Documenttranscriptie
Zorg ervoor dat de apparatuur wordt gebruikt in de juiste omgevingsvoorwaarden.
Gebruik het product nooit in een vochtige of stoffige omgeving.
Gebruik het product nooit als er kans is op gas- of stofexplosies.
Zorg ervoor dat er voldoende vrije ruimte is (10 cm) rondom het product voor ventilatie en dat de
ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (inclusief kinderen) met verminderde
fysieke, zintuiglijke of mentale mogelijkheden, of gebrek aan ervaring en kennis, tenzij onder
toezicht of instructie betreffende het gebruik van het apparaat door een verantwoordelijke voor
hun veiligheid.
Zorg ervoor dat kinderen niet met dit apparaat spelen.
1
IT
De AC-uitgang is geïsoleerd van de DC-uitgang en het chassis. Afhankelijk van de plaatselijke
voorschriften kan een echte neutrale geleider vereist zijn. In dat geval moet één van de ACuitgangsdraden worden verbonden met het chassis en moet het chassis worden verbonden
met een betrouwbare aarding. Opmerking: een echte neutrale geleider is vereist om ervoor te
zorgen dat een aardlekschakelaar goed werkt.
ES
Dit is een product uit veiligheidsklasse I (dat wordt geleverd met een aardklem ter beveiliging). De
behuizing moet worden geaard. Aan de buitenkant van het product bevindt zich een aardpunt. Als
het aannemelijk is dat de aardbeveiliging is beschadigd, moet het product worden uitgeschakeld
en worden beveiligd tegen onbedoelde inbedrijfstelling; neem in dat geval contact op met
gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
DE
Lees de installatievoorschriften in de installatiehandleiding voordat u de apparatuur installeert.
FR
Het product bevat geen interne onderdelen die door de gebruiker kunnen worden onderhouden.
Verwijder het voorpaneel niet en stel het product niet in werking als niet alle panelen zijn
gemonteerd. Alle onderhoudswerkzaamheden dienen door gekwalificeerd personeel te worden
uitgevoerd.
NL
WAARSCHUWING: KANS OP ELEKTRISCHE SCHOKKEN
Het product wordt gebruikt in combinatie met een permanente energiebron (accu). Zelfs als de
apparatuur is uitgeschakeld, kan een gevaarlijke elektrische spanning optreden bij de in en/of
uitgangsklemmen. Koppel altijd de accu los om onderhoud of reparaties uit te voeren aan het
product.
EN
1. Veiligheidsaanwijzingen
2. Beschrijving
VE.Direct-communicatiepoort
De VE.Direct-poort kan worden aangesloten op:
•
een computer (VE.Direct-naar-USB-interfacekabel vereist)
•
Apple- en Android-smartphones, tablets en overige apparaten ('VE.Direct Bluetooth Smart
dongle vereist)
Volledig configureerbaar
•
Schakel- en resetniveaus alarm voor lage accuspanning
•
Niveaus voor het uitschakelen of opnieuw opstarten bij lage accuspanning, of Dynamisch
uitschakelen
•
Uitgangsspanning 210 - 245V
•
Uitgangsfrequentie 50 Hz of 60 Hz
•
ECO-modus aan/uit, ECO-modusdetectieniveau en ECO-moduszoekinterval
Bewaking
Accuspanning, AC-uitgangsspanning, laadindicator, alarmen
Bewezen betrouwbaarheid
De volledige brug met ringkern transformator topologie heeft zijn betrouwbaarheid al vele jaren
bewezen.
De omvormers zijn bestand tegen kortsluiting en beschermd tegen oververhitting, ongeacht of dit
wordt veroorzaakt door overbelasting of een hoge omgevingstemperatuur.
Hoog opstartvermogen
Benodigd om belastingen te starten, zoals vermogen-omvormers voor LED lampen,
gloeidraadlampen of elektrisch gereedschap.
ECO-modus
In de ECO-modus schakelt de omvormer over naar stand-by als de belasting onder een
vooringestelde waarde daalt. Om de paar seconden, dit is instelbaar, wordt de omvormer
ingeschakeld en controleert deze om de paar seconden, ook instelbaar, of de belasting weer is
gestegen.
