Vetus GHS8, Generator type GHS 4/5 50 hz, GHS24, GLS25, GLS6.5 de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Vetus GHS8 de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
Vetus Diesel Generatorsets
Vetus Diesel Generator sets
Vetus Diesel Generator Sets
Vetus Diesel Générateurs
Vetus Diesel Grupos Electrógenos
Generatori Vetus Diesel
Vetus Diesel Generator Sets
Vetus Diesel Generatorsatser
Vetus Diesel Strømaggregat
Vetus Dieselgeneraattorit
GHS4
GHS6.5
GHS8
GHS14
GHS24
GLS6.5
GLS14
GLS25
Wijzigingen zonder voorafgaande aankondiging voorbehouden.
We reserve the right to make any changes without previous notice.
Änderungen ohne vorherige Ankündigung vorbehalten.
Sous réserve de modification sans avis préalable.
Nos reservamos el derecho de efectuar modificaciones sin aviso previo.
Ci riserviamo il diritto di effettuare variazioni senza preavviso.
Ændringer forbeholdes, uden videre forudgående bekendtgørelse.
Ändringar utan föregående varning förbehållna.
Med forbehold om endringer uten foregående varsel.
Oikeudet muutoksiin pidätetään ilman ennakkoilmoitusta.
3
Gelieve hier de serienummers in te vullen indien de sticker met
de serienummers ontbreekt. Dit vereenvoudigt de afwikkeling
bij vragen aan klantenservice en bij vragen over reparaties of
reserveonderdelen.
Please fill in the Serial Numbers here if the sticker with serial
numbers is missing. This will simplify procedures when consult
-
ing the Customer Services and when carrying out repairs and
ordering spare parts.
Bitte hier die Seriennummern eintragen, falls der Aufkleber mit
den Seriennummern fehlt. Dies erleichtert und vereinfacht die
Abwicklung bei
Fragen an den Kundendienst und bei Fragen zu
Reparaturen oder Ersatzteilen.
Veuillez remplir ici les numéros de série si l’autocollant sur lequel
figurent les numéros de série manque. Ceci facilitera la procé
-
dure si vous avez des questions à poser au Service après-vente
ou pour les réparations ou pièces de rechange.
Sírvase rellenar aquí los números de serie en caso de faltar el
adhesivo con los números de serie. El mismo facilita el servicio
a clientes con preguntas al departamento de atención al cliente
y en caso de preguntas sobre reparaciones o repuestos.
Inserire qui i numeri di serie se manca l’adesivo con i numeri di
serie, per semplificare la procedura in caso di domande al servi
-
zio assistenza o su eventuali riparazioni o pezzi di ricambio.
Udfyld venligst serienumrene her, ifald mærkaten med serienum
-
rene mangler. Dette letter behandlingen af spørgsmål til vores
kundeservice og i forbindelse med spørgsmål vedrørende repa
-
rationer og reservedele.
Var god fyll här i serienumren om märket med serienummer sak
-
nas. Detta förenklar avvecklingen vid frågor till kundtjänst och vid
frågor om reparationer eller reservdelar.
Fyll inn serienumrene her hvis klebemerket med serienumrene
skulle mangle. Dette vil gjøre avviklingen enklere ved spørsmål
til kundeservice og ved spørsmål om reparasjoner eller reserve
-
deler.
Jos sarjanumerotarraa ei ole, täytä tähän sarjanumerot. Tämä
yksinkertaistaa huoltopalvelulle tehtyjen kysymysten ja korjausta
tai varaosia koskevien kysymysten selvittelyä.
Serienumre
Serienummer
Serienumre
Sarjanumerot
Motornummer: Engine Number:
Motornummer: Numéro de moteur:
Número de motor: Numero del motore:
Motornummer: Motornummer:
Motornummer: Moottorin numero:
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Generatornummer: Generator Number:
Generatornummer: Numéro de générateur:
Número de generador: Numero del generatore:
Generatornummer: Generatornummer:
Generatornummer: Generaattorin numero:
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Lees en let op de informatie in deze bedieningshandleiding.
Hiermee kunt U ongevallen vermijden, uw recht op garantie
behouden en uw generatorset in een uitstekende staat van
onderhoud houden.
Raadpleeg het Vetus Diesel Service- en Garantieboek voor de
garantievoorwaarden.
Deze generatorset is uitsluitend bestemd voor de toepassing
zoals in de leveringsspecificatie is opgenomen en dient uitslui
-
tend voor dit doel te worden gebruikt. Ieder ander gebruik geldt
als in strijd met de bestemming. De fabrikant aanvaardt geen
aansprakelijkheid voor de daaruit voortvloeiende schade. Het
risico daarvoor draagt uitsluitend de gebruiker.
Bij gebruik volgens de bestemming behoort ook het opvolgen
van de door de fabriek voorgeschreven bedrijfs-, onderhouds-
en reparatievoorschriften. De generatorset mag uitsluitend door
personen bediend, onderhouden en gerepareerd worden die
hiermee vertrouwd zijn en die met de gevaren bekend zijn.
De in aanmerking komende voorschriften ter voorkoming van
ongevallen en andere algemeen geacepteerde veiligheids- en
bedrijfskundige voorschriften moeten in acht worden genomen.
Eigenmachtige wijzigingen aan de generatorset sluiten de aan
-
sprakelijkheid van de fabriek voor de daaruit voortvloeiende
schade uit.
Eveneens kunnen handelingen aan het injectie- en regelsysteem
de prestaties van de motor en de uitlaatgasemissie beïnvloeden.
Het voldoen aan de wettelijke bepalingen met betrekking tot
de bescherming van het millieu is daardoor niet meer gegaran-
deerd.
4
Serienummers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2, 3
1 Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
2 Beschrijving van de generatorset
Identificatie van de generatorset . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Generatorpanelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Bedieningspanelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
3 Gebruik
Algemene richtlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Eerste inbedrijfstelling
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Inlopen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Starten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Bedrijf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Stoppen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
4 Dagelijks onderhoud
Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Onderhoudsschema . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
5 Onderhoud
Controle toerental / Afstellen brandstofpomp . . . . . . 17
Generator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
6 Winterstilstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
7 Storing zoeken, generator . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
8 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
9 Bedrijfstoffen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
10 Hoofdafmetingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 304
5
Inhoud
1
Geachte cliënt,
Vetus generatorsets zijn ontworpen voor toepassing in de
scheepvaart. Een ruime keus aan varianten wordt aangeboden
om aan elke specifieke eis te voldoen.
Uw generatorset is afgestemd op inbouw in uw schip. Dit
betekend dat niet noodzakelijkerwijs alle in deze handleiding
genoemde onderdelen aan uw generatorset gemonteerd zijn.
Wij hebben getracht de verschillen duidelijk te maken, zodat u
de voor u generatorset relevante bedrijfs- en onderhoudstips
makkelijk kunt vinden.
Gelieve deze handleiding te lezen alvorens de generatorset in
gebruik te nemen en de gebruiks- en onderhoudsaanwijzingen
in acht te nemen.
Voor eventuele vragen staan wij tot uw beschikking.
Uw,
Vetus den Ouden n.v.
6
Inleiding
Dit symbool vindt u bij alle opmerkingen omtrent
de veiligheid. Volg deze opmerkingen zorgvuldig
op.
Geef de veiligheidsaanwijzingen door aan andere personen die
de generatorset bedienen.
Algemene regels en wetten met betrekking tot veiligheid en
ter voorkoming van ongelukken dienen ook in acht te worden
genomen.
• Raak tijdens bedrijf van de generatorset nooit bewegende
delen aan.
• Raak nooit hete delen van de motor en/of de generator aan
en plaats nooit brandbare materialen in de nabijheid van de
motor en/of de generator.
• Stop de generatorset altijd alvorens onderdelen van de motor
en/of de generator te controleren of af te stellen.
• Stop de generatorset altijd voordat U het koelwater of het
olieniveau controleert of bijvult.
• Open de dop op de expansietank
NOOIT als de motor op
bedrijfstemperatuur is.
• Voer onderhoudswerkzaamheden veilig uit door uitsluitend
passend gereedschap toe te passen.
7
Inleiding
Veiligheidsmaatregelen
1
Raadpleeg de tekeningen bij ‘Hoofdafmetingen’ voor identificatie
van de belangrijkste aansluitingen van de generatorset.
Raadpleeg de aparte handleiding van de motor voor identificatie
van de specifieke motoronderdelen.
Bij de ‘Technische gegevens’ vindt u welk motortype bij welke
generatorset is toegepast.
Tevens is een overzicht gegeven van de bij de verschillende
motoren behorende handleidingen.
8
Beschrijving van de generatorset
Identificatie van de generatorset
Generatorpanelen
2
Generatorpaneel voor
GHS4SIK, GHS6.5SIK,
GHS8SIK, GHS14SIK,
GHS24SIK, GLS6.5SIK
en GLS14SIK
Generatorpaneel voor
GHS14TIK, GHS24TIK,
GLS14TIK en GLS25TIK
1 Urenteller
2 Circuitbreaker
3 Contactdoos
4 Aansluitkast
5 Controlelamp ‘buitenwatertemperatuur’
6 Controlelamp ‘oliedruk’
7 Controlelamp ‘koelvloeistoftemperatuur’
8 Controlelamp ‘laadstroom’
9 Controlelamp ‘voorgloeien’
10 Controlelamp ‘in bedrijf’
11 ‘AAN’ druktoetsschakelaar
12 ‘Voorgloei’ druktoetsschakelaar
13 ‘START’ druktoetsschakelaar
14 ‘STOP’ druktoetsschakelaar
9
Beschrijving van de generatorset
Bedieningspanelen
2
5 6 7 8
--9
10
11
12
13
14
5 6 7 8
10
11
13
14
Bedieningspaneel voor GHS4 Bedieningspaneel voor GHS6.5, GHS8, GHS14,
GHS24, GLS6.5, GLS14 en GLS25
• Voer regelmatig alle aangegeven onderhoud uit, inclusief de
‘Dagelijks voor het starten’ procedures.
• Gebruik het gehele jaar door anti-vries of koelvloeistof in het
koelsysteem van de motor om deze zowel tegen corrosie als
tegen vorstschade te beschermen.
Raadpleeg de bij de motor behorende handleiding voor de
juiste specificatie.
