ATIKA KSH 600 - Handleiding

Categorie
Elektrische kettingzagen
Type
Handleiding
Hochentaster
Originalbetriebsanleitung – Sicherheitshinweise – Ersatzteile
Seite 1
Power pruner
Original instructions – Safety instructions – Spare parts
Page 11
Perche élagueuse
Notice originale – Consignes de sécurité –
Pièces de rechange
Page 20
Teleskopsav
Original brugsanvisning – Sikkerhedshenvisninger – Reservdeler
Side 30
Pystykarsintasaha
Alkuperäiset ohjeet – Sikkerhedshenvisninger – Reservdeler
Side 39
Potatore
Istruzioni originali – Indicazioni per la sicurezza –
Pezzi di ricambio
Pagina 48
Stangsag
Original brugsanvisning – Montering – Reservedeler
Side 57
Hoogsnoeier
Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing – Veiligheidsinstructies –
Reserveonderdelen
Blz. 66
Stånggrensåg
Bruksanvisning i original – Säkerhetsanvisningar – Reservdelar
Sidan 75
KSH 600
Elektrische Geräte gehören nicht in den Hausmüll. Geräte, Zubehör und Verpackung einer
umweltfreundlichen Wiederverwertung zuführen.
Gemäß der Europäischen Richtlinie 2002/96/EG über Elektro- und Elektronik-Altgeräte müssen nicht mehr
gebrauchsfähige Elektrogeräte getrennt gesammelt und einer umweltgerechten Wiederverwertung
zugeführt werden.
Electrical devices do not go into the domestic rubbish. Give devices, accessories and packaging to an
ecofriendly recycling.
According to the European Directive 2002/96/EC on electrical and electronic scrap, electrical devices that
are no longer serviceable must be separately collected and brought to a facility for an environmentally
compatible recycling.
Ne jamais jeter un appareil électrique aux ordures ménagères. Les appareils, les accessoires et les
emballages doivent être recyclés de façon non-polluante.
Conformément à la directive européenne 2002/96/CE relative aux déchets d’équipements électriques et
électroniques, les appareils électriques ne pouvant plus être utilisés doivent être collectés séparément et
recyclés d'une manière respectueuse de l'environnement.
Elektriska apparater bör inte slängas i soptunnan. Apparater, tillbehör och förpackning skall återvinnas
på miljövänligt sätt.
I henhold til EU-direktivet 2002/96/EF om brugt elektronisk materiel skal brugte elektroniske apparater,
der ikke længere kan bruges, indsamles separat til miljørigtig genbrug.
Sähkölaitteet eivät kuulu talousjätteisiin. Laitteet, lisälaitteet ja pakkausmateriaali on poistettava
ympäristöystävälliseen kierrätykseen.
Käytettyjä sähkö- ja elektroniikkalaitteita käsittelevän EU-direktiivin 2002/96/EG mukaisesti
käyttökelvottomat sähkölaitteet on kerättävä erikseen ja kierätettävä ympäristöystävällisesti.
Non gettare le apparecchiature elettriche tra i rifiuti domestici. Smaltire nel modo corretto
apparecchiature, accessori e imballaggio.
Ai sensi della Direttiva europea 2002/96/CE sui rifiuti di apparecchiature elettriche ed elettroniche le
apparecchiature elettriche inutilizzabili devono essere raccolte separatamente e riciclate nel rispetto
dell'ambiente.
Elektriske apparater må ikke kastes sammen med husholdningsavfallet. Apparat, tilbehør og emballasje
må innleveres for miljøvennlig gjenbruk.
I henhold til det europeiske direktivet 2002/96/EC angående utrangerte elektriske og elektroniske
apparater må elektriske apparater som ikke lenger kan benyttes samles separat og tilføres den
miljøvennlige gjenbrukskretsen.
Elektrische toestellen behoren niet in de huisafval. Toestellen, toebehoren en verpakking naar een
milieuvriendelijk recycling brengen.
Volgens de Europese Richtlijn 2002/96/EG over oude elektronische apparaten en electronica moeten niet
meer bruikbare elektrische toestellen apart worden verzamend en een milieuvriendelijk recycling worden
toegevoerd.
Elektriske apparater må ikke bortskaffes med dagrenovationen. Apparater, tilbehør og emballagen skal
tilføres en miljøvenlig genanvendelse.
Enligt det europeiska direktivet 2002/96/EG om gamla el- och elektronikapparater, måste elapparater som
inte längre är driftsdugliga, samlas ihop åtskilt och tillföras en miljöriktig återanvändning.
66
U mag het apparaat niet in bedrijf nemen,
voordat U deze bedieningsaanwijzing heeft
gelezen, alle instructies hebt gevolgd en het
apparaat volgens de beschrijving heeft
gemonteerd.
I
I
n
n
h
h
o
o
u
u
d
d
Lever hoeveelheid 66
Gebruikstijden 66
Symbolen bedieningsaanwijzing 66
Symbolen op de hoogsnoeier 66
Reglementaire toepassing 67
Restrisico’s 67
Veiligheidsinstructies 67
Elektrische veiligheid
68
Montage 69
Vóór de eerste ingebruikname 69
Smering van de ketting
69
Zaagkettingolie in de olietank gieten
69
Controleren van de kettingsmering
69
Ingebruikname 69
Zaagketting spannen
69
Netaansluiting
70
Netzekering
70
Aanbrengen van de verlengingskabel
70
Aanleggen van de schoudergordel
70
Instellen van de werkhoogte
70
In-/uitschakelen
70
Trillingen
70
Werken met de hoogsnoeier 70
Terugslag van de zaag
70
Hoe kann ik zaagterugslag vermijden
70
Algemeen gedrag bij het snoeien
70
Vóór het zagen
71
Werkinstructies (zaagtechnieken) 71
Trapsgewijze snoeiing
71
Onderhoud en reiniging 71
Onderhoud
72
Zaagketting en geleiderail
72
Scherpen van de zaagketting
72
Geleiderail reinigen
72
Kettingwiel
72
Reiniging
72
Transport 72
Opslag 72
Mogelijke Storingen 73
Toestelbeschrijving / Reserveonderdelen 73
Technische gegevens 74
EG-Verklaring van overeenstemming 74
Garantie 74
L
L
e
e
v
v
e
e
r
r
h
h
o
o
e
e
v
v
e
e
e
e
l
l
h
h
e
e
i
i
d
d
Controleer na het uitpakken de inhoud van de ver-pakking
op:
!
Aanwezigheid van alle onderdelen
!
Eventuele transportschade
In het geval van onvolkomenheden dit direct aan uw leverancier
ofwel maker melden. Latere reclamaties worden niet in
behandeling genomen.
1 voorgemonteerd apparaat
1 Geleidingsrail (1)
1 Zaagketting (2)
1 Kettingbescherming (17)
1 voorste handgreep (15)
Bevestigingsmateriaal voor voorste handgreep
1 schroevensleutel (16)
1 Bedieningshandleiding
1 montage- en bedieningsblad
1 Garantieverklaring
B
B
e
e
d
d
r
r
i
i
j
j
f
f
s
s
t
t
i
i
j
j
d
d
e
e
n
n
Houdt alstublieft vóór ingebruikname van het toestel
rekening met de landelijke (regionale) voorschriften
omtrent de lawaaibescherming.
S
S
y
y
m
m
b
b
o
o
l
l
e
e
n
n
b
b
e
e
d
d
i
i
e
e
n
n
i
i
n
n
g
g
s
s
a
a
a
a
n
n
w
w
i
i
j
j
z
z
i
i
n
n
g
g
Dreigend gevaar of gevaarlijke situatie. Het niet
opvolgen van deze aanwijzingen kan schade of
verwondingen tot gevolg hebben.
L
Belangrijke aanwijzing voor het vakkundig gebruik
van de machine. Het niet opvolgen van deze
aanwijzingen kan storing aan de machine veroorzaken.
Gebruikersaanwijzingen. Deze aanwijzingen helpen u
de machine optimaal te benutten.
Montage, gebruik en onderhoud. Hier wordt precies
uitgelegd wat u moet doen.
Â
Â
Neem alstublieft het ingesloten montage-
en bedieningsblad ter hand, wanneer in de
tekst naar het afbeeldings-nr. wordt
verwezen.
S
S
y
y
m
m
b
b
o
o
l
l
e
e
n
n
o
o
p
p
d
d
e
e
h
h
o
o
o
o
g
g
s
s
n
n
o
o
e
e
i
i
e
e
r
r
Lees voor de inbedrijfstelling de
bedieningshandleiding en veiligheidsvoor-schriften en
neem deze in acht
67
Schakel de motor uit voor reparatie-, onderhouds- en
reinigingswerk-zaamheden en haal de netstekker uit
de ontactdoos.
Meteen netstekker uit het stopcontact nemen,
wanneer de aansluitleiding werd beschadigd of
doorgesneden.
Veiligheidshelm, oog- en geluidsbescher-ming
dragen.
Veiligheidshandschoenen dragen.
Veiligheidsschoenen dragen
Niet aan regen blootzetten. Tegen vochtig-heid
beschermen.
Houd derde personen van het werkbereik
vandaan. Veiligheidsafstand ten minste 6 m.
Gebruik de hoogsnoeier niet in de buurt van kabels,
stroom- of telefoonleidingen.
Houdt bij het werken met de hoogsnoeier een
veiligheidsafstand van 10 m t.o.v. bovengrondse
stroomvoerende leidingen.
R
R
e
e
g
g
l
l
e
e
m
m
e
e
n
n
t
t
a
a
i
i
r
r
e
e
t
t
o
o
e
e
p
p
a
a
s
s
s
s
i
i
n
n
g
g
De hoogsnoeier is alleen voor het snoeien van takken aan
staande bomen geschikt.
De hoogsnoeier niet voor het vellen van bomen, scheuten of
struikgewas gebruiken.
De hoogsnoeier mag niet voor het zagen van bouw- en
kunststoffen worden toegepast.
De hoogsnoeier is geschikt voor privé gebruik in huis- en
hobbytuin.
De hoogsnoeier is niet voor boswerkzaamheden (onttakken in
het bos) geschikt. De vereiste veiligheid van de gebruiker is door
de kabelverbinding niet gewaarborgd.
Tot het toepassen volgens de voorschriften behoren ook het
opvolgen van de gebruiks-, onderhouds- en reparatie-
voorschriften en na leven van de veiligheidsvoorschriften van de
fabrikant.
Alle verdere toepassingen gelden als niet volgens de voor-
schriften. Voor de hieruit voortvloeiende schade is de fabrikant
niet aansprakelijk – de aansprakelijkheid is alleen voor de
gebruiker.
R
R
e
e
s
s
t
t
r
r
i
i
s
s
i
i
c
c
o
o
s
s
Ook bij het gebruik volgens de voorschriften zijn er op grond van de
constructie voor de toepassing van deze machine nog een aantal
restricties.
De restricties kunnen geminimaliseerd worden wanneer de
veiligheids-, gebruiks-, gezondheids- en onderhoudsvoor-schriften
nauwkeurig in acht genomen worden.
Consideratie en voorzichtigheid verminderen het risico van
personenletsels en beschadigingen.
Terugslaggevaar bij contact van het uiteinde van de
geleidingsrails met een vast voorwerp.
Gevaar van verwondingen van vingers en handen door het
werktuig (zaagketting).
Verwonding door weggeslingerde werkstukdelen.
Elektrische slag.
Gevaar door stroom door het niet juist aansluiten van de
aansluitdraden.
Het aanraken van onder spanning staande delen bij een
geopende elektrische delen.
Vermindering van het gehoor bij langdurig werken zonder
gehoorbescherming.
Brandgevaar
Verder kunnen er ondanks alle genomen maatregelen niet zichtbare
restricties bestaan.
V
V
e
e
i
i
l
l
i
i
g
g
h
h
e
e
i
i
d
d
s
s
i
i
n
n
s
s
t
t
r
r
u
u
c
c
t
t
i
i
e
e
s
s
Lees en volg vóór de ingebruikname van dit product de
onderstaande aanwijzingen, de voorschriften ter voorkoming
van ongevallen en de algemene veiligheidsvoorschriften
resp. de in het desbetreffend land geldige
veiligheidsbepalingen op, om u zelf en anderen tegen
verwondingen te beschermen.
L
Bewaar deze veiligheidsinstructies (gebruiksaanwijzing) steeds
samen met de hoogsnoeier op.
L
Dit apparaat ist niet ervoor bestemd, door personen (inclusieve
kinderen) met beperkt lichamelijk, sensorisch of geestelijk
vermogen of met beperkte ervaring en/of met beperkte kennis
te worden bediend, tenzij ze worden door een voor hun
veiligheid bevoegde persoon gesurveilleerd of verkregen door
deze instructies hoe het toestel moet worden benut.
L
Geef of leen de hoogsnoeier slechts aan personen die met de
hoogsnoeier en zijn handhaving bekend zijn. Geef de
veiligheidsvoorschriften aan alle personen, die met deze
machine werken, door.
Reparaties aan het toestel dienen door de fabrikant resp. door
door hem benoemde bedrijven te geschieden.
Wie met de hoogsnoeier werkt, moet een opleiding kunnen
vertonen die in overeenstemming staat met de geplande
toepassing en moet bovendien met het gebruik van de
hoogsnoeier en de persoonlijke beschermuitrusting bekend zijn.
Wees oplettend. Let op dat, wat u doet. Ga met vgerstand te
werk. Gebruik het toestel niet, wanneer u moe bent of onder de
invloed van drugs, alcohol of medicamenten staat. Een moment
van onoplettendheid bij het gebruik van het toestel kann tot
ernstige verwondingen leiden.
Maak u voor gebruik met het apparaat vertrouwd, met behulp
van de bedieningshandleiding.
Gebruik het toestel niet voor doeleinden voor die het niet is
bestemd (zie “Reglementaire toepassing”).
Het toestel resp. delen van het toestel niet veranderen.
Kinderen moeten in de gaten worden gehouden, om te
waarborgen dat ze niet met het apparaat spelen.
68
Laat andere personen, in het bijzonder kinderen, het
gereedschap of de kabel niet aanraken.
Personen onder 18 jaren mogen de hoogsnoeier niet
bedienen.
De operator is in het werkbereik tegenover derden
verantwoordelijk.
De gebruiker is verantwoordelijk voor ongelukken of gevaren
die tegenover andere personen of hun eigendom optreden.
Bij werkpauzes dient de hoogsnoeier zodanig te worden
beveiligd (kettingbescherming aanbrengen) en neergelegd dat
niemand in gevaar wordt gebracht. Hoogsnoeier beveiligen
tegen onbevoegd gebruik.
Werk nooit zonder geschikte veiligheidsuitrusting:
draag geen wijde kleding of sierraden, ze kunnen worden
gegrepen door bewegende delen
Bij lang haar een haarnet dragen.
gekeurde veiligheidshelm
gezichtsbescherming
Gehoorbeschermer
veiligheidsjack met signaalkleur
broeken en handschoenen met snijbescherming
slipvrije laarzen (veiligheidsschoenen) met snij- en
teenbescherming
eerste-hulp-materiaal
eventueel mobiele telefoon
Schakel de machine uit en neem de steker uit het stopcontact
bij:
contact van de hoogsnoeier met aardrijk, stenen, nagels of
andere vreemde voorwerpen
B controleer ketting en geleiderail onmiddellijk
Reparatiewerkzaamheden
Onderhouds- en reinigingswerkzaamheden
bij het verhelpen van storing
doorgesneden aansluitleidingen
controle van de aansluitleidingen, of deze verstrengeld of
beschadigd zijn
transport
naspannen van de ketting
kettingwissel
Verlaten van de machine (ook bij korte onderbrekingen)
Beschermt u zich tegen elektrische slag. Vermijd lichamelijk
contact met geaarde delen (bv pijpen, radiatoren, haarden,
koelkasten enz.)
Onderhoudt uw hoogsnoeier met zorgvuldigheid:
Volg de onderhoudsvoorschriften en de instructies omtrent
het smeren en voor de werktuigwissel op.
Houdt de werktuigen scherp en schoon, om beter en veilig
te kunnen werken.
Houdt de handgrepen door en vrij van hars, olie en vet.
Zet de hoogsnoeier niet aan regen bloot.
Onderzoek de machine op eventuele beschadigingen.
Voordat de machine verder wordt gebruikt, moet zorgvuldig
worden onderzocht of de beschermingsvoorzieningen en
licht beschadigde onderdelen foutloos en volgens de
voorschriften functioneren. Werk alleen met alle
veiligheidsvoorzieningen op de juiste wijze aangebracht.
Verander niets aan de machine wat de veiligheid in gevaar
kan brengen.
Controleer of alle bewegende delen van de machine goed
functioneren en niet klemmen of beschadigd zijn. Alle delen
moeten juist gemonteerd zijn en goed functioneren om de
machine correct te laten werken.
Beschadigde bescherminrichtingen en - delen moeten,
indien noodzakelijk, door een erkende reparatiewerkplaats
gerepareerd of verwisseld worden. Met uitzondering indien
in de gebruiksaanwijzing anders aangegeven.
Beschadigde of onleesbare veiligheidsstickers dienen te
worden vervangen.
Laat geen sleutels steken!
Controleer vóór het inschakelen altijd of de sleutels en
instelgereedschappen verwijderd zijn.
Elektrische veiligheid
De aansluitkabel moet volgens IEC 60 245 (H 07 RN-F) zijn,
met een draad doorsnede van minstens:
1,5 mm² bij een lengte tot 25 m.
2,5 mm² bij een lengte vanaf 25 m.
Lange en dunne aansluitkabels zorgen voor een
spanningsverlies. De motor bereikt zijn maximale vermogen
niet meer, de werking van het toestel wordt minder.
Stekker en aansluitdozen aan aansluitleidingen moeten uit
rubber, zacht PVc of een ander thermoplastisch materiaal
van dezelfde mechanische vastheid zijn of met dit materiaal
zijn gecoat.
De steekvoorziening van de aansluitleiding moet tegen
spatwater beveiligd zijn.
Let er bij het leggen van de aansluitkabel op dat deze niet
stoort, bekneld raakt, geknikt wordt en de steekverbinding niet
nat wordt.
Gebruik de kabel niet voor doeleinden warvoor hij niet geschikt
is. Bescherm de kabel tegen hitte, olie of scherpe randen. De
steker niet met de kabel uit het stopcontact trekken.
Wikkel bij gebruik van een kabeltrommel de kabel geheel af.
Controleer de verleng kabel regelmatig op beschadigingen en
vervang hem als hij beschadigd is.
Gebruik geen defecte kabels.
Gebruik alleen toegestane en gemerkte verlengkabels.
Maak geen geknutselde elektrische aansluitingen.
Veiligheidsvoorzieningen nooit overbruggen of buiten-werking
stellen.
Het apparaat via een veiligheidsschakelaar (30 mA) aansluiten.
Elektrische aansluitingen of reparaties mogen alleen door
een erkend bedrijf of een erkende reparatiewerkplaats
uitgevoerd worden. De plaatselijke voorschriften moeten
opgevolgd worden.
Reparaties aan andere delen van de machine mogen alleen
door de fabrikant of een door hem erkende werkplaats
uitgevoerd worden.
Alleen de originele onderdelen gebruiken. Bij het gebruik van
niet originele onderdelen kunnen risico’s voor de gebruiker
ontstaan. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden
voor ongevallen hierdoor ontstaan.
69
M
M
o
o
n
n
t
t
a
a
g
g
e
e
Sluit de hoogsnoeier pas na complete samenbouw aan het
stroomnet aan.
Voorste handgreep aanbrengen
 Zet de bus (27) in de handgreep (15) in.
 Schuif de handgreep met de bus op de onderste
telescoopstang (7) en bevestig hem met de zeskantbout
(22), schijf (23) en moer (24).
Montage van geleidingrail en zaagketting
Gevaar van verwondingen!
Draag bij werkzaamheden aan het geleidingrail en de
zaagketting veiligheidshandschoenen.
 Leg de hoogsnoeier zoals afgebeeld op een recht vlak
neer.
 Verwijder de afdekking (4) door de bevestigings-schroef (3)
los te maken.
 Draai de kettingspanschroef (21) naar links tot de
kettingspantap (28) aan het achterste einde van de
schroefdraad staat.
 Leg de zaagketting (2) in de circulerende geleidingsgleuf
van het geleidingsrail (1).
Let op de correcte looprichting van de schakels!
 Leg het geleidingsrail (1) op. De kettingspanschroef (28)
moet in de desbetreffende boring van het geleidingsrail
grijpen.
Let bij de inbouw erop dat de schakels correct in de
geleidingsgleuf en aan het kettingwiel liggen!
 Breng de afdekking (4) weer aan en draai de
bevestigingsmoeren (3) handvast aan.
Span de zaagketting zoals is beschreven in de paragraaf
„Zaagketting spannen“.
V
V
ó
ó
ó
ó
r
r
d
d
e
e
e
e
e
e
r
r
s
s
t
t
e
e
i
i
n
n
g
g
e
e
b
b
r
r
u
u
i
i
k
k
n
n
a
a
m
m
e
e
Smering van de ketting
De hoogsnoeier wordt niet met zaagkettinghechtolie gevuld
geleverd.
L Exploiteer de hoogsnoeier nooit zonder kettingsmering.
Het gebruik zonder zaagkettingolie leidt tot
beschadiging van het toestel en het geleidingsrail.
De levensduur en het snijvermogen van de ketting is afhankelijk
van de optimale smering. Gedurende het bedrijf wordt de
zaagketting automatisch met olie bevocht.
Zaagkettingolie in de olietank gieten
L
Zet de motor af en draag veiligheids-handschoenen!
Contact met de huid en ogen vermij-den!
 Leg de hoogsnoeier op een geschikte ondergrond.
 Schroef de olietanksluiting (18) open.
Vul de olietank met biologisch afbreekbare zaagkettingolie
(bestel-nr.: 400144). Gebruik voor het eenvoudiger vullen
een trechter.
Let bij het vullen erop dat geen vuil in de olietank
geraakt.
 Schroef de olietanksluiting weer dicht.
Gebruik nooit gerecyclede olie of oude olie. Bij gebruik van
olie die niet voor kettingzagen is geschikt, vervalt de garantie.
Controleren van de kettingsmering
Exploiteer de hoogsnoeier nooit zonder goed werkende
kettingsmering.
U controleert de werking van de automatische kettingsmering, door
de hoogsnoeier in te schakelen en hem met de punt in richting van
een kartonnen doos op papier op de bodem te houden.
Raak de bodem niet met de ketting. Veiligheidsafstand van 20
cm opvolgen.
Vertoont zich bij de controle een toenemend oliespoor, werkt de
olie-automatiek onberispelijk.
Toont zich ondanks volle olietank geen oliespoor
 reinig het oliestroomkanaal (25) en
 reinig de kettingspanboring (26)
Heeft dit geen succes, richt u zich dan aan de klantenservice
I
I
n
n
g
g
e
e
b
b
r
r
u
u
i
i
k
k
n
n
a
a
m
m
e
e
Z
Z
a
a
a
a
g
g
k
k
e
e
t
t
t
t
i
i
n
n
g
g
s
s
p
p
a
a
n
n
n
n
e
e
n
n
Vóór het instellen of controleren van de zaagkettingspanning
de netstekker uit het stopcontact nemen.
Draag veiligheidshandschoenen om verwondingen te
voorkomen.
Controleer de zaagkettingspanning
B vóór werkbegin
B na de eerste sneden
B gedurende het zagen regelmatig alle 10 minuten
Slechts met een correct gespannen zaagketting en een
toereikende smering heeft u invloed op de levensduur.
L Houdt alstublieft rekening met het volgende:
B een nieuwe zaagketting moet vakker worden nagespannen
B bij verwarming van de ketting op bedrijfstemperatuur rekt ze
zich uit en moet worden nagespannen.
Na beëindiging van de zaagwerkzaamheden de zaag-
ketting weer ontspannen, omdat bij afkoeling anders te hoge
spanningen in de zaagketting zouden ontstaan.
B klappert de ketting of komt ze uit de geleiding, meteen
naspannen.
Spannen van de zaagketting:
 Leg de hoogsnoeier zoals afgebeeld op een recht vlak.
 Maak de bevestigingsmoeren (3) om max. 1 omdraaiing
los.
 Breng het uiteinde van het geleidingsrail iets omhoog en
draai de kettingspanschroef (21) naar rechts tot de juiste
kettingspanning is bereikt.
70
 De zaagketting is correct gespannen, als ze in het midden
van de geleiderail ca. 3 – 4 mm omhoog kan worden
gebracht.
 Draai de kettingspanschroef (21) naar links, als de
zaagketting te strak is gespannen.
Controleer of de schakels correct in de geleidingsgleuf van
de geleiderail liggen.
 Draai de bevestigingsbout (3) weer vast.
L Netaansluiting
Vergelijk de netspanning met de spanning (bijv. 230 V.) die op
het type plaatje is aangegeven. Sluit de machine volgens de
voorschriften en op een geaard stopcontact aan.
L Schuko contactdoos gebruiken, netspanning van 230V
met een aardlekschakelaar (FI-schakelaar 30 mA).
Gebruik verleng kabel met voldoende diameter
L Netzekering
10 A traag
Aanbrengen van de verlengingskabel
 Steek de koppeling van de verlengingskabel op de steker
van de schakelaar-steker-combinatie.
 Trek de verlengingskabel als lus door de kabeltrekont-
lasting (3) en hang het in.
 Let erop, dat de verlengkabel voldoende spelling heeft en
naar achteren van de hoogsnoeier wegvoert, buiten het
bereik van zaagketting en zaaggoed.
Aanleggen van de schoudergordel
 Leg de gordel over de schouder en stel de gordellengte zo
in, dat zich de bevestiging van de gordel (A) op hoogte van
uw heup bevindt. De snelsluiting (14) bevindt zich op de
voorkant.
De snelsluiting kan dan met de linker hand worden geopend.
Instellen van de werkhoogte
 Maak de vaststelbout (6) los, dan kunt u de beide
telescoopstangen (5, 7) uit elkaar of samenschuiven.
In-/Uitschakelaar
Gebruik geen toestel, waarbij zich de schakelaar niet laat in-
en uitschakelen. Beschadigde schakelaars moeten
onmiddellijk worden gerepareerd of vervangen door de
klantenservice.
Bij het inschakelen moet de hoogsnoeier veilig worden gesteund
en met beide handen worden vastgehouden. Ketting en zwaard
moeten vrij staan.
Inschakelen
 Inschakelblokkering (5) drukken en vasthouden. Dan de in-
/uitschakelaar (6) bedienen. Nu kunt u de
inschakelblokkering weer loslaten.
Uitschakelen
In-/uitschakelaar loslaten..
Trillingen
Wanneer personen met bloedcirculatiestoornissen te vaak aan
trillingen worden blootgesteld, kunnen beschadigingen aan het
zenuwsysteem of aan de bloedvaten optreden.
U kunt de trillingen reduceren:
- door stevige, warme arbeidshandschoenen
- verkorting van de werktijd (meerdere lange pauzes maken)
Consulteer een arts wanneer uw vingers opzwellen, u zich niet
goed voelt of uw vingers gevoelloos worden.
W
W
e
e
r
r
k
k
e
e
n
n
m
m
e
e
t
t
d
d
e
e
h
h
o
o
o
o
g
g
s
s
n
n
o
o
e
e
i
i
e
e
r
r
Terugslag van de zaag
Wat is zaagterugslag? Zaagterugslag is het plotseling hoog- en
terugslaan van de draaiende hoogsnoeier in richting van de
gebruiker.
Dit ontstaat, wanneer
het uiteinde van de geleiderail het zaaggoed (onop-zettelijk) of
andere vaste voorwerpen raakt.
de zaagketting aan de punt van het geleidingsrail klemt.
De hoogsnoeier reageert ongecontroleert en veroorzaakt vaak
zware verwondingen bij de gebruiker.
Hoe kan ik zaagterugslag vermijden?
Zaag voor een betere controle met de onderhkant van het
geleidingsrail. Zet de hoogsnoeier altijd zo vlak als mogelijk
aan.
Nooit met de punt van het geleidingsrail zagen.
Zagen met de bovenkant kan een terugslag van de zaag
verwekken, wanneer de zaagketting klemt of op een vast
voorwerp in het hout stoot.
Slechts met draaiende zaagketting de snede beginnen.
Nooit bij opzette zaagketting de machine inschakelen.
De hoogsnoeier altijd vast met beide handen houden.
Alleen met scherpe en correct geslepen zaagketting werken.
Algemeen gedrag bij het snoeien
Let op de omgevingsinvloeden:
Stel werkzaamheden bij ongunstig weer (regen, sneeuw,
ijs, wind) uit – verhoogd gevaar van ongelukken!
Werk nooit bij ontoereikende lichtverhoudingen (bv bij mist,
regen, sneeuwjacht of schemering).
U kunt details in het
valbereik niet meer herkennen – gevaar voor ongelukken.
Stel werkzaamheden bij ongunstig weer (regen, sneeuw,
ijs, wind) uit – verhoogd gevaar van ongelukken!
Gebruik de hoogsnoeier niet in de nabijheid van brandbare
vloeistoffen of gassen.
Houdt een veiligheidsafstand van 10 m tot bovengrondse
stroomleidingen.
Gebruik de hoogsnoeier niet in vochtige of natte omgeving.
71
Plan vooraf een vluchtroute voor vallende takken. Deze
vluchtroute moet vrij van obstakels zijn, om een gevarenvrij
terugwijken te waarborgen.
Plaatst u zich buiten het breeik van vallende takken.
Let erop dat zich iemand in gehoorsafstand ophoudt, voor het
geval van een ongeluk.
Houdt andere personen weg. De veiligheidsafstand bedraagt
de 2,5-voudige lengte van de af te zagen tak, ten minste echter
6 m. Â
Vermijdt een abnormale lichaamshouding. Houdt steeds het
evenwicht. Werk niet met voorovergebogen bovenlichaam.
Exploiteer de hoogsnoeier slechts met veilige stand. Houdt de
hoogsnoeier licht rechts van uw eigen lichaam.
Houdt de hoogsnoeier steeds met beide handen vast, linker
hand aan de voorste handgreep (15) en rechter hand aan de
achterste handgreep (12). Maak steeds gebruik van de
meegeleverde draaggordel.
Verander regelmatig de werkpostie, om een eenzijdige
werkhouding te voorkomen.
Beëindig de werkzaamheden direct, wanneer lichamelijk
ongemak optreedt (bv hoofdpijn, duizeligheid, misselijkheid,
enz.) – er staat een verhoogd gevaar voor ongelukken! Maak
voldoende rustpauzes.
Werk nooit
met gestrekte armen
op een ladder, een steiger of een boom staande.
Probeer niet, een reeds voorhanden snede te treffen.
Gebruik de hoogsnoeier niet voor het optillen of bewegen van
hout.
Zaag gespinterd hout met voorzichtigheid. Er bestaat gevaar
van verwondingen door meegescheurde houten stukken.
Let erop dat het hout vrij van vreemde voorwerpen (nagels
enz.) is.
Overbelast de machine niet. U werkt beter en zeker met de
juiste belasting van de machine.
Wees op het einde van een zaagsnede voorzichtig. Zodra de
hoogsnoeier uit het hout komt, verandert zich de
gewichtskracht. Er bestaat gevaar voor ongelukken voor benen
en voeten.
Verwijder de hoogsnoeier slechts met draaiende zaagketting
uit de snede.
Verklemt zich de zaagketting in het hout, het toestel meteen
uitschakelen en uit het stopcontact nemen. Gebruik een wig
om het zwaard weer vrij te krijgen.
Maak niet gebruik van gescheurde zaagkettingen of zulke die
hun vorm hebben veranderd.
Raak nooit met draaiende zaagketting draadafrasteringen of
de vloer.
Schakel de hoogsnoeier tussen de sneden uit, wanneer
meerdere sneden worden uitgevoerd.
Maak pauzes gedurende het zagen, opdat zich de elektrische
motor kan afkoelen.
Vóór het zagen
Voer vóór de ingebruikname en regelmatig gedurende het zagen
de volgende controles uit:
B Werd de hoogsnoeier geheel en volgens de voorschriften
gemonteerd?
B Is de hoogsnoeier in goede en veilige toestand?
B Is de olietank gevuld?
Controleer het oliepeil regelmatig. Vul meteen olie bij, wanneer
het oliepeil “MIN” weergeeft, opdat de zaagketting niet droog
loopt.
B Is de zaagketting correct gespannen?
Let op de punten in het gedeelte „Zaagketting spannen”.
B Is de zaagketting correct geslepen?
Gebruik slechts goed geslepen zaagkettingen, omdat stompe
zaagkettingen niet alleen het terugslaggevaar verhogen, maar
ook de motor belasten.
B
Is de handgreep schoon en droog – vrij van olie en hars?
B
Is de werkplaats vrij van struikelgevaren?
B
Draagt u de vereiste veiligheidsuitrusting?
B
Heeft u alle instructies gelezen en begrepen?
B
Zijn de netstekker en de verlengkabel in goede toestand?
gebruik geen defecte leidingen
Is de verlengkabel correct verlegd?
W
W
e
e
r
r
k
k
i
i
n
n
s
s
t
t
r
r
u
u
c
c
t
t
i
i
e
e
s
s
(
(
z
z
a
a
a
a
g
g
t
t
e
e
c
c
h
h
n
n
i
i
e
e
k
k
e
e
n
n
)
)
Snij geen dun struikgewas of snijhout. De hoogsnoeier is voor
deze werkzaamheden niet geschikt.
Snij grotere takken in meerdere deelstukken af, om splinteren
en knikken te voorkomen.
Snij geen takken, waarvan de doorsnede de snijlengte van het
toestel te boven gaat.
Plaatst u zich nooit direct onder een te zagen tak.
Let vooral op vallende takken.
Let vooral op terugslagende takken.
Draag steeds een helm om zich tegen vallende takken te
beschermen.
Trapsgewijs snoeien Â
B voor horizontale, niet koplastige takken
Het takstuk valt gecontroleerd zonder te omkantelen naar
beneden.
n Zet de eerste snede van beneden, ca. een derde van de
asdoorsnede.
o De tweede snede vindt op dezelfde hoogte plaats dan de
eerste snede, of verder naar binnen verzet (negatief
breukniveau).
p Verwijder het resterend takstuk.
Attentie: fout bij trapsgewijs snoeien! Â
Wordt de snede verzet naar buiten uitgevoerd (positief
breukniveau) en oversneden, kan de hoogsnoeier worden
meegesleurd.
O
O
n
n
d
d
e
e
r
r
h
h
o
o
u
u
d
d
e
e
n
n
r
r
e
e
i
i
n
n
i
i
g
g
i
i
n
n
g
g
Voor aanvang van iedere onderhouds- en
reinigingsbeurt
Toestel uitschakelen
Stilstand van de hoogsnoeier afwachten
Stroomtoevoer onderbreken
Onderhouds- en reinigingswerkzaamheden die niet in dit hoofdstuk
worden genoemd, mogen uitsluitend worden uitgevoerd door de
fabrikant of door hem aangewezen bedrijven.
72
De in het kader van onderhoud of reiniging verwijderde
veiligheidsvoorzieningen moeten absoluut weer correct
aangebracht en gecontroleerd worden.
Gebruik alleen originele onderdelen. Andere onderdelen kunnen
onverwachte schade en verwondingen tot gevolg hebben.
Onderhoud
Draag handschoenen om verwondingen te voorkomen.
Opdat een lang en betrouwbaar gebruik van de hoogsnoeier is
gewaarborgd, voer de volgende onderhoudswerkzaamheden
regelmatig uit.
Controleer hoogsnoeier op
losse of beschadigde zaagketting
losse bevestiging
slijtage, in het bijzonder de ketting, geleiderail en het
kettingwiel.
versleten of beschadigde onderdelen
correct gemonteerde en onbeschadigde afdekkingen of
veiligheidsvoorzieningen.
Noodzakelijke reparaties of onderhoudswerkzaamheden dienen
vóór gebruik van de hoogsnoeier te worden uitgevoerd.
Zaagketting en geleiderail
De zaagketting en geleiderail zijn onderhevig aan hoge slijtage.
Vervang de zaagketting en geleiderail onmiddellijk, als de goede
werking niet gegarandeerd is, Â „Montage geleiderail en
zaagketting“.
Scherpen van de zaagketting
U kunt alleen veilig en goed werken met een
scherpe en schone zaagketting.
Beschadigde of
onjuist geslepen zaagkettingen verhogen het
terugslaggevaar!
Een zaagketting moet geslepen worden, wanneer
½ in plaats van zaagspaanders alleen nog houtstof wordt
uitgeworpen
½ de hoogsnoeier gedurende het snijden door het hout moet
worden gedrukt.
Zaagketting en zwaard zijn aan grote slijtage blootgezet. Vervang
de zaagketting en het zwaard direct, wanneer de correcte werking
niet is gewaarborgd.
U kunt uw zaagketting echter ook met een kettingsl-ijpapparaat
KSG 220 (artikel-nr.: 302360) zelf slijpen.
Geleiderail reinigen
B Controleer en reinig regelmatig
 de geleidingsgleuf (B) van het geleidingsrail en
 de kettingspanboring (26)
B
Verwijder de braam die zich heeft gevormd met een vlakke vijl
en slijplinnen.
B
Draai het geleidingsrail na iedere kettingwissel / ketting slijpen
om een eenzijdige slijtage te voorkomen.
L Vervang beschadigde geleidingsrails direct. aus.
Kettingwiel
De belasting van het kettingwiel is bijzonder groot. Controleer de
tanden van het kettingwiel regelmatig op slijtage of beschadiging.
L Een versleten of beschadigd kettingwiel reduceert de
levensduur van de zaagketting en dient vandaar meteen door
de klantenservice te worden vervangen
Reiniging
B Reinig de hoogsnoeier zorgvuldig na ieder gebruik, opdat de
foutloze werking blijft bewaard..
B
Reinig de behuizing met een zachte borstel of een droge doek.
Water, oplosmiddelen en polijstmiddelen mogen niet
worden toegepast.
B
Let erop dat de ventilatiegleuven voor de motorkoeling vrij zijn
(gevaar van oververhitting).
B
 Demoteer de afdekking (4), het geleidingrail (1) en de
ketting (2) na een lange gebruiksduur (1 – 3 uur) en reinig ze
met een borstel.
B
Reinig de zaagketting bij sterke verontreiniging met een in de
handel gebruikelijke kettingschoonmaakmiddel.
B
 Bevrij het kettingwiel (20) en de bevestiging van het
geleidingsrail (C) met een borstel van alle vastklevingen.
B
 Maak het oliestroomkanaal (25) met een schone doek of
een penseel schoon.
T
T
r
r
a
a
n
n
s
s
p
p
o
o
r
r
t
t
Voor het transport de steker uit het stop-
contact nemen.
Transporteer de hoogsnoeier slechts met opgestoken
kettingbescherming.
O
O
b
b
s
s
l
l
a
a
g
g
Bewaar ongebruikte toestellen op een droge, afgesloten plaats
buiten de reikwijdte van kinderen op.
Houdt vóór een langer opslag rekening met het volgende, om
de levensduur van de hoogsnoeier te verlengen en een soepel
bedienen te waarborgen:
B De machine grondig reinigen.
B Verwijder de olie uit de olietank.
B Tip: Sommige kettingolies neigen na langere tijd tot
verkorsten. Vandaar dient het oliesysteem vóór een
langere opslag met een in de handel gebruikelijke
toestelreiniger te worden doorgespoeld. Vul de reiniger tot
de helft (ca. 50 ml) in de lege olietank. Sluit de tank. Laat
het toestel zonder gemonteerd geleidingsrail en ketting zo
lang draaien, tot de gehele reiniger uit de olieopening van
het toestel is vrijgekomen.
B Leg de zaagketting na het reinigen kort in een oliebad en
wikkel ze vervolgens in oliepapier in.
Steek de kettingbescherming op.
73
M
M
o
o
g
g
e
e
l
l
i
i
j
j
k
k
e
e
S
S
t
t
o
o
r
r
i
i
n
n
g
g
e
e
n
n
Voor het verhelpen van iedere storing
Toestel uitschakelen
Stilstand van de zaagketting afwachten
Stroomtoevoer onderbreken
Na het verhelpen van iedere storing moeten alle veiligheidsvoorzieningen weer in werking gesteld en getest worden.
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
Hoogsnoeier loopt na inschakelen
niet aan
 Kettingrem
 Geen stroom
 Verlengkabel beschadigdt
 Netstekker, motor of schakelaar defect..
 Kettingrem loszetten
 Stroomverzorging, stopcontact, zekering
controleren
 Verlengkabel controleren, defecte kabel
direct vervangen
 Motor of schakelaar door een service-
werkplaats laten repareren of met originele
onderdelen laten vervangen.
Hoogsnoeier werkt met
onderbrekingen
 extern loszittend contact
 intern loszittend contact
 In-/uitschakelaar defect
 Richt u zich alstublieft aan de
klantenservice.
Hoogsnoeier loopt schokkend, trilt
of zaagt niet juist
 Ketting stomp
 Ketting versleten
 Kettingspanning
 Ketting niet correct gemonteerd (tanden
wijzen in de verkeerde richting)
 Ketting laten naslijpen of vervangen
 Ketting vervangen
 Kettingspanning controleren en instellen
 Ketting opnieuw monteren
Hoogsnoeier werkt niet met volle
capaciteit
 Verlengkabel te lang of te kleine
doorsnede
 Stopcontact te ver van hoofdaansluiting
vandaan
 Verlengkabel met voldoende doorsnede
gebruiken
 Stopcontact dat nader in het werkbereik
ligt, gebruiken
Zaagketting wordt heet  geen olie in de tank
 Oliestroomkanaal verstopt
 Kettingspanning te hoog
 Ketting stomp
 Olie bijvullen
 Oliestroomkanaal reinigen
 Kettingspanning instellen
 Ketting laten naslijpen of vervangen
geen zaagkettingsmering  geen olie in de tank
 Oliestroomkanaal verstopt
 Olie bijvullen
 Oliestroomkanaal reinigen
T
T
o
o
e
e
s
s
t
t
e
e
l
l
b
b
e
e
s
s
c
c
h
h
r
r
i
i
j
j
v
v
i
i
n
n
/
/
R
R
e
e
s
s
e
e
r
r
v
v
e
e
o
o
n
n
d
d
e
e
r
r
d
d
e
e
l
l
e
e
n
n
Â
Pos. Reserve-onderdeel
– nr.
Benaming
Pos. Reserve-onderdeel
– nr.
Benaming
1 364405
Geleidingsrail (zwaard)
16 364411 Schroefsleutel
2 364406
Zaagketting
17 364412 Kettingbescherming
3 390074 Bevestigingsschroef
18 364413 Sluiting olietank
4 364407 Afdekking
19 364404 Veiligheidssticker
5 Bovenste telescoopstang
20 364414 Kettingwiel
6 364408 Vastzetschroef
21 403111
Kettingspanschroef
7 Onderste telescoopstang
22 364415 Zeskantbout M 6 x 65
8 Inschakelblokkering
23 391634 Schijf A 6
9 In-/uitschakelaar
24 364416 Moer
10 Kabeltrekontlasting
25 Oliestroomkanaal
11 Toestelleiding met steker
26 boring
12 achterste handgreep
27 364417 Bus
13 364409 Draaggordel
28 kettingspantap
14 Snelsluiting
364418 Set koolborstels (zonder
afbeelding)
15 364410 voorste handgreep
400144 Zaagkettingolie 1 l
74
T
T
e
e
c
c
h
h
n
n
i
i
s
s
c
c
h
h
e
e
g
g
e
e
g
g
e
e
v
v
e
e
n
n
s
s
Type / Model KSH 60
Bouvwjaar zie laatste pagina
Vermogen P
1
600 W
Spanning 230 V~
Frequentie 50 Hz
Netzekering 10 A träge
Stationair toerental 8500 min
–1
Snelheid van de zaagketting 13 m/s
Olietankvolume max. 110 ml
Veiligheidsklasse ΙΙ
Zaagketting: 90JG033X (9,52 mm (3/8“) – 1.1 – 33)
Geleidingsrail: 080NATA A041, 203 mm (8'')
Snijlengte 180 mm
gemeten geluidsniveau L
WA
101,5 dB (A)
gegarandeerd geluidsniveau L
WA
103 dB (A)
(gemeten volgens richtlijn 2000/14/EG)
Geluidsdrukpegel L
PA
bij het werk (gemeten volgens richtlijn 2000/14/EG) 82 dB (A)
Hand-arm-vibratie (volgens EN 1033/DIN 45675) a
vhw
< 3,5 m/s
2
Gewicht zonder snijgarnituur en met lege olietank ca. 3,9 kg
E
E
G
G
-
-
v
v
e
e
r
r
k
k
l
l
a
a
r
r
i
i
n
n
g
g
v
v
a
a
n
n
o
o
v
v
e
e
r
r
e
e
e
e
n
n
s
s
t
t
e
e
m
m
m
m
i
i
n
n
g
g
overeenkomstig de richtlijn van de raad: 2006/42/EG
Hiermede verklaren wij
ATIKA GmbH & Co. KG
Schinkelstraße 97 – 59227 Ahlen – Germany
in uitsluitende verantwoordelijkheid, dat het product
Hoogsnoeier type KSH 600
Serienummer: 000001-020000
aan de bepalingen van de boven vermelde EG-richtlijnen alsook aan de bepalingen van de volgende verdere richtlijnen beantwoordt:
2004/108/EG en 2000/14/EG.
De volgende geharmoniseerde normen werden toegepast:
EN 60335-1:2002+A11:2004+A1:2004+A12:2006+A2:2006+A13:2008; EN 60335-1:2002+FprAF:2009; EN 62233:2008;
EN ISO 11680-1:2008; EN 55014-1:2006+A1:2009; EN 55014-2:1997/+A1:2001+A2:2008; EN 61000-3-2:2006+A1:2009+A2:2009;
EN 61000-3-3:2008
Conformiteit-beoordeling-procedures: 2000/14/EG - Aanhangsel V
Gemeten geluidsniveau L
WA
101,5 dB (A)
Gegarandeerd geluidsniveau L
WA
103 dB (A)
EG-modelkeuring uitgevoerd door:
INTERTEK DEUTSCHLAND GMBH, Stangen Strasse 1, 70771 Leinfelden-Echterdingen – ID.Nr. 0905
Certificaat nr.: 10STW0860-01
Gemachtigde voor het opmaken van technische documenten:
ATIKA GmbH & Co. KG – Technisch kantoor – Schinkelstr. 97 – 59227 Ahlen – Germany
Ahlen, 29.04.2010 A. Pollmeier, management
G
G
a
a
r
r
a
a
n
n
t
t
i
i
e
e
Houdt u alstublieft rekening met de ingesloten garantieverklaring.

Documenttranscriptie

Hochentaster Originalbetriebsanleitung – Sicherheitshinweise – Ersatzteile Seite 1 Power pruner Original instructions – Safety instructions – Spare parts Page 11 Perche élagueuse Notice originale – Consignes de sécurité – Pièces de rechange Page 20 Teleskopsav Original brugsanvisning – Sikkerhedshenvisninger – Reservdeler Side 30 Pystykarsintasaha Alkuperäiset ohjeet – Sikkerhedshenvisninger – Reservdeler Side 39 Potatore Istruzioni originali – Indicazioni per la sicurezza – Pezzi di ricambio Pagina 48 Stangsag Original brugsanvisning – Montering – Reservedeler Side 57 Hoogsnoeier Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing – Veiligheidsinstructies – Reserveonderdelen Blz. 66 Stånggrensåg Bruksanvisning i original – Säkerhetsanvisningar – Reservdelar Sidan 75 KSH 600 Elektrische Geräte gehören nicht in den Hausmüll. Geräte, Zubehör und Verpackung einer umweltfreundlichen Wiederverwertung zuführen. Gemäß der Europäischen Richtlinie 2002/96/EG über Elektro- und Elektronik-Altgeräte müssen nicht mehr gebrauchsfähige Elektrogeräte getrennt gesammelt und einer umweltgerechten Wiederverwertung zugeführt werden. Electrical devices do not go into the domestic rubbish. Give devices, accessories and packaging to an ecofriendly recycling. According to the European Directive 2002/96/EC on electrical and electronic scrap, electrical devices that are no longer serviceable must be separately collected and brought to a facility for an environmentally compatible recycling. Ne jamais jeter un appareil électrique aux ordures ménagères. Les appareils, les accessoires et les emballages doivent être recyclés de façon non-polluante. Conformément à la directive européenne 2002/96/CE relative aux déchets d’équipements électriques et électroniques, les appareils électriques ne pouvant plus être utilisés doivent être collectés séparément et recyclés d'une manière respectueuse de l'environnement. Elektriska apparater bör inte slängas i soptunnan. Apparater, tillbehör och förpackning skall återvinnas på miljövänligt sätt. I henhold til EU-direktivet 2002/96/EF om brugt elektronisk materiel skal brugte elektroniske apparater, der ikke længere kan bruges, indsamles separat til miljørigtig genbrug. Sähkölaitteet eivät kuulu talousjätteisiin. Laitteet, lisälaitteet ja pakkausmateriaali on poistettava ympäristöystävälliseen kierrätykseen. Käytettyjä sähkö- ja elektroniikkalaitteita käsittelevän EU-direktiivin 2002/96/EG mukaisesti käyttökelvottomat sähkölaitteet on kerättävä erikseen ja kierätettävä ympäristöystävällisesti. Non gettare le apparecchiature elettriche tra i rifiuti domestici. Smaltire nel modo corretto apparecchiature, accessori e imballaggio. Ai sensi della Direttiva europea 2002/96/CE sui rifiuti di apparecchiature elettriche ed elettroniche le apparecchiature elettriche inutilizzabili devono essere raccolte separatamente e riciclate nel rispetto dell'ambiente. Elektriske apparater må ikke kastes sammen med husholdningsavfallet. Apparat, tilbehør og emballasje må innleveres for miljøvennlig gjenbruk. I henhold til det europeiske direktivet 2002/96/EC angående utrangerte elektriske og elektroniske apparater må elektriske apparater som ikke lenger kan benyttes samles separat og tilføres den miljøvennlige gjenbrukskretsen. Elektrische toestellen behoren niet in de huisafval. Toestellen, toebehoren en verpakking naar een milieuvriendelijk recycling brengen. Volgens de Europese Richtlijn 2002/96/EG over oude elektronische apparaten en electronica moeten niet meer bruikbare elektrische toestellen apart worden verzamend en een milieuvriendelijk recycling worden toegevoerd. Elektriske apparater må ikke bortskaffes med dagrenovationen. Apparater, tilbehør og emballagen skal tilføres en miljøvenlig genanvendelse. Enligt det europeiska direktivet 2002/96/EG om gamla el- och elektronikapparater, måste elapparater som inte längre är driftsdugliga, samlas ihop åtskilt och tillföras en miljöriktig återanvändning. U mag het apparaat niet in bedrijf nemen, voordat U deze bedieningsaanwijzing heeft gelezen, alle instructies hebt gevolgd en het apparaat volgens de beschrijving heeft gemonteerd. 66  Controleer na het uitpakken de inhoud van de ver-pakking ! ! Inhoud Lever hoeveelheid Gebruikstijden Symbolen bedieningsaanwijzing Symbolen op de hoogsnoeier Reglementaire toepassing Restrisico’s Veiligheidsinstructies − Elektrische veiligheid Montage Vóór de eerste ingebruikname − Smering van de ketting − Zaagkettingolie in de olietank gieten − Controleren van de kettingsmering Ingebruikname − Zaagketting spannen − Netaansluiting − Netzekering − Aanbrengen van de verlengingskabel − Aanleggen van de schoudergordel − Instellen van de werkhoogte − In-/uitschakelen − Trillingen Werken met de hoogsnoeier − Terugslag van de zaag − Hoe kann ik zaagterugslag vermijden − Algemeen gedrag bij het snoeien − Vóór het zagen Werkinstructies (zaagtechnieken) − Trapsgewijze snoeiing Onderhoud en reiniging − Onderhoud − Zaagketting en geleiderail − Scherpen van de zaagketting − Geleiderail reinigen − Kettingwiel − Reiniging Transport Opslag Mogelijke Storingen Toestelbeschrijving / Reserveonderdelen Technische gegevens EG-Verklaring van overeenstemming Garantie Lever hoeveelheid 66 66 66 66 67 67 67 68 69 69 69 69 69 69 69 70 70 70 70 70 70 70 70 70 70 70 71 71 71 71 72 72 72 72 72 72 72 72 73 73 74 74 74 op: Aanwezigheid van alle onderdelen Eventuele transportschade In het geval van onvolkomenheden dit direct aan uw leverancier ofwel maker melden. Latere reclamaties worden niet in behandeling genomen. • 1 voorgemonteerd apparaat • 1 Geleidingsrail (1) • 1 Zaagketting (2) • 1 Kettingbescherming (17) • 1 voorste handgreep (15) • Bevestigingsmateriaal voor voorste handgreep • 1 schroevensleutel (16) • 1 Bedieningshandleiding • 1 montage- en bedieningsblad • 1 Garantieverklaring Bedrijfstijden Houdt alstublieft vóór ingebruikname van het toestel rekening met de landelijke (regionale) voorschriften omtrent de lawaaibescherming. Symbolen bedieningsaanwijzing Dreigend gevaar of gevaarlijke situatie. Het niet opvolgen van deze aanwijzingen kan schade of verwondingen tot gevolg hebben. L Belangrijke aanwijzing voor het vakkundig gebruik van de machine. Het niet opvolgen van deze aanwijzingen kan storing aan de machine veroorzaken.  Gebruikersaanwijzingen. Deze aanwijzingen helpen u de machine optimaal te benutten. Montage, gebruik en onderhoud. Hier wordt precies uitgelegd wat u moet doen.   Neem alstublieft het ingesloten montageen bedieningsblad ter hand, wanneer in de tekst naar het afbeeldings-nr. wordt verwezen. Symbolen op de hoogsnoeier Lees voor de inbedrijfstelling de bedieningshandleiding en veiligheidsvoor-schriften en neem deze in acht Schakel de motor uit voor reparatie-, onderhouds- en reinigingswerk-zaamheden en haal de netstekker uit de ontactdoos. Meteen netstekker uit het stopcontact nemen, wanneer de aansluitleiding werd beschadigd of doorgesneden. Veiligheidshelm, dragen. oog- en geluidsbescher-ming Veiligheidshandschoenen dragen. Veiligheidsschoenen dragen Niet aan regen blootzetten. Tegen vochtig-heid beschermen. De restricties kunnen geminimaliseerd worden wanneer de veiligheids-, gebruiks-, gezondheids- en onderhoudsvoor-schriften nauwkeurig in acht genomen worden. Consideratie en voorzichtigheid verminderen het risico van personenletsels en beschadigingen.   Terugslaggevaar bij contact van het uiteinde van de geleidingsrails met een vast voorwerp.   Gevaar van verwondingen van vingers en handen door het werktuig (zaagketting).   Verwonding door weggeslingerde werkstukdelen.   Elektrische slag.   Gevaar door stroom door het niet juist aansluiten van de aansluitdraden.   Het aanraken van onder spanning staande delen bij een geopende elektrische delen.   Vermindering van het gehoor bij langdurig werken zonder gehoorbescherming.   Brandgevaar Verder kunnen er ondanks alle genomen maatregelen niet zichtbare restricties bestaan. Houd derde personen van het werkbereik vandaan. Veiligheidsafstand ten minste 6 m. Gebruik de hoogsnoeier niet in de buurt van kabels, stroom- of telefoonleidingen. Houdt bij het werken met de hoogsnoeier een veiligheidsafstand van 10 m t.o.v. bovengrondse stroomvoerende leidingen. Veiligheidsinstructies Lees en volg vóór de ingebruikname van dit product de onderstaande aanwijzingen, de voorschriften ter voorkoming van ongevallen en de algemene veiligheidsvoorschriften resp. de in het desbetreffend land geldige veiligheidsbepalingen op, om u zelf en anderen tegen verwondingen te beschermen. L Reglementaire toepassing   De hoogsnoeier is alleen voor het snoeien van takken aan staande bomen geschikt.   De hoogsnoeier niet voor het vellen van bomen, scheuten of struikgewas gebruiken.   De hoogsnoeier mag niet voor het zagen van bouw- en kunststoffen worden toegepast.   De hoogsnoeier is geschikt voor privé gebruik in huis- en hobbytuin.   De hoogsnoeier is niet voor boswerkzaamheden (onttakken in het bos) geschikt. De vereiste veiligheid van de gebruiker is door de kabelverbinding niet gewaarborgd.   Tot het toepassen volgens de voorschriften behoren ook het opvolgen van de gebruiks-, onderhouds- en reparatievoorschriften en na leven van de veiligheidsvoorschriften van de fabrikant.   Alle verdere toepassingen gelden als niet volgens de voorschriften. Voor de hieruit voortvloeiende schade is de fabrikant niet aansprakelijk – de aansprakelijkheid is alleen voor de gebruiker. Restrisico’s Ook bij het gebruik volgens de voorschriften zijn er op grond van de constructie voor de toepassing van deze machine nog een aantal restricties. L L Bewaar deze veiligheidsinstructies (gebruiksaanwijzing) steeds samen met de hoogsnoeier op. Dit apparaat ist niet ervoor bestemd, door personen (inclusieve kinderen) met beperkt lichamelijk, sensorisch of geestelijk vermogen of met beperkte ervaring en/of met beperkte kennis te worden bediend, tenzij ze worden door een voor hun veiligheid bevoegde persoon gesurveilleerd of verkregen door deze instructies hoe het toestel moet worden benut. Geef of leen de hoogsnoeier slechts aan personen die met de hoogsnoeier en zijn handhaving bekend zijn. Geef de veiligheidsvoorschriften aan alle personen, die met deze machine werken, door. Reparaties aan het toestel dienen door de fabrikant resp. door door hem benoemde bedrijven te geschieden. ƒ Wie met de hoogsnoeier werkt, moet een opleiding kunnen vertonen die in overeenstemming staat met de geplande toepassing en moet bovendien met het gebruik van de hoogsnoeier en de persoonlijke beschermuitrusting bekend zijn. ƒ Wees oplettend. Let op dat, wat u doet. Ga met vgerstand te werk. Gebruik het toestel niet, wanneer u moe bent of onder de invloed van drugs, alcohol of medicamenten staat. Een moment van onoplettendheid bij het gebruik van het toestel kann tot ernstige verwondingen leiden. ƒ Maak u voor gebruik met het apparaat vertrouwd, met behulp van de bedieningshandleiding. ƒ Gebruik het toestel niet voor doeleinden voor die het niet is bestemd (zie “Reglementaire toepassing”). ƒ Het toestel resp. delen van het toestel niet veranderen. ƒ Kinderen moeten in de gaten worden gehouden, om te waarborgen dat ze niet met het apparaat spelen. 67 ƒ Laat andere personen, in het bijzonder kinderen, het gereedschap of de kabel niet aanraken. ƒ Personen onder 18 jaren mogen de hoogsnoeier niet bedienen. ƒ De operator is in het werkbereik tegenover derden verantwoordelijk. ƒ De gebruiker is verantwoordelijk voor ongelukken of gevaren die tegenover andere personen of hun eigendom optreden. ƒ Bij werkpauzes dient de hoogsnoeier zodanig te worden beveiligd (kettingbescherming aanbrengen) en neergelegd dat niemand in gevaar wordt gebracht. Hoogsnoeier beveiligen tegen onbevoegd gebruik. ƒ Werk nooit zonder geschikte veiligheidsuitrusting: − draag geen wijde kleding of sierraden, ze kunnen worden gegrepen door bewegende delen − Bij lang haar een haarnet dragen. − gekeurde veiligheidshelm − gezichtsbescherming − Gehoorbeschermer − veiligheidsjack met signaalkleur − broeken en handschoenen met snijbescherming − slipvrije laarzen (veiligheidsschoenen) met snij- en teenbescherming − eerste-hulp-materiaal − eventueel mobiele telefoon ƒ Schakel de machine uit en neem de steker uit het stopcontact bij: − contact van de hoogsnoeier met aardrijk, stenen, nagels of andere vreemde voorwerpen B controleer ketting en geleiderail onmiddellijk − Reparatiewerkzaamheden − Onderhouds- en reinigingswerkzaamheden − bij het verhelpen van storing − doorgesneden aansluitleidingen − controle van de aansluitleidingen, of deze verstrengeld of beschadigd zijn − transport − naspannen van de ketting − kettingwissel − Verlaten van de machine (ook bij korte onderbrekingen) ƒ Beschermt u zich tegen elektrische slag. Vermijd lichamelijk contact met geaarde delen (bv pijpen, radiatoren, haarden, koelkasten enz.) ƒ Onderhoudt uw hoogsnoeier met zorgvuldigheid: − Volg de onderhoudsvoorschriften en de instructies omtrent het smeren en voor de werktuigwissel op. − Houdt de werktuigen scherp en schoon, om beter en veilig te kunnen werken. − Houdt de handgrepen door en vrij van hars, olie en vet. ƒ Zet de hoogsnoeier niet aan regen bloot. ƒ Onderzoek de machine op eventuele beschadigingen. − Voordat de machine verder wordt gebruikt, moet zorgvuldig worden onderzocht of de beschermingsvoorzieningen en licht beschadigde onderdelen foutloos en volgens de voorschriften functioneren. Werk alleen met alle veiligheidsvoorzieningen op de juiste wijze aangebracht. Verander niets aan de machine wat de veiligheid in gevaar kan brengen. 68 − Controleer of alle bewegende delen van de machine goed functioneren en niet klemmen of beschadigd zijn. Alle delen moeten juist gemonteerd zijn en goed functioneren om de machine correct te laten werken. − Beschadigde bescherminrichtingen en - delen moeten, indien noodzakelijk, door een erkende reparatiewerkplaats gerepareerd of verwisseld worden. Met uitzondering indien in de gebruiksaanwijzing anders aangegeven. − Beschadigde of onleesbare veiligheidsstickers dienen te worden vervangen. ƒ Laat geen sleutels steken! Controleer vóór het inschakelen altijd of de sleutels en instelgereedschappen verwijderd zijn. Elektrische veiligheid ƒ De aansluitkabel moet volgens IEC 60 245 (H 07 RN-F) zijn, met een draad doorsnede van minstens: − 1,5 mm² bij een lengte tot 25 m. − 2,5 mm² bij een lengte vanaf 25 m. ƒ Lange en dunne aansluitkabels zorgen voor een spanningsverlies. De motor bereikt zijn maximale vermogen niet meer, de werking van het toestel wordt minder. ƒ Stekker en aansluitdozen aan aansluitleidingen moeten uit rubber, zacht PVc of een ander thermoplastisch materiaal van dezelfde mechanische vastheid zijn of met dit materiaal zijn gecoat. ƒ De steekvoorziening van de aansluitleiding moet tegen spatwater beveiligd zijn. ƒ Let er bij het leggen van de aansluitkabel op dat deze niet stoort, bekneld raakt, geknikt wordt en de steekverbinding niet nat wordt. ƒ Gebruik de kabel niet voor doeleinden warvoor hij niet geschikt is. Bescherm de kabel tegen hitte, olie of scherpe randen. De steker niet met de kabel uit het stopcontact trekken. ƒ Wikkel bij gebruik van een kabeltrommel de kabel geheel af. ƒ Controleer de verleng kabel regelmatig op beschadigingen en vervang hem als hij beschadigd is. ƒ Gebruik geen defecte kabels. ƒ Gebruik alleen toegestane en gemerkte verlengkabels. ƒ Maak geen geknutselde elektrische aansluitingen. ƒ Veiligheidsvoorzieningen nooit overbruggen of buiten-werking stellen. ƒ Het apparaat via een veiligheidsschakelaar (30 mA) aansluiten. Elektrische aansluitingen of reparaties mogen alleen door een erkend bedrijf of een erkende reparatiewerkplaats uitgevoerd worden. De plaatselijke voorschriften moeten opgevolgd worden. Reparaties aan andere delen van de machine mogen alleen door de fabrikant of een door hem erkende werkplaats uitgevoerd worden. Alleen de originele onderdelen gebruiken. Bij het gebruik van niet originele onderdelen kunnen risico’s voor de gebruiker ontstaan. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor ongevallen hierdoor ontstaan. Montage Sluit de hoogsnoeier pas na complete samenbouw aan het stroomnet aan. Zet de bus (27) in de handgreep (15) in. Schuif de handgreep met de bus op de onderste telescoopstang (7) en bevestig hem met de zeskantbout (22), schijf (23) en moer (24). Montage van geleidingrail en zaagketting Gevaar van verwondingen! Draag bij werkzaamheden aan het geleidingrail en de zaagketting veiligheidshandschoenen.        Gebruik nooit gerecyclede olie of oude olie. Bij gebruik van olie die niet voor kettingzagen is geschikt, vervalt de garantie. Voorste handgreep aanbrengen    Let bij het vullen erop dat geen vuil in de olietank geraakt. Schroef de olietanksluiting weer dicht. Leg de hoogsnoeier zoals afgebeeld op een recht vlak neer. Verwijder de afdekking (4) door de bevestigings-schroef (3) los te maken. Draai de kettingspanschroef (21) naar links tot de kettingspantap (28) aan het achterste einde van de schroefdraad staat. Leg de zaagketting (2) in de circulerende geleidingsgleuf van het geleidingsrail (1). Let op de correcte looprichting van de schakels! Leg het geleidingsrail (1) op. De kettingspanschroef (28) moet in de desbetreffende boring van het geleidingsrail grijpen. Let bij de inbouw erop dat de schakels correct in de geleidingsgleuf en aan het kettingwiel liggen! Breng de afdekking (4) weer aan en draai de bevestigingsmoeren (3) handvast aan. Span de zaagketting zoals is beschreven in de paragraaf „Zaagketting spannen“. Vóór de eerste ingebruikname Smering van de ketting De hoogsnoeier wordt niet met zaagkettinghechtolie gevuld geleverd. Controleren van de kettingsmering Exploiteer de hoogsnoeier nooit zonder goed werkende kettingsmering. U controleert de werking van de automatische kettingsmering, door de hoogsnoeier in te schakelen en hem met de punt in richting van een kartonnen doos op papier op de bodem te houden. Raak de bodem niet met de ketting. Veiligheidsafstand van 20 cm opvolgen. Vertoont zich bij de controle een toenemend oliespoor, werkt de olie-automatiek onberispelijk. Toont zich ondanks volle olietank geen oliespoor  reinig het oliestroomkanaal (25) en  reinig de kettingspanboring (26) Heeft dit geen succes, richt u zich dan aan de klantenservice Ingebruikname Zaagketting spannen • Vóór het instellen of controleren van de zaagkettingspanning de netstekker uit het stopcontact nemen. • Draag veiligheidshandschoenen om verwondingen te voorkomen. Controleer de zaagkettingspanning B vóór werkbegin B na de eerste sneden B gedurende het zagen regelmatig alle 10 minuten  Slechts met een correct gespannen zaagketting en een toereikende smering heeft u invloed op de levensduur. L Houdt alstublieft rekening met het volgende: L Exploiteer de hoogsnoeier nooit zonder kettingsmering. B een nieuwe zaagketting moet vakker worden nagespannen B bij verwarming van de ketting op bedrijfstemperatuur rekt ze zich uit en moet worden nagespannen. De levensduur en het snijvermogen van de ketting is afhankelijk van de optimale smering. Gedurende het bedrijf wordt de zaagketting automatisch met olie bevocht. Na beëindiging van de zaagwerkzaamheden de zaagketting weer ontspannen, omdat bij afkoeling anders te hoge spanningen in de zaagketting zouden ontstaan. B klappert de ketting of komt ze uit de geleiding, meteen naspannen. Het gebruik zonder zaagkettingolie leidt beschadiging van het toestel en het geleidingsrail. tot Zaagkettingolie in de olietank gieten L   Zet de motor af en draag veiligheids-handschoenen! Contact met de huid en ogen vermij-den! Leg de hoogsnoeier op een geschikte ondergrond. Schroef de olietanksluiting (18) open. Vul de olietank met biologisch afbreekbare zaagkettingolie (bestel-nr.: 400144). Gebruik voor het eenvoudiger vullen een trechter. Spannen van de zaagketting:    Leg de hoogsnoeier zoals afgebeeld op een recht vlak. Maak de bevestigingsmoeren (3) om max. 1 omdraaiing los. Breng het uiteinde van het geleidingsrail iets omhoog en draai de kettingspanschroef (21) naar rechts tot de juiste kettingspanning is bereikt. 69 De zaagketting is correct gespannen, als ze in het midden van de geleiderail ca. 3 – 4 mm omhoog kan worden gebracht. Draai de kettingspanschroef (21) naar links, als de zaagketting te strak is gespannen. Controleer of de schakels correct in de geleidingsgleuf van de geleiderail liggen. Draai de bevestigingsbout (3) weer vast.    L Netaansluiting     Vergelijk de netspanning met de spanning (bijv. 230 V.) die op het type plaatje is aangegeven. Sluit de machine volgens de voorschriften en op een geaard stopcontact aan. L Schuko contactdoos gebruiken, netspanning van 230V met een aardlekschakelaar (FI-schakelaar 30 mA). Gebruik verleng kabel met voldoende diameter L Netzekering 10 A traag Aanbrengen van de verlengingskabel    Steek de koppeling van de verlengingskabel op de steker van de schakelaar-steker-combinatie. Trek de verlengingskabel als lus door de kabeltrekontlasting (3) en hang het in. Let erop, dat de verlengkabel voldoende spelling heeft en naar achteren van de hoogsnoeier wegvoert, buiten het bereik van zaagketting en zaaggoed. Aanleggen van de schoudergordel   Leg de gordel over de schouder en stel de gordellengte zo in, dat zich de bevestiging van de gordel (A) op hoogte van uw heup bevindt. De snelsluiting (14) bevindt zich op de voorkant. De snelsluiting kan dan met de linker hand worden geopend. Instellen van de werkhoogte  Maak de vaststelbout (6) los, dan kunt u de beide telescoopstangen (5, 7) uit elkaar of samenschuiven. In-/Uitschakelaar Gebruik geen toestel, waarbij zich de schakelaar niet laat inen uitschakelen. Beschadigde schakelaars moeten onmiddellijk worden gerepareerd of vervangen door de klantenservice. Bij het inschakelen moet de hoogsnoeier veilig worden gesteund en met beide handen worden vastgehouden. Ketting en zwaard moeten vrij staan. Inschakelen  70 Inschakelblokkering (5) drukken en vasthouden. Dan de in/uitschakelaar (6) bedienen. Nu kunt u de inschakelblokkering weer loslaten. Uitschakelen In-/uitschakelaar loslaten.. Trillingen Wanneer personen met bloedcirculatiestoornissen te vaak aan trillingen worden blootgesteld, kunnen beschadigingen aan het zenuwsysteem of aan de bloedvaten optreden. U kunt de trillingen reduceren: - door stevige, warme arbeidshandschoenen - verkorting van de werktijd (meerdere lange pauzes maken) Consulteer een arts wanneer uw vingers opzwellen, u zich niet goed voelt of uw vingers gevoelloos worden. Werken met de hoogsnoeier Terugslag van de zaag Wat is zaagterugslag? Zaagterugslag is het plotseling hoog- en terugslaan van de draaiende hoogsnoeier in richting van de gebruiker. Dit ontstaat, wanneer − het uiteinde van de geleiderail het zaaggoed (onop-zettelijk) of andere vaste voorwerpen raakt. − de zaagketting aan de punt van het geleidingsrail klemt. De hoogsnoeier reageert ongecontroleert en veroorzaakt vaak zware verwondingen bij de gebruiker. Hoe kan ik zaagterugslag vermijden? − − − − − − − Zaag voor een betere controle met de onderhkant van het geleidingsrail. Zet de hoogsnoeier altijd zo vlak als mogelijk aan. Nooit met de punt van het geleidingsrail zagen. Zagen met de bovenkant kan een terugslag van de zaag verwekken, wanneer de zaagketting klemt of op een vast voorwerp in het hout stoot. Slechts met draaiende zaagketting de snede beginnen. Nooit bij opzette zaagketting de machine inschakelen. De hoogsnoeier altijd vast met beide handen houden. Alleen met scherpe en correct geslepen zaagketting werken. Algemeen gedrag bij het snoeien ƒ Let op de omgevingsinvloeden: − Stel werkzaamheden bij ongunstig weer (regen, sneeuw, ijs, wind) uit – verhoogd gevaar van ongelukken! − Werk nooit bij ontoereikende lichtverhoudingen (bv bij mist, regen, sneeuwjacht of schemering). U kunt details in het valbereik niet meer herkennen – gevaar voor ongelukken. − Stel werkzaamheden bij ongunstig weer (regen, sneeuw, ijs, wind) uit – verhoogd gevaar van ongelukken! − Gebruik de hoogsnoeier niet in de nabijheid van brandbare vloeistoffen of gassen. − Houdt een veiligheidsafstand van 10 m tot bovengrondse stroomleidingen. − Gebruik de hoogsnoeier niet in vochtige of natte omgeving. ƒ Plan vooraf een vluchtroute voor vallende takken. Deze vluchtroute moet vrij van obstakels zijn, om een gevarenvrij terugwijken te waarborgen. ƒ Plaatst u zich buiten het breeik van vallende takken. ƒ Let erop dat zich iemand in gehoorsafstand ophoudt, voor het geval van een ongeluk. ƒ Houdt andere personen weg. De veiligheidsafstand bedraagt de 2,5-voudige lengte van de af te zagen tak, ten minste echter 6 m.  ƒ Vermijdt een abnormale lichaamshouding. Houdt steeds het evenwicht. Werk niet met voorovergebogen bovenlichaam. ƒ Exploiteer de hoogsnoeier slechts met veilige stand. Houdt de hoogsnoeier licht rechts van uw eigen lichaam. ƒ Houdt de hoogsnoeier steeds met beide handen vast, linker hand aan de voorste handgreep (15) en rechter hand aan de achterste handgreep (12). Maak steeds gebruik van de meegeleverde draaggordel. ƒ Verander regelmatig de werkpostie, om een eenzijdige werkhouding te voorkomen. ƒ Beëindig de werkzaamheden direct, wanneer lichamelijk ongemak optreedt (bv hoofdpijn, duizeligheid, misselijkheid, enz.) – er staat een verhoogd gevaar voor ongelukken! Maak voldoende rustpauzes. ƒ Werk nooit − met gestrekte armen − op een ladder, een steiger of een boom staande. ƒ Probeer niet, een reeds voorhanden snede te treffen. ƒ Gebruik de hoogsnoeier niet voor het optillen of bewegen van hout. ƒ Zaag gespinterd hout met voorzichtigheid. Er bestaat gevaar van verwondingen door meegescheurde houten stukken. ƒ Let erop dat het hout vrij van vreemde voorwerpen (nagels enz.) is. ƒ Overbelast de machine niet. U werkt beter en zeker met de juiste belasting van de machine. ƒ Wees op het einde van een zaagsnede voorzichtig. Zodra de hoogsnoeier uit het hout komt, verandert zich de gewichtskracht. Er bestaat gevaar voor ongelukken voor benen en voeten. ƒ Verwijder de hoogsnoeier slechts met draaiende zaagketting uit de snede. ƒ Verklemt zich de zaagketting in het hout, het toestel meteen uitschakelen en uit het stopcontact nemen. Gebruik een wig om het zwaard weer vrij te krijgen. ƒ Maak niet gebruik van gescheurde zaagkettingen of zulke die hun vorm hebben veranderd. ƒ Raak nooit met draaiende zaagketting draadafrasteringen of de vloer. ƒ Schakel de hoogsnoeier tussen de sneden uit, wanneer meerdere sneden worden uitgevoerd. ƒ Maak pauzes gedurende het zagen, opdat zich de elektrische motor kan afkoelen. Vóór het zagen Voer vóór de ingebruikname en regelmatig gedurende het zagen de volgende controles uit: B Werd de hoogsnoeier geheel en volgens de voorschriften gemonteerd? B Is de hoogsnoeier in goede en veilige toestand? B Is de olietank gevuld? Controleer het oliepeil regelmatig. Vul meteen olie bij, wanneer het oliepeil “MIN” weergeeft, opdat de zaagketting niet droog loopt. B Is de zaagketting correct gespannen? Let op de punten in het gedeelte „Zaagketting spannen”. B Is de zaagketting correct geslepen? Gebruik slechts goed geslepen zaagkettingen, omdat stompe zaagkettingen niet alleen het terugslaggevaar verhogen, maar ook de motor belasten. B Is de handgreep schoon en droog – vrij van olie en hars? B Is de werkplaats vrij van struikelgevaren? B Draagt u de vereiste veiligheidsuitrusting? B Heeft u alle instructies gelezen en begrepen? B Zijn de netstekker en de verlengkabel in goede toestand? gebruik geen defecte leidingen Is de verlengkabel correct verlegd? Werkinstructies (zaagtechnieken)  Snij geen dun struikgewas of snijhout. De hoogsnoeier is voor deze werkzaamheden niet geschikt.  Snij grotere takken in meerdere deelstukken af, om splinteren en knikken te voorkomen.  Snij geen takken, waarvan de doorsnede de snijlengte van het toestel te boven gaat.  Plaatst u zich nooit direct onder een te zagen tak.  Let vooral op vallende takken.  Let vooral op terugslagende takken. Draag steeds een helm om zich tegen vallende takken te beschermen. Trapsgewijs snoeien  B voor horizontale, niet koplastige takken Het takstuk valt gecontroleerd zonder te omkantelen naar beneden. n Zet de eerste snede van beneden, ca. een derde van de asdoorsnede. o De tweede snede vindt op dezelfde hoogte plaats dan de eerste snede, of verder naar binnen verzet (negatief breukniveau). p Verwijder het resterend takstuk. Attentie: fout bij trapsgewijs snoeien!  Wordt de snede verzet naar buiten uitgevoerd (positief breukniveau) en oversneden, kan de hoogsnoeier worden meegesleurd. Onderhoud en reiniging Voor aanvang van iedere onderhouds- en reinigingsbeurt − Toestel uitschakelen − Stilstand van de hoogsnoeier afwachten − Stroomtoevoer onderbreken Onderhouds- en reinigingswerkzaamheden die niet in dit hoofdstuk worden genoemd, mogen uitsluitend worden uitgevoerd door de fabrikant of door hem aangewezen bedrijven. 71 De in het kader van onderhoud of reiniging verwijderde veiligheidsvoorzieningen moeten absoluut weer correct aangebracht en gecontroleerd worden. Gebruik alleen originele onderdelen. Andere onderdelen kunnen onverwachte schade en verwondingen tot gevolg hebben. Kettingwiel De belasting van het kettingwiel is bijzonder groot. Controleer de tanden van het kettingwiel regelmatig op slijtage of beschadiging. L Onderhoud Draag handschoenen om verwondingen te voorkomen. Opdat een lang en betrouwbaar gebruik van de hoogsnoeier is gewaarborgd, voer de volgende onderhoudswerkzaamheden regelmatig uit. Controleer hoogsnoeier op − losse of beschadigde zaagketting − losse bevestiging − slijtage, in het bijzonder de ketting, geleiderail en het kettingwiel. − versleten of beschadigde onderdelen − correct gemonteerde en onbeschadigde afdekkingen of veiligheidsvoorzieningen. Reiniging B B B B B Noodzakelijke reparaties of onderhoudswerkzaamheden dienen vóór gebruik van de hoogsnoeier te worden uitgevoerd. B Zaagketting en geleiderail B De zaagketting en geleiderail zijn onderhevig aan hoge slijtage. Vervang de zaagketting en geleiderail onmiddellijk, als de goede werking niet gegarandeerd is,  „Montage geleiderail en zaagketting“. Scherpen van de zaagketting U kunt alleen veilig en goed werken met een scherpe en schone zaagketting. Beschadigde of onjuist geslepen zaagkettingen verhogen het terugslaggevaar! Een zaagketting moet geslepen worden, wanneer ½ in plaats van zaagspaanders alleen nog houtstof wordt uitgeworpen ½ de hoogsnoeier gedurende het snijden door het hout moet worden gedrukt. Zaagketting en zwaard zijn aan grote slijtage blootgezet. Vervang de zaagketting en het zwaard direct, wanneer de correcte werking niet is gewaarborgd. U kunt uw zaagketting echter ook met een kettingsl-ijpapparaat KSG 220 (artikel-nr.: 302360) zelf slijpen. Geleiderail reinigen B B B Controleer en reinig regelmatig  de geleidingsgleuf (B) van het geleidingsrail en  de kettingspanboring (26) Verwijder de braam die zich heeft gevormd met een vlakke vijl en slijplinnen. Draai het geleidingsrail na iedere kettingwissel / ketting slijpen om een eenzijdige slijtage te voorkomen. L Vervang beschadigde geleidingsrails direct. aus. 72 Een versleten of beschadigd kettingwiel reduceert de levensduur van de zaagketting en dient vandaar meteen door de klantenservice te worden vervangen Reinig de hoogsnoeier zorgvuldig na ieder gebruik, opdat de foutloze werking blijft bewaard.. Reinig de behuizing met een zachte borstel of een droge doek. Water, oplosmiddelen en polijstmiddelen mogen niet worden toegepast. Let erop dat de ventilatiegleuven voor de motorkoeling vrij zijn (gevaar van oververhitting).  Demoteer de afdekking (4), het geleidingrail (1) en de ketting (2) na een lange gebruiksduur (1 – 3 uur) en reinig ze met een borstel. Reinig de zaagketting bij sterke verontreiniging met een in de handel gebruikelijke kettingschoonmaakmiddel.  Bevrij het kettingwiel (20) en de bevestiging van het geleidingsrail (C) met een borstel van alle vastklevingen.  Maak het oliestroomkanaal (25) met een schone doek of een penseel schoon. Transport Voor het transport de steker uit het stopcontact nemen. Transporteer de hoogsnoeier slechts met opgestoken kettingbescherming. Obslag  Bewaar ongebruikte toestellen op een droge, afgesloten plaats buiten de reikwijdte van kinderen op.  Houdt vóór een langer opslag rekening met het volgende, om de levensduur van de hoogsnoeier te verlengen en een soepel bedienen te waarborgen: B De machine grondig reinigen. B Verwijder de olie uit de olietank. B Tip: Sommige kettingolies neigen na langere tijd tot verkorsten. Vandaar dient het oliesysteem vóór een langere opslag met een in de handel gebruikelijke toestelreiniger te worden doorgespoeld. Vul de reiniger tot de helft (ca. 50 ml) in de lege olietank. Sluit de tank. Laat het toestel zonder gemonteerd geleidingsrail en ketting zo lang draaien, tot de gehele reiniger uit de olieopening van het toestel is vrijgekomen. B Leg de zaagketting na het reinigen kort in een oliebad en wikkel ze vervolgens in oliepapier in.  Steek de kettingbescherming op. Mogelijke Storingen Voor het verhelpen van iedere storing Toestel uitschakelen − Stilstand van de zaagketting afwachten − Stroomtoevoer onderbreken −  Na het verhelpen van iedere storing moeten alle veiligheidsvoorzieningen weer in werking gesteld en getest worden. Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Hoogsnoeier loopt na inschakelen  Kettingrem niet aan  Geen stroom  Verlengkabel beschadigdt  Netstekker, motor of schakelaar defect.. Hoogsnoeier onderbrekingen werkt met    Hoogsnoeier loopt schokkend, trilt  of zaagt niet juist    Hoogsnoeier werkt niet met volle  capaciteit  Zaagketting wordt heet geen zaagkettingsmering       extern loszittend contact intern loszittend contact In-/uitschakelaar defect Ketting stomp Ketting versleten Kettingspanning Ketting niet correct gemonteerd (tanden wijzen in de verkeerde richting) Verlengkabel te lang of te kleine doorsnede Stopcontact te ver van hoofdaansluiting vandaan geen olie in de tank Oliestroomkanaal verstopt Kettingspanning te hoog Ketting stomp geen olie in de tank Oliestroomkanaal verstopt  Kettingrem loszetten  Stroomverzorging, stopcontact, zekering controleren  Verlengkabel controleren, defecte kabel direct vervangen  Motor of schakelaar door een servicewerkplaats laten repareren of met originele onderdelen laten vervangen.  Richt u zich alstublieft aan de klantenservice.     Ketting laten naslijpen of vervangen Ketting vervangen Kettingspanning controleren en instellen Ketting opnieuw monteren  Verlengkabel met voldoende doorsnede gebruiken  Stopcontact dat nader in het werkbereik ligt, gebruiken  Olie bijvullen  Oliestroomkanaal reinigen  Kettingspanning instellen  Ketting laten naslijpen of vervangen  Olie bijvullen  Oliestroomkanaal reinigen Toestelbeschrijvin / Reserveonderdelen  Pos. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 Reserve-onderdeel – nr. 364405 364406 390074 364407 364408 364409 364410 Benaming Geleidingsrail (zwaard) Zaagketting Bevestigingsschroef Afdekking Bovenste telescoopstang Vastzetschroef Onderste telescoopstang Inschakelblokkering In-/uitschakelaar Kabeltrekontlasting Toestelleiding met steker achterste handgreep Draaggordel Snelsluiting voorste handgreep Pos. 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 Reserve-onderdeel – nr. 364411 364412 364413 364404 364414 403111 364415 391634 364416 364417 364418 400144 Benaming Schroefsleutel Kettingbescherming Sluiting olietank Veiligheidssticker Kettingwiel Kettingspanschroef Zeskantbout M 6 x 65 Schijf A 6 Moer Oliestroomkanaal boring Bus kettingspantap Set koolborstels (zonder afbeelding) Zaagkettingolie 1 l 73 Technische gegevens Type / Model Bouvwjaar Vermogen P1 Spanning Frequentie Netzekering Stationair toerental Snelheid van de zaagketting Olietankvolume max. Veiligheidsklasse Zaagketting: Geleidingsrail: Snijlengte gemeten geluidsniveau LWA gegarandeerd geluidsniveau LWA (gemeten volgens richtlijn 2000/14/EG) Geluidsdrukpegel LPA bij het werk (gemeten volgens richtlijn 2000/14/EG) Hand-arm-vibratie (volgens EN 1033/DIN 45675) Gewicht zonder snijgarnituur en met lege olietank KSH 60 zie laatste pagina 600 W 230 V~ 50 Hz 10 A träge 8500 min–1 13 m/s 110 ml ΙΙ 90JG033X (9,52 mm (3/8“) – 1.1 – 33) 080NATA A041, 203 mm (8'') 180 mm 101,5 dB (A) 103 dB (A) 82 dB (A) avhw < 3,5 m/s2 ca. 3,9 kg EG-verklaring van overeenstemming overeenkomstig de richtlijn van de raad: 2006/42/EG Hiermede verklaren wij ATIKA GmbH & Co. KG Schinkelstraße 97 – 59227 Ahlen – Germany in uitsluitende verantwoordelijkheid, dat het product Hoogsnoeier type KSH 600 Serienummer: 000001-020000 aan de bepalingen van de boven vermelde EG-richtlijnen alsook aan de bepalingen van de volgende verdere richtlijnen beantwoordt: 2004/108/EG en 2000/14/EG. De volgende geharmoniseerde normen werden toegepast: EN 60335-1:2002+A11:2004+A1:2004+A12:2006+A2:2006+A13:2008; EN 60335-1:2002+FprAF:2009; EN 62233:2008; EN ISO 11680-1:2008; EN 55014-1:2006+A1:2009; EN 55014-2:1997/+A1:2001+A2:2008; EN 61000-3-2:2006+A1:2009+A2:2009; EN 61000-3-3:2008 Conformiteit-beoordeling-procedures: 2000/14/EG - Aanhangsel V Gemeten geluidsniveau LWA 101,5 dB (A) Gegarandeerd geluidsniveau LWA 103 dB (A) EG-modelkeuring uitgevoerd door: INTERTEK DEUTSCHLAND GMBH, Stangen Strasse 1, 70771 Leinfelden-Echterdingen – ID.Nr. 0905 Certificaat nr.: 10STW0860-01 Gemachtigde voor het opmaken van technische documenten: ATIKA GmbH & Co. KG – Technisch kantoor – Schinkelstr. 97 – 59227 Ahlen – Germany Ahlen, 29.04.2010 A. Pollmeier, management Garantie Houdt u alstublieft rekening met de ingesloten garantieverklaring. 74
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86

ATIKA KSH 600 - Handleiding

Categorie
Elektrische kettingzagen
Type
Handleiding