Danfoss TP5001 de handleiding

Categorie
Thermostaten
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

51
Installatiehandleiding
Belangrijk voor RF-modellen: Let erop dat zich geen grote metalen voorwerpen zoals
ketels of andere grote apparaten in de zichtlijn tussen thermostaat en ontvanger bevinden,
aangezien de communicatie tussen thermostaat en ontvanger hierdoor wordt verhinderd.
Technische specifi caties
Let op:
Dit product mag uitsluitend worden geïnstalleerd
door een erkend elektrotechnicus of een vakkundige
verwarmingsinstallateur conform de thans geldende IEEE-
voorschriften voor bedrading.
Omschrijving TP5001 (A) TP5001-RF TP5001M (A)
Voeding 2 x AA/MN1500/LR
alkalinebatterijen
230V, ±15%,
50Hz
Geheugenback-up Gegevens worden de gehele levensduur van het
product vastgehouden
Temperatuurbereik
5-30°C
Fabrieksinstelling
kalenderklok
Automatische overschakeling van zomer- op
wintertijd
Maximum contactbelasting 3(1)A,
10-230V
n.v.t. 3(1)A, 10-230V
Bedrijfsfrequentie
(RF-modellen)
n.v.t. 433,92MHz n.v.t.
Zendbereik (RF-modellen) n.v.t. 30m max. n.v.t.
Aansluitingen voor
externe sensoren (alleen
A-modellen)
Door installateur instelbaar op externe
temperatuursensor, begrenzingssensor,
raamcontact of telefonisch geactiveerde
schakelcontacten
Afmetingen (bxhxd) 110 x 88 x 28 mm
Constructienorm EN60730-2-9 (EN300220 voor RF)
Nominale piekspanning 2,5kV
Kogeldruktest 75°C
Emissiewaarde Normaal
Nauwkeurigheid ±1°C
Tijdnauwkeurigheid ± 1 minuut per maand
Installatiehandleiding
NL
52
Installatie
Verwijder eerst de wandplaat van de achterzijde van de
thermostaat.
Vanuit de linker bovenhoek van de wandplaat gezien, moet er
t.b.v. het monteren van de inplugmodule een vrije ruimte van
minstens 15mm rechts, 15mm links, 30mm boven en 100mm
onder de thermostaat zijn.
Thermostaat en externe kamersensor:
Monteer de wandplaat op een hoogte van ca. 1,5 m vanaf de
vloer, niet op de tocht en uit de buurt van warmtebronnen zoals
radiatoren, open haard of direct zonlicht.
Alvorens de thermostaat te monteren, moeten de 2 DIL-
schakelaars aan de achterzijde van de thermostaat in de gewenste
stand zijn gezet. De fabrieksinstellingen staan hieronder.
1
2
Toetsen uitgeschakeld
Reset uitgeschakeld
Reset ingeschakeld
Toetsen ingeschakeld
U
i
t
Aan
Sc
h
a
k
e
l
aar nr.
Installatiehandleiding
NL
53
Batterijen plaatsen
Let bij het plaatsen van de batterijen op de juiste polariteit zoals
aangegeven in het batterijen compartiment.
Belangrijk: Druk na het plaatsen van de batterijen eenmaal op de
RESET knop om de unit te starten. Het uitleesvenster kan leeg blijven
tot dit is gedaan. Als de knop is losgelaten verschijnt de informatie. Alle
gegevens, tijd, programmering en overbruggingsinstellingen worden
gedurende de levensduur van het produkt behouden.
!
Op sommige bestaande thermostaten kan een Nul- en/of Aardedraad zijn
aangesloten. Deze zijn niet nodig op de TP5001 (batterij modellen) en mogen NIET
op de klemmen van de TP5001 worden aangesloten. Zij moeten worden geïsoleerd
en worden opgerold in de uitsparing van de TP5001.
Kabelaansluitingen
Modellen met aansluitingen voor externe sensoren
De TP5001A en TP5001MA hebben een ingang waarop een van de
volgende kan worden aangesloten:
1) externe kamertemperatuursensor (als accessoire verkrijgbaar).
L
N
DE
S1 S2
M-modellen 230V
Externe voeler
(uitsluitend bij de
A-modellen)
Bedrading - TP5001
123
NO
NC
COM
Belasting
verwarming
OFF
ON
Uitgangsaansluitingen,
alle vast bedrade
modellen
Installatiehandleiding
NL
54
Modellen met aansluitingen voor externe
sensoren
Het aansluitblok voor externe bediening/
sensoren zit op de printplaat boven het
batterijcompartiment.
RX1
RX2 en RX3
12
3
4
Electronica
N
L
ZONE 1 AAN
COM
ZONE 1 UIT
A
Electronica
B
C1
2
345
6
N
L
ZONE 1 AAN
COM
Aansluitpunt 6
(alleen RX3)
ZONE 1 UIT
ZONE 2 AAN
ZONE 3 AAN
Aansluiting van de RX-ontvanger (alleen bij RF-modellen)
1) Bij systemen met netvoeding dient klem 2 te worden aangesloten op de fase van
de netvoeding.
2) De voeding van de ontvanger mag niet via een schakelklok lopen.
S1/D
S2/E
S1/D
S2/E
Raam- of
teleschakelcontact
(normaal open (NO)
of normaal gesloten (NC))
S1/D
S2/E
Teleschakelcontact
(NC)
Raamcontact
(NC)
Geconfi gureerd
voor externe
kamersensor of
begrenzingssensor
Geconfi gureerd
voor raamcontact of
ander contact zoals
teleschakelaar
Geconfi gureerd voor
raamcontact en
ander contact zoals
teleschakelaar
/
D
/
E
Aansluitingen voor
afstandsbediening
2) begrenzingssensor, bijvoorbeeld vloertemperatuursensor
(als accessoire verkrijgbaar).
3) raamcontacten, cardlezercontacten of teleschakelcontacten.
Zie Geavanceerde Programmering door Installateur voor
instelinstructies.
Installatiehandleiding
NL
55
Inbedrijfstelling (alleen RF-modellen)
Als de thermostaat en de ontvanger samen als een gecombineerd
pakket zijn geleverd, zijn zij in de fabriek reeds op elkaar
afgestemd en is inbedrijfstelling niet nodig (alleen RX1).
Afstemmen van de RX-ontvanger op de frequentie van het
thermostaatsignaal: volg onderstaande stappen 1-5.
Stap 1 TP5001-RF
Reset de thermostaat door de resetknop in
de uitsparing in te drukken.
Stap 2 Houd de knoppen V en + gedurende
3 seconden ingedrukt (de TP5001-RF zendt
nu gedurende 3 minuten continu een uniek
signaal uit).
Stap 3 RX1
Houd de knoppen PROG en CH1
gedurende 3 seconden ingedrukt tot het
groene lampje 1 maal oplicht.
Stap 4 RX2 (indien van toepassing)
Thermostaat 1 - voer stappen 1-3 en 5 uit.
Thermostaat 2 - voer stappen 1-2 uit en druk vervolgens op PROG en
CH2 op de RX2.
RX3 (indien van toepassing)
Thermostaat 1 - voer stappen 1-3 en 5 uit.
Thermostaat 2 - voer stappen 1-2 uit en druk vervolgens op PROG en
CH2 op de RX3. Voer daarna stap 5 uit.
Thermostaat 3 - stappen 1-2 uit en druk vervolgens op PROG en CH3
op de RX3.
Stap 5 TP5001-RF
Druk op V of Λ om de temperatuur te selecteren - de thermostaat
schakelt weer in de bedrijfsstand.
BELANGRIJK - Om er zeker van te zijn dat de fabrieks-
programmas ingesteld zijn en dat de microprocessor goed
functioneert dient de RESET knop, voordat u begint met
inbedrijfstellen of programmeren, met een niet metalen voorwerp
ingedrukt te worden tot het uitleesvenster blanco wordt.
Installatiehandleiding
NL
56
Geavanceerde Programmering
door Installateur
De TP5001 heeft een aantal geavanceerde mogelijkheden die door
de gebruiker kunnen worden ingesteld. Dit kan door inschakeling
van de functie Geavanceerde Programmering door Gebruiker. Zie
Geavanceerde Programmering door Gebruiker in de Instructies
voor gebruik.
Geavanceerde Programmering door Installateur -
mogelijkheden
De TP5001 heeft een aantal additionele geavanceerde mogelijkheden
die door de installateur kunnen worden ingesteld om de effi ciency van
het systeem te verbeteren en om waar nodig de functiemogelijkheden
van het product voor de gebruiker te wijzigen. Dit kan door inschakeling
van de functie Geavanceerde Programmering door Installateur. Deze
instellingen zijn optioneel en hoeven alleen te worden ingeschakeld
als er aan de extra functies behoefte is.
Geavanceerde Programmering door Installateur - gebruik
Volg onderstaande stappen om in de functie Geavanceerde
Programmering door Installateur te komen:
a) Houd de knoppen V en PROG gedurende 3
seconden ingedrukt. U komt eerst in de functie
Geavanceerde Programmering door Gebruiker.
Het uitleesvenster ziet eruit zoals hiernaast
afgebeeld.
b) Houd de knoppen V, Λ en PROG gedurende 5 seconden ingedrukt.
