Keystone Figuur 56 Vlinderkleppen de handleiding

Type
de handleiding
Draagriemen
parallel !!
Optillen Figuur 56
Lees deze handleiding a.u.b. aandachtig door
Dit symbool geeft belangrijke
mededelingen en veiligheidsinstructies
aan.
Potentieel gevaarlijk:
• instructies negeren
• oneigenlijk gebruik van het product
• onvoldoende deskundig personeel
De afsluiter dient te worden toegepast binnen
de druk-/temperatuurgrenzen die in het P/T-
diagram staan.
Belangrijke punten en functies van de afsluiter
dienen op regelmatige basis te worden
gecontroleerd.
1 Opslag en verplaatsing
1.1 Bescherming
Keystone-vlinderkleppen worden geleverd met een bescherming die overeenkomt met de
technische instructies van Keystone, om de afsluiterzittingen en de klep tegen beschadigingen
te beschermen. Verpakkingen en/of hoezen dienen op hun plaats te worden gelaten tot de
afsluiter op de leiding wordt gemonteerd.
1.2 Opslag
Als afsluiters enige tijd (twee maanden of langer) moeten worden opgeslagen voordat ze
worden gemonteerd, dienen ze in de originele transportverpakking of -kisten te worden
opgeslagen.
1.2.1 Opslagcondities
De afsluiters moeten vrij van de grond worden opgeslagen, in een schone en droge, overdekte
omgeving.
Bescherm de afsluiter tegen extreme temperaturen en vochtigheid en stel de afsluiter niet
bloot aan overmatig stof, vocht, trillingen, vervormingen, zonlicht en ozon.
Aanbevelingen
1. Opslagtemperatuur tussen 0 en 25°C, bij voorkeur onder 15°C.
2. Vochtigheid: opslagcondities dienen zo te zijn dat er geen condensvorming optreedt;
opslaan in een droge omgeving. Relatieve luchtvochtigheid maximaal 50%.
3. Licht: afsluiter, rubbers moeten worden beschermd tegen licht, in het bijzonder tegen direct
zonlicht of fel kunstlicht met een hoog UV-gehalte.
4. Ozon: in opslagruimten mogen geen apparaten staan die ozon genereren. Bijv. lampen,
elektromotoren.
Belangrijk
Alvorens afsluiters te installeren of in gebruik te nemen, zijn de volgende handelingen aan te
bevelen.
1. Afsluiters/onderdelen inspecteren en indien nodig grondig reinigen.
2. Rubber onderdelen invetten met siliconenvet als dat niet meer aanwezig is.
3. Bij een opslag van meer dan vijf maanden alle oppervlakken die in contact komen met
zittingen grondig reinigen en invetten met siliconenvet.
Wijzigingen voorbehouden EBPJV-0757-NL-1305
Vlinderkleppen Figuur 56
Handleiding voor installatie en onderhoud
1.3 Verplaatsing
1.3.1 Verpakte afsluiters
Optillen en verplaatsen van afsluiters in kratten moet gebeuren met geschikt hijsmateriaal. Als
een vorkheftruck wordt gebruikt, zijn geschikte steeksleuven vereist.
Optillen en verplaatsen van afsluiters in kisten moet gebeuren aan de hijspunten.
Transport van alle verpakte materialen moet veilig gebeuren volgens de plaatselijke
veiligheidsregels.
1.3.2 Onverpakte afsluiters
Optillen en verplaatsen van deze afsluiters moet op passende wijze gebeuren, met
inachtneming van de maximale draagkracht. De afsluiters moeten, bijvoorkeur, op pallets
verplaatst worden waarbij gemachineerde oppervlakken en zittingen tegen elke vorm van
beschadiging moeten worden beschermd.
Bij het optillen van afsluiters met een grote omvang moet het aanbrengen van hijsmiddelen
en het aanhaken van de last gebeuren met geschikte hulpmiddelen (beugels, haken,
bevestigingsmateriaal), waarbij de last in evenwicht moet worden gebracht om te voorkomen
dat de afsluiters vallen of bewegen tijdens het optillen of verplaatsen.
De afsluiter mag alleen worden opgetild met draagbanden die aan de flensgaten of
hefoogbouten zijn bevestigd; gebruik nooit de aandrijving of de klepopening.
KEYSTONE
www.valves.emerson.com
2.3 Installatie van de afsluiter
De afsluiters worden afgeleverd als uni- of bidirectionele afsluiters. Het huis van een
unidirectionele afsluiter is voorzien van een pijl. De pijl wijst in de richting naar lage druk
zijde. De afsluiter wordt bijvoorkeur met de zitting naar de lage druk zijde van de afsluiteras
geïnstalleerd. De afsluiter zal de stroom niet exact gelijk in beide stroomrichtingen regelen. De
aanbevolen installatiestand is met de as horizontaal waarbij de onderrand van de klep met de
stromingrichting mee opent (vooral bij slurries en bij media met een neiging tot sedimentatie).
Voor optimale regeling en probleemloze werking wordt een rechte leiding aanbevolen van 10
tot 20 leidingdiameters aan de inlaatzijde en 3 tot 5 leidingdiameters aan de uitlaatzijde.
Gebruik de afsluiter niet om de flenzen te spreiden.
Opmerkingen
De afsluiter kan met of zonder aandrijving in de leiding gemonteerd worden. Zorg ervoor
dat de klep voorzichtig bewogen kan worden zodat u kunt voelen of het klepblad de leiding
raakt.
Gebruik de afsluiter niet als ondersteuning van het leidingwerk.
De aangrenzende leiding moet minimale krachten en momenten overbrengen op de afsluiter
tijdens en na installatie.
Verplaatsen en optillen van de afsluiter MOET gebeuren volgens de voorschriften in
paragraaf ‘1.3 Verplaatsing’.
Wijzigingen voorbehouden blz. 2
Vlinderkleppen Figuur 56
Handleiding voor installatie en onderhoud
2 Installatie
WAARSCHUWING!
In verband met de veiligheid is het van belang om de volgende voorzorgsmaatregelen te treffen voor
u werkzaamheden verricht aan de afsluiter:
1. Personeel moet bij het afstellen van de afsluiter gebruik maken van geschikt gereedschap.
Alle noodzakelijke persoonlijke beschermingsmiddelen moeten worden gedragen.
2. Voordat de afsluiter geïnstalleerd wordt, moet de leiding drukloos zijn.
3. Alleen personeel dat getraind is in alle aspecten van het handmatig of machinaal verplaatsen
van de afsluiter mag deze verplaatsen.
4. Oneigenlijk gebruik van de afsluiter is niet toegestaan. Zoals: de afsluiter, hendels,
aandrijvingen of andere onderdelen mogen niet gebruikt worden om in te klimmen.
5. Zorg ervoor dat de druk/temperatuurgrenzen zoals aangegeven op het typeplaatje vallen
binnen de bedrijfsomstandigheden. Het trimnummer op het typeplaatje geeft de gebruikte
materialen aan. Zie de producthandleiding voor het P/T-diagram van de afsluiter en een
omschrijving van trimnummer.
6. Let erop dat de afsluitermaterialen geschikt zijn voor het medium in de leiding.
2.1 Inspectie van de afsluiter
1. Haal de afsluiter zorgvuldig uit de transportverpakking (kist of pallet), waarbij schade moet
worden voorkomen aan de afsluiter, eventuele elektrische of pneumatische/hydraulische
aandrijving of instrumentatie.
2. Controleer of de constructiematerialen zoals aangegeven op het typeplaatje geschikt zijn
voor de beoogde toepassing en volgens specificatie.
3. Het is niet toegestaan onderdelen van derden te gebruiken. In dat geval kan de veilige
werking niet worden gegarandeerd.
2.2 Compatibiliteit van flenzen en leidingen
Controleer voor installatie of de flensaansluiting van de afsluiter- en
leidingflenzen overeenkomt.
Flenzen moeten aan de volgende eisen voldoen:
Binnendiameter:
D min. : De afsluitermaat Q + voldoende speling voor de klep.
D max. : De binnendiameter (ID) van de standaardleiding voor de nominale maat volgens
ISO 4200.
Gebruik de juiste flenspakkingen die geschikt zijn voor de geselecteerde flenzen van de
afsluiter en de leiding.
Gebruik bouten volgens de desbetreffende norm.
D max./min.
Q
2.4 Verificatie van de afsluiter
Controleer de werking van de afsluiter door hem in de volledig open en de volledig gesloten
stand te zetten. Ter controle van de klepstand moet de standaanwijzer op de aandrijving of de
handbediening verdraaien van de aanduiding ‘geheel open’ naar ‘geheel gesloten’. Doorgaans
sluit de klep in de richting van de klok.
2.5 Mogelijke bronnen van gevaar
Dit gedeelte bevat enkele voorbeelden van mogelijke gevaren.
2.5.1 Mechanisch
A) Wanneer handbediening wordt gebruikt, moet er voldoende ruimte zijn om te voorkomen
dat handen bekneld kunnen raken.
B) Vonken veroorzaakt door botsing van de afsluiter met bijvoorbeeld gereedschappen,
kunnen een mogelijke ontstekingsbron zijn voor de nabije omgeving.
2.5.2 Elektrisch
Indien statische ontladingen of elektrische zwerfstromen een explosie kunnen veroorzaken,
moet de afsluiter geaard worden.
2.5.3 Thermisch
A) Als de afsluiter wordt gebruikt in toepassingen met een vloeistoftemperatuur hoger dan
40°C kan de buitenkant van het huis heet zijn. De juiste maatregelen moeten worden
getroffen om brandwonden te voorkomen. Een handbediende afsluiter mag alleen worden
geopend en gesloten als het personeel dat de afsluiter bedient, voldoende persoonlijke
beschermingsmiddelen draagt. Zoals: veiligheidshandschoenen.
B) Hete oppervlakken kunnen een mogelijke ontstekingsbron in de omgeving vormen.
2.5.4 Bediening
Te snel sluiten van een afsluiter kan leiden tot waterslag in de bovenstroomse leiding.
Waterslag leidt tot grote spanningen in het afsluiterhuis en kan ernstige schade veroorzaken.
Waterslag moet onder alle omstandigheden vermeden worden.
Door het drukverschil over de klep, heeft de stroming de neiging de vlinderklep te sluiten
als gevolg van het dynamisch moment. Houd hier rekening mee bij het ontkoppelen of
verwijderen van het bedieningsmechanisme.
Belangrijk
De aansluitende flenzen moeten in goede staat zijn en vrij van vuil en/of insluitingen. Beide
leidingen moeten van binnen geheel schoon zijn.
1. Controleer of de afstand tussen de flenzen overeenkomt met de bouwlengte van de
afsluiter. Spreid de flenzen met geschikt gereedschap om de afsluiter gemakkelijk in de
leiding te kunnen plaatsen.
2. Sluit de afsluiter zover dat de kleprand ten minste 10 mm binnen het huis valt.
3. Plaats de afsluiter met de pakkingen tussen de flenzen, centreer de afsluiter en plaats alle
flensbouten.
4. Houdt de afsluiter goed uitgelijnd, neem de flensspreiders voorzichtig weg en draai de
flensbouten weer met de hand aan.
5. Draai de afsluiter langzaam open en dicht om te controleren of de klep voldoende speling
heeft.
6. Zet alle bouten kruislings met het juiste aanhaalmoment vast.
Wijzigingen voorbehouden blz. 3
Vlinderkleppen Figuur 56
Handleiding voor installatie en onderhoud
3.1 Routineonderhoud
Afgezien van een periodieke controle van een bevredigende werking en afdichting, is geen
routineonderhoud of smering nodig. Als zich problemen voordoen met de drukdichtheid van
de afsluiter, kan de zitting worden aangepast of vervangen.
3.2 Vervanging van de zitting
Het is niet noodzakelijk de afsluiter uit de leiding te verwijderen om de zitting te vervangen.
