HP aansluitkit
Gebruikershandleiding
Juridische kennisgevingen
Vertrouwelijke computersoftware. Voor het bezit, gebruik of kopiëren hiervan is een geldige
licentie van HP vereist. In overeenstemming met FAR 12.211 en 12.212 worden commerciële
computersoftware, documentatie voor computersoftware en technische gegevens voor
commerciële items gelicentieerd aan de Amerikaanse overheid volgens de standaard
commerciële licenties van de leverancier.
De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
De garantie voor HP producten en services is vastgelegd in de garantieverklaringen bij de
betreffende producten en services. Niets in deze documentatie kan worden opgevat als
rechtgevend op extra garantie. HP is niet aansprakelijk voor technische of andere fouten
of omissies in dit materiaal.
Delen van deze software vallen onder copyright 2013 The FreeType Project
(www.freetype.org). Alle rechten voorbehouden.
• HP distribueert FreeType onder de FreeType-licentie.
• HP distribueert Google Droid-lettertypen onder de Apache-softwarelicentie versie 2.0.
• HP distribueert HIDAPI alleen onder de BSD-licentie.
• HP distribueert Qt alleen onder de LGPL-licentie versie 2.1. HP levert een volledig
exemplaar van de Qt-bron.
• HP distribueert QuaZIP onder LGPL versie 2- en zlib/libpng-licenties. HP levert een
volledig exemplaar van de QuaZIP-bron.
Productinformatie over voorschriften en het milieu
Productinformatie over voorschriften en het milieu vindt u op de cd die bij dit product wordt
geleverd.
© Copyright 2013, 2014 Hewlett-Packard Development Company, L.P.
Vermenigvuldiging, bewerking en vertaling zijn verboden zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming van Hewlett-Packard Company, behalve voor zover toegestaan onder het
auteursrecht.
Tweede editie: maart 2014
Eerste editie: juli 2013
Artikelnummer van document: NW280-4002
Inhoud iii
Inhoud
Inleiding.................................................................. 1
Aan de slag............................................................. 2
Een rekenmachine een naam geven .......................................2
Aansluitkit installeren............................................................3
Aansluitkit starten.................................................................3
Elementen van de interface ...................................................3
Een rekenmachine aansluiten via USB ....................................7
Een rekenmachine draadloos aansluiten .................................8
Verbinding maken met de virtuele rekenmachine .....................8
Een draadloos klasnetwerk van HP maken................... 8
Info over het draadloze netwerk ............................................9
Problemen met een draadloze verbinding oplossen..................9
De SSID wijzigen...............................................................10
Handmatig een kanaal selecteren ........................................10
Het rekenmachinedeelvenster................................... 11
Inleiding ...........................................................................11
Het contextgevoelige menu van de rekenmachine..................11
Werken met het rekenmachinedeelvenster.............................12
De editors.........................................................................13
Het inhouddeelvenster............................................. 13
Inleiding ...........................................................................13
De editors en het werkgebied................................... 14
Inleiding ...........................................................................14
De editors.........................................................................14
Een rekenmachine een andere naam geven ..........................14
Startmodi bewerken ...........................................................15
Een back-up maken van gegevens en instellingen ..................15
Gegevens en instellingen herstellen......................................16
Een rekenmachine klonen ...................................................16
iv Inhoud
Reële variabelen bewerken .................................................17
Complexe variabelen bewerken ..........................................18
Lijstvariabelen bewerken.....................................................19
Matrixvariabelen bewerken.................................................20
Programma's maken en bewerken .......................................21
Opmerkingen maken en bewerken.......................................22
Inhoud van apps bewerken .................................................23
Configuraties van de testmodus ...........................................25
HP Prime inhoudsobjecten verwijderen, resetten en wissen......27
De HP Prime software bijwerken...............................27
Nieuwe software downloaden.............................................28
Software bijwerken ............................................................28
Problemen met een software-update oplossen ........................29
Het draadloze klasnetwerk van HP ...........................29
Klasinhoud voorbereiden.........................................30
Configuraties van de testmodus voorbereiden........................30
Klasvragenlijst voorbereiden................................................32
Het venster Monitor.................................................35
Inleiding ...........................................................................35
De klas bewaken ...............................................................36
Het rekenmachinescherm van een leerling vastleggen.............36
Het rekenmachinescherm van een leerling projecteren............36
HP Prime inhoud verspreiden...............................................37
Toegang tot HP Prime inhoud ..............................................37
Een vragenlijst maken op een HP Prime rekenmachine............37
Antwoorden ontvangen en resultaten analyseren ...................39
Resultaten naar de klas verzenden .......................................39
Testmodus tarten en stoppen................................................40
Configuratie van de testmodus verzenden.............................40
Het venster Berichten...............................................41
Inleiding ...........................................................................41
Berichten verzenden...........................................................41
Inhoud v
Het HP Prime berichtencentrum............................................42
Een antwoord of bericht vanaf een HP Prime
rekenmachine verzenden ....................................................42
Snel een bericht verzenden .................................................42
Om hulp verzoeken en verzoeken verwijderen ......................43
vi Inhoud
HP aansluitkit 1
HP aansluitkit
Inleiding
De HP aansluitkit is software waarmee het mogelijk is
HP Prime inhoud te verkrijgen en te distribueren. Met
deze kit kunt u ook een klasnetwerk van HP Prime
rekenmachines maken. U kunt de inhoud die u verkrijgt,
via het klasnetwerk verzenden. Tot HP Prime inhoud
behoren HP apps, inclusief de bijbehorende configuratie
van de gegevens- en testmodus, tests (vragenlijsten en
quizzen), opmerkingen en zelfs berichten aan individuele
leerlingen. Antwoorden op vragenlijsten kunnen
worden verzameld en in een totaaloverzicht worden
weergegeven voor discussiedoeleinden. U kunt het
netwerk van HP Prime rekenmachines bewaken en
het scherm van een leerling projecteren voor
discussiedoeleinden.
U kunt de aansluitkit gebruiken in een van de
volgende modi:
• aangesloten op een of meer HP Prime rekenmachines
via een computer waarop de aansluitkit staat, met
behulp van de USB-kabel die bij het product is
geleverd;
• draadloos aangesloten op een of meer HP Prime
rekenmachines met behulp van de draadloze
HP Prime aansluitkit (afzonderlijk aan te schaffen)
voor het vormen van een draadloos HP klasnetwerk;
• verbonden met een of meer virtuele rekenmachines
op dezelfde computer (virtuele HP Prime
rekenmachine is een programma dat afzonderlijk
verkrijgbaar is).
In elke modus die u kiest, kunt u met de aansluitkit eigen
HP Prime inhoud maken en bewerken om de inhoud van
uw HP Prime rekenmachine uit te breiden en aan te
passen. Daarnaast biedt het draadloze klasnetwerk van
HP functies waarmee de gebruikerservaringen in het
HP Prime klasnetwerk kunnen worden verbeterd.
2 HP aansluitkit
De aansluitkit biedt de volgende mogelijkheden:
• inhoud en gegevens beheren op een of meer
aangesloten rekenmachines
• aangepaste HP Prime inhoud voorbereiden
• HP Prime inhoud verzenden naar een, een aantal
of alle aangesloten rekenmachines
• resultaten van vragenlijsten ontvangen van
aangesloten rekenmachines en de resultaten
analyseren
• een bericht verzenden naar een, een aantal of alle
aangesloten rekenmachines
• een bericht ontvangen van een aangesloten
rekenmachine
• de testmodus op aangesloten rekenmachines in- en
uitschakelen
• het gebruik van rekenmachines bewaken en
vastleggen
• het scherm van een leerling live in de klas projecteren
om een groepsdiscussie te houden
• de software van de rekenmachine bijwerken
• een back-up van uw rekenmachine maken en
terugzetten
• klonen van een HP Prime rekenmachine maken en
overzetten naar een andere
Raadpleeg de Gebruikershandleiding voor de HP Prime
grafische rekenmachine voor meer informatie over de
functionaliteit van de HP Prime rekenmachine.
Aan de slag
Een reken-
machine een
naam geven
Voordat u de aansluitkit installeert, moet u ervoor zorgen
dat de rekenmachines die u met de aansluitkit wilt
gebruiken een naam hebben. Op die manier kunt
u de ene aangesloten rekenmachine van de andere
onderscheiden in het venster Aansluitkit.
HP aansluitkit 3
Voer de volgende stappen uit om een rekenmachine een
naam te geven.
1. Druk op de rekenmachine op
SH (Instellingen).
Het venster Startmodi wordt geopend.
2. Tik op om naar de tweede pagina van
het scherm te gaan.
3. Tik op het veld
Naam calculator.
4. Toets de naam van de rekenmachine in het veld in
met de toetsen van de rekenmachine.
5. Tik op
.
Aansluitkit
installeren
Of u nu van plan bent om de aansluitkit te gebruiken op
een enkele HP Prime rekenmachine die is verbonden
via de USB-kabel of met een hele klas die draadloos
is verbonden, u moet eerst de aansluitkit installeren.
Zoek het bestand HP_Connectivity_Kit.exe op de
meegeleverde product-cd, en dubbelklik erop.
Of zoek op de website van HP het bestand
HP_Connectivity_Kit.exe, download deze naar de
computer en dubbelklik er vervolgens op. Volg de
instructies op het scherm om de installatie te voltooien.
Aansluitkit
starten
Wanneer u het toepassingspictogram op het bureaublad
van uw pc hebt geïnstalleerd, dubbelklikt u erop om de
aansluitkit te starten.
Volg anders onderstaande stappen:
1. Open op de computer het menu
Start.
2. Zoek en open de map
HP rekenmachines.
3. Klik op
HP aansluitkit.
Elementen van
de interface
Als de software wordt geopend, worden de drie
deelvensters, alsmede de bekende titel, het menu en
de pictogrambalken aan de bovenkant van het venster
Aansluitkit weergegeven. Deze drie permanente
deelvensters zijn:
• Het rekenmachinedeelvenster in de linkerbovenhoek
• Het inhouddeelvenster in de linkeronderhoek
4 HP aansluitkit
• Het werkgebied aan de rechterkant
Het rekenmachine-
deelvenster
Wanneer een rekenmachine is aangesloten, wordt
de naam van de rekenmachine weergegeven in het
rekenmachinedeelvenster. Klik op het pijltje naast de
naam van een rekenmachine om de lijst met inhoud
op die rekenmachine uit te vouwen. Dubbelklik op
een object in de lijst om een editor te starten in het
werkgebied.
Het inhouddeel-
venster
De HP Prime inhoud die is opgeslagen op uw computer,
wordt weergegeven in het inhouddeelvenster in mappen
die zijn uitgesplitst naar elk type inhoud, zoals
testmodusconfiguraties en vragenlijsten. Net als in het
rekenmachinedeelvenster kunt u dubbelklikken op een
inhoudsitem om de editor in het werkgebied te openen.
Het werkgebied Het werkgebied heeft twee doeleinden. Dit is allereerst
een gebied waarin de inhoudeditors verschijnen.
Verder is het een controlecentrum voor het draadloze
klasnetwerk van HP, waar de vensters Monitor en
Berichten verschijnen.
