V2 Elettronica V2 WES-BASE de handleiding

Type
de handleiding
NEDERLANDS
37
TECHNISCHE GEGEVENS
BESCHRIJVING
WES (Wireless Edge System) is het nieuwe systeem van V2
waarmee de veiligheidslijsten via radio gecontroleerd kunnen
worden.
Het systeem bestaat uit een basis die rechtstreeks op de
stuurcentrale aangesloten is en uit één of meer sensoren (tot 8
per basis) die op de veiligheidslijst aangesloten zijn.
De basis wordt door de stuurcentrale gevoed en verifieert
constant de status van de sensoren die aangesloten zijn.
Op iedere basis kunnen maximaal 8 sensoren aangesloten
worden.
Het systeem is compatibel met traditionele veiligheidslijsten met
NC-contact, veiligheidslijsten met weerstand (8k2).
Het systeem is compatibel met ongeacht welke stuurcentrale
.
Werking van het systeem
Het systeem werkt op onafhankelijke wijze van de status van de
centrale. Het relais dat bij iedere groep sensoren hoort, wordt
gesloten gehouden als geen enkele lijst geactiveerd wordt.
Als er op een lijst gedrukt wordt, gaat het relais open en
signaleert de afwijking aan de centrale.
De basis communiceert om de 15 seconden met iedere sensor en
detecteert daarbij de aanwezigheid en de werkzaamheid van de
sensor.
Basis
Voeding: 12 / 24 Vdc/ac
Geabsorbeerd vermogen: 0,75 W
Afmetingen: 125x56x23 mm
Bedrijfstemperatuur: -20/+60 °C
Uitgangen (relaiscontact):
2 alarmen lijst
1 signalering batterijstroom laag
Aantal sensoren: tot 8
Aantal radiokanalen: 16
BELANGRIJKE WAARSCHUWINGEN
Voor technische ophelderingen of installatieproblemen beschikt
V2 SPA over een assistentiedienst voor klanten die actief is tijdens
kantooruren TEL. (+32) 93 80 40 20.
V2 behoudt zich het recht voor om zonder voorgaande
k
ennisgeving eventuele wijzigingen op het product aan te
brengen en stelt zich op generlei wijze aansprakelijk voor
persoonlijk letsel of materiële schade wegens oneigenlijk
gebruik of een verkeerde installatie.
Lees de volgende handleiding met instructies met
aandacht alvorens verder te gaan met de installatie en de
p
rogrammering van het systeem.
Deze handleiding met instructies is uitsluitend bestemd voor
technisch personeel met een kwalificatie op het gebied van
de installatie van automatiseringen.
De informatie die in deze handleiding staat kan op geen
e
nkele wijze van belang of nuttig zijn voor de eindgebruiker.
Iedere vorm van onderhoud of programmering moet
uitsluitend uitgevoerd worden door gekwalificeerd personeel.
De installatie, het testen en de indienststelling van de
automatiseringen voor poorten en hekken moet uitgevoerd worden
door gekwalificeerd en ervaren personeel dat eveneens belast is met
het vaststellen van de betreffende testen in het kader van de
aanwezige risico’s en met het controleren van de naleving van
hetgeen voorgeschreven wordt door wetten, normen en reglementen.
V2 stelt zich niet aansprakelijk voor schade die voortkomt uit
een oneigenlijk gebruik van het product, dus dat afwijkt van
hetgeen in deze handleiding voorgeschreven wordt.
Het verpakkingsmateriaal moet weggegooid worden met
volledige inachtneming van de plaatselijke regelgeving.
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
Ondergetekende, die onderstaande fabrikant vertegenwoordigt:
V2 S.p.A. - Racconigi - Corso Principi di Piemonte 65 (CN) - ITALY
verklaart hierna dat het product WES
conform blijkt te zijn aan hetgeen voorgeschreven wordt door de
volgende communautaire richtlijnen (met inbegrip van alle toepasbare
wijzigingen)
99/5/EG
Richtlijn met betrekking tot radioapparatuur en
telecommunicatieterminals en de wederzijdse erkenning van de
conformiteit
98/37/EG
inzake de toenadering van de wetgevingen van de Lidstaten op het
gebied van machines
en dat onderstaande technische normen toegepast zijn:
EN 301 489-3: 2002
Elektromagnetische compatibiliteit en kwesties inzake het spectrum
van de radiofrequenties (ERM); norm van elektromagnetische
compatibiliteit (EMC) voor radioapparatuur en –diensten.
Deel 3: Specifieke voorwaarden voor apparatuur met kort bereik
(SRD) die op de frequenties 9kHz en 40 GHz werkzaam zijn.
EN 300 328-1: 2001
Elektromagnetische compatibiliteit en radiospectrum (ERM);
Breedband zendsystemen. Apparaten voor gegevensverzending die
op ISM-band bij 2.4 GHz werken met gebruik van
modulatietechnieken met geëxpandeerd spectrum
EN 12978 : 2003
Industriële, commerciële en garagepoorten en hekken
Veiligheidsvoorzieningen voor gemotoriseerde poorten en hekken
Vereisten en testmethoden
Racconigi, 12/10/2009
Rechtsgeldig vertegenwoordiger van V2 S.p.A.
Cosimo De Falco
NEDERLANDS
38
INSTALLATIE VAN DE BASIS
LET OP: de installatie van de basis moet uitgevoerd worden nadat de voeding van de stuurcentrale waarop de WES-basis
aangesloten wordt, is weggenomen.
1. Installeer de basis in de nabijheid van de stuurcentrale en bevestig de houder met de betreffende bevestigingsogen A
2. Open het deksel door de 6 schroeven los te draaien. Gebruik één of 2 rubbertjes B met gaten voor de passage van de kabel of kabels
d
ie op de centrale aangesloten worden.
3. Sluit de voeding aan op de POWER-klemmen. Sluit de positieve pool aan op de klem POWER+ als gelijkstroomvoeding gebruikt
wordt. Sluit de massa, of de gemeenschappelijke draad naar de voeding van de zenders van de fotocellen, aan op de klem POWER-
4. Sluit de klem COM aan op de gemeenschappelijke ingang van de stuurcentrale.
5. Sluit de uitgangen (relais) aan op de ingangen van de centrale m.b.t. de alarmen waarmee men wilt werken:
- De uitgangen OUT1 en OUT2 (NC-contact) gaan open bij activering van een lijst die aangesloten is op respectievelijk
GROEP 1 en op GROEP 2*.
- De uitgang BAT LOW (NC-contact) gaat open wanneer een sensor de status van lege batterij signaleert
- De uitgang GLOBAL (NC-contact) gaat open wanneer minstens één van de andere uitgangen open is
* N.B.: GROEP 1 en GROEP 2 dienen voor het op verschillende manier beheren van 2 groepen lijsten. Als de stuurcentrale twee
gescheiden ingangen voor de veiligheidslijsten heeft, sluit GROEP 1 (OUT1) dan aan op één ingang en GROEP 2 (OUT2) op een andere
ingang. Programmeer de stuurcentrale vervolgens met de gewenste logica.
Als de centrale slechts 1 ingang voor de lijsten heeft, gebruik dan alleen uitgang OUT1.
6. Sluit de START-klem aan op de klem van de voeding van de zenders van de fotocellen.
7. Voorzie de centrale van voeding en controleer of de groene led van de basis na enkele seconden regelmatig knippert. Als de rode led
blijft branden, betekent dit dat de basis al geconfigureerd is. Het is nu nodig om de oude configuratie te wissen (zie de paragraaf
RESET CONFIGURATIE VAN DE BASIS).
N.B.: als de voorziening gevoed wordt, kan het 15 seconden duren voordat de aansluiting met alle sensoren ingesteld wordt.
Als de led van alle sensoren knippert met de ingestelde scanfrequentie, is het systeem gereed voor gebruik.
NEDERLANDS
39
AANSLUITINGEN OP DE KLEMMENSTROOK
OUT1
COM
OUT2
COM
BAT LOW
COM
EEN VOORZIENING MET LEGE BATTERIJ - - A
BATTERIJEN OK
GEEN ENKELE LIJST GEACTIVEERD C C C
LIJST 1 GEACTIVEERD A C C
LIJST 2 GEACTIVEERD C A C
C contact gesloten
A contact geopend
BASIS STUURCENTRALE
POWER+
POWER-
Voeding systeem positieve pool (12 / 24 Vdc/ac)
Voeding systeem GEMEENSCHAPPELIJK voor voeding accessoires
COM Gemeenschappelijk ingang beveiligingen
OUT1 Ingang lijst groep 1
OUT2 Ingang lijst groep 2
BAT LOW Bruikbaar voor signalering laag niveau batterij
START Voeding TX zender fotocellen
ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN VAN DE BASIS
Mechanische of weerstandslijsten
DIP-SWITCH WERKING
1 - 2 GERESERVEERD op OFF laten
3 - 4 - 5 - 6 De andere combinatie van deze DIP’s maakt het mogelijk om 1 van de 16 radiokanalen te selecteren
7 GERESERVEERD – op OFF laten
8 Activeer de procedure voor de configuratie van het radiokanaal / testen van de lijst
DIP-SWITCHES
Er zijn 8 DIP SWITCHES op de voorziening aanwezig waarmee de fabrieksinstellingen gewijzigd kunnen worden.
