingedrukt houdt. Hierbij zullen echter wel alle gemaakte instellingen uit het geheugen van de versterker worden gewist. Opmerking Bij opstelling van de versterker in een audiorek met een glazen deur, kan de aanwijzer wel eens meermalen achtereen op een “toets” op het scherm klikken, ook al houdt u de insteltoets van de afstandsbediening gewoon ingedrukt (zoals bijvoorbeeld voor het vooruitzoeken tijdens weergave van video-opnamen e.d.). Dit zal dan te wijten zijn aan interferentie tussen de infrarood-sensor en de infraroodsignaalzender op het voorpaneel. Het duidt niet op een defekt of onjuiste werking. Als dit zich voordoet, kunt u beter de bijgeleverde extra infrarood-signaalzender aansluiten en deze op een geschikte plaats opstellen. Er is storing in de beeldscherm-aanduidingen bij keuze van een weergavebron in het “FUNCTION SELECT” menu. / Het videosignaal kan aan storing onderhevig zijn, maar dit duidt niet op een defekt of onjuiste werking, dus maakt u zich hierover geen zorgen. De afstandsbediening werkt niet. / Vervang beide batterijen in de afstandsbediening door nieuwe. / Er bevindt zich een obstakel tussen het apparaat en de kop van de afstandsbediening. 43NL Aanvullende informatie Video-gedeelte Ingangen Technische gegevens Gevoeligheid Impedantie Signaal/ ruisverhouding (gewogen netwerk, ingangsnivo) Versterker-gedeelte UITGANGSVERMOGEN Stereo weergave (DIN, bij 1 kHz, 4 ohm) 100 watt + 100 watt Met bij 1 kHz, 4 ohm, THV akoestiekeffekt 0,8% Luidsprekers Voorluidsprekers Uitgangsvermogen 100 watt per kanaal Middenluidspreker 100 watt Achterluidsprekers 40 watt per kanaal Frekwentiekarakteristiek PHONO: RIAA korrektiekromme ±0,5 dB CD, TAPE, DAT/MD, SATL, LD, VIDEO 1, 2: +0 10 Hz - 50 kHz –1 dB (Direkte signaalweergave) PHONO (MM) 2.5 mV CD 200 mV TUNER, TAPE, DAT/MD, 150 mV VIDEO 1, 2, 3, SATL, LD 50 75 dB** kOhm (A, 2,5 mV) Ingangen VIDEO 1, 2, 3, LD, SATL: 1 Vt-t, 75 ohm Uitgangen VIDEO 1, 2, MONITOR: 1 Vt-t, 75 ohm Algemeen Systeem Tuner-gedeelte: Quartz PLL kwarts- en fasegekoppeld digitaal synthesizer afstemsysteem Voorversterker-gedeelte: Lage-ruis NF type equalizer-versterker Eindversterker-gedeelte: Zuiver komplementaire SEPP Voeding 220-230 V wisselstroom, 50/60 Hz 50 82 dB** kOhm (A, 250 mV) ** ‘78 IHF Uitgangen REC OUT VIDEO 1, 2 (AUDIO) OUT: Uitgangsspanning: 250 mV, Uitgangsimpedantie: 10 kOhm WOOFER OUT Uitgangsspanning: 2 V Uitgangsimpedantie: 1 kOhm PHONES: Voor het aansluiten van hoog- en laagohmige hoofdtelefoons BASS BOOST +10 dB bij 70 Hz TONE ± 8 dB bij 100 Hz en 10 kHz Stroomverbruik 275 watt Netstroomuitgang Geschakeld, 120 watt Afmetingen Ca. 430 x 160 x 365 mm (b/h/d) Gewicht 11,0 kg Bijgeleverd toebehoren Afstandsbediening (1) R6 (AA-formaat) batterijen (2) Infrarood-signaalzender (1) Videokavel (1) Introduktie-handleiding en bedieningsoverzicht (1) Wijzigingen zonder kennisgeving in ontwerp en technische gegevens voorbehouden. 44NL Aanvullende informatie • 3 CH LOGIC instelling Verklarende woordenlijst CENTER MODE Aanpassing aan luidspreker-opstelling om het Dolby Pro Logic Surround geluid optimaal tot zijn recht te laten komen. Voor een zo fraai mogelijke akoestiek kiest u één van de volgende vier CENTER MODE instellingen, afhankelijk van de opstelling van uw luidsprekers. Kies de 3 CH LOGIC instelling als u beschikt over voor- en middenluidsprekers, maar niet over achterluidsprekers. Het geluid van het achterkanaal wordt via de voorluidsprekers weergegeven, zodat u enige mate van akoestiek kunt verkrijgen zonder achterluidsprekers te gebruiken. Middenluidspreker Voorluidspreker Voorluidspreker (L) (R) Achterluidspreker (L) Achterluidspreker (R) • WIDE instelling Kies de WIDE instelling als u beschikt over voor- en achterluidsprekers en een grote middenluidspreker. Met de WIDE instelling kunt u het Dolby Surround geluid