Documenttranscriptie

nl Ex-classificatie 13 nl InPro 7100 Series Ex-classificatie II 1/2G Ex ia IIB T6/T5/T4/T3 Ga/Gb overeenkomstig testcertificaat SEV 14 ATEX 0129X 1. Inleiding Overeenkomstig bijlage I bij Richtlijn 94/9/EG (ATEX 95) is de geleidbaarheidssensor InPro® 7100 ingedeeld in apparatengroep II, categorie 1/2 G: apparaten die volgens Richtlijn 99/92/EG (ATEX 137) mogen worden gebruikt in zone 0/1, 0/2 of 1/2, en tevens met de gasgroepen IIA en IIB, waarbij mogelijk explosiegevaar heerst wegens ontvlambare stoffen in het bereik van temperatuurklasse T3 tot en met T6. De sensor moet worden geïnstalleerd en gebruikt conform de voorschriften van EN 60079-14. Het ISM®-meetcircuit maakt deel uit van een algemeen, intrinsiek veilig systeem en wordt verbonden en bediend met een afzonderlijk gecertificeerde zender. Als onderdeel van een intrinsiek veilig systeem is het ISM-meetcircuit bij de zender op een veilige manier galvanisch gescheiden van circuits die niet intrinsiek veilig zijn tot de nominale piekspanning van 375 V en van geaarde delen tot de nominale piekspanning van 30 V. 2. Nominale parameters Meet- en voedingscircuit: met beschermingstype Ex ia IIB voor intrinsieke veiligheid Maximale waarden: Ui ≤ 16 V, Ii ≤ 190 mA, Pi ≤ 200 mW De effectieve zelfinductie en interne capaciteit zijn verwaarloosbaar. De bovenstaande waarden dienen elk te worden geïnterpreteerd als de som van alle afzonderlijke circuits van de bijbehorende intrinsiek veilige voeding en evaluatie-eenheid. 3. Speciale voorwaarden 3.1 De verhouding tussen de maximaal toegestane omgevings- of mediumtemperatuur en de temperatuurklasse wordt weergegeven in de volgende tabel: Voor Ui ≤ 16 V, Ii ≤ 190 mA, Pi ≤ 200 mW Max. temperatuurklasse T6 T5 Mediumtemperatuur 51 °C 63 °C Max. temperatuurklasse T4 T3 Mediumtemperatuur 91 °C 143 °C 3.2 Neem bij de installatie het systeemdiagram en de bedradingsschema’s van de meetsystemen in acht. 3.3 In ruimten waarin explosieve atmosferen kunnen voorkomen mag de geleidbaarheidssensor InPro 7100/12/***/**** alleen worden gebruikt met geschikte procesfittingen van METTLER TOLEDO of andere fabrikanten. 3.4 Bij het ontwerp moet rekening worden gehouden met de capaciteit en de inductie van de aansluitkabel. 3.5 In ruimten waarin explosieve atmosferen kunnen voorkomen kan de geleidbaarheidssensor InPro 7100/12/***/**** worden gebruikt in combinatie met aansluitingen van het type InFit ® 76*-*** of InTrac® 7**-*** of andere geschikte aansluitingen. Indien nodig moet deze fitting worden opgenomen in de periodieke druktest van het systeem of de productie-eenheid. 3.6 De onafhankelijke procesfitting die voor de installatie van de geleidbaarheidssensor wordt gebruikt, moet elektrisch worden verbonden met het potentiaalvereffeningssysteem van het systeem of de productie-eenheid. Indien nodig moet deze fitting worden opgenomen in de periodieke druktest van het systeem of de productie-eenheid. 3.7 Om te zorgen voor veilige werkomstandigheden in ruimten waarin explosieve atmosferen kunnen voorkomen, moet de minimale geleidbaarheid van het medium altijd hoger zijn dan 1 nS/cm. InPro, InFit, InTrac en ISM zijn geregistreerde handelsmerken van Mettler-Toledo GmbH in Zwitserland, de VS, de Europese Unie en in vijf andere landen. InPro 7100 Series 30 304 328 © 02 / 16 Mettler-Toledo GmbH Printed in USA