NordicTrack NTEVEX75011.0 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

GEBRUIKSAANWIJZING
OPGELET
Lees voor gebruik van dit appa-
raat alle instructies en voor-
zorgsmaatregelen in deze hand-
leiding. Bewaar deze handleiding
voor verdere raadpleging.
Sticker met
serienummer
Modelnr. NTEVEX75011.0
Serienr.
Noteer het serienummer hierboven
voor verdere raadpleging.
www.iconeurope.com
VRAGEN?
Als u nog vragen hebt of er zijn
onderdelen die ontbreken of
beschadigd zijn, neem dan contact
op met de winkel waar u dit product
hebt gekocht.
Bezoek onze website:
www.iconsupport.eu
2
INHOUD
DE STICKER MET WAARSCHUWING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4
O
NDERDEEL IDENTIFICATIESCHEMA . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
HOE DE BORSTKAS-POLSSENSOR TE GEBRUIKEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
HOE DE TRAININGFIETS TE GEBRUIKEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laatste pagina
RECYCLING INFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laatste pagina
DE STICKER MET WAARSCHUWING
De waarschuwingsticker hier afgebeeld is met uw
dit product inbegrepen. Plak de sticker op de aan-
gegeven plaats over de Engelse waarschuwing
heen. De hier getoonde sticker(s) met waarschu-
wing is/zijn op de aangegeven plaats(en) geplakt.
Raadpleeg de laatste pagina van deze handlei-
ding wanneer een sticker ontbreekt of niet
leesbaar is en vraag om een vervangende sti-
cker. Plak de sticker op de aangegeven plaats.
Aandacht: de sticker(s) worden niet op ware
grootte weergegeven.
NORDICTRACK is een merk van ICON IP, Inc.
3
WAARSCHUWING: lees, om het risico tot ernstig letsel te verminderen, alle
belangrijke voorzorgsmaatregelen en instructies in deze handleiding en alle waarschuwingen op uw
trainingfiets voordat u deze gebruikt. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade
d
oor het gebruik van dit product.
1. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of
enig ander oefenprogramma begint. Dit is
vooral belangrijk voor personen boven de 35
jaar, of personen met bestaande gezondheid-
sproblemen.
2. Gebruik de trainingfiets alleen zoals in deze
handleiding beschreven wordt.
3. De eigenaar moet zich te ervan vergewissen
dat allen die gebruik maken van de training-
fiets voldoende op de hoogte zijn van alle
voorzorgsmaatregelen.
4. Deze trainingfiets is alleen voor huiselijk
gebruik bedoeld. Gebruik de trainingfiets
niet commercieel of voor verhuur.
5. Gebruik de trainingfiets uitsluitend binnen-
shuis en uit de buurt van vocht en stof.
Plaats de trainingfiets niet in een garage, op
een overdekt terras of bij water.
6. Plaats de trainingfiets op een vlakke onder-
grond met minstens 0,6 m vrije ruimte
rondom de fiets. Leg een matje onder de
trainingfiets om uw vloer of vloerbedekking
niet te beschadigen.
7. Controleer en draai alle delen regelmatig
aan. Vervang versleten onderdelen direct.
8. Houd te allen tijde kinderen jonger dan 12 en
huisdieren bij de trainingfiets vandaan.
9. Draag geschikte kleding wanneer u de train-
ingfiets gebruikt. Draag nooit losse kleding
die in de fiets bekneld kunnen raken. Draag
altijd sportschoenen voor voetbescherming.
10. De trainingfiets kan alleen door mensen die
minder dan 136 kg wegen worden gebruikt .
11. De polssensor is geen medisch instrument.
Bepaalde factoren zoals bewegingen, kun-
nen de juistheid van de metingen aantasten.
De polssensor dient slechts om een
algemene hartslag te meten, als hulpmiddel
bij uw oefeningen.
12. Houd tijdens het gebruik van de trainingfiets
uw rug recht. Krom uw rug niet.
13. Te veel oefeningen doen kan leiden tot ern-
stig letsel of de dood. Als u pijn voelt of
duizelig wordt tijdens het oefenen, dient u
onmiddellijk te stoppen en af te koelen.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
4
Bedieningspaneel
Zitting
Polssensor
Handvat van de Zitting
Pedaal/Riem
Wiel
Niveauknop
Knop van de Handleuning
Armhendel
Rugleuning
Hendel
Accessoireshouder
VOORDAT U BEGINT
D
ank u dat u heeft gekozen voor de revolutionaire
NORDICTRACK
®
GXR4.1 trainingfiets. Fietsen is een
effectieve oefening voor het verbeteren van hart en
vaten, het opbouwen van uithoudingsvermogen en het
v
ormgeven aan het gehele lichaam. De GXR4.1 train-
ingfiets biedt een reeks aan indrukwekkende functies
die zijn ontwikkeld om uw oefeningen thuis effectiever
en leuker te maken.
Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvuldig
door voor gebruik van de trainingfiets. Raadpleeg
d
e omslag van deze handleiding als u nog vragen
hebt. Noteer het productnummer en het serienummer
voordat u met ons contact opneemt. De plaats waar u
de stickers met het productnummer en het serienum-
m
er kunt vinden wordt op de omslag van de
handleiding aangegeven.
Bekijk eerst aandachtig de tekening hieronder en de
verschillende onderdelen, voordat u verder leest.
Lengte: 132 cm
Breedte: 66 cm
Gewicht: 47 kg
5
M8 x 16mm
Hechtschroef
(60)–10
M8 Gespleten
Tussenring
(61)–12
M6
Tussenring
(66)–4
M4 x 16mm
Schroef (98)–8
M10 x 95mm
Hechtchroef (62)–4
M6 x 60mm Boutset (68)–1
M6 x 70mm Boutset (67)–1
M6 x 50mm Hechtsschroef
(65)–4
M8 x 45mm
Hechtschroef (63)–2
M8 x 20mm
Tussenring (70)–2
ONDERDEEL IDENFICATIESCHEMA
Gebruik de onderstaande tekeningen om te weten hoe u de metalen onderdelen moet monteren. Het nummer
t
ussen haakjes onder elke tekening is het nummer van het onderdeel van de LIJST MET ONDERDELEN ach-
terin deze handleiding. Het getal achter de haakjes is de hoeveelheid die nodig is voor de montage. Opmerking:
sommige kleine onderdelen zijn al vooraf gemonteerd. Om schade aan onderdelen te vermijden, moet u
geen elektrisch gereedschap bij het monteren gebruiken. Er zijn mogelijk extra metalen onderdelen
meegeleverd.
6
MONTAGE
Montage moet door twee personen worden
u
itgevoerd.
Plaats alle onderdelen op een open plek en
verwijder het verpakkingsmateriaal. Gooi het
verpakkingsmateriaal niet weg tot u volledig
klaar bent met alle montagestappen.
Voor het vaststellen van de kleine onderdelen,
kijkt u op pagina 5.
Naast het inbegrepen gereedschap heeft u de
v
olgende gereedschapsstukken nodig:
een instelbare sleutel
een Philips schroevendraaier
Montage is wellicht makkelijker met een
schroevenset of een set sleutels. Om schade aan
de onderdelen te vermijden, gebruik nooit elek-
trisch gereedschap.