Stekker voor in- of uitschakelen op afstand
Een schakelaar voor in-/uitschakelen op afstand kan worden aangesloten op een tweepolige
stekker of tussen de pluspool van de accu en het linker contact van de tweepolige stekker.
LED diagnose
Een rood en een groen LED lampje geven aan dat de omvormer in bedrijf is en geven de status
van de verschillende beveiligingen aan.
Automatische omschakelaar
Om de belasting op een andere AC-bron over te dragen is er de automatische omschakelaar
Voor de omvormers met een laag stroomverbruik adviseren wij onze Filax automatische
omschakelaar. De Filax heeft een zeer korte omschakeltijd (minder dan 20 milliseconden), zodat
computers en andere elektronische apparatuur kan blijven functioneren zonder onderbreking.
Beschikbaar met verschillende uitgangsstekkerbussen
Schuko, UK (BS-1363), AU/NZ (3112) of IEC-320 (inclusief mannetjesstekker)
2
EN
3. Installatie
NL
3.1 Plaatsing van de omvormer
FR
DE
4
Niet aanbevolen
OK
OK (pas op kleine objecten die door de ventilatie
openingen aan de bovenkant kunnen vallen)
Niet aanbevolen
OK
Om een probleemloze werking van de omvormer te kunnen garanderen, moet de locatie waarin
deze wordt geïnstalleerd aan de volgende eisen voldoen:
a)
Vermijdt elk contact met water. Stel de omvormer niet bloot aan regen of mist.
b)
Plaats de omvormer niet in direct zonlicht. De omgevingstemperatuur moet tussen
-20°C en 40°C liggen (luchtvochtigheid < 95% niet condenserend). In extreme situaties
kan de behuizing van de omvormer een temperatuur bereiken van meer dan 70 °C.
c)
Vermijd obstructie van de luchtstroming rond de omvormer.
Laat minstens 10 centimeter ruimte vrij rond de omvormer. Wanneer de omvormer een
te hoge temperatuur heeft bereikt, zal deze zichzelf uitschakelen. Als de omvormer is
afgekoeld tot een acceptabele temperatuur schakelt deze weer in.
3
IT
5
Plafond montage
Vloer montage
Verticale muur montage,
ventilator onder
Verticale muur montage,
ventilator boven
Horizontale muur montage
ES
1
2
3
3.2 Aansluiting op de accu
Om de volledige capaciteit van het product te kunnen benutten, dient uitsluitend gebruik te worden
gemaakt van accu’s met voldoende capaciteit en van accukabels met de juiste doorsnede. Zie
tabel:
Min. accucapaciteit
Interne DC-zekering
Zekeringstype
(Fabrikant: Littelfuse)
Zekering vervangbaar
12/250
30Ah
2 x 30A
24/250
20Ah
30A
ATOF
32V
nee
48/250
10Ah
25A
FKS 80V
4 mm²
6 mm²
12/500
60Ah
3 x 35A
ATOF 32V
nee
nee
12/375
40Ah
2 x 40A
ATOF
32V
nee
24/375
30Ah
40A
ATOF
32V
nee
48/375
15Ah
25A
FKS
80V
nee
2,5 mm²
4 mm²
1,5 mm²
2,5 mm²
6 mm²
10 mm²
4 mm²
6 mm²
2,5 mm²
4 mm²
24/500
40Ah
2 x 25A
ATOF
32V
nee
48/500
20Ah
30A
FKS 80V
nee
12/800
100Ah
125A
MIDI
32V
ja
24/800
50Ah
2 x 40A
ATOF
32V
nee
48/800
30Ah
2 x 20A
FKS
80V
nee
6 mm²
10 mm²
4 mm²
6 mm²
16 mm²
25 mm²
6 mm²
10 mm²
4 mm²
6 mm²
Aanbevolen DC-kabel Doorsnede (mm2)
0 – 1,5 m
1,5 – 3 m
Min. accucapaciteit
Interne DC-zekering
Zekeringstype
(Fabrikant: Littelfuse)
Zekering vervangbaar
ATOF 32V
nee
Aanbevolen DC-kabel Doorsnede (mm2)
0 – 1,5 m
1,5 -3 m
Min. accucapaciteit.
Interne DC-zekering
Zekeringstype
(Fabrikant: Littelfuse)
Zekering vervangbaar
0 – 1,5 m
1,5 -3 m
6 mm²
10 mm²
12/1200
150Ah
200A
MIDI
32V
ja
25 mm²
35 mm²
24/1200
60Ah
100A
MIDI
32V
ja
10 mm²
16 mm²
48/1200
30Ah
50A
MIDI
58V
ja
6 mm²
10 mm²
De omvormers zijn voorzien van een interne DC-zekering (zie bovenstaande tabel voor de
nominale waarde). Als de DC-kabel tot meer dan 1,5 m wordt verlengd, moet een extra zekering
of DC-stroomonderbreker worden geplaatst dichtbij de accu.
Als de accukabels met omgekeerde polariteit worden aangesloten, brandt de interne zekering
door en kan de omvormer beschadigd raken. De interne zekering is niet altijd vervangbaar (zie
tabel hierboven).
3.3 Draaddoorsnede voor het verbinden van het omvormerchassis met de aarde
De aardgeleider die van het aardingslipje op het chassis naar de grond leidt, moet een doorsnede
hebben die ten minste half zo groot is als die van de geleiders die worden gebruikt voor de
accuverbinding: zie bijlage B.
3.4 Aansluiting op de belasting
Sluit de uitgang van de omvormer nooit aan op een andere AC-bron, zoals een AC-stopcontact
voor huishoudelijk gebruik of een stroomgenerator.
3.5 Het aansluiten van de nuluitgang van de omvormer op het chassis/aarde
De AC-uitgang is geïsoleerd van de DC-ingang en het chassis. Lokale voorschriften vereisen
mogelijk een werkelijk nuluitgang. In dit geval moet een van de AC-uitgangsdraden op het chassis
worden aangesloten en moet het chassis op een betrouwbare aarde zijn aangesloten: zie bijlage
A
4
Een schakelaar voor in- of uitschakelen op afstand kan worden aangesloten op de tweepolige
stekker. Of het linker contact van de stekker kan worden omgezet naar de positieve accuklem:
handig in automobieltoepassingen, verbind dit dan met het ontstekingscontact.
EN
Opmerking: ook de schakelaar aan de voorkant moet op On of ECO staan, anders start de
omvormer niet.
NL
3.6 Stekker voor in- of uitschakelen op afstand
De omvormer is klaar voor gebruik met de fabrieksinstellingen (zie specificaties) en kan worden
geconfigureerd met een computer ('VE.Direct-naar-USB-interfacekabel vereist), Apple- en
Android-smartphones, tablets en overige apparaten ('VE.Direct Bluetooth Smart dongle vereist).
FR
3.7 Configuratie
DE
ES
IT
5
4. Bediening
4.1 LED aanduidingen
Groene LED
●●●●●●●●
continu
Status
Probleemoplossing
Brandt Omvormer Rode LED uit
aan
status OK
Rode LED brandt of knippert:
De omvormer is nog aan, maar zal uitschakelen als de toestand
verslechtert. Zie de rode LED tabel voor de waarschuwingsreden
●●-----ame
impuls
Langz
ECOmodus
Als de omvormer steeds in- en uitschakelt als er een belasting is
aangesloten, kan het zijn dat de belasting te klein is in vergelijking
met de huidige ECO-modusinstellingen. Verhoog de belasting of
wijzig de ECO-modusinstellingen. (minimum ECO-modusinstelling:
15W)
enkele
●-●----dubbele
Snelle Uit en
wachtend
impuls
--------
Uit
Omvormer is uitgeschakeld door een beveiliging. De omvormer start
automatisch opnieuw zodra alle alarmomstandigheden zijn
opgeheven. Zie de rode LED status voor de reden van
uitschakeling.
Omvormer
Rode LED uit
uit
Controleer de On/Off/ECO-schakelaar: deze dient in de stand On of
in de ECO-stand te staan.
Controleer de stekker voor in- of uitschakelen op afstand.
Controleer de DC-kabelaansluitingen en zekeringen.
Omvormerzekering doorgebrand: de omvormer moet worden
geretourneerd voor onderhoud.
Rode LED brandt of knippert
De omvormer is uitgeschakeld door een beveiliging. Deze zal niet
meer automatisch opnieuw starten. De rode LED geeft de reden
voor uitschakeling aan. Verwijderen de oorzaak en herstart daarna
de omvormer door deze op Off te zetten en vervolgens weer op On.
Rode LED
●●●●●●●●
●●●●---langzaam
Brandt continu
Knippert
●-●-●-●-
Knippert snel
●-●-----
Dubbele
impuls
●---●---
6
Aanduiding
Overbelasting
Probleemoplossing
Accuspanning
laag
Accu opladen of vervangen
Controleer de DC-kabelaansluitingen
Controleer of de kabeldoorsnede voldoende groot is.
Zie paragraaf 4.3 Beveiligingen en automatische
herstarts voor het gedrag bij handmatige en
automatische herstart.
Verlaag de DC-ingangsspanning, controleer of de lader
defect is
Accuspanning
hoog
Hoge temp.
Verminder de belasting
Verlaag de belasting en/of verplaats de omvormer naar
een beter geventileerde ruimte
Snelle enkele Hoge DCControleer de DC-kabelaansluitingen en de
rimpelspanning kabeldoorsnede.
impuls
FR
Het minimale vermogen, waarbij de omvormer standaard uit de ECO-modus schakelt is 15 watt.
Het standaard zoekinterval voor de ECO-modus is 2,5 seconden.
Opmerking: De vereiste ECO-modusinstellingen hangen sterk af van het soort belasting:
inductieve, capacitieve of niet-lineaire. Aanpassing kan nodig zijn.
NL
Zet de schakelaar aan de voorkant op ECO-modus om het stroomverbruik bij nullast te verlagen.
De omvormer schakelt automatisch uit zodra deze detecteert dat er geen belasting is
aangesloten. Daarna schakelt de omvormer, om de 2,5 seconden, kort aan om een belasting te
detecteren. Als de uitgangsstroom het ingestelde niveau overschrijdt, blijft de omvormer werken.
EN
4.2 ECO-modus
4.3 Beveiligingen en automatische herstarts
Na drie herstarts, gevolgd door uitschakeling i.v.m. lage accuspanning binnen 30 seconden na de
herstart, schakelt de omvormer uit en stopt ook met herstartpogingen. De LEDs geven een
uitschakeling door lage accuspanning aan. Om de omvormer weer te starten, schakelt u deze uit en
daarna weer in of u laadt de accu: zodra de accuspanning is gestegen en daarna 30 seconden
boven het ladingsdetectieniveau blijft, schakelt de omvormer in.
Zie de tabel Technische gegevens voor de standaarduitschakelniveaus i.v.m. lage accuspanning en
de herstartniveaus. Deze kunnen worden gewijzigd met de VictronConnect App.
Hoge accuspanning
Verlaag de DC-ingangsspanning en/of controleer of de accu- of zonne-energielader in het systeem
niet defect is. Na uitschakeling als gevolg van een hoge accuspanning, wacht de omvormer eerst 30
seconden en probeert daarna weer te starten zodra de accuspanning tot het acceptabele niveau is
gedaald.
Zie de tabel Technische gegevens voor de standaardlaagspanningsniveaus voor het uitschakelen
en opnieuw opstarten van de accu. Het is mogelijk deze te veranderen met VictronConnect
(computer of app).
Als alternatief kan de Dynamische Afsluiting geïmplementeerd worden, zie
https://www.victronenergy.com/live/ve.direct:phoenix-inverters-dynamic-cutoff
Hoge temperatuur
Een hoge omgevingstemperatuur of hoge belasting kan leiden tot een uitschakeling als gevolg van
overtemperatuur. De omvormer start dan na 30 seconden opnieuw. De omvormer blijft niet uit na
meerdere herstartpogingen. Verlaag de belasting en/of verplaats de omvormer naar een beter
geventileerde ruimte.
Hoge DC-rimpelspanning
Een hoge DC-rimpelspanning wordt over het algemeen veroorzaakt door losse DCkabelaansluitingen en/of een te dunne DC-bedrading. Als de omvormer is uitgeschakeld als gevolg
van een hoge DC-rimpelspanning, wacht deze 30 seconden en start dan opnieuw.
Na drie herstarts, gevolg door een uitschakeling door een hoge DC-rimpelspanning binnen 30
seconden na de herstart, schakelt de omvormer uit en stopt ook met pogingen om opnieuw te
starten. Om de omvormer weer te starten, moet deze worden uitgeschakeld en weer ingeschakeld.
Een continue hoge DC-rimpelspanning verkort de levensduur van de omvormer.
7
IT
Accuspanning laag (regelbaar)
De omvormer schakelt uit als de DC-ingangsspanning onder het uitschakelniveau i.v.m. lage
accuspanning daalt. Na een minimale vertraging van 30 seconden start de omvormer weer opnieuw
als de spanning boven het herstartniveau bij de lage accuspanning stijgt.
ES
Na drie herstarts, gevolgd door nog een overbelasting binnen 30 seconden na de herstart,
schakelt de omvormer uit en blijft uit. De LEDs geven dan uitschakeling door overbelasting aan.
Om de omvormer weer te starten, moet deze worden uitgeschakeld en weer ingeschakeld.
DE
Overbelasting
Sommige belastingen, zoals motoren of pompen, veroorzaken een hoge inschakelstroom bij het
opstarten. In dergelijke omstandigheden is het mogelijk dat de opstartstroom hoger is dan het
overstroomschakelniveau van de omvormer. In dat geval daalt de uitgangsspanning snel om de
uitgangsstroom van de omvormer te beperken. Als het overstroomschakelniveau steeds wordt
overschreden, schakelt de omvormer uit, wacht 30 seconden en start dan opnieuw.
5. Technische gegevens
Phoenix Omvormer
12 Volt
24 Volt
48 Volt
Cont. vermogen bij 25°C (1)
Cont. vermogen bij 25°C / 40°C
Piekvermogen
AC-spanning / -frequentie uitgang (instelb.)
Ingangsspanningsbereik
Uitschakeling bij lage accuspanning (instelb.)
Herstart & alarm lage accuspanning (instelb.)
Detectie accu opgeladen (instelbaar)
Max. rendement
Nullastvermogen
Standaard nullastvermogen in ECO-modus
(standaard zoekinterval: 2,5 s, instelbaar)
Stop- en startvermogensinstelling ECO-modus
Beveiliging (2)
12/250
24/250
48/250
12/375
24/375
48/375
12/500
24/500
48/500
12/800
24/800
48/800
4,2/5,2/7,9 W
5,6/6,1/8,5 W
6/6,5/9 W
6,5/7/9,5 W
0,8/1,3/2,5 W
0,9/1,4/2,6 W
1/1,5/3 W
1/1,5/3 W
500 VA
800 VA
250 VA
375 VA
400 / 350 W
650 / 560 W
200 / 175 W
300 / 260 W
900 W
1500 W
400 W
700 W
230 VAC of 120 VAC +/- 3% 50Hz or 60Hz +/- 0,1%
9,2 - 17 / 18,4 - 34,0 / 36,8 - 62,0 VDC
9,3 / 18,6 / 37,2 VDC
10,9 / 21,8 / 43,6 VDC
14,0 / 28,0 / 56,0 VDC
90/90/91 %
90/90/91 %
87/88/88 %
89/89/90 %
Regelbaar
a–f
-40 tot +60°C (ventilatorkoeling)
(neemt 1,25% af per °C boven 40°C)
max. 95%
Bedrijfstemperatuurbereik
Luchtvochtigheid (geen condensvorming)
BEHUIZING
Materiaal en kleur
Accu-aansluiting
Maximale kabeldoorsnede
Standaard AC-uitgangen
Beschermingsklasse
Gewicht
Afmetingen (hxbxd, mm)
(hxbxd, inch)
Stalen frame en kunststofbehuizing (blauw RAL 5012)
Schroefklemmen
25/10/10mm²/
10 mm² / AWG8
WG4/8/8
230V: Schuko (CEE 7/4), IEC-320 (inclusief mannetjesstekker)
UK (BS 1363), AU/NZ (AS/NZS 3112)
120V: Nema5-15R
IP 21
2,4kg /5,3 lbs
3,0kg /6,6 lbs
86x165x260
3,4x6,5x10,2
86x165x260
3,4x6,5x10,2
3,9kg/8,5lbs
5,5kg/12lbs
86x172x275
3,4x6,8x10,8
105x216x305
4,1x8,5x12,1
(12V model:
105x230x325)
ACCESSOIRES
Aan-uit op afstand
Automatische omschakelaar
Ja
Filax of Multi
NORMEN
Veiligheid
EMC
Voertuigrichtlijn
1) Niet-lineaire belasting, topfactor 3:1
2) Beveiliging:
a) Uitgangskortsluiting
b) Overbelasting
c) Accuspanning te hoog
d) Accuspanning te laag
e) Temperatuur te hoog
f) DC-rimpelspanning te hoog
8
NEN-EN-IEC 60335-1 / NEN-EN-IEC 62109-1
NEN-EN 55014-1 / NEN-EN 55014-2
IEC 61000-6-1 / IEC 61000-6-3
ECE R10-4 EN 50498
12 Volt
24 Volt
48 Volt
BEHUIZING
Stalen frame en kunststofbehuizing (blauw RAL 5012)
Schroefklemmen
35/25/25mm² / AWG2/4/4
230V: Schuko (CEE 7/4), IEC-320 (incl. mannetjesstekker)
UK (BS 1363), AU/NZ (AS/NZS 3112)
120V: Nema5-15R
IP 21
7,7 kg/17 lbs
117x232x327
4,6x9,1x12,9
(12V model: 117x232x367)
ACCESSOIRES
Ja
Filax of Multi
NORMEN
EN/IEC 60335-1 / EN/IEC 62109-1
EN 55014-1 / EN 55014-2
IEC 61000-6-1 / IEC 61000-6-3
ECE R10-4 EN 50498
Beschermingsklasse
Gewicht
Afmetingen (hxbxd, mm)
(hxbxd, inch)
Aan-uit op afstand
Automatische omschakelaar
Veiligheid
EMC
Voertuigrichtlijn
1) Niet-lineaire belasting, topfactor 3:1
2) Beveiliging:
a) Uitgangskortsluiting
b) Overbelasting
c) Accuspanning te hoog
d) Accuspanning te laag
e) Temperatuur te hoog
f) DC-rimpelspanning te hoog
9
IT
Regelbaar
a–f
-40 to +60°C (ventilatorkoeling)
(nemt 1,25% af per °C boven 40°C)
max 95%
Luchtvochtigheid (geen condensvorming)
Standaard AC-uitgangen
ES
1 / 1,7 / 2,7 W
Bedrijfstemperatuurbereik
Materiaal en kleur
Accu-aansluiting
Maximale kabeldoorsnede
DE
92 / 94 / 94 %
8 / 9,5 / 10 W
FR
Cont. vermogen bij 25°C (1)
Cont. vermogen bij 25°C / 40°C
Piekvermogen
AC-spanning / -frequentie uitgang (instelb.)
Ingangsspanningsbereik
Uitschakeling bij lage accuspanning (instelb.)
Herstart & alarm lage accuspanning (instelb.)
Detectie accu opgeladen (instelbaar)
Max. rendement
Nullastvermogen
Standaard nullastvermogen in ECO-modus
(standaard zoekinterval: 2,5 s, instelbaar)
Stop- en startvermogensinstelling ECO-modus
Beveiliging (2)
12/1200
24/1200
48/1200
1200 VA
1000 / 900 W
2400 W
230 VAC of 120 VAC +/- 3% 50Hz of 60Hz +/- 0,1%
9,2 - 17 / 18,4 - 34,0 / 36,8 - 62,0 VDC
9,3 / 18,6 / 37,2 VDC
10,9 / 21,8 / 43,6 VDC
14,0 / 28,0 / 56,0 VDC
NL
Phoenix Inverter
EN
Technische gegevens, vervolg
Afb. 1: Voor- en achteraanzicht
FigFi
10
EN
Bevestigingsinstructies
NL
FR
DE
ES
IT
Afbeelding 1
Afbeelding 2
Bevestig de omvormer met vier schroeven verticaal naar boven of naar onderen
gericht, of horizontaal naar boven of naar onderen gericht (zoals aangegeven in
Afbeelding 1) tegen een stevige muur of horizontaal op een geschikte
grondoppervlakte (zoals aangegeven in Afbeelding 2). Houd het op tenminste 4
inches (10 cm) afstand van andere apparaten/objecten. Pas op dat IP21 alleen van
toepassing is op de onderste montagemethode afgebeeld in Afb. 2; anders is IP20
van toepassing. Bevestig de omvormer niet ondersteboven op een
grondoppervlakte.
11
Bijlage A
De neutrale uitgang van de omvormer aansluiten op het chassis/aarding
De AC-uitgang is gescheiden van de DC-ingang en het chassis. Lokale voorschriften vereisen
mogelijk een werkelijke nuluitgang. In dit geval moet een van de AC-afvoerdraden op het chassis
worden aangesloten en moet het chassis op een betrouwbare aarding worden aangesloten. De
omvormer maakt het mogelijk om de nuluitgang en het chassis te verbinden; hieronder leggen we
uit hoe u dat kunt doen.
Zorg ervoor dat de accu is losgekoppeld wanneer u de nuluitgang op de beschermende aarding (PE)
aansluit.
U kunt toegang krijgen tot de interne PE-draad, die wordt gebruikt om de nuluitgang en het chassis te
verbinden, na het verwijderen van de plastic kap. U heeft een Torx T10-schroevendraaier nodig om de vier
schroeven los te maken, die de plastic kap op zijn plaats houden.
In de afbeeldingen hieronder worden de twee mogelijke aansluitingen voor de PE-kabel getoond.
Voor 250VA-, 375VA- en 500VA-omvormers:
2.
Nuluitgang potentiaalvrij
Positie van de PE-kabel (aangegeven door het pijltje):
2. Neutral connected to protective earth
Position of the PE wire (indicated by arrow):
12
EN
NL
Voor de 800VA- en 1200VA-omvormers:
Voor deze omvormers kan de aardingsdraad van het chassis aangesloten worden op zowel de
FJ1 (nuluitgang potentiaalvrij) als de FJ2 (nuluitgang aangesloten op de aarding/chassis). De
labels FJ1 en FJ2 zijn op de printplaat geprint. De standaardpositie is FJ1, bijv. nuluitgang is
pontentiaalvrij.
FR
DE
ES
IT
Bijlage B
Draaddikte voor het aansluiten van het omvormerchassis op de
aarding
De aardingsgeleider die van het aardingslipje op het te aarden chassis is aangesloten, moet een
doorsnede hebben die tenminste half zo groot is als die van de geleiders die gebruikt worden voor
de accu-aansluiting. De maximale geleidersomvang die op het aardingslipje past, is 25 mm².
Gebruik de onderstaande tabel om de juiste doorsnede te vinden voor de aardingsgeleider.
Doorsnede van draad
naar accu
naar beschermende aarding
1.5 mm²
≥ 0.75 mm²
2.5 mm²
≥ 1.5 mm²
4 mm²
≥ 2.5 mm²
6 mm²
≥ 4 mm²
10 mm²
≥ 6 mm²
16 mm²
≥ 10 mm²
25 mm²
≥ 16 mm²
35 mm²
25 mm²
13