Victron energy Phoenix Inverter Smart 1600VA & 3000VA de handleiding

Type
de handleiding
1
EN NL FR DE ES SE Appendix
1. VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Algemeen
Gelieve op de hoogte te zijn van deze veiligheidskenmerken en instructies door eerst de
meegeleverde documentatie bij dit product goed te lezen voordat u de apparatuur in
gebruik gaat nemen. Dit product is ontworpen en getest in overeenstemming met
internationale normen. De apparatuur mag uitsluitend worden gebruikt voor het doel
waarvoor deze is ontworpen.
WAARSCHUWING: GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOKKEN.
Het product wordt in combinatie met een permanente energiebron (batterij) gebruikt.
Ingangs- en / of uitgangsklemmen kunnen nog steeds gevaarlijk onder stroom staan,
zelfs als de apparatuur is uitgeschakeld. Altijd de AC-voeding en de accu uitschakelen
alvorens onderhouds- of reparatiewerkzaamheden aan de batterij uit te voeren.
Het product is niet uitgerust met interne onderdelen die door de gebruiker kunnen worden
onderhouden. De voorplaat niet verwijderen en bedien het product niet als er panelen zijn
verwijderd. Alle onderhoudswerkzaamheden moeten door gekwalificeerd personeel
worden uitgevoerd.
Het product nooit gebruiken op plaatsen waar gas- of stofexplosies kunnen optreden.
Raadpleeg de informatie van de batterijfabrikant om te controleren of het product is
bestemd voor gebruik in combinatie met de accu. Altijd de veiligheidsinstructie van de
batterijfabrikant opvolgen.
WAARSCHUWING: Geen zware lasten zonder hulp optillen.
Installatie
Lees de installatie-instructies in de installatiehandleiding alvorens u de apparatuur gaat installeren.
Dit is een product van Veiligheidsklasse I (geleverd met een beschermende aardingsterminal). Het
chassis moet worden geaard. Een aardingspunt bevindt zich aan de buitenzijde van het product.
Wanneer het waarschijnlijk is dat de aardbeveiliging is beschadigd, moet het product worden
uitgeschakeld en beveiligd tegen onbedoeld gebruik; gelieve contact op te nemen met
gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
Zorg ervoor dat de DC- en AC-ingangskabels zijn beveiligd en voorzien zijn van
stroomonderbrekers. Dit product is niet uitgerust met een interne zekering. Vervang nooit een
veiligheidscomponent door een ander type. Raadpleeg de handleiding om het correcte onderdeel
te bepalen.
Tijdens de installatie moet u controleren of de externe connector met draadbrug is verwijderd (of
schakel de externe aan / uit-schakelaar uit indien geïnstalleerd) teneinde er zeker van te zijn dat de
omvormer niet onverwacht kan worden ingeschakeld.
Zorg ervoor dat de apparatuur wordt gebruikt onder de juiste omgevingsomstandigheden. Het
product nooit bedienen in een natte of stoffige omgeving. U moet ervoor zorgen dat er
voldoende vrije ruimte voor ventilatie rondom het product aanwezig is en controleren of de
ventilatieopeningen niet zijn geblokkeerd.
2
Zorg ervoor dat de vereiste systeemspanning de capaciteit van het product niet overschrijdt.
Transport en Opslag
Zorg ervoor dat de netspanning en batterijkabels zijn losgekoppeld voordat u het product gaat
opslaan of vervoeren.
Er wordt geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor transportschade als de apparatuur
wordt verscheept in een niet-originele verpakking.
Het product opslaan in een droge omgeving; en de opslagtemperatuur moet tussen -20°C en
60°C zijn.
Raadpleeg de handleiding van de batterijfabrikant voor transport, opslag, laden, opnieuw
laden en verwijderen van de batterij.
3
EN NL FR DE ES SE Appendix
2. BESCHRIJVING
2.1 Algemeen
Geïntegreerde Bluetooth: volledig configureerbaar met een tablet of smartphone
Lage batterijspanning alarmuitschakeling en resetniveaus
Lage batterijspanning-uitschakeling en herstartniveaus
Dynamische cut-off: belastingafhankelijk cut-off-niveau
Uitgangsspanning: 210 - 245V
Frequentie: 50 Hz of 60 Hz
ECO modus aan/uit en ECO modus gevoelsniveau
Alarmrelais
Bewaking
In- en uitgangsspanning,% belasting en alarmen
Voor meer informatie verwijzen wij u naar de VictronConnect handleiding.
VE.Direct communicatiepoort
De VE.Direct poort kan op een computer worden verbonden (VE.Direct naar USB
interfacekabel nodig) teneinde dezelfde parameters te configureren en te bewaken.
Bewezen betrouwbaarheid
De volledige bridge plus toroïdale transformatortopologie heeft zijn betrouwbaarheid
gedurende vele jaren bewezen.
De omvormers zijn kortsluitvast en beschermd tegen oververhitting, hetzij door
overbelasting of hoge omgevingstemperatuur.
Hoog startvermogen
Nodig om belastingen te starten, zoals stroomomzetters voor LED-lampen, halogeenlampen
of elektrische gereedschappen.
ECO-modus
In de ECO-modus schakelt de omvormer naar stand-by wanneer de belasting daalt tot onder
een vooraf ingestelde waarde (min. ladingniveau inschakelen: 10VA; en min. ladingniveau
uitschakelen: 0VA). Eenmaal in stand-by schakelt de omvormer voor een korte periode in
(instelbaar, standaard: elke 3,0 seconden). Indien de belasting een vooraf ingesteld niveau
overschrijdt, blijft de omvormer ingeschakeld
Afstandsbediening aan/uit
Een aan/uit-schakelaar voor afstandsbediening of relaiscontact kan verbonden worden met
een 2-polige connector.
Als alternatief kan de H-terminal (links) van de 2-polige connector geschakeld worden aan
batterij-plus, of de L-terminal (rechts) van de 2-polige connector kan geschakeld worden aan
battery-minus (of het chassis van een voertuig bijvoorbeeld
LED diagnose
Zie paragraaf 3.3
Raadpleeg de handleiding voor een beschrijving.
4
Om de belasting over te dragen naar een andere AC-bron: de schakelaar voor
automatische overdracht
Voor onze low-power omvormers raden we onze Filax Automatic Transfer Switch aan. De
Filax heeft een zeer korte omschakelingstijd (minder dan 20 milliseconden), zodat computers
en andere elektronische apparatuur zonder onderbreking kunnen blijven werken. Gebruik als
alternatief een MultiPlus met ingebouwde schakelaar voor overdracht.
5
EN NL FR DE ES SE Appendix
3. BEDIENING
3.1 Aan-/Uitschakelaar
Wanneer geschakeld op "on" met de drukknop,is het product volledig functioneel. De
omvormer zal gaan functioneren en de LED "omvormer" zal gaan branden. Door
vervolgens op de drukknop te drukken, binnen een korte tijdsperiode, zal de omvormer
schakelen tussen “on”, “ECO” en “off
Buiten de drukknop om; de omvormer kan tevens worden in- en uitgeschakeld (normaal
of ECO) met Bluetooth op een mobiel apparaat met iOS of Android en de Victron
Connect-app. Echter wanneer uitgeschakeld via Bluetooth of de drukknop; het apparaat
kan niet opnieuw worden in- en uitgeschakeld via de bedrade VE.Direct-poort.
3.2 Afstandsbediening
Afstandsbediening is mogelijk met een simpele aan-/uitschakelaar of met een Phoenix
Omvormer bedieningspaneel. Een schakelaar voor afstandsbediening (aan/uit) kan
worden aangesloten op een tweepolige connector (gemarkeerd met "H"; zie bijlage A).
De schakelaar kan worden aangesloten tussen batterij plus en het linkercontact van de
tweepolige connector of tussen batterij minus en het rechtercontact van de tweepolige
connector (gemarkeerd met "L", zie bijlage A).
Vanwege veiligheidsredenen kan dit product volledig worden uitgeschakeld (dat
wil zeggen, de omvormer kan niet worden ingeschakeld via de drukknop of
Bluetooth) door de externe connector te verwijderen en de standaard
geïnstalleerde draadbrug (of schakel de externe aan / uit-schakelaar uit indien
geïnstalleerd). De gebruiker kan er dan zeker van zijn dat de omvormer niet per
ongeluk via Bluetooth kan worden ingeschakeld door een onverwachte andere
gebruiker.
