Kromschroder KFM, RFM, DH, MH 15, UDS Handleiding

Type
Handleiding
INHOUDSOPGAVE
· Edition 11.23 · NL · 34414600
DE, EN, FR, NL, IT, ES, DA, SV, NO, PT, EL, TR, CS, PL, RU, HU – www.docuthek.com
Manometers KFM, RFM
Drukknopkraan DH
Manometerafsluiter MH15
Overdrukbeveiliging UDS
1 Veiligheid .............................1
2 Gebruik controleren .....................2
3 Inbouwen .............................2
4 Lektest ...............................3
5 Onderhoud............................3
6 Toebehoren ...........................3
7 Technische gegevens....................4
8 Levensduur ...........................5
9 Logistiek..............................5
10 Certificering ..........................5
1 VEILIGHEID
1.1 Lezen en bewaren
Deze handleiding voor montage en
werking zorgvuldig doorlezen. Na het monteren de
handleiding aan de exploitant doorgeven. Dit ap-
paraat moet volgens de geldende voorschriften en
normen worden geïnstalleerd en in bedrijf worden
gesteld. Deze handleiding vindt u ook op www.
docuthek.com.
1.2 Legenda
1, 2,3, a, b, c = bewerkingsfase
= aanwijzing
1.3 Aansprakelijkheid
Voor schade op grond van veronachtzaming van de
handleiding en onreglementair gebruik aanvaarden
wij geen aansprakelijkheid.
1.4 Veiligheidsrichtlijnen
Veiligheidsrelevante informatie wordt in deze hand-
leiding als volgt aangeduid:
GEVAAR
Duidt op levensgevaarlijke situaties.
WAARSCHUWING
Duidt op mogelijk levensgevaar of kans op licha-
melijk letsel.
OPGELET
Duidt op mogelijke materiële schade.
Alle werkzaamheden mogen uitsluitend door een
gekwalificeerde gasvakman worden uitgevoerd.
Elektrowerkzaamheden uitsluitend door een gekwa-
lificeerde elektromonteur.
1.5 Ombouwen, reserveonderdelen
Iedere technische verandering is verboden. Uitslui-
tend originele onderdelen gebruiken.
BEDIENINGSVOORSCHRIFT
KFM, RFM, DH, MH 15, UDS · Edition 11.23
NL-2
2 GEBRUIK CONTROLEREN
KFM, RFM
Doosveermanometer KFM volgens EN837, deel3
en buisveermanometer RFM volgens EN837, deel1
voor het aangeven van statische gas- en luchtdruk-
ken. Buisveermanometer RFM..100 (schaaldiameter
100mm) volgens EN837, deel2 met ontlas-
tingsopening op de achterkant van de behuizing.
De manometers mogen alleen als aanwijsinstru-
menten en niet als deel van een veiligheidsinrichting
ter bescherming tegen het overschrijden van de
toelaatbare grenzen (d.w.z. als deel van de uitrusting
met veiligheidsfunctie) worden toegepast.
DH, MH 15
Zolang de drukknopkraanDH en de manometeraf-
sluiterMH gesloten blijven, is de manometer tegen
drukschommelingen beschermd.
UDS
Zodra overdrukken de op de UDS ingestelde sluit-
druk overschrijden, sluit de overdrukbeveiligingUDS
en beveiligt de manometer tegen beschadiging.
De functie is uitsluitend binnen de aangegeven gren-
zen gewaarborgd– zie pagina 4 (7 Technische
gegevens). Elk ander gebruik geldt als oneigenlijk
gebruik.
2.1 Typeaanduiding
KFM Doosveermanometer
RFM Buisveermanometer
0,6–16 Meetbereik in bar bij RFM
2500 Meetbereik in Pa bij KFM
25–400 Meetbereik in mbar bij KFMs
P0,6–P5,0 Meetbereik in psi bij KFM
P10–P230 Meetbereik in psi bij RFM
T T product
R Aansluittap met cil. buisdraad
N NPT-buitendraad
B Overdruk
U Overdruk en onderdruk
63 63mm zichtbare schaaldiameter
100 100mm zichtbare schaaldiameter
M Chemische versie
2.2 Benamingen onderdelen
12
34
1 KFM, RFM
2 Drukknopkraan DH
3 Manometerafsluiter MH 15
4 Overdrukbeveiliging UDS
3 INBOUWEN
OPGELET
Om ervoor te zorgen dat het apparaat bij het mon-
teren en in werking niet beschadigd raakt, moet er
op het volgende gelet worden:
De manometer trillingsvrij en goed afleesbaar
bevestigen. Bij het aflezen parallaxfouten
voorkomen.
Uitsluitend goedgekeurd afdichtingsmateriaal
gebruiken.
Afdichtingsmateriaal en vuil, bijv. spanen,
mogen niet in de behuizing terechtkomen.
Manometer bij het in- en uitbouwen niet als
hefboom gebruiken– passende sleutels
gebruiken.
Laten vallen van het apparaat kan tot perma-
nente beschadiging van het apparaat leiden. In
dat geval het complete apparaat en de
bijbehorende modules voor gebruik vervangen.
Inbouwpositie: verticaal.
Op de afstand t.o.v. de wand en de draairadius
letten– minstens 60mm (2,36").
OPGELET
Bij de drukknopkraan DH en bij de overdrukbevei-
ligingUDS op de doorstroomrichting letten.
KFM, RFM, DH, MH 15, UDS · Edition 11.23
NL-3
Koperen afdichting tussen manometer en druk-
knopkraan of manometerafsluiter inzetten, zie
pagina 3 (6 Toebehoren).
3.1 Sluitdruk op UDS instellen
In de fabriek is de overdrukbeveiliging UDS
op de gemiddelde waarde van het instelbereik
ingesteld.
1 2
+
-
3
3.2 Ontluchting op MH
WAARSCHUWING
Bij het egaliseren van de druk ervoor zorgen dat er
geen personen door het ontsnappende medium in
gevaar worden gebracht.
Bij de nulpuntsinstelling op de manometer moet
eerst de ingesloten druk tussen afsluiter en mano-
meter via de ontluchtingsschroef worden geëgali-
seerd.
1 Alvorens de ontluchtingsschroef te openen de
afsluiter dichtdraaien.
2
3.3 Ontluchting op RFM..100
Om een drukopbouw buiten het bereik van de
buisveer te voorkomen de nippel bij de vuldop
afknippen.
1
3.4 Nulpuntcorrectie
WAARSCHUWING
Meetapparatuur langzaam onder druk zetten.
Voorafsluiter langzaam openen. Drukstoten en
temperatuurschommelingen voorkomen.
Wanneer de bajonetring slechts met moeite van
de behuizing kan worden losgedraaid – riemsleu-
tel gebruiken.
KFM
1 2
In de richting van de
wijzers van de klok:
wijzer naar boven.
Tegen de wijzers van
de klok in: wijzer
naar beneden.
RFM
1 2
In de richting van de
wijzers van de klok:
wijzer naar boven.
Tegen de wijzers van
de klok in: wijzer
naar beneden.
4 LEKTEST
De testdruk mag de volle schaaluitslag van de
manometer niet overschrijden.
1 Manometer voorzichtig onder druk zetten.
DH: drukknop indrukken.
MH, UDS: handwiel langzaam linksom draaien.
2 3 4
5 ONDERHOUD
Manometers, drukknopkraan, manometerafslui-
ter en overdrukbeveiliging zijn onderhoudsvrij.
Er wordt een jaarlijkse inspectie op goede
werking en controle van de aangewezen druk
aanbevolen.
Reparaties mogen alleen door de fabrikant
worden uitgevoerd.
Alvorens de manometer te verwijderen de druk
laten ontsnappen.
6 TOEBEHOREN
6.1 Manometerafdichting
Tussen manometer en drukknopkraanDH of ma-
nometerafsluiterMH moet een afdichting geplaatst
worden.
Aansluiting ¼", Cu: bestelnr. 03110617,
aansluiting ½", Cu: bestelnr. 03110615,
biogas, aansluiting ½", PTFE: bestelnr. 03110711.
KFM, RFM, DH, MH 15, UDS · Edition 11.23
NL-4
7 TECHNISCHE GEGEVENS
7.1 KFM, RFM
Mechanische gegevens
Gassoorten: aardgas, lpg (gasvormig) of schone
lucht; andere gassen op aanvraag. Het gas moet
onder alle temperatuurcondities schoon en droog
zijn en mag niet condenseren.
KFM..M, RFM..M
Ammoniak en waterstof (voor chemische versie):
onderdelen die met media in aanraking komen,
moeten van roestvrij staal zijn.
Toepassingsgebied volgens EN837-2: de te meten
druk van het medium mag de volle schaaluitslag van
de manometer alleen bij kortstondige drukstoten te
boven gaan.
Soort belasting
Rust Overgang Kortston-
dig
KFM,
RFM
0,75 x volle
schaaluitslag
0,67 x volle
schaaluitslag
1,3 x volle
schaaluitslag
Afleesnauwkeurigheid
Klasse
Aanwijsfout (normale
temperatuur + 20°C
(68°F))
KFM 1,6
per 10°C (50°F) tempera-
tuurschommeling ±0,6%
van de volle schaaluitslag
RFM..63 1,6
per 10°C (50°F) tempera-
tuurschommeling ±0,4%
van de volle schaaluitslag
RFM..100 1,0
per 10°C (50°F) tempera-
tuurschommeling ±0,4%
van de volle schaaluitslag
Veiligheidsuitvoering volgens EN837-2.
Medium Gas (niet voor zuurstof en
acetyleen)
Behuizing zonder vloeistofvulling
Type KFM..63,
RFM..63
KFM..100,
RFM..100
Weergavebe-
reik
≤ 25bar
(363psi)
≤ 25bar
(363psi)
Veiligheids-uit-
voering* 0 S1
Aansluiting
Messing
aansluiting EN837 Sleutelwijd-
te
KFM..100 G ½B Deel 3 SW 22
KFM..63 G ¼B Deel 3 SW 14
RFM..100 G ½B Deel 1 SW 22
RFM..63 G ¼B Deel 1 SW 14
Behuizing: RVS.
Gewicht:
KFM..63: 189 g (0,416lbs),
KFM..100: 474 g (1,04lbs),
RFM..63: 136 g (0,299lbs),
RFM..100: 531 g (1,17lbs).
Omgevingsomstandigheden
Medium- en omgevingstemperatuur:
-20 tot +60°C (-4 tot +140°F).
Opslagtemperatuur: -20 tot +40°C (-4 tot +104°F).
Beschermingswijze:
KFM..63, RFM..63: IP 32,
KFM..100, RFM..100: IP 54.
7.2 DH, MH 15
Mechanische gegevens
Gassoorten: aardgas, stadsgas, lpg (gasvormig) en
lucht.
MH..M: biogas.
Max. inlaatdruk pu:
DH: 5bar (72,5psi),
MH: 100bar (1450psi).
Aansluiting:
DH 8R50: Rp ¼,
DH 15R50: Rp ½,
MH 15: G ½, DIN ISO 228, deel 1.
DH 8R50, Rp ¼: bestelnr. 03152141,
DH 15R50, Rp ½: bestelnr. 03152149,
MH 15, G ½: bestelnr. 03150191,
MH 15M, G ½, voor agressieve media: bestelnr.
03150192.
Omgevingsomstandigheden
Omgevingstemperatuur:
DH: -20 tot +60°C (-4 tot +140°F),
MH: -10 tot +70°C (50 tot 158°F).
7.3 UDS
Mechanische gegevens
Voor aardgas, stadsgas, lpg (gasvormig) en lucht.
UDS..M: biogas.
Aansluiting: G ½, DINISO228, deel1.
Max. inlaatdruk
puInstelbereik
2,5bar (36,3psi) 0,4–2,5bar (5,8–36,3psi)
6bar (87psi) 2–6bar (29–87psi)
25bar (363psi) 5–25bar (72,5–363psi)
UDS 2,5: bestelnr. 03150621,
UDS 6,0: bestelnr. 03150623,
UDS 25: bestelnr. 03150625.
Voor agressieve media:
UDS 2,5M: bestelnr. 03150622,
UDS 6,0M: bestelnr. 03150624,
UDS 25M: bestelnr. 03150626.
In de fabriek is de UDS op de gemiddelde waarde
van het instelbereik ingesteld.
Omgevingsomstandigheden
Omgevingstemperatuur:
UDS: -10 tot +60°C (50 tot 140°F).
Opslagtemperatuur (voor alle):
-20 tot +40°C (-4 tot +104°F).
KFM, RFM, DH, MH 15, UDS · Edition 11.23
NL-5
8 LEVENSDUUR
Dit aangeven van de levensduur is gebaseerd
op een gebruik van het product conform deze
bedieningshandleiding. Het is noodzakelijk de veilig-
heidsrelevante producten na het bereiken van hun
levensduur te vervangen.
Levensduur (gerelateerd aan de datum van produc-
tie):
10 jaar.
Een verdere toelichting vindt u bij de geldige regels
en het internetportaal van afecor (www.afecor.org).
Deze handelwijze geldt voor verwarmingsinstallaties.
Voor thermische installaties de plaatselijk daarvoor
geldende voorschriften in acht nemen.
9 LOGISTIEK
Transport
Het apparaat beschermen tegen belasting van
buitenaf (schok, klap, trillingen).
Transporttemperatuur: zie pagina 4 (7 Techni-
sche gegevens).
De voor het transport beschreven omgevingsom-
standigheden zijn van toepassing.
Transportschade aan het apparaat of de verpakking
direct melden.
Leveringsomvang controleren.
Opslag
Opslagtemperatuur: zie pagina 4 (7 Technische
gegevens).
De voor de opslag beschreven omgevingsomstan-
digheden zijn van toepassing.
Opslagduur: 6 maanden voordat het apparaat voor
het eerst gebruikt wordt, in de originele verpakking.
Mocht de opslagtijd langer zijn, dan wordt de totale
levensduur met deze extra periode verkort.
Verpakking
Het verpakkingsmateriaal moet volgens de lokale
voorschriften worden verwijderd.
Verwijdering van afvalstoffen
De bouwcomponenten moeten volgens de lokale
voorschriften gescheiden worden afgevoerd.
10 CERTIFICERING
Certificaten, zie www.docuthek.com
Volgens de richtlijn drukapparatuur 2014/68/EU
artikel3 en bijlageII, diagram1 vallen drukmeters
met een weergavebereik ≤200bar onder artikel 3.3
van de richtlijn en mogen niet van een CE-keurmerk
worden voorzien.
DH: EU-gecertificeerd
– (EU) 2016/426 (GAR), verordening inzake gastoe-
stellen
DH, MH:
– DVGW VP 308:2004
Euraziatische douane-unie
De producten DH, MH15 en UDS voldoen aan de
technische richtlijnen van de Euraziatische douane
-unie.
KFM, RFM, DH, MH 15, UDS · Edition 11.23
NL-6
© 2023 Elster GmbH
Technische wijzigingen ter verbetering van onze producten voorbehouden.
Het productspectrum van Honeywell Thermal Solutions omvat
Honeywell Combustion Safety, Eclipse, Exothermics, Hauck,
Kromschröder en Maxon. Kijk voor meer informatie over onze
producten op de site ThermalSolutions.honeywell.com of neem
contact op met uw Honeywell verkoopingenieur.
Elster GmbH
Strotheweg 1, D-49504 Lotte
T +49 541 1214-0
www.kromschroeder.com
Leiding van de wereldwijde centrale servicedienst:
T +49 541 1214-365 of -555
Vertaling uit het Duits
VOOR MEER INFORMATIE
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6

Kromschroder KFM, RFM, DH, MH 15, UDS Handleiding

Type
Handleiding