De menubalk De menubalk bevat vier menu's: Bestand, Bewerken,
Vensters en Help. Elk van deze vier menu's wordt in
de volgende gedeelten in detail beschreven.
menubalk
pictogrambalk
inhouddeelvenster
werkgebied
rekenmachine-
deelvenster
HP aansluitkit 5
Het menu Bestand Het menu Bestand bevat de volgende opties:
•
Taal: hiermee kunt u de taal van de toepassing
instellen
•
Exit: hiermee sluit u de toepassing af
Het menu
Bewerken
Het menu Bewerken bevat de volgende opties:
•
Knip.: hiermee knipt u de geselecteerde gegevens uit
de editor en plaatst u deze op het klembord
•
Koprn.: hiermee kopieert u de geselecteerde
gegevens uit de editor en plaatst u deze op het
klembord
•
Plakken: hiermee plakt u de inhoud van het klembord
op de plek van de cursor
•
Voorkeuren: hiermee opent u een dialoogvenster met
de volgende opties:
• Werkmap: de standaardmap voor de HP Prime
rekenmachine op uw computer, zoals
weergegeven in het inhouddeelvenster
• Draadloze opties: kies een kanaal of Automatisch
selecteren, en kies vervolgens een SSID-naam
voor uw draadloze netwerk
Het menu Vensters Het menu Vensters bevat de volgende opties:
•
Sluiten: hiermee sluit u de huidige editor
• Alle sluiten
: hiermee sluit u alle editors
•
Naast/onder elkaar: hiermee rangschikt u de editors
•
Trapsgewijs: hiermee rangschikt u open editors
trapsgewijs
•
Volgende: hiermee gaat u naar de volgende editor
•
Vorige: hiermee gaat u naar de vorige editor
• Berichten
: hiermee opent u het venster Berichten in
het werkgebied
• Bewaken
: hiermee opent u het venster Bewaken in het
werkgebied
6 HP aansluitkit
Het menu Help Het menu Help bevat de volgende opties:
•
Gebruikershandleiding HP aansluitkit: hiermee opent
u dit document
•
Naar HP.com: hiermee opent u de HP website
•
Op updates controleren: hiermee controleert u of er
updates zijn voor de software
•
Info over HP aansluitkit: hiermee krijgt u meer
informatie over de versie van de software
De pictogrambalk De pictogrambalk bevat snelkoppelingen voor enkele van
de meest gebruikte opties op de menubalk. Er zijn twee
pictogrammen aan de linkerkant voor de inhoud en twee
aan de rechterkant van het werkgebied, zoals in de
volgende gedeelten wordt uitgelegd.
Pictogram Opslaan Als het rekenmachinedeelvenster open hebt, slaat u met het
pictogram Opslaan de gegevens in de actieve editor op
de aangesloten rekenmachine op.
Als u het
inhouddeelvenster open hebt, slaat u met het
pictogram Opslaan de inhoud in de actieve editor op uw
pc op, in plaats van op een rekenmachine. De inhoud
wordt opgeslagen op de locatie die is opgegeven onder
Voorkeuren in het menu Bewerken.
Het pictogram
Alles opslaan
Mogelijk moet u meerdere editors openen in het
werkgebied, sommige met HP Prime inhoud op
uw computer (in het inhouddeelvenster) en andere
met HP Prime inhoud op uw rekenmachine (in het
rekenmachinedeelvenster). Als u klikt op het pictogram
Alles opslaan wordt al uw werk, in de huidige staat,
op de juiste apparaten opgeslagen. Als u de toepassing
afsluit zonder uw werk op te slaan, wordt u gevraagd om
alles op te slaan voordat de toepassing wordt gesloten.
Pictogram Monitor Klik op het pictogram Monitor om het venster Monitor in
het werkgebied te openen. Dit is een snelkoppeling voor
het openen van het venster Monitor via het menu
Vensters.
Pictogram Berichten Klik op het pictogram Berichten om het venster Berichten
in het werkgebied te openen. Dit is een snelkoppeling
voor het openen van het venster Berichten via het menu
Vensters.
HP aansluitkit 7
De klasnetwerk-ID U sluit de computer met de aansluitkit aan op meerdere
rekenmachines door het aansluiten van de USB-kabel die
bij elke HP Prime rekenmachine wordt geleverd op een
USB-poort op de computer, op een USB-hub of op
adapters voor draadloze communicatie (afzonderlijk aan
te schaffen). Wanneer een aantal rekenmachines in een
klaslokaal draadloos is aangesloten, geeft u uw
klasnetwerk een unieke ID, waarmee u het onderscheidt
van andere draadloze netwerken in de nabijheid.
1. K l i k o p
Bewerken in de menubalk van de aansluitkit
en selecteer
Voorkeuren. Het dialoogvenster
Voorkeuren wordt geopend.
2. Voer in het vakje
SSID een unieke klas-ID in, zoals
Nat_Wisk_Mei_Rooster 1.
3. Klik op
OK.
Een reken-
machine aan-
sluiten via USB
Voor het aansluiten van een HP Prime rekenmachine op
de computer met de aansluitkit gebruikt u de USB-kabel
die is meegeleverd in de productverpakking en volgt u de
onderstaande stappen. Het is het beste als uw computer
een actieve internetverbinding heeft.
1. Start de aansluitkit als u dat nog niet hebt gedaan
(zie “Aansluitkit starten”).
2. De kabel die is meegeleverd in de verpakking van de
HP Prime is voorzien van twee connectoren. Sluit de
micro-USB-uituiteinde aan op de micro-USB-poort aan
de bovenkant van de HP Prime rekenmachine en sluit
vervolgens de standaard USB-stekker aan op een
USB-poort op uw computer.
3. Schakel de HP Prime rekenmachine in. De HP Prime
rekenmachine wordt weergegeven op naam in het
rekenmachinedeelvenster; als dit niet het geval is,
probeert u het met behulp van een andere USB-poort
op uw computer.
4. Indien de software van uw HP Prime rekenmachine
geen verbinding met de aansluitkit kan maken, wordt
u gevraagd de software bij te werken. Accepteer
de software-update. De rekenmachine wordt eerst
bijgewerkt en vervolgens aangesloten.
8 HP aansluitkit
Een reken-
machine draad-
loos aansluiten
Voor het aansluiten van een HP Prime rekenmachine op
de computer met de aansluitkit gebruikt u de draadloze
HP Prime aansluitkit (afzonderlijk aan te schaffen) en
volgt u de onderstaande stappen:
1. Sluit de antenne die bij de draadloze HP Prime
aansluitkit wordt geleverd aan op een USB-poort
op uw computer.
2. Start de aansluitkit (zie “Aansluitkit starten”).
3. Sluit de module voor draadloze communicatie aan
op de micro-USB-poort aan de bovenkant van de
rekenmachine.
4. Schakel de HP Prime rekenmachine in.
5. Tik op de datum en tijd in de rechterbovenhoek van
het scherm van de HP Prime. Er wordt een venster
geopend met het statuspictogram van de draadloze
communicatie.
6. Tik op dit pictogram om verbinding te maken met het
klasnetwerk. Er wordt een menu geopend. Klik op de
pijl in de lijst om de beschikbare netwerken weer
te geven, en klik vervolgens op de naam van uw
netwerk.
Verbinding
maken met
de virtuele
rekenmachine
Als u de virtuele HP Prime rekenmachine start op dezelfde
computer waarop de aansluitkit staat, maakt de virtuele
rekenmachine automatisch verbinding met de aansluitkit.
Welke methode u ook gebruikt voor het aansluiten,
de HP Prime rekenmachine verschijnt op naam in het
rekenmachinedeelvenster, met een uitbreidingspijl
waarop u kunt klikken om de inhoud van de HP Prime
rekenmachine te zien.
Een draadloos klasnetwerk van HP maken
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een draadloos HP
klasnetwerk maakt en wordt gedetailleerd uitgelegd hoe
u problemen met draadloze verbindingen oplost. Als
u van plan bent om de aansluitkit alleen met de USB-
kabel te gebruiken, kunt u dit gedeelte overslaan.
HP aansluitkit 9
Info over het
draadloze
netwerk
Met de aansluitkit maakt u uw draadloze klasnetwerk met
behulp van de volgende onderdelen:
• de antenne die is meegeleverd in de draadloze
HP Prime aansluitkit
• de module voor draadloze communicatie voor de
HP Prime rekenmachine
• een SSID-naam om het netwerk op een HP Prime
rekenmachine te identificeren
• een kanaal voor het verzenden en ontvangen van
signalen
De aansluitkit maakt het draadloze netwerk om
zichzelf te identificeren naar de beschikbare
HP Prime rekenmachines. Standaard gebruikt een
aansluitkitnetwerk de naam HP_Classroom_Network
als SSID. Verander deze naam in iets dat unieker is,
zodat twee netwerken in de buurt niet dezelfde naam
hebben, en uw leerlingen het juiste netwerk kunnen
bepalen wanneer er meer dan een is (zie “De SSID
wijzigen”). Standaard wordt op de aansluitkit een kanaal
voor u gekozen. U kunt het kanaal handmatig wijzigen
als deze interferentie van andere netwerken in het
gebied ondervindt.
Problemen met
een draadloze
verbinding
oplossen
Als u de stappen voor het maken van een draadloze
verbinding volgt (zie “Een reken-machine draad-loos
aansluiten”) en de HP Prime rekenmachine niet op naam
wordt weergegeven in het rekenmachinedeelvenster,
gaat u als volgt te werk:
1. Controleer of de rekenmachine aanstaat.
2. Controleer of de draadloze USB-adapter juist op de
rekenmachine is aangesloten.
3. Ga op de HP Prime rekenmachine naar de vierde
pagina van het venster Startmodi en controleer of de
rekenmachine is aangesloten op het juiste draadloze
netwerk. De naam van het netwerk in het bovenste
vakje op de vierde pagina van het venster Startmodi
moet overeenkomen met de SSID-naam in de
aansluitkit. Als dit niet het geval is, tikt u op het
bovenste vakje op de HP Prime rekenmachine om de
vervolgkeuzelijst te openen en selecteert u het juiste
netwerk op naam.
10 HP aansluitkit
De SSID
wijzigen
Als u de SSID van het klasnetwerk op de aansluitkit wilt
bevestigen, bewerken of wijzigen, gaat u als volgt
te werk:
1. K l i k o p Bewerken in de menubalk van de aansluitkit
en selecteer Voorkeuren.
2. Zoek in het dialoogvenster Voorkeuren het vakje SSID
aan de onderkant van het venster. De naam in dat
vakje is de huidige naam van uw draadloze
klasnetwerk.
3. Voor het wijzigen van die naam klikt u op het vakje
SSID, verwijdert de huidige naam en voert uw eigen
unieke naam in voor het netwerk.
4. Tik op OK wanneer u klaar bent.
Handmatig
een kanaal
selecteren
Standaard wordt in de aansluitkit automatisch een van
13 kanalen voor het draadloze klasnetwerk geselecteerd.
Als u interferentie ondervindt met een netwerk in de buurt,
verandert u het kanaal voor uw draadloze netwerk om
die interferentie teniet te doen. Gebruik de volgende
procedure.