3.3 LED definities
Groen LED
Status
Probleemoplossing
●●●●●●●● Brandt
stabiel
Omvormer
ingeschakeld
Rode LED Uitgeschakeld
Status INGESCHAKELD
Rode LED INGESCHAKELD of knippert:
De omvormer is nog steeds ingeschakeld, maar wordt
uitgeschakeld als de toestand verslechtert. Zie rode LED-
tabel voor waarschuwingsreden
●●------
Langzame enkele puls
ECO-modus
Wanneer de omvormer blijft in- en uitschakelen terwijl er
een belasting is aangesloten, kan de belasting te klein zijn
in vergelijking met de werkelijke ECO-modusinstellingen.
Verhoog de belasting of verander de instellingen van de
ECO-modus. (minimum ECO-modusinstelling: 15W)
------
Snelle
dubbele puls
Uitgeschakeld
en wachten
Omvormer is uitgeschakeld vanwege een beveiliging. De
omvormer start automatisch opnieuw zodra alle
alarmcondities zijn gewist. Zie rode LED-status voor de
reden van de uitschakeling.
6
--------
Uitgeschakeld
omvormer
uitgeschakeld
Rode LED Uitgeschakeld
Controleer de op afstand bedienbare aan/uit-connector
Controleer de DC-kabelaansluitingen en zekeringen.
Controleer de bedieningsmodus door eenmaal op de
drukknop te drukken.
Rode LED INGESCHAKELD of knippert:
De omvormer is uitgeschakeld vanwege een beveiliging.
Het zal niet meer opnieuw automatisch worden gestart. De
rode LED geeft de reden voor het uitschakelen aan. De
oorzaak oplossen en start de omvormer opnieuw op door
deze uit en weer in te schakelen.
---- Snel
knipperen
Uitschakelen
en firmware
update wordt
uitgevoerd of
mislukt
Rode LED Knippert (----)
Firmware update wordt uitgevoerd firmware update mislukt.
Wanneer misluk, de firmware update opnieuw proberen.
Gele LED
Status
Probleemoplossing
●●●●●●●● Blijft
branden
ECO-modus
Rode LED Uitgeschakeld
Status INGESCHAKELD
Rode LED INGESCHAKELD of knippert:
De omvormer is nog steeds ingeschakeld, maar wordt
uitgeschakeld als de toestand verslechtert. Zie rode LED-
tabel voor waarschuwingsreden
--------
Uitgeschakeld
ECO-modus
uitgeschakeld
Rode LED Uitgeschakeld
Controleer de bedieningsmodus door eenmaal op de
drukknop te drukken.
Controleer de op afstand bedienbare aan/uit-connector.
Controleer de DC-kabelaansluitingen en zekeringen.
Rode LED INGESCHAKELD of knippert:
De omvormer is uitgeschakeld vanwege een beveiliging.
Het zal niet meer opnieuw automatisch worden gestart. De
rode LED geeft de reden voor het uitschakelen aan. De
oorzaak oplossen en start de omvormer opnieuw op door
deze uit en weer in te schakelen.
Rode LED
Definitie
Probleemoplossing
●●●●●●●●
Blijft
branden
Overbelasting
Belasting reduceren
●●●●----
Langzaam knipperen
Batterij bijna
leeg
Laad de batterij op of vervang deze
Controleer de DC-kabelaansluitingen
Controleer de kabeldoorsnede aangezien deze mogelijk
onvoldoende is.
Zie paragraaf 4.2 Beveiligingen en automatische herstarten
voor handmatig en automatisch herstartgedrag.
----
Snel
knipperen
Volle batterij
Verlaag de DC-ingangsspanning, controleer op defecte
acculader
------
Dubbele
puls
Hoge
temperatuur.
Reduceer de belasting en/of verplaats de omvormer naar
een beter geventileerde ruimte
------
Snelle
enkelvoudige puls
Hoge DC-
rimpel
Controleer de DC-kabelverbindingen en de
kabeldoorsnede.
7
EN NL FR DE ES SE Appendix
3.4 Beveiligingen en automatische herstarten
Overbelasting
Sommige belastingen zoals motoren of pompen trekken grote inschakelstromen in een
opstartsituatie. In dergelijke omstandigheden is het mogelijk dat de startstroom hoger is
dan het overstroomniveau van de omvormer. In dit geval zal de uitgangsspanning snel
afnemen om de uitgangsstroom van de omvormer te begrenzen. Indien te hoge
stroomniveau overschreden wordt, wordt de omvormer uitgeschakeld: wacht 30
seconden herstart vervolgens.
Na drie herstarts gevolgd door een nieuwe overbelasting binnen 30 seconden na het
herstarten, zal de omvormer worden uitgeschakeld en uitgeschakeld blijven. De LED's
signaleren uitschakeling vanwege overbelasting. Om de omvormer opnieuw te starten,
deze uitschakelen en vervolgens weer inschakelen.
Lage batterijspanning (instelbaar)
De omvormer wordt uitgeschakeld als de DC-ingangsspanning daalt tot onder het
uitschakelingsniveau van de batterij. Na een minimale vertraging van 30 seconden zal de
omvormer herstarten wanneer de spanningen boven het herstartniveau van de bijna lege
batterij komen.
Na drie herstarts gevolgd door een bijna lege batterij binnen 30 seconden na het
herstarten, zal de omvormer uitschakelen en opnieuw proberen te stoppen. De LED's
duiden aan dat de batterij bijna leeg is. Als u de omvormer wilt herstarten, schakelt u
deze uit en vervolgens weer in, of laad de batterij op: zodra de batterij wordt geladen en
het niveau stijgt en vervolgens gedurende 30 seconden boven het ladingsdetectieniveau
blijft, schakelt deze in.
Zie de tabel Technische gegevens voor standaardinstellingen voor het afsluiten en herstarten
van de batterij. Ze kunnen worden gewijzigd met de VictronConnect-app.
Hoge batterijspanning
Verlaag de DC-ingangsspanning en/of controleer op een defecte batterij- of zonne-lader in het
systeem. Na het uitschakelen vanwege een hoge batterijspanning, wacht de omvormer eerst
30 seconden en probeert te herstarten zodra de batterijspanning is gedaald tot een
acceptabel niveau. De omvormer blijft niet uitgeschakeld na meerdere pogingen.
Hoge temperatuur
Een hoge omgevingstemperatuur of een blijvende hoge belasting kan ertoe leiden dat de
temperatuur te hoog wordt. De omvormer zal na 30 seconden herstarten. De omvormer blijft
niet uitgeschakeld na meerdere pogingen. Reduceer de belasting en/of verplaats de
omvormer naar een beter geventileerde ruimte.
Hoge DC-rimpel
Hoge DC-rimpel wordt meestal veroorzaakt door losse DC-kabelverbindingen en / of te dunne
DC-bedrading. Nadat de omvormer is uitgeschakeld wegens een hoge
gelijkstroomrimpelspanning, wacht deze 30 seconden en herstart vervolgens.
Na drie herstarts gevolgd door een uitschakeling vanwege een hoge DC-rimpel binnen 30
seconden na het opnieuw opstarten, zal de omvormer worden uitgeschakeld en zal het
8
opnieuw proberen te stoppen. Om de omvormer te herstarten, schakelt u hem uit en
vervolgens weer in.
Continue hoge DC-rimpel vermindert de levensduur van de omvormer.
4. INSTALLATIE
4.1 Locatie
Het product moet worden geïnstalleerd in een droge en goed geventileerde ruimte, en zo
dicht mogelijk bij de batterijen. Er moet een vrije ruimte van minimaal 10 cm rond het
apparaat blijven om te koelen.
Een hoge omgevingstemperatuur resulteert in het volgende:
Kortere levensduur.
Gereduceerde laadstroom.
Verminderde piekvermogen, of uitschakelen van de omvormer.
Het apparaat nooit direct boven de batterijen monteren.
Het product is geschikt voor wandmontage. Voor de montage zie bijlage A.
Het apparaat kan zowel horizontaal als verticaal worden gemonteerd; verticale montage heeft
echter de voorkeur. De verticale positie biedt optimale koeling.
Probeer de afstand tussen het product en de batterij tot een minimum te beperken teneinde
kabelspanningsverliezen tot een minimum te houden.
Dit product moet door een gekwalificeerde elektricien worden geïnstalleerd.
Tijdens de installatie controleert u of de externe connector met draadbrug is
verwijderd (of schakel de externe aan/uit-schakelaar uit indien geïnstalleerd)
teneinde er zeker van te zijn dat de omvormer niet onverwacht kan worden
ingeschakeld.
De binnenkant van het product moet na installatie toegankelijk blijven.
9
EN NL FR DE ES SE Appendix
4.2 Aansluiting van batterijkabels
Teneinde de volledige capaciteit van het product volledig te benutten, moeten batterijen
met voldoende capaciteit en batterijkabels met geschikte doorsnede worden gebruikt. Zie
tabel.