• Laat de motor nooit draaien zonder thermostaat.
• Gebruik een goede kwaliteit smeerolie.
Raadpleeg de bij de motor behorende handleiding voor de
juiste specificatie.
• Gebruik een goede kwaliteit dieselbrandstof die vrij is van
water en andere verontreinigingen.
• Stop altijd onmiddellijk de motor als het laadcontrolelampje
oplicht.
• Vermijd dat de generatorset het maximale vermogen onon
-
derbroken moet leveren.
10
Gebruik
Algemene richtlijnen
3
Algemene richtlijnen voor gebruik
Het gevolg geven aan de hierna volgende aanbevelingen zal
resulteren in een langere levensduur, betere prestaties en in
meer economisch gebruik van uw generatorset.
Ingebruikname van de motor
Alvorens de motor voor de eerste keer wordt gestart dienen de
volgende handelingen te worden verricht.
• Vul de motor met olie.
Raadpleeg de bij de motor behorende handleiding voor de
hoeveelheid, specificatie en plaats van de vulopening.
• Controleer het olieniveau met de peilstok.
• Vul het koelsysteem.
Raadpleeg de bij de motor behorende handleiding voor de
hoeveelheid, specificatie en hoe het koelsysteem te vullen.
• Overtuig U ervan dat de brandstoftank met dieselolie is
gevuld.
Gebruik uitsluitend schone watervrije,in de handel verkrijg
-
bare dieselolie.
Het brandstofsysteem is zelfontluchtend.
• Controleer de accu en de aansluitingen van de accukabels.
• Start de motor van de generatorset en laat deze ca. 10 minu
-
ten onbelast draaien.
Controleer de motor en alle aansluitingen (brandstof, koelwa
-
ter en uitlaat) op dichtheid.
Controleer de door de generator geleverde spanning.
Inlopen
Om een lange levensduur van uw motor te bereiken dient gedu-
rende de eerste 50 uur aandacht aan het volgende te worden
besteed:
• Laat de motor op temperatuur komen alvorens de generator
te belasten.
• Vermijd langdurig gebruik bij volle belasting van de genera
-
tor.
Alleen bij stilstaande motor tanken. Mors geen
brandstof. Voorkom onnodige vervuiling.
11
Eerste inbedrijfstelling, Inlopen
Gebruik
3
Controleer vóór het starten de navolgende punten:
• Motoroliepeil
• Koelwaterniveau
• Buitenboordkraan (koelwater) open
• Hoofdschakelaar tussen accu en generatorset aan
• Alle energieverbruikers uitgeschakeld
Na reparatie werkzaamheden
Controleer of alle veiligheidsvoorzieningen gemonteerd zijn en
of alle gereedschappen van de motor en/of de generator verwij-
derd zijn. Bij het starten met voorgloeien geen extra starthulpen
toepassen (b.v. inspuiten met snelstart). Dit kan tot ongevallen
leiden.
Starten
De generatorset kan zowel ter plaatse van het bedieningspaneel
als ter plaatse van de generatorset worden gestart.
12
Gebruik
Starten
3
Starten, zonder voorgloeien -GHS4-
Druk de ‘ON’-toets kortstondig in; de controlelampjes ‘In bedrijf’,
‘Oliedruk’ en ‘Laadcontrole’ gaan nu branden.
Druk de ‘START’-toets in en laat deze los zodra de motor aan
-
slaat.


1
2
WAARSCHUWING
Laat de ‘START’-toets los als de motor niet binnen
10 seconden aanslaat.
Wacht tot de startmotor volledig stilstaat alvorens
nogmaals de ‘START’-toets in te drukken.
Laat de startmotor nooit langer dan 20 seconden achtereen
draaien.
Indien ook na herhaalde startpogingen de motor niet wil aan
-
slaan kan dit tot gevolg hebben dat er een grote hoeveelheid
water in het uitlaatdemper/waterlock is verzameld.
Teveel water in de uitlaatdemper kan weer starten van de
scheepsmotor belemmeren, tap indien noodzakelijk eerst het
water uit de uitlaatdemper af.
De groen LED boven de ‘ON’-toets zal aan blijven, dit om aan te
geven dat de motor loopt.
Controleer of het laadcontrolelampje uit is. Het koelwater moet
nu uit de uitlaat stromen; is dit niet het geval stop dan
onmidde-
lijk de generatorset. Na enkele minuten kunnen de verbruikers
worden ingeschakeld.
WAARSCHUWING
Draai NOOIT de hoofdschakelaar (tussen accu
en generatorset) uit, terwijl de motor draait.
13
Gebruik
Starten
3
Starten, met voorgloeien -GHS6.5, GHS8, GHS14,
GHS24, GLS6.5, GLS14 en GLS25-
Druk de ‘ON’-toets kortstondig in; de controlelampjes ‘In bedrijf’,
‘Oliedruk’ en ‘Laadcontrole’ gaan nu branden en de electrische
brandststofopvoerpomp zal in werking treden.
Bij een koude motor moet worden voorgegloeid.
Druk de ‘GLOEI’-toets in en houdt deze ca. 10 seconden inge
-
drukt.
Druk nu de ‘START’-toets in en laat deze los zodra de motor
aanslaat.



2
1 3
Tijdens het draaien van de motor mogen geen van de 4 contro-
lelampjes branden.
Beveiligingen op oliedruk, koelwatertemperatuur en buitenwater
-
toevoer schakelen bij een storing de generatorset automatisch
uit.
Het laadstroomcontrolelampje zal aangaan als de dynamo niet
meer laadt, maar de motor zal blijven draaien.
Stoppen
Schakel alle stroomverbruikers uit. laat de generatorset nog ca.
1 minuut onbelast lopen.
Druk de ‘STOP’-toets in tot het controlelampje ‘In bedrijf’ uit gaat.
Laat dan de ‘STOP’-toets weer los. De motor wordt nu gestopt.
Stoppen, bij uitval van het electrische (12 Volt)
systeem
GHS4, GHS14, GHS24, GLS6.5, GLS14 en GLS25:
Bij uitval van het electrische (12 Volt) systeem zal de motor
onmiddellijk stoppen.
GHS6.5 en GHS8:
De motor zal bij uitval van het electrische (12 Volt) systeem blij-
ven draaien.
De motor kan worden gestopt door het in drukken van de zwarte
knop op de brandstofpomp.
Indien de generatorset langere tijd niet gebruikt wordt verdient
het aanbeveling de buitenboordkraan te sluiten en de hoofd
-
schakelaar in de stand UIT te draaien.
WAARSCHUWING
Sluit ook altijd de buitenboordkraan indien tijdens
het varen de generatorset niet gebruikt wordt.
14
Gebruik
Bedrijf
Stoppen
3
Inleiding
De hierna volgende richtlijnen dienen voor dagelijks en periodiek
onderhoud. Voer elk onderhoud uit op het aangegeven tijdstip.
De aangegeven tijdsintervallen zijn voor normale gebruiks
-
omstandigheden. Pleeg frequenter onderhoud onder zware
omstandigheden.
Verwaarlozen van het onderhoud kan leiden tot storingen en
blijven schade aan motor of generator.
Op garantie kan geen aanspraak worden gemaakt indien er
sprake is van gebrekkig onderhoud.
15
Inleiding
Dagelijks onderhoud
4
Elke 10 uur of dagelijks, voor het starten
Motorolie peilen *
Controle koelvloeistofniveau *
Controle koelwaterfilter *
16
Dagelijks onderhoud
Onderhoudsschema
Elke 800 uur, tenminste 1 x per 2 jaar
Reinigen warmtewisselaar *
Buitenboordwaterpomp controleren *
Koelvloeistof vervangen *
Generator blz. 20
Na de eerste 50 uur
Kopbouten natrekken *
Aftappen van water uit het brandstoffilter *
Motorolie verversen *
Oliefilter vervangen *
V- snaar of drijfriem controleren *
Controle toerental / Afstelling brandstofpomp blz. 17
Controle klepspeling *
Elke 100 uur, tenminste 1 x per jaar
Aftappen van water uit het brandstoffilter *
Motorolie verversen *
Oliefilter vervangen *
V- snaar of drijfriem controleren *
Elke 400 uur, tenminste 1 x per jaar
Controle toerental / Afstelling brandstofpomp blz. 17
Controle klepspeling *
Brandstoffilter vervangen *
*) Raadpleeg voor het uitvoeren van deze onderhoudswerk-
zaamheden de bij de motor behorende handleiding.
Afhankelijk van het motortype zijn mogelijk niet alle genoem
-
de onderhoudswerkzaamheden voor uw generatorset van
toepassing.
4
Controle van het toerental
De frequentie van de netspanning is niet in de gehele wereld
gelijk.
De frequentie is of 50 Hz of 60 Hz. Bijvoorbeeld in Europa is de
frequentie normaal 50 Hz en in de Verenigde Staten 60 Hz.
De frequentie van de generatorset zal overeenstemmen met de
frequentie van de walspanning in uw vaargebied.
N.B. Indien u buiten u normale vaargebied uw boordnet op een
walaansluiting wilt aansluiten dient er op te worden gelet dat
zowel de spanning als de frequentie overeenstemmen.
Het toerental van de generator daalt naarmate de belasting toe
-
neemt. Stel daarom een generator als volgt af:
Alle
GHS generatorsets:
Het toerental moet voor een onbelaste generator ca. 3100 omw/
min (51,5 Hz) bedragen.
Alle GLS generatorsets:
Het toerental moet voor een
onbelaste generator ca. 1550 omw/
min (51,5 Hz) of ca. 1850 omw/min (61,5 Hz) bedragen.
Laat de motor warm draaien (tot de koelvloeistoftemperatuur
60°C of hoger is) alvorens het toerental te controleren en even
-
tueel bij te stellen.
Controleer het toerental met behulp van een toerenteller of op
de electrische installatie met behulp van een hierop aangesloten
frequentiemeter.
Instellen van het juiste toerental kan worden uitgevoerd door de
aanslagen op de brandstofpomp te verstellen.
17
Controle toerental / Afstellen brandstofpomp
Elke 400 bedrijfsuren.
Onderhoud
5
Afstellen brandstofpomp GHS4
Afstellen kan alleen intern in de brandstofpomp zelf worden
uitgevoerd.
Het verdient aanbeveling om afstellen, indien noodzakelijk, uit te
laten voeren door een Vetus Farymann service specialist.
Afstellen brandstofpomp GHS6.5, GHS8, GHS14 en
GLS6.5
Draai de beide borgmoeren los en verstel de instelschroeven tot
het juiste toerental bereikt is. Draai de borgmoeren weer vast.
Draai stelschroef A uit als het toerental verhoogt moet worden;
draai stelschroef B uit als het toerental verlaagt moet worden.
18
Onderhoud
Controle toerental / Afstellen brandstofpomp
Elke 400 bedrijfsuren.
Raadpleeg een Vetus
Farymann specialist!
5
Verzegeling
A
B
Verhogen van het
toerental
Verlagen van het
toerental
Afstellen brandstofpomp GHS24 en GLS14
Draai de beide borgmoeren los en verstel de instelschroeven tot
het juiste toerental bereikt is. Draai de borgmoeren weer vast.
Draai stelschroef A uit als het toerental verhoogt moet worden;
draai stelschroef B uit als het toerental verlaagt moet worden.
Afstellen brandstofpomp GLS25
Draai de beide borgmoeren los en verstel de instelschroeven tot
het juiste toerental bereikt is. Draai de borgmoeren weer vast.
Draai stelschroef A uit als het toerental verhoogt moet worden;
draai stelschroef B uit als het toerental verlaagt moet worden.
19
Controle toerental / Afstellen brandstofpomp
Elke 400 bedrijfsuren.
Onderhoud
5
Verzegeling
A
B
Verhogen van het
toerental
Verlagen van het
toerental
VD00161
A
B
Verhogen van het toe-
rental
Verlagen van het toe-
rental
VD00528
Algemeen
Reinigen van de generator
De generator en de Automatische Spannings Regelaar (ASR)
dienen zo schoon mogelijk te worden gehouden. Vele elec
-
trische storingen zijn het gevolg van opeenhoping van vuil.
Verwijder opgehoopt vuil en stof in de generator, blaas hiervoor
de generator door met olievrije perslucht. Zorg er voor dat er
geen stof in de wikkelingen wordt geblazen. Zowel de binnen
als de buitenzijde van de generator dienen altijd vrij te blijven
van water,olie en vuil.
Controleer of alle electrische aansluitingen correct vast zitten.
Het lager is afgedicht en levensduur gesmeerd en behoeft geen
verder onderhoud.
WAARSCHUWING
Werk nooit aan de generator terwijl deze draait.
Indien het noodzakelijk is om de uitgangsspanning
te controleren -met draaiende generator- dient dit
uitsluitend te worden uitgevoerd door personen
bekend met onder spanning staande apparatuur. De
aansluitingen voeren netspanning en staan normaal
onder spanning ten opzichte van aarde.
Alleen GHS6.5, GHS8:
Sleepringen en koolborstels
Controleer de sleepringen en de koolborstels op slijtage.
Vervang versleten koolborstels door nieuwe van de juiste afme
-
tingen en soort. Controleer of de koolbostels in het midden van
de sleepringen lopen.
20
Onderhoud
Generator
Elke 800 bedrijfsuren.
5
Klaarmaken voor de winter
Raadpleeg de aparte handleiding van de motor voor het uit
bedrijf nemen van de motor gedurende de winter.
Het is niet noodzakelijk specifieke werkzaamheden aan de gene
-
rator te verrichten bij het begin van de winterstilstand.
Klaarmaken voor de zomer
Raadpleeg de aparte handleiding van de motor voor het weer in
bedrijf nemen van de motor aan het begin van het vaarseizoen.
GHS4, GHS14, GHS24, GLS6.5, GLS14 en GLS25:
Het is niet noodzakelijk specifieke werkzaamheden aan de gene-
rator te verrichten bij het begin van het vaarseizoen.
GHS6.5 en GHS8:
Controleer de sleepringen op mogelijke corrosie, schuur ze
schoon indien noodzakelijk. Gebruik hiervoor zeer fijn ( grofte
400 - 500 ) schuurlinnen. Verdere specifieke werkzaamheden zijn
niet noodzakelijk bij het begin van het vaarseizoen.
21
Winterstilstand
Klaarmaken voor de winter
Klaarmaken voor de zomer
6
Bij het optreden van een storing dient u zich van het volgende te
overtuigen alvorens de testen uit de tabel uit te voeren:
• De circuitbreaker ‘IN’ staat.
• De generator geen mechanische schade heeft opgelopen.
• De generator niet is verontreinigd door gemorste olie, brand
-
stof, vuil of andere chemicaliën. Indien dit het geval is reinig
of herstel dit alvorens te gaan testen.
• De spanninsregelaar niet aan water blootgesteld is geweest,
indien de spanningsregelaar nat is geworden, verwijder deze
dan uit de aansluitkast en droog hem grondig alvorens weer
te monteren.
22
Storing zoeken, generator
Algemeen
7
Mogelijke oorzaak
• Verlies van remanent mag-
netisme.
• Statorwikkelingen kortgeslo
-
ten of slechte verbindingen.
• Defecte condensator.
• Rotorwikkelingen kortgeslo
-
ten of slechte verbindingen.
• Onderbroken of kortgesloten
diode.
Oplossing
• Sluit kortstondig een 12 V
accu aan op de condensa
-
torklemmen om het veld te
bekrachtigen.
• Controleer de weerstand van
de wikkelingen. Voor weer
-
standwaarde zie ‘Technische
gegevens’.
• Vervang de condensator.
• Controleer de weerstand van
de wikkelingen. Voor weer
-
standwaarde zie ‘Technische
gegevens’.
• Vervang de diode op de
rotor.
23
Storingzoektabel
GHS4
Storingzoeken, generator
1 Onbelast, geen spanning 2 Onbelast, te hoge of te lage spanning
Mogelijke oorzaak
• Onjuist motortoerental.
Oplossing
• Controleer het motortoeren-
tal en stel opnieuw af indien
noodzakelijk.
3 Onbelast, spanning oscilleert
Mogelijke oorzaak
• De motor loopt onregelmatig
ten gevolge van onvoldoen
-
de brandstof of een defecte
of een ontregelde brandstof
-
injectiepomp.
Oplossing
• Zorg voor toevoer van vol
-
doende schone en watervrije
brandstof,
of
Laat de brandstofinjectie
-
pomp door een ter zake kun-
dige specialist controleren
en zonodig opnieuw afstel
-
len of repareren.
7
Mogelijke oorzaak
• Onjuist motortoerental.
Oplossing
• Controleer het motortoeren-
tal en stel opnieuw af indien
noodzakelijk.
6 Belast, spanning oscilleert
24
Storingzoeken, generator
Storingzoektabel
GHS4
Mogelijke oorzaak
• De motor loopt onregelmatig
ten gevolge van onvoldoen
-
de brandstof of een defecte
of een ontregelde brandstof
-
injectiepomp.
• Slechte electrische verbin
-
dingen.
Oplossing
• Zorg voor toevoer van vol-
doende schone en watervrije
brandstof.
Laat de brandstofinjectie
-
pomp door een ter zake kun-
dige specialist controleren
en zonodig opnieuw afstel
-
len of repareren.
• Herstel de verbindingen.
Mogelijke oorzaak
• Overbelasting.
• Luchttoevoer- en/of luchtaf
-
voeropening is verspert.
• Warme lucht van motor en/of
generator wordt opnieuw als
koellucht aangezogen.
Oplossing
• Verlaag de belasting door
een deel van de gebruikers
uit te schakelen.
• Maak de luchttoevoer- en/of
luchtafvoeropening vrij.
• Zorg er voor dat circulatie
van warme lucht niet moge
-
lijk is.
7 Belast, generator wordt te warm
7
4 Belast, geen spanning
Mogelijke oorzaak
• Kortsluiting bij energiever
-
bruikers.
Oplossing
• Spoor de kortsluiting op en
verhelp deze.
5 Belast, te hoge of te lage spanning
1 Onbelast, geen spanning
25
Storing zoeken, generator
Storingzoektabel
GHS6.5, GHS8, GHS14, GHS24, GLS6.5, GLS14 en GLS25
Mogelijke oorzaak
• Verlies van remanent mag-
netisme.
• Statorwikkelingen kortgeslo
-
ten of slechte verbindingen.
• Spanningsregelaar (AVR)
defect.
• Rotorwikkelingen kortgeslo-
ten of slechte verbindingen.
• Defecte gelijkrichter.
Oplossing
• Sluit kortstondig een 12 V
accu aan om het veld te
bekrachtigen;
plus (+) aan ‘X’ en min (-)
aan ‘XX’ of,
plus (+) aan ‘F1’ en min (-)
aan ‘F2’.
• Controleer de weerstand van
de wikkelingen. Voor weer
-
standwaarde zie ‘Technische
gegevens’.
• Vervang de spanningsrege-
laar (AVR).
• Controleer de weerstand van
de wikkelingen. Voor weer
-
standwaarde zie ‘Technische
gegevens’.
• Vervang de gelijkrichter
(alleen GHS8).
Mogelijke oorzaak
• De motor loopt onregelmatig
ten gevolge van onvoldoen
-
de brandstof of een defecte
of een ontregelde brandstof
-
injectiepomp.
• Instelling van de stabiliteit op
de spanningsregelaar (AVR)
onjuist.
• Spanningsregelaar (AVR)
defect.
Oplossing
• Zorg voor toevoer van vol-
doende schone en watervrije
brandstof. Laat de brandstof
-
injectiepomp door een ter
zake kundige specialist con
-
troleren en zonodig opnieuw
afstellen of repareren.
• Stel de stabiliteit bij.
• Vervang de spanningsrege
-
laar (AVR).
Mogelijke oorzaak
• Onjuist motortoerental.
• Instelling van de spanning
op de spanningsregelaar
(AVR) onjuist.
• Spanningsregelaar (AVR)
defect.
Oplossing
• Controleer het motortoeren-
tal en stel opnieuw af indien
noodzakelijk.
• Stel bij tot de gewenste span
-
ning.
• Vervang de spanningsrege
-
laar (AVR).
2 Onbelast, te hoge of te lage spanning
3 Onbelast, spanning oscilleert
7
Storing zoeken, generator
26
Mogelijke oorzaak
• Kortsluiting bij energiever-
bruikers.
• Defecte gelijkrichter.
• Spanningsregelaar (AVR)
defect.
Oplossing
• Spoor de kortsluiting op en
verhelp deze.
• Vervang de gelijkrichter.
• Vervang de spanningsrege
-
laar (AVR).
Mogelijke oorzaak
• De motor loopt onregelmatig
ten gevolge van onvoldoen
-
de brandstof of een defecte
of een ontregelde brandstof
-
injectiepomp.
• Slechte electrische verbin
-
dingen.
• Instelling van de stabiliteit op
de spanningsregelaar (AVR)
onjuist.
• Spanningsregelaar (AVR)
defect.
Oplossing
• Zorg voor toevoer van vol-
doende schone en watervrije
brandstof.
Laat de brandstofinjectie
-
pomp door een ter zake kun
-
dige specialist controleren
en zonodig opnieuw afstel
-
len of repareren.
• Herstel de verbindingen.
• Stel de stabiliteit bij.
• Vervang de spanningsrege
-
laar (AVR).
4 Belast, geen spanning
5 Belast, te hoge of te lage spanning
6 Belast, spanning oscilleert
Storingzoektabel
GHS6.5, GHS8, GHS14, GHS24, GLS6.5, GLS14 en GLS25
Mogelijke oorzaak
• Onjuist motortoerental.
• Instelling van de spanning
op de spanningsregelaar
(AVR) onjuist.
Oplossing
• Controleer het motortoeren-
tal en stel opnieuw af indien
noodzakelijk.
• Stel bij tot de gewenste span
-
ning.
7
27
Mogelijke oorzaak
• Overbelasting.
• Te hoge spanning.
• Luchttoevoer- en/of luchtaf
-
voeropening is verspert.
• Warme lucht van motor en/of
generator wordt opnieuw als
koellucht aangezogen.
Oplossing
• Verlaag de belasting door
een deel van de gebruikers
uit te schakelen.
• Stel de spanningsregelaar bij
tot de gewenste spanning.
• Maak de luchttoevoer- en/of
luchtafvoeropening vrij.
• Zorg er voor dat circulatie
van warme lucht niet moge
-
lijk is.
7 Belast, generator wordt te warm
Storingzoektabel
GHS6.5, GHS8, GHS14, GHS24, GLS6.5, GLS14 en GLS25
Storing zoeken, generator
7
28
Technische gegevens
Type GHS4SI GHS6.5SI GHS8SI GHS14SI GHS14TI
Algemeen
Nominaal toerental 3000 omw/min
Geluidsniveau — 75 dB(A) 75 dB(A) 78 dB(A) 78 dB(A)
Geluidsniveau, met kast 68 dB(A) 65 dB(A) 65 dB(A) 70 dB(A) 70 dB(A)
@ 3000 omw/min
Max. temperatuur buitenwater 30°C
Max. omgevingstemperatuur 40°C
Max. hellingshoek in langsrichting 15°
Max. hellingshoek in dwarsrichting 25°
Gewicht, zonder geluidskast — 120 kg 125 kg 220 kg 200 kg
Gewicht, met geluidskast 95 kg 180 kg 185 kg 295 kg 275 kg
Motorspecificaties
Merk Vetus/Farymann Vetus/Mitsubishi
Type F1.03 M2.C5 M2.06 M3.09 M3.09
Raadpleeg de bij de motor behorende handleiding voor de volledige motorspecificatie.
Handleiding voor motortype : F1.03 : STM0061
M2.C5/M2.06/M3.09 : 340101.04 (Nederlands)
M4.17 : 340201.03 (Nederlands)
VH4.65 : STM4993 (Nederlands)
8
29
Technische gegevens
8
Type GHS24SI GHS24TI GLS6.5SI GLS14SI GLS14TI GLS25TI
Algemeen
Nominaal toerental 3000 omw/min 1500 omw/min
Geluidsniveau 78 dB(A) 78 dB(A) 73 dB(A) 73 dB(A) 73 dB(A) 73 dB(A)
Geluidsniveau, met kast 70 dB(A) 70 dB(A) 57 dB(A) 57 dB(A) 57 dB(A) 57 dB(A)
@ 3000 omw/min @ 1500 omw/min
Max. temperatuur buitenwater 30°C
Max. omgevingstemperatuur 40°C
Max. hellingshoek in langsrichting 15°
Max. hellingshoek in dwarsrichting 25°
Gewicht, zonder geluidskast 345 kg 315 kg 170 kg 315 kg 295 kg 415 kg
Gewicht, met geluidskast 436 kg 395 kg 245 kg 395 kg 375 kg 505 kg
Motorspecificaties
Merk Vetus/Mitsubishi Vetus/Hyundai
Type M4.17 M4.17 M3.09 M4.17 M4.17 VH4.65
Raadpleeg de bij de motor behorende handleiding voor de volledige motorspecificatie.
30
Technische gegevens
N.B. Alle bovenstaande gegevens zijn gebaseerd op gene-
ratorsets voor een frequentie van 50 Hz.
*) BWG430:
Borstelloze, zelfopwekkende wisselstroom generator met
condensatorregeling.
BWG830:
Zelfregelende, zelfopwekkende wisselstroom generator met
automatische spanningsregelaar (AVR).
8
Type GHS4SI GHS6.5SI GHS8SI GHS14SI GHS14TI
Generatorspecificaties
Merk Syncro Markon Markon Stamford Stamford
Type * BWG430 BWG830/ BWG830/ BCI162G BCI162E
SL105G SL105G
Vermogen, bij cos
Ï•
0,8 4 kVA 6,5 kVA 8 kVA 14 kVA 14 kVA
3,2 kW 5,2 kW 6,4 kW 11 kW 11 kW
Spanning 1 x 230 V 1 x 230 V 1 x 230 V 1 x 230 V 3 x 400 V
Stroom 14 A 22,5 A 27,5 A 46 A 3 x 15,4 A
Frequentie 50 Hz
Aantal polen 2 2 2 2 2
Overbelastingsvermogen Maximale aanloopstroom voor electromotor 1,5 x nominale generatorstroom
Cos
Ï•
Tussen 0,8 inductief en 1
Werkgebied Minimaal 4 % van het nominale toerental
Spanningsregeling +/- 5% +/- 3,5% +/- 3,5% +/- 2% +/- 2%
Isolatieklasse H
Beschermingsgraad IP22
Beschermingsgraad in geluidskast IP44
31
Technische gegevens
N.B. Alle bovenstaande gegevens zijn gebaseerd op gene-
ratorsets voor een frequentie van 50 Hz.
*) BCI162G, BCI162E, BCI182K, BWG615E, BCI184E,
BCI164D en BCI184F:
Borstelloze, zelfregelende, zelfopwekkende wisselstroom
generator met automatische spanningsregelaar (AVR).
8
Type GHS24SI GHS24TI GLS6.5SI GLS14SI GLS14TI GLS25TI
Generatorspecificaties
Merk Stamford Stamford Syncro Stamford Stamford Stamford
Type * BCI182K BCI162G BWG615E BCI184E BCI164D BCI184F
Vermogen, bij cos
Ï•
0,8 24 kVA 24 kVA 6,5 kVA 14 kVA 14 kVA 25 kVA
19,2 kW 19,2 kW 5,2 kW 11,2 kW 11,2 kW 20 kW
Spanning 1 x 230 V 3 x 400 V 1 x 230 V 1 x 230 V 3 x 400 V 3 x 400 V
Stroom 85 A 3 x 28,5 A 22,5 A 50 A 3 x 16 A 3 x 36 A
Frequentie 50 Hz
Aantal polen 2 2 4 4 4 4
Overbelastingsvermogen Maximale aanloopstroom voor electromotor 1,5 x nominale generatorstroom
Cos
Ï•
Tussen 0,8 inductief en 1
Werkgebied Minimaal 4 % van het nominale toerental
Spanningsregeling +/- 2% +/- 2% +/- 2% +/- 2% +/- 2% +/- 2%
Isolatieklasse H
Beschermingsgraad IP22
Beschermingsgraad in geluidskast IP44
Type GHS4SI GHS6.5SI GHS8SI GLS6.5SI GLS14SI
(BWG430) (BWG830) (BWG830) (BWG615E) (BCI184E)
Weerstandswaarden wikkelingen
Rotor 1,8Ω 11,9Ω 11,9Ω 1,15Ω 0,64Ω
Stator,Hoofdwikkelingpersectie 0,6Ω 0,28Ω 0,28Ω 0,45Ω 0,20Ω
Stator,Hulpwikkeling 2,8Ω 1,77Ω 1,77Ω 20Ω 20Ω
Rotor,Hulpwikkeling    0,21Ω 0,21Ω
Generatorbeveiligingen
Hoofdstroom Automatische zekering (Circuitbreaker)
16 A 20 A 25 A 20 A 50 A
Type GHS14SI GHS14TI GHS24SI GHS24TI GLS14TI GLS25TI
(BCI162G) (BCI162E) (BCI182K) (BCI162G) (BCI164D) (BCI184F)
Weerstandswaarden wikkelingen
Rotor 1,09Ω 0,89Ω 1,4Ω 1,09Ω 0,56Ω 0,74Ω
Hoofd(stator)wikkelingpersectie 0,10Ω 0,42Ω 0,095Ω 0,21Ω 0,3Ω 0,13Ω
Hulpwikkeling,stator 19Ω 18Ω 20Ω 19Ω 19Ω 22Ω
Hulpwikkeling,rotor 0,27Ω 0,26Ω 0,21Ω 0,27Ω 0,26Ω 0,23Ω
Generatorbeveiligingen
Hoofdstroom Automatische zekering (Circuitbreaker)
50 A 3 x 16 A 80 A 3 x 32 A 3 x 16 A 3 x 36 A
N.B. Alle bovenstaande gegevens zijn gebaseerd op generatorsets voor een frequentie van 50 Hz.
32
Technische gegevens
8
Bedrijfsstoffen
Onder de bedrijfsstoffen worden verstaan:
• Motorolie
• Brandstof
• Koelvloeistof
Raadpleeg de aparte handleiding van de motor voor specifica
-
ties en hoeveelheden van de bovenstaande bedrijfsstoffen.
33
Bedrijfsstoffen
9
1/312