1. Controleer of u uw draadloze netwerk een unieke ID
hebt gegeven (zie “De SSID wijzigen”).
2. Als u een unieke netwerk-ID hebt en u ziet nog
steeds rekenmachines die niet in uw netwerk horen,
selecteert u een ander kanaal voor uw draadloze
netwerk. Ga terug naar het dialoogvenster
Voorkeuren, schakel het selectievakje uit naast
Automatisch selecteren en selecteer een ander
kanaal met behulp van de pijlen omhoog en omlaag
rechts naast het vakje Kanaal. Tik op OK om het
dialoogvenster Voorkeuren af te sluiten.
3. Mogelijk moet u stap 2 herhalen totdat u een kanaal
hebt gevonden dat geen interferentie veroorzaakt op
nabijgelegen netwerken.
4. Mogelijk moet u de aansluitkit opnieuw opstarten.
HP aansluitkit 11
Het rekenmachinedeelvenster
Inleiding Nadat u een HP Prime rekenmachine hebt verbonden met
de aansluitkit kunt u uw HP Prime rekenmachine in het
rekenmachinedeelvenster aanpassen en uitbreiden met
gegevens, programma's, opmerkingen, apps, enzovoort.
Vanuit het rekenmachinedeelvenster in de aansluitkit is
het volgende mogelijk:
• startmodi weergeven en bewerken
• een back-up maken van uw HP Prime rekenmachine,
de back-up terugzetten en de rekenmachine klonen
• de inhoud van de rekenmachine weergeven
• HP Prime inhoud slepen en neerzetten vanuit het
rekenmachinedeelvenster naar de inhouddeelvenster
• HP Prime inhoud slepen en neerzetten van uw
computer naar een rekenmachine in het
rekenmachinedeelvenster
• editors openen in het werkgebied
Het context-
gevoelige menu
van de reken-
machine
Als de HP Prime rekenmachine op naam wordt
weergegeven in het rekenmachinedeelvenster, klikt
u met de rechtermuisknop op de naam van de HP Prime
rekenmachine om het contextgevoelige menu te openen.
De volgende opties zijn beschikbaar:
• Voorkeuren: hiermee kunt u veel van de instellingen
op de eerste twee pagina's van de startmodi op de
rekenmachine bewerken
• Hernm.: hiermee wijzigt u de naam van de
rekenmachine (op pagina 2 van de startmodi)
• Schermopname maken: hiermee kunt u de huidige
weergave van de rekenmachine kopiëren of opslaan
• Back-up: hiermee maakt u een back-up van de
rekenmachine op uw computer
• Herstellen: hiermee herstelt u de rekenmachine vanaf
een back-upbestand dat u heeft opgeslagen op uw
computer
• Klonen vanaf hier: hiermee maakt u een kloon van
deze rekenmachine op een andere rekenmachine
12 HP aansluitkit
• Vernieuwen: hiermee vernieuwt u de weergave van
deze rekenmachine in de aansluitkit
• Eigenschappen: hiermee ziet u de versiedatum en het
nummer van de rekenmachinesoftware
• Firmware bijwerken: hiermee werkt u de
rekenmachinesoftware bij naar de nieuwste versie
Werken met het
rekenmachined-
eelvenster
Klik op het pijltje links van de naam van een HP Prime
rekenmachine om de lijst met inhoudstypen op de
rekenmachine uit te vouwen. De lijst toont de
toepassingsbibliotheek, complexe getalvariabelen,
testconfiguraties, enzovoort. Sommige van de namen in
de lijst zijn voorzien van pijltjes, andere niet. De namen
met pijltjes zijn inhoudscategorieën, bijvoorbeeld de
toepassingsbibliotheek. Klik op het pijltje voor een lijst
met inhoud in die categorie. Klik op een inhoudsitem om
dit te selecteren. U kunt dit dan naar een andere
rekenmachine in het rekenmachinedeelvenster slepen om
dat item naar de rekenmachine te kopiëren. U kunt dit
ook slepen naar het inhouddeelvenster om het naar
uw computer te kopiëren. Als u HP Prime inhoud
op uw bureaublad hebt staan, kunt u deze naar een
rekenmachine in het rekenmachinedeelvenster slepen om
deze te kopiëren naar die rekenmachine; als het bestand
meerdere typen HP Prime inhoud (apps, programma's,
opmerkingen, enzovoort) bevat, worden de verschillende
inhoudsobjecten gesorteerd en op de juiste plaats
opgeslagen. U kunt HP Prime inhoud van het bureaublad
naar het inhouddeelvenster slepen. U kunt ook inhoud
slepen van het inhouddeelvenster naar een rekenmachine
in het rekenmachinedeelvenster om dat item te kopiëren
naar die rekenmachine. U kunt met de rechtermuisknop
op een item of categorie klikken om het contextgevoelige
menu voor dat inhoudstype of een bepaalde categorie
te openen. De menu's verschillen enigszins tussen de
inhoudstypen.
U kunt de naam van een rekenmachine van het
rekenmachinedeelvenster naar uw bureaublad slepen.
Er verschijnt dan een map met die naam op uw
bureaublad, met alle instellingen en gegevens van
die rekenmachine.
HP aansluitkit 13
De editors Elk HP Prime inhoudstype heeft zijn eigen, speciale
editor. Zie “De editors en het werkgebied” voor meer
informatie over het gebruik van de editors voor het
maken en bewerken van de verschillende typen HP Prime
inhoud.
Het inhouddeelvenster
Inleiding Het inhouddeelvenster is waar u de HP Prime inhoud op
uw computer bewaart. Het inhouddeelvenster geeft de
inhoud van de werkmap weer, zoals vermeld onder
Voorkeuren in het menu Bewerken. In deze map staat alle
bestanden met HP Prime inhoud die u hebt opgeslagen
op uw computer, samen met aanvullende mappen
voor testconfiguraties, vragenlijsten en resultaten van
vragenlijsten. Net als in het rekenmachinedeelvenster
kunt u de volgende taken in het inhouddeelvenster
uitvoeren:
• de HP Prime inhoud die is opgeslagen op uw
computer weergeven
• HP Prime inhoud slepen en neerzetten van het
inhouddeelvenster naar een rekenmachine in
het rekenmachinedeelvenster
• HP Prime inhoud slepen en neerzetten van uw
computer naar de aansluitkit
• editors openen in het werkgebied voor HP Prime
inhoud
In tegenstelling tot het rekenmachinedeelvenster kunt u in
het inhouddeelvenster de volgende aanvullende taken
uitvoeren:
• klasvragenlijsten maken en bewerken
• resultaten van vragenlijsten weergeven en projecteren
• vragenlijsten verzenden
• resultaten van vragenlijsten verzenden
Bij het verzenden van vragenlijsten, resultaten van
vragenlijsten of HP Prime inhoud kunt u kiezen om deze
te verzenden naar de hele klas, een enkele groep binnen
de klas, of een enkele HP Prime rekenmachine.
14 HP aansluitkit
Het is belangrijk om te onthouden dat het
inhouddeelvenster de HP Prime gegevens en inhoud
bevat die is opgeslagen op uw computer, terwijl in het
rekenmachinedeelvenster veel van de dezelfde soorten
inhoud wordt weergegeven die is opgeslagen op een
HP Prime rekenmachine. In beide deelvensters wordt,
wanneer u dubbelklikt op een object, dit object geopend
in een eigen editor in het werkgebied. Zie “De editors en
het werkgebied” voor meer informatie over elke editor.
De editors en het werkgebied
Inleiding Het werkgebied bevat alle geopende editors voor HP
Prime inhoud. Hierin staat ook de vensters Monitor en
Berichten wanneer u deze vensters hebt geopend.
De editors Elke HP Prime inhoudstype (notitie, programma, app,
enzovoort) heeft zijn eigen speciale editor, die is
ontworpen om het u gemakkelijker aangepaste inhoud
te maken en bewerken om uw HP Prime rekenmachine
te personaliseren en uit te breiden. In de volgende
gedeelten wordt elke editor apart beschreven.
Opmerking: In de volgende gedeelten wordt ervan
uitgegaan dat u de editors opent vanuit het reken-
machinedeelvenster. Echter, het gedrag is hetzelfde
als u een editor opent vanuit het inhouddeelvenster.
Het enige verschil is waan de inhoud van het HP Prime
wordt opgeslagen.
Als u opslaat vanuit een editor in het rekenmachine-
deelvenster, wordt de inhoud opgeslagen op een
grafische HP Prime rekenmachine of een virtuele
rekenmachine. Als u opslaat vanuit een editor die u hebt
geopend vanuit het inhouddeelvenster, wordt de inhoud
op uw computer in de standaardmappen van het
inhouddeelvenster opgeslagen.
Een reken-
machine een
andere naam
geven
U kunt de aansluitkit gebruiken om uw HP Prime
rekenmachine een naam te geven of de naam te
wijzigen.
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de naam van de
rekenmachine waarvan u de naam wilt wijzigen.
2. Klik met de rechtermuisknop op de naam van de
rekenmachine en selecteer
Hernm.
HP aansluitkit 15
3. Typ de nieuwe naam van de rekenmachine en druk
op Enter.
Druk op
SH (Instellingen) en tik twee keer
op
om naar de tweede pagina van het
venster Startmodi te gaan en te controleren of de naam
van de aangesloten rekenmachine is gewijzigd. U moet
de nieuwe naam van de rekenmachine in het vakje
Naam
calculator
zien.
Startmodi
bewerken
Met de aansluitkit kunt u startmodi op uw HP Prime
rekenmachine bewerken. Raadpleeg de Gebruikers-
handleiding voor de HP Prime grafische rekenmachine
voor meer informatie over de startmodi van de HP Prime
rekenmachine.
Voor het bewerken van de startmodi op uw HP Prime
rekenmachine:
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de naam van
de rekenmachine waarvan u de instellingen wilt
bewerken.
2. Klik met de rechtermuisknop op de naam van de
rekenmachine en selecteer
Voorkeuren. Het
dialoogvenster Voorkeuren wordt geopend.
3. Bewerk de instellingen.
4. Klik op
Opsl.
Ter bevestiging dat de instellingen in de aangesloten
rekenmachine zijn bewerkt, drukt u op
SH
(Instellingen) om het scherm Startmodi te openen.
U moet de bewerkte instellingen op de pagina's
van het scherm zien.
Een back-up
maken van
gegevens en
instellingen
U kunt de aansluitkit gebruiken om een back-up te maken
van de gegevens en instellingen van een aangesloten
rekenmachine.
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de naam van de
rekenmachine waarvan u een back-up van de gegevens
en instellingen wilt maken. Klik op het pijltje naast de
naam van de rekenmachine.
2. Klik met de rechtermuisknop op de naam van
de rekenmachine en selecteer
Back-up. Het
dialoogvenster
Back-up wordt geopend.
3. Ga naar de locatie waar u het zip-bestand van de
back-up wilt opslaan.
16 HP aansluitkit
4. Geef het zip-bestand van de back-up een gepaste
bestandsnaam.
5. Klik op
Opsl.
Gegevens en
instellingen
herstellen
Met de aansluitkit kunt u de gegevens en instellingen van
uw HP Prime rekenmachine herstellen vanaf een op uw pc
opgeslagen back-upbestand.