U komt nu in de functie Geavanceerde Programmering door
Installateur. Het uitleesvenster ziet eruit zoals hiernaast afgebeeld.
c) Gebruik de toetsen + en - om door de
verschillende opties te lopen en gebruik
vervolgens V en Λ om de Optie-instellingen te
wijzigen. Het knipperende cijfer rechts in het
uitleesvenster geeft het nummer van de geselecteerde Optie weer.
De grote tekens geven de geselecteerde Optiewaarde aan.
Installatiehandleiding
NL
57
d) Terugkeren naar normaal bedrijf (RUN) - Houd de knop PROG
ingedrukt tot de dubbele punt (:) in het uitleesvenster knippert.
Optie 30 - Bovengrens van temperatuurbereik instellen
Hiermee kan de bovengrens van het instellingsbereik
van de thermostaat elektronisch worden begrensd.
Druk op + tot Optie 30 in het uitleesvenster
verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste
instelling te kiezen.
Instelling 40 - 5°C (Fabrieksinstelling is 30°C)
Optie 31 - Ondergrens van temperatuurbereik instellen
Hiermee kan de ondergrens van het instellingsbereik
van de thermostaat elektronisch worden begrensd.
Druk op + tot Optie 31 in het uitleesvenster
verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste
instelling te kiezen.
Instelling 5 - 40°C (Fabrieksinstelling is 5°C)
Optie 32 - “Uit bij ondergrens mogelijk maken
Hiermee kan een OFF-functie worden geselecteerd
als een instelling is gekozen die lager is dan
de ondergrens. Druk op + tot Optie 32 in het
uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de
gewenste instelling te kiezen.
Instelling 0 Uitgeschakeld
Instelling 1 Ingeschakeld (fabrieksinstelling)
Installatiehandleiding
NL
Optie 33 - Aan bij bovengrens mogelijk maken
Hiermee kan een ON-functie worden geselecteerd
als een instelling is gekozen die hoger is dan
de bovengrens. Druk op + tot Optie 33 in het
uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de
gewenste instelling te kiezen.
Instelling 0 Uitgeschakeld (fabrieksinstelling)
Instelling 1 Ingeschakeld
58
Optie 34 - Aan/uit schakeling of chronoproportionele cyclus
instellen
Hiermee kan de thermostaat in de
chronoproportionele cyclus worden ingesteld,
of desgewenst kan de aan/uit schakeling
worden ingesteld. Druk op + tot Optie 34 in het
uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de
gewenste instelling te kiezen.
0 Aan/Uit
3 3 cycli per uur
6 6 cycli per uur (fabrieksinstelling)
9 9 cycli per uur
12 12 cycli per uur
Optie 35 - Integratietijd instellen (eerst advies inwinnen)
(Optie 34 instelling op 3, 6, 9 of 12)
Hiermee kan de integratietijd van het PI-algoritme
worden aangepast om de regelnauwkeurigheid
te vergroten. Aanpassing hiervan dient alleen
te geschieden als advies van de fabrikant is
ingewonnen. Druk op + tot Optie 35 in het
uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de
gewenste instelling te kiezen.
2.5 Integratietijd ingesteld op 2,5% (fabrieksinstelling)
5 Integratietijd ingesteld op 5%
10 Integratietijd ingesteld op 10%
Optie 36 -Tijdelijke temperatuuraanpassing begrenzen
Hiermee wordt vastgesteld in hoeverre de gebruiker
de temperatuurwaarde tussentijds kan aanpassen.
Druk op + tot Optie 36 in het uitleesvenster
verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste
instelling te kiezen.
Instelling 0 Geen limiet (fabrieksinstelling)
Instelling 1 Beperkt tot ±2°C
Instelling 2 Geen tussentijdse aanpassing toegestaan
Installatiehandleiding
NL
59
Optie 37 - Duur van tijdelijke aanpassing instellen
(optie 36 ingesteld op 1 of 2)
Hiermee wordt de duur van een door de gebruiker
ingevoerde tussentijdse temperatuuraanpassing
vastgesteld. Druk op + tot Optie 37 in het
uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de
gewenste instelling te kiezen.
Instelling 0 Tot het volgende tijdblok (fabrieksinstelling)
Instelling 1 1 uur
Instelling 2 2 uur
Instelling 3 3 uur
Instelling 4 4 uur
Optie 38 - Relaisstand bij lage batterijspanning (alleen voor op
batterijen werkende producten)
Hiermee wordt de stand vastgesteld die het
relais aanneemt wanneer de thermostaat zichzelf
uitschakelt als de batterijen leeg zijn. Druk op + tot
Optie 38 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik
V en Λ om de gewenste instelling te kiezen.
Instelling 0 Relaisparkeerstand met uitgangssignaal OFF (Uit -
fabrieksinstelling)
Instelling 1 Relaisparkeerstand met uitgangssignaal ON (Aan)
Installatiehandleiding
NL
Optie 40 - aantal schakelingen per dag
Hiermee kan de thermostaat op 2, 4 of 6 tijdsblokken
per dag of handbediening (zonder tijdsblokken)
worden ingesteld. Druk op de + toets tot optie 40
in het display verschijnt, gebruik de Λ of V toets om
de instelling te selecteren.
1 Handbediening (zonder tijdsblokken)
2 2 schakelingen per dag
4 4 schakelingen per dag
6 6 schakelingen per dag (fabrieksinstelling)
60
Optie 70 - Toetsblokkering
Hiermee wordt vastgesteld in hoeverre de
gebruiker over de functionaliteit van de toetsen
kan beschikken. Dit is alleen geactiveerd als DIL-
schakelaar 1 op “Uitgeschakeld” is gezet. Druk
op + tot Optie 70 in het uitleesvenster verschijnt
en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te
kiezen.
Instelling 0 Normale blokkering: Programmeerfuncties geblokkeerd
(fabrieksinstelling)
Instelling 1 Volledige blokkering: Alle toetsen uitgeschakeld
Optie 41 - programma keuze
Hiermee wordt gekozen tussen een 5/2 dagen of
een 24-uurs programma.
Druk op de + toets tot optie 41 in het display
verschijnt, gebruik de Λ of V toets om de instelling
te selecteren.
5-2 5/2 (fabrieksinstelling)
24 24 uur
Installatiehandleiding
NL
Optie 71 - Startvertraging (alleen bij 24V/230 Volt modellen)
Hiermee kan een startvertraging worden ingevoerd
die ten doel heeft om het elektriciteitsnet
onmiddellijk na herstel van een stroomuitval minder
te belasten. De startvertraging ligt in het gebied
van 2 - 90 seconden. Druk op + tot Optie 71 in het
uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de
gewenste instelling te kiezen.
Instelling 0 Uitgeschakeld (fabrieksinstelling)
Instelling 1 Ingeschakeld
61
Installatiehandleiding
NL
Optie 72 - Referentienummer eigenaarlocatie
Hiermee kunnen eigenaars van meerdere locaties
een locatienummer in de thermostaat opslaan. Druk
op + tot Optie 72 in het uitleesvenster verschijnt
en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te
kiezen.
Instelling Elke waarde tussen 00 en 99 kan worden ingevoerd
De fabrieksinstelling is 00
Optie 73 - Thermostaatreferentienummer eigenaar
Hiermee kunnen locatie-eigenaars een
thermostaatreferentienummer in de thermostaat
opslaan. Druk op + tot Optie 73 in het uitleesvenster
verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste
instelling te kiezen.
Instelling Elke waarde tussen 000 en 999 kan worden ingevoerd
De fabrieksinstelling is 000
Optie 74 - Datumweergave kalenderklok
Hiermee kan de datumweergave worden gekozen.
Druk op + tot Optie 74 in het uitleesvenster
verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste
instelling te kiezen.
Instelling 0 Europese weergave (dd/mm/jj) (Fabrieksinstelling)
Instelling 1 Noord-Amerikaanse weergave (mm/dd/jj)
Optie 81 - Thermostaatijking corrigeren
Hiermee kan de thermostaatijking met maximaal
±1,5°K worden gecorrigeerd. Druk op + tot Optie 81
in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om
de gewenste instelling te kiezen.
Instelling Elke waarde tussen ±1,5 (Fabrieksinstelling is 0°C)
62
Installatiehandleiding
NL
Optie 90 - Type externe sensor defi niëren, alleen A”-modellen
Hiermee kan het type externe-sensorinvoer
worden gedefi nieerd. Druk op + tot Optie 90 in
het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ
om de gewenste instelling te kiezen.
Instelling 0 Geen externe sensor gemonteerd
Instelling 1 Externe kamer- of leidingsensor gemonteerd, interne
sensor uitgeschakeld (Fabrieksinstelling)
Instelling 2 Externe begrenzingssensor gemonteerd, zie Optie 93 om
instelwaarde te defi niëren
Instelling 3 Geconfi gureerd als digitale invoer voor raam-, cardlezer-
of teleschakelaar, zie Optie 94 om NC of NO te defi niëren.
Optie 93 - Instelwaarde begrenzingssensor beperken, alleen A”-
modellen (Optie 90 ingesteld op 2)
Hiermee kan de begrenzingssensor van de
thermostaat worden ingesteld. Een veel
voorkomende toepassing is bij vloerverwarming.
Druk op + tot Optie 93 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ
om de gewenste instelling te kiezen. Als de door de begrenzingssensor
waargenomen temperatuur hoger is dan de ingestelde grenswaarde,
wordt het uitgangssignaal uitgeschakeld tot de temperatuur 2°C is
gezakt. In het uitleesvenster knippert “F10”.
Instelling Elke waarde tussen 20 - 50°C (Fabrieksinstelling is 27°C)
Optie 94 - Type digitale invoerschakelaar confi gureren, alleen
A”-modellen (Optie 90 ingesteld op 3)
Hiermee kan het schakelaartype voor de digitale
invoer worden geconfi gureerd. Druk op + tot Optie
94 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en
Λ om de gewenste instelling te kiezen.
Instelling 0 Contacten NC (normaal gesloten), open de
circuitcontacten om de thermostaat in de
thermostaatfunctie te dwingen, sluit de contacten om
naar normaal bedrijf terug te keren.
Instelling 1 Contacten NO (normaal open), sluit de contacten om de
thermostaat in de thermostaatfunctie te dwingen, open
de circuitcontacten om naar normaal bedrijf terug te
keren (Fabrieksinstelling).

Documenttranscriptie

Installatiehandleiding Let op: Dit product mag uitsluitend worden geïnstalleerd door een erkend elektrotechnicus of een vakkundige verwarmingsinstallateur conform de thans geldende IEEEvoorschriften voor bedrading. Technische specificaties Omschrijving Voeding TP5001 (A) TP5001-RF 2 x AA/MN1500/LR alkalinebatterijen TP5001M (A) 230V, ±15%, 50Hz Geheugenback-up Gegevens worden de gehele levensduur van het product vastgehouden Temperatuurbereik 5-30°C Fabrieksinstelling kalenderklok Maximum contactbelasting Automatische overschakeling van zomer- op wintertijd 3(1)A, 10-230V n.v.t. 3(1)A, 10-230V Bedrijfsfrequentie (RF-modellen) n.v.t. 433,92MHz n.v.t. Zendbereik (RF-modellen) n.v.t. 30m max. n.v.t. Aansluitingen voor externe sensoren (alleen A-modellen) Door installateur instelbaar op externe temperatuursensor, begrenzingssensor, raamcontact of telefonisch geactiveerde schakelcontacten Afmetingen (bxhxd) Constructienorm 110 x 88 x 28 mm EN60730-2-9 (EN300220 voor RF) Nominale piekspanning 2,5kV Kogeldruktest 75°C Emissiewaarde Normaal Nauwkeurigheid Tijdnauwkeurigheid Installatiehandleiding NL ±1°C ± 1 minuut per maand Belangrijk voor RF-modellen: Let erop dat zich geen grote metalen voorwerpen zoals ketels of andere grote apparaten in de zichtlijn tussen thermostaat en ontvanger bevinden, aangezien de communicatie tussen thermostaat en ontvanger hierdoor wordt verhinderd. 51 Installatiehandleiding NL Installatie 52 • Verwijder eerst de wandplaat van de achterzijde van de thermostaat. • Vanuit de linker bovenhoek van de wandplaat gezien, moet er t.b.v. het monteren van de inplugmodule een vrije ruimte van minstens 15mm rechts, 15mm links, 30mm boven en 100mm onder de thermostaat zijn. • Thermostaat en externe kamersensor: Monteer de wandplaat op een hoogte van ca. 1,5 m vanaf de vloer, niet op de tocht en uit de buurt van warmtebronnen zoals radiatoren, open haard of direct zonlicht. • Alvorens de thermostaat te monteren, moeten de 2 DILschakelaars aan de achterzijde van de thermostaat in de gewenste stand zijn gezet. De fabrieksinstellingen staan hieronder. Schakelaar nr. Uit 1 Toetsen uitgeschakeld 2 Reset uitgeschakeld Aan Toetsen ingeschakeld Reset ingeschakeld Kabelaansluitingen Bedrading - TP5001 Uitgangsaansluitingen, alle vast bedrade modellen M-modellen 230V N Installatiehandleiding NL D E S1 S2 L Externe voeler (uitsluitend bij de A-modellen) 1 2 3 NO NC COM ON OFF Belasting verwarming Batterijen plaatsen Let bij het plaatsen van de batterijen op de juiste polariteit zoals aangegeven in het batterijen compartiment. Belangrijk: Druk na het plaatsen van de batterijen eenmaal op de RESET knop om de unit te starten. Het uitleesvenster kan leeg blijven tot dit is gedaan. Als de knop is losgelaten verschijnt de informatie. Alle gegevens, tijd, programmering en overbruggingsinstellingen worden gedurende de levensduur van het produkt behouden. ! Op sommige bestaande thermostaten kan een Nul- en/of Aardedraad zijn aangesloten. Deze zijn niet nodig op de TP5001 (batterij modellen) en mogen NIET op de klemmen van de TP5001 worden aangesloten. Zij moeten worden geïsoleerd en worden opgerold in de uitsparing van de TP5001. Modellen met aansluitingen voor externe sensoren De TP5001A en TP5001MA hebben een ingang waarop een van de volgende kan worden aangesloten: 1) externe kamertemperatuursensor (als accessoire verkrijgbaar). 53 Installatiehandleiding NL 2) begrenzingssensor, bijvoorbeeld vloertemperatuursensor (als accessoire verkrijgbaar). 3) raamcontacten, cardlezercontacten of teleschakelcontacten. Zie Geavanceerde Programmering door Installateur voor instelinstructies. Modellen met aansluitingen voor externe sensoren Het aansluitblok voor externe bediening/ sensoren zit op de printplaat boven het batterijcompartiment. /D /E Aansluitingen voor afstandsbediening S1/D S1/D S1/D S2/E S2/E S2/E Raamcontact (NC) Raam- of teleschakelcontact (normaal open (NO) of normaal gesloten (NC)) Geconfigureerd voor externe kamersensor of begrenzingssensor Teleschakelcontact (NC) Geconfigureerd voor raamcontact of ander contact zoals teleschakelaar Geconfigureerd voor raamcontact en ander contact zoals teleschakelaar Aansluiting van de RX-ontvanger (alleen bij RF-modellen) RX2 en RX3 RX1 Electronica Electronica Aansluitpunt 6 (alleen RX3) 54 COM ZONE 3 AAN L ZONE 2 AAN N ZONE 1 UIT A B C 1 2 3 4 5 6 ZONE 1 AAN ZONE 1 UIT COM ZONE 1 AAN N L 1 2 3 4 1) Bij systemen met netvoeding dient klem 2 te worden aangesloten op de fase van de netvoeding. 2) De voeding van de ontvanger mag niet via een schakelklok lopen. Om er zeker van te zijn dat de fabrieksprogramma’s ingesteld zijn en dat de microprocessor goed functioneert dient de RESET knop, voordat u begint met inbedrijfstellen of programmeren, met een niet metalen voorwerp ingedrukt te worden tot het uitleesvenster blanco wordt. Inbedrijfstelling (alleen RF-modellen) Als de thermostaat en de ontvanger samen als een gecombineerd pakket zijn geleverd, zijn zij in de fabriek reeds op elkaar afgestemd en is inbedrijfstelling niet nodig (alleen RX1). Afstemmen van de RX-ontvanger op de frequentie van het thermostaatsignaal: volg onderstaande stappen 1-5. NL Installatiehandleiding BELANGRIJK - Stap 1 TP5001-RF Reset de thermostaat door de resetknop in de uitsparing in te drukken. Stap 2 Houd de knoppen V en + gedurende 3 seconden ingedrukt (de TP5001-RF zendt nu gedurende 3 minuten continu een uniek signaal uit). Stap 3 RX1 Houd de knoppen PROG en CH1 gedurende 3 seconden ingedrukt tot het groene lampje 1 maal oplicht. Stap 4 RX2 (indien van toepassing) Thermostaat 1 - voer stappen 1-3 en 5 uit. Thermostaat 2 - voer stappen 1-2 uit en druk vervolgens op PROG en CH2 op de RX2. RX3 (indien van toepassing) Thermostaat 1 - voer stappen 1-3 en 5 uit. Thermostaat 2 - voer stappen 1-2 uit en druk vervolgens op PROG en CH2 op de RX3. Voer daarna stap 5 uit. Thermostaat 3 - stappen 1-2 uit en druk vervolgens op PROG en CH3 op de RX3. Stap 5 TP5001-RF Druk op V of Λ om de temperatuur te selecteren - de thermostaat schakelt weer in de bedrijfsstand. 55 Installatiehandleiding NL Geavanceerde Programmering door Installateur De TP5001 heeft een aantal geavanceerde mogelijkheden die door de gebruiker kunnen worden ingesteld. Dit kan door inschakeling van de functie Geavanceerde Programmering door Gebruiker. Zie Geavanceerde Programmering door Gebruiker in de Instructies voor gebruik. Geavanceerde Programmering mogelijkheden door Installateur - De TP5001 heeft een aantal additionele geavanceerde mogelijkheden die door de installateur kunnen worden ingesteld om de efficiency van het systeem te verbeteren en om waar nodig de functiemogelijkheden van het product voor de gebruiker te wijzigen. Dit kan door inschakeling van de functie Geavanceerde Programmering door Installateur. Deze instellingen zijn optioneel en hoeven alleen te worden ingeschakeld als er aan de extra functies behoefte is. Geavanceerde Programmering door Installateur - gebruik Volg onderstaande stappen om in de functie Geavanceerde Programmering door Installateur te komen: a) Houd de knoppen V en PROG gedurende 3 seconden ingedrukt. U komt eerst in de functie Geavanceerde Programmering door Gebruiker. Het uitleesvenster ziet eruit zoals hiernaast afgebeeld. b) Houd de knoppen V, Λ en PROG gedurende 5 seconden ingedrukt. U komt nu in de functie Geavanceerde Programmering door Installateur. Het uitleesvenster ziet eruit zoals hiernaast afgebeeld. c) Gebruik de toetsen + en - om door de verschillende opties te lopen en gebruik vervolgens V en Λ om de Optie-instellingen te wijzigen. Het knipperende cijfer rechts in het uitleesvenster geeft het nummer van de geselecteerde Optie weer. De grote tekens geven de geselecteerde Optiewaarde aan. 56 Optie 30 - Bovengrens van temperatuurbereik instellen Hiermee kan de bovengrens van het instellingsbereik van de thermostaat elektronisch worden begrensd. Druk op + tot Optie 30 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling 40 - 5°C (Fabrieksinstelling is 30°C) NL Installatiehandleiding d) Terugkeren naar normaal bedrijf (RUN) - Houd de knop PROG ingedrukt tot de dubbele punt (:) in het uitleesvenster knippert. Optie 31 - Ondergrens van temperatuurbereik instellen Hiermee kan de ondergrens van het instellingsbereik van de thermostaat elektronisch worden begrensd. Druk op + tot Optie 31 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling 5 - 40°C (Fabrieksinstelling is 5°C) Optie 32 - “Uit” bij ondergrens mogelijk maken Hiermee kan een OFF-functie worden geselecteerd als een instelling is gekozen die lager is dan de ondergrens. Druk op + tot Optie 32 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling 0 Uitgeschakeld Instelling 1 Ingeschakeld (fabrieksinstelling) Optie 33 - “Aan” bij bovengrens mogelijk maken Hiermee kan een ON-functie worden geselecteerd als een instelling is gekozen die hoger is dan de bovengrens. Druk op + tot Optie 33 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling 0 Uitgeschakeld (fabrieksinstelling) Instelling 1 Ingeschakeld 57 Installatiehandleiding NL Optie 34 - Aan/uit schakeling of chronoproportionele cyclus instellen Hiermee kan de thermostaat in de chronoproportionele cyclus worden ingesteld, of desgewenst kan de aan/uit schakeling worden ingesteld. Druk op + tot Optie 34 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. 0 Aan/Uit 3 3 cycli per uur 6 6 cycli per uur (fabrieksinstelling) 9 9 cycli per uur 12 12 cycli per uur Optie 35 - Integratietijd instellen (eerst advies inwinnen) (Optie 34 instelling op 3, 6, 9 of 12) Hiermee kan de integratietijd van het PI-algoritme worden aangepast om de regelnauwkeurigheid te vergroten. Aanpassing hiervan dient alleen te geschieden als advies van de fabrikant is ingewonnen. Druk op + tot Optie 35 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. 2.5 Integratietijd ingesteld op 2,5% (fabrieksinstelling) 5 Integratietijd ingesteld op 5% 10 Integratietijd ingesteld op 10% Optie 36 -Tijdelijke temperatuuraanpassing begrenzen Hiermee wordt vastgesteld in hoeverre de gebruiker de temperatuurwaarde tussentijds kan aanpassen. Druk op + tot Optie 36 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling 0 Geen limiet (fabrieksinstelling) Instelling 1 Beperkt tot ±2°C Instelling 2 Geen tussentijdse aanpassing toegestaan 58 NL Installatiehandleiding Optie 37 - Duur van tijdelijke aanpassing instellen (optie 36 ingesteld op 1 of 2) Hiermee wordt de duur van een door de gebruiker ingevoerde tussentijdse temperatuuraanpassing vastgesteld. Druk op + tot Optie 37 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling 0 Tot het volgende tijdblok (fabrieksinstelling) Instelling 1 1 uur Instelling 2 2 uur Instelling 3 3 uur Instelling 4 4 uur Optie 38 - Relaisstand bij lage batterijspanning (alleen voor op batterijen werkende producten) Hiermee wordt de stand vastgesteld die het relais aanneemt wanneer de thermostaat zichzelf uitschakelt als de batterijen leeg zijn. Druk op + tot Optie 38 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling 0 Relaisparkeerstand met uitgangssignaal OFF (Uit fabrieksinstelling) Instelling 1 Relaisparkeerstand met uitgangssignaal ON (Aan) Optie 40 - aantal schakelingen per dag Hiermee kan de thermostaat op 2, 4 of 6 tijdsblokken per dag of handbediening (zonder tijdsblokken) worden ingesteld. Druk op de + toets tot optie 40 in het display verschijnt, gebruik de Λ of V toets om de instelling te selecteren. 1 Handbediening (zonder tijdsblokken) 2 2 schakelingen per dag 4 4 schakelingen per dag 6 6 schakelingen per dag (fabrieksinstelling) 59 Installatiehandleiding NL Optie 41 - programma keuze Hiermee wordt gekozen tussen een 5/2 dagen of een 24-uurs programma. Druk op de + toets tot optie 41 in het display verschijnt, gebruik de Λ of V toets om de instelling te selecteren. 5-2 5/2 (fabrieksinstelling) 24 24 uur Optie 70 - Toetsblokkering Hiermee wordt vastgesteld in hoeverre de gebruiker over de functionaliteit van de toetsen kan beschikken. Dit is alleen geactiveerd als DILschakelaar 1 op “Uitgeschakeld” is gezet. Druk op + tot Optie 70 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling 0 Normale blokkering: Programmeerfuncties geblokkeerd (fabrieksinstelling) Instelling 1 Volledige blokkering: Alle toetsen uitgeschakeld Optie 71 - Startvertraging (alleen bij 24V/230 Volt modellen) Hiermee kan een startvertraging worden ingevoerd die ten doel heeft om het elektriciteitsnet onmiddellijk na herstel van een stroomuitval minder te belasten. De startvertraging ligt in het gebied van 2 - 90 seconden. Druk op + tot Optie 71 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling 0 Uitgeschakeld (fabrieksinstelling) Instelling 1 Ingeschakeld 60 Optie 73 - Thermostaatreferentienummer eigenaar Hiermee kunnen locatie-eigenaars een thermostaatreferentienummer in de thermostaat opslaan. Druk op + tot Optie 73 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling Elke waarde tussen 000 en 999 kan worden ingevoerd De fabrieksinstelling is 000 NL Installatiehandleiding Optie 72 - Referentienummer eigenaarlocatie Hiermee kunnen eigenaars van meerdere locaties een locatienummer in de thermostaat opslaan. Druk op + tot Optie 72 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling Elke waarde tussen 00 en 99 kan worden ingevoerd De fabrieksinstelling is 00 Optie 74 - Datumweergave kalenderklok Hiermee kan de datumweergave worden gekozen. Druk op + tot Optie 74 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling 0 Europese weergave (dd/mm/jj) (Fabrieksinstelling) Instelling 1 Noord-Amerikaanse weergave (mm/dd/jj) Optie 81 - Thermostaatijking corrigeren Hiermee kan de thermostaatijking met maximaal ±1,5°K worden gecorrigeerd. Druk op + tot Optie 81 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling Elke waarde tussen ±1,5 (Fabrieksinstelling is 0°C) 61 Installatiehandleiding NL Optie 90 - Type externe sensor definiëren, alleen “A”-modellen Hiermee kan het type externe-sensorinvoer worden gedefinieerd. Druk op + tot Optie 90 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling 0 Geen externe sensor gemonteerd Instelling 1 Externe kamer- of leidingsensor gemonteerd, interne sensor uitgeschakeld (Fabrieksinstelling) Instelling 2 Externe begrenzingssensor gemonteerd, zie Optie 93 om instelwaarde te definiëren Instelling 3 Geconfigureerd als digitale invoer voor raam-, cardlezerof teleschakelaar, zie Optie 94 om NC of NO te definiëren. Optie 93 - Instelwaarde begrenzingssensor beperken, alleen “A”modellen (Optie 90 ingesteld op 2) Hiermee kan de begrenzingssensor van de thermostaat worden ingesteld. Een veel voorkomende toepassing is bij vloerverwarming. Druk op + tot Optie 93 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Als de door de begrenzingssensor waargenomen temperatuur hoger is dan de ingestelde grenswaarde, wordt het uitgangssignaal uitgeschakeld tot de temperatuur 2°C is gezakt. In het uitleesvenster knippert “F10”. Instelling Elke waarde tussen 20 - 50°C (Fabrieksinstelling is 27°C) 62 Optie 94 - Type digitale invoerschakelaar configureren, alleen “A”-modellen (Optie 90 ingesteld op 3) Hiermee kan het schakelaartype voor de digitale invoer worden geconfigureerd. Druk op + tot Optie 94 in het uitleesvenster verschijnt en gebruik V en Λ om de gewenste instelling te kiezen. Instelling 0 Contacten NC (normaal gesloten), open de circuitcontacten om de thermostaat in de thermostaatfunctie te dwingen, sluit de contacten om naar normaal bedrijf terug te keren. Instelling 1 Contacten NO (normaal open), sluit de contacten om de thermostaat in de thermostaatfunctie te dwingen, open de circuitcontacten om naar normaal bedrijf terug te keren (Fabrieksinstelling).
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92

Danfoss TP5001 de handleiding

Categorie
Thermostaten
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor