Samlexpower E-XPERT MODULAR de handleiding

Type
de handleiding
High Precision Modular Battery Monitor
Expert Modular
Gebruiksaanwijzing
SAMLEX EUROPE® B.V.
Aris van Broekweg 15, 1507BA, Zaandam, The Netherlands
http://www.samlex.com
2
3
Notice of Copyright
Expert Modular owner’s manual © 2017-2019 SAMLEX EUROPE® B.V. All rights reserved. No part
ofthis document may be reproduced in any form or disclosed to third parties without the
expresswritten permission of SAMLEX EUROPE® B.V., Aris van Broekweg 15, 1507BA, Zaandam,
The Netherlands. SAMLEX EUROPE® B.V. reserves the right to revise this document and to
periodically make changes to the content hereof without obligation or organization of such revisions
or changes, unless required to do so by prior arrangement.
Exclusions for documentation and product usage
UNLESS SPECIFICALLY AGREED TO IN WRITING, SAMLEX EUROPE® B.V. (“SAMLEX”) :
1. MAKES NO WARRANTY AS TO THE ACCURACY, SUFFICIENCY OR SUITABILITY OF ANY
TECHNICAL OR OTHER INFORMATION PROVIDED IN ITS MANUALS OR OTHER
DOCUMENTATION
2. ASSUMES NO RESPONSIBILITY OR LIABILITY FOR LOSSES, DAMAGES, COSTS OR EXPENSES,
WHETHER SPECIAL, DIRECT, INDIRECT, CONSEQUENTIAL OR INCIDENTAL, WHICH MIGHT
ARISE OUT OF THE USE OF SUCH INFORMATION. THE USE OF ANY SUCH INFORMATION
WILL BE ENTIRELY AT THE USER’S RISK
3. REMINDS YOU THAT IF THIS MANUAL IS IN ANY LANGUAGE OTHER THAN ENGLISH OR
DUTCH, ALTHOUGH STEPS HAVE BEEN TAKEN TO MAINTAIN THE ACCURACY OF THE
TRANSLATION, THE ACCURACY CANNOT BE GUARANTEED.
4. MAKES NO WARRANTY, EITHER EXPRESSED OR IMPLIED, INCLUDING BUT NOT LIMITED TO
ANY IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY OR FITNESS FOR A PARTICULAR
PURPOSE, REGARDING THESE SAMLEX PRODUCTS AND MAKES SUCH SAMLEX PRODUCTS
AVAILABLE SOLELY ON AN “AS IS” BASIS.
5. SHALL IN NO EVENT BE LIABLE TO ANYONE FOR SPECIAL, COLLATERAL, INCIDENTAL, OR
CONSEQUENTIAL DAMAGES IN CONNECTION WITH OR ARISING OUT OF PURCHASE OR
USE OF THESE SAMLEX PRODUCTS. THE SOLE AND EXCLUSIVE LIABILITY TO SAMLEX,
REGARDLESS OF THE FORM OF ACTION, SHALL NOT EXCEED THE PURCHASE PRICE OF THE
SAMLEX PRODUCTS DESCRIBED HERE IN.
Document name, date and part number
“E-Mod SAMLEX Manual Rev2endfs”, March 2019, 83766
4
INHOUDSOPGAVE
1. INTRODUCTIE ....................................................................................................................................... 5
1.1 Algemeen .................................................................................................................................. 5
1.2 Doosinhoud ............................................................................................................................... 5
1.3 Waarom een accu gemonitord zou moeten worden ................................................................ 5
1.4 Expert Modular bijzonderheden ............................................................................................... 6
1.5 CDU display en bedieningsoverzicht ......................................................................................... 6
1.6 De status indicator van de actieve shunt .................................................................................. 7
2. SNELSTART ........................................................................................................................................... 8
2.1 Algemeen .................................................................................................................................. 8
2.2 De Setup wizard ........................................................................................................................ 8
3. NORMALE GEBRUIKSMODUS ............................................................................................................. 10
3.1 Overzicht van parameter uitlezingen ...................................................................................... 10
3.2 Display berichten ..................................................................................................................... 12
3.3 Synchronisatie ......................................................................................................................... 12
4. STATUS MENU .................................................................................................................................... 13
5. HISTORIE MENU ................................................................................................................................. 14
6. FUNCTIE SETUP MENU ....................................................................................................................... 15
6.1 ‘Main’ accu bank 1 eigenschappen ......................................................................................... 15
6.2 Accu bank 2 eigenschappen .................................................................................................... 17
6.3 Accu bank 3 eigenschappen .................................................................................................... 18
6.4 Systeem eigenschappen .......................................................................................................... 18
6.5 Alarm eigenschappen .............................................................................................................. 18
6.6 Display eigenschappen ............................................................................................................ 21
6.7 Globale eigenschappen ........................................................................................................... 22
6.8 Geavanceerde eigenschappen ................................................................................................ 23
7. RESET MENU ...................................................................................................................................... 24
8. VERGRENDEL MENU .......................................................................................................................... 25
8.1 Het vergrendelen van de Expert Modular .............................................................................. 25
8.2 Het ontgrendelen van de Expert Modular .............................................................................. 26
9. STORINGSTABEL ................................................................................................................................. 26
10. TECHNISCHE SPECIFICATIES ............................................................................................................. 27
11. GARANTIE CONDITIES ...................................................................................................................... 28
12. CONFORMITEITSVERKLARING .......................................................................................................... 29
Appendix 1: Middelpunt spanningsmeting van een 24V of 48V accubank ........................................... 30
5
1. INTRODUCTIE
1.1 Algemeen
Wij danken u voor de aankoop van een SAMLEX EUROPE (SAMLEX) accu monitor. Leest u alstublieft
deze gebruiksaanwijzing en de meegeleverde installatie voorschriften zorgvuldig door, voor een
correct en veilig gebruik van dit product. Om alle documentatie snel te kunnen raadplegen, is het
raadzaam deze in de buurt van het product te houden.
Voor de meest recente versie van de gebruiksaanwijzing plus toevoegingen, raadpleegt u dan de
Download sectie van onze website op https://www.samlex.com/service/
Het doel van deze gebruiksaanwijzing en de installatie voorschriften is het geven van uitleg over de
procedures voor installatie, configuratie en werking van de accu (of batterij-) monitor. De instructies
voor de installatie zijn bedoeld voor installateurs met kennis en ervaring op het gebied van
elektronische apparatuur, kennis van de benodigde installatie normen en besef van gevaren bij het
uitvoeren van elektrotechnische werkzaamheden en hoe deze gevaren te reduceren.
1.2 Doosinhoud
De productdoos dient de volgende onderdelen te bevatten:
Actieve shunt module
Bedienings- en display unit (CDU)
Voedingskabel met zekering
Shunt naar CDU kabel
Zakje met rubber afdekkapjes
Gebruiksaanwijzing
Installatie voorschriften
Neemt u alstublieft contact op met uw leverancier indien één van deze onderdelen beschadigd of
niet aanwezig is.
1.3 Waarom een accu gemonitord zou moeten worden
Het gebruik van uw accubank zonder monitoring is zoals autorijden zonder meters, hoewel dit
mogelijk is, is het beter om te weten hoeveel brandstof er bijvoorbeeld nog in de tank zit.
Het is een complexe taak om de hoeveelheid aanwezige energie in een accu de definiëren. Dit
aangezien de ouderdom van de accu, de accustroom en de temperatuur allen invloed op de actuele
capaciteit van de accu hebben. De Expert Modular is voorzien van geavanceerde meetcircuits en
complexe software algoritmes, om de exacte resterende capaciteit van de accu te bepalen.
Naast het aanbieden van een nauwkeurige laadstatus in %, helpt de Expert Modular gebruikers ook
hoe de beste levensduur uit de accu te krijgen. De levensduur van accu’s wordt negatief beïnvloed
door excessief diepe ontlading, onder- of overlading en/of hoge temperaturen. De gebruiker kan
dergelijk misbruik makkelijk detecteren op het duidelijke scherm van de Expert Modular. Ook
6
kunnen alarmen geactiveerd worden wanneer er bepaalde grenzen overschreden zijn, zodat er
meteen maatregelen ondernomen kunnen worden. Al deze functies zijn bedoeld om de levensduur
van de accu te verlengen en zal op langere termijn dus kosten besparen.
1.4 Expert Modular bijzonderheden
De Expert Modular is een zeer geavanceerde accu monitor uit onze nieuwste generatie. Deze bestaat
uit een intelligente actieve shunt en een separate bedienings- en display unit (CDU). De shunt heeft
gestandaardiseerde basisafmetingen voor een perfecte integratie met onze DC Modular serie, welke
uit busbars en zekeringhouders voor hoge stromen bestaat.
Naast het tonen van de actuele laadstatus van uw accu, biedt de Expert Modular vele extra functies
om uw accu systeem optimaal te kunnen controleren. Eventueel kan er ook externe apparatuur
aangestuurd worden. De Expert Modular is geschikt voor lood- en Lithium (LiFePO4) accu’s.
De Expert Modular kan tot drie accubanken monitoren. De ingangen van accubank 2 en 3 kunnen
ook voor andere doeleinden geconfigureerd worden, zoals middelpuntspanningsmeting,
sleutelschakelaar ingang of display verlichtingsbesturing. De Expert Modular accu monitor kan
gelijkstromen tot 600A (500A continu) en spanningen tot 70Vdc meten. Zo kan elke lood- of lithium
accu van 12V tot en met 48V direct aangesloten worden.
De installatie tijd is minimaal. Naast één voedingsdraad voor de actieve shunt is er slechts een enkele
‘QLink’ (QuickLink) kabel tussen de shunt en de CDU nodig. Daarnaast dient de minkabel van de accu
onderbroken te worden om de shunt er tussen te plaatsen. De Expert Modular is uitgevoerd met
twee QLink poorten. In de meest eenvoudige installatie wordt één van deze poorten gebruikt voor
de verbinding naar de CDU. De tweede poort kan worden gebruikt voor het aansturen van optionele
accessoires, zoals een communicatie interface of de alarm relais uitbreidingskit.
1.5 CDU display en bedieningsoverzicht
De onderstaande afbeelding toont de inhoud van het display en de bedieningstoetsen.
7
1. Linker toets (<) of vorige waarde
2. Menu- of Enter toets
3. Rechter toets (>) of volgende waarde
4. 7 karakter informatieveld
5. Alarm indicator
6. Accu selectie indicator
7. Indicatieveld voor de laadstatus (ook voor Functie, Status en historie parameter nummers)
8. Laadstatus (SoC) indicator. Het 5 segmenten tellende 0 - 100% raster toont een animatie
wanneer er een laadstroom (draait met de klok mee) of een ontlaadstroom (draait tegen de
klok in) aanwezig is. De animatie snelheid zal toenemen wanneer de laad- of ontlaadstroom
toeneemt.
1.6 De status indicator van de actieve shunt
De aansluitingen en installatie details van de actieve shunt staan reeds vermeld in het installatie-
voorschriftenblad. De statusindicator van de shunt verdient echter speciale aandacht. Zie de
onderstaande afbeelding voor locatie van deze statusindicator:
De statusindicator kent meerdere operatiemodi welke onderling verschillen in kleur of flits interval.
Zie de onderstaande tabel voor een overzicht van de operatiemodi:
Tabel 1
Status kleur
Status flits interval
1)
Omschrijving
Groen
Langzaam
Hoofd accu in orde (SoC > 50%)
Oranje
Langzaam
Hoofd accu moet opgeladen worden (SoC = 30 50%)
Rood
Langzaam
Hoofd accu leeg, onmiddellijk opladen (SoC < 30 %)
Rood
Snel
Foutmelding
Oranje
Snel
Initialiseren
1)
Status flits interval tijden zijn 2 seconden voor ‘Langzaam’ en 0,5 seconden voor ‘Snel’
8
2. SNELSTART
2.1 Algemeen
Dit hoofdstuk beschrijft de minimale hoeveelheid stappen die nodig zijn om uw Expert Modular
correct te laten werken. Verondersteld wordt dat de bijgevoegde installatievoorschriften zorgvuldig
zijn opgevolgd en dat de Expert Modular voor de eerste keer ingeschakeld wordt. Hierna zal de
zogenaamde Setup wizard automatisch starten. Indien de Setup wizard niet start bij het aanzetten
en gewoon naar de normale gebruiksmodus springt, is de Expert Modular reeds eerder
geconfigureerd. In dat geval kunt u kiezen om een reset naar de standaard fabrieksinstellingen uit te
voeren (zie hoofdstuk 7 voor meer informatie) en opnieuw te starten. Leest u alstublieft het
volgende hoofdstuk door voor meer details over de Setup wizard.
2.2 De Setup wizard
De Setup wizard zal u door een aantal basisstappen leiden die essentieel zijn voor een correct
functionerende Expert Modular. Het is niet mogelijk om een andere Functie instelling te benaderen
voordat de installatie wizard afgerond is.
Step 1-2: ‘Main’ accutype
Het display zal starten met het accu type selectiescherm. U kunt de linker- (<) en rechter (>)
toetsen gebruiken om tussen AGM(standaard), GEL, Flooded en Lithium LiFePO4 te
bladeren. Raadpleegt u alstublieft uw accu gebruiksaanwijzing of leverancier voor het
achterhalen van uw juiste accutype. Zodra de selectie is gemaakt dient de MENU knop
ingedrukt te worden om naar de volgende stap te gaan.
Step 2-2: ‘Main’ accucapaciteit
De standaard waarde voor de accucapaciteit is 200Ah. Dit kan veranderd worden door middel
van de linker (<) en rechter (>) toetsen totdat de gewenste waarde is bereikt. De standaard
waarde van de accucapaciteit is gebaseerd op een ontladingstijd van 20 uur. Indien uw
accucapaciteit is gebaseerd op een andere ontladingstijd, dan kan dit later in Functie F1.2 (zie
9
hoofdstuk 6.1) aangepast worden. Zodra de selectie gemaakt is, dient de MENU toets voor 3
seconden ingedrukt te worden om de Setup wizard af te ronden.
Indien u later wijzigingen in het ‘Main’ accutype of de capaciteit wilt maken, kunt u dit
altijd doen in de Functies F1.0 en F1.1 (zie hoofdstuk 6.1)
De Setup wizard bevat geen configuratie stappen voor accu banken die aangesloten zijn
op de B2 en B3 ingangen. Indien uw systeem een tweede of derde accu bevat,
configureert u deze manueel door middel van Functies F2 en F3 (zie hoofdstuk 6.2 en 6.3).
Nadat de Setup wizard afgerond is, heeft de Expert Modular een paar seconden nodig om uw accu te
analyseren voor de bepaling van de nominale accuspanning en de huidige laadtoestand (%). De
laadtoestand uitlezing zal tijdens de calculatie een kleine animatie tonen.
!
Indien een lithium accu type is geselecteerd, zal alleen de nominale accuspanning
bepaald worden. Een startwaarde voor de laadstatus zal nog niet beschikbaar zijn en
wordt getoond als - - %‘. Om een exacte laadstatus waarde te krijgen, is een complete
laadcyclus nodig.
!
Voor de hoogste nauwkeurigheid is het belangrijk dat de accu tijdens de analyse niet
geladen of ontladen wordt!
Indien uw accu een andere nominale spanning heeft dan vermeld staat in tabel 2, dient u dit
manueel te wijzigen in de geavanceerde Functie A07.
Tabel 2 geeft aan hoe de Expert Modular de nominale spanning van de accu bank vaststelt. Deze
tabel is geldig voor alle drie de ingangen. Houd er alstublieft rekening mee dat ingangen +B2 en +B3
geen LiFePO4 accu’s ondersteunen. Zoals u kunt zien in tabel 2, wordt ook het aantal geschatte
accucellen genoemd. Behalve voor individuele 2V lood- of 3V lithium cellen, bevatten alle accu’s een
aantal interne cellen in serie. Een 12V loodaccu bijvoorbeeld, bevat 6 interne cellen. Het aantal
cellen is belangrijk voor de Expert Modular, aangezien de calculatie algoritmen hierop gebaseerd zijn
voor een optimale nauwkeurigheid.
Tabel 2
Gemeten spanning
Geschatte nominale spanning
voor op lood gebaseerde accu
(aantal interne cellen)
Geschatte nominale spanning voor
LiFePO4 gebaseerde accu
(aantal interne cellen)
Vbatt < 5.0V
-
-
5.0 < Vbatt < 7.5V
6V (3 cellen)
6V (2 cellen)
7.5 < Vbatt < 10.0V
6V (3 cellen)
9V (3 cellen)
10.0 < Vbatt < 15.0V
12V (6 cellen)
12V (4 cellen)
15.0 < Vbatt < 20.0V
18V (9 cellen)
18V (6 cellen)
20.0 < Vbatt < 30.0V
24V (12 cellen)
24V (8 cellen)
30.0 < Vbatt < 40.0V
36V (18 cellen)
36V (12 cellen)
VBatt > 40.0V
48V (23 cellen)
48V (16 cellen)
10
Zodra de Expert Modular de geschatte waarde van de laadstatus toont, is het klaar voor gebruik! Na
verloop van tijd, zal het de accu beter leren kennen en de geschatte laadstatus zal steeds
nauwkeuriger worden.
3. NORMALE GEBRUIKSMODUS
3.1 Overzicht van parameter uitlezingen
In de normale gebruiksmodes, kan de Expert Modular een grote hoeveelheid belangrijke accu
parameters tonen. Toegang tot elke parameter is te krijgen door middel van het drukken op de linker
(<) of rechter (>) toetsen. De belangrijkste parameter is de laadstatus in %. Deze waarde zal altijd
getoond worden en is gekoppeld aan de ronde indicatorbalk aan de buitenste rand van het display.
Tevens kan de Expert Modular een tweede parameter tonen op de onderste regel van het display.
Standaard zijn de parameters spanning, stroom, tijd-te-gaan en temperatuur ingeschakeld, waarbij
de temperatuur alleen wordt weergegeven als er een optionele temperatuur sensor is aangesloten.
Aanvullende parameters die standaard zijn uitgeschakeld zijn vermogen en Ampère-uren.
De weergave van individuele parameters kunnen ingeschakeld of uitgeschakeld worden door middel
van de Functies F9.0 tot F9.8.
Met de standaard instellingen verdwijnt de tweede parameter automatisch na 120 seconden,
gemeten vanaf het laatste moment dat de Expert Modular bediend is geweest. Dit houdt het display
overzichtelijk onder normale condities en zal de voorkeur hebben bij minder technische
eindgebruikers. Met Functie F9.9 kan deze tijd gewijzigd worden, of de optie geselecteerd worden
om de tweede parameter altijd te blijven weergeven (auto hide = OFF). De onderstaande tabel toont
alle beschikbare parameter uitlezingen:
Tabel 3
Laadstatus (SoC) (%)
De laadstatus (SoC) is de belangrijkste accu parameter. Het
geeft exact de resterende capaciteit van de accu weer. Deze
waarde is gecompenseerd voor alle bekende accu variabelen
zoals leeftijd, laad/ontlaadstroom en temperatuur. 100%
geeft een volledig geladen accu weer, terwijl 0% een compleet
lege accu weergeeft. Gemiddeld genomen dient een op lood
gebaseerde accu opgeladen te worden wanneer de laadstatus
onder de 50% is gezakt. Bij op lithium gebaseerde accu’s is dit
niveau meestal een stuk lager. Raadpleeg hiervoor de accu
documentatie.
‘Main’ accu spanning (V)
Toont de spanning van de ‘Main’ (hoofd-) accu bank welke is
aangesloten op de +B1 ingang.
11
Accu bank 2 spanning (V)
Toont de spanning van accu bank 2 (aangesloten op de +B2
ingang). Deze waarde kan alleen getoond worden als de +B2
ingang geconfigureerd is als een tweede accu ingang (zie
Functie F2.0).
Accu bank 3 spanning (V)
Toont de spanning van accu bank 3 (aangesloten op de +B3
ingang). Deze waarde kan alleen getoond worden als de +B3
ingang geconfigureerd is als een derde accu ingang (zie Functie
F3.0).
‘Main’ accu stroom (A)
Toont de huidige ‘Main’ accu stroom. Een negatieve waarde
betekent een ontlaadstroom en een positieve waarde een
laadstroom.
‘Main’ accu vermogen (W)
Toont het huidige vermogen van de ‘Main’ accu. Een negatieve
waarde betekent dat dit vermogen onttrokken wordt van de
accu, terwijl een positieve waarde het door de accu
geconsumeerde vermogen aangeeft. Deze uitlezing staat
standaard uitgeschakeld en kan ingeschakeld worden door
middel van Functie F9.2.
‘Main’ accu Amp.-uren (Ah)
Toont de hoeveelheid ontladen Ampere-uren van de accu.
Deze uitlezing is standaard uitgeschakeld en kan ingeschakeld
worden door middel van Functie F9.3.
‘Main’ accu tijd-te-gaan (h:m)
Toont hoeveel tijd er nog over is bij de huidige ontlading,
voordat de accu leeg is.
12
Temperatuur (°C)
Toont de temperatuur van de accu indien er een temperatuur
sensor aangesloten is op de Expert Modular. De standaard
temperatuureenheid is °C, maar kan ook in °F gezet worden
door middel van Functie F10.3.
3.2 Display berichten
De Expert Modular kan een aantal status berichten weergeven op het display. Dit kunnen algemene
status berichten zijn, maar ook alarm- of foutmeldingen. De onderstaande tabel toont de op dit
moment beschikbare berichten.
Tabel 4
Bericht
Uitleg
‘<accu naam> Battery Full’
The ‘Main’ accu is volledig opgeladen. ‘<accu naam>’ wordt
vervangen door de naam welke staat ingesteld in Functie 1.7
‘Low Voltage’
Alarm voor lage accuspanning
1)
‘High Voltage’
Alarm voor hoge accuspanning
1)
‘Low Battery’
Alarm voor lage laadstatus (%) van de ‘Main’ accu
1)
‘Low Time Remaining’
Alarm voor lage tijd-te-gaan van de ‘Main’ accu
1)
‘High Charge Current’
Alarm voor hoge laadstroom van de ‘Main’ accu
1)
‘High Discharge Current’
Alarm voor hoge ontlaadstroom van de ‘Main’ accu
1)
‘Low Temperature’
Alarm voor lage temperatuur van de ‘Main’ accu
1)
‘High Temperature’
Alarm voor hoge temperatuur van de ‘Main’ accu
1)
‘High Midpoint Deviation’
Alarm voor hoge middelpuntspanningsafwijking van de ‘Main’ accu
1)
1)
Het nummer binnen het accu pictogram geeft aan op welke accu het bericht betrekking heeft.
3.3 Synchronisatie
De Expert Modular is een nieuwe generatie accu monitor die niet specifiek een volledige
synchronisatie vereist voor het daadwerkelijke gebruik (behalve bij LiFePO4 accu’s). De intelligente
interne algoritmen kunnen bij het opstarten al een laadstatus schatten door het uitvoeren van een
korte accu analyse. In tegenstelling tot veel andere accu monitoren op de markt, zal de Expert
Modular niet makkelijk uit synchronisatie raken wanneer de accu niet vaak genoeg volledig
opgeladen (gesynchroniseerd) wordt.
Niettemin is het voor de meest accurate laadstatus uitlezing, aan te raden om de Expert Modular
regelmatig met uw accu te synchroniseren. Een synchronisatie stap betekent niets meer dan het
uitvoeren van een complete laadcyclus op uw accu. De Expert Modular zal automatisch detecteren
wanneer er een volledige laadcyclus is uitgevoerd en zal de laadstatus terugzetten naar 100%.
Het periodiek uitvoeren van een volledige laadcyclus is ook belangrijk om de accu gezond te houden
en zal de levensduur verlengen.
13
Naast de automatische synchronisaties, kunt u de Expert Modular en uw accu ook
manueel synchroniseren, indien u er zeker van bent dat de accu volledig geladen is. Dit
kan bereikt worden door de linker (<) en rechter (>) toets tegelijkertijd voor 3 seconden
in te drukken. Na deze 3 seconden zal de laadstatus teruggezet worden naar 100%.
4. STATUS MENU
Het Status menu is een uitleesmenu, welke de status van diverse Expert Modular items toont. Dit
menu kan bereikt worden via de volgende toets combinatie:
Wanneer het Status menu bereikt is, kunt u de linker (<) en rechter (>) toetsen gebruiken om door
de diverse status items te bladeren. Door op de MENU toets te drukken, kan het op dat moment
geselecteerde status item bekeken worden. Door opnieuw de MENU toets in te drukken, kunt u
terug stappen naar het Status menu. Vanuit elke menu positie kan worden terug gestapt naar de
normale mode door de MENU toets voor 3 seconden in te drukken. De Expert Modular zal
automatisch na 30 seconden terug gaan naar de normale gebruiksmode indien er gedurende die tijd
geen toetsen worden ingedrukt.
De volgende Status menu items zijn beschikbaar:
Tabel 5
Status item
Status beschrijving
S 1.0
Name. Toont de naam van dit product.
S 1.1
Firmware version. Toont de firmware (software) versie van dit product.
S 1.2
Hardware version. Toont de hardware versie van dit product.
S 1.3
Serial number. Toont het serienummer van dit product.
S 2.0
Alarm 1. Toont of Alarm 1 geactiveerd is.
S 2.1
Alarm 2. Toont of Alarm 2 geactiveerd is.
S 2.2
Alarm 3. Toont of Alarm 3 geactiveerd is.
S 2.3
Alarm 4. Toont of Alarm 4 geactiveerd is.
S 3.0
‘State of Health (SoH)’. Toont de algemene conditie van uw accu systeem.
S 3.1
Midpoint voltage. Toont de huidige middelpuntspanningswaarde.
S 3.2
Midpoint deviation. Toont het huidige afwijkingspercentage van de
middelpuntspanning.
S 4.0
Total hours. Toont het aantal uren dat dit product in gebruik is.
14
S 4.1
Maintenance hours. Toont het aantal uren voordat er onderhoud nodig is.
S 4.3
Hours since charged. Toont het aantal uren vanaf wanneer de accu voor het
laatst opgeladen is.
S 4.4
Hours since synchronized. Toont het aantal uren nadat de Expert Modular voor
het laatst gesynchroniseerd is met de ‘Main’ accu.
5. HISTORIE MENU
Het Historie menu is een uitleesmenu welke de historische data van de Expert Modular toont.
Historische data zijn zogenaamde bijzondere gebeurtenissen welke worden opgeslagen in het
interne geheugen. Dit menu kan met de volgende toets combinatie bereikt worden:
Wanneer het Historie menu bereikt is, kunt u de linker (<) en rechter (>) toetsen gebruiken om door
de diverse historie items te bladeren. Door op de MENU toets te drukken, kan het geselecteerde
Historie item bekeken worden. Door opnieuw de MENU toets in te drukken, kunt u terug stappen
naar het Historie menu. Vanuit elke menu positie kan weer worden terug gestapt naar de normale
gebruiksmodes door de MENU toets voor 3 seconden in te drukken. De volgende Historie menu
items zijn beschikbaar :
Tabel 6
Historie item
Historie beschrijving
H 1.0
Average discharge (Ah). Gemiddelde ontlading van de ‘Main’ accu in Ah. Dit
getal wordt opnieuw berekend na elke synchronisatie.
H 1.1
Average discharge (%). Gemiddelde ontlading van de ‘Main’ accu in %. Dit getal
wordt opnieuw berekend na elke synchronisatie.
H 1.2
Deepest discharge (Ah). Diepste ontlading van de ‘Main’ accu in Ah.
H 1.3
Deepest discharge (%).Diepste ontlading van de ‘Main’ accu in %.
H 1.4
Total Ah removed. Het totaal aantal Ampere-uren dat is ontladen uit de
accu. Wanneer dit getal de 999Ah overschrijdt, wordt omgeschakeld naar de
eenheid kAh en moet de getoonde waarde met 1000 vermenigvuldigd worden.
H 1.5
Total Ah charged. Het totaal aantal Ampere-uren dat is opgenomen door de
‘Main’ accu. Wanneer dit getal de 999Ah overschrijdt, wordt omgeschakeld naar
de eenheid kAh en moet de getoonde waarde met 1000 vermenigvuldigd
worden.
H 1.6
Total kWh removed. Het totaal aantal kWh dat is ontladen uit de ‘Main’ accu.
Wanneer dit getal de 999kWh overschrijdt, wordt omgeschakeld naar de
eenheid MWh.
H 1.7
Total kWh charged’. Het totaal aantal kWh dat is geconsumeerd door de ‘Main’
accu. Wanneer dit getal de 999kWh overschrijdt, wordt omgeschakeld naar de
eenheid MWh.
15
H 1.8
Cycle count. Het aantal laad / ontlaad cycli.
H 1.9
Synchronization count. The aantal synchronisaties
H 2.0
Alarm 1 count. Het aantal keer dat Alarm 1 geactiveerd is geweest.
H 2.1
Alarm 2 count. Het aantal keer dat Alarm 2 geactiveerd is geweest.
H 2.2
Alarm 3 count. Het aantal keer dat Alarm 3 geactiveerd is geweest.
H 2.3
Alarm 4 count. Het aantal keer dat Alarm 4 geactiveerd is geweest.
6. FUNCTIE SETUP MENU
In het Functie setup menu, kan uw Expert Modular naar behoefte worden aangepast. Dit menu kan
alleen benaderd worden nadat u de initiële Setup wizard heeft uitgevoerd. Dit menu kan met de
volgende toets combinatie bereikt worden:
Wanneer het Functie setup menu bereikt is, kunt u de linker (<) en rechter (>) toetsen gebruiken om
door de diverse Functies te bladeren. Door op de MENU toets te drukken, kan de waarde van de
geselecteerde Functie bekeken worden. De linker (<) en rechter (>) toetsen kunnen nu gebruikt
worden om deze waarde te wijzigen. Door opnieuw op de MENU toets te drukken kan worden terug
gestapt naar het Functie setup menu. Vanuit elke menu positie kan worden terug gestapt naar de
normale modus door de MENU toets voor 3 seconden in te drukken. Hierbij zullen tevens alle
gewijzigde Functie waarden opgeslagen worden in het geheugen. Wanneer in het Functie setup
menu voor 90 seconden geen toetsen worden ingedrukt, zal de Expert Modular automatisch terug
stappen naar de normale mode zonder de gewijzigde Functie waarden op te slaan. Alle beschikbare
Functies worden in de volgende hoofdstukken besproken.
Wanneer het bericht ‘Locked’ in het display verschijnt bij het aanpassen van één van de
Functies, moet de Expert Modular eerst ontgrendeld worden. Zie hoofdstuk 8 voor meer
informatie.
6.1 ‘Main’ accu bank 1 eigenschappen
F1.0
‘Battery type’. Kies het type van uw accu. Tabel 7 toont alle beschikbare types.
Standaard: AGM
Bereik: zie tabel 7
Tabel 7
Accu type
Beschrijving
AGM
Gemiddelde ‘deep cycle’ gesloten lood accu met ‘Absorbed Glass Matt’ opbouw.
GEL
Gemiddelde ‘deep cycle’ gesloten lood accu met elektrolyt in gel vorm.
Flooded
Gemiddelde ‘natte’ lood accu.
LiFePO4
Gemiddelde Lithium ijzer fosfaat accu (geldt niet voor +B2 and +B3 ingangen)
16
F1.1
‘Battery capacity’. De ‘Main’ accu capaciteit in Ampere-uren (Ah).
Standaard: 200Ah
Bereik: 10 10000Ah
Stapgrootte: variabel
F1.2
‘Nominal discharge rate’ (C-rating). De ontladingstijd (in uren) waarbij uw accu fabrikant
de capaciteit heeft geclassificeerd.
Standaard: 20uur
Bereik: 1 20uur
Stapgrootte: 1uur
F1.3
Nominal temperature’. De temperatuur waarbij de accu fabrikant de capaciteit van uw
accu geclassificeerd heeft.
Standaard: 20°C
Bereik: 0 40°C
Stapgrootte: 1°C
F1.4
Peukerts exponent’. Peukert’s exponent representeert het effect van reducerende accu
capaciteit bij grotere ontlaadstromen. Wanneer de Peukert waarde van uw accu
onbekend is, wordt aanbevolen deze op “1.17” te laten staan. Een waarde van “1.00”
schakelt de Peukert compensatie uit en kan ook worden gebruikt voor op Lithium
gebaseerde accu’s.
Standaard: 1.17
Bereik: 1.00 1.50
Stapgrootte: 0.01
F1.6
‘Battery temperature’. In deze Functie kan de gemiddelde accu temperatuur aangepast
worden als er geen temperatuur sensor aangesloten is. Indien er wel een temperatuur
sensor aangesloten is, wordt de temperatuur uitlezing in de normale gebruiksmode
automatisch ingeschakeld.
Standaard: 20°C
Bereik: -20°C 50°C
Stapgrootte: 1°C
F1.7
‘Battery bank 1 name’. Accu bank 1 naam. Kies een display naam voor uw accu bank
welke het dichtst bij uw applicatie staat.
Standaard: MAIN
Bereik: zie tabel 8
Tabel 8
Accu bank naam
Beschrijving
Bank 1
Accu bank 1
Bank 2
Accu bank 2
Bank 3
Accu bank 3
Main
‘Main’ accu bank
Aux.
‘Auxiliary’ accu bank
Aux.1
‘Auxiliary’ accu bank 1
Aux.2
‘Auxiliary’ accu bank 2
Primary
Eerste accu bank
Secndry
Tweede accu bank
Start
Start accu
Service
Service accu
Accesry
Accessoire accu
House
Huis accu
Port
Poort accu
Starbrd
Stuurboord accu
Power
Vermogen accu
Gen.Strt
Generator start accu
17
Bowtrst
Boogschroef accu
Radio
Radio accu
Vehicle
Auto accu
Trailer
Trailer accu
Drive
Aandrijflijn accu
Brake
Rem accu
Solar
Zonne-energie accu
Other
Andere accu
6.2 Accu bank 2 eigenschappen
F2.0
‘Battery bank 2 function’. Kies de functie voor de +B2 ingang.
Standaard: DISABLE
Bereik: zie tabel 9
Tabel 9
Functie
Beschrijving
DISABLE
Ingang is niet in gebruik.
AUX.BAT
Gebruik de ingang voor het monitoren van een extra accu bank.
MAIN.BAT
Gebruik de ingang voor het meten van de spanning van de ‘Main’ accu bank. Dit
kan nuttig zijn bij systemen met een lange voedingsdraad naar de +B1 input. Om
meetfouten te voorkomen vanwege spanningsval over de gecombineerde
voeding/meet draad, kan de spanning ook onafhankelijk gemeten worden via de
+B2 of +B3 ingang.
MIDPNT
Gebruik de ingang voor middelpunt spanningsmeting in 24V en 48V systemen.
Voor meer informatie over middelpunt spanningsmeting, zie appendix 1 in de
online versie van deze handleiding, beschikbaar op
https://www.samlex.com/service/
KEYSW.
Gebruik de ingang om een externe sleutel schakelaar aan te sluiten, waarmee het
CDU display uit te zetten is. Dit kan gebruikt worden om een uitgeschakelde accu
monitor na te bootsen indien deze geïnstalleerd is in het dashboard van een
elektrisch aangedreven voertuig. Het CDU display zal nog steeds kortstondig
ingeschakeld worden wanneer er een toets op het frontpaneel wordt ingedrukt.
De actieve shunt zal op de achtergrond blijven werken. Een spanning onder 1V zal
het display uitschakelen en een spanning boven 1.5V zal het inschakelen.
HOURCNT
Gebruik de ingang om de uren telling te sturen (totale- en onderhoudsuren). Een
spanning boven 1.5V zal de uren telling activeren. Een spanning onder 1V zal de
urentelling pauzeren. Deze optie kan aangewend worden om de gebruikte
operationele uren van het complete systeem op te tellen, zoals bij een heftruck.
BKLIGHT
Gebruik de ingang om de achtergrond verlichting van het CDU display in- of uit te
schakelen. Een spanning boven 1.5V zal de achtergrond verlichting inschakelen en
een spanning onder 1V weer uitschakelen.
F2.1
‘Battery bank 2 type’ (zal alleen getoond worden als F2.0 op AUX.BATstaat). Kies het
type van uw accu.
Standaard: AGM
Bereik: zie tabel 7
18
F2.2
‘Battery bank 2 name’ (zal alleen getoond worden als F2.0 op AUX.BATstaat). Kies een
display naam voor uw accu bank welke het dichtst bij uw applicatie staat.
Standaard: AUX.1
Bereik: zie tabel 8
6.3 Accu bank 3 eigenschappen
F3.0
‘Battery bank 3 function’. Kies de functie voor de +B3 ingang.
Standaard: DISABLE
Bereik: zie tabel 9
F3.1
‘Battery bank 3 type’ (zal alleen getoond worden als F3.0 is op AUX.BAT staat). Kies het
type van uw accu.
Standaard: AGM
Bereik: zie tabel 7
F3.2
‘Battery bank 3 name’ (zal alleen getoond worden als F3.0 op AUX.BAT” staat). Kies een
display naam voor uw accu bank welke het dichtst bij uw applicatie staat.
Standaard: AUX.2
Bereik: zie tabel 8
6.4 Systeem eigenschappen
F4.0
‘Time remaining averaging filter’. Specificeert het tijdsraam van het schuivend
gemiddelde filter voor de tijd-te-gaan uitlezing. Er zijn 4 instellingen mogelijk, waarbij
instelling “0” de snelste reactie tijd geeft en instelling 3 de traagste. De beste instelling
hangt af van het type belasting op uw accu en uw persoonlijke voorkeur.
Standaard: 1
Bereik: 0 3
Stap grootte: 1
F4.1
Enable maintenance hour count‘ (onderhoudsinterval inschakelen). Wanneer deze
Functie op “OFF” wordt gezet, worden alleen de operationele uren bij elkaar opgeteld.
Operationele uren telling wordt gestart zodra de Expert Modular is ingeschakeld (behalve
als de Functies F2.0 of F3.0 op HOURCNT zijn gezet. Dan worden de operationele uren
alleen geteld als de +B2 of +B3 ingang hoog’ is). Wanneer deze Functie op “ON” wordt
gezet, worden de getelde uren afgetrokken van het aantal onderhoudsinterval uren
ingesteld in Functie F4.2.
Standaard: OFF
Bereik: OFF / ON
F4.2
‘Maintenance interval’ (onderhoudsinterval uren). Kies een tijdschema voor onderhoud.
Wanneer Functie F4.1 op “ON” gezet is, worden de operationele uren afgetrokken van
het in deze Functie ingestelde onderhoudsinterval. Er zal automatisch een
onderhoudsalarm bericht op het display verschijnen, zodra het onderhoudsinterval 0 uren
bereikt heeft.
Standaard: 5000uur
Bereik: 100 100000uur
Stap grootte: 100uur
6.5 Alarm eigenschappen
De Expert Modular biedt vier onafhankelijk te configureren alarmen. Dit levert een grote flexibiliteit
op voor de installateur. Of u nu vier verschillende alarm typen wilt configureren, of slechts één alarm
type kiest welke op vier verschillende waarden actief moet worden, er zijn bijna ongelimiteerde
19
mogelijkheden. Vooral indien er een optionele alarm uitbreidingskit wordt toegevoegd aan uw
Expert Modular systeem. Hierdoor kan elk alarm een specifiek alarm relais activeren.
F5.0
Alarm 1 type. Kies welke parameter dit alarm zal activeren. De standaard SOC.Low zal
het alarm activeren indien de laadstatus onder deze waarde komt. Alle beschikbare
alarmen zijn beschreven in tabel 10.
Standaard: SOC.Low
Bereik: zie tabel 10
Tabel 10
Alarm type
(accu nr.)
Aan
waarde
Uit
waarde
Bereik
Alarm beschrijving
OFF
-
-
-
Alarm wordt niet gebruikt.
V.LOW (bank1)
10.5V
11.0V
7.0V - 70.0V
Lage accuspanning. Wanneer de spanning
onder de Aan waarde komt, zullen de
gekoppelde alarmen geactiveerd worden.
Wanneer de spanning boven de Uit
waarde komt, zullen deze alarmen weer
gedeactiveerd worden.
V.HIGH
(bank1)
16.0V
15.5V
Hoge accuspanning. Wanneer de spanning
boven de Aan waarde komt, zullen de
gekoppelde alarmen geactiveerd worden.
Wanneer de spanning onder de Uit
waarde komt, zullen deze alarmen weer
gedeactiveerd worden.
SOC.LOW
(bank1)
40%
80%
0% - 99%
Lage laadstatus. Wanneer de laadstatus
(SoC) onder de Aan waarde komt, zullen
de gekoppelde alarmen geactiveerd
worden. Wanneer de laadstatus boven Uit
waarde komt, zullen deze alarmen weer
gedeactiveerd worden.
TIME.LOW
(bank1)
0u30m
1u00m
1min 24uur
Lage tijd-te-gaan. Wanneer de tijd-te-gaan
onder de Aan waarde komt, zullen de
gekoppelde alarmen geactiveerd worden.
Wanneer de tijd-te-gaan boven de Uit
waarde komt, zullen deze alarmen
gedeactiveerd worden.
I.CHARGE
(bank1)
10.0A
9.0A
1.0A - 600.0A
Hoge laadstroom. Wanneer de
laadstroom boven de Aan waarde komt,
zullen de gekoppelde alarmen geactiveerd
worden. Wanneer de laadstroom beneden
de Uit waarde komt, zullen deze alarmen
weer gedeactiveerd worden.
20
I.DISCH
(bank1)
10.0A
9.0A
Hoge ontlaadstroom. Wanneer de
ontlaadstroom boven de Aan waarde
komt, zullen de gekoppelde alarmen
geactiveerd worden. Wanneer de ontlaad-
stroom beneden de Uit waarde komt,
zullen deze alarmen weer gedeactiveerd
worden.
T.LOW (bank1)
0°C
1°C
-20°C .. +50°C
Lage accu temperatuur. Wanneer de
temperatuur onder de Aan waarde komt,
zullen de gekoppelde alarmen geactiveerd
worden. Wanneer de tempera-tuur boven
de Uit waarde komt, zullen deze alarmen
weer gedeactiveerd worden.
T.HIGH
(bank1)
40°C
39°C
-20°C .. +50°C
Hoge accu temperatuur. Wanneer de
temperatuur boven de Aan waarde komt,
zullen de gekoppelde alarmen geactiveerd
worden. Wanneer de temperatuur onder
de Uit waarde komt, zullen deze alarmen
weer gedeactiveerd worden.
MIDPNT
(bank1)
2.0%
0.5%
0.0% - 50.0%
Middelpunt spanningsafwijking. Wanneer
de afwijking boven de Aan waarde komt,
zullen de gekoppelde alarmen geactiveerd
worden. Wanneer de afwijking onder de
Uit waarde komt, zullen deze alarmen
weer gedeactiveerd worden. Voor meer
informatie over middelpunt spannings-
meting en de installatie, zie appendix 1 in
de online versie van deze handleiding,
beschikbaar op
https://www.samlex.com/service/
V.LOW (bank2)
10.5V
11.0V
7.0V - 70.0V
Lage accu spanning. Wanneer de spanning
onder de Aan waarde komt, zullen de
gekoppelde alarmen geactiveerd worden.
Wanneer de spanning boven de Uit
waarde komt, zullen deze alarmen weer
gedeactiveerd worden.
V.HIGH
(bank2)
16.0V
15.5V
Hoge accu spanning. Wanneer de
spanning boven de Aan waarde komt,
zullen de gekoppelde alarmen geactiveerd
worden. Wanneer de spanning onder de
Uit waarde komt, zullen deze alarmen
weer gedeactiveerd worden.
V.LOW (bank3)
10.5V
11.0V
7.0V - 70.0V
Lage accu spanning. Wanneer de spanning
onder de Aan waarde komt, zullen de
gekoppelde alarmen geactiveerd worden.
Wanneer de spanning boven de Uit
waarde komt, zullen deze alarmen weer
gedeactiveerd worden.
21
V.HIGH
(bank3)
16.0V
15.5V
Hoge accu spanning. Wanneer de
spanning boven de Aan waarde komt,
zullen de gekoppelde alarmen geactiveerd
worden. Wanneer de spanning onder de
Uit waarde komt, zullen deze alarmen
weer gedeactiveerd worden.
F5.1
Alarm 1 On value’. Alarm 1 Aan waarde. Activeert het alarm wanneer de parameter deze
waarde heeft bereikt.
Standaard: zie tabel 10
Bereik: zie tabel 10
Stapgrootte: variabel
F5.2
‘Alarm 1 Off value’ (alarm 1 Uit waarde). Deactiveert het alarm wanneer de parameter
deze waarde heeft bereikt.
Standaard: zie tabel 10
Bereik: zie tabel 10
Stapgrootte: variabel
F5.3
‘Alarm 1 On delay’ (alarm 1 Aan vertraging). Dit is de tijd dat aan de alarm Aan conditie
van F5.1 voldaan moet worden voordat het alarm geactiveerd wordt.
Standaard: 10sec
Bereik: 0 3600sec
Stapgrootte: variabel
F5.4
‘Alarm 1 Off delay’ (alarm 1 Uit vertraging). Dit is de tijd dat aan de alarm Uit conditie van
F5.2 voldaan met worden voordat het alarm gedeactiveerd wordt.
Standaard: 0sec
Bereik: 0 3600sec
Stapgrootte: variabel
F5.5
Warning’ (waarschuwing). Kies of u wel of niet het actieve alarm laat tonen op het
display (‘VIS.’) of een akoestisch alarm wilt laten horen (‘AUD’). Het akoestische alarm zal
stoppen wanneer het alarm is opgelost of wanneer er een toets wordt ingedrukt.
Wanneer het akoestische alarm niet wordt onderbroken, zal het alarm interval
automatisch verlengen tegen tijd.
Standaard: VIS.+AUD
Bereik: OFF / VIS. / VIS.+AUD
F5.7
Alarm contact. Kies welk alarm relais contact u wilt gebruiken voor dit alarm. Selecteer
“OFF” om geen alarm contact te gebruiken. Selecteer “INT.” om het interne alarm relais
van de Expert Modular te gebruiken. Selecteer “EXT.1” tot “EXT.8” om een extern alarm
contact te gebruiken (alleen te gebruiken met de optionele relais accessoires).
Standaard: INT.
Bereik: OFF / INT. / EXT.1 EXT.8
De alarmen 2, 3 and 4 kunnen respectievelijk geconfigureerd worden in Functie’s F6.0 - F6.7, F7.0
F7.7 and F8.0 F8.7. Elke Functie reeks bevat dezelfde instellingen als alarm 1 (F5.0 F5.7).
6.6 Display eigenschappen
Met behulp van deze Functies kan de normale gebruiksmodus gepersonaliseerd worden. U kunt
kiezen om de uitlezing van bepaalde parameters in het onderste informatieveld, over te slaan
wanneer deze niet interessant zijn. De laadstatus waarde wordt echter altijd in het bovenste
parameterveld getoond en kan niet uitgeschakeld worden.
22
F9.0
‘Show voltage’ (toon spanning).
Standaard: ON
Bereik: OFF / ON
F9.1
‘Show current’ (toon stroom).
Standaard: ON
Bereik: OFF / ON
F9.2
‘Show power’ (toon vermogen).
Standaard: OFF
Bereik: OFF / ON
F9.3
‘Show Amp-hours’ (toon Ampere-uren).
Standaard: OFF
Bereik: OFF / ON
F9.4
‘Show time remaining’ (toon tijd-te-gaan).
Standaard: ON
Bereik: OFF / ON
F9.5
‘Show temperature’ (toon temperatuur).
Standaard: ON
Bereik: OFF / ON
F9.7
‘Show bank 2 voltage’ (toon accubank 2 spanning). Alleen beschikbaar wanneer F2.0 staat
ingesteld op “AUX.BAT”
Standaard: ON
Bereik: OFF / ON
F9.8
‘Show bank 3 voltage’ (toon accubank 3 spanning). Alleen beschikbaar wanneer F3.0 staat
ingesteld op “AUX.BAT”
Standaard: ON
Bereik: OFF / ON
F9.9
‘Auto hide parameter’ (parameter automatisch verbergen). Met de standaard instelling
zal de parameter in het onderste informatieveld automatisch verdwijnen na 120
seconden, totdat er weer een toets wordt aangeraakt. Dit houdt het display overzichtelijk
in de normale gebruiksmodus en kan de voorkeur hebben van minder technische
eindgebruikers. Wanneer automatisch verbergen staat ingesteld op “OFF”, is de onderste
parameter altijd zichtbaar.
Standaard: 120sec
Bereik: OFF / 5 300sec
6.7 Globale eigenschappen
F10.0
Backlight timer. Geeft de tijdsduur aan van de achtergrondverlichting van het display,
nadat deze is geactiveerd. De achtergrondverlichting kan ook ingesteld worden op altijd
aan (“ON”) of altijd uit (“OFF”).
Standaard: 30sec
Bereik: OFF / 5 300sec / ON
Stapgrootte: variabel
F10.1
Backlight auto on. Wanneer deze Functie staat ingesteld op “ON”, wordt de
achtergrond-verlichting automatisch geactiveerd als de laad/ontlaadstroom boven de 1A
komt.
Standaard: OFF
Bereik: OFF / ON
23
F10.2
Alarm contact polarity. Maakt het mogelijk om het interne alarm relais contact in te
stellen tussen normaal open (NO) of normaal gesloten (NC).
Standaard: NO
Bereik: NO NC
F10.3
Temperature units. Maakt het mogelijk tussen graden Celsius (°C) en graden Fahrenheit
(°F) te kiezen in de temperatuur uitlezing.
Standaard: °C
Bereik: °C / °F
6.8 Geavanceerde eigenschappen
A01
‘Auto-sync mode’. Kies welke methode te gebruiken om de Expert Modular automatisch
te synchroniseren met de accu wanneer deze volledig opgeladen is. De standaard
instelling is “STANDRD” en wordt aanbevolen voor de meeste systemen. De instelling
“LEGACY” staat voor een automatische synchronisatie methode, welke ook gebruikt
wordt in onze Expert Pro en Lite accu monitoren. Deze methode kan worden gebruikt
wanneer de installateur meer controle wenst over de synchronisatie condities. Deze
condities kunnen worden ingesteld in de Functies A02, A03, A04 en A05 wanneer A01
staat ingesteld op LEGACY. Wanneer aan de condities van A02 en A03 voldaan worden
gedurende de tijd welke staat ingesteld in A04, zal de accu als vol beschouwd worden en
de laadstatus teruggezet naar 100%.
Standaard: STANDRD
Bereik: STANDRD / LEGACY
A02
‘Auto-sync voltage’ (verschijnt alleen wanneer A01 op “LEGACY” staat). De accuspanning
moet hoger zijn dan dit niveau om de accu als volledig opgeladen te beschouwen. Deze
waarde moet normaal gesproken ca. 0,1 0,3V onder de ‘float’ spanning van de lader
liggen, wat de laatste fase van het laadproces is. De standaard waarde moet met 2 of 4
vermenigvuldigd worden als er respectievelijk 24V of 48V accubanken worden
aangesloten op de Expert Modular.
Standaard: 13.2V
Bereik: 7.0 70.0V
Stapgrootte: 0.1V
A03
‘Auto-sync current’ (verschijnt alleen wanneer A01 op “LEGACY” staat). Als de laadstroom
onder dit percentage van de accucapaciteit (zie Functie F1.1) komt, zal de accu als volledig
opgeladen worden beschouwd. Zorg ervoor dat deze waarde altijd hoger is dan de stroom
waarmee de lader de accu onderhoudt of stopt met laden.
Standaard: 2.0%
Bereik: 0.5 - 10.0%
Stapgrootte: 0.1%
A04
Auto-sync time (verschijnt alleen wanneer A01 op “LEGACY” staat). Gedurende deze tijd
moet aan beide ‘Auto-sync’ parameters A02 en A03, onafgebroken voldaan worden om
de accu als volledig opgeladen te beschouwen.
Standaard: 240sec
Bereik: 0 3600sec
Stapgrootte: variabel
A05
Auto-sync sensitivity (verschijnt alleen wanneer A01 op “LEGACY” staat). Wijzig deze
Functie alleen wanneer A02, A03 en A04 correct staan ingesteld, maar automatische
synchronisatie nog niet goed werkt. Als automatische synchronisatie te lang duurt of
nooit optreedt, moet deze waarde verlaagd worden. Als de Expert Modular te vroeg
synchroniseert, moet deze waarde verhoogd worden.
Standaard: 5
Bereik: 0 10
Stapgrootte: 1
24
A07
‘Bank 1 series cell count’. Maakt het mogelijk om het aantal interne cellen van de
aangesloten accu te wijzigen, welke reeds automatisch vastgesteld was na het afronden
van de Setup Wizard. Zie tabel 2 in hoofdstuk 2.2 voor meer informatie.
Standaard:
dynamisch
Bereik: 2 30
Stapgrootte: 1
A08
‘Bank 2 series cell count’ (Alleen beschikbaar wanneer F2.0 staat ingesteld op “AUX.BAT”).
Maakt het mogelijk om het aantal interne cellen van de aangesloten accu te wijzigen,
welke reeds automatisch vastgesteld was na het afronden van de Setup Wizard. Zie tabel
2 in hoofdstuk 2.2 voor meer informatie.
Standaard:
dynamisch
Bereik: 2 30
Stapgrootte: 1
A09
‘Bank 3 series cell count’ (Alleen beschikbaar wanneer F3.0 staat ingesteld op “AUX.BAT”).
Maakt het mogelijk om het aantal interne cellen van de aangesloten accu te wijzigen,
welke reeds automatisch vastgesteld was na het afronden van de Setup Wizard. Zie tabel
2 in hoofdstuk 2.2 voor meer informatie.
Default: dynamic
Range: 2 30
Step size: 1
A12
‘Temperature averaging filter’. Geeft de instelling aan van het stoorsignaalfilter op de
temperatuursensor ingang. De standaard waarde van “1 zal prima werken voor de
meeste applicaties. Alleen in het geval van lange temperatuursensorkabels en/of
omgevingen met extreem hoge stoorsignalen, wordt geadviseerd deze Functie op “2” in
te stellen.
Standaard: 1
Bereik: 0 2
Stapgrootte: 1
Alle gewijzigde Functies blijven in het interne geheugen van de Expert Modular
opgeslagen. Ook wanneer de voedingsspanning onderbroken is geweest. Dit geldt ook
voor de opgeslagen Status en Historie items.
7. RESET MENU
In het Reset menu, kunt u een aantal accu monitor items resetten. Dit menu kan bereikt worden via
de volgende toets combinatie:
Wanneer het Reset menu bereikt is, kunt u de linker (<) en rechter (>) toetsen gebruiken om door de
diverse reset items te bladeren. Door op de MENU toets te drukken, kan het op dat moment
25
geselecteerde reset item bekeken worden. De standaard waarde voor alle reset items is NO. Om
een item daadwerkelijk te resetten, kunnen de linker- en rechtertoetsen gebruikt worden om de
waarde te wijzigen van NO naar YES. Als de MENU toets opnieuw wordt ingedrukt, wordt er
terug gestapt naar het reset menu. Alle reset items welke staan ingesteld op YES”, zullen pas
gereset worden wanneer wordt terug gestapt naar de normale gebruiksmodus door de MENU toets
voor 3 seconden in te drukken. De volgende Reset menu items zijn beschikbaar:
Reset item
Reset beschrijving
r 1.0
Reset Alarms. Gebruik dit item om alle huidige alarmen te onderdrukken.
Bijbehorende alarm contacten worden uit gezet evenals de alarm indicator op het
display. Een onderdrukt alarm kan pas weer opnieuw geactiveerd worden wanneer
eerst aan de alarm-uit condities voldaan wordt.
r 1.1
Reset Maintenance Hours. Reset de onderhoudsuren teller (Status item S4.1). Dit
item is alleen van belang wanneer onderhoudsuren aangezet zijn (Functie F4.1 is
ON). Gebruik dit reset item wanneer onderhoud is uitgevoerd.
r 1.2
Reset Battery. Gebruik dit item om de Status- en Historische waarden van uw
huidige accu te resetten. Dit is bijvoorbeeld van toepassing nadat u een nieuwe
accu met dezelfde specificaties als de vorige heeft geïnstalleerd.
r 1.3
Factory Reset. Dit reset item kan gebruikt worden om alle Functie-, Status- en
Historische waarden te resetten naar de standaard fabriekswaarden.
8. VERGRENDEL MENU
In het Vergrendel menu kunnen de Functie- en Reset
1)
menu’s van de Expert Modular vergrendeld of
ontgrendeld worden door middel van een pincode. Door het vergrendelen van deze menu’s kan
voorkomen worden dat ongetrainde gebruikers de instellingen wijzigen. Dit menu kan bereikt
worden via de volgende toets combinatie:
1)
In het Reset menu zal alleen ‘Reset Alarms (r1.0)’ beschikbaar blijven wanneer de monitor vergrendeld is.
8.1 Het vergrendelen van de Expert Modular
Wanneer het Vergrendel menu is bereikt, zal het volgende invoerveld knipperend getoond worden:
De gewenste pincode kan nu ingevoerd worden, door de linker- en rechter toetsen te gebruiken voor
het kiezen van een getal (0..9) op elk van de vier posities. Door op de MENU toets te drukken, kan
naar de volgende getal positie gesprongen worden. Wanneer het vierde getal ingegeven is, zal een
26
volgende druk op de MENU toets de pincode opslaan. Hierbij zal er op het display kort het bericht
‘LOCK OK’ getoond worden, voordat wordt teruggesprongen naar de normale gebruiksmodus. Vanaf
nu kunnen de Functie- en Reset menu’s alleen gelezen worden en er zijn geen wijzigingen meer
mogelijk. Wanneer er gedurende 15 seconden geen pincode wordt ingevoerd, zal de Expert Modular
automatisch terug springen naar het hoofd menu.
8.2 Het ontgrendelen van de Expert Modular
Wanneer de Expert Modular ontgrendeld moet worden, zult u merken dat de menu naam ‘LOCK’
gewijzigd is naar ‘UNLOCK’. Dit is een indicatie dat de monitor op dit moment nog vergrendeld is. Op
dezelfde manier als reeds hierboven uitgelegd, kan het Ontgrendel menu bereikt worden en de
eerder bepaalde pincode ingevoerd worden.
Wanneer de correcte pincode ingevoerd is, zal er op het display kort ‘PIN OK’ verschijnen voordat er
wordt terug gesprongen naar de normale gebruiksmodus. Vanaf dat moment kunnen er weer
wijzigingen gemaakt worden in de Functie en Reset menu’s. Wanneer een incorrecte pincode
ingevoerd wordt, zal er op het display kort ‘FALSE’ verschijnen voordat weer wordt terug gesprongen
naar het knipperende invoerveld. Na drie incorrecte pogingen, zal de monitor terug springen naar de
normale gebruiksmodus.
9. STORINGSTABEL
Probleem
Oplossing of suggestie
De monitor functioneert niet (geen LED
indicatie op de shunt of display op de CDU)
Controleer de shunt- en accu aansluitingen
Controleer de QLink kabel naar de CDU
Controleer of de zekeringen zijn geplaatst en of
deze niet doorgebrand zijn
Controleer de accuspanning (moet > 6.5V zijn)
Probeer de monitor opnieuw op te starten door
de voedingsdraad kort te onderbreken
Stroomuitlezing geeft incorrecte polariteit
weer (stroom moet positief zijn bij het laden
en negatief bij het ontladen van de accu)
Shunt is verkeerd om geïnstalleerd. Zorg ervoor
dat de ‘Battery –‘ bout staat aangesloten op de
minpool van de accu en de ‘System –‘ bout op
de retourleidingen van de verbruikers.
Er kunnen geen wijzigingen gemaakt worden
in het Functie menu (de tekst ‘Locked’
verschijnt bij een Functie wijziging)
De Expert Modular is vergrendeld door de
installateur. Zie hoofdstuk 8 voor meer
informatie.
Laadstatus of tijd-te-gaan indicaties zijn niet
accuraat
Controleer of alle stroom door de shunt loopt
(de minpool van de accu mag alleen de kabel
bevatten welke naar de ‘Battery –zijde van de
shunt gaat!)
Shunt verkeerd om geïnstalleerd. Zorg ervoor
dat de ‘Battery –‘ bout staat aangesloten op de
27
minpool van de accu en de ‘System –‘ bout op
de retourleidingen van de verbruikers.
Controleer of alle accu eigenschappen (F1.x)
goed staan ingesteld
Controleer of de monitor gesynchroniseerd is
met de accu. Verricht een volledig laadproces
op de accu.
Display toont ‘- -.-‘ bij temperatuur uitlezing
Verbinding met de temperatuursensor is
verbroken. Controleer de sensorkabel.
De monitor start telkens opnieuw op
Controleer de aansluitingen op corrosie of een
slecht contact
De accu is te diep ontladen of defect
De monitor synchroniseert niet automatisch
De accu bereikt niet een volledig geladen
status. Controleer of het laadalgoritme
overeenkomt met de eisen van de accu.
Onderbreek het laadproces niet voordat deze
volledig is afgerond.
Overweeg Functie A01 op ‘LEGACY’ te zetten en
pas Functies A02 A05 eventueel aan voor een
betere afstemming met het accusysteem.
De monitor synchroniseert te vroeg
In sommige systemen (zoals zonne energie
systemen), kan de laadstroom hevig fluctueren
waardoor de monitor de accu te vroeg als
volledig geladen zou kunnen beschouwen. In dit
geval zou Functie A01 op ‘LEGACY’ gezet
kunnen worden en Functie A02 ca. 0.2V-0.3V
onder de absorptie spanning van de lader.
10. TECHNISCHE SPECIFICATIES
Parameter
Expert Modular
Voedingsspanningsbereik
7..70Vdc
Voedingsstroom (bij 12V/ 24V/48V)
10mA / 6mA / 5mA
Ingangsspanningsbereik ‘Main accu (+B1)
7..70Vdc
1)
Ingangsspanningsbereik 2
de
en 3
de
accu (+B2, +B3)
1..70Vdc
Ingangsstroom bereik
-600..+600A
2)
Accu capaciteit bereik
10..10000Ah
Aanbevolen omgevingstemperatuur
-20..+50°C
Aanbevolen opslagtemperatuur
-30..+70°C
Uitleesresolutie: Spanning (0..70V)
Stroom (0..10A)
Stroom (10..100A)
Stroom (100..600A)
Laadstatus (0..100%)
Tijd-te-gaan (0..24hrs)
± 0.01V
± 0.01A
± 0.1A
± 1A
± 1%
± 1minuut
28
Tijd-te-gaan (24..240hrs)
Ampère-uren (0..10000Ah)
Vermogen (0..42kW)
Temperatuur (-20°C..+50°C)
± 1uur
± 0.01Ah..10Ah (variabel)
± 0.01W..1kW (variabel)
± 0.5°C
Nauwkeurigheid spanningsmeting
± 0.3%
Nauwkeurigheid stroommeting
± 0.4%
Shunt afmetingen: Lengte x Breedte
Basis hoogte
Totale hoogte
Gewicht
100 x 100mm
24.0mm
64.5mm
290gram
CDU afmetingen: Frontpaneel
Behuizingsdiameter
Totale diepte
Gewicht
Ø 64.0mm
Ø 51.5mm
36.0mm
70gram
Beschermingsklasse
IP20 (shunt verticaal gemonteerd)
IP65 (alleen CDU frontpaneel)
Normen
CE gecertificeerd (EMC Directive
2014/30/EU) incl. EN50498 Automotive EMC
Alle specificaties zijn aan verandering onderhevig zonder voorafgaande aankondiging.
1)
Wanneer ingang +B1 alleen gebruikt wordt voor voeding en +B2 voor de ‘Main accu
spanningsmeting, is het ingangsspanningsbereik voor de ‘Main accu 1..70Vdc.
2)
+/- 600A is de maximale waarde voor 20 minuten. Het continue ingangsstroom bereik is
+/- 500A.
Houd u zich aan de lokale regels en gooi uw oude producten niet bij het normale
huisvuil. Een correcte afvoer van uw oude product helpt potentiële negatieve
gevolgen voor het milieu en de volksgezondheid te voorkomen.
11. GARANTIE CONDITIES
SAMLEX EUROPE (SAMLEX) garandeert dit product vrij van defecten veroorzaakt in de assemblage of
door de gebruikte materialen, tot 24 maanden na de aankoopdatum. Gedurende deze periode
neemt SAMLEX de kosten van eventuele reparatie voor haar rekening. SAMLEX is niet
verantwoordelijk voor de transportkosten van dit product.
Deze garantie vervalt wanneer dit product fysiek beschadigd is of wanneer er veranderingen, zowel
intern als extern, zijn aangebracht en dekt geen kosten veroorzaakt door onjuist gebruik
1)
of gebruik
in een ongeschikte omgeving.
Deze garantie is niet geldig wanneer dit product is misbruikt, verwaarloosd, onjuist geïnstalleerd of
gerepareerd door iemand anders dan door SAMLEX is aangewezen. SAMLEX is niet verantwoordelijk
voor enig verlies, schade of kosten voortvloeiende uit onjuist gebruik, gebruik in een ongeschikte
omgeving, onjuiste installatie en storing van het product.
29
Omdat SAMLEX geen controle kan uitvoeren op het gebruik en installatie (volgens lokaal geldende
voorschriften) van dit product, is de eindgebruiker ten alle tijden aansprakelijk voor het
daadwerkelijke gebruik hiervan. SAMLEX producten zijn niet geschikt voor toepassing als kritische
component in (medische) apparatuur of systemen, die een potentieel gevaar kunnen vormen voor
mens en/of het milieu. De eindgebruiker is ten alle tijden verantwoordelijk voor de toepassing van
SAMLEX producten in deze applicaties. SAMLEX accepteert geen verantwoordelijkheid voor
mogelijke inbreuk op patenten of andere rechten van derden, verbonden aan het gebruik van dit
product. SAMLEX behoudt het recht om product specificaties te wijzigen zonder voorafgaande
aankondiging.
1)
Enkele voorbeelden van onjuist gebruik zijn:
- Het aanbieden van een te hoge ingangsspanning
- Verkeerde shunt installatie
- Te hoge stroom door de shunt
- Mechanisch te zwaar belaste behuizing, display of interne onderdelen, vanwege ruwe behandeling
of incorrecte verpakking
- Contact met vloeistoffen of oxidatie door condensatie
12. CONFORMITEITSVERKLARING
MANUFACTURER : SAMLEX EUROPE® B.V.
ADDRESS : Aris van Broekweg 15
1507 BA Zaandam
The Netherlands
Declares that the following product :
PRODUCT TYPE : Battery monitor
MODEL : Expert Modular
Conforms to the requirements of the following Directives of the European Union :
EMC Directive 2014/30/EU
Low voltage Directive 2014/35/EU
Automotive Directive 2004/108/EC
RoHS Directive 2011/65/EU
The above product is in conformity with the following harmonized standards :
EMC: EN55016-2-1(/A1), EN55016-2-3(/A1), EN 61000-4-2(3/4/5/6), EN 50498
Safety: EN60335-1:2012, EN60335-2-29:2004
30
Appendix 1: Middelpunt spanningsmeting van een 24V of 48V accubank
Het kunnen meten van de middelpunt (of center-) spanning van een accu bank, bestaande uit
verschillende in serie geschakelde accu’s of cellen, is een belangrijke eigenschap. Dit kan u veel geld
besparen indien één van de accu’s defect raakt. Eén slechte of defecte accu kan bijvoorbeeld door
een hoge interne lekstroom, excessieve klemspanningsafwijkingen vertonen ten opzichte van de
andere accu’s in de serie keten. Gedurende het opladen, zullen de gezonde accu’s dan blootgesteld
kunnen worden aan een te hoge laadspanning, waardoor deze ook defect kunnen raken. Wanneer
verschillende serie ketens van accu’s parallel worden geschakeld om de capaciteit te verhogen, kan
een slechte accu zelfs schade aan nog meer omliggende accu’s toebrengen.
Bedrading
!
Wanneer er een serie keten van accu’s geïnstalleerd wordt, is het belangrijk dat alle
accu’s dezelfde leeftijd en een identieke laadstatus hebben. Wanneer u niet zeker bent
of de laadstatus (SoC) van elke accu gelijk is, voert u dan een volledige laadcyclus uit op
elke individuele accu voordat u deze in de serie keten opneemt.
Wanneer er een enkele serie keten in een 24V of 48V opstelling wordt gebruikt, kan er gemakkelijk
een middelpunt spanningsmeting verricht worden. De +B1 ingang dient te worden aangesloten op
de positieve klem van de ‘bovenste’ accu en de +B2 ingang op de centrale aansluiting tussen de
accu’s (tussen accu 1 en 2 in een 24V systeem en accu 2 en 3 in een 48V systeem). Zie de
onderstaande schema’s:
Houd er alstublieft rekening mee dat wanneer de +B2 ingang voor middelpunt spanningsmeting
gebruikt wordt, Functie F2.0 ingesteld moet worden op MIDPNT. De +B3 ingang kan ook
geconfigureerd worden voor middelpunt spanningsmeting, maar alleen één van de twee ingangen
kan op hetzelfde moment gebruikt worden.
31
Wanneer meerdere serie ketens parallel geschakeld worden om de capaciteit van de accubank te
vergroten, wordt het iets gecompliceerder. Normaal zullen de verschillende serie ketens geen
onderlinge aansluitingen hebben, zoals weergegeven in de volgende schema’s.
De reden hiervoor is dat door de onderling verbonden middelpunten, één slechte accu schade kan
toebrengen aan alle andere accu’s in een serie keten. Tenminste, wanneer hierop geen toezicht is.
Als er echter een gedegen middelpunt spanningsmeting uitgevoerd wordt en een alarm afgaat
wanneer het verschil in spanning te groot is, dan is het toegestaan om de middelpunten van de serie
ketens onderling aan te sluiten. Het resultaat is te zien in de volgende schema’s.
In de bovenstaande schema’s is ook te zien dat er busbars gebruikt worden. Dit om respectievelijk
alle positieve- en alle negatieve accukabels met elkaar te verbinden. Hierbij dienen alle met de
busbars verbonden kabels dezelfde lengten te hebben. Deze voorzorgsmaatregelen zijn nodig om
32
een onbalans tussen de verschillende serie ketens te voorkomen. Hiermee blijft de nauwkeurigheid
van de middelpunt spanningsmeting zo hoog mogelijk.
Praktische informatie
Gemiddeld genomen zal de middelpunt afwijking (onbalans) het kleinst zijn wanneer de accubank
niet geladen of ontladen wordt. Zelfs met alleen gezonde accu’s in de serie keten, kan een tijdelijke
onbalans ontstaan bij de volgende condities:
gedurende de absorptie laadfase
wanneer de accubank diep ontladen wordt
wanneer de accubank blootgesteld wordt aan zeer hoge laad- of ontlaadstromen
Onder deze omstandigheden zal het middelpunt (‘Midpoint’) alarm afgaan. Dit is de reden dat de
standaard vertraging van het alarm op 300 seconden is ingesteld. Deze tijd wordt beschouwd als
voldoende kort om de accu’s niet te beschadigen. De standaard instelling voor het maximale
afwijkingspercentage (voor de formule zie
1)
) is 2%. Dit wordt beschouwd als een goede waarde voor
24V systemen. Voor 48V systemen, zal dit percentage gemiddeld rond de 1% liggen. Ondanks deze
standaard instellingen, zal de gebruiker gedurende de drie bovengenoemde condities af en toe een
alarm moeten accepteren.
In het geval het middelpunt alarm regelmatig of onverwachts afgaat, kunnen een of meerdere accu’s
beschadigd zijn of aan het eind van de levensduur zitten. De accu’s zullen individueel gemeten
moeten worden met een spanningsmeter om de waarschijnlijk defecte accu te vinden. In het geval
van meerdere parallel geschakelde serie ketens, dienen eerst de middelpunt verbindingskabels
verwijdert te worden voordat u de individuele accu’s gaat meten.
!
Aangezien er teveel variabelen meespelen, aanvaardt SAMLEX geen aansprakelijkheid
voor accu schade of kosten die ontstaan vanwege het gebruik van de middelpunt
spanningsmeting. Deze functionaliteit dient alleen gebruikt te worden door ervaren
installateurs met voldoende kennis van accu’s en is alleen voor globale indicatie
doeleinden bedoeld.
1)
d = 100 *
(V2V1)
Vavg
waarbij:
d = afwijking in %
V2 = spanning van de bovenste helft van de serie keten
V1 = spanning van de onderste helft van de serie keten
Vavg =
(V1 + V2)
2
33
www.samlex.com
SAMLEX EUROPE® B.V.
Aris van Broekweg 15 1507BA,
Zaandam
The Netherlands
E-Mod SAMLEX Manual Rev2endfs
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33

Samlexpower E-XPERT MODULAR de handleiding

Type
de handleiding