12/1600
24/1600
48/1600
12/2000
24/2000
48/2000
Aanbevolen
doorsnede (mm
2
)
lengte tot 6 m
50
25
25
70
35
25
12/3000
24/3000
48/3000
Aanbevolen
doorsnede (mm
2
)
0-5 m
95
50
35
5 10 m
120
95
70
12/1600
24/1600
48/1600
12/2000
24/2000
48/2000
Aanbevolen
batterijcapaciteit
(Ah)
300 - 800 150 - 400 75 - 200 350 - 1000
200 - 500 100 - 250
12/3000
24/3000
48/3000
Aanbevolen
batterijcapaciteit
(Ah)
400 - 1200 200 - 700 100 - 400
Opmerking: Interne weerstand is de belangrijkste factor bij het werken met batterijen met een
lage capaciteit. Gelieve uw leverancier of de relevante paragrafen van ons boek "elektriciteit
aan boord", raadplegen, welke is te downloaden van onze website.
Procedure
Ga als volgt te werk om de batterijkabels aan te sluiten:
Gebruik een geïsoleerde pijpsleutel om kortsluiting van de batterij te voorkomen.
Vermijd het inkorten van de batterijkabels.
De batterijkabels aansluiten: de + (rode) en de - (zwarte), op de batterij zie bijlage A.
Verbinding met omgekeerde polariteit (+ naar - en naar +) veroorzaakt schade aan het
product.
De moeren stevig vastzetten om de contactweerstand zoveel mogelijk te verminderen.
10
4.3 DC-veiligheidszekering
Er zit geen veiligheidszekering in de omvormer; dit moet extern worden geïnstalleerd. De
aanbevolen veiligheidszekeringen zijn te vinden in de onderstaande tabel
12/1600
24/1600
48/1600
12/2000
24/2000
48/2000
Aanbevolen DC-
zekering
250A 125A 60A 300A 150A 80A
12/3000
24/3000
48/3000
Aanbevolen DC-
zekering
400A 250A 125A
4.4 Aansluiting van de AC-bekabeling
Dit is een product van Veiligheidsklasse I (geleverd met een beschermende
aardingsterminal).
De neutrale draad van de AC-uitgang van deze omvormer is verbonden
met het chassis (zie bijlage B voor 1600VA / 2000VA en bijlage C voor
3000VA).
Dit is om te zorgen voor een goede werking van een GFCI (of RCCB) die
moet worden geïnstalleerd in de AC-uitgang van de omvormer.
Het chassis van het product moet worden aangesloten op de grond, op het
frame (van een voertuig) of de grondplaat of romp (van een boot).
Procedure
De eindpunten zijn duidelijk aangegeven. Van links naar rechts: “L” (fase), “N” (neutraal) en
“PE” (aarding).
4.5 Optionele Verbindingen
Een aantal optionele verbindingen zijn mogelijk:
4.5.1 Op afstand bedienbare aan-/uitschakelaar & afstandsbedieningspaneel
Het product kan op drie manieren op afstand worden bestuurd.
- Met een smartphone (iOS of Android) en de Victron Connect-app.
- Met een externe schakelaar (aangesloten op de tweepolige externe connector).
Functioneert alleen als de schakelaar op de omvormer is ingesteld op “on".
- Met een Phoenix Omvormer Control VE.Direct-paneel (aangesloten op de tweepolige
afstandsconnector, zie bijlage A). Functioneert alleen als de schakelaar op de omvormer
is ingesteld op “on”.
4.5.2. Programmable relay
De omvormers zijn uitgerust met een multifunctioneel relais dat standaard is geprogrammeerd
in de normale bedrijfsmodus. (VictronConnect software is nodig om de relay functionaliteit te
wijzigen). De verschillende relaismodi kunnen zoals hieronder beschreven worden
samengevat:
11
EN NL FR DE ES SE Appendix
- Normale werking (“omvormer” in VictronConnect app) standaard
Relais gesloten tijdens normale werking, en open als de omvormer zichzelf in alarm
heeft uitgeschakeld, of is uitgeschakeld door een gebruiker en tevens geopend
(natuurlijk) als er geen stroom beschikbaar is op de terminals, d.w.z. batterij
ontkoppeld. In de ECO modus, het relais zal zowel worden gesloten wanneer een
lading wordt gezocht en als deze volledig is ingeschakeld, d.w.z. belasting
gedetecteerd.
Gebruik deze optie als u wilt dat het relais aanduidt dat er stroom beschikbaar is op
de uitgang van de omvormer.
- Waarschuwingen en alarmen (“alarm” in VictronConnect app)
Net als bij bovenstaande, maar dan wordt het relais ook geopend als er een
waarschuwing is. Bijvoorbeeld, omdat de batterij spanning gedaald is tot de
grenswaarde, of wanneer het wordt geladen tot het punt waarop het bijna wordt
afgesloten als gevolg van overbelasting. In de ECO modus, wordt het relais zowel
tijdens het zoeken (zonder ladingt) als volledig ingeschakeld (laden gedetecteerd)
gesloten, behalve wanneer er een waarschuwing is.
Gebruik deze optie als u wilt dat het relais aanduidt dat het tijd is om actie te
ondernemen (laden van de batterij, lading verminderen, enzovoort), teneinde
stroomuitval te voorkomen.
- Batterij bijna leeg (“Batterij bijna leeg” in VictronConnect app)
Relais ingeschakeld tijdens normaal bedrijf. Het relais schakelt uit zodra er een
waarschuwing voor bijna lege batterij is. Het blijft uitgeschakeld wanneer de
frequentieregelaar wordt uitgeschakeld als gevolg van lage spanning, en zal slechts
weer inschakelen als de omvormer in werking is en de batterijspanning boven het
vooringstelde-alarm reset-niveau is. Gebruik deze optie voor load shedding of om
een generator automatisch te starten. Houd er rekening mee dat dit uitsluitend kan
worden beschouwd als een start /stop van een poor-mans generator. Voor meer en
betere opties, zie hier.
- Externe ventilator (“ventilator” in VictronConnect app)
Relais is uitgeschakeld, tenzij de ventilator in de omvormer in bedrijf is. Gebruik deze
optie om een externe ventilator in te schakelen, voor situaties waarin de omvormer zich
in een kleine afgesloten ruimte bevindt.
- Uitgeschakeld relais (“uitgeschakeld” in VictronConnect app)
Met deze optie wordt het relais in de OPEN-positie gezet. Gebruik deze optie als u niet
van plan bent om de relais-functie te gebruiken.
12
5. CONFIGURATIE
5.1 Standaardinstellingen: klaar voor gebruik
Bij levering is de Phoenix omvormer ingesteld op standaard fabriekswaarden. Over het
algemeen zijn deze instellingen geschikt voor stand-alone bediening.
Standaard fabrieksinstellingen
Omvormer frequentie 50 Hz
Omvormerspanning 230 VAC
Zoekmodus uitgeschakeld
Programmeerbaar relais alarmfunctie
Dynamische cut-off uitgeschakeld
5.2 Verklaring van instellingen
Omvormer frequentie
Uitgangsfrequentie
Aanpasbaarheid: 50Hz; 60Hz
Omvormerspanning
Aanpasbaarheid: 210 245V
ECO Modus
Indien de ECO modus is ‘on’, zal het stroomverbruik in nullast worden verlaagd met circa
80…90%. In deze modus de Phoenix Omvormer Smart, Wanneer werkende in de
omvormermodus, is uitgeschakeld bij onbelaste of zeer lage belasting en schakelt om de twee
en een halve seconde voor een korte periode (aanpasbaar). Indien de uitgangsstroom een
ingesteld niveau overschrijdt, blijft de omvormer werken. Wanneer dit niet het geval is, wordt
de omvormer opnieuw uitgeschakeld.
De ECO-modus kan worden ingesteld met de drukknop aan de voorkant van de omvormer.
De ECO-modus “shut down” en “remain on” laadniveaus kunnen worden ingesteld met
Victron Connect.
De fabrieksinstellingen zijn:
Uitschakelen: 50 Watt (lineaire belasting).
Inschakelen: 100 Watt (lineaire belasting).
Programmeerbaar relais
Standaard is het programmeerbare relais ingesteld als een alarmrelais, d.w.z. het relais zal
spanningsloos worden in geval van een alarm of een vooralarm (omvormer bijna te heet,
rimpel op de ingang bijna te hoog, batterijspanning bijna te laag).
Instellingen kunnen slechts door een gekwalificeerde technicus worden
gewijzigd.
