Gossen MetraWatt METRAHIT ESPECIAL Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

METRAHITEXTRAETECHESPECIALEBASE
High Resolution TRMS Digital Multimeter
Gebruiksaanwijzing
3-349-456-05
10/5.17
2 GMC-I Messtechnik GmbH
Standaard uitrusting Contact Personen
Standaard uitrusting
1 Multimeter in HC20 harde koffer
1 KS17S meetsnoeren kabelset
2Batterijen
1 DAkkS calibratie certifikaat
1 Rubberen beschermhuls
1 Verkorte gebruikshandleiding *
* Een uitgebreide gebruiksaanwijzing is beschikbaar om te downloaden
vanaf de website www.gossenmetrawatt.com.
1)
AC spanningsmeting met speciaal gereduceerde ingangsimpedantie
2) 16 Mbit = 2048 kByte = 61600 meetwaarden, sample rate aanpasbaar
van 0.1 seconden tot 9 uur
3)
IP 65 beschikbaar op de METRAHIT OUTDOOR
Functies E
XTRA ETECH ESPECIAL EBASE
Spanninge V
DC
(Ri 9 M)
✓✓
Spanning V
AC
TRMS
(Ri 9 M)
✓✓
Spanning Lo
1)
V
AC
TRMS
(Ri 1 M)
✓✓
Spanning V
AC+DC
TRMS
(Ri 9 M)
✓✓
Frequentie Hz @ V
AC
ttz.
@ Lo
1)
V
AC
... 300 kHz ... 300 kHz ... 300 kHz
... 300 kHz
Low-pass filter 1 kHz @ V
AC
/ @ LoV
AC
Bandbreedte @ V
AC+DC
ttz. V
AC
100 kHz 20 kHz 1 kHz
Frequentie MHz @ 5V
TTL
1 Hz...1 MHz
——
Duty cycle %
2.0 % ... 98 %
Spannings niveau meting dB
✓✓
Weerstand ✓✓
Continuiteitstest
@ICONST = 1 mA
✓✓
Diode meting
@I
CONST
= 1 mA
✓✓
Temperatuur meting
C/F @T
C
Type K
Temperatuur meting C/F R
TD
Pt100/Pt1000
Capaciteitsmeting F ✓✓
——
Stroom A
DC
600
A/6 mA
60 mA/600 mA
6 A/10 A (16 A)
60 mA/600 mA
6 A/10 A (16 A)
6 A/10 A (16 A)
A
Stroom A
AC+DC
TRMS
Stroom A
AC
TRMS
Bandbreedte @ A
AC+DC
ttz. A
AC
10 kHz
Frequentie Hz @ A
AC
... 60 kHz
Meting met stroomtang met aan-
pasbare verhoudingsfaktor
mV / A
mA / A
mV / A
A / A
mV / A
Data logger functie
2)
(geheugen)
16 Mbit
Relatieve waarde meting
REL
✓✓
Nulpunt ZERO ✓✓
MIN/MAX/DATA Hold ✓✓
IR-interface (38.4 kBd)
✓✓
Netadapter aansluiting
——
Rubberen beschermhuls ✓✓
Zekering
10 A / 1000 V 10 A / 1000 V
Bescherming
3)
IP52 IP52 IP52 IP52
Meetcategorie
1000 V CAT III
600 V CAT IV
600 V CAT II
1000 V CAT III
600 V CAT IV
DAkkS calibratie certifikaat
✓✓
Functies E
XTRA ETECH ESPECIAL EBASE
GMC-I Messtechnik GmbH 3
Contact Personen
Toebehoren (sensoren, plug inserts, adapters, verbruiksgoederen)
De beschikbare toebehoren voor uw instrument worden regelma-
tig gecontroleerd op overeenstemming met de huidige geldende
veiligheids normen, en worden aangepast indien nodig.
Een lijst met de up-to-date toebehoren met foto, artikelnummer,
beschrijving en indien beschikbaar een data sheet, is beschikbaar
op onderstaande website:
www.gossenmetrawatt.com
Zie ook hoofdstuk 10 op pagina 66.
Product ondersteuning
Technische vragen
(gebruik, bediening, software registratie)
Indien nodig contacteer:
GMC-I Messtechnik GmbH
Product Support Hotline
telefoon: +49 911 8602-0
fax: +49 911 8602-709
e-mail support@gossenmetrawatt.com
Software vrijschakeling voor METRAwin10 (vanaf versie 6.xx)
GMC-I Messtechnik GmbH
Front Office
telefoon: +49 911 8602-111
fax: +49 911 8602-777
e-mail: info@gossenmetrawatt.com
4 GMC-I Messtechnik GmbH
Standaard uitrusting Contact Personen
Hercalibratie service
GMC-Instruments calibreert of hercalibreert alle door ons geleverde
toestellen of toestellen van andere merken. Onze calibratiedienst
is geacrediteerd door de Duitse DKD organisatie die erkend wordt
over de hele wereld. Onze producten kunnen ook gehercalibreerd
worden door een ander calibratie labo, gebaseerd op de techni-
sche specificaties die gespecifieerd staan in de gebruikshandlei-
ding.
Herstel- en onderdelen service
Calibratiecentrum* en Instrumenten Verhuur Dienst
Indien nodig contacteer:
GMC-I Service GmbH
Service Center
Thomas-Mann-Str. 20
90471 Nürnberg, Duitsland
telefoon: +49 911 817718-0
fax: +49 911 817718-253
www.gmci-service.com
Dit adres is enkel geldig voor Duitsland. Contacteer onze
vertegenwoordigingen voor dienst na verkoop in andere landen.
* DAkkS Calibration laboratory for measured electrical quantities,
D-K-15080-01-01, accredited in accordance with
DIN EN ISO/IEC 17025:2005
Geacrediteerde grootheden: directe spanning, directe stroomwaarde,
directe stroom weerstand, AC spanning, AC stroomwaarde, AC aktief
vermogen, AC schijnvermogen, DC vermogen, capaciteit, frequentie,
temperatuur
GMC-I Messtechnik GmbH 5
Contact Personen
Competente partner
GMC-I Messtechnik GmbH is gecertifieerd in overeenstemming
met DIN EN ISO 9001:2008.
Ons DAkkS-Kalibratielaboratorium is volgens DIN EN ISO/IEC
17025:2005 geaccrediteerd bij de "Deutsche Akkreditierungs-
stelle GmbH" onder het nummer D-K-15080-01-01.
Wij bieden een kompleet gamma aan expertiese in het bereik van
metrologie: van testrapporten and fabrieks calibratie certificaten, tot
en met DAkkS calibratie certificaten.
Ons aanbiedingssprectrum is afgerond met een gratis test toestel-
len management.
Als een full service calibratie labo, kunnen wij ook meettoestellen
van onze merken calibreren.
6 GMC-I Messtechnik GmbH
Inhoudstabel
Inhoud Pagina Inhoud Pagina
1 Veiligheidseigenschappen en voorschriften ....................... 8
1.1 Toepassingsgebied .........................................................................10
1.2 Betekenis van de gevaar symbolen ..................................................11
1.3 Betekenis van de akoestische verwittigingssignalen ..........................11
2
Gebruiksoverzicht – Aansluitingen, Toetsen, Draaiknop,
Symbolen
........................................................................... 12
3 Eerste gebruik .................................................................. 16
3.1 Batterijen plaatsen of herlaadbare batterijen ....................................16
3.2 Inschakeling ...................................................................................16
3.3 Instellen van de gebruiksparameters ................................................16
3.4 Het toestel uitschakelen ..................................................................17
4 Controle functies .............................................................. 18
4.1 Meetfuncties en meetbereiken selecteren ........................................18
4.1.1 Automatische meetbereikselectie ....................................................18
4.1.2 Manuele meetbereik selectie ...........................................................18
4.1.3 Snelle metingen .............................................................................19
4.2 Nulpuntinstelling / Relatieve metingen .............................................19
4.3 Display (LCD) .................................................................................20
4.3.1 Digitale Display ..............................................................................20
4.3.2 Analoge Display .............................................................................20
4.4 Meetwaarde registratie: DATA (auto-hold / compare) ........................21
4.4.1 Opslaan Minimum en Maximum waarden – MIN/MAX Functie ...........22
4.5 Meetwaarderegistratieg (enkel METRAHIT E
XTRA ) ...........................23
5 Metingen .......................................................................... 26
5.1 Spanningsmetingen .......................................................................26
5.1.1 Direkte en pulserende spanningsmeting, V DC enV (DC+AC) ............27
5.1.2 AC spanningsmeting met 1 M
W
last weerstand en frequentiemeting
met selecteerbare low-pass filter (enkel METRAHIT E
XTRA, METRAHIT
E
TECH en METRAHIT ESPECIAL ) .......................................................28
5.1.3 AC spanning- en frequentiemetinglternating V AC en Hz met
selecteerbare Low-Pass Filter (enkel METRAHIT E
XTRA, METRAHIT
ETECH en METRAHIT ESPECIAL) ........................................................30
5.1.4 Frequentie en Duty Cycle Metingen (enkel METRAHIT EXTRA ) ..........33
5.2 Weerstandsmeting, ....................................................................34
5.3 Continuiteits Test ..........................................................................35
5.4 Diode Test met een constante stroom van 1 mA .............................36
5.5 Temperatuur meting .......................................................................37
5.5.1 Meten met thermokoppels, Temp TC ...............................................37
5.5.2 Meten met weerstandsvoelers
(enkel METRAHIT E
XTRA en METRAHIT ETECH ) ...............................38
5.6 Capaciteitsmeting
(enkel METRAHIT E
XTRA en METRAHIT ETECH ) ...............................39
5.7 Stroommeting ................................................................................40
5.7.1 DC en pulserende stroommeting, Direkte aansluiting, A DC en
A (DC+AC) (enkel METRAHIT E
XTRA, METRAHIT ETECH en
METRAHIT ESPECIAL ) .....................................................................41
5.7.2 AC stroommeting en frequentiemeting,
Direkte aansluiting, A AC en Hz (enkel METRAHIT E
XTRA,
METRAHIT ETECH en METRAHIT ESPECIAL ) .....................................42
GMC-I Messtechnik GmbH 7
Inhoudstabel
Inhoud Pagina Inhoud Pagina
5.7.3
DC- en pulserende stroommeting met stroomsensoren,
A DC en A (DC+AC) .............................................................................43
5.7.4 AC stroommeting met stroomtang sensoren, A AC en Hz ................. 44
5.7.5
DC, Pulserende en stroommeting met stroomtang transformatoren
A DC, A (DC+AC), A AC en Hz (enkel METRAHIT EXTRA,
METRAHIT ETECH en METRAHIT ESPECIAL ) ..................................... 45
6 Toestel- en meetparameters ............................................46
6.1 Wegwijs in de verschillende parameters .......................................... 47
6.2 Lijst van alle parameters ............................................................... 47
6.3 Raagplegen Parameters – InFo Menu (als bewegende letters) .......... 48
6.4 Ingeven parameters – SETUP Menu ................................................ 48
6.5 Standaard instellingen .................................................................... 51
7 Interface bediening ...........................................................52
7.1 Aktivatie van de interface ............................................................... 52
7.2 Configuratie van de Interface Parameters ........................................ 53
8 Technische gegevens .....................................................54
9 Onderhoud en calibratie ...................................................62
9.1 Displays – Foutmeldingen ............................................................. 62
9.2 Batterijen ...................................................................................... 62
9.3
Zekering (enkel
METRAHIT EXTRA
en
METRAHIT ETECH
) ....................63
9.4 Onderhoud behuizing ..................................................................... 64
9.5 Terugname en milieuvriendelijke vernietiging ................................... 64
9.6 Rekalibratie ................................................................................... 65
9.7 Fabrieksgarantie ............................................................................ 65
10 Toebehoren .......................................................................66
10.1 Algemeen ..................................................................................... 66
10.2 Technische gegevens voor de meetsnoeren
(meegeleverd: KS17-2 veiligheidskabelset) ..................................... 66
10.3 NA X-TRA Netadapter (niet inbegrepen) ........................................... 66
10.4 Interface toebehoren (niet inbegrepen) ............................................ 67
11 Trefwoordenregister .........................................................68
8 GMC-I Messtechnik GmbH
Veiligheidsvoorschriften
1 Veiligheidseigenschappen en voorschriften
U heeft voor een toestel gekozen dat U een hoge graad van veilig-
heid biedt.
Dit apparaat voldoet aan de eisen van de momenteel geldende
Europese Richtlijnen en nationale voorschriften. Wij bevestigen dit
met het CE-symbool. U kunt de betreffende conformiteitsverkla-
ring aanvragen bij GMC-I Messtechnik GmbH
De TRMS digitale multimeter werd vervaardigd en getest in over-
eenstemming met de volgende veiligheidsnormen.
IEC 61010–1:2010 / DIN EN 61010–1/VDE 0411–1:2011.
Wanneer het toestel gebruikt voor voor zijn vooropgestelde func-
tie (zie pagina 10)is de veiligheid van de gebruikers alsook die van
het meettoestel verzekerd. Hun veiligheid is nei tgegarandeerd als
het toestel onvakkundig of slordig gebruikt wordt.
Om de technische veiligheidsvoorwaarden te handhaven, en een veilig ge-
bruik te verzekeren, is het noodzakelijk eerst de gebruikshandleiding aan-
dachtig te lezen alvorens het toestel te gebruiken en U ervan te verzekeren
dat alle instructies uit de handleiding nauwkeurig opgevolgd worden.
De multimeter is voor uw veiligheid en die van het toestel uitgerust
met een automatisch blokkeringssysteem voor de ingangsbussen.
Dit mechanisme is verbonden met de draaiknop en laat U enkel
toe de ingangsbussen te gebruiken dewelke voor de gekozen
meting zijn toegestaan. Het voorkomt ook dat het toestel in een
verkeerd bereik wordt geschakeld als de meetsnoeren nog in het
toestel zitten.
De METRAHIT E
SPECIAL multimeter heeft geen zekering voor het stroom-
meetbereik. Het toestel is ontworpen voor metingen in stroomtransfor-
mator kringen en is geschikt voor metingen categorie 600 V CAT II.
Meetcategoriën en hun betekenis volgens IEC 61010-1
De meetcategorie en de maximum toegelaten spanning die op
het toestel is vermeld, is van toepassing voor uw meettoestel, bij-
voorbeeld 1000 V CAT III.
Zie hoofdst. 10.2 voor het gebruik van de meetleidingen.
Beacht de volgende veiligheidswaarschuwingen:
De multimeter mag niet gebruikt worden in explosie gevaarlijke
zones.
De multimeter mag enkel gebruikt worden door personen die
in staat zijn gevaren te herkennen en de nodige maatregelen te
kunnen nemen. Aanraakgevaren bestaan overal daar waar de
spanning hoger is dan 33 V RMS of 70 V DC. Voorkom om al-
leen te werken daar waar gevaren kunnen zijn. Verzeker U
ervan dat een tweede persoon aanwezig is.
CAT Definitie
I
Metingen in electrische kringen
dewelke niet direct verbonden zijn met het net:
bijvoorbeeld electrische systemen in motorvoertuigen en vliegtuigen, batterijen,
enz...
II
Metingen in electrische kringen
dewelke direkt verbonden zijn met het laagspanningsnet:
met stekkers, bvb in huizen, burelen of laboratoria, enz....
III
Metingen in gebouwen installaties:
stationaire verbruikers, verdeelborden, vast aangesloten toestellen
aan de verdeler
IV
Metingen aan stroombronnen voor laagspanningsinstallaties:
meters, netaansluitingen, primaire overspannings beveiligingstoestellen
GMC-I Messtechnik GmbH 9
Veiligheidsvoorschriften
De maximum toegelaten spanning
tussen de spanningsmeetklemmen en tussen alle aansluitin-
gen en de aarde is 1000 V voor meetcategorie III, of 600 V
voor meetcategorie IV.
De METRAHIT E
SPECIAL variant is een uitzondering.
Wees voorbereid op onverwachte spanning bij te testen toe-
stellen (bvb defecte apparaten). Condensatoren kunnen bij-
voorbeeld gevaarlijk zijn ion geladen toestand.
Let op dat de meetsnoeren in goede staat zijn en dat ze geen
slechyte isolatie vertonen, geen onderbekingen hebben, enz...
Er mogen geen metingen gemaakt worden met dit toestel in
electrische kringen met corona ontlading (hoogspanning)
Speciale aandacht is geboden bij metingen in HF kringen.
Gevaarlijke pulserende spanningen kunnen aanwezig zijn.
Metingen in een stoffige omgeving zijn niet toegelaten.
Wees er absoluut zeker van dat de meetbereiken niet overbe-
last worden buiten de toegelaten grenzen. De grenswaarden
zijn opgenomen in hoofdstuk 8,Technische kenmerken”, in
het gedeelte “Meetfuncties en meetbereiken” in de “overlast
capaciteit” kolom.
De multimeter mag enkel gebruikt worden met geïnstalleerde batte-
rijen of herlaadbare batterijen. Gevaarlijke spanningen en stromen
worden anders niet aangeduid waardoor het toestel kan beschadigd
worden.
Het toestel mag niet gebruikt worden wanneer het deksel van
de batterijhouder of het zekeringsdeksel is geopend, of wan-
neer de behuizing is geopend.
De ingang voor het stroommeetbereik is uitgerust met een ze-
keringdetectie (uitgezonderd: METRAHIT E
SPECIAL en METRAHIT
EBASE).
De maximum toegelaten spanning voor de meetkring
(=max spanning van de zekering) is 1000 V AC/DC.
Gebruik enkele de gespecifiëerde zekeringen (zie pagina 60)!
De zekering moet een onderbrekingscapaciteit hebben van ten
minste 30 kA.
10 GMC-I Messtechnik GmbH
Veiligheidsvoorschriften
Herstelling en onderdelen vervangen
Wanneer het toestel wordt geopend kunnen spanningsvoerende
delen worden blootgesteld. Het toestel moet losgekoppeld wor-
den van de meetkring alvorens de herstelling of vervanging van
onderdelen uit te voeren. Indien herstelling nodig is van een wer-
kend open toestel, dan mag dit enkel door getrainde technici ge-
beuren die bewust zijn van de mogelijke gevaren.
Het apparaat openen/ reparatie
Om er voor te zorgen dat dit apparaat feilloos en veilig blijft wer-
ken en de garantie behouden blijft, mag het apparaat uitsluitend
door bevoegde en vakkundige personen worden geopend.
Ook originele onderdelen mogen uitsluitend worden ingebouwd
door bevoegde en vakkundige personen.
Indien geconstateerd wordt dat het apparaat is geopend door niet
bevoegde personen, zal de fabrikant geen enkele aanspraken op
garantie met btrekking tot persoonlijke veiligheid, meetonnauw-
keurigheid, conformiteit met de geldende veiligheidsmaatregelen
of gevolgschade in welke vorm dan ook verlenen.
Defekten en ongewone breuken
Indien vastgesteld wordt dat het toestel niet langer op een veilige
manier kan functioneren, dan dient het uit dienst te worden geno-
men er er voor te zorgen dat het niet meer ongewild kan gebruikt
worden.
Een veilige werking kan niet indien:
het toestel visuele schade vertoond
het toestel niet meer werkt, of een slechte werking vertoond
het toestel langdurig onder slechte omstandigheden werd be-
waard zoals in een vochtige, stoffige of extreme temperatuurs-
omstandig-heden (zie “Omgevingscondities” op pagina 61)
1.1 Toepassingsgebied
De respectievelijke multimeter is een draagbaar toestel dat in
de hand gehouden wordt tijdens het gebruik en de meting.
Enkel de metingen beschreven in hoofdstuk 5 mogen met dit
toestel uitgevoerd worden.
Het meettoestel, inclusief de meetsnoeren en test-probes
mogen enkel gebruikt worden binnen hun gespecifiëerde
meetcategorie (zie pagina 61 en de tabel op pagina 8).
Overlast grenswaarden mogen niet overschreden worden. Zie
technische data op pagina 54 voor overlast waarden en over-
last grenswaarden.
Metingen mogen enkel uitgevoerd worden onder de opgege-
ven omgevingscondities. Zie pagina 61 betreffende de wer-
kingstemperatuur en relatieve vochtigheid.
Het meettoestel mag enkel gebruikt worden in overeenstem-
ming met de opgegeven beschermingsgraad (IP code)
(zie pagina 61)
GMC-I Messtechnik GmbH 11
Veiligheidsvoorschriften
1.2 Betekenis van de gevaar symbolen
Waarschuwing voor gevaar
(opgelet: documentatie raadplegen!)
Waarschuwing voor een gevaarlijke spanning op de
meetingang: U > 55 V AC of U > 70 V DC
1.3 Betekenis van de akoestische verwittigingssignalen
Spanning te hoog: > 1000 V (onderbroken biep-signaal)
Stroom te hoog: > 10 A (onderbroken biep-signaal)
Stroom te hoog: > 16 A (continu signaal)
!
12 GMC-I Messtechnik GmbH
Gebruiksoverzicht – Aansluitingen, Toetsen, Draaiknop, Symbolen
2
Gebruiksoverzicht – Aansluitingen, Toetsen, Draaiknop, Symbolen
1 Display (LCD) (zie pagina 13 voor de betekenis v/d symbolen )
2 MAN / AUTO shift toets voor manueel/autom omschakeling
verhogen parameterwaarden
Gebruiksmenu:
Selecteer individueel menu ingave in tegenrichting
3
ON / OFF | LIGHT
toets voor aan-uitschakeling van het toestel en de verlichting
4
FUNC | ENTER
multifunctionele toets
Gebruiksmenu
: bevestiging ingave (ENTER)
5 Meetbereik verhogen of decimaal punt naar rechts verplaatsen
(MAN functie)
6
Draaiknop voor meetebreikselectie
, (zie pagina 15 betekenis van de symbolen)
7 DAkkS calibratie markering
8 Aansluitbus voor aarding
9 Aansluitbus voor stroommeting met automatische blokkering
10 Aansluitbus voor spanning, weersatnd, temperatuur, diode en
capaciteitsmeting met automatische blokkering
11 DATA/MIN/MAX
Toets voor bevriezing, vergelijking en het wissen v/d gemeten waarde,
en voor Min/Max
waarde verminderen
Gebruiksmenu
:
Selecteer individueel menu ingave in meerichting
12 MEASURE | SETUP
Toets voor terug- en voorruit omschakeling tussenmeting en menu functie
13 ZERO | ESC
Toets voor nulpuntinstelling
Gebruiksmenu: Verlaat het huidige menu niveau en
keer terug naar een hoger niveau,
verlaat de parameters configuratie
zonder opslaan gegevens
14
Meetbereik verkleinen of decimaal punt verplaatsen naar links (MAN function)
15 Connector voor netadapter (enkel METRAHIT EXTRA)
16 Infra-rood interface
* METRAHIT EBASE: stroommeting enkel dmv stroomtang met spanningsuitgang
1
3
4
16
5
6
9
*
*

