38
veiligheidsaanwijzingen, en ook alle andere al-
gemeen geldende gezondheids- en arbeidsbe-
ginselsen. De fabrikant is niet aansprakelijk voor
eender welke schade, die veroorzaakt werd door
niet gerechtigde wijzigingen die aan de machine
gebeurden.
5.1 Algemene veiligheidsaanwijzingen
LET OP! Lees alle veiligheidsvoorschriften
en instructies. Wanneer de waarschuwingen en
instructies niet in acht worden genomen, kan dit
een elektrische schok, brand of ernstig letsel tot
gevolg hebben.
Bewaar alle veiligheidsinstructies en handlei-
dingen om ze later te kunnen raadplegen.
Het in de waarschuwingen gebruikte begrip
„elektrisch gereedschap” heeft betrekking op
elektrische gereedschappen voor gebruik op het
stroomnet (met netsnoer) en op elektrische ge-
reedschappen voor gebruik met een accu (zonder
netsnoer).
5.2 Machinespecifi eke veiligheidsvoor-
schriften
- Voor elke inbedrijfneming van het werktuig die-
nen de fl exibele stroomkabels en de stekkers
gecontroleerd te worden. Gebreken dienen
door een vakman verholpen te worden.
- Het is verboden de aan het stroomnet aange-
sloten machine met natte handen aan te raken.
- Voor het aansluiten aan het stroomnet dient de
schakelaar zich in positie UIT te bevinden.
- De mengbak met het te mengen materiaal
dient op de bodem gestabiliseerd te worden
tegen verschuiven.
- Gebruik de roerder enkel tot de technische ge-
gevens aangegeven roerstaafdiameter.
- Belast de machine zodanig, dat het niet tot een
sterke toerentalvermindering of tot een stil-
stand komt.
- De fl exibele stroomkabel dient steeds van het
werktuig naar achter te leiden. De fl exibele
stroomkabel mag niet belast worden door er
aan te trekken en mag niet over scherpe kanten
liggen of hierover geleid worden.
- Bij werkzaamheden dient gelet te worden op
veilige en stabiele positie.
- Er dient rekening gehouden te worden met een
reactie-torsiemoment.
- Geen oplosmiddelen of oplosmiddelhoudende
stoffen met een vlampunt beneden 21 °C men-
gen.
- Het toestel slechts in het mengvat starten of
laten uitlopen.
- Tijdens het mengen niet met uw handen of
voorwerpen in het mengvat grijpen.
- Tijdens het werken met de menger is het
dranger van werkhandschoenen en van een
veiligheidsbril aan te beleven. Het dragen van
nauwsluitende kledij is verplicht.
5.3 Overige veiligheidsrisico’s
Ook in geval van doelgericht gebruik van de ma-
chine en bij het aanhouden van alle desbetref-
fende veiligheidsvoorschriften kunnen op basis
van de constructievormgeving en haar werking
volgende resterende veiligheidsrisico’s ontstaan:
- Gevaar, dat de fl exibele stroomkabel kan ver-
oorzaken.
- Stofconcentratie die gevaar oplevert voor de
gezondheid bij werkzaamheden in niet vol-
doende verluchte ruimten.
- Letsels door aanraken van onder elektrische
spanning staande onderdelen bij demontage
van de machine of haar onderdelen bij niet uit
het stopcontact getrokken stekker van de fl exi-
bele stroomkabel.
- Enkel originele-Festool reserveonderdelen ge-
bruiken.
5.4 Informatie over geluid en vibraties
De volgens EN 60 745 doorgegeven waarden be-
dragen typischerwijze:
Geluidspiekniveau L
PA
= 86 dB (A)
Geluidsvermogensniveau L
WA
= 97 dB (A)
Onveiligheid K = 1,5 dB
VOORZICHTIG
Door het geluid dat tijdens het bewerken
ontstaat, kan het gehoor beschadigd raken.
Draag gehoorbescherming!
Trillingsemissiewaarde a
h
(vectorsom van drie
richtingen) en doorgegeven onveiligheid K over-
eenkomstig EN 60 745:
a
h
< 2,5 m/s
2
Onveiligheid K = 1,5 m/s
2
De aangegeven emissiewaarden (trilling, geluid)
– zijn geschikt om machines te vergelijken,
– om tijdens het gebruik een voorlopige inschat-
ting van de trillings- en geluidsbelasting te
maken
– en gelden voor de belangrijkste toepassingen
van het persluchtgereedschap.
Hogere waarden zijn mogelijk bij andere toepas-
singen, met ander inzetgereedschap of bij on-
voldoende onderhoud. Neem de vrijloop- en stil-
standtijden van de machine in acht!