Lees de instructies zorgvuldig door alvorens u wijzigingen aanbrengt.
Batterijen moeten tijdens het laden in een droge en goed geventileerde ruimte
worden geplaatst.
13
EN NL FR DE ES SE Appendix
Dynamische Cut-off
Gebruik VictronConnect voor activeren en Dynamische Cut-off configureren (zie
https://www.victronenergy.com/live/ve.direct:phoenix-inverters-dynamic-cutoff voor
details).
Gebruik de Dynamische Cut-off niet in een installatie die ook andere belastingen op
dezelfde batterij heeft aangesloten: de batterijspanning zal dalen vanwege de extra
belasting, maar de Dynamische Cut-off algoritme in de omvormer neemt die belasting
nier waar: daarom wordt de omvormer te vroeg uitgeschakeld met een
onderspanningsalarm.
5.3 Configuratie per computer
Alle instellingen kunnen worden gewijzigd door middel van een smartphone, tablet of
computer.
Voor het wijzigen van instellingen met een smartphone of tablet, is het volgende vereist:
- VictronConnect software: kan gratis worden gedownload op www.victronenergy.com.
Voor het wijzigen van instellingen met een computer, is het volgende vereist:
- VictronConnect software: kan gratis worden gedownload op www.victronenergy.com.
- Een VE.Direct to USB interface.
6. ONDERHOUD
De Phoenix Omvormer Smart vereist geen specifiek onderhoud. Het is voldoende om alle
verbindingen eenmaal per jaar te controleren. Vermijd vocht en olie/roet/dampen en houd het
apparaat schoon.
14
7. Technische gegevens
Phoenix-omvormer Smart
12 Volt
24 Volt
48 Volt
12/1600
24/1600
48/1600
12/2000
24/2000
48/2000
12/3000
24/3000
48/3000
Parallel en driefasig werking
Geen
OMVORMER
Ingangsspanningsbereik: (1)
9,3 17V 18,6 34V 37,2 68V
Uitgang
Uitgangsspanning: 230VAC ±2% 50 Hz of 60 Hz ± 0,1% (1)
Cont. uitgangsvermogen bij 25°C (2)
1600VA
2000VA
3000VA
Cont. uitgangsvermogen bij 25°C
1300W
1600W
2400W
Cont. uitgangsvermogen bij 40°C
1200W
1450W
2200W
Cont. uitgangsvermogen bij 65°C
800W
1000W
1700W
Piekvermogen
3000VA
4000VA
6000VA
Dynamisch (belastingafhankelijk) DC-
laag uit (volledig configureerbaar)
Dynamic cut-off, zie
https://www.victronenergy.com/live/ve.direct:phoenix-inverters-
dynamic-cutoff
Max.rendement 12/ 24 /48 V
92/94/94 %
92/94/94 %
93/94/95%
Nullast in 12 / 24 / 48 V
8/9/11 W
8/9/11 W
12/13/15W
Nullast in ECO modus
0,6/1,3/2,1 W 0,6/1,3/2,1 W 1,5/1,9/2,8W
ALGEMEEN
Programmeerbaar relais (2)
Ja
Stop & start vermogen ECO-modus
aanpasbaar
Beveiliging (3)
a - g
Bluetooth draadloze communicatie
Voor monitoring op afstand en systeemintegratie
VE.Direct communicatiepoort
Voor monitoring op afstand en systeemintegratie
Op afstand bediende aan/uit-functie
Ja
Gemeenschappelijke kenmerken
Maximale gebruikstemperatuur -40 tot +65ºC (Ventilator
ondersteunde koeling)
Vochtigheid (niet-condenserend): max 95%
BEHUIZING
Gemeenschappelijke kenmerken
Materiaal & kleur: staal (blauw RAL 5012; zwart RAL 9017)
Beschermingsklasse: IP 21
Accu-aansluiting
M8 bouten
M8 bouten
2+2 M8 bouten
230V AC-connectie Schroefklemmen
Gewicht
12kg
13kg
19kg
Afmetingen (hxbxd)
485 x 219 x 125 mm 485 x 219 x 125 mm
533 x 285 x 150mm
(12V)
485 x 285 x 150mm
(24V/48V)
NORMEN
Veiligheid
EN 60335-1
Emissie, immuniteit
EN 55014-1 / EN 55014-2/ IEC 61000-6-1 / IEC 61000-6-2 /
IEC 61000-6-3
Automotive richtlijn
ECE R10-5
1) Niet-lineaire belasting, topfactor 3:1
2) Programmeerbaar relais dat o.a. worden
ingesteld voor algemeen alarm, DC onder
spanning of generatorset start/stop functie.
AC-rating: 230V / 3A
DC-rating: 3A tot 30VDC, 0.2A tot 70VDC
3) Beveiligingsmethoden:
A) kortsluiting
b) overbelasting
c) batterijspanning te hoog
d) batterijspanning te laag
e) temperatuur te hoog
f) 230 V AC op omvormer uitgang
g) ingangsspanning met een te hoge rimpel
15
EN NL FR DE ES SE Appendix
1) Kan worden aangepast tot 60Hz en tot 240V
2) Bescherming
a. Uitgang kortsluiting
b. Overbelasting
c. Batterijspanning te hoog
d. Batterijspanning te laag
e. Temperatuur te hoog
f. 230VAC op omvormer uitgang
g. Ingangsspanningsrimpel te hoog
3) Niet-lineaire belasting, topfactor 3:1
4) Programmeerbaar relais dat kan worden ingesteld voor algemeen alarm, DC-onderspanning of
genset-startsignaalfunctie
EN Appendix A: Inverter control
NL Bijlage A: Besturing van de omvormer
FR Annexe A : Contrôle du convertisseur
DE Anhang A: Wechselrichtersteuerung
ES Apéndice A: Control del inversor
SV Bilaga A: Växelriktarkontroll
3
www.victronenergy.com
Appendix B: Installation information 1600VA/2000VA
This ground wire “G“ connects the output neutral to ground. It must be repositioned to a
‘dummy’ terminal if a floating output is required.
When a floating output is obtained the current reading at no load can show an offset of around
100…150mA. Also beware that the GFCI (or RCCB) will not function properly.
NL
Bijlage B: Installatie-informatie
Deze aardingsdraad "G" verbindt de uitgangsneutraal met aarde. Het moet worden
verplaatst naar een 'dummy' terminal als een zwevende uitgang vereist is.
Wanneer een zwevende uitvoer wordt verkregen, kan de huidige waarde bij nullast een
offset van ongeveer 100...150mA laten zien. Pas ook op dat de GFCI (of RCCB) niet goed
zal werken.
FR
Annexe B : Information relative à l’installation
Ce câble de mise à la terre « G » raccorde le neutre de la sortie à la terre. Il doit être
repositionné à une borne « fictive » si une sortie flottante est nécessaire.
Si une sortie flottante est obtenue, la lecture de courant Pas-de-charge peut afficher un
décalage d'environ 100...150 mA. Attention : le GFCI (ou RCCB) ne fonctionnera pas
correctement.
DE
Anhang B: Information zur Installation
Dieser Erdungsdraht "G" verbindet den Nullleiter des Ausgangs mit der Erde. Wenn ein
"floating" (potentialfreier) Ausgang gewünscht wird, muss er an eine "Dummy"-
Anschlussklemme neu angeschlossen werden.
Wenn der „Floating“ Ausgang eingerichtet ist, kann es beim ermittelten Stromwert ohne
angeschlossene Lasten eine Verschiebung von ca. 100...150 mA geben. Bedenken Sie
außerdem, dass der FI-Schutzschalter (bzw. der Fehlerstromschutzschalter) nicht
ordnungsgemäß funktionieren wird.
G
dummy
5
www.victronenergy.com
Appendix C: Installation information 3000VA
This ground wire “G“ connects the output neutral to ground. It must be repositioned to a
‘dummy’ terminal if a floating output is required.
When a floating output is obtained the current reading at no load can show an offset of around
100…150mA. Also beware that the GFCI (or RCCB) will not function properly.
NL
Bijlage C: Installatie-informatie
Deze aardingsdraad "G" verbindt de uitgangsneutraal met aarde. Het moet worden
verplaatst naar een 'dummy' terminal als een zwevende uitgang vereist is.
Wanneer een zwevende uitvoer wordt verkregen, kan de huidige waarde bij nullast een
offset van ongeveer 100...150mA laten zien. Pas ook op dat de GFCI (of RCCB) niet goed
zal werken.
FR
Annexe C : Information relative à l’installation
Ce câble de mise à la terre « G » raccorde le neutre de la sortie à la terre. Il doit être
repositionné à une borne « fictive » si une sortie flottante est nécessaire.
Si une sortie flottante est obtenue, la lecture de courant Pas-de-charge peut afficher un
décalage d'environ 100...150 mA. Attention : le GFCI (ou RCCB) ne fonctionnera pas
correctement.
DE
Anhang C: Information zur Installation
Dieser Erdungsdraht "G" verbindet den Nullleiter des Ausgangs mit der Erde. Wenn ein
"floating" (potentialfreier) Ausgang gewünscht wird, muss er an eine "Dummy"-
Anschlussklemme neu angeschlossen werden.
G
dummy

Documenttranscriptie

EN 1. VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Algemeen NL Gelieve op de hoogte te zijn van deze veiligheidskenmerken en instructies door eerst de meegeleverde documentatie bij dit product goed te lezen voordat u de apparatuur in gebruik gaat nemen. Dit product is ontworpen en getest in overeenstemming met internationale normen. De apparatuur mag uitsluitend worden gebruikt voor het doel waarvoor deze is ontworpen. FR DE WAARSCHUWING: GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOKKEN. Het product wordt in combinatie met een permanente energiebron (batterij) gebruikt. Ingangs- en / of uitgangsklemmen kunnen nog steeds gevaarlijk onder stroom staan, zelfs als de apparatuur is uitgeschakeld. Altijd de AC-voeding en de accu uitschakelen alvorens onderhouds- of reparatiewerkzaamheden aan de batterij uit te voeren. ES SE Het product is niet uitgerust met interne onderdelen die door de gebruiker kunnen worden onderhouden. De voorplaat niet verwijderen en bedien het product niet als er panelen zijn verwijderd. Alle onderhoudswerkzaamheden moeten door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd. Appendix Het product nooit gebruiken op plaatsen waar gas- of stofexplosies kunnen optreden. Raadpleeg de informatie van de batterijfabrikant om te controleren of het product is bestemd voor gebruik in combinatie met de accu. Altijd de veiligheidsinstructie van de batterijfabrikant opvolgen. WAARSCHUWING: Geen zware lasten zonder hulp optillen. Installatie Lees de installatie-instructies in de installatiehandleiding alvorens u de apparatuur gaat installeren. Dit is een product van Veiligheidsklasse I (geleverd met een beschermende aardingsterminal). Het chassis moet worden geaard. Een aardingspunt bevindt zich aan de buitenzijde van het product. Wanneer het waarschijnlijk is dat de aardbeveiliging is beschadigd, moet het product worden uitgeschakeld en beveiligd tegen onbedoeld gebruik; gelieve contact op te nemen met gekwalificeerd onderhoudspersoneel. Zorg ervoor dat de DC- en AC-ingangskabels zijn beveiligd en voorzien zijn van stroomonderbrekers. Dit product is niet uitgerust met een interne zekering. Vervang nooit een veiligheidscomponent door een ander type. Raadpleeg de handleiding om het correcte onderdeel te bepalen. Tijdens de installatie moet u controleren of de externe connector met draadbrug is verwijderd (of schakel de externe aan / uit-schakelaar uit indien geïnstalleerd) teneinde er zeker van te zijn dat de omvormer niet onverwacht kan worden ingeschakeld. Zorg ervoor dat de apparatuur wordt gebruikt onder de juiste omgevingsomstandigheden. Het product nooit bedienen in een natte of stoffige omgeving. U moet ervoor zorgen dat er voldoende vrije ruimte voor ventilatie rondom het product aanwezig is en controleren of de ventilatieopeningen niet zijn geblokkeerd. 1 Zorg ervoor dat de vereiste systeemspanning de capaciteit van het product niet overschrijdt. Transport en Opslag Zorg ervoor dat de netspanning en batterijkabels zijn losgekoppeld voordat u het product gaat opslaan of vervoeren. Er wordt geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor transportschade als de apparatuur wordt verscheept in een niet-originele verpakking. Het product opslaan in een droge omgeving; en de opslagtemperatuur moet tussen -20°C en 60°C zijn. Raadpleeg de handleiding van de batterijfabrikant voor transport, opslag, laden, opnieuw laden en verwijderen van de batterij. 2 EN 2. BESCHRIJVING 2.1 Algemeen NL Geïntegreerde Bluetooth: volledig configureerbaar met een tablet of smartphone Lage batterijspanning alarmuitschakeling en resetniveaus • Lage batterijspanning-uitschakeling en herstartniveaus • Dynamische cut-off: belastingafhankelijk cut-off-niveau Uitgangsspanning: 210 - 245V • • Frequentie: 50 Hz of 60 Hz ECO modus aan/uit en ECO modus gevoelsniveau • • Alarmrelais • FR DE ES Bewaking • In- en uitgangsspanning,% belasting en alarmen Voor meer informatie verwijzen wij u naar de VictronConnect handleiding. SE Appendix VE.Direct communicatiepoort De VE.Direct poort kan op een computer worden verbonden (VE.Direct naar USB interfacekabel nodig) teneinde dezelfde parameters te configureren en te bewaken. Bewezen betrouwbaarheid De volledige bridge plus toroïdale transformatortopologie heeft zijn betrouwbaarheid gedurende vele jaren bewezen. De omvormers zijn kortsluitvast en beschermd tegen oververhitting, hetzij door overbelasting of hoge omgevingstemperatuur. Hoog startvermogen Nodig om belastingen te starten, zoals stroomomzetters voor LED-lampen, halogeenlampen of elektrische gereedschappen. ECO-modus In de ECO-modus schakelt de omvormer naar stand-by wanneer de belasting daalt tot onder een vooraf ingestelde waarde (min. ladingniveau inschakelen: 10VA; en min. ladingniveau uitschakelen: 0VA). Eenmaal in stand-by schakelt de omvormer voor een korte periode in (instelbaar, standaard: elke 3,0 seconden). Indien de belasting een vooraf ingesteld niveau overschrijdt, blijft de omvormer ingeschakeld Afstandsbediening aan/uit Een aan/uit-schakelaar voor afstandsbediening of relaiscontact kan verbonden worden met een 2-polige connector. Als alternatief kan de H-terminal (links) van de 2-polige connector geschakeld worden aan batterij-plus, of de L-terminal (rechts) van de 2-polige connector kan geschakeld worden aan battery-minus (of het chassis van een voertuig bijvoorbeeld LED diagnose Zie paragraaf 3.3 Raadpleeg de handleiding voor een beschrijving. 3 Om de belasting over te dragen naar een andere AC-bron: de schakelaar voor automatische overdracht Voor onze low-power omvormers raden we onze Filax Automatic Transfer Switch aan. De Filax heeft een zeer korte omschakelingstijd (minder dan 20 milliseconden), zodat computers en andere elektronische apparatuur zonder onderbreking kunnen blijven werken. Gebruik als alternatief een MultiPlus met ingebouwde schakelaar voor overdracht. 4 EN 3. BEDIENING 3.1 Aan-/Uitschakelaar NL Wanneer geschakeld op "on" met de drukknop,is het product volledig functioneel. De omvormer zal gaan functioneren en de LED "omvormer" zal gaan branden. Door vervolgens op de drukknop te drukken, binnen een korte tijdsperiode, zal de omvormer schakelen tussen “on”, “ECO” en “off” FR DE Buiten de drukknop om; de omvormer kan tevens worden in- en uitgeschakeld (normaal of ECO) met Bluetooth op een mobiel apparaat met iOS of Android en de Victron Connect-app. Echter wanneer uitgeschakeld via Bluetooth of de drukknop; het apparaat kan niet opnieuw worden in- en uitgeschakeld via de bedrade VE.Direct-poort. ES 3.2 Afstandsbediening SE Afstandsbediening is mogelijk met een simpele aan-/uitschakelaar of met een Phoenix Omvormer bedieningspaneel. Een schakelaar voor afstandsbediening (aan/uit) kan worden aangesloten op een tweepolige connector (gemarkeerd met "H"; zie bijlage A). De schakelaar kan worden aangesloten tussen batterij plus en het linkercontact van de tweepolige connector of tussen batterij minus en het rechtercontact van de tweepolige connector (gemarkeerd met "L", zie bijlage A). Appendix Vanwege veiligheidsredenen kan dit product volledig worden uitgeschakeld (dat wil zeggen, de omvormer kan niet worden ingeschakeld via de drukknop of Bluetooth) door de externe connector te verwijderen en de standaard geïnstalleerde draadbrug (of schakel de externe aan / uit-schakelaar uit indien geïnstalleerd). De gebruiker kan er dan zeker van zijn dat de omvormer niet per ongeluk via Bluetooth kan worden ingeschakeld door een onverwachte andere gebruiker. 3.3 LED definities Groen LED ●●●●●●●● stabiel Brandt ●●------ Status Omvormer ingeschakeld ECO-modus Langzame enkele puls ●-●----- dubbele puls Snelle Uitgeschakeld en wachten Probleemoplossing Rode LED Uitgeschakeld Status INGESCHAKELD Rode LED INGESCHAKELD of knippert: De omvormer is nog steeds ingeschakeld, maar wordt uitgeschakeld als de toestand verslechtert. Zie rode LEDtabel voor waarschuwingsreden Wanneer de omvormer blijft in- en uitschakelen terwijl er een belasting is aangesloten, kan de belasting te klein zijn in vergelijking met de werkelijke ECO-modusinstellingen. Verhoog de belasting of verander de instellingen van de ECO-modus. (minimum ECO-modusinstelling: 15W) Omvormer is uitgeschakeld vanwege een beveiliging. De omvormer start automatisch opnieuw zodra alle alarmcondities zijn gewist. Zie rode LED-status voor de reden van de uitschakeling. 5 -------- Uitgeschakeld ●-●-●-●knipperen branden Rode LED Uitgeschakeld Controleer de op afstand bedienbare aan/uit-connector Controleer de DC-kabelaansluitingen en zekeringen. Controleer de bedieningsmodus door eenmaal op de drukknop te drukken. Rode LED INGESCHAKELD of knippert: De omvormer is uitgeschakeld vanwege een beveiliging. Het zal niet meer opnieuw automatisch worden gestart. De rode LED geeft de reden voor het uitschakelen aan. De oorzaak oplossen en start de omvormer opnieuw op door deze uit en weer in te schakelen. Snel Gele LED ●●●●●●●● omvormer uitgeschakeld Blijft -------- Uitgeschakeld Uitschakelen en firmware update wordt uitgevoerd of mislukt Rode LED Knippert (-●-●-●-●) Firmware update wordt uitgevoerd firmware update mislukt. Wanneer misluk, de firmware update opnieuw proberen. Status ECO-modus Probleemoplossing Rode LED Uitgeschakeld Status INGESCHAKELD ECO-modus uitgeschakeld Rode LED INGESCHAKELD of knippert: De omvormer is nog steeds ingeschakeld, maar wordt uitgeschakeld als de toestand verslechtert. Zie rode LEDtabel voor waarschuwingsreden Rode LED Uitgeschakeld Controleer de bedieningsmodus door eenmaal op de drukknop te drukken. Controleer de op afstand bedienbare aan/uit-connector. Controleer de DC-kabelaansluitingen en zekeringen. Rode LED INGESCHAKELD of knippert: De omvormer is uitgeschakeld vanwege een beveiliging. Het zal niet meer opnieuw automatisch worden gestart. De rode LED geeft de reden voor het uitschakelen aan. De oorzaak oplossen en start de omvormer opnieuw op door deze uit en weer in te schakelen. Rode LED ●●●●●●●● branden Blijft ●●●●---- Langzaam knipperen Definitie Overbelasting Probleemoplossing Batterij bijna leeg Laad de batterij op of vervang deze Controleer de DC-kabelaansluitingen Controleer de kabeldoorsnede aangezien deze mogelijk onvoldoende is. Zie paragraaf 4.2 Beveiligingen en automatische herstarten voor handmatig en automatisch herstartgedrag. Volle batterij Verlaag de DC-ingangsspanning, controleer op defecte acculader ●-●-●-●- Snel ●-●----- Dubbele Hoge temperatuur. ●---●--- Snelle knipperen puls enkelvoudige puls 6 Hoge DCrimpel Belasting reduceren Reduceer de belasting en/of verplaats de omvormer naar een beter geventileerde ruimte Controleer de DC-kabelverbindingen en de kabeldoorsnede. EN 3.4 Beveiligingen en automatische herstarten NL Overbelasting Sommige belastingen zoals motoren of pompen trekken grote inschakelstromen in een opstartsituatie. In dergelijke omstandigheden is het mogelijk dat de startstroom hoger is dan het overstroomniveau van de omvormer. In dit geval zal de uitgangsspanning snel afnemen om de uitgangsstroom van de omvormer te begrenzen. Indien te hoge stroomniveau overschreden wordt, wordt de omvormer uitgeschakeld: wacht 30 seconden herstart vervolgens. FR DE Na drie herstarts gevolgd door een nieuwe overbelasting binnen 30 seconden na het herstarten, zal de omvormer worden uitgeschakeld en uitgeschakeld blijven. De LED's signaleren uitschakeling vanwege overbelasting. Om de omvormer opnieuw te starten, deze uitschakelen en vervolgens weer inschakelen. ES SE Lage batterijspanning (instelbaar) De omvormer wordt uitgeschakeld als de DC-ingangsspanning daalt tot onder het uitschakelingsniveau van de batterij. Na een minimale vertraging van 30 seconden zal de omvormer herstarten wanneer de spanningen boven het herstartniveau van de bijna lege batterij komen. Appendix Na drie herstarts gevolgd door een bijna lege batterij binnen 30 seconden na het herstarten, zal de omvormer uitschakelen en opnieuw proberen te stoppen. De LED's duiden aan dat de batterij bijna leeg is. Als u de omvormer wilt herstarten, schakelt u deze uit en vervolgens weer in, of laad de batterij op: zodra de batterij wordt geladen en het niveau stijgt en vervolgens gedurende 30 seconden boven het ladingsdetectieniveau blijft, schakelt deze in. Zie de tabel Technische gegevens voor standaardinstellingen voor het afsluiten en herstarten van de batterij. Ze kunnen worden gewijzigd met de VictronConnect-app. Hoge batterijspanning Verlaag de DC-ingangsspanning en/of controleer op een defecte batterij- of zonne-lader in het systeem. Na het uitschakelen vanwege een hoge batterijspanning, wacht de omvormer eerst 30 seconden en probeert te herstarten zodra de batterijspanning is gedaald tot een acceptabel niveau. De omvormer blijft niet uitgeschakeld na meerdere pogingen. Hoge temperatuur Een hoge omgevingstemperatuur of een blijvende hoge belasting kan ertoe leiden dat de temperatuur te hoog wordt. De omvormer zal na 30 seconden herstarten. De omvormer blijft niet uitgeschakeld na meerdere pogingen. Reduceer de belasting en/of verplaats de omvormer naar een beter geventileerde ruimte. Hoge DC-rimpel Hoge DC-rimpel wordt meestal veroorzaakt door losse DC-kabelverbindingen en / of te dunne DC-bedrading. Nadat de omvormer is uitgeschakeld wegens een hoge gelijkstroomrimpelspanning, wacht deze 30 seconden en herstart vervolgens. Na drie herstarts gevolgd door een uitschakeling vanwege een hoge DC-rimpel binnen 30 seconden na het opnieuw opstarten, zal de omvormer worden uitgeschakeld en zal het 7 opnieuw proberen te stoppen. Om de omvormer te herstarten, schakelt u hem uit en vervolgens weer in. Continue hoge DC-rimpel vermindert de levensduur van de omvormer. 4. INSTALLATIE Dit product moet door een gekwalificeerde elektricien worden geïnstalleerd. Tijdens de installatie controleert u of de externe connector met draadbrug is verwijderd (of schakel de externe aan/uit-schakelaar uit indien geïnstalleerd) teneinde er zeker van te zijn dat de omvormer niet onverwacht kan worden ingeschakeld. 4.1 Locatie Het product moet worden geïnstalleerd in een droge en goed geventileerde ruimte, en zo dicht mogelijk bij de batterijen. Er moet een vrije ruimte van minimaal 10 cm rond het apparaat blijven om te koelen. Een hoge omgevingstemperatuur resulteert in het volgende: Kortere levensduur. Gereduceerde laadstroom. Verminderde piekvermogen, of uitschakelen van de omvormer. Het apparaat nooit direct boven de batterijen monteren. Het product is geschikt voor wandmontage. Voor de montage zie bijlage A. Het apparaat kan zowel horizontaal als verticaal worden gemonteerd; verticale montage heeft echter de voorkeur. De verticale positie biedt optimale koeling. De binnenkant van het product moet na installatie toegankelijk blijven. Probeer de afstand tussen het product en de batterij tot een minimum te beperken teneinde kabelspanningsverliezen tot een minimum te houden. 8 EN 4.2 Aansluiting van batterijkabels 24/2000 48/2000 50 25 25 70 35 25 12/3000 24/3000 48/3000 95 120 50 95 35 70 24/2000 48/2000 24/1600 48/1600 300 - 800 150 - 400 75 - 200 12/2000 350 - 1000 200 - 500 12/3000 24/3000 48/3000 400 - 1200 200 - 700 100 - 400 Appendix 12/1600 SE Aanbevolen batterijcapaciteit (Ah) 12/2000 ES Aanbevolen batterijcapaciteit (Ah) 48/1600 DE Aanbevolen doorsnede (mm2) 0-5 m 5 – 10 m 24/1600 FR Aanbevolen doorsnede (mm2) lengte tot 6 m 12/1600 NL Teneinde de volledige capaciteit van het product volledig te benutten, moeten batterijen met voldoende capaciteit en batterijkabels met geschikte doorsnede worden gebruikt. Zie tabel. 100 - 250 Opmerking: Interne weerstand is de belangrijkste factor bij het werken met batterijen met een lage capaciteit. Gelieve uw leverancier of de relevante paragrafen van ons boek "elektriciteit aan boord", raadplegen, welke is te downloaden van onze website. Procedure Ga als volgt te werk om de batterijkabels aan te sluiten: Gebruik een geïsoleerde pijpsleutel om kortsluiting van de batterij te voorkomen. Vermijd het inkorten van de batterijkabels. De batterijkabels aansluiten: de + (rode) en de - (zwarte), op de batterij zie bijlage A. Verbinding met omgekeerde polariteit (+ naar - en – naar +) veroorzaakt schade aan het product. De moeren stevig vastzetten om de contactweerstand zoveel mogelijk te verminderen. 9 4.3 DC-veiligheidszekering Er zit geen veiligheidszekering in de omvormer; dit moet extern worden geïnstalleerd. De aanbevolen veiligheidszekeringen zijn te vinden in de onderstaande tabel Aanbevolen DCzekering Aanbevolen DCzekering 12/1600 24/1600 48/1600 250A 125A 12/3000 24/3000 48/3000 400A 250A 125A 60A 12/2000 24/2000 300A 150A 48/2000 80A 4.4 Aansluiting van de AC-bekabeling Dit is een product van Veiligheidsklasse I (geleverd met een beschermende aardingsterminal). De neutrale draad van de AC-uitgang van deze omvormer is verbonden met het chassis (zie bijlage B voor 1600VA / 2000VA en bijlage C voor 3000VA). Dit is om te zorgen voor een goede werking van een GFCI (of RCCB) die moet worden geïnstalleerd in de AC-uitgang van de omvormer. Het chassis van het product moet worden aangesloten op de grond, op het frame (van een voertuig) of de grondplaat of romp (van een boot). Procedure De eindpunten zijn duidelijk aangegeven. Van links naar rechts: “L” (fase), “N” (neutraal) en “PE” (aarding). 4.5 Optionele Verbindingen Een aantal optionele verbindingen zijn mogelijk: 4.5.1 Op afstand bedienbare aan-/uitschakelaar & afstandsbedieningspaneel Het product kan op drie manieren op afstand worden bestuurd. Met een smartphone (iOS of Android) en de Victron Connect-app. Met een externe schakelaar (aangesloten op de tweepolige externe connector). Functioneert alleen als de schakelaar op de omvormer is ingesteld op “on". Met een Phoenix Omvormer Control VE.Direct-paneel (aangesloten op de tweepolige afstandsconnector, zie bijlage A). Functioneert alleen als de schakelaar op de omvormer is ingesteld op “on”. 4.5.2. Programmable relay De omvormers zijn uitgerust met een multifunctioneel relais dat standaard is geprogrammeerd in de normale bedrijfsmodus. (VictronConnect software is nodig om de relay functionaliteit te wijzigen). De verschillende relaismodi kunnen zoals hieronder beschreven worden samengevat: 10 SE Appendix 11 ES - DE - FR - NL - Normale werking (“omvormer” in VictronConnect app) – standaard Relais gesloten tijdens normale werking, en open als de omvormer zichzelf in alarm heeft uitgeschakeld, of is uitgeschakeld door een gebruiker en tevens geopend (natuurlijk) als er geen stroom beschikbaar is op de terminals, d.w.z. batterij ontkoppeld. In de ECO modus, het relais zal zowel worden gesloten wanneer een lading wordt gezocht en als deze volledig is ingeschakeld, d.w.z. belasting gedetecteerd. Gebruik deze optie als u wilt dat het relais aanduidt dat er stroom beschikbaar is op de uitgang van de omvormer. Waarschuwingen en alarmen (“alarm” in VictronConnect app) Net als bij bovenstaande, maar dan wordt het relais ook geopend als er een waarschuwing is. Bijvoorbeeld, omdat de batterij spanning gedaald is tot de grenswaarde, of wanneer het wordt geladen tot het punt waarop het bijna wordt afgesloten als gevolg van overbelasting. In de ECO modus, wordt het relais zowel tijdens het zoeken (zonder ladingt) als volledig ingeschakeld (laden gedetecteerd) gesloten, behalve wanneer er een waarschuwing is. Gebruik deze optie als u wilt dat het relais aanduidt dat het tijd is om actie te ondernemen (laden van de batterij, lading verminderen, enzovoort), teneinde stroomuitval te voorkomen. Batterij bijna leeg (“Batterij bijna leeg” in VictronConnect app) Relais ingeschakeld tijdens normaal bedrijf. Het relais schakelt uit zodra er een waarschuwing voor bijna lege batterij is. Het blijft uitgeschakeld wanneer de frequentieregelaar wordt uitgeschakeld als gevolg van lage spanning, en zal slechts weer inschakelen als de omvormer in werking is en de batterijspanning boven het vooringstelde-alarm reset-niveau is. Gebruik deze optie voor load shedding of om een generator automatisch te starten. Houd er rekening mee dat dit uitsluitend kan worden beschouwd als een start /stop van een poor-mans generator. Voor meer en betere opties, zie hier. Externe ventilator (“ventilator” in VictronConnect app) Relais is uitgeschakeld, tenzij de ventilator in de omvormer in bedrijf is. Gebruik deze optie om een externe ventilator in te schakelen, voor situaties waarin de omvormer zich in een kleine afgesloten ruimte bevindt. Uitgeschakeld relais (“uitgeschakeld” in VictronConnect app) Met deze optie wordt het relais in de OPEN-positie gezet. Gebruik deze optie als u niet van plan bent om de relais-functie te gebruiken. EN - 5. CONFIGURATIE Instellingen kunnen slechts door een gekwalificeerde technicus worden gewijzigd. Lees de instructies zorgvuldig door alvorens u wijzigingen aanbrengt. Batterijen moeten tijdens het laden in een droge en goed geventileerde ruimte worden geplaatst. 5.1 Standaardinstellingen: klaar voor gebruik Bij levering is de Phoenix omvormer ingesteld op standaard fabriekswaarden. Over het algemeen zijn deze instellingen geschikt voor stand-alone bediening. Standaard fabrieksinstellingen Omvormer frequentie Omvormerspanning Zoekmodus Programmeerbaar relais Dynamische cut-off 50 Hz 230 VAC uitgeschakeld alarmfunctie uitgeschakeld 5.2 Verklaring van instellingen Omvormer frequentie Uitgangsfrequentie Aanpasbaarheid: 50Hz; 60Hz Omvormerspanning Aanpasbaarheid: 210 – 245V ECO Modus Indien de ECO modus is ‘on’, zal het stroomverbruik in nullast worden verlaagd met circa 80…90%. In deze modus de Phoenix Omvormer Smart, Wanneer werkende in de omvormermodus, is uitgeschakeld bij onbelaste of zeer lage belasting en schakelt om de twee en een halve seconde voor een korte periode (aanpasbaar). Indien de uitgangsstroom een ingesteld niveau overschrijdt, blijft de omvormer werken. Wanneer dit niet het geval is, wordt de omvormer opnieuw uitgeschakeld. De ECO-modus kan worden ingesteld met de drukknop aan de voorkant van de omvormer. De ECO-modus “shut down” en “remain on” laadniveaus kunnen worden ingesteld met Victron Connect. De fabrieksinstellingen zijn: Uitschakelen: 50 Watt (lineaire belasting). Inschakelen: 100 Watt (lineaire belasting). Programmeerbaar relais Standaard is het programmeerbare relais ingesteld als een alarmrelais, d.w.z. het relais zal spanningsloos worden in geval van een alarm of een vooralarm (omvormer bijna te heet, rimpel op de ingang bijna te hoog, batterijspanning bijna te laag). 12 EN Dynamische Cut-off Gebruik VictronConnect voor activeren en Dynamische Cut-off configureren (zie https://www.victronenergy.com/live/ve.direct:phoenix-inverters-dynamic-cutoff voor details). Gebruik de Dynamische Cut-off niet in een installatie die ook andere belastingen op dezelfde batterij heeft aangesloten: de batterijspanning zal dalen vanwege de extra belasting, maar de Dynamische Cut-off algoritme in de omvormer neemt die belasting nier waar: daarom wordt de omvormer te vroeg uitgeschakeld met een onderspanningsalarm. NL FR DE 5.3 Configuratie per computer ES Alle instellingen kunnen worden gewijzigd door middel van een smartphone, tablet of computer. SE Voor het wijzigen van instellingen met een smartphone of tablet, is het volgende vereist: - VictronConnect software: kan gratis worden gedownload op www.victronenergy.com. Appendix Voor het wijzigen van instellingen met een computer, is het volgende vereist: - VictronConnect software: kan gratis worden gedownload op www.victronenergy.com. - Een VE.Direct to USB interface. 6. ONDERHOUD De Phoenix Omvormer Smart vereist geen specifiek onderhoud. Het is voldoende om alle verbindingen eenmaal per jaar te controleren. Vermijd vocht en olie/roet/dampen en houd het apparaat schoon. 13 7. Technische gegevens Phoenix-omvormer Smart Parallel en driefasig werking 12 Volt 24 Volt 48 Volt 12/1600 24/1600 48/1600 12/2000 24/2000 48/2000 Geen 12/3000 24/3000 48/3000 OMVORMER Ingangsspanningsbereik: (1) Uitgang Cont. uitgangsvermogen bij 25°C (2) Cont. uitgangsvermogen bij 25°C Cont. uitgangsvermogen bij 40°C Cont. uitgangsvermogen bij 65°C Piekvermogen Dynamisch (belastingafhankelijk) DClaag uit (volledig configureerbaar) Max.rendement 12/ 24 /48 V Nullast in 12 / 24 / 48 V Nullast in ECO modus 9,3 – 17V 18,6 – 34V 37,2 – 68V Uitgangsspanning: 230VAC ±2% 50 Hz of 60 Hz ± 0,1% (1) 1600VA 2000VA 3000VA 1300W 1600W 2400W 1200W 1450W 2200W 800W 1000W 1700W 3000VA 4000VA 6000VA Dynamic cut-off, zie https://www.victronenergy.com/live/ve.direct:phoenix-invertersdynamic-cutoff 92/94/94 % 8/9/11 W 92/94/94 % 8/9/11 W 93/94/95% 12/13/15W 0,6/1,3/2,1 W 0,6/1,3/2,1 W 1,5/1,9/2,8W ALGEMEEN Programmeerbaar relais (2) Stop & start vermogen ECO-modus Beveiliging (3) Bluetooth draadloze communicatie VE.Direct communicatiepoort Op afstand bediende aan/uit-functie Gemeenschappelijke kenmerken Gemeenschappelijke kenmerken Accu-aansluiting 230V AC-connectie Gewicht Afmetingen (hxbxd) Ja aanpasbaar a-g Voor monitoring op afstand en systeemintegratie Voor monitoring op afstand en systeemintegratie Ja Maximale gebruikstemperatuur -40 tot +65ºC (Ventilator ondersteunde koeling) Vochtigheid (niet-condenserend): max 95% BEHUIZING Materiaal & kleur: staal (blauw RAL 5012; zwart RAL 9017) Beschermingsklasse: IP 21 M8 bouten M8 bouten 2+2 M8 bouten Schroefklemmen 12kg 13kg 19kg 485 x 219 x 125 mm 485 x 219 x 125 mm 533 x 285 x 150mm (12V) 485 x 285 x 150mm (24V/48V) NORMEN Veiligheid Emissie, immuniteit Automotive richtlijn 1) Niet-lineaire belasting, topfactor 3:1 2) Programmeerbaar relais dat o.a. worden ingesteld voor algemeen alarm, DC onder spanning of generatorset start/stop functie. AC-rating: 230V / 3A DC-rating: 3A tot 30VDC, 0.2A tot 70VDC 14 EN 60335-1 EN 55014-1 / EN 55014-2/ IEC 61000-6-1 / IEC 61000-6-2 / IEC 61000-6-3 ECE R10-5 3) Beveiligingsmethoden: A) kortsluiting b) overbelasting c) batterijspanning te hoog d) batterijspanning te laag e) temperatuur te hoog f) 230 V AC op omvormer uitgang g) ingangsspanning met een te hoge rimpel EN 1) Kan worden aangepast tot 60Hz en tot 240V 2) Bescherming a. Uitgang kortsluiting b. Overbelasting c. Batterijspanning te hoog d. Batterijspanning te laag e. Temperatuur te hoog f. 230VAC op omvormer uitgang g. Ingangsspanningsrimpel te hoog 3) Niet-lineaire belasting, topfactor 3:1 4) Programmeerbaar relais dat kan worden ingesteld voor algemeen alarm, DC-onderspanning of genset-startsignaalfunctie NL FR DE ES SE Appendix 15 EN NL FR DE ES SV Appendix A: Inverter control Bijlage A: Besturing van de omvormer Annexe A : Contrôle du convertisseur Anhang A: Wechselrichtersteuerung Apéndice A: Control del inversor Bilaga A: Växelriktarkontroll www.victronenergy.com Appendix B: Installation information 1600VA/2000VA This ground wire “G“ connects the output neutral to ground. It must be repositioned to a ‘dummy’ terminal if a floating output is required. When a floating output is obtained the current reading at no load can show an offset of around 100…150mA. Also beware that the GFCI (or RCCB) will not function properly. G dummy NL Bijlage B: Installatie-informatie FR Deze aardingsdraad "G" verbindt de uitgangsneutraal met aarde. Het moet worden verplaatst naar een 'dummy' terminal als een zwevende uitgang vereist is. Wanneer een zwevende uitvoer wordt verkregen, kan de huidige waarde bij nullast een offset van ongeveer 100...150mA laten zien. Pas ook op dat de GFCI (of RCCB) niet goed zal werken. Annexe B : Information relative à l’installation DE Ce câble de mise à la terre « G » raccorde le neutre de la sortie à la terre. Il doit être repositionné à une borne « fictive » si une sortie flottante est nécessaire. Si une sortie flottante est obtenue, la lecture de courant Pas-de-charge peut afficher un décalage d'environ 100...150 mA. Attention : le GFCI (ou RCCB) ne fonctionnera pas correctement. Anhang B: Information zur Installation Dieser Erdungsdraht "G" verbindet den Nullleiter des Ausgangs mit der Erde. Wenn ein "floating" (potentialfreier) Ausgang gewünscht wird, muss er an eine "Dummy"Anschlussklemme neu angeschlossen werden. Wenn der „Floating“ Ausgang eingerichtet ist, kann es beim ermittelten Stromwert ohne angeschlossene Lasten eine Verschiebung von ca. 100...150 mA geben. Bedenken Sie außerdem, dass der FI-Schutzschalter (bzw. der Fehlerstromschutzschalter) nicht ordnungsgemäß funktionieren wird. 3 www.victronenergy.com Appendix C: Installation information 3000VA This ground wire “G“ connects the output neutral to ground. It must be repositioned to a ‘dummy’ terminal if a floating output is required. When a floating output is obtained the current reading at no load can show an offset of around 100…150mA. Also beware that the GFCI (or RCCB) will not function properly. G dummy NL FR DE Bijlage C: Installatie-informatie Deze aardingsdraad "G" verbindt de uitgangsneutraal met aarde. Het moet worden verplaatst naar een 'dummy' terminal als een zwevende uitgang vereist is. Wanneer een zwevende uitvoer wordt verkregen, kan de huidige waarde bij nullast een offset van ongeveer 100...150mA laten zien. Pas ook op dat de GFCI (of RCCB) niet goed zal werken. Annexe C : Information relative à l’installation Ce câble de mise à la terre « G » raccorde le neutre de la sortie à la terre. Il doit être repositionné à une borne « fictive » si une sortie flottante est nécessaire. Si une sortie flottante est obtenue, la lecture de courant Pas-de-charge peut afficher un décalage d'environ 100...150 mA. Attention : le GFCI (ou RCCB) ne fonctionnera pas correctement. Anhang C: Information zur Installation Dieser Erdungsdraht "G" verbindet den Nullleiter des Ausgangs mit der Erde. Wenn ein "floating" (potentialfreier) Ausgang gewünscht wird, muss er an eine "Dummy"Anschlussklemme neu angeschlossen werden. 5
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102

Victron energy Phoenix Inverter Smart 1600VA & 3000VA de handleiding

Type
de handleiding