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de naam van
de rekenmachine die u wilt herstellen. Klik op het
pijltje naast de naam van de rekenmachine.
2. Klik met de rechtermuisknop op de naam van de
rekenmachine en selecteer
Herstellen. Het
dialoogvenster Herstellen wordt geopend.
3. Ga naar de locatie waar u het gezipte back-
upbestand hebt opgeslagen dat u nu wilt terugzetten.
4. Klik op het gezipte back-upbestand.
5. Klik op
Openen.
Wanneer u op
Openen klikt, verdwijnt de naam van de
rekenmachine waarvan u de gegevens en instellingen
wilt herstellen tijdelijk uit de lijst met namen van
rekenmachines in het rekenmachinedeelvenster.
Wanneer de gegevens en instellingen succesvol zijn
hersteld, verschijnt de naam van de rekenmachine
opnieuw aan het eind van de lijst met de namen van
de rekenmachines.
Een reken-
machine klonen
U kunt de aansluitkit gebruiken om gegevens en
instellingen van een HP Prime rekenmachine te klonen en
deze op een andere HP Prime rekenmachine toepassen.
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de naam
van de rekenmachine waarvan u de gegevens en
instellingen wilt klonen. Klik op het pijltje naast de
namen van deze rekenmachines.
2. Klik met de rechtermuisknop op de naam van de
rekenmachine en selecteer
Klonen vanaf hier.
3. Zoek de naam van de rekenmachine waarop u de
gekloonde gegevens en instellingen wilt toepassen.
4. Klik met de rechtermuisknop op de naam van de
rekenmachine en selecteer
Klonen tot hier.
HP aansluitkit 17
Wanneer u Klonen tot hier hebt geselecteerd, verdwijnt de
naam van de rekenmachine waarop u de gekloonde
gegevens en instellingen toepast tijdelijk uit de lijst met
de namen van de rekenmachines in het rekenmachine-
deelvenster. Wanneer de gegevens en instellingen
succesvol zijn gekloond, verschijnt de naam van de
rekenmachine opnieuw aan het eind van de lijst met
de namen van de rekenmachines.
Reële
variabelen
bewerken
U kunt de aansluitkit gebruiken om reële variabelen
(A–Z en ) op uw HP Prime rekenmachine te bewerken.
De editor voor reële variabelen in de aansluitkit heeft
twee kolommen. De linkerkolom bevat de namen van de
variabelen en de rechterkolom bevat de waarden die bij
de variabelen horen. Standaard wordt aan elk complexe
variabele een waarde van 0 toegewezen. Reële
variabelen bewerken:
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de naam van
de rekenmachine waarvan u de reële variabelen wilt
bewerken.
2. Klik op het pijltje naast de naam van de
rekenmachine om de lijst met inhoud op die
rekenmachine uit te vouwen.
3. Dubbelklik op
Reëel in de uitgevouwen lijst. De editor
voor reële variabelen wordt geopend in het
editordeelvenster.
4. Klik in de editor op de cel rechts van de naam van de
variabele die u wilt bewerken.
5. Voer met het toetsenbord van de computer de
gewenste waarde voor de variabele in de cel in en
druk op Enter. De volgende variabele in de editor
wordt gemarkeerd.
6. Herhaal stap 5 en 6 voor elke andere reële variabele
die u wilt bewerken.
7. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
Ga naar de beginweergave van de Prime, voer de
toetsencombinatie in die correspondeert met de variabele
die u hebt bewerkt en druk op
E om te controleren
of de nieuwe waarde van een variabele is opgeslagen
op de aangesloten HP Prime rekenmachine. U ziet de
nieuwe waarde van de variabele in de geschiedenis.
Als u de reële variabele B bijvoorbeeld instelt op 32 en
u
ADE indrukt, ziet u 32 in de geschiedenis.
18 HP aansluitkit
Complexe
variabelen
bewerken
U kunt de aansluitkit gebruiken om de complexe
variabelen Z1–Z9 en Z0 te bewerken.
De editor voor complexe variabelen in de aansluitkit heeft
twee kolommen. De linkerkolom bevat de namen van de
variabelen. De rechterkolom bevat de waarden die aan
de variabelen zijn toegewezen. Als een variabele geen
bijbehorende waarde heeft, wordt in de rechterkolom
naast de naam van die variabele een 0 weergegeven.
Complexe variabelen kunnen in de editor worden
ingevoerd als (x,y) of x+yi (waarbij x het reële deel van
het complexe getal is en y het imaginaire deel).
Complexe variabelen op uw HP Prime bewerken:
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de naam van
de rekenmachine waarvan u de complexe variabelen
wilt bewerken.
2. Klik op het pijltje naast de naam van de
rekenmachine om de lijst met inhoud op die
rekenmachine uit te vouwen.
3. Dubbelklik op
Complex in de uitgevouwen lijst.
De editor voor complexe variabelen wordt geopend
in het editordeelvenster.
4. Klik in de editor op de cel rechts van de naam van de
variabele die u wilt bewerken.
5. Voer met het toetsenbord van de computer de
gewenste waarde voor de variabele in de cel in en
druk op Enter. De volgende variabele in de editor
wordt gemarkeerd.
6. Herhaal stap 5 en 6 voor elke andere complexe
variabele die u wilt bewerken.
7. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
Ga naar de beginweergave, voer de toetsencombinatie in
die correspondeert met de variabele die u hebt bewerkt
en druk op
E
om te controleren of de variabele is
bewerkt op de aangesloten rekenmachine. U ziet de
bewerkte waarde van de variabele in de geschiedenis.
Als u de complexe variabele Z0 bijvoorbeeld instelt op
5+3*i en u
AyNE
indrukt, ziet u 5+3*i
in de geschiedenis.
HP aansluitkit 19
Lijstvariabelen
bewerken
U kunt de aansluitkit gebruiken om de lijstvariabelen
L1–L9 en L0 te bewerken.
De editor voor lijstvariabelen in de aansluitkit heeft aan
de bovenkant een rij met de namen van de variabelen.
De volgende rijen bevatten de aan de variabelen
toegewezen waarden. Als aan een lijstvariabele geen
waarden zijn toegewezen, zijn de rijen onder de naam
van die variabele leeg.
Een lijstvariabele bewerken:
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de naam van
de rekenmachine waarvan u de lijstvariabelen wilt
bewerken.
2. Klik op het pijltje naast de naam van de
rekenmachine om de lijst met inhoud op die
rekenmachine uit te vouwen.
3. Dubbelklik op
Lijst in de uitgevouwen lijst. De editor
voor lijstvariabelen wordt geopend in het
editordeelvenster.
4. Klik in de editor op de cel onder de naam van de
variabele die u wilt bewerken.
5. Voer met het toetsenbord van de computer het eerste
element van de lijst in de cel in en druk op Enter. Het
volgende element in de lijst wordt gemarkeerd.
6. Voer met het toetsenbord van de computer het
tweede element van de lijst in de cel in en druk
op Enter.
7. Herhaal de stappen 5 tot en met 6 voor de andere
elementen in de lijst en herhaal de stappen 4 tot en
met 6 voor elke andere lijstvariabele die u wilt
bewerken.
8. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
Ga naar de beginweergave, voer de toetsencombinatie
in die correspondeert met de lijst die u hebt bewerkt en
druk op
E om te controleren of dat de lijst is
opgeslagen op de aangesloten HP Prime rekenmachine.
U ziet de bewerkte waarde van de variabele in de
geschiedenis. Als u lijstvariabele L1 bijvoorbeeld instelt
op {1, 2, 3, 4, 5} en u
AjxE indrukt,
ziet u {1, 2, 3, 4, 5} in de geschiedenis.
20 HP aansluitkit
Matrixvaria-
belen bewerken
U kunt de aansluitkit gebruiken om de matrixvariabelen
M1–M9 en M0 te bewerken.
U kunt in de editor voor matrixvariabelen slechts één
matrixvariabele per keer bewerken. Het aantal rijen en
kolommen in de editor is afhankelijk van het aantal rijen
en kolommen in de matrixvariabele die u bewerkt.
Wanneer u gegevens in de laatste rij of kolom bewerkt,
maakt de editor een nieuwe rij of kolom voor het geval
u die nodig hebt.
Een matrixvariabele bewerken:
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de naam van
de rekenmachine waarvan u de matrixvariabele wilt
bewerken.
2. Klik op het pijltje naast de naam van de
rekenmachine om de lijst met inhoud op die
rekenmachine uit te vouwen.
3. Klik in de uitgevouwen lijst op het pijltje naast
Matrix
om een lijst met de namen van de matrixvariabelen
uit te vouwen.
4. Dubbelklik in de tweede lijst op de naam van de
matrixvariabele die u wilt bewerken.
Er wordt een
editor voor matrixvariabelen geopend in het
editordeelvenster.
5. Klik op de bovenste cel links.
6. Voer met het toetsenbord van de computer de
gewenste waarde in de cel in en druk op Enter.
7. Als u naar een andere cel in de editor wilt gaan, klikt
u in de cel of gebruikt u de pijltjes op het toetsenbord
van uw computer.
8. Voer met het toetsenbord van de computer de
gewenste waarde in de cel in en druk op Enter.
9. Herhaal stap 7 tot en met 8 voor de andere
elementen in de matrix.
10. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
Ga naar de beginweergave, voer de toetsencombinatie
in die correspondeert met de variabele die u hebt
bewerkt en druk op
E om te controleren of de
matrix is opgeslagen op de aangesloten HP Prime
rekenmachine. U ziet de bewerkte waarde van de
HP aansluitkit 21
variabele in de geschiedenis. Als u matrixvariabele M1
bijvoorbeeld instelt op [[1,2],[3,4]] en u AQx
indrukt, ziet u [[1,2],[3,4]] in de geschiedenis.
Programma's
maken en
bewerken
U kunt de aansluitkit gebruiken om programma's voor
uw HP Prime rekenmachine te maken en bewerken.
Raadpleeg voor meer informatie over programmeren
het hoofdstuk over programmeren in de Gebruikers-
handleiding voor de HP Prime grafische rekenmachine.
Een gebruikersprogramma op uw HP Prime
rekenmachine bewerken:
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de
naam van de rekenmachine waarvan u een
gebruikersprogramma wilt bewerken.
2. Klik op het pijltje naast de naam van de
rekenmachine om de lijst met inhoud op die
rekenmachine uit te vouwen.
3. Klik in de uitgevouwen lijst op het pijltje naast
Programma's om een lijst met de namen van
gebruikersprogramma's uit te vouwen. (Als er
geen pijltje naast Programma's staat, heeft de
rekenmachine geen gebruikersprogramma's.)
4. Dubbelklik in de tweede uitgevouwen lijst op de
naam van het gebruikersprogramma dat u wilt
bewerken. De programma-editor wordt geopend
in het editordeelvenster.
5. Bewerk het programma in de editor met het
toetsenbord van uw computer.
6. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
Druk op
Sx om de programmacatalogus te
openen en om te controleren of het programma is
opgeslagen op uw HP Prime rekenmachine. U ziet de
naam van het programma in de catalogus. Tik op de
naam om het bewerkte en opgeslagen programma
te zien.
Een gebruikersprogramma maken:
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster naar de
naam van de rekenmachine waarin u een nieuw
gebruikersprogramma wilt maken.
2. Klik op het pijltje naast de naam van de
rekenmachine om de lijst met inhoud op die
rekenmachine uit te vouwen.
22 HP aansluitkit
3. Klik in de uitgevouwen lijst met de rechtermuisknop
op Programma's en selecteer Nieuw.
4. Er verschijnt een bewerkvak. Voer een naam in
voor uw nieuwe programma en druk op Enter. De
programma-editor wordt geopend met uw nieuwe
programma.
5. Voer het programma in de editor in met het
toetsenbord van uw computer.
6. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
Druk op
Sx om de programmacatalogus te
openen en om te controleren of het programma is
gemaakt op uw HP Prime rekenmachine. U ziet de naam
van het programma in de catalogus. Tik op de naam
om het bewerkte en opgeslagen programma te zien.
Opmerkingen
maken en
bewerken
U kunt de aansluitkit gebruiken om opmerkingen voor uw
HP Prime rekenmachine te maken en bewerken.
Een opmerking op uw HP Prime rekenmachine bewerken:
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de naam van
de rekenmachine waarvan u een opmerking wilt
bewerken.
2. Klik op het pijltje naast de naam van de
rekenmachine om de lijst met inhoud op die
rekenmachine uit te vouwen.
3. Klik in de uitgevouwen lijst op het pijltje naast
Notities
om een lijst met de namen van opmerkingen uit te
vouwen. (Als er geen pijltje naast
Notities staat, heeft
de rekenmachine geen opmerkingen.)
4. Dubbelklik in de tweede uitgevouwen lijst op de
naam van de opmerking die u wilt bewerken.
Een opmerkingseditor wordt geopend in het
editordeelvenster.
5. Bewerk de opmerking in de editor met het
toetsenbord van uw computer.
6. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
Druk op
SN om de opmerkingscatalogus te
openen en om te controleren of de bewerkte opmerking
is opgeslagen op uw HP Prime rekenmachine.
De naam
van de opmerking moet in de catalogus zijn vermeld.
Tik op de naam om de bewerkte opmerking te zien.
HP aansluitkit 23
Volg deze stappen om een opmerking te maken en op te
slaan op uw HP Prime rekenmachine:
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster naar de naam
van de rekenmachine waarin u een opmerking
wilt maken.
2. Klik op het pijltje naast de naam van de
rekenmachine om de lijst met inhoud op die
rekenmachine uit te vouwen.
3. Klik in de uitgevouwen lijst met de rechtermuisknop
op
Notities en selecteer Nieuw.
4. Er verschijnt een bewerkvak. Typ de naam van
de nieuwe opmerking en druk op Enter. De
opmerkingseditor wordt geopend en u kunt
de opmerking invoeren.
5. Voeg de tekst van de opmerking in de editor toe
met het toetsenbord van uw computer.
6. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
Druk op
SN om de opmerkingscatalogus te
openen en te controleren of de opmerking is gemaakt op
uw HP Prime. U ziet de naam van de opmerking in de
catalogus. Tik op de naam van de opmerking om de tekst
van de opmerking te zien.
Inhoud van
apps bewerken
U kunt de aansluitkit gebruiken om gegevens in
HP apps te bewerken en op te slaan op uw HP Prime
rekenmachine. Zo kunt u voorbeelden maken en
deze naar uw HP Prime rekenmachine verzenden en
uw HP Prime rekenmachine vervolgens op een andere
HP Prime rekenmachine aansluiten om de app door
te verzenden.
De gegevens in HP apps zijn te vinden in toepassings-
variabelen. Elke app heeft ook zijn eigen programma en
opmerking. Elke toepassingseditor in de aansluitkit heeft
tabbladen voor de verschillende soorten inhoud op apps
die u kunt bewerken. Alle toepassingseditors hebben
de tabbladen
Modi, Programma en Info (Opmerking).
Toepassingseditors hebben ook een aantal of alle van de
volgende tabbladen:
Resultaten, Symb., Plot en Numeriek.
Zo heeft de toepassingseditor Functie een tabblad
Symbolisch en de variabelen F1(X), F2(X), enz. Het
tabblad Plot heeft Xmin en Xmax en de andere variabelen
die horen bij de weergave Plot. U bewerkt deze
24 HP aansluitkit
variabelen om de app in te stellen met de functies die
u wilt en de instellingen voor de weergave Plot, enz.
Vervolgens slaat u de hele app op op uw HP Prime
rekenmachine.
Raadpleeg de Gebruikershandleiding voor de HP Prime
grafische rekenmachine voor meer informatie over de
objecten voor elke app.
App inhoud op uw HP Prime rekenmachine bewerken:
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de naam van
de rekenmachine waarvan u de inhoud van apps wilt
bewerken.
2. Klik op het pijltje naast de naam van de
rekenmachine om de lijst met inhoud op die
rekenmachine uit te vouwen.
3. Klik in de uitgevouwen lijst op het pijltje naast
Toepassingsbibliotheek om de lijst met
app-pictogrammen uit te vouwen.
4. Dubbelklik in de tweede uitgevouwen lijst op de
naam van de app waarvan u de inhoud wilt
bewerken. De toepassingseditor wordt geopend
in het editordeelvenster.
5. Klik in de toepassingseditor op het tabblad op het
toepassingsobject bevat dat u wilt bewerken.
6. Bewerk het object naar wens.
7. Als u nog een toepassingsobject wilt bewerken,
klikt u op het tabblad dat dat object bevat.
8. Bewerk het object naar wens.
9. Herhaal stap 7 tot en met 8 voor elk extra
toepassingsobject dat u wilt bewerken.
10. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
Druk op
I en tik op het pictogram van de app
waarvan u de inhoud hebt bewerkt om te controleren of
de HP app op uw HP Prime rekenmachine is opgeslagen.
Ga naar elke weergave van de app om de door
u bewerkte inhoud te zien. Als u de opmerking Info hebt
bewerkt, drukt u op
SI om deze te zien; als u het
app-programma hebt bewerkt, drukt u op
Sx
om de programmacatalogus te openen, en opent
u vervolgens het app-programma om uw wijzigingen
te zien.
HP aansluitkit 25
Configuraties
van de
testmodus
De functies en voorzieningen van de HP Prime
rekenmachine kunnen tijdelijk worden beperkt voor
examendoeleinden. Het beperken van een of meer
HP Prime rekenmachines voor een examen wordt
configuratie van de testmodus genoemd.
De configuratie van de testmodus kan worden uitgevoerd
en toegepast op een en dezelfde HP Prime rekenmachine
of van de ene naar de andere HP Prime rekenmachine
worden verzonden. Ook kunt u de aansluitkit gebruiken
om een configuratie van de testmodus te definiëren,
te starten en te stoppen.
Met de aansluitkit kunt u een of meer configuraties van
de testmodus definiëren, een configuratie starten op
een aangesloten HP Prime rekenmachine, dezelfde
configuratie van de testmodus op alle draadloos
aangesloten HP Prime rekenmachines starten, en
een configuratie van de testmodus op een of meer
aangesloten HP Prime rekenmachine stoppen.
Met de configuratie-editor voor de testmodus in de
aansluitkit kunt u de volgende parameters instellen:
• de tijdsduur van de testmodus
• de standaardhoekindeling (of geen)
• een wachtwoord om de testmodus uit te schakelen
• of het geheugen van de rekenmachine moet worden
gewist wanneer de testmodus wordt ingeschakeld
• of de drie led-lampjes op de rekenmachine moeten
knipperen wanneer de testmodus is ingeschakeld.
Wanneer u deze opties naar uw wens hebt ingesteld,
kunt u de functies en voorzieningen selecteren die u in de
testmodus wilt uitschakelen. Voor meer informatie over
de configuratie van de testmodus raadpleegt u de
Gebruikershandleiding van de HP Prime grafische
rekenmachine.
Een configuratie van de testmodus op uw HP Prime
bewerken:
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster de naam van
de rekenmachine waarvan u de configuratie van de
testmodus wilt bewerken.
26 HP aansluitkit
2. Klik op het pijltje naast de naam van de
rekenmachine om de lijst met inhoud op die
rekenmachine uit te vouwen.
3. Klik in de uitgevouwen lijst op het pijltje naast
Testconfiguraties om de lijst met namen van
configuraties van de testmodus uit te vouwen.
4. Dubbelklik in de tweede uitgevouwen lijst op de
naam van de configuratie die u wilt bewerken. De
configuratie-editor voor de testmodus wordt geopend
in het editordeelvenster.
5. Selecteer de functies die u wilt uitschakelen tijdens
het examen. Klik op het pijltje om de lijst met functies
die u kunt uitschakelen, uit te vouwen.
6. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
Druk op
SH (Instellingen) en tik twee keer op
om naar de derde pagina van het venster
Startmodi te gaan en te controleren of de configuratie van
de testmodus in de aangesloten rekenmachine is bewerkt.
Selecteer in de vervolgkeuzelijst Configuratie de naam
van de configuratie. Op deze pagina ziet u de bewerkte
configuratie-instellingen en als u op tikt, ziet u de
functies die hebt geselecteerd om uit te schakelen.
Een nieuwe configuratie van de testmodus voor uw
HP Prime rekenmachine maken:
1. Zoek in het rekenmachinedeelvenster naar de naam
van de rekenmachine waarvoor u een nieuwe
configuratie van de testmodus wilt maken.
2. Klik op het pijltje naast de naam van de
rekenmachine om de lijst met inhoud op die
rekenmachine uit te vouwen.
3. Klik in de uitgevouwen lijst op het pijltje naast
Testconfiguraties om de lijst met namen van
configuraties van de testmodus uit te vouwen.
4. Klik in de tweede uitgevouwen lijst met de
rechtermuisknop op
Standaardtest en selecteer Koprn.
5. Er verschijnt een nieuwe testmodus met de naam
Kopie standaardtest. Klik met de rechtermuisknop
op Kopie standaardtest, selecteer Hernm. en voer
een naam in voor uw nieuwe configuratie van de
testmodus.
HP aansluitkit 27
6. Dubbelklik op de naam van de nieuwe configuratie.
De configuratie-editor voor de testmodus wordt
geopend in het editordeelvenster.
7. Selecteer de functies die u wilt uitschakelen tijdens het
examen. Klik op het pijltje om de lijst met functies die
u kunt uitschakelen, uit te vouwen.
8. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
Druk op
SH (Instellingen) en tik twee keer op
om naar de derde pagina van het scherm
Startmodi te gaan en te controleren of de configuratie van
de testmodus op uw HP Prime rekenmachine is gemaakt.
Selecteer in de vervolgkeuzelijst Configuratie de naam
van de configuratie van de testmodus. Op deze pagina
ziet u de bewerkte configuratie-instellingen en als u op
tikt, ziet u de functies die hebt geselecteerd
om uit te schakelen.
HP Prime
inhoudsobjecten
verwijderen,
resetten en
wissen
Voor het verwijderen van HP Prime inhoudsobjecten
gelden regels. Een HP app die u hebt opgeslagen
onder een nieuwe naam kan bijvoorbeeld uit de
toepassingsbibliotheek worden verwijderd, maar de
oorspronkelijke HP app kan alleen worden teruggezet
op de fabrieksinstellingen en mag niet volledig worden
verwijderd. Zo kan ook de inhoud van de Startmodi-
variabelen worden gewist, maar kunnen deze zelf
niet volledig worden verwijderd. Daarentegen kunnen
opmerkingen en programma's worden verwijderd uit het
geheugen. Er moet altijd ten minste één configuratie van
de testmodus zijn. Deze configuratie kan worden gereset,
en eventuele aanvullende configuraties van de testmodus
kunnen worden verwijderd. Als u een HP Prime
inhoudsobject wilt verwijderen, resetten of wissen,
klikt u erop met de rechtermuisknop en selecteert u de
gewenste optie (wissen, resetten of verwijderen) in het
menu. Met het drukken op de delete-toets op het
toetsenbord van uw computer verwijdert u HP Prime
inhoud niet.
De HP Prime software bijwerken
U kunt de aansluitkit gebruiken om de software van
een HP Prime rekenmachine bij te werken. Door het
bijwerken van de software verzekert u zich ervan dat
de rekenmachine over alle nieuwe functies van de
nieuwste versie beschikt.
28 HP aansluitkit
Om de software van een rekenmachine te kunnen
bijwerken, moet de rekenmachine met een kabel zijn
aangesloten op een computer waarop de aansluitkit
wordt uitgevoerd. De software van een rekenmachine
kan niet worden bijgewerkt wanneer de rekenmachine
via een draadloos netwerk op de computer is
aangesloten.
Door het bijwerken van de software gaan geen actuele
gegevens of instellingen op de rekenmachine verloren,
maar het wordt aanbevolen om voor de zekerheid een
back-up te maken van de gegevens en instellingen.
Raadpleeg ?$paratext>? op pagina 15 voor meer
informatie.
Nieuwe
software
downloaden
U moet regelmatig controleren of er nieuwe software is
uitgebracht. Als u wilt controleren of er updates zijn, moet
uw pc een actieve internetverbinding hebben. Volg de
volgende stappen om te controleren of een update
beschikbaar is voor uw huidige software:
1. Sluit de HP Prime rekenmachine aan op uw computer
via de meegeleverde USB-oplaadkabel.
2. Start de HP aansluitkit.
3. Klik in het rekenmachinedeelvenster met de
rechtermuisknop op de naam van de HP Prime
rekenmachine die u wilt bijwerken en selecteer
Eigenschappen.
4. Noteer het versienummer en klik op de knop
OK.
5. Klik op het menu Help en selecteer
Op updates
controleren
.
6. Het dialoogvenster Controleren op updates wordt
geopend. Terwijl de aansluitkit zoekt naar updates,
krijgt u een aantal berichten te zien. Als een update
wordt gevonden, wordt u gevraagd of u de update
wilt downloaden.
7. Als het versienummer hoger dan het versienummer
dat u hebt genoteerd in stap 5, klikt u op de knop
Downloaden; klik anders op de knop Annul.
Software
bijwerken
Volg de volgende stappen om de HP Prime software bij
te werken:
1. Sluit de HP Prime rekenmachine aan op uw computer
via de meegeleverde USB-oplaadkabel.
HP aansluitkit 29
2. Start de HP aansluitkit.
3. Klik in het deelvenster
Rekenmachines.
4. Klik in het rekenmachinedeelvenster met de
rechtermuisknop op de naam van de HP Prime
rekenmachine die u wilt bijwerken en selecteer
Firmware bijwerken.
5. Het dialoogvenster Firmware bijwerken wordt
geopend in het rekenmachinedeelvenster en de
rekenmachineweergave verandert in Herstelmodus.
U krijgt tijdens het bijwerken van de software op uw
HP Prime rekenmachine verschillende berichten te
zien. Wanneer de software met succes is bijgewerkt,
wordt de HP Prime rekenmachine automatisch
hersteld en kunt u alle nieuwe functies gebruiken.
Problemen met
een software-
update oplossen
Probeer de volgende stappen als de software om welke
reden ook niet met succes werd bijgewerkt:
1. Herstel de HP Prime rekenmachine door het uiteinde
van een paperclip in de herstelopening aan de
achterkant van de rekenmachine te steken.
2. Sluit de USB-kabel aan op een van de andere
USB-poorten op uw computer.
3. Herhaal de stappen 2 tot en met 5 in “Software
bijwerken”.
Het draadloze klasnetwerk van HP
Met de HP aansluitkit kunt u maximaal 30 HP Prime
rekenmachines en de draadloze HP Prime aansluitkit
(afzonderlijk aan te schaffen) koppelen om een
draadloos klasnetwerk van HP te maken. Een leraar
kan de aansluitkit in combinatie met het draadloze
klasnetwerk van HP als volgt gebruiken:
• de schermen van de HP Prime rekenmachines van
de leerlingen bewaken en vastleggen
• het scherm van de HP Prime rekenmachine van een
leerling projecteren voor discussiedoeleinden
• HP inhoud versturen naar de klas
• configuraties van de testmodus voor de hele klas
starten en stoppen
30 HP aansluitkit
• de resultaten van vragenlijsten weergeven voor
discussiedoeleinden en resultaten van vragenlijsten
terugzenden naar de klas
Bovendien kunnen leerlingen via het HP berichtencentrum
een vragenlijst beantwoorden, de leraar een bericht
sturen of snel om hulp vragen. Al deze functies worden
in de volgende gedeelten uitgelegd.
Klasinhoud voorbereiden
In het inhouddeelvenster in de aansluitkit kunt u HP Prime
inhoud voorbereiden voor in de klas, waaronder:
• startvariabelen (lijsten, matrices, enz.)
• HP apps en de bijbehorende gegevens
• opmerkingen en programma's
• configuraties van de testmodus
• tests (vragenlijsten en quizzen)
• resultaten van vragenlijsten en quizzen
De hier gemaakte inhoud wordt op uw computer
opgeslagen in de werkmap die u opgegeven hebt in
het dialoogvenster
Voorkeuren in het menu Bewerken.
U bewerkt de HP Prime inhoud in het inhouddeelvenster
op dezelfde manier als in het rekenmachinedeelvenster
(zie “Het rekenmachinedeelvenster”). In de volgende
gedeelten wordt de nadruk gelegd op het maken van
configuraties van de testmodus en vragenlijsten voor
verspreiding in een klas.
Configuraties
van de
testmodus
voorbereiden
De functies en voorzieningen van de HP Prime
rekenmachine kunnen tijdelijk worden beperkt voor
examendoeleinden. Het beperken van een of meer
HP Prime rekenmachines voor een examen wordt
configuratie van de testmodus genoemd.
Configuratie van de testmodus kunnen worden
gemaakt en bewerkt in het inhoud deelvenster en de
configuratie kan worden opgeslagen op uw computer.
U kunt een configuratie selecteren en de configuratie
voor de hele klas starten en stoppen.
HP aansluitkit 31
Met de configuratie-editor voor de testmodus in de
aansluitkit kunt u de volgende waarden instellen in het
inhoudsdeelvenster:
• een naam voor de configuratie
• de tijdsduur van de testmodus
• de standaardhoekindeling (of geen)
• een wachtwoord om de testmodus uit te schakelen
• of het geheugen van de rekenmachine moet worden
gewist wanneer de testmodus wordt ingeschakeld
• of de drie led-lampjes op de rekenmachine moeten
knipperen wanneer de testmodus is ingeschakeld.
Wanneer u deze opties naar uw wens hebt ingesteld,
kunt u de functies en voorzieningen selecteren die u in de
testmodus wilt uitschakelen. U kunt een of meer van de
volgende elementen uitschakelen:
• HP apps
• opgeslagen apps
• natuurkundige constanten
• het menu Help
• eenheden
• matrices
• complexe getalfuncties
• het CAS
• connectiviteit (I/O)
• opmerkingen en programma's
• nieuwe opmerkingen en programma's
• het menu Wiskunde
U kunt alle of enkele van de HP apps naar
wens uitschakelen. Markeer het selectievakje
Systeemtoepassingen om alle HP apps uit te schakelen
of klik op het pijltje ernaast om de lijst met HP apps uit
te vouwen. Selecteer de app die u wilt uitschakelen.
U kunt voor elke app ook een of meer van de functies
van de app uitschakelen. Klik op het pijltje van de app
voor een lijst met functies van de app.
32 HP aansluitkit
In het menu Wisk. kunt u een hele categorie functies
uitschakelen (bijv. Kans) of slechts één functie of opdracht
(bijv.
Combinaties). Klik om te beginnen op het pijltje
naast Wiskunde om de lijst met categorieën uit te vouwen.
Wanneer u klaar bent, slaat u de configuratie op. U kunt
de configuratie voor de hele klas starten en stoppen in
het de configuratie-editor voor de testmodus of in de
aansluitkit.
Een configuratie van de testmodus bewerken en opslaan:
1. Klik op het pijltje naast de map
Testmodi om de lijst
met namen van configuraties van de testmodus uit te
vouwen.
2. Dubbelklik op de naam van de configuratie in de
tweede uitgevouwen lijst als u een bestaande
configuratie wilt bewerken en ga verder met stap 5.
3. Voor het maken van een nieuwe configuratie klikt
u met de rechtermuisknop op een bestaande
configuratie en selecteert u vervolgens Koprn.
Er wordt een kopie weergegeven met een
standaardnaam. Typ de naam van de nieuwe
configuratie en druk op Enter.
4. Dubbelklik op de naam van de nieuwe configuratie.
5. Maak of bewerk de configuratie in de configuratie-
editor voor de testmodus met het toetsenbord en de
muis van uw computer.
6. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
Klasvragenlijst
voorbereiden
U kunt de aansluitkit gebruiken om een vragenlijst of quiz
te maken en op te slaan op uw computer voor latere
verspreiding aan de klas. U kunt ook een snelle
vragenlijst maken met één of twee vragen voor de
educatieve lesopbouw of verbetering van discussies
in de klas.
De aansluitkit heeft een speciale editor voor het maken en
bewerken van vragenlijsten. Met de vragenlijsteditor in
het inhouddeelvenster kunt u:
• uw vragenlijst een naam geven
• uw vragenlijst een beschrijvende titel geven
• algemene instructies geven voor de vragenlijst
HP aansluitkit 33
• het aantal vragen in de vragenlijst kiezen
(maximaal 10)
• een type voor elke vraag selecteren en elke vraag
maken of bewerken
• de vragenlijst opslaan
De vragenlijsteditor bevat de volgende vakken om u te
helpen met het maken van een vragenlijst:
• Titel: voer een optionele titel in voor uw vragenlijst
• Instructies: voer een optionele reeks instructies in voor
de vragenlijst
• Vragen: Kies 1 tot en met 10 vragen voor uw
vragenlijst (elke vraag wordt op een eigen tabblad
weergegeven)
• Directe pop-up: selecteer dit vakje als u wilt dat de
vragenlijst automatisch verschijnt wanneer deze op
de HP Prime rekenmachine van de leerling komt, of
laat dit vakje leeg als u liever hebt dat de vragenlijst
wordt geopend door op Z te drukken en
vervolgens de vragenlijst op naam te selecteren
• Kan slechts eenmaal verzenden: selecteer dit vakje
als u wilt dat de leerling maar één keer reageert op
de vragenlijst, of laat dit vakje leeg als u wilt dat
leerlingen antwoorden kunnen bijwerken nadat ze
deze eerst hebben verzonden
Elk tabblad met een vraag bevat de volgende vakjes:
• Vraag: voer hier de vraagstam in
• Kan terug gaan: selecteer dit vakje als u wilt dat de
leerling terug kan gaan naar deze vraag nadat deze
is doorgegaan met de volgende vraag, of laat dit
vakje leeg als u niet wilt dat leerlingen kunnen
teruggaan naar deze vraag na het beantwoorden
van de vraag en door zijn gegaan naar de volgende
• Type: selecteer een optie voor het instellen van het
antwoordtype. U kunt kiezen uit de volgende typen
antwoorden:
• Meerkeuze
• Numerieke waarde
34 HP aansluitkit
• Punt
• Wiskundige expressie
• Tekst
Als u een antwoordtype kiest dat niet Meerkeuze is, is de
vraag op dit punt compleet. Als u een meerkeuzevraag
selecteert, ziet u de tweede rij opties, zoals getoond in de
vorige afbeelding. Specificeer de specifieke antwoordset
door op een optie in deze tweede rij te klikken. U kunt
kiezen uit de volgende typen antwoordsets voor
meerkeuzevragen:
• ABCDE: een set van 2 tot 5 lege antwoorden die
uzelf invult
• Ja/Nee: Ja of Nee zijn de enige twee antwoorden
• Juist/Onjuist: Juist of Onjuist zijn de twee
antwoorden
• Likert-schaal (3)
• Likert-schaal (5)
Wanneer u het antwoordtype Ja/Nee of Juist/Onjuist
selecteert, worden de antwoorden automatisch in het veld
Antwoord ingevuld en is de vraag op dit punt compleet.
Wanneer u een antwoordset met ABCDE selecteert, typt
u de antwoorden in het veld
Antwoord, beginnend met
de eerste twee (A en B). Wanneer u een van de opties
met de Likert-schaal selecteert, ziet u een derde set
keuzerondjes waaruit u uw antwoordset kunt kiezen:
• Overeenstemming: de mate van overeenstemming
met de beweringen in de vragen
• Betrouwbaarheid: de mate van zekerheid
• Frequentie: vragen die altijd, soms of nooit waar zijn
• Aangepast: een door u gemaakte antwoordset op
de Likert-schaal
Een vragenlijst of quiz voorbereiden in het
inhouddeelvenster:
1. Voor het maken van een nieuwe vragenlijst klikt
u met de rechtermuisknop op de map Peiling in het
inhouddeelvenster, en selecteert u Nieuw.
HP aansluitkit 35
2. De lijst in de map Vragenlijst wordt uitgevouwen en
het naamvakje voor uw nieuwe vragenlijst wordt
geopend met een standaardnaam die u kunt
bewerken. Verwijder de standaardnaam en typ uw
eigen naam, of druk op Enter om de standaardnaam
te accepteren.
3. Dubbelklik op de naam van de vragenlijst die u wilt
bewerken om deze in de vragenlijsteditor te openen.
4. Bewerk de vragenlijst of quiz in de vragenlijst-/
quizeditor met het toetsenbord en de muis van
uw computer.
5. Klik op het pictogram Opsl. op de pictogrambalk.
U kunt op elk gewenst moment terugkeren naar de
vragenlijst om deze te bewerken. Klik hiervoor op het
pijltje in de map Vragenlijst en dubbelklik vervolgens
op de naam van de vragenlijst.
Het venster Monitor
Inleiding Het venster Monitor is ontworpen voor gebruik in een
klaslokaal. Open dit venster om miniatuurafbeeldingen te
zien van de schermen van alle HP Prime rekenmachines
die zijn verbonden met de aansluitkit. De miniatuur-
afbeeldingen worden regelmatig vernieuwd, zodat u snel
kunt controleren wat uw leerlingen aan het doen zijn met
hun HP Prime rekenmachine. Met het venster Monitor kunt
u de volgende klaslokaaltaken uitvoeren:
• de voortgang van leerlingen bewaken
• het scherm van een leerling vastleggen en opslaan
• het scherm van de HP Prime rekenmachine van een
leerling projecteren voor discussiedoeleinden
• HP Prime inhoud distribueren
• een vragenlijst distribueren en de resultaten
verzamelen
• de resultaten van vragenlijsten weergeven en
projecteren voor discussiedoeleinden
• resultaten van vragenlijsten als lijsten distribueren
• configuraties van de testmodus voor testdoeleinden
starten en stoppen
36 HP aansluitkit
De klas
bewaken
Voor het bewaken van alle aangesloten rekenmachines
klikt u op het menu Vensters en selecteert u Bewaken,
of klikt u op het pictogram van de Monitor rechts op de
pictogrambalk. Het venster Monitor wordt geopend met
de schermen van alle aangesloten rekenmachines.
Voor het vernieuwen van de schermen klikt u met de
rechtermuisknop in het editordeelvenster en selecteert
u Vernieuwen. Klik met de rechtermuisknop in het venster
Monitor en selecteer Autom. vernieuwen om de schermen
automatisch om de paar seconden te vernieuwen. U kunt
Autom. vernieuwen met dezelfde procedure ook
uitschakelen.
Klik met de rechtermuisknop in het venster Monitor en
selecteer Afbeeldingsgrootte om het formaat van de
miniatuurafbeeldingen van de rekenmachines aan te
passen. Er wordt een submenu geopend waarin u kunt
kiezen tussen klein, medium en groot formaat.
Het reken-
machinescherm
van een leerling
vastleggen
Vanuit het scherm Monitor kunt u het rekenmachine-
scherm van een leerling vastleggen en opslaan. Klik met
de rechtermuisknop op de miniatuurweergave van het
scherm dat u wilt opslaan en selecteer vervolgens
Opslaan als. Het dialoogvenster Opslaan als wordt
geopend. Ga naar de locatie waar u de afbeelding wilt
opslaan, voer een gepaste naam in en selecteer het
bestandstype (.bmp, .png of .jpg) en klik op Opsl.
Als u het beeld naar het Klembord wilt kopiëren, klikt
u met de rechtermuisknop op de miniatuur en selecteert
u Naar klembord koprn. U kunt de afbeelding nu in een
document plakken.
Het reken-
machinescherm
van een leerling
projecteren
Elk miniatuur van een HP Prime scherm kan worden
geselecteerd om via een digitale klasnetwerkprojector
te worden geprojecteerd. Klik met de rechtermuisknop
op de miniatuur en selecteer vervolgens Project. Het
scherm van de leerling wordt weergegeven in een eigen
venster. U kunt met de rechtermuisknop in het venster
Projecteren klikken en een grootte selecteren voor de
geprojecteerde afbeelding, of u klikt met de muis op de
rechterbenedenhoek en sleept het venster Projecteren
naar de gewenste grootte. Het geprojecteerde beeld
wordt snel vernieuwd zodat de leerling zijn of haar
rekenmachine kan bedienen en de klas dit in real-time
kan volgen. Tijdens de projectie van het rekenmachine-
HP aansluitkit 37
scherm van een leerling wordt de rest van de miniatuur-
afbeeldingen bevroren; deze worden niet bijgewerkt
totdat het venster Projecteren is gesloten.
HP Prime inhoud
verspreiden
Met het venster Monitor kunt u HP Prime inhoud
verzenden naar een of meer HP Prime rekenmachines
van leerlingen in de klas. Volg deze stappen om inhoud
naar uw klas te verzenden:
1. Klik in het inhouddeelvenster op het pijltje naast de
map waarin het specifieke inhoudsitem staat dat
uwilt verzenden.
2. Als u het specifieke inhoudsitem ziet dat u wilt
verzenden (een vragenlijst, een HP app, een
configuratie voor de testmodus, enzovoort),
sleept u dit in het venster Monitor.
Opmerking: U kunt ook met de rechtermuisknop op het
item klikken en in het menu Verznd selecteren.
De inhoud wordt direct naar elke HP Prime rekenmachine
in het HP klasnetwerk verzonden. Als u inhoud naar een
enkele HP Prime rekenmachine wilt verzenden, selecteert
u eerst de miniatuurweergave van die rekenmachine
in het venster Monitor, en volgt u daarna de vorige
procedure. Als u inhoud wilt verzenden naar een groep
HP Prime rekenmachines, drukt u op Ctrl op het
toetsenbord van de computer en houdt u deze toets
ingedrukt terwijl u de rekenmachines in de groep
selecteert. Volg daarna de vorige procedure.
Toegang tot
HP Prime
inhoud
Nadat inhoud naar een of meer HP Prime rekenmachines
van leerlingen is verzonden, kunnen de leerlingen
toegang krijgen tot die inhoud. Als de inhoud een lijst,
matrix, opmerking of programma is, vinden leerlingen de
inhoud door naar de juiste catalogus of bibliotheek te
gaan. Als u bijvoorbeeld een nieuwe HP app verzendt,
kunnen ze deze vinden door op I te drukken en naar
de toepassingsbibliotheek te gaan.
Een vragenlijst
maken op een
HP Prime
rekenmachine
Wat er gebeurt met vragenlijst-inhoudsitems varieert
al naargelang of u het vakje Directe pop-up hebt
geselecteerd toen u de vragenlijst maakte. Als u Directe
pop-up hebt geselecteerd, wordt de vragenlijst of quiz
op de HP Prime rekenmachine weergegeven als het
berichtencentrum wordt geopend. Als u Directe pop-up
niet hebt geselecteerd, ontvangt de leerling geen melding
38 HP aansluitkit
dat een vragenlijst of quiz is ontvangen. De leerling moet
dan op Z drukken om het menu te openen en de titel
van de vragenlijst of quiz in de lijst selecteren. De
vragenlijst wordt vervolgens in het berichtencentrum
geopend.
Nadat het berichtencentrum wordt geopend met een
vragenlijst, bekijkt en beantwoordt de leerling de vragen
met behulp van de aanraakmenuknoppen onder
aan het scherm van de HP Prime. De beschikbare
aanraakmenuknoppen voor vragenlijsten zijn:
• : hiermee opent u een bewerkingsregel om
een waarde of berekening in te voeren als antwoord
op een vraag
• : hiermee selecteert of wist u een vinkje voor
een optie in een meerkeuzevraag
• : hiermee verzendt u de antwoorden op
vragenlijsten naar de aansluitkit
• : hiermee bladert u van pagina naar
pagina in de vragenlijst
Het exacte uiterlijk van de laatste dubbele menuknop is
afhankelijk van het aantal vragen waaruit de vragenlijst
bestaat en of de optie Kan terug gaan voor de huidige
vraag is geselecteerd toen de quiz werd gemaakt.
De leerling kan de vragenlijst verlaten om de
rekenmachine te gebruiken en later teruggaan om de
vraag te beantwoorden. De leerling kan bijvoorbeeld
op H drukken om naar de beginweergave te gaan
en een berekening te maken. De leerling kan vervolgens
op Z drukken en de titel van de vragenlijst selecteren
in de lijst om terug te gaan en de vraag te beantwoorden.
De leerling kan een vragenlijst zien nadat deze werd
verzonden door op Z te drukken om het menu te
openen en de titel van de vragenlijst te selecteren. Als de
optie Kan slechts eenmaal verzenden is geselecteerd toen
de vragenlijst werd gemaakt, kunnen leerlingen hun
antwoorden niet bewerken en deze opnieuw verzenden
nadat de vragenlijst de eerste keer werd verzonden.
De rekenmachine kan slechts één vragenlijst per keer
opslaan. Wanneer een nieuwe vragenlijst van de
aansluitkit wordt ontvangen, wordt de vorige verwijderd.
HP aansluitkit 39
Antwoorden
ontvangen en
resultaten
analyseren
Als de leerlingen op een vragenlijst hebben gereageerd,
kunt u de samengevoegde antwoorden weergeven.
Wanneer een vragenlijst wordt gemaakt en opgeslagen,
wordt een resultatenobject met dezelfde naam gemaakt
in de map Resultaten in het inhouddeelvenster. Als u de
huidige status van de resultaten van uw vragenlijst wilt
weergeven, opent u de map Resultaten in het
inhouddeelvenster en dubbelklikt u vervolgens op de
naam van de vragenlijst. De resultaatvenster voor
uw vragenlijst wordt geopend.
Het resultaatvenster heeft een tabblad voor elke vraag
in de vragenlijst. De weergave op elk tabblad varieert
afhankelijk van het antwoordtype.
Afhankelijk van het antwoordtype kunt u kiezen uit
een reeks verschillende grafische weergaven. Met de
vervolgkeuzelijst rechtsonder op het tabblad met de
vraag kunt u de juiste grafische weergave voor de
samengevoegde vragenlijstresultaten voor die vraag
selecteren. Elk tabblad is ook voorzien van een tabel
met alle antwoorden van leerlingen op de vraag.
Het antwoord van een leerling wordt alleen in het
totaaloverzicht opgenomen wanneer hij of zij een
antwoord heeft verzonden. Merk ook op dat wanneer
u de resultaten van een vraag bekijkt en meer leerlingen
hun antwoord op die vraag versturen, de resultaten
dan automatisch worden bijgewerkt.
U kunt de resultaten van vragenlijsten gebruiken voor een
educatieve lesopbouw of u kunt de resultaten naar de
klas projecteren om de groepsdiscussie te verbeteren.
Resultaten
naar de klas
verzenden
Net zoals u HP Prime inhoud naar de klas kunt
verzenden, kunt u de resultaten van de vragenlijst
terugkoppelen naar de klas. Elke vragenlijst genereert
een versie van de app Statistics 1Var met dezelfde naam
als de vragenlijst. De resultaten voor elke vraag zijn
opgeslagen in de numerieke weergavelijsten van de app,
met de resultaten van vraag 1 in D1, de resultaten van
vraag 2 in D2, enzovoort. Klik op Verzenden naar klas
om de resultaten van vragenlijsten terug te koppelen naar
de leerlingen.
40 HP aansluitkit
Testmodus
tarten en
stoppen
Met de configuratie voor de testmodus kunt u functies
en opdrachten op de HP Prime rekenmachines van uw
leerlingen tijdelijk uitschakelen voor testdoeleinden.
U kunt de aansluitkit gebruiken om een configuratie van
de testmodus op een of meer HP Prime rekenmachines te
starten of te stoppen. Raadpleeg “Configuraties van de
testmodus voorbereiden” voor informatie over het maken
of bewerken van een configuratie van de testmodus.
Ga als volgt te werk om een bestaande configuratie van
de testmodus voor uw klas te starten:
1. Open het venster Monitor.
2. Klik in het inhouddeelvenster op het pijltje naast de
map Testconfiguraties om deze te openen.
3. Dubbelklik op de specifieke configuratie van de
testmodus die u wilt gebruiken.
4. De configuratie-editor voor de testmodus wordt
geopend in combinatie met de geselecteerde
configuratie van de testmodus. Neem een ogenblik
de tijd om te controleren of de tijdsduur, het
wachtwoord en optie Led-lampjes knipperen
correct zijn ingesteld.
5. Klik op de knop Start in de editor.
Als u Knipperende led in de configuratie hebt
gekozen, knipperen de led-lampjes op alle HP Prime
rekenmachines in uw klas tegelijk. De configuratie
verandert elke 5 tot 10 seconden, maar is altijd identiek
voor dezelfde configuratie van de testmodus. Leerlingen
zien de titelbalk in hun beeldscherm van blauw naar
oranje veranderen om aan te geven dat een configuratie
van de testmodus actief is.
Als u de testmodus wilt stoppen, klikt u op de knop Stop
in de editor of vertelt u leerlingen het wachtwoord dat zij
op de derde pagina van de Startmodi moeten invoeren.
Configuratie
van de
testmodus
verzenden
U kunt een configuratie van de testmodus verzenden
naar een reeks HP Prime rekenmachines zonder deze
te activeren. De configuratie kan later worden
geactiveerd op iedere rekenmachine.
Als u een configuratie van de testmodus wilt verzenden
zonder deze te activeren, selecteert u de configuratie van
de testmodus in het inhouddeelvenster en volgt u de
instructies in “HP Prime inhoud verspreiden” op.
HP aansluitkit 41
U kunt ook een configuratie van de testmodus van de ene
naar een andere rekenmachine verzenden. Selecteer de
configuratie van de testmodus op de ene rekenmachine
en sleep deze naar de andere rekenmachine.
In beide gevallen kan de configuratie van de testmodus
vervolgens op de HP Prime rekenmachine worden
geactiveerd door op de derde pagina van de Startmodi
te tikken op Start.
Het venster Berichten
Inleiding Het venster Berichten is ook ontworpen voor gebruik
in een klaslokaal. Open dit venster om een bericht te
verzenden naar een leerling, een groep leerlingen of de
hele klas. Leerlingen kunnen afzonderlijk op uw bericht
reageren of u zelf een bericht sturen. Bovendien kan een
leerling om hulp verzoeken. Leerlingen kunnen geen
berichten onderling verzenden of ontvangen.
Berichten
verzenden
Ga hiervoor als volgt te werk:
1. Open zowel het venster Monitor als het venster
Berichten.
2. Selecteer de ontvangers voor uw bericht in het venster
Monitor.
Als u een bericht aan de hele klas wilt verzenden, zorgt
u ervoor dat geen van de miniatuurafbeeldingen is
geselecteerd in het venster Monitor. Als u een bericht wilt
verzenden naar een enkele HP Prime rekenmachine, klikt
u op de miniatuurafbeelding in het venster Monitor om
deze te selecteren; u kunt meer HP Prime rekenmachines
toevoegen door de Ctrl-toets op het toetsenbord van uw
computer ingedrukt te houden terwijl u op extra
miniatuurafbeeldingen klikt.
3. Typ uw bericht in het invoervakje onderaan het
venster Berichten.
4. Klik op Verzenden naar klas als u klaar bent met het
opstellen van het bericht.
42 HP aansluitkit
Het HP Prime
berichten-
centrum
Het bericht wordt op de HP Prime rekenmachine van
de leerling weergegeven in het berichtencentrum.
Als u een bericht aan leerlingen verzendt, wordt het
berichtencentrum automatisch geopend en wordt uw
bericht aan de leerling getoond. Leerlingen kunnen het
berichtencentrum altijd handmatig openen door op Z
te drukken en Berichten te selecteren.
Het berichtencentrum bevat drie menuknoppen:
• Beantwoorden: de leerling kan op deze knop tikken
om een bewerkingsregel te openen voor het invoeren
van een antwoord. De leerling ziet de knoppen
Annuleren en Verzenden. Ze kunnen tikken op Verznd
om hun antwoord aan u te verzenden.
• Help: de leerling kan op deze knop tikken om een
hulpvlaggetje te plaatsen naast zijn of haar naam
van de HP Prime rekenmachine op uw computer.
• OK: de leerling kan op deze knop tikken om het
berichtencentrum te sluiten.
Een antwoord of
bericht vanaf
een HP Prime
rekenmachine
verzenden
Een leerling kan als volgt antwoord geven op uw bericht:
1. In het berichtencentrum tikken ze op Beantwoorden.
2. Vervolgens drukken ze op AA om de Alpha-
modus te vergrendelen en typen ze hun bericht.
3. Ze tikken op Verznd om hun bericht te versturen of op
Annul. om terug te keren naar het berichtencentrum
zonder hun bericht te verzenden.
Het bericht van de leerling wordt weergegeven in de
geschiedenis van het venster Berichten en wordt voorzien
van een label met de naam van de betreffende HP Prime
rekenmachine. Een leerling kan u ongevraagd een
bericht sturen door op Z te drukken, Berichten te
selecteren en vervolgens de vorige procedure te volgen.
Snel een bericht
verzenden
U kunt een snel bericht verzenden zonder het venster
Berichten. Dit gaat als volgt:
1. Selecteer in het venster Monitor de miniatuur-
afbeeldingen van de HP Prime rekenmachines
waarnaar u het bericht wilt verzenden.
2. Klik met de rechtermuisknop op een van deze
miniatuurafbeeldingen en selecteer Bericht
verzenden.
HP aansluitkit 43
3. Er verschijnt een dialoogvenster Bericht. Typ uw
bericht op de invoerregel en tik op de knop Verznd.
Met deze methode verschijnt het bericht niet in de
geschiedenis van het venster Berichten.
Om hulp
verzoeken en
verzoeken
verwijderen
Leerlingen kunnen vanaf een aangesloten rekenmachine
een verzoek om hulp verzenden naar de aansluitkit door
op Z te drukken, Berichten te selecteren en op Help te
tikken. Wanneer een leerling om hulp vraagt, verschijnt
er een hulpvlaggetje naast de miniatuurafbeelding
van de rekenmachine in het venster Monitor. Het
hulpvlaggetje wordt weergegeven als een vraagteken
in een blauwe cirkel linksboven in het scherm van de
miniatuurafbeelding.
U kunt het vlaggetje verwijderen door met de
rechtermuisknop te klikken op de miniatuurafbeelding
en Hulp bij resetten te selecteren. Als u de hulpvlaggetjes
van meerdere leerlingen wilt resetten, houdt u de
Ctrl-toets op het toetsenbord van uw computer ingedrukt
terwijl u elke leerling selecteert. Wanneer u alle
gewenste leerlingen hebt geselecteerd, klikt u met de
rechtermuisknop op een van hun miniatuurafbeeldingen
en selecteert u Hulp bij resetten.
44 HP aansluitkit
-
1
-
2
-
3
-
4
-
5
-
6
-
7
-
8
-
9
-
10
-
11
-
12
-
13
-
14
-
15
-
16
-
17
-
18
-
19
-
20
-
21
-
22
-
23
-
24
-
25
-
26
-
27
-
28
-
29
-
30
-
31
-
32
-
33
-
34
-
35
-
36
-
37
-
38
-
39
-
40
-
41
-
42
-
43
-
44
-
45
-
46
-
47
-
48
-
49
-
50