1. Maak, terwijl de tweede persoon de voorkant
van het Onderstel (1) wat optilt, de Voorste
Stabilisator (2) aan het Onderstel vast met twee
M10 x 95mm Hechtschroeven (62).
62
2
1
1
2. Maak, terwijl de tweede persoon de achterkant
van het Onderstel (1) wat optilt, de Achterste
Stabilisator (3) an het Onderstel vast met twee
M10 x 95mm Hechtschroeven (62).
2
3
62
1
7
3
3. Schuif de Deksel van het Scherm (5) omhoog
op de Staander (4).
Laat iemand de Deksel van het Scherm (5)
vasthouden rond de Staander (4) tot stap 4
voltooid is.
T
ip: Vermijd het afklemmen van de draden in
het Onderstel (1). Schuif de Staander (4) op
het Onderstel.
Bevestig de Staander (4) met vijf M8 x 16mm
Hechtschroeven (60) en vijf M8 Gespleten
Tussenringen (61).
4. Zoek naar de binddraad in de Staander (4).
Zoek vervolgens de Draadkoker (89) en de
Draad van de Hartslagsensor van het Onderstel
(91) in het Onderstel (1).
Maak het onderste eind van de draadbinder
vast aan de uiteinden van de Draadkoker (89)
en de Draad van de Hartslagsensor van het
Onderstel (91).
Trek dan aan het andere eind van de draad-
binder totdat de Draadkoker (89) en de Draad
van de Hartslagsensor van het Onderstel (91)
volledig door de Staander (4) zijn geleid.
Schuif vervolgens de Deksel van het Scherm
(5) omlaag en duw deze op de Linker- en
Rechter Voorschermen (21, 22).
4
60
60
89
91
21
60
61
61
61
4
4
5
5
1
Binddraad
Bind-
draad
1
Vermijd het
afklemmen van
de draden
22
8
7. Steek terwijl een andere persoon het
Bedieningspaneel (7) bij de Armhendel (6)
vasthoudt de lange draad van de ontvanger (A)
door de Armhendel (6) zoals afgebeeld.
Sluit dan de andere draden van het bedien-
ingspaneel aan op de Draadharnas (89) en de
Polsdraad van het Onderstel (91).
Tip: Vermijd het afklemmen van de draden.
Maak het Bedieningspaneel (7) aan het
Handvat (6) vast met vier M4 x 16mm
Schroeven (98).
5
6
6. Steek vervolgens de Draadkoker (89) en de
Draad van de Hartslagsensor van het Onderstel
(91) omhoog door het gat in het Handvat (6).
6
6
4
70
70
67
91
89
6
7
5. Zorg dat de Draadkoker (89) en de Draad van
de Hartslagsensor van het Onderstel (91)
zich in de afgebeelde locatie bevinden.
Gebruik een klein stukje van een plastic tas om
u
w handen schoon te houden en breng wat van
het meegeleverde vet aan op een M6 x 70mm
Boutenset (67).
Tip: Vermijd het afklemmen van de draden.
Bevestig het Handvat (6) aan de Staander (4)
met de M6 x 70mm Boutenset (67) en twee M8
x 20mm Tussenringen (70).
Maak dan een M6 x 60mm Boutenset (68) vast
door de beugel op het Handvat (6). Zorg
ervoor dat de Boutset zich in de beugel
bevindt.
Vermijd het
a
fklemmen van
de draden
Smeervet
Beugel
6
8
68
89
91
7
7
6
A
4
91
89
98
98
Vermijd het
afklemmen van
de draden
9
8. Stel vast wat de Linker en Rechter Kapjes van
het Handvat (8, 9) zijn, deze zijn gemarkeerd
met ʻLeftʼ en ʻRightʼ stickers (L of Left geeft links
a
an; R of Right geeft rechts aan).
S
luit terwijl een tweede persoon de Rechter
Kap van de Armhendel (8) bij de Staander (4)
vasthoudt de lange draad van de ontvanger (A)
aan op de Draad van de Ontvanger (B).
Maak de Linker and Rechter Kapjes van het
Handvat (8, 9) rond het Handvat (6) en de
Staander (4) vast met vier M4 x 16mm
Schroeven (98).
9
9. Maak de Zitting (15) aan de Drager van de
Zitting (11) vast met vier M6 x 50mm
Hechtschroeven (65) en vier M6 Tussenringen
(66) (er zijn slechts twee van elk afgebeeld).
Aandacht: de Hechtschroeven en Tussen-
ringen kunnen al aan de onderkant van de
Zitting vastgemaakt zijn.
15
11
65
66
66
8
6
4
A
B
9
8
8
9
98
10
10
10. Bevestig de Rugleuning (13) aan de Drager van
de Zitting (11) met vijf M8 x 16mm
Hechtschroeven (60) en vijf M8 Gespleten
T
ussenringen (61).
T
ip: het kan handig zijn om de zitting tijdens
deze stap af te stellen. Zie DE ZITTING
AFSTELLEN op pagina 13.
11. Richt de Polsstang (12) zo dat de Polsgrepen
(41) omhoog gericht zijn.
Tip: vermijd het afklemmen van het Draad
van de Sensorstang (92). Terwijl een tweede
persoon de Polsstang (12) vasthoudt, bevestigt
u de Polsstang aan de Drager van de Zitting
(11) met twee M8 x 45mm Hechtschroeven (63)
en twee M8 Gespleten Tussenringen (61).
Tip: het kan handig zijn om de zitting tijdens
deze stap af te stellen. Zie DE ZITTING
AFSTELLEN op pagina 13.
13
11
61
60
11
92
41
12
11
61
63
41
Vermijd het afk-
lemmen van het
draad van de
Polssensor (92)
11
12
12. Verbind het Draad van de Sensorstang (92) in
de Draad van de Hartslagsensor van het
Onderstel (91) in de Linkerscherm van de
Z
itting (24).
92
91
24
16
17
5
Gesp
Lipje
13
13. Neem het Rechter Pedaal (16), aangegeven
door een “R” (L of Left geeft links aan; R of
Right geeft rechts aan).
Draai met gebruik van een Engelse sleutel het
Rechter Pedaal (16) naar rechts goed vast in
de Rechter Crankarm (17).
Draai het Linker Pedaal (niet getoond) stevig
naar links in de Linker Crankarm (niet
getoond).
Stel de rechterriema af op de gewenste stand
en druk de uiteinden van de riem in de lipjes op
de Rechterpedaal (16). Stel de beugel van het
Linkerpedaal op dezelfde manier bij (niet
getoond).
14. Steek het Stroomadapter (104) in de Aansluiting
op het onderstel van de trainingfiets.
Steek het Stroomadapter (104) indien nodig in
de Stekkeradapter (111).
Om de Stroomadapter (104) in een stopcontact
te gebruiken, kijkt u bij DE STROOMADAPTER
AANSLUITEN op pagina 13.
104
111
15. Zorg ervoor dat alle onderdelen van de trainingfiets goed vastgedraaid worden. Aandacht: het kan zijn
dat sommige onderdelen na montage overblijven. Leg een matje onder de trainingfiets om uw vloer niet te
beschadigen.
14
12
DE BORSTKAS-POLSSENSOR DRAGEN
De borstkas-polssensor bestaat uit twee delen: de
b
orstkas-band en de sensor. Steek de flap van de
borstkas-band in het ene uiteinde van de sensor,
z
oals afgebeeld in de tekening. Druk het uiteinde van
de sensor onder de gesp van de borstkas-band. De
flap moet gelijk zijn met de voorkant van de sensor.
Doe vervolgens de
borstkas-polssensor
om uw borstkas en
maak het andere eind
van de borstkas-band
vast aan de sensor.
Mocht het nodig zijn,
stel dan de lengte
van de band bij. De
borstkas-polssensor moet onder uw kleding gedragen
worden, strak tegen uw huid en hoog onder uw borst-
spieren of borsten. Zorg ervoor dat het logo van de
sensor naar voren wijst en rechtop staat.
Trek de sensor een paar centimeter van uw lichaam
en zoek naar de twee elektrodes aan de binnenkant
(de elektrodes hebben kleine randjes). Maak beide
elektrodes nat met een zoute vloeistof, zoals wat
speeksel of vloeistof voor contact lenzen. Plaats de
sensor terug tegen uw huid.
VERZORGING EN ONDERHOUD
Droog de borstkas-polssensor goed af na ieder
gebruik. De borstkas-polssensor wordt ingeschakeld
wanneer u de elektrodes nat maakt en de borstkas-
polssensor draagt. De borstkas-polssensor gaat uit
wanneer deze wordt afgedaan en de elektrodes
gedroogd worden. De sensor blijft langer dan nodig
branden en zodoende zullen de batterijen leeg
lopen als de borstkas-polssensor elektrodes niet
goed gedroogd worden.
Bewaar de borstkas-polssensor op een warme en
droge plaats. Bewaar de borstkas-polssensor niet in
een plastic zak of andere verpakking die vocht kan
v
asthouden.
Stel de borstkas-polssensor niet langdurig bloot aan
direct zonlicht, niet aan een temperatuur lager dan
-10° C of aan een temperatuur hoger dan 50° C.
Buig en rek de sensor tijdens het gebruik of het
opbergen van de borstkas-polssensor niet te veel.
Maak de borstkas-polssensor schoon met een
zachte doek en een beetje niet agressief schoon-
maakmiddel. Gebruik nooit schuurmiddelen, alcohol
of chemische producten. U kunt de borstkas-band
met de hand wassen en dan laten drogen.
PROBLEMEN OPLOSSEN
De instructies op de volgende paginaʼs leggen uit
hoe u de borstkas-polssensor met het bediening-
spaneel kunt gebruiken. Loop de hieronder
genoemde procedures door wanneer de borstkas-
polssensor niet goed werkt.
• Zorg ervoor dat u de borstkas-polssensor goed
draagt zoals hier links is beschreven. Aandacht: ver-
plaats de sensor wat naar boven of naar beneden
wanneer de borstkas-polssensor niet goed werkt.
• Gebruik wat zoute vloeistof zoals speeksel of vloei-
stof voor contact lenzen om de elektrodes van de
sensor nat te maken. Maak de elektrodes opnieuw
wat nat wanneer de hartslag metingen pas verschij-
nen nadat u begint te transpireren.
• Loop of ren zo goed mogelijk op het midden van de
loopband. Voor de goede weergave van de hart-
slag metingen moet de gebruiker zich op minder
dan een armslengte van het bedieningspaneel
bevinden.
• De borstkas-polssensor is ontwikkeld voor mensen
met een normale hartslag. Problemen met de hart-
slagmeting kunnen een medische oorzaak hebben
zoals vroegtijdige ventriculaire samentrekking, hart-
kloppingen, of aritmie.
• De werking van de borstkas-polssensor kan beïn-
vloed worden door magnetische storingen die
veroorzaakt worden door hoogspanningsdraden en
andere elektromagnetische bronnen. Verplaats de
loopband als u vermoedt dat dit de oorzaak is.
HOE DE BORSTKAS-POLSSENSOR TE GEBRUIKEN
Borstkas-band
Flappen
Sensor
Flap
Sensor
Gesp
13
D
E STROOMADAPTER AANSLUITEN
BELANGRIJK: laat, wanneer de trainingfiets aan
koude temperaturen blootgesteld is geweest, tot
k
amertemperatuur komen voordat u de
stroomadapter inschakelt. Als u dit niet doet kunt
u het bedieningspaneel of andere elektrische com-
ponenten beschadigen.
Steek de
stroomadapter in
de aansluiting die
zich op het onder-
stel van de
trainingfiets
bevindt. Daarna
steekt u de
stroomadapter in
de stekkeradapter.
Steek dan de
stekkeradapter in
het juiste stopcon-
tact dat goed is
geïnstalleerd volgens de lokale codes en verordenin-
gen.
DE ZITTING AFSTELLEN
U kunt de zitting voorwaarts en achterwaarts afstellen
in de meest comfortabele positie. Om de zitting af te
stellen duwt u de zittingshendel omlaag, schuift u de
zitting naar de gewenste stand en trekt u de zitting-
shendel omhoog om de zitting op de locatie te
vergrendelen.
D
E HOEK VAN DE HANDLEUNING AFSTELLEN
Om de hoek van de handleuning bij te stellen, moet u
eerst de knop met een paar slagen losdraaien. Trek
d
e knop vervolgens naar buiten, draai de handleuning
naar de gewenste hoek en laat de knop los in een
afstelgat. Zorg ervoor dat de Bijstelknop goed
vastzit in de afstelgaten. Draai de knop vast.
HOE DE PEDAALGESPEN BIJ TE STELLEN
Om de pedaalriemen
af te stellen moet u
eerst de uiteinden van
de riemen van de lipjes
op de pedalen trekken.
Stel de riemen af op
de gewenste stand en
steek de einden van
de riemen weer in de
lipjes.
HOE DE TRAININGFIETS TE GEBRUIKEN
Knop
Armhendel
Gaten
Zitting
Hendel
Pedaal
Beugel
Lipje
Stroomadapter
Stekker
adapter
14
DE TRAININGFIETS VERPLAATSEN
Om de trainingfiets te
v
erplaatsen houdt u
het handvat op de
a
chterste stabilisator
vast en tilt u deze
langzaam omhoog tot
de trainingfiets op de
voorwielen kan worden
verplaatst. Verplaats
de trainingfiets
voorzichtig naar de
gewenste plaats en zet het apparaat weer op de vloer
neer.
DE FIETS GOED VLAK STELLEN
Indien de training-
f
iets enigszins
schommelt op de
v
loer tijdens
gebruik, dient u
één of beide
niveauknoppen
onder de achter-
stabilisator te
draaien en de
niveaupoten af te
stellen de speling
weg is.
Hendel
Niveau-
knoppen
15
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel bevat bepaalde keuzen om uw
oefeningen thuis effectiever en leuker te maken.
U kunt de weerstand van de pedalen door een druk
op de knop bijstellen wanneer de handmatige
instelling van het bedieningspaneel gekozen wordt.
Het bedieningspaneel zal tijdens uw oefening door-
lopend trainingsinformatie weergeven. U kunt ook uw
hartslag meten via de hartslagsensor van de hand-
greep of de hartslagmonitor te gebruiken.
Het bedieningspaneel biedt bovendien vierentwintig
vooringestelde trainingsprogrammaʼs, twaalf klimoe-
feningen en twaalf interval oefeningen. Elke oefening
wijzigt automatisch de weerstand van de pedalen en
vraagt u om de pedaalsnelheid te variëren omdat
deze u begeleidt tijdens een effectieve oefening.
Het bedieningspaneel biedt ook een doorlopende
krachttraining die de weerstand van de pedalen aan-
past om uw vermogen bij een doelniveau te houden.
Het bedieningspaneel biedt een iFit trainingsmode
waardoor uw bedieningspaneel kan communiceren
met uw draadloze netwerk via een optionele iFit Live
module.
Met de iFit-Live modus, kunt u persoonlijke oefenin-
gen downloaden, eigen oefeningen creëren, uw
oefeningsresultaten bijhouden en toegang krijgen tot
andere functies. Zie www.iFit.com voor aanvullende
informatie.
Voor aankoop van de iFit Live module gaat u naar
www.ifit.com of belt u met het telefoonnummer op
de voorkant van deze handleiding.
U kunt zelfs uw MP3-speler of CD-speler aansluiten
op het geluidssysteem van het bedieningspaneel en
luisteren naar uw favoriete muziek of audioboeken ter-
wijl u oefeningen doet.
Om het bedieningspaneel aan of uit te zetten, raad-
pleeg pagina 16. Raadpleeg pagina 16 om de
handmatige instelling te gebruiken. Raadpleeg pag-
ina 17 om een vooraf ingestelde oefening te
gebruiken. Om een doorlopende krachttraining te
gebruiken, zie pagina 19. Raadpleeg pagina 20 om
een iFit-oefening te gebruiken. Raadpleeg pagina
20 om de informatiemodus te gebruiken.
Raadpleeg pagina 20 om het stereogeluidssysteem
te gebruiken.
Aandacht: Als er een laagje plastic op het display ligt,
moet u dat verwijderen.
B
EDIENINGSPANEELDIAGRAM
16
H
ET BEDIENINGSPANEEL ACTIVEREN
De meegeleverde stroomadapter moet worden
gebruikt om de trainingfiets te gebruiken. Zie DE
S
TROOMADAPTER AANSLUITEN op pagina 13. Als
de stroomadapter is aangesloten, zal de display
o
plichten en is het bedieningspaneel klaar voor
gebruik.
HET BEDIENINGSPANEEL UITZETTEN
Als de pedalen enkele seconden niet bewegen, dan
zult u een pieptoon horen en het bedieningspaneel zal
blijven stilstaan.
Als de pedalen enkele minuten niet bewegen, dan zal
het bedieningspaneel worden uitgeschakeld en de dis-
plays worden gereset.
Wanneer u klaar bent met trainen, trek dan de
stroomadapter uit het stopcontact. BELANGRIJK: als
u dit niet doet, kunnen de elektrische onderdelen
van de trainingfiets voortijdig slijten.
DE HANDMATIGE INSTELLING GEBRUIKEN
1. Begin met trappen of druk op een toets op het
bedieningspaneel om het bedieningspaneel te
activeren.
Zie boven voor HET BEDIENINGSPANEEL
ACTIVEREN.
2. Kies de handmatige instelling.
Telkens wanneer u het bedieningspaneel activeert,
verschijnt het hoofdmenu.
Om de handmatige
instelling te selecteren,
gebruikt u op de Plus-
en Min-knoppen naast
de Enter-knop [ENTER]
en selecteert u START.
Druk dan op de toets
Enter.
Als u een training of de iFit Traningsmode hebt
geselecteerd, drukt u op de Menu-knop [MENU]
om terug te keren naar het hoofdmenu.
3. Verander de weerstand van de pedalen als u
dat wilt.
Tijdens het stappen kunt u de weerstand van de
Pedalen veranderen door op de
W
eerstandstoename- en afnametoetsen [RESIS-
TANCE] te drukken.
Aandacht: wanneer u de knoppen indrukt, duurt
h
et even voordat de gewenste weerstand wordt
ingeschakeld.
4. Volg uw vorderingen op de weergave.
Het bedieningspaneel biedt verschillende display-
opties. De gekozen display mode zal aangeven
welke informatie wordt weergegeven. Druk her-
haaldelijk op de Display-toets [DISPLAY] om de
gewenste displayweergave te kiezen.
De weergave kan de volgende trainingsinformatie
bevatten:
Calorieën [CALORIES]—Deze weergave bevat
bij benadering het aantal calorieën dat u verbrand
hebt.
Afstand [DISTANCE]—Deze displaystand geeft
de afstand die u heeft afgelegd in mijlen of kilome-
ters aan.
Profiel—Wanneer u een bergbeklimmings- of
intervaltraining selecteert, bevat deze weergave
een profiel van de weerstandsniveaus voor de
training.
Hartslag [PULSE]—Deze weergave toont uw
hartslag wanneer u gebruik maakt van de hart-
slagsensor van de handgreep of de
borstkas-polssensor (zie stap 5 op pagina 17).
Weerstand [RESISTANCE]—Deze weergave
toont het weerstandsniveau van de trappers
gedurende enkele seconden telkens wanneer het
weerstandsniveau verandert.
Snelheid [SPEED]—Deze display geeft de fietss-
nelheid in mijlen of kilometers per uur aan.
Doelsnelheidsmeter—Als een oefening is gese-
lecteerd, vergelijkt deze weergave uw fietsnelheid
met de doelfietssnelheid en geeft u aan om uw
fietssnelheid te verhogen of te verlagen.
Tijd [TIME]—In de manuele instelling toont deze
weergave de verlopen tijd. Wanneer een training
wordt geselecteerd, toont deze weergave de
resterende tijd van de training in plaats van de
verlopen tijd.
17
Watt [WATTS]—Het display zal ook uw energie-
uitvoer weergeven in watt.
O
m het volume van het bedieningspaneel te wijzi-
gen, drukt u op toetsen Volume verhogen
v
erlagen.
Aandacht: het bedieningspaneel kan de gestapte
snelheid en afstand in mijlen of kilometers
aangeven. Om de meeteenheid te wijzigen kijkt u
bij DE INOFMATIE-MODUS GEBRUIKEN op pag-
ina 20.
5. Meet desgewenst uw hartslag.
Raadpleeg pagina 12 om de bijgeleverde hartslag-
monitor te gebruiken. Volg de onderstaande
aanwijzingen om de hartslagsensor van de hand-
greep te gebruiken. BELANGRIJK: als u de
hartslagmonitor draagt en tegelijkertijd de hart-
slagsensor van de handgreep gebruikt, geeft
het bedieningspaneel uw hartslag niet
nauwkeurig weer.
Als er op de met-
alen contactpunten
van de handgreep
met polssensor een
plastic filmpje
kleeft, verwijder dit
dan. Om uw hartslag
te meten, raakt u de
handgreep met
polssensor ongeveer
15 seconden aan
door uw handpalmen tegen de metalen contact-
punten te houden. Beweeg uw handen niet en
houd de handsensoren stevig vast.
Wanneer uw hartslag wordt vastgesteld, verschijnt
de waarde op de weergave. Voor een correcte
hartslagmeting, houd de contactpunten ongeveer
15 seconden vast.
Als uw hartslag niet wordt weergegeven, ga dan
na of u uw handen zoals eerder beschreven op de
sensoren hebt geplaatst. Zorg ervoor dat u uw
handen niet te veel beweegt en houd de metalen
contactpunten ook niet al te stevig vast. Voor de
beste werking, maak de metalen contactpunten
schoon met een zacht doek; gebruik nooit alco-
hol, schurende of chemische middelen om de
contactpunten schoon te maken.
6. Het bedieningspaneel gaat automatisch uit
wanneer u klaar bent met het gebruik van uw
trainingfiets.
Zie HET BEDIENINGSPANEEL UITZETTEN op
p
agina 16.
EEN VOORAF INGESTELDE OEFENING
GEBRUIKEN
1. Begin met trappen of druk op een toets op het
bedieningspaneel om het bedieningspaneel te
activeren.
Zie HET BEDIENINGSPANEEL ACTIVEREN op
pagina 16.
2. Selecteer een vooraf ingestelde oefening.
Als u een training of de iFit Traningsmode hebt
geselecteerd, drukt u op de Menu-knop [MENU]
om terug te keren naar het hoofdmenu.
Om een vooringsteld
trainingsprogramma te
selecteren, drukt u eerst
op de Plus- en Min-
knoppen naast de
Enter-knop [ENTER] en
selecteert u WORK-
OUTS (oefeningen). Druk dan op de toets Enter.
Druk vervolgens op de Plus- en Min-knoppen om
de gewenste trainingscategorie te selecteren. Druk
dan op de toets Enter.
U kunt ook op de Oefeningstoetsen [HILL CLIMB-
ING WORKOUTS] Bergbeklimmen of Interval
[INTERVAL WORKOUTS] drukken.
Druk vervolgens op de Plus- en Min-knoppen om
de gewenste trainingscategorie te selecteren. Druk
dan op de toets Enter.
Druk op de Plus- en Min-knoppen om de naam
van de gewenste trainingscategorie te selecteren.
De duur, de maximum snelheid, het maximum
weerstandsniveau en een profiel van de weer-
standsniveaus van de training verschijnen rechts
van de weergave. Druk dan op de toets Enter.
Contactpunten
18
3. Begin te fietsen om het oefenprogramma te
starten.
E
lke oefening is verdeeld in 1-minuut segmenten.
Een weerstand- en één tempo-instelling zijn voor
e
lk segment geprogrammeerd. Aandacht: u kunt
hetzelfde weerstand- en/of doeltemponiveau pro-
grammeren voor opeenvolgende segmenten.
Het trainingsprofiel
geeft uw vorderingen
weer. De knipperende
balk van het profiel stelt
het huidige oefen-
ingsegment voor. De
hoogte van het knip-
perende segment geeft de weerstand van het
huidige segment aan.
Als het eerste segment van de oefening klaar is,
zullen het weerstandniveau en de doelsnelheid
voor het tweede segment een paar seconden ver-
schijnen in het display om u te waarschuwen. Het
volgende segment van het profiel begint te knip-
peren en de pedalen passen zich automatisch
aan, aan het weerstandsniveau van het volgende
segment.
Houd uw fietssnelheid dichtbij de doelsnelheid tij-
dens de oefening voor het huidige segment.
De doelsnelhei-
dsmeter toont uw
fietssnelheid en de
doelsnelheid voor
het huidige seg-
ment. Als het
woord SPEED UP
(versnellen) ver-
schijnt in de
doelsnelheidsme-
ter, dient u uw
fietssnelheid te
verhogen. Matig uw fietssnelheid wanneer het
woord SLOW DOWN (vertragen) verschijnt.
BELANGRIJK: de doelsnelheid is uitsluitend
bedoeld om u te motiveren. Uw feitelike tempo
kan langzamer zijn dat de doelsnelheidin-
s
tellingen. Zorg ervoor dat u op een tempo
fietst dat aangenaam voor u is.
Wanneer het weerstandsniveau voor het huidige
segment te hoog of te laag ligt kunt u de instelling
handmatig veranderen door op de toetsen
Weerstand drukken. BELANGRIJK: Als het
huidige segment van het programma voltooid
is, dan zal de weerstand van de pedalen
automatisch naar de instellingen van het vol-
gende segment worden gewijzigd.
De oefening gaat zo verder tot het laatste
onderdeel is uitgevoerd.
Om het programma te stoppen, moet u gewoon
stoppen met lopen. Er zal een toon klinken. Als de
tijdseeergave wordt geselecteerd, zal de tijd begin-
nen te knipperen in de display. Om verder te gaan
met de oefening, dient u eenvoudigweg verder te
gaan met trappen.
4. Volg uw vorderingen op de weergave.
Zie stap 4 op pagina 16.
5. Meet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 5 op pagina 17.
6. Het bedieningspaneel gaat automatisch uit
wanneer u klaar bent met het gebruik van uw
trainingfiets.
Zie HET BEDIENINGSPANEEL UITZETTEN op
pagina 16.
Huidig segment
TIME
DISTANCE
T
ARGET
40
0
3
0
20
10
S
PEED
UP
Doel-
snelheid
Uw
fietssnelheid
19
DE CONSTANTE KRACHTOEFENING GEBRUIKEN
1. Begin met trappen of druk op een toets op het
bedieningspaneel om het bedieningspaneel te
activeren.
Zie HET BEDIENINGSPANEEL ACTIVEREN op
pagina 16.
2. Selecteer de constante krachtoefening.
Als u een training of de iFit Traningsmode hebt
geselecteerd, drukt u op de Menu-knop [MENU]
om terug te keren naar het hoofdmenu.
Om een constante krachtoefening te selecteren,
drukt u eerst op de Plus- en Min-knoppen naast
de Enter-knop [ENTER] en selecteert u WORK-
OUTS (oefeningen). Druk dan op de toets Enter.
Druk vervolgens op de Plus- en Min-knoppen om
de constante krachtoefening te selecteren. Druk
dan op de toets Enter.
3. Voer de doelwattinstelling in.
De woorden SET DESIRED WATT TARGET (stel
gewenste wattdoel in) en een wattinstelling zullen
op de display verschijnen.
Druk op de toetsen verhogen en verlagen naast
de toets Enter-toets om een doelwatt-instelling in
te voeren. Druk dan op de toets Enter.
4. Begin te fietsen om het oefenprogramma te
starten.
De duur van de constante krachtoefening is 30
minuten.
De doelwattinstellin verschijnt bovenin de display.
Tijdens de oefening, toont de display uw vorderin-
gen. Het bedieningspaneel zal regelmatig uw
inpanningsvermogen vergelijken met de doelwat-
tinstelling.
De weerstand van de pedalen zal, wanneer uw
inspanningsvermogen veel te laag of bovcen uw
wattinstelling ligt, automatisch toenemen of afne-
men om uw inspanningsvermogen in lijn te
brengen met uw doelwattinstelling.
U zult ook worden gevraagd om uw fietssnelheid
a
an te passen om uw krachtuitvoer dichter bij de
doelwattinstelling te brengen. Als het woord
SPEED UP (versnellen) verschijnt in de display,
dient u uw fietssnelheid te verhogen. Matig uw
fietssnelheid wanneer het woord SLOW DOWN
(vertragen) verschijnt.
BELANGRIJK: de snelheid is uitsluitend
bedoeld om u te motiveren. Uw feitelijke fietss-
nelheid kan langzamer zijn dan de aangegeven
snelheid. Zorg ervoor dat u op een tempo fietst
dat aangenaam voor u is.
Druk op de toetsen verhogen en verlagen
naast de toets Enter-toets om de doelwatt-
instelling op elk mogelijk moment tijdens de
oefening te wijzigen.
De oefening gaat zo verder tot er nullen verschij-
nen in de tijdsdisplay.
Om het programma te stoppen, moet u gewoon
stoppen met lopen. Er zal een toon klinken. De tijd
zal op de display knipperen. Om verder te gaan
met de oefening, dient u eenvoudigweg verder te
gaan met trappen.
5. Volg uw vorderingen op de weergave.
Zie stap 4 op pagina 16.
6. Meet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 5 op pagina 17.
7. Het bedieningspaneel gaat automatisch uit
wanneer u klaar bent met het gebruik van uw
trainingfiets.
Zie HET BEDIENINGSPANEEL UITZETTEN op
pagina 16.
20
DE IFIT TRAININGINSTELLING GEBRUIKEN
Dankzij de optionele iFit Live module kan uw bedien-
i
ngspaneel communiceren met uw draadloze netwerk
en beschikt u over enkele leuke nieuwe functies.
Op de iFit Live website kunt u bijvoorbeeld persoon-
lijke oefeningen downloaden, eigen oefeningen
creëren, uw oefeningsresultaten bijhouden en toegang
krijgen tot andere functies. Voor aankoop van de iFit
Live module gaat u naar www.ifit.com of belt u met
het telefoonnummer op de voorkant van deze han-
dleiding.
Om de iFit traininginstelling te selecteren, steekt u de
iFit Live module in het bedieningspaneel. Druk op de
Menu-knop [MENU] en vervolgens op de plus- en min-
knoppen naast de Enter-knop [ENTER] om IFIT
TRAINING te selecteren. Druk dan op de toets Enter.
Voor meer informatie over de iFit trainingsmodus,
gaat u naar www.iFit.com. Aandacht: om de iFit Live
module te gebruiken, heeft u toegang nodig tot een
computer met een internetverbinding en een USB-
poort. U hebt ook een eigen draadloos network nodig,
inclusief een 802.11b router met geactiveerde SSID
broadcast (verborgen netwerken worden niet onders-
teund). Bovendien moet u lid zijn van iFit.com.
DE GELUIDSINSTALLATIE GEBRUIKEN
Om muziek of ingesproken boeken met de geluidsin-
stallatie van het bedieningspaneel te beluisteren, sluit
u de meegeleverde audiokabel aan op het bedien-
ingspaneel en uw MP3-speler of CD-speler. Zorg
ervoor dat de audiokabel goed aangesloten is.
Druk dan op de Play-toets [PLAY] van uw MP3- of
CD-speler. Stel het volume in aan de hand van de vol-
umebediening van uw MP3-speler of CD-speler of
druk op de toets volume verhogen of verlagen van het
bedieningspaneel.
DE INFORMATIE-MODUS GEBRUIKEN
Het bedieningspaneel beschikt over een infor-
m
atiemodus waarmee u gebruiksinformatie voor de
trainingfiets kunt bekijken, een meeteenheid voor het
b
edieningspaneel kunt selecteren en het contrast-
niveau van de display kunt instellen.
Als een iFit Live module is aangesloten op het bedien-
ingspaneel, kunt u ook de informatiemodus gebruiken
om een audio-instelling te kiezen voor de stem van de
personal trainer, controleer de status van de iFit Live
module en controleer op downloads.
1. Selecteer de informatiemodus.
Om de informatie-
instelling te selecteren,
houdt u de Display
[DISPLAY] een paar
seconden ingedrukt tot
de informatie-instelling
op de weergave ver-
schijnt.
2. Gebruiksinformatie bekijken voor de
trainingfiets.
De display toont de totale afstand die is afgelegd
op de trainingfiets. De display toont bovendien het
totale aantal uren dat de trainingfiets is gebruikt.
3. Kies, als u dat wilt, een meeteenheid.
De woorden ENGLISH voor Engelse mijlen of
METRIC voor metrische kilometers zal op de dis-
play verschijnen om aan te geven welke
maateenheid momenteel is geselecteerd.
Door te drukken op de toetsen verhogen en verla-
gen tot er een teken verschijnt naast het woord
UNITS (eenheden), wijzigt u de meeteenheid.
Druk dan herhaaldelijk op de Enter-toets om de
gewenste meeteenheid te kiezen.
21
4. Pas het contrastniveau van de display indien
gewenst aan.
H
et huidig geselecteerde contrastniveau verschijnt
ook op de weergave. Door te drukken op de toet-
s
en verhogen en verlagen tot er een teken
verschijnt naast het woord CONTRAST, wijzigt u
het contrastniveau.
Druk op de Enter-toets [ENTER] en dan her-
haaldelijk op de toets verhogen of verlagen om het
gewenste contrastniveau te selecteren. Druk
opnieuw op de toets Enter om uw keuze op te
slaan.
5. Bepaal of een iFit Live module is aangesloten
op het bedieningspaneel.
Als een iFit Live module is aangesloten op het
bedieningspaneel, toont de display de woorden
WIFI STATUS of USB STATUS.
Als er geen accessoire is aangesloten, toont de
weergave de woorden NO MODULE DETECTED.
Als er een accessoires is aangesloten, gaat u naar
stap 9.
6. Selecteer desgewenst een audio-instelling voor
de stem van uw personal trainer.
De momenteel geselecteerde audio-instelling voor
de stem van uw personal trainer verschijnt ook in
de display.
Door te drukken op de toetsen verhogen en verla-
gen tot er een teken verschijnt naast het woord
TRAINER VOICE (trainerstem), wijzigt u de audio-
instelling. Druk dan herhaaldelijk op de Enter-toets
om de stem van de persoonlijke trainer ON (aan)
o
f OFF (uit) te zetten.
7
. Controleer desgewenst de status van de iFit
Live module.
Door te drukken op de toetsen verhogen en verla-
gen tot er een teken verschijnt naast het woorden
CHECK FOR DOWNLOADS (controleer wifi status
of controleer usb status), controleert u de status
van de iFit Live module.
Druk dan op de toets Enter. Na een paar secon-
den verschijnt de status van de iFit Live module
op het display. Om de display te verlaten houdt u
de Display-toets enkele seconden ingedrukt.
8. Controleer desgewenst op downloads.
Door te drukken op de toetsen verhogen en verla-
gen tot er een teken verschijnt naast de woorden
CHECK FOR DOWNLOADS (controleer op down-
loads), controleert u op iFit Live-oefeningen en
firmware downloads.
Druk dan op de Enter-toets. Het bedieningspaneel
controleert dan op iFit Live-oefeningen en
firmware downloads.
9. Verlaat de informatiemodus.
Druk op de Display-knop om de informatie-
instelling te verlaten.
22
Bekijk de onderdelen van de trainingfiets regelmatig
en draai ze goed vast. Vervang versleten onderdelen
direct.
Gebruik een vochtige doek en een klein beetje milde
z
eep om de trainingfiets te reinigen. BELANGRIJK:
Houd vloeistoffen uit de buurt van het bedien-
ingspaneel om schade te voorkomen. Houd het
bedieningspaneel uit direct zonlicht.
PROBLEMEN OPLOSSEN VAN HET
BEDIENINGSPANEEL
Als de handgreep polssensoren niet goed werken,
raadpleeg stap 5 op pagina 17.
Als er lijnen verschijnen in de display van het bedien-
ingspaneel, raadpleegt u stap 4 op pagina 21 en past
u het contrastniveau van de display aan.
DE SNELHEIDSENSOR AFSTELLEN
Wanneer het bedieningspaneel gegevens niet goed
aangeeft, moet u de snelheidssensor bijstellen.
Haal eerst het stroomsnoer uit het stopcontact om de
snelheidssensor af te stellen. Gebruik een platte
schroevendraaier om de lipjes op het Deksel van het
Scherm (5) los te maken en trek het Deksel van het
Scherm omhoog.
Vind de Snelheidssensor (46). Draai de Katrol (58) tot-
dat een Magneet (107) op dezelfde hoogte komt als
de Snelheidssensor. Draai de aangegeven M4 x
13mm Schroef met Rand (94) los maar verwijder deze
niet. Schuif de Snelheidssensor dichter bij of verder
van de Magneet en draai de Schroef opnieuw vast.
Draai de Katrol even.
Herhaal deze procedure tot het bedieningspaneel
goede informatie weergeeft. Wanneer de snelhei-
dssensor juist is afgesteld, maakt u de deksel van het
s
cherm weer vast.
D
E AANDRIJFRIEM AFSTELLEN
Als de pedalen glad zijn tijdens het fietsen, zelfs als
de weerstand is afgesteld op de hoogste instelling,
kan het zijn dat de drijfriem moet worden afgesteld.
Haal eerst de stroomadapter uit het stopcontact om de
drijfriem af te stellen. Daarna dient u het
rechterpedaal, de deksel van het scherm en het
rechter voorscherm los te maken.
Draai met gebruik van een spanner het rechter pedaal
tegen de klok in los en verwijder deze.
Gebruik een platte schroevendraaier om vervolgens
de lipjes op het Deksel van het Scherm (5) los te
maken en trek het Deksel van het Scherm omhoog.
Verwijder vervolgens alle schroeven van de linker en
rechter Voorschermen (22, niet afgebeeld); er zijn
drie maten schroeven in de Voorschermen—let op
welke maat schroef u verwijdert uit welk gat.
Verwijder dan voorzichtig het Rechter voorscherm van
het onderstel.
Maak vervolgens de M6 x 20mm Inbusschroef los
(78). Draai vervolgens de M10 x 50mm Inbusschroef
(84) vast totdat de drijfriem (34) strak staat. Als de dri-
jfriem vastzit, draait u de M6 x 20mm Inbusschroef
aan.
Daarna dient u het rechterpedaal, de deksel van het
scherm en de voorschermen weer vast te maken.
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
94
58
5
46
107
5
22
78
34
84
23
Deze richtlijnen helpen u bij het plannen van uw oefe-
ningenprogramma. Voor meer gedetailleerde
oefeninginformatie, dient u een erkend boek te kopen
of uw arts te consulteren. Onthoud dat goede voeding
en voldoende rust essentieel zijn voor succesvolle
resultaten.
INTENSITEIT VAN OEFENINGEN
Of het nu uw doel is om vet te verbranden of om uw
hart en vaatsysteem te versterken, het uitvoeren van
oefeningen met de juiste intensiteit is de sleutel voor
het bereiken van resultaten. U kunt uw hartslag
gebruiken als gids voor het vinden van het juiste inten-
siteitniveau. De grafiek hieronder toont de aanbevolen
hartslagen voor het verbranden van vet en voor een
aerobic oefening.
Voor het vinden van het juiste intensiteitniveau, zoekt
u uw leeftijd onderaan de grafiek (leeftijden worden
afgerond naar het dichtstbijzijnde tiental). De drie
getallen boven uw leeftijd bepalen uw “trainingszone.”
Het laagste nummer is uw hartslag voor het verbran-
den van vet, het middelste nummer is uw hartslag
voor het maximaal verbranden van vet en het hoogste
nummer is de hartslag voor de aerobic-oefening.
V
et verbranden—Om op doeltreffende wijze vet te
verbranden, moet u gedurende een aanhoudende
p
eriode oefeningen doen op een laag intensiteitni-
veau. Tijdens de eerste minuten van de oefening
gebruikt uw lichaam koolhydraatcalorieën voor de
energie. Pas na de eerste minuten van de oefening
gebruikt uw lichaam opgeslagen vetcalorieën voor de
energie. Als het uw doel is om vet te verbranden dient
u de intensiteit van de oefening aan te passen tot uw
hartslag zich bij het laagste nummer in uw trainings-
zone bevindt. Voor maximale vetverbranding, dient u
te oefenen met uw hartslag in het middelste nummer
van uw trainingszone.
Aerobic-oefening—Als het uw doel is om uw hart en
vaatsysteem te versterken dan moet u een aerobic-
oefening uitvoeren die zorgt voor activiteit die grote
hoeveelheden zuurstof vereist gedurende langere
perioden. Voor een aerobic-oefening past u de intensi-
teit van uw oefening aan tot uw hartslag in de buurt is
van het hoogste nummer van uw trainingszone.
RICHTLIJNEN VOOR EEN TRAINING
Warming up—Start met strekken en lichte oefeningen
gedurende 5 tot 10 minuten. Een warming-up zorgt
dat u uw lichaamstemperatuur, hartslag en bloeddoor-
stroming verhoogt in voorbereiding op de training.
Trainingszone-oefening—Oefen gedurende 20 tot 30
minuten met uw hartslag in uw trainingszone.
(Gedurende de eerste weken van uw oefeningenpro-
gramma, dient u uw hartslag niet langer dan 20
minuten in uw trainingszone te houden.) Adem regel-
matig en diep bij het uitvoeren van de oefening houd
uw adem niet in.
Afkoelen—Eindig met 5 tot 10 minuten strekken.
Strekken verhoogt de flexibiliteit van de spieren en
helpt problemen na de oefening voorkomen.
FREQUENTIE VAN DE OEFENINGEN
Om uw conditie te behouden of te verbeteren, dient u
drie trainingen per week te doen, met ten minste één
rustdag tussen de trainingen. Na een aantal maanden
regelmatig oefeningen doen, kunt u desgewenst maxi-
maal vijf trainingen per week doen. Onthoud dat het
dagelijks regelmatig en met plezier doen van oefenin-
gen de sleutel tot uw succes is.
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN
WAARSCHUWING: voor-
dat u begint met dit of een ander
oefeningenprogramma, dient u een arts te
c
onsulteren. Dit is vooral belangrijk voor per-
sonen boven de 35 jaar of personen met
bestaande gezondheidsproblemen.
De polssensor is geen medisch apparaat.
Diverse factoren kunnen invloed hebben op
nauwkeurigheid van de hartslagwaarden. De
polssensor is alleen bedoeld als hulpmiddel
bij de oefening voor het bepalen van de hart-
slag over het algemeen.
24
11Onderstel
21Voorste Stabilisator
31Achterste Stabilisator
41Staander
51Deksel van het scherm
61Handvat
71Bedieningspaneel
81Kap van het Rechter Handvat
91Kap van het Linker Handvat
10 1 Zittingbeugel
11 1 Drager van de Zitting
12 1 Polsstang
13 1 Rugleuning
14 1 Hoes van de Rugleuning
15 1 Zitting
16 1 Rechter Pedaal/-Beugel
17 1 Rechter Crankarm
18 1 Linker Pedaal/-Beugel
19 1 Linker Crankarm
20 1 Kruk
21 1 Rechtervoorscherm
22 1 Linkervoorscherm
23 1 Rechterscherm van de Zitting
24 1 Linkerscherm van de Zitting
25 2 Wiel
26 1 Rechter voorste Stabilisatorkap
27 1 Linker Voorste Stabilisatorkap
28 2 Achterste Stabilisatorkap
29 2 Niveauknop
30 2 Stelpoot
31 4 Voet/bumper
32 1 Knop
33 1 Rem
34 1 Aandrijfriem
35 1 Zittinghendel
36 1 Handvat van de Zitting
37 1 Zittinghendelbeugel
38 4 As
39 2 Bovenste Rol
40 2 Onderste Rol
41 2 Polsgrepen
42 2 Kapje van de Handleuning
43 2 Lager
44 2 Borgring
45 1 Klem
46 1 Snelheidssensor/Draad
47 1 Spanrol
48 1 Vliegwiel
49 1 Vliegwielas
50 1 Motorbeugel
51 1 Weerstandmotor
52 1 Motorschijf
53 1 Weerstandsarm
54 2 Afstelmoer
55 1 Weerstandsbeugel
56 1 Borgring
57 1 C-magneet
58 1 Katrol
59 2 Crankarmkap
60 10 M8 x 16mm Hechtschroef
61 16 M8 Gespleten Tussenring
62 4 M10 x 95mm Hechtchroef
63 2 M8 x 45mm Hechtschroef
64 2 5/16" Flensschroef
65 4 M6 x 50mm Hechtsschroef
66 17 M6 Tussenring
67 1 M6 x 70mm Boutset
68 1 M6 x 60mm Boutset
69 8 1/4" x 16mm Hechtschroef
70 2 M8 x 20mm Tussenring
71 2 Bus van de Armhendel
72 2 Bus van de Staander
73 4 M8 x 20mm Bout met Ronde Kop
74 4 M8 Slotmoer
75 2 M6 x 8mm Inbusschroef
76 1 M3,5mm x 12mm Schroef
77 1 M6 x 14,67mm Schouderschroef
78 1 M6 x 20mm Inbusschroef
79 1 M6 x 65mm Inbusbout
80 1 M6 Slotmoer
81 4 M4 x 12mm Flensschroef
82 1 M5 x 7mm Schroef
83 1 M5 Tussenring
84 1 M10 x 50mm Inbusschroef
85 2 Tussenstuk van de Rem
86 2 M8 Slotmoer
87 10 Vergrendeling
88 28 M4 x 19mm Schroef
89 1 Draadkoker
90 1 Audiokabel
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
LIJST MET ONDERDELEN Modelnr. NTEVEX75011.0 R0411A
25
91 1 Draad/Ontvanger van de
Hartslagsensor van het Onderstel
9
2 1 Draad van de Sensorstang
93 4 M6 x 20mm Schroef met Platte Kop
9
4 1 M4 x 13mm Schroef met Rand
95 1 M4 x 13mm Heldere Schroef
96 2 1/4" x 14mm Hechtschroef
97 3 M6 x 16mm Schroef
98 8 M4 x 16mm Schroef
99 2 M4 x 12mm Schroef
100 3 M4 x 25mm Schroef
101 1 Borgvergrendeling
102 1 M6 x 18mm Tussenring
103 10 M6 Gespleten Tussenring
104 1 Stroomadapter
1
05 2 Kap voor de Drager van de Zitting
106 4 Draadklem
1
07 2 Magneet
108 1 M4 x 16mm Philipsschroef
109 1 Sensoreenheid
110 1 Borstriem
111 1 Stekkeradapter
*–Gebruiksaanwijzing
*–Montagehulpstuk
*–Smeervetpakket
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
Aandacht: deze technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Kijk op de
achterkant van deze gebruiksaanwijzing voor informatie over te bestellen onderdelen. *Deze onderdelen worden
niet getoond.
26
1
2
3
4
5
6
7
8
9
11
12
16
17
18
19
20
25
25
27
26
28
28
29
29
30
30
31
31
31
31
32
33
85
85
35
36
37
39
38
38
39
40
40
41
41
42
42
43
43
44
44
45
46
47
48
49
50
51
58
59
59
60
61
60
61
61
60
61
60
60
61
60
61
61
62
62
63
64
64
61
61
67
67
68
68
66
66
66
69
69
69
69
70
70
71
71
96
97
73
73
74
74
61
61
75
102
77
78
81
84
34
86
86
98
98
98
98
99
99
88
88
88
88
88
88
89
90
91
94
92
72
72
66
66
103
95
66
103
103
103
103
103
103
103
104
105
106
88
88
88
106
106
88
107
107
52
53
55
57
79
56
83
82
76
80
54
54
109
110
111
GEDETAILLEERDE TEKENING A Modelnr. NTEVEX75011.0 R0411A
27
10
13
14
15
22
21
24
23
65
65
66
66
87
87
88
88
88
88
88
88
88
100
88
88
100
88
88
88
100
93
93
88
101
108
GEDETAILLEERDE TEKENING B Modelnr. NTEVEX75011.0 R0411A
Onderdeel Nr. 311061 R0411A Gedrukt in China © 2011 ICON IP, Inc.
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Bekijk de omslag van deze handleiding voor het bestellen van vervangende onderdelen. Zorg ervoor dat u de vol-
g
ende informatie bij de hand hebt wanneer u contact met ons opneemt:
• het modelnummer en het serienummer van het apparaat (raadpleeg de omslag van deze handleiding)
de naam van het apparaat (raadpleeg de omslag van deze handleiding)
• het nummer van het onderdeel en de beschrijving (zie LIJST MET ONDERDELEN en GEDETAILLEERDE
TEKENING aan het eind van deze handleiding)
RECYCLING INFORMATIE
Dit elektronische product mag niet bij het gemeentelijk afval worden
gegooid. Om het milieu te beschermen, moet dit product volgens de wet
worden gerecycleerd aan het einde van de levenscyclus.
Maak gebruik van installaties voor hergebruik die bevoegd zijn voor het verwer-
ken van dit soort afval in uw streek. Zo helpt u het milieu te beschermen en de
Europese normen voor milieubescherming te verbeteren. Als u meer informatie
nodig hebt over veilige en correcte afvalverwijdering, neem dan contact op met
uw plaatselijke gemeentedienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

NordicTrack NTEVEX75011.0 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor