V2 WES-ADI, V2 WES-ADI de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de V2 WES-ADI de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
NEDERLANDS
50
BESCHRIJVING
WES (Wireless Edge System) is het nieuwe systeem van V2
waarmee de veiligheidslijsten via radio gecontroleerd kunnen
worden.
Het systeem bestaat uit een basis die rechtstreeks op de
stuurcentrale ingeplugd wordt, en uit één of meer sensoren (tot
8) die op de veiligheidsvoorzieningen (lijsten of fotocellen)
aangesloten zijn.
De basis verifieert voortdurend de status van de sensoren die
aangesloten zijn. Als een veiligheidsvoorziening, die op een van
d
e sensoren aangesloten is, geactiveerd wordt, signaleert de
WES-ADI-basis de afwijking aan de centrale.
N.B.: Controleer of de versie van de stuurcentrale waarin
d
e WES-ADI-module geïnstalleerd wordt, dit systeem
beheert.
BELANGRIJKE WAARSCHUWINGEN
Voor technische ophelderingen of installatieproblemen beschikt
V2 SPA over een assistentiedienst voor klanten die actief is tijdens
kantooruren TEL. (+32) 93 80 40 20.
V2 behoudt zich het recht voor om zonder voorgaande
k
ennisgeving eventuele wijzigingen op het product aan te
brengen en stelt zich op generlei wijze aansprakelijk voor
persoonlijk letsel of materiële schade wegens oneigenlijk
gebruik of een verkeerde installatie.
Lees de volgende handleiding met instructies met
aandacht alvorens verder te gaan met de installatie en de
p
rogrammering van het systeem.
Deze handleiding met instructies is uitsluitend bestemd voor
technisch personeel met een kwalificatie op het gebied van
de installatie van automatiseringen.
De informatie die in deze handleiding staat kan op geen
e
nkele wijze van belang of nuttig zijn voor de eindgebruiker.
Iedere vorm van onderhoud of programmering moet
uitsluitend uitgevoerd worden door gekwalificeerd personeel.
De installatie, het testen en de indienststelling van de
automatiseringen voor poorten en hekken moet uitgevoerd worden
door gekwalificeerd en ervaren personeel dat eveneens belast is met
het vaststellen van de betreffende testen in het kader van de
aanwezige risico’s en met het controleren van de naleving van
hetgeen voorgeschreven wordt door wetten, normen en reglementen.
V2 stelt zich niet aansprakelijk voor schade die voortkomt uit
een oneigenlijk gebruik van het product, dus dat afwijkt van
hetgeen in deze handleiding voorgeschreven wordt.
Het verpakkingsmateriaal moet weggegooid worden met
volledige inachtneming van de plaatselijke regelgeving.
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
Ondergetekende, die onderstaande fabrikant vertegenwoordigt:
V2 S.p.A. - Racconigi - Corso Principi di Piemonte 65 (CN) - ITALY
verklaart hierna dat het product WES
conform blijkt te zijn aan hetgeen voorgeschreven wordt door de
volgende communautaire richtlijnen (met inbegrip van alle toepasbare
wijzigingen)
99/5/EG
Richtlijn met betrekking tot radioapparatuur en
telecommunicatieterminals en de wederzijdse erkenning van de
conformiteit
98/37/EG
inzake de toenadering van de wetgevingen van de Lidstaten op het
gebied van machines
en dat onderstaande technische normen toegepast zijn:
EN 301 489-3: 2002
Elektromagnetische compatibiliteit en kwesties inzake het spectrum
van de radiofrequenties (ERM); norm van elektromagnetische
compatibiliteit (EMC) voor radioapparatuur en –diensten.
Deel 3: Specifieke voorwaarden voor apparatuur met kort bereik
(SRD) die op de frequenties 9kHz en 40 GHz werkzaam zijn.
EN 300 328-1: 2001
Elektromagnetische compatibiliteit en radiospectrum (ERM);
Breedband zendsystemen. Apparaten voor gegevensverzending die
op ISM-band bij 2.4 GHz werken met gebruik van
modulatietechnieken met geëxpandeerd spectrum
EN 12978 : 2003
Industriële, commerciële en garagepoorten en hekken
Veiligheidsvoorzieningen voor gemotoriseerde poorten en hekken
Vereisten en testmethoden
Racconigi, 12/10/2009
Rechtsgeldig vertegenwoordiger van V2 S.p.A.
Cosimo De Falco
NEDERLANDS
51
INSTALLATIE VAN DE BASIS
LET OP: alvorens de WES-ADI in te pluggen moet de voeding van de centrale afgesloten worden.
1. Steek de WES-ADI-module in de speciale connector.
2
. Voorzie de centrale van voeding en controleer of de groene led van de basis na enkele seconden regelmatig knippert. Als de rode led
ingeschakeld blijft, betekent dit dat de basis al geconfigureerd is: het is dan nodig om de oude configuratie te wissen (zie de paragraaf
RESET CONFIGURATIE VAN DE BASIS).
N.B.: als de voorziening gevoed wordt, kan het 15 seconden duren voordat de aansluiting met alle sensoren opnieuw
ingesteld wordt. Als de led van alle sensoren knippert met de ingestelde scanfrequentie, is het systeem gereed voor gebruik.
L1 - GROENE led
L2 - RODE led
L3 - GELE led
POSITIE 1 POSITIE 2
NEDERLANDS
52
CONFIGURATIE VAN DE STUURCENTRALE EN VAN DE BASIS
De stuurcentrale waarop de WES-ADI-module ingeplugd wordt, moet geconfigureerd zijn om de informatie te beheren die van deze
module afkomstig is. Raadpleeg de handleiding van de stuurcentrale om de procedure van herkenning van de module uit te voeren.
Als de stuurcentrale met een menudisplay uitgerust is, is het mogelijk de werkwijze van de WES-ADI te configureren met gebruik van de
programmeertoetsen en het display van de stuurcentrale; in de andere gevallen moet de WES-ADI gebruikt worden met de default-
configuratie en is het alleen mogelijk het communicatiekanaal te wijzigen.
CONFIGURATIE VAN DE BASIS MET DISPLAY
Door met het menu van de stuurcentrale te werken en de herkenning van de ADI te activeren, verschijnt op het display de
identificatienaam van de ingeplugde module, in dit geval: WES.
Door op de toets DOWN te drukken, wordt toegang verkregen tot het configuratiemenu van het netwerk nEt. Druk op de toets MENU/OK
o
m de WES-module te activeren.
Het display toont het nummer van het radiokanaal dat op dat moment geselecteerd is. Als het netwerk nog niet gecreëerd is, is het
mogelijk het radiokanaal te veranderen en zal de rechterzijde van het display de kwaliteit van het geselecteerde kanaal tonen (één, twee of
drie lijnen). Is het netwerk eenmaal gecreëerd dan is het niet meer mogelijk het radiokanaal te veranderen en wordt een punt op het
display weergegeven.
Door opnieuw op de toets MENU/OK te drukken, wordt het aantal sensoren weergegeven dat in het netwerk opgenomen is (als het
netwerk nog niet gecreëerd is, zal nS00 getoond worden). Dit gegeven is alleen van informatieve aard en kan niet gewijzigd worden.
Druk op de toets MENU/OK om naar het item nEt terug te keren.
Door op de toets DOWN te drukken, wordt toegang gekregen tot het menu van toekenning van de uitgangen van de out-basis. Met
uitgangen wordt de alarmstatus van de twee groepen bedoeld waarin de sensoren opgenomen kunnen zijn, en de signalering van een
systeem met lege batterijen.
Door op de toets MENU/OK te drukken, wordt toegang verkregen tot de configuratie van de uitgang van Groep 1 (GrP1 ).
Druk opnieuw op MENU/OK om het type beveiliging weer te geven dat aan de groep toegekend is:
CoSt : beveiliging die de plaatsgevonden botsing tegen een obstakel signaleert, zoals een gevoelige rand;
Foto : beveiliging die de aanwezigheid van een obstakel in de bewegingsbaan van het hek signaleert, zoals een fotocel;
no : er is geen enkele beveiliging aan deze groep toegekend
Kies het gewenste type beveiliging met gebruik van de toetsen UP en DOWN en bevestig met MENU/OK. Vervolgens wordt gevraagd om
betere aan te geven hoe men wilt dat de beveiliging in werking treedt:
CoSt beveiligingen:
Ch : alleen tijdens de sluiting, in geval van activering laat hij het hek gedurende 2 seconden terugkeren waarna het hek geblokkeerd
wordt (automatische sluiting uitgeschakeld);
Ch.St : tijdens de sluiting gedraagt de beveiliging zich zoals in het vorige geval. In de andere gevallen wordt het hek onmiddellijk
geblokkeerd;
AP : net als het eerste geval, maar treedt alleen in werking tijdens de opening;
AP.St : net als hiervoor, in de andere gevallen zal het hek onmiddellijk geblokkeerd worden.
Foto beveiligingen:
Ch : tijdens de sluiting veroorzaakt het de volledige hernieuwde opening van het hek, tijdens de pauze zal het de telling van de
automatische sluiting beginnen; in de andere gevallen gebeurt er niets;
Ch.CF : net als boven met daarbij dat het het begin van de openingscyclus belemmert als hij bij stilstaand hek actief is;
AP.Ch : net als boven, met daarbij dat het het hek tijdens de opening zal stoppen tot de beveiliging gedeactiveerd wordt.
Bevestig de keuze met de toets MENU/OK en keer terug naar GrP1.
Door op de toets DOWN te drukken, wordt overgegaan naar Groep 2 (GrP2 ) en kan de gewenste beveiliging met dezelfde procedure
toegekend worden.
Eenmaal terug bij GrP2: druk nog eens op DOWN om over te gaan naar de instelling van de signalering van de lege batterij (L.bAt);
Ga de programmering binnen met MENU/OK en kies uit de volgende opties:
no : geen enkele signalering
LUCi : als de batterij leeg is zal op het moment van inschakeling van het servicelicht dat op het hek aangesloten is drie knipperingen
uitgevoerd worden;
FLSh : tijdens de cyclus verricht het knipperlicht dubbele knippersequenties;
LU.FL : beide signaleringen worden uitgevoerd.
Bevestig de keuze met de toets MENU/OK en druk op de toets DOW om terug te keren naar het item out.
Druk nog eens op de toets DOWN: het display toont SAvE.
Druk op de toets MENU/OK om de instelling te bewaren en terug te keren naar het configuratiemenu van de stuurcentrale.
Als u de programmering wilt verlaten zonder te bewaren, druk dan nog eens op de toets DOWN (display ESC ) en bevestig met MENU/OK.
LET OP: het kanaal kan niet gewijzigd worden nadat het netwerk geconfigureerd is.
NEDERLANDS
54
MANUELE CONFIGURATIE VAN DE BASIS
De default-configuratie van de WES-ADI-basis is de volgende :
Groep 1 geconfigureerd als veiligheid van het type CoSt (zie de vorige paragraaf) die alleen actief is tijdens de sluiting;
Groep 2 geconfigureerd als beveiliging van het type Foto die ook tijdens de opening actief is;
Signalering van lege batterijen door knipperen van de servicelichten.
Wanneer het systeem ingeschakeld wordt zonder dat een netwerk geconfigureerd is, worden de radiokanalen gescand om het kanaal te
detecteren dat het meest geschikt (met de minste storing) voor de creatie van het netwerk is. Als niets ondernomen wordt, wordt het
netwerk op dit kanaal gecreëerd. Als alternatief is het mogelijk het radiokanaal als volgt handmatig te kiezen:
1. Neem de voedingsspanning naar de stuurcentrale weg
2. Verplaats brug J1 naar positie 2
3. Schakel de stuurcentrale in: het aantal keer dat de GELE led knippert, duidt op het geselecteerde radiokanaal.
De groene en rode led verstrekken een aanduiding over de kwaliteit van het geselecteerde kanaal:
- rode led: kanaal niet bruikbaar
- groene led: een keer knipperen gemiddelde kwaliteit
dubbel knipperen goede kwaliteit
drie keer knipperen beste kanaal
4. Bij iedere druk op de knop PROG wordt naar het volgende kanaal overgegaan. Laat de knop los als het gewenste kanaal bereikt is.
5. Neem de voedingsspanning naar de stuurcentrale weg
6. Verplaats brug J1 naar positie 1
LET OP: Het kanaal kan niet gewijzigd worden nadat het netwerk geconfigureerd is.
TOEKENNING VAN DE SENSOR AAN DE BASIS
Installeer de sensoren door de bij het product verstrekte instructies te volgen. Handel daarna als volgt:
Handel als volgt om een sensor aan groep 1 toe te kennen:
1. Druk 1 keer op de toets PROG van de basis: De led RODE knippert met een enkelvoudige sequentie
2. Houdt de toets SET van de sensor ingedrukt tot led L3 intens en regelmatig gaat knipperen. Laat vervolgens de toets los.
3. De basis verlaat automatisch de aanleermodaliteit en de sensor begint te zenden gedurende een periode van 15 seconden
Handel als volgt om een sensor aan groep 2 toe te kennen:
1. Druk 2 keer op de toets PROG van de basis: De led RODE knippert met een dubbele sequentie
2. Houdt de toets PROG van de sensor ingedrukt tot led L3 intens en regelmatig gaat knipperen. Laat vervolgens de toets los.
3. De basis verlaat automatisch de aanleermodaliteit en de sensor begint te zenden gedurende een periode van 15 seconden
Handel als volgt om een sensor aan beide groepen toe te kennen:
1. Druk 3 keer op de toets SET van de basis: De led RODE knippert met een drievoudige sequentie
2. Houdt de toets SET van de sensor ingedrukt tot led L3 intens en regelmatig gaat knipperen. Laat vervolgens de toets los.
3. De basis verlaat automatisch de aanleermodaliteit en de sensor begint te zenden gedurende een periode van 15 seconden
N.B.: De toekenning moet binnen 15 seconden voltooid worden anders verlaat de basis de aanleermodaliteit.
4. Sluit na afloop de houder van de sensor en breng opnieuw de schroeven aan.
5. Herhaal de handelingen voor de andere sensoren van het netwerk. Als alle sensoren geïnstalleerd en toegekend zijn, sluit dan ook
het deksel van de basis.
TEST
Om de correcte werking van het systeem te controleren, dient u na te gaan of de led op de sensor en de rode led op de basis gaan
branden wanneer een lijst of een fotocel geactiveerd worden.
RESET CONFIGURATIE VAN DE BASIS
Om de configuratie van een basis te wissen, is het noodzakelijk de PROG-toets van de basis ingedrukt te houden tot de rode led begint te
knipperen.
NEDERLANDS
55
LEDSIGNALERING OP DE BASIS
Status GROENE led RODE led GELE led Mogelijke handelingen
Operationeel
(gewone werking.
J1 in positie 1)
- Knippert langzaam als
het netwerk niet
geconfigureerd is
- Knippert één keer voor
iedere van een sensor
ontvangen uitzending.
Brandt permanent in
geval van alarm.
Knippert snel als de
batterij leeg is.
Uitgeschakeld. Druk kort op de toets PROG om
naar de configuratie van het
netwerk van groep 1 over te
gaan.
Druk lang op de toets PROG om
het netwerk te wissen.
Configuratie van het
netwerk
Knippert langzaam tot de
eerste sensor
ingeschakeld wordt,
knippert vervolgens nog
een keer bij ieder
ontvangen bericht.
Knippert.
1 keer knipperen =
groep 1
2 keer knipperen =
groep 2
3 keer knipperen =
beide groepen
Uitgeschakeld. Door op de toets PROG te
drukken, wordt achtereenvolgens
overgaan naar: groep 2, beide
groepen, verlaten procedure.
Na 15 seconden van inactiviteit
keert men terug naar de
werkmodaliteit.
Wissen van het
netwerk
Knippert langzaam. Knippert langzaam. Uitgeschakeld. Door op de toets PROG te
drukken keert men terug naar de
werkmodaliteit.
Na 5 seconden van inactiviteit
keert men terug naar de
werkmodaliteit.
TEST-modaliteit
(netwerk
geconfigureerd.
J1 in positie 2)
Brandt permanent. Brandt permanent in
geval van alarm.
Knippert snel als de
batterij leeg is.
Sequentie van 1 tot
16 keer knipperen om
aan te geven op welk
kanaal het netwerk
geconfigureerd is.
Programmering van
het kanaal (netwerk
niet geconfigureerd.
J1 in positie 2)
Knippert één, twee of
drie keer om de kwaliteit
van het kanaal aan te
duiden (kwaliteit boven
het gemiddelde).
Knippert één, twee of
drie keer om de
kwaliteit van het
kanaal aan te duiden
(kwaliteit onder het
gemiddelde).
Sequentie van 1 tot
16 keer knipperen,
die om de seconden
herhaald wordt, om
aan te geven op welk
kanaal de kwaliteit
weergegeven wordt.
Bij iedere druk op de toets PROG
worden de diverse radiokanalen
langsgelopen.
SIGNALERING LEGE BATTERIJ
Als de batterij van een sensor leeg is, deelt de WES-ADI-basis dit mee aan de stuurcentrale, die een signalering kan doen op grond van de
geprogrammeerde instellingen.
NEDERLANDS
56
PROCEDURE VOOR HET OPSPOREN VAN DEFECTEN
Zoek het defect op terwijl het systeem in de ruststatus staat (poort staat stil).
STEP Actie Verificatie Diagnose
1.
Open het deksel van de centrale en
kijk naar de rode led op de basis
WES-ADI
Knippert de RODE led?
Een sensor heeft een lege batterij. Zoek de sensor
op waarvan de led knippert
2. Brandt de RODE led permanent?
Communicatieproblemen tussen sensoren en
basis Zoek een sensor op waarvan de led
uitgeschakeld is of heel zwak knippert
3. Activeer de testmodaliteit Is de RODE uit?
Het WES-systeem werkt naar behoren dus het
defect bevindt zich in de stuurcentrale.
V
erricht de opportune controles.
4. Kijk naar de led van een sensor Brandt de led permanent?
D
e sensor detecteert dat de
veiligheidsvoorziening geactiveerd is: probleem
met de aansluiting of defecte
veiligheidsvoorziening
5. Activeer de lijst
Wordt de led op de sensor niet
ingeschakeld?
De sensor detecteert niet de status van de
veiligheidsvoorziening: probleem met de
aansluiting of defecte veiligheidsvoorziening
6.
Herhaal stappen 4, 5 en 6 voor
iedere sensor
Werken alle sensoren normaal?
Er is een niet bestaande sensor in het netwerk
opgenomen. Het netwerk moet gewist worden
en de toekenning van de sensoren moet herhaald
worden.
1/60