NEDERLANDS
40
CONFIGURATIE VAN HET RADIOKANAAL
Als het netwerk niet geconfigureerd is, bewaakt de basis de 16 mogelijke radiokanalen en registreert de activiteit die in de ruimte gaande
is. Om een nieuw netwerk op te zetten, is het handig om een kanaal met een lage radioactiviteit te kiezen om interferentie te voorkomen.
Zet Dip switch 8 op ON: de groene en rode led verstrekken een aanduiding over de kwaliteit van het geselecteerde kanaal:
- rode led: kanaal niet bruikbaar
- groene led: een keer knipperen – gemiddelde kwaliteit
dubbel knipperen – goede kwaliteit
drie keer knipperen – beste kanaal
Gebruik de Dip switches 3 tot 6 om van radiokanaal te veran
LET OP: Is het kanaal eenmaal geselecteerd, zet Dip switch 8 dan op OFF.
LET OP: Het kanaal kan niet gewijzigd worden nadat het netwerk geconfigureerd is.
Als op Dip switches 3 tot 6 ingegrepen wordt terwijl het netwerk geconfigureerd is, zal de rode led een reeks van 4 keer
knipperen uitzenden.
RESET CONFIGURATIE VAN DE BASIS
Om de configuratie van een basis te wissen, is het noodzakelijk de PROG-toets van de basis ingedrukt te houden tot de rode led begint te
knipperen. Laat de toets vervolgens los en herhaal de configuratie van het radiokanaal.
TOEKENNING VAN DE SENSOR AAN DE BASIS
Tijdens de fase van toekenning communiceert de sensor de configuratie waarmee hij geïnstalleerd is aan de basis.
N.B.: als een sensor op geen enkele lijst aangesloten is kan hij niet aan de basis toegekend worden.
LET OP: alvorens verder te gaan, controleert u of de lijsten correct op de sensoren aangesloten zijn.
Als de toekenning eenmaal voltooid is, is het niet meer mogelijk de aansluitingen van de sensor te wijzigen.
Installeer de sensoren door de bij het product verstrekte instructies te volgen. Handel daarna als volgt:
Handel als volgt om een lijst aan groep 1 toe te kennen:
1. Druk 1 keer op de toets PROG van de basis: De led ALARM knippert met een enkelvoudige sequentie
2. Houdt de toets SET van de sensor ingedrukt tot led L3 intens en regelmatig gaat knipperen. Laat vervolgens de toets los.
3. De basis verlaat automatisch de aanleermodaliteit en de sensor begint te zenden gedurende een periode van 15 seconden
Handel als volgt om een lijst aan groep 2 toe te kennen:
1. Druk 2 keer op de toets PROG van de basis: De led ALARM knippert met een dubbele sequentie
2. Houdt de toets PROG van de sensor ingedrukt tot led L3 intens en regelmatig gaat knipperen. Laat vervolgens de toets los.
3. De basis verlaat automatisch de aanleermodaliteit en de sensor begint te zenden gedurende een periode van 15 seconden
Handel als volgt om een lijst aan beide groepen toe te kennen:
1. Druk 3 keer op de toets SET van de basis: De led ALARM knippert met een drievoudige sequentie
2. Houdt de toets SET van de sensor ingedrukt tot led L3 intens en regelmatig gaat knipperen. Laat vervolgens de toets los.
3. De basis verlaat automatisch de aanleermodaliteit en de sensor begint te zenden gedurende een periode van 15 seconden
N.B.: De toekenning moet binnen 15 seconden voltooid worden anders verlaat de basis de aanleermodaliteit.
4. Sluit na afloop de houder van de sensor en breng opnieuw de schroeven aan.
5. Herhaal de handelingen voor de andere sensoren van het netwerk. Als alle sensoren geïnstalleerd en toegekend zijn, sluit dan ook
het deksel van de basis.
TESTEN VAN DE LIJST
Activeer de testmodaliteit op de basis door Dip switch 8 op ON te zetten. Druk op de lijst en controleer of:
1. de led op de sensor permanent ingeschakeld blijft
2. de rode led (OUT1/OUT2) op de basis ingeschakeld wordt
3. de centrale het alarm op de ingang, waarop de uitgang van de groep aangesloten is, herkent
LET OP: Is het testen eenmaal klaar dan moet Dip switch 8 weer op OFF gezet worden.
NEDERLANDS
41
LEDSIGNALERING OP DE BASIS
SITUATIE
GROENE LED
(RADIO)
RODE LED (ALARM) LED OUT 1 LED OUT 2 LED BAT LOW
DIP-SWITCH 8 OFF
NETWERK NIET
GECONFIGUREERD
Knippert langzaam Uitgeschakeld Uitgeschakeld Uitgeschakeld Uitgeschakeld
NETWERK
G
ECONFIGUREERD
Knippert kort bij
ieder ontvangen
bericht (met één
enkele sensor duurt
d
it 15 seconden)
Brandt permanent als de
aansluiting op een
sensor ontbreekt
Knippert in series van 4
a
ls het kanaal van het
netwerk niet
overeenkomst met
dip-switches 3-6
Brandt wanneer
uitgang OUT1
geactiveerd is
(alarm van een
s
ensor toegekend
aan groep 1)
Brandt wanneer
uitgang OUT2
geactiveerd is
(alarm van een
s
ensor toegekend
aan groep 2)
Brandt wanneer de
uitgang LOW BAT
geactiveerd
is (een sensor heeft
e
en lege batterij)
CONFIGURATIE
VAN HET
NETWERK IN
UITVOERING
Knippert één keer
kort bij ieder
ontvangen bericht
Knippert langzaam
tot minstens één
sensor in het
netwerk
opgenomen is
Knippert één, twee of
drie keer al naargelang
de groep die
geconfigureerd wordt
(toets één, twee of drie
keer ingedrukt)
Knippert langzaam
tijdens het wissen van
het netwerk (toets lang
ingedrukt)
Uitgeschakeld
Uitgeschakeld
Uitgeschakeld
SITUATIE
GROENE LED
(RADIO)
RODE LED (ALARM) LED OUT 1 LED OUT 2 LED BAT LOW
DIP-SWITCH 8 ON
NETWERK NIET
GECONFIGUREERD
Kwaliteit van het kanaal
1.Kanalen waar maximumkwaliteit gemeten is:
3 keer knipperen van groene led
2.Kanalen met bijna de maximumkwaliteit:
2 keer knipperen van groene led
3.Kanalen met bovengemiddelde kwaliteit:
1 keer knipperen van groene led
4.Kanalen met ondergemiddelde kwaliteit:
1 keer knipperen van rode led
5.Kanalen met minimumkwaliteit:
3 keer knipperen van rode led
Uitgeschakeld Uitgeschakeld Uitgeschakeld
NETWERK
GECONFIGUREERD
Brandt permanent Brandt permanent als de
aansluiting op een
sensor ontbreekt
Knippert in series van 4
als het kanaal van het
netwerk niet
overeenkomst met
dip-switches 3-6
Brandt wanneer
uitgang OUT1
geactiveerd is
(alarm van een
sensor toegekend
aan groep 1)
Brandt wanneer
uitgang OUT2
geactiveerd is
(alarm van een
sensor toegekend
aan groep 2)
Brandt wanneer de
uitgang LOW BAT
geactiveerd is (een
sensor heeft een
lege batterij)
NEDERLANDS
42
PROCEDURE VOOR HET OPSPOREN VAN DEFECTEN
Eseguire la ricerca guasto con il sistema spento (porta ferma).
LET OP: Is de procedure eenmaal doorlopen, dan moet Dip switch 8 weer op OFF gezet worden.
STEP Actie Verificatie Diagnose
1.
Open het deksel van de basis en kijk
naar de rode led
Brandt de led LOW BAT?
Een sensor heeft een lege batterij. Zoek de sensor
op waarvan de led knippert
2. Brandt de ALARM led permanent?
Communicatieproblemen tussen sensoren en
basis Zoek een sensor op waarvan de led
uitgeschakeld is of heel zwak knippert
3.
Zet Dip switch 8 op ON: de ALARM
led wordt aanvankelijk ingeschakeld
De drie leds OUT1, OUT2 en BAT
LOW zijn uitgeschakeld?
Het systeem werkt naar behoren. Als de centrale
niet signaleert dat de lijstingang gesloten is, is er
een probleem met de aansluiting (draad
onderbroken)
4. Kijk naar de led van een sensor Brandt de led permanent?
De sensor detecteert dat de lijst geactiveerd is:
probleem met de aansluiting of defecte lijst
5. Activeer de lijst
Wordt de led op de sensor niet
ingeschakeld?
De sensor detecteert de status van de lijst niet:
probleem met de aansluiting of defecte lijst
6. -
De centrale signaleert dat de
lijstingang gesloten is?
Aansluitingsproblemen tussen centrale en basis
(kortsluiting)
7.
Herhaal stappen 4, 5 en 6 voor
iedere sensor
Werken alle sensoren normaal?
Er is een niet bestaande sensor in het netwerk
opgenomen. Het netwerk moet gewist worden
en de toekenning van de sensoren moet herhaald
worden

Documenttranscriptie

BELANGRIJKE WAARSCHUWINGEN TECHNISCHE GEGEVENS Voor technische ophelderingen of installatieproblemen beschikt V2 SPA over een assistentiedienst voor klanten die actief is tijdens kantooruren TEL. (+32) 93 80 40 20. Basis V2 behoudt zich het recht voor om zonder voorgaande kennisgeving eventuele wijzigingen op het product aan te brengen en stelt zich op generlei wijze aansprakelijk voor persoonlijk letsel of materiële schade wegens oneigenlijk gebruik of een verkeerde installatie.  Lees de volgende handleiding met instructies met aandacht alvorens verder te gaan met de installatie en de programmering van het systeem. Voeding: 12 / 24 Vdc/ac Geabsorbeerd vermogen: 0,75 W Afmetingen: 125x56x23 mm Bedrijfstemperatuur: -20/+60 °C Uitgangen (relaiscontact): 2 alarmen lijst 1 signalering batterijstroom laag Aantal sensoren: tot 8 Aantal radiokanalen: 16 • Deze handleiding met instructies is uitsluitend bestemd voor technisch personeel met een kwalificatie op het gebied van de installatie van automatiseringen. • De informatie die in deze handleiding staat kan op geen enkele wijze van belang of nuttig zijn voor de eindgebruiker. • Iedere vorm van onderhoud of programmering moet uitsluitend uitgevoerd worden door gekwalificeerd personeel. BESCHRIJVING De installatie, het testen en de indienststelling van de automatiseringen voor poorten en hekken moet uitgevoerd worden door gekwalificeerd en ervaren personeel dat eveneens belast is met het vaststellen van de betreffende testen in het kader van de aanwezige risico’s en met het controleren van de naleving van hetgeen voorgeschreven wordt door wetten, normen en reglementen. WES (Wireless Edge System) is het nieuwe systeem van V2 waarmee de veiligheidslijsten via radio gecontroleerd kunnen worden. Het systeem bestaat uit een basis die rechtstreeks op de stuurcentrale aangesloten is en uit één of meer sensoren (tot 8 per basis) die op de veiligheidslijst aangesloten zijn. • V2 stelt zich niet aansprakelijk voor schade die voortkomt uit een oneigenlijk gebruik van het product, dus dat afwijkt van hetgeen in deze handleiding voorgeschreven wordt. • Het verpakkingsmateriaal moet weggegooid worden met volledige inachtneming van de plaatselijke regelgeving. De basis wordt door de stuurcentrale gevoed en verifieert constant de status van de sensoren die aangesloten zijn. Op iedere basis kunnen maximaal 8 sensoren aangesloten worden. Het systeem is compatibel met traditionele veiligheidslijsten met NC-contact, veiligheidslijsten met weerstand (8k2). VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING Het systeem is compatibel met ongeacht welke stuurcentrale. Ondergetekende, die onderstaande fabrikant vertegenwoordigt: V2 S.p.A. - Racconigi - Corso Principi di Piemonte 65 (CN) - ITALY Werking van het systeem verklaart hierna dat het product WES 99/5/EG Richtlijn met betrekking tot radioapparatuur en telecommunicatieterminals en de wederzijdse erkenning van de conformiteit 98/37/EG inzake de toenadering van de wetgevingen van de Lidstaten op het gebied van machines en dat onderstaande technische normen toegepast zijn: EN 301 489-3: 2002 Elektromagnetische compatibiliteit en kwesties inzake het spectrum van de radiofrequenties (ERM); norm van elektromagnetische compatibiliteit (EMC) voor radioapparatuur en –diensten. Deel 3: Specifieke voorwaarden voor apparatuur met kort bereik (SRD) die op de frequenties 9kHz en 40 GHz werkzaam zijn. EN 300 328-1: 2001 Elektromagnetische compatibiliteit en radiospectrum (ERM); Breedband zendsystemen. Apparaten voor gegevensverzending die op ISM-band bij 2.4 GHz werken met gebruik van modulatietechnieken met geëxpandeerd spectrum EN 12978 : 2003 Industriële, commerciële en garagepoorten en hekken – Veiligheidsvoorzieningen voor gemotoriseerde poorten en hekken – Vereisten en testmethoden Racconigi, 12/10/2009 Rechtsgeldig vertegenwoordiger van V2 S.p.A. Cosimo De Falco 37 NEDERLANDS Het systeem werkt op onafhankelijke wijze van de status van de centrale. Het relais dat bij iedere groep sensoren hoort, wordt gesloten gehouden als geen enkele lijst geactiveerd wordt. Als er op een lijst gedrukt wordt, gaat het relais open en signaleert de afwijking aan de centrale. De basis communiceert om de 15 seconden met iedere sensor en detecteert daarbij de aanwezigheid en de werkzaamheid van de sensor. conform blijkt te zijn aan hetgeen voorgeschreven wordt door de volgende communautaire richtlijnen (met inbegrip van alle toepasbare wijzigingen) INSTALLATIE VAN DE BASIS  LET OP: de installatie van de basis moet uitgevoerd worden nadat de voeding van de stuurcentrale waarop de WES-basis aangesloten wordt, is weggenomen. 1. Installeer de basis in de nabijheid van de stuurcentrale en bevestig de houder met de betreffende bevestigingsogen A 2. Open het deksel door de 6 schroeven los te draaien. Gebruik één of 2 rubbertjes B met gaten voor de passage van de kabel of kabels die op de centrale aangesloten worden. 3. Sluit de voeding aan op de POWER-klemmen. Sluit de positieve pool aan op de klem POWER+ als gelijkstroomvoeding gebruikt wordt. Sluit de massa, of de gemeenschappelijke draad naar de voeding van de zenders van de fotocellen, aan op de klem POWER4. Sluit de klem COM aan op de gemeenschappelijke ingang van de stuurcentrale. 5. Sluit de uitgangen (relais) aan op de ingangen van de centrale m.b.t. de alarmen waarmee men wilt werken: - De uitgangen OUT1 en OUT2 (NC-contact) gaan open bij activering van een lijst die aangesloten is op respectievelijk GROEP 1 en op GROEP 2*. - De uitgang BAT LOW (NC-contact) gaat open wanneer een sensor de status van lege batterij signaleert - De uitgang GLOBAL (NC-contact) gaat open wanneer minstens één van de andere uitgangen open is * N.B.: GROEP 1 en GROEP 2 dienen voor het op verschillende manier beheren van 2 groepen lijsten. Als de stuurcentrale twee gescheiden ingangen voor de veiligheidslijsten heeft, sluit GROEP 1 (OUT1) dan aan op één ingang en GROEP 2 (OUT2) op een andere ingang. Programmeer de stuurcentrale vervolgens met de gewenste logica. Als de centrale slechts 1 ingang voor de lijsten heeft, gebruik dan alleen uitgang OUT1. 6. Sluit de START-klem aan op de klem van de voeding van de zenders van de fotocellen. 7. Voorzie de centrale van voeding en controleer of de groene led van de basis na enkele seconden regelmatig knippert. Als de rode led blijft branden, betekent dit dat de basis al geconfigureerd is. Het is nu nodig om de oude configuratie te wissen (zie de paragraaf RESET CONFIGURATIE VAN DE BASIS). NEDERLANDS N.B.: als de voorziening gevoed wordt, kan het 15 seconden duren voordat de aansluiting met alle sensoren ingesteld wordt. Als de led van alle sensoren knippert met de ingestelde scanfrequentie, is het systeem gereed voor gebruik. 38 ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN VAN DE BASIS BASIS STUURCENTRALE POWER+ POWER- Voeding systeem – positieve pool (12 / 24 Vdc/ac) Voeding systeem – GEMEENSCHAPPELIJK voor voeding accessoires COM Gemeenschappelijk ingang beveiligingen OUT1 Ingang lijst groep 1 OUT2 Ingang lijst groep 2 BAT LOW Bruikbaar voor signalering laag niveau batterij START Voeding TX zender fotocellen Mechanische of weerstandslijsten OUT2 COM BAT LOW COM - - A GEEN ENKELE LIJST GEACTIVEERD C C C LIJST 1 GEACTIVEERD A C C LIJST 2 GEACTIVEERD C A C EEN VOORZIENING MET LEGE BATTERIJ BATTERIJEN OK C – contact gesloten A – contact geopend DIP-SWITCHES Er zijn 8 DIP SWITCHES op de voorziening aanwezig waarmee de fabrieksinstellingen gewijzigd kunnen worden. DIP-SWITCH WERKING 1-2 GERESERVEERD – op OFF laten 3-4-5-6 De andere combinatie van deze DIP’s maakt het mogelijk om 1 van de 16 radiokanalen te selecteren 7 GERESERVEERD – op OFF laten 8 Activeer de procedure voor de configuratie van het radiokanaal / testen van de lijst 39 NEDERLANDS OUT1 COM AANSLUITINGEN OP DE KLEMMENSTROOK 쩚쩚쩛 CONFIGURATIE VAN HET RADIOKANAAL Als het netwerk niet geconfigureerd is, bewaakt de basis de 16 mogelijke radiokanalen en registreert de activiteit die in de ruimte gaande is. Om een nieuw netwerk op te zetten, is het handig om een kanaal met een lage radioactiviteit te kiezen om interferentie te voorkomen. Zet Dip switch 8 op ON: de groene en rode led verstrekken een aanduiding over de kwaliteit van het geselecteerde kanaal: - rode led: kanaal niet bruikbaar - groene led: een keer knipperen – gemiddelde kwaliteit dubbel knipperen – goede kwaliteit drie keer knipperen – beste kanaal Gebruik de Dip switches 3 tot 6 om van radiokanaal te veran  LET OP: Is het kanaal eenmaal geselecteerd, zet Dip switch 8 dan op OFF.  LET OP: Het kanaal kan niet gewijzigd worden nadat het netwerk geconfigureerd is. Als op Dip switches 3 tot 6 ingegrepen wordt terwijl het netwerk geconfigureerd is, zal de rode led een reeks van 4 keer knipperen uitzenden. RESET CONFIGURATIE VAN DE BASIS Om de configuratie van een basis te wissen, is het noodzakelijk de PROG-toets van de basis ingedrukt te houden tot de rode led begint te knipperen. Laat de toets vervolgens los en herhaal de configuratie van het radiokanaal. TOEKENNING VAN DE SENSOR AAN DE BASIS Tijdens de fase van toekenning communiceert de sensor de configuratie waarmee hij geïnstalleerd is aan de basis. N.B.: als een sensor op geen enkele lijst aangesloten is kan hij niet aan de basis toegekend worden. LET OP: alvorens verder te gaan, controleert u of de lijsten correct op de sensoren aangesloten zijn. Als de toekenning eenmaal voltooid is, is het niet meer mogelijk de aansluitingen van de sensor te wijzigen. Installeer de sensoren door de bij het product verstrekte instructies te volgen. Handel daarna als volgt: Handel als volgt om een lijst aan groep 1 toe te kennen: 1. Druk 1 keer op de toets PROG van de basis: De led ALARM knippert met een enkelvoudige sequentie 2. Houdt de toets SET van de sensor ingedrukt tot led L3 intens en regelmatig gaat knipperen. Laat vervolgens de toets los. 3. De basis verlaat automatisch de aanleermodaliteit en de sensor begint te zenden gedurende een periode van 15 seconden NEDERLANDS Handel als volgt om een lijst aan groep 2 toe te kennen: 1. Druk 2 keer op de toets PROG van de basis: De led ALARM knippert met een dubbele sequentie 2. Houdt de toets PROG van de sensor ingedrukt tot led L3 intens en regelmatig gaat knipperen. Laat vervolgens de toets los. 3. De basis verlaat automatisch de aanleermodaliteit en de sensor begint te zenden gedurende een periode van 15 seconden Handel als volgt om een lijst aan beide groepen toe te kennen: 1. Druk 3 keer op de toets SET van de basis: De led ALARM knippert met een drievoudige sequentie 2. Houdt de toets SET van de sensor ingedrukt tot led L3 intens en regelmatig gaat knipperen. Laat vervolgens de toets los. 3. De basis verlaat automatisch de aanleermodaliteit en de sensor begint te zenden gedurende een periode van 15 seconden N.B.: De toekenning moet binnen 15 seconden voltooid worden anders verlaat de basis de aanleermodaliteit. 4. Sluit na afloop de houder van de sensor en breng opnieuw de schroeven aan. 5. Herhaal de handelingen voor de andere sensoren van het netwerk. Als alle sensoren geïnstalleerd en toegekend zijn, sluit dan ook het deksel van de basis. TESTEN VAN DE LIJST Activeer de testmodaliteit op de basis door Dip switch 8 op ON te zetten. Druk op de lijst en controleer of: 1. de led op de sensor permanent ingeschakeld blijft 2. de rode led (OUT1/OUT2) op de basis ingeschakeld wordt 3. de centrale het alarm op de ingang, waarop de uitgang van de groep aangesloten is, herkent  LET OP: Is het testen eenmaal klaar dan moet Dip switch 8 weer op OFF gezet worden. 40 LEDSIGNALERING OP DE BASIS SITUATIE GROENE LED (RADIO) RODE LED (ALARM) LED OUT 1 LED OUT 2 LED BAT LOW • Knippert langzaam • Uitgeschakeld • Uitgeschakeld • Uitgeschakeld • Uitgeschakeld • Brandt permanent als de • Brandt wanneer aansluiting op een uitgang OUT1 sensor ontbreekt geactiveerd is • Knippert in series van 4 (alarm van een als het kanaal van het sensor toegekend netwerk niet aan groep 1) overeenkomst met dip-switches 3-6 • Brandt wanneer uitgang OUT2 geactiveerd is (alarm van een sensor toegekend aan groep 2) • Brandt wanneer de uitgang LOW BAT geactiveerd is (een sensor heeft een lege batterij) • Knippert één, twee of drie keer al naargelang de groep die geconfigureerd wordt (toets één, twee of drie keer ingedrukt) • Knippert langzaam tijdens het wissen van het netwerk (toets lang ingedrukt) • Uitgeschakeld • Uitgeschakeld • Uitgeschakeld RODE LED (ALARM) LED OUT 1 LED OUT 2 LED BAT LOW • Uitgeschakeld • Uitgeschakeld • Brandt wanneer uitgang OUT2 geactiveerd is (alarm van een sensor toegekend aan groep 2) • Brandt wanneer de uitgang LOW BAT geactiveerd is (een sensor heeft een lege batterij) DIP-SWITCH 8 OFF NETWERK NIET GECONFIGUREERD • Knippert kort bij ieder ontvangen bericht (met één enkele sensor duurt NETWERK GECONFIGUREERD dit 15 seconden) CONFIGURATIE VAN HET NETWERK IN UITVOERING SITUATIE • Knippert één keer kort bij ieder ontvangen bericht • Knippert langzaam tot minstens één sensor in het netwerk opgenomen is GROENE LED (RADIO) DIP-SWITCH 8 ON • Brandt permanent NETWERK GECONFIGUREERD • Brandt permanent als de • Brandt wanneer aansluiting op een uitgang OUT1 sensor ontbreekt geactiveerd is (alarm van een • Knippert in series van 4 sensor toegekend als het kanaal van het aan groep 1) netwerk niet overeenkomst met dip-switches 3-6 41 NEDERLANDS • Kwaliteit van het kanaal • Uitgeschakeld 1. Kanalen waar maximumkwaliteit gemeten is: 3 keer knipperen van groene led 2. Kanalen met bijna de maximumkwaliteit: 2 keer knipperen van groene led 3. Kanalen met bovengemiddelde kwaliteit: NETWERK NIET 1 keer knipperen van groene led GECONFIGUREERD 4. Kanalen met ondergemiddelde kwaliteit: 1 keer knipperen van rode led 5. Kanalen met minimumkwaliteit: 3 keer knipperen van rode led PROCEDURE VOOR HET OPSPOREN VAN DEFECTEN Eseguire la ricerca guasto con il sistema spento (porta ferma). STEP Actie 1. Open het deksel van de basis en kijk Brandt de led LOW BAT? naar de rode led 2. Verificatie Diagnose Brandt de ALARM led permanent? Een sensor heeft een lege batterij. Zoek de sensor op waarvan de led knippert Communicatieproblemen tussen sensoren en basis Zoek een sensor op waarvan de led uitgeschakeld is of heel zwak knippert 3. Zet Dip switch 8 op ON: de ALARM De drie leds OUT1, OUT2 en BAT led wordt aanvankelijk ingeschakeld LOW zijn uitgeschakeld? Het systeem werkt naar behoren. Als de centrale niet signaleert dat de lijstingang gesloten is, is er een probleem met de aansluiting (draad onderbroken) 4. Kijk naar de led van een sensor Brandt de led permanent? De sensor detecteert dat de lijst geactiveerd is: probleem met de aansluiting of defecte lijst 5. Activeer de lijst Wordt de led op de sensor niet ingeschakeld? De sensor detecteert de status van de lijst niet: probleem met de aansluiting of defecte lijst 6. - De centrale signaleert dat de lijstingang gesloten is? Aansluitingsproblemen tussen centrale en basis (kortsluiting) 7. Herhaal stappen 4, 5 en 6 voor iedere sensor Werken alle sensoren normaal? Er is een niet bestaande sensor in het netwerk opgenomen. Het netwerk moet gewist worden en de toekenning van de sensoren moet herhaald worden NEDERLANDS  LET OP: Is de procedure eenmaal doorlopen, dan moet Dip switch 8 weer op OFF gezet worden. 42
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48

V2 Elettronica V2 WES-BASE de handleiding

Type
de handleiding