hoofdstuk
4.3
hoofd-
stuk 3
hoofd-
stuk 5
hoofd-
stuk 7
hoofd-
stuk 6

hoofdstuk 3
ff.
hoofd-
stuk 3
13
12

hoofdstuk
4.1
10
2

hoofdstuk
4.1.2
14
8
Max. 1000 V!
11
15
hoofdstuk 4.1
hoofdstuk 4.4
hoofdstuk 6
hoofdstuk 3
hoofdstuk 3.1
7

hoofdstuk
1.2
hoofdstuk 6
GMC-I Messtechnik GmbH 13
Gebruiksoverzicht – Aansluitingen, Toetsen, Draaiknop, Symbolen
Symbolen gebruikt in het digitale display
1 Battery niveau indicator
2 ON: continu gebruik (automatische afschakeling uitgeschakeld)
3 MAN: manuele meetbereikselectie is aktief
4 Digitaal display met decimaal punt en polariteit
5 max/min: Min/Max geheugen
6 DATA: display geheugen, “bevriezen” meetwaarde
7 STORE: geheugen mode aktief, enkel bij METRAHIT E
XTRA
8 ISO: geen functie bij deze toestellen
9 Upm: geen functie bij deze toestellen
10 Transformatie faktor (stroomtang verhouding)
11 IR: infrarood interface display
12 Schaal voor analoog display
13 Naald voor analoog display (bar graph – pointer)
Afh. v/d instelling in deSET menu voor de A.diSP parameter
Driehoek verschijnt: betekent overload
14 dB: AC spannings niveau meting
15 Geselecteerd type stroom
16 TRMS meting
17 Pt100/Pt1000: geselcteerd platina weerstandsvoeler met
automatische herkenning van Pt100/Pt1000, enkel bij METRAHIT E
XTRA
en METRAHIT E
TECH
18 Type K: temperatuur meting met type K (NiCr-Ni) thermokoppel
19 sec (seconden):eenheid van tijd
20 REL: relatieve meting met referentie tov de offset
21 Meetgrootte
22 ZERO: nulinstelling aktief
23 Waarschuwing gevaarlijke spanning:
U > 55 V AC of U > 70 V DC
24 Continuiteitstest met akoestisch signaal is aktief
25 Diode meting geselcteerd
26 h (uren): eenheid van tijd
Batterij vol
Batterij OK
Batterij zwak
Batterij (bijna) leeg, U < 1.8 V
Aktieve data transmissie naar / van multimeter
IR interface in stand-by mode
(klaar om start bevelen te ontvangen)
Batterij niveau indicator
Interface indicator
1 21011
13
14
15
16
17
21
18
23
24
765
2022
8
3
12
19
26
4
25
9
14 GMC-I Messtechnik GmbH
Gebruiksoverzicht – Aansluitingen, Toetsen, Draaiknop, Symbolen
Symbolen van de draaiknop posities
Stand
FUNC
Display Meetfunctie
METRAHIT
E
XTRA
METRAHIT
E
TECH
METRAHIT
E
SPECIAL
METRAHIT
E
BASE
V~ 0/4 V~ AC TRMS AC Spanning, TRMS AC, volle bandbreedte 
Hz (V) 1 Hz ~ AC Spanningsfrequentie, tot 300 kHz 
V~ 2 V Fil ~ AC TRMS AC spanning, TRMS AC, met low-pass (1 kHz) 
dB 3 dB ~ AC TRMS AC spannings niveau meting 
V~ 1 M
0/3 V~ AC TRMS AC spanning, TRMS AC, volle bandbreedte, ingang 1 M
V~ 1 V Fil ~ AC TRMS AC spanning, TRMS AC, tot 1 kHz, ingang 1 M
Hz (V) 1 M
2 Hz ~ AC Spanningsfrequentie, tot 300 kHz, ingang 1 M
V 0/2 V DC Direkte spanning 
V 1V DC
+
AC TRMS Pulserende spanning, TRMS ( ) 
MHz 0/2 MHz (Hoge) frequenctie @ 5 V~ tot 1 MHz ———
% 1 % Duty cycle @ 5 V~ ———
(Direkte stroom) weerstand 
0/2 Continuiteitstest met akoestisch signaal 
1
V DC Diode spanning tot 6 V 
Temp TC 0/2
C Typ-K
Temperatuur thermokoppel Type K 
Temp RTD 1 C Pt 100/1000 Temperatuur met weerstandsvoeler Pt 100/Pt 1000 ——
nF Capaciteit ——
A 0/2 A DC Direkte stroomwaarde 
A 1 A DC+AC TRMS Pulserende stroom waarde, TRMS AC+DC 
A~ 0/2 A~ AC TRMS AC stroom waarde, TRMS AC 
Hz (A) 1 Hz ~ AC Stroom frequentie 
0/2 A DC Direkte stroomwaarde met AC DC stroomtang 1 V:1/10/100/1000 A 
1
A DC + AC TRMS Pulserende stroomwaarde, TRMS, met AC DC stroomtang, zie boven

0/2 A~ AC TRMS
AC stroomsterkte, TRMS, met stroomtang, zie boven

Hz ( ) 1 Hz ~ AC Stroom frequentie 
1kHz
1kHz
V
AC DC+
V
AC
2
V
DC
2
+=
A
A
A
A
GMC-I Messtechnik GmbH 15
Gebruiksoverzicht – Aansluitingen, Toetsen, Draaiknop, Symbolen
Gebruikers interface symbolen in de volgende hoofdstukken
... Scroll naar hoofdmenu
... Scroll door sub-menu
Selecteer decimaal punt
 verhoog/verlaag waarde
time Sub-menu/parameter (7-segment font)
1nFo Hoofdmenu (7-segment font, boldface)
Symbolen op het toestel
Waarschuwing voor gevaar
(opgelet: raadpleeg documentatie!)
Aarde
CAT II Meetcategorie II toestel, zie ook
“Meetcategoriën en hun betekenis volgens IEC
61010-1” op pagina 8
CAT III / IV Meetcategorie III of IV toestel, zie ook
“Meetcategoriën en hun betekenis volgens IEC
61010-1” op pagina 8
Continu, dubbele- of geforceerde isolatie
duidt op CE conformiteit
IR Positie van de infra-rood interface, venster op de top
van het toestel
Positie van de netadapter aansluiting,
zie ook hoofdstuk 3.1 (enkel METRAHIT E
XTRA)
Zekering voor stroommeetbereik, zie hoofdstuk 9.3
(niet bij METRAHIT E
SPECIAL en METRAHIT EBASE)
Het toestel mag niet weggegooid worden met het
gewone vuilnis.
Verdere informatie betreffende het WEEE teken kan U
terugvinden op www.gossenmetrawatt.com onder de
zoekterm WEEE (zie ook hoofdstuk 9.5).
Calibratie zegel (blauw zegel):
zie ook “Rekalibratie” op pagina 65
!
5 V / 600 mA
Consecutive number
Registratie nummer
Datum van calibratie (jaar - maand)
Deutsche Akkreditierungsstelle GmbH – Calibration Laboratory
XY123
2012-08
D-K-
15080-01-01
16 GMC-I Messtechnik GmbH
Eerste gebruik – Instelling
3 Eerste gebruik
3.1 Batterijen plaatsen of herlaadbare batterijen
Ga naar hoofdstuk 9.2 voor het correct plaatsen van de batterijen.
De actuele batterijspanning kan gecontroleerd worden in de Info
Menu (zie hoofdstuk 6.3).
Let op!
!
Koppel het toestel los van de meetkring alvorens het batte-
rij-deksel te openen om de batterijen te vervangen.
Gebruik met de netadapter
(toebehoren voor METRAHIT E
XTRA, niet inbegrepen, zie hoofdstuk 10)
De geïnstalleerde batterijen worden electronisch ontkoppeld wan-
neer de NA X-TRA netadapter wordt gebruikt, en dienen dus niet
te worden verwijderd uit het toestel.
Bij gebruik van herlaadbare batterijen diene deze extern te worden
opgeladen.
Indiende extern voeding uitgeschakeld wordt, schakeld het toe-
stel automatisch over op batterijspanning zonder onderbreking.
3.2 Inschakeling
Het toestel manueel inschakelen
Druk op de ON / OFF | LIGHT toets tot het display oplicht.
De inschakeling wordt gekenmerkt door een korte biep. Zolang
de toets wordt ingedrukt, lichten alle segmenten van het LCD
display op.
De LCD is beschreven op pagina 13.
Het toestel is klaar voor gebruik zodra de toets wordt losgela-
ten.
Display verlichting
Nadat het toestel is ingeschakeld kan de display verlichting geac-
tiveerd worden door te drukken op de ON / OFF | LIGHT toets. De
verlichting wordt terug uitgeschakeld door nogmaals op de toets
te drukken of schakelt automatisch uit na 1 minuut.
Het toestel inschakelen via de PC
De multimeter wordt ingeschakeld na het verzenden van een data
block van de PC, op voorwaarde dat de “irStb ” ingesteld is op
ir on ” (zie hoofdstuk 6.4).
Hoe ook, wij raden aan de energiebesparingsmode: “
ir off
”te gebruiken.
Opmerking
Electrische ontlading en hoge frequentie interferenties kun-
nen een foutieve display aanduiding geven en de meting
blokkeren.
Koppel het toestel los van de meetkring. Schakel het toestel uit
en terug aan om het te resetten. Als het probleem blijft, ont-
koppel dan de batterij kortstondig (zie ook hoofdstuk 9.2).
3.3 Instellen van de gebruiksparameters
Instellen tijd en datum
Zie de “t iME ” en “dAtE ” parameter in hoofdstuk 6.4.
Display Modes voor de analoge display
Een selectie kan gemaakt worden uit 3 verschillende display
modes (zie“A.diSP ” parameter in hoofdstuk 6.4).
Display Modes voor de digitale display
Een selectie kan gemaakt worden uit 2 verschillende display
modes (zie “0.diSP ” parameter in hoofdstuk 6.4).
GMC-I Messtechnik GmbH 17
Eerste gebruik – Instelling
3.4 Het toestel uitschakelen
Het toestel manueel uitschakelen
Druk op de ON / OFF | LIGHT toets tot 0FF verschijnt op het dis-
play.
De uitschakeling wordt gekenmerkt door een korte biep.
Automatische uitschakeling
Het toestel schakelt automatisch uit indien de meetwaarde gedu-
rende een langere tijd onverandert blijft (maximale fluctuatie van
ongeveer 0,8% van het meetbereik per minuut, of 1°C of 1° F per
minuut), en indien geen enkele toets of de draaiknop bediend
worden gedurende een geselecteerde ingestelde tijdspanne (zie
APoFF ” parameter op pagina 49.) De uitschakeling wordt beves-
tigd door een kort biepsignaal.
Uitzonderingen:
Overdracht en geheugen modus, continu gebruik of wanneer een ge-
vaarlijke spanning aan de ingang ligt (U > 55 V AC of U > 70 V DC).
Blokkering van de automatische uitschakeling
Het toestel kan op continu gebruik ingesteld worden.
Druk gelijktijdig op de en toetsen.
De “Continuous On” functie wordt aangeduid door middel van
ON op het display aan de rechterzijde van het batterijsymbool.
De „Continous On“ instelling kan enkel gereset worden door het terug
wijzigen van deze parameter, (device off parameter, zie „APoFF “ op
pagina 49), of door het toestel manueel uit te schakelen.
In dit geval, de parameter wordt heringesteld op 10 minuten.
ON / OFF
LIGHT
ON / OFF
LIGHT
Auto-Range
8.8.8.8.8
Verlichting AAN
000.00
ON / OFF
LIGHT
Verlichting UIT
000.00
ON / OFF
LIGHT
0ff
ON / OFF
LIGHT
Lang
(1 s)
18 GMC-I Messtechnik GmbH
Controle functies
4 Controle functies
4.1 Meetfuncties en meetbereiken selecteren
De draaiknop is verbonden met het automatisch blokkeringssy-
steem, die enkel toegang geeft tot de 2 aansluitbussen voor de
gekozen functie. Verwijder eerst het respectievelijke meetsnoer al-
vorens over te schakelen naar een ander meetbereik en van de
“A” functies. Het automatisch blokkeringssysteem voorkoimt dat
de draainkop kan verdraaid worden naar een niet toegelaten func-
tie waarvoor het meetsnoer is aangesloten.
4.1.1 Automatische meetbereikselectie
De multimeter is uitgerust met een autio-ranging functie voor elk
meetbereik, uitgezonderd voor de temperatuurmeting, diode- en
continuïteitstest en de MHz meetfunctie. De auto-ranging functie
is aktief van zodra het toestel wordt ingeschakeld. Het toestel se-
lecteerd automatisch het het meetbereik met de hoogst mogelijke
resolutie. Bij omschakeling naar het frequentiemeetbereik blijft het
laatst gekozen spanningsmeetbereik aktief.
De Auto-Ranging Functie
De multimeter schakelt automatisch naar het volgend hoger
meetbereik bij (60000 d + 1 d 06000 d), en naar het volgend
lager meetbereik bij (05000 d - 1 d 50000 d).
Uitzondering, capaciteitsmeting:
De multimeter schakelt automatisch naar het volgend hoger
meetbereik bij (6000 d + 1 d 0 600 d), en naar het volgend
lager meetbereik bij (0500 d - 1 d 5000 d).
4.1.2 Manuele meetbereik selectie
De Auto-ranging functie kan uitgeschakeld worden en de meet-
bereiken kunnen manueel geselcteerd worden in overeenstem-
ming met de volgende tabel door te drukken op de MAN / AUTO
toets.
Het gewenste meetbereik kan gekozen worden met behulp van
de
of toesten.
Het toestel keert terug naar de automatische meetbereikselectie
wanneer nogmaals op de MAN / AUTO toets wordt gedrukt, de
draaiknop wordt bediend of wanneer het toestel wordt uitgescha-
keld en terug aan.
Overzicht: Auto-Ranging en manuele meetbereikselectie
* Enkel via de manuele meetbereik selectie
Functie
Display
MAN / AUTO
Manuele functie aktief:
het gebruikte meetbereik is vast
MAN
of
Schakelbereiken voor:
V:
600 mV*

6 V

60 V

600 V

1000 V
Hz(V AC):
600 Hz

6 kHz

60 kHz

300 kHz
MHz
600 Hz

6 kHz

60 kHz

600 kHz
1 MHz
:
600

6 k

60 k

600 k

6 M

60 M
A: METRAHIT E
XTRA
: 600

A

6 mA

60 mA
600 mA

6 A

10 A (16 A)
METRAHIT E
TECH
:
60 mA

600 mA

6 A

10 A (16 A)
METRAHIT E
SPECIAL
: 6 A
10 A (16 A)
Hz (A AC):
600 Hz

6 kHz

60 kHz
A: A
(mV) 600 mV
6 V
A
(mA) 60 mA
600 mA

6 A
zie hoofdstuk 5.7.3 ff.
F: METRAHIT E
XTRA
en
METRA HIT E
TECH
:
60 nF

600 nF

6
F

60

F

600

F
MAN
MAN / AUTO
Terug naar de auto-ranging functie
GMC-I Messtechnik GmbH 19
Controle functies
4.1.3 Snelle metingen
Metingen die uitgevoerd worden in met de manuele meetbereik-
selectie gebeuren met een snellere antwoordtijd. Snelle metingen
zijn mogelijk voor de volgende twee functies:
Manuele meetbereikselectie, samen met het meetbereik met de
beste resolutie (zie hoofdstuk 4.1.2).
of
•Met de DATA functie (zie hoofdstuk 4.4). In dit geval wordt het
juiste meetbereik gekozen na de eerste meting en de tweede
meting wordt al sneller uitgevoerd.
Het geselcteerde meetbereik blijft behouden gedurende de ganse
meetcyclus voor deze twee functies.
4.2 Nulpuntinstelling / Relatieve metingen
Afhankelijk van de afwijking van het nulpunt, nulpuntregeling of
een referentiewaarde voor relatieve metingen kunnen deze opge-
slagen worden in het geheugen:
De toegepaste referentie- of correctiewaarde wordt van de toe-
komstige gemeten waarden afgetrokken voor alle volgende me-
tingen en blijft in het geheugen tot ze gewist wordt, of tot de mul-
timeter wordt uitgeschalekd.
De nulpuntafregeling en referentiewaarde correctie kan gebruikt
worden voor zowel de auto-range- als manueel meetbereikselec-
tie.
Nulpunt instelling
Plug de meetsnoeren in de aansluitingen van het toestel en
verbindt de vrije uiteinden met elkaar, behalve voor capaci-
teitsmetingen waar de meetsnoer uiteinden niet met elkaar
worden verbonden.
Druk kort op de ZERO | ESC toets.
Het toestel erkent de nulpuntinstelling met een akoestisch sig-
naal, en het “ZERO REL” symbool verschijnt op het display.
De gemeten waarde op het moment van het drukken op de
toets dient als nulpunt referentiewaarde.
De nulpuntinstelling kan gewist worden door nogmaals op de
ZERO | ESC toets te drukken.
Opmerking
Als gevolg van de TRMS meting duidt de multimeter een
restwaarde tussen 1 en 30 digits aan met kortgesloten
meetsnoeren als nulpunt voor V AC / I AC of V(AC+DC) / I
(AC+DC) metingen (niet lineariteit van de TRMS onvormer).
Dit heeft geen invloed op de meetnauwkeurigheid boven 1%
van het meetbereik (of 3% in het 1000 V en 10 A bereik).
Instellen van de Referentie Waarde
Plug de meetsnoeren in de aansluitingen van het toestel en en
meet een referentie waarde (max. 25,000 digits, of 5000 digits
in het 10 A bereik).
Afwijking van nul
– Met kortgesloten meetsnoeren voor V, , A
– MEt open ingang voor capaciteit, grootheid F
Display
0 tot 200 digits ZERO REL
> 200 tot 25000 digits REL
20 GMC-I Messtechnik GmbH
Controle functies
Druk kort op de ZERO | ESC toets.
Het toestel erkent de nulpuntinstelling met een akoestisch sig-
naal, en het “ZERO REL” symbool verschijnt op het display.
De gemeten waarde op het moment van het drukken op de
toets dient als referentiewaarde.
De nulpuntinstelling kan gewist worden door nogmaals op de
ZERO | ESC toets te drukken
Opmerkingen betreffende Relatieve metingen
Relatieve metingen hebben enkel invloed op het display. Het
analoge display blijft de originele gemeten waarde aanduiden.
In geval van relatieve metingen, / F of AC grootheden kun-
nen verschijnen als negatieve waarden.
4.3 Display (LCD)
4.3.1 Digitale Display
Gemeten waarde, meetgrootte, type stroom, polariteit
De meetwaarden met decimaal punt en plus- of min teken ver-
schijnen op het display. De meetgrootte en het type stroom wor-
den eveneens aangeduid. Een min teken verschijnt links van de
meetwaarde gedurende de meting van nulfrequentie grootheden,
als de plus van de meetgrootte is aangesloten op de “” ingang.
De “0.diSP ” parameter kan gebruikt worden om overbodige nul-
len op het display te onderdrukken (zie hoofdstuk 6.4).
Overranging (overbelasting)
Als de bovengrens van 60,000 digits is overschreden zal het 0L
(overload) teken verschiojnen op het display.
Uitzonderingen: „0L “ verschijnt op het display vanaf 6000 digits
gedurende capaciteitsmetingen, alsookj tijdens de continuiteits-
en diode test.
4.3.2 Analoge Display
Meetwaarde, polariteit
Het analoge display geeft de dynamische voorstelling weer zoals
bij een analoge aanduider. Deze display is bijzonder interessant bij
het controleren van sterk fluctuerende signalen en voor afregelin-
gen.
Er kunnen twee verschillende display modes geselcteerd worden
in het “SET ” menu met behulp van de “A.diSP ” parameter (zie
hoofdstuk 6.4):
Bar graph - balk
Pointer: De actuele waarde wordt weergegeven in real time.
De analoge schaal duidt een negatief bereik van 2 schaalverdelin-
genvoor de meting van gelijkstroomsignalen, voor de nauwkeu-
rige observatie van fluctuerende waarden rond het nulpunt. Als de
meetwaarde het bereik van 2 schaalverdelingen overschrijdt, dan
wordt de polaritiet automatisch omgewisseld op het analoge dis-
play. De schalkering gebeurt automatisch. Dit is zeer handig bij de
keuze van het manuele meetbereik.
Overranging (overbelasting)
Overranging in het positieve meetbereik wordt aangeduid door
middel van het rechtse driehoeksymbool.
Refresh Rate (display vernieuwing)
In de bar graph en pointer modus, wordt het analoge display
40 keer per seconde vernieuwd.
GMC-I Messtechnik GmbH 21
Controle functies
4.4 Meetwaarde registratie: DATA (auto-hold / compare)
Een individueel gemeten waarde kan automatisch “bevroren”
worden met de data functie (auto-hold). Dit is hulpzaam, wanneer
bijvoorbeeld heel veel aandacht moet geschonken worden aan
het juist plaatsen van de meetpunten. Na het aanleggen van het
meetsignaal en het stabiliseren van de meetwaarde, en het instel-
len van het toestel volgens de voorwaarden uit de tabel, houdt het
toestel de meetwaarde vast en genereerd een akoestisch signaal.
De meetsnoeren kunnen nu losgelaten worden en de meet-
waarde kan afgelezen worden. Als het meetsignaal buiten de spe-
cificaties uit de tabel valt, wordt de functie gereactiveerd voor op-
slag van de volgende waarde.
Meetwaarde vergelijking (DATA Compare)
Als de huidige waarde minder dan 100 digits afwijkt van de vorige
opgeslagen waarde, dan wordt dit weergegeven door een dubbel
akoestisch signaal.
Als de afwijking groter is dan 100 digits wordt er enkel een kort
akoestisch signaal weergegeven..
Opmerking
De DATA functie heeft geen effect op de analoge display,
waarop de huidge meetwaarde continu verschijnt. Bij een
bevroren meetwaarde wordt ook het decimaal punt bevro-
ren (vast meetbereik, symbool: MAN).
Het gekozen meetbereik hoeft niet manueel te worden aan-
gepast zalong de DATA functie aktief is.
De DATA functie wordt uitgeschakeld door gedurende ca 1 se-
conde te drukken en het inhouden van de DATA/MIN/MAX toets, of
indien de meetfunctie wordt verandert of wanneer het toestel uit-
en weer in wordt geschakeld.
1)
Heractivatie door korte onderschrijding van de aangegeven meetwaarde grenzen.
2)
Twee akoestische signalen bij de eerste keer dat een meetwaarde wordt opgesla-
gen als referentiewaarde
. Bij de 2° hold, 2 akoestische signalen wanneer de huidi-
ge waarde minder dan 100 digits afwijkt van de eerste opgeslagen waarde.
Toets: MV = meetwaarde, R = meetbereik
DATA
Functie
Press
DATA /
Min/Max
Voorwaarde Antwoord v/h toestel
Meet-functie
Meet- sig-
naal
Display
Akoes-
tisch
MV
Digitaal
DATA
Activatie Kort knippert 1 x
Save
(stabiele meet-
waarde)
V, A, Hz, dB,
F, MHz, %
> 10%
of R
Is aange-
duid
vast
1 x
2 maal
2)
 0L
Heractivatie
1)
V, A, Hz, dB,
F, MHz, %
< 10%
of R
opgesla-
gen MV
knippert
 = 0L
wisselen nr
Min/Max
Kort Zie tabel in hoofdstuk 4.4.1
Verlaten Lang
Is cleared Is cleared
2 maal
V, A, Hz
t [s]
60,000
5,000
geactiveerd
geheractiveerd
Save
Save
v/h meetbereik
dB, F, MHz, %
d
d
22 GMC-I Messtechnik GmbH
Controle functies
Voorbeeld
Het spanningsmeetbereik is ingesteld op 10V.
De eerst gemeten waarde is 3V, dewelke wordt opgeslagen in het
geheugen want deze is groter dan 5000 digits van het meetbereik
(= 0.5 V), en dus duidelijk boven het achtergrond ruis niveau.
Van zodra de meetwaarde kleiner wordt dan 5000 digits van het
meetbereik, of kleiner is dan 0.5 V wat overeenstemt met het
wegnemen van de test probes van het meetpunt, dan is het toe-
stel klaar om een nieuw waarde op te slaan.
4.4.1 Opslaan Minimum en Maximum waarden – MIN/MAX Functie
Minimum en maximum meetwaarden kunnen vastgehouden wor-
den in het toestel nadat de Min/max functie is geactiveerd. Het
belagrijkste gebruik van deze functie is de bewaking van meetsig-
nalen op lange termijn.
De Min/Max functie kan in alle meetbereiken worden gebruikt.
De Min/Max functie heeft geen invloed op de analoge display,
deze werkt gewoon verder.
Kies de meetgrootte op het toestel en stel het meetbereik met de
MAN / AUTO toest in alvorens de Min/Max functie te activeren.
De Min/Max functie wordt uitgeschakeld na het indrukken en in-
houden van de DATA/MIN/MAX toets (voor ongeveer 1 seconde),
wanneer de meetfunctie wijzigt of wanneer het toestel wordt aan-
en weer ingeschakeld.
Opmerking
De Min/Max functie can ook gebruikt worden voor de
tempe- ratuurmeting.
Min/Max
Functie
Druk
DATA /
Min/Max
Min. en Max.
Gemeten waarden
Antwoord v/h toestel
Display
Akoest.
signaal
Meetwaarde
Digitaal
Max.
Min.
1
Activeer en
bewaar
2 x kort zijn bewaard
Aktuele
meetwaarde
Max en
min.
2 x
2
Bewaar en
geef weer
kort
continu registratie in ach-
tergrond,
nieuwe min. & max.
waardeen aangeduid.
bewaarde min.
waarde
Min. 1 x
kort
bewaarde max.
waarde
Max. 1 x
3
terug naar1
kort
idem als 1,
opgeslagen waarden wor-
den niet gewist
idem als 1
idem als
1
1 x
Stop Lang zijn gewist
Momentane
meetwaarde
Is
gewist
2 x
GMC-I Messtechnik GmbH 23
Controle functies
4.5 Meetwaarderegistratieg (enkel METRAHIT EXTRA )
De METRAHIT E
XTRA heeft de mogelijkheid om de meetwaarden te
registreren met een instelbaar interval voor lange tijdsregistratie
onder de vorm van meetreeksen. De data wordt opgeslagen in
een geheugenmodule, en blijft bewaard, zelfs na uitschakeling
van de multimeter. Het systeem gebruikt meetwaarden in functie
van de real-time.
Opgeslagen meetwaarden kunnen uitgelezen worden met behulp
van de METRAwin 10 software. De enige voorwaarde is een PC die
is aangesloten met behulp van de USB X-TRA bi-directionele in-
terface adapter, en die op zijn beurt is aangesloten op de
METRAHIT E
XTRA. Zie ook hoofdstuk 7, “Interface bediening”.
Overzicht geheugen parameters (enkel METRAHIT EXTRA )
De STORE Menu Functie
Stel eerst het meetinterval in voor de geheugen bediening (zie
rAtE parameter in hoofdstuk 6.4) , en strat dan de registratie
bediening.
Kies eerst de gewenste meetbereikfunctie en een overeen-
stemmend meetbereik.
Controleer het batterijniveau alvorens een lange tijd registratie
te starten (zie hoofdstuk 6.3).
Gebruikt de NA X-TRA netadapter indien nodig.
Registratie starten vie de Menu Functie
Ga naar de SET ” mode door te drukken op MEASURE | SETUP
en selecteer het “StorE ” menu.
1nFo
... StorE 000.0% StArt
De geheugenregistratie wordt gestart wanneer FUNC | ENTER.
STORE verschijnt onder het analoge display en aanduidt dat de
geheugenregistratie is geactiveerd.
StoP ” verschijnt op het digitale display.
Druk MEASURE | SETUP om terug te keren naar de meetfunctie.
Parameter Pagina: Titel
CLEAr
24: Geheugen wissen
EMpty
24: Geheugen wissen – verschijnt na CLEAr
0CCvP
24: Geheugenbezetting raadplegen
rAtE
48: rAtE instellen sampling rate (enkel METRAHIT EXTRA)
StArt
23: Registratie starten vie de Menu Functie
StoP
24: Registratie stoppen
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
24 GMC-I Messtechnik GmbH
Controle functies
Gedurende de registratie
STORE wordt aangeduid onder het analoge display gedurende de
geheugenregistratie en de geheugencapaciteit (bezetting) kan gecon-
troleerd worden:
StoP
000.3%
De volgende melding verschijnt op het display indien het geheu-
gen vol is: “100.0%”.
Om de meetwaarden gedurende de registratie te observeren, ga naar
de meetfunctie door te drukken op MEASURE | SETUP. Nogmaals
drukken en het display keert terug naar het geheugenmenu.
Een nieuw geheugenblok wordt aangemaakt wanneer een andere
meetfunctie wordt geselecteerd met de draaiknop of de FUNC |
ENTER toets. De dataregistratie gaat automatisch verder.
Registratie stoppen
StoP ” verschijnt op het scherm na indrukken van MEASURE |
SETUP.
StoP start
Bevestig het “StoP ” display door te drukken op FUNC | ENTER.
STORE wordt gewist van het display, dit betekent dat de registra-
tie werd beëindigd.
Druk op MEASURE | SETUP om terug te keren naar de meet-
functie.
De geheugenregistratie kan ook gestopt worden door de multi-
meter uit te schakelen.
Geheugenbezetting raadplegen
De geheugenbezetting kan gedurende de registratie geraad-
pleegd worden in het “1nFo ” menu (zie ook hoofdstuk 6.3).
Bereik geheugenbezetting: 000.1% to 099.9%.
1nFo
bAtt
:
...
0CCvP
%:
017.4
%
De geheugenbezetting kan voor het registreren geraadpleegd
worden in het “StorE” menu.
1nFo
... StorE 017.4 % StArt
Geheugen wissen
Deze functie wist alle meetwaarden uit het geheugen!
Deze functie kan niet uitgevoerd worden tijdens de registratie
1nFo
... StorE 017.4 % w StArt
CLEAr empty
MEASURE
SETUP
MEASURE
SETUP
MEASURE
SETUP
GMC-I Messtechnik GmbH 25
Controle functies
26 GMC-I Messtechnik GmbH
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5 Metingen
5.1 Spanningsmetingen
Opmerkingen betreffende spanningsmeting
De multimeter mag enkel gebruikt worden indien de batterijen of
herlaadbare batterijen in het toestel zitten. Zoniet kunnen gevaar-
lijke spanningen niet aangeduid worden.
De multimeter mag enkel gebruikt worden door personen die
de de risico’s en gevaren kennen en de nodige maatregelen
kunnen treffen. Contactgevaren bestaan overal, daar waar span-
ningen groter dan 33 V RMS voorkomen.
De meetsnoeren mogen enkel aangeraakt worden tot aan de
vingerbeveiligingen. Raak de metalen delen tijdens de meting
nooit
aan.
Vermijd allen te werken indien U handelingen moet uitvoeren
die een contactrisico inhouden. Wees zeker dat een tweede
persoon aanwezig is.
Maximum toegelaten spanning (METRAHIT E
XTRA,
METRAHIT E
TECH, METRAHIT EBASE)
tussen de aanlsuitklemmen, (9 en 10) en de aarde (8) is 1000 V
voor meetcategorie III, en 600 V voor meetcategorie IV.
Maximum toegelaten spanning (METRAHIT E
SPECIAL)
tussen de aanlsuitklemmen (9 en 10) en de aarde (8) is
600 V voor meetcategorie II.
Wees voorbereid op de aanwezigheid van onverwachte span-
ningen op te testen toestellen (bvb defecte toestellen). Bijvoor-
beeld, condensators kunnen gevaarlijk geladen zijn.
Er mogen geen metingen gemaakt worden met dit toestel in
electrische kringen met corona ontlading (hoog-spanning).
Speciale aandacht is noodzakelijk bij metingen in HF electri-
sche kringen. Gevaarlijke pulserende spanningen kunnen hier
aanwezig zijn.
Denk aan het feit dat gevaarlijke spanningspieken niet aangeduid
worden op het display gedurende de meting metde low-pass filter.
Wij raden aan de metingen eerst zonder de low-pass filter uit te voe-
ren om zo gevaarlijke spanningen te kunnen detecteren.
Verzeker U er van dat de meetbereiken niet boven hun toege-
stane grenzen worden overbelast. De grenswaarden staan ver-
meld in hoofdstuk 8, “Technische gegevens”, in de tabel
getiteld “Meetfuncties en Meetbereiken” in de “Overlast capac-
titeiten” kolom.
Overzicht van de functies, spanningsmeting
1)
Een 1 kHz low-pass filter kan in dit geval gebruikt worden, om hoogfre-
quent pulsen groter dan 1 kHz weg te filteren, bijvoorbeeld bij metingen
aan motor sturingen.
2)
Ingangsweerstand van ca. 1 M. Op deze manier zijn foutieve aandui-
dingen zijn dus tot een minimum beperkt door de capacitieve koppeling
gedurende de spanningsmeting in voedingsnetwerken.
Functies
METRAHIT
E
XTRA
METRAHIT
E
TECH
METRAHIT
E
SPECIAL
METRAHIT
E
BASE
V AC / Hz TRMS, dB
(Ri 9 M)
1)

V AC / LP filter 1 kHz
1)
(Ri = 1 M
2)
) TRMS

V AC+DC TRMS
(Ri 9 M)

V DC (Ri 9 M)

MHz bij 5 V AC
———
Duty cycle als %
———
Frequentie band-
breedte
100kHz 20kHz 20kHz 1kHz
GMC-I Messtechnik GmbH 27
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.1.1 Direkte en pulserende spanningsmeting, V DC enV (DC+AC)
Opmerking
Er dient op het volgende gelet te worden voor alle multimeters,
behalve voor de METRAHIT E
BASE:
Zet de CL iP parameter op 0FF in de stroomtang setup menu.
Anders worden alle gemeten waarden aangeduid in Ampè-
res, en worden ze aangepast aan de geselecteerde transfor-
matieverhouding.
1nFo
... SET rAtE ... CL IP
1 / 10/100/1000 / 0ff
In overeenstemming met de te meten spanning, verplaats de
draaiknop naar V of V .
Sluit de meetsnoeren aan zoals aangeduid.
De “” aansluitklem dient met de aarde te worden verbonden.
Opmerking
Een ononderbroken akoestisch signaal verwittigt U wanneer
de gemeten waarde de eindwaarde in het 1000 V bereik
wordt overschreven.
Controleer dat geen enkel stroommeetbereik (“A”) is geactiveerd
indien de multimeter is aangesloten voor spanningsmeting! Als de
stroomwaarde van de zekering wordt overschreden als gevolg
van een aansluitfout, dan zijn zowel de operator als het toestel in
gevaar!
De multimeter komt steeds in het 6V meetbereik na het omschak-
jelen van de draaiknop in de stand V. Van zodra de MAN / AUTO
toets wordt ingedrukt, en de gemeten spanning lager is dan
600 mV, schakelt de multimeter naar het mV meetbereik.
MEASURE
SETUP
COM
V
Temp
– (+)
+ (–)
V= : 600 mV1000 V
020.00
V
DC
AC
TRMS
020.00
V
DC
V
V
V
V
> 55 V AC of > 70 V DC:
> 1000 V:
Waarschuwingen ivm gevaarlijke spanningen:
Max. 1000 V (< 10 kHz)
V: 600 mV1000 V
Max. 100 V (> 10 kHz)
Meetbereiken:
230
.
0
FUNC
ENTER
P
max
= 6 x 10
6
V x Hz
voor U > 100 V
28 GMC-I Messtechnik GmbH
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.1.2 AC spanningsmeting met 1 M last weerstand en frequentieme-
ting met selecteerbare low-pass filter (enkel METRAHIT E
XTRA,
METRAHIT E
TECH en METRAHIT ESPECIAL )
Het meettoestel beschikt over een V
1M
schakelpositie voor in-
stallateurs met een ingangsweerstand van ongeveer 1 M.
Ingangsweerstand van ca. 1 M. Op deze manier zijn foutieve
aanduidingen zijn dus tot een minimum beperkt door de capaci-
tieve koppeling gedurende de spanningsmeting in voedingsnet-
werken.
Opmerking
Voor alle types multimeters behalve de METRAHIT EBASE:
zie opmerking in hoofdstuk 5.1.1.
Plaats de draaiknop, in overeenstemming met de te meten
spanning, op V~
1M
of .
Sluit de meetsnoeren aan zoals afgebeeld.
De“” aansluitbus dient aan de aarde aangesloten te worden.
Spanningsmeting
Opmerking
Een ononderbroken akoestisch signaal verwittigt U wanneer
de gemeten waarde de eindwaarde in het 1000 V bereik
wordt overschreven.
Controleer dat geen enkel stroommeetbereik (“A”) is geactiveerd
indien de multimeter is aangesloten voor spanningsmeting! Als de
stroomwaarde van de zekering wordt overschreden als gevolg
van een aansluitfout, dan zijn zowel de operator als het toestel in
gevaar!
U kan omschakelen tussen spanningsmeting, met of zonder
low-pass filter.
Druk meermaals op de FUNC | ENTER toets totdat de meet-
grootte V of V/Fil verschijnt op het display.
Frequentie meting
Bepaal de meetgrootte op dezelfde manier als voor de span-
ningsmeting.
Selecteer manueel het bereik van de spanningsamplitude.
Wanneer het toestel naar frequentiemeting wordt geschakeld,
blijft het eerder geselecteerd spanningsmeetbereik aktief.
Druk meermaals op de FUNC | ENTER toets totdat de meet-
grootte Hz verschijnt op het display.
De kleinste meetbare frequentie en de maximum toelaatbare
spanningen zijn opgenomen in hoofdstuk 8, “Technische ge-
gevens”.
Metingen met Low-Pass Filter
Let op!
!
Denk aan het feit dat gevaarlijke piekspanningen niet aan-
geduid worden gedurende dit type meting (zie ook “Span-
ningsvergelijker”. Wij raden aan de metingen eerst zonder
de low-pass filter uit te voeren om zo gevaarlijke spannin-
gen te kunnen detecteren.
Een 1 kHz low-pass filter kan in dit geval gebruikt worden, om
hoogfrequent pulsen groter dan 1 kHz weg te filteren, bijvoor-
beeld bij metingen aan motor sturingen. Dit om ongewenste
spanningen groter dan 1 kHz te onderdrukken.
De aktieve low-pass filter is aangeduid bij de Fil display. De
multimeter schakelt automatisch naar het manuele meetbereik.
1 kHz
GMC-I Messtechnik GmbH 29
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
Spanningsvergelijker voor de aanduiding van gevaarlijke spanningen
Het ingangs- of meetsignaal wordt gecontroleerd door een span-
ningsvergelijker voor gevaarlijke pieken, want deze worden niet
aangeduid op het display wanneer de low-pass filter wordt ge-
bruikt.
Bij spanningen groter dan 55 V AC of 70 V DC, verschijnt een ge-
vaarsymbool op het display: .
COM
V
Tem p
Max. 1000 V (< 10 kHz)
V~: 600 mV1000 V
Hz: 1Hz 300 kHz
~
Max. 100 V (> 10 kHz)
P
max
= 6 x 10
6
V x Hz
Meetbereiken:
> 55 V AC of > 70 V DC:
> 1000 V:
Waarschuwingen ivm gevaarlijke spanningen:
230
.
0
voor U > 100 V
V~
1M
1kHz
V~
0225.6
V
AC
TRMS
Hz
1kHz
0226.0
V
AC
TRMS
Fil
V~
049.99
Hz
AC
V~ & Filter
!
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
30 GMC-I Messtechnik GmbH
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.1.3 AC spanning- en frequentiemetinglternating V AC en Hz met
selecteerbare Low-Pass Filter (enkel METRAHIT E
XTRA, METRAHIT
E
TECH en METRAHIT ESPECIAL)
Opmerking
Voor alle types multimeters behalve de METRAHIT EBASE: zie
opmerking in hoofdstuk 5.1.1.
Plaats de draaiknop, in overeenstemming met de te meten
spanning of frequentie op V~ of Hz.
Sluit de meetsnoeren aan zoals afgebeeld.
De“” aansluitbus dient aan de aarde aangesloten te worden.
Spanningsmeting
Opmerking
Een ononderbroken akoestisch signaal verwittigt U wanneer
de gemeten waarde de eindwaarde in het 1000 V bereik
wordt overschreven.
Controleer dat geen enkel stroommeetbereik (“A”) is geactiveerd
indien de multimeter is aangesloten voor spanningsmeting! Als de
stroomwaarde van de zekering wordt overschreden als gevolg
van een aansluitfout, dan zijn zowel de operator als het toestel in
gevaar!
U kan omschakelen tussen spanningsmeting, met of zonder
low-pass filter.
Druk meermaals op de FUNC | ENTER toets totdat de meet-
grootte V of V/Fil verschijnt op het display.
Frequentie meting
Bepaal de meetgrootte op dezelfde manier als voor de span-
ningsmeting.
Selecteer manueel het bereik van de spanningsamplitude.
Wanneer het toestel naar frequentiemeting wordt geschakeld,
blijft het eerder geselecteerd spanningsmeetbereik aktief.
Druk meermaals op de FUNC | ENTER toets totdat de meet-
grootte Hz verschijnt op het display.
De kleinste meetbare frequentie en de maximum toelaatbare
spanningen zijn opgenomen in hoofdstuk 8, “Technische ge-
gevens”.
Metingen met Low-Pass Filter
Let op!
!
Denk aan het feit dat gevaarlijke piekspanningen niet aan-
geduid worden gedurende dit type meting (zie ook “Span-
ningsvergelijker”. Wij raden aan de metingen eerst zonder
de low-pass filter uit te voeren om zo gevaarlijke spannin-
gen te kunnen detecteren.
Een 1 kHz low-pass filter kan in dit geval gebruikt worden, om
hoogfrequent pulsen groter dan 1 kHz weg te filteren, bijvoor-
beeld bij metingen aan motor sturingen. Dit om ongewenste
spanningen groter dan 1 kHz te onderdrukken.
De aktieve low-pass filter is aangeduid bij de Fil display. De multi-
meter schakelt automatisch naar het manuele meetbereik.
De opgegeven meetnauwkeurigheid wordt niet bereikt indien de
filter is geactiveerd en de signale groter zijn dan 100 Hz.
GMC-I Messtechnik GmbH 31
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
Spanningsvergelijker voor de aanduiding van gevaarlijke spanningen
Het ingangs- of meetsignaal wordt gecontroleerd door een span-
ningsvergelijker voor gevaarlijke pieken, want deze worden niet
aangeduid op het display wanneer de low-pass filter wordt ge-
bruikt.
Bij spanningen groter dan 55 V AC of 70 V DC, verschijnt een ge-
vaarsymbool op het display:
COM
V
Tem p
Max. 1000 V (< 10 kHz)
V~: 600 mV1000 V
Hz: 1Hz 300 kHz
~
Max. 100 V (> 10 kHz)
P
max
= 6 x 10
6
V x Hz
Meetbereiken:
> 55 V AC of > 70 V DC:
> 1000 V:
Waarschuwingen ivm gevaarlijke spanningen:
230
.
0
voor U > 100 V
0230.6
V
AC
TRMS
050.03
Hz
AC
V~
Hz
V~
Hz
0229.6
V
AC
TRMS
Fil
V~ & Filter
1kHz
V~
050.00
AC
!
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
dB
dB
TRMS
32 GMC-I Messtechnik GmbH
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
AC spanningsniveau meting (dB)
Spanningsniveau meting wordt gebruikt om na
de algemene verzwakking of versterking na
te gaan. (hier getoond als een 4-polige op-
stelling).
waarbij U
1
= U
REF
(referentie niveau)
Resultaat > 1: boosting
Resultaat < 1: attenuation
Selekteer manueel het het meetbereik voor de spanningsam-
plitude. Wanneer het toestel op dB meting wordt geplaatst,
blijft het vorig geselecteerd spanningsmeetbereik aktief.
Druk meermaals op de FUNC | ENTER toets totdat de meet-
grootte dB verschijnt op het display.
De kleinste meetbare frequentie en de maximum toelaatbare
spanningen zijn opgenomen in hoofdstuk 8, “Technische ge-
gevens”.
De niveaumeting is nu geaktiveerd. De gemeten waarde is bere-
kend op basis van de RMS waarde van de wisselspanningscom-
ponent relatief aan het meetbereik (600 mV 1000 V), en aange-
duid.
De standaard instellingen voor het referentieniveau is 0 dB =
0,775 V (1 mW tot 600 ). Deze waarde kan aangepast worden
in de „SET “ menu (zie ook hoofdstuk 6.4):
1nFo
... SET rAtE ... dbrEF
0 .. 001 ... 99 V

Opmerking
In het toestel zijn geen ingangsweerstanden ingebouwd.
Daardoor kan gemeten worden met een hoge ingangsimpe-
dantie van 9 M.
De ingangsimpedantie voor spanningsmeting is opgenomen
in de technische gegevens.
Om in staat te zijn correcte metingen uit te voeren aan niet-
afgesloten toestellen onder test, dient de afsluitweerstand
op de klemmen te worden aangesloten. Houdt rekening met
het vermogenverlies over de afsluitweerstand!
U
1
U
2
Spanningsniveau dB20
U
2
U
1
------log=
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
GMC-I Messtechnik GmbH 33
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.1.4 Frequentie en Duty Cycle Metingen
(enkel METRAHIT E
XTRA )
Plaats de draaiknop op MHz of %.
Sluit de meetsnoeren aan zoals aangeduid.
Controleer dat geen enkel stroommeetbereik (“A”) is geactiveerd
indien de multimeter is aangesloten voor frequentie of duty cycle
metingen!
Let op!
!
Het gebruikt spanningssignaal mag niet hoger zijn 5 V.
Frequentie meting, MHz
Een 5 V signaal met een frequentie tot 1 MHz wordt gemeten en
aangeduid met MHz als meetgrootte. De impulsfrequentie
geeft de omgekeerde waarde van de impulsduur.
Duty Cycle Meting, t
E
/t
P
De verhouding van de umpulsduur tov de impulsperiode wordt
gemeten met periodieke rechthoeksignalen en aangeduid in %.
Opmerking
De gebruikte frequentie moet stabiel blijven gedurende de
duur van de meting.
duty cycle (%) =
impulsduur (t
E
)
impulsperiode (t
P
)
100
COM
V
Temp
Max. 5 V
!
1.0323
MHz
002.00
%
MHz
%
MHz
%
U
t
t
E
t
P
t
E
/t
P
Impuls Tijd grootheden
f
P
impulsfrequentie = 1/t
P
t
E
impulsduur
t
P
impuls periode
t
P
– t
E
inter-impuls periode
t
E
/t
P
impuls of duty cycle
f
P
FUNC
ENTER
Meetbereiken:
fp impuls frequentie bereik
Hz t
E
/t
P
15 Hz ... 1 kHz 2 ... 98 %
... 10 kHz 5 ... 95 %
... 50kHz 10 ... 90 %
34 GMC-I Messtechnik GmbH
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.2 Weerstandsmeting,
Ontkoppel de spanning van de electrische kring van het te
meten toestel, en ontlaad alle hoogspannings condensatoren.
Wees zeker dat het te testen toestel spanningsloos is.
Interferentiespanningen verstoren de meetresultaten!
Zie hoofdstuk 5.1.1 betreffende het testen op de afwezigheid
van spanning met behulp van de gelijkspanningsmeting.
Plaats de draaiknop op de positie “”.
Sluit het te testen toestel aan zoals aangeduid.
Opmerking
Gberuik korte of afgeschermde meetsnoeren bij hoge impe-
dantie weerstanden.
De nauuwkeurigheid verhogen door nulpuntafregeling
De kabel- en contactweerstanden kunnen gecompenseerd wor-
den in alle meetbereiken met behulp van de nulpuntafregeling
(zie hoofdstuk 4.2).
COM
V
Temp
R
x
R
x
0V !
!
000.00
k
600 60 M
Meetbereiken:
GMC-I Messtechnik GmbH 35
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.3 Continuiteits Test
Ontkoppel de spanning van de electrische kring van het te
meten toestel, en ontlaad alle hoogspannings condensatoren.
Wees zeker dat het te testen toestel spanningsloos is. Interfe-
rentiespanningen verstoren de meetresultaten!
Plaats de draaiknop op .
Sluit het te testen toestel aan zoals aangeduid.
Afhankelijk van de gekozen grenswaarde genereert de multimeter
een continu akoestisch signaal in geval van continuiteit of kortslui-
ting, ttz bij een waarde die kleiner is dan de geselcteerde grens-
waarde.
0L” verschijnt op het display bij een open kring.
De grenswaarde kan aangepast worden in deSET” menu (zie ook
hoofdstuk 6.4):
1nFo
... SET rAtE ... bEEP
1, 10, 20 ... 500

in 10 Ohm stappen
(10 = standaard instelling)
MEASURE
SETUP
COM
V
Temp
0V !
!
000.8
0.443
V
DC
R < 1, 10, 20 ... 500
FUNC
ENTER
36 GMC-I Messtechnik GmbH
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.4 Diode Test met een constante stroom van 1 mA
Ontkoppel de spanning van de electrische kring van het te
meten toestel, en ontlaad alle hoogspannings condensatoren.
Wees zeker dat het te testen toestel spanningsloos is.
Interferentiespanningen verstoren de meetresultaten!
Zie hoofdstuk 5.1.1 betreffende het testen op de afwezigheid
van spanning met behulp van de gelijkspanningsmeting.
Plaats de draaiknop op .
Druk op de
FUNC
| ENTER
toets.
Sluit het te testen object aan zoals aangeduid.
Doorlaatrichting en kortsluiting
Het toestel duidt de doorlaatspanning aan in volt (display: 4 di-
gits). Zolang de spanningsval de maximum display waarde van
6.0 V niet overschrijdt, kunnen meerdere in serie aangesloten
componenten of diodes getest worden.
Omgekeerde richting en onderbreking
Het meettoestel duidt een een overload aan: 0L.
Opmerking
Weerstanden en halfgeleiders die parallel aangesloten zijn
op de diode, verstoren de meetresultaten!
COM
V
Tem p
Doorlaatrichting Omgekeerde richting
0V !
0.654
0.L
tot 6.000 V
Meetbereik:
+
0.443
V
!
000.8
DC
FUNC
ENTER
GMC-I Messtechnik GmbH 37
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.5 Temperatuur meting
Een temperatuurmeting kan uitgevoerd worden met een type K
thermokoppel (toebehoren), dewelke wordt aangesloten op de
spanningsingang. Alternatief kunnen Pt100 of Pt1000 weer-
standsvoelers gebruikt worden met de METRAHIT EXTRA en
METRAHIT E
TECH.
Selectie van de meetgrootte voor temperatuur
1nFo
... tEMP °C / °F 
(°C = standaard instelling)
5.5.1 Meten met thermokoppels, Temp TC
Plaats de draaiknop op “Temp
TC
”.
Opmerking
Enkel METRAHIT EXTRA en METRAHIT ETECH :
De laatst geselcteerde temperatuurmeting of het laatst
geselcteerde temperatuurvoeler, type K of Pt100/Pt1000,
blijven in het geheugen van het toestel en worden zo aange-
duid. Druk op de FUNC | ENTER toets om de meetfunctie te
wijzigen indien nodig.
De referentietemperatuur wordt gemeten door de interne refe-
rentie junctie (zie parameter “1tEMP ” in hoofdstuk 6.3 met be-
trekking hierop).
Opmerking
De interne referentie temperatuur (temperatuur van de
interne referentie junctie) wordt gemeten door een tempera-
tuurvoeler in het toestel. Deze kan afwijken van de omge-
vingstemperatuur als gevolg van interne opwarming in het
toestel, of bij het verplaatsen van een warme naar een kou-
dere omgeving of omgekeerd.
Sluit de voeler aan op de 2 toegankelijke klemmen. Het meet-
toestel duidt de gemeten temperatuur aan met de geselc-
teerde meetgrootte.
MEASURE
SETUP
Temp
TC
0023.3

Temp
RTD
Type K
TC
COM
V
Temp
TC
0256.0

Pt1000
RTD
Meetbereik
TC K (NiCr-Ni) 250.0 +1372.0C
FUNC
ENTER
38 GMC-I Messtechnik GmbH
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.5.2 Meten met weerstandsvoelers
(enkel
METRAHIT EXTRA
en
METRAHIT ETECH
)
Plaats de draaiknop op “Temp
TC
” of “Temp
RTD
”.
De laatst geselecteerde temperatuurmeting of voeler, ttz type K of
Pt100/Pt1000, blijft in het geheugen en wordt overeenstemmend
aangeduid.Druk op de FUNC | ENTER toets om de andere meet-
functie te selecteren indien gewenst. Het voeler type, ttz Pt100 of
Pt1000, wordt automatisch gedetekterd en aangeduid.
Er zijn 2 verschillende manieren om de kabelweerstand te com-
penseren:
Automatische compensatie
Druk op de ZERO | ESC toets.
“Short leads” verschijnt op het display.
Indien U verkiest om de kabelweerstand direkt in te geven, dan
kan U de volgende ingave overslaan.
Sluit de aansluitkabel van het toestel kort.
000.00 ” verschijnt op het display. Na het indrukken van de
FUNC | ENTER toets, wordt de automatische compensatie van
de kabel. weerstand geaktiveerd voor alle onderliggende me-
tingen. De kortsluiting kan nu opgeheven worden en het toe-
stelm is klaar voor gebruik.
De kabelweerstand ingeven
Druk nogmaals op de ZERO | ESC toets in de automatische
compensatie menu.
Geef de gekende weerstandswaarde van de aansluitsnoeren in
met de scroll toetsen: Selecteer de digits met de
toetsen,
wijzig de geselcteerde digit met de toetsen. De standaard
waarde is 0.43 (Z3409). Waarden kunnen ingegeven wor-
den van 0 tot 50 .
Na het drukken op de FUNC | ENTER toets, wordt de ingegeven
waarde geaktiveerd en dhet display keert terug naar de meet-
functie. De kabelweerstand blijft in het geheugen, zelfs na uit-
schakeling van het toestel.
COM
V
Tem p
Temp
TC
0023.3

Temp
RTD
Type K
0025.6

Pt1000
TC
RTD
000.00
R L
Ingave kabelweerstand
Automatische
RTD
compensatie
Meetbereik
RTD Pt100 200.0 +850.0C
RTD Pt1000 150.0 +850.0C
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
ZERO
ESC
ZERO
ESC
FUNC
ENTER
000.50
R L
short
leads
GMC-I Messtechnik GmbH 39
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.6 Capaciteitsmeting
(enkel METRAHIT E
XTRA en METRAHIT ETECH )
Ontkoppel de spanning van de electrische kring van het te
meten toestel, en ontlaad alle hoogspannings condensatoren.
Wees zeker dat het te testen toestel spanningsloos is.
Capaciteiten moeten steeds ontladen worden voor de meting
Interferentiespanningen verstoren de meetresultaten!
Zie hoofdstuk 5.1.1 betreffende het testen op de afwezigheid
van spanning met behulp van de gelijkspanningsmeting.
Plaats de draaiknop op “ .
Sluit de (ontladen!) testobject aan op de aansluitklemmen met
de meetsnoeren zoals aangeduid.
Opmerking
De “–” klem van gepolariseerde condensatoren moet aange-
sloten worden op de “” klem.
Weerstanden en halfgeleiders die parallel aangesloten zijn
op de condersator, verstoren de meetresultaten!
COM
V
Tem p
0V !
!
10.38
F
+
+
60 nF ...600 F
Meetbereiken:
40 GMC-I Messtechnik GmbH
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.7 Stroommeting
Opmerkingen betreffende stroommetingen
De multimeter mag enkel gebruikt worden indien de batterijen of her-
laadbare batterijen in het toestel zitten. Zoniet kunnen gevaarlijke
stromen niet aangeduid worden.
De METRAHIT ESPECIAL multimeter heeft geen zekering voor het
stroommeetbereik. Het toestel is ontworpen voor metingen in stroom-
transformator kringen en is goedgekeurd voor meetcategorie 600 V
CAT II
.
Verbindt de meetkring op een mechanisch veilige manier, en
bescherm het tegen overwachte breuken. Kies de juiste kabel-
sectie zodat deze niet overhit raken.
Een onderbrekend akoestisch signaal waarschuwt U voor stro-
men groter dan 10 A. Een continu akoestisch signaal waar-
schuwt bij stromen groter dan 16 A.
De ingang van het stroommeetbereik is uitgerust met een ze-
kering. De maximum toegelaten spanning voor de meetkring
(= nominale spanning van de zekering) is 1000 V AC/DC.
Gebruik enkel de opgegeven zekeringen! De zekering moet
een schakelcapaciteit hebben van minstens 30 kA.
Als de zekering voor het akieve stroommeetbereik springt,
FUSE ” verschijnt op het display, en een akoestisch signaal
wordt gelijktijdig weergegeven.
Als de zekering springt, elimineer dan eerst de oorzaak van
overbelasting alvorens het toestel opnieuw te gebruikenI!
Het vervangen van de zekering is beschreven in hoofdstuk 9.3.
Verzeker U er van dat de meetbereiken niet boven hun toegestane
grenzen worden overbelast. De grenswaarden staan vermeld in
hoofdstuk 8, “Technische gegevens”, in de tabel getiteld “Meet-
functies en Meetbereiken” in de “Overlast capactiteiten” kolom.
Overzicht van de functies, stroommeting, direkte aansluiting
* ) Speciaal model zonder zekering voor metingen aan stroomtransformatoren
Overzicht van de functies, stroommeting via stroomtangen
Overzicht van de functies voor stroommeting met stroomtransformatortangen
Functies METRAHIT EX-
TRA
METRAHIT
E
TECH
METRAHIT ES-
PECIAL
METRAHIT
E
BASE
A AC / Hz ~ 600 A
6/60/600 mA
6 A / 10 (16) A
60/600 mA
6 A / 10 (16) A
6 A / 10 (16) A
A AC+DC TRMS
600 A
6/60/600 mA
6 A / 10 (16) A
60/600 mA
6 A / 10 (16) A
6 A / 10 (16) A
A DC 600 A
6/60/600 mA
6 A / 10 (16) A
60/600 mA
6A / 10 (16) A
6 A / 10 (16) A
1000 V zekering —* )
Functies METRAHIT E
X-
TRA
METRAHIT
E
TECH
METRAHIT ES-
PECIAL
METRAHIT
E
BASE
Transformatie
Factor

A AC / Hz 
A AC+DC 
A DC 
Hz (A AC) ... 60 kHz ... 60 kHz ... 60 kHz ... 60 kHz
Function METRAHIT E
XTRA METRAHIT ETECH METRAHIT ESPECIAL
Transformatie Factor

A AC / Hz

Hz (A AC)
... 60 kHz ... 60 kHz ... 60 kHz
GMC-I Messtechnik GmbH 41
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.7.1 DC en pulserende stroommeting, Direkte aansluiting, A DC en A
(DC+AC) (enkel METRAHIT E
XTRA, METRAHIT ETECH en
METRAHIT E
SPECIAL )
Ontkoppel eerst de voedingsspanning van de meetkring of
verbruiker (1), en ontlaad alle capaciteiten.
Plaats de draaiknop, in overeenstemming met de te meten
stroom, op A of A
.
Selecteer het stroomtype in overeenstemming met de meet-
grootte door te drukken op FUNC | ENTER toets. Elke keer deze
toets wordt ingedrukt schakelt het toestel om van A DC naar A
(DC + AC)
TRMS
, dewelke wordt aangeduid met een biep sig-
naal. Het stroomtype wordt aangeduid op de LCD display door
middel van het DC of (DC+AC)
TRMS
symbool.
Sluit het meettoestel veilig aan (zonder contactweerstand) in
serie met de verbruiker (2), zoals aangeduid.
Schakel de voedingsspanning weer aan op de meetkring (3).
Lees het display af. Noteer de gemeten waarde als het toestel
niet werkt in de geheugen- of transmissie modus
Ontkoppel eerst de voedingsspanning van de meetkring of
verbruiker (1) nogmaals, en ontlaad alle capaciteiten.
Verwijder de meetsnoeren van het meetpunt en breng de
meetkring terug in zijn normale omstandigheden.
COM mA A
~
R
x
~
R
x
1
3
2
I > 10 A
!
A
A
003.50
A
DC
003.50
A
DC
AC
TRMS
A
A
METRAHIT EXTRA
METRAHIT ESPECIAL
6 A / 10 A (16 A max. 30 s)
600 A / 6 mA
60 mA / 600 mA
6 A / 10 A (16 A max. 30 s)
8
.
8
.
8
.
8
.
8
!
I > 16 A
Stroom
Meetbereiken:
Stroommeting, enkel
met geïnstalleerde
batterijen!
FUNC
ENTER
METRAHIT ETECH
60 mA / 600 mA
6 A / 10 A (16 A max. 30 s)
42 GMC-I Messtechnik GmbH
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.7.2 AC stroommeting en frequentiemeting,
Direkte aansluiting, A AC en Hz (enkel METRAHIT E
XTRA,
METRAHIT E
TECH en METRAHIT ESPECIAL )
Ontkoppel eerst de voedingsspanning van de meetkring of
verbruiker (1), en ontlaad alle capaciteiten.
Plaats in overeenstemming met de te meten stroom of fre-
quentie de draaiknop op A~ of Hz.
Selecteer de gewenste meetgrootte door kort te drukken op
de FUNC | ENTER toets. Elke keer deze toets wordt ingedrukt
schakelt het toestel om van , AC
TRMS
naar Hz en omgekeerd,
en omschakelen wordt weergegeven door een biep signaal.
Sluit het meettoestel veilig aan (zonder contactweerstand) in
serie met de verbruiker (2), zoals aangeduid.
Schakel de voedingsspanning weer aan op de meetkring (3).
Lees het display af. Noteer de gemeten waarde als het toestel
niet werkt in de geheugen- of transmissie modus
Ontkoppel eerst de voedingsspanning van de meetkring of
verbruiker (1) nogmaals, en ontlaad alle capaciteiten.
Verwijder de meetsnoeren van het meetpunt en breng de
meetkring terug in zijn normale omstandigheden.
COM mA A
~
R
x
~
R
x
1
3
2
A~
Hz
A~
Hz
003.50
A
AC
TRMS
050.10
Hz
AC
8
.
8
.
8
.
8
.
8
!
I > 10 A
!
I > 16 A
Stroom
FUNC
ENTER
METRAHIT EXTRA
METRAHIT ESPECIAL
6 A / 10 A (16 A max. 30 s)
600 A / 6 mA
60 mA / 600 mA
6 A / 10 A (16 A max. 30 s)
Meetbereiken:
METRAHIT E
TECH
60 mA / 600 mA
6 A / 10 A (16 A max. 30 s)
Stroommeting, enkel
met geïnstalleerde
batterijen!
GMC-I Messtechnik GmbH 43
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.7.3 DC- en pulserende stroommeting met stroomsensoren,
A DC en A (DC+AC)
Transformator uitgang, spanning/stroom
Wanneer een stroomsensor wordt aangesloten op de multimeter (V
ingang (
METRAHIT E
BASE
: V ingang)), zullen alle stroomaanduidingen
op het display verschijnen in de correcte waarde indien de juiste
transformatieverhouding wordt ingesteld. De enige voorwaarde is
dat de stroomsensor minstens één van onderstaande transformatie-
verhoudingen heeft, en dat de verhouding op voorhand werd inge-
steld in de menu (
Cl ip
# 0FF), zie ook hoofdstuk 6.4.
Stroomtang Setup Menu
1nFo
... SET rAtE ... CLIP
1 / 10/100/1000 / 0ff 
De maximum toegelaten werkspanning is gelijk aan de nominale
spanning van de stroomsensor. De bijkomende meetfout van de
stroomtang moet ook in rekening gebracht worden bij het aflezen van
de meetwaarde.
(Standaard instelling:
METRAHIT EXTRA
,
METRAHIT ETECH
,
METRAHIT ESPECIAL
:
OFF
,
METRAHIT EBASE
:
1:1000
)
Trans. Factors
CL IP
Meetbereiken DMM Tang types
600 mV 6 V
1:1
1mV/1mA
600.00 mA 6.0000 A
1:1
1mV/1mA
1:10
1mV/10mA
6.0000 A 60.000 A
1:10
1mV/10mA
1:100
1mV/100mA
60.000 A 600.00 A
1:100
1mV/100mA
1:1000
1 mV/1 A
600.00 A 6000.0 A
1:1000
1 mV/1 A
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
COM
V
Tem p
A
~
R
x
Stroom
003
.
50
A
1:1000
A
DC
003
.
50
A
1:1000
A
DC
AC
TRMS
A
A
FUNC
ENTER
R
i
R
i
= 9 M
COM
V
Tem p
V
~
R
x
Hz
Stroom
R
i
R
i
~ 1 M
METRAHIT EBASE
mA
METRAHIT EBASE
METRAHIT EXTRA,
V
V
METRAHIT ETECH,
METRAHIT E
SPECIAL
METRAHIT EXTRA,
METRAHIT E
TECH,
METRAHIT E
SPECIAL
44 GMC-I Messtechnik GmbH
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.7.4 AC stroommeting met stroomtang sensoren, A AC en Hz
Transformator uitgang, spanning/stroom
Wanneer een stroomtang wordt aangesloten op de multimeter
(V ingang (
METRA HIT E
BASE
: V ingang)), zullen alle stroomaanduidin-
gen op het display verschijnen in de correcte waarde indien de
juiste transformatieverhouding wordt ingesteld. De enige voor-
waarde is dat de stroomsensor minstens één van onderstaande
transformatieverhoudingen heeft, en dat de verhouding op voor-
hand werd ingesteld in de menu (
Cl
ip

0FF
), zie ook hoofdstuk 6.4.
Stroomtang Setup Menu
1nFo
... SET rAtE ... CLIP
1 / 10/100/1000 / 0ff 
De maximum toegelaten werkspanning is gelijk aan de nominale
spanning van de stroomsensor. De bijkomende meetfout van de
stroomtang moet ook in rekening gebracht worden bij het aflezen
van de meetwaarde.
(Standaard instelling:
METRAHIT EXTRA, METRAHIT ETECH,
METRAHIT E
SPECIAL: OFF, METRAHIT EBASE
:
1:1000
)
Trans. Factors
CL IP
Meetbereiken DMM Tang Types
600 mV 6 V
1:1
1mV/1mA
600.00 mA 6.0000 A WZ12C
1:10
1mV/10mA
6.0000 A 60.000 A WZ12B, Z201A
1:100
1mV/100mA
60.000 A 600.00 A Z202A
1:1000
1 mV/1 A
600.00 A 6000.0 A
Z202A, Z203A,
WZ12C
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
A~
Hz
003.50
A
AC
TRMS
A~
Hz
1:1000
050.10
Hz
AC
1:1000
FUNC
ENTER
COM
V
Tem p
V
~
R
x
Hz
Stroom
R
i
R
i
~ 1 M
METRAHIT EBASE
COM
V
Tem p
A
~
R
x
Stroom
R
i
R
i
= 1 M9 M
mA
METRAHIT EBASE
V~
Hz
1M
1kHz
V~
R
i
= 1 MR
i
= 9 M
METRAHIT EXTRA,
METRAHIT E
TECH,
METRAHIT E
SPECIAL
METRAHIT EXTRA,
METRAHIT E
TECH,
METRAHIT E
SPECIAL
GMC-I Messtechnik GmbH 45
V/Hz, , Temperatuur, en A/Hz Metingen
5.7.5
DC, Pulserende en stroommeting met stroomtang transformatoren
A DC, A (DC+AC), A AC en Hz (enkel METRAHIT EXTRA,
METRAHIT E
TECH en METRAHIT ESPECIAL )
Transformator uitgang, stroom/stroom
Wanneer een stroomtang wordt aangesloten op de multimeter
( mA/A ingang), zullen alle stroomaanduidingen op het display
verschijnen in de correcte waarde indien de juiste transformatie-
verhouding wordt ingesteld. De enige voorwaarde is dat de
stroomsensor minstens één van onderstaande transformatiever-
houdingen heeft, en dat de verhouding op voorhand werd inge-
steld in de menu (Cl ip 0FF), zie ook hoofdstuk 6.4.
Stroomtang Setup Menu
1nFo
... SET rAtE ... CLIP
1 / 10/100/1000 / 0ff 
(standaard instelling: Cl ip 0FF)
Trans. Factors
CL IP
Meetbereiken DMM Tang Types
60 mA AC 600 mA AC 6 A AC
1:1
1mA/1mA
60.000 mA 600.00 mA 6.0000 A
WZ12A, WZ12D,
WZ11A, Z3511,
Z3512, Z3514
1:10
1mA/10mA
600.00 mA 6.0000 A 60.000 A
1:100
1mA/100mA
6.0000 A 60.000 A 600.00 A
1:1000
1 mA/1 A
60.000 A 600.00 A 6000.0 A
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
COM
V
Tem p
A
~
R
x
Stroom
1:1000
1:1000
R
i
R
i
1
mA
A~
Hz
A~
Hz
003.50
A
AC
TRMS
050.10
Hz
AC
FUNC
ENTER
1:1000
1:1000
A~
Hz
A~
Hz
003.50
A
AC
TRMS
050.10
Hz
AC
FUNC
ENTER
46 GMC-I Messtechnik GmbH
Toestel- en meetparameters
6 Toestel- en meetparameters
De toestel SET ” mode (menu mode) maakt het mogelijk om wer-
kings- en meetparameters in te stellen, informatie op te vragen en
de interface te activeren.
De menu mode is toegankelijk via de MEASURE | SETUP toets, in
de veronderstelling dat het toestel aan staat en ingesteld is op
“Measure” (meten).
1nFo ” verschijnt op het display.
De hoofdmenu, zijnde de SETUP “,tEMP “ en „SEnd “ menus,
alsook de “StorE ” menu inbegrepen bij de METRAHIT E
XTRA, zijn
toegankelijk, en het display keert terug naar “1nFo” bij het in-
drukken van de
 toetsen (in elke richting).
Na selctie van het gewenste menu, sub-menu’s zijn toeganke-
lijk door te drukken op de FUNC | ENTER toets.
De gewenste parameter wordt geselcteerd bij herhaaldelijk in-
drukken van de
of toetsen.
Om een parameter te controleren of te wijzigen, bevestig met
de FUNC | ENTER toets.
De
toetsen worden gebruikt om de cursor te verplaatsen.
De gewenste waarde wordt aangepast met de  toetsen.
Wijzigingen worden enkel aanvaard met de FUNC | ENTER toets.
U kan terugkeren naar het sub-menu zonder wijzigingen te
maken door te drukken op de ZERO | ESC toets, en naar het
hoofdmenu door nogmaals te drukken op dezeflde toets, enz.
Om terug te keren naar de meetfunctie mode, vanuit om het
even welk menu, druk op de FUNC | ENTER toets.
Na meermaals op de MEASURE | SETUP toest te drukken (zonder
eerst de multimeter af te schakelen), kan U terug keren naar het
laatst geselcteerde menu of parameter vanaf de meetfunctie
mode.
Voorbeeld: Tijd instellen
1nFo
... set rAte ... t iME
10:24 (hh:mm)

Instellen uren en minutens:
Ga naar de gewenste positie.
 Wijzig de instelling, de invoer positie knippert.
Druk en houdt de toets in om de waarde snel te wijzigen
.
De nieuwe tijd wordt geaktiveerd na bevestiging.
MEASURE
SETUP
GMC-I Messtechnik GmbH 47
Toestel- en meetparameters
6.1 Wegwijs in de verschillende parameters 6.2 Lijst van alle parameters
bAtt:
uerSion
:
1tEMP:
dAtE:
t iME:
0CCvP: *
1nFo
SEnd
SET
StorE
*
Sampling rate
*
enkel METRAHIT EXTRA
StArt
StoP
000.0
CLEAr
StArt/
StoP
Sub-Menus/Parameters
rAtE
nofil
rESoL
0
.diSP
A.diSP
CLiP
APoFF
dB REF
bEEP
irStb
Addr
dAtE
tiME
Hoofdmenue
Query
Set
Set
Set
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
1nfo
MEASURE
SETUP
020
.
00
V
DC
AC
TRMS
Selectie
FUNC
ENTER
Selectie
FUNC
ENTER
Selectie
FUNC
ENTER
tEMP
C
F
Set
FUNC
ENTER
Selectie
FUNC
ENTER
Parameter
E
XTRA
E
TECH
E
SPE
-
CIAL
E
BASE
Pagina: Hoofding
0.diSP 
49: 0.diSP – toon/verberg eerste nullen
Addr
———
53: Configuratie van de Interface Parameters
A.diSP 
49: A.diSP – analoge display: selecteer display mode
APoFF

49: APoFF – specifieke tijd voor autom. uitschakeling en
continu AAN
bAtt

48: bAtt – raadpleeg batterijspanning
bEEP

50: bEEP – Instelling grenswaarde voor continuiteitsmeting
CLEAr
———
23: Meetwaarderegistratieg (enkel METRAHIT EXTRA )
CLIP

43:
DC- en pulserende stroommeting met stroomsensoren, A
DC en A (DC+AC)
dAtE

48: dAtE – raadpleeg datum, 50: dAtE – Datum instellen
dBrEF
49: dbrEF – meting alternerend spanningsniveau
EMpty
———
23: Meetwaarderegistratieg (enkel METRAHIT EXTRA )
1nfo

48: Raagplegen Parameters – InFo Menu (als bewegende
letters)
irStb
———
53: Configuratie van de Interface Parameters
1tEMP

48: ItEMP – raadpleeg referentie temperatuur
nofil 
48: noFiL – snelle meetwaardeweergave
0CCvP
———
23: Meetwaarderegistratieg (enkel METRAHIT EXTRA )
rAtE
———
48: rAtE – instellen sampling rate (enkel METRAHIT EXTRA)
rESoL

49: rESoL – omschakelen resolutie
SEnd
———
52: Aktivatie van de interface
SET

48: Ingeven parameters – SETUP Menu
StArt
———
23: Meetwaarderegistratieg (enkel METRAHIT EXTRA )
StoP
———
store
———
tEMP

37: Temperatuur meting
t iME

48: tiME – raadpleeg tijd, 50: tiME – Tijd instellen
vErSion

48: vErSion – raadpleeg firmware versie
48 GMC-I Messtechnik GmbH
Toestel- en meetparameters
6.3 Raagplegen Parameters – InFo Menu (als bewegende letters)
bAtt raadpleeg batterijspanning
1nFo bAtt
:
2.75 V.
vErSion – raadpleeg firmware versie
1nFo bAtt: vErSion
:
2.09
ItEMP – raadpleeg referentie temperatuur
De temperatuur van de interne referentie junctie wordt gemeten met
een temperatuurvoeler in de nabijheid van de ingangsbussen.
1nFo bAtt:
...
1tEMP
:
24
°
C
dAtE – raadpleeg datum
1nFo bAtt :
...
dAtE
:
31
.
12
.
05 (DD.MM.YY)
D = day, M = month, Y = year
Datum en tijd moeten opnieuw ingesteld worden na het vervan-
gen van de batterijen.
tiME – raadpleeg tijd
1nFo bAtt
:
...
t iME
:
13
:
46
:
56
(hh:mm:ss)
h = uren, m = minuten, s = seconden
Datum en tijd moeten opnieuw ingesteld worden na het vervan-
gen van de batterijen.
OCCUP raadpleeg geheugencapaciteit (enkel METRAHIT EXTRA)
1nFo bAtt
:
...
0CCUP
:
000
.
0
%
6.4 Ingeven parameters – SETUP Menu
rAtE instellen sampling rate (enkel METRAHIT EXTRA)
De sampling rate specifiëerd het tijdsinterval voor het doorsturen
van de respectievelijk gemeten waarde naar de interface, of naar
het meetgeheugen. De volgend esampling rates kunnen ingesteld
worden: 00:00.1, 00:00.2, 00:00.5, 00:01.0, 00:02.0, 00:05.0
[h:mm:ss.t] (h = uren, m = minuten, s = sec., t = tienden van een sec.)
0:00:10, 0:00:20, 0:00:30, 0:00:40, 0:00:50, 0:01:00, 0:02:00, 0:05:00,
0:10:00, 0:20:00, 0:30:00, 0:40:00, 0:50:00, 1:00:00, 2:00:00, 3:00:00,
4:00:00, 5:00:00, 6:00:00, 7:00:00, 8:00:00, 9:00:00
Instellen van de Sampling Rate
1nFo
...
SET rAtE
00:00.1 ... 00:00.5 ... 9:00:00 
(00:00.5 = 0.5 seconden = standaard instelling)
De laatste waarde wordt vastgehouden.
noFiL – snelle meetwaardeweergave
Voor de volgende functies kunt u een snellere weergaveactualisering
instellen van 5 weergavewaarden per seconde (noFiL=on) in plaats
van 2 weergavewaarden per seconde (noFiL=OFF): V DC, A DC met
tang, A DC direct, W, diodenmeting, doorgangstest.
1nFo
...
SET AtE ... nofil
on / 0ff
(OFF = Standaardwaarde*/fabrieksinstelling
)
* Alle specificaties hebben betrekking op het standaard actualiseringscij-
fer met de meetparameter noFiL = OFF (default).
MEASURE
SETUP
MEASURE
SETUP
MEASURE
SETUP
MEASURE
SETUP
MEASURE
SETUP
MEASURE
SETUP
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
GMC-I Messtechnik GmbH 49
Toestel- en meetparameters
rESoL omschakelen resolutie
Alle hoofd meetfuncties kunnen omgeschakeld worden tussen
6000 en 60,000 digits.
1nFo
... SET rAtE ... resol
6000 / / 60000

(60,000 is de standaard instelling)
0.diSP – toon/verberg eerste nullen
Deze parameter bepaald of de nullen voor de meetwaarde wor-
den aangeduid of niet op het display.
1nFo
...
SET rAtE ... 0.diSP
0000.0 : Met eerste nullen (standaard instelling)
0.0 : Eerste nullen onderdrukt

A.diSP – analoge display: selecteer display mode
Een of twee verschillende display modes kunnen geselcteerd
worden voor het analoge display:
bArG: bar graph
Point: pointer
1nFo
... SET rAtE ... A.diSP
bArG / Point

(bArG = standaard waarde)
APoFF – specifieke tijd voor autom. uitschakeling en continu AAN
Het toestel wordt automatisch uitgeschakeld als de gemeten
waarde ongewijzigd blijft voor een langere tijdspanne, en als geen
enkele toets of de draaiknop werden bediend alvorens de speci-
fieke tijd “APoFF ” (ingave in minuten) is verstreken.
Indien de AAN instelling wordt geselecteerd, blijft de multimeter in
continu werking en
ON
verschijnt op het display rechts van het batter-
ijsymbool. In dit geval kan de multimeter enkel manueel worden uit-
geschakeld. De „
on
“ instelling kan enkel uitgeschakeld worden door
deze parameter te wijzigen, of door het toestel manueel uit te scha-
kelen. Indit geval wordt de parameter gerest op 10 minuten.
1nFo ... SET rAtE ... APoFF
10 ... 59 min on 
(10 minuten = standaard instelling)
dbrEF – meting alternerend spanningsniveau
1nFo ... SET rAtE ... dbrEF
0 .. 001 ... 99 V 
(0,775 V = standaard instelling)
MEASURE
SETUP
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
50 GMC-I Messtechnik GmbH
Toestel- en meetparameters
bEEP – Instelling grenswaarde voor continuiteitsmeting
1nFo
... SET rAtE ... bEEP
1, 10, 20 ... 500

(10 = standaard instelling)
irStb – Status van de infra-rood ontvanger in de stand-by mode
Zie hoofdstuk 7.2 op pagina 53 betreffende de instellingen.
Addr – Instelling adres v/h toestel
zie hoofdstuk 7.2 op pagina 53.
dAtE – Datum instellen
Ingave van de datum maakt het mogelijk meetwaarden te regi-
streren in real-time.
1nFo
... SET rAtE ... dAtE
31.12 (DD: day . MM: month)

2005 (YYYY: year)

Datum en tijd moeten opnieuw ingesteld worden na vervanging
van de batterijen.
tiME Tijd instellen
Ingave van de correcte tijd maakt het mogelijk meetwaarden te
registreren in real-time.
1nFo
... SET rAtE ... t iME
10:24 (hh:mm)

Datum en tijd moeten opnieuw ingesteld worden na vervanging
van de batterijen.
CLIP – Instellen transformatie verhouding
Zie hoofdstuk 5.7.3 ff.
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
FUNC
ENTER
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
GMC-I Messtechnik GmbH 51
Toestel- en meetparameters
6.5 Standaard instellingen
Gewijzigde parameters kunnen ongedaan geaamkt worden, en
de standaard instellingen kunnen terug gezet worden. Dit is aan te
raden onder de volgende omstandigheden:
Na het vertonen van software- en hardware fouten
Als U de indruk heeft dat de multimeter niet correct meer werkt
Koppel het toestel los van de meetkring.
VErwijder de batterijen tijdelijk (zie ook hoofdstuk 9.2).
Druk gelijktijdig en houdt de en toetsen
ingedrukt, en plaats
tegelijkertijd de batterijen in het toestel.
ZERO
ESC
52 GMC-I Messtechnik GmbH
Interface bediening
7 Interface bediening
De multimeters zijn uitgerust met een infra-rood interface voor de
overdracht van de meetresultaten naar een PC. De meetresultaten
worden optisch overgedragen door de behuizing van het toestel
met behulp van infrarood licht naar een interface adapter (optio-
neel) dewelke op de multimeter wordt geschoven. De USB inter-
face van de adapter maakt de verbinding mogelijk met de PC via
een interfacekabel. Bijkomend kunnen bevelen en parameters ook
overgedragen worden van de PC naar de multimeter. De vol-
gende functies zijn mogelijk:
Configuratie en uitlezen van de meetparameters
Meetfuncties en meetbereikselectie
Starten van de meting
Uitlezen van de gemeten waarden (enkel METRAHIT E
XTRA )
7.1 Aktivatie van de interface
De interface wordt automatisch geaktiveerd voor het ontvangen
(multimeter ontvangt data van de PC) van zodra de interface
wordt geadresseerd door de PC, in de verondersteling dat de
irStb ” parameter werd ingesteld op “ir on ” (zie hoofdstuk 7.2), of
het toestel is reeds ingeschakeld (het eerste commande wekt de
multimeter, maar voert geen verdere bevelen uit).
De “continu overdracht” werkings mode is manueel geselecteerd
zoals hierna beschreven. In deze bedrijfsmodus stuurt het appa-
raat continu de meetgegevens via de aangesloten interfaceadap-
ter naar de pc. De meetwaarden kunnen in beeld worden ge-
bracht met een terminalprogramma.
Starten continu overdracht met de menu functies
1nFo
... SEnd StArt send
Het symbool knippert op het display omde interface werking
aan te duiden.
Stoppen van de continu overdracht met de menu functies
1nFo
... SEnd send
stop send
Het symbool verdwijnt van het display.
Automatische aktivatie en desaktivatie van de overdracht mode
Als het meetinterval 10 seconden of langer is, schakelt het display
automatisch uit tussen de meetintervallen om de levensduur van
de batterij te verlengen. De enige uitzondering hierop is indien de
multimeter is ingesteld voor continu werking.
Van zodra een evenement verschijnt, wordt het display terug au-
tomatisch ingeschakeld.
MEASURE
SETUP
MEASURE
SETUP
GMC-I Messtechnik GmbH 53
Interface bediening
7.2 Configuratie van de Interface Parameters
irStb – status v/d interface ontvanger in de stand-by mode
Er zijn 2 mogelijke statussen mogelijk voor de infra-rood interface
wanneer de multimeter is uitgeschakeld:
ir on: IR verschijnt op het display en de infra-rood interface is
aktief, signalen zoals bevelen kunnen worden ontvan-
gen, zlefs wanneer de multimeter is uitgeschakeld.
ir oFF: IR verschijnt niet op het display en de infra-rood inter-
face is uitgeschakeled, signalen kunnen niet worden
ontvangen.
1nFo
... SET rAtE ... irStb
ir on / ir oFF 
(irstb = ir on = standaard instelling,
irstb = ir oFF = status bij levering)
Addr – Adressering
Indien meerdere multimeters verbonden worden met de PC via
een interface adapter, kan een verschillend adres aan elke multi-
meter toegewezen worden. Adres 1 dient gekozen te worden
voor het eerste toestel, 2 voor het tweede toesteld, enz..
1nFo
... SET rAtE ... Addr
00 ... 01 ... 15

(15 = standaard instelling)
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
54 GMC-I Messtechnik GmbH
Technische gegevens
8 Technische gegevens
Meet
Functie
Meetbereik
Resolutie bij max.
aanduiding
Ingangsimpedantie
Intrinsieke fout onder ref. condities voor hoge resolutie 59999 digits
Overlast cap.
2)
(... % rdg. + ... d) (... % rdg. + ... d) (... % rdg. + ... d)
59 999 5999
~ / ~
1)
1)
Waarde Tijd
V
600 mV 10 V 100 V 9M9M // < 50 pF 0.09 + 5 met NUL *) 0.5 + 30 1 + 30
1000 V
DC
AC
RMS
Sine
continu
6 V 100 V1mV 9M9M // < 50 pF 0.05 + 5 0.5 + 9 1 + 30
60 V 1mV 10mV 9M9M // < 50 pF 0.05 + 5 0.5 + 9 1 + 30
600 V 10 mV 100 mV 9M9M // < 50 pF 0.05 + 5 0.5 + 9 1 + 30
1000 V 100 mV 1 V 9M9M // < 50 pF 0.09 + 5 0.5 + 9 1 + 30
Display bereik voor referentie spanning
UREF = 0.775 V
Intrinsieke fout
dB
600 mV~
0.01 dB
48 dB ... 2 dB
0.1 dB (U > 10 % MB)
1000 V
DC
AC
RMS
Sine
continu
6V
~ –28 dB ... +18 dB
60 V
~ 8 dB ... +38 dB
600 V
~ +2 dB ... +58 dB
1000 V
~ +22 dB ... +63 dB
Spanningsval, ca bij max. bereik waarde
~
1)
1)
A
600 A 10 nA 100 nA 150 mV 150 mV 0.5 + 5 met NUL*) 1 + 10 1.5 + 30
0.7 A continu
6 mA 100 nA 1 A 200 mV 200 mV 0.5 + 5 1 + 10 1.5 + 30
60 mA 1 A10A 200 mV 200 mV 0.1 + 5 1 + 10 1.5 + 30
600 mA 10 A 100 A 300 mV 300 mV 0.2 + 5 1 + 10 1.5 + 30
6 A 100 A 1 mA 300 mV 300 mV 0.9 + 10 1 + 10 1.5 + 30
10 A: 5 min
4)
16 A: 30 s
4)
10 A 1 mA 10 mA 600 mV 600 mV 0.9 + 10 1.5 + 10 1.5 + 30
Faktor 1:1/10/100/1000
Ingang Ingangs impedantie
A
0.06/0.6/6/60 A 60 mA
E
XTRA
/
E
SPECIAL
/ E
TECH
Stroom meetingang
(A ingang )
Specificaties zie stroombereiken A
~
Meetingang
0.6/6/60/600 A 600 mA 0.7 A continu
10 A: 5 min
6/60/600/6 000 A
6A plus fout stroomtangen
A
0.6/6/60/600 A
6/60/600/6000 A
600 mV
6V
E
XTRA
/
E
SPECIAL
/ Spanningsmeetingang
E
TECH
: (V ingang) Ri =1 M
/9 M
Specificaties zie spannings meetingang V~
1)
Meet ingang
E
BASE
: (V ingang ) Ri ~1 M
(0.5% rdg. + 10 d) (1% rdg. + 30 d) (1.5% rdg. + 30 d)
1000 V RMS
max. 10 s
plus fout stroomtangen
E
XTRA
ESPECIAL
E
TECH
GMC-I Messtechnik GmbH 55
Technische gegevens
1)
Specifieke nauwkeurigheid is geldig vanaf 3% van het meetbereik.
Met kortgesloten meetsnoeren: restwaarde van 1 tot 30 d bij nulpunt, door de
TRMS comvormer (uitgezonderd: mV AC bereik, 60 digits). Zie frequentie invloed
op page 57.
2)
Bij 0 ... + 40C
3)
Duidt aan tot max. 6.0 V, “OL” bij overschrijding van 6.0 V.
4)
UIT-tijd > 30 min en T
A
40 °C
*) met NUL max. 15 digits
Open-kring spanning
Meetstroom @ ber. grenzen
(... % rdg. + ... d)
600 10 m 100 m < 1.4 V ca. 250 A0.1 + 5 met aktieve
NUL functie
*)
1000 V
DC
AC
RMS
Sine
max. 10 s
6k 100 m 1 < 1.4 V ca. 65 A0.1 + 5
60 k 1 10 < 1.4 V ca. 7.5 A0.1 + 5
600 k 10 100 < 1.4 V ca. 0.75 A 0.2 + 5 ...
6M 100 1k < 1.4 V ca. 0.1 A0.5 + 5
60 M 1k 10 k < 1.4 V ca. 30 nA 5 + 10
600 —0.1 ca. 9 V ca. 1 mA const. 3 + 5
6.0 V
3)
1 mV ca. 9 V ca. 1 mA const. 0.5 + 3
Meet
Functie
Meetbereik
Resolutie bij max.
aanduiding
Ingangsimpedantie
Intrinsieke fout onder ref. condities voor hoge resolutie 59999 digits
Overlast cap.
2)
(... % rdg. + ... d) (... % rdg. + ... d) (... % rdg. + ... d)
59 999 5999
~ / ~
1)
1)
Waarde Tijd
56 GMC-I Messtechnik GmbH
Technische gegevens
2)
Bij 0 ... + 40 C
6)
Heeft betrekking op metingen aan film condersatoren en bij batterijvoeding
7)
De laagst meetbare frequentie voor sinusoïdale meetsignalen symmetrisch met het
nulpunt
8)
Overlast capactieit voor de spanningsmeetingang:
vermogen begrenzing: frequenctie x spanning, max. 6 x 10
6
V x Hz voor U > 100 V
9)
Overlast capaciteit van de stroom meetingang:
Zie stroom meetbereiken voor max. stroomwaarden.
10)
Ingangsgevoeligheid, sinusoidaal signaal, 10% tot 100% v/h meetbereik
11)
Plus sensor afwijking
*) met NUL Max. 15 digits
Key: R = meetbereik, d = digit(s), rdg. = meetwaarde (aflezing)
Meet
Functie
Meetbereik
Resolutie bij max.
aanduiding
Ingangsimpedantie
Intrinsieke fout onder ref. condities voor hoge
resolutie 59999 digits
Overlast Capaci-
teit
2)
59999 5999 ~ / Waarde Tijd
Ontlaad weerstand. U
0 max
(... % rdg. + ... d)
F
E
XTRA
E
TECH
60 nF 10 pF 10 M 0.7 V 1 + 10
6)
met aktieve NUL functie
*)
1000 V
DC
AC
RMS
Sinus
max. 10 s
600 nF 100 pF 1 M 0.7 V 1 + 6
6)
6 F 1 nF 100 k 0.7 V 1 + 6
6)
60 F 10 nF 12 k 0.7 V 1 + 6
6)
600 F 100 nF 3 k 0.7 V 5 + 6
6)
f
min
7)
(... % rdg. + ... d)
Hz (V)
Hz (A)
Hz (A )
600.00 Hz 0.01 Hz 0.1 Hz
1Hz
0.05 + 5
10)
Hz (V)
8)
:
Hz(A )
8)
:
1000 V
Hz (A):
9
)
max. 10 s
6.0000 kHz 0.1 Hz 1 Hz
60.000 kHz 1 Hz 10 Hz
Hz (V)
300.00 kHz 10 Hz 100 Hz 10 Hz
MHz
E
XTRA
600 Hz ... 1 MHz
0.01 ...
100 Hz
0.1 ...
1 kHz
1 ... 100 Hz 0.05 + 5 > 2 V ... 5 V
1000 V max. 10 s
%
E
XTRA
2.0 ... 98 % 0.01 % 15 Hz ... 1 kHz 1 Hz 0.1 R + 5 d > 2 V ... 5 V
5.0 ... 95 % 0.01 % ... 10 kHz 1 Hz
0.2 R per kHz
+5 d
> 2 V ... 5 V
10... 90 % 0.01 % ... 50 kHz 1 Hz
0.5 R per kHz
+5 d
> 2 V ... 5 V
(... % rdg. + ... d)
C/F
Pt 100
– 200.0 ...
+850.0 C
0.1 C
0.3 + 15
11)
1000 V
DC/AC
RMS
Sinus
max. 10 sPt 1000
– 150.0 ...
+850.0 C
0.3 + 15
11)
K
(NiCr-Ni)
– 250.0 ...
+1372.0 C
1% + 5 K
11)
GMC-I Messtechnik GmbH 57
Technische gegevens
Invloed van de meetgroote en afwijkingen
1)
Met nulpuntafregeling
2)
Vermogen begrenzing: frequentie x spanning max. 6 x 10
6
V x Hz voor U > 100 V
3)
De nauwkeurigheid specificatie voor frequentie antwoord is geldig binnen het aan-
duidingsbereik van 10% tot 100% van het meetbereik voor beide meetmethodes
met de TRMS omvormer in het AC en (AC+DC) bereik.
4)
METRAHIT EXTRA: Frequentie antwoord tot 100 kHz, > 50 kHz plus 2.5%
METRAHIT E
TECH: Frequentie antwoord tot 20 kHz,
METRAHIT E
SPECIAL: Frequentie antwoord tot 20 kHz,
METRAHIT E
BASE: Frequentie antwoord tot 1 kHz
Invloed meet-
grootte
Invloed
bereik
Meetgrootte /
Meetbereik
1)
Afwijking
(...% rdg. + ... d) / 10 K
Temperatuur
0 C ... +21C
and
+25C... +40C
V 0.2 + 10
V 0.4 + 10
600 ... 6 M 0.5 + 10
> 6 M 1 + 10
mA/A 0.5 + 10
mA/A 0.8 + 10
60 nF ... 600 F1 + 5
Hz, dB 0.2 + 10
C/F (Pt100/Pt1000) 0.5 + 10
C/F thermokoppel K 0.2 + 10
Invloed meet-
grootte
Meetgrootte
Afwijking
(...% rdg. + ... d)
DATA V A, , Hz, dB, C 10 d
MIN / MAX V A, , Hz, dB, C 30 d
Invloed
meet-
grootte
Meetgrootte/
Meetbereik
Invloedbereik
Intrinsieke fout
3)
 ... % rdg. + ... d)
METRAHIT E
XTRA
METRAHIT E
TECH
METRAHIT E
SPECIAL
METRAHIT E
BASE
Frequentie
V
AC
600.00 mV
> 15 Hz ... 45 Hz 3 + 30 3 + 30
> 65 Hz ... 1 kHz 2 + 30 3 + 30
> 1 kHz ... 20 kHz 3 + 30
6.0000 V
...
600.00 V
2)
> 15 Hz ... 45 Hz 2 + 9 3 + 9
> 65 Hz ... 1 kHz 1 + 9 3 + 9
> 1 kHz ... 20 kHz
4)
3 + 9
> 20 kHz ...100 kHz
4)
3,5 + 30
1000.0 V
2)
> 15 Hz ... 45 Hz 2 + 9 3 + 9
> 65 Hz ... 1 kHz 2 + 9 3 + 9
> 1 kHz ... 10 kHz 3 + 30
A
AC
600.00 A
...
10.0000 A
> 15 Hz ... 45 Hz
3 + 10
> 65 Hz ... 10 kHz
A
AC
E
BASE
600 mV /
6 V / 10 V
> 65 Hz ... 1 kHz 3 + 30
58 GMC-I Messtechnik GmbH
Technische gegevens
5)
Behalve voor sinusvormige signalen
Referentie voorwaarden
Omgevingstemperatuur +23C 2K
Relatieve vochtigheid 40 ... 75%
Meetgrootte frequentie 45 ... 65 Hz
Meetgrootte golfvorm sine
Batterij spanning 3 V 0.1 V
Antwoordtijd (na manuele bereik selectie)
Interne horloge
Tijd formaat TT.MM.JJJJ hh:mm:ss
Resolutie 0.1 s
Nauwkeurigheid 1 minuut per maand
Temperatuu r
invloed 50 ppm/K
Invloed
meet-grootte
Invloed bereik
Meetgrootte /
Meetbereik
Afwijking
5)
Crest factor CF
1 ... 3
V, A
1% rdg.
> 3 ... 5 3% rdg.
Invloed meet-
grootte
Invloed bereik. Meetgrootte Afwijking
Relatieve
vochtigheid
75%
3 dagen
instrument uit
V A, , Hz, dB, C 1 x intrinsieke fout
Batterijspaning 1.8 to 3.6 V V A, , Hz, dB, C inbegrepen in intrins. fout
Invloed meet-
grootte
Invloed bereik
Meetgrootte /
Meetbereik
Demping
Common Mode
Interferentie
spanning
Interferentie grootheid max. 1000 V V > 120 dB
Interferentie grootheid max. 1000 V
50 Hz ... 60 Hz, sinus
6 V , 60 V > 80 dB
600 V > 70 dB
1000 V > 60 dB
Series Mode
Interferentie
spanning
Interferentie grootheid: V ,,
renominale waarde v/h meetbereik,
max. 1000 V , 50 Hz ... 60 Hz, sinus
V> 50dB
Interferentie grootheid max. 1000 V V > 110 dB
Meetgrootte /
Meetbereik
Antwoordtijd
Digitale aanduiding
Meetgrootte sprong functies
V, V, dB
AV , A
1.5 s
Van 0 tot 80%
van de eindeschaalwaarde
600 ... 6 M 2s
Van tot 50%
van de eindeschaalwaarde
60 M 5s
Continuïteit < 50 ms
C (Pt 100) max. 3 s
1.5 s
60 nF ... 600 Fmax. 2s
Van 0 tot 50%
van de eindeschaalwaarde
>10 Hz 1.5 s
GMC-I Messtechnik GmbH 59
Technische gegevens
Data Interface
Type Optisch via infra-rood licht door de
behuizing
Data transmissie
(data transfer)
Serieël, bidirectioneell (niet IrDa compatibel)
Protokol Toestel specifiek
Baud Rate 38,400 baud
Functies – Instellen/raadplegen meetfuncties en
parameters
raadplegen/verzenden aktuele meet-
resultaten
– Uitlezen en opslaan meetgegevens
De USB X-TRA plug-in interface adapter (zie toebehoren) wordt
gebruikt voor aanpassing aan de USB interface van de PC.
Intern registreergeheugen (enkel METRAHIT EXTRA)
Geheugen capaciteit 16 MBit (2 MByte) voor ongeveer 61,000
meetwaarden met tijdstempel
Voeding
Batterij 2 stuks 1.5 V mignon cell (2 st. size AA),
alkaline manganese vlgs IEC LR6
(2 st. 1.2 V NiMH herlaadbare batterijen
zijn ook toegelaten)
Levensduur
Met alkaline manganese: ongeveer 200 uur
Batterij test Batterij capaciteit aanduiding met batterij-
symbool in 4 segmenten: .
Raadplegen actuele batterijspanning via
functie menu.
Power OFF functie De multimeter wordt automatisch
uitgeschakeld:
– als de batterijspanning lager is dan 1.8 V
– als geen toets of de draaiknop
gedurende een aanpasbare tijd
(10 tot 59 min.) wordt aangeraakt,
en de multimeter niet in continu bedrijf is.
Netadapter aansluitstekker
(enkel
METRAHIT E
XTRA
)
Als de NA X-TRA netadapter
(zie toebehoren) op het toestel wordt aan-
gesloten, worden de batterijen automa-
tisch losgekoppeld .
Herlaadbare batterijen kunnen enkel extern
opgeladen worden.
60 GMC-I Messtechnik GmbH
Technische gegevens
Display
LCD scherm (65 mm x 36 mm) met analoge en digitale uitlezing
inclusief aanduiding van de meetgrootte, type stroom en vele
diverse functies
Achtergrondverlichting
De achtergrondverlichting schakelt na ongeveer 1 minuut uit
nadat het werd geaktiveerd.
Analoog
Display
LCD schaal met bar graph of pointer, afhan-
kelijk van de
A
.
diSP
parameter instelling
Schaal Met 4 lijnverdelingen
1 bar/pointer komt overeen met 2,500
digits op het digitale display bij max. reso-
lutie van 60,000 digits
Polariteit aanduiding Met automatische omschakeling
Overflow aanduiding Met het symbool
Meetsnelheid 40 per seconde en display vernieuwing
(U en I)
Digitaal
Display / Kar. hoogtet
7-segment karakters / 15 mm
Aantal digits 59,999 stappen
Polariteit aanduiding 0L” is aangeduid voor 60,000 digits
Polariteit aanduiding “–” (min teken) is aangeduid
als de plus verbonden is met de “
Meetsnelheid 10 metingen per seconde;
40 per seconde met de Min/Max functie
behalve bij capaciteit, frequentie en duty
cycle metingen
Vernieuw freq. 2 keer per sec., elke 500 ms
(Standaard*: noFiL=OFF)
5 x/s (parameter noFiL=on)
* Alle specificaties hebben betrekking op het standaard actualiseringscij-
fer met de meetparameter noFiL = OFF (default).
Akoestische signalen
Voor spanning onderbroken signaal boven 1000 V
Voor stroom onderbroken signaal boven 10 A
continu signaal boven 16 A
Zekering voor METRAHIT EXTRA, METRAHIT ETECH
Zekering FF (UR) 10 A/1000 V AC/DC,
10 mm x 38 mm,
schakel capaciteit: 30 kA bij 1000 V AC/DC,
beschermd de stroomingangsklemmen in
het 600 A tot 10 A bereik
GMC-I Messtechnik GmbH 61
Technische gegevens
Electrische veiligheid
volgens IEC 61010-1:2010/VDE 0411-1:2011
Veiligheidsklasse
II
Vervuilingsgraad
2
METRAHIT EXTRA, METRAHIT ETECH, METRAHIT EBASE
Meetcategorie CAT III CAT IV
Werkspanning 1000 V 600 V
Test spanning 6.7 kV~
METRAHIT E
SPECIAL
Speciaal toestel voor metingen aan stroomtransformatoren zon-
der zekening in de electrische kring
Meetcategorie CAT II
Werkspanning 600 V
Test spanning
3.5 kV~
Electromagnetische compatibiliteit (EMC)
Interferentie emissie EN 61326-1: 2013, class B
Interferentie
bescherming EN 61326-1: 2013
EN 61326-2-1: 2013
Omgevingscondities
Nauwkeurigheidsbereik 0 C ... +40 C
Werkingtemp. bereik 10 C ... +50C
Opslag temp. bereik 25 C ... +70 C (zonder batterijen)
Relatieve vochtigheid max. 75%, geen condensatie toegelaten
Hoogte tot 2000 m
Gebruik Binnen; buiten enkel binnen de gespecifi-
ëerde omgevingscondities
Mechanische constructie
Behuizing Schokbestendige kunststof (ABS)
Afmetingen 200 x 87 x 45 mm
(zonder rubberen beschermhuls)
Gewicht Ongeveer 0.35 kg met batterijen
Bescherming Behuizing: IP 52
Tabel in verband met de betekenis
van de IP Code
IP XY
(1st digit X)
Bescherming tegen
indringing v. vaste stoffen
IP XY
(2nd digit Y)
Bescherming tegen
indringing van water
5 Bescherming tegen stof 2 Druppels (15 inclinatie)
62 GMC-I Messtechnik GmbH
Onderhoud en calibratie
9 Onderhoud en calibratie
Let op!
!
Ontkoppel het toestel van de meetkring alvorens het batte-
rij- of zekeringdeksel te openen voor de vervanging van de
batterijen of zekeringen!
9.1 Displays – Foutmeldingen
9.2 Batterijen
Opmerking
Verwijder de batterijen als het toestel voor langere tijd niet gebruikt
wordt
De interne kwartshorloge verbruikt ook electrische energie
van de batterij, zelfs als het toestel uitgeschakeld is. Het is
aan te raden de batterijen te verwijderen als het toestel
gedurende langere tijd niet gebruikt wordt (bvb vakantie). Dit
voorkomt een volledige ontlading van de batterij en eventu-
ele schade door lekkage van de batterij.
Opmerking
Batterij vervanging voor de METRAHIT EXTRA
De opgeslagen data gaat NIET verloren bij vervanging van
de batterijen. De geselecteerde parameters blijven in het
geheugen, juist datum en tijd dienen opnieuw te worden
ingegeven.
Batterij
De aktuele batterijspanning kan opgevraagd worden in de “1nfo
menu:
1nFo bAtt
:
2.75 V.
Controleer dat er geen batterij-lekkage heeft plaatsgevonden al-
vorens het toestel in te schakelen, ook na een lange periode van
stockage. Controleer de batterijen op korte regelmatige tijdstip-
pen op lekkage.
Als er lekkage wordt vastgesteld, zeinig dan zorgvuldig het toestel
met een vochtige doek, en vervang de batterijen alvorens het toe-
stel te gebruiken.
Als het “ ” symbool verschijnt op het display, dient de batterij
zo vlug als mogelijk vervangen te worden. Men kan verder werken
met het toestel maar de meetnauwkeurigheid kan hierdoor slech-
ter worden.
Het toestel gebruikt twee 1.5 V batterijen van het type IEC R 6 of
IEC LR 6, of 2 equivalente herlaadbare NiMH batterijen.
Melding Functie Verklaring
FUSE
Stroommeting zekering defect
In alle functies Batterijspanning is lager dan 1.8 V
0L
Meting Geeft overbelasting aan
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER
GMC-I Messtechnik GmbH 63
Onderhoud en calibratie
Vervangen van de batterijen
Let op!
!
Ontkoppel het toestel van de meetkring alvorens het batte-
rij- of zekeringdeksel te openen voor de vervanging van de
batterijen of zekeringen!
Leg het toestel op het werkoppervlak met de bovenzijde naar
onder.
Draai de schroef van het batterijdeksel los in tegenwijzerzin.
Til het deksel op en verwijder de batterij uit de houder.
Plaats twee nieuwe 1.5 V mignon batterijen in het batteri-
compartiment, respecteer de plus en min polaritiet van de bat-
terijen in overeenstemming met de aangeduide symbolen.
Plaats opnieuw het deksel, de zijde met de geleiderhoekjes
eerst. Draai de schroef vast in uurwijzerzin.
Gooi de batterijen weg in overeenstemming met de milieu-
wetgeving!
9.3 Zekering (enkel METRAHIT E
XTRA
en METRAHIT E
TECH
)
Testen van de zekering
De zekering wordt automatische getest:
Wanneer het toestel wordt ingeschakeld met de draaiknop in
de A positie
Wanneer het toestel al is ingerschakeld en de draaiknop op de
A positie wordt geplaatst
In het aktieve stroommmeetbereik wanneer er spanning is
Bij defecte zekering of indien de zekering is verwijderd, verschijnt
het “FuSE” symbool op het digitale disply. De zekering onder-
breekt het stroommeetbereik. Alle andere meetbereiken blijven
aktief.
Vervangen van de zekering
Als de zekering is gesprongen, elimineer dan eerst de oorzaak of
de overbelasting alvorens het toestel opnieuw te gebruiken!
Let op!
!
Ontkoppel het toestel van de meetkring alvorens het zeke-
ringdeksel te openen voor de vervanging van de zekering !
Leg het toestel op het werkoppervlak met de bovenzijde naar
onder.
Draai de schroef van het zekeringdeksel los in tegenwijzerzin.
Til het deksel op en trek de zekering uit de houder dmv de
vlakke zijde van het zekeringdeksel.
Plaats een nieuwe zekering. Zorg dat de zekering centraal ge-
plaatst is, tussen de tabs en de zijden.
Plaats opnieuw het deksel, de zijde met de geleiderhoekjes
eerst. Draai de schroef vast in uurwijzerzin.
Gooi de defecte zekering weg.
defecte zekering
fuse
A
DC
64 GMC-I Messtechnik GmbH
Onderhoud en calibratie
Let op!
!
Gebruik enkel de gespecifieerde zekeringen!
Als andere zekeringen worden gebruikt, met andere onder-
brekingskarakteristieken of andere stromen, kan dit de ge-
bruiker in gevaar brengen, en beschermingsdiodes,
weerstanden en andere componeneten kunnen beschadigd
worden.
Het gebruik van herstelde zekeringen of overbrugging van
de zekeringhouder is ten strengste verboden.
Opmerking
Testen van de zekering met het toestel ingeschakeld
Na het plaatsen van de zekering met ingeschakeld toestel,
dient het toestel kort uitgeschakeld en opnieuw ingescha-
keld te worden, of kort omschakelen naar een niet-stroom
meetbereik en daarna terug naar het stroommeetbereik.
Bij slecht contact of gesprongen zekering, FUSE verschijnt
op het display.
9.4 Onderhoud behuizing
Voor de behuizing is geen speciaal onderhoud vereist. Houdt de
buitenzijde van het toestel proper. Gebruik en licht vochtige doek
voor het reinigen. Vermijdt het gebruik van detergenten, abra-
sieven of solventen.
9.5 Terugname en milieuvriendelijke vernietiging
Het apparaat is een product uit categorie 9 volgens de Duitse wet-
geving op elektrische apparaten “ElektroG” (bewakings- en con-
trole-instrumenten).
Dit apparaat valt onder RoHS-richtlijn.
Overigens wijzen wij u erop dat de laatste versie hiervan op de in-
ternetsite www.gossenmetrawatt.com te vinden is, via het zoek-
scherm. U kunt dan zoekbegrip WEEE ingeven.
Conform WEEE 2012/19/EU en “ElektroG” voorzien wij
onze elektrische en elektronische apparaten van het
hiernaast afgebeelde symbool volgens DIN EN 50419.
Deze apparaten mogen niet bij het normale huisvuil worden ge-
daan. Als u vragen heeft over de terugname van oude apparaten,
neem dan a.u.b. contact op met onze service-afdeling.
Als u in uw apparaat of accessoires batterijen of accu’s gebruikt die
niet meer goed werken, dan moet u deze op de juiste wijze en
volgens de geldende nationalen richtlijnen verwijderen.
Batterijen of accu’s kunnen schadelijke stoffen of zware metalen
bevatten zoals bijv. lood (Pb), Cd (cadmium) of kwik (Hg).
Het symbool hiernaast geeft aan dat batterijen of accu’s
niet bij het huishoudelijk afval gedaan mogen worden,
maar moeten worden ingeleverd bij de hiervoor bedoelde
inzamelpunten.
Pb Cd Hg
GMC-I Messtechnik GmbH 65
Onderhoud en calibratie
9.6 Rekalibratie
De meettaak en de belasting van uw meetapparaat beïnvloedt de
veroudering van de bouwelementen en kan afwijkingen van de
toegezegde nauwkeurigheid veroorzaken.
Als er hoge eisen aan de meetnauwkeurigheid worden gesteld en
als het apparaat op bouwplaatsen wordt gebruikt waar het veel
getransporteerd wordt en waar het blootgesteld is aan grote tem-
peratuurschommelingen adviseren wij een betrekkelijk korte cali-
bratie-interval van 1 jaar. Als uw meetapparaat voornamelijk wordt
gebruikt in laboratoria en binnenshuis zonder dat het wordt bloot-
gesteld aan sterke klimatologische of mechanische belasting dan
volstaat doorgaans een calibratie-interval van 2 tot 3 jaar.
Bij de rekalibratie* in een geaccrediteerd kalibratielaboratorium
(DIN EN ISO/IEC 17025) worden de afwijkingen van uw meetap-
paraat tot terug te brengen normale waarden gemeten en gedo-
cumenteerd. De vastgestelde afwijkingen kunt u bij daaropvol-
gende toepassing gebruiken om de afgelezen waarden te corrige-
ren.
Graag stellen wij in ons kalibratielaboratorium DAkkS- of fabrieks-
kalibraties voor u op. Meer informatie hierover vindt u op onze in-
ternetsite
www.gossenmetrawatt.com ( Company DAkkS Calibration
Center of FAQs Calibration questions and answers).
Als u uw meetapparaat regelmatig rekalibreert, voldoet u daarmee
aan de eisen van een kwaliteitsmanagementsysteem volgens
DIN EN ISO 9001.
* Het controleren van de specificatie of het afstellen is geen onderdeel van
een kalibratie. Onze producten worden wel vaak afgesteld als dit nodig
is en daarmee wordt het naleven van de specificatie bevestigd.
9.7 Fabrieksgarantie
De garantieperiode voor alle digitale multimeters en calibratie-ap-
paraten uit de serie METRA HITbedraagt 3 jaar na levering. De fa-
brieksgarantie omvat productie- en materiaalfouten met uitzonde-
ring van beschadigingen als gevolg van ondoelmatig gebruik of
verkeerde bediening alsmede alle gevolgkosten.
Het calibratiecertificaat bevestigt dat de gespecificeerde techni-
sche gegevens van het product op het tijdstip van calibratie in
acht zijn genomen. Wij garanderen het in acht nemen van de ge-
specificeerde gegevens binnen de geoorloofde toleranties voor
een periode van 12 maanden na levering.
66 GMC-I Messtechnik GmbH
Toebehoren
10 Toebehoren
10.1 Algemeen
De conformiteit aan de geldende veiligheidsnormen van onze
talrijke toebehoren voor onze meettoestellen wordt regelmatig ge-
controleerd, en indien nodig aangepast voor nieuwe toepassin-
gen. De uitgebreide lijst van toebehoren dewelke kunnen gebruikt
worden voor uw meettoestel zijn terug te vinden op volgende we-
blink. U vindt er de bestelcode, foto en beschrijving op terug:
www.gossenmetrawatt.de ( Measuring Technology - Portable
Digital Multimeters METRA HIT ... Accessories).
10.2 Technische gegevens voor de meetsnoeren
(meegeleverd: KS17-2 veiligheidskabelset)
Electrische veiligheid
* Uitzondering METRAHIT ESPECIAL 600 V
Omgevingsvoorwaarden (EN 61010-031)
Temperatuu r 20C ... + 50C
Relatieve vochtigheid max. 80%
Vervuilingsgraad 2
Gebruik KS17-2
Let op!
!
U mag volgens DIN EN 61010-031 in een omgeving van
meetcategorie I I I en IV alleen meten als u de veiligheidskap
op de meetpen van de meetleiding heeft aangebracht (geldt
niet voor METRAHIT ESPECIAL).
Voor het contact met de stekkerbussen van 4 mm moet u de vei-
ligheidskappen verwijderen. Hiervoor moet u het snapslot van de
veiligheidskap met een scherp voorwerp (b.v. tweede meetpen)
forceren.
10.3 NA X-TRA Netadapter (niet inbegrepen)
Gebruik enkel de netadapter van GMC-I Messtechnik GmbH in
combinatie met uw toestel. Dit verzekert de veiligheid van de ge-
bruiker door een uitzonderlijk goed geïsoleerde kabel, en veilige
electrische isolatie (nominale secundaire kenmerken: 5 V /
600 mA). De geïnstalleerde batterijen worden automatisch onder-
broken bij gebruik van de netadapter, en dienen dus niet uit het
toestel te worden gehaald.
Maximale werkspanning 600 V
1000 V
1000 V*
Meetcategorie
CAT IV CAT III CAT II
Maximum toegelaten stroom 1 A 1 A 16 A
Met opgezette veiligheidskap

Zonder opgezette veiligheidskap ——
GMC-I Messtechnik GmbH 67
Toebehoren
10.4 Interface toebehoren (niet inbegrepen)
USB X-TRA Bidirectionele Interface Adapter
Deze adapter laat toe de STARLINE-generatie multimeters die met
een seriële IR interface zijn uitgerust, via een USB poort aan te
sluiten op een PC. De adapter laat een datatransmissie toe tussen
de multimeter en de PC.
METRAwin10 PC Analyse Software
De METRAwin10 PC software is een meertalig, meet- en datalog-
ging programma* voor de opslag, visualisatie, evaluatie en docu-
mentatie van de meetwaarden van de METRAHIT multimeters.
De gedetailleerde systeemvoorwaarden vindt u in de installatie-
handleiding van de METRA win 10/METRA win 45.
* loopt op een IBM-compatible Windows-besturingssysteem
68 GMC-I Messtechnik GmbH
Trefwoordenregister
11 Trefwoordenregister
Numerics
0.diSP ................................................................... 49
A
A.diSP ................................................................... 49
Addr ...................................................................... 53
APoFF ................................................................... 49
Automatische afschakeling
Blokkering
................................................... 17
Tijd ingeven ................................................. 17
Auto-Range Functie ............................................. 18
B
bAtt ....................................................................... 48
Batterijen
Oplaad niveau ....................................... 13, 62
Periodes van niet gebruik ........................... 62
Vervanging .................................................. 63
bEEP ..................................................................... 50
Behuizing onderhoud ........................................... 64
C
Capaciteitsmeting ................................................ 39
Continuiteitstest ................................................... 35
D
dAtE ................................................................ 48, 50
dbrEF .................................................................... 49
Diode Test ............................................................ 36
Display verlichting ................................................ 16
Duty Cycle Meting ................................................ 33
F
Fabrieksgarantie .................................................. 65
Foutmeldingen ......................................................62
G
Geheugen
Einde registratie ..........................................24
Raadplegen bezetting ................................. 24
Start registratie ...........................................23
Geheugen wissen ................................................. 24
H
Hercalibratiedienst ................................................. 4
Herstel- en onderdelen dienst ............................... 4
I
Interfaces
Statussen .................................................... 13
Toebehoren ................................................. 67
irStb ....................................................................... 53
itEMP .....................................................................48
K
Kabel weerstand ................................................... 38
M
Meetbereikselectie
Automatisch ................................................ 18
Manueel ....................................................... 18
Meetcategorieën
Betekenis ....................................................... 8
Karakteristieke waarden .............................61
Meetsnoeren .........................................................66
Meetwaarde geheugenopslag
DATA Functie
.............................................. 21
Min-Max waarden ....................................... 22
N
Netadapter
Aansluiting stekker positie
..........................15
Initiële Start-Up ............................................16
Toebehoren ..................................................66
noFiL ......................................................................48
O
OCCUP ...................................................................48
Overzicht
Parameters ..................................................47
Toetsen, Aansluitingen ................................12
P
Product ondersteuning ...........................................3
Product Ondersteuning Hotline ..............................3
R
rAtE ........................................................................48
Rekalibratie ...........................................................65
S
Software vrijschakeling ...........................................3
Spanningsmeting
Opmerkingen ...............................................26
Overzicht van de functies ............................26
Spanningsvergelijker ......................................29, 31
Standaard instellingen ..........................................51
Standaard uitrusting ...............................................2
Stroommeting
Opmerkingen ...............................................40
Overzicht van de functies ............................40
Stroomtang sensoren .....................................43, 44
GMC-I Messtechnik GmbH 69
Trefwoordenregister
Stroomtang transformatoren ............................... 45
Symbolen
Digitale display ............................................ 13
Draaiknop posities ...................................... 14
Toestel ......................................................... 15
T
Temperatuur meting
met thermokoppels ..................................... 37
met weerstandsvoelers .............................. 38
Terugname oude toestellen ................................. 64
tiME ................................................................. 48, 50
Toepassingsgebied .............................................. 10
Toestel inschakelen
Manueel ...................................................... 16
Via PC .......................................................... 16
V
Veiligheidsvoorschriften ......................................... 8
vErSion .................................................................. 48
W
WEEE teken .......................................................... 15
Weerstandsmeting ............................................... 34
Z
Zekering
Karakteristiek waarden
............................... 60
Zekering vervangen ............................................. 63
Gemaakt in Duitsland • Wijzigingen voorbehouden • Een PDF-versie vindt u op internet
GMC-I Messtechnik GmbH
Südwestpark 15
90449 Nürnberg •
Duitsland
Telefoon +49 911 8602-111
Telefax +49 911 8602-777
www.gossenmetrawatt.com
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70

Gossen MetraWatt METRAHIT ESPECIAL Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor