Keystone Figuur 9 Vlinderkleppen de handleiding

Type
de handleiding
Vlinderkleppen Figuur 9
Handleiding voor installatie en onderhoud
Wijzigingen voorbehouden EBPJV-0755-NL-1305
Lees deze instructies zorgvuldig
Dit symbool geeft belangrijke
mededelingen en veiligheidsinstructies
aan.
Potentieel gevaarlijk:
• instructies negeren
• oneigenlijk gebruik van het product
• onvoldoende deskundig personeel
De afsluiter dient te worden toegepast binnen
de druk-/temperatuurgrenzen die in de
producthandleiding aangegeven zijn.
Belangrijke punten en functies van de afsluiter
dienen op regelmatige basis te worden
gecontroleerd.
Wanneer de afsluiter als eindafsluiter wordt
gebruikt, zijn alleen PED Cat-I toepassingen
toegestaan. Neem voor andere categorieën
contact op met de fabriek.
1 Opslag en verplaatsing
1.1 Bescherming
Keystone-vlinderkleppen worden geleverd met een bescherming die overeenkomt met de
technische instructies van Keystone, om de afsluiterzittingen en de klep tegen beschadigingen
te beschermen. Verpakkingen en/of hoezen dienen op hun plaats te worden gelaten tot de
afsluiter in de leiding wordt gemonteerd.
1.2 Opslag
Als afsluiters enige tijd (twee maanden of langer) moeten worden opgeslagen voordat ze
worden gemonteerd, dienen ze in de originele transportverpakking of -kisten te worden
opgeslagen.
1.2.1 Opslagcondities
De afsluiters moeten vrij van de grond worden opgeslagen, in een schone en droge, overdekte
omgeving.
Bescherm de afsluiter tegen extreme temperaturen en vochtigheid en stel de afsluiter niet
bloot aan overmatig stof, vocht, trillingen, vervormingen, zonlicht en ozon.
Aanbevelingen
1. Opslagtemperatuur tussen 0 en 25°C, bij voorkeur onder 15°C.
2. Vochtigheid: opslagcondities dienen zo te zijn dat er geen condensvorming optreedt;
opslaan in een droge omgeving. Relatieve luchtvochtigheid maximaal 50%.
3. Licht: afsluiter, rubbers moeten worden beschermd tegen licht, in het bijzonder tegen direct
zonlicht of fel kunstlicht met een hoog UV-gehalte.
4. Ozon: in opslagruimten mogen geen apparaten staan die ozon genereren. Bijv. lampen,
elektromotoren.
Belangrijk
Alvorens afsluiters te installeren of in gebruik te nemen, zijn de volgende handelingen aan te
bevelen.
1. Afsluiters/onderdelen inspecteren en indien nodig grondig reinigen.
2. Rubber onderdelen invetten met siliconenvet als dat niet meer aanwezig is.
3. Bij een opslag van meer dan vijf maanden alle oppervlakken die in contact komen met
zittingen grondig reinigen en invetten met siliconenvet.
1.3 Verplaatsing
1.3.1 Verpakte afsluiters
Optillen en verplaatsen van afsluiters in kratten moet gebeuren met geschikt hijsmateriaal. Als
een vorkheftruck wordt gebruikt, zijn geschikte steeksleuven vereist.
Optillen en verplaatsen van afsluiters in kisten moet gebeuren aan de hijspunten.
Transport van alle verpakte materialen moet veilig gebeuren volgens de plaatselijke
veiligheidsregels.
1.3.2 Onverpakte afsluiters
Optillen en verplaatsen van deze afsluiters moet op passende wijze gebeuren, met
inachtneming van de maximale draagkracht. De afsluiters moeten, bij voorkeur, op pallets
verplaatst worden waarbij gemachineerde oppervlakken en zittingen tegen elke vorm van
beschadiging moeten worden beschermd.
Bij het optillen van afsluiters met een grote omvang moet het aanbrengen van hijsmiddelen
en het aanhaken van de last gebeuren met geschikte hulpmiddelen (beugels, haken,
bevestigingsmateriaal), waarbij de last in evenwicht moet worden gebracht om te voorkomen
dat de afsluiters vallen of bewegen tijdens het optillen of verplaatsen.
De afsluiter mag alleen worden opgetild met draagbanden die aan de flensgaten of het
afsluiterhuis zijn bevestigd; gebruik nooit de aandrijving of de klepopening.
KEYSTONE
www.valves.emerson.com
Vlinderkleppen Figuur 9
Handleiding voor installatie en onderhoud
Wijzigingen voorbehouden pag. 2
YY
D max./min
Q
2 Installatie
WAARSCHUWING!
In verband met de veiligheid is het van belang om de volgende voorzorgsmaatregelen te treffen voor u
werkzaamheden verricht aan de afsluiter:
1. Personeel moet bij het afstellen van de afsluiter gebruik maken van geschikt gereedschap.
Alle noodzakelijke persoonlijke beschermingsmiddelen moeten worden gedragen.
2. Voordat de afsluiter geïnstalleerd wordt, moet de leiding drukloos zijn.
3. Personeel dat getraind is in alle aspecten van het handmatig of machinaal verplaatsen van de
afsluiter mag deze verplaatsen.
4. Oneigenlijk gebruik van de afsluiter is niet toegestaan. Zoals: de afsluiter, hendels,
aandrijvingen of andere onderdelen mogen niet gebruikt worden om in te klimmen.
5. Zorg ervoor dat de druk/temperatuurgrenzen zoals aangegeven op het typeplaatje vallen
binnen de bedrijfsomstandigheden. Het trimnummer op het typeplaatje van de afsluiter
geeft de gebruikte materialen aan. Zie de producthandleiding voor het P/T-diagram van de
afsluiter en een omschrijving van trimnummer.
6. Let erop dat de afsluitermaterialen geschikt zijn voor het medium in de leiding.
2.1 Inspectie van de afsluiter
1. Haal de afsluiter zorgvuldig uit de transportverpakking (kist of pallet), waarbij schade moet
worden voorkomen aan de afsluiter, eventuele elektrische of pneumatische/hydraulische
aandrijving of instrumentatie.
2. Controleer of de constructiematerialen zoals aangegeven op het typeplaatje geschikt zijn
voor de beoogde toepassing en volgens specificatie.
3. Het is niet toegestaan onderdelen van derden te gebruiken. In dat geval kan de veilige
werking niet worden gegarandeerd.
2.2 Compatibiliteit van flenzen en leidingen
Controleer voor installatie of het boutpatroon van afsluiter en leidingflenzen overeenkomen.
Flenzen moeten aan de volgende eisen voldoen:
- Binnendiameter:
D min. : De afsluitermaat Q + voldoende speling voor de klep.
D max. : De optimale binnendiameter (ID) is gelijk aan de binnendiameter van een
standaardflens EN 1092-1, tabel 8, type 11. Neem contact op met uw
Emerson
verkoopvestiging in geval van een binnendiameter groter dan D
max of voor andere flenstypes, aangezien een grotere binnendiameter kan
leiden tot verminderde werking van de afsluiter.
- Als de flens (of de leiding) is voorzien van een verhoogd aansluitvlak, moet de
binnendiameter hiervan ten minste 8 mm groter zijn dan de maat YY van de afsluiter.
Het gebruik van flenspakkingen is niet toegestaan, omdat dit de afsluiter kan beschadigen.
Het ontwerp van de Keystone zitting maakt gebruik van flenspakkingen overbodig.
Gebruik bouten volgens de desbetreffende norm.
Gebruik geen flenspakkingen; deze leiden tot beschadiging van de afsluiter!
2.3 Installatie van de afsluiter
De afsluiters zijn bidirectioneel en kunnen in beide richtingen ten opzichte van de
stroming gemonteerd worden. De afsluiter zal de stroming in beide richtingen regelen. De
aanbevolen installatiestand is horizontaal met de as waarbij de onderrand van de klep met de
stromingrichting mee opent. (Vooral bij slurries en bij media met een neiging tot sedimentatie).
Voor optimale regeling en probleemloze werking wordt een rechte leiding aanbevolen van 10
tot 20 leidingdiameters aan de inlaatzijde en 3 tot 5 leidingdiameters aan de uitlaatzijde.
Een afsluiter is geen koevoet. Gebruik de afsluiter niet om de flenzen te spreiden. De zitting
kan hierdoor beschadigd raken.
Opmerkingen
- De afsluiter kan, al dan niet met de aandrijving op de afsluiter gemonteerd, in de leiding
worden geïnstalleerd. Zorg ervoor dat de klep voorzichtig bewogen kan worden zodat u kunt
voelen of het klepblad de leiding raakt.
- Gebruik de afsluiter niet als ondersteuning van het leidingwerk.
- De aangrenzende leiding moet minimale krachten en momenten overbrengen op de afsluiter
tijdens en na installatie.
- Verplaatsen en optillen van de afsluiter MOET gebeuren volgens de voorschriften in
paragraaf ‘1.3 Verplaatsing’.
Belangrijk
De aansluitende flenzen moeten in goede staat zijn en vrij van vuil en/of insluitingen. Beide
leidingen moeten van binnen geheel schoon zijn.
2.3.1 Bestaand systeem (zie figuur)
1. Controleer of de afstand tussen de flenzen overeenkomt met de bouwlengte van de
afsluiter. Spreid de flenzen met geschikt gereedschap om de afsluiter gemakkelijk in de
leiding te kunnen plaatsen.
2. Steek een paar flensbouten door de flensgaten om de afsluiter te dragen als hij tussen de
flenzen geplaatst is.
3. Sluit de afsluiter zover dat de kleprand ten minste 10 mm binnen het huis valt.
4. Plaats de afsluiter tussen de flenzen, centreer de afsluiter en plaats alle flensbouten. Draai
de bouten met de hand vast.
5. Open langzaam de afsluiter volledig. (Het klepblad staat parallel aan de vlakke kanten aan
de bovenzijde van de as. De spiebaan wijst naar de rand van het klepblad.).
6. Houd de afsluiter goed uitgelijnd, neem de flensspreiders voorzichtig weg en draai de
flensbouten weer met de hand aan.
7. Draai de afsluiter langzaam open en dicht om te controleren of de klep voldoende speling
heeft.
8. Zet alle bouten kruislings met het juiste aanhaalmoment vast. Bouten nooit te vast
aandraaien.
2.3.2 Nieuw systeem (zie figuur)
1. Draai de klep bijna helemaal dicht en centreer beide flenzen ten opzichte van het huis.
Zet het huis met enkele bouten goed vast.
2. Plaats de combinatie flens-afsluiter-flens gecentreerd ten opzichte van de leiding.
3. Zet de flenzen met een paar puntlassen vast aan de leiding.
4. Verwijder de bouten en haal de afsluiter weg tussen de flenzen.
Belangrijk
Las de flenzen nooit helemaal vast terwijl de afsluiter tussen de flenzen zit geklemd; de hitte
zal de zitting ernstig beschadigen.
5. Las nu de flenzen aan de leiding vast en laat de flenzen geheel afkoelen.
6. Plaats nu de afsluiter volgens de procedure die hierboven is beschreven voor bestaande
systemen.
2.4 Verificatie van de afsluiter
Controleer de werking van de afsluiter door hem in de volledig open en de volledig gesloten
stand te zetten. Ter controle van de klepstand moet de standaanwijzer op de aandrijving of
de handbediening verdraaien van de aanduiding ‘geheel open’ naar ‘geheel gesloten’ op de
aandrijving of de meerstandenplaat. Doorgaans sluit de klep in de richting van de klok.
Vlinderkleppen Figuur 9
Handleiding voor installatie & onderhoud
Wijzigingen voorbehouden pag. 3
2.5 Mogelijke bronnen van gevaar
Dit gedeelte bevat enkele voorbeelden van mogelijke gevaren.
2.5.1 Mechanisch
Wanneer handbediening wordt gebruikt, moet er voldoende ruimte zijn om te voorkomen dat handen
bekneld kunnen raken.
2.5.2 Elektrisch
Indien statische ontladingen een explosie kunnen veroorzaken, moet de afsluiter geaard worden.
2.5.3 Thermisch
Als de afsluiter wordt gebruikt in toepassingen met een vloeistoftemperatuur hoger dan 40°C kan de
buitenkant van het huis heet zijn. De juiste maatregelen moeten worden getroffen om brandwonden te
voorkomen.
Een handbediende afsluiter mag alleen worden geopend en gesloten als het personeel dat de afsluiter
bedient, voldoende persoonlijke beschermingsmiddelen draagt. Zoals: veiligheidshandschoenen.
2.5.4 Bediening
Te snel sluiten van een afsluiter kan leiden tot waterslag in de bovenstroomse leiding. Waterslag leidt
tot grote spanningen in de leiding en kan ernstige schade veroorzaken.
Waterslag moet onder alle omstandigheden vermeden worden.
Door het drukverschil over de klep, heeft de stroming de neiging de vlinderklep te sluiten. Houdt hier
rekening mee bij het verwijderen van het bedieningsmechanisme.
2.6 Problemen oplossen
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
Afsluiter draait niet Aandrijving defect Vervangen of repareren
Afsluiter vol met gruis Afsluiter reinigen of spoelen om gruis te
verwijderen
Lekkende afsluiter Afsluiter niet geheel gesloten Sluit afsluiter
Gruis in afsluiter Enige malen open en dicht zetten en
(met open afsluiter) spoelen om gruis te
verwijderen
Zitting beschadigd Zitting vervangen
Schokkerige werking Zeer droge toepassing Breng wat siliconenolie op de zitting aan of
gebruik een grotere aandrijving
Perslucht voor aandrijving Vergroot druk en/of
onvoldoende volume van luchttoevoer
Bestaand systeem Nieuw systeem
1. Spreid de flenzen met geschikt gereedschap.
Plaats enkele bouten om de afsluiter te dragen.
1. Centreer de flens-afsluiter-flens combinatie in de
leiding.
2. Open de afsluiter en verwijder de flensspreiders. 2. Zet de flenzen met puntlassen vast aan de leiding.
3. Sluit de afsluiter met de klok mee, zet hem weer
open en zet alle bouten kruislings vast.
3. Verwijder de afsluiter en las de flenzen geheel
vast. Installeer de afsluiter volgens de procedure
in de linkerkolom.
Vlinderkleppen Figuur 9
Handleiding voor installatie en onderhoud
Wijzigingen voorbehouden pag. 4
3 Onderhoud
De Keystone-vlinderkleppen Figuur 9 zijn ontworpen voor minimaal onderhoud.
WAARSCHUWING!
Maak de leiding drukloos en, indien nodig in geval van gevaarlijke vloeistoffen of gassen,
geheel leeg en spoel de leiding met een geschikt reinigingsmiddel schoon, voordat
onderhoudswerkzaamheden worden verricht. Niet nakomen hiervan kan ernstig persoonlijk
letsel en/of materiële schade veroorzaken.
Voordat wordt aangevangen met de demontage van de afsluiter, moet u er zeker van zijn dat de
afsluiter op de juiste wijze is ontdaan van schadelijke stoffen en dat hij een temperatuur heeft
die veilig werken mogelijk maakt.
Personeel moet bij het afstellen van de afsluiter gebruik maken van geschikt gereedschap. Alle
noodzakelijke persoonlijke beschermingsmiddelen moeten worden gedragen.
Alleen personeel dat getraind is in alle aspecten van het handmatig of machinaal verplaatsen
van de afsluiter mag deze verplaatsen.
3.1 Routineonderhoud
Afgezien van een periodieke controle van een bevredigende werking en afdichting, is geen
routineonderhoud of smering nodig.
3.2 Verwijderen van de afsluiter
1. Zet de klep in bijna gesloten stand. (Het klepblad is parallel aan de vlakke kanten aan de
bovenzijde van de as. De spiebaan wijst naar de rand van het klepblad.).
2. Draai alle flensbouten los en verwijder de bouten die het verwijderen van de afsluiter
belemmeren.
3. Spreid de flenzen met geschikt gereedschap en verwijder de afsluiter.
3.3 Demontage van de afsluiter (zie figuur)
1. Zet de klep vrijwel geheel open.
2. Verwijder de aandrijving.
3. Verwijder de huisschroeven.
4. Verwijder het onderste deel van het huis. Dit wordt min of meer op zijn plaats gehouden
door de zwaluwstaart van de zitting. Plaats twee schroevendraaiers in de naad van het huis
om de beide helften te scheiden en trek het onderste deel los met een draaiende beweging.
5. Trek de as/klep en de zitting uit het bovenste deel.
6. Vervorm de zitting tot een langgerekte ovaal zodat de korte as aan de onderzijde vrijkomt,
om de as/klep uit de zitting te verwijderen. Neem de korte as uit de zitting en trek
vervolgens de lange as met een draaiende beweging uit de zitting.
7. In het bovenste deel van het huis zit een toplager en een asafdichting. Deze onderdelen
hoeven doorgaans niet verwijderd te worden.
8. Sommige afsluitertypes zijn voorzien van een plug aan de onderkant. Verwijder, indien van
toepassing, de klemring en trek de plug, met O-ring, aan de onderkant eruit.
9. Verwijder de O-ring van de plug.
3.4 Montage van de afsluiter (zie figuur)
1. Reinig alle onderdelen. Gebruik siliconenvet op de as/klep voor een gemakkelijke montage.
Als de afsluiter moet worden voorzien van een TFE-gevoerde zitting, moet deze (voor
montage) voorverwarmd worden gedurende een half uur in bijna kokend water.
2. Monteer, indien nodig, de asafdichting en het lager in de bovenzijde van de nek van het
huis.
3. Neem de as/klep en steek de lange as met een draaiende beweging in een van de asgaten
van de zitting.
4. Vervorm de zitting tot een langgerekte ovaal, zodat er voldoende ruimte is voor de korte
as. Plaats de korte as in het asgat in de zitting (met de klep in de ‘open’-stand), en steek
de korte as in het asgat in de zitting door de zitting zijn normale vorm te laten aannemen.
Breng geen olie of ver aan tussen huis en zitting.
5. Druk de lange as van de combinatie as/klep-zitting in het bovenste deel van het huis. Druk
de lip en groef van de zitting op zijn plaats.
6. Monteer het onderste deel van het huis. Let hierbij op de juiste positionering. Het kleine
ingegoten rechthoekige merkteken bij de naad in het huis moet overeenkomen met het
merkteken in het onderste deel van het huis. Plaats de schroeven in het huis en draai ze
stevig aan. Let erop dat de beide delen van het huis goed uitgelijnd zijn.
7. Sommige afsluitertypes zijn voorzien van een plug aan de onderkant. Plaats, indien van
toepassing, de O-ring op de plug. Plaats de plug in het huis en zet hem vast met de
klemring.
8. Monteer de aandrijving en test de werking.
3.5 Opnieuw installeren van de afsluiter
Zie paragraaf 2.3.1.
Vlinderkleppen Figuur 9
Handleiding voor installatie & onderhoud
Wijzigingen voorbehouden pag. 5
Benaming
1. Lager
2. Asafdichting
3. Bovenste helft van het huis
4. Zitting
5. As/klepblad
6. Onderste helft van het huis
7. Schroeven
Montagegaten
Figuur 9
Bovenaanzicht
Maten vlakke kanten
25 - 200 mm
Spiebaanmaten
250 - 600 mm
Vlinderkleppen Figuur 9
Handleiding voor installatie & onderhoud
Wijzigingen voorbehouden pag. 6
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6

Keystone Figuur 9 Vlinderkleppen de handleiding

Type
de handleiding