Pioneer DEH-P8100BT Handleiding

Type
Handleiding
Bedieningshandleiding
CD RDS-ONTVANGER
DEH-P8100BT
Nederlands
Nl
2
Hartelijk dank voor het aanschaffen van dit Pioneer-
product.
Lees deze handleiding voordat u het product in gebruik neemt. Bewaar deze hand-
leiding na het lezen op een veilige plaats zodat u hem indien nodig altijd bij de hand
hebt.
Vóór u begint
Gebruikersinformatie voor het ver zamelen en
verwijderen van oude producten en
batterijen 7
Informatie over dit toestel 7
Kenmerken 8
Gebruiksomgeving 8
Bezoek onze website 8
Bij problemen 8
Het toestel tegen diefstal beveiligen 9
Het voorpaneel verwijderen 9
Het voorpaneel bevestigen 9
De microprocessor resetten 9
Informatie over de demofuncties 10
Gebruik en onderhoud van de
afstandsbediening 10
De batterij plaatsen 10
De batterij verwijderen 10
Gebruik van de afstandsbediening 11
Wat is wat
Hoofdtoestel 12
Stuurafstandsbediening 13
Basisbediening
Stroom aan/uit 14
Het toestel inschakelen 14
Het toestel uitschakelen 14
Signaalbronnen selecteren 14
Het volume afstellen 14
Tuner
Basisbediening 15
Zenderfrequenties opslaan en oproepen 15
PTY-nooduitzendingen 16
Geavanceerde bediening 16
De sterkste zenders opslaan (BSM) 16
Op sterke signalen afstemmen 16
Alternatieve frequenties kiezen (AF) 17
PI-zoeken 17
Automatisch PI-zoeken voor
voorkeuzezenders 17
Alleen regionale zenders zoeken 17
Verkeersberichten ontvangen (TA) 18
PTY-functies 18
Een RDS-zender via PTY-informatie
zoeken 18
Onderbreking door
nieuwsberichten 19
Radiotekst 19
Radiotekst weergeven 19
Radiotekst opslaan en oproepen 20
PTY-lijst 20
Ingebouwde cd-speler
Basisbediening 22
De tekstinformatie van de disc
weergeven 23
Fragmenten uit de lijst met fragmenttitels
selecteren 23
Bestanden uit de lijst met bestandsnamen
selecteren 24
Geavanceerde bediening 24
Een herhaalbereik selecteren 25
Fragmenten in willekeurige volgorde
afspelen 25
Mappen en fragmenten scannen 25
Het afspelen onderbreken 25
De geavanceerde sound retriever 26
Disctitels invoeren 26
Songs op een USB-opslagapparaat
afspelen
Basisbediening 27
De tekstinformatie bij een audiobestand
weergeven 27
Bestanden uit de lijst met bestandsnamen
selecteren 27
Geavanceerde bediening 27
Functies en bediening 28
Nl
3
Inhoud
Muziek op de iPod afspelen
Basisbediening 29
Naar een song bladeren 29
Songs op categorie zoeken 29
Songs op letter zoeken 30
Tekstinformatie op de iPod weergeven 30
Geavanceerde bediening 30
Functies en bediening 30
Songs in willekeurige volgorde afspelen
(shuffle) 31
Alle songs in willekeurige volgorde afspelen
(shuffle all) 31
Songs afspelen die verwant zijn met de
huidige song 31
De iPod-functie van dit toestel via de iPod
bedienen 32
De weergavesnelheid van een audioboek
wijzigen 32
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-
technologie
Verbinding maken met een Bluetooth-
apparaat 33
Bluetooth-verbinding 33
Pairen uitvoeren vanaf een Bluetooth-
apparaat 34
Pairen uitvoeren vanaf dit toestel 34
Verbinding met een Bluetooth-apparaat
verbreken 35
Een gepaird Bluetooth-apparaat
verwijderen 35
Verbinding maken met een gepaird
Bluetooth-apparaat en een profiel
selecteren 36
Automatisch een verbinding maken
met een Bluetooth-apparaat 36
De systeemversie opvragen in geval van
reparatie 36
Het Bluetooth-apparaatadres
weergeven 37
De apparaatnaam wijzigen 37
De pincode invoeren voor Bluetooth
draadloze verbinding 37
Bluetooth-audio 38
Het toestel instellen voor Bluetooth-
audio 38
Basisbediening 38
Geavanceerde bediening 39
Muziek afspelen op een Bluetooth-
audiospeler 39
Het afspelen stoppen 39
Bluetooth-telefoon 39
Het toestel instellen voor handsfree
telefoneren 40
Een telefoongesprek voeren 40
Een telefoongesprek aannemen 41
De telefoonlijst 41
Een nummer uit het telefoonboek
bellen 42
Gekozen, gemiste en ontvangen
gesprekken 43
Geavanceerde bediening 43
Items naar het telefoonboek
overzetten 44
Automatisch beantwoorden
instellen 44
Het luistervolume van de
gesprekspartner afstellen 44
Het belsignaal in- of uitschakelen 44
Iemand opbellen door het
telefoonnummer in te voeren 45
De privémodus gebruiken 45
Het scherm voor inkomende
gesprekken selecteren 45
Spraakherkenning
Het toestel bedienen met
spraakherkenning 46
Opbellen met spraakherkenning 46
Opbellen vanuit het telefoonboek 47
Inhoud
Nl
4
Als u twijfelt over een handeling: 47
Stemopdrachten 48
Audio-instellingen
Audio-instellingen 49
De balansinstelling 49
De equalizer 50
Equalizercurven selecteren 50
Equalizercurven aanpassen 50
De 7-bands grafische equalizer
aanpassen 51
De loudness aanpassen 51
De subwooferuitgang 51
De subwooferinstellingen
aanpassen 52
De lage tonen versterken 52
Het high pass filter 52
Het bronniveau aanpassen 52
Automatische volumeaanpassing 53
Het volume van de spraakbegeleiding
afstellen 53
Begininstellingen
De begininstellingen aanpassen 54
De taal selecteren 54
De datum instellen 54
De klok instellen 55
Het uit-klokdisplay in- en uitschakelen 55
De FM-afstemstap instellen 55
Automatisch PI-zoeken in- of
uitschakelen 56
De waarschuwingstoon in- of
uitschakelen 56
De externe ingang in- of uitschakelen 56
Lijsttekst omzetten in spraak 56
De dimmer in- of uitschakelen 57
De helderheid aanpassen 57
De achteruitgang en de subwooferuitgang
instellen 57
De functiedemo inschakelen 58
De tegengestelde modus inschakelen 58
Ever Scroll inschakelen 59
De signaalbron BT Audio inschakelen 59
De Bluetooth-module resetten 59
De software voor Bluetooth bijwerken 60
Overige functies
De AUX-signaalbron 61
Informatie over AUX1 en AUX2 61
AUX1-signaalbron: 61
AUX2-signaalbron: 61
De signaalbron AUX selecteren 61
De AUX-titel instellen 61
Gebruik van een extern toestel 61
Een extern toestel als signaalbron
selecteren 61
Basisbediening 62
Geavanceerde bediening 62
De entertainment-displays 62
Melding voor nieuwe SMS-berichten 62
Verkrijgbare accessoires
Muziek op de iPod afspelen 63
Basisbediening 63
Tekstinformatie op de iPod
weergeven 63
Naar een song bladeren 63
Geavanceerde bediening 63
Songs in willekeurige volgorde afspelen
(shuffle) 64
Multi-cd-speler 64
Basisbediening 64
Functies voor cd-text 65
Geavanceerde bediening 65
Compressie en extra
basversterking 66
ITS-speellijsten 66
Functies voor disctitels 67
Dvd-speler 69
Basisbediening 69
Nl
5
Inhoud
Een disc selecteren 69
Een map selecteren 69
Geavanceerde bediening 69
Tv-tuner 71
Basisbediening 71
Zenders opslaan en oproepen 71
De sterkste zenders op volgorde
opslaan (BSSM) 72
Aanvullende informatie
Problemen verhelpen 73
Foutmeldingen 73
Richtlijnen voor het gebruik van discs en de
speler 75
Dual discs 76
Compatibiliteit met gecomprimeerde
audio 76
Omgang met het toestel en bijkomende
informatie 77
Gecomprimeerde audiobestanden op
disc 77
USB-audiospeler/USB-geheugen 77
Voorbeeld van een boomstructuur 78
De volgorde van audiobestanden op
discs 78
De volgorde van audiobestanden in het
USB-geheugen 78
Compatibiliteit met iPod 78
Bediening van de iPod 79
Informatie over iPod-instellingen 79
Bluetooth-profielen 79
Opmerking over copyright en
handelsmerken 79
Technische gegevens 81
Inhoud
Nl
6
Gebruikersinformatie voor
het verzamelen en
verwijderen van oude
producten en batterijen
(Symbool voor toestellen)
(Symbolen voor batterijen)
De symbolen op producten, verpakkingen
en/of bijbehorende documenten geven
aan dat de gebruikte elektronische pro-
ducten en batterijen niet met het gewone
huishoudelijk afval kunnen worden sa-
mengevoegd.
Er bestaat een speciaal wettelijk voorge-
schreven verzamelsysteem voor de juiste
behandling, het opnieuw bruikbaar maken
en de recyclage van gebruikte producten
en batterijen.
Door een correcte verzamelhandeling zorgt u
ervoor dat het verwijderde product en/of batte-
rij op de juiste wijze wordt behandeld, opnieuw
bruikbaar wordt gemaakt, wordt gerecycleerd
en het niet schadelijk is voor de gezondheid
en het milieu.
Voor verdere informatie betreffende de juiste
behandling, het opnieuw bruikbaar maken en
de recyclage van gebruikte producten en bat-
terijen kunt u contact opnemen met de plaat-
selijke overheid of een verkooppunt.
Deze symbolen zijn enkel geldig in de lan-
den van de Europese Unie.
Voor landen buiten de Europese Unie:
Indien u zich in een ander dan bovenge-
noemde landen bevindt kunt u contact opne-
men met de plaatselijke overheid voor meer
informatie over de juiste verwijdering van het
product.
Informatie over dit toestel
De frequenties waarop de tuner van dit toestel
kan worden afgestemd, zijn in gebruik in
West-Europa, Azië, het Midden-Oosten, Afrika
en Oceanië. In andere gebieden is de ont-
vangst wellicht slecht. De RDS-functie (radio-
datasysteem) werkt alleen in gebieden waar
de FM-zenders RDS-signalen uitzenden.
LET OP
! Zorg ervoor dat dit toestel niet met vloeistof in
aanraking komt. Een elektrische schok kan
daarvan het gevolg zijn. Bovendien kan con-
tact met vloeistoffen rookvorming, oververhit-
ting en andere schade aan het toestel
veroorzaken.
! KLASSE 1 LASERPRODUCT
Dit product bevat een laserdiode van een ho-
gere klasse dan 1. Uit veiligheidsoverwegin-
gen mag u de behuizing niet verwijderen en
niet proberen toegang te krijgen tot de binnen-
zijde van het toestel. Laat alle onderhouds-
werkzaamheden over aan gekwalificeerd
personeel.
! De Pioneer CarStereo-Pass wordt alleen in
Duitsland gebruikt.
! Houd deze handleiding bij de hand zodat u de
bedieningsprocedures en de te nemen voor-
zorgsmaatregelen kunt opzoeken.
! Houd het volume altijd laag genoeg om de ge-
luiden van buiten het voertuig te kunnen blij-
ven horen.
! Bescherm dit toestel tegen vocht.
Vóór u begint
Nl
7
Hoofdstuk
01
Vóór u begint
! Als de accu losgekoppeld wordt of leeg raakt,
wordt het voorkeuzegeheugen gewist en zult u
het toestel opnieuw moeten
programmeren.
Kenmerken
Dit toestel biedt ondersteuning voor een groot
aantal verschillende bestandsindelingen en
opslagmedia en -apparaten.
Compatibele bestandsindelingen
! WMA
! MP3
! AAC
! WAV
Raadpleeg Compatibiliteit met gecompri-
meerde audio op bladzijde 76 voor meer infor-
matie over compatibiliteit.
Compatibele opslagmedia en -
apparaten
! Cd/cd-r/cd-rw-discs
! Draagbare USB-audiospeler/USB-geheu-
gen
Informeer bij de fabrikant naar de compatibili-
teit van uw draagbare USB-audiospeler/USB-
geheugen.
Raadpleeg Technische gegevens op bladzijde
81 voor meer informatie over ondersteunde ap-
paraten.
Compatibiliteit met iPod
Met dit toestel kunt u een iPod bedienen en
songs op een iPod afspelen.
In deze handleiding verwijst iPod naar de
iPod en iPhone.
Raadpleeg Compatibiliteit met iPod op blad-
zijde 78 voor meer informatie over onder-
steunde iPods.
Handsfree telefoneren
Dit toestel is uitgerust met Bluetooth draad-
loze technologie voor probleemloos handsfree
bellen.
Compatibiliteit met Bluetooth-
audiospelers
Als u dit toestel gebruikt met een Bluetooth
audiospeler met Bluetooth draadloze techno-
logie, kunt u de Bluetooth audiospeler bedie-
nen.
LET OP
! Pioneer is niet verantwoordelijk voor eventueel
verlies van gegevens in het USB-geheugen of
de draagbare USB-audiospeler, zelfs niet als
dat gebeurt tijdens gebruik van dit toestel.
! Pioneer is niet verantwoordelijk voor verlies
van gegevens op de iPod, ook niet tijdens ge-
bruik van dit toestel.
Gebruiksomgeving
Dit toestel moet binnen de onderstaande tem-
peratuurbereiken worden gebruikt.
Bereik gebruikstemperatuur: -10 °C tot +60 °C
(14 °F tot 140 °F)
EN300328 ETC-testtemperatuur: -20 °C en +55
°C (-4 °F en 131 °F)
Bezoek onze website
Hier vindt u onze site:
http://www.pioneer.nl
! Registreer uw product. Wij bewaren de ge-
gevens van het product dat u hebt aange-
schaft zodat u deze eenvoudig kunt
opvragen als u die nodig mocht hebben
voor de verzekering, bijvoorbeeld na verlies
of diefstal.
! Op onze website vindt u de laatste informa-
tie over Pioneer Corporation.
Bij problemen
Als dit toestel niet naar behoren functioneert,
kunt u uw leverancier of het dichtstbijzijnde er-
kende Pioneer-servicecentrum raadplegen.
Vóór u begint
Nl
8
Hoofdstuk
01
Het toestel tegen diefstal
beveiligen
Het voorpaneel kan worden verwijderd om
diefstal te ontmoedigen.
! Als het voorpaneel niet binnen vijf secon-
den na het uitschakelen van het contact
van het hoofdtoestel wordt verwijderd,
klinkt er een waarschuwingstoon.
! U kunt de waarschuwingstoon uitschake-
len. Raadpleeg De waarschuwingstoon in-
of uitschakelen op bladzijde 56.
Belangrijk
! Wees voorzichtig bij het verwijderen en terug-
plaatsen van het voorpaneel.
! Stel het voorpaneel niet aan grote schokken
bloot.
! Stel het voorpaneel niet bloot aan direct zon-
licht en hoge temperaturen.
Het voorpaneel verwijderen
1 Druk op om het voorpaneel te ope-
nen.
2 Pak de linkerkant van het voorpaneel
vast en trek het voorzichtig naar buiten.
Pak het voorpaneel niet te stevig vast, laat het
niet vallen en bescherm het tegen water en an-
dere vloeistoffen om permanente schade te
voorkomen.
3 Doe het voorpaneel in het meegele-
verde beschermende foedraal om het veilig
te bewaren.
Het voorpaneel bevestigen
% Plaats het voorpaneel terug door het
rechtop tegen het apparaat te houden en
het voorzichtig in de bevestigingshaken te
klemmen.
De microprocessor resetten
De microprocessor moet in de volgende geval-
len worden gereset:
! Als u dit toestel voor de eerste keer gebruikt
nadat u het hebt geïnstalleerd
! Als het toestel niet naar behoren werkt
! Als er vreemde of onjuiste berichten op het
scherm verschijnen
1 Verwijder het voorpaneel.
Raadpleeg Het voorpaneel verwijderen op deze
bladzijde.
2 Druk met een pen of een ander puntig
voorwerp op RESET.
RESET-toets
Vóór u begint
Nl
9
Hoofdstuk
01
Vóór u begint
Informatie over de
demofuncties
Dit toestel beschikt over twee demonstratie-
functies: de tegengestelde modus en de func-
tiedemo.
Belangrijk
De rode draad (ACC) van dit toestel moet worden
aangesloten op een aansluiting die is gekoppeld
aan de aan/uit-stand van het contactslot. Anders
loopt u het risico dat de accu leeg raakt.
Tegengestelde modus
Als het toestel ongeveer 30 seconden lang niet
wordt bediend, wordt de tekst op het display
tegengesteld weergegeven. De weergave wij-
zigt vervolgens om de 10 seconden. Als u op
de toets BAND/ESC/CANCEL drukt terwijl het
toestel is uitgeschakeld en het contactslot in
de accessoirestand (ACC) of aan (ON) staat,
wordt de tegengestelde modus opgeheven.
Druk nogmaals op de toets
BAND/ESC/CANCEL om de tegengestelde
modus in te schakelen.
Functiedemo
De functiedemo start automatisch als dit toe-
stel is uitgeschakeld terwijl het contactslot in
de accessoirestand (ACC) staat of aan staat.
Druk terwijl de functiedemo wordt afgespeeld
op DISP/SCRL om deze te stoppen. Druk nog-
maals op DISP/SCRL om de functiedemo op-
nieuw te starten. Let op: de accu kan
leeglopen als de functiedemo geactiveerd blijft
terwijl de motor uit staat.
Gebruik en onderhoud van
de afstandsbediening
De batterij plaatsen
Verwijder de schuif op de achterzijde van de
afstandsbediening en plaats de batterij met de
pluspool (+) en de minpool () in de juiste
richting.
! Als u de afstandsbediening voor de eerste
keer gebruikt, moet u eerst het plastic uit
de schuif trekken.
WAARSCHUWING
! Houd de batterij buiten bereik van kinderen.
Roep onmiddellijk de hulp van een arts in als
de batterij per ongeluk wordt ingeslikt.
! Batterijen (zowel in de verpakking als in het
apparaat geplaatst) mogen niet worden bloot-
gesteld aan hittebronnen zoals zonlicht, vuur
en andere.
De batterij verwijderen
LET OP
! Gebruik één CR2032 (3 V) lithiumbatterij.
! Verwijder de batterij als de afstandsbediening
een maand of langer niet wordt gebruikt.
! Als de batterij onjuist wordt vervangen, be-
staat er kans op explosie. Vervang de batterij
alleen door een identieke of gelijkwaardige
batterij.
! Raak de batterij niet aan met metalen gereed-
schap.
! Bewaar de batterij niet bij metalen voorwer-
pen.
Vóór u begint
Nl
10
Hoofdstuk
01
! Als de batterij lekt, moet u de afstandsbedie-
ning grondig schoonvegen en een nieuwe bat-
terij plaatsen.
! Gooi gebruikte batterijen altijd weg overeen-
komstig de wettelijke bepalingen of milieure-
gels die in uw land of regio van kracht zijn.
Gebruik van de afstandsbediening
De afstandsbediening kan minder goed wer-
ken in direct zonlicht.
Belangrijk
! Bewaar de afstandsbediening niet op plaatsen
met hoge temperaturen of in direct zonlicht.
! Laat de afstandsbediening niet op de grond
vallen, omdat deze dan onder het rem- of gas-
pedaal terecht kan komen.
! Schakel het toestel onmiddellijk uit als een
van onderstaande problemen zich voordoet,
en neem contact op met uw leverancier.
Er komt rook uit het toestel.
Er komt een vreemde geur uit het toestel.
Er is een vreemd voorwerp in het toestel
gedrongen.
Er is vloeistof op of in het toestel gemorst.
Als u dit toestel toch blijft gebruiken onder
deze omstandigheden, kunt u het ernstig be-
schadigen, met een ongeval of brand als ge-
volg.
! Demonteer het toestel niet en breng geen aan-
passingen aan. Dat kan storingen veroorza-
ken.
! Bedien dit toestel niet terwijl u het voertuig be-
stuurt, dit om ongevallen te vermijden.
! Als u dit toestel toch moet bedienen tijdens
het rijden, blijf dan goed op de weg letten om
te voorkomen dat u bij een ongeval betrokken
raakt.
! Laat de afstandsbediening niet los (onbeves-
tigd) in het voertuig liggen. Het kan dan op de
grond vallen als u remt of een bocht maakt.
Als het onder het rempedaal terechtkomt, kan
het de rem blokkeren, wat een ernstig veilig-
heidsrisico vormt. Bevestig de afstandsbedie-
ning daarom aan het stuur.
Vóór u begint
Nl
11
Hoofdstuk
01
Vóór u begint
Hoofdtoestel
1 SRC/OFF-toets
Druk op deze toets om alle signaalbronnen
af te gaan. Houd deze toets ingedrukt om
het toestel uit te schakelen.
2
/iPod-toets
Druk op deze toets om de willekeurige weer-
gave in of uit te schakelen als u cd of USB
als signaalbron gebruikt.
Druk op deze toets om de volgorde van frag-
menten willekeurig te bepalen (shuffle) als
u een iPod gebruikt.
Houd deze toets ingedrukt om de bedie-
ningsmodus te wijzigen als u een iPod ge-
bruikt.
Als u de iPod met een interfaceadapter ge-
bruikt (CD-IB100N), drukt u op deze toets om
de shuffle-functie te wijzigen.
3 VOICE/
-toets
Druk op deze toets om spraakherkenning
voor een telefoongesprek in te schakelen.
4
/LIST-toets
Druk op deze toets om de fragmenttitellijst,
mappenlijst, bestandenlijst of lijst met voor-
keuzezenders weer te geven, naargelang de
gekozen signaalbron.
Houd deze toets ingedrukt om over te scha-
kelen naar de gekoppelde weergavemodus
als u een iPod gebruikt.
Raadpleeg Songs afspelen die verwant zijn
met de huidige song op bladzijde 31 voor
meer informatie.
5 PHONE/
/BT MENU-toets
Druk op deze toets om het telefoonboek
weer te geven. Druk op deze toets om een
gesprek te beëindigen, een inkomend ge-
sprek te weigeren of een nieuw gesprek te
annuleren als u de telefoon gebruikt.
Houd deze toets ingedrukt om TEL als sig-
naalbron te selecteren.
6
-indicator
Licht op wanneer een mobiele telefoon is
aangesloten via Bluetooth draadloze tech-
nologie.
! Knippert als tijdens handsfree telefone-
ren een andere bron dan TEL is geselec-
teerd.
7
-toets
Druk op deze toets om het voorpaneel te
openen.
8
-indicator
Licht op wanneer een Bluetooth-audiospeler
is aangesloten via Bluetooth draadloze tech-
nologie.
9 MUTE/HOLD-toets
Druk op deze toets om het geluid uit te
schakelen. Druk er nogmaals op om het ge-
luid weer in te schakelen.
Druk op deze toets om een gesprek in de
wachtstand te plaatsen wanneer u aan het
telefoneren bent.
Wat is wat
Nl
12
Hoofdstuk
02
a MULTI-CONTROL
Gebruik deze knop voor handmatig afstem-
men, vooruit- en achteruitspoelen, en om
naar fragmenten te zoeken. U gebruikt deze
knop ook om functies te bedienen.
Draai aan deze knop om het volume te ver-
hogen of te verlagen.
! Tijdens handsfree bellen kunt u
Far end Volume inschakelen. U kunt
overschakelen tussen Far end Volume
en SCO Private Mode in FUNCTION
door op MULTI-CONTROL te drukken.
b DISP/SCRL-toets
Druk op deze toets om een ander display te
selecteren.
Houd deze toets ingedrukt om tekstinforma-
tie over het display te laten schuiven.
c S.Rtrv-toets
Druk op deze toets om de instellingen van
de geavanceerde sound retriever te wijzigen.
d TA/NEWS-toets
Druk op deze toets om de TA-functie in of uit
te schakelen. Houd deze toets ingedrukt om
de News-functie in of uit te schakelen.
e BAND/ESC/CANCEL-toets
Druk op deze toets om een van de drie FM-
frequentiebanden of de MW/LW-frequentie-
band te selecteren.
Druk op deze toets om van een menu naar
het gewone display terug te keren.
Druk op deze toets om spraakherkenning uit
te schakelen.
Stuurafstandsbediening
De bediening van de toetsen op de afstands-
bediening komt overeen met de bediening van
de toetsen op het hoofdtoestel.
f PHONE-toets
Druk op deze toets om het telefoonboek
weer te geven. Druk op deze toets om een
gesprek te beëindigen, een inkomend ge-
sprek te weigeren of een nieuw gesprek te
annuleren als u de telefoon gebruikt.
Houd deze toets ingedrukt om TEL als sig-
naalbron te selecteren.
g
/CANCEL-toets
Druk op deze toets om een telefoongesprek
te beëindigen of een inkomend gesprek te
weigeren als u de telefoon gebruikt.
Druk op deze toets om spraakherkenning uit
te schakelen.
h a/b/c/d-toetsen
Druk op deze toetsen om handmatig af te
stemmen, vooruit en achteruit te spoelen,
en om naar fragmenten te zoeken. U kunt
deze toetsen ook gebruiken om functies te
bedienen.
i
/START-toets
Druk op deze toets om een telefoongesprek
te beginnen als de telefoon als signaalbron
is gekozen.
Druk op deze toets om spraakherkenning
voor een telefoongesprek in te schakelen.
j VOLUME-toetsen
Druk op deze toetsen om het volume te ver-
hogen of te verlagen.
Wat is wat
Nl
13
Hoofdstuk
02
Wat is wat
Stroom aan/uit
Het toestel inschakelen
% Druk op SRC/OFF om het toestel in te
schakelen.
Het toestel uitschakelen
% Houd SRC/OFF ingedrukt tot het toestel
uit gaat.
Signaalbronnen selecteren
U kunt de signaalbron selecteren waarnaar u
wilt luisteren. Om naar de ingebouwde cd-spe-
ler over te schakelen, hoeft u alleen een disc
in het toestel te plaatsen. Raadpleeg bladzijde
22.
% Druk meerdere keren op SRC/OFF om te
schakelen tussen de volgende signaalbron-
nen.
Tuner (tuner)TV (televisie)DVD (dvd-spe-
ler/multi-dvd-speler)CD (ingebouwde cd-
speler) Multi CD (multi-cd-speler)iPod
(iPod verbonden met interface-adapter)
USB1 (USB-opslagapparaat 1)/iPod1 (iPod
verbonden via USB-ingang 1)USB2 (USB-
opslagapparaat 2)/iPod2 (iPod verbonden via
USB-ingang 2)External1 (extern toestel 1)
External2 (extern toestel 2)AUX1 (extern
brontoestel 1)AUX2 (extern brontoestel 2)
BT Audio (Bluetooth-audio)
Opmerkingen
! In de volgende gevallen wordt er niet naar een
andere geluidsbron overgeschakeld.
Als er geen toestel is aangesloten dat over-
eenkomt met de geselecteerde signaal-
bron.
Als er geen disc of magazijn in de speler is
geplaatst.
Als de iPod niet via de interfaceadapter is
aangesloten op dit toestel.
Als AUX (externe ingang) is uitgeschakeld
(zie bladzijde 56).
Als BT Audio is uitgeschakeld (raadpleeg
De signaalbron BT Audio inschakelen op
bladzijde 59).
Als er geen USB-opslagapparaat of iPod
op de USB-poort van dit toestel is aange-
sloten, wordt NO DEVICE weergegeven.
! USB1/iPod1 en USB2/iPod2 functioneren
identiek. De aangesloten bron is wel verschil-
lend.
! AUX1 is standaard ingeschakeld. Schakel
AUX1 uit als u deze ingang niet gebruikt (zie
De externe ingang in- of uitschakelen op blad-
zijde 56).
! Er kan ruis optreden als u een draagbare au-
diospeler oplaadt met de gelijkstroombron
van het voertuig terwijl het op de AUX-ingang
is aangesloten. Stop in dat geval het opladen.
! Met een extern toestel wordt een Pioneer-pro-
duct bedoeld (bijvoorbeeld een toekomstig
verkrijgbaar product) dat niet als bron ge-
bruikt kan worden maar waarvan u de basis-
functies met dit toestel kunt bedienen. Met dit
toestel kunnen twee externe toestellen worden
bediend. Als er twee externe toestellen op dit
toestel zijn aangesloten, worden deze automa-
tisch toegewezen als extern toestel 1 of extern
toestel 2.
! Als de blauw-witte draad van dit toestel is aan-
gesloten op de bedieningsaansluiting van de
automatische antenne van het voertuig,
schuift de antenne uit wanneer er een signaal-
bron van dit toestel wordt ingeschakeld. Als
de signaalbron wordt uitgeschakeld, wordt de
antenne weer ingeschoven.
Het volume afstellen
% Draai aan MULTI-CONTROL om de ge-
luidssterkte te regelen.
Basisbediening
Nl
14
Hoofdstuk
03
Basisbediening
RDS
6
6
6
1
1
1
1
2
2
2
2
3
3
3
3
7
7
7
4
4
4
5
5
5
8
8
8
1 Frequentiebandindicator
2 5-indicator (stereo)
Licht op als op de gekozen frequentie in stereo
wordt uitgezonden.
3 Voorkeuzenummerindicator
4 TP-indicator (
)
Licht op als er is afgestemd op een zender die
verkeersinformatie uitzendt (TP-zender).
5 Nieuws-indicator (
)
Licht op wanneer het gekozen nieuwspro-
gramma wordt ontvangen.
6 Programmaservicenaam
7 PTY-labelindicator
8 TEXT-indicator
Geeft aan dat er radiotekst wordt ontvangen.
Zonder RDS, of MW/LW
5
5
5
1
1
1
1
2
2
2
2
4
4
4
4
3
3
3
1 Frequentiebandindicator
2 5-indicator (stereo)
Licht op als op de gekozen frequentie in stereo
wordt uitgezonden.
3 LOC-indicator
Licht op als automatisch afstemmen op lokale
zenders is ingeschakeld.
4 Voorkeuzenummerindicator
5 Frequentie-indicator
% Een frequentieband selecteren
Druk op BAND/ESC/CANCEL.
# U kunt kiezen uit de frequentiebanden FM1,
FM2, FM3 en MW/LW.
% Handmatig afstemmen (stap voor stap)
Duw MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts.
% Automatisch afstemmen
Houd MULTI-CONTROL even naar links of
naar rechts ingedrukt en laat deze weer los.
# U kunt het automatisch afstemmen annuleren
door MULTI-CONTROL naar links of naar rechts
te duwen.
# Als u MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts duwt en vasthoudt, kunt u zenders over-
slaan. Het automatisch afstemmen begint zodra
u MULTI-CONTROL loslaat.
Opmerkingen
! U kunt de AF-functie van dit toestel (zoeken
naar alternatieve frequenties) in- en uitschake-
len. Bij normaal afstemmen moet de AF-func-
tie uit staan (raadpleeg bladzijde 17).
! Sommige zenders leveren geen RDS-diensten.
! RDS-functies zoals AF en TA werken alleen
wanneer is afgestemd op een RDS-zender.
Zenderfrequenties opslaan
en oproepen
U kunt eenvoudig zes zenderfrequenties op-
slaan zodat u deze later weer snel kunt oproe-
pen.
! Voor iedere frequentieband kunnen er zes
zenders in het geheugen worden opgesla-
gen.
1 Druk op
/LIST.
Het scherm met voorkeuzezenders wordt weer-
gegeven.
Tuner
Nl
15
Hoofdstuk
04
Tuner
2 Gebruik MULTI-CONTROL om de gese-
lecteerde frequentie in het geheugen op te
slaan.
Draai aan de knop om een ander voorkeuze-
nummer te selecteren. Houd de knop inge-
drukt om de frequentie op te slaan.
3 Gebruik MULTI-CONTROL om de ge-
wenste zender te selecteren.
Draai aan de knop om een andere zender te
kiezen. Druk op de knop om deze te selecte-
ren.
# Opgeslagen FM-zenders kunnen vanaf elke
FM-band worden opgeroepen.
# U kunt ook een andere zender zoeken door
MULTI-CONTROL omhoog of omlaag te duwen.
# Druk op BAND/ESC/CANCEL of
/LIST om
terug te keren naar het normale display.
# Als de lijst niet binnen ongeveer 30 seconden
wordt gebruikt, keert het display automatisch
terug naar het normale display.
PTY-nooduitzendingen
Als de PTY-code voor noodgevallen wordt uit-
gezonden, wordt deze automatisch door dit
toestel ontvangen (Alarm verschijnt). Als de
uitzending is beëindigd, schakelt het toestel
terug naar de oorspronkelijke signaalbron.
! U kunt een noodbericht annuleren door op
TA/NEWS te drukken.
! U kunt een noodbericht ook annuleren
door op SRC/OFF, BAND/ESC/CANCEL of
MULTI-CONTROL te drukken.
Geavanceerde bediening
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie FUNCTION.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
Het functiemenu wordt weergegeven.
3 Draai aan MULTI-CONTROL om de func-
tie te selecteren.
BSM (geheugen voor de beste zenders)
Regional (regionale zenders)Local (automa-
tisch afstemmen op lokale zenders)
PTY search (programmatypekeuze)
Traffic Announce (stand-by voor verkeersbe-
richten)Alternative FREQ (zoeken naar al-
ternatieve frequenties)News interrupt
(onderbreking door nieuwsberichten)
Opmerkingen
! Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het gewone display.
! Als de MW/LW-band is geselecteerd, kunt u al-
leen kiezen uit BSM of Local.
De sterkste zenders
opslaan (BSM)
Met de functie BSM (Best Stations Memory,
geheugen voor de beste zenders) kunt u auto-
matisch de zes sterkste zenders in het geheu-
gen opslaan.
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op deze
bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu BSM.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de functie
BSM in te schakelen.
De zes sterkste zenders worden opgeslagen in
volgorde van signaalsterkte.
# Om te annuleren drukt u nogmaals op
MULTI-CONTROL.
Op sterke signalen afstemmen
Als u de functie Automatisch afstemmen op
lokale zenders gebruikt, stemt het toestel al-
leen af op zenders waarvan het signaal vol-
doende sterk is voor een goede ontvangst.
Tuner
Nl
16
Hoofdstuk
04
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op de vo-
rige bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu Local.
3 Druk op MULTI-CONTROL om automa-
tisch afstemmen op lokale zenders in te
schakelen.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om de
functie Automatisch afstemmen op lokale zen-
ders uit te schakelen.
4 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts om de gevoeligheid in te stel-
len.
FM: Level 1Level 2Level 3Level 4
MW/LW: Level 1Level 2
Een hoger nummer betekent een hoger ni-
veau. Als u het hoogste niveau selecteert,
wordt alleen afgestemd op de sterkste zen-
ders. Bij lagere niveaus wordt ook afgestemd
op zwakkere zenders.
Alternatieve frequenties
kiezen (AF)
Als deze functie is ingeschakeld, zoekt de
tuner automatisch naar een andere zender in
hetzelfde netwerk wanneer de ontvangst niet
goed is.
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op de vo-
rige bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu Alternative FREQ.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de functie
AF in te schakelen.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om deze
functie uit te schakelen.
Opmerkingen
! Als de functie AF is ingeschakeld, wordt bij
automatisch afstemmen of gebruik van de
functie BSM alleen afgestemd op RDS-zen-
ders.
! Als u een voorkeuzezender oproept, kan de
tuner hieraan een nieuwe frequentie toewijzen
uit de AF-lijst van de zender. Als de RDS-gege-
vens van de ontvangen zender verschillen van
de oorspronkelijk ingestelde voorkeuzezender,
wordt op het display geen voorkeuzenummer
weergegeven.
! Tijdens zoeken met de AF-functie kan het ge-
luid tijdelijk worden onderbroken.
! De AF-functie kan voor elke FM-frequentie-
band afzonderlijk worden in- of uitgeschakeld.
PI-zoeken
Als de tuner geen geschikte zender kan vinden
of als de ontvangst verslechtert, gaat het toe-
stel automatisch op zoek naar een andere zen-
der van hetzelfde programmatype. Tijdens het
zoeken wordt PI seek weergegeven en wordt
het volume gedempt.
Automatisch PI-zoeken voor
voorkeuzezenders
Als deze functie is ingeschakeld en een voor-
keuzezender niet kan worden ontvangen, pro-
beert het toestel automatisch door PI-zoeken
een vervangende zender te vinden.
! De automatische PI-zoekfunctie is stan-
daard uitgeschakeld. Raadpleeg Automa-
tisch PI-zoeken in- of uitschakelen op
bladzijde 56.
Alleen regionale zenders zoeken
Als de functie AF is ingeschakeld, kan de Re-
gionale functie gebruikt worden om het zoe-
ken tot regionale programma s te beperken.
Tuner
Nl
17
Hoofdstuk
04
Tuner
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op blad-
zijde 16.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu Regional.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de regio-
nale functie in te schakelen.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om deze
functie uit te schakelen.
Opmerkingen
! Regionale programmering en regionale net-
werken kunnen per land verschillend georga-
niseerd zijn. (Ze kunnen bijvoorbeeld
verschillen afhankelijk van de tijd, het land of
het ontvangstgebied.)
! Het voorkeuzenummer kan van het display
verdwijnen als de tuner op een regionale zen-
der afstemt die afwijkt van de zender die oor-
spronkelijk was gekozen.
! De regionale functie kan voor elke FM-fre-
quentieband afzonderlijk worden in- of uitge-
schakeld.
Verkeersberichten
ontvangen (TA)
De functie TA (stand-by voor verkeersberich-
ten) zorgt ervoor dat verkeersberichten auto-
matisch worden doorgegeven, ongeacht de
signaalbron waarnaar u luistert. De functie TA
kan gebruik maken van zowel TP-zenders (een
zender die verkeersberichten uitzendt) als uit-
gebreide TP-zenders van een ander netwerk
(een zender met informatie die ver wijst naar
andere TP-zenders).
1 Stem af op een TP-zender of een uitge-
breide TP-zender van een ander netwerk.
De TP-indicator (
) gaat branden.
2 Druk op TA/NEWS om de functie Stand-
by voor verkeersberichten in te schakelen.
# Druk nogmaals op TA/NEWS om deze functie
uit te schakelen.
3 Wanneer een verkeersbericht wordt
uitgezonden, kunt u het volume ervan re-
gelen met MULTI-CONTROL.
Het ingestelde volume wordt in het geheugen
opgeslagen en opnieuw gebruikt voor vol-
gende verkeersberichten.
4 Als u een binnenkomend verkeersbe-
richt wilt annuleren, druk u op TA/NEWS.
De tuner keert terug naar de oorspronkelijke
signaalbron en blijft in de stand-bymodus tot-
dat u nogmaals op TA/NEWS drukt.
Opmerkingen
! U kunt deze functie ook in- en uitschakelen
via het menu dat verschijnt als u
MULTI-CONTROL gebruikt.
! Wanneer het verkeersbericht is afgelopen,
keert het systeem terug naar de oorspronkelij-
ke signaalbron.
! Als de functie TA is ingeschakeld, wordt er bij
automatisch afstemmen en gebruik van de
functie BSM alleen afgestemd op TP-zenders
en uitgebreide TP-zenders van een ander net-
werk.
PTY-functies
U kunt PTY-informatie (programmatype-infor-
matie) gebruiken om op een zender af te stem-
men.
Een RDS-zender via PTY-
informatie zoeken
U kunt naar bepaalde soorten uitzendingen
zoeken, zoals de uitzendingen die in het vol-
gende gedeelte worden genoemd. Raadpleeg
bladzijde 20.
Tuner
Nl
18
Hoofdstuk
04
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op blad-
zijde 16.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu PTY search.
3 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts om een programmatype te se-
lecteren.
News&InfPopularClassicsOthers
4 Druk op MULTI-CONTROL om het zoe-
ken te beginnen.
Het toestel begint te zoeken naar een zender
die het geselecteerde programmatype uit-
zendt. Als er een zender is gevonden, wordt de
programmaservicenaam weergegeven.
De PTY-lijst met ID-codes en programmatypen
vindt u in het volgende gedeelte. Raadpleeg de
volgende bladzijde.
# Druk opnieuw op MULTI-CONTROL om het
zoeken te annuleren.
# Het programma van een zender kan soms af-
wijken van de informatie die door de PTY-code
wordt aangegeven.
# Als er geen zender gevonden wordt die een
programma van het gewenste type uitzendt,
wordt ongeveer twee seconden Not found op het
display getoond en keert de tuner terug naar de
oorspronkelijke zender.
Onderbreking door
nieuwsberichten
Als er een nieuwsprogramma wordt uitgezon-
den door een nieuwszender met PTY-code, kan
het toestel automatisch overschakelen naar
de nieuwszender. Als het nieuwsprogramma is
afgelopen, schakelt het toestel terug naar het
oorspronkelijke programma.
% Houd TA/NEWS ingedrukt om de onder-
breking door nieuwsberichten in te schake-
len.
Druk op TA/NEWS tot NEWS ON op het dis-
play verschijnt.
# Om de functie Onderbreking door nieuwsbe-
richten uit te schakelen, houdt u TA/NEWS inge-
drukt tot OFF op het display verschijnt.
# U kunt een nieuwsbericht annuleren door op
TA/NEWS te drukken.
Opmerking
U kunt nieuwsberichten ook in- of uitschakelen
via het menu dat verschijnt als u
MULTI-CONTROL gebruikt.
Radiotekst
De tuner kan op het display radiotekst weerge-
ven die door RDS-zenders wordt uitgezonden,
zoals zendergegevens, de titel van het uitge-
zonden muziekfragment en de naam van de
artiest.
! De tuner slaat automatisch de drie laatst
ontvangen radiotekstuitzendingen in het
geheugen op. Hierbij wordt telkens de
oudste tekst door de nieuwste tekst vervan-
gen.
Radiotekst weergeven
U kunt het huidige radiotekstbericht en de drie
meest recente berichten op het display laten
weergeven.
1 Houd DISP/SCRL ingedrukt om de radi-
otekst op het display te laten weergeven.
De radiotekst van de huidige zender wordt
weergegeven.
# U kunt de weergave van radiotekst uitschake-
len door op DISP/SCRL of BAND/ESC/CANCEL te
drukken.
# Wanneer er geen radiotekst wordt ontvangen,
verschijnt NO TEXT op het display.
2 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts om de drie meest recente radio-
tekstberichten op te roepen.
Als u MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts duwt, kunt u schakelen tussen de huidi-
ge en de drie voorgaande radiotekstberichten.
Tuner
Nl
19
Hoofdstuk
04
Tuner
# Als er geen radiotekstgegevens in het geheu-
gen zijn opgeslagen, verandert het display niet.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om te bladeren.
Duw MULTI-CONTROL omhoog om naar het
begin te gaan. Duw MULTI-CONTROL omlaag
om door de radiotekstgegevens te bladeren.
Radiotekst opslaan en oproepen
U kunt maximaal zes radiotekstberichten op-
slaan.
1 Geef op het display het radiotekstbe-
richt weer dat u in het geheugen wilt op-
slaan.
Raadpleeg Radiotekst weergeven op de vorige
bladzijde.
2 Druk op
/LIST.
Het scherm met voorkeuzezenders wordt weer-
gegeven.
3 Sla het geselecteerde radiotekstbericht
in het geheugen op met MULTI-CONTROL.
Draai aan de knop om een ander voorkeuze-
nummer te selecteren. Houd de knop inge-
drukt om de frequentie op te slaan.
4 Selecteer de gewenste radiotekst met
MULTI-CONTROL.
Draai aan de knop om een ander radiotekstbe-
richt te kiezen. Druk op de knop om de selectie
te bevestigen.
# U kunt andere radiotekstberichten ook zoeken
door MULTI-CONTROL omhoog of omlaag te
duwen.
# Druk op BAND/ESC/CANCEL of LIST/
om
terug te keren naar het normale display.
PTY-lijst
Algemeen Specifiek Programmatype
News&Inf News Nieuws
Affairs Actualiteiten
Info Algemene informatie en
adviezen
Sport Sport
Weather Weerberichten, meteoro-
logische informatie
Finance Beursberichten, handel,
zakelijk nieuws enz.
Popular Pop Mus Populaire muziek
Rock Mus Eigentijdse moderne mu-
ziek
Easy Mus Easy listening-muziek
Oth Mus Overige muziek
Jazz Jazz
Country Countrymuziek
Nat Mus Nationale muziek
Oldies Gouwe Ouwe
Folk mus Folkmuziek
Classics L. Class Lichte klassieke muziek
Classic Klassieke muziek
Tuner
Nl
20
Hoofdstuk
04
Others Educate Educatieve programmas
Drama Hoorspelen en series
Culture Nationale of regionale
cultuur
Science Natuur, wetenschap en
techniek
Varied Licht amusement
Children Kinderprogrammas
Social Praatprogrammas
Religion Religieuze onderwerpen
of diensten
Phone In Inbelprogrammas
Touring Reisprogramma s; niet
voor verkeersberichten
Leisure Hobbys en recreatie
Document Documentaires
Tuner
Nl
21
Hoofdstuk
04
Tuner
Basisbediening
4
4
4
1
1
1
1
2
2
2
3
3
3
5
5
5
1 WMA/MP3/AAC/WAV-indicator
Toont tijdens het afspelen van gecompri-
meerde audio het type audiobestand dat mo-
menteel wordt afgespeeld.
2 Mapnummerindicator
Toont tijdens het afspelen van gecompri-
meerde audio het mapnummer dat momen-
teel wordt afgespeeld.
3 Fragmentnummerindicator
4 Weergavetijdindicator
5 Indicator bitsnelheid/bemonsteringsfrequen-
tie
Toont tijdens het afspelen van gecompri-
meerde audio de bitsnelheid of bemonste-
ringsfrequentie van het huidige fragment
(bestand).
! Bij het afspelen van bestanden die met
variabele bitsnelheid (VBR) zijn opgeno-
men, wordt VBR weergegeven in plaats
van de bitsnelheid.
! De bemonsteringsfrequentie die op het
display wordt getoond, kan zijn afgekort.
% Het voorpaneel openen
Druk op
.
De laadsleuf voor de disc verschijnt.
Laadsleuf voor de disc
h-toets (uitwerpen)
# Als u een disc plaatst, moet het label van
de disc zich aan de bovenzijde bevinden.
# Om storingen te voorkomen moet u ervoor zor-
gen dat de aansluitingen niet in contact komen
met metalen voorwerpen als het voorpaneel is ge-
opend.
% Een disc uitwerpen
Druk op h (uitwerpen).
% Een map selecteren
Duw MULTI-CONTROL omhoog of omlaag.
# Mappen die geen gecomprimeerde audiobe-
standen bevatten, kunnen niet geselecteerd wor-
den.
% Een fragment selecteren
Duw MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts.
% Vooruit of achteruit spoelen
Houd MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts ingedrukt.
# Als u gecomprimeerde audio afspeelt, hoort u
geen geluid bij vooruit- of achteruitspoelen.
% Terugkeren naar de hoofdmap
Houd BAND/ESC/CANCEL ingedrukt.
# Als de map 01 (ROOT) geen bestanden bevat,
begint het afspelen bij map 02.
% Schakelen tussen gecomprimeerde
audio en cd-da
Druk op BAND/ESC/CANCEL.
# Deze handeling is alleen beschikbaar bij het
afspelen van cd-extra- of mixed-mode-cds.
# Nadat u hebt overgeschakeld tussen gecom-
primeerde audio en cd-da, wordt het afspelen ge-
start bij het eerste fragment op de disc.
Opmerkingen
! De ingebouwde cd-speler is geschikt voor
audio-cds en gecomprimeerde audio op cd-
rom. (Raadpleeg het volgende gedeelte voor
meer informatie over afspeelbare bestanden.
Raadpleeg bladzijde 77.)
Ingebouwde cd-speler
Nl
22
Hoofdstuk
05
! Lees de voorzorgsmaatregelen voor het ge-
bruik van discs en de speler in het volgende
gedeelte. Raadpleeg bladzijde 75.
! Als een schijf in het toestel is geplaatst, drukt
uopSRC/OFF om de ingebouwde cd-speler te
selecteren.
! Er treedt soms enige vertraging op tussen het
starten van een disc en de geluidsweergave.
Tijdens het inlezen wordt FORMAT READ op
het display weergegeven.
! Als er een foutmelding wordt weergegeven,
raadpleeg dan Foutmeldingen op bladzijde 73.
! Bestanden worden afgespeeld in de volgorde
van de bestandsnummers. Mappen die geen
bestanden bevatten worden overgeslagen.
(Als de map 01 (ROOT) geen bestanden bevat,
begint het afspelen bij map 02.)
! U kunt de cd uitwerpen door h (uitwerpen) in-
gedrukt te houden met de uitwerpstand als
het laden of uitwerpen van de cd niet juist kan
worden uitgevoerd.
De tekstinformatie van de
disc weergeven
% Druk op DISP/SCRL om de gewenste
tekstinformatie te selecteren.
! Cds met ingevoerde titel
Weergavetijd
: disctitel en weergavetijd
! Cd-text-discs
Weergavetijd
: naam artiest disc en :
fragmenttitel
: naam artiest disc en :
disctitel
: disctitel en : fragmenttitel
: naam artiest fragment en : frag-
menttitel
: fragmenttitel en weergave-
tijd
: fragmenttitel, : naam artiest
fragment en
: disctitel
! WMA/MP3/AAC
Weergavetijd
: mapnaam en : be-
standsnaam
: naam artiest en : frag-
menttitel
: naam artiest en :
albumtitel
: albumtitel en : fragment-
titel
: fragmenttitel en weergavetijd
: opmerking en weergavetijd : fragment-
titel,
: naam artiest en : albumtitel
! WAV
Weergavetijd
: mapnaam en : be-
standsnaam
Opmerkingen
! Door DISP/SCRL ingedrukt te houden, kunt u
de cursor links van de titel plaatsen.
! Audio-cds die informatie bevatten zoals tekst
en/of getallen worden cd-text-discs genoemd.
! Tekens in het audiobestand die niet compati-
bel zijn met dit toestel worden niet weergege-
ven.
! Als bepaalde gegevens niet op een disc zijn
vastgelegd, wordt de titel of de naam niet
weergegeven.
! De tekstinformatie bij sommige audiobestan-
den wordt mogelijk niet correct weergegeven.
! Afhankelijk van de versie van iTunes die is ge-
bruikt om MP3-bestanden op de disc vast te
leggen, kan het voorkomen dat bepaalde ge-
gevens niet goed worden weergegeven.
! Afhankelijk van de versie van de Windows Me-
diaä Player die is gebruikt om WMA-bestan-
den te coderen, kan het voorkomen dat
albumtitels en andere tekstinformatie niet
goed worden weergegeven.
! Als Ever Scroll bij de begininstellingen op ON
is ingesteld, blijft de tekstinformatie continu
door het display schuiven. Raadpleeg Ever
Scroll inschakelen op bladzijde 59.
! Afhankelijk van de tekensets op de disc, kun-
nen Russische teksten onleesbaar zijn. Raad-
pleeg Omgang met het toestel en bijkomende
informatie op bladzijde 77 voor informatie over
tekensets die voor Russische teksten gebruikt
kunnen worden.
Fragmenten uit de lijst met
fragmenttitels selecteren
De lijst met fragmenttitels toont de fragmentti-
tels op een cd-text-disc. U kunt één van deze ti-
tels selecteren om af te spelen.
Ingebouwde cd-speler
Nl
23
Hoofdstuk
05
Ingebouwde cd-speler
1 Druk op /LIST om over te schakelen
naar de fragmenttitellijst.
2 Gebruik MULTI-CONTROL om de ge-
wenste fragmenttitel te selecteren.
Draai aan de knop om een ander fragment te
selecteren. Druk op de knop om het afspelen
te starten.
# U kunt ook een andere fragmenttitel kiezen
door MULTI-CONTROL omhoog of omlaag te
duwen.
# Door DISP/SCRL ingedrukt te houden, kunt u
de cursor links van de titel plaatsen. Houd
DISP/SCRL ingedrukt om te stoppen met blade-
ren.
# Druk op BAND/ESC/CANCEL of
/LIST om
terug te keren naar het normale display.
# Als de lijst niet binnen ongeveer 30 seconden
wordt gebruikt, keert het display automatisch
terug naar het normale display.
Bestanden uit de lijst met
bestandsnamen selecteren
In de lijst met bestandsnamen ziet u de
namen van de bestanden (of mappen) en kunt
u één van deze namen selecteren om af te spe-
len.
1 Druk op
/LIST om over te schakelen
naar de lijst met bestandsnamen.
De namen van de bestanden en mappen ver-
schijnen op het display.
2 Gebruik MULTI-CONTROL om de ge-
wenste bestandsnaam (of mapnaam) te se-
lecteren.
Draai aan de knop om een ander bestand of
een andere map te selecteren.
Als er een bestand is geselecteerd, drukt u
op de knop om het afspelen te starten.
Als er een map is geselecteerd, drukt u op
de knop om de lijst met bestanden (of map-
pen) in de geselecteerde map weer te
geven.
Als er een map is geselecteerd, houdt u de
knop ingedrukt om een song in de geselec-
teerde map af te spelen.
# U kunt het bestand ook afspelen door
MULTI-CONTROL naar rechts te duwen.
# U kunt een song in de geselecteerde map ook
afspelen door MULTI-CONTROL naar rechts te
duwen en ingedrukt te houden.
# Duw MULTI-CONTROL naar links om terug te
keren naar de vorige lijst (de map die een niveau
hoger ligt).
# Het aantal bestanden of mappen in de gese-
lecteerde map wordt rechts op het display weer-
gegeven.
# Door DISP/SCRL ingedrukt te houden, kunt u
de cursor links van de titel plaatsen. Houd
DISP/SCRL ingedrukt om te stoppen met blade-
ren.
# Druk op BAND/ESC/CANCEL of
/LIST om
terug te keren naar het normale display.
# Als de lijst niet binnen ongeveer 30 seconden
wordt gebruikt, keert het display automatisch
terug naar het normale display.
Geavanceerde bediening
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie FUNCTION.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
Het functiemenu wordt weergegeven.
3 Draai aan MULTI-CONTROL om de func-
tie te selecteren.
Play mode (herhaalde weergave)
Random mode (willekeurige weergave)
Scan mode (scanweergave)Pause (pauze)
Sound Retriever (geavanceerde sound re-
triever)TitleInput "A" (disctitel invoeren)
Ingebouwde cd-speler
Nl
24
Hoofdstuk
05
Opmerkingen
! Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het gewone display.
! Als u een functie (behalve TitleInput "A")
niet binnen ongeveer 30 seconden gebruikt,
keert het display automatisch terug naar de
gewone weergave.
! Als er een disc met gecomprimeerde audio of
een cd-text-disc wordt afgespeeld, kunt u het
invoerscherm voor disctitels niet activeren.
Een herhaalbereik selecteren
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op de vo-
rige bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu Play mode.
3 Druk op MULTI-CONTROL om het her-
haalbereik te selecteren.
! Disc repeat Alle fragmenten herhalen
! Track repeat Het huidige fragment herha-
len
! Folder repeat De huidige map herhalen
# Als u tijdens herhaalde weergave een andere
map kiest, wordt het bereik voor herhaalde weer-
gave gewijzigd in disc herhalen.
# Als u tijdens Track repeat (fragmenten herha-
len) naar fragmenten zoekt of vooruit of achteruit
spoelt, wordt het herhaalbereik gewijzigd in disc/
map herhalen.
# Als u Folder repeat (map herhalen) hebt ge-
selecteerd, kunt u geen submap van die map af-
spelen.
Fragmenten in willekeurige
volgorde afspelen
Fragmenten in een geselecteerd herhaalbereik
worden in willekeurige volgorde afgespeeld.
% Druk op
/iPod om de functie Wille-
keurige weergave in te schakelen.
De fragmenten worden in willekeurige volg-
orde afgespeeld.
# Druk nogmaals op /iPod om de willekeu-
rige weergave uit te schakelen.
Opmerking
U kunt deze functie ook in- en uitschakelen via
het menu dat verschijnt als u MULTI-CONTROL
gebruikt.
Mappen en fragmenten
scannen
De functie Scanweergave zoekt naar een frag-
ment binnen het geselecteerde herhaalbereik.
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op de vo-
rige bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu Scan mode.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de scan-
weergave in te schakelen.
De eerste 10 seconden van elk fragment wor-
den afgespeeld.
4 Als u het gewenste fragment hebt ge-
vonden, drukt u op MULTI-CONTROL om de
scanweergave uit te schakelen.
# Als het display automatisch is teruggekeerd
naar het weergavedisplay, moet u Scan mode op-
nieuw selecteren met MULTI-CONTROL.
# Als het scannen van de disc (map) is voltooid,
wordt de normale weergave van de fragmenten
hervat.
Het afspelen onderbreken
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op de vo-
rige bladzijde.
Ingebouwde cd-speler
Nl
25
Hoofdstuk
05
Ingebouwde cd-speler
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu Pause.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de pauze-
functie in te schakelen.
Het afspelen van het huidige fragment wordt
onderbroken.
# Druk opnieuw op MULTI-CONTROL als u de
pauzefunctie wilt uitschakelen.
De geavanceerde sound
retriever
De geavanceerde sound retriever verbetert au-
tomatisch de weergavekwaliteit van gecompri-
meerde audio en zorgt voor een vol geluid.
% Druk zo vaak als nodig op S.Rtrv om de
gewenste instelling te selecteren.
OFF (uit)12
# 2 heeft meer effect dan 1.
Opmerking
U kunt dit ook doen in het menu dat verschijnt
als u MULTI-CONTROL gebruikt.
Disctitels invoeren
U kunt de invoerfunctie voor disctitels gebrui-
ken om maximaal 48 cd-titels in het toestel op
te slaan. Een titel kan maximaal 10 tekens
lang zijn.
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op blad-
zijde 24.
2 Speel de cd af waarvoor u een titel wilt
invoeren.
3 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu TitleInput "A".
4 Druk op DISP/SCRL en selecteer het ge-
wenste tekentype.
Druk herhaaldelijk op DISP/SCRL om te scha-
kelen tussen de volgende tekentypen:
Alfabet (hoofdletters), cijfers en symbolenAl-
fabet (kleine letters)Europese letters, zoals
letters met accenten (bijv. á, à, ä, ç)Cijfers
en symbolen
5 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag en selecteer een letter uit het alfabet.
6 Duw MULTI-CONTROL naar links of
rechts om de cursor naar de vorige of vol-
gende tekenpositie te verplaatsen.
7 Verplaats de cursor naar de laatste te-
kenpositie door MULTI-CONTROL naar
rechts te duwen nadat u de titel hebt inge-
voerd.
Als u MULTI-CONTROL nogmaals naar rechts
duwt, wordt de ingevoerde titel opgeslagen in
het geheugen.
8 Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug
te keren naar het weergavedisplay.
Opmerkingen
! Disctitels blijven in het geheugen bewaard,
zelfs als de disc uit het toestel wordt verwij-
derd. Als de disc weer in het toestel wordt ge-
plaatst, wordt de bijbehorende titel
opgeroepen.
! Nadat er gegevens voor 48 discs in het geheu-
gen zijn opgeslagen, worden de gegevens van
de oudste disc overschreven door de nieuwe
disc.
! Als u een multi-cd-speler aansluit, kunt u dis-
ctitels voor maximaal 100 discs opslaan.
! Als u een multi-cd-speler aansluit die de dis-
ctitelfunctie niet ondersteunt, kunt u geen dis-
ctitels in dit toestel invoeren.
Ingebouwde cd-speler
Nl
26
Hoofdstuk
05
Raadpleeg Technische gegevens op bladzijde 81
voor meer informatie over ondersteunde appara-
ten.
Basisbediening
4
4
4
1
1
1
1
2
2
2
3
3
3
5
5
5
1 WMA/MP3/AAC/WAV-indicator
Deze geeft het type bestand aan dat wordt af-
gespeeld.
2 Mapnummerindicator
3 Fragmentnummerindicator
4 Weergavetijdindicator
5 Indicator bitsnelheid/bemonsteringsfrequen-
tie
! Bij het afspelen van bestanden die met
variabele bitsnelheid (VBR) zijn opgeno-
men, wordt VBR weergegeven in plaats
van de bitsnelheid.
! De bemonsteringsfrequentie die op het
display wordt getoond, kan zijn afgekort.
% Een map selecteren
Duw MULTI-CONTROL omhoog of omlaag.
% Vooruit of achteruit spoelen
Houd MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts ingedrukt.
% Een fragment selecteren
Duw MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts.
% Terugkeren naar de hoofdmap
Houd BAND/ESC/CANCEL ingedrukt.
Opmerkingen
! Afhankelijk van het aangesloten USB-opslag-
apparaat kan het voorkomen dat dit toestel
niet optimaal functioneert.
! Als de map 01 (ROOT) geen bestanden bevat,
begint het afspelen bij map 02.
! Als u een draagbare USB-audiospeler met
batterijoplaadfunctie op dit toestel aansluit en
de contactschakelaar in de accessoirestand
(ACC) staat of aan staat, wordt de batterij op-
geladen.
! U kunt op elk moment het USB-opslagappa-
raat ontkoppelen als u niet langer naar de mu-
ziek wilt luisteren.
! Ontkoppel het USB-opslagapparaat als u het
niet gebruikt.
! Als de draagbare USB-audiospeler/het USB-
geheugen tijdens het afspelen wordt losge-
koppeld, verschijnt NO DEVICE op het dis-
play.
De tekstinformatie bij een
audiobestand weergeven
De bediening is gelijk aan die van de inge-
bouwde cd-speler.
Raadpleeg De tekstinformatie van de disc weer-
geven op bladzijde 23.
Bestanden uit de lijst met
bestandsnamen selecteren
De bediening is gelijk aan die van de inge-
bouwde cd-speler.
Raadpleeg Bestanden uit de lijst met bestands-
namen selecteren op bladzijde 24.
Geavanceerde bediening
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
Songs op een USB-opslagapparaat afspelen
Nl
27
Hoofdstuk
06
Songs op een USB-opslagapparaat afspelen
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie FUNCTION.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
Het functiemenu wordt weergegeven.
3 Draai aan MULTI-CONTROL om de func-
tie te selecteren.
Play mode (herhaalde weergave)
Random mode (willekeurige weergave)
Scan mode (scanweergave)Pause (pauze)
Sound Retriever (geavanceerde sound re-
triever)
Functies en bediening
De bediening van de functies Play mode,
Random mode, Scan mode, Pause en
Sound Retriever is in principe gelijk aan de
bediening van deze functies op de inge-
bouwde cd-speler.
Functienaam Gebruik
Play mode
Raadpleeg Een herhaalbereik se-
lecteren op bladzijde 25.
De herha albereiken die u kunt se-
lecteren zijn echter verschillend
van de ingebouwde cd-speler. De
herhaalbereiken van de draag-
bare USB-audiospeler/het USB-
geheugen zijn:
! Track repeat Alleen het hui-
dige bestand herhalen
! Folder repeat De huidige
map herhalen
! All repeat Alle bestanden
herhalen
Random mode
Raadpleeg Fragmenten in wille-
keurige volgorde afspelen op blad-
zijde 25.
Scan mode
Raadpleeg Mappen en fragmen-
ten scannen op bladzijde 25.
Pause
Raadpleeg Het afspelen onderbre-
ken op bladzijde 25.
Sound Retriever
Raadpleeg De geavanceerde
sound retriever op bladzijde 26.
Opmerkingen
! Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het gewone display.
! Als u tijdens de herhaalde weergave een an-
dere map kiest, wordt het herhaalbereik gewij-
zigd in All repeat.
! Als u tijdens Track repeat een fragment zoekt
of vooruit- of achteruitspoelt, wordt het bereik
voor herhaalde weergave gewijzigd in
Folder repeat.
! Als Folder repeat is geselecteerd, kunt u
geen submap van die map afspelen.
! Wanneer het scannen van bestanden of map-
pen is voltooid, wordt de normale weergave
van de bestanden hervat.
Songs op een USB-opslagapparaat afspelen
Nl
28
Hoofdstuk
06
Raadpleeg Compatibiliteit met iPod op bladzijde
78 voor meer informatie over ondersteunde
iPods.
Basisbediening
3
3
3
1
1
1
4
4
4
2
2
2
1 Naam van de iPod
2 Songnummerindicator
3 Weergavetijdindicator
4 Songlengte (voortgangsbalk)
% Vooruit of achteruit spoelen
Houd MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts ingedrukt.
% Een fragment selecteren (hoofdstuk)
Duw MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts.
Opmerkingen
! Voor gebruik met een iPod is voor de iPod een
dock-connector-naar-USB-verbindingskabel
(CD-IU50) vereist.
! Lees de voorzorgsmaatregelen voor het ge-
bruik van de iPod in het volgende gedeelte.
Raadpleeg bladzijde 79.
! Als er een foutmelding wordt weergegeven,
raadpleeg dan Foutmeldingen op bladzijde 73.
! Als het contact in de accessoirestand (ACC)
staat of aan staat, wordt de batterij van de
iPod opgeladen als de iPod op dit toestel is
aangesloten.
! Als de iPod op dit toestel is aangesloten, kunt
u de iPod zelf niet aan- of uitzetten.
! Verwijder de koptelefoon van de iPod voordat
u de dock connector van dit toestel op de iPod
aansluit.
! De iPod wordt ongeveer twee minuten nadat
de contactschakelaar op OFF is gezet, uitge-
schakeld.
Naar een song bladeren
Songs op categorie zoeken
Om het gebruik van dit toestel en het zoeken
naar songs te vereenvoudigen, is ernaar ge-
streefd de bediening via dit toestel zoveel mo-
gelijk op de bediening via de iPod te laten
lijken.
! Bij het weergeven van lijsten kan er enige
vertraging optreden, afhankelijk van het
aantal bestanden op de iPod.
! Tekens op de iPod die niet compatibel zijn
met dit toestel worden niet weergegeven.
1 Druk op
/LIST.
2 Selecteer een categorie met
MULTI-CONTROL.
Draai aan de knop om een andere categorie te
kiezen. Druk op de knop om deze te selecte-
ren.
Playlists (speellijsten)Artists (artiesten)
Albums (albums)Songs (songs)Podcasts
(podcasts)Genres (genres)Composers
(componisten)Audiobooks (audioboeken)
De lijst voor de geselecteerde categorie wordt
weergegeven.
# U kunt de gewenste categorie afspelen door
MULTI-CONTROL ingedrukt te houden. U kunt
dit ook doen door MULTI-CONTROL naar rechts
te duwen en ingedrukt te houden.
# U kunt een andere categorie ook kiezen door
MULTI-CONTROL omhoog of omlaag te duwen.
# U kunt de categorie ook selecteren door
MULTI-CONTROL naar rechts te duwen.
# Duw MULTI-CONTROL naar links om terug te
keren naar de vorige categorie.
# Houd MULTI-CONTROL ingeduwd om naar
de hoogste categorie te gaan.
Muziek op de iPod afspelen
Nl
29
Hoofdstuk
07
Muziek op de iPod afspelen
# Door DISP/SCRL ingedrukt te houden, kunt u
de cursor links van de titel plaatsen. Houd
DISP/SCRL ingedrukt om te stoppen met blade-
ren.
# Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het gewone display.
# Als de lijst niet binnen ongeveer 30 seconden
wordt gebruikt, keert het display automatisch
terug naar het normale display.
3 Herhaal stap 2 om de song te zoeken
die u wilt afspelen.
Songs op letter zoeken
1 Druk op /LIST.
2 Selecteer een categorie met
MULTI-CONTROL.
Draai aan de knop om een andere categorie te
kiezen. Druk op de knop om deze te selecte-
ren.
3 Druk op
/LIST om over te schakelen
naar de alfabetische zoekfunctie.
4 Selecteer een letter uit het alfabet door
aan MULTI-CONTROL te draaien.
5 Druk op MULTI-CONTROL om de lijst
weer te geven.
Tijdens het zoeken knippert Searching.
# Als de zoekopdracht geen resultaat heeft,
wordt NOT FOUND weergegeven.
Tekstinformatie op de iPod
weergeven
% Druk op DISP/SCRL om de gewenste
tekstinformatie te selecteren.
Weergavetijd
: naam artiest en : songti-
tel
: naam artiest en : albumnaam :
albumnaam en
: songtitel : songtitel en
weergavetijd
: songtitel, : naam artiest
en
: albumnaam
Opmerkingen
! Tekens op de iPod die niet compatibel zijn met
dit toestel worden niet weergegeven.
! Door DISP/SCRL ingedrukt te houden, kunt u
de tekstinformatie naar links laten schuiven.
! Als Ever Scroll bij de begininstellingen op ON
is ingesteld, blijft de tekstinformatie continu
door het display schuiven. Raadpleeg Ever
Scroll inschakelen op bladzijde 59.
Geavanceerde bediening
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie FUNCTION.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
Het functiemenu wordt weergegeven.
3 Draai aan MULTI-CONTROL om de func-
tie te selecteren.
Play mode (herhaalde weergave)
Shuffle mode (shuffle)Shuffle all (shuffle
all)Link play (gekoppeld afspelen)
Control mode (bedieningsmodus)Pause
(pauze)Audiobooks (audioboeksnelheid)
Sound Retriever (geavanceerde sound retrie-
ver)
Functies en bediening
De bediening van de functies Play mode,
Pause en Sound Retriever is in principe gelijk
aan de bediening van deze functies op de in-
gebouwde cd-speler.
Muziek op de iPod afspelen
Nl
30
Hoofdstuk
07
Functienaam Gebruik
Play mode
Raadpleeg Een herhaalbereik se-
lecteren op bladzijde 25.
De herha albereiken die u kunt se-
lecteren zijn echter verschillend
van de ingebouwde cd-speler. De
herhaalbereiken van de iPod zijn:
! Repeat One De huidige
song herhalen
! Repeat All Alle songs in de
geselecteerde lijst herhalen
Pause
Raadpleeg Het afspelen onderbre-
ken op bladzijde 25.
Sound Retriever
Raadpleeg De geavanceerde
sound retriever op bladzijde 26.
Opmerkingen
! Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het gewone display.
! Als een functie niet binnen ongeveer 30 se-
conden wordt gebruikt, keert het display auto-
matisch terug naar het gewone display.
! Als Control mode is ingesteld op iPod, kun-
nen alleen Control mode, Pause en
Sound Retriever bediend worden.
Songs in willekeurige
volgorde afspelen (shuffle)
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op de vo-
rige bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu Shuffle mode.
3 Druk op MULTI-CONTROL en selecteer
de gewenste instelling.
! Shuffle Songs De songs in de geselec-
teerde lijst in willekeurige volgorde afspe-
len.
! Shuffle Albums De songs van een wille-
keurig album op volgorde afspelen.
! Shuffle OFF Het afspelen in willekeurige
volgorde annuleren.
Alle songs in willekeurige
volgorde afspelen (shuffle all)
% Druk op /iPod om de functie Shuffle
all in te schakelen.
Alle songs op de iPod worden in willekeurige
volgorde afgespeeld.
# Om de functie Shuffle all uit te schakelen, zet
u Shuffle mode in het menu FUNCTION uit.
Opmerking
U kunt deze functie ook inschakelen in het menu
dat verschijnt als u MULTI-CONTROL gebruikt.
Songs afspelen die verwant
zijn met de huidige song
Met deze functie kunt u songs afspelen die
verwant zijn met de song die nu wordt afge-
speeld. De volgende lijsten zijn daarbij be-
schikbaar.
Lijst van albums van de huidige artiest
Lijst van songs op het huidige album
Lijst van albums van het huidige genre
! Bij het weergeven van lijsten kan er enige
vertraging optreden, afhankelijk van het
aantal bestanden op de iPod.
1 Houd
/LIST ingedrukt om naar de ge-
koppelde weergavemodus over te schake-
len.
2 Selecteer de gewenste modus met
MULTI-CONTROL.
Duw MULTI-CONTROL naar links of rechts
om een andere stand te kiezen. Druk erop om
deze te selecteren.
! Artists Album van de huidige artiest af-
spelen.
! Albums Songs van het huidige album af-
spelen.
! Genres Albums van het huidige genre af-
spelen.
Terwijl in de lijst gezocht wordt, knippert
Searching. Vervolgens wordt het afspelen ge-
start.
Muziek op de iPod afspelen
Nl
31
Hoofdstuk
07
Muziek op de iPod afspelen
# Als er geen verwante albums of songs worden
gevonden, wordt NOT FOUND weergegeven.
Opmerking
U kunt deze functie ook inschakelen in het menu
dat verschijnt als u MULTI-CONTROL gebruikt.
De iPod-functie van dit
toestel via de iPod bedienen
Deze functie kan niet worden gebruikt met de
volgende modellen iPod.
iPod nano eerste generatie
iPod vijfde generatie
Deze functie werkt mogelijk niet goed met an-
dere iPod-modellen.
De iPod-functie van dit toestel kan via de iPod
bediend worden. Het geluid wordt daarbij via
de luidsprekers van het voertuig weergegeven
terwijl u voor de bediening de iPod gebruikt.
! Als deze functie is ingeschakeld, wordt de
iPod niet uitgeschakeld als de contactscha-
kelaar wordt uitgezet. U schakelt de iPod
dan uit door deze zelf uit te schakelen.
1 Houd
/iPod ingedrukt om de bedie-
ningsmodus te wijzigen.
Elke keer als u
/iPod ingedrukt houdt,
wordt de bedieningsmodus als volgt gewij-
zigd:
! iPod De iPod-functie van dit toestel kan
via de aangesloten iPod bediend worden.
! AUDIO De iPod-functie van dit toestel kan
via dit toestel bediend worden.
2 Als u iPod selecteert, bedient u de aan-
gesloten iPod om een song te selecteren en
af te spelen.
# Als u de bedieningsmodus overschakelt op
iPod, wordt het afspelen van songs onderbroken.
Bedien de iPod om de weergave te her vatten.
# Ook als de bedieningsmodus is ingesteld op
iPod, kunnen de volgende functies vanaf dit toe-
stel bediend worden.
! Volume
! Vooruit en achteruit spoelen
! Naar volgende of vorige fragment gaan
! Pauze
! De weergave van tekstinformatie wijzigen
Opmerkingen
! U kunt deze functie ook in- en uitschakelen
via het menu dat verschijnt als u
MULTI-CONTROL gebruikt.
! Op dit toestel kunnen twee iPods tegelijk wor-
den aangesloten. De instellingen zijn gelijk
voor iPod1 en iPod2.
! Als de bedieningsmodus op iPod staat, gel-
den de volgende beperkingen:
Alleen de functies Control mode (bedie-
ningsmodus), Pause (pauze) en
Sound Retriever (geavanceerde sound re-
triever) kunnen geselecteerd worden.
Het volume kan alleen vanaf dit toestel
worden ingesteld.
! Wanneer u deze functie inschakelt, wordt de
weergave van songs tijdelijk onderbroken. Be-
dien de iPod om de weergave te beginnen.
De weergavesnelheid van
een audioboek wijzigen
U kunt de weergavesnelheid van audioboeken
op de iPod wijzigen.
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op blad-
zijde 30.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu Audiobooks.
3 Druk op MULTI-CONTROL en selecteer
de gewenste instelling.
Druk meerdere keren op MULTI-CONTROL tot
de gewenste instelling op het display ver-
schijnt.
! Faster Weergave is sneller dan normaal
! Normal Weergave met normale snelheid
! Slower Weergave is langzamer dan
normaal
Muziek op de iPod afspelen
Nl
32
Hoofdstuk
07
Verbinding maken met een
Bluetooth-apparaat
Om een Bluetooth-audiospeler of Bluetooth-te-
lefoon te gebruiken, moet u deze eerst met dit
toestel verbinden. Hieronder vindt u hoe u dat
doet.
Als het de eerste keer is dat u een
Bluetooth-apparaat met dit toestel
gebruikt, leest u het volgende
gedeelte:
! Pairen uitvoeren vanaf een Bluetooth-appa-
raat op de volgende bladzijde
! Pairen uitvoeren vanaf dit toestel op de vol-
gende bladzijde
Als uw Bluetooth-apparaat reeds is
gepaird, leest u het volgende gedeelte:
! Verbinding maken met een gepaird Blue-
tooth-apparaat en een profiel selecteren op
bladzijde 36
Als de verbinding van uw Bluetooth-
apparaat met dit toestel moet worden
verbroken, leest u het volgende
gedeelte:
! Verbinding met een Bluetooth-apparaat ver-
breken op bladzijde 35
Indien nodig beschikt u ook nog over
de volgende handige functies:
! Een gepaird Bluetooth-apparaat verwijderen
op bladzijde 35
! Verbinding maken met een gepaird Blue-
tooth-apparaat en een profiel selecteren op
bladzijde 36
! Automatisch een verbinding maken met een
Bluetooth-apparaat op bladzijde 36
! De systeemversie opvragen in geval van re-
paratie op bladzijde 36
! Het Bluetooth-apparaatadres weer geven op
bladzijde 37
! De apparaatnaam wijzigen op bladzijde 37
! De pincode invoeren voor Bluetooth draad-
loze verbinding op bladzijde 37
Opmerking
Van sommige Bluetooth-apparaten moet u eerst
de pincode invoeren in dit toestel voordat u het
Bluetooth-apparaat kunt gebruiken. De pincode
van het Bluetooth-apparaat vindt u op het appa-
raat zelf of in de bijgeleverde documentatie.
Raadpleeg De pincode invoeren voor Bluetooth
draadloze verbinding op bladzijde 37.
Bluetooth-verbinding
1 Selecteer BT Audio of TEL als signaal-
bron.
Druk op SRC/OFF om BT Audio te selecteren.
Houd PHONE/
/BT MENU ingedrukt om TEL
te selecteren.
2 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
3 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie CONNECTION.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
Het verbindingsmenu wordt weergegeven.
4 Draai aan MULTI-CONTROL om de func-
tie te selecteren.
Open device (verbinding met het apparaat
openen)Search device (apparaat zoeken)
DisconnectDevice (apparaat ontkoppelen)
Delete device (apparaat verwijderen)
Paired device (profiel instellen)
Auto connect (automatische verbinding in-
stellen)BT Version INFO (versie-informatie)
Device INFO (apparaatinformatie)
Edit device name (apparaatnaam bewerken)
Pin code input (pincode invoeren)
Opmerkingen
! Wanneer er geen Bluetooth-apparaat met het
toestel is verbonden, is de functie
DisconnectDevice niet beschikbaar.
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
33
Hoofdstuk
08
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
! Wanneer er nog geen Bluetooth-apparaat met
het toestel is gepaird, zijn de functies
Delete device en Paired device niet beschik-
baar.
! Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het gewone display.
! Als u een functie niet gebruikt binnen onge-
veer 30 seconden, keert het display automa-
tisch terug naar de gewone weergave. Dit
geldt niet voor Open device, Search device,
DisconnectDevice, Edit device name en
Pin code input.
! Als u de functie Open device of
Search device niet gebruikt binnen 30 secon-
den nadat u een Bluetooth-apparaat hebt ge-
paird, keert het display automatisch terug
naar de gewone weergave.
! Als het toestel niet wordt gebruikt binnen on-
geveer 30 seconden nadat Disconnected
wordt weergegeven, keert het display automa-
tisch terug naar het gewone display.
Pairen uitvoeren vanaf een
Bluetooth-apparaat
1 Geef het verbindingsmenu weer.
Raadpleeg Bluetooth-verbinding op de vorige
bladzijde.
2 Draai aan MULTI-CONTROL en selecteer
Open device.
# Als de verbinding al in het toestel geregi-
streerd is, kunt u het Bluetooth-apparaat in
Paired device selecteren.
Raadpleeg Pairen uitvoeren vanaf dit toestel.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag en selecteer het speciale apparaat.
# Bluetooth-apparaten die extra handelingen
vereisen om de verbinding te maken, worden spe-
ciale apparaten genoemd. Als uw apparaat hier
vermeld wordt, selecteert u het.
4 Druk op MULTI-CONTROL om de verbin-
ding te openen.
Ready wordt weergegeven.
Het toestel is nu gereed om verbinding te
maken met een Bluetooth-apparaat.
# Als er al vijf apparaten gepaird zijn, wordt
MEMORY FULL weergegeven en kunt u het nieu-
we apparaat niet pairen. Verwijder in dat geval
eerst een van de andere, gepairde apparaten.
Raadpleeg Een gepaird Bluetooth-apparaat verwij-
deren op de volgende bladzijde.
# Duw MULTI-CONTROL naar links of rechts
om de apparaatnaam, het Bluetooth-apparaata-
dres en de pincode van het toestel weer te geven.
5 Maak de verbinding vanaf het Blue-
tooth-apparaat.
Hoe de verbinding precies wordt gemaakt,
hangt af van het Bluetooth-apparaat. Raad-
pleeg hier voor de handleiding van uw Blue-
tooth-apparaat.
Tijdens de verbindingsopbouw knippert
Pairing. Als de verbinding is gemaakt, wordt
Paired weergegeven.
# Als de verbinding mislukt, wordt ERROR weer-
gegeven. Probeer het in dat geval opnieuw.
# De standaardinstelling van de pincode is
0000. U kunt deze code wijzigen in de beginin-
stellingen. Raadpleeg De pincode invoeren voor
Bluetooth draadloze verbinding op bladzijde 37.
Pairen uitvoeren vanaf dit toestel
1 Geef het verbindingsmenu weer.
Raadpleeg Bluetooth-verbinding op de vorige
bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Search device.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag en selecteer een apparaat.
4 Druk op MULTI-CONTROL om het zoe-
ken te starten.
Tijdens het zoeken knippert Searching. Als er
Bluetooth-apparaten worden gevonden, wordt
hun naam en Bluetooth-apparaatadres (als de
naam niet bekend is) weergegeven.
# Om het zoeken te annuleren, drukt u nog-
maals op MULTI-CONTROL.
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
34
Hoofdstuk
08
# Als er al vijf apparaten gepaird zijn, wordt
MEMORY FULL weergegeven en kunt u het nieu-
we apparaat niet pairen. Verwijder in dat geval
eerst een van de andere, gepairde apparaten.
Raadpleeg Een gepaird Bluetooth-apparaat verwij-
deren op deze bladzijde.
# Wanneer geen apparaat wordt gevonden,
wordt NOT FOUND weergegeven. Controleer in
dat geval de status van het Bluetooth-apparaat en
zoek opnieuw.
5 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om de naam te selecteren van het ap-
paraat waarmee u verbinding wilt maken.
# Indien slechts één apparaat werd gevonden, is
deze stap niet beschikbaar.
# Duw MULTI-CONTROL naar links of rechts
om het Bluetooth-adres en de naam van het ap-
paraat weer te geven.
6 Druk op MULTI-CONTROL om de verbin-
ding tot stand te brengen.
Tijdens de verbindingsopbouw knippert
Pairing. Als de verbinding is gemaakt, wordt
Paired weergegeven.
# Als de verbinding mislukt, wordt ERROR weer-
gegeven. Probeer het in dat geval opnieuw.
# De standaardinstelling van de pincode is
0000. U kunt deze code wijzigen in de beginin-
stellingen. Raadpleeg De pincode invoeren voor
Bluetooth draadloze verbinding op bladzijde 37.
Verbinding met een Bluetooth-
apparaat verbreken
Deze functie kan alleen worden gebruikt als er
een Bluetooth-verbinding bestaat.
1 Geef het verbindingsmenu weer.
Raadpleeg Bluetooth-verbinding op bladzijde
33.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie DisconnectDevice.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag en selecteer een apparaat.
# Indien slechts één apparaat werd gevonden, is
deze stap niet beschikbaar.
4 Druk op MULTI-CONTROL om de Blue-
tooth-verbinding te verbreken.
Terwijl de verbinding wordt verbroken, knippert
Disconnecting. Zodra de verbinding is verbro-
ken, verschijnt Disconnected.
# Indien u van meerdere Bluetooth-apparaten
de verbinding met dit toestel wilt verbreken, drukt
uopMULTI-CONTROL om een apparaat te selec-
teren, en herhaalt u voor elk apparaat de hande-
ling vanaf stap 3.
Een gepaird Bluetooth-
apparaat verwijderen
1 Geef het verbindingsmenu weer.
Raadpleeg Bluetooth-verbinding op bladzijde
33.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Delete device.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag en selecteer een apparaat.
# Indien slechts één apparaat werd gevonden, is
deze stap niet beschikbaar.
# Duw MULTI-CONTROL naar links om het
Bluetooth-apparaatadres weer te geven.
# Als de apparaatnaam niet kan worden vastge-
steld, wordt het Bluetooth-apparaatadres weerge-
geven.
4 Als de apparaatnaam wordt weergege-
ven, duwt u MULTI-CONTROL naar rechts
om Delete YES weer te geven.
Het toestel is nu gereed om de verwijdering uit
te voeren.
# Als u het apparaat niet wilt verwijderen, duwt
u MULTI-CONTROL naar links.
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
35
Hoofdstuk
08
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
5 Druk op MULTI-CONTROL om het appa-
raat te verwijderen.
Tijdens het verwijderen knippert Deleting. Als
het toestel is verwijderd, wordt Deleted weer-
gegeven.
# No data wordt weergegeven als er geen appa-
raat is gepaird.
Verbinding maken met een
gepaird Bluetooth-apparaat en
een profiel selecteren
U kunt het Bluetooth-profiel van het gepairde
apparaat selecteren. Beschikbaar zijn PHONE,
AVRCP en A2DP.
1 Geef het verbindingsmenu weer.
Raadpleeg Bluetooth-verbinding op bladzijde
33.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Paired device.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag en selecteer een apparaat.
# Indien slechts één apparaat werd gevonden, is
deze stap niet beschikbaar.
# Duw MULTI-CONTROL naar links of rechts
om over te schakelen tussen het Bluetooth-adres
en de naam van het apparaat.
# Als de apparaatnaam niet kan worden vastge-
steld, wordt het Bluetooth-apparaatadres weerge-
geven.
4 Druk op MULTI-CONTROL om het selec-
tiescherm voor profielen weer te geven.
5 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag en selecteer het profiel.
PHONEAVRCPA2DP
# Naast het gekozen profiel verschijnt
*
.
# Incompatibele profielen kunnen niet geselec-
teerd worden.
6 Druk op MULTI-CONTROL om het geko-
zen profiel in of uit te schakelen.
Automatisch een verbinding
maken met een Bluetooth-
apparaat
U kunt automatisch verbinding laten maken
tussen uw Bluetooth-apparaat en dit toestel.
Als deze functie is ingeschakeld, wordt auto -
matisch verbinding gemaakt tussen uw Blue-
tooth-apparaat en dit toestel zodra de twee
apparaten enkele meters of minder van elkaar
zijn verwijderd.
! Standaard is deze functie ingeschakeld.
1 Geef het verbindingsmenu weer.
Raadpleeg Bluetooth-verbinding op bladzijde
33.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Auto connect.
3 Druk op MULTI-CONTROL om automa-
tisch verbinding maken in te schakelen.
Als het Bluetooth-apparaat gereed is voor de
Bluetooth draadloze verbinding, wordt de ver-
binding met dit toestel automatisch tot stand
gebracht.
# Als u een Bluetooth-audiospeler in het A2DP-
profiel gebruikt, kan de Bluetooth-telefoon niet
automatisch worden aangesloten.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om de
functie Automatisch verbinden uit te schakelen.
De systeemversie opvragen in
geval van reparatie
Als dit product niet naar behoren functioneert
en u uw leverancier raadpleegt voor reparatie-
werkzaamheden, kan deze vragen naar de sys-
teemversie van dit toestel en van de Bluetooth-
module. U kunt deze versies opvragen en note-
ren.
1 Geef het verbindingsmenu weer.
Raadpleeg Bluetooth-verbinding op bladzijde
33.
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
36
Hoofdstuk
08
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie BT Version INFO.
De versie van het systeem (de microprocessor)
van dit toestel wordt weergegeven.
3 Duw MULTI-CONTROL naar links om
naar de versie van de Bluetooth-module
van dit toestel te schakelen.
# Duw MULTI-CONTROL naar rechts om terug
te keren naar de systeemversie van dit toestel.
Het Bluetooth-apparaatadres
weergeven
Dit toestel kan het eigen Bluetooth-apparaata-
dres weergeven.
1 Geef het verbindingsmenu weer.
Raadpleeg Bluetooth-verbinding op bladzijde
33.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu Device INFO.
3 Duw MULTI-CONTROL naar links om
naar het Bluetooth-apparaatadres om te
schakelen.
De hexadecimale tekenreeks van 12 cijfers
wordt weergegeven.
# Duw MULTI-CONTROL naar rechts om terug
te keren naar de naam van het apparaat.
De apparaatnaam wijzigen
U kunt de naam van het apparaat wijzigen.
De naam van het apparaat is standaard inge-
steld op DEH-P8100BT.
1 Geef het verbindingsmenu weer.
Raadpleeg Bluetooth-verbinding op bladzijde
33.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Edit device name.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag en selecteer een letter uit het alfabet.
# De apparaatnaam kan maximaal 32 tekens
lang zijn.
4 Duw MULTI-CONTROL naar links of
rechts om de cursor naar de vorige of vol-
gende tekenpositie te verplaatsen.
5 Als u de naam van het apparaat hebt
gewijzigd, drukt u op MULTI-CONTROL om
deze in dit toestel op te slaan.
De pincode invoeren voor
Bluetooth draadloze verbinding
Als u een Bluetooth-apparaat via Bluetooth
met dit toestel wilt verbinden, moet u eerst de
pincode op het apparaat invoeren om de ver-
binding te bevestigen. De standaardcode is
0000 maar u kunt die via deze functie wijzi-
gen.
! Op sommige Bluetooth-apparaten hoeft u
de pincode niet in te voeren.
1 Geef het verbindingsmenu weer.
Raadpleeg Bluetooth-verbinding op bladzijde
33.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Pin code input.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om een nummer te selecteren.
4 Duw MULTI-CONTROL naar links of
rechts om de cursor naar de vorige of vol-
gende positie te verplaatsen.
5 Nadat u de pincode (max. 16 cijfers)
hebt ingevoerd, drukt u op
MULTI-CONTROL om deze in dit toestel op
te slaan.
# Als u MULTI-CONTROL naar rechts duwt ter-
wijl het bevestigingsscherm wordt weergegeven,
keert u terug naar het invoerscherm van de pin-
code en kunt u deze wijzigen.
# Als u een ongeldig teken hebt ingevoerd, wor-
den de daarop volgende tekens niet weergege-
ven.
# Als u een ongeldig teken hebt ingevoerd, kan
de pincode niet in het geheugen worden opge-
slagen.
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
37
Hoofdstuk
08
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Bluetooth-audio
Belangrijk
! Afhankelijk van de aangesloten Bluetooth-au-
diospeler is de bediening met dit toestel be-
perkt tot de volgende twee niveaus:
A2DP-profiel (Advanced Audio Distribution
Profile): Hiermee kunt u muziek op de au-
diospeler alleen afspelen.
AVRCP-profiel (Audio/Video Remote Con-
trol Profile): Hiermee kunt u muziek afspe-
len, pauzeren, songs selecteren enz.
! Omdat er verschillende Bluetooth-audiospe-
lers verkrijgbaar zijn, is de bediening met dit
toestel afhankelijk van het type audiospeler.
Raadpleeg de handleiding van de Bluetooth-
audiospeler en deze handleiding bij het bedie-
nen van de audiospeler op dit toestel.
! Informatie over songs (bijvoorbeeld de verstre-
ken weergavetijd, de songtitel, de songindex,
enz.) kan niet op dit toestel worden weergege-
ven.
! Wanneer u via de Bluetooth-audiospeler naar
muziek luistert, vermijdt u het gebruik van de
mobiele telefoon het best zo veel mogelijk. Het
signaal van een mobiele telefoon kan de mu-
ziekweergave verstoren.
! Wanneer u een mobiele telefoon gebruikt die
met Bluetooth draadloze technologie op dit
toestel is aangesloten, wordt de weergave van
songs op de Bluetooth-audiospeler die op dit
toestel is aangesloten gedempt.
! Tijdens gebruik van de Bluetooth-audiospeler
kan er niet automatisch verbinding worden
gemaakt met een Bluetooth-telefoon.
! Als u naar muziek op de Bluetooth-audiospe-
ler luistert en naar een andere signaalbron
overschakelt, wordt het afspelen niet afgebro-
ken.
Zelfs wanneer de audiospeler geen Bluetooth
module heeft, kunt u die toch vanaf dit toestel
bedienen via Bluetooth draadloze technologie
met behulp van een Bluetooth adapter (los ver-
krijgbaar).
1
1
1
1
1 Naam van het apparaat
Toont de apparaatnaam van de aangesloten
Bluetooth-audiospeler (of Bluetooth-adapter).
Het toestel instellen voor
Bluetooth-audio
Voordat u Bluetooth-audio kunt gebruiken,
moet dit toestel worden ingesteld voor gebruik
met een Bluetooth-audiospeler. U dient een
Bluetooth draadloze verbinding tussen dit toe-
stel en de audiospeler te maken en de audio-
speler met dit toestel te pairen.
% Verbinding maken en pairen
Meer informatie over de Bluetooth-verbinding
van een telefoon met dit toestel vindt u in het
volgende gedeelte: Verbinding maken met een
Bluetooth-apparaat op bladzijde 33.
Basisbediening
% Vooruit of achteruit spoelen
Houd MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts ingedrukt.
% Een fragment selecteren
Duw MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts.
% Het afspelen beginnen
Druk op BAND/ESC/CANCEL.
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
38
Hoofdstuk
08
Geavanceerde bediening
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie FUNCTION.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
Het functiemenu wordt weergegeven.
3 Draai aan MULTI-CONTROL om de func-
tie te selecteren.
Play (weergave)Stop (stop)Pause (pauze)
Opmerkingen
! Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het gewone display.
! Als een functie niet binnen ongeveer 30 se-
conden wordt gebruikt, keert het display auto-
matisch terug naar het gewone display.
Functies en bediening
De werking van Pause is zoals bij de inge-
bouwde cd-speler.
Functienaam Gebruik
Pause
Raadpleeg Het afspelen onderbreken
op bladzijde 25.
Muziek afspelen op een
Bluetooth-audiospeler
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op deze
bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu Play.
3 Druk op MULTI-CONTROL om het afspe-
len te starten.
Het afspelen stoppen
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op deze
bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu Stop.
3 Druk op MULTI-CONTROL om het afspe-
len te stoppen.
Bluetooth-telefoon
Belangrijk
! Als u dit toestel gebruikt in combinatie met
een mobiele telefoon met Bluetooth draadloze
technologie terwijl de motor niet draait, kan
de accu leeg raken.
! Handelingen die uw aandacht vereisen zoals
het kiezen van nummers op het display, het
gebruik van het telefoonboek, enz. zijn niet
toegelaten tijdens het rijden. Als u dergelijke
handelingen wilt uitvoeren, dient u het voer-
tuig eerst veilig te parkeren.
! Afhankelijk van de aangesloten draagbare te-
lefoon kunnen de bedieningsmogelijkheden
met dit toestel beperkt zijn.
5
5
5
6
6
6
1
1
1
1
3
3
3
2
2
2
4
4
4
1 Naam van het apparaat
Toont de apparaatnaam van de mobiele tele-
foon.
2 Indicator voor automatisch beantwoorden
Deze geeft AUTO aan wanneer de functie Au-
tomatisch beantwoorden is geactiveerd (zie
Automatisch beantwoorden instellen op blad-
zijde 44 voor meer informatie).
3 Signaalniveau-indicator
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
39
Hoofdstuk
08
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Deze geeft de signaalsterkte van de mobiele
telefoon aan.
! De waarde die de indicator aangeeft kan
afwijken van de werkelijke signaal-
sterkte.
! Als het signaalniveau niet beschikbaar
is, wordt deze indicator niet weergege-
ven.
4 Indicator batterijvermogen
Deze geeft het vermogen van de batterij van
de mobiele telefoon aan.
! De waarde die de indicator aangeeft kan
afwijken van het werkelijke batterijni-
veau.
! Als het batterijvermogen niet kan wor-
den vastgesteld, geeft de indicator niets
aan.
5 Klokweergave
Toont de tijd (als het toestel is aangesloten op
een telefoon).
6 Kalenderweergave
Toont de dag, de maand en het jaar (als het
toestel is aangesloten op een telefoon).
Het toestel instellen voor
handsfree telefoneren
Voordat u de functie voor handsfree telefone-
ren kunt gebruiken, moet u op dit toestel een
aantal voorbereidingen treffen. U dient een
Bluetooth draadloze verbinding tussen dit toe-
stel en de telefoon te maken, de telefoon met
dit toestel te pairen, en het volumeniveau en
de microfoonhoek goed af te stellen.
1 Verbinding maken en pairen
Meer informatie over de Bluetooth-verbinding
van een telefoon met dit toestel vindt u in het
volgende gedeelte: Verbinding maken met een
Bluetooth-apparaat op bladzijde 33.
2 Volume instellen
Stel het volume van de mobiele telefoon naar
wens in. Het volume dat u nu instelt wordt in
dit toestel als standaardinstelling in het ge-
heugen opgeslagen.
# Het gespreksvolume en het volume van het
belsignaal zijn afhankelijk van het type mobiele
telefoon dat u gebruikt.
# Als het volume van het belsignaal en het ge-
spreksvolume erg verschillen, kan het algemene
volumeniveau onstabiel worden.
# Controleer of het volume van de mobiele tele-
foon op het gewenste niveau staat voordat u de
telefoon van dit toestel loskoppelt. Als het volume
van de mobiele telefoon is gedempt (op nul
staat), blijft het gedempt zelfs nadat de telefoon
is losgekoppeld.
3 De microfoonhoek aanpassen
De microfoon moet gericht staan op degene
die telefoneert.
Een telefoongesprek voeren
Kies een telefoonnummer
De eenvoudigste manier is het handmatig in-
voeren van het telefoonnummer.
Raadpleeg Iemand opbellen door het telefoon-
nummer in te voeren op bladzijde 45 voor meer
informatie.
Een nummer uit het telefoonboek of
de gespreksgeschiedenis bellen
Voor meer informatie raadpleegt u Een num-
mer uit het telefoonboek bellen op bladzijde 42
en Gekozen, gemiste en ontvangen gesprekken
op bladzijde 43.
Spraakherkenning
Als uw mobiele telefoon is voorzien van
spraakherkenningstechnologie, kunt u een
nummer kiezen door middel van stemopdrach-
ten.
! De bediening is afhankelijk van het type te-
lefoon. Raadpleeg de handleiding van de
mobiele telefoon voor meer informatie.
1 Houd BAND/ESC/CANCEL ingedrukt tot
Voice dial op het display verschijnt.
Als Voice dial ON wordt weergegeven, is de
functie Spraakherkenning beschikbaar.
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
40
Hoofdstuk
08
# Als de mobiele telefoon spraakherkenning
niet ondersteunt, verschijnt NO VOICE DIAL op
het display en kunt u deze functie niet gebruiken.
2 Noem de naam van de gewenste con-
tactpersoon.
Een telefoongesprek aannemen
Een inkomend gesprek
beantwoorden of weigeren
% Een inkomend gesprek beantwoorden
Druk op MULTI-CONTROL als er een gesprek
binnenkomt.
# U kunt een gesprek ook aannemen door op de
afstandsbediening op
/START te drukken.
% Een telefoongesprek beëindigen
Druk op PHONE/
/BT MENU.
# U kunt een gesprek ook beëindigen door op
de afstandsbediening op
/CANCEL te drukken.
% Een inkomend gesprek weigeren
Druk op PHONE/
/BT MENU als er een ge-
sprek binnenkomt.
# U kunt een inkomend gesprek ook weigeren
door op de afstandsbediening op
/CANCEL te
drukken.
Opmerking
De geschatte gespreksduur verschijnt op het dis-
play (deze kan enigszins afwijken van de werkelij-
ke gespreksduur).
Mogelijkheden voor een gesprek in
de wachtstand
% Een gesprek in de wachtstand beant-
woorden
Druk op MULTI-CONTROL als er een gesprek
binnenkomt.
# U kunt een gesprek in de wachtstand ook be-
antwoorden door op de afstandsbediening op
/
START te drukken.
% Alle gesprekken beëindigen
Druk op PHONE/
/BT MENU.
# U kunt alle gesprekken ook beëindigen door
op de afstandsbediening op
/CANCEL te druk-
ken.
% Schakelen tussen de bellers die in de
wachtstand staan
Druk op MULTI-CONTROL.
# U kunt ook overschakelen tussen bellers in de
wachtstand door op de afstandsbediening op a
te drukken.
% Een gesprek in de wachtstand weige-
ren
Druk op PHONE/
/BT MENU.
# U kunt gesprekken in de wachtstand ook wei-
geren door op de afstandsbediening op
/
CANCEL te drukken.
Opmerkingen
! Om het gesprek te beëindigen, moeten zowel
u als de persoon waarmee u sprak de telefoon
ophangen.
! In de stand-bymodus kunt u Phone book op-
roepen door MULTI-CONTROL omlaag te
duwen.
! In de stand-bymodus kunt u Missed calls op-
roepen door MULTI-CONTROL omhoog te
duwen.
! In de stand-bymodus kunt u Dialed calls op-
roepen door MULTI-CONTROL naar rechts te
duwen.
! In de stand-bymodus kunt u Received calls
oproepen door MULTI-CONTROL naar links te
duwen.
De telefoonlijst
Belangrijk
! Voordat u deze lijst gebruikt, moet u het voer-
tuig veilig parkeren en op de handrem zetten.
! U kunt de lijst vanuit alle bronnen oproepen
maar de manier waarop verschilt naargelang
de bron.
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
41
Hoofdstuk
08
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
1 Druk op PHONE/ /BT MENU om over
te schakelen naar de lijst met telefoonnum-
mers.
# Als TEL als bron is geselecteerd, drukt u op
/LIST om over te schakelen naar de lijst met tele-
foonnummers.
2 Selecteer een categorie met
MULTI-CONTROL.
Phone book (telefoonboek)Missed calls
(gemiste gesprekken)Dialed calls (gekozen
gesprekken)Received calls (ontvangen ge-
sprekken)
! Voor meer informatie over het Phone book
raadpleegt u het volgende gedeelte: Een
nummer uit het telefoonboek bellen op deze
bladzijde.
! Voor meer informatie over Missed calls,
Dialed calls en Received calls raadpleegt
u het volgende gedeelte: Gekozen, gemiste
en ontvangen gesprekken op de volgende
bladzijde.
# Namen in Phone book, Missed calls,
Dialed calls of Received calls die u minstens
twee seconden met de cursor geselecteerd hebt,
worden hardop gelezen.
# Als er geen naam is opgeslagen, wordt het te-
lefoonnummer weergegeven.
Een nummer uit het
telefoonboek bellen
Als dit toestel met een draagbare telefoon ver-
bonden is, wordt het telefoonboek van dit toe-
stel automatisch gesynchroniseerd met dat
van de draagbare telefoon. Dit is echter niet
bij alle typen telefoons mogelijk. Als automati-
sche synchronisatie niet mogelijk is, kunt u
het telefoonboek handmatig bijwerken. Raad-
pleeg het volgende gedeelte over het bijwerken
van het telefoonboek: Items naar het telefoon-
boek overzetten op bladzijde 44.
Nadat u in het telefoonboek het gewenste
nummer hebt gevonden, kunt u dat nummer
selecteren en bellen.
1 Druk op PHONE/
/BT MENU om over
te schakelen naar de lijst met telefoonnum-
mers.
# Als TEL als bron is geselecteerd, drukt u op
/LIST om over te schakelen naar de lijst met tele-
foonnummers.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Phone book.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
3 Draai aan MULTI-CONTROL om de
eerste letter te selecteren van de naam die
u zoekt.
# U kunt deze bediening ook uitvoeren door
MULTI-CONTROL omhoog of omlaag te duwen.
# Om een ander alfabet te kiezen, drukt u op
DISP/SCRL. Door herhaaldelijk op DISP/SCRL te
drukken worden de verschillende alfabetten als
volgt doorlopen:
AlfabetRussischGrieks
# De volgorde van voor- en achternaam kan ver-
schillend zijn van de draagbare telefoon.
4 Druk op MULTI-CONTROL om items
weer te geven.
Op het display worden de eerste drie namen in
het telefoonboek weergegeven die met de ge-
selecteerde letter beginnen (bijvoorbeeld Bar-
bara, Bart en Ben wanneer u B had
geselecteerd).
5 Selecteer de persoon die u wilt bellen
door MULTI-CONTROL te draaien.
# U kunt deze bediening ook uitvoeren door
MULTI-CONTROL omhoog of omlaag te duwen.
6 Druk op MULTI-CONTROL om de tele-
foonnummers bij de geselecteerde persoon
weer te geven.
# U kunt de telefoonnummers bij de geselec-
teerde persoon ook weergeven door
MULTI-CONTROL naar rechts te duwen.
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
42
Hoofdstuk
08
# U kunt tekstinformatie door het display laten
schuiven door DISP/SCRL ingedrukt te houden.
Houd DISP/SCRL ingedrukt om te stoppen met
bladeren.
# Als er meerdere telefoonnummers onder een
item zijn opgeslagen, kunt u het gewenste num-
mer selecteren door MULTI-CONTROL te draai-
en.
# Als u een ander item uit het telefoonboek wilt
selecteren, duwt u MULTI-CONTROL naar links.
7 Druk op MULTI-CONTROL om het num-
mer te bellen.
8 Druk op PHONE/
/BT MENU om het
gesprek te beëindigen.
Gekozen, gemiste en
ontvangen gesprekken
De 80 meest recent gekozen, ontvangen en ge-
miste gesprekken worden in een lijst in het ge-
heugen opgeslagen. U kunt deze lijsten
doorbladeren en de telefoonnummers erin op-
bellen.
1 Druk op PHONE/
/BT MENU om over
te schakelen naar de lijst met telefoonnum-
mers.
# Als TEL als bron is geselecteerd, drukt u op
/LIST om over te schakelen naar de lijst met tele-
foonnummers.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Missed calls, Dialed calls of
Received calls.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
3 Draai MULTI-CONTROL om een tele-
foonnummer te selecteren.
Draai MULTI-CONTROL om door de telefoon-
nummers in de lijst te bladeren.
# U kunt het telefoonnummer ook wijzigen door
MULTI-CONTROL omhoog of omlaag te duwen.
4 Druk op MULTI-CONTROL om de gede-
tailleerde lijst weer te geven.
In de gedetailleerde lijst worden de naam, het
telefoonnummer en de datum weergegeven.
# U kunt de gedetailleerde lijst ook weergeven
door MULTI-CONTROL naar rechts te duwen.
# U kunt tekstinformatie door het display laten
schuiven door DISP/SCRL ingedrukt te houden.
Houd DISP/SCRL ingedrukt om te stoppen met
bladeren.
# Door MULTI-CONTROL te draaien, gaat u
naar het vorige of volgende telefoonnummer in
de gedetailleerde lijst.
# Als u niet binnen ongeveer 30 seconden een
handeling uitvoert, wordt de lijstweergave auto-
matisch geannuleerd.
5 Druk op MULTI-CONTROL om het num-
mer te bellen.
6 Druk op PHONE/
/BT MENU om het
gesprek te beëindigen.
Geavanceerde bediening
1 Houd PHONE/ /BT MENU ingedrukt
om TEL als signaalbron te selecteren.
2 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
3 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie FUNCTION.
Het functiemenu wordt weergegeven.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
4 Draai aan MULTI-CONTROL om de func-
tie te selecteren.
PH B Transfer (telefoonboek overzetten)
Auto answer (automatisch beantwoorden in-
stellen)Far end Volume (het luistervolume
van de gesprekspartner afstellen)Ring tone
(beltoon selecteren)Number dial (opbellen
door het telefoonnummer in te voeren)
SCO Private Mode (privémodus)
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
43
Hoofdstuk
08
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Opmerkingen
! Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het weergavedisplay.
! Als de functies (behalve PH B Transfer en
Number dial) niet binnen ongeveer 30 secon-
den gebruikt worden, keert het display auto-
matisch terug naar de gewone weergave.
! SCO Private Mode kan alleen worden inge-
schakeld tijdens een telefoongesprek.
! Number dial kan alleen worden gebruikt als
er een Bluetooth-telefoon met dit toestel is ver-
bonden.
Items naar het telefoonboek
overzetten
U kunt het telefoonboek in de mobiele telefoon
via de mobiele telefoon naar dit toestel overzet-
ten.
! Het telefoonboek biedt voor elke gebruiker
plaats voor 1 000 ingangen (maximaal vijf
toestellen). Elke ingang kan vijf verschil-
lende telefoonnummers en categorieën be-
vatten.
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op de vo-
rige bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie PH B Transfer.
3 Druk op MULTI-CONTROL om naar de
stand-bymodus voor het overzetten van
het telefoonboek te gaan.
4 Gebruik de mobiele telefoon om het te-
lefoonboek over te zetten.
Gebruik de mobiele telefoon om het telefoon-
boek over te zetten. Raadpleeg de handleiding
van de mobiele telefoon voor meer informatie.
Als het telefoonboek is overgezet, wordt
Data transferred weergegeven.
# Het display geeft aan hoeveel items er zijn
overgezet en hoeveel items er in totaal moeten
worden overgezet.
Automatisch beantwoorden
instellen
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op de vo-
rige bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Auto answer.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de functie
Automatisch beantwoorden in te schake-
len.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om de
functie Automatisch beantwoorden uit te schake-
len.
Het luistervolume van de
gesprekspartner afstellen
Om ervoor te zorgen dat u voor uw gespreks-
partner goed verstaanbaar blijft, kunt u met
deze functie diens luistervolume afstellen.
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op de vo-
rige bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Far end Volume.
3 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts en selecteer de gewenste in-
stelling.
12345
# Deze functie kan ook tijdens het bellen inge-
steld worden.
# U kunt voor elk apparaat een instelling op-
slaan.
Het belsignaal in- of uitschakelen
U kunt ervoor kiezen het belsignaal van dit toe-
stel te gebruiken of niet. Wanneer u deze func-
tie inschakelt, wordt het belsignaal van dit
toestel gebruikt.
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
44
Hoofdstuk
08
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op blad-
zijde 43.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Ring tone.
3 Druk op MULTI-CONTROL om het be-
lsignaal in te schakelen.
Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om het
belsignaal uit te schakelen.
Iemand opbellen door het
telefoonnummer in te voeren
Belangrijk
Voordat u deze handeling uitvoert, moet u het
voertuig veilig parkeren en op de handrem zetten.
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op blad-
zijde 43.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Number dial.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om een nummer te selecteren.
4 Duw MULTI-CONTROL naar links of
rechts om de cursor naar de vorige of vol-
gende positie te verplaatsen.
# U kunt maximaal 32 cijfers invoeren.
5 Als u het nummer hebt ingevoerd,
drukt u op MULTI-CONTROL.
De nummerbevestiging verschijnt.
6 Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om
een telefoongesprek te voeren.
7 Druk op PHONE/
/BT MENU om het
gesprek te beëindigen.
De privémodus gebruiken
Tijdens een gesprek kunt u de privémodus in-
schakelen (direct in de mobiele telefoon spre-
ken).
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op blad-
zijde 43.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie SCO Private Mode.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de privé-
modus in te schakelen.
Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om de
privémodus uit te schakelen.
Het scherm voor inkomende
gesprekken selecteren
U kunt een filmscherm selecteren dat wordt
weergeven voor inkomende gesprekken. Als u
wordt opgebeld, wordt de film aan de rechter-
kant van het scherm weergegeven.
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie RECEIVING MOVIE.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
3 Draai aan MULTI-CONTROL om een
scherm te selecteren.
Scherm 1Scherm 2Scherm 3Scherm 4
4 Druk op MULTI-CONTROL om het film-
scherm in het geheugen op te slaan.
Het filmscherm wordt opgeslagen en het dis-
play keert terug.
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Nl
45
Hoofdstuk
08
Gebruik maken van draadloze Bluetooth-technologie
Het toestel bedienen met
spraakherkenning
Belangrijk
In dit gedeelte wordt spraakherkenning uitgelegd
aan de hand van de Engelse taal. Raadpleeg de
bijgesloten opdrachtenlijst voor informatie over
andere talen. Ondersteunde opdrachten zijn ook
in de lijst opgenomen.
U kunt de volgende handelingen uitvoeren
door middel van spraakherkenning:
! Een telefoonnummer invoeren en dat num-
mer bellen.
! Een naam invoeren die in het telefoonboek
is opgeslagen en deze persoon opbellen.
! Een naam en telefoon invoeren die in het
telefoonboek zijn opgeslagen en vervolgens
opbellen.
! De Help-functie openen.
! Een bediening met spraakherkenning op-
nieuw uitvoeren.
1 Druk op VOICE/
om spraakherken-
ning in te schakelen.
De geluidsweergave wordt tijdelijk uitgescha-
keld en u hoort een pieptoon.
2 Wanneer u Voice Command, please.
hoort gevolgd door een pieptoon, geeft u
een stemopdracht.
3 U kunt alleen gebruik maken van de
stemopdrachten die door het toestel wor-
den herkend.
Opmerkingen
! U kunt de spraakherkenning op ieder gewenst
moment annuleren door cancel of abort te
zeggen, of door op SRC/OFF,
BAND/ESC/CANCEL of
te drukken.
! Om terug te keren naar de toestand onmiddel-
lijk na het inschakelen van de spraakherken-
ning, zegt u Restart nadat u de pieptoon hebt
gehoord. Dit brengt u terug naar stap 2.
! Na een verkeerd uitgesproken stemopdracht,
gebeurt er niets en wacht het toestel tot u een
correct uitgesproken stemopdracht geeft.
! Als u twijfels hebt over een stemopdracht,
zegt u Help of What can I say? om de bijbe-
horende Help te horen.
! Spraakherkenning is beschikbaar voor elke
signaalbron die u hiervoor selecteert, maar u
kunt iemand alleen opbellen wanneer een mo-
biele telefoon is aangesloten. Raadpleeg blad-
zijde 33 en controleer of er een mobiele
telefoon is aangesloten, en of dat correct is
gebeurd. Als u een stemopdracht hebt ge-
bruikt voor mobiele telefonie zonder dat een
mobiele telefoon is aangesloten, gebeurt er
niets en wacht het toestel tot u een uitvoer-
bare stemopdracht geeft. Sluit een mobiele te-
lefoon aan en geef een correcte
stemopdracht.
! Zie bladzijde 48 voor de lijst met beschikbare
stemopdrachten.
! Wanneer u geen stemopdracht geeft binnen 8
seconden, hoort u een pieptoon en Cancel,en
wordt teruggekeerd naar het gewone display.
! De bediening is afhankelijk van het type tele-
foon. Raadpleeg de handleiding van de mobie-
le telefoon voor meer informatie.
! Spraakherkenning is niet beschikbaar als de
taal is ingesteld op РУССКИЙ in
Language select.
Opbellen met
spraakherkenning
U kunt iemand opbellen door middel van
spraakherkenning. In dit voorbeeld wordt het
nummer 0123456789 gebeld.
1 Schakel spraakherkenning in.
Raadpleeg Spraakherkenning op deze blad-
zijde.
2 Zeg Dial 0123456789.
3 Zeg Dial.
4 Het nummer wordt gebeld.
Spraakherkenning
Nl
46
Hoofdstuk
09
Opmerkingen
! Voor spraakherkenning mag het telefoonnum-
mer uit maximaal 30 cijfers bestaan. Wanneer
u een langer telefoonnummer opgeeft, ge-
beurt er niets en wacht het toestel tot u een
uitvoerbare stemopdracht geeft. U kunt vervol-
gens een correcte stemopdracht geven.
! U kunt een telefoonnummer ook in delen op-
geven. Wanneer u eerst 01234 opgeeft en ver-
volgens pas 56789, zegt u het tweede deel van
het nummer (56789) na de melding 01234
Please complete the number. Otherwise
say Dial or Correction.
! Als u een telefoonnummer wilt corrigeren,
zegt u Correction en kunt u na de pieptoon
het correcte nummer opgeven. Wanneer u
een nummer in delen opgeeft, kunt u zo het
laatste gedeelte corrigeren. Als u bijvoorbeeld
55555 hebt opgegeven in plaats van 56789,
zegt u Correction na de melding Please com-
plete the number. Otherwise say Dial or
Correction.; vervolgens geeft u het correcte
nummer op.
Opbellen vanuit het
telefoonboek
U kunt spraakherkenning ook gebruiken om
een nummer op te bellen dat in het geheugen
is opgeslagen. In dit voorbeeld wordt het mobi-
ele telefoonnummer van Sandy Jones gebeld.
1 Schakel spraakherkenning in.
Raadpleeg Spraakherkenning op de vorige
bladzijde.
2 Zeg Call Sandy Jones.
U hoort On which number do you want to
call <name>, <type>. gevolgd door de piep-
toon.
# Als onder de opgeslagen naam (Call Sandy
Jones) slechts een telefoonnummer is opgesla-
gen, zegt u Dial om het nummer te bellen.
3 Zeg mobile.
4 Als de opgegeven naam (Sandy Jones)
en telefoon (mobile) correct zijn, zegt u na
de pieptoon Yes.
5 Het nummer wordt gebeld.
Opmerkingen
! U kunt ook in een keer de naam en de telefoon
opgeven door in stap 1 Call Sandy Jones mo-
bile te zeggen.
! Als u een telefoon opgeeft die niet is geregi-
streerd, gebeurt er niets en wacht het toestel
tot u een uitvoerbare stemopdracht geeft. U
kunt vervolgens een correcte stemopdracht
geven.
Als u twijfelt over een
handeling:
Als u in het midden van een handeling plotse-
ling twijfels krijgt over een stemopdracht, kunt
u steeds de Help openen.
1 Schakel spraakherkenning in.
Raadpleeg Spraakherkenning op de vorige
bladzijde.
2 Zeg Help of What can I say?.
3 U krijgt de bijbehorende Help te horen
en de stemopdrachten die u kunt gebrui-
ken worden hardop gesproken.
Spraakherkenning
Nl
47
Hoofdstuk
09
Spraakherkenning
Stemopdrachten
Opdracht Gebruik
(nummer) intoet-
sen
Met deze opdracht geeft u het
telefoonnummer rechtstreeks
op. Het nummer mag maximaal
32 cijfers hebben.
(nummer)
Met deze opdracht voegt u een
nummer toe aan het nummer
dat u hebt opgegeven met
(nummer) intoetsen. (U kunt
een telefoonnummer in delen
opgeven.)
! U kunt de cijfers 0 tot 9 en
*, # en + invoeren.
bel (naam)
(+reeds)
Met deze opdracht geeft u een
naam op zoals opgeslagen in
het telefoonboek, of zowel de
opgeslagen naam als de tele-
foon.
! Ukuntmobile, home,
work, default of other in-
voeren.
(Reeds)
Met deze opdracht specificeert
u een telefoon voor een naam
die reeds in het telefoonboek is
opgeslagen.
Intoetsen
Met deze opdracht bevestigt u
dat u het nummer wilt bellen.
Wanneer u intoetsen zegt,
wordt het nummer gebeld dat u
hebt opgegeven.
Ja
Bevestigen
Met deze opdracht bevestigt u
dat u geen nummer maar een
naam of telefoon opgeeft die u
wilt bellen. Wanneer u Ja zegt,
wordt u de naam of de telefoon
gebeld die u hebt opgegeven.
Corrigeren
Met deze opdracht corrigeert u
het opgegeven telefoonnum-
mer.
Help
Wat kan ik zeg-
gen?
Met deze opdrachten wordt u
geholpen bij de handelingen die
mogelijk zijn in de huidige be-
diening met spraakherkenning.
Herstarten
Met deze opdracht wordt terug-
gekeerd naar de toestand on-
middellijk na het inschakelen
van de spraakherkenn ing.
Annuleren
Met deze opdrachten wordt de
spraakherkenning uitgescha-
keld.
nul 0 kan worden gebruikt.
één 1 kan worden gebruikt.
twee 2 kan worden gebruikt.
drie 3 kan worden gebruikt.
vier 4 kan worden gebruikt.
vijf 5 kan worden gebruikt.
zes 6 kan worden gebruikt.
zeven 7 kan worden gebruikt.
acht 8 kan worden gebruikt.
negen 9 kan worden gebruikt.
sterretje * kan worden gebruikt.
hekje # kan worden gebruikt.
plus + kan worden gebruikt.
Spraakherkenning
Nl
48
Hoofdstuk
09
Audio-instellingen
1
1
1 Audiodisplay
Het audiodisplay toont de status van de audio-
instellingen.
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie AUDIO.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
Het audiomenu wordt weergegeven.
3 Draai aan MULTI-CONTROL en selecteer
de audiofunctie.
Draai aan MULTI-CONTROL om de audiofunc-
ties in de onderstaande volgorde te doorlopen.
Fader (balansinstelling)Powerful (instelling
grafische equalizer)50Hz (instelling 7-bands
grafische equalizer)Loudness (loudness)
SubWoofer1 (instelling subwoofer aan/uit)
SubWoofer2 (subwoofer-instelling)Bass
(bass boost)HPF (high pass filter)SLA
(bronniveauregeling)ASL (automatische vo-
lumeaanpassing)Guide VOL(volume voor
spraakbegeleiding aanpassen)
# U kunt SubWoofer2 alleen selecteren als het
uitgangssignaal van de subwoofer bij
SubWoofer1 is ingeschakeld.
# Wanneer FM als signaalbron wordt gebruikt,
kunt u niet overschakelen naar SLA.
# Als Language select (taalkeuze) is ingesteld
op РУССКИЙ, kan Guide VOL niet worden aan-
gepast.
# Als TEL als signaalbron is geselecteerd, kunt
u alleen Fader (balansinstelling) en Guide VOL
(volume van spraakbegeleiding) aanpassen.
# Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het bij de signaalbron behorende dis-
play.
# Als u een functie (behalve 50Hz) niet binnen
ongeveer 30 seconden gebruikt, keert het display
automatisch terug naar de gewone weergave.
De balansinstelling
U kunt de fader-/balansinstelling aanpassen
voor een optimale geluidsweergave op alle
plaatsen in het voertuig.
1 Geef het audiomenu weer.
Raadpleeg Audio-instellingen op deze blad-
zijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
audiofunctiemenu Fader.
# Als u de balansinstelling eerder hebt aange-
past, verschijnt Balance op het display.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om de balans tussen de luidsprekers
voorin en achterin in te stellen.
Telkens wanneer u MULTI-CONTROL omhoog-
of omlaagduwt, wordt de balans tussen de
luidsprekers voorin en achterin naar voren of
naar achteren verplaatst.
U kunt de balans tussen de luidsprekers van
voor naar achter aanpassen van de waarde
Front 15 tot Rear 15. De waarde wordt op het
display getoond.
# F/R 0 is de aanbevolen instelling wanneer u
slechts twee luidsprekers gebruikt.
# Als de achteruitgang op Rear SP :S/W is inge-
steld, kunt u de balans tussen de luidsprekers
voorin en achterin niet instellen. Raadpleeg De
achteruitgang en de subwooferuitgang instellen op
bladzijde 57.
Audio-instellingen
Nl
49
Hoofdstuk
10
Audio-instellingen
4 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts om de balans in te stellen tus-
sen de linker- en rechterluidsprekers.
Telkens wanneer u MULTI-CONTROL naar
links of naar rechts duwt, wordt de balans tus-
sen de linker- en rechterluidsprekers naar
links of rechts verplaatst.
U kunt de balans tussen de linker- en rechter-
luidsprekers van links naar rechts aanpassen
van de waarde Left 15 tot Rear 15. De waarde
wordt op het display getoond.
De equalizer
Met de equalizer kunt u de geluidsweergave
aanpassen aan de akoestische eigenschappen
van het interieur van het voertuig.
Equalizercurven selecteren
Er zijn zeven vooringestelde equalizercurven
die u op elk moment kunt oproepen. In de on-
derstaande lijst worden de equalizercurven
weergegeven.
Display Equalizercurve
Powerful Power
Natural Natuurlijk
Vocal Vocaal
Custom1 Aangepast 1
Custom2 Aangepast 2
Flat Vlak
SuperBass Superbas
! Custom1 en Custom2 zijn aangepaste
equalizercurven die u zelf maakt. U kunt de
7-bands grafische equalizer gebruiken om
aanpassingen te maken.
! Als Flat is geselecteerd, wordt het geluid
niet aangevuld of gecorrigeerd. Door afwis-
selend te luisteren naar Flat en een van de
andere equalizercurven kunt u het effect
van de verschillende equalizercurven
horen.
1 Geef het audiomenu weer.
Raadpleeg Audio-instellingen op de vorige
bladzijde.
2 Gebruik MULTI-CONTROL en selecteer
de instelling voor de grafische equalizer.
Powerful verschijnt op het display.
Als u de equalizercurve al eerder had geselec-
teerd, wordt de curve die u eerder had geselec-
teerd op het display weergegeven in plaats van
Powerful.
3 Duw MULTI-CONTROL naar links of
rechts om een equalizercurve te selecteren.
Telkens wanneer u MULTI-CONTROL naar
links of naar rechts duwt, worden de equalizer-
curven in onderstaande volgorde geselec-
teerd:
PowerfulNaturalVocalCustom1
Custom2FlatSuperBass
Equalizercurven aanpassen
U kunt de voorgeprogrammeerde equalizer-
curven nog verder aanpassen aan uw voorkeu-
ren (nuancecontrole). Flat, Custom1 en
Custom2 kunnen niet worden aangepast.
1 Roep de equalizercurve op die u wilt
aanpassen.
Raadpleeg Equalizercurven selecteren op deze
bladzijde.
2 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om de equalizercurve aan te passen.
Telkens als u MULTI-CONTROL omhoog- of
omlaagduwt, verhoogt of verlaagt u de equali-
zercurve.
U kunt de equalizercurve verhogen of verlagen
tussen de waarden +6 en 4 (of 6). Deze
waarde wordt op het display getoond.
# Het bereik van de aanpassing is afhankelijk
van de gekozen equalizercurve.
# De equalizercurve waarvan alle frequenties
zijn ingesteld op 0 kan niet worden aangepast.
Audio-instellingen
Nl
50
Hoofdstuk
10
De 7-bands grafische equalizer
aanpassen
Voor de equalizercurven Custom1 en
Custom2 kunt u het niveau van elke band aan-
passen.
! Voor elke signaalbron kunt u een afzonder-
lijke Custom1-curve maken. (De inge-
bouwde cd-speler en een eventueel
aanwezige multi-cd-speler worden automa-
tisch op dezelfde equalizercurve ingesteld.)
Als u aanpassingen maakt terwijl er een
andere curve dan Custom2 is geselecteerd,
worden de aangepaste instellingen opge-
slagen in Custom1.
! U kunt een algemene Custom2-curve in-
stellen voor alle signaalbronnen. Als u aan-
passingen maakt terwijl de Custom2-curve
is geselecteerd, wordt de Custom2-curve
bijgewerkt.
1 Roep de equalizercurve op die u wilt
aanpassen.
Raadpleeg Equalizercurven selecteren op de
vorige bladzijde.
2 Gebruik MULTI-CONTROL en selecteer
de instelling van de 7-bands grafische
equalizer.
De frequentie en het niveau (bijvoorbeeld
50Hz +4) verschijnen op het display.
3 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts en selecteer de frequentieband
van de equalizer die u wilt aanpassen.
Telkens wanneer u MULTI-CONTROL naar
links of naar rechts duwt, worden de frequen-
tiebanden van de equalizer in onderstaande
volgorde geselecteerd:
50Hz125Hz315Hz800Hz2kHz
5kHz12.5kHz
4 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om het niveau van de frequentieband
van de equalizer aan te passen.
Telkens wanneer u MULTI-CONTROL omhoog-
of omlaagduwt, verhoogt of verlaagt u het ni-
veau van de frequentieband van de equalizer.
U kunt het niveau verhogen of verlagen tussen
de waarden +6 en 6. De waarde wordt op het
display getoond.
# Vervolgens kunt u een andere band kiezen en
daarvan het niveau aanpassen.
De loudness aanpassen
De loudness-functie compenseert een tekort
aan hoge en lage tonen bij lage volumes.
1 Geef het audiomenu weer.
Raadpleeg Audio-instellingen op bladzijde 49.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
audiofunctiemenu Loudness.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de loud-
ness-functie in te schakelen.
Het loudness-niveau (bijvoorbeeld Mid) ver-
schijnt op het display.
# Als u de loudness-functie wilt uitzetten, drukt
u nogmaals op MULTI-CONTROL.
4 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts om het gewenste niveau te se-
lecteren.
Telkens wanneer u MULTI-CONTROL naar
links of naar rechts duwt, wordt het volgende
niveau in onderstaande volgorde geselecteerd:
Low (laag)Mid (midden)High (hoog)
De subwooferuitgang
Dit toestel is voorzien van een in- en uitscha-
kelbare subwooferuitgang.
1 Geef het audiomenu weer.
Raadpleeg Audio-instellingen op bladzijde 49.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie SubWoofer1.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de sub-
wooferuitgang in te schakelen.
Normal verschijnt op het display. De subwoo-
feruitgang is nu ingeschakeld.
# Als u de subwooferuitgang wilt uitzetten,
drukt u nogmaals op MULTI-CONTROL.
4 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts en selecteer de fase-instelling
voor de subwooferuitgang.
Duw MULTI-CONTROL naar links om de te-
gengestelde fase te selecteren; Reverse ver-
schijnt op het display. Duw MULTI-CONTROL
naar rechts om de normale fase te selecteren;
Normal verschijnt op het display.
Audio-instellingen
Nl
51
Hoofdstuk
10
Audio-instellingen
De subwooferinstellingen
aanpassen
Als de subwooferuitgang is ingeschakeld,
kunt u de drempelfrequentie en het uitgangs-
niveau van de subwoofer instellen.
De subwoofer geeft alleen frequenties bene-
den de geselecteerde waarde weer.
! Als de subwooferuitgang is ingeschakeld,
kunt u SubWoofer2 selecteren.
1 Geef het audiomenu weer.
Raadpleeg Audio-instellingen op bladzijde 49.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie SubWoofer2.
3 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts om de drempelfrequentie te se-
lecteren.
Telkens wanneer u MULTI-CONTROL naar
links of naar rechts duwt, worden de beschik-
bare waarden in onderstaande volgorde gese-
lecteerd:
50Hz63Hz80Hz100Hz125Hz
4 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om het uitgangsniveau van de sub-
woofer aan te passen.
Telkens als u MULTI-CONTROL omhoog of
omlaag duwt, verhoogt of verlaagt u het ni-
veau van de subwoofer. U kunt het niveau aan-
passen tussen de waarden +6 en -24.De
waarde wordt op het display getoond.
De lage tonen versterken
De bass boost-functie versterkt de lage tonen
(bastonen).
1 Geef het audiomenu weer.
Raadpleeg Audio-instellingen op bladzijde 49.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Bass.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om het gewenste niveau te selecte-
ren.
U kunt het niveau verhogen of verlagen tussen
de waarden 0 en +6. De waarde wordt op het
display getoond.
Het high pass filter
Als u wilt dat de luidsprekers voorin of achter-
in geen lage tonen (tonen uit het frequentiebe-
reik van de subwoofer) weergeven, kunt u het
HPF (high pass filter) aanzetten. Alleen fre-
quenties boven het geselecteerde bereik wor-
den weergegeven via de voor- of
achterluidsprekers.
1 Geef het audiomenu weer.
Raadpleeg Audio-instellingen op bladzijde 49.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie HPF.
3 Druk op MULTI-CONTROL om het high
pass filter in te schakelen.
80Hz verschijnt op het display. Het high pass
filter staat nu aan.
# Als het high pass filter eerder al is aangepast,
wordt de frequentie van de vorige instelling weer-
gegeven en niet 80Hz.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om het
high pass filter uit te schakelen.
4 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts om de drempelfrequentie te se-
lecteren.
Telkens wanneer u MULTI-CONTROL naar
links of naar rechts duwt, worden de beschik-
bare waarden in onderstaande volgorde gese-
lecteerd:
50Hz63Hz80Hz100Hz125Hz
Het bronniveau aanpassen
Met de functie Bronniveauregeling (SLA) kunt
u het volumeniveau van elke signaalbron af-
zonderlijk instellen. Hierdoor kunt u plotse-
linge volumewisselingen voorkomen wanneer
naar een andere signaalbron wordt overge-
schakeld.
! De instellingen zijn gebaseerd op het FM-
volumeniveau, dat u niet kunt wijzigen.
1 Vergelijk het volumeniveau van de sig-
naalbron die u wilt aanpassen met het FM-
volumeniveau.
2 Geef het audiomenu weer.
Raadpleeg Audio-instellingen op bladzijde 49.
Audio-instellingen
Nl
52
Hoofdstuk
10
3 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
audiofunctiemenu SLA.
4 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om het volume van de signaalbron
aan te passen.
U kunt het volume van de signaalbron verho-
gen of verlagen tussen de waarden SLA +4 en
SLA 4. De waarde wordt op het display ge-
toond.
Opmerkingen
! Het MW/LW-volumeniveau kan ook met de
functie SLA worden aangepast.
! De ingebouwde cd-speler en de multi-cd-spe-
ler worden automatisch op hetzelfde volume-
niveau ingesteld.
! Extern toestel 1 en extern toestel 2 worden au-
tomatisch op hetzelfde volumeniveau inge-
steld.
Automatische
volumeaanpassing
Tijdens het rijden verandert het geluid in het
voertuig voortdurend afhankelijk van de rijsnel-
heid en de weggesteldheid. De functie auto-
matische volumeaanpassing (ASL) reageert
op deze variërende omgevingsgeluiden en ver-
hoogt automatisch het volume als het geluid
van buitenaf toeneemt. U kunt de gevoeligheid
van de ASL-functie (de volumewijziging ten op-
zichte van het achtergrondgeluidsniveau) op
vijf niveaus instellen.
1 Geef het audiomenu weer.
Raadpleeg Audio-instellingen op bladzijde 49.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie ASL.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de ASL-
functie in te schakelen.
Mid verschijnt op het display.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om de
ASL-functie uit te schakelen.
4 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts om het gewenste ASL-niveau
te selecteren.
Telkens wanneer u MULTI-CONTROL naar
links of naar rechts duwt, wordt het volgende
ASL-niveau in onderstaande volgorde geselec-
teerd:
Low (laag)Mid-L (midden-laag)Mid (mid-
den)Mid-H (midden-hoog)High (hoog)
Het volume van de
spraakbegeleiding afstellen
U kunt het volume van de spraakbegeleiding
en tekst-naar-spraakomzetting aanpassen.
1 Geef het audiomenu weer.
Raadpleeg Audio-instellingen op bladzijde 49.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Guide VOL.
3 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om het volume van de Help aan te
passen.
U kunt het volume van de spraakbegeleiding
verhogen of verlagen tussen de waarden 0 en
62. De waarde wordt op het display ge-
toond.
Audio-instellingen
Nl
53
Hoofdstuk
10
Audio-instellingen
De begininstellingen
aanpassen
1
1
1
U kunt verscheidene begininstellingen van het
systeem aan uw wensen aanpassen voor een
optimaal resultaat.
1 Functiedisplay
! Hierop is de status van de ingestelde
functie af te lezen.
1 Houd SRC/OFF ingedrukt tot het toestel
uit gaat.
2 Houd MULTI-CONTROL ingedrukt tot-
dat het menu met begininstellingen wordt
weergegeven.
3 Draai MULTI-CONTROL om één van de
begininstellingen te selecteren.
Draai aan MULTI-CONTROL om de functies in
de onderstaande volgorde te doorlopen.
Language select (taal selecteren)Calendar
(kalender)Clock (klok)Off clock (uit-klok)
FM step (FM-afstemstap)Auto PI (auto-
matische PI-zoekfunctie)Warning tone
(waarschuwingstoon)AUX1 (externe aan-
sluiting 1)AUX2 (externe aansluiting 2)
List guidance (instelling spraakbegeleiding)
Dimmer (dimmer)Brightness (helderheid)
S/W control (achteruitgang en subwoofer-
instelling)Demonstration (functiedemo)
Reverse mode (tegengestelde modus)
Ever-scroll (Ever Scroll)BT AUDIO (instel-
ling Bluetooth-audio)BT Memory clear
(Bluetooth-geheugen wissen)
Software update (software bijwerken)
Volg onderstaande instructies om deze instel-
lingen aan te passen.
# Druk op BAND/ESC/CANCEL om het aanpas-
sen van begininstellingen te annuleren.
De taal selecteren
Dit toestel beschikt over een Help-functie in
meerdere talen. U kunt zelf de gewenste taal
instellen.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
deze bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling Language select in het menu met
begininstellingen.
3 Duw MULTI-CONTROL naar links of
rechts en selecteer de taal.
EnglishFrançaisItalianoEspañol
DeutschNederlandsРУССКИЙ
4 Druk op MULTI-CONTROL om de selec-
tie te bepalen.
# De geselecteerde taal wordt zowel voor het
display als de spraakbegeleiding gebruikt.
# Als de taal is ingesteld op РУССКИЙ, zijn
spraakbegeleiding en tekst-naar-spraakomzetting
niet beschikbaar.
De datum instellen
De datum verschijnt wanneer de telefoon als
signaalbron is geselecteerd of wanneer de sig-
naalbronnen en de functiedemo uit staan.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
deze bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling Calendar in het menu met beginin-
stellingen.
Calendar verschijnt op het display.
3 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts en selecteer het deel van de
datum dat u wilt instellen.
Duw MULTI-CONTROL naar links of rechts
om een ander deel van de datuminstelling te
selecteren:
Begininstellingen
Nl
54
Hoofdstuk
11
DagMaandJaar
Het geselecteerde onderdeel gaat knipperen.
4 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om de datum in te stellen.
Als u MULTI-CONTROL omhoogduwt, ver-
hoogt u de geselecteerde dag, maand of jaar.
Als u MULTI-CONTROL omlaagduwt, verlaagt
u de geselecteerde dag, maand of jaar.
De klok instellen
Volg onderstaande instructies om de klok in te
stellen.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
de vorige bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling Clock in het menu met begininstel-
lingen.
3 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts en selecteer het tijdonderdeel
dat u wilt instellen.
Duw MULTI-CONTROL naar links of rechts
om een ander deel van de tijdinstelling te se-
lecteren:
UurMinuut
Het geselecteerde onderdeel gaat knipperen.
# U kunt de klok met een tijdsignaal gelijkzetten
door op MULTI-CONTROL te drukken.
! Minuten tussen 00 en 29 worden naar be-
neden afgerond. (Bijvoorbeeld 10:18 wordt
afgerond naar 10:00.)
! Minuten tussen 30 en 59 worden naar
boven afgerond. (Bijvoorbeeld 10:36 wordt
afgerond naar 11:00.)
4 Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om de tijd in te stellen.
Het uit-klokdisplay in- en
uitschakelen
Als het uit-klokdisplay aan staat, wordt de tijd
op het display weergegeven wanneer de sig-
naalbronnen en functiedemo uit staan.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
de vorige bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling Off clock in het menu met beginin-
stellingen.
3 Druk op MULTI-CONTROL om het uit-
klokdisplay in te schakelen.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om het
uit-klokdisplay uit te schakelen.
De FM-afstemstap instellen
Standaard wordt er bij automatisch afstem-
men een FM-afstemstap van 50 kHz gebruikt,
en 100 kHz als de functie AF of TA is ingescha-
keld. Maar soms krijgt u een beter resultaat
als ook bij AF een afstemstap van 50 kHz
wordt gebruikt.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
de vorige bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling FM step in het menu met beginin-
stellingen.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de FM-af-
stemstap te selecteren.
Telkens als u op MULTI-CONTROL drukt, wij-
zigt u de FM-afstemstap tussen 50 kHz en 100
kHz. De geselecteerde FM-afstemstap ver-
schijnt op het display.
# Bij handmatig afstemmen blijft de afstemstap
50 kHz.
Begininstellingen
Nl
55
Hoofdstuk
11
Begininstellingen
Automatisch PI-zoeken in-
of uitschakelen
Als deze functie is ingeschakeld, probeert het
toestel bij slechte ontvangst automatisch een
andere zender met gelijkaardige programmas
te vinden, ook als u een voorkeuzezender se-
lecteerde.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling Auto PI in het menu met beginin-
stellingen.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de auto-
matische PI-zoekfunctie in te schakelen.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om de
automatische PI-zoekfunctie uit te schakelen.
De waarschuwingstoon in-
of uitschakelen
Als het voorpaneel niet binnen vier seconden
na het uitschakelen van het contact van het
hoofdtoestel wordt verwijderd, klinkt er een
waarschuwingstoon. U kunt deze waarschu-
wingstoon uitschakelen.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling Warning tone in het menu met be-
gininstellingen.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de waar-
schuwingstoon in te schakelen.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om de
waarschuwingstoon uit te schakelen.
De externe ingang in- of
uitschakelen
Door middel van de externe ingang kunnen ex-
terne apparaten op dit toestel worden aange-
sloten en afzonderlijk worden gebruikt.
Daarvoor moet eerst de betreffende AUX-in-
gang worden ingeschakeld. Raadpleeg De
AUX-signaalbron op bladzijde 61 voor meer in-
formatie over het aansluiten en gebruiken van
externe apparaten.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Gebruik MULTI-CONTROL om AUX1/
AUX2 te selecteren.
3 Druk op MULTI-CONTROL om AUX1 of
AUX2 in te schakelen.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om deze
weer uit te schakelen.
Lijsttekst omzetten in spraak
Als u met de cursor een item in een lijst selec-
teert, kan het gesproken worden weergegeven
(TTS, Text To Speech Playback). Wanneer deze
functie is ingeschakeld, worden items die door
de cursor twee seconden of langer worden
aangewezen, voorgelezen.
! Deze functie is beschikbaar voor namen in
de volgende lijsten:
Phone book (telefoonboek)
Missed calls (gemiste gesprekken)
Dialed calls (gekozen gesprekken)
Received calls (ontvangen gesprekken)
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie List guidance.
Begininstellingen
Nl
56
Hoofdstuk
11
3 Druk op MULTI-CONTROL om
List guidance in te schakelen.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om deze
functie uit te schakelen.
# Deze functie is niet beschikbaar als de taal is
ingesteld op РУССКИЙ in Language select.
De dimmer in- of uitschakelen
Om te voorkomen dat het display s avonds te
fel schijnt, kan het automatisch worden ge-
dimd wanneer u de koplampen van het voer-
tuig aanzet. U kunt de dimfunctie naar wens
aan- of uitzetten.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling Dimmer in het menu met beginin-
stellingen.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de dim-
mer in te schakelen.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om de
dimmer uit te schakelen.
De helderheid aanpassen
U kunt de helderheid van het display aanpas-
sen.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling Brightness in het menu met begin-
instellingen.
3 Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts om het helderheidsniveau in te
stellen.
U kunt het niveau verhogen of verlagen tussen
de waarden 0 en 15. De waarde wordt op het
display getoond.
# Als de dimmer is ingeschakeld, kan de helder-
heid worden aangepast tussen de waarden 0 en
10.
De achteruitgang en de
subwooferuitgang instellen
U kunt de achteruitgang van dit toestel (de
aansluiting voor de luidspreker achterin en de
RCA-achteruitgang) gebruiken om een luid-
spreker met volledig bereik (Rear SP :F.Range)
of een subwoofer (Rear SP :S/W) aan te slui-
ten. Als u de achteruitgang op Rear SP :S/W
zet, kunt u de luidspreker achterin recht-
streeks op een subwoofer aansluiten, zonder
een externe versterker te gebruiken.
Standaard is dit toestel ingesteld voor het aan-
sluiten van een luidspreker achterin met volle-
dig bereik (Rear SP :F.Range).
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling S/W control in het menu met be-
gininstellingen.
3 Druk op MULTI-CONTROL om een an-
dere instelling voor de achteruitgang te se-
lecteren.
Als u op MULTI-CONTROL drukt, kunt u kie-
zen uit Rear SP :F.Range (luidspreker met vol-
ledig bereik) en Rear SP :S/W (subwoofer). Dit
wordt op het display aangegeven.
# Als er geen subwoofer op de achteruitgang is
aangesloten, selecteert u Rear SP :F.Range (luid-
spreker met volledig bereik).
# Als er een subwoofer op de achteruitgang is
aangesloten, selecteert u Rear SP :S/W (subwoo-
fer).
Begininstellingen
Nl
57
Hoofdstuk
11
Begininstellingen
Opmerkingen
! Als u deze instelling wijzigt, is er pas een uit-
gangssignaal als u ook het uitgangssignaal
voor de subwoofer inschakelt (raadpleeg De
subwooferuitgang op bladzijde 51).
! Als u deze instelling wijzigt, wordt de subwoo-
feruitgang in het audiomenu teruggezet naar
de fabrieksinstellingen.
! De uitgangsaansluiting voor de luidsprekers
achterin en de RCA-achteruitgang worden te-
gelijkertijd omgezet.
De functiedemo inschakelen
De functiedemo begint automatisch als dit
toestel is uitgeschakeld en het contact in de
accessoirestand (ACC) staat of aan staat.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling Demonstration in het menu met
begininstellingen.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de func-
tiedemo aan te zetten.
# Druk opnieuw op MULTI-CONTROL om de
functiedemo uit te schakelen.
Opmerkingen
! Let op: de accu kan leeglopen als de functie-
demo geactiveerd blijft terwijl de motor uit
staat.
! U kunt de functiedemo ook in- of uitschakelen
door op DISP/SCRL te drukken als het toestel
uit staat. Raadpleeg Informatie over de demo-
functies op bladzijde 10 voor meer in-
formatie.
De tegengestelde modus
inschakelen
Als u niet binnen ongeveer 30 seconden een
handeling uitvoert, wordt de tekst op het dis-
play in tegengestelde kleuren weergegeven.
De weergave wordt iedere 10 seconden gewij-
zigd.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling Reverse mode in het menu met be-
gininstellingen.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de tegen-
gestelde modus in te schakelen.
# Druk opnieuw op MULTI-CONTROL om de te-
gengestelde modus uit te schakelen.
Opmerking
U kunt de tegengestelde modus ook in- of uit-
schakelen door op BAND/ESC/CANCEL te druk-
ken als het toestel uit staat. Raadpleeg
Tegengestelde modus op bladzijde 10 voor meer
informatie.
Begininstellingen
Nl
58
Hoofdstuk
11
Ever Scroll inschakelen
Als Ever Scroll op ON is ingesteld, blijft even-
tueel aanwezige tekstinformatie continu door
het display schuiven. Zet Ever Scroll op OFF
als u wilt dat de informatie maar één keer door
het display schuift.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling Ever-scroll in het menu met begin-
instellingen.
3 Druk op MULTI-CONTROL om Ever
Scroll aan te zetten.
# Druk opnieuw op MULTI-CONTROL om Ever
Scroll uit te zetten.
De signaalbron BT Audio
inschakelen
De signaalbron BT Audio moet worden inge-
schakeld als u een Bluetooth-audiospeler wilt
gebruiken.
Deze instelling is standaard ingeschakeld. Als
u BT Audio niet gebruikt, kunt u deze uitscha-
kelen.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de in-
stelling BT AUDIO in het menu met begin-
instellingen.
3 Druk op MULTI-CONTROL om de sig-
naalbron BT Audio in te schakelen.
# Druk opnieuw op MULTI-CONTROL om de
signaalbron BT Audio uit te schakelen.
De Bluetooth-module resetten
Informatie met betrekking tot Bluetooth-tele-
foons en Bluetooth-audio kan worden gewist.
Om uw persoonlijke gegevens te beschermen,
wordt u aangeraden om zulke gegevens te ver-
wijderen voordat u het toestel aan derden over-
draagt. De volgende instellingen worden
verwijderd.
! items uit het telefoonboek van de Blue-
tooth-telefoon
! voorkeuzenummers uit de Bluetooth-tele-
foon
! het registratienummer van de Bluetooth-te-
lefoon
! de gespreksgeschiedenis van de Bluetooth-
telefoon
! gegevens van de laatst aangesloten Blue-
tooth-audiospeler
! informatie over het aangesloten Bluetooth-
apparaat
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie BT Memory clear.
3 Duw MULTI-CONTROL naar rechts om
het bevestigingsscherm weer te geven.
Clear memory YES wordt weergegeven. Het
toestel is nu gereed om het geheugen te wis-
sen.
# Als u het telefoongeheugen niet wilt resetten,
drukt u MULTI-CONTROL naar links. Het display
keert terug.
4 Druk op MULTI-CONTROL om het uit
het geheugen te wissen.
Cleared wordt weergegeven en de instellingen
zijn verwijderd.
Begininstellingen
Nl
59
Hoofdstuk
11
Begininstellingen
De software voor
Bluetooth bijwerken
Met behulp van deze functie kunt u de soft-
ware van dit toestel bijwerken met de meest
recente versie. Raadpleeg onze website voor
meer informatie over de software en het bij-
werken ervan.
Belangrijk
Schakel het toestel nooit uit terwijl de software
wordt bijgewerkt.
1 Geef het menu met begininstellingen
weer.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
bladzijde 54.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie Software update.
3 Druk op MULTI-CONTROL en geef de
gegevensoverdrachtsmodus weer.
# Volg de aanwijzingen op het scherm om het
bijwerken te voltooien.
Begininstellingen
Nl
60
Hoofdstuk
11
De AUX-signaalbron
Op dit toestel kunt u maximaal twee externe
apparaten aansluiten, zoals videoapparatuur
of draagbare apparaten (los verkrijgbaar). Aan-
gesloten externe apparaten worden automa-
tisch als een AUX-signaalbron herkend en
toegewezen aan AUX1 of AUX2. Het verschil
tussen de signaalbronnen AUX1 en AUX2
wordt hieronder uitgelegd.
Informatie over AUX1 en AUX2
Externe apparaten kunnen op twee manieren
op dit toeste l worden aangesloten.
AUX1-signaalbron:
Als u een extern apparaat aansluit met een ste-
reo-miniplugkabel
% Steek de stereo-miniplugkabel in de in-
gang van dit toestel.
Raadpleeg de installatiehandleiding voor meer
informatie.
Het externe apparaat wordt autom atisch inge-
steld op AUX1.
AUX2-signaalbron:
Als u een extern apparaat aansluit met een IP-
BUS-RCA-adapter (los verkrijgbaar)
% Met een IP-BUS-RCA-adapter zoals de
CD-RB20/CD-RB10 (los verkrijgbaar) kunt u
externe apparatuur met een RCA-uitgang
op dit toestel aansluiten.
Raadpleeg voor meer informatie de gebrui-
kershandleiding van de IP-BUS-RCA-adapter.
Het externe apparaat wordt autom atisch inge-
steld op AUX2.
# U kunt op deze manier alleen externe appara-
ten aansluiten die voorzien zijn van een RCA-uit-
gang.
De signaalbron AUX selecteren
% Druk op SRC/OFF en selecteer AUX als
signaalbron.
# De signaalbron AUX kan alleen worden gese-
lecteerd als de externe ingang is ingeschakeld.
Raadpleeg De externe ingang in- of uitschakelen
op bladzijde 56 voor meer informatie.
De AUX-titel instellen
U kunt de naam wijzigen die wordt weergege-
ven voor de signaalbronnen AUX1 en AUX2.
1 Nadat u AUX als signaalbron hebt gese-
lecteerd, selecteert u met MULTI-CONTROL
de optie FUNCTION en vervolgens
TitleInput "A".
2 Voer de titel op dezelfde wijze in als
voor de ingebouwde cd-speler.
Raadpleeg Disctitels invoeren op bladzijde 26
voor meer informatie over de bediening.
Gebruik van een extern toestel
Met een extern toestel wordt een Pioneer-pro-
duct bedoeld (bijvoorbeeld een toekomstig ver-
krijgbaar product) dat niet als bron gebruikt
kan worden maar waarvan u de basisfuncties
met dit toestel kunt bedienen. Met dit toestel
kunnen twee externe toestellen worden be-
diend. Als er twee externe toestellen op dit toe-
stel zijn aangesloten, worden deze
automatisch toegewezen als extern toestel 1 of
extern toestel 2.
Hieronder wordt de basisbediening van het ex-
terne toestel uitgelegd. De beschikbare func-
ties zijn afhankelijk van het gebruikte toestel.
Raadpleeg voor meer informatie de handlei-
ding van het externe toestel.
Een extern toestel als
signaalbron selecteren
% Druk op SRC/OFF en selecteer
EXTERNAL als signaalbron.
Overige functies
Nl
61
Hoofdstuk
12
Overige functies
Basisbediening
De functies die met de volgende handelingen
zijn verbonden, zijn afhankelijk van het externe
toestel dat op dit toestel is aangesloten. Raad-
pleeg voor meer informatie de handleiding van
het externe toestel.
% Druk op BAND/ESC/CANCEL.
% Houd BAND/ESC/CANCEL ingedrukt.
% Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts.
% Houd MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts ingedrukt.
% Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag.
Geavanceerde bediening
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie FUNCTION.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
3 Draai aan MULTI-CONTROL om de func-
tie te selecteren.
Function1 (functie 1)Function2 (functie 2)
Function3 (functie 3)Function4 (functie
4)Auto/Manual (automatisch/handmatig)
Opmerking
Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te keren
naar het gewone display.
De entertainment-displays
Tijdens het luisteren kunnen verschillende en-
tertainment-displays worden weergeven.
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie ENTERTAINMENT.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
3 Gebruik MULTI-CONTROL om het ge-
wenste display te selecteren.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
BGV (achtergrondweergave)BGP-1 (achter-
grondafbeelding 1)BGP-2 (achtergrondaf-
beelding 2) BGP-3 (achtergrondafbeelding 3)
BGP-4 (achtergrondafbeelding 4)
SIMPLE-1 (eenvoudig display 1)SIMPLE-2
(eenvoudig display 2)LEVEL METER (niveau-
meter)VISUALIZER1 (visualizer 1)
VISUALIZER2 (visualizer 2)VISUALIZER3 (vi-
sualizer 3)SPECTRUM ANALYZER 1 (spec-
trumanalyzer 1)SPECTRUM ANALYZER 2
(spectrumanalyzer 2)MOVIE 1 (film 1)
MOVIE 2 (film 2)
# Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het weergavedisplay.
Melding voor nieuwe SMS-
berichten
Wanneer een nieuw SMS-bericht wordt ont-
vangen door de aangesloten mobiele telefoon,
wordt op het display gedurende 8 seconden
een melding weergegeven. U hoort ook een
pieptoon.
Opmerkingen
! Wanneer een nieuw SMS-bericht wordt ont-
vangen terwijl een menuscherm wordt weer-
gegeven, wordt de weergave van het
menuscherm afgebroken.
! Wanneer een nieuw SMS-bericht wordt ont-
vangen terwijl de functiedemo loopt, wordt de
functiedemo onderbroken en weer voortgezet
na weergave van de ontvangstmelding.
Overige functies
Nl
62
Hoofdstuk
12
Muziek op de iPod afspelen
Basisbediening
U kunt via dit toestel een iPod-interfaceadapter
(bijvoorbeeld CD-IB100N) bedienen. Deze is los
verkrijgbaar.
2
2
2
1
1
1
3
3
3
1 Songnummerindicator
2 Weergavetijdindicator
3 Songlengte (voortgangsbalk)
% Vooruit of achteruit spoelen
Houd MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts ingedrukt.
% Een fragment selecteren
Duw MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts.
Opmerkingen
! Lees de voorzorgsmaatregelen voor het ge-
bruik van de iPod in het volgende gedeelte.
Raadpleeg bladzijde 79.
! Als er een iPod op dit toestel is aangesloten,
wordt PIONEER (of
(vinkje)) op de iPod
weergegeven.
! Als er een foutmelding wordt weergegeven,
raadpleeg dan Foutmeldingen op bladzijde 73.
! Als het contact in de accessoirestand (ACC)
staat of aan staat, wordt de batterij van de
iPod opgeladen als de iPod op dit toestel is
aangesloten.
! Als de iPod op dit toestel is aangesloten, kunt
u de iPod zelf niet aan- of uitzetten.
! Verwijder de koptelefoon van de iPod voordat
u de dock connector van dit toestel op de iPod
aansluit.
! De iPod wordt ongeveer twee minuten nadat
de contactschakelaar op OFF is gezet, uitge-
schakeld.
Tekstinformatie op de iPod
weergeven
% Druk op DISP/SCRL om de gewenste
tekstinformatie te selecteren.
Weergavetijd
: naam artiest en : songti-
tel
: naam artiest en : albumnaam :
albumnaam en
: songtitel : songtitel en
weergavetijd
# Tekens op de iPod die niet compatibel zijn met
dit toestel worden niet weergegeven.
Opmerkingen
! Door DISP/SCRL ingedrukt te houden, kunt u
de tekstinformatie naar links laten schuiven.
! Als Ever Scroll bij de begininstellingen op ON
is ingesteld, blijft de tekstinformatie continu
door het display schuiven. Raadpleeg Ever
Scroll inschakelen op bladzijde 59.
Naar een song bladeren
De bediening van deze functie is gelijk aan de
bediening bij een iPod die via USB op dit toe-
stel is aangesloten. (Raadpleeg Naar een song
bladeren op bladzijde 29.)
De categorieën die kunnen worden geselec-
teerd wijken echter enigszins af. Deze catego-
rieën zijn
Playlists (speellijsten)Artists (artiesten)
Albums (albums)Songs (songs)Genres
(genres)
Geavanceerde bediening
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie FUNCTION.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
Het functiemenu wordt weergegeven.
Verkrijgbare accessoires
Nl
63
Hoofdstuk
13
Verkrijgbare accessoires
3 Draai aan MULTI-CONTROL om de func-
tie te selecteren.
Play mode (herhaalde weergave)
Shuffle mode (willekeurige weergave)
Pause (pauze)
Functies en bediening
De bediening van Play mode en Pause is in
principe identiek aan die van de ingebouwde
cd-speler.
Functienaam Gebruik
Play mode
Raadpleeg Een herhaalbereik selecte-
ren op bladzijde 25.
De herhaalbereiken die u kunt selec-
teren zijn echter verschillend van de
ingebouwde cd-speler. De herhaalbe-
reiken van de iPod zijn:
! Repeat One De huidige song
herhalen
! Repeat All Alle songs in de ge-
selecteerde lijst herhalen
Pause
Raadpleeg Het afspelen onderbreken
op bladzijde 25.
Opmerkingen
! Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het gewone display.
! Als een functie niet binnen ongeveer 30 se-
conden wordt gebruikt, keert het display auto-
matisch terug naar het gewone display.
Songs in willekeurige volgorde
afspelen (shuffle)
% Druk zo vaak als nodig op /iPod om
de gewenste instelling te selecteren.
! Shuffle Songs De songs in de geselec-
teerde lijst in willekeurige volgorde afspe-
len.
! Shuffle Albums De songs van een wille-
keurig album op volgorde afspelen.
! Shuffle OFF Het afspelen in willekeurige
volgorde annuleren.
# U kunt deze functie ook inschakelen in het
menu dat verschijnt als u MULTI-CONTROL ge-
bruikt.
Multi-cd-speler
Basisbediening
U kunt via dit toestel een los verkrijgbare multi-
cd-speler bedienen.
! Multi-cd-spelers voor 50 discs ondersteunen
alleen de functies die in deze handleiding
worden beschreven.
! Dit toestel ondersteunt niet de functies voor
disctitellijsten voor een multi-cd-speler voor
50 discs. Raadpleeg Discs selecteren uit de
disctitellijst op bladzijde 68 voor meer infor-
matie over de functies voor titellijsten van
discs.
3
3
3
1
1
1
2
2
2
1 Discnummerindicator
2 Fragmentnummerindicator
3 Weergavetijdindicator
% Een disc selecteren
Duw MULTI-CONTROL omhoog of omlaag.
% Vooruit of achteruit spoelen
Houd MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts ingedrukt.
% Een fragment selecteren
Duw MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts.
Opmerkingen
! Wanneer de multi-cd-speler klaar is met de
voorbereidingen, verschijnt READY op het dis-
play.
Verkrijgbare accessoires
Nl
64
Hoofdstuk
13
! Als er een foutmelding wordt weergegeven,
raadpleeg dan de handleiding van de multi-
cd-speler.
! Als er geen discs in het magazijn van de
multi-cd-speler zijn geplaatst, verschijnt
NO DISC op het display.
Functies voor cd-text
U kunt deze functies uitsluitend gebruiken met
een voor cd-text geschikte multi-cd-speler.
De bediening is gelijk aan die van de inge-
bouwde cd-speler.
Raadpleeg De tekstinformatie van de disc weer-
geven op bladzijde 23.
Geavanceerde bediening
U kunt Compression (compressie en DBE) al-
leen gebruiken met een multi-cd-speler die deze
functie ondersteunt.
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie FUNCTION.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
Het functiemenu wordt weergegeven.
3 Draai aan MULTI-CONTROL om de func-
tie te selecteren.
Play mode (herhaalde weergave)
Random mode (willekeurige weergave)
Scan mode (scanweergave)Pause (pauze)
Compression (compressie en DBE)
ITS play mode (ITS-weergave)ITS memo
(ITS-programmering)TitleInput "A" (discti-
telinvoer)
# Als een functie (behalve ITS memo en
TitleInput "A") niet binnen ongeveer 30 secon-
den gebruikt wordt, keert het display automatisch
terug naar de gewone weergave.
# Als u een cd-text-disc afspeelt op een met cd-
text compatibele multi-cd-speler, kunt u
TitleInput "A" niet gebruiken. Op een cd-text-
disc is de disctitel namelijk al vastgelegd.
Functies en bediening
De bediening van de functies Play mode,
Random mode, Scan mode, Pause en
TitleInput "A" is in principe gelijk aan de be-
diening van deze functies op de ingebouwde
cd-speler.
Functienaam Gebruik
Play mode
Raadpleeg Een herhaalbereik selec-
teren op bladzijde 25.
De herhaalbereiken die u kunt se-
lecteren zijn echter verschillend
van de ingebouwde cd-speler. De
multi-cd-speler heeft de volgende
herhaalbereiken:
! M-CD repeat Alle discs in de
multi-cd-speler herhalen
! Track repeat Alleen het huidi-
ge fragment herhalen
! Disc repeat De huidige disc
herhalen
Random mode
Raadpleeg Fragmenten in willekeu-
rige volgorde afspelen op bladzijde
25.
Scan mode
Raadpleeg Mappen en fragmenten
scannen op bladzijde 25.
Pause
Raadpleeg Het afspelen onderbre-
ken op bladzijde 25.
TitleInput "A"
Raadpleeg Disctitels invoeren op
bladzijde 26.
Opmerkingen
! Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het weergavedisplay.
! Als u tijdens de herhaalde weergave een an-
dere disc selecteert, wordt het herhaalbereik
gewijzigd in M-CD repeat.
! Als u tijdens Track repeat een fragment zoekt
of vooruit- of achteruitspoelt, wordt het bereik
voor herhaalde weergave gewijzigd in
Disc repeat.
! Wanneer het scannen van fragmenten of
discs is voltooid, wordt de normale weergave
van de fragmenten hervat.
Verkrijgbare accessoires
Nl
65
Hoofdstuk
13
Verkrijgbare accessoires
Compressie en extra
basversterking
U kunt deze functies alleen gebruiken met een
daarvoor geschikte multi-cd-speler.
Met de functies voor compressie (COMP) en
dynamische basversterking (DBE, Dynamic
Bass Emphasis) kunt u de geluidskwaliteit van
de multi-cd-speler aanpassen.
1 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op de vo-
rige bladzijde.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu Compression.
# Als de multi-cd-speler niet geschikt is voor de
COMP/DBE-functie, verschijnt NO COMP op het
display wanneer u deze functie selecteert.
3 Druk op MULTI-CONTROL en selecteer
de gewenste instelling.
COMP OFFCOMP 1COMP 2
COMP OFFDBE 1DBE 2
ITS-speellijsten
Met ITS (Instant Track Selection) kunt u een
speellijst met uw favoriete fragmenten samen-
stellen van de discs die in het magazijn van de
multi-cd-speler zijn geplaatst. Als u uw favor-
iete fragmenten aan de speellijst hebt toege-
voegd, kunt u de ITS-weergave inschakelen
om de geselecteerde fragmenten af te spelen.
Met ITS kunt u voor maximaal 100 discs (met
de disctitels), per disc tot 99 fragmenten invoe-
ren en afspelen. (Bij multi-cd-spelers die vóór
de CDX-P1250 en CDX-P650 zijn verkocht, kun-
nen maximaal 24 fragmenten in de speellijst
worden opgeslagen.)
Een speellijst met ITS-
programmering samenstellen
1 Speel een cd af die u wilt programme-
ren.
Duw MULTI-CONTROL omhoog of omlaag om
de cd te selecteren.
2 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op de vo-
rige bladzijde.
3 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu ITS memo.
4 Selecteer het gewenste fragment door
MULTI-CONTROL naar links of rechts te
duwen.
5 Duw MULTI-CONTROL omhoog om het
huidige fragment in de speellijst op te
slaan.
Memory complete wordt weergegeven en de
huidige selectie wordt aan de speellijst toege-
voegd.
6 Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug
te keren naar het weergavedisplay.
Opmerking
Als er gegevens voor 100 discs in het geheugen
zijn opgeslagen, worden de gegevens van de
oudste disc door de nieuwe overschreven.
De ITS-speellijst afspelen
Met ITS-weergave kunt u de fragmenten afspe-
len die u in de ITS-speellijst hebt ingevoerd.
Als u de ITS-weergave inschakelt, worden de
fragmenten uit de ITS-lijst in de multi-cd-speler
afgespeeld.
1 Selecteer het herhaalbereik.
Raadpleeg Fragmenten in willekeurige volgorde
afspelen op bladzijde 25.
2 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op de vo-
rige bladzijde.
3 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu ITS play mode.
Verkrijgbare accessoires
Nl
66
Hoofdstuk
13
4 Druk op MULTI-CONTROL om de ITS-
weergave in te schakelen.
ITS play verschijnt op het display. Het afspe-
len begint met de fragmenten van de speellijst
binnen het eerder geselecteerde bereik,
M-CD repeat of Disc repeat.
# Als er geen fragmenten in het huidige bereik
voor ITS-weergave zijn geprogrammeerd, ver-
schijnt ITS empty op het display.
# Druk nogmaals op MULTI-CONTROL om de
ITS-weergave uit te schakelen.
Een fragment uit de ITS-speellijst
verwijderen
U kunt een fragment uit de ITS-speellijst ver-
wijderen als de ITS-weergave aan staat.
Als de ITS-weergave al is geactiveerd, gaat u
verder met stap 2. Als de ITS-weergave is uitge-
schakeld, gebruikt u MULTI-CONTROL.
1 Speel de cd af waarvan u een fragment
uit de ITS-speellijst wilt verwijderen en
schakel de ITS-weergave in.
Raadpleeg De ITS-speellijst afspelen op de vo-
rige bladzijde.
2 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op blad-
zijde 65.
3 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu ITS memo.
4 Selecteer het gewenste fragment door
MULTI-CONTROL naar links of rechts te
duwen.
5 Duw MULTI-CONTROL omlaag om het
fragment uit de ITS-speellijst te verwijde-
ren.
Het huidige fragment wordt uit de ITS-speel-
lijst verwijderd en het volgende fragment
wordt afgespeeld.
# Als de speellijst geen fragmenten binnen het
huidige bereik bevat, wordt ITS empty weergege-
ven en wordt de disc normaal afgespeeld.
6 Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug
te keren naar het weergavedisplay.
Een cd uit de ITS-speellijst verwijderen
U kunt alle fragmenten van een cd uit de ITS-
speellijst verwijderen als de ITS-weergave uit
staan.
1 Speel de cd af die u wilt verwijderen.
Duw MULTI-CONTROL omhoog of omlaag om
de cd te selecteren.
2 Geef het functiemenu weer.
Raadpleeg Geavanceerde bediening op blad-
zijde 65.
3 Selecteer met MULTI-CONTROL in het
functiemenu ITS memo.
4 Duw MULTI-CONTROL omlaag om alle
fragmenten van de huidige cd uit de ITS-
speellijst te verwijderen.
Alle fragmenten van de spelende cd worden
uit de speellijst verwijderd en
Memory deleted wordt weergegeven.
5 Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug
te keren naar het weergavedisplay.
Functies voor disctitels
U kunt cd-titels invoeren en laten weergeven.
Daarna kunt u eenvoudig naar de disc zoeken
die u wilt afspelen.
Disctitels invoeren
Gebruik de invoerfunctie voor disctitels om
maximaal 100 cd-titels (met ITS-speellijst) in
de multi-cd-speler op te slaan. Een titel kan
maximaal 10 tekens lang zijn.
Raadpleeg Disctitels invoeren op bladzijde 26
voor meer informatie over de bediening.
! De titels blijven in het geheugen bewaard,
zelfs als de disc uit het magazijn wordt ver-
wijderd. Ze worden opgeroepen als de disc
weer in het toestel wordt geplaatst.
Verkrijgbare accessoires
Nl
67
Hoofdstuk
13
Verkrijgbare accessoires
! Als er gegevens voor 100 discs in het ge-
heugen zijn opgeslagen, worden de gege-
vens van de oudste disc door de nieuwe
overschreven.
Disctitels weergeven
% Druk op DISP/SCRL om de gewenste
tekstinformatie te selecteren.
! Cds met ingevoerde titel
Weergavetijd
: disctitel en weergavetijd
! Cd-text-discs
Weergavetijd
: naam artiest disc en :
fragmenttitel
: naam artiest disc en :
disctitel
: disctitel en : fragmenttitel
: naam artiest fragment en : frag-
menttitel
: fragmenttitel en weergave-
tijd
Discs selecteren uit de disctitellijst
In de disctitellijst krijgt u een overzicht van de
in de multi-cd-speler ingevoerde disctitels. Zo
kunt u gemakkelijk de gewenste disc kiezen
om af te spelen.
1 Druk op
/LIST om vanaf het weerga-
vedisplay over te schakelen naar de discti-
tellijst.
2 Gebruik MULTI-CONTROL om de ge-
wenste disctitel te selecteren.
Draai aan de knop om een andere disctitel te
selecteren. Druk op de knop om het afspelen
te starten.
# U kunt ook een andere disctitel kiezen door
MULTI-CONTROL omhoog of omlaag te duwen.
# Duw tijdens het afspelen van een cd-text-disc
MULTI-CONTROL naar rechts om een lijst weer
te geven met de fragmenten op de geselecteerde
disc. Duw MULTI-CONTROL naar links om terug
te keren naar de disclijst.
# Door DISP/SCRL ingedrukt te houden, kunt u
de cursor links van de titel plaatsen. Houd
DISP/SCRL ingedrukt om te stoppen met blade-
ren.
# Als er geen titel voor een disc is ingevoerd,
wordt No Title weergegeven.
# Als er geen disc in het magazijn is geplaatst,
verschijnt NO DISC naast het discnummer.
# Als de lijst niet binnen ongeveer 30 seconden
wordt gebruikt, keert het display automatisch
terug naar het normale display.
Verkrijgbare accessoires
Nl
68
Hoofdstuk
13
Dvd-speler
Basisbediening
U kunt via dit toestel een los verkrijgbare dvd-
speler of multi-dvd-speler bedienen.
Raadpleeg voor meer informatie over de bedie-
ning de handleiding van de dvd-speler of
multi-dvd-speler. In dit gedeelte vindt u infor-
matie over de bediening van de dvd-speler met
dit toestel voor zover die afwijkt van de infor-
matie in de handleiding van de dvd-speler of
multi-dvd-speler.
5
5
5
1
1
1
1
3
3
3
4
4
4
2
2
2
1 DVD-V/VCD/CD/MP3/WMA-indicator
Deze geeft het type disc aan dat wordt afge-
speeld.
2 Discnummerindicator
Geeft het nummer weer van de disc die mo-
menteel wordt afgespeeld als u een multi-dvd-
speler gebruikt.
3 Titel-/Mapnummerindicator
Deze toont de titel (dvd-video) of het mapnum-
mer (gecomprimeerde audio) van de selectie
die momenteel wordt afgespeeld.
4 Hoofdstuk-/Fragmentnummerindicator
Deze toont het nummer van het hoofdstuk
(dvd-video) of fragment (video-cd, cd of ge-
comprimeerde audio) dat momenteel wordt
afgespeeld.
5 Weergavetijdindicator
% Een hoofdstuk/fragment selecteren
Duw MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts.
% Vooruit of achteruit spoelen
Houd MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts ingedrukt.
# Als u gecomprimeerde audio afspeelt, hoort u
geen geluid bij vooruit- of achteruitspoelen.
% Duw MULTI-CONTROL naar links of
naar rechts om naar het vorige of volgende
hoofdstuk/fragment te gaan.
Een disc selecteren
! U kunt deze functie alleen gebruiken als er
een multi-dvd-speler op het toestel is aan-
gesloten.
% Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om de gewenste disc te selecteren.
Een map selecteren
! U kunt deze functie alleen gebruiken als er
op dit toeste l een dvd-speler is aangesloten
die gecomprimeerde audiobestanden kan
afspelen.
% Duw MULTI-CONTROL omhoog of om-
laag om een map te selecteren.
Geavanceerde bediening
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
2 Selecteer met MULTI-CONTROL de me-
nuoptie FUNCTION.
Draai aan de knop om een andere menuoptie
te selecteren. Druk erop om uw keuze te be-
vestigen.
Het functiemenu wordt weergegeven.
3 Draai aan MULTI-CONTROL om de func-
tie te selecteren.
Tijdens het afspelen van een dvd-video of
video-cd
Play mode (herhaalde weergave)Pause
(pauze)
Tijdens het afspelen van een cd
Verkrijgbare accessoires
Nl
69
Hoofdstuk
13
Verkrijgbare accessoires
Play mode (herhaalde weergave)
Random mode (willekeurige weergave)
Scan mode (scanweergave)Pause (pauze)
ITS play mode (ITS-weergave) ITS memo
(ITS-invoer)TitleInput "A" (disctitelinvoer)
Tijdens het afspelen van gecomprimeerde
audio
Play mode (herhaalde weergave)
Random mode (willekeurige weergave)
Scan mode (scanweergave)Pause (pauze)
# Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het weergavedisplay.
# Als u een functie (behalve ITS memo en
TitleInput "A") niet binnen ongeveer 30 secon-
den gebruikt, keert het display automatisch terug
naar de gewone weergave.
Functies en bediening
De bediening van de functies Play mode,
Random mode, Scan mode, Pause en
TitleInput "A" is in principe gelijk aan de be-
diening van deze functies op de ingebouwde
cd-speler.
De functies ITS play mode en ITS memo zijn
in principe gelijk aan die van de multi-cd-spe-
ler.
Functienaam Gebruik
Play mode
Raadpleeg Een herhaalbereik selec-
teren op bladzijde 25.
Het herhaalbereik dat u kunt selec-
teren hangt echter af van het type
disc of systeem. Het herhaalbereik
van de dvd-speler/multi-dvd-speler
is als volgt:
U kunt deze functie niet gebrui ken
tijdens PBC-weergave van video-
cds.
! Disc repeat De huidige disc
herhalen
! Folder repeat De huidige
map herhalen
! Title repeat Alleen de huidi-
ge titel herhalen
! Chapter repeat Alleen het
huidige hoofdstuk herhalen
! Track repeat Het huidige
fragment herhalen
Random mode
Raadpleeg Fragmenten in willekeu-
rige volgorde afspelen op bladzijde
25.
Scan mode
Raadpleeg Mappen en fragmenten
scannen op bladzijde 25.
Pause
Raadpleeg Het afspelen onderbre-
ken op bladzijde 25.
ITS play mode
Raadpleeg ITS-speellijsten op blad-
zijde 66.
ITS memo
Raadpleeg ITS-speellijsten op blad-
zijde 66.
TitleInput "A"
Raadpleeg Disctitels invoeren op
bladzijde 26.
Opmerkingen
! Als u tijdens de herhaalde weergave een an-
dere disc selecteert, wordt het herhaalbereik
gewijzigd in Disc repeat.
! Als u tijdens het afspelen van een video-cd of
cd een fragment zoekt of snel vooruit- of ach-
teruitspoelt tijdens Track repeat, wordt het
herhaalbereik gewijzigd in Disc repeat.
! Als u tijdens de het afspelen van gecompri-
meerde audio een andere map kiest, wordt
het herhaalbereik gewijzigd in Disc repeat.
Verkrijgbare accessoires
Nl
70
Hoofdstuk
13
! Als u tijdens het afspelen van gecompri-
meerde audio een fragment zoekt of snel voor-
uit- of achteruitspoelt tijdens Track repeat,
wordt het herhaalbereik gewijzigd in
Folder repeat.
! Een multi-dvd-speler met ITS-functies en dis-
ctitelfuncties kan ook op dit toestel worden
aangesloten. In dat geval kunnen
ITS play mode, ITS memo en de invoerfunc-
tie voor disctitels bediend worden.
! De ITS-functie van een dvd-speler verschilt
enigszins van de ITS-weergave met een multi-
cd-speler. Bij een multi-dvd-speler heeft ITS-
weergave alleen betrekking op het afspelen
van cds. Raadpleeg ITS-speellijsten op blad-
zijde 66 voor meer informatie.
Tv-tuner
Basisbediening
U kunt via dit toestel een los verkrijgbare tv-
tuner bedienen.
Raadpleeg de handleiding van de tv-tuner voor
meer informatie over de bediening van de tv-
tuner. In dit gedeelte vindt u informatie over de
bediening van de tv-tuner met dit toestel voor
zover die afwijkt van de handleiding van de tv-
tuner.
3
3
3
1
1
1
2
2
2
2
1 Frequentiebandindicator
2 Voorkeuzenummerindicator
3 Zenderindicator
% Een frequentieband selecteren
Druk op BAND/ESC/CANCEL.
% Een zender selecteren (stap voor stap)
Duw MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts.
% Automatisch afstemmen
Houd MULTI-CONTROL even naar links of
naar rechts ingedrukt en laat deze weer los.
Opmerkingen
! U kunt met TV-1 of TV-2 een frequentieband
selecteren.
! U kunt het automatisch afstemmen annuleren
door MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts te duwen.
! Als u MULTI-CONTROL naar links of naar
rechts duwt en vasthoudt, kunt u zenders
overslaan. Het automatisch afstemmen begint
zodra u MULTI-CONTROL loslaat.
Zenders opslaan en oproepen
U kunt 12 zenders opslaan zodat u deze later
eenvoudig en snel kunt oproepen.
! Voor elke band kunnen 12 zenders in het
geheugen worden opgeslagen.
1 Druk op LIST.
Het scherm met voorkeuzezenders wordt weer-
gegeven.
2 Gebruik MULTI-CONTROL om de gese-
lecteerde zender in het geheugen op te
slaan.
Draai aan de knop om een ander voorkeuze-
nummer te selecteren. Houd de knop inge-
drukt om de frequentie op te slaan.
3 Gebruik MULTI-CONTROL om de ge-
wenste zender te selecteren.
Draai aan de knop om een andere zender te
kiezen. Druk op de knop om deze te selecte-
ren.
# U kunt ook een andere zender zoeken door
MULTI-CONTROL omhoog of omlaag te duwen.
# Als de lijst niet binnen ongeveer 30 seconden
wordt gebruikt, keert het display automatisch
terug naar het normale display.
Verkrijgbare accessoires
Nl
71
Hoofdstuk
13
Verkrijgbare accessoires
De sterkste zenders op
volgorde opslaan (BSSM)
1 Druk op MULTI-CONTROL om het
hoofdmenu weer te geven.
2 Gebruik MULTI-CONTROL en selecteer
FUNCTION om BSSM weer te geven.
3 Druk op MULTI-CONTROL om BSSM in
te schakelen.
Searching begint te knipperen. Terwijl
Searching knippert, worden de 12 sterkste
zenders opgeslagen, te beginnen bij de
laagste zender. Als het zoeken is voltooid, ver-
schijnt de lijst met voorkeuzezenders.
# Druk opnieuw op MULTI-CONTROL om het
opslaan te annuleren.
4 Gebruik MULTI-CONTROL om de ge-
wenste zender te selecteren.
Draai aan de knop om een andere zender te
kiezen. Druk op de knop om deze te selecte-
ren.
# U kunt ook een andere zender zoeken door
MULTI-CONTROL omhoog of omlaag te duwen.
# Druk op BAND/ESC/CANCEL om terug te
keren naar het gewone display.
# Als de lijst niet binnen ongeveer 30 seconden
wordt gebruikt, keert het display automatisch
terug naar het normale display.
Verkrijgbare accessoires
Nl
72
Hoofdstuk
13
Problemen verhelpen
Bluetooth-audio/telefoon
Symptoom Oorzaak Maatregel
Het geluidssig-
naal van de
Bluetooth-ge-
luidsbron
wordt niet
weergegeven.
Er wordt op het-
zelfde moment
getelefoneerd
met een via Blue-
tooth aangeslo-
ten mobiele
telefoon.
Het geluidssignaal
wordt weergegeven
nadat het gesprek
beëindigd is.
Er wordt op het-
zelfde moment
een via Bluetooth
aangesloten mo-
biele telefoon ge-
bruikt.
Gebruik de mobiele
telefoon niet op
hetzelfde moment.
Er werd opgebeld
met een via Blue-
tooth aangeslo-
ten mobiele
telefoon maar
het gesprek werd
onmiddellijk
weer beëindigd.
Daardoor kon de
verbinding tus-
sen dit toestel en
de mobiele tele-
foon niet correct
worden afgeslo-
ten.
Herstel de Blue-
tooth-verbinding
tussen dit toestel
en de mobiele tele-
foon.
Foutmeldingen
Schrijf een foutmelding altijd nauwkeurig op
en houd deze bij de hand als u contact op-
neemt met uw leverancier of het dichtstbij-
zijnde Pioneer-servicecentrum.
Ingebouwde cd-speler
Melding Oorzaak Maatregel
ERROR-11, 12,
17, 30
Vuile disc Maak de disc
schoon.
Bekraste disc Vervang de disc.
ERROR-10, 11,
12, 15, 17, 30,
A0
Elektrisch of me-
chanisch pro-
bleem
Zet het contact uit
en weer aan, of
schakel over naar
een andere sig-
naalbron en dan
terug naar de cd-
speler.
ERROR-15 De geplaatste
disc bevat geen
gegevens
Vervang de disc.
ERROR-22, 23 Het cd-formaat
kan niet worden
afgespeeld
Vervang de disc.
No audio De geplaatste
disc bevat geen
bestanden die
kunnen worden
afgespeeld
Vervang de disc.
TRK SKIPPED De geplaatste
disc bevat WMA-
bestanden die
door digital
rights manage-
ment (digitaal
rechtenbeheer,
DRM) zijn bevei-
ligd
Vervang de disc.
PROTECT Alle bestanden
op de disc zijn
door digital
rights manage-
ment (digitaal
rechtenbeheer,
DRM) beveiligd
Vervang de disc.
USB-audiospeler/USB-geheugen
Melding Oorzaak Maatregel
No audio Geen songs Zet de audiobe-
standen over naar
de draagbare USB-
audiospeler/het
USB-geheugen en
maak verbinding.
Er is USB-geheu-
gen met inge-
schakelde bevei-
liging aangeslo-
ten
Raadpleeg de in-
structies van het
USB-geheugen om
de beveiliging uit
te schakelen.
Aanvullende informatie
Nl
73
Aanhangsel
Aanvullende informatie
NO DEVICE
Er is geen USB-
opslagapparaat
of iPod aangeslo -
ten op de USB-
poort van dit toe-
stel.
Sluit een compati-
bel USB-opslagap-
paraat aan.
TRK SKIPPED De aangesloten
draagbare USB-
audiospeler/het
USB-geheugen
bevat WMA-be-
standen die door
Windows Me-
diaä DRM 9/10
zijn beveiligd
Speel audiobestan-
den af die niet door
Windows Media
DRM 9/10 zijn be-
veiligd.
PROTECT Alle bestanden
op de aangeslo-
ten draagbare
USB-audiospe -
ler/in het USB-
geheugen zijn
door Windows
Media DRM 9/10
beveiligd
Zet audiobestan-
den die niet door
Windows Media
DRM 9/10 zijn be-
veiligd over naar de
draagbare USB-au-
diospeler/het USB-
geheugen en sluit
het apparaat aan.
NOT COMPA-
TIBLE
Het aangesloten
USB-apparaat
wordt door dit
toestel niet on-
dersteund.
Sluit een draag-
bare USB-audio-
speler of USB-
geheugen aan dat
compatibel is met
USB Mass Storage
Class.
CHECK USB Er is kortsluiting
opgetreden in de
USB-aansluiting
of de USB-kabel.
Controleer of de
USB-stekker en de
USB-kabel niet er-
gens ingeklemd
zijn of beschadigd
zijn.
De aangesloten
draagbare USB-
audiospeler of
het aangesloten
USB-geheugen
verbruikt meer
dan 500 mA
(maximaal toe-
laatbare stroom-
sterkte).
Ontkoppel de
draagbare USB-au-
diospeler/het USB-
geheugen en ge-
bruik dit apparaat
niet meer. Zet de
contactschakelaar
op OFF, daarna op
ACC of ON en sluit
vervolgens een
compatibele draag-
bare USB-audio-
speler/compatibel
USB-geheugen
aan.
ERROR-19
Communicatie-
fout
Probeer de vol-
gende mogelijkhe-
den.
Zet het contact uit
en dan weer aan.
Ontkoppel de
draagbare USB-au-
diospeler/het USB-
geheugen.
Schakel over naar
een andere bron.
Schakel vervolgens
terug naar de USB-
audiospeler/het
USB-geheugen.
ERROR-23 Het USB-toestel
is niet geformat-
teerd met de in-
deling FAT16 of
FAT32
Gebruik een USB-
toestel dat gefor-
matteerd is met de
indeling FAT16 of
FAT32.
iPod
Melding Oorzaak Maatregel
ERROR-19 Communicatie-
fout
Verwijder de kabel
uit de iPod. Sluit
de kabel weer aan
als het hoofdmenu
van de iPod wordt
weergegeven.
Reset de iPod.
iPod-fout Verwijder de kabel
uit de iPod. Sluit
de kabel weer aan
als het hoofdmenu
van de iPod wordt
weergegeven.
Reset de iPod.
ERROR-16 Oude versie van
iPod
Update de versie
van de iPod.
iPod-fout Verwijder de kabel
uit de iPod. Sluit
de kabel weer aan
als het hoofdmenu
van de iPod wordt
weergegeven.
Reset de iPod.
Aanvullende informatie
Nl
74
Aanhangsel
ERROR-A1
CHECK USB
iPod is niet opge-
laden, maar
functioneert cor-
rect
Controleer of de
kabel van de iPod
niet is kortgeslo-
ten, bijvoorbeeld
contact maakt met
metalen voorwer-
pen. Zet daarna het
contact uit en weer
aan, of ontkoppel
de iPod en sluit
deze weer aan.
No Songs Geen songs Zet de songs over
naar de iPod.
STOP Geen songs in de
huidige lijst
Selecteer een lijst
die wel songs
bevat.
NO DEVICE Er is geen USB-
opslagapparaat
of iPod aangeslo -
ten op de USB-
poort van dit toe-
stel.
Sluit een compati-
bele iPod aan.
Bluetooth-audio/telefoon
Melding Oorzaak Maatregel
ERROR-10 Fout in de
stroomvoorzie-
ning van de Blue-
tooth-module van
dit toestel
Zet de contact-
schakelaar uit
(OFF) en daarna op
de accessoirestand
(ACC) of aan (ON).
Als de storing hier-
mee niet is verhol-
pen, neem dan
contact op met uw
leverancier of een
erkend Pioneer
Servicecentrum.
Richtlijnen voor het gebruik
van discs en de speler
! Gebruik uitsluitend discs die voorzien zijn
van een van onderstaande twee logos.
! Gebruik uitsluitend normale, ronde discs.
Gebruik geen discs met een andere vorm
(shaped discs).
! Gebruik cds van 12 of 8 cm. Gebruik geen
adapter als u cds van 8 cm afspeelt.
! Plaats geen ander object dan een cd in de
cd-laadsleuf.
! Gebruik geen gebarste, gebroken, kromme
of op andere wijze beschadigde discs,
omdat zulke discs de speler kunnen be-
schadigen.
! Niet-gefinaliseerde cd-r/cd-rw-discs kunnen
niet worden afgespeeld.
! Raak de gegevenszijde van de disc niet
aan.
! Bewaar discs in het bijbehorende doosje
wanneer u ze niet gebruikt.
! Bewaar discs niet in een hete ruimte of in
direct zonlicht.
! Plak geen labels op discs, schrijf er niet op
en breng het oppervlak niet in aanraking
met chemische middelen.
! Als u een cd reinigt, veegt u de disc van het
midden naar de buitenkant met een zachte
doek schoon.
Aanvullende informatie
Nl
75
Aanhangsel
Aanvullende informatie
! Condens en vochtvorming kunnen de werk-
ing van de speler tijdelijk negatief beïnvloe-
den. Laat de speler in een warmere
omgeving ongeveer een uur op tempera-
tuur komen. Veeg vochtige schijven met
een zachte doek schoon.
! Sommige discs kunnen niet worden afge-
speeld afhankelijk van het type disc, de in-
deling ervan, de toepassing waarmee deze
is opgenomen, de omgeving waarin deze
wordt afgespeeld, de manier waarop deze
wordt bewaard, enzovoort.
! Tekstinformatie wordt soms niet correct
weergegeven. Dat is afhankelijk van de ma-
nier waarop de disc is opgenomen.
! Schokken tijdens het rijden van het voer-
tuig kunnen de disc laten overslaan.
! Lees de voor discs geldende voorzorgs-
maatregelen voordat u ze gebruikt.
Dual discs
! Dual discs zijn dubbelzijdige discs met aan
de ene kant een beschrijfbaar cd- oppervlak
voor audio-opnamen en aan de andere
kant een beschrijfbaar dvd-oppervlak voor
video-opnamen.
! Aangezien de cd-zijde van Dual discs niet
compatibel is met de algemene cd-stan-
daard, is het wellicht niet mogelijk de cd-
zijde op dit toestel af te spelen.
! Het regelmatig plaatsen en uitwerpen van
een Dual disc kan krassen veroorzaken op
de disc en tot afspeelproblemen leiden. In
sommige gevallen kan een Dual disc vast
komen te zitten in de cd-laadsleuf en kan
deze niet meer worden uitgeworpen. Om
problemen te voorkomen wordt u aangera-
den om geen Dual discs te gebruiken met
dit toestel.
! Raadpleeg de informatie van de fabrikant
van de disc voor meer informatie over dual
discs.
Compatibiliteit met
gecomprimeerde audio
WMA
! Compatibel formaat: WMA gecodeerd met
Windows Media Player
! Bestandsextensie: .wma
! Bitsnelheid: 5 kbps tot 320 kbps (CBR),
VBR
! Bemonsteringsfrequentie: 8 kHz tot 48 kHz
! Windows Media Audio 9 Professional, Los-
sless, Voice: Nee
MP3
! Bestandsextensie: .mp3
! Bitsnelheid: 8 kbps tot 320 kbps (CBR),
VBR
! Bemonsteringsfrequentie: 8 kHz tot 48 kHz
(32, 44,1, 48 kHz voor de beste kwaliteit)
! Compatibele ID3-tag-versie: 1.0, 1.1, 2.2, 2.3
(ID3-tag versie 2.x krijgt prioriteit boven ver-
sie 1.x.)
! M3u speellijst: Nee
! MP3i (MP3 interactive), mp3 PRO: Nee
AAC
! Compatibel formaat: AAC gecodeerd met
iTunes
! Bestandsextensie: .m4a
! Bitsnelheid: 8 kbps tot 320 kbps
! Bemonsteringsfrequentie: 8 kHz tot 44,1
kHz
! Overdrachtssnelheid: 16 kbps tot 320 kbps
! Apple Lossless: Nee
WAV
! Bestandsextensie: .wav
! Compatibel formaat: Lineair PCM (LPCM),
MS ADPCM
! Quantisatiebits: 8 en 16 (LPCM), 4 (MS
ADPCM)
! Bemonsteringsfrequentie: 16 kHz tot 48
kHz (LPCM), 22,05 kHz tot 44,1 kHz (MS
ADPCM)
Aanvullende informatie
Nl
76
Aanhangsel
Omgang met het toestel en
bijkomende informatie
! Er kan een kleine vertraging optreden bij
het afspelen van audiobestanden die met
afbeeldingsgegevens zijn gecodeerd.
! Alleen de eerste 32 tekens van de bestands-
naam (inclusief de extensie) of mapnaam
worden weergegeven.
! De tekstinformatie bij sommige audiobe-
standen wordt mogelijk niet correct weer-
gegeven.
! Een juiste werking van dit toestel is afhan-
kelijk van de toepassing waarmee de WMA-
bestanden zijn gecodeerd.
! Russische tekst kan alleen op dit toestel
worden weergegeven als die met de vol-
gende tekensets is gecodeerd:
Unicode (UTF-8, UTF-16)
Andere tekensets dan Unicode die in
een Windows-omgeving worden ge-
bruikt en op Russisch zijn ingesteld bij
de taalinstellingen
Gecomprimeerde
audiobestanden op disc
! ISO 9660 niveau 1 en 2 compatibel. Bestan-
den in de bestandssystemen Romeo en Jo-
liet zijn compatibel met deze speler.
! Het afspelen van multisessie-discs is moge-
lijk.
! Gecomprimeerde audiobestanden zijn niet
compatibel met packet write data transfer.
! Bij het afspelen van gecomprimeerde audi-
odiscs wordt altijd een korte pauze ingelast
tussen de fragmenten. Dit gebeurt onge-
acht de lengte van de lege ruimte tussen
de fragmenten op de originele opname.
USB-audiospeler/USB-geheugen
LET OP
Pioneer is niet verantwoordelijk voor eventueel
verlies van gegevens in het USB-geheugen of de
draagbare USB-audiospeler, zelfs niet als dat ge-
beurt tijdens gebruik van dit toestel.
! Dit toestel kan audiobestanden afspelen op
een draagbare USB-audiospeler/USB-ge-
heugen dat compatibel is met USB MSC
(Mass Storage Class). Bestanden waarop
auteursrechten rusten en die beschermd
zijn kunnen echter niet van bovenstaande
USB-apparaten worden afgespeeld.
! Draagbare USB-audiospelers/USB-geheu-
gen kunnen niet via een USB-hub op dit
toestel worden aangesloten.
! Gepartitioneerd USB-geheugen is niet com-
patibel met dit toestel.
! Afhankelijk van het type draagbare USB-au-
diospeler/USB-geheugen dat u gebruikt,
kan het voorkomen dat dit toestel de USB-
audiospeler/het USB-geheugen niet her-
kent of dat de audiobestanden niet juist
worden afgespeeld.
! Stel de draagbare USB-audiospeler/het
USB-geheugen niet langdurig aan direct
zonlicht bloot. Overmatige blootstelling aan
direct zonlicht kan de temperatuur in de
draagbare USB-audiospeler /het USB-ge-
heugen doen oplopen en storingen veroor-
zaken.
! Stel de draagbare USB-audiospeler/het
USB-geheugen niet bloot aan hoge tempe-
raturen.
! Zet de draagbare USB-audiospeler/ het
USB-geheugen goed vast voordat u gaat rij-
den. Laat de draagbare USB-audiospeler/
het USB-geheugen niet op de grond vallen,
omdat deze dan onder het rem- of gaspe-
daal terecht kan komen.
! Afhankelijk van het USB-apparaat dat op
dit toestel is aangesloten, kan er op de
radio ruis optreden.
! Bij het starten van audiobestanden op een
draagbare USB-audiospeler /USB-geheu-
gen met een uitgebreide mappenstructuur
kan enige vertraging optreden.
! Sluit geen andere apparaten aan dan een
draagbare USB-audiospeler /USB-geheu-
gen.
Aanvullende informatie
Nl
77
Aanhangsel
Aanvullende informatie
! De bediening kan verschillen afhankelijk
van het type USB-audiospeler en USB-ge-
heugen.
Voorbeeld van een
boomstructuur
: Map
: Gecomprimeerd audiobestand
1
2
3
4
5
6
Niv
eau
1 Niv
eau
2 Niv
eau
3 Niv
eau
4
De volgorde van
audiobestanden op discs
! Mapnummers worden door dit toestel toe-
gewezen. Als gebruiker kunt u geen map-
nummers toewijzen.
! De mapvolgorde en andere instellingen zijn
afhankelijk van de software die voor het co-
deren en schrijven is gebruikt.
! Op een cd (-r/-rw) kunnen maximaal 999
bestanden worden afgespeeld.
! Op een disc kunnen maximaal 99 mappen
worden afgespeeld.
De volgorde van audiobestanden
in het USB-geheugen
De afspeelvolgorde op draagbare USB-audiospe-
lers wijkt af van de afspeelvolgorde in het USB-
geheugen en is afhankelijk van de speler.
! 01 t/m 05 geef t de toegewezen mapnum-
mers aan. 1 t/m 6 geeft de afspeelvolg-
orde aan. De gebruiker kan met dit toestel
geen mapnummers toewijzen of de afspeel-
volgorde wijzigen.
! Audiobestanden worden afgespeeld in de
volgorde waarin ze zijn opgenomen op het
USB-apparaat.
! Ga als volgt te werk als u wilt dat bestanden
in een bepaalde volgorde worden afge-
speeld.
1 Geef de bestanden namen met nummers
die de afspeelvolgorde aangeven, bijvoor-
beeld 001xxx.mp3 en 099yyy.mp3.
2 Plaats de bestanden in een map.
3 Kopieer de map met de bestanden naar
het USB-apparaat.
Merk echter op dat de afspeelvolgorde van
bestanden niet altijd kan worden bepaald.
Dit is afhankelijk van het gebruikte sys-
teem.
! Er kunnen maximaal 65 535 bestanden op
een draagbare USB-audiospeler/USB-ge-
heugen worden afgespeeld.
! Er kunnen maximaal 6 000 mappen op een
draagbare USB-audiospeler /USB-geheu-
gen worden afgespeeld.
Compatibiliteit met iPod
! Alleen de volgende modellen iPod kunnen
met dit toestel gebruikt worden. Onder-
steunde versies van de iPod-software wor-
den hieronder genoemd. Oudere versies
van de iPod-software worden wellicht niet
door dit toestel ondersteund.
iPod nano eerste generatie (softwarever-
sie 1.3.1)
iPod nano tweede generatie (software-
versie 1.1.3)
iPod nano derde generatie (softwarever-
sie 1.1.2)
iPod vijfde generatie (softwareversie
1.3.0)
iPod classic (softwareversie 1.1.2)
iPod touch (softwareversie 2.0)
iPhone 3G (softwareversie 2.0)
iPhone (softwareversie 2.0)
Aanvullende informatie
Nl
78
Aanhangsel
! Afhankelijk van de generatie en de versie
van de iPod zijn sommige functies niet be-
schikbaar.
! De bediening kan variëren, afhankelijk van
de softwareversie van de iPod.
! Voor gebruik met een iPod is voor de iPod
een dock-connector-naar-USB-verbindings-
kabel (CD-IU50) vereist. Raadpleeg uw leve-
rancier voor meer informatie.
! Eerdere generaties iPods kunnen met dit
toestel via een iPod-adapter van Pioneer
(bijvoorbeeld CD-IB100N) bediend
worden.
Bediening van de iPod
LET OP
! Pioneer is niet verantwoordelijk voor verlies
van gegevens op de iPod, ook niet tijdens ge-
bruik van dit toestel.
! Laat de iPod niet lange tijd in direct zonlicht
liggen. Overmatige blootstelling aan direct
zonlicht kan de temperatuur in de iPod doen
oplopen en storingen veroorzaken.
! Stel de iPod niet bloot aan hoge temperatu-
ren.
! Maak de iPod stevig vast voordat u gaat rijden.
Laat de iPod niet op de grond vallen, omdat
deze dan onder het rem- of gaspedaal terecht
kan komen.
Raadpleeg voor meer informatie de handlei-
ding van de iPod.
Informatie over iPod-instellingen
! Wanneer een iPod is aangesloten, wordt de
equalizer van de iPod door dit toestel vlak
ingesteld voor een optimale klankweergave.
Als u de iPod loskoppelt, wordt de equalizer
naar de oorspronkelijke instelling terugge-
zet.
! Als u dit toestel gebruikt, kunt u de herhaal-
functie van de iPod niet uitzetten. Zelfs als
u op de iPod de herhaalfunctie uitzet, wordt
deze automatisch aangezet als u de iPod
op dit toeste l aansluit.
Bluetooth-profielen
! Apparaten die via Bluetooth draadloze
technologie communiceren, moeten be-
paalde profielen ondersteunen. Dit toestel
is compatibel met de volgende profielen:
A2DP (Advanced Audio Distribution
Profile)
AVRCP (Audio/Video Remote Control
Profile)
GAP (Generic Access Profile)
SDP (Service Discovery Protocol)
OPP (Object Push Profile)
HFP (Hands Free Profile)
PBAP (Phone Book Access Profile)
SPP (Serial Port Profile)
Opmerking over copyright
en handelsmerken
WMA
Windows Media en het Windows-logo zijn
handelsmerken of gedeponeerde handelsmer-
ken van Microsoft Corporation in de Verenigde
Staten en/of andere landen.
! Dit product bevat technologie die eigen-
dom is van Microsoft Corporation en mag
niet worden gebruikt of verspreid zonder
een licentie van Microsoft Licensing, Inc.
Aanvullende informatie
Nl
79
Aanhangsel
Aanvullende informatie
MP3
Dit product is uitsluitend bedoeld voor niet-
commercieel privégebruik. Het mag niet in
een commerciële omgeving worden gebruikt
voor realtime-uitzendingen (over land, via sa-
telliet, kabel en/of andere media), voor uitzen-
dingen/streaming via internet, intranet en/of
andere netwerken, of in andere elektronische
distributiesystemen zoals betaalradio of audio-
op-aanvraagtoepassingen. Hiervoor is een
aparte licentie nodig. Kijk voor meer informa-
tie op
http://www.mp3licensing.com.
Bluetooth
Het merk Bluetooth
â
en de logos daarvan zijn
gedeponeerde handelsmerken van Bluetooth
SIG, Inc. Pioneer Corporation gebruikt deze
onder licentie. Andere handelsmerken en han-
delsnamen zijn eigendom van de respectieve
eigenaren.
! Bluetooth is een technologie voor draad-
loze verbindingen over korte afstanden, ter
vervanging van kabelverbindingen tussen
mobiele telefoons, handheld-computers en
andere apparaten. Bluetooth werkt in het
frequentiebereik van 2,4 GHz en geeft
spraak en gegevens door met snelheden
tot 1 megabit per seconde. Bluetooth werd
in 1998 gelanceerd door een special inte-
rest group (SIG) die bestond uit Ericsson
Inc., Intel Corp., Nokia Corp., Toshiba en
IBM, en wordt momenteel door ongeveer
2 000 bedrijven wereldwijd verder ontwik-
keld.
iPod
iPod is een handelsmerk van Apple Inc., gede-
poneerd in de VS en andere landen.
iPhone
iPhone is een handelsmerk van Apple Inc.
iTunes
iTunes is een handelsmerk van Apple Inc., ge-
deponeerd in de VS en andere landen.
Aanvullende informatie
Nl
80
Aanhangsel
Technische gegevens
Algemeen
Spanningsbron ......................... 14,4 V gelijkstroom (12,0 tot
14,4 V toelaatbaar)
Aarding ......................................... Negatief
Max. stroomverbruik .............. 10,0 A
Afmetingen (B × H × D):
DIN
Chassis ..................... 180 mm × 50 mm × 162
mm
Voorkant ................... 188 mm × 58 mm × 16 mm
D
Chassis ..................... 180 mm × 50 mm × 162
mm
Voorkant ................... 170 mm × 46 mm × 16 mm
Gewicht ........................................ 1,4 kg
Audio
Maximaal uitgangsvermogen
..................................................... 50 W × 4
50 W × 2/4 W + 70 W × 1/2
W (voor de subwoofer)
Doorlopend uitgangsvermogen
..................................................... 22 W × 4 (50 Hz tot 15 000
Hz, 5% THD, 4 W belasting,
beide kanalen)
Belastingsimpedantie ........... 4 W tot 8 W ×4
4 W tot 8 W ×2+2W ×1
Preout max. uitgangsniveau
..................................................... 4 V
Equalizer (7-bands grafische equalizer):
Frequentie ......................... 50/125/315/800/2k/5k/12,5k
Hz
Gain ...................................... ±12 dB
HPF:
Frequentie ......................... 50/63/80/100/125 Hz
Afval ..................................... 12 dB/oct
Subwoofer (mono):
Frequentie ......................... 50/63/80/100/125 Hz
Afval ..................................... 18 dB/oct
Gain ...................................... +6 dB tot 24 dB
Fase ...................................... Normaal/tegengesteld
Bass boost:
Gain ...................................... +12 dB tot 0 dB
Cd-speler
Systeem ....................................... Compact Disc Audio
Bruikbare discs ........................ Compact Discs
Signaal-tot-ruisverhouding
..................................................... 94 dB (1 kHz) (IEC-A net-
werk)
Aantal kanalen .......................... 2 (stereo)
MP3-decoderingsformaat ... MPEG-1 & 2 Audio Layer 3
WMA-decoderingsformaat
..................................................... Versie 7, 7.1, 8, 9, 10, 11 (2
kan. audio)
(Windows Media Player)
AAC-decoderingsformaat ... MPEG-4 AAC (alleen iTunes
gecodeerd) (.m4a)
(versie 7,7 en eerder)
WAV-signaalformaat .............. Lineaire PCM & MS ADPCM
(niet gecomprimeerd)
USB
Specificatie USB-standaard
..................................................... USB 2.0 volledige snelheid
Maximale voeding ................... 500 mA
Minimale geheugencapaciteit
..................................................... 256 MB
USB-klasse ................................. MSC-apparatuur (Mass Sto-
rage Class)
Bestandssysteem .................... FAT16, FAT32
MP3-decoderingsformaat ... MPEG-1 & 2 Audio Layer 3
WMA-decoderingsformaat
..................................................... Versie 7, 7.1, 8, 9, 10, 11 (2
kan. audio)
(Windows Media Player)
AAC-decoderingsformaat ... MPEG-4 AAC (alleen iTunes
gecodeerd) (.m4a)
(versie 7,7 en eerder)
WAV-signaalformaat .............. Lineaire PCM & MS ADPCM
(niet gecomprimeerd)
FM-tuner
Frequentiebereik ...................... 87,5 MHz tot 108,0 MHz
Bruikbare gevoeligheid ......... 9 dBf (0,8 µV/75 W, mono,
S/R: 30 dB)
Signaal-tot-ruisverhouding
..................................................... 72 dB (IEC -A-netwerk)
MW-tuner
Frequentiebereik ...................... 531 kHz tot 1 602 kHz (9
kHz)
Bruikbare gevoeligheid ......... 25 µV (S/N: 20 dB)
Signaal-tot-ruisverhouding
..................................................... 62 dB (IEC -A-netwerk)
LW-tuner
Frequentiebereik ...................... 153 kHz tot 281 kHz
Bruikbare gevoeligheid ......... 28 µV (S/N: 20 dB)
Signaal-tot-ruisverhouding
..................................................... 62 dB (IEC -A-netwerk)
Bluetooth
Versie ............................................. Bluetooth 2.0 + EDR gecer-
tificeerd
Uitgangsvermogen ................. +4 dBm max.
(Vermogensklasse 2)
Opmerking
Technische gegevens en ontwerp kunnen ter pro-
ductverbetering zonder voorafgaande kennisge-
ving worden gewijzigd.
Aanvullende informatie
Nl
81
Aanhangsel
Aanvullende informatie
PIONEER CORPORATION
4-1, MEGURO 1-CHOME, MEGURO-KU
TOKYO 153-8654, JAPAN
PIONEER ELECTRONICS (USA) INC.
P.O. Box 1540, Long Beach, California 90801-1540, U.S.A.
TEL: (800) 421-1404
PIONEER EUROPE NV
Haven 1087, Keetberglaan 1, B-9120 Melsele, Belgium/Belgique
TEL: (0) 3/570.05.11
PIONEER ELECTRONICS ASIACENTRE PTE. LTD.
253 Alexandra Road, #04-01, Singapore 159936
TEL: 65-6472-7555
PIONEER ELECTRONICS AUSTRALIA PTY. LTD.
178-184 Boundary Road, Braeside, Victoria 3195, Australia
TEL: (03) 9586-6300
PIONEER ELECTRONICS OF CANADA, INC.
300 Allstate Parkway, Markham, Ontario L3R 0P2, Canada
TEL: 1-877-283-5901
TEL: 905-479-4411
PIONEER ELECTRONICS DE MEXICO, S.A. de C.V.
Blvd.Manuel Avila Camacho 138 10 piso
Col.Lomas de Chapultepec, Mexico, D.F. 11000
TEL: 55-9178-4270
台北4413
(02) 2521-3588
9901-6
(0852) 2848-6488
Uitgegeven door Pioneer Corporation.
Copyright ã 2009 by Pioneer Corporation.
Alle rechten voorbehouden.
<0G020141A/N> EW
<KSNZX> <08L00000>
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82

Pioneer DEH-P8100BT Handleiding

Type
Handleiding