1. Zet de klep geheel open.
2. Verwijder één segment door één segment los te draaien en het dichtstbijzijnde segment
vast te draaien totdat de vork van segment 1 over de hals van segment 2 kan worden
getild, en verwijder het segment. Draai de moeren van alle segmenten los en verwijder alle
segmenten.
3. Vervang de oude zitting voor een nieuwe zitting.
4. Monteer alle segmenten. Voor het laatste segment moet de zitting uit de holte worden
getrokken, het segment worden geplaatst en de zitting terug op zijn plaats worden gedrukt.
5. Haal de segmenten geleidelijk rondom aan, totdat de zitting de kleprand raakt.
6. Breng de afsluiter geleidelijk onder druk en pas de lekkende punten aan.
7. Als de schroeven niet met mechanische borgmoeren zijn uitgerust, brengt u Loctite 290
aan op alle stelschroeven van de zitting om de stelschroeven correct te kunnen vastmaken.
Opmerking: Neem voor een gedetailleerde afstelling van de zitting contact op met de
fabrikant.
3.3 (De)montage van de afsluiter
Neem voor complete instructies voor de (de)montage van de afsluiter contact op met de
fabrikant.
3 Onderhoud
De Keystone-vlinderkleppen Figuur 56 zijn ontworpen voor minimaal onderhoud.
WAARSCHUWING!
Maak de leiding drukloos en, indien nodig in geval van gevaarlijke vloeistoffen of gassen,
geheel leeg en spoel de leiding met een geschikt reinigingsmiddel schoon, voordat
onderhoudswerkzaamheden worden verricht. Niet nakomen hiervan kan ernstig persoonlijk
letsel en/of materiële schade veroorzaken.
Voordat wordt begonnen met de demontage van de afsluiter, moet u er zeker van zijn dat de
afsluiter op de juiste wijze is ontdaan van schadelijke stoffen en dat hij een temperatuur heeft
die veilig werken mogelijk maakt.
Personeel moet bij het afstellen van de afsluiter gebruik maken van geschikt gereedschap. Alle
noodzakelijke persoonlijke beschermingsmiddelen moeten worden gedragen.
Alleen personeel dat getraind is in alle aspecten van het handmatig of machinaal verplaatsen
van de afsluiter mag deze verplaatsen.
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
Afsluiter draait niet Aandrijving defect Vervangen of repareren
Afsluiter vol met gruis Afsluiter reinigen of spoelen om
gruis te verwijderen
Lekkende afsluiter Afsluiter niet geheel gesloten Sluit afsluiter
Gruis in afsluiter Enige malen open en dicht zetten
en (met open afsluiter) spoelen om
gruis te verwijderen
Lekkage van de zitting Zitting opnieuw afstellen
Zitting beschadigd Zitting opnieuw bewerken en
afstellen, indien mogelijk
Schokkerige werking Gruis in afsluiter Enige malen open en dicht zetten
en (met open afsluiter) spoelen om
gruis te verwijderen
Perslucht voor aandrijving Verhogen van de perslucht
onvoldoende en/of volume
2.6 Problemen oplossen
Wijzigingen voorbehouden blz. 4
Vlinderkleppen Figuur 56
Handleiding voor installatie en onderhoud
RVS rand (alleen DI)
Onderdelenoverzicht
1. Huis
2. Klep
3. Bovenas
4. Onderas
5. Flensaansluiting
6. Afdekplaat
7. Zitting
8. Opsluitsegment zitting
9. Afstelmoer zitting
10. Opsluitschroef zitting
11. Kleppen
12. Lager
13. Bus huis/as
14. Asafdichting
15. Bus klep/as
16. Afdichtingsring
17. Axiale positioneringring
18. Stofring
19. Axiale lager (versterkt PTFE)
20. Eindstop
21. Steunplaat (4x)
Vlinderkleppen Figuur 56
Handleiding voor installatie en onderhoud
Wijzigingen voorbehouden blz. 5
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5

Keystone Figuur 56 Vlinderkleppen de handleiding

Type
de handleiding