optimaal benutten. Middenluidspreker Voorluidspreker Voorluidspreker (L) (R) Achterluidspreker (L) Achterluidspreker (R) • PHANTOM instelling Kies de PHANTOM instelling als u beschikt over voor- en achterluidsprekers, maar niet over een middenluidspreker. Het geluid van het middenkanaal wordt via de voorluidsprekers weergegeven. Voorluidspreker (L) Achterluidspreker (L) Voorluidspreker (R) Het totaal van de geluidssterkte van de vroege weerkaatsingen en de nagalm. Het effektnivo is op zes standen instelbaar. Naarmate u een hoger effektnivo kiest, zal de kamer “levendiger” klinken, terwijl de lagere effektnivo’s meer de indruk van een “akoestisch dode ruimte” geven. Parameter Middenluidspreker Voorluidspreker Voorluidspreker (L) (R) • NORMAL instelling Kies de NORMAL instelling als u beschikt over voor- en achterluidsprekers en een kleine middenluidspreker. Aangezien een kleine middenluidspreker onvoldoende basgeluid kan produceren, wordt het basgeluid van het middenkanaal via de voorluidsprekers weergegeven. Effektnivo Een instelbare grootheid die mede het geluidsbeeld bepaalt, zoals de klankkleur of de vertragingstijd. Door bijregelen van de diverse parameters kunt u de voorgeprogrammeerde akoestiekeffekten van de tuner/versterker aanpassen aan uw smaak in muziek en uw luistersituatie. Programmeerbare afstandsbediening Vertragingstijd De vertragingstijd is het tijdsverschil tussen de akoestiek-weergave van de voorluidsprekers en die van de achterluidsprekers. Door de vertragingstijd van de achterluidsprekers in te stellen, kunt u de sfeer van verschillende luisterruimtes nabootsen. Als u uw achterluidsprekers in een kleine kamer of dicht in de buurt van uw luisterpositie heeft opgesteld, maakt u de vertragingstijd langer. Voor een ruime kamer of wanneer de achterluidsprekers ver van de luisterpositie vandaan staan opgesteld, maakt u de vertragingstijd korter. Dolby Pro Logic Surround Decodeersysteem van Dolby Surround geluid waarmee TV-programma's en videocassettes zijn opgenomen. Vergeleken met het vorige Dolby Surround systeem, zorgt de Dolby Pro Logic Surround voor verbetering van het geluidsbeeld door gebruik van vier afzonderlijke kanalen: voor het doorsturen van de geluidseffekten buiten beeld, het dialoog in beeld, de beweging van het filmgeluid en de muziek. Dit stelt u in staat een sfeer te verkrijgen vergelijkbaar aan die in een bioskoop. Om van de Dolby Pro Logic te kunnen benutten, heeft u een paar achterluidsprekers en/of een middenluidspreker nodig. Om de akoestiek zo goed mogelijk tot zijn recht te laten komen, dient u eerst de CENTER MODE instelling te kiezen die het beste past bij uw luidsprekeropstelling. Een afstandsbedieningseenheid met het vermogen nieuwe bedieningscommando’s “aan te leren”, d.w.z. over te nemen van andere afstandsbedieningseenheden. Dit stelt u in staat niet slechts Sony componenten, maar ook apparatuur van andere merken met deze ene afstandsbediening te bedienen. Akoestiekeffekt Een geluidspatroon of klankbeeld dat een geluidsbron in een bepaalde omgeving oproept door een kombinatie van direkt en weerkaatst geluid in de natuurlijke akoestiek van de luisterruimte. Deze versterker biedt zes voorgeprogrammeerde akoestiekeffekten, zoals PRO LOGIC, MOVIE, MUSIC 1, MUSIC 2, SPORTS en GAME, waarmee u moeiteloos kunt genieten van allerlei treffende klankbeelden. Akoestisch rondom-geluid Dit geluid bestaat uit drie geluidscomponenten: rechtstreeks geluid, vroeg weerkaatst geluid en een nagalm. De akoestiek van de ruimte waarin u zich bevindt beïnvloedt de wijze waarop deze drie geluidscomponenten te horen zijn. De versterker kombineert deze geluidscomponenten op een dusdanige manier dat diverse luisteromgevingen, zoals bijvoorbeeld een concertzaal, kunnen worden nagebootst. • Zaal-geluidscomponenten Vroege weerkaatsingen Nagalm Dolby Surround Codeer- en decodeersysteem van Dolby Surround geluid voor thuisgebruik. De Dolby Surround decodeert de extra kanalen op de geluidssporen van met Dolby Surround geluid opgenomen videofilms en TVprogramma's, en produceert geluidseffekten en echo's waardoor u zich middenin de aktie waant. Dolby Surround is in deze versterker als een akoestiek-instelling voorgeprogrammeerd. Als u over achterluidsprekers of een middenluidspreker(s) beschikt, wordt aanbevolen het Dolby Surround geluidsbeeld bij te regelen door kiezen van de CENTER MODE instelling die bij uw luidsprekeropstelling past. Dit stelt u in staat de Dolby Pro Logic Surround ten volle te benutten. Rechtstreeks geluid • Overdracht van het geluid van de achterluidsprekers Rechtstreeks Nivo geluid Vroege weerkaatsingen Nagalm Vroege weerkaatsingstijd Tijd Achterluidspreker (R) 45NL Aanvullende informatie Dolby Surround geluid 28, 45 CENTER MODE aanpassing 15, 25 3 CH LOGIC instelling 15, 25 Doorzoeken lijst met compact discs 34 voorkeurzenders 32 Testtoon Het geluidssignaal dat de tuner te horen geeft aan de hand waarvan u de geluidssterkte van de luidsprekers kunt afstellen. De testtoon is als volgt via elk van de luidsprekers te horen: • Bij een geluidsinstallatie met een middenluidspreker (NORMAL/WIDE/3 CH LOGIC instellingen) Index A Aanpassen Afstandsbediening 20-22 akoestiekeffekten 29 toon-bijregeling 29 Aansluiten: Zie Aansluitingen Aansluiten van audioapparatuur 8 Aansluitingen audio-apparatuur 8 infrarood-signaalzender 8 luidsprekers 9 netsnoer 11 overzicht 7 TV/videorecorder 10 Achterpaneel 8-11, 41 Afstandsbediening 12-21, 38 batterijen insteken 12 bediening van andere apparatuur dan Sony 14, 16, 20 bediening van Sony apparatuur 14, 16 bediening zonder TV 36 gevoeligheid 38 instellen en klikken 12 Afstandsbedieningssignalen overnemen 14, 16, 20 Akoestiek 13-19, 25, 26 Akoestiekeffekten aanpassen 29 voorgeprogrammeerde 26 Akoestiek-parameters 30 Automatische afspeelfunktie 37 Automatische weergavestart 37 De testtoon wordt achtereenvolgens weergegeven via de linker voorluidspreker, de middenluidspreker, de rechter voorluidspreker en de achterluidsprekers. Voor (L) Voor (R) Midden 3 CH LOGIC Achter (L, R) NORMAL/WIDE • Bij een geluidsinstallatie zonder middenluidspreker (PHANTOM instelling) De testtoon wordt afwisselend via de voor- en achterluidsprekers weergegeven. Voor (L, R) PHANTOM Achter (L, R) Effektnivo 30, 45 G, H Geheugenafstemming 32 Groeperen van compact discs 33 I, J INDEX funktie. Zie Naamgeving Infrarood-signaalzender 8, 39 Instellen geluidsnivo 9 klank 9, 17 luidspreker-geluidssterkte 16 vertragingstijd 16 K Kiezen van een weergavebron 22 Klankbeelden: Zie Akoestiekeffekten Kopiëren: Zie Opnemen L Luidsprekers aansluiten 9 impedantie 44 opstelling 9 M B Bedieningsreeksen 34, 35 Bijregelen beeldscherm-aanduidingen 38, 39 geluidsnivo 28, 30 gevoeligheid van de afstandsbediening 38 klank 29 luidspreker-geluidssterkte 16 parameters 30 vertragingstijd 29 C Monteren van opnamen: Zie Opnemen N Naamgeving beeld/geluidsbronnen 31 compact discs 32 voorkeurzenders 31 weergavebronnen 31 NORMAL instelling 28, 45 O Opnemen 24 CENTER MODE instelling 28, 45 3 CH LOGIC 28, 45 NORMAL instelling 28, 45 PHANTOM 28, 45 WIDE 28, 45 CD-wisselaar bediening 33 D Dolby Pro Logic optimaal benutten 28 Surround 45 46NL E, F P, Q, R, S PHANTOM instelling 28, 45 Programmeren van de afstandsbediening 14, 16, 20 wissen van signalen 15, 18, 21 Sluimerfunktie 25 Aanvullende informatie T Testtoon 28, 46 TV/videorecorder aansluitingen 7 U Uitleesvenster 36 Uitpakken 7 V Verhelpen van storingen 42 Vertragingstijd 29, 46 Voorpaneel 40 W, X, Y Weergavebron kiezen 22 WIDE instelling 28, 45 Z Zendernamen 31 47NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139

Sony TA-VE800G de handleiding

Type
de handleiding