ADH 254 A

ATIKA ADH 254 A, ADH 254 A - de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de ATIKA ADH 254 A de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
Sie dürfen das Gerät nicht in Betrieb nehmen, bevor Sie diese Betriebsanleitung gelesen, alle ange-
gebenen Hinweise beachtet und das Gerät wie beschrieben montiert haben.
Anleitung für künftige Verwendungen aufbewahren.
Do not operate machine before having read the operating instructions, understood all the notes and
assembly the machine as described here.
Keep the instructions in a safe place for future use.
Vous ne devez pas mettre la machine en route avant d’avoir lu attentivement ce mode d’emploi, d’avoir
observé toutes les informations indiquées et d’avoir monté la machine comme décrit.
Conserver ces notice d’utilisation pour tout utilisateur futur.
U mag het apparaat niet in bedrijf nemen, voordat U deze bedieningsaanwijzing heeft gelezen, alle
instructies hebt gevolgd en het apparaat volgens de beschrijving heeft gemonteerd.
Bewaar deze bedieningsaanwijzing voor alle toekomstige toepassingen.
Elektrische Geräte gehören nicht in den Hausmüll. Geräte, Zubehör und Verpackung einer umwelt-
freundlichen Wiederverwertung zuführen.
Electrical devices do not go into the domestic rubbish. Give devices, accessories and packaging to
an ecofriendly recycling.
Ne jamais jeter un appareil électrique aux ordures ménagères. Les appareils, les accessoires et les emballages
doivent être recyclés de façon non-polluante.
Elektrische toestellen behoren niet in de huisafval. Toestellen, toebehoren en verpakking naar een
milieuvriendelijk recycling brengen.
33
Inhoud
EG-Conformiteitsverklaring 33
Leveringsomvang 33
Geluidskenmerken 33
Symbolen: apparaat, bedieningshandleiding 33/34
Reglementaire toepassing 34
Restrisico’s 34
Veilig werken 34
Voorbereidingen voor ingebruikname 36
Ingebruikname 37
Werken met de vlak- en vandiktebank 37
Onderhoud en reiniging 39
Transport 40
Opslag 40
Garantie 40
Onderhouds- en reinigingsschema 40
Beschrijving van het apparaat / Reserveonderdelen 41
Storingen 41
Technische gegevens 42
EG-Conformiteitsverklaring
volgens de richtlijn 98/37 EG
ATIKA GmbH & Co. KG
Schinkelstraße 97, 59227 Ahlen - Germany
verklaart onder uitsluitende verantwoordelijkheid dat het product
vlak- en vandiktebank type MBY10 / model ADH 254 A
waarop deze verklaring betrekking heeft, aan de desbetreffende
veiligheids- en gezondheidseisen van de richtlijn 98/37/EG
alsmede aan de eisen van de andere desbetreffende richtlijnen
2004/108/EG, 2006/95/EG
voldoet en dat de bovengenoemde machine overeenstemt met
het model dat het EG-typeonderzoek
BM 60017295 0001 gekregen heeft.
Aangemelde instantie:
TÜV Rheinland Product Safety GmbH
Am Grauen Stein, 51105 Köln
Notificatienummer: 0197
Ahlen, 07.07.2008 A. Pollmeier, bedrijfsleiding
Leveringsomvang
Vlak- en vandiktebank ADH 254 A
Spaanafzuigkap
Spaanafzuigaansluiting
1 duwstok
Mesafdekking
Geleideaanslag
Onderstel
Montagegereedschap
Bevestigingsmateriaal
Bedieningshandleiding
Controleer na het uitpakken de inhoud van de verpakking
op:
! Aanwezigheid van alle onderdelen
! Eventuele transportschade
In het geval van onvolkomenheden dit direct aan uw leverancier
melden. Latere reclamaties worden niet in behandeling
genomen.
Geluidskenmerken
EN ISO 3744
Toepassing van de machine als vlak- en vandiktebank met
standaard schaafmessen.
Geluidsvermogen
Geluidsdrukpegel bij
het werk
Onbelast L
WA
= 109,5 dB(A) L
pA
= 93,9 dB(A)
Belast
Vlakschaven
L
WA
= 112,3 dB(A) L
pA
= 99,3 dB(A)
Belast
Vandikteschaven
L
WA
= 111,3 dB(A) L
pA
= 97,9 dB(A)
Meetonzekerheidsfaktor: 2 dB
De opgegeven waarden zijn emissiewaarden en kunnen niet als veilige
werkplekwaarden genomen worden. Hoewel er samenhang tussen
emissie- en immisiewaarden is, kan men deze waarden niet gebruiken
voor het vaststellen van veiligheidsvoorzieningen tijdens het werk.
Deze waarden kunnen sterk beïnvloed worden door verschillende
factoren zoals, de tijdsduur, de eigenschappen van de ruimte, andere
geluidsbronnen, het aantal machines, andere werkzaamheden in de
directe omgeving, enz. De toegelaten waarden kunnen van land tot
land verschillen. Deze gegevens zal de gebruiker echter in staat
stellen een betere inschatting van de van de gevaren en risico’s te
maken.
Symbolen apparaat
Lees voor de
inbedrijfstelling
de
bedieningshandle
iding en
veiligheidsvoorsc
hriften en neem
deze in acht.
Schakel de motor
uit voor reparatie-,
onderhouds- en
reinigingswerkzaa
mheden en haal de
netstekker uit het
contactdoos.
Gevaar voor
letsel aan vingers
en handen door
de schaafmessen
Niet aan regen
blootzetten. Tegen
vochtigheid
beschermen.
Oog- en
geluidsbescherming
dragen.
Stofmasker dragen.
Veiligheidshandsch
oenen dragen.
34
Symbolen bedieningshandleiding
Dreigend gevaar of gevaarlijke situatie. Het niet
opvolgen van deze aanwijzingen kan schade of
verwondingen tot gevolg hebben.
L
Belangrijke aanwijzing voor het vakkundig gebruik.
Het niet opvolgen van deze aanwijzingen kan storingen
aan de machine veroorzaken.
Gebruikersaanwijzingen. Deze aanwijzingen helpen u
de machine optimaal te benutten.
Montage, gebruik en onderhoud. Hier wordt precies
uitgelegd wat u moet doen.
Reglementaire toepassing
De vlak- en vandiktebank is alleen geschikt voor thuisgebruik
en hobbymatig gebruik. De vlak- en vandiktebank is bedoeld
voor het vlakschaven en vandikteschaven van massief hout.
De toegestane afmetingen van de werkstukken moeten in
acht worden genomen (zie Technische gegevens). Bij het
vandikteschaven moet het contactoppervlak van het
werkstuk vlak zijn.
De vlak- en vandiktebank is niet geschikt voor buitengebruik.
U mag alleen werkstukken verwerken die vielig ondersteund
of geleid kunnen worden.
Om veilig te werken, moet de machine stevig worden
bevestigd op de ondergrond waarop ze is neergezet (zie
"Montage")
De vlak- en vandiktebank is niet geschikt voor het snijden
van holten, tappen of andere vormen.
Tot de reglementaire toepassing behoort ook het opvolgen
van de gebruiks-, onderhouds- en reparatievoorschriften
en het opvolgen van de veiligheidsvoorschriften van de
fabrikant.
Men moet zich tevens houden aan de algemeen geldende
veiligheid- en gezondheids- voorschriften en die
aanvullende voorschriften van het bedrijf.
Alle verdere toepassingen gelden als niet volgens de
voorschriften. Voor de hieruit voortvloeiende schade is de
fabrikant niet aansprakelijk – de aansprakelijkheid is alleen
voor de gebruiker.
Bij eigenmachtige veranderingen aan de vlak- en
vandiktebank is de fabrikant niet aansprakelijk voor hieruit
voortvloeiende schade van welke aard dan ook.
De vlak- en vandiktebank mag alleen voorbereid, gebruikt
en onderhouden worden door personen die hiermee
vertrouwd en over de gevaren geïnformeerd zijn.
Reparatiewerkzaamheden mogen alleen via ons resp. door
een door ons benoemde servicedienst worden uitgevoerd.
De machine mag niet in door explosie bedreigde omgeving
worden toegepast of aan regen worden blootgesteld.
Metalen onderdelen (spijkers etc.) moeten absoluut uit het
te schaven materiaal verwijderd worden.
Restrisico’s
Ook bij het gebruik volgens de voorschriften zijn er op grond van
de constructie voor de toepassing van deze machine nog een
aantal restricties.
De restricties kunnen geminimaliseerd worden wanneer de
veiligheids-, gebruiks-, gezondheid- en onderhoudsvoorschriften
nauwkeurig in acht genomen worden.
Consideratie en voorzichtigheid verminderen het risico van
personenletsels en beschadigingen.
Gevaar voor letsel aan vingers en handen door het aanraken
van de messen op plaatsen die niet afgedekt zijn.
Gevaar voor letsel aan vingers en handen bij het wisselen
van gereedschap.
Knellen van de vingers bij het openen van de
veiligheidsafdekkingen.
Terugslag van het werkstuk of delen hiervan.
Gevaar door stroom door het niet juist aansluiten van de
aansluitdraden.
Het aanraken van onder spanning staande delen bij
geopende elektrische delen.
Vermindering van het gehoor bij langdurig werken zonder
gehoorbescherming.
Emissie van gezondheidsschadelijk houtstof bij gebruik
zonder afzuiging of spaanzak.
Verder kunnen er ondanks alle genomen maatregelen niet
zichtbare restricties bestaan.
Veilig werken
Bij ondeskundig gebruik kunnen houtbewerkingsmachines
gevaarlijk zijn. Worden elektrowerktuigen toegepast,
moeten de principiele veiligheidsvoorzieningen worden
opgevolgd om het risico van vuur, elektrische slag en
verwondingen van personen uit te sluiten.
Lees en volg de onderstaande aanwijzingen, de
voorschriften ter voorkoming van ongevallen en de
algemene veiligheidsvoorschriften op, om u zelf en anderen
tegen verwondingen te beschermen.
L
Geef de veiligheidsvoorschriften aan alle personen, die
met deze machine werken, door.
L
Bewaar deze veiligheidsvoorschriften goed.
Maak u voor gebruik met het apparaat vertrouwd, met
behulp van de gebruiksaanwijzing.
Gebruik de machine alleen waar hij voor gemaakt is (zie het
betreffende hoofdstuk).
Stel de machine op een antislipvaste en rechte ondergrond
(gevaar van kantelen). Let erop dat de tafelbladen
horizontaal zijn.
Vermijdt een abnormale lichaamshouding. Zorg voor een
stabiele en uitgebalanceerde houding.
Wees oplettend. Let op dat, wat u doet. Ga met verstand te
werk. Gebruik het apparaat niet, wanneer u moe bent of
onder de invloed van drugs, alcohol of medicamenten staat.
Een moment van onoplettendheid bij het gebruik van het
apparaat kan tot ernstige verwondingen leiden.
35
Draag de juiste werkkleding.
geen wijde kleding of sierraden, ze kunnen worden
gegrepen door bewegende delen
Geen schoenen met gladde zolen dragen.
Bij lang haar een haarnet dragen.
Draag persoonlijke beschermingsmiddelen:
Gehoorbeschermer dragen (het geluidsnivo in de
werkplaats komt over het algemeen boven de 85dB(A).
Veiligheidsbril
Stofmasker bij stofvervaardigende werkzaamheden
Handschoenen bij het vervangen van de messen
Zorg dat uw werkomgeving in orde is. Rommel kan
ongevallen veroorzaken.
Let op de omgevingsinvloeden:
Stel de vlak- en vandiktebank niet bloot aan regen.
Gebruik de machine niet in een vochtige of natte
omgeving.
Werk alleen bij toereikend zicht. Zorg voor een goede
verlichting.
Gebruik de machine niet in de buurt van brandbare
vloeistoffen of gassen.
De bij het gebruik ontstane houtstof belemmert het
vereist zicht en is gedeeltelijk schadelijk voor de
gezondheid. Sluit de spaanzak altijd op het afzuigstuk
van de machine aan.
Laat de machine niet zonder toezicht achter.
Personen onder 18 jaren mogen het werktuig niet
bedienen.
Hou andere personen op afstand.
Laat andere personen, in het bijzonder kinderen, het
gereedschap of de kabel niet aanraken.
Houdt ze ver van uw werkplek weg.
Overbelast de machine niet. U werkt beter en zeker met de
juiste belasting van de machine.
Werk alleen met alle veiligheidsvoorzieningen op de juiste
wijze aangebracht en verander niets aan de machine wat de
veiligheid in gevaar kan brengen.
Neem de juiste werkpositie in. Ga aan de zijkant van de
machine staan.
Houd uw handen bij een draaiende machine op veilige
afstand van de snijrol en van de plaats waar de spanen
uitgeworpen worden.
Houd altijd voldoende afstand tot de snijrol. Houdt
gedurende het bedrijf voldoende afstand tot aangedreven
bouwdelen.
Verwijder vóór het schaven alle spijkers en metalen
onderdelen uit het werkstuk.
Let erop dat het werkstuk geen kabels, touwen, snoeren of
dergelijke omvat.
Bewerk geen hout dat veel knoesten of knoestgaten bevat.
Begin pas met schaven, als de snijrol het vereiste toerental
bereikt heeft.
Gebruik uitsluitend scherpe schaafmessen, aangezien
stompe schaafmessen niet alleen het terugslaggevaar
verhogen, maar ook de motor belasten.
Gebruik voor het schaven van dunne werkstukken
voorzieningen om de stukken hout in positie te brengen en te
verplaatsen.
Let er bij het schaven op dat de niet-gebruikte snijrol door de
mesafdekking wordt afgedekt.
Gebruik alleen gereedschap dat aan de norm NEN-EN 847-1
voldoet en met MAN gekenmerkt is.
Het gebruik van gereedschappen en toebehoren van
een ander fabrikaat kan risico’s met zich meebrengen.
Gebruik voor het bewerken van korte werkstukken
duwhouten of duwstokken.
Gebruik geen kapotte duwstokken en -houten.
Bewaar duwhouten en -stokken altijd bij de machine, als ze
niet gebruikt worden.
Beveilig lange werkstukken tegen afglijden aan het
einde van het schaven. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld
afrolstandaards of soortgelijke voorzieningen.
Verwijder splinters, spanen en afval niet met uw handen uit
de gevarenzone van de snijrol.
Schakel de machine uit en neem de steker uit het
stopcontact bij:
reparatiewerkzaamheden
onderhouds- en reinigingswerkzaamheden
Verhelpen van storingen (daar hoort ook het verwijderen
van vastzittende spanen of splinters bij)
controle van de aansluitleidingen, of deze verstrengeld of
beschadigd zijn
transport van de machine
vervanging van messen
Het verlaten van de machine (ook voor een korte tijd).
Onderhoud uw machine zorgvuldig:
Houdt de werktuigen scherp en schoon, om beter en
veilig te kunnen werken.
Volg de onderhoudsvoorschriften en de instructies
omtrent voor de werktuigwissel op.
Hou de handgrepen vrij van vet en olie.
Onderzoek de machine op eventuele beschadigingen.
Voordat de machine verder wordt gebruikt, moet
zorgvuldig worden onderzocht of de
beschermingsvoorzieningen en licht beschadigde
onderdelen foutloos en volgens de voorschriften
functioneren.
Controleer of alle bewegende delen van de machine
goed functioneren en niet klemmen of beschadigd zijn.
Alle onderdelen moeten correct gemonteerd zijn en aan
alle voorwaarden voldoen om een optimale werking van
de machine te garanderen.
Beschadigde bescherminrichtingen en delen moeten,
indien noodzakelijk, door een erkende
reparatiewerkplaats gerepareerd of verwisseld worden.
Met uitzondering indien in de gebruiksaanwijzing anders
aangegeven.
Beschadigde of onleesbare veiligheidsstickers dienen te
worden vervangen.
Laat geen sleutels steken!
36
Controleer vóór het inschakelen altijd of de sleutels en
instelgereedschappen verwijderd zijn.
Bewaar ongebruikte apparaten op een droge, afgesloten
plaats buiten de reikwijdte van kinderen op.
Elektrische veiligheid
Uitvoering van de verlengkabel volgens IEC 60 245 (H 07
RN-F) met een aderdoorsnede van minimaal
1,5 mm² bij een lengte tot 25 m.
2,5 mm² bij een lengte vanaf 25 m.
Lange en dunne aansluitkabels zorgen voor een
spanningsverlies. De motor bereikt zijn maximaal vermogen
niet meer, de werking van het apparaat wordt gereduceerd.
Stekker en aansluitdozen aan aansluitleidingen moeten uit
rubber, zacht PVc of een ander thermoplastisch materiaal
van dezelfde mechanische vastheid zijn of met dit materiaal
zijn gecoat.
Beschermt u zich tegen elektrische slag. Raak geen
geaarde delen aan.
De stekkervoorziening van de aansluitleiding moet tegen
spatwater beveiligd zijn.
Wikkel bij gebruik van een kabeltrommel de kabel geheel af.
Gebruik de kabel niet voor doeleinden warvoor hij niet
geschikt is. Bescherm de kabel tegen hitte, olie of scherpe
randen. De steker niet met de kabel uit het stopcontact
trekken.
Controleer de aansluitkabel van de machine regelmatig en
laat hem indien nodig vervangen door een vakman.
Bij het verleggen van de aansluitkabel erop letten dat deze
niet stoort, gekneust, geknikt en de steekverbinding niet nat
wordt.
Controleer de verlengkabel regelmatig op beschadigingen
en vervang hem als hij beschadigd is.
Gebruik geen defecte kabels.
Maak geen geknutselde elektrische aansluitingen.
Veiligheidsvoorzieningen nooit overbruggen of buiten-
werking stellen.
Het apparaat via een veiligheidsschakelaar (30 mA)
aansluiten.
Elektrische aansluitingen of reparaties mogen alleen
door een erkend bedrijf of een erkende reparatiewerkplaats
uitgevoerd worden. De plaatselijke voorschriften moeten
opgevolgd worden.
Reparaties aan andere delen van de machine mogen
alleen door de fabrikant of een door hem erkende
werkplaats uitgevoerd worden.
Alleen de originele toebehoren en onderdelen gebruiken. Bij het
gebruik van niet originele onderdelen kunnen risico’s
voor de gebruiker ontstaan. De fabrikant kan niet
aansprakelijk gesteld worden voor ongevallen hierdoor
ontstaan.
Voorbereidingen voor ingebruikname
L
Om de machine correct te laten functioneren moet u de
volgende aanwijzingen opvolgen.
Zet de vlak- en vandiktebank neer op een plaats die aan de
volgende voorwaarden voldoet:
slipbestendig
Trillingsvrij
Vlak
geen struikelgevaren
voldoende lichtomstandigheden
Controleer voor ieder gebruik:
de aansluitkabels op beschadiging (scheuren, sneden
o. d.)
gebruik geen beschadigde aansluitkabels.
De duwstok binnen handbereik is.
of de niet-gebruikte snijrol door de mesafdekking is
afgedekt
Ga bij het werken niet direct voor of achter de machine,
maar ernaast staan.
U moet de volgende delen aanbrengen:
Onderstel A1 - A7
Monteer de vier delen van het onderstel aan de hand van de
afbeeldingen A1 - A7.
Roep de hulp van een tweede persoon in en plaats de vlak-
en vandiktebank op het onderstel.
Bevestig de vlak- en vandiktebank op het onderstel.
Bevestiging op de vloer A8
Bevestig de vlak- en vandiktebank met vier schroeven op de
vloer.
Geleideaanslag B1 - B9
Bevestig de aanslaggeleideplaat (7) op de behuizing.
Schuif de aanslagdrager (10) in en bevestig de
bevestigingshendel (12).
Monteer de aanslag (13).
Afzuiging C1 - C7
Breng het afzuigstuk (16) aan.
Steek de afzuigslang (17) op en bevestig deze met de klem
(18).
Verbind de afzuigkap (27) met de afzuigslang en draai de
klem vast.
Plaats de spaanzak (19) op het afzuigstuk en bevestig hem
met de klem.
37
Ingebruikname
Aansluiting op het net
Vergelijk de op het typeplaatje van de machine vermelde
spanning, bv. 230 V, met de netspanning en sluit de
machine aan het desbetreffend en reglementair stopcontact
aan.
L
Wisselstroommotor:
Schuko contactdoos gebruiken met een netspanning van
230 V, een aardlekschakelaar en 10 A traag afgezekerd.
Gebruik aansluit- resp. verlengkabels met een
aderdoorsnede van ten minste 1,5 mm²
In- / uitschakelaar
Gebruik geen toestel waarbij de schakelaar niet kan worden
in- en uitgeschakeld. Beschadigde schakelaars moeten
onmiddellijk worden gerepareerd of vervangen door de
klantenservice.
Inschakelen
Druk op de groene knop ( I ) aan de schakelaar.
Bij stroom uitval schakelt de machine automatisch uit.
Om de machine weer in te schakelen druk op de groene
knop (I).
Uitschakelen
Druk op de rode knop ( 0 )
NOOD-UIT-schakelaar
In een noodgeval kan de vlak- en vandiktebank
uitgeschakeld worden door op de NOOD-UIT-schakelaar
(21) te drukken.
(motorveiligheid)
De motor is uitgerust met een veiligheidsschakelaar en
schakelt bij overbelasting zelfstandig uit.
Als de motor is afgekoeld (ca. 5 – 10 min) kunt u de
machine weer inschakelen.
Druk op
1. de rode ( 0 ) knop
2. de kleine knop naast de schakelaar (20)
3. de groene knop ( I ) om te starten
Stof- / spanenafzuiging
De bij het gebruik ontstane houtstof belemmert het vereist zicht
en is gedeeltelijk schadelijk voor de gezondheid.
Sluit de spaanzak (19) daarom altijd op het afzuigstuk (16) aan.
C6 - C7
L Maak de spaanzak regelmatig leeg.
L De motor loopt alleen, als de afzuigkap (27) correct
aangebracht is en daardoor de veiligheidsschakelaar
activeert.
Werken met de vlak- en vandiktebank
Voor aanvang van de werkzaamheden dient u de
volgende punten in acht te nemen om de kans op
verwondingen zo laag mogelijk te houden.
Werkplek opgeruimd?
Staat de vlak- en vandiktebank stabiel?
Zijn alle bevestigingsschroeven goed vastgedraaid?
Zijn de messen correct op de snijrol bevestigd?
Is de duwstok binnen handbereik?
U mag het apparaat niet gebruiken voordat u deze
bedieningshandleidning heeft gelezen, alle voorschriften
heeft opgevolgd en het apparaat als voorgeschreven heeft
gemonteerd!
De volgende punten zijn belangrijk:
Let erop dat het niet-gebruikte gedeelte van de snijrol door
de mesafdekking afgedekt wordt.
Blijf buiten de gevarenzone.
Leg uw handen vlak en met gesloten vingers op het
werkstuk.
Verwijder losse delen, spanen en splinters niet met de hand.
Sluit de spaanzak aan.
Let erop dat de aanvoerrollen en snijgereedschappen vrij
van spaanders en schaafmeel zijn.
Bewerk alleen werkstukken die aan de voor deze machine
aangegeven afmetingen voldoen (zie Technische gegevens,
pagina 42)
Leid het werkstuk niet terug via de onbeschermd draaiende
snijrol.
Stel na afloop van het werk de kleinste snijdiepte in.
Volg in ieder geval de veiligheidsvoorschriften van pag. 34
Vlakschaven
Het vlakschaven wordt toegepast om een onregelmatig
oppervlak vlak te schaven, bijvoorbeeld om de rand van een
plank netjes af te werken.
Hierbij ligt het werkstuk boven op het aanvoertafelblad en wordt
het aan de onderzijde bewerkt. De voedingsrichting is van
rechts naar links. E1
Voorbereidingen:
Vóór instelwerkzaamheden de netsteker uit
het stopcontact nemen.
Aanbrengen van de stofafzuiginrichting
1. Maak het vastzetwiel (24) op de slinger (25) los en draai de
slinger naar links om het vlaktafelblad in de laagste positie
te brengen. E2 - E3
2. Schuif de afzuigkap (27) onder het aanvoertafelblad. Schuif
de twee bevestigingsclips in de gleuven van het tafelblad.
E4 - E5
38
3. Let erop dat de afzuigslang en spaanzak goed aangebracht
zijn.
Vlakschaven en voegen van werkstukken
Instellen van de geleideaanslag
1. Zet de vastzethendel (12) los
Wanneer u de vastzethendel niet voldoende kunt draaien,
trekt u de hendelkop uit en draait u deze terug.
2. Draai de geleideaanslag in de gewenste hoek, die u op de
hoekschaal (40) kunt aflezen. Let erop dat de onderkant van
de geleideaanslag bij het zwenken over de tafelrand loopt.
E8
3. Trek de vastzethendel (12) weer aan.
Instellen van de schaafdiepte
1. Draai aan de stelschroef voor de snijdiepte (29).
2. Op de snijdiepteschaal (45) kunt u de snijdiepte aflezen.
Instellen van de mesafdekking E10 - E12
1. Leg het werkstuk tegen de geleideaanslag.
2. Maak de vastzetklem voor de mesafdekking (46) los.
3. De arm van de mesafdekking kan ingesteld worden door de
stelschroef (30) te draaien.
4. Bij vlakke werkstukken (< 75 mm):
schuif de mesafdekking (23) tot aan de geleideaanslag (13)
en breng de mesafdekking overeenkomstig de werkstukdikte
omhoog. Draai de regelschroef (30).
Schuif het werkstuk iets onder de mesafdekking en laat de
mesafdekking op het werkstuk zakken.
5. Bij hoge werkstukken (> 75 mm):
laat de mesafdekking tot op het tafelblad en tot aan het
werkstuk zakken. E12
Vlakschaven
1. Zet de motor aan.
2. Schuif het werkstuk over het aanvoertafelblad. E13
3. Houd uw vingers hierbij gesloten en voer het werkstuk met
de vlakke hand over het aanvoertafelblad.
4. Druk het werkstuk bij het schaven van smalle zijden
(voegen) met twee gesloten vuisten tegen de aanslag en het
tafelblad en schuif het over het aanvoertafelblad. E14
5. Gebruik voor het vlakschaven en voegen van korte werk-
stukken de duwstok (31). E15
6. Oefen eerst op het afnametafelblad druk op het werkstuk uit.
7. Schakel de machine uit, als u niet meteen verder werkt.
Aanschuinen E16
1. Leg het werkstuk tegen de schuin geplaatste aanslag.
2. Stel de mesafdekking zodanig in dat ze het werkstuk net
raakt.
3. Druk het werkstuk met uw linkerhand, met een gesloten
vuist, tegen de aanslag en het afnametafelblad. Schuif het
werkstuk met uw gesloten rechterhand over het
aanvoertafelblad.
4. Schakel de machine uit, als u niet meteen verder werkt.
Vandikteschaven
Het vandikteschaven wordt toegepast om een werkstuk met een
reeds vlak geschaafd oppervlak dunner te schaven.
Hierbij wordt het werkstuk door de schaafmachine geleid en op
het oppervlak bewerkt. Het reeds vlak geschaafde oppervlak ligt
op het vlaktafelblad. De aanvoerrichting is tegenovergesteld aan
de aanvoerrichting bij het vlakschaven, d.w.z. van links naar
rechts.
L Bij het vandikteschaven ontstaat aan het begin en aan het
einde een uitstekend gedeelte op het werkstuk. Zaag het
werkstuk daarom pas na het schaven op lengte.
Voorbereidingen:
Vóór instelwerkzaamheden de netsteker uit
het stopcontact nemen.
Aanbrengen van de stofafzuiginrichting F1
1. Zet de vastzethendel (46) los en schuif de mesafdekking
naar beneden van het tafelblad af.
2. Stel de geleideaanslag (13) op 90° in en schuif hem over de
rand van het tafelblad.
3. Plaats de afzuigkap (27) op de vlakplaat. Schuif de twee
bevestigingsclips in de gleuven van het tafelblad.
4. Let erop dat de afzuigslang en spaanzak goed aangebracht
zijn.
Vandikteschaven F2 - F3
1. Let erop dat de hendel voor de vandiktebankinstelling (35)
zich in de bovenste positie bevindt.
2. Stel de schaafdikte in. E2 - E3
L De machine kan in één keer maximaal 2 mm
afschaven. Stel deze afmeting echter alleen in bij:
- zeer scherpe schaafmessen,
- zacht hout
- een werkstukbreedte die kleiner dan de maximale
werkstukbreedte is
3. Zet de motor aan.
39
4. Schuif het werkstuk langzaam en recht in de richting van de
pijl. Het werkstuk wordt automatisch ingetrokken.
5. Leid het werkstuk recht door de schaafmachine.
6. Schakel de machine uit, als u niet meteen verder werkt.
Onderhoud en reiniging
Voor aanvang van iedere onderhouds- en
reinigingsbeurt
apparaat uitschakelen
Wachten tot de machine stilstaat
Neem de steker uit het stopcontact.
Verder gaande onderhouds- en reinigingswerkzaamheden dan
in dit hoofdstuk zijn beschreven, moeten door de klantenservice
worden uitgevoerd.
De in het kader van onderhoud of reiniging verwijderde
veiligheidsvoorzieningen moeten absoluut weer correct
aangebracht en gecontroleerd worden.
Gebruik alleen originele onderdelen. Andere onderdelen kunnen
onverwachte schade en verwondingen tot gevolg hebben.
Reiniging
L Om de goede werking van de machine te behouden, moet
u het volgende in acht nemen:
Spuit het toestel niet schoon met water.
Verwijder houtkruls en stof uitsluitend met een borstel of
stofzuiger.
Spuit de hoogteverstelinrichting (5) van de vandiktetafel licht
in met onderhoudsspray of droogsmeermiddel (gebruik geen
vet).
Zorg ervoor dat de transportrollen roest- en harsvrij
blijven.
Verwijder harsresten van het oppervlak van de
tafelbladen.
L Harsresten kunnen worden verwijderd met een
gangbare onderhouds- en verzorgingsspray.
Behandel de aanvoer-, uitloop- en vlaktafelbladen met een
dunne laag skiwax.Behandel de aanvoer-, uitloop- en
vlaktafelbladen met een dunne laag skiwax.
Verwijder regelmatig hars van de snijrol en de hierop
aangebrachte onderdelen. De kleminrichtingen, meshouders
en messen kunt u hiertoe 24 uur in paraffine, benzine of een
gebruikelijke harsverwijderaar leggen.
Schud de spaanzak goed uit. Was de stofzak bij sterke
verontreiniging of minstens eenmaal per jaar met de hand in
mild zeepsop.
Onderhoud
De schaafmessen zijn onderhevig aan slijtage en worden na
langdurig of regelmatig gebruik stomp.
Vervang in dat geval de schaafmessen of laat ze slijpen.
De schaafmessen mogen slechts tot een hoogte van 15
mm nageslepen worden.
Gebruik alleen schaafmessen die geschikt zijn voor de machine
(zie "Technische gegevens")
Vervang of slijp altijd beide schaafmessen.
Vóór het vervangen of slijpen van de
schaafmessen de stekker uit het
stopcontact trekken.
Snijgevaar! Draag handschoenen bij het vervangen van
de schaafmessen.
Vervangen van de schaafmessen
1. Stel de geleideaanslag (13) op 90° in en schuif hem over de
rand van het tafelblad.
2. Zet de vastzethendel (46) los en schuif de mesafdekking
naar beneden van het tafelblad af.
3. Draai de klemschroeven (34) met de meegeleverde
steeksleutel (32) in. G1 - G2
Als de schroeven niet zichtbaar zijn, moet u de snijrol (47)
voorzichtig draaien met een stuk afvalhout.
4. Neem het mes (33) uit. G3
5. Reinig alle onderdelen, ook de mesgleuven in de snijrol.
6. Breng een nieuw of geslepen mes aan.
7. Breng het mes in de juiste positie:
- Leg de instelmal (53) voor schaafmessen op het
afnametafelblad.
- Druk de instelmal stevig op het afnametafelblad. Let er
hierbij op dat de rand van de instelmal gelijk ligt met de
rand van het afnametafelblad. G4
- De instelmal drukt het mes nu in de juiste positie.
- Draai de klemschroeven weer vast.
Ga hierbij van binnen naar buiten te werk.
8. Vervang ook het andere mes van de snijrol.
9. Schuif de mesafdekking weer over de snijrol.
Onderhoud aan het drijfwerk
Doe om de ca. 50 bedrijfsuren het volgende:
1. Neem de drijfwerkafdekking (48) af.
2. Verwijder houtstof en spanen met een stofzuiger of een
kwast.
3. Spuit de rollenketting (44) en de lagers van de riemrol en -
schijf (pijlen) licht in met een onderhoudsspray.
Gebruik geen vet!
4. Breng de drijfwerkafdekking weer aan.
40
Transport
Voor het transport de steker uit het stop-
contact nemen.
L
Controleer vóór het transport of de mesafdekking de snijrol
volledig afdekt.
Hiermee voorkomt u letsel door de messen.
U hebt een tweede persoon nodig om de machine te
transporteren.
Opslag
Neem de steker uit het
stopcontact.
Bewaar ongebruikte apparaten op een droge, afgesloten
plaats buiten de reikwijdte van kinderen op.
Neem vóór een langdurige opslag het volgende in acht om
de levensduur van de machine te verlengen en een soepele
bediening te garanderen:
Voer een grondige reiniging en onderhoudsbeurt uit.
L
Nooit vet gebruiken!
Garantie
Houdt u alstublieft rekening met de ingesloten
garantieverklaring.
Onderhouds- en reinigingsschema
Vóór elke
inbedrijfstelling
Controleer
de aansluitkabels
de terugslagbeveiliging (49) G5
de schaafmessen
in- en uittrekwals (50/51) G5
de opname- en uitlooptafel
Op beschadigingen controleren en desgewenst door een
elektricien laten vervangen
De grijpers moeten automatisch terugvallen en de uiteinden
mogen niet afgerond zijn.
De schaafmessen moeten scherp zijn en goed vastzitten
Is de coating onbeschadigd, worden de werkstukken correct
getransporteerd?
Breng een dunne laag skiwax aan.
Na elk gebruik
Controleer en reinig
het binnengedeelte van het
apparaat
de draadstangen voor de
hoogteverstelling
Afzuigaansluiting
Verwijder houtstof en spaanders
1x per maand (bij
dagelijks gebruik)
Controleer
de draadstangen voor de
hoogteverstelling
Licht inspuiten met onderhoudsspray
41
Apparaatbeschrijving / Reserveonderdelen H1 - H4
Pos. Benaming Order no.
Pos.
Benaming Order no.
1
Onderstel - achter
28
Bevestigingsclips voor afzuigkap
-
2
Onderstel - zijkant
29 Stelschroef voor snijdiepte -
3
Inbusbout M 6 x 10
30
Stelschroef voor houder voor
mesafdekking
-
4
Onderstel - voor
} 363902
31 Duwstok 361110
5 Gereedschap compleet 363884
32
Steeksleutel SW 8/10
-
6
Inbusbout M 8 x 16
-
33 Schaafmes 363880
7
Aanslaggeleideplaat
-
34
Klemschroef
-
8
Slotbout
-
35
Hendel voor vandiktebankinstelling
-
9
Inbusbout M 8 x 20
-
36 Veiligheidssticker 363742
10 Aanslagdrager -
37
Inbussleutel SW 6
-
11
Afstandsplaat
-
38
Inbussleutel SW 5
-
12
Vastzethendel voor aanslagdrager
-
39
Inbussleutel SW 4
-
13 Geleideaanslag 363862
40 Schaal voor hoekverstelling -
14
Slotbout
-
41 Aandrijfriem 363892
15
Vastzethendel voor geleideaanslag
-
42 Aandrijfriem 363891
16 Afzuigstuk 363889
43 Aandrijfriem 363882
17 Afzuigslang 363895
44 Rollenketting 363908
18 Klem 363893
45 Snijdiepteschaal 363864
19
Spaanzak
363890
46
Kleminrichting
363881
20 Motorveiligheidsschakelaar -
47
Messenwals
-
21
NOOD-UIT-schakelaar
-
48 Drijfwerkafdekking -
22 In-/uitschakelaar -
49
Terugslagbeveiliging
-
23 Mesafdekking 363888
50
Intrekwals
-
24
Vastzetwiel
-
51 Uittrekwals -
25
Slinger voor hoogte-instelling
-
52
Inbussleutel SW 3
-
26
Schaal voor hoogte-instelling
363875
53
Instelmal voor schaafmessen
363878
27 Afzuigkap 363876
Storingen
Voor het verhelpen van iedere storing
apparaat uitschakelen
Wachten tot de machine stilstaat
Neem de steker uit het stopcontact.
Na het verhelpen van iedere storing moeten alle veiligheidsvoorzieningen weer in werking gesteld en getest worden.
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
De machine schakelt niet in of
schakelt onbelast weer uit.
Stroomuitval.
Verlengkabel defect.
Motor of schakelaar defect.
Zekering controleren
Kabel controleren, defecte kabel niet meer
gebruiken
Motor of schakelaar door een
servicewerkplaats laten repareren of met
originele onderdelen laten vervangen.
42
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
Machine blijft stilstaan tijdens het
schaven
Schaafmessen stomp
Te grote aanvoer
De motorveiligheidsschakelaar is geactiveerd
Messen vervangen of slijpen
Met een lagere aanvoersnelheid verder
werken
Na de afkoel periode de motor weer
inschakelen
("Motorbeveiliging", pagina 9)
Werkstuk klemt bij het
vandikteschaven
Snijdiepte te groot Snijdiepte verminderen en werkstuk in
meerdere fasen bewerken
Onbevredigende toestand van het
oppervlak
Schaafmessen stomp
Verstopping van de schaafmessen door
spanen
Ongelijkmatige aanvoer
Messen vervangen of slijpen
Spanen verwijderen
Werkstuk met constante druk en verminderde
aanvoersnelheid aanvoeren
Bewerkt oppervlak te ruw
Werkstuk bevat nog te veel vocht Werkstuk drogen
Scheuren in bewerkt oppervlak
Werkstuk is tegen de groeirichting in bewerkt
Te veel materiaal in één keer afgeschaafd
Werkstuk vanuit de tegenovergestelde
richting bewerken
Werkstuk in meerdere fasen bewerken
Te geringe werkstukaanvoer bij
het vandikteschaven
Hendel voor vandiktebankinstelling niet in de
bovenste positie
Hars op het vlaktafelblad
Transportrollen stroef
Zet de hendel voor de vandiktebankinstelling
in de bovenste positie F2
Tafelblad reinigen en met een dunne laag
skiwax behandelen
Transportrollen repareren
Technische gegevens
Type / model MBY10 / ADH 254
Vermogen P
1
1600 W (S1)
Spanning 230 V~
Frequentie 50 Hz
Zekering van het net 10 A traag
Onbelast toerental (schaafmessen) 6700 min
-1
Aanvoersnelheid bij het vandikteschaven 8 m / min
Werkstukbreedte max. 254 mm
Werkstukhoogte bij het vandikteschaven 5 - 160 mm
Snijdiepte vlakschaven 0 - 3 mm
Snijdiepte vandikteschaven 0 - 2 mm
Afmetingen van de schaafmessen
(lengte x breedte x dikte) 258 x 20 x 2,5 mm
Tafelgrootte vlakbank 1050 x 260 mm
vandiktebank 480 x 254 mm
Tafelhoogte met onderstel 890 mm
Gewicht ca. 82 kg
Diam. spaanafzuiging 75 mm
Als afzuiging kunt u een stofzuiger of een industriezuiger gebruiken
/