Sony DSC-L1SBOXDI de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

DSC-L1 2-186-445-43 (1) [OpenType FONT]
2-186-445-43 (1)
Digital Still Camera
Bedienungsanleitung
Bitte lesen Sie diese Anleitung vor Inbetriebnahme der Kamera
sorgfältig durch, und bewahren Sie sie zum späteren Nachschlagen
auf.
Gebruiksaanwijzing
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door alvorens u het toestel
gaat bedienen. Bewaar de gebruiksaanwijzing zodat u deze later nog
kunt raadplegen.
© 2004 Sony Corporation
DSC-L1
DE
NL
2
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Nederlands
WAARSCHUWING
Om het gevaar van brand of
elektrische schokken te voorkomen,
mag het apparaat niet worden
blootgesteld aan regen of vocht.
Om elektrische schokken te
vermijden, mag de behuizing niet
worden geopend. Laat reparaties
uitsluitend door vakkundig
personeel uitvoeren.
Voor klanten in Nederland
Gooi de batterij niet weg maar lever deze in als
klein chemisch afval (KCA).
Informatie voor kopers in
Europa
Dit product is getest volgens de EMC-richtlijn
voor het gebruik van aansluitkabels korter
dan 3 meter en voldoet aan de hierin gestelde
voorwaarden.
Let op
Een elektromagnetisch veld van de opgegeven
frequenties kan het beeld en geluid van deze
camera beïnvloeden.
Opmerking
Als door statische elektriciteit of
elektromagnetisme de gegevensoverdracht
wordt onderbroken (of mis gaat), start u het
applicatieprogramma dan opnieuw, of maak de
USB-kabel even los en sluit deze dan weer aan.
Opmerking
In sommige landen en gebieden zijn regels voor
het weggooien van de accu die gebruikt wordt
om dit apparaat van stroom te voorzien. Vraag
advies aan de plaatselijke overheid.
3
DSC-L1 2-186-445-42(1) [OpenType FONT]
NL
Alvorens u de camera gaat gebruiken
Proefopname
Voordat u een uniek evenement gaat filmen,
is het verstandig om eerst een proefopname te
maken, dit om ervan verzekerd te zijn dat de
camera naar behoren werkt.
Geen schadevergoeding voor
mislukte opnamen
Voor mislukte opnamen door een gebrekkige
werking van uw camera of opnamemedia, enz.
kan geen schadevergoeding worden geëist.
Reservekopieën
Om gegevensverlies te voorkomen, zorgt u dat u
altijd een reservekopie op een disc maakt.
Betreffende de uitwisseling van
beeldgegevens
Deze camera voldoet aan de "Design rule for
Camera File system", de universele normen van
de JEITA (Japan Electronics and Information
Technology Industries Association).
Er worden geen garanties gegeven dat beelden,
welke met deze camera zijn opgenomen,
kunnen worden weergegeven op andere
apparatuur, of dat beelden die met andere
apparatuur zijn opgenomen of gemonteerd,
kunnen worden weergegeven op deze camera.
Auteursrechten
Televisieprogramma’s, films, videobanden
en ander materiaal kunnen beschermd zijn
met auteursrechten. Het zonder toestemming
opnemen van dergelijk materiaal, kan in strijd
zijn met de wetten op de auteursrechten.
Niet met de camera schudden of er
tegenaan stoten
Indien u de camera schudt of er tegenaan stoot,
kan dit leiden tot defecten, mislukte opnamen,
incompatibiliteit met de "Memory Stick Duo"
of aantasting, beschadiging of verlies van
beeldgegevens en geheugeninhoud.
NL
4
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
LCD-scherm, LCD-zoeker (alleen
modellen met een LCD-zoeker) en lens
Het LCD-scherm en de LCD-zoeker
zijn vervaardigd met behulp van
precisietechnologie waardoor meer dan
99,99% van de pixels operationeel is. Soms
kunnen er op het LCD-scherm en in de LCD-
zoeker echter kleine zwarte en/of heldere
puntjes (wit, rood, blauw of groen) permanent
zichtbaar zijn. Dit is normaal en heeft geen
enkele invloed op het opgenomen beeld.
Wees voorzichtig wanneer u de camera bij
een venster of buiten neerzet. Indien het LCD-
scherm, de zoeker of de lens langdurig wordt
blootgesteld aan direct zonlicht, kan dit tot
defecten leiden.
Druk niet hard op het LCD-scherm. Het
scherm kan ongelijkmatig zijn en daardoor een
storing veroorzaken.
In een koude omgeving kunnen de beelden
op het LCD-scherm nasporen vertonen. Dit is
normaal.
De elektrische zoomlens
Deze camera is uitgerust met een elektrische
zoomlens. Wees voorzichtig dat u niet tegen de
lens stoot en er geen kracht op uitoefent.
De lensafdekking
De lensafdekking van deze camera gaat
automatisch open en dicht wanneer de
camera wordt ingeschakeld, respectievelijk
uitgeschakeld. Wees voorzichtig dat uw vingers
niet bekneld raken wanneer de lensafdekking
open of dicht gaat. Probeer ook niet met geweld
de lensafdekking te openen omdat hierdoor een
storing kan ontstaan.
Maak het venster van de flitser
schoon vóór deze te gebruiken
De hitte die vrijkomt bij het afgaan van de
flitser kan eventueel vuil op het venster van de
flitser doen verbranden of vastbakken waardoor
onvoldoende licht het voorwerp bereikt.
Laat de camera niet nat worden
Bij het maken van opnamen in de regen of
soortgelijke omstandigheden, moet u erop
letten dat de camera niet nat wordt. Water
dat de camera binnendringt, kan een storing
veroorzaken die niet in alle gevallen kan worden
verholpen. Wanneer er condensvorming optreedt,
zie pagina 119 en volg de aanwijzingen voor het
verwijderen van de condens alvorens u de camera
gaat gebruiken.
Stel de camera niet bloot aan zand
of stof
Als u de camera in zanderige of stoffige plaatsen
gebruikt, kunnen storingen optreden.
Richt de camera niet naar de zon of
ander fel licht
Dit kan leiden tot onherstelbare beschadiging van
uw ogen. Of het kan een storing van de camera
veroorzaken.
Opmerkingen betreffende de
gebruikslocatie van de camera
Gebruik de camera niet in de buurt van een plaats
waar sterke radiogolven worden gegenereerd
of straling wordt uitgestoten, of op een plaats
met een sterk magnetisch veld. Het is mogelijk
dat de camera dan niet goed kan opnemen of
weergeven.
5
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Carl Zeiss-lens
Deze camera is uitgerust met een Carl Zeiss-
lens, die scherpe beelden met uitstekend
contrast reproduceert.
De lens van deze camera is geproduceerd
onder een kwaliteitborgingssysteem
dat is gecertificeerd door Carl Zeiss in
overeenstemming met de kwaliteitsnormen
van Carl Zeiss, Duitsland.
De beelden in deze
gebruiksaanwijzing
De foto’s die in deze gebruiksaanwijzing
gebruikt worden als voorbeelden, zijn
gereproduceerde beelden die niet daadwerkelijk
met deze camera zijn opgenomen.
6
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Alvorens u de camera gaat gebruiken
"Memory Stick" die compatibel
zijn met deze camera
Het IC-opnamemedium dat in deze camera
wordt gebruikt is de "Memory Stick Duo".
Er zijn twee formaten "Memory Stick".
Kies het formaat "Memory Stick" dat in
uw camera past.
"Memory Stick Duo" (formaat dat in deze
camera past)
"Memory Stick"
Voor verdere informatie over de "Memory
Stick Duo", zie pagina 121.
"Memory Stick PRO" en "Memory Stick
PRO Duo" kunnen alleen worden gebruikt in
apparaten die compatibel zijn met "Memory
Stick PRO".
Zie bladzijde 25 of 111 voor het aantal beelden
dat kan worden opgeslagen met deze camera.
Een "Memory Stick Duo" gebruiken
in een apparaat dat compatibel is
met "Memory Stick"
Zorg ervoor dat u de "Memory Stick Duo"
in de bijgeleverde Memory Stick Duo-
adapter steekt.
Memory Stick Duo-adapter
Over de "InfoLITHIUM"-accu
De accu voor het eerst gebruiken
U moet de bijgeleverde NP-FT1 accu eerst
opladen (blz. 13).
Opnieuw opladen
De accu kan worden opgeladen, zelfs als
deze nog niet geheel leeg is. Bovendien
kan de accu worden gebruikt als deze
slechts gedeeltelijk is opgeladen.
De levensduur van de accu
verlengen
Wanneer u de camera gedurende een lange
tijd niet gaat gebruiken, schakelt u de
camera uit, haalt u de accu eruit en bewaart
u deze op een koele plaats om de werking
van de accu niet te schaden (blz. 124).
Zie bladzijde 123 voor verdere informatie over
de "InfoLITHIUM"-accu.
7
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Handelsmerken
is een handelsmerk van Sony
Corporation.
"Memory Stick", , "Memory Stick PRO",
, "Memory Stick Duo",
, "Memory Stick PRO Duo",
, "MagicGate" en
zijn handelsmerken van
Sony Corporation.
"InfoLITHIUM" is een handelsmerk van Sony
Corporation.
Picture Package is een handelsmerk van Sony
Corporation.
Microsoft, Windows, Windows Media
en DirectX zijn wettig gedeponeerde
handelsmerken of handelsmerken van
Microsoft Corporation in de V.S. en/of andere
landen.
Macintosh, Mac OS, QuickTime, iMac,
iBook, PowerBook, Power Mac en eMac
zijn handelsmerken of wettig gedeponeerde
handelsmerken van Apple Computer, Inc.
Macromedia en Flash zijn wettig gedeponeerde
handelsmerken of handelsmerken van
Macromedia, Inc. in de Verenigde Staten en/of
andere landen.
Intel, MMX en Pentium zijn wettig
gedeponeerde handelsmerken of
handelsmerken van Intel Corporation.
Alle andere in deze gebruiksaanwijzing
vermelde systeem- en productnamen zijn
in het algemeen handelsmerken of wettig
gedeponeerde handelsmerken van de
betreffende ontwikkelaars of fabrikanten.
Echter, in deze gebruiksaanwijzing zijn de
aanduidingen ™ en ® in alle voorkomende
gevallen weggelaten.
8
DSC-L1 2-186-445-42(1) [OpenType FONT]
NL
Inhoud
Alvorens u de camera gaat gebruiken .......3
Alvorens u de camera gaat gebruiken .......6
Onderdelen ..............................................10
Een statief bevestigen .........................12
Voorbereidingen
Opladen van de accu ............................... 13
Gebruik van de netspanningsadapter ...... 16
Gebruik van de camera in het
buitenland .......................................16
In- en uitschakelen van de camera ..........17
Gebruik van de regelknop .......................17
De datum en tijd instellen ....................... 18
De taalinstelling wijzigen .......................20
Opnemen van stilstaande
beelden
Plaatsen en verwijderen van een "Memory
Stick Duo" ......................................21
Instellen van het beeldformaat van de
stilstaande beelden .......................... 22
Beeldformaat en -kwaliteit ......................23
Het aantal stilstaande beelden dat
opgeslagen kan worden ..................25
Basisopname van stilstaande beelden
— Met automatische regeling ........ 26
Controleren van het laatst opgenomen
beeld
— Quick Review ............................29
Indicaties op het LCD-scherm tijdens
het opnemen ...................................29
Gebruik van de zoomfunctie ...............30
Zelfontspanner gebruiken ................... 31
Een flitsmodus kiezen .........................32
De datum en tijd opnemen op een
stilstaand beeld ...............................34
Opnemen in overeenstemming met de
situatie
— Scènekeuze ................................36
Bekijken van stilstaande
beelden
Beelden bekijken op het LCD-scherm van
uw camera .......................................40
Stilstaande beelden wissen
Beelden wissen ........................................42
Formatteren van een
"Memory Stick Duo" ......................44
Voorafgaand aan
geavanceerde bedieningen
Aanwijzingen voor instelling en bediening
van uw camera ................................46
De menu-instellingen wijzigen ...........46
De onderdelen van het Setup-scherm
wijzigen ..........................................47
Kwaliteit van het stilstaand beeld
kiezen ..............................................47
Een map aanmaken of kiezen .................48
Een nieuwe map aanmaken ................48
De opnamemap veranderen ................49
Geavanceerd opnemen van
stilstaande beelden
Een automatische scherpstellingsmethode
kiezen ..............................................50
Een scherpstelbereik-zoekerkader
kiezen
AF-bereikzoeker ........................ 50
Een scherpstellingsmethode kiezen
AF-functie ..................................51
Belichting regelen
— EV-afstelling ..............................52
Een histogram afbeelden ....................53
Keuze van de lichtmeetfunctie ................55
Kleurtinten afstellen
— Witbalans ................................... 56
Het flitserniveau instellen
— Flitserniveau ..............................57
Continu opnemen ....................................57
16 Frames achter elkaar opnemen
— Multi Burst ................................58
Opnemen met speciale effecten
— Beeldeffect .................................59
9
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Geavanceerd bekijken van
stilstaande beelden
Een map kiezen en beelden weergeven ... 60
Een deel van een stilstaand beeld
vergroten ......................................... 61
Een beeld vergroten
Vergrote weergave .....................61
Weergave van opeenvolgende beelden
— Diavoorstelling ..........................62
Stilstaande beelden roteren ..................... 62
Beelden opgenomen in de Multi Burst
functie weergeven ...........................63
Continu weergeven .............................63
Frame-voor-frame weergeven ............. 64
Beelden beveiligen
— Beveiliging ................................ 64
Beeldformaat veranderen
— Formaat veranderen ...................66
Stilstaande beelden
afdrukken
Stilstaande beelden afdrukken ................67
Rechtstreeks afdrukken ...........................68
Beelden afdrukken in een winkel ............73
Bewegende beelden
Opnemen van bewegende beelden ..........75
Bewegende beelden bekijken op het LCD-
scherm ............................................76
Bewegende beelden wissen .....................77
Knippen van bewegende beelden ............ 78
Bekijken van de beelden op
uw computer
Beelden kopiëren naar uw computer
Voor gebruikers van Windows ...80
Het USB-stuurprogramma
installeren ....................................... 81
De camera aansluiten op de
computer .........................................82
Beelden kopiëren ................................83
Bekijken van de beelden op uw
computer .........................................85
Beeldbestand-geheugenlocaties en
bestandsnamen ................................86
Beeldbestanden bekijken met de camera
nadat ze naar de computer zijn
gekopieerd ......................................88
Installeren van "Picture Package" en
"ImageMixer VCD2" ...................... 88
Beelden kopiëren met
"Picture Package" ........................... 90
"Picture Package" gebruiken .............. 91
Beelden afdrukken ..............................93
Beelden kopiëren naar uw computer
Voor gebruikers van
Macintosh .......................................93
"ImageMixer VCD2" gebruiken ......... 95
Verhelpen van storingen
Verhelpen van storingen ..........................97
Waarschuwingen en meldingen ............107
Zelfdiagnosefunctie
– Indien er een code verschijnt die
met een letter begint .....................110
Aanvullende informatie
Aantal beelden dat kan worden opgeslagen
of opnameduur .............................. 111
Menuonderdelen ...................................112
SET UP-onderdelen .............................. 115
Voorzorgsmaatregelen ...........................118
"Memory Stick" ....................................121
Betreffende de "InfoLITHIUM" accu ...123
Technische gegevens .............................124
LCD-scherm ..........................................126
Index
Index .....................................................131
10
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Onderdelen
Nadere bijzonderheden over de bediening vindt u op de tussen haakjes vermelde bladzijden.
POWER
4
5
6
3
1
2
9
qa
0
qs
qd
qf
7
8
Modusschakelaar (18, 112)
: Voor het opnemen van
bewegende beelden
: Voor het opnemen van
stilstaande beelden
: Voor het bekijken of
bewerken van beelden
Sluiterknop (27)
Voor opname: Zoomknop (W/T)
(30)
Voor weergave: / knop
(weergavezoomknop) (61) /
knop (indexknop) (41)
Flitser (32)
Zelfontspannerlampje (32)/
AF-illuminator (33, 115)
Schroefgleuf (12)
POWER-toets (17)
POWER-lampje (17)
Microfoon (75)
(USB)-aansluiting (69, 82)
DC IN-bus (13, 16)
Busbeschermdop (13, 16)
Bevestigingsgleuf voor de
statiefadapter (12)
Lens
11
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
8
9
0
qs
qd
qa
1
2
3
4
5
6
7
Luidspreker
LCD-scherm
Voor informatie over de onderdelen van het
LCD-scherm, zie pagina 126 tot 129.
(Beeldformaat/Wissen)-
toets (22, 42)
(Display/LCD-achter-
grondverlichting aan/uit)-toets
(29)
MENU-toets (46, 112)
Regelknop
Menu aan: //// (17)/
Menu uit: / // (32/31/29/55)
/CHG-lampje (oranje) (14)
Batterij/"Memory Stick Duo"-
deksel
Accu-uitwerphendel (13)
RESET-toets (97)
Toegangslampje (21)
Haak voor halsriem
Vastmaken van de riem
Wij adviseren u de polsriem te bevestigen
om te voorkomen dat de camera valt.
Interne deksel van knoopbatterij
Hierachter zit een oplaadbare knoopbatterij.
Open dit deksel niet omdat hierdoor
een storing kan worden veroorzaakt.
12
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Een statief bevestigen
Door de camera op een statief te bevestigen
kunt u scherpe beelden opnemen met
weinig of geen beeldtrillingen. Wanneer u
een statief aan de camera bevestigt, moet u
eerst de statiefadapter bevestigen.
U kunt een statief niet rechtstreeks aan
de camera bevestigen.
De statiefadapter bevestigen
1 Steek het uitsteeksel van de
statiefadapter in de bevestigingsgleuf
voor de statiefadapter op de camera.
2
3
4
1
Bevestigingsgleuf voor de
statiefadapter
Schroefgleuf
Vergrendelschroef
Uitsteeksel
2 Zorg ervoor dat de vergrendelschroef
overeenkomt met de schroefgleuf op de
camera en draai de vergrendelschroef
daarna om de statiefadapter aan de
camera te bevestigen.
6
5
Vergrendelschroef
Schroefgat voor het statief
Bevestig het statief hier.
Lees de gebruiksaanwijzing van het statief dat
u wilt gebruiken voor de bevestigingsmethode
van het statief.
Gebruik een statief met een schroeflengte van
minder dan 5,5 mm. U kunt de statiefadapter
niet stevig bevestigen op statieven met langere
schroeven en als u dit toch probeert kan de
camera worden beschadigd.
• Wees voorzichtig dat de punt van de
vergrendelschroef de camera niet bekrast.
13
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Voorbereidingen
NL
Opladen van de accu
Open het batterij/"Memory
Stick Duo" deksel.
Schuif het deksel in de richting van het
pijltje.
Schakel uw camera uit wanneer u de
batterij oplaadt (blz. 17).
Uw camera werkt op een "InfoLITHIUM" NP-
FT1 accu (type T) (bijgeleverd). U kunt alleen
een type T accu gebruiken (blz. 123).
2
De zijde met het "InfoLITHIUM" logo
Batterij-uitwerphendel
Installeer de batterij en sluit
daarna het batterij/"Memory
Stick Duo" deksel.
Controleer dat de accu helemaal erin is
geplaatst en sluit daarna het deksel.
Gleuf voor de accu
Plaats de accu dusdanig,
dat de punt van de
-symbolen, op de
zijkant van de accu,
wijst naar de punt van
het -symbool op de
gleuf voor de accu.
De accu kan gemakkelijk worden geplaatst
door de accu-uitwerphendel naar de voorkant
van de camera te plaatsen met behulp van de
punt van de accu.
3
Gelijkstroomstekker
Netspanningsadapter
Busbeschermdop
Sluit de netspanningsadapter
(bijgeleverd) aan op de DC IN-
aansluiting van de camera.
Sluit de gelijkstroomstekker aan met het
teken omhoog.
Sluit de gelijkstroomstekker van de
netspanningsadapter niet kort met een metalen
voorwerp, omdat hierdoor een storing kan
ontstaan.
Maak de gelijkstroomstekker van de
netspanningsadapter schoon met een droog
wattenstaafje. Gebruik de netspanningsadapter
niet met een vuile stekker. Als u de
netspanningsadapter met een vuile stekker
gebruikt, is het mogelijk dat de accu niet goed
wordt geladen.
14
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
4
Naar een
stopcontact
Netsnoer
Sluit het netsnoer aan op de
netspanningsadapter en op
een stopcontact.
Het /CHG-lampje licht op wanneer het
opladen begint.
Het /CHG-lampje gaat uit wanneer het
opladen klaar is.
Nadat de accu is opgeladen, koppelt u de
netspanningsadapter los van zowel de DC
IN-aansluiting als van de camera en het
stopcontact.
/CHG lampje
Batterij-restladingsindicatie
De batterij-restladingsindicatie op het
LCD-scherm geeft aan hoeveel tijd er nog
beschikbaar is voor opnemen of bekijken.
Restladingsindicatie
60min
Resterende tijd
Het is mogelijk dat de aangegeven resterende
tijd niet juist is vanwege de omstandigheden of
vanwege de omgeving.
Oplaadtijd
Benodigde tijd (bij benadering) om een
volledig ontladen accu op te laden met
behulp van de netspanningsadapter bij een
temperatuur van 25°C.
Accu Oplaadtijd (min.)
NP-FT1 (bijgeleverd) Circa 150
De oplaad tijd kan langer worden afhankelijk
van de gebruiksonstandigheden en de
omgeving.
De accu verwijderen
Open het batterij/"Memory Stick Duo"-
deksel. Schuif de batterij-uitwerphendel
in de richting van het pijltje en verwijder
de accu.
Pas op dat u de accu niet laat vallen wanneer u
deze verwijdert.
15
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Voorbereidingen
NL
Aantal beelden dat kan
worden opgenomen/
weergegeven en levensduur
van de accu
De tabel geeft bij benadering het aantal
beelden en de levensduur van de accu aan
dat kan worden opgenomen/weergegeven
wanneer u beelden opneemt in de normale
functie met een volledig opgeladen accu
(bijgeleverd) bij een temperatuur van
25°C. Het aantal beelden dat kan worden
opgenomen of weergegeven maken
het mogelijk de "Memory Stick Duo"
te wisselen, indien noodzakelijk. De
werkelijke aantallen kunnen lager zijn al
naar gelang de omstandigheden.
Het batterijvermogen wordt minder naarmate
u de batterij meer gebruikt en naarmate de tijd
verstrijkt (blz. 123).
Opnemen van stilstaande
beelden
Onder gemiddelde
omstandigheden
1)
Beeld-
formaat
NP-FT1 (bijgeleverd)
Achter-
grond-
ver-
lichting
van het
LCD-
scherm
Aantal
beelden
Levensduur
van batterij
(min.)
4M Aan Circa 240 Circa 120
Uit Circa 280 Circa 140
VGA
(E-
Mail)
Aan Circa 240 Circa 120
Uit Circa 280 Circa 140
1)
Opnemen in de volgende situaties:
(P.Quality) staat op [Fine].
Als u iedere 30 seconden eenmaal opneemt
Als de zoom beurtelings tussen de uiterste
W- en T-kant omschakelt
Als de flitser iedere twee keer eenmaal afgaat
Als de stroom iedere tien keer eenmaal aan
en uit gaat
Wanneer [AF Mode] is ingesteld op [Single]
op het Setup-scherm
De meetmethode is gebaseerd op de CIPA-
norm. (CIPA: Camera & Imaging Products
Association)
Bekijken van stilstaande
beelden
2)
Beeld-
formaat
NP-FT1 (bijgeleverd)
Aantal
beelden
Levensduur van
batterij (min.)
4M Circa 5200 Circa 260
VGA (E-mail)
Circa 5200 Circa 260
2)
Weergeven van enkelvoudige beelden op
volgorde met tussenpozen van drie seconden
Opnemen van bewegende
beelden
3)
NP-FT1 (bijgeleverd)
LSD-scherm
Aan
LCD-achtergrondver-
lichting Uit
Circa 100 min. Circa 120 min.
3)
Continu bewegende beelden opnemen met
beeldformaat [160]
Het aantal beelden dat kan worden opgenomen/
weergegeven en de levensduur van de accu
worden versneld lager/korter onder de
volgende omstandigheden:
Wanneer de omgevingstemperatuur laag is
Wanneer de flitser wordt gebruikt
Wanneer de camera veelvuldig in- en
uitgeschakeld wordt
Wanneer de zoom veelvuldig wordt gebruikt
Wanneer [LCD Backlight] is ingesteld op
[Bright] op het Setup-scherm
Wanneer [AF Mode] is ingesteld op
[Monitor] op het Setup-scherm
Wanneer de batterij zwak is
16
DSC-L1 2-186-445-43(1) [OpenType FONT]
NL
Gebruik van de netspanningsadapter
1
Gelijkstroomstekker
Netspanningsadapter
Busbeschermdop
Open de busbeschermdop van
het gelijkstroomaansluitpunt
en sluit de
netspanningsadapter
(meegeleverd) aan op de DC
IN-aansluitbus van uw camera.
Sluit de gelijkstroomstekker aan, met de
aanduiding naar boven.
Sluit de netspanningsadapter aan op een
makkelijk bereikbaar muurstopcontact in de
buurt. Indien er zich tijdens het gebruik van de
adapter een of ander probleem voordoet, trek
dan de stekker onmiddellijk uit het stopcontact.
2
Naar een
stopcontact
Netsnoer
Sluit het netsnoer aan op de
netspanningsadapter en op
een stopcontact.
Gebruik de netspanningsadapter niet in een
nauwe ruimte, zoals tussen een muur en
meubels.
Nadat het opladen klaar is haalt u de
netspanningsadapter uit de DC IN-aansluitbus
van de camera en trekt u de stekker van het
netsnoer uit het stopcontact.
Het apparaat is niet losgekoppeld van de
netspanning zolang de stekker nog in het
stopcontact zit, ook niet als het apparaat zelf
uitgeschakeld is.
Gebruik van de camera
in het buitenland
Spanningsbronnen
U kunt uw camera in alle landen
en gebieden gebruiken met de
netspanningsadapter/Netsnoer (bijgeleverd)
tussen 100 V t/m 240 V wisselspanning
van 50/60 Hz. Als de stekker van de
adapter niet in het stopcontact [a] past,
moet u een in de handel verkrijgbaar
verloopstuk [b] gebruiken.
AC-LS5/LS5B
Gebruik geen elektronische transformator
(reisadapter) omdat deze een defect kan
veroorzaken.
17
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Voorbereidingen
NL
In- en uitschakelen van de camera
POWER
POWER-lampje
POWER-toets
Druk op POWER.
Het POWER-lampje (groen) gaat branden
en de camera is nu ingeschakeld. Wanneer
u de camera voor het eerst inschakelt,
verschijnt het Clock Set-scherm (blz. 18).
Uitschakelen van de camera
Druk opnieuw op POWER. Het
POWER-lampje dooft en de camera is nu
uitgeschakeld.
Laat de camera niet langdurig met
een uitgeschoven lens liggen terwijl
de accu eruit is gehaald en de
netspanningsadapter is losgekoppeld,
omdat hierdoor een storing kan worden
veroorzaakt.
Als u de camera inschakelt terwijl de
modusschakelaar in de stand of staat,
beweegt de lens. Raak het lensgedeelte niet aan
wanneer dit in werking is.
Automatische
uitschakelingsfunctie
Wanneer u de camera tijdens het opnemen
of bekijken of tijdens het uitvoeren van
Setup gedurende circa drie minuten niet
bedient, wordt de camera automatisch
uitgeschakeld om de batterij te sparen. De
automatische uitschakelingsfunctie werkt
alleen wanneer de camera op een accu
wordt bediend. In de volgende situaties zal
de camera ook niet automatisch worden
uitgeschakeld.
Wanneer u bewegende beelden bekijkt
Wanneer u een diavoorstelling weergeeft
Wanneer een USB-kabel is aangesloten
Gebruik van de
regelknop
2
1
2
1
2
1
2
1
Camera 1
AF Mode:
Digital Zoom:
Date/Time:
Red Eye Reduction:
AF Illuminator:
Auto Review:
Single
Smart
Off
Off
Auto
Off
SELECTMENU
Cancel
OK
Setup 2
File Number:
USB Connect:
Clock Set:
Om de huidige instellingen van de camera
te veranderen, roept u het menu of het
Setup-scherm (blz. 47) op en gebruikt u
de regelknop om de veranderingen aan te
brengen.
Voor instelling van een menuonderdeel
drukt u op /// op de regelknop
om het gewenste onderdeel en instelling
te kiezen, en de instelling te realiseren.
Voor instelling van een Setup-onderdeel
drukt u op /// op de regelknop om
het gewenste onderdeel en instelling te
kiezen, en drukt u vervolgens op om de
instelling te realiseren.
18
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
De datum en tijd instellen
1
Modusschakelaar
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Om de datum en tijd te veranderen
op het Setup-scherm, kiest u [Clock
Set] in
2
(Setup 2) (blz. 47 en 117),
en volgt u de procedure vanaf stap
.
U kunt deze procedure ook uitvoeren wanneer
de modusschakelaar op of staat.
2
POWER
2004
/ :/
1 1
12 00
AM
OK
Cancel
Clock Set
D/M/Y
M/D/Y
Y/M/D
POWER-toets
Druk op POWER om de
camera in te schakelen.
Het POWER-lampje (groen) gaat branden
en het Clock Set-scherm verschijnt op het
LCD-scherm.
3
2004
/ :/
1 1
12 00
AM
OK
Cancel
Clock Set
D/M/Y
M/D/Y
Y/M/D
Kies de gewenste
datumweergave met / op de
regelknop en druk daarna op
.
U hebt de keuze uit [Y/M/D] (jaar/maand/
dag), [M/D/Y] (maand/dag/jaar) en [D/M/
Y] (dag/maand/jaar).
Indien de oplaadbare knoopbatterij (blz. 119),
die de stroom levert voor het opslaan van
de tijdinformatie, ooit bijna leeg raakt, zal
opnieuw het Clock Set-scherm verschijnen.
Wanneer dit gebeurt, moet u de datum en tijd
opnieuw instellen door te beginnen bij stap
hierboven.
19
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Voorbereidingen
NL
Kies het onderdeel (jaar,
maand, dag, uur of minuut) dat
u wilt instellen met / op de
regelknop.
Het onderdeel dat u wilt instellen, wordt
aangegeven met /.
5
2005
/ :/
1 1
10 00
AM
OK
Cancel
Clock Set
D/M/Y
M/D/Y
Y/M/D
Stel de numerieke waarde
in met / op de regelknop
en druk daarna op de
om de ingestelde waarde te
bevestigen.
Nadat het cijfer is ingevoerd, gaat /
naar het volgende onderdeel. Herhaal
stap en totdat alle onderdelen zijn
ingesteld.
Indien u bij stap [D/M/Y] hebt gekozen,
wordt de tijd aangegeven volgens het 24-
urensysteem.
Middernacht wordt aangegeven met 12:00 AM,
en midden op de dag met 12:00 PM.
6
2005
/ :/
1 1
10 30
AM
OK
Cancel
Clock Set
D/M/Y
M/D/Y
Y/M/D
Kies [OK] met op de
regelknop en druk daarna op
.
De datum en tijd worden ingevoerd en de
klok begint te lopen.
Om de instelling van de datum en tijd te
annuleren, kiest u [Cancel] met /// op
de regelknop en daarna drukt u op .
20
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
De taalinstelling wijzigen
U kunt een gewenste taal kiezen voor
de schermen met menuonderdelen,
waarschuwingen en meldingen.
Om de taalinstelling te veranderen, kiest
u (Language) in
1
(Setup 1) in het
Setup-scherm (blz. 47 en 116), en kiest u
de gewenste taal.
21
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Opnemen van stilstaande beelden
NL
Plaatsen en verwijderen van een "Memory Stick Duo"
Open het batterij/"Memory
Stick Duo" deksel.
Schuif het deksel in de richting van het
pijltje.
Bij gebruik van deze camera is de
Memory Stick Duo-adapter (bijgeleverd)
niet noodzakelijk.
Voor verdere informatie over de "Memory
Stick Duo", zie blz. 121.
2
Kant met
aansluitingen
Plaats de "Memory Stick Duo".
Steek een "Memory Stick Duo" helemaal
naar binnen zoals aangegeven totdat deze
vastklikt.
Zorg ervoor dat u de "Memory Stick Duo" in
de juiste richting plaatst en deze helemaal in
de aansluiting steekt. Als de "Memory Stick
Duo" niet juist in de camera is geplaatst, kan
het onmogelijk zijn de beelden op de "Memory
Stick Duo" op te nemen of weer te geven.
Bovendien kan dit leiden tot een storing in
zowel de camera als de "Memory Stick Duo".
3
Toegangslampje
Sluit het batterij/"Memory
Stick Duo" deksel.
Verwijderen van een "Memory Stick
Duo"
Open het deksel van de batterij/"Memory
Stick Duo" en duw tegen de "Memory
Stick Duo" zodat deze eruit springt.
Wanneer het toegangslampje brandt,
neemt de camera op of leest deze
een beeld. In deze situatie mag u de
"Memory Stick Duo" nooit verwijderen
en nooit het apparaat uitschakelen. De
gegevens kunnen beschadigd worden.
22
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Instellen van het beeldformaat van de stilstaande beelden
1
Modusschakelaar
Zet de modusschakelaar op
en schakel de camera in.
2
VGA(E-Mail)
1M
3M
3:2
4M
4M
Image Size
Druk op (Beeldformaat).
Het Image Size-instelmenu wordt
afgebeeld.
Voor verdere informatie over het beeldformaat,
zie blz. 23.
3
VGA(E-Mail)
1M
3M
3:2
4M
VGA
Image Size
Kies het gewenste
beeldformaat met / op de
regelknop.
Het beeldformaat is nu ingesteld.
Nadat u klaar bent met het maken
van instellingen, drukt u op
(Beeldformaat) zodat het instelmenu Image
Size van het LCD-scherm verdwijnt.
Het hier gekozen beeldformaat blijft ook na het
uitschakelen van de camera bewaard.
23
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Opnemen van stilstaande beelden
NL
Beeldformaat en -kwaliteit
U kunt het beeldformaat (aantal
beeldpunten) en de beeldkwaliteit
(compressieverhouding) kiezen aan de
hand van het soort beelden dat u wilt
opnemen.
Het beeldformaat wordt aangegeven
door het aantal pixels (beeldpunten)
(horizontaal × verticaal), waaruit een
beeld is opgebouwd. Bijvoorbeeld, een
beeldformaat van 4M (2304×1728) geeft
aan dat er horizontaal 2304 pixels en
verticaal 1728 pixels zijn. Hoe talrijker
het aantal pixels, des te groter het
beeldformaat.
U kunt kiezen uit Fine (hoge)
beeldkwaliteit of Standard (normale)
beeldkwaliteit. Bij elk wordt een andere
mate van comprimeren gebruikt.
Als u Fine kiest, wordt de beeldkwaliteit
verhoogd bij vergroting van het
beeldformaat, echter de gegevensopslag
wordt ook vergroot wat betekent dat
u minder beelden kunt opslaan op de
"Memory Stick Duo". Raadpleeg de
tabel aan de rechterzijde en kies het
beeldformaat en de beeldkwaliteit dat
geschikt is voor het soort beelden dat u
wilt opnemen.
Korte beschrijving van het beeldformaat
Onderstaande tekening geeft een overzicht van het beeldformaat met een
maximuminstelling en een minimuminstelling aan.
2304
1728
480
640
Grootte weergave
4M
4M
2304 pixels × 1728 pixels = 3.981.312 pixels
Grootte weergave
VGA (E-Mail)
VGA
640 pixels × 480 pixels = 307.200 pixels
Voorbeelden m.b.t. beeldformaat
Beeldformaat Aanwijzingen voor gebruik
4M
1)
(2304×1728) Groter
Kleiner
Voor het opslaan van belangrijke beelden, afdrukken op
A4-formaat, of afdrukken van A5-formaat beelden met
een hoge resolutie
3:2
2)
(2304×1536)
3M (2048×1536)
1M (1280×960) Voor het afdrukken op briefkaartformaat
VGA (E-Mail)
(640×480)
Voor het opnemen van een groot aantal beelden
Voor het verbinden van beelden aan e-mailberichten, of
voor het maken van een homepage
1)
De fabrieksinstelling is [4M]. Dit is de hoogste beeldkwaliteit op deze camera.
2)
De beelden worden opgenomen in dezelfde 3:2 beeldverhouding als fotopapier, briefkaarten, enz.
24
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Voorbeelden m.b.t. beeldkwaliteit
Beeldkwaliteit
(Mate van comprimeren)
Gebruiksadvies
Fine
Minimaal
comprimeren
(ziet er beter uit)
Maximaal
comprimeren
(normaal)
Voor opnamen of afdrukken met een betere beeldkwaliteit.
Standard
Voor een groot aantal opnamen.
25
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Opnemen van stilstaande beelden
NL
Het aantal stilstaande beelden dat opgeslagen kan worden
Het aantal beelden dat op een opgeslagen kan worden "Memory
Stick Duo"
1)
Het aantal beelden dat kan worden opgeslagen in de instelling [P.Quality] [Fine]
([Standard])
2)
wordt hieronder aangegeven.
Onderstaande tabel laat bij benadering het aantal beelden zien dat kan worden opgenomen op een
"Memory Stick Duo" die in deze camera is geformatteerd.
(Eenheden: aantal beelden)
Capaciteit
Beeldformaat
16MB 32MB 64MB 128MB 256MB 512MB
4M
8
(14)
16
(30)
32
(60)
65
(121)
119
(216)
242
(440)
3:2
8
(14)
16
(30)
32
(60)
65
(121)
119
(216)
242
(440)
3M
10
(18)
20
(37)
41
(74)
82
(149)
148
(264)
302
(537)
1M
24
(46)
50
(93)
101
(187)
202
(376)
357
(649)
726
(1320)
VGA (E-Mail)
97
(243)
196
(491)
394
(985)
790
(1975)
1428
(3571)
2904
(7261)
1)
Wanneer [REC Mode] op [Normal] staat.
Voor het aantal beelden dat in andere instellingen kan worden opgeslagen, zie blz. 111.
2)
Voor verdere informatie over de instelling van de beeldkwaliteit (compressieverhouding), zie blz. 47.
Wanneer beelden die zijn opgenomen met
eerdere Sony modellen worden weergegeven
op deze camera, kan het display anders zijn
dan het werkelijke beeldformaat.
Wanneer de beelden op het LCD-scherm van
de camera worden bekeken, zijn ze allemaal
even groot.
Het aantal beelden dat kan worden
opgeslagen kan verschillen afhankelijk van de
opnamefunctie, opnameomstandigheden en
onderwerp.
Wanneer het aantal resterende beelden om op
te nemen hoger is dan 9.999, verschijnt de
">9999" indicatie op het LCD-scherm.
Het formaat van de beelden kunt u later
veranderen (Beeldformaat-instelfunctie,
blz. 66).
26
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Basisopname van stilstaande beelden — Met automatische
regeling
Op de juiste manier
vasthouden van de camera
Wees bij het opnemen van beelden met de
camera voorzichtig dat uw vingers niet de
lens, de flitser, de microfoon of het /CHG-
lampje blokkeren. (blz. 10)
1
Modusschakelaar
Zet de modusschakelaar op
en schakel de camera in.
De lensafdekking gaat open wanneer de
camera wordt ingeschakeld terwijl de
modusschakelaar in de stand of staat.
Raak het lensgedeelte niet aan terwijl de
camera in gebruik is, bijvoorbeeld wanneer
u op POWER drukt om de camera in te
schakelen of wanneer de zoomfunctie werkt
(blz. 30).
2
Houd de camera stevig
met beide handen vast en
positioneer het onderwerp
in het midden van het
scherpstelframe.
Deze camera is uitgerust met een Auto
Macro AF-functie. De minimaal benodigde
scherpstellingsafstand vanaf het lensoppervlak
is ongeveer 12 cm aan de W-kant en ongeveer
50 cm aan de T-kant.
Het frame, aangegeven op het LCD-scherm,
laat het instelbereik van de scherpstelling zien
(AF-bereikzoeker, blz. 50).
27
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Opnemen van stilstaande beelden
NL
3
96
VGA
FINE
101
F3.530
S AF
60
min
AE/AF-vergrende-
lingsindicatie
Knippert groen
Is aan
Houd de sluiterknop tot
halverwege ingedrukt.
De pieptoon klinkt, maar het beeld
is nog niet opgenomen. Wanneer de
AE/AF-vergrendelingsindicatie stopt met
knipperen en continu gaat branden, is de
camera gereed voor opname.
(Het LCD-scherm kan een fractie van een
seconde bevroren worden, afhankelijk van
het onderwerp.)
Als u de sluiterknop loslaat, wordt het
opnemen geannuleerd.
U kunt verder gaan met opnemen, zelfs als
de camera geen pieptoon laat horen, maar er
wordt dan niet goed scherpgesteld.
Wanneer op het Setup-scherm [Beep] is
ingesteld op [Off] zal geen pieptoon klinken
(blz. 116).
4
95
VGA
101
S AF
60
min
Druk de sluiterknop volledig
in.
De sluiter maakt een geluid. Het beeld
wordt vastgelegd op de "Memory Stick
Duo". Het opgenomen beeld wordt
gedurende ongeveer twee seconden
afgebeeld (Auto Review, blz. 115).
Wanneer de camera van stroom wordt voorzien
met behulp van een accu en u de camera tijdens
het opnemen of weergeven gedurende een
tijdje niet bedient, schakelt de camera zichzelf
automatisch uit om te voorkomen dat de accu
leeg raakt (blz. 17).
Modusschakelaar
Wanneer u de modusschakelaar op
zet, veranderen de functies die u kunt
gebruiken als volgt volgens (Camera)
op het menu.
Mode
Auto
Camera
Program
Automatisch opnemen van
stilstaande beelden [Auto]
De scherpstelling, belichting en witbalans
worden automatisch ingesteld voor
gemakkelijk opnemen. Bovendien wordt
de beeldkwaliteit ingesteld op [Fine]
(blz. 47), wordt het AF-bereikzoekerframe
ingesteld op [Multi AF], en wordt de
lichtmeetfunctie ingesteld op lichtmeting
met meerdere patronen [Multi] (blz. 50
en 55).
Alleen (Camera), [Mode] (REC Mode)
en (Setup) verschijnen op het menu.
28
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Automatische scherpstelling
Wanneer u probeert een onderwerp
op te nemen waarop moeilijk
scherpgesteld kan worden, gaat de
AE/AF-vergrendelingsindicatie langzaam
knipperen. Bovendien klinkt de pieptoon
van de AE-vergrendelingsfunctie niet.
Onder de volgende omstandigheden bestaat
de kans dat de automatische scherpstelling
niet werkt. In dergelijke gevallen dient
u de sluiterknop los te laten, een nieuwe
compositie van het beeld te maken en de
scherpstelling opnieuw te regelen.
Het onderwerp is te ver verwijderd van
de camera en te donker.
Er is te weinig contrast tussen het
onderwerp en de achtergrond.
Het onderwerp bevindt zich achter glas,
zoals een raam.
Een snel bewegend onderwerp.
Het onderwerp reflecteert of heeft een
glanzende afwerking, zoals een spiegel
of een lichtgevend lichaam.
Een flitsend onderwerp.
Een onderwerp met tegenlicht.
Er zijn twee automatische scherpstellings-
functies: "AF-bereikzoekerframe" waarbij
scherpstelling plaats vindt d.m.v. de positie
en de grootte van het onderwerp, en de
"Automatische scherpstelling" waarmee de
begintijd en stoptijd van de scherpstelling
ingesteld wordt. Zie blz. 50 voor verdere
informatie.
Geprogrammeerd opnemen van
stilstaande beelden [Program]
De noodzakelijke instellingen
worden automatisch gemaakt, zoals
bij het automatisch opnemen van
stilstaande beelden, maar u kunt ook de
scherpstellingen en andere instellingen
naar wens veranderen. Daarnaast kunt u
ook de gewenste opnamefuncties instellen
met behulp van menu’s (blz. 46 en 112).
(Schemerfunctie) (blz. 36)
(Schemer-portretfunctie) (blz. 36)
(Landschapsfunctie) (blz. 36)
(Zachte-opname-modus) (blz. 36)
(Sneeuwfunctie) (blz. 36)
(Strandfunctie) (blz. 37)
(Kaarslichtfunctie) (blz. 37)
De opnamemethode
omschakelen
1 Zet de modusschakelaar in de stand .
2 Druk op MENU.
3 Kies (Camera) met op de
regelknop.
4 Kies het gewenste opnamefunctie met
/ op de regelknop.
29
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Opnemen van stilstaande beelden
NL
Controleren van het laatst
opgenomen beeld Quick Review
10:30PM2005 1 1101
-
0029
8/8
101
VGA
Review
60min
RETURN
Druk op () op de
regelknop.
Om terug te keren naar de normale
opnamemodus, drukt u zachtjes op de
sluiterknop of drukt u opnieuw op ().
Het wissen van een foto die op het
LCD-scherm weergegeven wordt
1 Druk op (Wissen).
2 Kies [Delete] met op de regelknop en
druk daarna op .
Het beeld wordt gewist.
Als gevolg van de beeldverwerking kan kort
na het begin van de weergave, het beeld er
korrelig uitzien.
Indicaties op het LCD-scherm
tijdens het opnemen
Bij elke druk op , verandert de
indicatie in de hierna aangegeven volgorde.
Een uitvoerige beschrijving van de indicaties
vindt u op blz. 126.
Een uitvoerige beschrijving van de histogram
vindt u op blz. 53.
U kunt de resterende accutijd verlengen
door de LCD-achtergrondverlichting uit te
schakelen.
Tijdens het opnemen/weergeven van
bewegende beelden veranderen de
aanduidingen op het LCD-scherm als volgt:
Indicaties uit LCD-achtergrondverlichting
uit Indicaties aan
Deze instelling blijft ook na het uitschakelen
van de camera bewaard.
Histogram aan (Beeldinformatie kan ook
worden afgebeeld tijdens weergave.)
VGA
101
96
S AF
60min
Indicaties uit
S AF
LCD-achtergrondverlichting uit
Indicaties aan
VGA
101
96
S AF
60min
30
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Precizie digitale zoom
Alle beeldformaten worden vergroot
tot een maximum van 6×. Met precisie
digitale zoom kunt u een bepaald deel van
het beeld uitknippen en vergroten, maar de
beeldkwaliteit verslechtert.
Optische zoom Precizie digitale
zoom
Beeld-
formaat
Maximale
slimme-
zoomver-
grotings-
factor
Maximale
precisie-digi-
tale-zoomver-
grotingsfactor
4M —* Circa 6×
3:2 —* Circa 6×
3M Circa 3,4× Circa 6×
1M Circa 5,4× Circa 6×
VGA
(E-Mail)
Circa 10× Circa 6×
* De maximale optische zoomvergroting is 3×.
Gebruik van de zoomfunctie
W (groothoek-
opnamen)
T (tele-
opnamen)
Verschuif de zoomknop om de
gewenste zoomstand voor de
opname te kiezen.
Minimale scherpstelafstand tot het
onderwerp
Ongeveer 12 cm vanaf het lensoppervlak
aan de W-kant
Ongeveer 50 cm vanaf het lensoppervlak
aan de T-kant
Het lensgedeelte beweegt wanneer de
zoomfunctie in werking is. Raak het
lensgedeelte niet aan wanneer dit in werking is.
U kunt tijdens het opnemen van bewegende
beelden de zoomvergroting niet veranderen
(blz. 75).
Zoom
Uw camera is uitgerust met de volgende
zoomfuncties.
De vergrotingsmethode en de zoomver-
grotingsfactor verschillen afhankelijk van
het beeldformaat en de soort zoomfunctie.
Kies daarom de zoomfunctie aan de hand
van het doel van de opname.
Optische zoom
De telefoto- en groothoek-instellingen
worden met benhulp van de lens
gemaakt op dezelfde manier als bij een
conventionele camera.
De maximale optische zoomvergroting is
3×.
Digitale zoom
Deze camera is uitgerust met de volgende
twee soorten digitale zoomfuncties.
Slimme-zoomfunctie
Het beeld wordt nagenoeg zonder
vervorming vergroot. Hiermee kunt u
slimme zoom gevoelsmatig hetzelfde
gebruiken als optische zoom.
De maximale zoomvergrotingsfactor in
de slimme-zoomfunctie hangt af van het
gekozen beeldformaat, zoals afgebeeld in
de volgende tabel.
31
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Opnemen van stilstaande beelden
NL
De maximale slimme-zoom- en precisie-
digitale-zoomvergrotingsfactoren zijn inclusief
de optische zoomvergrotingsfactor.
Wanneer u de slimme-zoomfunctie gebruikt,
kan het beeld op het LCD-scherm er grof uit
zien. Dit verschijnsel heeft echter geen effect
op het opgenomen beeld.
U kunt slimme zoom niet gebruiken in de
Multi Burst-functie.
Instellen van digitale zoom
Stel [Digital Zoom] in op [Smart] of
[Precision] op het Setup-scherm (blz.
115). Bij aankoop van uw camera staat
[Digital Zoom] ingesteld op [Smart].
Wanneer u de zoomknop verschuift, wordt
de zoomvergrotingsindicator als volgt op
het LCD-scherm afgebeeld.
De W-kant van deze lijn is de optische
zoom en de T-kant is de digitale zoom
Zoom-vergrotingsindicatie
De indicator van de zoomverhouding verandert
al naar gelang het type zoom.
Optische zoom:
Slimme-zoomfunctie:
Precizie digitale zoom:
Het AF-bereikzoekerframe verschijnt niet
tijdens het gebruik van de digitale zoom.
De of indicaties knipperen en de
automatische scherpstelling werkt met
voorrang op onderwerpen dicht bij het midden
van de zoeker.
Zelfontspanner gebruiken
1
VGA
101
96
S AF
60min
Zet de modusdraaiknop in de
stand en druk op ( ) op
de regelknop.
Op het LCD-scherm verschijnt
(zelfontspanner-indicatie) vergroot
(blz. 115).
Indien het menu nog wordt weergegeven, druk
dan eerst op MENU zodat het menu verdwijnt.
U kunt deze procedure ook uitvoeren wanneer
de modusschakelaar op staat.
32
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
2
VGA
FINE
101
96
F3.530
S AF
60min
Zorg dat het onderwerp zich
midden in het frame bevindt.
Houd de sluiterknop halver-
wege ingedrukt om scherp
te stellen en druk daarna de
sluiterknop helemaal omlaag.
Het zelfontspannerlampje (blz. 10)
knippert en een pieptoon klinkt nadat u
op de sluiterknop hebt gedrukt totdat de
zelfontspanner in werking treedt (circa
10 seconden later).
Om de zelfontspanner halverwege
de procedure uit te schakelen
Druk opnieuw op ( ) op de regelknop. De
indicatie verdwijnt van het LCD-scherm.
Indien u de sluiterknop indrukt terwijl u vóór
de camera staat, is de kans aanwezig dat de
scherpstelling en de belichting niet correct
worden geregeld.
Een flitsmodus kiezen
VGA
101
96
S AF
60min
Zet de modusschakelaar op
en druk herhaaldelijk op
( ) op de regelknop om een
flitsmodus te kiezen.
Op het LCD-scherm verschijnt de gekozen
flitsmodus-indicatie vergroot (blz. 115).
Bij elke druk op ( ) verandert de
indicatie als volgt.
Geen indicatie (Automatisch): De
flitser gaat automatisch af wanneer u
beelden opneemt op donkere plaatsen. De
fabrieksinstelling is Auto.
(Altijd flitsen): De flitser gaat altijd af,
ongeacht de helderheid van de omgeving.
SL
(Langzame synchro): De flitser gaat
altijd af, ongeacht de helderheid van de
omgeving. In een donkere omgeving is
de sluitertijd lang zodat u de achtergrond
die buiten het bereik van de flitser ligt,
duidelijk kunt opnemen.
(Niet flitsen): De flitser gaat niet af.
Indien het menu nog wordt weergegeven, druk
dan eerst op MENU zodat het menu verdwijnt.
De aanbevolen opnameafstand is met gebruik
van de flitser ongeveer 0,2 m tot 2,0 m
(W)/0,5 m tot 1,5 m (T) (Wanneer [ISO] is
ingesteld op [Auto] bij de menu-instellingen).
De flitser gaat twee keer af. De eerste keer is de
voorflits, die gebruikt wordt om de hoeveelheid
flitslicht in te stellen en de tweede keer is de
eigenlijke flits, waarbij de opname plaats vindt.
De helderheid van de flitser kunt u, met
(Flash Level) bij de menu-instellingen, regelen
(blz. 57). (U kunt de helderheid van de flitser
niet instellen terwijl (Camera) is ingesteld
op [Auto] op het menu.)
Wanneer u de instelling
SL
(langzame
synchro) of (niet flitsen) gebruikt, wordt de
sluitertijd langer op donkere plaatsen, zodat het
verstandig is een statief te gebruiken.
Terwijl de flitser wordt opgeladen, knippert
het /CHG-lampje. Wanneer het opladen is
voltooid, gaat het lampje uit en is de flitsmodus
klaar voor gebruik.
De instelling van de flitsmodus blijft ook na het
uitschakelen van de camera bewaard.
33
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Opnemen van stilstaande beelden
NL
Voorkomen dat de ogen van
het onderwerp rood worden
De flitser gaat vóór het opnemen twee of
meerdere malen af om het rode-ogeneffect
te verminderen.
Stel [Red Eye Reduction] in op [On] op het
Setup-scherm (blz. 115). De -indicatie
verschijnt op het LCD-scherm.
De vermindering van het rode-ogeneffect
duurt ongeveer 1 seconde voordat het beeld
daadwerkelijk wordt opgenomen, dus moet
u de camera stevig vasthouden om trillen te
voorkomen.
Bovendien moet u het onderwerp vragen
stil te blijven staan.
Afhankelijk van individuele verschillen, de
afstand tot het onderwerp, het niet opmerken
van de voorflitser door de gefotografeerde
persoon of andere omstandigheden, zal de
functie voor vermindering van het rode-
ogeneffect niet altijd het gewenste resultaat
opleveren. Bovendien werkt de functie
voor vermindering van het rode-ogeneffect
effectiever onder felle belichting en op kortere
afstand tot het onderwerp.
Beelden opnemen met de AF-
illuminator
De AF-illuminator levert vullicht om
gemakkelijker op een onderwerp in een
donkere omgeving te kunnen scherpstellen.
De
ON
indicatie verschijnt op het LCD-
scherm en de AF-illuminator werpt
rood licht uit wanneer de sluiterknop
halverwege ingedrukt is totdat de
scherpstelling is vergrendeld.
VGA
60min
101
96
ON
FINE
F3.530
S AF
Als deze functie niet nodig is, stelt u [AF
Illuminator] in op [Off] op het Setup-
scherm (blz. 115).
Als de AF-illuminator het onderwerp niet
voldoende raakt of als het onderwerp
onvoldoende contrast heeft, kan niet worden
scherpgesteld. (Een afstand van maximaal
2,0 m (W)/1,5 m (T) wordt aanbevolen.)
De camera kan scherpstellen zolang de AF-
illuminator het onderwerp bereikt, zelfs als
het rode licht iets buiten het midden van het
onderwerp valt.
Het AF-bereikzoekerframe verschijnt niet.
De of indicaties knipperen en de
automatische scherpstelling werkt met
voorrang op onderwerpen dicht bij het midden
van de zoeker.
De AF-illuminator werkt alleen wanneer
(Camera) is ingesteld op [Auto], [Program],
(Schemer-portretfunctie), (Zachte-
opname-modus), (Sneeuwfunctie),
(Strandfunctie) of (Kaarslichtfunctie) op het
menu.
De AF-illuminator zendt zeer helder licht uit.
Ofschoon de veiligheid niet in het gedrang
kan komen, wordt het niet aangeraden om
van dichtbij rechtstreeks in het hulplicht voor
automatisch scherpstellen te kijken.
34
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
De datum en tijd opnemen
op een stilstaand beeld
1
Mode
Program
Auto
Camera
MENU
Zet de modusschakelaar op
en druk daarna op MENU.
Het menu verschijnt.
Wanneer opnamen worden gemaakt met de
datum en tijd erop geprojecteerd, kunnen
de datum en tijd later niet meer worden
verwijderd.
De datum en tijd worden niet opgenomen in de
Multi Burst-functie.
De datum en tijd verschijnen niet op het LCD-
scherm tijdens het opnemen; in plaats daarvan
verschijnt de indicatie op het LCD-
scherm. De huidige datum en tijd worden in
het rood, alleen tijdens weergave, in de rechter
benedenhoek getoond.
U kunt deze bediening tevens uitvoeren met de
modusschakelaar in de stand of .
2
Setup
t
Mode
Druk op op de regelknop om
naar te gaan en druk daarna
nogmaals op .
Het Setup-scherm verschijnt.
3
Day&Time
Date
Off
Camera 1
AF Mode:
Digital Zoom:
Date/Time:
Red Eye Reduction
:
AF Illuminator:
Auto Review:
2
1
2
1
Kies
1
(Camera 1) met op
de regelknop en druk daarna
op .
Kies [Date/Time] met / en
druk daarna op .
35
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Opnemen van stilstaande beelden
NL
4
2
1
2
1
PAGE SELECT
Camera 1
AF Mode:
Digital Zoom:
Date/Time:
Red Eye Reduction
:
AF Illuminator:
Auto Review:
Single
Smart
Day&Time
Off
Auto
Off
Kies de gewenste
datumweergave met / op de
regelknop en druk daarna op
.
Day&Time: Datum, uur en minuten worden
op het beeld geprojecteerd.
Date: Jaar, maand en dag worden op het
beeld geprojecteerd.
Off: Datum en tijd worden niet op het
beeld geprojecteerd.
Nadat de instelling klaar is, drukt u eerst
op MENU zodat het menu verdwijnt,
neemt u daarna het beeld op.
Indien u [Date] kiest, wordt de datum in de
volgorde die werd gekozen bij "De datum
en tijd instellen" (blz. 18) op het beeld
geprojecteerd.
De instelling van de datum en tijd blijft ook na
het uitschakelen van de camera bewaard.
36
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Zachte-opname-modus
Met deze modus kunt u huidskleur
opnemen met heldere en warme tinten
waardoor uw opnamen mooier worden.
Daarnaast geeft het zachtescherpstellings-
effect een vriendelijke atmosfeer aan uw
portretten van mensen, bloemen, enz.
Sneeuwfunctie
Bij het opnemen van sneeuwscènes of
andere plaatsen waar de gehele omgeving
wit lijkt, gebruikt u deze functie om fletse
kleuren te voorkomen en heldere, scherpe
beelden op te nemen.
Opnemen in overeenstemming met de situatie — Scènekeuze
U kunt opnamen met een beter resultaat
maken door een toepasselijke opnamestand
te kiezen en daarna op de sluiterknop te
drukken.
Schemerfunctie
Hiermee kunt u nachtelijke scènes
opnemen vanaf grote afstand zonder de
atmosfeer van de donkere omgeving te
verliezen.
De sluitertijd wordt langer, dus is het gebruik
van een statief aan te bevelen.
Schemer-portretfunctie
Geschikt voor het maken van
portretopnamen op donkere plaatsen.
Voor het maken van scherpe opnamen van
mensen op donkere plaatsen, zonder dat
daarbij de donkere sfeer van de omgeving
verloren gaat.
De sluitertijd wordt langer, dus is het gebruik
van een statief aan te bevelen.
Landschapsfunctie
Om alleen de achtergrond scherp te laten
uitkomen, zoals voor landschapsopnamen,
enz.
37
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Opnemen van stilstaande beelden
NL
Strandfunctie
Bij het opnemen van scènes aan zee of
langs het meer, wordt met deze functie
de blauwe kleur van het water duidelijk
opgenomen.
Kaarslichtfunctie
U kunt opnamen maken op feestjes,
kerkdiensten en andere scènes met
kaarslicht, zonder de ambiance van het
kaarslicht te verstoren.
De sluitertijd wordt langer, dus is het gebruik
van een statief aan te bevelen.
38
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
1
Mode
Program
Auto
Camera
MENU
Zet de modusschakelaar op
en druk daarna op MENU.
Het menu verschijnt.
2
Mode
Program
Auto
Camera
Kies (Camera) met op de
regelknop en kies daarna met
/ de gewenste modus.
Om terug te keren naar de normale
modus
Kies [Auto] of [Program] met / op de
regelknop.
De instelling van de scènekeuze blijft ook na
het uitschakelen van de camera bewaard.
39
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Opnemen van stilstaande beelden
NL
Opnamen met scènekeuze
Bij opnamen met de scènekeuzefunctie, is de combinatie van functies, zoals de flitsfunctie,
van te voren bepaald om optimale instellingen te verkrijgen die in overeenstemming zijn met
de scène. Zie onderstaande tabel voor de functie-instellingen van elke opnamestand.
Functie
Opneme-
stand
Flitsmodus
AF-
bereikzoeker-
frame
Witbalans Flitserniveau
Burst/
Multi Burst
SL
Auto
/
/
/
Center AF
duidt aan dat de functie naar uw wens ingesteld kan worden.
Lange sluitertijd NR
De lange sluitertijd-functie NR (lange
sluitertijd) vermindert de ruis op
de opnamen, zodat heldere beelden
verkregen worden. Bij een sluitertijd van
1/6 seconden of langer, stelt de camera
automatisch de functie "NR slow shutter"
in werking en de aanduiding "NR"
verschijnt bij van de sluitertijd.
Druk de sluiterknop
volledig in.
Capturing
Daarna wordt het scherm
zwart.
Processing
Tenslotte, nadat
"Processing" uit is
gegaan, is het beeld
opgenomen.
Beweeg de camera niet terwijl "Capturing"
wordt afgebeeld. Om de effecten van trillingen
tegen te gaan, adviseren wij u een statief te
gebruiken.
Wanneer een lange sluitertijd is ingesteld door
de camera, kan dit enige tijd vergen.
40
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Beelden bekijken op het LCD-scherm van
uw camera
VGA
10:30PM2005 1 1101
-
0008
8/9
101
60min
BACK/NEXT VOLUME
SINGLE DISPLAY
Enkelvoudig scherm
Index-scherm
De beelden die u met de camera hebt
opgenomen, kunt u bijna onmiddellijk
bekijken op het LCD-scherm. U kunt uit
de volgende twee methoden kiezen voor
het bekijken van beelden.
Enkelvoudig scherm
U kunt de beelden één voor één bekijken
waarbij elk beeld het gehele scherm vult.
Index-scherm
Op het scherm worden negen beelden
tegelijk weergegeven, met elk beeld in een
apart vakje op het LCD-scherm.
Voor verdere informatie over het bekijken van
bewegende beelden, leest u blz.
76.
Een uitvoerige beschrijving van de indicaties
vindt u op blz. 128.
Individuele beelden
bekijken
1
BACK/NEXT VOLUME
VGA
60min
10:30PM2005 1 1101
-
0008
8/9
101
Zet de modusschakelaar op
en schakel de camera in.
Het laatst opgenomen beeld in de gekozen
opnamemap (blz. 60) verschijnt op het
LCD-scherm.
Als gevolg van de beeldverwerking kan kort
na het begin van de weergave, het beeld er
korrelig uitzien.
41
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Bekijken van stilstaande beelden
NL
2
BACK/NEXT
10:30PM2005 1 1101
-
0003
VOLUME
VGA
60min
3/9
101
Kies het gewenste stilstaande
beeld met / op de
regelknop.
: Om het vorige beeld te tonen
: Om het volgende beeld te tonen
Een index-scherm bekijken
1
SINGLE DISPLAY
Verschuif (index) naar de
W-kant.
Op het LCD-scherm verschijnt nu het
index-scherm.
Om het volgende (vorige)
indexscherm weer te geven
Druk op /// op de regelknop om het
gele frame omhoog/omlaag/naar links/naar
rechts te verplaatsen.
2
SINGLE DISPLAY
Kies het gewenste stilstaande
beeld met /// op de
regelknop.
Het beeld in het gele kader is gekozen.
Om terug te keren naar het
enkelbeeld-scherm
Verschuif
(index) naar de T-kant of
druk op
op de regelknop.
42
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Beelden wissen
1
10:30PM2005 1 1101-0002
2/9
VGA
101
BACK/NEXT VOLUME
60min
Zet de modusschakelaar op
en schakel de camera in.
Druk op / op de regelknop
om het beeld te kiezen dat u
wilt wissen.
Merk op dat het niet mogelijk is gewiste
beelden te herstellen.
2
VGA
2/9
101
Delete
Exit
60min
BACK/NEXT
Druk op (Wissen).
Het beeld is nu nog niet gewist.
U kunt een beveiligd beeld niet wissen
(blz. 64).
3
VGA
2/9
101
60min
Delete
Exit
BACK/NEXT
Kies [Delete] met op de
regelknop en druk daarna op
.
De melding "Access" verschijnt en het
beeld is gewist.
Doorgaan en andere beelden wissen
Geef het beeld dat u wilt wissen weer met
/ op de regelknop. Kies vervolgens
[Delete] met en druk daarna op .
Om het wissen te annuleren
Kies [Exit] met op de regelknop en druk
daarna op .
43
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Stilstaande beelden wissen
NL
Beelden wissen in de index-modus
1
Delete
SelectExit
All In This Folder
Terwijl er een index-scherm
(blz. 41) wordt weergegeven,
drukt u op (Wissen).
Merk op dat het niet mogelijk is gewiste
beelden te herstellen.
2
Delete
SelectExit
All In This Folder
Kies [Select] met / op de
regelknop en druk daarna op
.
3
TO NEXTSELECT
Kies een te wissen beeld met
/// op de regelknop en
druk daarna op .
De (Wissen) indicatie wordt op het
gekozen beeld afgebeeld. Het beeld is nu
nog niet gewist. Herhaal deze stap voor
alle beelden die u wilt wissen.
Om een keuze te annuleren, kies de foto, druk
daarna nogmaals op de van de regelknop,
zodat de indicatie verdwijnt.
44
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
4
Delete Exit OK
Druk op (Wissen)
en kies [OK] met op de
regelknop, en druk daarna op
.
De mededeling "Access" wordt afgebeeld
en beelden met de indicator zijn gewist.
Om het wissen te annuleren
Kies [Exit] met op de regelknop en druk
daarna op .
Wissen van alle beelden in
de map
Kies [All In This Folder] met op de
regelknop in stap en druk daarna
op . Kies [OK] en druk daarna op
. Alle niet-beveiligde beelden in de
map worden gewist. Om te stoppen
met wissen, kiest u [Cancel] en drukt u
daarna op .
U kunt ook bewegende beelden wissen
(blz. 77).
Formatteren van een
"Memory Stick Duo"
1
Kant met
aansluitingen
Plaats de "Memory Stick Duo"
die u wilt formatteren in de
camera.
De term "formatteren" betekent het
voorbereiden van een "Memory Stick Duo" op
het opnemen van beelden. Dit proces wordt
ook "initialiseren" genoemd.
De "Memory Stick Duo" die met uw camera
geleverd werd en de in de handel verkrijgbare
"Memory Stick Duo" zijn al geformatteerd en
kunnen gelijk gebruikt worden.
Merk op dat door de "Memory Stick
Duo" te formatteren alle data in de
"Memory Stick Duo" gewist zullen
worden, zelfs als de beelden beveiligd
zijn, en niet kunnen worden hersteld.
45
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Stilstaande beelden wissen
NL
2
Mode
Setup
t
MENU
Schakel de camera in en druk
daarna op MENU.
Druk op op de regelknop om
naar te gaan en druk daarna
nogmaals op .
Het Setup-scherm verschijnt.
Deze procedure is beschikbaar ongeacht de
stand van de modusschakelaar.
3
2
1
2
1
Memory Stick Tool
Format:
Create REC. Folder:
Change REC. Folder:
OK
Cancel
Kiest u (Memory Stick Tool)
met / op de regelknop.
Kies [Format] met en druk
daarna op .
Kies [OK] met en druk
daarna op .
Annuleren van het formatteren
Kies [Cancel] met op de regelknop en
druk daarna op .
4
Format
All data will be erased
60min
Ready?
OK
Cancel
Kies [OK] met op de
regelknop en druk daarna op
.
De melding "Formatting" verschijnt.
Wanneer deze melding verdwijnt is het
formatteren klaar.
46
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Aanwijzingen
voor instelling en
bediening van uw
camera
Het gebruik van de menu’s en de
onderdelen van het Setup-scherm worden
hieronder beschreven.
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
De menu-instellingen
wijzigen
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
WB ISO
Auto
Camera
Program
P
De afgebeelde onderdelen verschillen
afhankelijk van de stand van de
modusschakelaar.
Druk op / op de regelknop
om het onderdeel te kiezen dat
u wilt instellen.
WB
ISO
100
200
400
Auto
ISO
Wanneer de modusschakelaar in de stand
staat, drukt u op op de regelknop nadat u het
onderdeel hebt gekozen.
Druk op / op de regelknop
om de gewenste instelling te
kiezen.
De gekozen instelling wordt vergroot
en de instelling wordt ingevoerd.
Wanneer de /// aanduiding
boven bij een onderdeel worden
afgebeeld
Sommige onderdelen worden niet op het
scherm getoond. Druk op /// op de
regelknop om deze onderdelen zichtbaar
te maken.
Om de menuweergave uit te
schakelen
Druk op MENU.
Grijs afgebeelde instellingen kunnen niet
worden gekozen.
Voor een gedetailleerde beschrijving van de
menu-onderdelen leest u blz. 112.
47
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Voorafgaand aan geavanceerde bedieningen
NL
De onderdelen van het
Setup-scherm wijzigen
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Druk op op de regelknop om
verder te gaan naar en druk
daarna nogmaals op .
Het Setup-scherm verschijnt.
Setup t
Druk op /// op de
regelknop om het onderdeel te
kiezen dat u wilt instellen.
De omframing van het gekozen
onderdeel verandert in geel.
Cancel
OK
Setup 2
File Number:
USB Connect:
Clock Set:
2
1
2
1
Druk op op de regelknop
om de instelling in te voeren.
Het Setup-scherm verlaten
Druk opnieuw op MENU.
Terugkeren naar het menu
vanaf het Setup-scherm
Druk op op de regelknop om terug te
keren naar de positie ingesloten door het
kader in stap en druk daarna nogmaals
op .
Voor een gedetailleerde beschrijving van de
Setup-onderdelen leest u blz. 115.
Kwaliteit van het
stilstaand beeld
kiezen
U kunt de kwaliteit van het stilstaand beeld
kiezen uit [Fine] (hoge) of [Standard].
Alvorens over te gaan tot
bediening
Stel bij het opnemen van stilstaande
beelden (Camera) op het menu in op
een andere instelling dan [Auto] (blz. 46
en 112).
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
48
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (P.Quality) met /
en kies daarna met / de
gewenste beeldkwaliteit.
WB
ISO
FINE
Standard
P.Quality
Fine
Een map aanmaken
of kiezen
Uw camera kan meerdere mappen
aanmaken in een "Memory Stick Duo".
U kunt vóór het opnemen de map kiezen
waarin de opgenomen beelden zullen
worden opgeslagen.
Wanneer u niet een nieuwe map aanmaakt,
wordt de map "101MSDCF" gekozen als
de opnamemap.
U kunt mappen aanmaken tot en met
"999MSDCF".
Alvorens over te gaan tot
bediening
Stel het menu in op het Setup-scherm
(blz. 47 en 115).
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Maximaal 4.000 beelden kunnen in een map
worden opgeslagen. Wanneer de capaciteit van
de map is opgebruikt, wordt automatisch een
nieuwe map aangemaakt.
Een nieuwe map aanmaken
Kies (Memory Stick Tool)
met /, [Create REC. Folder]
met // en [OK] met /, en
druk daarna op .
Het map-aanmaakscherm verschijnt.
Create REC. Folder
Creating REC. folder 102MSDCF
Ready?
OK
Cancel
60
min
Kies [OK] met en druk
daarna op .
Een nieuwe map wordt aangemaakt
met een nummer volgend op het
hoogste nummer in de "Memory
Stick Duo" en deze map wordt de
opnamemap.
Het aanmaken van een map
annuleren
Kies [Cancel] bij stap of .
Nadat u een nieuwe map hebt aangemaakt,
kunt u de nieuwe map niet wissen met de
camera.
De beelden worden opgeslagen in de nieuw
aangemaakte map totdat een andere map wordt
aangemaakt of gekozen.
49
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Voorafgaand aan geavanceerde bedieningen
NL
De opnamemap veranderen
Kies (Memory Stick Tool)
met /, [Change REC. Folder]
met / en [OK] met /, en
druk daarna op .
Het opnamemap-keuzescherm
verschijnt.
BACK/NEXT
Select REC. Folder
Cancel
OK
Folder Name:
102 2/2
Created:
No. Of Files:
2005
102MSDCF
0
1 1 1::05:34AM
Kies de gewenste map met
/, en [OK] met , en druk
daarna op .
Het veranderen van de
opnamemap annuleren
Kies [Cancel] bij stap of .
U kunt de map "100MSDCF" niet kiezen als de
opnamemap (blz. 86).
Het beeld wordt opgeslagen in de nieuw
gekozen map. U kunt de beelden niet
verplaatsen naar een andere map met deze
camera.
50
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Een automatische
scherpstellings-
methode kiezen
U kunt het AF-frame van de bereikzoeker
en de AF-functie instellen.
AF-bereikzoekerframe
Hiermee kunt u de plaats, waarop scherp
gesteld moet worden, in overeenstemming
met de positie en grootte van het
onderwerp kiezen.
AF-functie
Hiermee kunt u de begintijd en stoptijd van
de scherpstelling instellen.
Alvorens over te gaan tot
bediening
Stel bij het opnemen van stilstaande beelden
(Camera) op het menu in op een andere
instelling dan [Auto] (blz. 46 en 112).
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Een scherpstelbereik-
zoekerkader kiezen
— AF-bereikzoeker
Multipoint AF ( )
De camera berekent in vijf gebieden,
links, rechts, boven, onder en in het
midden van het beeld, de afstand, zodat u,
zonder zorgen over de beeldcompositie,
de automatische scherpstelling kunt
gebruiken. Deze functie is handig wanner
het lastig is om scherp te stellen op een
onderwerp, dat zich niet in het midden
van de zoeker bevindt. U kunt de positie
controleren waarop werd scherpgesteld
met behulp van het groene frame.
De fabrieksinstelling is Multipoint AF.
Midden-AF ( )
Deze functie is handig voor het scherp-
stellen op een onderwerp dat zich bij het
midden van de zoeker bevindt. Gebruik
tezamen met de AF-vergrendelfunctie om
de gewenste beeldcompositie te kunnen
opnemen.
Zet de modusschakelaar in de
stand of .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (Focus) met / en
kies daarna het gewenste AF-
bereik met /.
VGA
FINE
98
101
S AF
60min
P
AF-
bereikzoeker-
frame
De scherpstelling wordt automatisch
geregeld. De kleur van het AF-
bereikzoekerkader verandert van wit
naar groen.
Wanneer u een film opneemt en Multipoint
AF kiest, wordt de afstand tot het midden
van het scherm bepaald als een gemiddelde,
zodat de automatische scherpstelling zelfs bij
een bepaalde mate van trillingen nog werkt.
AF-bereikzoekerframe is . Midden-AF
stelt automatisch scherp op alleen één gekozen
frame, dus dit is handig als u alleen wilt
scherpstellen op het onderwerp waarop u richt.
Als u de digitale zoom of de AF-illuminator
gebruikt, wordt met voorrang scherpgesteld op
onderwerpen dicht bij of in het midden van het
frame. In dit geval knippert of en wordt
het AF-bereikzoekerframe niet afgebeeld.
Sommige instellingen kunnen niet worden
gekozen afhankelijk van de Scènekeuzefunctie
(blz. 39).
51
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden
NL
Een scherpstellingsmethode
kiezen — AF-functie
Enkelvoudige-AF (
S AF
)
Deze functie is handig bij het opnemen
van stilstaande onderwerpen. Er wordt niet
scherpgesteld voordat de sluiterknop tot
halverwege ingedrukt wordt gehouden.
Wanneer de sluiterknop tot halverwege
ingedrukt wordt gehouden en de AF-
vergrendeling voltooid is, wordt de
scherpstelling vergrendeld.
De fabrieksinstelling is enkelvoudige-AF.
AF-bewaking (
M A F
)
De camera stelt automatisch scherp
voordat de sluiterknop tot halverwege
wordt ingedrukt en vastgehouden, zodat
u beelden kunt samenstellen die al zijn
scherpgesteld. Wanneer de sluiterknop tot
halverwege ingedrukt wordt gehouden en
de AF-vergrendeling voltooid is, wordt de
scherpstelling vergrendeld.
Het acculadingverbruik kan hoger zijn dan in
de enkelvoudige-AF-functie.
Alvorens over te gaan tot
bediening
Stel het menu in op het Setup-scherm
(blz. 47 en 115).
Kies
1
(Camera 1) met en
kies vervolgens [AF Mode]
met /.
Kies de gewenste functie met
// en druk daarna op .
52
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Opnametechnieken
Als u opneemt met het onderwerp aan de rand
van het frame, of als u Midden-AF gebruikt,
kan de camera scherpstellen op het midden in
plaats van op het onderwerp aan de rand van
het frame. In dergelijke gevallen gebruikt u
AF-vergrendeling om op het onderwerp scherp
te stellen, stelt u het beeld opnieuw samen en
neemt u het op.
Stel het beeld zodanig samen dat het onderwerp
zich binnen de AF-bereikzoeker bevindt en druk
de sluiterknop tot halverwege in.
Wanneer de indicatie van de AE/AF-
vergrendeling stopt met knipperen en aan blijft,
keert u terug naar het volledig samengestelde
beeld en drukt u de sluiterknop helemaal in.
F 3 .5 30
VGA
FINE
98
101
S AF
60min
P
VGA
FINE
97
101
S AF
P
F 3 .5 30
60min
AF-bereikzoekerframe
AE/AF-vergrendeling-
indicatie
Wanneer u AF-vergrendeling gebruikt kunt
u een onderwerp scherpgesteld opnemen,
zelfs al het aan de rand van het beeldkader
ligt.
U kunt het beeld met AF-vergrendeling
samenstellen voordat u de sluiterknop
volledig indrukt.
Belichting regelen
— EV-afstelling
U kunt handmatig de door de camera
gekozen belichting bijstellen. Gebruik
deze functie als het onmogelijk is om de
juiste belichting te verkrijgen, bijvoorbeeld
als het contrast (verschil tussen licht en
donker) tussen onderwerp en achtergrond
extreem groot is.
De compensatiewaarde kan in stappen van
1/3EV ingesteld worden tussen +2.0EV en
−2.0EV.
Stel bij
richting –
Stel bij
richting +
53
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden
NL
Alvorens over te gaan tot
bediening
Voor het opnemen van stilstaande beelden,
stelt u (Camera) op het menu in op een
andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en
112).
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand of .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies
(EV) met .
De waarde van de aangepaste
belichting wordt afgebeeld.
0EV
WB ISO
0 EV
EV
Kies de gewenste
belichtingswaarde met /.
Regel de belichting terwijl u de
helderheid van de achtergrond
controleert.
Om de automatische belichting
opnieuw te activeren
Kies bij stap [0EV].
Wanneer een onderwerp wordt opgenomen
onder bijzonder heldere of donkere
omstandigheden, of wanneer u de flitser
gebruikt, kan de belichting niet goed worden
ingesteld.
Een histogram afbeelden
Een histogram is een grafiek die de
helderheid van een beeld weergeeft. Op de
horizontale as staat de helderheid en op de
verticale as staat het aantal beeldpunten.
De afgebeelde grafiek geeft een donker
beeld aan wanneer deze links hoger is en
geeft een helder beeld aan wanneer deze
rechts hoger is.
U kunt een histogram gebruiken om de
belichting te controleren als het scherm
moeilijk zichtbaar is tijdens opname en
weergave.
80
VGA
4
FINE
101
0EV
Aantal pixels
Helderheid
Donker
Helder
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op om het histogram
af te beelden.
Stel de belichting in aan de
hand van het histogram.
54
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Het histogram verschijnt ook wanneer de
(Camera) op het menu is ingesteld op [Auto],
maar u kunt de belichting niet instellen.
Het histogram wordt ook afgebeeld wanneer u
op drukt terwijl u een enkelvoudig beeld
weergeeft (blz. 40) of tijdens Quick Review
(blz. 29).
Het histogram wordt niet afgebeeld in de
volgende gevallen:
Wanneer het menu wordt afgebeeld
Tijdens het gebruik van weergavezoom
Bij opname en weergave van bewegende
beelden
verschijnt en het histogram wordt in de
volgende gevallen niet getoond:
Bij opname met digitale zoom
Wanneer het beeldformaat [3:2] is
Bij weergave van beelden die met Multi-
Burst zijn opgenomen
Wanneer u een stilstaand beeld roteert
Het histogram vóór het opnemen geeft het
histogram weer van het beeld dat op dat
moment op het LCD-scherm werd afgebeeld.
Een verschil treedt op in het histogram voor
en nadat u op de sluiterknop drukt. Nadat
u een beeld hebt opgenomen, controleert u
het histogram terwijl een enkel beeld wordt
weergegeven of tijdens Quick Review.
Met name in de volgende gevallen kan een
groot verschil optreden:
Wanneer de flitser afgaat
Wanneer de sluitertijd lang of kort is
Het histogram wordt misschien niet afgebeeld
voor beelden opgenomen op andere camera’s.
Opnametechnieken
Bij het maken van opnamen stelt de
camera automatisch de belichting in.
Bij opname van een overheersend wit
onderwerp, bijvoorbeeld een onderwerp
met tegenlicht of een sneeuwscène, kan de
camera vaststellen dat het onderwerp licht
is en stelt dan ook een geringere belichting
voor het beeld in. In zulke gevallen, kan
het helpen om de belichting bij te stellen in
de + (plus) richting.
Bijstellen in de + richting
Bij opname van een beeldvullend donker
onderwerp, kan de camera vaststellen dat
het onderwerp donker is en stelt dan ook
meer belichting voor het beeld in. In zulke
gevallen, kan het helpen om de belichting
bij te stellen in de – (min) richting.
Bijstellen in de – richting
Raadpleeg het histogram en stel dusdanig
bij zodat het beeld niet overbelicht (te
licht) of onderbelicht (te donker) is.
Maak verscheidene foto’s met
verschillende belichtingen om de
helderheid naar uw zin te ontdekken.
55
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden
NL
Keuze van de
lichtmeetfunctie
Met de lichtmeetfunctie kunt u kiezen
welk gedeelte van het onderwerp gebruikt
moet worden om door meting de belichting
vast te stellen.
Lichtmeting met meerdere
patronen (geen indicatie)
Het beeld wordt opgesplitst in meerdere
velden en voor elk veld afzonderlijk wordt
er een lichtmeting verricht. De camera
beoordeelt de positie van het onderwerp en
de helderheid van de achtergrond, en zorgt
op basis daarvan voor een evenwichtige
belichting.
De fabrieksinstelling is lichtmeting met
meerdere patronen.
Spot lichtmeting ( )
Slechts een klein gedeelte van het
onderwerp wordt gebruikt voor de meting.
Hiermee kunt u opnamen maken van
onderwerpen die niet te donker zijn, zelfs
bij tegenlicht, of de belichting bijstellen
van een onderwerp waarvan het contrast
met de achtergrond groot is.
Alvorens over te gaan tot
bediening
Voor het opnemen van stilstaande beelden,
stelt u (Camera) op het menu in op een
andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en
112).
Modusschakelaar
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand of .
Druk op ( ) om de spot
lichtmeting in te schakelen.
Het dradenkruis van de spot lichtmeting
vershijnt.
VGA
F3.5250
FINE
S AF
101
P
60min
98
Dradenkruis
van de spot
lichtmeting
Spot lichtmeting annuleren
Druk nogmaals op ( ) om de
spot lichtmeting uit te schakelen. Het
dradenkruis van de spot lichtmeting
verdwijnt en de camera keert terug naar de
multi-patroon lichtmeting.
Als u, bij gebruik van puntmeting, wilt
scherpstellen op het lichtmeetpunt, wordt
de instelling (Focus) op [Center AF]
aangeraden (blz. 50).
56
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Kleurtinten afstellen
Witbalans
U kunt de witbalans in overeenstemming
met de opnameomstandigheden instellen.
De natuurlijke kleur van het onderwerp
wordt beïnvloed door de belichtings-
omstandigheden. Als u de belichtingso
mstandigheden wilt corrigeren, of als de
kleur van de gehele opname een beetje
onnatuurlijk lijkt, adviseren wij u de
witbalans in te stellen.
Auto (geen indicatie)
Witbalans automatisch regelen. De
fabrieksinstelling is Auto.
(Daglicht)
Buitenshuis opnemen en opnemen van
nachtelijke scènes, neonverlichting,
vuurwerk of zonsopgang, of opnemen net
voor en na zonsondergang
(Bewolkt)
Opnemen onder een bewolkte lucht
(Fluorescerend)
Opnemen onder een fluorescerende
verlichting
(Gloeilamp)
Plaatsen waar de belichtingsvoorwaarden
snel veranderen
Bij zeer fel licht, zoals in fotostudio’s
Alvorens over te gaan tot
bediening
Voor het opnemen van stilstaande beelden,
stelt u (Camera) op het menu in op een
andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en
112).
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand of .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies [WB] (White Bal) met /
en kies daarna met / de
gewenste instelling.
Terugkeren naar automatische
regeling
Kies bij stap [Auto].
Het is mogelijk dat de witbalans-instelfunctie
niet goed werkt onder fluorescerende lampen
die flikkeren, zelfs niet als (fluorescerend)
is gekozen.
Wanneer de flitser afgaat, wordt de handmatige
instelling geannuleerd en wordt het beeld
opgenomen in de [Auto] functie.
Sommige instellingen kunnen niet worden
gekozen afhankelijk van de Scènekeuzefunctie
(blz. 39).
57
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden
NL
Het flitserniveau
instellen
— Flitserniveau
U kunt de hoeveelheid flitserlicht instellen.
Alvorens over te gaan tot
bediening
Stel (Camera) op het menu in op een
andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en
112).
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies [ ] (Flash Level) met de
gewenste instelling /, en
kies daarna met /.
+: Dit maakt het flitserniveau hoger
dan normaal.
Normal: Normale instelling.
–: Dit maakt het flitserniveau lager
dan normaal.
Het kan onmogelijk zijn beelden op te nemen
in het ingestelde flitserniveau afhankelijk van
de Scènekeuzefunctie (blz. 39).
Continu opnemen
Deze modus wordt gebruikt voor een
doorlopende opname. Het maximale aantal
foto’s dat u bij een opname kunt schieten,
is afhankelijk van het beeldformaat en de
instellingen van de beeldkwaliteit.
MENU
Modusschakelaar
Sluiterknop
Regelknop
Als de batterijlading achteruit gaat of de
"Memory Stick Duo" vol is, stopt het opnemen,
zelfs als u de sluiterknop ingedrukt houdt.
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies [Mode] (REC Mode) met
/ en kies vervolgens [Burst]
met /.
58
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Neem het beeld op.
Als u op de sluiterknop drukt en
deze ingedrukt houdt, zal de camera
het maximale aantal foto’s na elkaar
opnemen. Zodra u de sluiterknop
loslaat, stopt het opnemen op dat punt.
Wanneer "Recording" verdwijnt, kunt
u het volgende beeld opnemen.
Het maximale aantal continu
opgenomen beelden
(Eenheden: beelden)
Beeldkwaliteit
Beeldformaat
Fine Standard
4M 4 6
3:2 4 6
3M 4 7
1M 10 18
VGA (E-Mail) 30 30
Om terug te keren naar de
normale modus
Kies bij stap [Normal].
De flitser staat op (niet flitsen).
Als u opneemt met de zelfontspanner, wordt
voor iedere keer dat u op de sluiterknop
drukt, een serie van maximaal vijf beelden
opgenomen.
Afhankelijk van de Scènekeuzefunctie (blz. 39)
kunt u mogelijk geen beelden achter elkaar
opnemen.
16 Frames achter
elkaar opnemen
— Multi Burst
In deze modus worden er bij elke druk
op de sluiterknop 16 frames achter elkaar
opgenomen. Dit is handig om bijvoorbeeld
uw sportprestaties te controleren.
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies [Mode] (REC Mode) met
/ en kies vervolgens [Multi
Burst] met .
Kies
M
(Interval) met /
en kies daarna met / het
gewenste frame-interval.
U kunt het frame-interval kiezen uit de
[1/7.5], [1/15] of [1/30] seconde.
1/30
PFX
Mode BRK
M
1/15
1/7.5
1/30
Interval
Neem het beeld op.
Een continue Burst van 16 frames
wordt opgenomen binnen een enkel
frame (beeldformaat 1M).
U kunt de volgende functies niet gebruiken in
de Multi Burst-functie:
Slimme-zoomfunctie
Flitser
De datum en tijd projecteren
Als (Camera) is ingesteld op [Auto] op
het menu, wordt frame-interval automatisch
ingesteld op [1/30].
Zie pagina 63 om beelden opgenomen in de
Multi Burst-modus weer te geven met behulp
van deze camera.
Het aantal beelden dat kan worden opgenomen
in de Multi Burst-modus staat vermeld op
pagina 111.
Afhankelijk van de Scènekeuzefunctie kunt u
mogelijk geen beelden opnemen in de Multi-
Burstfunctie (blz. 39).
59
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden
NL
Opnemen met
speciale effecten
— Beeldeffect
U kunt beelden digitaal bewerken om
speciale effecten tot stand te brengen.
B&W
Het beeld is
monochroom
(zwart-wit).
Sepia
Het beeld is sepia,
zoals een oude foto.
Alvorens over te gaan tot
bediening
Voor het opnemen van stilstaande beelden,
stelt u (Camera) op het menu in op een
andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en
112).
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand of .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies [PFX] (P. Effect) met /
en kies daarna met /.
Neem het beeld op.
Om het beeldeffect te annuleren
Kies bij stap [Off].
De instelling voor Beeldeffect wordt niet
onthouden wanneer de camera wordt
uitgeschakeld.
60
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Een map kiezen en
beelden weergeven
Kies de map waarin de beelden die u wilt
weergeven zijn opgeslagen.
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (Folder) met en druk
daarna op .
Kies de gewenste map met
/.
BACK/NEXT
Select Folder
Cancel
OK
Folder Name:
102 2/2
Created:
No. Of Files:
2005
102MSDCF
9
1 1 1::05:34AM
Kies [OK] met en druk
daarna op .
De keuze annuleren
Kies bij stap [Cancel].
Wanneer meerdere mappen
zijn aangemaakt in de "Memory
Stick Duo"
Wanneer het eerste of laatste beeld in de
map wordt weergegeven, verschijnen de
volgende indicaties op het scherm.
: U kunt naar de voorgaande map gaan.
: U kunt naar de volgende map gaan.
: U kunt naar zowel de volgende als
voorgaande map gaan.
Enkelvoudig scherm
VGA
10:30PM2005 1 1101-0009
9/9
101
60min
BACK/NEXT VOLUME
Index-scherm
SINGLE DISPLAY
Wanneer er geen beelden zijn opgeslagen in de
map, wordt de melding "No file in this folder"
afgebeeld.
61
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Geavanceerd bekijken van stilstaande beelden
NL
Een deel van een
stilstaand beeld
vergroten
U kunt een deel van een beeld vergroten
tot vijfmaal het oorspronkelijke formaat.
MENU
/
Modusschakelaar
Regelknop
Een beeld vergroten
Vergrote weergave
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Geef het beeld dat u wilt
vergroten weer met /.
Verschuif (weergavezoom)
naar de T-kant om op het beeld
in te zoomen.
Selecteer het gewenste deel
van het beeld met ///.
Druk op
Druk
op
Druk
op
Druk op
: Om meer van de bovenkant van het
beeld te zien
: Om meer van de onderkant van het
beeld te zien
: Om meer van de linkerkant van het
beeld te zien
: Om meer van de rechterkant van
het beeld te zien
Pas het beeldformaat aan met
/ (weergavezoom).
Om de weergavezoom uit te
schakelen
Druk op .
U kunt de weergavezoom niet gebruiken voor
bewegende beelden en Multi Burst-beelden.
Als u (weergavezoom) naar de W-kant
verschuift terwijl een niet-vergroot beeld wordt
weergegeven, schakelt het LCD-scherm over
naar het indexscherm (blz. 41).
U kunt de beelden die worden weergegeven
met de functie Quick Review (blz. 29)
vergroten door de stappen t/m uit te
voeren.
62
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Weergave van opeen-
volgende beelden
— Diavoorstelling
U kunt de vastgelegde beelden op volgorde
weergeven. Deze functie is handig voor
het controleren van uw beelden of voor
presentaties, enz.
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (Slide) met / en
druk daapna op .
Stel de volgende onderdelen in met
///.
Interval
3 sec/5 sec/10 sec/30 sec/1 min
Image
Folder: Geeft alle beelden weer in de
geselecteerde map.
All: Geeft alle beelden weer in de
"Memory Stick Duo".
Repeat
On: Continu herhaalde weergave van
beelden.
Off: Nadat alle beelden zijn
weergegeven, eindigt de diavoorstelling.
Kies [Start] met / en druk
daarna op .
De diavoorstelling begint.
Om de instelling van de
diavoorstelling uit te schakelen
Kies bij stap [Cancel].
Om te stoppen met de weergave
van de diavoorstelling
Druk op , kies [Exit] met en druk
daarna opnieuw op .
Om tijdens de diavoorstelling
rechtstreeks naar het volgende/
vorige beeld te gaan
Druk op (volgende) of (vorige).
De intervaltijd-instellingen zijn slechts
richtlijnen, dus deze kunnen variëren
afhankelijk van het beeld.
Stilstaande beelden
roteren
U kunt een beeld opgenomen in
portretformaat roteren en weergeven in
landschapsformaat.
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
63
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Geavanceerd bekijken van stilstaande beelden
NL
Zet de modusschakelaar op
en geef het beeld weer dat u
wilt roteren.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (Rotate) met / en
druk daarna op .
Kies met en roteer
vervolgens het beeld met /.
Kies [OK] met / en druk
daarna op .
Stoppen met roteren
Kies bij stap of [Cancel] en druk
daarna op .
U kunt beveiligde beelden, bewegende beelden
en Multi Burst-beelden niet roteren.
Beelden die met andere camera’s zijn
opgenomen, kunnen soms niet worden
geroteerd.
Wanneer u beelden bekijkt op een computer is
het mogelijk dat, afhankelijk van de software,
de informatie van het roteren van het beeld niet
door de computer wordt herkend.
Beelden opgenomen
in de Multi Burst
functie weergeven
U kunt Multi Burst-beelden continu
weergeven of deze frame-voor-frame
weergeven. Deze functie wordt gebruikt
om het beeld te controleren.
Modusschakelaar
Regelknop
Wanneer Multi Burst-beelden worden
weergegeven op een computer of op een
camera zonder de Multi Burst-functie,
worden de 16 frames die u hebt opgenomen
tegelijkertijd weergegeven als onderdeel van
één beeld.
U kunt het Multi Burst-beeld niet knippen.
Continu weergeven
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Kies het Multi Burst-beeld met
/.
Het gekozen Multi Burst-beeld wordt
continu weergegeven.
10:30
PM
2005 1 1101-0014
14
/
14
101
M
PAUSE BACK/NEXT VOLUME
60min
Het weergeven pauzeren
Druk op . Om het weergeven te
hervatten, drukt u nogmaals op . Het
weergeven wordt hervat vanaf het frame
afgebeeld op het LCD-scherm.
64
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Frame-voor-frame weergeven
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Kies het Multi Burst-beeld met
/.
Het gekozen Multi Burst-beeld wordt
continu weergegeven.
Druk op wanneer het
gewenste frame wordt
weergegeven.
"Step" verschijnt.
10:30
PM
2005 1 1101-0014
14
/
14
101
12/16
M
1M
60min
Step
PLAY FRAME BACK/NEXT
VOLUME
Draai het frame door met /.
: Het volgende frame wordt
afgebeeld. Wanneer u ingedrukt
houdt, blijven de frames doordraaien.
: Het voorgaande frame wordt
afgebeeld. Wanneer u ingedrukt
houdt, blijven de frames achterwaarts
doordraaien.
Naar de normale weergave
terugkeren
Druk op in stap . Het weergeven
wordt hervat vanaf het frame afgebeeld op
het LCD-scherm.
Opgenomen beelden wissen
Wanneer u deze functie gebruikt, kunt
u niet alleen bepaalde frames wissen.
Wanneer u beelden wist, worden alle 16
frames tegelijkertijd gewist.
1 Geef het gewenste Multi Burst-beeld
weer dat u wilt wissen.
2 Druk op (Wissen).
3 Kies [Delete] en druk daarna op .
Alle frames worden gewist.
Beelden beveiligen
— Beveiliging
Met deze functie kunt u beelden beveiligen
tegen per ongeluk wissen.
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Merk op dat door de"Memory Stick Duo" te
formatteren alle data in de "Memory Stick
Duo" gewist zullen worden, zelfs als de
beelden beveiligd zijn, en niet kunnen worden
hersteld.
Het beveiligen van de beelden kan enige tijd
duren.
65
DSC-L1 2-186-445-42(1) [OpenType FONT]
Geavanceerd bekijken van stilstaande beelden
NL
In de enkelbeeld-modus
Zet de modusschakelaar
op .
Laat met / het beeld
verschijnen dat u wilt
beveiligen.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (Protect) met / en
druk daarna op .
Het weergegeven beeld is beveiligd.
De indicatie (beveiliging)
verschijnt op het beeld.
60min
VGA
101
2/9
Protect
Exit
BACK/NEXT
Om verder te gaan en andere
beelden te beveiligen, kiest u
het gewenste beeld met /
en drukt u vervolgens op .
Om de beveiliging te annuleren
Druk bij stap of opnieuw op . De
indicatie verdwijnt.
In de index-modus
Zet de modusschakelaar in
de stand en verschuif
(index) naar de W-kant om het
index-scherm weer te geven.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (Protect) met / en
druk daarna op .
Kies [Select] met / en druk
daarna op .
Kies met /// het beeld
dat u wilt beveiligen en druk
daarna op .
De groene indicatie verschijnt op
het gekozen beeld.
TO NEXT
MENU
SELECT
Herhaal stap om andere
beelden te beveiligen.
Druk op MENU.
Kies [OK] met en druk
daarna op .
De indicatie wordt wit. De
geselecteerde beelden zijn beveiligd.
Om de beveiligingsfunctie te
verlaten
Kies bij stap de optie [Cancel] of kies
bij stap de optie [Exit] en druk daarna
op .
Om de beveiliging van
afzonderlijke beelden te
annuleren
Kies het beeld waarvan u de beveiliging
wilt annuleren met ///in stap
en druk daarna op . De indicatie
wordt grijs. Herhaal deze procedure voor
alle beelden waarvan u de beveiliging wilt
annuleren. Druk op MENU, kies [OK] en
druk daarna op .
Alle beelden in een map
beveiligen
Kies bij stap de optie [All In This
Folder] en druk op . Kies [On] en druk
daarna op .
De beveiliging van alle beelden
in een map annuleren
Kies bij stap de optie [All In This
Folder] en druk op . Kies [Off] en druk
daarna op .
66
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Beeldformaat
veranderen
— Formaat veranderen
U kunt het formaat van een vastgelegd
beeld veranderen en het gewijzigde beeld
opslaan als een nieuw bestand.
U hebt de keuze uit de volgende formaten:
4M, 3M, 1M, VGA
Ook nadat u het formaat hebt veranderd,
blijft het oorspronkelijke beeld bewaard.
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Zet de modusschakelaar
op .
Laat met / het beeld
verschijnen waarvan u het
formaat wilt veranderen.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (Resize) met / en
druk daarna op .
Kies met /het gewenste
formaat en druk daarna op .
Het beeld met het nieuwe formaat
wordt opgenomen en opgeslagen in
de opnamemap als het meest recente
bestand.
Om de verandering van het
formaat te annuleren
Kies bij stap [Cancel].
Voor bewegende beelden of Multi Burst-
beelden kan het formaat niet worden
veranderd.
Wanneer u van een klein formaat overschakelt
op een groot formaat, gaat de beeldkwaliteit
achteruit.
Een beeld kan niet naar een beeldformaat van
3:2 worden veranderd.
Wanneer u het formaat van een 3:2 beeld
verandert, zullen de bovenste en onderste
zwarte gedeelten in het beeld worden
afgebeeld.
67
DSC-L1 2-186-445-42(1) [OpenType FONT]
Stilstaande beelden afdrukken
NL
Stilstaande beelden
afdrukken
U kunt de beelden die u op uw camera
hebt opgenomen op de volgende manieren
afdrukken.
Rechtstreeks afdrukken (op een PictBridge-
compatibele printer) (blz. 68)
U kunt afdrukken door de camera rechtstreeks aan te sluiten op een
PictBridge-compatibele printer.
Rechtstreeks afdrukken (op een "Memory Stick"-
compatibele printer)
U kunt afdrukken op een "Memory Stick"-compatibele printer.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij de printer werd geleverd voor
verdere informatie.
Afdrukken met een computer (blz. 93)
U kunt beelden afdrukken die naar een computer zijn overgebracht met
behulp van de software "Picture Package" dat op de CD-ROM staat die
bij de camera werd geleverd. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij
de printer werd geleverd voor de bedieningsinstructies voor de printer.
Afdrukken in een winkel (blz. 73)
Ga met uw "Memory Stick Duo" en Memory Stick Duo-adapter naar
een fotoafdrukwinkel. U kunt ook van tevoren de foto’s die u wilt
afdrukken markeren met afdrukmarkeringen.
68
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Rechtstreeks afdrukken
Zelfs als u geen computer hebt, kunt u toch
gemakkelijk de beelden die u met deze
camera hebt opgenomen afdrukken, door
de camera aan te sluiten op een PictBridge-
compatibel printer. Als voorbereiding hoeft
u alleen maar de USB-verbinding in te
stellen op het Setup-scherm en de camera
met een USB-kabel aan te sluiten op de
printer.
Door een PictBridge-compatibele printer te
gebruiken, kunt u gemakkelijk het index-
blad* afdrukken.
* Afhankelijk van de printer is het mogelijk dat
de index-blad-afdrukfunctie niet beschikbaar
is.
Wij adviseren u de netspanningsadapter te
gebruiken om te voorkomen dat tijdens het
afdrukken de stroomvoorziening wegvalt.
U kunt bewegende beelden niet afdrukken.
Als een foutmelding wordt ontvangen van de
aangesloten printer, knippert de indicatie
gedurende ongeveer vijf seconden. Controleer
de aangesloten printer.
Enkelbeeld-afdruk
Index-afdruk
Als u hetzelfde beeld naast elkaar wilt
rangschikken, kiest u [This image] in de
enkelbeeld-modus en stelt u [Index] in op [On]
(blz. 70).
Het aantal beelden dat op één indexvel wordt
afgedrukt verschilt afhankelijk van de printer.
De camera voorbereiden
Stel de USB-functie in op de camera om de
camera op de printer te kunnen aansluiten.
Alvorens over te gaan tot
bediening
Stel het menu in op het Setup-scherm
(blz. 47 en 115).
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Kies
2
(Setup 2) met en
kies daarna [USB Connect]
med //.
Kies [PictBridge] met / en
druk daarna op .
2
1
2
1
Setup 2
Clock Set:
File Number:
USB Connect:
PictBridge
Normal
PTP
De USB-functie is nu ingesteld.
69
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Stilstaande beelden afdrukken
NL
De camera aansluiten op de
printer
Sluit de (USB-) aansluiting van de
camera, met behulp van de USB-kabel
(bijgeleverd), aan op de USB-aansluiting
van de printer. Schakel de camera en de
printer in.
De camera wordt in de weergavefunctie
gezet ongeacht de stand van de
modusschakelaar en een beeld in de
gekozen weergavemap en het afdrukmenu
worden afgebeeld op het LCD-scherm.
2/9
101
1M
Pr i nt
All In This Folder
DPOF image
Select
This image
Cancel
Nadat de verbinding
tot stand is
gekomen, verschijnt
de indicatie op
het LCD-scherm.
Printer
Als [USB Connect] niet is
ingesteld op [PictBridge] op het
Setup-scherm
Zelfs als u de camera inschakelt, kunt u de
PictBridge-functie niet gebruiken.
Koppel de USB-kabel los van de camera
en stel [USB Connect] in op [PictBridge]
(blz. 68).
Afdrukken in de enkelbeeld-
modus
Zodra u de camera op een printer hebt
aangesloten, wordt het afdrukmenu
afgebeeld.
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Kies het gewenste afdruktype
met / en druk daarna op .
2/9
101
1M
Pr i nt
All In This Folder
DPOF image
Select
This image
Cancel
All In This Folder
Drukt alle beelden in de map af.
DPOF image
Drukt alle beelden met de
markering (blz. 73) af, ongeacht het
weergegeven beeld.
70
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Select
Kiest de beelden op volgorde. Drukt
alle gekozen beelden af.
1 Kies het beeld dat u wilt afdrukken
met behulp van / en druk
daarna op .
De markering verschijnt op het
gekozen beeld.
Herhaal deze stap om andere beelden
te kiezen.
2 Kies [Print] met en druk daarna
op .
This image
Drukt het huidig gekozen beeld af.
Stel de afdrukinstelling in met
///.
2/9
101
1M
Exit
OK
1
Off
Default
Size
Date
Quantity
Off
Index
Print
Index
Kies [On] om indexbeelden af te
drukken.
Size
Kies het gewenste papierformaat.
Date
Om de datum en tijd op de beelden
in te voegen, kiest u [Date] of
[Day&Time].
Als u in stap [This image] kiest en
indexbeelden afdrukt, wordt hetzelfde beeld
naast elkaar gerangschikt.
Wanneer u de instelling [Date] instelt op
[Date], wordt de datum ingevoegd in de
volgorde ingesteld in "De datum en tijd
instellen" (blz. 18). Het is mogelijk dat de
datuminvoegfunctie niet wordt ondersteund
afhankelijk van de printer.
Instelonderdelen die niet door de printer
worden ondersteund, worden niet weergegeven.
Kies [Quantity] met en kies
het aantal vellen met /.
Als [Index] is ingesteld op [Off]: het
aantal vellen van het gekozen beeld.
Als [Index] is ingesteld op [On]: het
aantal vellen met indexbeelden. Als
in stap [This image] is gekozen,
is dit het aantal dezelfde beelden dat
op een enkel indexvel kan worden
gerangschikt.
Afhankelijk van het aantal indexbeelden kan
het onmogelijk zijn alle beelden op één vel te
rangschikken.
Kies [OK] met / en druk
daarna op .
Het beeld wordt afgedrukt.
Koppel de USB-kabel niet los terwijl
de indicatie (USB-kabel niet
loskoppelen) wordt afgebeeld op het
LCD-scherm.
Exit
Printing
2/3
71
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Stilstaande beelden afdrukken
NL
Het afdrukken annuleren
Kies bij stap [Cancel] of kies bij stap
[Exit].
Andere beelden afdrukken
Kies het beeld met / na stap en kies
vervolgens [Print].
Afdrukken in de index-
modus
Als u uw camera op de printer aansluit,
wordt het afdrukmenu afgebeeld. Druk op
[Cancel] om het afdrukmenu te verlaten.
Verschuif (index) naar de
W-kant om het indexscherm
weer te geven.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (Print) met en druk
daarna op .
Kies het gewenste afdruktype
met / en druk daarna op .
Cancel Select
DPOF image
Print
Select
Kiest de beelden op volgorde. Drukt
alle gekozen beelden af.
1 Kies het beeld dat u wilt afdrukken
met behulp van /// en druk
daarna op .
De markering verschijnt op het
gekozen beeld.
Herhaal deze stap om andere
beelden te selecteren.
2 Druk op MENU.
DPOF image
Alle beelden met het merkteken
worden afgedrukt, ongeacht het
weergegeven beeld (blz. 73).
All In This Folder
Alle beelden in de map afdrukken.
72
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Stel de afdrukinstelling in met
///.
Exit
OK
1
Off
Default
Size
Date
Quantity
Off
Index
Print
Index
Kies [On] om indexbeelden af te
drukken.
Size
Kies het gewenste papirformaat.
Date
Om de datum en tijd op beelden
projecteren, kies [Date] of
[Day&Time].
Wanneer u de instelling [Date] instelt op
[Date], wordt de datum ingevoegd in de
volgorde ingesteld in "De datum en tijd
instellen" (blz. 18). Afhankelijk van de
printer is het mogelijk dat deze functie niet
beschikbaar is.
Kies [Quantity] met en kies
het aantal kopieën met /.
Als [Index] is ingesteld op [Off]: het
aantal vellen van het gekozen beeld.
Als [Index] is ingesteld op [On]: het
aantal vellen met indexbeelden.
Afhankelijk van het aantal indexbeelden kan
het onmogelijk zijn alle beelden op één vel te
rangschikken.
Kies [OK] met / en druk
daara op .
Het beeld wordt afgedrukt.
Koppel de USB-kabel niet los terwijl
de (USB-kabel niet losmaken)
indicator op het LCD-scherm wordt
afgebeeld.
Exit
Printing
2/3
Het afdrukken annuleren
Kies bij stap [Cancel] of kies bij stap
[Exit].
73
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Stilstaande beelden afdrukken
NL
Afdrukmarkeringen
aanbrengen
Wanneer u beelden wilt laten afdrukken in
een fotoafdrukwinkel, is het handig om van
tevoren de beelden te markeren die u wilt
laten afdrukken met een afdrukmarkering.
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
U kunt niet bewegende beelden markeren.
Wanneer u beelden markeert die in de Multi
Burst-modus zijn opgenomen, worden alle
beelden afgedrukt op één vel van 16 velden.
U kunt het aantal afdrukken niet instellen.
Afdrukmarkeringen aanbrengen
in de enkelbeeld-modus
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Laat met / het beeld
verschijnen dat u wilt
markeren.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (DPOF) met /, en
druk daarna op .
Op het weergegeven beeld wordt de
markering aangebracht.
1M
101
2/9
60min
DPOF
Exit
BACK/NEXT
Om verder te gaan en andere
beelden te markeren, kiest u
het gewenste beeld met /
en drukt u vervolgens op .
De afdrukmarkering
verwijderen
Druk bij stap of opnieuw op . De
indicatie verdwijnt.
Beelden afdrukken in
een winkel
Let op de volgende punten
wanneer u beelden laat
afdrukken in een winkel.
Neem contact op met de
fotoafdrukwinkel om te vragen welke
typen "Memory Stick" ze ondersteunen.
Als de fotoafdrukwinkel de "Memory
Stick" niet ondersteunt, kopieert u de
beelden naar een CD-R, enz., en neemt u
die mee naar de winkel.
Vergeet niet de Memory Stick Duo-
adapter mee te nemen naar de winkel.
Zorg ervoor dat u een kopie van de
beelden thuis achterlaat voordat u naar
de fotoafdrukwinkel gaat.
74
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Herhaal stap om andere
beelden te markeren.
Druk op MENU.
Kies [OK] met en druk
daarna op .
De indicatie wordt wit. Het
aanbrengen van de markering is
voltooid.
De afdrukmarkering
verwijderen
Kies het beeld waarvan u de markering
wilt annuleren met /// en druk
vervolgens op in stap .
Alle markeringen in een map
opheffen
Kies bij stap [All In This Folder] en
druk daarna op . Kies [Off] en druk
daarna op .
Om de functie voor het
aanbrengen van een
afdrukmarkering te verlaten
Kies bij stap [Cancel] of kies bij stap
[Exit].
Afdrukmarkeringen aanbrengen
in de index-modus
Zet de modusschakelaar in
de stand en verschuif
(index) naar de W-kant om het
indexscherm weer te geven.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (DPOF) met / en
druk daarna op .
Kies [Select] met /, en druk
daarna op .
U kunt de afdrukmarkering niet
aanbrengen op [All In This Folder].
Kies met /// het beeld
dat u wilt markeren, en druk
daarna op .
De groene markering verschijnt
op het gekozen beeld.
TO NEXT
MENU
SELECT
75
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Bewegende beelden
NL
Opnemen van
bewegende beelden
U kunt met uw camera bewegende beelden
met geluid opnemen.
Modusschakelaar
Microfoon
Sluiterknop
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op (Beeld formaat).
Het Image Size-instelmenu wordt
afgebeeld.
Kies het gewenste formaat
met /.
U kunt kiezen uit [640(Fine)],
[640(Standard)] en [160].
[640(Fine)] kan alleen worden
opgenomen op "Memory Stick PRO
Duo".
Druk de sluiterknop volledig
in.
"REC" verschijnt op het scherm en de
camera begint met de opname van het
beeld en geluid.
00:00:02(00:10:48)
101
STD
6 4 0
REC
60min
Het opnemen stopt wanneer de "Memory
Stick Duo" vol is.
Druk de sluiterknop opnieuw
helemaal in om met opnemen
te stoppen.
Indicaties tijdens het opnemen
De indicaties op het scherm worden niet
mee opgenomen.
Bij iedere druk op verandert de status
van het LCD-scherm als volgt: Indicaties
uit LCD-achtergrondverlichting uit
Indicaties aan.
Er wordt geen histogram weergegeven.
Een uitvoerige beschrijving van de
indicaties vindt u op pagina 127.
Zelfontspanner gebruiken
Zet de modusschakelaar op en volg de
procedure op pagina 31.
Raak de microfoon niet aan tijdens het
opnemen van bewegend beelden.
Tijdens het opnemen van bewegende beelden
kunt u de volgende functies niet gebruiken:
− De vergrotingsfactor veranderen
− Flitser
− De datum en tijd projecteren
Zie pagina 111 voor de opnametijd in iedere
opnamefunctie.
76
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Bewegende beelden
bekijken op het LCD-
scherm
U kunt bewegende beelden bekijken op
het LCD-scherm met het geluid uit de
luidspreker.
Modusschakelaar
Luidspreker
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Kies het gewenste bewegende
beeld net /.
Bewegende beelden van het formaat
[640(Fine)] of [640(Standard)] worden
op het volledige scherm weergegeven.
10/10
00:00:00
101
10:30PM2005 1 1101
_
0010
STD
6 4 0
60min
PLAY BACK/NEXT VOLUME
Bewegende beelden met het beeldformaat
[160] worden een formaat kleiner
weergegeven.
Druk op .
De bewegende beelden en het geluid
worden weergegeven.
Tijdens weergave verschijnt
(weergave) op het scherm.
00:00:03
10:30PM2005 1 1101
_
0010
10/10
101
STD
6 4 0
60min
PLAY BACK/NEXT VOLUME
Weergavebalk
Om de weergave te stoppen
Druk opnieuw op .
Om het volume af te stellen
Druk op / om het volume af te stellen.
Om de bewegende beelden
vooruit of terug te spoelen
Druk tijdens het weergeven op (cue-
weergave) of op (review-weergave).
Om terug te keren naar normale weergave,
drukt u op .
Indicaties tijdens het bekijken
van bewegende beelden
Elke keer wanneer u indrukt,
verandert de status van het scherm
als volgt: Indicaties uit LCD-
achtergrondverlichting uit Indicaties
aan.
Er wordt geen histogram weergegeven.
Een uitvoerige beschrijving van de
indicaties vindt u op pagina 129.
Bewegende beelden die zijn opgenomen met
voorgaande Sony-modellen kunnen ook een
formaat kleiner worden weergegeven.
77
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Bewegende beelden
NL
Bewegende beelden
wissen
Ongewenste bewegende beelden kunt u
wissen.
Modusschakelaar
Regelknop
U kunt beveiligde bewegende beelden niet
wissen.
Merk op dat u gewiste bewegende beelden niet
kunt herstellen.
In de enkelbeeld-modus
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Geef de bewegende beelden
die u wilt wissen weer met
/.
Druk op (Wissen).
De bewegende beelden zijn op dit
moment nog niet gewist.
Kies [Delete] met en druk
daarna op .
De melding "Access" verschijnt en de
bewegende beelden zijn gewist.
Om verder te gaan en andere
bewegende beelden te wissen,
geeft u de bewegende beelden
weer die u wilt wissen met /
en herhaalt u vervolgens stap
.
Om te stoppen met wissen
Kies [Exit] bij stap of .
In de index-modus
Zet de modusschakelaar in
de stand en verschuif
(index) naar de W-kant om het
indexscherm weer te geven.
Druk op (Wissen).
Kies [Select] met / en druk
daarna op .
Kies met /// het beeld
dat u wilt wissen en druk
daarna op .
De groene indicatie (Wissen)
verschijnt op de gekozen bewegende
beelden.
TO NEXTSELECT
De bewegende beelden zijn op dit
moment nog niet gewist.
Herhaal stap om andere
bewegende beelden te wissen.
Druk op (Wissen).
78
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Kies [OK] met en druk
daarna op .
De melding "Access" verschijnt en de
bewegende beelden zijn gewist.
Om te stoppen met wissen
Kies [Exit] bij stap of .
Wissen van alle beelden in de map, zie pagina
44.
Knippen van
bewegende beelden
U kunt bewegende beelden knippen
of overbodige gedeelten wissen. Dit is
de aanbevolen functie om te gebruiken
wanneer de capaciteit van de "Memory
Stick Duo" onvoldoende is, of wanneer
u bewegende beelden als bijlage met uw
e-mailberichten verstuurt.
Merk op dat het oorspronkelijke
bewegende beeld wordt gewist wanneer u
erin knipt.
Toewijzen van
bestandsnummers wanneer
bewegende beelden worden
geknipt
De geknipte bewegende beelden krijgen
nieuwe nummers toegewezen en worden
in de gekozen opnamemap opgeslagen
als de meest recente bestanden. De
oorspronkelijke bewegende beelden
worden gewist en dat nummer wordt
overgeslagen.
<Voorbeeld> Knippen van bewegende
beelden genummerd 101_0002
1
2
101_0002
101_0003
3
101_0001
1. Knippen van scène A.
1
2
3A B
101_0002
Knippunt
2. Knippen van scène B.
101_0004
1 23 B
A
101_0005
Knippunt
3. Wissen van scènes A en B als deze
overbodig zijn.
1 3
2
101_0006
101_0004 101_0007
A B
Wissen Wissen
4. Alleen de gewenste scènes blijven
over.
1 3
2
101_0006
79
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Bewegende beelden
NL
MENU
Modusschakelaar
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Geef de bewegende beelden
die u wilt knippen weer met
/.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (Divide) met en druk
daarna op . Kies vervolgens
[OK] met en druk daarna op
.
Het weergeven van de bewegende
beelden begint.
Kies een knippunt.
Druk op de midden op het gewenste
knippunt.
00:00:02
10/10
101
STD
6 4 0
60min
Divide
Dividing
Point
O K
Cancel
Exit
Als u het knippunt wilt aanpassen,
drukt u op [/] (frame
terugspoelen/vooruit) en past u het
knippunt aan met /. Als u een
ander knippunt wilt kiezen, kiest
u [Cancel]. Het weergeven van de
bewegende beelden begint opnieuw.
Als u een knippunt hebt
gekozen, kiest u [OK] met /
en drukt u op .
Kies [OK] met en druk
daarna op .
De bewegende beelden worden
geknipt.
Het knippen annuleren
Kies [Exit] bij stap of . De
bewegende beelden worden weer op het
scherm weergegeven.
U kunt de onderstaande beelden niet knippen.
Stilstaand beeld
Bewegende beelden die niet lang genoeg zijn
om te knippen (ongeveer langer dan twee
seconden)
Beveiligde bewegende beelden
U kunt bestanden niet herstellen nadat u ze
hebt geknipt.
De geknipte bewegende beelden worden
opgenomen als de meest recente bestanden in
de gekozen opnamemap.
80
DSC-L1 2-186-445-42(1) [OpenType FONT]
NL
Beelden kopiëren
naar uw computer
Voor gebruikers van Windows
Aanbevolen computeromgeving
Besturingssysteem: Microsoft
Windows 98, Windows 98SE, Windows
2000 Professional, Windows Millennium
Edition, Windows XP Home Edition, of
Windows XP Professional
Het bovenstaande besturingssysteem
dient in de fabriek te zijn geïnstalleerd.
De juiste werking kan niet worden
gegarandeerd in een computeromgeving
die is opgewaardeerd tot de hierboven
beschreven besturingssystemen of in
een computeromgeving met meerdere
besturingssystemen.
CPU: MMX Pentium 200 MHz of sneller
USB-poort: Standaard geleverd
Beeldscherm: 800 × 600 beeldpunten
of meer
High Color (16-bit kleuren, 65.000
kleuren) of beter
Deze camera is compatibel met Hi-Speed USB
(USB voldoet aan 2.0).
Door aan te sluiten via een USB-interface die
compatibel is met Hi-Speed USB (voldoet aan
2.0) wordt overdracht op hoge snelheid (snelle
overdracht) mogelijk.
Indien u twee of meer USB-apparaten tegelijk
op één en dezelfde computer aansluit, zal
bepaalde apparatuur, met inbegrip van uw
camera, al naar gelang het type USB-
apparatuur mogelijk niet werken.
Bij gebruik van een USB-hub kan een juiste
werking niet worden gegarandeerd.
Voor alle bovenstaande aanbevolen
computeromgevingen kan een behoorlijke
werking niet worden gegarandeerd.
USB-modus
Er zijn twee functies voor een USB
verbinding wanneer u aansluit op een
computer: de [Normal] en [PTP]* functie.
De standaardinstelling is de [Normal]-
functie. Dit gedeelte neemt de [Normal]
functie als voorbeeld.
*
Voor verdere informatie over de PTP-verbinding,
zie pagina 117.
Communicatie met uw computer
Na herstel van uw computer vanuit de
Suspend- of Sleep-modus is de kans
aanwezig dat de communicatie tussen uw
camera en uw computer niet op hetzelfde
moment hersteld wordt.
Wanneer uw computer niet is
uitgerust met een USB-poort
Wanneer zowel een USB-poort als een
"Memory Stick"-gleuf niet aanwezig zijn,
kunt u beelden kopiëren via een extern
apparaat. Zie de Sony-Website voor
informatie.
http://www.sony.net/
Inhoud van de CD-ROM
USB-stuurprogramma
Dit stuurprogramma is noodzakelijk om de
camera aan te sluiten op een computer.
Indien u Windows XP gebruikt, hoeft u het
USB-stuurprogramma niet te installeren.
Picture Package
Deze applicatie wordt gebruikt om de
beelden vanaf de camera gemakkelijk
over te dragen naar een computer. Het
stelt u tevens in staat de diverse functies te
gebruiken.
Als u "Picture Package" installeert,
wordt tegelijkertijd ook het USB-
stuurprogramma geïnstalleerd.
De vereiste bediening kan al naar gelang uw
besturingssysteem verschillend zijn.
Sluit alle programma’s die op de
computer draaien af alvorens
het USB-stuurprogramma en het
softwareprogramma te installeren.
Bij gebruik van Windows 2000 of XP, logt u in
als beheerder (Administrator).
81
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Bekijken van de beelden op uw computer
NL
Het USB-stuurprogramma
installeren
Indien u Windows XP gebruikt, hoeft u het
USB-stuurprogramma niet te installeren.
Nadat het USB-stuurprogramma
eenmaal is geïnstalleerd, hoeft u het
USB-stuurprogramma niet nogmaals te
installeren.
Schakel de computer in
en plaats de CD-ROM
(bijgeleverd) in het CD-ROM-
station.
Sluit uw camera nu nog niet
aan op uw computer.
Het installatie-menuscherm wordt
afgebeeld. Indien het niet verschijnt,
dubbelklik dan op (My Computer)
(PICTUREPACKAGE) in die
volgorde.
Als u ook de bijgeleverde software
"Picture Package" gebruikt, klikt
u op [Picture Package]. Het USB-
stuurprogramma wordt geïnstalleerd
nadat "Picture Package" is geïnstalleerd
(blz. 88).
Als de computer reeds
gebruikt wordt, sluit u alle
softwareprogramma’s af voordat
u het USB-stuurprogramma
installeert.
Klik op [USB Driver] op het
titelscherm.
Het "InstallShield Wizard"-scherm
verschijnt.
Klik op [Next].
Het installeren van het USB-
stuurprogramma begint. Nadat
het installeren klaar is, wordt een
mededeling hieromtrent op het scherm
afgebeeld.
Klik op [Yes, I want to restart
my computer now] (Ja, ik wil
mijn computer nu opnieuw
opstarten) en vervolgens op
[Finish].
De computer wordt opnieuw opgestart.
Hierna kunt u de USB-aansluiting tot
stand brengen.
Haal de CD-ROM eruit.
82
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
De camera aansluiten op de
computer
Plaats de "Memory Stick Duo"
waarop de beelden staan die u
wilt kopiëren, in de camera en
sluit het accu/"Memory Stick
Duo"-deksel.
Open de afdekking van de
aansluiting, sluit daarna
de netspanningsadapter
(bijgeleverd) erop aan,
en steek tenslotte de
netspanningsadapter in een
stopcontact.
Netspannings-
adapter
Naar een
stopcontact
Als u met gebruikmaking van de accu beelden
kopieert naar uw computer, kan door het
uitvallen van de accu het kopiëren mislukken
of kunnen de gegevens verminkt raken.
Wij adviseren u de netspanningsadapter te
gebruiken.
Zet de modusschakelaar op
.
Schakel uw computer en
de camera in.
Sluit de (bijgeleverde) USB-
kabel aan op de (USB)
aansluiting van de camera.
Sluit de USB-kabel aan op de
computer.
Indien u Windows XP gebruikt, verschijnt
de AutoPlay wizard automatisch op het
bureaublad. Ga verder naar pagina 84.
USB Mode
MENU
Switch on
Normal
Toegangs-
indicaties*
"USB Mode Normal" verschijnt op
het LCD-scherm van de camera.
Wanneer er voor het eerst een USB-
verbinding tot stand wordt gebracht,
draait uw computer automatisch het
gebruikte programma om de camera te
herkennen. Wacht een poosje.
* Tijdens communicatie zijn de
toegangsindicaties rood. Gebruik de
computer niet totdat de aanduidingen wit
zijn geworden.
Als "USB Mode Normal" niet wordt afgebeeld
in stap , drukt u op MENU, kiest u [USB
Connect], en stelt dit in op [Normal].
83
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Bekijken van de beelden op uw computer
NL
Loskoppelen van de USB-
kabel van uw computer,
verwijderen van de "Memory
Stick Duo" uit uw camera, of
uitschakelen van de camera
tijdens een USB-verbinding
Voor gebruikers van Windows 2000,
Me, of XP
1 Dubbelklik op de taakbalk.
Dubbelklik hier
2 Klik op (Sony DSC) als dit wordt
afgebeeld en klik daarna op [Stop].
3 Controleer dat het juiste apparaat wordt
aangegeven in het bevestigingsvenster
en klik op [OK].
4 Klik op [OK].
Stap 4 is niet nodig voor Windows XP
gebruikers.
5 Koppel de USB-multikabel los, haal de
"Memory Stick Duo" eruit of schakel
de camera uit.
Voor gebruikers van Windows 98 of
98SE
Controleer dat de toegangsindicaties
(blz. 82) op het LCD-scherm wit zijn en
voer alleen bovenstaande stap 5 uit.
Beelden kopiëren
Windows 98/98SE/2000/Me
Dubbelklik op [My Computer]
en dubbelklik daarna op
[Removable Disk].
De inhoud van de "Memory Stick
Duo" in de camera verschijnt.
Dit deel beschrijft een voorbeeld van het
kopiëren van beelden naar de "My Documents"
map.
Wanneer het pictogram "Removable Disk" niet
wordt afgebeeld, zie pagina 84.
Indien u Windows XP gebruikt, zie pagina 84.
Dubbelklik op [DCIM] en
dubbelklik daarna op de
map waarin de beelden
zijn opgeslagen die u wilt
kopiëren.
Klik met de rechtermuisknop
op het beeldbestand om het
menu af te beelden en kies
daarna [Copy] op het menu.
Dubbelklik de map [My
Documents], klik met de
rechtermuisknop in het
venster "My Documents" om
het menu af te beelden en kies
daarna [Paste] op het menu.
De beeldbestanden worden naar de
map "My Documents" gekopieerd.
84
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Als een beeld met dezelfde
bestandsnaam reeds bestaat
in de bestemmingsmap
De overschrijven-bevestigingsmelding
wordt afgebeeld. Wanneer u het
bestaande beeld overschrijft met een
nieuw beeld, wordt het oorspronkelijke
bestand gewist.
De bestandsnaam veranderen
Voor het kopiëren van een beeldbestand,
zonder overschrijving, moet u de
bestandsnaam in de gewenste naam
wijzigen en daarna het beeldbestand
kopiëren. Merk echter op dat wanneer
u de bestandsnaam verandert, u dat
beeld mogelijk niet meer kan weergeven
met de camera. Als u beelden wilt
weergeven met de camera, voert u de
bediening uit op pagina 88.
Wanneer het pictogram van een
verwisselbare schijf niet wordt
afgebeeld
1 Klik met de rechtermuisknop op [My
Computer] om het menu af te beelden
en klik daarna op [Properties].
Het "System Properties" venster wordt
geopend.
2 Beeld [Device Manager] af.
Klik op [Hardware].
Klik op [Device Manager].
Voor gebruikers van Windows 98, 98SE
en Me is stap overbodig. Klik op het
tabblad [Device Manager].
3 Als [ Sony DSC] wordt afgebeeld,
gooit u dit weg.
Klik met de rechter muistoets op
[ Sony DSC].
Klik op [Uninstall].
Het "Confirm Device Removal"
(Bevestigen van verwijderen van
apparaat)-scherm verschijnt.
Voor gebruikers van Windows 98, 98SE
en Me, klik op [Remove].
Klik op [OK].
Het apparaat is verwijderd.
Probeer de installatie van het USB-
stuurprogramma nogmaals met de
CD-ROM (blz. 81).
Windows XP
Beelden kopiëren met behulp
van de Windows XP AutoPlay
wizard
Breng een USB-verbinding
tot stand (blz. 82). Klik op
[Copy pictures to a folder on
my computer using Microsoft
Scanner and Camera Wizard]
(Kopieer beelden naar een
map op mijn computer met
behulp van Microsoft Scanner
en Camera Wizard) en klik
daarna op [OK].
Het "Scanner and Camera Wizard"
(Wizard voor scanner en camera)-
scherm verschijnt.
Klik op [Next].
De beelden die op de "Memory
Stick Duo" zijn opgeslagen, worden
weergegeven.
Klik in het selectievakje van
de beelden die u niet naar de
computer wilt kopiëren om het
vinkje te verwijderen en klik
daarna op [Next].
Het "Picture Name and Destination"
(Naam en bestemming van beeld)-
scherm verschijnt.
85
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Bekijken van de beelden op uw computer
NL
Kies een naam en bestemming
voor uw beelden en klik
vervolgens op [Next].
Het beeld wordt nu gekopieerd.
Wanneer het kopiëren is voltooid,
verschijnt het scherm "Other Options"
(Overige opties).
Kies [Nothing. I’m finished
working with these pictures]
(Niets. Ik ben klaar met
het bewerken van deze
afbeeldingen) en klik daarna
op [Next].
Het scherm "Completing the Scanner
and Camera Wizard" (Voltooien
van wizard voor scanner en camera)
verschijnt.
Klik op [Finish].
De wizard wordt afgesloten.
Om verder te gaan met het kopiëren van andere
beelden, volgt u de procedure beschreven
onder op pagina 83 om de USB-kabel los te
maken en weer aan te sluiten. Voer daarna de
procedure vanaf stap opnieuw uit.
Bekijken van de beelden op
uw computer
Klik op [Start] en klik daarna
op [My Documents].
De inhoud van de map "My
Documents" wordt weergegeven.
Dit hoofdstuk beschrijft de procedure voor het
bekijken van gekopieerde beelden in de map
"My Documents".
Indien u niet Windows XP gebruikt, dubbelklik
dan op [My Document] op het bureaublad.
Dubbelklik op het gewenste
beeldbestand.
Het beeld wordt weergegeven.
86
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Beeldbestand-geheugenlocaties en bestandsnamen
Beeldbestanden opgenomen met uw camera worden gegroepeerd als mappen in de "Memory
Stick Duo".
Voorbeeld: als u mappen bekijkt onder Windows XP
Map met daarin beeldgegevens die werden
opgenomen met een camera zonder map-
creëerfunctie
Map met daarin beeldgegevens die werden
opgenomen met uw camera. Als u geen mappen
creëert, is er alleen de map "101MSDCF"
Map met daarin bewegende beelden enz., die
werden opgenomen met een camera zonder map-
creëerfunctie
U kunt geen beelden opnemen in de map "100MSDCF" of de map "MSSONY". De
beelden in deze map zijn alleen beschikbaar voor weergave.
Voor verdere informatie over de map, zie blz. 48, 60.
87
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Bekijken van de beelden op uw computer
NL
Map Bestandsnaam Betekenis van bestand
101MSDCF tot
999MSDCF
DSC0.JPG
Stilstaande-beeldbestanden opgenomen in de
− Normale modus (blz. 26)
− Burst-modus (blz. 57)
− Multi Burst-modus (blz. 58)
MOV0.MPG
Bewegende-beeldbestanden (blz. 75)
MOV0.THM
Index-beeldbestanden tegelijkertijd opgenomen in de bewegend-beeldmodus (blz. 75)
 betekent ieder willekeurig nummer van 0001 t/m 9999.
De numerieke delen van een bestand met bewegende beelden, opgenomen in de bewegende-beeldenfunctie, en het bijbehorende
indexbeeldbestand zijn dezelfde.
88
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Beeldbestanden bekijken
met de camera nadat ze
naar de computer zijn
gekopieerd
Als een beeldbestand dat naar de computer
is gekopieerd niet meer in een "Memory
Stick Duo" is opgeslagen, kunt u dat beeld
nogmaals op de camera bekijken door het
beeldbestand in de computer te kopiëren
naar een "Memory Stick Duo".
Stap is niet nodig als de bestandsnaam
ingesteld in de camera, niet is veranderd.
Afhankelijk van het beeldformaat kan het
onmogelijk zijn bepaalde beelden weer te
geven.
Als een beeldbestand is verwerkt door de
computer of als het beeldbestand werd
opgenomen door een ander model camera dan
die van u, kunnen wij niet garanderen dat het
beeldbestand kan worden weergegeven.
Als de overschrijven-bevestigingsmelding
wordt afgebeeld, voert u in stap een ander
nummer in.
Als er geen map is, maakt u eerst een nieuwe
map aan met uw camera en kopieert u daarna
het beeldbestand (blz. 48).
Klik met de rechter muisknop
op het beeldbestand en
klik daarna op [Rename].
Verander de bestandsnaam in
"DSC0".
Voer een nummer in van 0001 t/m
9999 voor .
De bestandsextensie kan worden afgebeeld,
afhankelijk van de instelling van de computer.
De bestandsextensie voor stilstaande beelden
is JPG en de bestandsextensie voor bewegende
beelden is MPG. U mag de bestandsextensie
niet veranderen.
Kopieer het beeldbestand naar
de map "Memory Stick Duo".
Klik met de rechter muisknop op
het beeldbestand en klik daarna op
[Copy].
Kies en dubbelklik op de map
[DCIM] van de [Removable Disk]
of [Sony MemoryStick] in [My
Computer].
Klik met de rechter muisknop op
de map [MSDCF] in de map
[DCIM] en klik op [Paste]. 
betekent ieder willekeurig nummer
van 100 t/m 999.
Installeren van "Picture
Package" en "ImageMixer
VCD2"
"Picture Package" is alleen voor
Windows computers.
U kunt het programma "Picture Package"
op uw Windows-computer gebruiken voor
het kopiëren, bekijken en bewerken van
de opnamen die u met uw camera hebt
gemaakt. Bij de installatie van "Picture
Package", wordt tegelijkertijd ook het
USB-stuurprogramma geïnstalleerd.
Als de computer reeds gebruikt wordt, sluit u
alle softwareprogramma’s af voordat u "Picture
Package" installeert.
Voor computeromgeving
Zie pagina 80 voor een eenvoudige
Windows-besturingsomgeving. Andere
systeemvereisten zijn als volgt.
Software: Macromedia Flash Player 6.0
of hoger, Windows Media Player 7.0 of
hoger, DirectX 9.0b of hoger
Geluidskaart: 16-bit stereo geluidskaart
met luidsprekers
Geheugen: 64 MB of meer (128 MB of
meer wordt aanbevolen.)
Vaste schijf: Vrije schijfruimte benodigd
voor installatie: circa. 500 MB
Grafisch: Videokaart (ondersteuning van
Direct Draw) met 4 MB VRAM
89
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Bekijken van de beelden op uw computer
NL
Om automatisch diavoorstellingen
(blz. 92) te maken, is een Pentium III
500 MHz of een snellere CPU vereist.
Wanneer u "ImageMixer VCD2"
gebruikt, wordt een computer met
een Pentium III 800 MHz of sneller
aanbevolen.
Deze software is geschikt voor
DirectX. Voor gebruik moet "DirectX"
geïnstalleerd zijn.
Voor het gebruik van een schrijver, om
CD-ROM’s te branden, gelden andere
vereisten.
Schakel de computer in
en plaats de CD-ROM
(bijgeleverd) in het CD-ROM-
station.
Het installatie-menuscherm wordt
afgebeeld.
Als u het USB-stuurprogramma nog niet hebt
geïnstalleerd (blz. 81), mag u de camera niet op
de computer aansluiten vóórdat u de "Picture
Package"-software hebt geïnstalleerd (behalve
voor Windows XP).
Klikt op [Picture Package/
ImageMixer VCD2].
Het scherm "Choose Setup Language"
(Kies taal voor installatie) verschijnt.
Kies de gewenste taal en klik
daarna op [Next].
Deze tekst beschrijft het Engelse scherm.
Klik op [Next].
Het scherm "Licence Agreement"
(Licentie overeenkomst) verschijnt.
Lees de overeenkomst aandachtig
door. Als u de voorwaarden van de
overeenkomst accepteert, vinkt u het
selectievakje "I accept the terms of the
license agreement" (ik accepteer de
licentie overeenkomst) aan en klikt u
op [Next].
Klik op [Next].
90
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Klik op [Install] op het scherm
"Ready to Install the Program"
(Klaar om het programma te
installeren).
De installatie begint.
Nadat het installeren klaar is, wordt
het scherm "Welcome to setup for
ImageMixer VCD2" (Welkom bij de
installatie van ImageMixer VCD2)
afgebeeld.
Klik op [Next] en volg de
instructies op het scherm.
Als het scherm "Welcome to
setup for Direct X" (Welkom bij
de installatie van Direct X) wordt
afgebeeld nadat de installatie van het
softwareprogramma klaar is, volgt u
de aanwijzingen op het scherm.
Controleer dat het
selectievakje "Yes, I want to
restart my computer now" (Ja,
ik wil de computer nu opnieuw
starten) is aangevinkt en klik
daarna op [Finish].
De computer wordt opnieuw opgestart.
De snelkoppelingen van "Picture
Package Menu" en "Picture Package
destination Folder" worden afgebeeld.
Haal de CD-ROM eruit.
Beelden kopiëren met
"Picture Package"
Sluit de camera en de computer op
elkaar aan met behulp van de USB-
kabel.
"Picture Package" wordt automatisch
opgestart en de beelden worden
automatisch naar de computer gekopieerd.
Nadat de beelden zijn gekopieerd, wordt
"Picture Package Viewer" opgestart en
worden de gekopieerde beelden afgebeeld.
Normaal gesproken worden de mappen
"Picture Package" en "Date" aangemaakt in
de map "My Picture" en worden alle beelden,
opgenomen met de camera, in deze mappen
gekopieerd.
Als "Picture Package" de beelden niet
automatisch kan kopiëren, start u "Picture
Package Menu" op en vinkt u [Settings] aan in
[Copy automatically].
91
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Bekijken van de beelden op uw computer
NL
"Picture Package"
gebruiken
Start [Picture Package Menu] op het
bureaublad op om de diverse functies te
gebruiken.
Het opstartscherm kan er, afhankelijk van
uw computer, anders uitzien. U kunt de
menuweergave naar wens aanpassen door
op [Settings], rechtsonder op het scherm, te
klikken.
Voor verdere informatie over het
softwareprogramma, klikt u op in de
rechterbovenhoek van ieder scherm om de on-
line Helpfunctie af te beelden.
Technische ondersteuning van "Picture
Package" wordt geleverd door het
Pixela User Support Center. Voor
verdere informatie leest u de informatie
die bij de CD-ROM werd geleverd.
Beelden bekijken op een
computer
Klik op [Viewing video and pictures on
PC] (Video en beelden bekijken op de PC)
aan de linkerkant van het scherm en klik
daarna op [Viewing video and pictures on
PC] (Video en beelden bekijken op de PC)
in de rechteronderhoek van het scherm.
Het scherm dat gebruikt wordt voor
het bekijken van de beelden, wordt
afgebeeld.
Beelden opslaan op een CD-R
Klik op [Save the images on CD-R]
(Beelden opslaan op de PC) aan de
linkerkant van het scherm en klik daarna
op [Save the images on CD-R] (Beelden
opslaan op de PC) in de rechteronderhoek
van het scherm.
Het scherm dat gebruikt wordt voor
het opslaan van beelden op een CD-R,
wordt afgebeeld.
Om beelden op een CD-R op te slaan is een
cd-schrijver nodig. Voor meer informatie
betreffende geschikte schrijvers, moet u de
volgende homepage van het Pixela User
Support Center raadplegen.
http://www.ppackage.com/
92
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Een video-CD met een menu
maken ("ImageMixer VCD2")
"ImageMixer VCD2" is compatibel met
video-CD voor stilstaande beelden met een
hoge resolutie.
Klik op [Burning Video CD]
aan de linkerkant van het
scherm en klik vervolgens
op [Burning Video CD] in de
rechtsonder op het scherm.
Het "ImageMixer VCD2"-scherm
verschijnt.
Klik op [Video CD].
Selecteer de map waarin de
gewenste bestanden zijn
opgeslagen.
Selecteer de gewenste map in
het linkerkader en klik daarna op
[Add]. De geselecteerde mappen
worden naar het rechterkader
verplaatst.
Klik op [Next].
Stel de menu achtergrond,
knoppen, titels, enz., in en klik
daarna op [Next].
Bevestig dat de instellingen
overeenkomstig uw wensen zijn.
Bevestig het voorbeeld van
het Video-CD-bestand.
Klik in het linkerkader op het
bestand waarvan u een voorbeeld
wilt bekijken.
Klik op [] om een voorbeeld te
bekijken.
Klik op [Next] en voer de
discnaam in.
Wanneer u een CD-R plaatst in het
CD-R-station en op [Write] klikt,
wordt het scherm afgebeeld voor het
schrijven naar een disc.
Een diavoorstelling maken
Klik op [Automatic Slideshow Producer]
aan de linkerkant van het scherm en klik
vervolgens op [Automatic Slideshow
Producer] in de rechtsonder op het scherm.
Het scherm dat gebruikt wordt voor
het maken van een diavoorstelling,
wordt afgebeeld.
93
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Bekijken van de beelden op uw computer
NL
Beelden afdrukken
Voer de procedures uit zoals
beschreven onder "Beelden
bekijken op een computer"
(blz. 91) om de lijst met
beelden af te beelden.
Dubbelklik en kies de beelden
op de lijst die u wilt afdrukken.
Klik op de toets op het
scherm.
Het scherm dat gebruikt wordt voor
het afdrukken van beelden wordt
afgebeeld.
Klik op [File] in de
linkerbovenhoek van het
scherm en kiest daarna [Print].
Het scherm van de Wizard afdrukken
wordt afgebeeld.
Stel het papierformaat en het
aantal af te drukken vellen en
beelden in.
Beelden kopiëren
naar uw computer
Voor gebruikers van
Macintosh
Aanbevolen computeromgeving
Besturingssysteem: Mac OS 9.1, 9.2, of
Mac OS X (v10.0/v10.1/v10.2/v10.3)
Het bovenstaande besturingssysteem dient
in de fabriek te zijn geïnstalleerd.
USB-poort: Standaard geleverd
Indien u twee of meer USB-apparaten tegelijk
op één en dezelfde computer aansluit, zal
bepaalde apparatuur, met inbegrip van uw
camera, al naar gelang het type USB-
apparatuur mogelijk niet werken.
Bij gebruik van een USB-hub kan een juiste
werking niet worden gegarandeerd.
Voor alle bovenstaande aanbevolen
computeromgevingen kan een behoorlijke
werking niet worden gegarandeerd.
94
DSC-L1 2-186-445-42(1) [OpenType FONT]
NL
USB-modus
Er zijn twee functies voor een USB
verbinding wanneer u aansluit op een
computer: de [Normal] en [PTP]* functie.
De standaardinstelling is de [Normal]-
functie. Dit gedeelte neemt de [Normal]
functie als voorbeeld.
*
Voor verdere informatie over de PTP-verbinding,
zie blz. 117.
Communicatie met uw computer
Na herstel van uw computer vanuit de
Suspend- of Sleep-modus is de kans
aanwezig dat de communicatie tussen uw
camera en uw computer niet op hetzelfde
moment hersteld wordt.
Wanneer uw computer niet is
uitgerust met een USB-poort
Wanneer zowel een USB-poort als een
"Memory Stick"-gleuf niet aanwezig
zijn, kunt u beelden kopiëren via een
extern apparaat. Zie de Sony-website voor
informatie.
http://www.sony.net/
Uw camera aansluiten op uw
computer
Voor verdere informatie zie pagina 82.
Loskoppelen van de USB-kabel van
uw computer, verwijderen van de
"Memory Stick Duo" uit uw camera
of uitschakelen van de stroom
tijdens een USB-verbinding
Sleep het pictogram van het station of de
"Memory Stick" en zet het neer op het
"Trash" pictogram, koppel daarna de USB-
kabel los, verwijder de "Memory Stick
Duo" of schakel de camera uit.
Als u Mac OS X v10.0 gebruikt, maakt u de
USB-kabel los, enz., nadat u de computer hebt
uitgezet.
Beelden kopiëren
1 Dubbelklik op het nieuw herkende
pictogram op het bureaublad.
De inhoud van de "Memory Stick Duo"
in de camera verschijnt.
2 Dubbelklik op [DCIM].
3 Dubbelklik op de map waarin de
beelden die u hebt gekopieerd, zijn
opgeslagen.
4 Sleep de beeldbestanden naar het
pictogram van de harde schijf en zet ze
erop neer.
De beeldbestanden worden naar de harde
schijf gekopieerd. Voor informatie over
de opslaglocatie van de beelden en de
bestandsnamen, zie pagina 86.
De beelden bekijken op uw
computer
1 Dubbelklik op het pictogram van de
harde schijf.
2 Dubbelklik op het gewenste
beeldbestand in de map waarin de
gekopieerde bestanden zitten. Het
beeldbestand wordt geopend.
"Picture Package" kan niet worden gebruikt op
een Macintosh.
95
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Bekijken van de beelden op uw computer
NL
"ImageMixer VCD2"
gebruiken
"ImageMixer VCD2" is ook compatibel
met Macintosh (Mac OS X (v10.1.5 of
hoger)).
Met behulp van "ImageMixer VCD2"
op de CD-ROM die bij de camera werd
geleverd, kunt u een video-CD maken met
stilstaande beelden en bewegende beelden
opgeslagen op de computer.
"ImageMixer VCD2" voor Macintosh kan
alleen met behulp van een disk-image het
beeldbestand op een CD-R opslaan in het
video-CD-formaat. De door Roxio gemaakte
"Toast" software (niet bijgeleverd) is vereist
om een video-CD te maken.
Als de computer reeds gebruikt wordt, sluit
u alle softwareprogramma’s af voordat u
"ImageMixer VCD2" installeert.
Technische ondersteuning van
"ImageMixer VCD2" wordt geleverd
door het Pixela User Support Center.
Voor verdere informatie leest u de
informatie die bij de CD-ROM werd
geleverd.
Vereiste computeromgeving
Besturingssysteem: Mac OS X
(v10.1.5 of hoger)
Het bovenstaande besturingssysteem dient
in de fabriek te zijn geïnstalleerd.
CPU: iMac, eMac, iBook, PowerBook,
Power Mac G3/G4-series
Geheugen: 128 MB of meer (256 MB of
meer wordt aanbevolen.)
Vaste schijf: Vrije schijfruimte benodigd
voor installatie: circa 250 MB
Grafisch: 1024 × 768 pixels of meer,
32.000 kleuren of meer
Installatie van QuickTime 4 of hoger is vereist.
(QuickTime 5 wordt aanbevolen.)
Voor alle bovenstaande aanbevolen
computeromgevingen kan een behoorlijke
werking niet worden gegarandeerd.
Installeren van "ImageMixer
VCD2"
1 Schakel uw computer in.
De displayinstellingen moeten 1024 × 768
punten of meer en 32.000-bits of meer zijn.
2 Plaats de CD-ROM (bijgeleverd) in het
CD-ROM-station.
3 Dubbelklik op het pictogram van de
CD-ROM.
4 Kopieer het bestand [IMXINST.SIT] in
de map [MAC] naar de vaste schijf.
5 Dubbelklik op het bestand [IMXINST.
SIT] in de kopieerbestemmingsmap.
6 Dubbelklik op het uitgepakte bestand
[ImageMixer VCD2_Install].
7 Nadat het gebruikersinformatiescherm
is afgebeeld, voert u de gewenste naam
en het wachtwoord in.
De installatie van de software begint.
96
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Een video-CD met een menu
maken
"ImageMixer VCD2" is compatibel met
video-CD voor stilstaande beelden met een
hoge resolutie.
1 Open de map [ImageMixer] in
[Application].
2 Klik op [ImageMixer VCD2].
3 Voer de stappen t/m uit op
blz. 92.
4 Klik op [Next] en voer de discnaam en
bestemming in.
De voorbereidingen voor het opslaan
van de bestanden op een CD-R zijn
voltooid.
97
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Verhelpen van storingen
NL
Verhelpen van
storingen
Indien u problemen ondervindt met
de camera, probeer dan de volgende
oplossingen.
1 Controleer eerst de punten in de
onderstaande tabellen. Indien er
codes "C::" op het
scherm verschijnen, is de
zelfdiagnosefunctie in werking
getreden (blz. 110).
2 Als uw camera nog steeds niet goed
werkt, drukt u op de RESET-toets
binnenin het batterij/"Memory Stick
Duo"-deksel met een scherpgepunt
voorwerp, en schakelt u daarna de
stroom weer in. (Door indrukken
van deze toets gaan alle instellingen
inclusief de datum en tijd verloren
en worden de fabrieksinstellingen
ingesteld.)
RESET-toets
3 Mocht het probleem hiermee nog niet
zijn opgelost, raadpleeg dan uw Sony-
dealer of de plaatselijke technische
dienst van Sony.
Accu en spanning
Symptoom Oorzaak/oplossing
U kunt de accu niet opladen.
De camera is ingeschakeld. Schakel de camera uit (blz. 17).
De accu kan niet worden geplaatst.
Plaats de accu door de accu-uitwerphendel naar de voorkant van de camera te duwen met behulp van
de punt van de accu (blz. 13).
Plaats de accu correct (blz. 13).
Het /CHG-lampje knippert wanneer er
een batterij wordt opgeladen.
Plaats de accu correct (blz. 13).
In de accu is een defect opgetreden. Neem contact op met uw Sony-dealer of de plaatselijke
technische dienst van Sony.
De accu is leeg. Sluit de netspanningsadapter opnieuw aan en laad de accu op.
98
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Symptoom Oorzaak/oplossing
Het /CHG-lampje gaat niet branden
wanneer er een accu wordt
opgeladen.
De netspanningsadapter is niet goed aangesloten. Sluit de netspanningsadapter goed aan (blz. 16).
Er is een storing opgetreden in de netspanningsadapter. Neem contact op met uw Sony-dealer of de
plaatselijke technische dienst van Sony.
Plaats de accu correct (blz. 13).
De accu is volledig opgeladen.
De accu is leeg. Sluit de netspanningsadapter opnieuw aan en laad de accu op.
De batterij-restladingsindicatie is
onjuist of er is volgens de batterij-
restladingsindicatie nog voldoende
stroom, maar toch is de stroom
spoedig op.
U hebt de camera in een bijzonder hete of een bijzonder koude omgeving gebruikt (blz. 118).
Er is een verandering opgetreden in de resterende gebruiksduur van de accu. Ontlaad de accu
volledig en laad deze daarna weer volledig op zodat de batterij-restladingsindicatie goed werkt
(blz. 14).
De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (blz. 13).
De accu is niet meer bruikbaar (blz. 124). Vervang de accu door een nieuwe.
De accu raakt te snel leeg.
De accu is niet meer bruikbaar (blz. 124). Vervang de accu door een nieuwe.
U hebt de camera in een buitengewoon koude omgeving gebruikt (blz. 118).
De accupool is vuil. Maak de accupool schoon met een wattenstaafje of iets dergelijks, en laad de
accu op.
Nadat u de accu hebt opgeladen, trekt u de gelijkstroomstekker uit de camera.
De camera kan niet worden
ingeschakeld.
Plaats de accu correct (blz. 13).
De netspanningsadapter is niet goed aangesloten. Sluit de netspanningsadapter goed aan (blz. 16).
Er is een storing opgetreden in de netspanningsadapter. Neem contact op met uw Sony-dealer of de
plaatselijke technische dienst van Sony.
De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (blz. 13).
De accu is niet meer bruikbaar (blz. 124). Vervang de accu door een nieuwe.
De camera schakelt plotseling uit.
Als u de camera gedurende drie minuten niet bedient terwijl deze is ingeschakeld, wordt de camera
automatisch uitgeschakeld om te voorkomen dat de batterijen leeg raken. Schakel de camera weer in
(blz. 17) of gebruik de netspanningsadapter (blz. 16).
De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (blz. 13).
99
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Verhelpen van storingen
NL
Stilstaande beelden/bewegende beelden opnemen
Symptoom Oorzaak/oplossing
Het LCD-scherm wordt niet
ingeschakeld wanneer de camera
wordt ingeschakeld.
De LCD-achtergrondverlichting is uitgeschakeld met
en u bevindt zich op een donkere plaats.
Schakel de LCD-achtergrondverlichting in met
(blz. 29).
Het onderwerp is niet zichtbaar op het
LCD-scherm.
Zet de modusschakelaar op of (blz. 27 en 75).
Het beeld is onscherp.
Het onderwerp bevindt zich te dichtbij. Plaats de camera verder weg dan de minimale
scherpstelafstand (circa. 12 cm voor de W-kant en circa. 50 cm voor de T-kant) en neem vervolgens
het beeld op.
Kies bij het opnemen van stilstaande beelden een andere scène-keuzefunctie (blz. 39) dan
(Schemerfunctie) of (Landschapsfunctie).
De optische zoom werkt niet.
U kunt de zoomvergroting niet veranderen tijdens het opnemen van bewegende beelden.
De digitale precisie-zoomfunctie
werkt niet.
[Digital Zoom] is ingesteld op [Smart] of [Off] op het Setup-scherm. Stel [Digital Zoom] in op
[Precision] (blz. 30 en 115).
De modusschakelaar staat in de stand . Zet de modusschakelaar in de stand .
De slimme-zoomfunctie werkt niet.
[Digital Zoom] is ingesteld op [Precision] of [Off] op het Setup-scherm. Stel [Digital Zoom] in op
[Smart] (blz. 30 en 115).
Het beeldformaat is ingesteld op [4M] of [3:2]. Stel het beeldformaat in op een andere instelling dan
[4M] en [3:2] (blz. 22).
De smart-zoomfunctie kan niet worden gebruikt in de Multi-Burst-functie (blz. 30 en 58).
De modusschakelaar staat in de stand . Zet de modusschakelaar in de stand .
Het beeld is te donker.
U filmt een onderwerp met een lichtbron erachter. Kies de lichtmeetfuncite (blz. 55) of regel de
belichting (blz. 52 en 112).
De helderheid van het LCD-scherm is te laag. Regel de helderheid van het LCD-scherm (blz. 116).
Schakel de LCD-achtergrondverlichting in met
(blz. 29).
Het beeld is te licht.
U neemt een onderwerp onder een spot op in een anderszins donkere omgeving, zoals op een
podium. Regel de belichting (blz. 52 en 112).
De helderheid van het LCD-scherm is te hoog. Regel de helderheid van het LCD-scherm (blz. 116).
Het beeld is monochroom (zwart-wit).
Stel [PFX] (P.Effect) in op een andere functie dan [B&W] (blz. 59).
100
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Symptoom Oorzaak/oplossing
Bij het filmen van een zeer helder
onderwerp verschijnen er verticale
strepen.
Dit is een bekend storingsfenomeen. Dit verschijnsel duidt niet op een defect.
Wanneer u op een donkere plaats
naar het LCD-scherm kijkt, is het
beeld gestoord.
De camera probeert de zichtbaarheid van het LCD-scherm te vergroten door het beeld tijdelijk te
verhelderen onder onderbelichte omstandigheden. Dit is niet van invloed op het opgenomen beeld.
De camera kan geen beelden
opnemen.
Er is geen "Memory Stick Duo" geplaatst. Plaats een "Memory Stick Duo" (blz. 21).
De "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden opgeslagen op de "Memory Stick Duo"
(blz. 42 en 77) of laad de huidige batterijen op "Memory Stick Duo".
U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK
staat. Schuif het in de opnamestand (blz.122).
Tijdens het opladen van de flitser kunt u geen beelden opnemen.
Zet de modusschakelaar op (blz. 27) voor het opnemen van stilstaande beelden.
Zet de modusschakelaar op (blz. 75) voor het opnemen van stilstaande beelden.
Het beeldformaat is ingesteld op [640(Fine)] tijdens het opnemen van bewegende beelden. Plaats
een "Memory Stick PRO Duo" (blz. 75 en 121) of stel het beeldformaat anders in dan [640(Fine)].
Het opnemen duurt erg lang.
De lange sluitertijd-functie NR is geactiveerd (blz. 39).
De flitser werkt niet.
De modusschakelaar staat in een andere stand dan . Zet de modusschakelaar in de stand
(blz 27).
De flitser staat op (Niet flitsen). Stel de flitser in op automatisch (Geen indicatie), (Altijd
flitsen) of
SL
(Langzame synchro) (blz. 32).
Kies bij het opnemen van stilstaande beelden een andere scène-keuzefunctie (blz. 39) dan
(Schemerfunctie) of (Kaarslichtfunctie).
Wanneer (Landschapsfunctie), (Sneeuwfunctie) of (Strandfunctie) is gekozen als scène-
keuzefunctie, stelt u de flitsermodus in op (Altijd flitsen) (blz. 32).
Stel [Mode] (REC Mode) in op [Normal].
Wazige vlekjes verschijnen op
beelden opgenomen met de flitser.
Stof in de lucht reflecteerde het flitslicht en werd met het beeld opgenomen. Dit is normaal.
U kunt niet ononderbroken opnemen.
De "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden opgeslagen op de "Memory Stick Duo"
(blz. 42 en 77) of verwissel de "Memory Stick Duo".
De batterij-restlading is onvoldoende, u kunt alleen een enkel beeld opnemen. Plaats een opgeladen
accu (blz. 13).
101
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Verhelpen van storingen
NL
Symptoom Oorzaak/oplossing
De ogen van het onderwerp zijn rood.
Stel [Red Eye Reduction] op het Setup-scherm in op [On] (blz. 33 en 115).
Verklein de afstand tot het onderwerp tot de aanbevolen afstand en neem het beeld op met gebruik
van de flitser (blz. 32).
Bij opnamen binnenshuis, verbeter de verlichting en neem het beeld op.
De datum en tijd worden onjuist
opgenomen.
Stel de juiste datum en tijd in (blz. 18 en 117).
De F-waarde en de sluitertijd
knipperen wanneer u de sluiterknop
tot halverwege indrukt.
Stel de juiste belichting in (blz. 52).
Beelden bekijken
Symptoom Oorzaak/oplossing
De camera kan geen beelden
weergeven.
Zet de modusschakelaar in de stand (blz. 40).
De map-/bestandsnaam is veranderd op de computer (blz. 88).
Als een beeldbestand is verwerkt door de computer of als het beeldbestand werd opgenomen door
een ander model camera dan die van u, kunnen wij niet garanderen dat het beeldbestand kan worden
weergegeven.
De camera staat in de USB-modus. Annuleer de USB-communicatie (blz. 83 en 94).
Onmiddellijk nadat de weergave is
begonnen, ziet het beeld er grof uit.
Als gevolg van de beeldverwerking kan kort na het begin van de weergave, het beeld er korrelig
uitzien. Dit is geen defect.
Het beeld kan niet worden
weergegeven op een computer.
Zie blz. 102.
102
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Beelden wissen/bewerken
Symptoom Oorzaak/oplossing
De camera kan geen beeld wissen.
Het beeld is beveiligd. Annuleer de beveiliging (blz. 64).
U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK
staat. Schuif het in de opnamestand (blz. 122).
U hebt per ongeluk een beeld gewist.
Door de markering (beveiliging) in te stellen, voortkomt u dat beelden per ongeluk LOCK
worden gewist (blz. 64).
We adviseren u de schrijf-beveiligingsschakelaar van de "Memory Stick Duo" in de stand te zetten
om te voorkomen dat beelden per ongeluk worden gewist (blz. 122).
De functie voor verandering van het
formaat werkt niet.
U kunt het beeldformaat van bewegende beelden en Multi Burst-beelden niet veranderen.
U kunt een afdrukmarkering (DPOF)
niet afbeelden.
U kunt afdrukmarkeringen (DPOF) niet afbeelden op bewegende beelden.
Bewegende beelden kunnen niet
worden geknipt.
De bewegende beelden duren niet lang genoeg om te knippen.
Beveiligde bewegende beelden kunnen niet worden geknipt. Annuleer de beveiliging (blz. 64).
Stilstaande beelden kunnen niet worden geknipt.
Computers
Symptoom Oorzaak/oplossing
U weet niet of het besturingssysteem
van uw computer compatibel is.
Controleer "Aanbevolen computeromgeving" (blz. 80 en 93).
U kunt het USB-stuurprogramma niet
installeren.
In Windows 2000 logt u in als Administrator (geautoriseerde beheerders) (blz. 80).
103
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Verhelpen van storingen
NL
Symptoom Oorzaak/oplossing
Uw computer herkent de camera niet.
Schakel de camera in (blz. 17).
De batterij is zwak. Gebruik de netspanningsadapter (blz. 16).
Gebruik de bijgeleverde USB-kabel (blz. 82 en 93).
Koppel de USB-kabel los van zowel de computer als de camera en sluit deze vervolgens weer stevig
aan. Zorg dat er "USB Mode" op het LCD-scherm wordt aangegeven (blz. 82).
Stel [USB Connect] op het Setup-scherm in op [Normal] (blz. 47 en 117).
De USB-poorten op uw computer zijn behalve met het toetsenbord, de muis en de camera ook nog
met andere apparatuur verbonden. Koppel alle apparatuur van de USB-aansluitingen los, behalve het
toetsenbord en de muis (blz. 80).
De camera is niet rechtstreeks aangesloten op de computer. Sluit de camera rechtstreeks aan op de
computer, en niet via een USB-hub of ander apparaat (blz. 80).
Installeer het USB-stuurprogramma (blz. 81).
Uw computer herkent het apparaat niet goed, omdat u de camera hebt aangesloten op de computer
met behulp van een USB-kabel voordat u de "USB Driver" (USB-stuurprogramma) hebt
geïnstalleerd vanaf de bijgeleverde CD-ROM. Wis het verkeerd herkende apparaat van uw computer
(blz. 84) en installeer daarna het USB-stuurprogramma (blz. 81).
U kunt geen beelden kopiëren.
Vormt een USB-verbinding tussen de camera en een computer (blz. 82 en 94).
Volg de procedure die bij uw besturingssysteem past (blz. 83, 84, 90 en 93).
U hebt geprobeerd een opname te maken met een "Memory Stick Duo" die geformatteerd was
met een computer. Maak een opname met een "Memory Stick Duo" die geformatteerd is door uw
camera.
Na een USB-verbinding tot stand
te hebben gebracht, start "Picture
Package" niet automatisch.
Start "Picture Package Menu" op en controleer [Settings].
Breng een USB-verbinding tot stand terwijl de computer is ingeschakeld (blz. 82).
Het beeld kan niet worden
weergegeven op een computer.
Als u het programma "Picture Package" gebruikt, moet u op help rechtsboven in elk scherm klikken.
Raadpleeg de fabrikant van de computer of de software.
Wanneer u bewegende beelden op
een computer bekijkt, worden beeld
en geluid onderbroken door storing.
U geeft de bewegende beelden rechtstreeks vanaf de "Memory Stick Duo" weer. Kopieer de
bewegende beelden naar de harde schijf van uw computer en geef vervolgens de bewegende beelden
vanaf de harde schijf weer (blz. 83, 84, 90 en 93).
U kunt een beeld niet afdrukken.
Controleer de printerinstellingen.
Beelden die al een keer naar de
computer gekopieerd zijn kunnen niet
door de camera weergegeven worden.
Naar de verkeerde map gekopieerd. Kopieer ze naar een beschikbare map, zoals "101MSDCF"
(blz. 88).
De map- of bestandsnaam op uw computer is veranderd (blz. 88).
104
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
"Memory Stick Duo"
Symptoom Oorzaak/oplossing
U kunt geen "Memory Stick Duo" in
de camera plaatsen.
U probeert de "Memory Stick Duo" achtertevoren in de camera te plaatsen. Plaats de "Memory Stick
Duo" op de juiste wijze (blz. 21).
U kunt niet opnemen op een "Memory
Stick Duo".
U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK
staat. Schuif het in de opnamestand (blz.122).
De "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden (blz. 42 en 77).
Het beeldformaat is ingesteld op [640(Fine)] tijdens het opnemen van bewegende beelden. Plaats een
"Memory Stick PRO Duo" (blz. 75 en 122) of stel het beeldformaat anders in dan [640(Fine)].
U kunt een "Memory Stick Duo" niet
formatteren.
U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK
staat. Schuif het in de opnamestand (blz. 122).
U hebt een "Memory Stick Duo" per
ongeluk geformatteerd.
Alle gegevens op de "Memory Stick Duo" worden gewist bij het formatteren. U kunt deze niet
herstellen. We adviseren u de schrijf-beveiligingsschakelaar van de "Memory Stick Duo" in de stand
LOCK te zetten om te voorkomen dat beelden per ongeluk worden gewist (blz. 122).
PictBridge-compatibel printer
Symptoom Oorzaak/oplossing
De verbinding komt niet tot stand.
Raadpleeg de fabrikant of de printer compatibel is met PicBridge of niet.
Controleer of de printer is ingeschakeld en aangesloten kan worden op de camera.
Stel [USB Connect] in op [PictBridge] op het Setup-scherm (blz. 117).
De verbinding komt, afhankelijk van de omstandigheden, niet tot stand. Koppel de USB-kabel los
en sluit deze weer aan. Bij het verschijnen van een foutmelding op de printer, moet u de handleiding
van de printer raadplegen.
105
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Verhelpen van storingen
NL
Symptoom Oorzaak/oplossing
U kunt geen beelden afdrukken.
De camera is niet aangesloten op de printer. Controleer dat de camera en de printer op de juiste wijze
zijn aangesloten met behulp van de USB kabel.
Schakel de printer in. Voor meer informatie moet u de handleiding, die u meegeleverd kreeg,
raadplegen.
Als u tijdens het afdrukken [Exit] hebt gekozen, is het mogelijk dat u, afhankelijk van de printer, het
afdrukken niet kunt hervatten. Koppel de USB-kabel los en sluit deze weer aan. Als u nog steeds niet
kunt afdrukken, moet u de USB-kabel losmaken, de printer uitschakelen en daarna weer inschakelen,
en dan weer de USB-kabel aansluiten.
Bewegende beelden kunnen niet afgedrukt worden.
Beelden die bewerkt zijn met een computer of beelden die met een andere camera dan deze zijn
opgenomen, kunnen mogelijk niet afgedrukt worden.
De afdrukopdracht is geannuleerd.
U hebt de USB-kabel losgekoppeld voordat de aanduiding (USB-multikabel niet loskoppelen)
verdwenen was.
U kunt in de functie indexweergave
geen datum invoeren of de
afbeeldingen afdrukken.
Raadpleeg de fabrikant of de printer de datum functie of index afdruk functie kan uitvoeren of niet.
Afhankelijk van de printer kan de datum niet in de functie indexweergave ingevoerd worden.
Raadpleeg de fabrikant van de printer.
Het papierformaat waarop u wilt
afdrukken verschijnt niet.
Raadpleeg de fabrikant of de printer het papierformaat waarop u wilt afdrukken, ondersteunt.
"---- -- --" wordt afgedrukt op de plaats
van de ingevoegde datum.
Beelden zonder datumgegevens kunnen niet afgedrukt worden met de datum ingevoegd. Stel [Date]
in op [Off] en druk daarna het beeld af.
U kunt niet afdrukken met de huidige
papierformaatinstelling van de printer.
Als het printerpapier werd veranderd naar papier van een ander formaat nadat de camera werd
aangesloten op de printer, koppelt u de USB-kabel los van de printer en sluit u deze weer aan.
De afdrukinstelling van de camera verschilt van de printerinstelling. Verander de
papierformaatinstelling van de camera (blz. 70 en 72) of verander de printerinstelling.
U kunt geen andere bedieningen
uitvoeren nadat het afdrukken is
gestopt.
De printer voert de printer-stop-procedure uit. Wacht tot deze procedure is voltooid. (Deze procedure
kan enige tijd duren, afhankelijk van de printer.)
Overige
Symptoom Oorzaak/oplossing
Een zacht ratelgeluid is hoorbaar in
de camera wanneer u deze beweegt.
Voor sommige lensfuncties van de camera worden lineaire mechanismen gebruikt. Dit is normaal.
106
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Symptoom Oorzaak/oplossing
De camera werkt niet.
U gebruikt geen "InfoLITHIUM" accu. Gebruik een "InfoLITHIUM" accu (blz. 123).
De batterij is zwak. (De indicatie verschijnt.) Laad de accu op (blz. 13).
Sluit de netspanningsadapter stevig aan op de DC IN-aansluiting van de camera en op een
stopcontact (blz. 16).
De camera is wel ingeschakeld, maar
werkt niet.
De ingebouwde microcomputer werkt niet naar behoren. Koppel alle voedingsbronnen los en
sluit deze na een minuut weer aan, en schakel de camera in. Als dit niet werkt, drukt u met een
scherppuntig voorwerp op de RESET-knop achter het deksel van de accu/"Memory Stick Duo",
en schakelt u vervolgens de camera weer in. (Hierdoor worden de datum- en tijdinstellingen, enz.,
gewist.) (blz. 97)
U kunt een indicatie op het scherm
niet herkennen.
Controleer de indicatie (blz. 126 tot 129).
De lens raakt beslagen.
Er is condensvorming opgetreden. Schakel de camera uit en laat deze ongeveer een uur bij
kamertemperatuur staan zodat het vocht kan verdampen, alvorens de camera te gebruiken (blz. 119).
De camera wordt warm wanneer u
deze lang achtereen gebruikt.
Dit is normaal.
De lens beweegt niet wanneer u de
camera uitschakelt.
De accu is leeg. Vervang de accu door een opgeladen accu (blz. 13) of gebruik de
netspanningsadapter (blz. 16).
107
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Verhelpen van storingen
NL
Waarschuwingen en
meldingen
Op het scherm kunnen de volgende meldingen verschijnen.
Melding Betekenis/Oplossing
No Memory Stick
Plaats een "Memory Stick Duo" (blz. 21).
System error
Schakel de camera uit en daarna weer in (blz. 17).
Memory Stick error
De geplaatste "Memory Stick Duo" kan niet in de camera worden gebruikt (blz. 121).
De"Memory Stick Duo" is beschadigd.
De aansluitpunten van de "Memory Stick Duo" zijn vuil.
Plaats de "Memory Stick Duo" op de juiste wijze (blz. 21).
Memory Stick type error
De geplaatste "Memory Stick Duo" kan niet in de camera worden gebruikt (blz. 121).
Format error
De "Memory Stick Duo" kon niet worden geformatteerd. Formatteer de "Memory Stick Duo" opnieuw (blz. 44).
Memory Stick locked
U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK staat. Schuif
het in de opnamestand (blz. 122).
No memory space
De capaciteit van de "Memory Stick Duo" is ontoereikend. U kunt geen beelden opnemen. Wis overbodige
beelden (blz. 42 en 77).
Read only memory
De camera kan geen beelden opnemen op of wissen vanaf deze "Memory Stick Duo".
No file in this folder
Er zijn geen beelden opgenomen in deze map.
Folder error
Een map met dezelfde eerste drie cijfers van de naam bestaat reeds op de "Memory Stick Duo". (Bijvoorbeeld:
123MSDCF en 123ABCDE) Kies een andere map of maak een nieuwe map aan.
Cannot create more
folders
De map waarvan de eerste drie cijfers van de naam "999" is, bestaat reeds op de "Memory Stick Duo". U kunt
geen mappen aanmaken.
Cannot record
De camera kan geen beelden opnemen in de gekozen map. Kies een andere map (blz. 49).
File error
Tijdens weergave van het beeld is er een fout opgetreden.
File protect
Het beeld is beveiligd tegen wissen. Annuleer de beveiliging (blz. 64).
108
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Melding Betekenis/Oplossing
For "InfoLITHIUM" battery
only
De batterij is niet van het type "InfoLITHIUM".
Image size over
U geeft een beeld weer met een formaat dat niet kan worden weergegeven op uw camera.
Cannot divide
De bewegende beelden zijn niet lang genoeg om onder te verdelen (meer dan ongeveer twee seconden).
Het bestand is geen bewegend beeld.
Invalid operation
U probeert een bestand weer te geven dat werd aangemaakt op een ander apparaat dan deze camera.
De batterij is bijna of volledig uitgeput. Laad de accu op (blz. 13). Afhankelijk van de gebruiksomstandigheden of
het soort accu, kan de indicatie knipperen ondanks dat er nog voor 5 t/m 10 minuten acculading over is.
Door onvoldoende licht, is de camera gevoelig voor beweging. Gebruik de flitser, bevestig de camera op een
statief of zet de camera op een andere manier vast.
Turn the power off and on
again
Een probleem met de lens heeft een storing veroorzaakt.
640(Fine) is not available
640(Fine) kan alleen worden opgenomen op "Memory Stick PRO Duo". Plaats een "Memory Stick PRO Duo" of
stel het beeldformaat anders in dan [640(Fine)].
Enable printer to connect
[USB Connect] is ingesteld op [PictBridge], echter de camera is aangesloten op een apparaat dat niet PictBridge-
compatibel is. Controleer het apparaat.
De verbinding komt, afhankelijk van de omstandigheden, niet tot stand. Koppel de USB-kabel los en sluit deze
weer aan. Bij het verschijnen van een foutmelding op de printer, moet u de handleiding van de printer raadplegen.
Connect to device
U hebt geprobeerd afdrukken te maken vóórdat de printer was aangesloten. Sluit een printer aan die PictBridge-
compatibel is.
No printable image
U hebt geprobeerd om [DPOF image] uit te voeren zonder eerst de aanduiding te controleren.
U hebt geprobeerd [All In This Folder] uit te voeren terwijl een map, waarin alleen maar bewegende beelden
opgeslagen worden, gekozen was. U kunt bewegende beelden niet afdrukken.
Printer busy
Aangezien de printer bezig is, kan het geen afdrukopdrachten ontvangen. Controleer de printer.
Paper error
Er is een storing met het papier opgetreden, zoals papiertekort, papierophoping, enz. Controleer de printer.
Ink error
Een inktfout is opgetreden in de aangesloten printer, of de inkt is (bijna) op. Controleer de printer.
Printer error
De camera ontvangt een storingsmelding van de printer. Controleer de printer, of controleer de foto die u wilt
afdrukken, op beschadigingen.
109
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Verhelpen van storingen
NL
Melding Betekenis/Oplossing
Het is mogelijk dat de gegevensoverdracht naar de printer nog niet voltooid is. Sluit geen USB-kabel aan.
Processing
De printer voert de printer-stopprocedure uit. Afdrukken is niet mogelijk totdat deze procedure is afgerond. Deze
procedure kan enige tijd duren, afhankelijk van de printer.
110
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Zelfdiagnosefunctie
– Indien er een code verschijnt die
met een letter begint
Deze camera beschikt over een
zelfdiagnosefunctie. Met deze functie
wordt de toestand van de camera
weergegeven op het LCD-scherm met
een combinatie van één letter en vier
cijfers. Indien dat gebeurt, raadpleeg
dan de volgend codetabel en probeer de
bijbehorende oplossingen uit. De laatste
twee cijfers (hieronder aangeduid met twee
blokjes ) verschillen afhankelijk van
de toestand van de camera.
C:32:ss
Zelfdiagnosefunctie
Code Oorzaak Remedie
C:32: 
Er is een probleem met de
hardware van de camera.
Schakel de camera uit en daarna weer in
(blz. 17).
C:13: 
De camera kan geen gegevens
lezen vanaf of schrijven op de
"Memory Stick Duo".
Plaats de "Memory Stick Duo" meerdere
keren opnieuw.
Er is een ongeformatteerde
"Memory Stick Duo" geplaatst.
Formatteer de "Memory Stick Duo"
(blz. 44).
De geplaatste "Memory Stick
Duo" kan niet in deze camera
worden gebruikt, of de gegevens
zijn beschadigd.
Plaats een nieuwe "Memory Stick Duo"
(blz. 21).
E:61: 
E:91: 
Er heeft zich een probleem
voorgedaan dat u zelf niet kunt
oplossen.
Druk op de RESET-knop achter het
deksel van de accu/"Memory Stick Duo".
(blz. 97)
Neem contact op met uw Sony-dealer of de plaatselijke technische dienst van Sony indien
u het probleem niet zelf kunt oplossen, zelfs nadat u meerdere keren de bovenstaande
oplossingen hebt uitgeprobeerd.
111
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Aanvullende informatie
NL
Aantal beelden
dat kan worden
opgeslagen of
opnameduur
Het aantal beelden dat kan worden
opgeslagen en de opnameduur verschillen,
afhankelijk van de "Memory Stick Duo",
het beeldformaat en de beeldkwaliteit.
Raadpleeg tabellen hiernaast wanneer u
een "Memory Stick Duo" kiest.
Het aantal beelden is vermeld in de
volgorde Fine (Standard).
Het aantal beelden dat kan worden
opgeslagen en de opnameduur
kunnen variëren afhankelijk van de
opnameomstandigheden.
Voor de normale opnameduur en
het aantal beelden dat kan worden
opgenomen, zie blz. 25.
Wanneer het aantal resterende beelden
om op te nemen hoger is dan 9.999,
verschijnt de ">9999" indicatie op het
LCD-scherm.
Onderstaande tabel laat bij benadering
het aantal beelden en de opnameduur
zien die kunnen worden opgenomen op
een "Memory Stick Duo" die in deze
camera is geformatteerd.
Multi Burst (Eenheden: beelden)
16MB 32MB 64MB 128MB 256MB 512MB
1M 24 (46) 50 (93) 101 (187) 202 (376) 357 (649) 726 (1320)
Bewegend beeld
16MB 32MB 64MB 128MB 256MB 512MB
640(Fine) 0:02:57 0:06:02
640(Standard) 0:00:42 0:01:27 0:02:56 0:05:54 0:10:42 0:21:47
160 0:11:12 0:22:42 0:45:39 1:31:33 2:51:21 5:47:05
De getallen geven de opnametijd weer. Bij voorbeeld: "1:34:45" betekent "1 uur, 34 minuten, 45
seconden".
Het beeldformaat is als volgt:
640(Fine): 640×480
640(Standard): 640×480
160: 160×112
112
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Menuonderdelen
De te wijzigen menuonderdelen kunnen,
afhankelijk van de positie van de
modusschakelaar of de instellingen,
verschillen.
De menuonderdelen worden onthouden,
zelfs nadat de camera is uitgeschakeld of
de modusschakelaar in een andere stand
wordt gezet (behalve [PFX] (P.Effect)).
De fabrieksinstellingen zijn aangegeven
met
.
Wanneer de modusschakelaar op staat
Onderdeel Instelling Beschrijving
(Camera)
/ / / / / / /
Program /
Auto
De camerafunctie kiezen (blz. 27).
(EV)
1)
+2.0EV / +1.7EV / +1.3EV / +1.0EV /
+0.7EV / +0.3EV /
0EV / –0.3EV /
–0.7EV / –1.0EV / –1.3EV / –1.7EV /
–2.0EV
De belichting regelen (blz. 52).
(Focus)
1)5)
Center AF /
Multi AF
De automatische scherpstellingsmethode kiezen (blz. 50).
WB (White Bal)
1)5)
/ / / /
Auto
De kleurbalans instellen (blz. 56).
ISO
1)5)
400 / 200 / 100 /
Auto
De ISO-gevoeligheid kiezen. Kies een hoog nummer wanneer u op een donkere
plaats of een snel bewegend onderwerp opneemt, of kies een laag nummer om een
hoge beeldkwaliteit te krijgen.
Merk op dat het beeld meer ruis zal vertonen naar mate de ISO-
gevoeligheidswaarde hoger wordt.
(P.Quality)
1)
Fine / Standard
Beelden opnemen met fijne/standaard kwaliteit (blz. 47).
Mode (REC Mode)
5)
Multi Burst – Voor opname van een ononderbroken reeks van 16 beelden in een enkele
afbeelding (blz. 58).
Burst – Continu opnemen (blz. 57).
Normal
– Een beeld met de normale opnamemodus opnemen.
113
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Aanvullende informatie
NL
Onderdeel Instelling Beschrijving
M
(Interval)
3)
1/7.5 / 1/15 /
1/30
Het Multi Burst-interval kiezen (blz. 58). (Deze instelling kan niet worden
gemaakt wanneer [Mode] (REC Mode) op het menu is ingesteld op een andere
instelling dan [Multi Burst].)
(Flash Level)
4)
+ /
Normal / –
De hoeveelheid flitserlicht instellen (blz. 57).
PFX (P.Effect)
1)
B&W / Sepia /
Off
Speciale beeldeffecten instellen (blz. 59).
(Saturation)
2)
+ /
Normal / –
De verzadiging van het beeld instellen. De indicatie verschijnt (behalve
wanneer de instelling Normal is).
(Contrast)
2)
+ /
Normal / –
De contrast van het beeld instellen. De indicatie verschijnt (behalve wanneer
de instelling Normal is).
(Sharpness)
2)
+ /
Normal / –
De scherpte van het beeld regelen. De indicatie verschijnt (behalve wanneer
de instelling Normal is).
1)
Dit verschijnt niet wanneer (Camera) op het menu is ingesteld op [Auto].
2)
Dit verschijnt niet wanneer (Camera) op het menu is ingesteld op anders dan [Program].
3)
Dit verschijnt niet wanneer (Camera) is ingesteld op [Auto], (Schemerfunctie) (Schemer-portretfunctie) of (Kaarslichtfunctie).
4)
Dit verschijnt niet wanneer (Camera) is ingesteld op [Auto], (Schemerfunctie) of (Kaarslichtfunctie) .
5)
De beschikbare instellingen zijn beperkt afhankelijk van de (Camera) instellingen op het menu.
Wanneer de modusschakelaar op staat
Onderdeel Instelling Beschrijving
(EV)
+2.0EV / +1.7EV / +1.3EV / +1.0EV /
+0.7EV / +0.3EV /
0EV / –0.3EV /
–0.7EV / –1.0EV / –1.3EV / –1.7EV /
–2.0EV
De belichting regelen (blz. 52).
(Focus) Center AF /
Multi AF
De automatische scherpstellingsmethode kiezen (blz. 50).
WB (White Bal)
/ / / /
Auto
De kleurbalans instellen (blz. 56).
PFX (P.Effect)
B&W / Sepia /
Off
Speciale beeldeffecten instellen (blz. 59).
114
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Wanneer de modusschakelaar op staat
Onderdeel Instelling Beschrijving
(Folder)
OK / Cancel De map kiezen die de beelden bevat die u wilt weergeven (blz. 60).
(Protect)
Beelden beveiligen tegen per ongeluk wissen en de beveiliging opheffen (blz. 64).
(DPOF)
Afdrukmarkeringen (DPOF) op stilstaande beelden aanbrengen die u wilt
afdrukken en deze opheffen (blz. 73).
(Print)
Voor het afdrukken van beelden met een printer die PictBridge-compatibel is
(blz. 68).
(Slide)
Interval – Het interval voor een diavoorstelling instellen (blz. 62). (Alleen in de
enkelbeeldmodus)
3 sec / 5 sec / 10 sec / 30 sec / 1 min
Image – Het bereik van de beelden die u wilt weergeven instellen.
Folder / All
Repeat – De beelden herhaaldelijk weergeven.
On / Off
Start – De diavoorstelling laten beginnen.
Cancel – De diavoorstelling annuleren.
(Resize)
4M / 3M / 1M / VGA / Cancel Het formaat van het opgenomen stilstaande beeld veranderen (blz. 66). (Alleen in
de enkelbeeldmodus)
(Rotate)
(links) / (rechts) / OK / Cancel
Het stilstaande beeld roteren (blz. 62). (Alleen in de enkelbeeldmodus)
(Divide)
OK / Cancel Een bewegend beeld onderverdelen (blz. 78). (Alleen in de enkelbeeldmodus)
115
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Aanvullende informatie
NL
SET UP-onderdelen
Het Setup-scherm verschijnt wanneer
u verder gaat naar op het menu en
nogmaals op drukt.
De fabrieksinstellingen zijn aangegeven
met
.
1
(Camera 1)
Onderdeel Instelling Beschrijving
AF Mode
Single / Monitor
De scherpstellingsfunctie kiezen (blz. 51).
Digital Zoom
Smart / Precision / Off
De digitale zoomfunctie kiezen (blz. 30).
Date/Time
Day&Time / Date /
Off
Bepalen of u de datum of de tijd wilt projecteren op het beeld (blz. 34). De datum
en tijd worden niet ingevoegd in bewegende beelden of in de Multi Burstfunctie.
Bovendien verschijnen de datum en tijd alleen tijdens het weergeven en niet tijdens het
opnemen.
Red Eye Reduction
On /
Off
Bij gebruik van een flitser het rode-ogeneffect verminderen (blz. 33).
AF Illuminator
Auto / Off
Kiezen of een AF-hulpverlichting in het donker wordt gebruikt. Dit helpt wanneer het
moeilijk is scherp te stellen op het onderwerp bij slechte belichting (blz. 33).
Auto Review
On / Off
Kiezen of het opgenomen beeld automatisch wordt weergegeven op het LCD-scherm
onmiddellijk na het opnemen van een stilstaand beeld. Indien ingesteld op [On],
wordt het opgenomen beeld gedurende ongeveer twee seconden weergegeven. Als u
gedurende deze tijd de sluiterknop tot halverwege indrukt, wordt het opgenomen beeld
weergegeven en kunt u onmiddellijk het volgende beeld opnemen.
2
(Camera 2)
Onderdeel Instelling Beschrijving
Enlarged Icon
On / Off
Kiezen of de indicaties van de instellingen tijdelijk vergroot worden afgebeeld
wanneer u op (flitsermodus), (zelfontspanner) of (lichtmeetfunctie) drukt.
116
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
(Memory Stick Tool)
Onderdeel Instelling Beschrijving
Format
OK / Cancel De "Memory Stick Duo" formatteren. Door het formatteren worden alle gegevens van
de "Memory Stick Duo" gewist, inclusief beveiligde beelden (blz. 44).
Create REC. Folder
OK / Cancel Een map aanmaken voor het opnemen van beelden (blz. 48).
Change REC.
Folder
OK / Cancel De map veranderen waarin de opgenomen beelden worden opgeslagen (blz. 49).
1
(Setup 1)
Onderdeel Instelling Beschrijving
LCD Backlight
Bright /
Normal
De helderheid van de achtergrondverlichting van het LCD-scherm kiezen. Door
[Bright] te kiezen, wordt het scherm helder en goed zichtbaar wanneer de camera
buiten of op een andere goed verlichte plek wordt gebruikt, maar ook wordt er dan
meer batterijstroom verbruikt. Wordt alleen afgebeeld wanneer u de camera van
stroom voorziet met behulp van de accu.
Beep
Shutter Schakelt het sluitergeluid in dat klinkt als u de sluiterknop indrukt.
On
Schakelt de pieptoon/het sluitergeluid in die/dat klinkt als u de regelknop/sluiterknop
indrukt.
Off De pieptoon/het sluitergeluid uitschakelen.
Language
De menuonderdelen, waarschuwingen en meldingen afbeelden in de geselecteerde
taal.
117
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Aanvullende informatie
NL
2
(Setup 2)
Onderdeel Instelling Beschrijving
File Number
Series
Nummers toewijzen aan bestanden op volgorde, zelfs als de "Memory Stick Duo"
wordt verwisseld of een andere opnamemap wordt gebruikt.
Reset De nummering terugstellen en opnieuw beginnen bij 0001 iedere keer wanneer de
opnamemap wordt veranderd. (Als de opnamemap een bestand bevat, wordt een
nummer hoger dan het hoogste reeds toegekende nummer toegewezen.)
USB Connect
PictBridge Verbindt de camera met een PictBridge-compatibele printer (blz. 69).
PTP Wanneer een PTP-verbinding tot stand is gebracht, start de Copy Wizard
automatisch en kopieert de beelden in de opnamemap (blz. 86) die in de camera is
ingesteld naar de computer. (Dit wordt ondersteund voor Windows XP en Mac OS
X.)
Normal
Maakt een USB-verbinding tussen de camera en een computer (blz. 82 en 94).
Clock Set
OK / Cancel Voor het instellen van datum en tijd (blz. 18 en 47).
118
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Voorzorgsmaatregelen
Laat de camera niet liggen op
de volgende plaatsen
In bijzonder hete plaatsen, zoals in een
auto die in de volle zon is geparkeerd.
De behuizing van de camera kan
vervormd raken of hierdoor kan een
storing optreden.
Onder rechtstreeks zonlicht of nabij een
verwarmingsbron. De behuizing van de
camera kan verkleurd of vervormd raken
of hierdoor kan een storing optreden.
Op plaatsen met trillingen
In de buurt van een sterk magnetisch
veld
Op zanderige of stoffige plaatsen, dus
wees voorzichtig dat er geen zand of
stof in de camera komt. Hierdoor kan
in de camera een storing optreden en in
bepaalde gevallen kan deze storing niet
worden verholpen.
Dragen
Ga niet op een stoel of andere plaats zitten
met de camera in uw achterzak van uw
broek of rok omdat hierdoor een storing
kan optreden of de camera beschadigd kan
raken.
Reiniging
Het LCD-scherm reinigen
Veeg het schermoppervlak schoon met een
LCD-reinigingsset (niet bijgeleverd) om
vingerafdrukken, stof, enz. te verwijderen.
Reiniging van de lens
Veeg de lens schoon met een zachte
doek om vingerafdrukken, stof, enz. te
verwijderen.
Reiniging van de
gelijkstroomstekker
Maak de gelijkstroomstekker van
de netspanningsadapter schoon met
een droog wattenstaafje. Gebruik de
netspanningsadapter niet met een vuile
stekker. Als u de netspanningsadapter met
een vuile stekker gebruikt, is het mogelijk
dat de accu niet goed wordt geladen.
De buitenkant van de camera
reinigen
Maak de buitenkant van de camera schoon
met een zachte doek bevochtigd met water
en veeg het oppervlak daarna droog met
een droge doek. Gebruik de onderstaande
middelen niet omdat deze de afwerking of
de behuizing kunnen beschadigen.
Chemische producten zoals verdunner,
benzine, alcohol, wegwerpdoeken,
insecticiden enz.
Aanraking van de camera met een
bovenstaande stof aan uw handen
Aanraking door rubber of vinyl
gedurende een lange tijd
Bedrijfstemperatuur
Deze camera is ontworpen voor gebruik
bij een temperatuur van 0°C tot 40°C. Het
maken van opnamen op extreem koude
of warme plaatsen met temperaturen die
buiten het bovenstaande bereik vallen, is
niet aan te bevelen.
Condensvorming
Als de camera rechtstreeks van een
koude naar een warme omgeving wordt
overgebracht, of in een zeer vochtige
ruimte wordt neergelegd, kan er vocht
condenseren in of op de behuizing van de
camera. Deze vochtcondensatie kan een
storing in de camera veroorzaken.
119
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Aanvullende informatie
NL
Condensvorming treedt gemakkelijk
op wanneer:
De camera van een koude plaats, zoals
een skihelling, naar een goed verwarmde
ruimte wordt overgebracht.
De camera bij warm weer vanuit een
kamer of auto met airconditioning mee
naar buiten wordt genomen, enz.
Hoe condensvorming te voorkomen
Wanneer u de camera van een koude naar
een warme ruimte brengt, verpakt u de
camera in een goed gesloten plastic zak en
laat u deze langzaam (ongeveer een uur)
acclimatiseren.
Wanneer er condensvorming
optreedt
Schakel de camera uit en wacht ongeveer
een uur om het vocht te laten verdampen.
Als u probeert om opnamen te maken
terwijl er nog vocht in de lens aanwezig is,
zullen de opgenomen beelden niet helder
zijn.
Ingebouwde oplaadbare
knoopbatterij
Deze camera is voorzien van een
ingebouwde oplaadbare knoopbatterij voor
handhaving van de datum en tijd en andere
instellingen, ongeacht of het apparaat is
ingeschakeld of uitgeschakeld.
Deze oplaadbare knoopbatterij wordt
tijdens het gebruik van de camera continu
opgeladen. Indien u de camera echter
alleen voor korte perioden gebruikt, raakt
deze batterij geleidelijk uitgeput. Indien
u de camera helemaal niet gebruikt, is
de batterij na circa één maand volledig
uitgeput. In dit geval dient u de oplaadbare
knoopbatterij altijd op te laden voordat u
de camera gaat gebruiken.
Ook indien deze oplaadbare knoopbatterij
niet wordt opgeladen, kunt u de camera
nog altijd gebruiken zolang u de datum en
tijd niet opneemt.
Oplaadmethode
Sluit de camera aan op een stopcontact
met behulp van de netspanningsadapter
of plaats een opgeladen accu en laat
de camera gedurende 24 uur of langer
uitgeschakeld liggen.
120
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
De interne oplaadbare knoopbatterij
verwijderen
Wanneer u de camera afdankt, moet u de
interne oplaadbare knoopbatterij uit de
camera verwijderen.
Raak de interne oplaadbare
knoopbatterij niet aan tijdens het
gebruik. Wanneer de knoopbatterij
is verwijderd, kunt u deze niet
terugplaatsen.
Volg de richtlijnen voor klein chemisch
afval wanneer u de oplaadbare
knoopbatterij weggooit.
Met de volgende procedure kunt u de
knoopbatterij eenvoudig verwijderen.
Gereedschap: een platkopschroevendraaier
of een gelijkaardig gereedschap.
Controleer of de camera is uitgeschakeld
voordat u de volgende bewerking uitvoert.
Verwijder ook de netspanningsadapter en
de accu.
Steek een platte
schroevendraaier of
soortgelijk gereedschap
in de gleuf in het deksel
van de interne oplaadbare
knoopbatterij en duw deze
omhoog in de richting van de
pijl om het deksel te openen.
Pak het deksel van de interne
oplaadbare knoopbatterij
met uw vingers vast en trek
deze omhoog om het deksel
van de interne oplaadbare
knoopbatterij en de
batterijhouder te verwijderen.
Pak dit deel vast en trek in de
richting van de pijl.
121
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Aanvullende informatie
NL
"Memory Stick"
"Memory Stick" is een compact, draagbaar IC-
opnamemedium.
De typen "Memory Stick" die kunnen worden
gebruikt met deze camera staan vermeld in de
onderstaande tabel. Een goede werking kan
echter niet worden gegarandeerd voor alle
functies van de "Memory Stick".
"Memory Stick" type
Opnemen/
weergeven
3)
Memory Stick
Memory Stick (MagicGate/
hoge gegevensoverdrachts
nelheid)
Memory Stick Duo
Memory Stick Duo
(MagicGate/hoge gegevens
overdrachtsnelheid)
1)2)
MagicGate Memory Stick
MagicGate Memory Stick
Duo
1)
Memory Stick PRO
Memory Stick PRO Duo
1)2)
1)
"MagicGate Memory Stick Duo" en "Memory
Stick PRO Duo" zijn uitgerust met MagicGate
functies. MagicGate is een copyright-
beschermingstechnologie die gebruik maakt
van encryptietechnologie. Opnemen/weergeven
van gegevens waarbij MagicGate functies
zijn vereist, kan niet met deze camera worden
uitgevoerd.
Trek eraan zodat het flexibele
printplaatje afbreekt en de
batterijhouder loskomt van
het deksel van de interne
oplaadbare knoopbatterij.
Draai de batterijhouder
om en verwijder de interne
oplaadbare knoopbatterij.
122
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
2)
Ondersteunt een hoge gegevensoverdrachtsnel-
heid via een parallelle interface.
3)
Bewegende beelden in het beeldformaat
640(Fine) kunnen alleen opgenomen en
weergegeven worden met behulp van "Memory
Stick PRO Duo".
Als een "Memory Stick Duo" is geformatteerd
op een computer, kan de juiste werking ervan
in deze camera niet worden gegarandeerd.
De lees-/schrijfsnelheid van de gegevens
verschilt afhankelijk van de gebruikte
"Memory Stick Duo" en apparatuur.
Opmerkingen over het gebruik van
"Memory Stick Duo" (bijgeleverd)
U kunt beelden niet opnemen, bewerken of
wissen als u de schrijf-beveiligingsschakelaar
4)
met een puntig voorwerp verschuift naar
LOCK.
Aansluiting
Schrijf-
beveiligings-
schakelaar
4)
Plaats voor notities
De stand of de vorm van de schrijf-
beveiligingsschakelaar
4)
kan verschillend zijn
afhankelijk van de "Memory Stick Duo" die u
gebruikt.
4)
De "Memory Stick Duo" die bij deze
camera werd geleverd heeft geen schrijf-
beveiligingsschakelaar. Als u de bijgeleverde
"Memory Stick Duo" gebruikt, moet u opletten
niet per ongeluk gegevens te wissen of te
bewerken.
Wanneer de "Memory Stick Duo" bezig is met
het lezen of wegschrijven van gegevens, mag u
de "Memory Stick" niet verwijderen.
De gegevens kunnen in de volgende gevallen
beschadigd zijn:
wanneer de "Memory Stick Duo" eruit is
gehaald of de camera is uitgeschakeld tijdens
het lezen of schrijven
wanneer de "Memory Stick Duo" wordt
gebruikt op plaatsen met statische
elektriciteit of elektrische ruis
We raden u aan van belangrijke gegevens een
reservekopie te maken.
Druk niet te hard wanneer u een notitie op het
memo gebied schrijft.
Bevestig geen sticker op de "Memory Stick
Duo" of op een Memory Stick Duo-adapter.
Wanneer u de "Memory Stick Duo" draagt of
bewaart, plaatst u deze terug in het doosje dat
erbij geleverd werd.
Raak de aansluitingen van een "Memory Stick
Duo" nooit aan met uw hand of een metalen
voorwerp.
De "Memory Stick Duo" niet slaan, verbuigen
of laten vallen.
De "Memory Stick Duo" mag niet worden
gedemonteerd of gemodificeerd.
Stel de "Memory Stick Duo" niet bloot aan
water.
Houd de "Memory Stick Duo" uit de buurt
van kinderen. Ze kunnen hen per ongeluk
inslikken.
U mag de "Memory Stick Duo" niet gebruiken
of bewaren op de volgende plaatsen:
plaatsen met een hoge temperatuur, zoals in
een hete auto die in de zon is geparkeerd
plaatsen die zijn blootgesteld aan direct
zonlicht
vochtige plaatsen of plaatsen waar corrosieve
middelen aanwezig zijn
Opmerkingen over het gebruik
van Memory Stick Duo-adapter
(bijgeleverd)
Wanneer u een "Memory Stick Duo" wilt
gebruiken met een "Memory Stick" compatibel
apparaat, moet u ervoor zorgen dat de
"Memory Stick Duo" in een Memory Stick
Duo-adapter wordt geplaatst.
Als u een "Memory Stick Duo" in een
"Memory Stick" compatibel apparaat steekt
zonder een Memory Stick Duo-adapter, is het
mogelijk dat u hem niet meer uit het apparaat
kunt halen.
Wanneer u een "Memory Stick Duo" in een
Memory Stick Duo-adapter steekt, moet u
ervoor zorgen dat de "Memory Stick Duo" in
de juiste richting wordt geplaatst en vervolgens
steekt u het er helemaal in. Onjuiste plaatsing
kan leiden tot een storing.
Wanneer u een "Memory Stick Duo" gestoken
in een Memory Stick Duo-adapter gebruikt
in een "Memory Stick" compatibel apparaat,
controleert u dat de "Memory Stick Duo" in de
juiste richting erin wordt gestoken. Merk op
dat door onjuist gebruik de camera kan worden
beschadigd.
123
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Aanvullende informatie
NL
Steek geen Memory Stick Duo-adapter in een
"Memory Stick" compatibel apparaat zonder
dat er een "Memory Stick Duo" in de adapter
zit. Als u dit toch doet, kan een storing in de
camera optreden.
Opmerkingen over het gebruik
van "Memory Stick PRO Duo" (niet
bijgeleverd)
De "Memory Stick PRO Duo" met een
capaciteit van maximaal 512 MB is getest en
goedbevonden voor gebruik met deze camera.
Betreffende de
"InfoLITHIUM" accu
Wat is de "InfoLITHIUM" accu?
De "InfoLITHIUM" accu is een
lithiumionaccu uitgerust met functies voor
het communiceren van informatie over de
bedrijfsomstandigheden tussen de camera
en de netspanningsadapter.
De "InfoLITHIUM" accu berekent
het stroomverbruik op basis van de
bedieningsomstandigheden van de camera
en geeft in minuten aan hoe lang de batterij
nog meegaat.
Opladen van de accu
Aanbevolen wordt om de accu op te
laden bij een omgevingstemperatuur van
10°C tot 30°C. Indien u de accu buiten
dit temperatuurbereik oplaadt, bestaat de
kans dat u de accu niet doeltreffend kunt
opladen.
Doeltreffend gebruik van de
accu
Bij lage temperaturen verminderen
de prestaties van de accu. Op koude
plaatsen kan de accu daarom minder
lang worden gebruikt. Wij bevelen het
volgende aan om de accu langer mee te
laten gaan:
Doe de accu in een zak tegen uw
lichaam aan om de accu op te warmen en
plaats deze in de camera vlak voordat u
begint met opnemen.
Bij veelvuldig gebruik van de
zoomfunctie of de flitser zal de batterij
sneller uitgeput raken.
Wij bevelen u aan om extra accu’s
voor twee- tot driemaal de verwachte
opnameduur bij de hand te houden, en
om proefopnamen te maken alvorens u
de eigenlijke opnamen gaat maken.
De accu mag niet worden blootgesteld
aan water. De accu is niet waterdicht.
Laat de camera niet liggen op een hete
plaats, zoals in een hete auto of in direct
zonlicht.
124
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
Batterij-restladingsindicatie
Het is mogelijk dat de spanning wegvalt
ondanks dat de batterij-restladingsindicatie
aangeeft dat er nog voldoende lading
aanwezig is om het apparaat te bedienen.
Gebruik de acculading helemaal en laad
de accu volledig op zodat de batterij-
restladingsindicatie correct is. Indien de
camera langdurig bij hoge temperaturen
wordt gebruikt of in volledig geladen
toestand wordt opgeborgen, of indien de
accu veelvuldig wordt gebruikt, zal echter
niet altijd opnieuw de juiste batterij-
restladingsindicatie worden aangegeven.
Hoe u de accu moet bewaren
Zelfs als u de accu gedurende een
lang tijd niet denkt te gebruiken, dient
u deze volledig op te laden en de
lading eenmaal per jaar volledig op te
gebruiken. Haal de accu van de camera
af en bewaar deze op een droge, koele
plaats. Op deze manier zal de accu naar
behoren blijven werken.
Om de accu op de camera te gebruiken
totdat deze helemaal leeg is, laat u de
POWER-toet in de diavoorstelling-
weergavemodus (blz. 62) op "Aan" staan
totdat de accu geen stroom meer levert.
Bewaar en transporteer de accu altijd in
de accuhouder om te voorkomen dat de
accupolen vuil of kortgesloten worden.
Levensduur van de batterijen
De levensduur van de batterijen is
beperkt. De capaciteit van de batterijen
neemt geleidelijk af naarmate u deze
meer gebruikt en de tijd verstrijkt.
Wanneer de gebruiksduur van de
accu aanzienlijk korter is geworden,
is waarschijnlijk het einde van de
levensduur van de accu bereikt. Koop
een nieuwe accu.
De levensduur van de accu wordt
mede bepaald door de manier waarop
deze wordt bewaard, en door de
bedieningsvoorwaarden en de omgeving
waarin de accu wordt gebruikt.
Technische gegevens
Camera
[Systeem]
Beeldsysteem
6,85 mm (1/2,7 type) kleuren-CCD
Primair kleurfilter
Totaal aantal pixels van de camera
Circa 4 231 000 pixels
Effectief aantal pixels van de camera
Circa 4 065 000 pixels
Lens Carl Zeiss Vario-Tessar
3× zoomlens
f = 5,1 – 15,3 mm (32 – 96 mm
omgerekend naar een 35 mm
fotocamera)
F2,8 – 5,1
Automatische ND-filteromschakeling
Belichtingsregeling
Automatische belichting, scènekeuze
(7 standen)
Witbalans
Automatisch, Daglicht, Bewolkt,
Fluorescerend, Kaarslicht
Bestandsformaat (voldoet aan DCF)
Stilstaande beelden: Exif ver. 2.2
overeenkomstig aan JPEG-standaard,
compatibel met DPOF
Bewegende beelden: overeenkomstig
MPEG1 (mono)
Opnamemedium
"Memory Stick Duo"
Flitser Aanbevolen afstand (ISO op Auto):
0,2 m tot 2,0 m (W)
0,5 m tot 1,5 m (T)
125
DSC-L1 2-186-445-43(1) [OpenType FONT]
Aanvullende informatie
NL
[Ingangs- en uitgangsaansluitingen]
USB-bus mini B
USB verbinding
Hi-Speed USB (voldoet aan
USB 2.0)
[LCD-scherm]
LCD-scherm
3,8 cm (1,5 type) TFT drive
Totaal aantal beeldpunten
76 800 (320×240) beeldpunten
[Stroomvoorziening, algemeen]
Gebruikte accu
NP-FT1
Voeding
3,6 V
Stroomverbruik (tijdens opnemen)
1,1 W
Bedrijfstemperatuur
0°C tot +40°C
Opslagtemperatuur
–20°C tot +60°C
Afmetingen
Circa 95×44,3×25,7 mm (B/H/D,
excl. uitstekende delen)
Gewicht Circa 152 g (inclusief accu NP-FT1,
"Memory Stick Duo" en Halsriem)
Microfoon
Electret-condensatormicrofoon
Luidspreker
Dynamische luidspreker
Exif Print Compatibel
PRINT Image Matching II
Compatibel
PictBridge
Compatibel
AC-LS5/LS5B
Netspanningsadapter
Ingangsspanning
100 V tot 240 V wisselstroom,
50/60 Hz, 11W
Uitgangsspanning
4,2 V gelijkstroom*
* Zie de sticker op de
netspanningsadapter voor de
overige technische gegevens.
Bedrijfstemperatuur
0°C tot +40°C
Opslagtemperatuur
–20°C tot +60°C
Afmetingen
Circa 48×29×81 mm
(B/H/D, excl. uitstekende delen)
Gewicht Circa 130 g
exclusief netsnoer
NP-FT1 accu
Gebruikte batterij
Lithiumion-accu
Maximale spanning
4,2 V gelijkstroom
Nominale spanning
3,6 V gelijkstroom
Capaciteit
2,4 Wh (680 mAh)
Accessories
• AC-LS5/LS5B netspanningsadapter (1)
• Netsnoer (1)
• NP-FT1 accu (1)
• Batterijhouder (1)
• TAD-LA statiefadapter (1)
• USB-kabel (1)
• Halsriem (1)
• "Memory Stick Duo" (16 MB) (1)
• Memory Stick Duo-adapter (1)
• CD-ROM (USB-stuurprogramma SPVD-012)
(1)
• Gebruiksaanwijzing (1)
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
zijn voorbehouden zonder voorafgaande
kennisgeving.
126
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
LCD-scherm
Verdere belangrijke informatie vindt u op
de tussen haakjes vermelde bladzijden.
Bij opname van stilstaande
beelden
+2.0EV
C:32:00
F3.5125
1/30”
101
VGA
S AF
+
60min
1
2
3
4
5
60min
Batterij-restladings-indicatie (14)
AE/AF-vergrendelings-indicatie (27,
52)
M
/
Opnamemodus-indicatie (57, 58)
/ / /
Kleurbalans-indicatie (56)
/ / / / / / /
Opnamemodus-indicatie (27)
/
SL
/
Flitsmodus-indicatie (32)
Indicatie van vermindering van
rode-ogeneffect (33)
/
1.3
/
1.3
/
1.3
Zoomschaal-indicatie (30)
Scherpte-indicatie (112)
Verzadiging-indicatie (112)
Contrast-indicatie (112)
ON
AF-illuminator-indicatie (33, 115)
Lichtmeetmodus-indicatie (55)
Beeldeffect-indicatie (59)
S AF
/
M A F
Lichtmeetmodus-indicatie (51)
/
Indicatie van AF-frame van
bereikzoeker (50)
4M
/
3:2
/
3M
/
1M
/
VGA
Beeldformaat-indicatie (22)
FINE/STD
Beeldkwaliteits-indicatie (47)
101
Opnamemap-indicatie (48)
Resterende "Memory Stick"
geheugencapaciteit-indicatie
1/30"
Multi Burst-intervalindicatie (58)
400
Indicatie van resterend aantal
opneembare beelden (25)
127
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Aanvullende informatie
NL
Zelfontspanner-indicatie (31)
C:32:00
Zelfdiagnosefunctie (110)
Datum- en tijds-indicatie (34)
ISO-richtgetal-indicatie (112)
Trillingswaarschuwing-indicatie
(107)
Waarschuwingsindicatie voor
zwakke batterij (107)
AF-bereikzokerframe (50)
+
Dradenkruis van de spot lichtmeting
(55)
Histogram-indicatie (53)
Lange sluitertijd NR-indicatie (39)
125
Sluitertijd-indicatie
F3.5
Diafragmawaarde-indicatie
+2.0EV
EV-niveau-waarde-indicatie (52)
Menu/Gidsmenu (46)
Door op de toets MENU te drukken zal het
menu/helpmenu verschijnen/uitgaan.
Bij opname van bewegende
beelden
101
[
00:28:25
]
00:00:00
STD
6 4 0
+
C:32:00
60min
STBY
1
2
3
4
5
60min
Batterij-restladings-indicatie (14)
Opnamemodus-indicatie (75)
/ / /
Kleurbalans-indicatie (56)
STBY / REC
Opname-indicatie voor bewegende
beelden
1.3
Zoomschaal-indicatie (30)
Lichtmeetmodus-indicatie (55)
Beeldeffect-indicatie (59)
128
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
/
Indicatie van AF-frame van
bereikzoeker (50)
FI NE
6 4 0
/
ST D
6 4 0
/
1 6 0
Beeldformaat-indicatie (75)
101
Opnamemap-indicatie (48)
Resterende "Memory Stick"
geheugencapaciteit-indicatie
00:00:00 [00:28:05]
Opnameduur-indicatie [maximale
opnameduur] (111)
Zelfontspanner-indicatie (31)
C:32:00
Zelfdiagnosefunctie (110)
Waarschuwingsindicatie voor
zwakke batterij (107)
AF-bereikzoekerframe (50)
+
Dradenkruis van de spot lichtmeting
(55)
+2.0EV
EV-niveau-waardeaanduiding (52)
Menu/Gidsmenu (46)
Door op de toets MENU te drukken zal het
menu/helpmenu verschijnen/uitgaan.
Bij weergave van stilstaande
beelden
C:32:00
+2.0EV
F3.5500
12/12
VGA
101
1.3
M
60min
BACK/NEXT
VOLUME
101
1
2
3
4
5
M
Opnamemodus-indicatie (63)
4M
/
3:2
/
3M
/
1M
/
VGA
Beeldformaat-indicatie (22)
Beveiligings-indicatie (65)
Afdrukmarkerings-indicatie (DPOF)
(73)
/ /
Map-veranderen-indicatie (60)
1.3
Weergave zoomschaal-indicatie (61)
Step 12/16
Beeld-voor-beeld-weergave-indicatie
(64)
129
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Aanvullende informatie
NL
101-0012
Map-bestandsnummer (86)
PictBridge-aansluitings-indicatie
(69)
101
Opnamemap-indicatie (48)
Resterende "Memory Stick"
geheugencapaciteit-indicatie
101
Weergavemap-indicatie (60)
12/12
Beeldnummer/Aantal beelden
opgenomen in de gekozen map
C:32:00
Zelfdiagnosefunctie (110)
Aanduiding USB-multikabel niet
loskoppelen (70)
+2.0EV
EV-niveau-waarde-indicatie (52)
ISO-richtgetal-indicatie (112)
Lichtmeetmodus-indicatie (55)
/
Flitsmodus-indicatie
/ / /
Kleurbalans-indicatie (56)
500
Sluitertijd-indicatie
F3.5
Diafragmawaarde-indicatie
Histogram-indicatie (53)
Opnamedatum/-tijd van het
weergavebeeld (34)
Menu/Gidsmenu (46)
Door op de toets MENU te drukken zal het
menu/helpmenu verschijnen/uitgaan.
Bij weergave van bewegende
beelden
00:00:12
8/ 8
101
160
DPOF
60min
VOL.
1
2
3
4
5
101
Opnamemodus-indicatie (76)
FI NE
6 4 0
/
ST D
6 4 0
/
1 6 0
Beeldformaat-indicatie (76)
/
Weergave-/stop-indicatie (76)
/ /
Map-veranderen-indicatie (60)
VOL.
Volume-indicatie (76)
Weergavebalk (76)
130
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
101
Opnamemap-indicatie (48)
Resterende "Memory Stick"
geheugencapaciteit-indicatie
101
Weergavemap-indicatie (60)
8/8
Beeldnummer/Aantal beelden
opgenomen in de gekozen map-
indicatie
00:00:12
Teller (76)
Weergavebeeld (76)
Menu/Gidsmenu (46)
Door op de toets MENU te drukken zal het
menu/helpmenu verschijnen/uitgaan.
131
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Index
NL
Index
A
Aanbevolen computeromgeving ............... 80, 93
Aantal beelden die kunnen worden opgenomen/
weergegeven ............................ 15, 25, 111
Accu .................................................................. 6
Accu bewaren ................................................ 125
Accu opladen .......................................... 13, 123
Achtergrondverlichting van het
LCD-scherm ........................................ 117
AE ................................................................... 28
AE/AF-vergrendeling .......................... 27, 28, 52
AF-bereikzoekerframe .................................... 50
AF-bewaking (Monitor) .................................. 51
AF-functie ....................................................... 51
AF-illuminator ........................................ 33, 116
AF-vergrendeling ............................................ 52
Afdrukmarkering (DPOF) ............................... 73
Altijd flitsen .................................................... 32
Automatische instelfunctie .............................. 26
Automatische scherpstelling ..................... 28, 50
Automatische uitschakelingsfunctie ............... 17
Automatisch opnemen van stilstaande
beelden [Auto] ....................................... 27
Auto Review ................................................. 116
B
B&W ............................................................... 59
Batterij-restladingsindicatie .................... 14, 125
Beeldeffect ...................................................... 59
Beelden bekijken op het LCD-scherm ............ 40
Beelden bekijken op uw computer ............ 85, 94
Beelden kopiëren naar
uw computer .................. 80, 83, 84, 90, 93
Beeldformaat ............................................. 22, 23
Beeldkwaliteit ........................................... 23, 47
Beeld vergroten ............................................... 61
Bestandsnamen ............................................... 86
Bestandsnummer ........................................... 118
Beveiliging ...................................................... 64
Bewegende beelden bekijken op het
LCD-scherm .......................................... 75
Bewegende beelden wissen ............................. 77
Bewolkt ........................................................... 56
Burst ................................................................ 57
C
Camera .................................................... 27, 112
CD-ROM ............................................. 81, 89, 95
Condensvorming ........................................... 120
Contrast ......................................................... 113
D
Daglicht ........................................................... 56
Datum en tijd instellen ............................ 18, 118
Diavoorstelling ................................................ 62
Digitale zoom .................................................. 30
DPOF .............................................................. 73
E
Enkelvoudige-AF (Single) .............................. 51
Enkelvoudig scherm ........................................ 40
EV-afstelling ................................................... 52
Extensie ..................................................... 86, 88
F
Flitserniveau ............................................ 57, 113
Flitsmodus ....................................................... 32
Fluorescerend .................................................. 56
Formaat veranderen ......................................... 66
Formatteren ..................................................... 44
G
Gebruikers van Macintosh .............................. 93
Gebruikers van Windows ................................ 80
Gebruik van de camera in het buitenland ........ 16
Gelijkstroomstekker .................................. 13, 16
Geprogrammeerd opnemen van stilstaande
beelden [Program] ................................. 28
Gloeilamp ........................................................ 56
H
Histogram ........................................................ 53
I
"InfoLITHIUM" accu ................................... 124
ImageMixer VCD2 .............................. 88, 92, 95
In- en uitschakelen .......................................... 17
Index-scherm ................................................... 40
Indexbeelden afdrukken .................................. 68
Initialisatie ....................................................... 44
Installeren ............................................ 81, 88, 95
Instellingen ...................................................... 47
Interval .................................................... 58, 113
ISO ................................................................ 112
132
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
NL
J
JPG .................................................................. 87
K
Kaarslichtfunctie ............................................. 37
Klok instellen .......................................... 18, 118
Knippen van bewegende beelden .................... 78
L
Landschapsfunctie ........................................... 36
Lange sluitertijd NR ........................................ 39
Langzame synchro .......................................... 32
LCD-achtergrondverlichting aan/uit ............... 29
Levensduur van de batterijen .................. 15, 125
Lichtmeetfunctie ............................................. 55
Lichtmeting met meerdere patronen ............... 55
M
“Memory Stick Duo” plaatsen ........................ 21
Map ........................................................... 48, 60
Mate van comprimeren ................................... 23
Memory Stick Duo ........................................ 122
Menu-instellingen ................................... 46, 112
Midden-AF ...................................................... 50
Mode (REC Mode) ....................................... 112
Modusschakelaar ................................. 18, 22, 27
MPG ................................................................ 87
Multipoint AF ................................................. 50
Multi Burst ...................................................... 58
N
Netspanningsadapter ................................. 13, 16
Niet flitsen ....................................................... 32
O
Onderverdelen ................................................. 78
Oplaadbare knoopbatterij .............................. 120
Oplaadtijd ........................................................ 14
Opnemen van bewegende beelden .................. 75
Opnemen van stilstaande beelden ................... 26
Opslagbestemming van bestanden .................. 86
Optische zoom ................................................ 30
P
PictBridge ....................................................... 68
Picture Package ............................................... 81
Pieptoon/sluitergeluid ................................... 117
Precizie digitale zoom ..................................... 31
Programmafunctie voor automatisch
opnemen ................................................ 28
Projecteren van de datum en tijd ............. 34, 116
PTP .................................................... 80, 94, 118
Q
Quick Review .................................................. 29
R
Regelknop ....................................................... 17
Reiniging ....................................................... 119
Reisadapter ...................................................... 16
RESET-toets .................................................... 97
Resterende opname/weergave-tijd .......... 15, 111
Roteren ............................................................ 62
S
Scènekeuze ...................................................... 36
Schemer-portretfunctie ................................... 36
Schemerfunctie ............................................... 36
Schermweergave ..................................... 29, 127
Scherpstellen ................................................... 50
Scherpte ......................................................... 113
Sepia ................................................................ 59
SET UP-onderdelen ...................................... 116
Slimme-zoomfunctie ....................................... 30
Sneeuwfunctie ................................................. 36
Spot lichtmeting .............................................. 55
Stilstaande beelden wissen .............................. 42
Strandfunctie ................................................... 37
T
Taal .......................................................... 20, 117
Toegangslampje .............................................. 21
U
USB-aansluiting .................................. 10, 69, 82
USB-kabel ....................................................... 82
USB-modus ..................................................... 80
USB-stuurprogramma ..................................... 81
USB-verbinding ................................ 82, 94, 118
133
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Index
NL
V
Vergroot icoon ............................................... 116
Vermindering van het rode-ogeneffect ............ 33
Verzadiging ................................................... 113
VGA ................................................................ 23
Video-CD .................................................. 92, 96
Volume ............................................................ 76
Voorzorgsmaatregelen ................................... 119
W
Waarschuwingen en meldingen .................... 107
Weergavezoom ................................................ 61
Witbalans ........................................................ 56
Z
Zachte-opname-modus .............................. 28, 36
Zelfdiagnosefunctie ....................................... 110
Zelfontspanner ................................................ 31
Zoom ............................................................... 30
Zoomvergrotingsfactor .................................... 30
DSC-L1 2-186-445-43(1) [OpenType FONT]
Nadere bijzonderheden over dit product en de antwoorden op vaak
gestelde vragen kunt u vinden op onze klantendienst Website.
Gedrukt op 100% kringlooppapier
met VOC (vluchtige organische
verbinding)-vrije inkt op basis
van plantaardige olie.
Sony Corporation Printed in Japan
2186445430
Auf unserer Kundendienst-Website finden Sie Zusatzinformationen
zu diesem Produkt und Antworten auf häufig gestellte Fragen.
Gedruckt auf 100%
Recyclingpapier mit Druckfarbe
auf Pflanzenölbasis ohne
VOC (flüchtige organische
Bestandteile).

Documenttranscriptie

2-186-445-43 (1) Digital Still Camera Bedienungsanleitung DE Bitte lesen Sie diese Anleitung vor Inbetriebnahme der Kamera sorgfältig durch, und bewahren Sie sie zum späteren Nachschlagen auf. Gebruiksaanwijzing Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door alvorens u het toestel gaat bedienen. Bewaar de gebruiksaanwijzing zodat u deze later nog kunt raadplegen. DSC-L1 © 2004 Sony Corporation NL Nederlands WAARSCHUWING Om het gevaar van brand of elektrische schokken te voorkomen, mag het apparaat niet worden blootgesteld aan regen of vocht. Om elektrische schokken te vermijden, mag de behuizing niet worden geopend. Laat reparaties uitsluitend door vakkundig personeel uitvoeren. Voor klanten in Nederland Gooi de batterij niet weg maar lever deze in als klein chemisch afval (KCA). NL 2 Informatie voor kopers in Europa Dit product is getest volgens de EMC-richtlijn voor het gebruik van aansluitkabels korter dan 3 meter en voldoet aan de hierin gestelde voorwaarden. Let op Een elektromagnetisch veld van de opgegeven frequenties kan het beeld en geluid van deze camera beïnvloeden. Opmerking Als door statische elektriciteit of elektromagnetisme de gegevensoverdracht wordt onderbroken (of mis gaat), start u het applicatieprogramma dan opnieuw, of maak de USB-kabel even los en sluit deze dan weer aan. Opmerking In sommige landen en gebieden zijn regels voor het weggooien van de accu die gebruikt wordt om dit apparaat van stroom te voorzien. Vraag advies aan de plaatselijke overheid. Alvorens u de camera gaat gebruiken Proefopname Voordat u een uniek evenement gaat filmen, is het verstandig om eerst een proefopname te maken, dit om ervan verzekerd te zijn dat de camera naar behoren werkt. Geen schadevergoeding voor mislukte opnamen Voor mislukte opnamen door een gebrekkige werking van uw camera of opnamemedia, enz. kan geen schadevergoeding worden geëist. Reservekopieën Om gegevensverlies te voorkomen, zorgt u dat u altijd een reservekopie op een disc maakt. Betreffende de uitwisseling van beeldgegevens • Deze camera voldoet aan de "Design rule for Camera File system", de universele normen van de JEITA (Japan Electronics and Information Technology Industries Association). • Er worden geen garanties gegeven dat beelden, welke met deze camera zijn opgenomen, kunnen worden weergegeven op andere apparatuur, of dat beelden die met andere apparatuur zijn opgenomen of gemonteerd, kunnen worden weergegeven op deze camera. Auteursrechten Televisieprogramma’s, films, videobanden en ander materiaal kunnen beschermd zijn met auteursrechten. Het zonder toestemming opnemen van dergelijk materiaal, kan in strijd zijn met de wetten op de auteursrechten. Niet met de camera schudden of er tegenaan stoten Indien u de camera schudt of er tegenaan stoot, kan dit leiden tot defecten, mislukte opnamen, incompatibiliteit met de "Memory Stick Duo" of aantasting, beschadiging of verlies van beeldgegevens en geheugeninhoud. NL NL 3 LCD-scherm, LCD-zoeker (alleen modellen met een LCD-zoeker) en lens • Het LCD-scherm en de LCD-zoeker zijn vervaardigd met behulp van precisietechnologie waardoor meer dan 99,99% van de pixels operationeel is. Soms kunnen er op het LCD-scherm en in de LCDzoeker echter kleine zwarte en/of heldere puntjes (wit, rood, blauw of groen) permanent zichtbaar zijn. Dit is normaal en heeft geen enkele invloed op het opgenomen beeld. • Wees voorzichtig wanneer u de camera bij een venster of buiten neerzet. Indien het LCDscherm, de zoeker of de lens langdurig wordt blootgesteld aan direct zonlicht, kan dit tot defecten leiden. • Druk niet hard op het LCD-scherm. Het scherm kan ongelijkmatig zijn en daardoor een storing veroorzaken. • In een koude omgeving kunnen de beelden op het LCD-scherm nasporen vertonen. Dit is normaal. De elektrische zoomlens Deze camera is uitgerust met een elektrische zoomlens. Wees voorzichtig dat u niet tegen de lens stoot en er geen kracht op uitoefent. NL 4 De lensafdekking De lensafdekking van deze camera gaat automatisch open en dicht wanneer de camera wordt ingeschakeld, respectievelijk uitgeschakeld. Wees voorzichtig dat uw vingers niet bekneld raken wanneer de lensafdekking open of dicht gaat. Probeer ook niet met geweld de lensafdekking te openen omdat hierdoor een storing kan ontstaan. Maak het venster van de flitser schoon vóór deze te gebruiken De hitte die vrijkomt bij het afgaan van de flitser kan eventueel vuil op het venster van de flitser doen verbranden of vastbakken waardoor onvoldoende licht het voorwerp bereikt. Laat de camera niet nat worden Bij het maken van opnamen in de regen of soortgelijke omstandigheden, moet u erop letten dat de camera niet nat wordt. Water dat de camera binnendringt, kan een storing veroorzaken die niet in alle gevallen kan worden verholpen. Wanneer er condensvorming optreedt, zie pagina 119 en volg de aanwijzingen voor het verwijderen van de condens alvorens u de camera gaat gebruiken. Stel de camera niet bloot aan zand of stof Als u de camera in zanderige of stoffige plaatsen gebruikt, kunnen storingen optreden. Richt de camera niet naar de zon of ander fel licht Dit kan leiden tot onherstelbare beschadiging van uw ogen. Of het kan een storing van de camera veroorzaken. Opmerkingen betreffende de gebruikslocatie van de camera Gebruik de camera niet in de buurt van een plaats waar sterke radiogolven worden gegenereerd of straling wordt uitgestoten, of op een plaats met een sterk magnetisch veld. Het is mogelijk dat de camera dan niet goed kan opnemen of weergeven. Carl Zeiss-lens Deze camera is uitgerust met een Carl Zeisslens, die scherpe beelden met uitstekend contrast reproduceert. De lens van deze camera is geproduceerd onder een kwaliteitborgingssysteem dat is gecertificeerd door Carl Zeiss in overeenstemming met de kwaliteitsnormen van Carl Zeiss, Duitsland. De beelden in deze gebruiksaanwijzing De foto’s die in deze gebruiksaanwijzing gebruikt worden als voorbeelden, zijn gereproduceerde beelden die niet daadwerkelijk met deze camera zijn opgenomen. NL 5 Alvorens u de camera gaat gebruiken "Memory Stick" die compatibel zijn met deze camera Het IC-opnamemedium dat in deze camera wordt gebruikt is de "Memory Stick Duo". Er zijn twee formaten "Memory Stick". Kies het formaat "Memory Stick" dat in uw camera past. "Memory Stick Duo" (formaat dat in deze camera past) "Memory Stick" • Voor verdere informatie over de "Memory Stick Duo", zie pagina 121. • "Memory Stick PRO" en "Memory Stick PRO Duo" kunnen alleen worden gebruikt in apparaten die compatibel zijn met "Memory Stick PRO". • Zie bladzijde 25 of 111 voor het aantal beelden dat kan worden opgeslagen met deze camera. NL 6 Een "Memory Stick Duo" gebruiken in een apparaat dat compatibel is met "Memory Stick" Zorg ervoor dat u de "Memory Stick Duo" in de bijgeleverde Memory Stick Duoadapter steekt. Memory Stick Duo-adapter Over de "InfoLITHIUM"-accu De accu voor het eerst gebruiken U moet de bijgeleverde NP-FT1 accu eerst opladen (blz. 13). Opnieuw opladen De accu kan worden opgeladen, zelfs als deze nog niet geheel leeg is. Bovendien kan de accu worden gebruikt als deze slechts gedeeltelijk is opgeladen. De levensduur van de accu verlengen Wanneer u de camera gedurende een lange tijd niet gaat gebruiken, schakelt u de camera uit, haalt u de accu eruit en bewaart u deze op een koele plaats om de werking van de accu niet te schaden (blz. 124). • Zie bladzijde 123 voor verdere informatie over de "InfoLITHIUM"-accu. Handelsmerken • is een handelsmerk van Sony Corporation. • "Memory Stick", , "Memory Stick PRO", , "Memory Stick Duo", , "Memory Stick PRO Duo", , "MagicGate" en zijn handelsmerken van Sony Corporation. • "InfoLITHIUM" is een handelsmerk van Sony Corporation. • Picture Package is een handelsmerk van Sony Corporation. • Microsoft, Windows, Windows Media en DirectX zijn wettig gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de V.S. en/of andere landen. • Macintosh, Mac OS, QuickTime, iMac, iBook, PowerBook, Power Mac en eMac zijn handelsmerken of wettig gedeponeerde handelsmerken van Apple Computer, Inc. • Macromedia en Flash zijn wettig gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Macromedia, Inc. in de Verenigde Staten en/of andere landen. • Intel, MMX en Pentium zijn wettig gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Intel Corporation. • Alle andere in deze gebruiksaanwijzing vermelde systeem- en productnamen zijn in het algemeen handelsmerken of wettig gedeponeerde handelsmerken van de betreffende ontwikkelaars of fabrikanten. Echter, in deze gebruiksaanwijzing zijn de aanduidingen ™ en ® in alle voorkomende gevallen weggelaten. NL 7 Inhoud Alvorens u de camera gaat gebruiken ....... 3 Alvorens u de camera gaat gebruiken ....... 6 Onderdelen .............................................. 10 Een statief bevestigen ......................... 12 Voorbereidingen Opladen van de accu ............................... 13 Gebruik van de netspanningsadapter ...... 16 Gebruik van de camera in het buitenland ....................................... 16 In- en uitschakelen van de camera .......... 17 Gebruik van de regelknop ....................... 17 De datum en tijd instellen ....................... 18 De taalinstelling wijzigen ....................... 20 Opnemen van stilstaande beelden Plaatsen en verwijderen van een "Memory Stick Duo" ...................................... 21 Instellen van het beeldformaat van de stilstaande beelden .......................... 22 Beeldformaat en -kwaliteit ...................... 23 Het aantal stilstaande beelden dat opgeslagen kan worden .................. 25 Basisopname van stilstaande beelden — Met automatische regeling ........ 26 Controleren van het laatst opgenomen beeld — Quick Review ............................ 29 NL 8 Indicaties op het LCD-scherm tijdens het opnemen ................................... 29 Gebruik van de zoomfunctie ............... 30 Zelfontspanner gebruiken ................... 31 Een flitsmodus kiezen ......................... 32 De datum en tijd opnemen op een stilstaand beeld ............................... 34 Opnemen in overeenstemming met de situatie — Scènekeuze ................................ 36 Bekijken van stilstaande beelden Beelden bekijken op het LCD-scherm van uw camera....................................... 40 Stilstaande beelden wissen Beelden wissen........................................ 42 Formatteren van een "Memory Stick Duo" ...................... 44 Voorafgaand aan geavanceerde bedieningen Aanwijzingen voor instelling en bediening van uw camera ................................ 46 De menu-instellingen wijzigen ........... 46 De onderdelen van het Setup-scherm wijzigen .......................................... 47 Kwaliteit van het stilstaand beeld kiezen.............................................. 47 Een map aanmaken of kiezen ................. 48 Een nieuwe map aanmaken ................ 48 De opnamemap veranderen ................ 49 Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden Een automatische scherpstellingsmethode kiezen.............................................. 50 Een scherpstelbereik-zoekerkader kiezen — AF-bereikzoeker ........................ 50 Een scherpstellingsmethode kiezen — AF-functie .................................. 51 Belichting regelen — EV-afstelling .............................. 52 Een histogram afbeelden .................... 53 Keuze van de lichtmeetfunctie ................ 55 Kleurtinten afstellen — Witbalans ................................... 56 Het flitserniveau instellen — Flitserniveau .............................. 57 Continu opnemen .................................... 57 16 Frames achter elkaar opnemen — Multi Burst ................................ 58 Opnemen met speciale effecten — Beeldeffect ................................. 59 Geavanceerd bekijken van stilstaande beelden Een map kiezen en beelden weergeven ... 60 Een deel van een stilstaand beeld vergroten ......................................... 61 Een beeld vergroten — Vergrote weergave ..................... 61 Weergave van opeenvolgende beelden — Diavoorstelling .......................... 62 Stilstaande beelden roteren ..................... 62 Beelden opgenomen in de Multi Burst functie weergeven ........................... 63 Continu weergeven ............................. 63 Frame-voor-frame weergeven ............. 64 Beelden beveiligen — Beveiliging ................................ 64 Beeldformaat veranderen — Formaat veranderen ................... 66 Stilstaande beelden afdrukken Stilstaande beelden afdrukken ................ 67 Rechtstreeks afdrukken ........................... 68 Beelden afdrukken in een winkel ............ 73 Bewegende beelden Opnemen van bewegende beelden .......... 75 Bewegende beelden bekijken op het LCDscherm ............................................ 76 Bewegende beelden wissen ..................... 77 Knippen van bewegende beelden ............ 78 Bekijken van de beelden op uw computer Beelden kopiëren naar uw computer — Voor gebruikers van Windows ... 80 Het USB-stuurprogramma installeren ....................................... 81 De camera aansluiten op de computer ......................................... 82 Beelden kopiëren ................................ 83 Bekijken van de beelden op uw computer ......................................... 85 Beeldbestand-geheugenlocaties en bestandsnamen................................ 86 Beeldbestanden bekijken met de camera nadat ze naar de computer zijn gekopieerd ...................................... 88 Installeren van "Picture Package" en "ImageMixer VCD2" ...................... 88 Beelden kopiëren met "Picture Package" ........................... 90 "Picture Package" gebruiken .............. 91 Beelden afdrukken .............................. 93 Beelden kopiëren naar uw computer — Voor gebruikers van Macintosh ....................................... 93 "ImageMixer VCD2" gebruiken ......... 95 Verhelpen van storingen Verhelpen van storingen .......................... 97 Waarschuwingen en meldingen ............ 107 Zelfdiagnosefunctie – Indien er een code verschijnt die met een letter begint ..................... 110 Aanvullende informatie Aantal beelden dat kan worden opgeslagen of opnameduur .............................. 111 Menuonderdelen ................................... 112 SET UP-onderdelen .............................. 115 Voorzorgsmaatregelen ........................... 118 "Memory Stick" .................................... 121 Betreffende de "InfoLITHIUM" accu ... 123 Technische gegevens ............................. 124 LCD-scherm.......................................... 126 Index Index ..................................................... 131 NL 9 Onderdelen Nadere bijzonderheden over de bediening vindt u op de tussen haakjes vermelde bladzijden. 1 2 3 POWER 7 8 9 0 4 5 6 qa qs qd qf  Modusschakelaar (18, 112) : Voor het opnemen van bewegende beelden : Voor het opnemen van stilstaande beelden : Voor het bekijken of bewerken van beelden  Sluiterknop (27)  Voor opname: Zoomknop (W/T) (30) Voor weergave: / knop (weergavezoomknop) (61) / knop (indexknop) (41)  Flitser (32)  Zelfontspannerlampje (32)/ AF-illuminator (33, 115)  Schroefgleuf (12)  POWER-toets (17)  POWER-lampje (17)  Microfoon (75)  (USB)-aansluiting (69, 82)  DC IN-bus (13, 16)  Busbeschermdop (13, 16)  Bevestigingsgleuf voor de statiefadapter (12)  Lens NL 10 1 2 3 4  Luidspreker 7  LCD-scherm 8 Voor informatie over de onderdelen van het LCD-scherm, zie pagina 126 tot 129. 9  (Beeldformaat/Wissen)toets (22, 42) 0  (Display/LCD-achtergrondverlichting aan/uit)-toets (29) qa  MENU-toets (46, 112) 5 qs 6  Regelknop Menu aan: //// (17)/ Menu uit: / // (32/31/29/55)  /CHG-lampje (oranje) (14) qd  Batterij/"Memory Stick Duo"deksel  Accu-uitwerphendel (13)  RESET-toets (97)  Toegangslampje (21)  Haak voor halsriem Vastmaken van de riem Wij adviseren u de polsriem te bevestigen om te voorkomen dat de camera valt.  Interne deksel van knoopbatterij • Hierachter zit een oplaadbare knoopbatterij. Open dit deksel niet omdat hierdoor een storing kan worden veroorzaakt. NL 11 Een statief bevestigen Door de camera op een statief te bevestigen kunt u scherpe beelden opnemen met weinig of geen beeldtrillingen. Wanneer u een statief aan de camera bevestigt, moet u eerst de statiefadapter bevestigen. De statiefadapter bevestigen 1 Steek het uitsteeksel van de statiefadapter in de bevestigingsgleuf voor de statiefadapter op de camera. • U kunt een statief niet rechtstreeks aan de camera bevestigen. 2 Zorg ervoor dat de vergrendelschroef overeenkomt met de schroefgleuf op de camera en draai de vergrendelschroef daarna om de statiefadapter aan de camera te bevestigen. 1 2 3 4  Bevestigingsgleuf voor de statiefadapter  Schroefgleuf  Vergrendelschroef  Uitsteeksel NL 12 5 6  Vergrendelschroef  Schroefgat voor het statief Bevestig het statief hier. • Lees de gebruiksaanwijzing van het statief dat u wilt gebruiken voor de bevestigingsmethode van het statief. • Gebruik een statief met een schroeflengte van minder dan 5,5 mm. U kunt de statiefadapter niet stevig bevestigen op statieven met langere schroeven en als u dit toch probeert kan de camera worden beschadigd. • Wees voorzichtig dat de punt van de vergrendelschroef de camera niet bekrast. Opladen van de accu Voorbereidingen Gelijkstroomstekker De zijde met het "InfoLITHIUM" logo Netspanningsadapter 1  Open het batterij/"Memory Stick Duo" deksel. Schuif het deksel in de richting van het pijltje. • Schakel uw camera uit wanneer u de batterij oplaadt (blz. 17). • Uw camera werkt op een "InfoLITHIUM" NPFT1 accu (type T) (bijgeleverd). U kunt alleen een type T accu gebruiken (blz. 123). 2 Batterij-uitwerphendel 3 Busbeschermdop  Installeer de batterij en sluit daarna het batterij/"Memory Stick Duo" deksel.  Sluit de netspanningsadapter (bijgeleverd) aan op de DC INaansluiting van de camera. Controleer dat de accu helemaal erin is geplaatst en sluit daarna het deksel. Sluit de gelijkstroomstekker aan met het  teken omhoog. Gleuf voor de accu • Sluit de gelijkstroomstekker van de netspanningsadapter niet kort met een metalen voorwerp, omdat hierdoor een storing kan ontstaan. • Maak de gelijkstroomstekker van de netspanningsadapter schoon met een droog wattenstaafje. Gebruik de netspanningsadapter niet met een vuile stekker. Als u de netspanningsadapter met een vuile stekker gebruikt, is het mogelijk dat de accu niet goed wordt geladen. Plaats de accu dusdanig, dat de punt van de -symbolen, op de zijkant van de accu, wijst naar de punt van het -symbool op de gleuf voor de accu. • De accu kan gemakkelijk worden geplaatst door de accu-uitwerphendel naar de voorkant van de camera te plaatsen met behulp van de punt van de accu. NL 13 Naar een stopcontact Batterij-restladingsindicatie De accu verwijderen De batterij-restladingsindicatie op het LCD-scherm geeft aan hoeveel tijd er nog beschikbaar is voor opnemen of bekijken. Restladingsindicatie 4 60min Netsnoer  Sluit het netsnoer aan op de netspanningsadapter en op een stopcontact. Het /CHG-lampje licht op wanneer het opladen begint. /CHG lampje Resterende tijd • Het is mogelijk dat de aangegeven resterende tijd niet juist is vanwege de omstandigheden of vanwege de omgeving. Oplaadtijd Benodigde tijd (bij benadering) om een volledig ontladen accu op te laden met behulp van de netspanningsadapter bij een temperatuur van 25°C. Accu Oplaadtijd (min.) NP-FT1 (bijgeleverd) Circa 150 Het /CHG-lampje gaat uit wanneer het opladen klaar is. NL 14 • Nadat de accu is opgeladen, koppelt u de netspanningsadapter los van zowel de DC IN-aansluiting als van de camera en het stopcontact. • De oplaad tijd kan langer worden afhankelijk van de gebruiksonstandigheden en de omgeving. Open het batterij/"Memory Stick Duo"deksel. Schuif de batterij-uitwerphendel in de richting van het pijltje en verwijder de accu. • Pas op dat u de accu niet laat vallen wanneer u deze verwijdert. De tabel geeft bij benadering het aantal beelden en de levensduur van de accu aan dat kan worden opgenomen/weergegeven wanneer u beelden opneemt in de normale functie met een volledig opgeladen accu (bijgeleverd) bij een temperatuur van 25°C. Het aantal beelden dat kan worden opgenomen of weergegeven maken het mogelijk de "Memory Stick Duo" te wisselen, indien noodzakelijk. De werkelijke aantallen kunnen lager zijn al naar gelang de omstandigheden. • Het batterijvermogen wordt minder naarmate u de batterij meer gebruikt en naarmate de tijd verstrijkt (blz. 123). Opnemen van stilstaande beelden Onder gemiddelde omstandigheden1) Bekijken van stilstaande beelden2) Beeldformaat NP-FT1 (bijgeleverd) NP-FT1 (bijgeleverd) Aantal beelden Levensduur van batterij (min.) 4M Circa 5200 Circa 260 VGA (E-mail) Circa 5200 Circa 260 AchtergrondBeeld- verformaat lichting van het LCDscherm Aantal beelden 4M Aan Circa 240 Circa 120 NP-FT1 (bijgeleverd) Uit Circa 280 Circa 140 Aan Circa 240 Circa 120 LSD-scherm LCD-achtergrondverAan lichting Uit Uit Circa 280 Circa 140 VGA (EMail) 1) Levensduur van batterij (min.) 2) Voorbereidingen Aantal beelden dat kan worden opgenomen/ weergegeven en levensduur van de accu Weergeven van enkelvoudige beelden op volgorde met tussenpozen van drie seconden Opnemen van bewegende beelden3) Opnemen in de volgende situaties: – (P.Quality) staat op [Fine]. – Als u iedere 30 seconden eenmaal opneemt – Als de zoom beurtelings tussen de uiterste W- en T-kant omschakelt – Als de flitser iedere twee keer eenmaal afgaat – Als de stroom iedere tien keer eenmaal aan en uit gaat – Wanneer [AF Mode] is ingesteld op [Single] op het Setup-scherm De meetmethode is gebaseerd op de CIPAnorm. (CIPA: Camera & Imaging Products Association) Circa 100 min. Circa 120 min. 3) Continu bewegende beelden opnemen met beeldformaat [160] • Het aantal beelden dat kan worden opgenomen/ weergegeven en de levensduur van de accu worden versneld lager/korter onder de volgende omstandigheden: – Wanneer de omgevingstemperatuur laag is – Wanneer de flitser wordt gebruikt – Wanneer de camera veelvuldig in- en uitgeschakeld wordt – Wanneer de zoom veelvuldig wordt gebruikt – Wanneer [LCD Backlight] is ingesteld op [Bright] op het Setup-scherm – Wanneer [AF Mode] is ingesteld op [Monitor] op het Setup-scherm – Wanneer de batterij zwak is NL 15 Gebruik van de netspanningsadapter Gelijkstroomstekker Naar een stopcontact Netspanningsadapter 1 Busbeschermdop  Open de busbeschermdop van het gelijkstroomaansluitpunt en sluit de netspanningsadapter (meegeleverd) aan op de DC IN-aansluitbus van uw camera. Sluit de gelijkstroomstekker aan, met de aanduiding  naar boven. • Sluit de netspanningsadapter aan op een makkelijk bereikbaar muurstopcontact in de buurt. Indien er zich tijdens het gebruik van de adapter een of ander probleem voordoet, trek dan de stekker onmiddellijk uit het stopcontact. NL 16 2 Netsnoer  Sluit het netsnoer aan op de netspanningsadapter en op een stopcontact. • Gebruik de netspanningsadapter niet in een nauwe ruimte, zoals tussen een muur en meubels. • Nadat het opladen klaar is haalt u de netspanningsadapter uit de DC IN-aansluitbus van de camera en trekt u de stekker van het netsnoer uit het stopcontact. • Het apparaat is niet losgekoppeld van de netspanning zolang de stekker nog in het stopcontact zit, ook niet als het apparaat zelf uitgeschakeld is. Gebruik van de camera in het buitenland Spanningsbronnen U kunt uw camera in alle landen en gebieden gebruiken met de netspanningsadapter/Netsnoer (bijgeleverd) tussen 100 V t/m 240 V wisselspanning van 50/60 Hz. Als de stekker van de adapter niet in het stopcontact [a] past, moet u een in de handel verkrijgbaar verloopstuk [b] gebruiken. AC-LS5/LS5B • Gebruik geen elektronische transformator (reisadapter) omdat deze een defect kan veroorzaken. In- en uitschakelen van de camera POWER-lampje POWER-toets  Druk op POWER. Het POWER-lampje (groen) gaat branden en de camera is nu ingeschakeld. Wanneer u de camera voor het eerst inschakelt, verschijnt het Clock Set-scherm (blz. 18). Uitschakelen van de camera Druk opnieuw op POWER. Het POWER-lampje dooft en de camera is nu uitgeschakeld. • Laat de camera niet langdurig met een uitgeschoven lens liggen terwijl de accu eruit is gehaald en de netspanningsadapter is losgekoppeld, omdat hierdoor een storing kan worden veroorzaakt. • Als u de camera inschakelt terwijl de modusschakelaar in de stand of staat, beweegt de lens. Raak het lensgedeelte niet aan wanneer dit in werking is. Automatische uitschakelingsfunctie Wanneer u de camera tijdens het opnemen of bekijken of tijdens het uitvoeren van Setup gedurende circa drie minuten niet bedient, wordt de camera automatisch uitgeschakeld om de batterij te sparen. De automatische uitschakelingsfunctie werkt alleen wanneer de camera op een accu wordt bediend. In de volgende situaties zal de camera ook niet automatisch worden uitgeschakeld. • Wanneer u bewegende beelden bekijkt • Wanneer u een diavoorstelling weergeeft • Wanneer een USB-kabel is aangesloten Voorbereidingen POWER Gebruik van de regelknop Camera 1 1 2 1 2 AF Mode: Digital Zoom: Date/Time: Red Eye Reduction: AF Illuminator: Auto Review: MENU SELECT 1 File Number: Single Smart Off Off Auto Off Setup 2 2 USB Connect: Clock Set: OK Cancel 1 2 Om de huidige instellingen van de camera te veranderen, roept u het menu of het Setup-scherm (blz. 47) op en gebruikt u de regelknop om de veranderingen aan te brengen. Voor instelling van een menuonderdeel drukt u op /// op de regelknop om het gewenste onderdeel en instelling te kiezen, en de instelling te realiseren. Voor instelling van een Setup-onderdeel drukt u op /// op de regelknop om het gewenste onderdeel en instelling te kiezen, en drukt u vervolgens op  om de instelling te realiseren. NL 17 De datum en tijd instellen Clock Set Modusschakelaar Clock Set Y/M/D M/D/Y D/M/Y POWER 2004 / 1 / 1 Y/M/D M/D/Y D/M/Y 12 : 00 2004 / 1 / OK AM Cancel 1 12 : 00 OK AM Cancel POWER-toets 1  Zet de modusschakelaar in de stand . • Om de datum en tijd te veranderen op het Setup-scherm, kiest u [Clock Set] in 2 (Setup 2) (blz. 47 en 117), en volgt u de procedure vanaf stap . • U kunt deze procedure ook uitvoeren wanneer de modusschakelaar op of staat. NL 18 2  Druk op POWER om de camera in te schakelen. Het POWER-lampje (groen) gaat branden en het Clock Set-scherm verschijnt op het LCD-scherm. 3  Kies de gewenste datumweergave met / op de regelknop en druk daarna op . U hebt de keuze uit [Y/M/D] (jaar/maand/ dag), [M/D/Y] (maand/dag/jaar) en [D/M/ Y] (dag/maand/jaar). • Indien de oplaadbare knoopbatterij (blz. 119), die de stroom levert voor het opslaan van de tijdinformatie, ooit bijna leeg raakt, zal opnieuw het Clock Set-scherm verschijnen. Wanneer dit gebeurt, moet u de datum en tijd opnieuw instellen door te beginnen bij stap  hierboven. 1 2005 / 1 / 12 : 00 OK AM Cancel 4  Kies het onderdeel (jaar, maand, dag, uur of minuut) dat u wilt instellen met / op de regelknop. Het onderdeel dat u wilt instellen, wordt aangegeven met /. Y/M/D M/D/Y D/M/Y Y/M/D M/D/Y D/M/Y Y/M/D M/D/Y D/M/Y 2004 / 1 / Voorbereidingen Clock Set Clock Set Clock Set 1 2005 / 1 / 10 : 00 OK AM Cancel 5 1 10 : 30 OK AM Cancel 6  Stel de numerieke waarde in met / op de regelknop en druk daarna op de  om de ingestelde waarde te bevestigen.  Kies [OK] met  op de regelknop en druk daarna op . Nadat het cijfer is ingevoerd, gaat / naar het volgende onderdeel. Herhaal stap  en  totdat alle onderdelen zijn ingesteld. • Om de instelling van de datum en tijd te annuleren, kiest u [Cancel] met /// op de regelknop en daarna drukt u op . De datum en tijd worden ingevoerd en de klok begint te lopen. • Indien u bij stap  [D/M/Y] hebt gekozen, wordt de tijd aangegeven volgens het 24urensysteem. • Middernacht wordt aangegeven met 12:00 AM, en midden op de dag met 12:00 PM. NL 19 De taalinstelling wijzigen U kunt een gewenste taal kiezen voor de schermen met menuonderdelen, waarschuwingen en meldingen. Om de taalinstelling te veranderen, kiest u (Language) in (Setup 1) in het Setup-scherm (blz. 47 en 116), en kiest u de gewenste taal. 1 NL 20 Plaatsen en verwijderen van een "Memory Stick Duo" Opnemen van stilstaande beelden Kant met aansluitingen 1  Open het batterij/"Memory Stick Duo" deksel. Schuif het deksel in de richting van het pijltje. • Bij gebruik van deze camera is de Memory Stick Duo-adapter (bijgeleverd) niet noodzakelijk. • Voor verdere informatie over de "Memory Stick Duo", zie blz. 121. 2  Plaats de "Memory Stick Duo". Steek een "Memory Stick Duo" helemaal naar binnen zoals aangegeven totdat deze vastklikt. • Zorg ervoor dat u de "Memory Stick Duo" in de juiste richting plaatst en deze helemaal in de aansluiting steekt. Als de "Memory Stick Duo" niet juist in de camera is geplaatst, kan het onmogelijk zijn de beelden op de "Memory Stick Duo" op te nemen of weer te geven. Bovendien kan dit leiden tot een storing in zowel de camera als de "Memory Stick Duo". 3 Toegangslampje  Sluit het batterij/"Memory Stick Duo" deksel. Verwijderen van een "Memory Stick Duo" Open het deksel van de batterij/"Memory Stick Duo" en duw tegen de "Memory Stick Duo" zodat deze eruit springt. • Wanneer het toegangslampje brandt, neemt de camera op of leest deze een beeld. In deze situatie mag u de "Memory Stick Duo" nooit verwijderen en nooit het apparaat uitschakelen. De gegevens kunnen beschadigd worden. NL 21 Instellen van het beeldformaat van de stilstaande beelden 4M 1  Zet de modusschakelaar op en schakel de camera in. 4M 4M 3:2 Modusschakelaar 3:2 3M 1M VGA(E-Mail) Image Size 2  Druk op 3M 1M VGA(E-Mail) Image Size VGA 3 (Beeldformaat). Het Image Size-instelmenu wordt afgebeeld. • Voor verdere informatie over het beeldformaat, zie blz. 23.  Kies het gewenste beeldformaat met / op de regelknop. Het beeldformaat is nu ingesteld. Nadat u klaar bent met het maken van instellingen, drukt u op (Beeldformaat) zodat het instelmenu Image Size van het LCD-scherm verdwijnt. • Het hier gekozen beeldformaat blijft ook na het uitschakelen van de camera bewaard. NL 22 Beeldformaat en -kwaliteit Korte beschrijving van het beeldformaat 2304 640 1728 Opnemen van stilstaande beelden Onderstaande tekening geeft een overzicht van het beeldformaat met een maximuminstelling en een minimuminstelling aan. 480 U kunt het beeldformaat (aantal beeldpunten) en de beeldkwaliteit (compressieverhouding) kiezen aan de hand van het soort beelden dat u wilt opnemen. Het beeldformaat wordt aangegeven door het aantal pixels (beeldpunten) (horizontaal × verticaal), waaruit een beeld is opgebouwd. Bijvoorbeeld, een beeldformaat van 4M (2304×1728) geeft aan dat er horizontaal 2304 pixels en verticaal 1728 pixels zijn. Hoe talrijker het aantal pixels, des te groter het beeldformaat. U kunt kiezen uit Fine (hoge) beeldkwaliteit of Standard (normale) beeldkwaliteit. Bij elk wordt een andere mate van comprimeren gebruikt. Als u Fine kiest, wordt de beeldkwaliteit verhoogd bij vergroting van het beeldformaat, echter de gegevensopslag wordt ook vergroot wat betekent dat u minder beelden kunt opslaan op de "Memory Stick Duo". Raadpleeg de tabel aan de rechterzijde en kies het beeldformaat en de beeldkwaliteit dat geschikt is voor het soort beelden dat u wilt opnemen. Grootte weergave 4M 4M 2304 pixels × 1728 pixels = 3.981.312 pixels Grootte weergave VGA (E-Mail) VGA 640 pixels × 480 pixels = 307.200 pixels Voorbeelden m.b.t. beeldformaat Beeldformaat 1) 4M (2304×1728) Aanwijzingen voor gebruik Groter 3:22) (2304×1536) • Voor het opslaan van belangrijke beelden, afdrukken op A4-formaat, of afdrukken van A5-formaat beelden met een hoge resolutie 3M (2048×1536) 1M (1280×960) VGA (E-Mail) (640×480) • Voor het afdrukken op briefkaartformaat Kleiner • Voor het opnemen van een groot aantal beelden • Voor het verbinden van beelden aan e-mailberichten, of voor het maken van een homepage 1) De fabrieksinstelling is [4M]. Dit is de hoogste beeldkwaliteit op deze camera. 2) De beelden worden opgenomen in dezelfde 3:2 beeldverhouding als fotopapier, briefkaarten, enz. NL 23 Voorbeelden m.b.t. beeldkwaliteit Beeldkwaliteit (Mate van comprimeren) Fine Minimaal comprimeren (ziet er beter uit) Standard Maximaal comprimeren (normaal) Gebruiksadvies • Voor opnamen of afdrukken met een betere beeldkwaliteit.  NL 24 • Voor een groot aantal opnamen. Het aantal stilstaande beelden dat opgeslagen kan worden Het aantal beelden dat op een opgeslagen kan worden "Memory Stick Duo"1) • Onderstaande tabel laat bij benadering het aantal beelden zien dat kan worden opgenomen op een "Memory Stick Duo" die in deze camera is geformatteerd. (Eenheden: aantal beelden) Capaciteit Beeldformaat 16MB 32MB 64MB 128MB 256MB 512MB 4M 8 (14) 16 (30) 32 (60) 65 (121) 119 (216) 242 (440) 3:2 8 (14) 16 (30) 32 (60) 65 (121) 119 (216) 242 (440) 3M 10 (18) 20 (37) 41 (74) 82 (149) 148 (264) 302 (537) 1M 24 (46) 50 (93) 101 (187) 202 (376) 357 (649) 726 (1320) VGA (E-Mail) 97 (243) 196 (491) 394 (985) 790 (1975) 1428 (3571) 2904 (7261) Opnemen van stilstaande beelden Het aantal beelden dat kan worden opgeslagen in de instelling [P.Quality] [Fine] ([Standard])2) wordt hieronder aangegeven. • Wanneer beelden die zijn opgenomen met eerdere Sony modellen worden weergegeven op deze camera, kan het display anders zijn dan het werkelijke beeldformaat. • Wanneer de beelden op het LCD-scherm van de camera worden bekeken, zijn ze allemaal even groot. • Het aantal beelden dat kan worden opgeslagen kan verschillen afhankelijk van de opnamefunctie, opnameomstandigheden en onderwerp. • Wanneer het aantal resterende beelden om op te nemen hoger is dan 9.999, verschijnt de ">9999" indicatie op het LCD-scherm. • Het formaat van de beelden kunt u later veranderen (Beeldformaat-instelfunctie, blz. 66). 1) Wanneer [REC Mode] op [Normal] staat. Voor het aantal beelden dat in andere instellingen kan worden opgeslagen, zie blz. 111. 2) Voor verdere informatie over de instelling van de beeldkwaliteit (compressieverhouding), zie blz. 47. NL 25 Basisopname van stilstaande beelden — Met automatische regeling Op de juiste manier vasthouden van de camera Modusschakelaar 1  Zet de modusschakelaar op en schakel de camera in. Wees bij het opnemen van beelden met de camera voorzichtig dat uw vingers niet de lens, de flitser, de microfoon of het /CHGlampje blokkeren. (blz. 10) NL 26 • De lensafdekking gaat open wanneer de camera wordt ingeschakeld terwijl de modusschakelaar in de stand of staat. • Raak het lensgedeelte niet aan terwijl de camera in gebruik is, bijvoorbeeld wanneer u op POWER drukt om de camera in te schakelen of wanneer de zoomfunctie werkt (blz. 30). 2  Houd de camera stevig met beide handen vast en positioneer het onderwerp in het midden van het scherpstelframe. • Deze camera is uitgerust met een Auto Macro AF-functie. De minimaal benodigde scherpstellingsafstand vanaf het lensoppervlak is ongeveer 12 cm aan de W-kant en ongeveer 50 cm aan de T-kant. • Het frame, aangegeven op het LCD-scherm, laat het instelbereik van de scherpstelling zien (AF-bereikzoeker, blz. 50). 60min 3 96 101 95 Modusschakelaar Wanneer u de modusschakelaar op zet, veranderen de functies die u kunt gebruiken als volgt volgens (Camera) op het menu. S AF 30 F3.5 AE/AF-vergrendelingsindicatie Knippert groen  Is aan VGA Opnemen van stilstaande beelden S AF 60min VGA FINE 101 4 Program Auto Camera Mode  Houd de sluiterknop tot halverwege ingedrukt.  Druk de sluiterknop volledig in. De pieptoon klinkt, maar het beeld is nog niet opgenomen. Wanneer de AE/AF-vergrendelingsindicatie stopt met knipperen en continu gaat branden, is de camera gereed voor opname. (Het LCD-scherm kan een fractie van een seconde bevroren worden, afhankelijk van het onderwerp.) De sluiter maakt een geluid. Het beeld wordt vastgelegd op de "Memory Stick Duo". Het opgenomen beeld wordt gedurende ongeveer twee seconden afgebeeld (Auto Review, blz. 115). • Als u de sluiterknop loslaat, wordt het opnemen geannuleerd. • U kunt verder gaan met opnemen, zelfs als de camera geen pieptoon laat horen, maar er wordt dan niet goed scherpgesteld. • Wanneer op het Setup-scherm [Beep] is ingesteld op [Off] zal geen pieptoon klinken (blz. 116). • Wanneer de camera van stroom wordt voorzien met behulp van een accu en u de camera tijdens het opnemen of weergeven gedurende een tijdje niet bedient, schakelt de camera zichzelf automatisch uit om te voorkomen dat de accu leeg raakt (blz. 17). Automatisch opnemen van stilstaande beelden [Auto] De scherpstelling, belichting en witbalans worden automatisch ingesteld voor gemakkelijk opnemen. Bovendien wordt de beeldkwaliteit ingesteld op [Fine] (blz. 47), wordt het AF-bereikzoekerframe ingesteld op [Multi AF], en wordt de lichtmeetfunctie ingesteld op lichtmeting met meerdere patronen [Multi] (blz. 50 en 55). Alleen (Camera), [Mode] (REC Mode) en (Setup) verschijnen op het menu. NL 27 Geprogrammeerd opnemen van stilstaande beelden [Program] De noodzakelijke instellingen worden automatisch gemaakt, zoals bij het automatisch opnemen van stilstaande beelden, maar u kunt ook de scherpstellingen en andere instellingen naar wens veranderen. Daarnaast kunt u ook de gewenste opnamefuncties instellen met behulp van menu’s (blz. 46 en 112). (Schemerfunctie) (blz. 36) (Schemer-portretfunctie) (blz. 36) (Landschapsfunctie) (blz. 36) (Zachte-opname-modus) (blz. 36) (Sneeuwfunctie) (blz. 36) (Strandfunctie) (blz. 37) (Kaarslichtfunctie) (blz. 37) NL 28 De opnamemethode omschakelen 1 Zet de modusschakelaar in de stand 2 Druk op MENU. 3 Kies (Camera) met  op de regelknop. 4 Kies het gewenste opnamefunctie met / op de regelknop. Automatische scherpstelling . Wanneer u probeert een onderwerp op te nemen waarop moeilijk scherpgesteld kan worden, gaat de AE/AF-vergrendelingsindicatie langzaam knipperen. Bovendien klinkt de pieptoon van de AE-vergrendelingsfunctie niet. Onder de volgende omstandigheden bestaat de kans dat de automatische scherpstelling niet werkt. In dergelijke gevallen dient u de sluiterknop los te laten, een nieuwe compositie van het beeld te maken en de scherpstelling opnieuw te regelen. • Het onderwerp is te ver verwijderd van de camera en te donker. • Er is te weinig contrast tussen het onderwerp en de achtergrond. • Het onderwerp bevindt zich achter glas, zoals een raam. • Een snel bewegend onderwerp. • Het onderwerp reflecteert of heeft een glanzende afwerking, zoals een spiegel of een lichtgevend lichaam. • Een flitsend onderwerp. • Een onderwerp met tegenlicht. Er zijn twee automatische scherpstellingsfuncties: "AF-bereikzoekerframe" waarbij scherpstelling plaats vindt d.m.v. de positie en de grootte van het onderwerp, en de "Automatische scherpstelling" waarmee de begintijd en stoptijd van de scherpstelling ingesteld wordt. Zie blz. 50 voor verdere informatie. Controleren van het laatst opgenomen beeld — Quick Review 60min VGA 101 Indicaties op het LCD-scherm tijdens het opnemen Histogram aan (Beeldinformatie kan ook worden afgebeeld tijdens weergave.) 8/8 Review 101-0029 VGA 101 Opnemen van stilstaande beelden 60min 96 2005 1 1 10:30PM RETURN S AF  Indicaties uit  Druk op  () op de regelknop. Bij elke druk op , verandert de indicatie in de hierna aangegeven volgorde. Om terug te keren naar de normale opnamemodus, drukt u zachtjes op de sluiterknop of drukt u opnieuw op  (). • Een uitvoerige beschrijving van de indicaties vindt u op blz. 126. • Een uitvoerige beschrijving van de histogram vindt u op blz. 53. • U kunt de resterende accutijd verlengen door de LCD-achtergrondverlichting uit te schakelen. • Tijdens het opnemen/weergeven van bewegende beelden veranderen de aanduidingen op het LCD-scherm als volgt: Indicaties uit  LCD-achtergrondverlichting uit  Indicaties aan • Deze instelling blijft ook na het uitschakelen van de camera bewaard. Het wissen van een foto die op het LCD-scherm weergegeven wordt 1 Druk op (Wissen). 2 Kies [Delete] met  op de regelknop en druk daarna op . Het beeld wordt gewist. • Als gevolg van de beeldverwerking kan kort na het begin van de weergave, het beeld er korrelig uitzien. S AF  LCD-achtergrondverlichting uit  Indicaties aan 60min VGA 101 96 S AF NL 29 Gebruik van de zoomfunctie Zoom W (groothoek- T (teleopnamen) opnamen) 60min W 1.1 S AF VGA T 60min 101 96 W 5.0 VGA T 101 96 S AF Uw camera is uitgerust met de volgende zoomfuncties. De vergrotingsmethode en de zoomvergrotingsfactor verschillen afhankelijk van het beeldformaat en de soort zoomfunctie. Kies daarom de zoomfunctie aan de hand van het doel van de opname. Precizie digitale zoom Alle beeldformaten worden vergroot tot een maximum van 6×. Met precisie digitale zoom kunt u een bepaald deel van het beeld uitknippen en vergroten, maar de beeldkwaliteit verslechtert. Optische zoom  Verschuif de zoomknop om de gewenste zoomstand voor de opname te kiezen. Minimale scherpstelafstand tot het onderwerp Ongeveer 12 cm vanaf het lensoppervlak aan de W-kant Ongeveer 50 cm vanaf het lensoppervlak aan de T-kant • Het lensgedeelte beweegt wanneer de zoomfunctie in werking is. Raak het lensgedeelte niet aan wanneer dit in werking is. • U kunt tijdens het opnemen van bewegende beelden de zoomvergroting niet veranderen (blz. 75). NL 30 De telefoto- en groothoek-instellingen worden met benhulp van de lens gemaakt op dezelfde manier als bij een conventionele camera. De maximale optische zoomvergroting is 3×. Digitale zoom Deze camera is uitgerust met de volgende twee soorten digitale zoomfuncties. Slimme-zoomfunctie Het beeld wordt nagenoeg zonder vervorming vergroot. Hiermee kunt u slimme zoom gevoelsmatig hetzelfde gebruiken als optische zoom. De maximale zoomvergrotingsfactor in de slimme-zoomfunctie hangt af van het gekozen beeldformaat, zoals afgebeeld in de volgende tabel. Optische zoom Maximale slimmeBeeldzoomverformaat grotingsfactor Precizie digitale zoom Maximale precisie-digitale-zoomvergrotingsfactor 4M —* Circa 6× 3:2 —* Circa 6× 3M Circa 3,4× Circa 6× 1M Circa 5,4× Circa 6× VGA (E-Mail) Circa 10× Circa 6× * De maximale optische zoomvergroting is 3×. Zelfontspanner gebruiken Instellen van digitale zoom Stel [Digital Zoom] in op [Smart] of [Precision] op het Setup-scherm (blz. 115). Bij aankoop van uw camera staat [Digital Zoom] ingesteld op [Smart]. Wanneer u de zoomknop verschuift, wordt de zoomvergrotingsindicator als volgt op het LCD-scherm afgebeeld. De W-kant van deze lijn is de optische zoom en de T-kant is de digitale zoom • De indicator van de zoomverhouding verandert al naar gelang het type zoom. – Optische zoom: – Slimme-zoomfunctie: – Precizie digitale zoom: • Het AF-bereikzoekerframe verschijnt niet tijdens het gebruik van de digitale zoom. De of indicaties knipperen en de automatische scherpstelling werkt met voorrang op onderwerpen dicht bij het midden van de zoeker. 60min VGA 101 96 Opnemen van stilstaande beelden • De maximale slimme-zoom- en precisiedigitale-zoomvergrotingsfactoren zijn inclusief de optische zoomvergrotingsfactor. • Wanneer u de slimme-zoomfunctie gebruikt, kan het beeld op het LCD-scherm er grof uit zien. Dit verschijnsel heeft echter geen effect op het opgenomen beeld. • U kunt slimme zoom niet gebruiken in de Multi Burst-functie. S AF 1  Zet de modusdraaiknop in de stand en druk op  ( ) op de regelknop. Op het LCD-scherm verschijnt (zelfontspanner-indicatie) vergroot (blz. 115). • Indien het menu nog wordt weergegeven, druk dan eerst op MENU zodat het menu verdwijnt. • U kunt deze procedure ook uitvoeren wanneer de modusschakelaar op staat. Zoom-vergrotingsindicatie NL 31 Een flitsmodus kiezen 60min S AF VGA FINE 101 60min 96 30 F3.5 VGA 101 96 S AF 2  Zorg dat het onderwerp zich midden in het frame bevindt. Houd de sluiterknop halverwege ingedrukt om scherp te stellen en druk daarna de sluiterknop helemaal omlaag. Het zelfontspannerlampje (blz. 10) knippert en een pieptoon klinkt nadat u op de sluiterknop hebt gedrukt totdat de zelfontspanner in werking treedt (circa 10 seconden later). Om de zelfontspanner halverwege de procedure uit te schakelen NL 32 Druk opnieuw op  ( ) op de regelknop. De indicatie verdwijnt van het LCD-scherm. • Indien u de sluiterknop indrukt terwijl u vóór de camera staat, is de kans aanwezig dat de scherpstelling en de belichting niet correct worden geregeld.  Zet de modusschakelaar op en druk herhaaldelijk op  ( ) op de regelknop om een flitsmodus te kiezen. Op het LCD-scherm verschijnt de gekozen flitsmodus-indicatie vergroot (blz. 115). Bij elke druk op  ( ) verandert de indicatie als volgt. Geen indicatie (Automatisch): De flitser gaat automatisch af wanneer u beelden opneemt op donkere plaatsen. De fabrieksinstelling is Auto. (Altijd flitsen): De flitser gaat altijd af, ongeacht de helderheid van de omgeving. SL (Langzame synchro): De flitser gaat altijd af, ongeacht de helderheid van de omgeving. In een donkere omgeving is de sluitertijd lang zodat u de achtergrond die buiten het bereik van de flitser ligt, duidelijk kunt opnemen. (Niet flitsen): De flitser gaat niet af. • Indien het menu nog wordt weergegeven, druk dan eerst op MENU zodat het menu verdwijnt. • De aanbevolen opnameafstand is met gebruik van de flitser ongeveer 0,2 m tot 2,0 m (W)/0,5 m tot 1,5 m (T) (Wanneer [ISO] is ingesteld op [Auto] bij de menu-instellingen). • De flitser gaat twee keer af. De eerste keer is de voorflits, die gebruikt wordt om de hoeveelheid flitslicht in te stellen en de tweede keer is de eigenlijke flits, waarbij de opname plaats vindt. • De helderheid van de flitser kunt u, met (Flash Level) bij de menu-instellingen, regelen (blz. 57). (U kunt de helderheid van de flitser niet instellen terwijl (Camera) is ingesteld op [Auto] op het menu.) • Wanneer u de instelling SL (langzame synchro) of (niet flitsen) gebruikt, wordt de sluitertijd langer op donkere plaatsen, zodat het verstandig is een statief te gebruiken. • Terwijl de flitser wordt opgeladen, knippert het /CHG-lampje. Wanneer het opladen is voltooid, gaat het lampje uit en is de flitsmodus klaar voor gebruik. • De instelling van de flitsmodus blijft ook na het uitschakelen van de camera bewaard. Beelden opnemen met de AFilluminator De flitser gaat vóór het opnemen twee of meerdere malen af om het rode-ogeneffect te verminderen. Stel [Red Eye Reduction] in op [On] op het Setup-scherm (blz. 115). De -indicatie verschijnt op het LCD-scherm. De AF-illuminator levert vullicht om gemakkelijker op een onderwerp in een donkere omgeving te kunnen scherpstellen. De ON indicatie verschijnt op het LCDscherm en de AF-illuminator werpt rood licht uit wanneer de sluiterknop halverwege ingedrukt is totdat de scherpstelling is vergrendeld.  VGA FINE 101 60min 96 ON De vermindering van het rode-ogeneffect duurt ongeveer 1 seconde voordat het beeld daadwerkelijk wordt opgenomen, dus moet u de camera stevig vasthouden om trillen te voorkomen. Bovendien moet u het onderwerp vragen stil te blijven staan. • Afhankelijk van individuele verschillen, de afstand tot het onderwerp, het niet opmerken van de voorflitser door de gefotografeerde persoon of andere omstandigheden, zal de functie voor vermindering van het rodeogeneffect niet altijd het gewenste resultaat opleveren. Bovendien werkt de functie voor vermindering van het rode-ogeneffect effectiever onder felle belichting en op kortere afstand tot het onderwerp. S AF • Het AF-bereikzoekerframe verschijnt niet. De of indicaties knipperen en de automatische scherpstelling werkt met voorrang op onderwerpen dicht bij het midden van de zoeker. • De AF-illuminator werkt alleen wanneer (Camera) is ingesteld op [Auto], [Program], (Schemer-portretfunctie), (Zachteopname-modus), (Sneeuwfunctie), (Strandfunctie) of (Kaarslichtfunctie) op het menu. • De AF-illuminator zendt zeer helder licht uit. Ofschoon de veiligheid niet in het gedrang kan komen, wordt het niet aangeraden om van dichtbij rechtstreeks in het hulplicht voor automatisch scherpstellen te kijken. Opnemen van stilstaande beelden Voorkomen dat de ogen van het onderwerp rood worden 30 F3.5 Als deze functie niet nodig is, stelt u [AF Illuminator] in op [Off] op het Setupscherm (blz. 115). • Als de AF-illuminator het onderwerp niet voldoende raakt of als het onderwerp onvoldoende contrast heeft, kan niet worden scherpgesteld. (Een afstand van maximaal 2,0 m (W)/1,5 m (T) wordt aanbevolen.) • De camera kan scherpstellen zolang de AFilluminator het onderwerp bereikt, zelfs als het rode licht iets buiten het midden van het onderwerp valt. NL 33 De datum en tijd opnemen op een stilstaand beeld Camera 1 1 2 Program Auto Camera 1 Setup t Mode 1 MENU  Zet de modusschakelaar op en druk daarna op MENU. Het menu verschijnt. • Wanneer opnamen worden gemaakt met de datum en tijd erop geprojecteerd, kunnen de datum en tijd later niet meer worden verwijderd. • De datum en tijd worden niet opgenomen in de Multi Burst-functie. • De datum en tijd verschijnen niet op het LCDscherm tijdens het opnemen; in plaats daarvan verschijnt de indicatie op het LCDscherm. De huidige datum en tijd worden in het rood, alleen tijdens weergave, in de rechter benedenhoek getoond. • U kunt deze bediening tevens uitvoeren met de modusschakelaar in de stand of . NL 34 2 AF Mode: Digital Zoom: Date/Time: Red Eye Reduction: AF Illuminator: Auto Review: Day&Time Date Off Mode 2  Druk op  op de regelknop om naar te gaan en druk daarna nogmaals op . Het Setup-scherm verschijnt. 3  Kies (Camera 1) met  op de regelknop en druk daarna op . Kies [Date/Time] met / en druk daarna op . 1 Camera 1 1 1 2 Single Smart Opnemen van stilstaande beelden 2 AF Mode: Digital Zoom: Date/Time: Red Eye Reduction: AF Illuminator: Auto Review: Day&Time Off Auto Off PAGE SELECT 4  Kies de gewenste datumweergave met / op de regelknop en druk daarna op . Day&Time: Datum, uur en minuten worden op het beeld geprojecteerd. Date: Jaar, maand en dag worden op het beeld geprojecteerd. Off: Datum en tijd worden niet op het beeld geprojecteerd. Nadat de instelling klaar is, drukt u eerst op MENU zodat het menu verdwijnt, neemt u daarna het beeld op. • Indien u [Date] kiest, wordt de datum in de volgorde die werd gekozen bij "De datum en tijd instellen" (blz. 18) op het beeld geprojecteerd. • De instelling van de datum en tijd blijft ook na het uitschakelen van de camera bewaard. NL 35 Opnemen in overeenstemming met de situatie — Scènekeuze U kunt opnamen met een beter resultaat maken door een toepasselijke opnamestand te kiezen en daarna op de sluiterknop te drukken. Schemerfunctie Hiermee kunt u nachtelijke scènes opnemen vanaf grote afstand zonder de atmosfeer van de donkere omgeving te verliezen. Schemer-portretfunctie Geschikt voor het maken van portretopnamen op donkere plaatsen. Voor het maken van scherpe opnamen van mensen op donkere plaatsen, zonder dat daarbij de donkere sfeer van de omgeving verloren gaat. • De sluitertijd wordt langer, dus is het gebruik van een statief aan te bevelen. • De sluitertijd wordt langer, dus is het gebruik van een statief aan te bevelen. NL 36 Landschapsfunctie Om alleen de achtergrond scherp te laten uitkomen, zoals voor landschapsopnamen, enz. Zachte-opname-modus Met deze modus kunt u huidskleur opnemen met heldere en warme tinten waardoor uw opnamen mooier worden. Daarnaast geeft het zachtescherpstellingseffect een vriendelijke atmosfeer aan uw portretten van mensen, bloemen, enz. Sneeuwfunctie Bij het opnemen van sneeuwscènes of andere plaatsen waar de gehele omgeving wit lijkt, gebruikt u deze functie om fletse kleuren te voorkomen en heldere, scherpe beelden op te nemen. Opnemen van stilstaande beelden Strandfunctie Bij het opnemen van scènes aan zee of langs het meer, wordt met deze functie de blauwe kleur van het water duidelijk opgenomen. Kaarslichtfunctie U kunt opnamen maken op feestjes, kerkdiensten en andere scènes met kaarslicht, zonder de ambiance van het kaarslicht te verstoren. • De sluitertijd wordt langer, dus is het gebruik van een statief aan te bevelen. NL 37 Program Auto Camera Program Auto Camera Mode 1 MENU  Zet de modusschakelaar op en druk daarna op MENU. Het menu verschijnt. Mode 2  Kies (Camera) met  op de regelknop en kies daarna met / de gewenste modus. Om terug te keren naar de normale modus Kies [Auto] of [Program] met / op de regelknop. • De instelling van de scènekeuze blijft ook na het uitschakelen van de camera bewaard. NL 38 Lange sluitertijd NR Bij opnamen met de scènekeuzefunctie, is de combinatie van functies, zoals de flitsfunctie, van te voren bepaald om optimale instellingen te verkrijgen die in overeenstemming zijn met de scène. Zie onderstaande tabel voor de functie-instellingen van elke opnamestand. De lange sluitertijd-functie NR (lange sluitertijd) vermindert de ruis op de opnamen, zodat heldere beelden verkregen worden. Bij een sluitertijd van 1/6 seconden of langer, stelt de camera automatisch de functie "NR slow shutter" in werking en de aanduiding "NR" verschijnt bij van de sluitertijd. Functie Opnemestand AFFlitsmodus bereikzoekerframe Witbalans Flitserniveau Burst/ Multi Burst   — —  Auto  — /          /     /     — — SL Center AF •  duidt aan dat de functie naar uw wens ingesteld kan worden. Opnemen van stilstaande beelden Opnamen met scènekeuze Druk de sluiterknop volledig in.  Capturing Daarna wordt het scherm zwart.  Processing Tenslotte, nadat "Processing" uit is gegaan, is het beeld opgenomen. • Beweeg de camera niet terwijl "Capturing" wordt afgebeeld. Om de effecten van trillingen tegen te gaan, adviseren wij u een statief te gebruiken. • Wanneer een lange sluitertijd is ingesteld door de camera, kan dit enige tijd vergen. NL 39 Beelden bekijken op het LCD-scherm van uw camera Individuele beelden bekijken 60min Enkelvoudig scherm 60min VGA 101 2005 1 1 10:30PM VOLUME De beelden die u met de camera hebt opgenomen, kunt u bijna onmiddellijk bekijken op het LCD-scherm. U kunt uit de volgende twee methoden kiezen voor het bekijken van beelden. Enkelvoudig scherm U kunt de beelden één voor één bekijken waarbij elk beeld het gehele scherm vult. NL 40 8/9 8/9 BACK/NEXT BACK/NEXT 101 Index-scherm 101-0008 101-0008 VGA SINGLE DISPLAY Index-scherm Op het scherm worden negen beelden tegelijk weergegeven, met elk beeld in een apart vakje op het LCD-scherm. • Voor verdere informatie over het bekijken van bewegende beelden, leest u blz. 76. • Een uitvoerige beschrijving van de indicaties vindt u op blz. 128. 2005 1 1 10:30PM VOLUME 1  Zet de modusschakelaar op en schakel de camera in. Het laatst opgenomen beeld in de gekozen opnamemap (blz. 60) verschijnt op het LCD-scherm. • Als gevolg van de beeldverwerking kan kort na het begin van de weergave, het beeld er korrelig uitzien. Een index-scherm bekijken 60min BACK/NEXT 101 3/9 • SINGLE DISPLAY 2005 1 1 10:30PM • SINGLE DISPLAY VOLUME 2 1 Bekijken van stilstaande beelden 101-0003 VGA 2  Kies het gewenste stilstaande beeld met / op de regelknop.  Verschuif W-kant. Op het LCD-scherm verschijnt nu het  Kies het gewenste stilstaande beeld met /// op de regelknop.  : Om het vorige beeld te tonen  : Om het volgende beeld te tonen index-scherm. Het beeld in het gele kader is gekozen. Om het volgende (vorige) indexscherm weer te geven Druk op /// op de regelknop om het gele frame omhoog/omlaag/naar links/naar rechts te verplaatsen. Om terug te keren naar het enkelbeeld-scherm Verschuif (index) naar de T-kant of druk op  op de regelknop. (index) naar de NL 41 Beelden wissen 60min 101-0002 BACK/NEXT VGA 101 60min 2/9 2005 1 1 10:30PM VOLUME 1  Zet de modusschakelaar op en schakel de camera in. Druk op / op de regelknop om het beeld te kiezen dat u wilt wissen. • Merk op dat het niet mogelijk is gewiste beelden te herstellen. VGA 101 60min 2/9 Delete Exit 101 2/9 Delete Exit BACK/NEXT BACK/NEXT 3 2  Druk op VGA (Wissen). Het beeld is nu nog niet gewist. • U kunt een beveiligd beeld niet wissen (blz. 64).  Kies [Delete] met  op de regelknop en druk daarna op . De melding "Access" verschijnt en het beeld is gewist. Doorgaan en andere beelden wissen Geef het beeld dat u wilt wissen weer met / op de regelknop. Kies vervolgens [Delete] met  en druk daarna op . Om het wissen te annuleren Kies [Exit] met  op de regelknop en druk daarna op . NL 42 Beelden wissen in de index-modus Delete Exit Select Delete Exit All In This Folder  Terwijl er een index-scherm (blz. 41) wordt weergegeven, drukt u op (Wissen). • Merk op dat het niet mogelijk is gewiste beelden te herstellen. • SELECT All In This Folder 2  Kies [Select] met / op de regelknop en druk daarna op . TO NEXT Stilstaande beelden wissen 1 Select 3  Kies een te wissen beeld met /// op de regelknop en druk daarna op . De (Wissen) indicatie wordt op het gekozen beeld afgebeeld. Het beeld is nu nog niet gewist. Herhaal deze stap voor alle beelden die u wilt wissen. • Om een keuze te annuleren, kies de foto, druk daarna nogmaals op de  van de regelknop, zodat de indicatie verdwijnt. NL 43 Formatteren van een "Memory Stick Duo" Wissen van alle beelden in de map Delete Exit OK 4  Druk op (Wissen) en kies [OK] met  op de regelknop, en druk daarna op . De mededeling "Access" wordt afgebeeld en beelden met de indicator zijn gewist. Om het wissen te annuleren Kies [Exit] met  op de regelknop en druk daarna op . NL 44 Kies [All In This Folder] met  op de regelknop in stap  en druk daarna op . Kies [OK] en druk daarna op . Alle niet-beveiligde beelden in de map worden gewist. Om te stoppen met wissen, kiest u [Cancel] en drukt u daarna op . • U kunt ook bewegende beelden wissen (blz. 77). Kant met aansluitingen 1  Plaats de "Memory Stick Duo" die u wilt formatteren in de camera. • De term "formatteren" betekent het voorbereiden van een "Memory Stick Duo" op het opnemen van beelden. Dit proces wordt ook "initialiseren" genoemd. • De "Memory Stick Duo" die met uw camera geleverd werd en de in de handel verkrijgbare "Memory Stick Duo" zijn al geformatteerd en kunnen gelijk gebruikt worden. • Merk op dat door de "Memory Stick Duo" te formatteren alle data in de "Memory Stick Duo" gewist zullen worden, zelfs als de beelden beveiligd zijn, en niet kunnen worden hersteld. 60min Memory Stick Tool 1 2 Format OK Format: Create REC. Folder: Cancel Change REC. Folder: All data will be erased 1 Setup t Ready? OK Cancel 2 Mode MENU  Schakel de camera in en druk daarna op MENU. Druk op  op de regelknop om naar te gaan en druk daarna nogmaals op . Het Setup-scherm verschijnt. • Deze procedure is beschikbaar ongeacht de stand van de modusschakelaar. 3  Kiest u (Memory Stick Tool) met / op de regelknop. Kies [Format] met  en druk daarna op . Kies [OK] met  en druk daarna op . Stilstaande beelden wissen 2 4  Kies [OK] met  op de regelknop en druk daarna op . De melding "Formatting" verschijnt. Wanneer deze melding verdwijnt is het formatteren klaar. Annuleren van het formatteren Kies [Cancel] met  op de regelknop en druk daarna op . NL 45 Aanwijzingen voor instelling en bediening van uw camera Het gebruik van de menu’s en de onderdelen van het Setup-scherm worden hieronder beschreven. Modusschakelaar De menu-instellingen wijzigen  Druk op MENU. Het menu verschijnt. Program Regelknop WB ISO • De afgebeelde onderdelen verschillen afhankelijk van de stand van de modusschakelaar. 400 200 100 Auto ISO WB ISO • Wanneer de modusschakelaar in de stand staat, drukt u op  op de regelknop nadat u het onderdeel hebt gekozen.  Druk op / op de regelknop om de gewenste instelling te kiezen. De gekozen instelling wordt vergroot en de instelling wordt ingevoerd. NL 46 Sommige onderdelen worden niet op het scherm getoond. Druk op /// op de regelknop om deze onderdelen zichtbaar te maken. P Auto Camera  Druk op / op de regelknop om het onderdeel te kiezen dat u wilt instellen. MENU Wanneer de /// aanduiding boven bij een onderdeel worden afgebeeld Om de menuweergave uit te schakelen Druk op MENU. • Grijs afgebeelde instellingen kunnen niet worden gekozen. • Voor een gedetailleerde beschrijving van de menu-onderdelen leest u blz. 112. De onderdelen van het Setup-scherm wijzigen Het Setup-scherm verlaten  Druk op MENU. Terugkeren naar het menu vanaf het Setup-scherm Het menu verschijnt.  Druk op  op de regelknop om verder te gaan naar en druk daarna nogmaals op . Het Setup-scherm verschijnt. Druk opnieuw op MENU. Druk op  op de regelknop om terug te keren naar de positie ingesloten door het kader in stap  en druk daarna nogmaals op . Setup t  Druk op /// op de regelknop om het onderdeel te kiezen dat u wilt instellen. U kunt de kwaliteit van het stilstaand beeld kiezen uit [Fine] (hoge) of [Standard]. Alvorens over te gaan tot bediening Stel bij het opnemen van stilstaande beelden (Camera) op het menu in op een andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en 112). Voorafgaand aan geavanceerde bedieningen • Voor een gedetailleerde beschrijving van de Setup-onderdelen leest u blz. 115. Kwaliteit van het stilstaand beeld kiezen Modusschakelaar De omframing van het gekozen onderdeel verandert in geel. 1 2 Setup 2 File Number: USB Connect: OK Cancel Clock Set: 1 2 MENU Regelknop  Druk op  op de regelknop om de instelling in te voeren. NL 47  Zet de modusschakelaar in de stand .  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies (P.Quality) met / en kies daarna met / de gewenste beeldkwaliteit. Fine FINE Standard P.Quality WB ISO Een map aanmaken of kiezen Uw camera kan meerdere mappen aanmaken in een "Memory Stick Duo". U kunt vóór het opnemen de map kiezen waarin de opgenomen beelden zullen worden opgeslagen. Wanneer u niet een nieuwe map aanmaakt, wordt de map "101MSDCF" gekozen als de opnamemap. U kunt mappen aanmaken tot en met "999MSDCF". Alvorens over te gaan tot bediening Stel het menu in op het Setup-scherm (blz. 47 en 115). Modusschakelaar Een nieuwe map aanmaken  Kies (Memory Stick Tool) met /, [Create REC. Folder] met // en [OK] met /, en druk daarna op . Het map-aanmaakscherm verschijnt. 60 min Create REC. Folder Creating REC. folder 102MSDCF Ready? OK Cancel  Kies [OK] met  en druk daarna op . Een nieuwe map wordt aangemaakt met een nummer volgend op het hoogste nummer in de "Memory Stick Duo" en deze map wordt de opnamemap. Het aanmaken van een map annuleren Kies [Cancel] bij stap  of . MENU NL 48 Regelknop • Maximaal 4.000 beelden kunnen in een map worden opgeslagen. Wanneer de capaciteit van de map is opgebruikt, wordt automatisch een nieuwe map aangemaakt. • Nadat u een nieuwe map hebt aangemaakt, kunt u de nieuwe map niet wissen met de camera. • De beelden worden opgeslagen in de nieuw aangemaakte map totdat een andere map wordt aangemaakt of gekozen. De opnamemap veranderen  Kies (Memory Stick Tool) met /, [Change REC. Folder] met / en [OK] met /, en druk daarna op . Het opnamemap-keuzescherm verschijnt. Voorafgaand aan geavanceerde bedieningen Select REC. Folder 102 2/2 Folder Name:102MSDCF No. Of Files: 0 Created: 2005 1 1 1::05:34AM OK Cancel BACK/NEXT  Kies de gewenste map met /, en [OK] met , en druk daarna op . Het veranderen van de opnamemap annuleren Kies [Cancel] bij stap  of . • U kunt de map "100MSDCF" niet kiezen als de opnamemap (blz. 86). • Het beeld wordt opgeslagen in de nieuw gekozen map. U kunt de beelden niet verplaatsen naar een andere map met deze camera. NL 49 Een automatische scherpstellingsmethode kiezen U kunt het AF-frame van de bereikzoeker en de AF-functie instellen. AF-bereikzoekerframe Hiermee kunt u de plaats, waarop scherp gesteld moet worden, in overeenstemming met de positie en grootte van het onderwerp kiezen. AF-functie Hiermee kunt u de begintijd en stoptijd van de scherpstelling instellen. Alvorens over te gaan tot bediening Stel bij het opnemen van stilstaande beelden (Camera) op het menu in op een andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en 112). Modusschakelaar MENU NL 50 Regelknop Een scherpstelbereikzoekerkader kiezen — AF-bereikzoeker Multipoint AF ( ) De camera berekent in vijf gebieden, links, rechts, boven, onder en in het midden van het beeld, de afstand, zodat u, zonder zorgen over de beeldcompositie, de automatische scherpstelling kunt gebruiken. Deze functie is handig wanner het lastig is om scherp te stellen op een onderwerp, dat zich niet in het midden van de zoeker bevindt. U kunt de positie controleren waarop werd scherpgesteld met behulp van het groene frame. De fabrieksinstelling is Multipoint AF. Midden-AF ( ) Deze functie is handig voor het scherpstellen op een onderwerp dat zich bij het midden van de zoeker bevindt. Gebruik tezamen met de AF-vergrendelfunctie om de gewenste beeldcompositie te kunnen opnemen.  Zet de modusschakelaar in de stand of .  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies  (Focus) met / en kies daarna het gewenste AFbereik met /. 60min P VGAFINE 101 98 AFbereikzoekerframe S AF De scherpstelling wordt automatisch geregeld. De kleur van het AFbereikzoekerkader verandert van wit naar groen. • Wanneer u een film opneemt en Multipoint AF kiest, wordt de afstand tot het midden van het scherm bepaald als een gemiddelde, zodat de automatische scherpstelling zelfs bij een bepaalde mate van trillingen nog werkt. AF-bereikzoekerframe is . Midden-AF stelt automatisch scherp op alleen één gekozen frame, dus dit is handig als u alleen wilt scherpstellen op het onderwerp waarop u richt. • Als u de digitale zoom of de AF-illuminator gebruikt, wordt met voorrang scherpgesteld op onderwerpen dicht bij of in het midden van het frame. In dit geval knippert of en wordt het AF-bereikzoekerframe niet afgebeeld. • Sommige instellingen kunnen niet worden gekozen afhankelijk van de Scènekeuzefunctie (blz. 39). Een scherpstellingsmethode kiezen — AF-functie Enkelvoudige-AF ( S AF ) Deze functie is handig bij het opnemen van stilstaande onderwerpen. Er wordt niet scherpgesteld voordat de sluiterknop tot halverwege ingedrukt wordt gehouden. Wanneer de sluiterknop tot halverwege ingedrukt wordt gehouden en de AFvergrendeling voltooid is, wordt de scherpstelling vergrendeld. De fabrieksinstelling is enkelvoudige-AF. Alvorens over te gaan tot bediening Stel het menu in op het Setup-scherm (blz. 47 en 115).  Kies (Camera 1) met  en kies vervolgens [AF Mode] met /. 1  Kies de gewenste functie met // en druk daarna op . Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden AF-bewaking ( M AF ) De camera stelt automatisch scherp voordat de sluiterknop tot halverwege wordt ingedrukt en vastgehouden, zodat u beelden kunt samenstellen die al zijn scherpgesteld. Wanneer de sluiterknop tot halverwege ingedrukt wordt gehouden en de AF-vergrendeling voltooid is, wordt de scherpstelling vergrendeld. • Het acculadingverbruik kan hoger zijn dan in de enkelvoudige-AF-functie. NL 51 Opnametechnieken Als u opneemt met het onderwerp aan de rand van het frame, of als u Midden-AF gebruikt, kan de camera scherpstellen op het midden in plaats van op het onderwerp aan de rand van het frame. In dergelijke gevallen gebruikt u AF-vergrendeling om op het onderwerp scherp te stellen, stelt u het beeld opnieuw samen en neemt u het op. Stel het beeld zodanig samen dat het onderwerp zich binnen de AF-bereikzoeker bevindt en druk de sluiterknop tot halverwege in. Wanneer de indicatie van de AE/AFvergrendeling stopt met knipperen en aan blijft, keert u terug naar het volledig samengestelde beeld en drukt u de sluiterknop helemaal in. 60min P S AF S AF 52 — EV-afstelling U kunt handmatig de door de camera gekozen belichting bijstellen. Gebruik deze functie als het onmogelijk is om de juiste belichting te verkrijgen, bijvoorbeeld als het contrast (verschil tussen licht en donker) tussen onderwerp en achtergrond extreem groot is. De compensatiewaarde kan in stappen van 1/3EV ingesteld worden tussen +2.0EV en −2.0EV. 98 F3.5 30 AE/AF-vergrendelingindicatie NL Belichting regelen VGA FINE 101 AF-bereikzoekerframe 60min P • Wanneer u AF-vergrendeling gebruikt kunt u een onderwerp scherpgesteld opnemen, zelfs al het aan de rand van het beeldkader ligt. • U kunt het beeld met AF-vergrendeling samenstellen voordat u de sluiterknop volledig indrukt. VGAFINE 101 97 F3.5 30 Stel bij richting – Stel bij richting + Voor het opnemen van stilstaande beelden, stelt u (Camera) op het menu in op een andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en 112). Modusschakelaar  Kies de gewenste belichtingswaarde met /. Regel de belichting terwijl u de helderheid van de achtergrond controleert. Om de automatische belichting opnieuw te activeren Kies bij stap  [0EV]. MENU Regelknop  Zet de modusschakelaar in de stand of .  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies (EV) met . De waarde van de aangepaste belichting wordt afgebeeld. Een histogram is een grafiek die de helderheid van een beeld weergeeft. Op de horizontale as staat de helderheid en op de verticale as staat het aantal beeldpunten. De afgebeelde grafiek geeft een donker beeld aan wanneer deze links hoger is en geeft een helder beeld aan wanneer deze rechts hoger is. U kunt een histogram gebruiken om de belichting te controleren als het scherm moeilijk zichtbaar is tijdens opname en weergave. 80 Helderheid Donker Helder VGA FINE Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden • Wanneer een onderwerp wordt opgenomen onder bijzonder heldere of donkere omstandigheden, of wanneer u de flitser gebruikt, kan de belichting niet goed worden ingesteld. Een histogram afbeelden Aantal pixels Alvorens over te gaan tot bediening 101 4 0 EV  Zet de modusschakelaar in de stand .  Druk op om het histogram af te beelden.  Stel de belichting in aan de hand van het histogram. 0EV 0EV EV WB ISO NL 53 • Het histogram verschijnt ook wanneer de (Camera) op het menu is ingesteld op [Auto], maar u kunt de belichting niet instellen. • Het histogram wordt ook afgebeeld wanneer u op drukt terwijl u een enkelvoudig beeld weergeeft (blz. 40) of tijdens Quick Review (blz. 29). • Het histogram wordt niet afgebeeld in de volgende gevallen: – Wanneer het menu wordt afgebeeld – Tijdens het gebruik van weergavezoom – Bij opname en weergave van bewegende beelden • verschijnt en het histogram wordt in de volgende gevallen niet getoond: – Bij opname met digitale zoom – Wanneer het beeldformaat [3:2] is – Bij weergave van beelden die met MultiBurst zijn opgenomen – Wanneer u een stilstaand beeld roteert • Het histogram vóór het opnemen geeft het histogram weer van het beeld dat op dat moment op het LCD-scherm werd afgebeeld. Een verschil treedt op in het histogram voor en nadat u op de sluiterknop drukt. Nadat u een beeld hebt opgenomen, controleert u het histogram terwijl een enkel beeld wordt weergegeven of tijdens Quick Review. Met name in de volgende gevallen kan een groot verschil optreden: – Wanneer de flitser afgaat – Wanneer de sluitertijd lang of kort is • Het histogram wordt misschien niet afgebeeld voor beelden opgenomen op andere camera’s. NL 54 Opnametechnieken Bij het maken van opnamen stelt de camera automatisch de belichting in. Bij opname van een overheersend wit onderwerp, bijvoorbeeld een onderwerp met tegenlicht of een sneeuwscène, kan de camera vaststellen dat het onderwerp licht is en stelt dan ook een geringere belichting voor het beeld in. In zulke gevallen, kan het helpen om de belichting bij te stellen in de + (plus) richting. Bij opname van een beeldvullend donker onderwerp, kan de camera vaststellen dat het onderwerp donker is en stelt dan ook meer belichting voor het beeld in. In zulke gevallen, kan het helpen om de belichting bij te stellen in de – (min) richting. Bijstellen in de – richting Bijstellen in de + richting Raadpleeg het histogram en stel dusdanig bij zodat het beeld niet overbelicht (te licht) of onderbelicht (te donker) is. Maak verscheidene foto’s met verschillende belichtingen om de helderheid naar uw zin te ontdekken. Keuze van de lichtmeetfunctie Met de lichtmeetfunctie kunt u kiezen welk gedeelte van het onderwerp gebruikt moet worden om door meting de belichting vast te stellen. Alvorens over te gaan tot bediening Voor het opnemen van stilstaande beelden, stelt u (Camera) op het menu in op een andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en 112). Modusschakelaar Lichtmeting met meerdere patronen (geen indicatie) Spot lichtmeting ( ) Slechts een klein gedeelte van het onderwerp wordt gebruikt voor de meting. Hiermee kunt u opnamen maken van onderwerpen die niet te donker zijn, zelfs bij tegenlicht, of de belichting bijstellen van een onderwerp waarvan het contrast met de achtergrond groot is. Druk nogmaals op  ( ) om de spot lichtmeting uit te schakelen. Het dradenkruis van de spot lichtmeting verdwijnt en de camera keert terug naar de multi-patroon lichtmeting. • Als u, bij gebruik van puntmeting, wilt scherpstellen op het lichtmeetpunt, wordt de instelling  (Focus) op [Center AF] aangeraden (blz. 50). Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden Het beeld wordt opgesplitst in meerdere velden en voor elk veld afzonderlijk wordt er een lichtmeting verricht. De camera beoordeelt de positie van het onderwerp en de helderheid van de achtergrond, en zorgt op basis daarvan voor een evenwichtige belichting. De fabrieksinstelling is lichtmeting met meerdere patronen. Spot lichtmeting annuleren Regelknop  Zet de modusschakelaar in de stand of .  Druk op  ( ) om de spot lichtmeting in te schakelen. Het dradenkruis van de spot lichtmeting vershijnt. 60min P VGA FINE 101 98 Dradenkruis van de spot lichtmeting S AF 250 F3.5 NL 55 Kleurtinten afstellen — Witbalans U kunt de witbalans in overeenstemming met de opnameomstandigheden instellen. De natuurlijke kleur van het onderwerp wordt beïnvloed door de belichtingsomstandigheden. Als u de belichtingso mstandigheden wilt corrigeren, of als de kleur van de gehele opname een beetje onnatuurlijk lijkt, adviseren wij u de witbalans in te stellen. Auto (geen indicatie) Witbalans automatisch regelen. De fabrieksinstelling is Auto. (Daglicht) Buitenshuis opnemen en opnemen van nachtelijke scènes, neonverlichting, vuurwerk of zonsopgang, of opnemen net voor en na zonsondergang (Bewolkt) Opnemen onder een bewolkte lucht (Fluorescerend) Opnemen onder een fluorescerende verlichting NL 56  (Gloeilamp) • Plaatsen waar de belichtingsvoorwaarden snel veranderen • Bij zeer fel licht, zoals in fotostudio’s Alvorens over te gaan tot bediening Terugkeren naar automatische regeling Voor het opnemen van stilstaande beelden, stelt u (Camera) op het menu in op een andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en 112). Kies bij stap  [Auto]. Modusschakelaar MENU Regelknop  Zet de modusschakelaar in de stand of .  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies [WB] (White Bal) met / en kies daarna met / de gewenste instelling. • Het is mogelijk dat de witbalans-instelfunctie niet goed werkt onder fluorescerende lampen die flikkeren, zelfs niet als (fluorescerend) is gekozen. • Wanneer de flitser afgaat, wordt de handmatige instelling geannuleerd en wordt het beeld opgenomen in de [Auto] functie. • Sommige instellingen kunnen niet worden gekozen afhankelijk van de Scènekeuzefunctie (blz. 39). Het flitserniveau instellen — Flitserniveau U kunt de hoeveelheid flitserlicht instellen. Alvorens over te gaan tot bediening Stel (Camera) op het menu in op een andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en 112).  Kies [ ] (Flash Level) met de gewenste instelling /, en kies daarna met /. +: Dit maakt het flitserniveau hoger dan normaal. Normal: Normale instelling. –: Dit maakt het flitserniveau lager dan normaal. • Het kan onmogelijk zijn beelden op te nemen in het ingestelde flitserniveau afhankelijk van de Scènekeuzefunctie (blz. 39). Continu opnemen Deze modus wordt gebruikt voor een doorlopende opname. Het maximale aantal foto’s dat u bij een opname kunt schieten, is afhankelijk van het beeldformaat en de instellingen van de beeldkwaliteit. Modusschakelaar Sluiterknop Modusschakelaar MENU Regelknop  Zet de modusschakelaar in de stand .  Druk op MENU. Het menu verschijnt. Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden MENU Regelknop • Als de batterijlading achteruit gaat of de "Memory Stick Duo" vol is, stopt het opnemen, zelfs als u de sluiterknop ingedrukt houdt.  Zet de modusschakelaar in de stand .  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies [Mode] (REC Mode) met / en kies vervolgens [Burst] met /. NL 57  Neem het beeld op. Als u op de sluiterknop drukt en deze ingedrukt houdt, zal de camera het maximale aantal foto’s na elkaar opnemen. Zodra u de sluiterknop loslaat, stopt het opnemen op dat punt. Wanneer "Recording" verdwijnt, kunt u het volgende beeld opnemen. Het maximale aantal continu opgenomen beelden 16 Frames achter elkaar opnemen U kunt het frame-interval kiezen uit de [1/7.5], [1/15] of [1/30] seconde. — Multi Burst In deze modus worden er bij elke druk op de sluiterknop 16 frames achter elkaar opgenomen. Dit is handig om bijvoorbeeld uw sportprestaties te controleren. Modusschakelaar Fine Standard 4M 4 6 3:2 4 6 3M 4 7 1M 10 18 VGA (E-Mail) 30 30 Beeldformaat Om terug te keren naar de normale modus Kies bij stap  [Normal]. NL 58 1/7.5 1/15 1/30 1/30 Interval (Eenheden: beelden) Beeldkwaliteit  Kies M (Interval) met / en kies daarna met / het gewenste frame-interval. • De flitser staat op (niet flitsen). • Als u opneemt met de zelfontspanner, wordt voor iedere keer dat u op de sluiterknop drukt, een serie van maximaal vijf beelden opgenomen. • Afhankelijk van de Scènekeuzefunctie (blz. 39) kunt u mogelijk geen beelden achter elkaar opnemen. Mode BRK M PFX  Neem het beeld op. Een continue Burst van 16 frames wordt opgenomen binnen een enkel frame (beeldformaat 1M). MENU Regelknop  Zet de modusschakelaar in de stand .  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies [Mode] (REC Mode) met / en kies vervolgens [Multi Burst] met . • U kunt de volgende functies niet gebruiken in de Multi Burst-functie: – Slimme-zoomfunctie – Flitser – De datum en tijd projecteren • Als (Camera) is ingesteld op [Auto] op het menu, wordt frame-interval automatisch ingesteld op [1/30]. • Zie pagina 63 om beelden opgenomen in de Multi Burst-modus weer te geven met behulp van deze camera. • Het aantal beelden dat kan worden opgenomen in de Multi Burst-modus staat vermeld op pagina 111. • Afhankelijk van de Scènekeuzefunctie kunt u mogelijk geen beelden opnemen in de MultiBurstfunctie (blz. 39). Opnemen met speciale effecten — Beeldeffect U kunt beelden digitaal bewerken om speciale effecten tot stand te brengen. Alvorens over te gaan tot bediening Voor het opnemen van stilstaande beelden, stelt u (Camera) op het menu in op een andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en 112). Modusschakelaar B&W Het beeld is monochroom (zwart-wit). Het beeld is sepia, zoals een oude foto. Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden MENU Sepia Regelknop  Zet de modusschakelaar in de stand of .  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies [PFX] (P. Effect) met / en kies daarna met /.  Neem het beeld op. Om het beeldeffect te annuleren Kies bij stap  [Off]. • De instelling voor Beeldeffect wordt niet onthouden wanneer de camera wordt uitgeschakeld. NL 59 Een map kiezen en beelden weergeven Kies de map waarin de beelden die u wilt weergeven zijn opgeslagen. Modusschakelaar  Kies de gewenste map met /. Select Folder 102 2/2 Folder Name:102MSDCF No. Of Files: 9 Created: 2005 1 1 1::05:34AM OK Cancel Enkelvoudig scherm 60min 101-0009 BACK/NEXT VGA 101 9/9 2005 1 1 10:30PM VOLUME BACK/NEXT Index-scherm  Kies [OK] met  en druk daarna op . De keuze annuleren Kies bij stap  [Cancel]. MENU Regelknop  Zet de modusschakelaar in de stand .  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies (Folder) met  en druk daarna op . NL 60 Wanneer meerdere mappen zijn aangemaakt in de "Memory Stick Duo" Wanneer het eerste of laatste beeld in de map wordt weergegeven, verschijnen de volgende indicaties op het scherm. : U kunt naar de voorgaande map gaan. : U kunt naar de volgende map gaan. : U kunt naar zowel de volgende als voorgaande map gaan. • SINGLE DISPLAY • Wanneer er geen beelden zijn opgeslagen in de map, wordt de melding "No file in this folder" afgebeeld. Een deel van een stilstaand beeld vergroten U kunt een deel van een beeld vergroten tot vijfmaal het oorspronkelijke formaat. Modusschakelaar / Een beeld vergroten — Vergrote weergave  Pas het beeldformaat aan met / (weergavezoom).  Zet de modusschakelaar in de stand .  Geef het beeld dat u wilt vergroten weer met /.  Verschuif (weergavezoom) naar de T-kant om op het beeld in te zoomen.  Selecteer het gewenste deel van het beeld met ///. MENU Regelknop Druk op  Druk op  Druk op  : Om meer van de bovenkant van het beeld te zien : Om meer van de onderkant van het beeld te zien : Om meer van de linkerkant van het beeld te zien : Om meer van de rechterkant van het beeld te zien Druk op . • U kunt de weergavezoom niet gebruiken voor bewegende beelden en Multi Burst-beelden. • Als u (weergavezoom) naar de W-kant verschuift terwijl een niet-vergroot beeld wordt weergegeven, schakelt het LCD-scherm over naar het indexscherm (blz. 41). • U kunt de beelden die worden weergegeven met de functie Quick Review (blz. 29) vergroten door de stappen  t/m  uit te voeren. Geavanceerd bekijken van stilstaande beelden Druk op  Om de weergavezoom uit te schakelen NL 61 Weergave van opeenvolgende beelden — Diavoorstelling U kunt de vastgelegde beelden op volgorde weergeven. Deze functie is handig voor het controleren van uw beelden of voor presentaties, enz. Modusschakelaar Interval 3 sec/5 sec/10 sec/30 sec/1 min Image Folder: Geeft alle beelden weer in de geselecteerde map. All: Geeft alle beelden weer in de "Memory Stick Duo". Stilstaande beelden roteren U kunt een beeld opgenomen in portretformaat roteren en weergeven in landschapsformaat. Repeat On: Continu herhaalde weergave van beelden. Off: Nadat alle beelden zijn weergegeven, eindigt de diavoorstelling.  Kies [Start] met / en druk daarna op . De diavoorstelling begint. Om de instelling van de diavoorstelling uit te schakelen MENU Regelknop  Zet de modusschakelaar in de stand .  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies (Slide) met / en druk daapna op . Stel de volgende onderdelen in met ///. NL 62 Kies bij stap  [Cancel]. Om te stoppen met de weergave van de diavoorstelling Modusschakelaar Druk op , kies [Exit] met  en druk daarna opnieuw op . Om tijdens de diavoorstelling rechtstreeks naar het volgende/ vorige beeld te gaan Druk op  (volgende) of  (vorige). • De intervaltijd-instellingen zijn slechts richtlijnen, dus deze kunnen variëren afhankelijk van het beeld. MENU Regelknop  Zet de modusschakelaar op en geef het beeld weer dat u wilt roteren.  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies (Rotate) met / en druk daarna op .  Kies met  en roteer vervolgens het beeld met /. Beelden opgenomen in de Multi Burst functie weergeven U kunt Multi Burst-beelden continu weergeven of deze frame-voor-frame weergeven. Deze functie wordt gebruikt om het beeld te controleren.  Zet de modusschakelaar in de stand .  Kies het Multi Burst-beeld met /. Het gekozen Multi Burst-beeld wordt continu weergegeven. 60min M 101 Modusschakelaar  Kies [OK] met / en druk daarna op . 101-0014 PAUSE 14/14 2005 1 1 10:30PM BACK/NEXT VOLUME Kies bij stap  of  [Cancel] en druk daarna op . Regelknop Geavanceerd bekijken van stilstaande beelden Het weergeven pauzeren Stoppen met roteren • U kunt beveiligde beelden, bewegende beelden en Multi Burst-beelden niet roteren. • Beelden die met andere camera’s zijn opgenomen, kunnen soms niet worden geroteerd. • Wanneer u beelden bekijkt op een computer is het mogelijk dat, afhankelijk van de software, de informatie van het roteren van het beeld niet door de computer wordt herkend. Continu weergeven Druk op . Om het weergeven te hervatten, drukt u nogmaals op . Het weergeven wordt hervat vanaf het frame afgebeeld op het LCD-scherm. • Wanneer Multi Burst-beelden worden weergegeven op een computer of op een camera zonder de Multi Burst-functie, worden de 16 frames die u hebt opgenomen tegelijkertijd weergegeven als onderdeel van één beeld. • U kunt het Multi Burst-beeld niet knippen. NL 63 Frame-voor-frame weergeven Opgenomen beelden wissen  Zet de modusschakelaar in de stand . Wanneer u deze functie gebruikt, kunt u niet alleen bepaalde frames wissen. Wanneer u beelden wist, worden alle 16 frames tegelijkertijd gewist.  Kies het Multi Burst-beeld met /. Het gekozen Multi Burst-beeld wordt continu weergegeven.  Druk op  wanneer het gewenste frame wordt weergegeven. 1 Geef het gewenste Multi Burst-beeld weer dat u wilt wissen. 2 Druk op Beelden beveiligen — Beveiliging Met deze functie kunt u beelden beveiligen tegen per ongeluk wissen. Modusschakelaar (Wissen). 3 Kies [Delete] en druk daarna op . Alle frames worden gewist. "Step" verschijnt. 60min 1M 14/14 MENU 101-0014 PLAY M 101 Step 12/16 2005 1 1 10:30PM FRAME BACK/NEXT VOLUME  Draai het frame door met /. : Het volgende frame wordt afgebeeld. Wanneer u  ingedrukt houdt, blijven de frames doordraaien. : Het voorgaande frame wordt afgebeeld. Wanneer u  ingedrukt houdt, blijven de frames achterwaarts doordraaien. Naar de normale weergave terugkeren NL 64 Druk op  in stap . Het weergeven wordt hervat vanaf het frame afgebeeld op het LCD-scherm. Regelknop • Merk op dat door de"Memory Stick Duo" te formatteren alle data in de "Memory Stick Duo" gewist zullen worden, zelfs als de beelden beveiligd zijn, en niet kunnen worden hersteld. • Het beveiligen van de beelden kan enige tijd duren. In de enkelbeeld-modus In de index-modus  Zet de modusschakelaar op .  Zet de modusschakelaar in de stand en verschuif (index) naar de W-kant om het index-scherm weer te geven.  Laat met / het beeld verschijnen dat u wilt beveiligen.  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies  (Protect) met / en druk daarna op . 60min VGA 101 2/9 Het menu verschijnt.  Kies  (Protect) met / en druk daarna op .  Kies [Select] met / en druk daarna op .  Kies met /// het beeld dat u wilt beveiligen en druk daarna op . De groene indicatie  verschijnt op het gekozen beeld. Protect Exit De indicatie  wordt wit. De geselecteerde beelden zijn beveiligd. Om de beveiligingsfunctie te verlaten Kies bij stap  de optie [Cancel] of kies bij stap  de optie [Exit] en druk daarna op . Om de beveiliging van afzonderlijke beelden te annuleren Kies het beeld waarvan u de beveiliging wilt annuleren met /// in stap  en druk daarna op . De indicatie  wordt grijs. Herhaal deze procedure voor alle beelden waarvan u de beveiliging wilt annuleren. Druk op MENU, kies [OK] en druk daarna op . Geavanceerd bekijken van stilstaande beelden Het weergegeven beeld is beveiligd. De indicatie  (beveiliging) verschijnt op het beeld.  Druk op MENU.  Kies [OK] met  en druk daarna op . BACK/NEXT  Om verder te gaan en andere beelden te beveiligen, kiest u het gewenste beeld met / en drukt u vervolgens op . Om de beveiliging te annuleren Druk bij stap  of  opnieuw op . De indicatie  verdwijnt. Alle beelden in een map beveiligen • SELECT MENU TONEXT  Herhaal stap  om andere beelden te beveiligen.  Druk op MENU. Kies bij stap  de optie [All In This Folder] en druk op . Kies [On] en druk daarna op . De beveiliging van alle beelden in een map annuleren Kies bij stap  de optie [All In This Folder] en druk op . Kies [Off] en druk daarna op . NL 65 Beeldformaat veranderen — Formaat veranderen U kunt het formaat van een vastgelegd beeld veranderen en het gewijzigde beeld opslaan als een nieuw bestand. U hebt de keuze uit de volgende formaten: 4M, 3M, 1M, VGA Ook nadat u het formaat hebt veranderd, blijft het oorspronkelijke beeld bewaard. Modusschakelaar MENU Regelknop  Zet de modusschakelaar op .  Laat met / het beeld verschijnen waarvan u het formaat wilt veranderen.  Druk op MENU. Het menu verschijnt. NL 66  Kies (Resize) met / en druk daarna op .  Kies met / het gewenste formaat en druk daarna op . Het beeld met het nieuwe formaat wordt opgenomen en opgeslagen in de opnamemap als het meest recente bestand. Om de verandering van het formaat te annuleren Kies bij stap  [Cancel]. • Voor bewegende beelden of Multi Burstbeelden kan het formaat niet worden veranderd. • Wanneer u van een klein formaat overschakelt op een groot formaat, gaat de beeldkwaliteit achteruit. • Een beeld kan niet naar een beeldformaat van 3:2 worden veranderd. • Wanneer u het formaat van een 3:2 beeld verandert, zullen de bovenste en onderste zwarte gedeelten in het beeld worden afgebeeld. Stilstaande beelden afdrukken U kunt de beelden die u op uw camera hebt opgenomen op de volgende manieren afdrukken. Rechtstreeks afdrukken (op een PictBridgecompatibele printer) (blz. 68) U kunt afdrukken door de camera rechtstreeks aan te sluiten op een PictBridge-compatibele printer. Rechtstreeks afdrukken (op een "Memory Stick"compatibele printer) Stilstaande beelden afdrukken U kunt afdrukken op een "Memory Stick"-compatibele printer. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij de printer werd geleverd voor verdere informatie. Afdrukken met een computer (blz. 93) U kunt beelden afdrukken die naar een computer zijn overgebracht met behulp van de software "Picture Package" dat op de CD-ROM staat die bij de camera werd geleverd. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij de printer werd geleverd voor de bedieningsinstructies voor de printer. Afdrukken in een winkel (blz. 73) Ga met uw "Memory Stick Duo" en Memory Stick Duo-adapter naar een fotoafdrukwinkel. U kunt ook van tevoren de foto’s die u wilt afdrukken markeren met afdrukmarkeringen. NL 67 Rechtstreeks afdrukken Zelfs als u geen computer hebt, kunt u toch gemakkelijk de beelden die u met deze camera hebt opgenomen afdrukken, door de camera aan te sluiten op een PictBridgecompatibel printer. Als voorbereiding hoeft u alleen maar de USB-verbinding in te stellen op het Setup-scherm en de camera met een USB-kabel aan te sluiten op de printer. Door een PictBridge-compatibele printer te gebruiken, kunt u gemakkelijk het indexblad* afdrukken. * Afhankelijk van de printer is het mogelijk dat de index-blad-afdrukfunctie niet beschikbaar is. • Wij adviseren u de netspanningsadapter te gebruiken om te voorkomen dat tijdens het afdrukken de stroomvoorziening wegvalt. • U kunt bewegende beelden niet afdrukken. • Als een foutmelding wordt ontvangen van de aangesloten printer, knippert de indicatie gedurende ongeveer vijf seconden. Controleer de aangesloten printer. Enkelbeeld-afdruk De camera voorbereiden Stel de USB-functie in op de camera om de camera op de printer te kunnen aansluiten. Index-afdruk Alvorens over te gaan tot bediening Stel het menu in op het Setup-scherm (blz. 47 en 115). Modusschakelaar MENU • Als u hetzelfde beeld naast elkaar wilt rangschikken, kiest u [This image] in de enkelbeeld-modus en stelt u [Index] in op [On] (blz. 70). • Het aantal beelden dat op één indexvel wordt afgedrukt verschilt afhankelijk van de printer. Regelknop  Kies (Setup 2) met  en kies daarna [USB Connect] med //. 2  Kies [PictBridge] met / en druk daarna op . 1 2 1 Setup 2 File Number: USB Connect: PictBridge Clock Set: PTP Normal 2 NL 68 De USB-functie is nu ingesteld. De camera aansluiten op de printer Sluit de (USB-) aansluiting van de camera, met behulp van de USB-kabel (bijgeleverd), aan op de USB-aansluiting van de printer. Schakel de camera en de printer in. De camera wordt in de weergavefunctie gezet ongeacht de stand van de modusschakelaar en een beeld in de gekozen weergavemap en het afdrukmenu worden afgebeeld op het LCD-scherm. Als [USB Connect] niet is ingesteld op [PictBridge] op het Setup-scherm Zelfs als u de camera inschakelt, kunt u de PictBridge-functie niet gebruiken. Koppel de USB-kabel los van de camera en stel [USB Connect] in op [PictBridge] (blz. 68). Afdrukken in de enkelbeeldmodus Zodra u de camera op een printer hebt aangesloten, wordt het afdrukmenu afgebeeld. Modusschakelaar MENU 1M 101 2/9 Stilstaande beelden afdrukken  Kies het gewenste afdruktype met / en druk daarna op . Nadat de verbinding tot stand is gekomen, verschijnt de indicatie op het LCD-scherm. Print All In This Folder DPOF image Select This image Cancel Regelknop 1M Printer 101 2/ 9 Print All In This Folder DPOF image Select This image Cancel All In This Folder Drukt alle beelden in de map af. DPOF image Drukt alle beelden met de markering (blz. 73) af, ongeacht het weergegeven beeld. NL 69 Select Kiest de beelden op volgorde. Drukt alle gekozen beelden af. 1 Kies het beeld dat u wilt afdrukken met behulp van / en druk daarna op . De markering verschijnt op het gekozen beeld. • Herhaal deze stap om andere beelden te kiezen. 2 Kies [Print] met  en druk daarna op . This image Drukt het huidig gekozen beeld af.  Stel de afdrukinstelling in met ///. 1M Print Index Off Size Default Date Off Quantity 1 Exit 101 2/ 9 OK Index Kies [On] om indexbeelden af te drukken. Size Kies het gewenste papierformaat. Date Om de datum en tijd op de beelden in te voegen, kiest u [Date] of [Day&Time]. • Als u in stap  [This image] kiest en indexbeelden afdrukt, wordt hetzelfde beeld naast elkaar gerangschikt. • Wanneer u de instelling [Date] instelt op [Date], wordt de datum ingevoegd in de volgorde ingesteld in "De datum en tijd instellen" (blz. 18). Het is mogelijk dat de datuminvoegfunctie niet wordt ondersteund afhankelijk van de printer. • Instelonderdelen die niet door de printer worden ondersteund, worden niet weergegeven. NL 70  Kies [Quantity] met  en kies het aantal vellen met /. Als [Index] is ingesteld op [Off]: het aantal vellen van het gekozen beeld. Als [Index] is ingesteld op [On]: het aantal vellen met indexbeelden. Als in stap  [This image] is gekozen, is dit het aantal dezelfde beelden dat op een enkel indexvel kan worden gerangschikt. • Afhankelijk van het aantal indexbeelden kan het onmogelijk zijn alle beelden op één vel te rangschikken.  Kies [OK] met / en druk daarna op . Het beeld wordt afgedrukt. Koppel de USB-kabel niet los terwijl de indicatie (USB-kabel niet loskoppelen) wordt afgebeeld op het LCD-scherm. Printing 2/3 Exit Het afdrukken annuleren Kies bij stap  [Cancel] of kies bij stap  [Exit]. Andere beelden afdrukken Kies het beeld met / na stap  en kies vervolgens [Print]. Afdrukken in de indexmodus  Kies het gewenste afdruktype met / en druk daarna op . Als u uw camera op de printer aansluit, wordt het afdrukmenu afgebeeld. Druk op [Cancel] om het afdrukmenu te verlaten.  Verschuif (index) naar de W-kant om het indexscherm weer te geven.  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies (Print) met  en druk daarna op . Print Cancel Select DPOF image Stilstaande beelden afdrukken Select Kiest de beelden op volgorde. Drukt alle gekozen beelden af. 1 Kies het beeld dat u wilt afdrukken met behulp van /// en druk daarna op . De markering verschijnt op het gekozen beeld. • Herhaal deze stap om andere beelden te selecteren. 2 Druk op MENU. DPOF image Alle beelden met het merkteken worden afgedrukt, ongeacht het weergegeven beeld (blz. 73). All In This Folder Alle beelden in de map afdrukken. NL 71  Stel de afdrukinstelling in met ///. Print Index Off Size Default Date Off Quantity 1 Exit OK Index Kies [On] om indexbeelden af te drukken. Size Kies het gewenste papirformaat. Date Om de datum en tijd op beelden projecteren, kies [Date] of [Day&Time]. • Wanneer u de instelling [Date] instelt op [Date], wordt de datum ingevoegd in de volgorde ingesteld in "De datum en tijd instellen" (blz. 18). Afhankelijk van de printer is het mogelijk dat deze functie niet beschikbaar is. NL 72  Kies [Quantity] met  en kies het aantal kopieën met /. Als [Index] is ingesteld op [Off]: het aantal vellen van het gekozen beeld. Als [Index] is ingesteld op [On]: het aantal vellen met indexbeelden. • Afhankelijk van het aantal indexbeelden kan het onmogelijk zijn alle beelden op één vel te rangschikken.  Kies [OK] met / en druk daara op . Het beeld wordt afgedrukt. Koppel de USB-kabel niet los terwijl de (USB-kabel niet losmaken) indicator op het LCD-scherm wordt afgebeeld. Printing 2/3 Exit Het afdrukken annuleren Kies bij stap  [Cancel] of kies bij stap  [Exit]. Beelden afdrukken in een winkel Let op de volgende punten wanneer u beelden laat afdrukken in een winkel. Afdrukmarkeringen aanbrengen in de enkelbeeld-modus Wanneer u beelden wilt laten afdrukken in een fotoafdrukwinkel, is het handig om van tevoren de beelden te markeren die u wilt laten afdrukken met een afdrukmarkering.  Zet de modusschakelaar in de stand . Modusschakelaar  Laat met / het beeld verschijnen dat u wilt markeren.  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies (DPOF) met /, en druk daarna op . MENU Regelknop • U kunt niet bewegende beelden markeren. • Wanneer u beelden markeert die in de Multi Burst-modus zijn opgenomen, worden alle beelden afgedrukt op één vel van 16 velden. • U kunt het aantal afdrukken niet instellen. Op het weergegeven beeld wordt de markering aangebracht. 60min 1M 101 2/9 Stilstaande beelden afdrukken • Neem contact op met de fotoafdrukwinkel om te vragen welke typen "Memory Stick" ze ondersteunen. • Als de fotoafdrukwinkel de "Memory Stick" niet ondersteunt, kopieert u de beelden naar een CD-R, enz., en neemt u die mee naar de winkel. • Vergeet niet de Memory Stick Duoadapter mee te nemen naar de winkel. • Zorg ervoor dat u een kopie van de beelden thuis achterlaat voordat u naar de fotoafdrukwinkel gaat. Afdrukmarkeringen aanbrengen DPOF Exit BACK/NEXT  Om verder te gaan en andere beelden te markeren, kiest u het gewenste beeld met / en drukt u vervolgens op . De afdrukmarkering verwijderen Druk bij stap  of  opnieuw op . De indicatie verdwijnt. NL 73 Afdrukmarkeringen aanbrengen in de index-modus  Herhaal stap  om andere beelden te markeren.  Zet de modusschakelaar in de stand en verschuif (index) naar de W-kant om het indexscherm weer te geven.  Druk op MENU.  Druk op MENU. Het menu verschijnt.  Kies [OK] met  en druk daarna op . De indicatie wordt wit. Het aanbrengen van de markering voltooid. is  Kies (DPOF) met / en druk daarna op . De afdrukmarkering verwijderen  Kies [Select] met /, en druk daarna op . Kies het beeld waarvan u de markering wilt annuleren met /// en druk vervolgens op  in stap . • U kunt de afdrukmarkering niet aanbrengen op [All In This Folder].  Kies met /// het beeld dat u wilt markeren, en druk daarna op . De groene markering op het gekozen beeld. verschijnt Alle markeringen opheffen in een map Kies bij stap  [All In This Folder] en druk daarna op . Kies [Off] en druk daarna op . Om de functie voor het aanbrengen van een afdrukmarkering te verlaten • NL 74 SELECT MENU TONEXT Kies bij stap  [Cancel] of kies bij stap  [Exit]. Opnemen van bewegende beelden U kunt met uw camera bewegende beelden met geluid opnemen. Modusschakelaar Microfoon  Druk de sluiterknop volledig in. "REC" verschijnt op het scherm en de camera begint met de opname van het beeld en geluid. STD 60min 101 640 REC 00:00:02(00:10:48) Sluiterknop • Het opnemen stopt wanneer de "Memory Stick Duo" vol is. Zelfontspanner gebruiken Zet de modusschakelaar op procedure op pagina 31. en volg de • Raak de microfoon niet aan tijdens het opnemen van bewegend beelden. • Tijdens het opnemen van bewegende beelden kunt u de volgende functies niet gebruiken: − De vergrotingsfactor veranderen − Flitser − De datum en tijd projecteren • Zie pagina 111 voor de opnametijd in iedere opnamefunctie.  Druk de sluiterknop opnieuw helemaal in om met opnemen te stoppen. Regelknop  Druk op (Beeld formaat). Het Image Size-instelmenu wordt afgebeeld.  Kies het gewenste formaat met /. U kunt kiezen uit [640(Fine)], [640(Standard)] en [160]. • [640(Fine)] kan alleen worden opgenomen op "Memory Stick PRO Duo". Indicaties tijdens het opnemen De indicaties op het scherm worden niet mee opgenomen. Bij iedere druk op verandert de status van het LCD-scherm als volgt: Indicaties uit  LCD-achtergrondverlichting uit  Indicaties aan. Er wordt geen histogram weergegeven. Een uitvoerige beschrijving van de indicaties vindt u op pagina 127. Bewegende beelden  Zet de modusschakelaar in de stand . NL 75 Bewegende beelden bekijken op het LCDscherm U kunt bewegende beelden bekijken op het LCD-scherm met het geluid uit de luidspreker.  Kies het gewenste bewegende beeld net /. Bewegende beelden van het formaat [640(Fine)] of [640(Standard)] worden op het volledige scherm weergegeven. 60min STD 640 101 10/10 00:00:00 101_0010 PLAY 2005 1 1 10:30PM BACK/NEXT VOLUME • Bewegende beelden met het beeldformaat [160] worden een formaat kleiner weergegeven.  Druk op . Regelknop  Zet de modusschakelaar in de stand . De bewegende beelden en het geluid worden weergegeven. Tijdens weergave verschijnt  (weergave) op het scherm. 60min STD 640 101 101_0010 PLAY 10/10 00:00:03 2005 1 1 10:30PM BACK/NEXT Weergavebalk VOLUME Om de weergave te stoppen Druk opnieuw op . Om het volume af te stellen Druk op / om het volume af te stellen. NL 76 Druk tijdens het weergeven op  (cueweergave) of op  (review-weergave). Om terug te keren naar normale weergave, drukt u op . Indicaties tijdens het bekijken van bewegende beelden Modusschakelaar Luidspreker Om de bewegende beelden vooruit of terug te spoelen Elke keer wanneer u indrukt, verandert de status van het scherm als volgt: Indicaties uit  LCDachtergrondverlichting uit  Indicaties aan. Er wordt geen histogram weergegeven. Een uitvoerige beschrijving van de indicaties vindt u op pagina 129. • Bewegende beelden die zijn opgenomen met voorgaande Sony-modellen kunnen ook een formaat kleiner worden weergegeven. Bewegende beelden wissen Ongewenste bewegende beelden kunt u wissen. Modusschakelaar In de enkelbeeld-modus In de index-modus  Zet de modusschakelaar in de stand .  Zet de modusschakelaar in de stand en verschuif (index) naar de W-kant om het indexscherm weer te geven.  Geef de bewegende beelden die u wilt wissen weer met /.  Druk op (Wissen). De bewegende beelden zijn op dit moment nog niet gewist.  Kies [Delete] met  en druk daarna op . Regelknop  Om verder te gaan en andere bewegende beelden te wissen, geeft u de bewegende beelden weer die u wilt wissen met / en herhaalt u vervolgens stap . Om te stoppen met wissen Kies [Exit] bij stap  of . (Wissen).  Kies [Select] met / en druk daarna op .  Kies met /// het beeld dat u wilt wissen en druk daarna op . De groene indicatie (Wissen) verschijnt op de gekozen bewegende beelden. SELECT Bewegende beelden • U kunt beveiligde bewegende beelden niet wissen. • Merk op dat u gewiste bewegende beelden niet kunt herstellen. De melding "Access" verschijnt en de bewegende beelden zijn gewist.  Druk op TONEXT De bewegende beelden zijn op dit moment nog niet gewist.  Herhaal stap  om andere bewegende beelden te wissen.  Druk op (Wissen). NL 77  Kies [OK] met  en druk daarna op . De melding "Access" verschijnt en de bewegende beelden zijn gewist. Om te stoppen met wissen Kies [Exit] bij stap  of . • Wissen van alle beelden in de map, zie pagina 44. Knippen van bewegende beelden U kunt bewegende beelden knippen of overbodige gedeelten wissen. Dit is de aanbevolen functie om te gebruiken wanneer de capaciteit van de "Memory Stick Duo" onvoldoende is, of wanneer u bewegende beelden als bijlage met uw e-mailberichten verstuurt. Merk op dat het oorspronkelijke bewegende beeld wordt gewist wanneer u erin knipt. <Voorbeeld> Knippen van bewegende beelden genummerd 101_0002 101_0001 1 De geknipte bewegende beelden krijgen nieuwe nummers toegewezen en worden in de gekozen opnamemap opgeslagen als de meest recente bestanden. De oorspronkelijke bewegende beelden worden gewist en dat nummer wordt overgeslagen. 3 2 101_0002 1. Knippen van scène A. 1 A B 2 101_0004 3 A 2 B 101_0005 Knippunt 3. Wissen van scènes A en B als deze overbodig zijn. 101_0004 1 3 101_0007 A 2 101_0006 3 2 101_0006 NL B Wissen Wissen 4. Alleen de gewenste scènes blijven over. 1 78 3 Knippunt 101_0002 2. Knippen van scène B. 1 Toewijzen van bestandsnummers wanneer bewegende beelden worden geknipt 101_0003 Modusschakelaar  Kies een knippunt. Druk op de midden  op het gewenste knippunt. 60min STD 640 101 Divide Dividing Point 10/10 00:00:02 OK Cancel Exit MENU Regelknop  Zet de modusschakelaar in de stand .  Geef de bewegende beelden die u wilt knippen weer met /.  Druk op MENU.  Kies (Divide) met  en druk daarna op . Kies vervolgens [OK] met  en druk daarna op . Het weergeven van de bewegende beelden begint. Als u het knippunt wilt aanpassen, drukt u op [/] (frame terugspoelen/vooruit) en past u het knippunt aan met /. Als u een ander knippunt wilt kiezen, kiest u [Cancel]. Het weergeven van de bewegende beelden begint opnieuw.  Als u een knippunt hebt gekozen, kiest u [OK] met / en drukt u op . Bewegende beelden Het menu verschijnt. • U kunt de onderstaande beelden niet knippen. – Stilstaand beeld – Bewegende beelden die niet lang genoeg zijn om te knippen (ongeveer langer dan twee seconden) – Beveiligde bewegende beelden • U kunt bestanden niet herstellen nadat u ze hebt geknipt. • De geknipte bewegende beelden worden opgenomen als de meest recente bestanden in de gekozen opnamemap.  Kies [OK] met  en druk daarna op . De bewegende beelden worden geknipt. Het knippen annuleren Kies [Exit] bij stap  of . De bewegende beelden worden weer op het scherm weergegeven. NL 79 Beelden kopiëren naar uw computer — Voor gebruikers van Windows Aanbevolen computeromgeving Besturingssysteem: Microsoft Windows 98, Windows 98SE, Windows 2000 Professional, Windows Millennium Edition, Windows XP Home Edition, of Windows XP Professional Het bovenstaande besturingssysteem dient in de fabriek te zijn geïnstalleerd. De juiste werking kan niet worden gegarandeerd in een computeromgeving die is opgewaardeerd tot de hierboven beschreven besturingssystemen of in een computeromgeving met meerdere besturingssystemen. CPU: MMX Pentium 200 MHz of sneller USB-poort: Standaard geleverd Beeldscherm: 800 × 600 beeldpunten of meer High Color (16-bit kleuren, 65.000 kleuren) of beter NL 80 • Deze camera is compatibel met Hi-Speed USB (USB voldoet aan 2.0). • Door aan te sluiten via een USB-interface die compatibel is met Hi-Speed USB (voldoet aan 2.0) wordt overdracht op hoge snelheid (snelle overdracht) mogelijk. • Indien u twee of meer USB-apparaten tegelijk op één en dezelfde computer aansluit, zal bepaalde apparatuur, met inbegrip van uw camera, al naar gelang het type USBapparatuur mogelijk niet werken. • Bij gebruik van een USB-hub kan een juiste werking niet worden gegarandeerd. • Voor alle bovenstaande aanbevolen computeromgevingen kan een behoorlijke werking niet worden gegarandeerd. Wanneer uw computer niet is uitgerust met een USB-poort USB-modus Inhoud van de CD-ROM Er zijn twee functies voor een USB verbinding wanneer u aansluit op een computer: de [Normal] en [PTP]* functie. De standaardinstelling is de [Normal]functie. Dit gedeelte neemt de [Normal] functie als voorbeeld.  USB-stuurprogramma Dit stuurprogramma is noodzakelijk om de camera aan te sluiten op een computer. Indien u Windows XP gebruikt, hoeft u het USB-stuurprogramma niet te installeren. * Voor verdere informatie over de PTP-verbinding, zie pagina 117. Communicatie met uw computer Na herstel van uw computer vanuit de Suspend- of Sleep-modus is de kans aanwezig dat de communicatie tussen uw camera en uw computer niet op hetzelfde moment hersteld wordt. Wanneer zowel een USB-poort als een "Memory Stick"-gleuf niet aanwezig zijn, kunt u beelden kopiëren via een extern apparaat. Zie de Sony-Website voor informatie. http://www.sony.net/  Picture Package Deze applicatie wordt gebruikt om de beelden vanaf de camera gemakkelijk over te dragen naar een computer. Het stelt u tevens in staat de diverse functies te gebruiken. Als u "Picture Package" installeert, wordt tegelijkertijd ook het USBstuurprogramma geïnstalleerd. • De vereiste bediening kan al naar gelang uw besturingssysteem verschillend zijn. • Sluit alle programma’s die op de computer draaien af alvorens het USB-stuurprogramma en het softwareprogramma te installeren. • Bij gebruik van Windows 2000 of XP, logt u in als beheerder (Administrator). Het USB-stuurprogramma installeren  Klik op [USB Driver] op het titelscherm.  Schakel de computer in en plaats de CD-ROM (bijgeleverd) in het CD-ROMstation. Het "InstallShield Wizard"-scherm verschijnt.  Klik op [Next]. De computer wordt opnieuw opgestart. Hierna kunt u de USB-aansluiting tot stand brengen. Sluit uw camera nu nog niet aan op uw computer. Het installatie-menuscherm wordt afgebeeld. Indien het niet verschijnt, dubbelklik dan op (My Computer)  (PICTUREPACKAGE) in die volgorde. • • Als u ook de bijgeleverde software "Picture Package" gebruikt, klikt u op [Picture Package]. Het USBstuurprogramma wordt geïnstalleerd nadat "Picture Package" is geïnstalleerd (blz. 88). Als de computer reeds gebruikt wordt, sluit u alle softwareprogramma’s af voordat u het USB-stuurprogramma installeert. Bekijken van de beelden op uw computer Indien u Windows XP gebruikt, hoeft u het USB-stuurprogramma niet te installeren. Nadat het USB-stuurprogramma eenmaal is geïnstalleerd, hoeft u het USB-stuurprogramma niet nogmaals te installeren.  Klik op [Yes, I want to restart my computer now] (Ja, ik wil mijn computer nu opnieuw opstarten) en vervolgens op [Finish].  Haal de CD-ROM eruit. Het installeren van het USBstuurprogramma begint. Nadat het installeren klaar is, wordt een mededeling hieromtrent op het scherm afgebeeld. NL 81 De camera aansluiten op de computer  Plaats de "Memory Stick Duo" waarop de beelden staan die u wilt kopiëren, in de camera en sluit het accu/"Memory Stick Duo"-deksel. • Als u met gebruikmaking van de accu beelden kopieert naar uw computer, kan door het uitvallen van de accu het kopiëren mislukken of kunnen de gegevens verminkt raken. Wij adviseren u de netspanningsadapter te gebruiken.  Zet de modusschakelaar op . Schakel uw computer en de camera in.  Sluit de (bijgeleverde) USBkabel aan op de (USB) aansluiting van de camera.  Open de afdekking van de aansluiting, sluit daarna de netspanningsadapter (bijgeleverd) erop aan, en steek tenslotte de netspanningsadapter in een stopcontact.  Sluit de USB-kabel aan op de computer. stopcontact 82 Switch on Toegangsindicaties* MENU "USB Mode Normal" verschijnt op het LCD-scherm van de camera. Wanneer er voor het eerst een USBverbinding tot stand wordt gebracht, draait uw computer automatisch het gebruikte programma om de camera te herkennen. Wacht een poosje. * Tijdens communicatie zijn de toegangsindicaties rood. Gebruik de computer niet totdat de aanduidingen wit zijn geworden. • Als "USB Mode Normal" niet wordt afgebeeld in stap , drukt u op MENU, kiest u [USB Connect], en stelt dit in op [Normal]. Netspanningsadapter Naar een NL USB Mode Normal • Indien u Windows XP gebruikt, verschijnt de AutoPlay wizard automatisch op het bureaublad. Ga verder naar pagina 84.  Loskoppelen van de USBkabel van uw computer, verwijderen van de "Memory Stick Duo" uit uw camera, of uitschakelen van de camera tijdens een USB-verbinding 1 Dubbelklik op de taakbalk. Dubbelklik hier 2 Klik op (Sony DSC) als dit wordt afgebeeld en klik daarna op [Stop]. 3 Controleer dat het juiste apparaat wordt aangegeven in het bevestigingsvenster en klik op [OK]. 4 Klik op [OK]. Stap 4 is niet nodig voor Windows XP gebruikers. 5 Koppel de USB-multikabel los, haal de "Memory Stick Duo" eruit of schakel de camera uit. Voor gebruikers van Windows 98 of 98SE Controleer dat de toegangsindicaties (blz. 82) op het LCD-scherm wit zijn en voer alleen bovenstaande stap 5 uit. – Windows 98/98SE/2000/Me  Dubbelklik op [My Computer] en dubbelklik daarna op [Removable Disk]. De inhoud van de "Memory Stick Duo" in de camera verschijnt.  Dubbelklik de map [My Documents], klik met de rechtermuisknop in het venster "My Documents" om het menu af te beelden en kies daarna [Paste] op het menu. De beeldbestanden worden naar de map "My Documents" gekopieerd. Bekijken van de beelden op uw computer Voor gebruikers van Windows 2000, Me, of XP Beelden kopiëren • Dit deel beschrijft een voorbeeld van het kopiëren van beelden naar de "My Documents" map. • Wanneer het pictogram "Removable Disk" niet wordt afgebeeld, zie pagina 84. • Indien u Windows XP gebruikt, zie pagina 84.  Dubbelklik op [DCIM] en dubbelklik daarna op de map waarin de beelden zijn opgeslagen die u wilt kopiëren.  Klik met de rechtermuisknop op het beeldbestand om het menu af te beelden en kies daarna [Copy] op het menu. NL 83 Als een beeld met dezelfde bestandsnaam reeds bestaat in de bestemmingsmap De overschrijven-bevestigingsmelding wordt afgebeeld. Wanneer u het bestaande beeld overschrijft met een nieuw beeld, wordt het oorspronkelijke bestand gewist. De bestandsnaam veranderen Voor het kopiëren van een beeldbestand, zonder overschrijving, moet u de bestandsnaam in de gewenste naam wijzigen en daarna het beeldbestand kopiëren. Merk echter op dat wanneer u de bestandsnaam verandert, u dat beeld mogelijk niet meer kan weergeven met de camera. Als u beelden wilt weergeven met de camera, voert u de bediening uit op pagina 88. Wanneer het pictogram van een verwisselbare schijf niet wordt afgebeeld 1 Klik met de rechtermuisknop op [My Computer] om het menu af te beelden en klik daarna op [Properties]. Het "System Properties" venster wordt geopend. 2 Beeld [Device Manager] af.  Klik op [Hardware].  Klik op [Device Manager]. • Voor gebruikers van Windows 98, 98SE en Me is stap  overbodig. Klik op het tabblad [Device Manager]. 3 Als [ Sony DSC] wordt afgebeeld, gooit u dit weg.  Klik met de rechter muistoets op [ Sony DSC].  Klik op [Uninstall]. Het "Confirm Device Removal" (Bevestigen van verwijderen van apparaat)-scherm verschijnt. • Voor gebruikers van Windows 98, 98SE en Me, klik op [Remove].  Klik op [OK]. Het apparaat is verwijderd. Probeer de installatie van het USBstuurprogramma nogmaals met de CD-ROM (blz. 81). NL 84 – Windows XP Beelden kopiëren met behulp van de Windows XP AutoPlay wizard  Breng een USB-verbinding tot stand (blz. 82). Klik op [Copy pictures to a folder on my computer using Microsoft Scanner and Camera Wizard] (Kopieer beelden naar een map op mijn computer met behulp van Microsoft Scanner en Camera Wizard) en klik daarna op [OK]. Het "Scanner and Camera Wizard" (Wizard voor scanner en camera)scherm verschijnt.  Klik op [Next]. De beelden die op de "Memory Stick Duo" zijn opgeslagen, worden weergegeven.  Klik in het selectievakje van de beelden die u niet naar de computer wilt kopiëren om het vinkje te verwijderen en klik daarna op [Next]. Het "Picture Name and Destination" (Naam en bestemming van beeld)scherm verschijnt.  Kies een naam en bestemming voor uw beelden en klik vervolgens op [Next]. Het beeld wordt nu gekopieerd. Wanneer het kopiëren is voltooid, verschijnt het scherm "Other Options" (Overige opties). Het scherm "Completing the Scanner and Camera Wizard" (Voltooien van wizard voor scanner en camera) verschijnt.  Klik op [Start] en klik daarna op [My Documents]. De inhoud van de map "My Documents" wordt weergegeven. • Dit hoofdstuk beschrijft de procedure voor het bekijken van gekopieerde beelden in de map "My Documents". • Indien u niet Windows XP gebruikt, dubbelklik dan op [My Document] op het bureaublad. Bekijken van de beelden op uw computer  Kies [Nothing. I’m finished working with these pictures] (Niets. Ik ben klaar met het bewerken van deze afbeeldingen) en klik daarna op [Next]. Bekijken van de beelden op uw computer  Dubbelklik op het gewenste beeldbestand. Het beeld wordt weergegeven.  Klik op [Finish]. De wizard wordt afgesloten. • Om verder te gaan met het kopiëren van andere beelden, volgt u de procedure beschreven onder  op pagina 83 om de USB-kabel los te maken en weer aan te sluiten. Voer daarna de procedure vanaf stap  opnieuw uit. NL 85 Beeldbestand-geheugenlocaties en bestandsnamen Beeldbestanden opgenomen met uw camera worden gegroepeerd als mappen in de "Memory Stick Duo". Voorbeeld: als u mappen bekijkt onder Windows XP Map met daarin beeldgegevens die werden opgenomen met een camera zonder mapcreëerfunctie Map met daarin beeldgegevens die werden opgenomen met uw camera. Als u geen mappen creëert, is er alleen de map "101MSDCF" Map met daarin bewegende beelden enz., die werden opgenomen met een camera zonder mapcreëerfunctie • U kunt geen beelden opnemen in de map "100MSDCF" of de map "MSSONY". De beelden in deze map zijn alleen beschikbaar voor weergave. • Voor verdere informatie over de map, zie blz. 48, 60. NL 86 Map Bestandsnaam Betekenis van bestand 101MSDCF tot 999MSDCF DSC0.JPG • Stilstaande-beeldbestanden opgenomen in de MOV0.MPG • Bewegende-beeldbestanden (blz. 75) MOV0.THM • Index-beeldbestanden tegelijkertijd opgenomen in de bewegend-beeldmodus (blz. 75) − Normale modus (blz. 26) − Burst-modus (blz. 57) − Multi Burst-modus (blz. 58) Bekijken van de beelden op uw computer •  betekent ieder willekeurig nummer van 0001 t/m 9999. • De numerieke delen van een bestand met bewegende beelden, opgenomen in de bewegende-beeldenfunctie, en het bijbehorende indexbeeldbestand zijn dezelfde. NL 87 Beeldbestanden bekijken met de camera nadat ze naar de computer zijn gekopieerd Als een beeldbestand dat naar de computer is gekopieerd niet meer in een "Memory Stick Duo" is opgeslagen, kunt u dat beeld nogmaals op de camera bekijken door het beeldbestand in de computer te kopiëren naar een "Memory Stick Duo". • Stap  is niet nodig als de bestandsnaam ingesteld in de camera, niet is veranderd. • Afhankelijk van het beeldformaat kan het onmogelijk zijn bepaalde beelden weer te geven. • Als een beeldbestand is verwerkt door de computer of als het beeldbestand werd opgenomen door een ander model camera dan die van u, kunnen wij niet garanderen dat het beeldbestand kan worden weergegeven. • Als de overschrijven-bevestigingsmelding wordt afgebeeld, voert u in stap  een ander nummer in. • Als er geen map is, maakt u eerst een nieuwe map aan met uw camera en kopieert u daarna het beeldbestand (blz. 48). NL 88  Klik met de rechter muisknop op het beeldbestand en klik daarna op [Rename]. Verander de bestandsnaam in "DSC0". Voer een nummer in van 0001 t/m 9999 voor . • De bestandsextensie kan worden afgebeeld, afhankelijk van de instelling van de computer. De bestandsextensie voor stilstaande beelden is JPG en de bestandsextensie voor bewegende beelden is MPG. U mag de bestandsextensie niet veranderen.  Kopieer het beeldbestand naar de map "Memory Stick Duo".  Klik met de rechter muisknop op het beeldbestand en klik daarna op [Copy].  Kies en dubbelklik op de map [DCIM] van de [Removable Disk] of [Sony MemoryStick] in [My Computer].  Klik met de rechter muisknop op de map [MSDCF] in de map [DCIM] en klik op [Paste].  betekent ieder willekeurig nummer van 100 t/m 999. Installeren van "Picture Package" en "ImageMixer VCD2" "Picture Package" is alleen voor Windows computers. U kunt het programma "Picture Package" op uw Windows-computer gebruiken voor het kopiëren, bekijken en bewerken van de opnamen die u met uw camera hebt gemaakt. Bij de installatie van "Picture Package", wordt tegelijkertijd ook het USB-stuurprogramma geïnstalleerd. • Als de computer reeds gebruikt wordt, sluit u alle softwareprogramma’s af voordat u "Picture Package" installeert. Voor computeromgeving Zie pagina 80 voor een eenvoudige Windows-besturingsomgeving. Andere systeemvereisten zijn als volgt. Software: Macromedia Flash Player 6.0 of hoger, Windows Media Player 7.0 of hoger, DirectX 9.0b of hoger Geluidskaart: 16-bit stereo geluidskaart met luidsprekers Geheugen: 64 MB of meer (128 MB of meer wordt aanbevolen.) Vaste schijf: Vrije schijfruimte benodigd voor installatie: circa. 500 MB Grafisch: Videokaart (ondersteuning van Direct Draw) met 4 MB VRAM  Schakel de computer in en plaats de CD-ROM (bijgeleverd) in het CD-ROMstation.  Klikt op [Picture Package/ ImageMixer VCD2].  Klik op [Next]. Het scherm "Licence Agreement" (Licentie overeenkomst) verschijnt. Lees de overeenkomst aandachtig door. Als u de voorwaarden van de overeenkomst accepteert, vinkt u het selectievakje "I accept the terms of the license agreement" (ik accepteer de licentie overeenkomst) aan en klikt u op [Next]. Bekijken van de beelden op uw computer • Om automatisch diavoorstellingen (blz. 92) te maken, is een Pentium III 500 MHz of een snellere CPU vereist. • Wanneer u "ImageMixer VCD2" gebruikt, wordt een computer met een Pentium III 800 MHz of sneller aanbevolen. • Deze software is geschikt voor DirectX. Voor gebruik moet "DirectX" geïnstalleerd zijn. • Voor het gebruik van een schrijver, om CD-ROM’s te branden, gelden andere vereisten. Het scherm "Choose Setup Language" (Kies taal voor installatie) verschijnt.  Kies de gewenste taal en klik daarna op [Next]. Het installatie-menuscherm wordt afgebeeld. • Als u het USB-stuurprogramma nog niet hebt geïnstalleerd (blz. 81), mag u de camera niet op de computer aansluiten vóórdat u de "Picture Package"-software hebt geïnstalleerd (behalve voor Windows XP). • Deze tekst beschrijft het Engelse scherm.  Klik op [Next]. NL 89  Klik op [Install] op het scherm "Ready to Install the Program" (Klaar om het programma te installeren). De installatie begint.  Controleer dat het selectievakje "Yes, I want to restart my computer now" (Ja, ik wil de computer nu opnieuw starten) is aangevinkt en klik daarna op [Finish]. De computer wordt opnieuw opgestart. Nadat het installeren klaar is, wordt het scherm "Welcome to setup for ImageMixer VCD2" (Welkom bij de installatie van ImageMixer VCD2) afgebeeld.  Klik op [Next] en volg de instructies op het scherm. NL 90 Als het scherm "Welcome to setup for Direct X" (Welkom bij de installatie van Direct X) wordt afgebeeld nadat de installatie van het softwareprogramma klaar is, volgt u de aanwijzingen op het scherm. Beelden kopiëren met "Picture Package" Sluit de camera en de computer op elkaar aan met behulp van de USBkabel. "Picture Package" wordt automatisch opgestart en de beelden worden automatisch naar de computer gekopieerd. Nadat de beelden zijn gekopieerd, wordt "Picture Package Viewer" opgestart en worden de gekopieerde beelden afgebeeld. De snelkoppelingen van "Picture Package Menu" en "Picture Package destination Folder" worden afgebeeld.  Haal de CD-ROM eruit. • Normaal gesproken worden de mappen "Picture Package" en "Date" aangemaakt in de map "My Picture" en worden alle beelden, opgenomen met de camera, in deze mappen gekopieerd. • Als "Picture Package" de beelden niet automatisch kan kopiëren, start u "Picture Package Menu" op en vinkt u [Settings] aan in [Copy automatically]. "Picture Package" gebruiken Start [Picture Package Menu] op het bureaublad op om de diverse functies te gebruiken. Technische ondersteuning van "Picture Package" wordt geleverd door het Pixela User Support Center. Voor verdere informatie leest u de informatie die bij de CD-ROM werd geleverd. Klik op [Viewing video and pictures on PC] (Video en beelden bekijken op de PC) aan de linkerkant van het scherm en klik daarna op [Viewing video and pictures on PC] (Video en beelden bekijken op de PC) in de rechteronderhoek van het scherm. Het scherm dat gebruikt wordt voor het bekijken van de beelden, wordt afgebeeld. Beelden opslaan op een CD-R Klik op [Save the images on CD-R] (Beelden opslaan op de PC) aan de linkerkant van het scherm en klik daarna op [Save the images on CD-R] (Beelden opslaan op de PC) in de rechteronderhoek van het scherm. Bekijken van de beelden op uw computer • Het opstartscherm kan er, afhankelijk van uw computer, anders uitzien. U kunt de menuweergave naar wens aanpassen door op [Settings], rechtsonder op het scherm, te klikken. • Voor verdere informatie over het softwareprogramma, klikt u op in de rechterbovenhoek van ieder scherm om de online Helpfunctie af te beelden. Beelden bekijken op een computer Het scherm dat gebruikt wordt voor het opslaan van beelden op een CD-R, wordt afgebeeld. • Om beelden op een CD-R op te slaan is een cd-schrijver nodig. Voor meer informatie betreffende geschikte schrijvers, moet u de volgende homepage van het Pixela User Support Center raadplegen. http://www.ppackage.com/ NL 91 Een video-CD met een menu maken ("ImageMixer VCD2") "ImageMixer VCD2" is compatibel met video-CD voor stilstaande beelden met een hoge resolutie.  Klik op [Burning Video CD] aan de linkerkant van het scherm en klik vervolgens op [Burning Video CD] in de rechtsonder op het scherm.  Stel de menu achtergrond, knoppen, titels, enz., in en klik daarna op [Next]. Bevestig dat de instellingen overeenkomstig uw wensen zijn.  Klik op [Video CD].  Selecteer de map waarin de gewenste bestanden zijn opgeslagen.  Selecteer de gewenste map in het linkerkader en klik daarna op [Add]. De geselecteerde mappen worden naar het rechterkader verplaatst.  Klik op [Next]. NL 92 Klik op [Automatic Slideshow Producer] aan de linkerkant van het scherm en klik vervolgens op [Automatic Slideshow Producer] in de rechtsonder op het scherm.  Bevestig het voorbeeld van het Video-CD-bestand.  Klik in het linkerkader op het bestand waarvan u een voorbeeld wilt bekijken.  Klik op [] om een voorbeeld te bekijken.  Klik op [Next] en voer de discnaam in. Het "ImageMixer VCD2"-scherm verschijnt. Een diavoorstelling maken Wanneer u een CD-R plaatst in het CD-R-station en op [Write] klikt, wordt het scherm afgebeeld voor het schrijven naar een disc. Het scherm dat gebruikt wordt voor het maken van een diavoorstelling, wordt afgebeeld. Beelden afdrukken  Voer de procedures uit zoals beschreven onder "Beelden bekijken op een computer" (blz. 91) om de lijst met beelden af te beelden.  Klik op [File] in de linkerbovenhoek van het scherm en kiest daarna [Print]. — Voor gebruikers van Macintosh toets op het Besturingssysteem: Mac OS 9.1, 9.2, of Het scherm van de Wizard afdrukken wordt afgebeeld.  Stel het papierformaat en het aantal af te drukken vellen en beelden in. Het scherm dat gebruikt wordt voor het afdrukken van beelden wordt afgebeeld. Bekijken van de beelden op uw computer Aanbevolen computeromgeving  Dubbelklik en kies de beelden op de lijst die u wilt afdrukken.  Klik op de scherm. Beelden kopiëren naar uw computer Mac OS X (v10.0/v10.1/v10.2/v10.3) Het bovenstaande besturingssysteem dient in de fabriek te zijn geïnstalleerd. USB-poort: Standaard geleverd • Indien u twee of meer USB-apparaten tegelijk op één en dezelfde computer aansluit, zal bepaalde apparatuur, met inbegrip van uw camera, al naar gelang het type USBapparatuur mogelijk niet werken. • Bij gebruik van een USB-hub kan een juiste werking niet worden gegarandeerd. • Voor alle bovenstaande aanbevolen computeromgevingen kan een behoorlijke werking niet worden gegarandeerd. NL 93 USB-modus Er zijn twee functies voor een USB verbinding wanneer u aansluit op een computer: de [Normal] en [PTP]* functie. De standaardinstelling is de [Normal]functie. Dit gedeelte neemt de [Normal] functie als voorbeeld. * Voor verdere informatie over de PTP-verbinding, zie blz. 117. Communicatie met uw computer Na herstel van uw computer vanuit de Suspend- of Sleep-modus is de kans aanwezig dat de communicatie tussen uw camera en uw computer niet op hetzelfde moment hersteld wordt. Wanneer uw computer niet is uitgerust met een USB-poort Wanneer zowel een USB-poort als een "Memory Stick"-gleuf niet aanwezig zijn, kunt u beelden kopiëren via een extern apparaat. Zie de Sony-website voor informatie. http://www.sony.net/  Uw camera aansluiten op uw computer Voor verdere informatie zie pagina 82. Loskoppelen van de USB-kabel van uw computer, verwijderen van de "Memory Stick Duo" uit uw camera of uitschakelen van de stroom tijdens een USB-verbinding Sleep het pictogram van het station of de "Memory Stick" en zet het neer op het "Trash" pictogram, koppel daarna de USBkabel los, verwijder de "Memory Stick Duo" of schakel de camera uit. • Als u Mac OS X v10.0 gebruikt, maakt u de USB-kabel los, enz., nadat u de computer hebt uitgezet.  Beelden kopiëren 1 Dubbelklik op het nieuw herkende pictogram op het bureaublad. De inhoud van de "Memory Stick Duo" in de camera verschijnt. 2 Dubbelklik op [DCIM]. 3 Dubbelklik op de map waarin de beelden die u hebt gekopieerd, zijn opgeslagen. 4 Sleep de beeldbestanden naar het pictogram van de harde schijf en zet ze erop neer. • De beeldbestanden worden naar de harde schijf gekopieerd. Voor informatie over de opslaglocatie van de beelden en de bestandsnamen, zie pagina 86.  De beelden bekijken op uw computer 1 Dubbelklik op het pictogram van de harde schijf. 2 Dubbelklik op het gewenste beeldbestand in de map waarin de gekopieerde bestanden zitten. Het beeldbestand wordt geopend. • "Picture Package" kan niet worden gebruikt op een Macintosh. NL 94 "ImageMixer VCD2" gebruiken • "ImageMixer VCD2" voor Macintosh kan alleen met behulp van een disk-image het beeldbestand op een CD-R opslaan in het video-CD-formaat. De door Roxio gemaakte "Toast" software (niet bijgeleverd) is vereist om een video-CD te maken. • Als de computer reeds gebruikt wordt, sluit u alle softwareprogramma’s af voordat u "ImageMixer VCD2" installeert. Technische ondersteuning van "ImageMixer VCD2" wordt geleverd door het Pixela User Support Center. Voor verdere informatie leest u de informatie die bij de CD-ROM werd geleverd. Besturingssysteem: Mac OS X (v10.1.5 of hoger) Het bovenstaande besturingssysteem dient in de fabriek te zijn geïnstalleerd. CPU: iMac, eMac, iBook, PowerBook, Power Mac G3/G4-series Geheugen: 128 MB of meer (256 MB of meer wordt aanbevolen.) Vaste schijf: Vrije schijfruimte benodigd voor installatie: circa 250 MB Grafisch: 1024 × 768 pixels of meer, 32.000 kleuren of meer • Installatie van QuickTime 4 of hoger is vereist. (QuickTime 5 wordt aanbevolen.) • Voor alle bovenstaande aanbevolen computeromgevingen kan een behoorlijke werking niet worden gegarandeerd.  Installeren van "ImageMixer VCD2" 1 Schakel uw computer in. • De displayinstellingen moeten 1024 × 768 punten of meer en 32.000-bits of meer zijn. 2 Plaats de CD-ROM (bijgeleverd) in het CD-ROM-station. 3 Dubbelklik op het pictogram van de CD-ROM. Bekijken van de beelden op uw computer "ImageMixer VCD2" is ook compatibel met Macintosh (Mac OS X (v10.1.5 of hoger)). Met behulp van "ImageMixer VCD2" op de CD-ROM die bij de camera werd geleverd, kunt u een video-CD maken met stilstaande beelden en bewegende beelden opgeslagen op de computer. Vereiste computeromgeving 4 Kopieer het bestand [IMXINST.SIT] in de map [MAC] naar de vaste schijf. 5 Dubbelklik op het bestand [IMXINST. SIT] in de kopieerbestemmingsmap. 6 Dubbelklik op het uitgepakte bestand [ImageMixer VCD2_Install]. 7 Nadat het gebruikersinformatiescherm is afgebeeld, voert u de gewenste naam en het wachtwoord in. De installatie van de software begint. NL 95  Een video-CD met een menu maken "ImageMixer VCD2" is compatibel met video-CD voor stilstaande beelden met een hoge resolutie. 1 Open de map [ImageMixer] in [Application]. 2 Klik op [ImageMixer VCD2]. 3 Voer de stappen  t/m  uit op blz. 92. 4 Klik op [Next] en voer de discnaam en bestemming in. De voorbereidingen voor het opslaan van de bestanden op een CD-R zijn voltooid. NL 96 Verhelpen van storingen Indien u problemen ondervindt met de camera, probeer dan de volgende oplossingen. 1 Controleer eerst de punten in de onderstaande tabellen. Indien er codes "C::" op het scherm verschijnen, is de zelfdiagnosefunctie in werking getreden (blz. 110). 2 Als uw camera nog steeds niet goed werkt, drukt u op de RESET-toets binnenin het batterij/"Memory Stick Duo"-deksel met een scherpgepunt voorwerp, en schakelt u daarna de stroom weer in. (Door indrukken van deze toets gaan alle instellingen inclusief de datum en tijd verloren en worden de fabrieksinstellingen ingesteld.) 3 Mocht het probleem hiermee nog niet zijn opgelost, raadpleeg dan uw Sonydealer of de plaatselijke technische dienst van Sony. Verhelpen van storingen RESET-toets Accu en spanning Symptoom Oorzaak/oplossing U kunt de accu niet opladen. • De camera is ingeschakeld. Schakel de camera uit (blz. 17). De accu kan niet worden geplaatst. • Plaats de accu door de accu-uitwerphendel naar de voorkant van de camera te duwen met behulp van de punt van de accu (blz. 13). • Plaats de accu correct (blz. 13). Het /CHG-lampje knippert wanneer er • Plaats de accu correct (blz. 13). • In de accu is een defect opgetreden. Neem contact op met uw Sony-dealer of de plaatselijke een batterij wordt opgeladen. technische dienst van Sony. • De accu is leeg. Sluit de netspanningsadapter opnieuw aan en laad de accu op. NL 97 NL 98 Symptoom Oorzaak/oplossing Het /CHG-lampje gaat niet branden wanneer er een accu wordt opgeladen. • De netspanningsadapter is niet goed aangesloten. Sluit de netspanningsadapter goed aan (blz. 16). • Er is een storing opgetreden in de netspanningsadapter. Neem contact op met uw Sony-dealer of de plaatselijke technische dienst van Sony. • Plaats de accu correct (blz. 13). • De accu is volledig opgeladen. • De accu is leeg. Sluit de netspanningsadapter opnieuw aan en laad de accu op. De batterij-restladingsindicatie is onjuist of er is volgens de batterijrestladingsindicatie nog voldoende stroom, maar toch is de stroom spoedig op. • U hebt de camera in een bijzonder hete of een bijzonder koude omgeving gebruikt (blz. 118). • Er is een verandering opgetreden in de resterende gebruiksduur van de accu. Ontlaad de accu volledig en laad deze daarna weer volledig op zodat de batterij-restladingsindicatie goed werkt (blz. 14). • De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (blz. 13). • De accu is niet meer bruikbaar (blz. 124). Vervang de accu door een nieuwe. De accu raakt te snel leeg. • De accu is niet meer bruikbaar (blz. 124). Vervang de accu door een nieuwe. • U hebt de camera in een buitengewoon koude omgeving gebruikt (blz. 118). • De accupool is vuil. Maak de accupool schoon met een wattenstaafje of iets dergelijks, en laad de accu op. • Nadat u de accu hebt opgeladen, trekt u de gelijkstroomstekker uit de camera. De camera kan niet worden ingeschakeld. • Plaats de accu correct (blz. 13). • De netspanningsadapter is niet goed aangesloten. Sluit de netspanningsadapter goed aan (blz. 16). • Er is een storing opgetreden in de netspanningsadapter. Neem contact op met uw Sony-dealer of de plaatselijke technische dienst van Sony. • De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (blz. 13). • De accu is niet meer bruikbaar (blz. 124). Vervang de accu door een nieuwe. De camera schakelt plotseling uit. • Als u de camera gedurende drie minuten niet bedient terwijl deze is ingeschakeld, wordt de camera automatisch uitgeschakeld om te voorkomen dat de batterijen leeg raken. Schakel de camera weer in (blz. 17) of gebruik de netspanningsadapter (blz. 16). • De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (blz. 13). Stilstaande beelden/bewegende beelden opnemen Symptoom Oorzaak/oplossing Het LCD-scherm wordt niet ingeschakeld wanneer de camera wordt ingeschakeld. • De LCD-achtergrondverlichting is uitgeschakeld met en u bevindt zich op een donkere plaats. Schakel de LCD-achtergrondverlichting in met (blz. 29). Het onderwerp is niet zichtbaar op het • Zet de modusschakelaar op LCD-scherm. of (blz. 27 en 75). • Het onderwerp bevindt zich te dichtbij. Plaats de camera verder weg dan de minimale scherpstelafstand (circa. 12 cm voor de W-kant en circa. 50 cm voor de T-kant) en neem vervolgens het beeld op. • Kies bij het opnemen van stilstaande beelden een andere scène-keuzefunctie (blz. 39) dan (Schemerfunctie) of (Landschapsfunctie). De optische zoom werkt niet. • U kunt de zoomvergroting niet veranderen tijdens het opnemen van bewegende beelden. De digitale precisie-zoomfunctie werkt niet. • [Digital Zoom] is ingesteld op [Smart] of [Off] op het Setup-scherm. Stel [Digital Zoom] in op [Precision] (blz. 30 en 115). • De modusschakelaar staat in de stand . Zet de modusschakelaar in de stand . De slimme-zoomfunctie werkt niet. • [Digital Zoom] is ingesteld op [Precision] of [Off] op het Setup-scherm. Stel [Digital Zoom] in op [Smart] (blz. 30 en 115). • Het beeldformaat is ingesteld op [4M] of [3:2]. Stel het beeldformaat in op een andere instelling dan [4M] en [3:2] (blz. 22). • De smart-zoomfunctie kan niet worden gebruikt in de Multi-Burst-functie (blz. 30 en 58). • De modusschakelaar staat in de stand . Zet de modusschakelaar in de stand . Het beeld is te donker. • U filmt een onderwerp met een lichtbron erachter. Kies de lichtmeetfuncite (blz. 55) of regel de belichting (blz. 52 en 112). • De helderheid van het LCD-scherm is te laag. Regel de helderheid van het LCD-scherm (blz. 116). • Schakel de LCD-achtergrondverlichting in met (blz. 29). Het beeld is te licht. • U neemt een onderwerp onder een spot op in een anderszins donkere omgeving, zoals op een podium. Regel de belichting (blz. 52 en 112). • De helderheid van het LCD-scherm is te hoog. Regel de helderheid van het LCD-scherm (blz. 116). Het beeld is monochroom (zwart-wit). • Stel [PFX] (P.Effect) in op een andere functie dan [B&W] (blz. 59). Verhelpen van storingen Het beeld is onscherp. NL 99 NL 100 Symptoom Oorzaak/oplossing Bij het filmen van een zeer helder onderwerp verschijnen er verticale strepen. • Dit is een bekend storingsfenomeen. Dit verschijnsel duidt niet op een defect. Wanneer u op een donkere plaats naar het LCD-scherm kijkt, is het beeld gestoord. • De camera probeert de zichtbaarheid van het LCD-scherm te vergroten door het beeld tijdelijk te verhelderen onder onderbelichte omstandigheden. Dit is niet van invloed op het opgenomen beeld. De camera kan geen beelden opnemen. • Er is geen "Memory Stick Duo" geplaatst. Plaats een "Memory Stick Duo" (blz. 21). • De "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden opgeslagen op de "Memory Stick Duo" (blz. 42 en 77) of laad de huidige batterijen op "Memory Stick Duo". • U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK staat. Schuif het in de opnamestand (blz.122). • Tijdens het opladen van de flitser kunt u geen beelden opnemen. • Zet de modusschakelaar op (blz. 27) voor het opnemen van stilstaande beelden. • Zet de modusschakelaar op (blz. 75) voor het opnemen van stilstaande beelden. • Het beeldformaat is ingesteld op [640(Fine)] tijdens het opnemen van bewegende beelden. Plaats een "Memory Stick PRO Duo" (blz. 75 en 121) of stel het beeldformaat anders in dan [640(Fine)]. Het opnemen duurt erg lang. • De lange sluitertijd-functie NR is geactiveerd (blz. 39). De flitser werkt niet. • De modusschakelaar staat in een andere stand dan . Zet de modusschakelaar in de stand (blz 27). • De flitser staat op (Niet flitsen). Stel de flitser in op automatisch (Geen indicatie), (Altijd flitsen) of SL (Langzame synchro) (blz. 32). • Kies bij het opnemen van stilstaande beelden een andere scène-keuzefunctie (blz. 39) dan (Schemerfunctie) of (Kaarslichtfunctie). • Wanneer (Landschapsfunctie), (Sneeuwfunctie) of (Strandfunctie) is gekozen als scènekeuzefunctie, stelt u de flitsermodus in op (Altijd flitsen) (blz. 32). • Stel [Mode] (REC Mode) in op [Normal]. Wazige vlekjes verschijnen op beelden opgenomen met de flitser. • Stof in de lucht reflecteerde het flitslicht en werd met het beeld opgenomen. Dit is normaal. U kunt niet ononderbroken opnemen. • De "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden opgeslagen op de "Memory Stick Duo" (blz. 42 en 77) of verwissel de "Memory Stick Duo". • De batterij-restlading is onvoldoende, u kunt alleen een enkel beeld opnemen. Plaats een opgeladen accu (blz. 13). Symptoom Oorzaak/oplossing De ogen van het onderwerp zijn rood. • Stel [Red Eye Reduction] op het Setup-scherm in op [On] (blz. 33 en 115). • Verklein de afstand tot het onderwerp tot de aanbevolen afstand en neem het beeld op met gebruik van de flitser (blz. 32). • Bij opnamen binnenshuis, verbeter de verlichting en neem het beeld op. De datum en tijd worden onjuist opgenomen. • Stel de juiste datum en tijd in (blz. 18 en 117). De F-waarde en de sluitertijd knipperen wanneer u de sluiterknop tot halverwege indrukt. • Stel de juiste belichting in (blz. 52). Beelden bekijken Oorzaak/oplossing De camera kan geen beelden weergeven. • Zet de modusschakelaar in de stand (blz. 40). • De map-/bestandsnaam is veranderd op de computer (blz. 88). • Als een beeldbestand is verwerkt door de computer of als het beeldbestand werd opgenomen door een ander model camera dan die van u, kunnen wij niet garanderen dat het beeldbestand kan worden weergegeven. • De camera staat in de USB-modus. Annuleer de USB-communicatie (blz. 83 en 94). Onmiddellijk nadat de weergave is begonnen, ziet het beeld er grof uit. • Als gevolg van de beeldverwerking kan kort na het begin van de weergave, het beeld er korrelig uitzien. Dit is geen defect. Het beeld kan niet worden weergegeven op een computer. • Zie blz. 102. Verhelpen van storingen Symptoom NL 101 Beelden wissen/bewerken Symptoom Oorzaak/oplossing De camera kan geen beeld wissen. • Het beeld is beveiligd. Annuleer de beveiliging (blz. 64). • U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK staat. Schuif het in de opnamestand (blz. 122). U hebt per ongeluk een beeld gewist. • Door de markering  (beveiliging) in te stellen, voortkomt u dat beelden per ongeluk LOCK worden gewist (blz. 64). • We adviseren u de schrijf-beveiligingsschakelaar van de "Memory Stick Duo" in de stand te zetten om te voorkomen dat beelden per ongeluk worden gewist (blz. 122). De functie voor verandering van het formaat werkt niet. • U kunt het beeldformaat van bewegende beelden en Multi Burst-beelden niet veranderen. U kunt een afdrukmarkering (DPOF) niet afbeelden. • U kunt afdrukmarkeringen (DPOF) niet afbeelden op bewegende beelden. Bewegende beelden kunnen niet worden geknipt. • De bewegende beelden duren niet lang genoeg om te knippen. • Beveiligde bewegende beelden kunnen niet worden geknipt. Annuleer de beveiliging (blz. 64). • Stilstaande beelden kunnen niet worden geknipt. Computers NL 102 Symptoom Oorzaak/oplossing U weet niet of het besturingssysteem van uw computer compatibel is. • Controleer "Aanbevolen computeromgeving" (blz. 80 en 93). U kunt het USB-stuurprogramma niet installeren. • In Windows 2000 logt u in als Administrator (geautoriseerde beheerders) (blz. 80). Symptoom Oorzaak/oplossing Uw computer herkent de camera niet. • • • • • • • • • Schakel de camera in (blz. 17). De batterij is zwak. Gebruik de netspanningsadapter (blz. 16). Gebruik de bijgeleverde USB-kabel (blz. 82 en 93). Koppel de USB-kabel los van zowel de computer als de camera en sluit deze vervolgens weer stevig aan. Zorg dat er "USB Mode" op het LCD-scherm wordt aangegeven (blz. 82). Stel [USB Connect] op het Setup-scherm in op [Normal] (blz. 47 en 117). De USB-poorten op uw computer zijn behalve met het toetsenbord, de muis en de camera ook nog met andere apparatuur verbonden. Koppel alle apparatuur van de USB-aansluitingen los, behalve het toetsenbord en de muis (blz. 80). De camera is niet rechtstreeks aangesloten op de computer. Sluit de camera rechtstreeks aan op de computer, en niet via een USB-hub of ander apparaat (blz. 80). Installeer het USB-stuurprogramma (blz. 81). Uw computer herkent het apparaat niet goed, omdat u de camera hebt aangesloten op de computer met behulp van een USB-kabel voordat u de "USB Driver" (USB-stuurprogramma) hebt geïnstalleerd vanaf de bijgeleverde CD-ROM. Wis het verkeerd herkende apparaat van uw computer (blz. 84) en installeer daarna het USB-stuurprogramma (blz. 81). • Vormt een USB-verbinding tussen de camera en een computer (blz. 82 en 94). • Volg de procedure die bij uw besturingssysteem past (blz. 83, 84, 90 en 93). • U hebt geprobeerd een opname te maken met een "Memory Stick Duo" die geformatteerd was met een computer. Maak een opname met een "Memory Stick Duo" die geformatteerd is door uw camera. Na een USB-verbinding tot stand te hebben gebracht, start "Picture Package" niet automatisch. • Start "Picture Package Menu" op en controleer [Settings]. • Breng een USB-verbinding tot stand terwijl de computer is ingeschakeld (blz. 82). Het beeld kan niet worden weergegeven op een computer. • Als u het programma "Picture Package" gebruikt, moet u op help rechtsboven in elk scherm klikken. • Raadpleeg de fabrikant van de computer of de software. Wanneer u bewegende beelden op een computer bekijkt, worden beeld en geluid onderbroken door storing. • U geeft de bewegende beelden rechtstreeks vanaf de "Memory Stick Duo" weer. Kopieer de bewegende beelden naar de harde schijf van uw computer en geef vervolgens de bewegende beelden vanaf de harde schijf weer (blz. 83, 84, 90 en 93). U kunt een beeld niet afdrukken. • Controleer de printerinstellingen. Beelden die al een keer naar de • Naar de verkeerde map gekopieerd. Kopieer ze naar een beschikbare map, zoals "101MSDCF" computer gekopieerd zijn kunnen niet (blz. 88). door de camera weergegeven worden. • De map- of bestandsnaam op uw computer is veranderd (blz. 88). Verhelpen van storingen U kunt geen beelden kopiëren. NL 103 "Memory Stick Duo" Symptoom Oorzaak/oplossing U kunt geen "Memory Stick Duo" in de camera plaatsen. • U probeert de "Memory Stick Duo" achtertevoren in de camera te plaatsen. Plaats de "Memory Stick Duo" op de juiste wijze (blz. 21). U kunt niet opnemen op een "Memory • U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK Stick Duo". staat. Schuif het in de opnamestand (blz.122). • De "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden (blz. 42 en 77). • Het beeldformaat is ingesteld op [640(Fine)] tijdens het opnemen van bewegende beelden. Plaats een "Memory Stick PRO Duo" (blz. 75 en 122) of stel het beeldformaat anders in dan [640(Fine)]. U kunt een "Memory Stick Duo" niet formatteren. • U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK staat. Schuif het in de opnamestand (blz. 122). U hebt een "Memory Stick Duo" per ongeluk geformatteerd. • Alle gegevens op de "Memory Stick Duo" worden gewist bij het formatteren. U kunt deze niet herstellen. We adviseren u de schrijf-beveiligingsschakelaar van de "Memory Stick Duo" in de stand LOCK te zetten om te voorkomen dat beelden per ongeluk worden gewist (blz. 122). PictBridge-compatibel printer NL 104 Symptoom Oorzaak/oplossing De verbinding komt niet tot stand. • • • • Raadpleeg de fabrikant of de printer compatibel is met PicBridge of niet. Controleer of de printer is ingeschakeld en aangesloten kan worden op de camera. Stel [USB Connect] in op [PictBridge] op het Setup-scherm (blz. 117). De verbinding komt, afhankelijk van de omstandigheden, niet tot stand. Koppel de USB-kabel los en sluit deze weer aan. Bij het verschijnen van een foutmelding op de printer, moet u de handleiding van de printer raadplegen. Symptoom Oorzaak/oplossing U kunt geen beelden afdrukken. • De camera is niet aangesloten op de printer. Controleer dat de camera en de printer op de juiste wijze zijn aangesloten met behulp van de USB kabel. • Schakel de printer in. Voor meer informatie moet u de handleiding, die u meegeleverd kreeg, raadplegen. • Als u tijdens het afdrukken [Exit] hebt gekozen, is het mogelijk dat u, afhankelijk van de printer, het afdrukken niet kunt hervatten. Koppel de USB-kabel los en sluit deze weer aan. Als u nog steeds niet kunt afdrukken, moet u de USB-kabel losmaken, de printer uitschakelen en daarna weer inschakelen, en dan weer de USB-kabel aansluiten. • Bewegende beelden kunnen niet afgedrukt worden. • Beelden die bewerkt zijn met een computer of beelden die met een andere camera dan deze zijn opgenomen, kunnen mogelijk niet afgedrukt worden. De afdrukopdracht is geannuleerd. • U hebt de USB-kabel losgekoppeld voordat de aanduiding verdwenen was. U kunt in de functie indexweergave geen datum invoeren of de afbeeldingen afdrukken. • Raadpleeg de fabrikant of de printer de datum functie of index afdruk functie kan uitvoeren of niet. • Afhankelijk van de printer kan de datum niet in de functie indexweergave ingevoerd worden. Raadpleeg de fabrikant van de printer. Het papierformaat waarop u wilt afdrukken verschijnt niet. • Raadpleeg de fabrikant of de printer het papierformaat waarop u wilt afdrukken, ondersteunt. (USB-multikabel niet loskoppelen) Verhelpen van storingen "---- -- --" wordt afgedrukt op de plaats • Beelden zonder datumgegevens kunnen niet afgedrukt worden met de datum ingevoegd. Stel [Date] van de ingevoegde datum. in op [Off] en druk daarna het beeld af. U kunt niet afdrukken met de huidige • Als het printerpapier werd veranderd naar papier van een ander formaat nadat de camera werd papierformaatinstelling van de printer. aangesloten op de printer, koppelt u de USB-kabel los van de printer en sluit u deze weer aan. • De afdrukinstelling van de camera verschilt van de printerinstelling. Verander de papierformaatinstelling van de camera (blz. 70 en 72) of verander de printerinstelling. U kunt geen andere bedieningen uitvoeren nadat het afdrukken is gestopt. • De printer voert de printer-stop-procedure uit. Wacht tot deze procedure is voltooid. (Deze procedure kan enige tijd duren, afhankelijk van de printer.) Overige Symptoom Oorzaak/oplossing Een zacht ratelgeluid is hoorbaar in de camera wanneer u deze beweegt. • Voor sommige lensfuncties van de camera worden lineaire mechanismen gebruikt. Dit is normaal. NL 105 NL 106 Symptoom Oorzaak/oplossing De camera werkt niet. • U gebruikt geen "InfoLITHIUM" accu. Gebruik een "InfoLITHIUM" accu (blz. 123). • De batterij is zwak. (De indicatie  verschijnt.) Laad de accu op (blz. 13). • Sluit de netspanningsadapter stevig aan op de DC IN-aansluiting van de camera en op een stopcontact (blz. 16). De camera is wel ingeschakeld, maar werkt niet. • De ingebouwde microcomputer werkt niet naar behoren. Koppel alle voedingsbronnen los en sluit deze na een minuut weer aan, en schakel de camera in. Als dit niet werkt, drukt u met een scherppuntig voorwerp op de RESET-knop achter het deksel van de accu/"Memory Stick Duo", en schakelt u vervolgens de camera weer in. (Hierdoor worden de datum- en tijdinstellingen, enz., gewist.) (blz. 97) U kunt een indicatie op het scherm niet herkennen. • Controleer de indicatie (blz. 126 tot 129). De lens raakt beslagen. • Er is condensvorming opgetreden. Schakel de camera uit en laat deze ongeveer een uur bij kamertemperatuur staan zodat het vocht kan verdampen, alvorens de camera te gebruiken (blz. 119). De camera wordt warm wanneer u deze lang achtereen gebruikt. • Dit is normaal. De lens beweegt niet wanneer u de camera uitschakelt. • De accu is leeg. Vervang de accu door een opgeladen accu (blz. 13) of gebruik de netspanningsadapter (blz. 16). Waarschuwingen en meldingen Op het scherm kunnen de volgende meldingen verschijnen. Melding Betekenis/Oplossing No Memory Stick • Plaats een "Memory Stick Duo" (blz. 21). System error • Schakel de camera uit en daarna weer in (blz. 17). Memory Stick error • • • • Memory Stick type error • De geplaatste "Memory Stick Duo" kan niet in de camera worden gebruikt (blz. 121). Format error • De "Memory Stick Duo" kon niet worden geformatteerd. Formatteer de "Memory Stick Duo" opnieuw (blz. 44). Memory Stick locked • U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK staat. Schuif het in de opnamestand (blz. 122). No memory space • De capaciteit van de "Memory Stick Duo" is ontoereikend. U kunt geen beelden opnemen. Wis overbodige beelden (blz. 42 en 77). Read only memory • De camera kan geen beelden opnemen op of wissen vanaf deze "Memory Stick Duo". No file in this folder • Er zijn geen beelden opgenomen in deze map. Folder error • Een map met dezelfde eerste drie cijfers van de naam bestaat reeds op de "Memory Stick Duo". (Bijvoorbeeld: 123MSDCF en 123ABCDE) Kies een andere map of maak een nieuwe map aan. Cannot create more folders • De map waarvan de eerste drie cijfers van de naam "999" is, bestaat reeds op de "Memory Stick Duo". U kunt geen mappen aanmaken. Cannot record • De camera kan geen beelden opnemen in de gekozen map. Kies een andere map (blz. 49). File error • Tijdens weergave van het beeld is er een fout opgetreden. File protect • Het beeld is beveiligd tegen wissen. Annuleer de beveiliging (blz. 64). De geplaatste "Memory Stick Duo" kan niet in de camera worden gebruikt (blz. 121). De"Memory Stick Duo" is beschadigd. De aansluitpunten van de "Memory Stick Duo" zijn vuil. Plaats de "Memory Stick Duo" op de juiste wijze (blz. 21). Verhelpen van storingen NL 107 Melding Betekenis/Oplossing For "InfoLITHIUM" battery only • De batterij is niet van het type "InfoLITHIUM". Image size over • U geeft een beeld weer met een formaat dat niet kan worden weergegeven op uw camera. Cannot divide • De bewegende beelden zijn niet lang genoeg om onder te verdelen (meer dan ongeveer twee seconden). • Het bestand is geen bewegend beeld. Invalid operation • U probeert een bestand weer te geven dat werd aangemaakt op een ander apparaat dan deze camera.  • De batterij is bijna of volledig uitgeput. Laad de accu op (blz. 13). Afhankelijk van de gebruiksomstandigheden of het soort accu, kan de indicatie knipperen ondanks dat er nog voor 5 t/m 10 minuten acculading over is. • Door onvoldoende licht, is de camera gevoelig voor beweging. Gebruik de flitser, bevestig de camera op een statief of zet de camera op een andere manier vast. NL 108 Turn the power off and on again • Een probleem met de lens heeft een storing veroorzaakt. 640(Fine) is not available • 640(Fine) kan alleen worden opgenomen op "Memory Stick PRO Duo". Plaats een "Memory Stick PRO Duo" of stel het beeldformaat anders in dan [640(Fine)]. Enable printer to connect • [USB Connect] is ingesteld op [PictBridge], echter de camera is aangesloten op een apparaat dat niet PictBridgecompatibel is. Controleer het apparaat. • De verbinding komt, afhankelijk van de omstandigheden, niet tot stand. Koppel de USB-kabel los en sluit deze weer aan. Bij het verschijnen van een foutmelding op de printer, moet u de handleiding van de printer raadplegen. Connect to • U hebt geprobeerd afdrukken te maken vóórdat de printer was aangesloten. Sluit een printer aan die PictBridgecompatibel is. device No printable image • U hebt geprobeerd om [DPOF image] uit te voeren zonder eerst de aanduiding te controleren. • U hebt geprobeerd [All In This Folder] uit te voeren terwijl een map, waarin alleen maar bewegende beelden opgeslagen worden, gekozen was. U kunt bewegende beelden niet afdrukken. Printer busy • Aangezien de printer bezig is, kan het geen afdrukopdrachten ontvangen. Controleer de printer. Paper error • Er is een storing met het papier opgetreden, zoals papiertekort, papierophoping, enz. Controleer de printer. Ink error • Een inktfout is opgetreden in de aangesloten printer, of de inkt is (bijna) op. Controleer de printer. Printer error • De camera ontvangt een storingsmelding van de printer. Controleer de printer, of controleer de foto die u wilt afdrukken, op beschadigingen. Melding Betekenis/Oplossing • Het is mogelijk dat de gegevensoverdracht naar de printer nog niet voltooid is. Sluit geen USB-kabel aan. Processing • De printer voert de printer-stopprocedure uit. Afdrukken is niet mogelijk totdat deze procedure is afgerond. Deze procedure kan enige tijd duren, afhankelijk van de printer. Verhelpen van storingen NL 109 Zelfdiagnosefunctie – Indien er een code verschijnt die met een letter begint Deze camera beschikt over een zelfdiagnosefunctie. Met deze functie wordt de toestand van de camera weergegeven op het LCD-scherm met een combinatie van één letter en vier cijfers. Indien dat gebeurt, raadpleeg dan de volgend codetabel en probeer de bijbehorende oplossingen uit. De laatste twee cijfers (hieronder aangeduid met twee blokjes ) verschillen afhankelijk van de toestand van de camera. C:32:ss Zelfdiagnosefunctie NL 110 Code Oorzaak Remedie C:32:  Er is een probleem met de hardware van de camera. • Schakel de camera uit en daarna weer in (blz. 17). C:13:  De camera kan geen gegevens lezen vanaf of schrijven op de "Memory Stick Duo". • Plaats de "Memory Stick Duo" meerdere keren opnieuw. Er is een ongeformatteerde "Memory Stick Duo" geplaatst. • Formatteer de "Memory Stick Duo" (blz. 44). De geplaatste "Memory Stick Duo" kan niet in deze camera worden gebruikt, of de gegevens zijn beschadigd. • Plaats een nieuwe "Memory Stick Duo" (blz. 21). Er heeft zich een probleem voorgedaan dat u zelf niet kunt oplossen. • Druk op de RESET-knop achter het deksel van de accu/"Memory Stick Duo". (blz. 97) E:61:  E:91:  Neem contact op met uw Sony-dealer of de plaatselijke technische dienst van Sony indien u het probleem niet zelf kunt oplossen, zelfs nadat u meerdere keren de bovenstaande oplossingen hebt uitgeprobeerd. Aantal beelden dat kan worden opgeslagen of opnameduur Het aantal beelden dat kan worden opgeslagen en de opnameduur verschillen, afhankelijk van de "Memory Stick Duo", het beeldformaat en de beeldkwaliteit. Raadpleeg tabellen hiernaast wanneer u een "Memory Stick Duo" kiest. (Eenheden: beelden) 16MB 32MB 64MB 128MB 256MB 512MB 24 (46) 50 (93) 101 (187) 202 (376) 357 (649) 726 (1320) 16MB 32MB 64MB 128MB 256MB 512MB — — — — 0:02:57 0:06:02 640(Standard) 0:00:42 0:01:27 0:02:56 0:05:54 0:10:42 0:21:47 160 0:11:12 0:22:42 0:45:39 1:31:33 2:51:21 5:47:05 1M Bewegend beeld 640(Fine) De getallen geven de opnametijd weer. Bij voorbeeld: "1:34:45" betekent "1 uur, 34 minuten, 45 seconden". • Het beeldformaat is als volgt: 640(Fine): 640×480 640(Standard): 640×480 160: 160×112 Aanvullende informatie • Het aantal beelden is vermeld in de volgorde Fine (Standard). • Het aantal beelden dat kan worden opgeslagen en de opnameduur kunnen variëren afhankelijk van de opnameomstandigheden. • Voor de normale opnameduur en het aantal beelden dat kan worden opgenomen, zie blz. 25. • Wanneer het aantal resterende beelden om op te nemen hoger is dan 9.999, verschijnt de ">9999" indicatie op het LCD-scherm. • Onderstaande tabel laat bij benadering het aantal beelden en de opnameduur zien die kunnen worden opgenomen op een "Memory Stick Duo" die in deze camera is geformatteerd. Multi Burst NL 111 Menuonderdelen De te wijzigen menuonderdelen kunnen, afhankelijk van de positie van de modusschakelaar of de instellingen, verschillen. De menuonderdelen worden onthouden, zelfs nadat de camera is uitgeschakeld of de modusschakelaar in een andere stand wordt gezet (behalve [PFX] (P.Effect)). Wanneer de modusschakelaar op staat Onderdeel Instelling De camerafunctie kiezen (blz. 27). / / / / Program /  Auto (EV)1) +2.0EV / +1.7EV / +1.3EV / +1.0EV / +0.7EV / +0.3EV / 0EV / –0.3EV / –0.7EV / –1.0EV / –1.3EV / –1.7EV / –2.0EV De belichting regelen (blz. 52).  (Focus)1)5) Center AF /  Multi AF De automatische scherpstellingsmethode kiezen (blz. 50). WB (White Bal)1)5) / De kleurbalans instellen (blz. 56). / / / /  Auto / / 1)5) 400 / 200 / 100 / Auto De ISO-gevoeligheid kiezen. Kies een hoog nummer wanneer u op een donkere plaats of een snel bewegend onderwerp opneemt, of kies een laag nummer om een hoge beeldkwaliteit te krijgen. • Merk op dat het beeld meer ruis zal vertonen naar mate de ISOgevoeligheidswaarde hoger wordt. (P.Quality)1)  Fine / Standard Beelden opnemen met fijne/standaard kwaliteit (blz. 47). Multi Burst – Voor opname van een ononderbroken reeks van 16 beelden in een enkele afbeelding (blz. 58). – Continu opnemen (blz. 57). – Een beeld met de normale opnamemodus opnemen. Mode (REC Mode)5) Burst  Normal NL Beschrijving (Camera) ISO 112 De fabrieksinstellingen zijn aangegeven met . Onderdeel Instelling Beschrijving 1/7.5 / 1/15 / 1/30 Het Multi Burst-interval kiezen (blz. 58). (Deze instelling kan niet worden gemaakt wanneer [Mode] (REC Mode) op het menu is ingesteld op een andere instelling dan [Multi Burst].) + /  Normal / – De hoeveelheid flitserlicht instellen (blz. 57). B&W / Sepia /  Off Speciale beeldeffecten instellen (blz. 59).  (Saturation) + /  Normal / – De verzadiging van het beeld instellen. De  indicatie verschijnt (behalve wanneer de instelling Normal is).  (Contrast)2) + /  Normal / – De contrast van het beeld instellen. De  indicatie verschijnt (behalve wanneer de instelling Normal is). + /  Normal / – De scherpte van het beeld regelen. De de instelling Normal is). M 3) (Interval) (Flash Level)4) 1) PFX (P.Effect) 2) (Sharpness)2) indicatie verschijnt (behalve wanneer 1) Dit verschijnt niet wanneer (Camera) op het menu is ingesteld op [Auto]. Dit verschijnt niet wanneer (Camera) op het menu is ingesteld op anders dan [Program]. 3) Dit verschijnt niet wanneer (Camera) is ingesteld op [Auto], (Schemerfunctie) (Schemer-portretfunctie) of 4) Dit verschijnt niet wanneer (Camera) is ingesteld op [Auto], (Schemerfunctie) of (Kaarslichtfunctie) . 5) De beschikbare instellingen zijn beperkt afhankelijk van de (Camera) instellingen op het menu. 2) Onderdeel staat Instelling Beschrijving +2.0EV / +1.7EV / +1.3EV / +1.0EV / +0.7EV / +0.3EV / 0EV / –0.3EV / –0.7EV / –1.0EV / –1.3EV / –1.7EV / –2.0EV De belichting regelen (blz. 52).  (Focus) Center AF /  Multi AF De automatische scherpstellingsmethode kiezen (blz. 50). WB (White Bal) / De kleurbalans instellen (blz. 56). PFX (P.Effect) B&W / Sepia /  Off (EV) / / Aanvullende informatie Wanneer de modusschakelaar op (Kaarslichtfunctie). /  Auto Speciale beeldeffecten instellen (blz. 59). NL 113 Wanneer de modusschakelaar op Onderdeel staat Instelling Beschrijving OK / Cancel De map kiezen die de beelden bevat die u wilt weergeven (blz. 60). — Beelden beveiligen tegen per ongeluk wissen en de beveiliging opheffen (blz. 64). (DPOF) — Afdrukmarkeringen (DPOF) op stilstaande beelden aanbrengen die u wilt afdrukken en deze opheffen (blz. 73). (Print) — Voor het afdrukken van beelden met een printer die PictBridge-compatibel is (blz. 68). Interval – Het interval voor een diavoorstelling instellen (blz. 62). (Alleen in de enkelbeeldmodus)  3 sec / 5 sec / 10 sec / 30 sec / 1 min – Het bereik van de beelden die u wilt weergeven instellen.  Folder / All – De beelden herhaaldelijk weergeven.  On / Off – De diavoorstelling laten beginnen. – De diavoorstelling annuleren. (Folder)  (Protect) (Slide) Image Repeat Start Cancel (Resize) (Rotate) (Divide) NL 114 4M / 3M / 1M / VGA / Cancel (links) / OK / Cancel (rechts) / OK / Cancel Het formaat van het opgenomen stilstaande beeld veranderen (blz. 66). (Alleen in de enkelbeeldmodus) Het stilstaande beeld roteren (blz. 62). (Alleen in de enkelbeeldmodus) Een bewegend beeld onderverdelen (blz. 78). (Alleen in de enkelbeeldmodus) SET UP-onderdelen Het Setup-scherm verschijnt wanneer u verder gaat naar op het menu en nogmaals op  drukt. De fabrieksinstellingen zijn aangegeven met . 1 (Camera 1) Instelling Beschrijving AF Mode  Single / Monitor De scherpstellingsfunctie kiezen (blz. 51). Digital Zoom  Smart / Precision / Off De digitale zoomfunctie kiezen (blz. 30). Date/Time Day&Time / Date /  Off Bepalen of u de datum of de tijd wilt projecteren op het beeld (blz. 34). De datum en tijd worden niet ingevoegd in bewegende beelden of in de Multi Burstfunctie. Bovendien verschijnen de datum en tijd alleen tijdens het weergeven en niet tijdens het opnemen. Red Eye Reduction On /  Off Bij gebruik van een flitser het rode-ogeneffect verminderen (blz. 33). AF Illuminator  Auto / Off Kiezen of een AF-hulpverlichting in het donker wordt gebruikt. Dit helpt wanneer het moeilijk is scherp te stellen op het onderwerp bij slechte belichting (blz. 33). Auto Review  On / Off Kiezen of het opgenomen beeld automatisch wordt weergegeven op het LCD-scherm onmiddellijk na het opnemen van een stilstaand beeld. Indien ingesteld op [On], wordt het opgenomen beeld gedurende ongeveer twee seconden weergegeven. Als u gedurende deze tijd de sluiterknop tot halverwege indrukt, wordt het opgenomen beeld weergegeven en kunt u onmiddellijk het volgende beeld opnemen. Onderdeel Instelling Beschrijving Enlarged Icon  On / Off Kiezen of de indicaties van de instellingen tijdelijk vergroot worden afgebeeld wanneer u op (flitsermodus), (zelfontspanner) of (lichtmeetfunctie) drukt. 2 Aanvullende informatie Onderdeel (Camera 2) NL 115 (Memory Stick Tool) Onderdeel Instelling Beschrijving Format OK / Cancel De "Memory Stick Duo" formatteren. Door het formatteren worden alle gegevens van de "Memory Stick Duo" gewist, inclusief beveiligde beelden (blz. 44). Create REC. Folder OK / Cancel Een map aanmaken voor het opnemen van beelden (blz. 48). Change REC. Folder OK / Cancel De map veranderen waarin de opgenomen beelden worden opgeslagen (blz. 49). Onderdeel Instelling Beschrijving LCD Backlight Bright /  Normal De helderheid van de achtergrondverlichting van het LCD-scherm kiezen. Door [Bright] te kiezen, wordt het scherm helder en goed zichtbaar wanneer de camera buiten of op een andere goed verlichte plek wordt gebruikt, maar ook wordt er dan meer batterijstroom verbruikt. Wordt alleen afgebeeld wanneer u de camera van stroom voorziet met behulp van de accu. Beep Shutter  On − Schakelt het sluitergeluid in dat klinkt als u de sluiterknop indrukt. − Schakelt de pieptoon/het sluitergeluid in die/dat klinkt als u de regelknop/sluiterknop indrukt. − De pieptoon/het sluitergeluid uitschakelen. 1 (Setup 1) Off Language NL 116 — De menuonderdelen, waarschuwingen en meldingen afbeelden in de geselecteerde taal. 2 (Setup 2) Onderdeel Instelling Beschrijving File Number  Series − Nummers toewijzen aan bestanden op volgorde, zelfs als de "Memory Stick Duo" wordt verwisseld of een andere opnamemap wordt gebruikt. − De nummering terugstellen en opnieuw beginnen bij 0001 iedere keer wanneer de opnamemap wordt veranderd. (Als de opnamemap een bestand bevat, wordt een nummer hoger dan het hoogste reeds toegekende nummer toegewezen.) Reset USB Connect Clock Set PictBridge PTP  Normal − Verbindt de camera met een PictBridge-compatibele printer (blz. 69). − Wanneer een PTP-verbinding tot stand is gebracht, start de Copy Wizard automatisch en kopieert de beelden in de opnamemap (blz. 86) die in de camera is ingesteld naar de computer. (Dit wordt ondersteund voor Windows XP en Mac OS X.) − Maakt een USB-verbinding tussen de camera en een computer (blz. 82 en 94). OK / Cancel Voor het instellen van datum en tijd (blz. 18 en 47). Aanvullende informatie NL 117 Voorzorgsmaatregelen Laat de camera niet liggen op de volgende plaatsen • In bijzonder hete plaatsen, zoals in een auto die in de volle zon is geparkeerd. De behuizing van de camera kan vervormd raken of hierdoor kan een storing optreden. • Onder rechtstreeks zonlicht of nabij een verwarmingsbron. De behuizing van de camera kan verkleurd of vervormd raken of hierdoor kan een storing optreden. • Op plaatsen met trillingen • In de buurt van een sterk magnetisch veld • Op zanderige of stoffige plaatsen, dus wees voorzichtig dat er geen zand of stof in de camera komt. Hierdoor kan in de camera een storing optreden en in bepaalde gevallen kan deze storing niet worden verholpen. Dragen Ga niet op een stoel of andere plaats zitten met de camera in uw achterzak van uw broek of rok omdat hierdoor een storing kan optreden of de camera beschadigd kan raken. NL 118 Reiniging Het LCD-scherm reinigen Veeg het schermoppervlak schoon met een LCD-reinigingsset (niet bijgeleverd) om vingerafdrukken, stof, enz. te verwijderen. Reiniging van de lens Veeg de lens schoon met een zachte doek om vingerafdrukken, stof, enz. te verwijderen. Reiniging van de gelijkstroomstekker Maak de gelijkstroomstekker van de netspanningsadapter schoon met een droog wattenstaafje. Gebruik de netspanningsadapter niet met een vuile stekker. Als u de netspanningsadapter met een vuile stekker gebruikt, is het mogelijk dat de accu niet goed wordt geladen. De buitenkant van de camera reinigen Maak de buitenkant van de camera schoon met een zachte doek bevochtigd met water en veeg het oppervlak daarna droog met een droge doek. Gebruik de onderstaande middelen niet omdat deze de afwerking of de behuizing kunnen beschadigen. − Chemische producten zoals verdunner, benzine, alcohol, wegwerpdoeken, insecticiden enz. − Aanraking van de camera met een bovenstaande stof aan uw handen − Aanraking door rubber of vinyl gedurende een lange tijd Bedrijfstemperatuur Deze camera is ontworpen voor gebruik bij een temperatuur van 0°C tot 40°C. Het maken van opnamen op extreem koude of warme plaatsen met temperaturen die buiten het bovenstaande bereik vallen, is niet aan te bevelen. Condensvorming Als de camera rechtstreeks van een koude naar een warme omgeving wordt overgebracht, of in een zeer vochtige ruimte wordt neergelegd, kan er vocht condenseren in of op de behuizing van de camera. Deze vochtcondensatie kan een storing in de camera veroorzaken. Condensvorming treedt gemakkelijk op wanneer: • De camera van een koude plaats, zoals een skihelling, naar een goed verwarmde ruimte wordt overgebracht. • De camera bij warm weer vanuit een kamer of auto met airconditioning mee naar buiten wordt genomen, enz. Hoe condensvorming te voorkomen Wanneer u de camera van een koude naar een warme ruimte brengt, verpakt u de camera in een goed gesloten plastic zak en laat u deze langzaam (ongeveer een uur) acclimatiseren. Deze camera is voorzien van een ingebouwde oplaadbare knoopbatterij voor handhaving van de datum en tijd en andere instellingen, ongeacht of het apparaat is ingeschakeld of uitgeschakeld. Deze oplaadbare knoopbatterij wordt tijdens het gebruik van de camera continu opgeladen. Indien u de camera echter alleen voor korte perioden gebruikt, raakt deze batterij geleidelijk uitgeput. Indien u de camera helemaal niet gebruikt, is de batterij na circa één maand volledig uitgeput. In dit geval dient u de oplaadbare knoopbatterij altijd op te laden voordat u de camera gaat gebruiken. Ook indien deze oplaadbare knoopbatterij niet wordt opgeladen, kunt u de camera nog altijd gebruiken zolang u de datum en tijd niet opneemt. Oplaadmethode Sluit de camera aan op een stopcontact met behulp van de netspanningsadapter of plaats een opgeladen accu en laat de camera gedurende 24 uur of langer uitgeschakeld liggen. Aanvullende informatie Wanneer er condensvorming optreedt Schakel de camera uit en wacht ongeveer een uur om het vocht te laten verdampen. Als u probeert om opnamen te maken terwijl er nog vocht in de lens aanwezig is, zullen de opgenomen beelden niet helder zijn. Ingebouwde oplaadbare knoopbatterij NL 119 De interne oplaadbare knoopbatterij verwijderen Wanneer u de camera afdankt, moet u de interne oplaadbare knoopbatterij uit de camera verwijderen. Raak de interne oplaadbare knoopbatterij niet aan tijdens het gebruik. Wanneer de knoopbatterij is verwijderd, kunt u deze niet terugplaatsen. Volg de richtlijnen voor klein chemisch afval wanneer u de oplaadbare knoopbatterij weggooit. Met de volgende procedure kunt u de knoopbatterij eenvoudig verwijderen. Gereedschap: een platkopschroevendraaier of een gelijkaardig gereedschap. Controleer of de camera is uitgeschakeld voordat u de volgende bewerking uitvoert. Verwijder ook de netspanningsadapter en de accu. NL 120  Steek een platte schroevendraaier of soortgelijk gereedschap in de gleuf in het deksel van de interne oplaadbare knoopbatterij en duw deze omhoog in de richting van de pijl om het deksel te openen.  Pak het deksel van de interne oplaadbare knoopbatterij met uw vingers vast en trek deze omhoog om het deksel van de interne oplaadbare knoopbatterij en de batterijhouder te verwijderen. Pak dit deel vast en trek in de richting van de pijl.  Trek eraan zodat het flexibele printplaatje afbreekt en de batterijhouder loskomt van het deksel van de interne oplaadbare knoopbatterij.  Draai de batterijhouder om en verwijder de interne oplaadbare knoopbatterij. "Memory Stick" "Memory Stick" is een compact, draagbaar ICopnamemedium. De typen "Memory Stick" die kunnen worden gebruikt met deze camera staan vermeld in de onderstaande tabel. Een goede werking kan echter niet worden gegarandeerd voor alle functies van de "Memory Stick". "Memory Stick" type Opnemen/ weergeven3) – Memory Stick (MagicGate/ hoge gegevensoverdrachts nelheid) – Memory Stick Duo  Memory Stick Duo (MagicGate/hoge gegevens overdrachtsnelheid) 1)2) MagicGate Memory Stick – MagicGate Memory Stick Duo 1) Memory Stick PRO – Memory Stick PRO Duo 1)2) 1) Aanvullende informatie Memory Stick "MagicGate Memory Stick Duo" en "Memory Stick PRO Duo" zijn uitgerust met MagicGate functies. MagicGate is een copyrightbeschermingstechnologie die gebruik maakt van encryptietechnologie. Opnemen/weergeven van gegevens waarbij MagicGate functies zijn vereist, kan niet met deze camera worden uitgevoerd. NL 121 2) Ondersteunt een hoge gegevensoverdrachtsnelheid via een parallelle interface. 3) Bewegende beelden in het beeldformaat 640(Fine) kunnen alleen opgenomen en weergegeven worden met behulp van "Memory Stick PRO Duo". • Als een "Memory Stick Duo" is geformatteerd op een computer, kan de juiste werking ervan in deze camera niet worden gegarandeerd. • De lees-/schrijfsnelheid van de gegevens verschilt afhankelijk van de gebruikte "Memory Stick Duo" en apparatuur. Opmerkingen over het gebruik van "Memory Stick Duo" (bijgeleverd) • U kunt beelden niet opnemen, bewerken of wissen als u de schrijf-beveiligingsschakelaar4) met een puntig voorwerp verschuift naar LOCK. Aansluiting Schrijfbeveiligingsschakelaar 4) Plaats voor notities De stand of de vorm van de schrijfbeveiligingsschakelaar4) kan verschillend zijn afhankelijk van de "Memory Stick Duo" die u gebruikt. 4) NL 122 De "Memory Stick Duo" die bij deze camera werd geleverd heeft geen schrijfbeveiligingsschakelaar. Als u de bijgeleverde "Memory Stick Duo" gebruikt, moet u opletten niet per ongeluk gegevens te wissen of te bewerken. • Wanneer de "Memory Stick Duo" bezig is met het lezen of wegschrijven van gegevens, mag u de "Memory Stick" niet verwijderen. • De gegevens kunnen in de volgende gevallen beschadigd zijn: – wanneer de "Memory Stick Duo" eruit is gehaald of de camera is uitgeschakeld tijdens het lezen of schrijven – wanneer de "Memory Stick Duo" wordt gebruikt op plaatsen met statische elektriciteit of elektrische ruis • We raden u aan van belangrijke gegevens een reservekopie te maken. • Druk niet te hard wanneer u een notitie op het memo gebied schrijft. • Bevestig geen sticker op de "Memory Stick Duo" of op een Memory Stick Duo-adapter. • Wanneer u de "Memory Stick Duo" draagt of bewaart, plaatst u deze terug in het doosje dat erbij geleverd werd. • Raak de aansluitingen van een "Memory Stick Duo" nooit aan met uw hand of een metalen voorwerp. • De "Memory Stick Duo" niet slaan, verbuigen of laten vallen. • De "Memory Stick Duo" mag niet worden gedemonteerd of gemodificeerd. • Stel de "Memory Stick Duo" niet bloot aan water. • Houd de "Memory Stick Duo" uit de buurt van kinderen. Ze kunnen hen per ongeluk inslikken. • U mag de "Memory Stick Duo" niet gebruiken of bewaren op de volgende plaatsen: – plaatsen met een hoge temperatuur, zoals in een hete auto die in de zon is geparkeerd – plaatsen die zijn blootgesteld aan direct zonlicht – vochtige plaatsen of plaatsen waar corrosieve middelen aanwezig zijn Opmerkingen over het gebruik van Memory Stick Duo-adapter (bijgeleverd) • Wanneer u een "Memory Stick Duo" wilt gebruiken met een "Memory Stick" compatibel apparaat, moet u ervoor zorgen dat de "Memory Stick Duo" in een Memory Stick Duo-adapter wordt geplaatst. Als u een "Memory Stick Duo" in een "Memory Stick" compatibel apparaat steekt zonder een Memory Stick Duo-adapter, is het mogelijk dat u hem niet meer uit het apparaat kunt halen. • Wanneer u een "Memory Stick Duo" in een Memory Stick Duo-adapter steekt, moet u ervoor zorgen dat de "Memory Stick Duo" in de juiste richting wordt geplaatst en vervolgens steekt u het er helemaal in. Onjuiste plaatsing kan leiden tot een storing. • Wanneer u een "Memory Stick Duo" gestoken in een Memory Stick Duo-adapter gebruikt in een "Memory Stick" compatibel apparaat, controleert u dat de "Memory Stick Duo" in de juiste richting erin wordt gestoken. Merk op dat door onjuist gebruik de camera kan worden beschadigd. • Steek geen Memory Stick Duo-adapter in een "Memory Stick" compatibel apparaat zonder dat er een "Memory Stick Duo" in de adapter zit. Als u dit toch doet, kan een storing in de camera optreden. Opmerkingen over het gebruik van "Memory Stick PRO Duo" (niet bijgeleverd) De "Memory Stick PRO Duo" met een capaciteit van maximaal 512 MB is getest en goedbevonden voor gebruik met deze camera. Betreffende de "InfoLITHIUM" accu Wat is de "InfoLITHIUM" accu? Opladen van de accu Aanbevolen wordt om de accu op te laden bij een omgevingstemperatuur van 10°C tot 30°C. Indien u de accu buiten dit temperatuurbereik oplaadt, bestaat de kans dat u de accu niet doeltreffend kunt opladen. • Bij lage temperaturen verminderen de prestaties van de accu. Op koude plaatsen kan de accu daarom minder lang worden gebruikt. Wij bevelen het volgende aan om de accu langer mee te laten gaan: − Doe de accu in een zak tegen uw lichaam aan om de accu op te warmen en plaats deze in de camera vlak voordat u begint met opnemen. • Bij veelvuldig gebruik van de zoomfunctie of de flitser zal de batterij sneller uitgeput raken. • Wij bevelen u aan om extra accu’s voor twee- tot driemaal de verwachte opnameduur bij de hand te houden, en om proefopnamen te maken alvorens u de eigenlijke opnamen gaat maken. • De accu mag niet worden blootgesteld aan water. De accu is niet waterdicht. • Laat de camera niet liggen op een hete plaats, zoals in een hete auto of in direct zonlicht. Aanvullende informatie De "InfoLITHIUM" accu is een lithiumionaccu uitgerust met functies voor het communiceren van informatie over de bedrijfsomstandigheden tussen de camera en de netspanningsadapter. De "InfoLITHIUM" accu berekent het stroomverbruik op basis van de bedieningsomstandigheden van de camera en geeft in minuten aan hoe lang de batterij nog meegaat. Doeltreffend gebruik van de accu NL 123 Batterij-restladingsindicatie Levensduur van de batterijen Het is mogelijk dat de spanning wegvalt ondanks dat de batterij-restladingsindicatie aangeeft dat er nog voldoende lading aanwezig is om het apparaat te bedienen. Gebruik de acculading helemaal en laad de accu volledig op zodat de batterijrestladingsindicatie correct is. Indien de camera langdurig bij hoge temperaturen wordt gebruikt of in volledig geladen toestand wordt opgeborgen, of indien de accu veelvuldig wordt gebruikt, zal echter niet altijd opnieuw de juiste batterijrestladingsindicatie worden aangegeven. • De levensduur van de batterijen is beperkt. De capaciteit van de batterijen neemt geleidelijk af naarmate u deze meer gebruikt en de tijd verstrijkt. Wanneer de gebruiksduur van de accu aanzienlijk korter is geworden, is waarschijnlijk het einde van de levensduur van de accu bereikt. Koop een nieuwe accu. • De levensduur van de accu wordt mede bepaald door de manier waarop deze wordt bewaard, en door de bedieningsvoorwaarden en de omgeving waarin de accu wordt gebruikt. Hoe u de accu moet bewaren NL 124 • Zelfs als u de accu gedurende een lang tijd niet denkt te gebruiken, dient u deze volledig op te laden en de lading eenmaal per jaar volledig op te gebruiken. Haal de accu van de camera af en bewaar deze op een droge, koele plaats. Op deze manier zal de accu naar behoren blijven werken. • Om de accu op de camera te gebruiken totdat deze helemaal leeg is, laat u de POWER-toet in de diavoorstellingweergavemodus (blz. 62) op "Aan" staan totdat de accu geen stroom meer levert. • Bewaar en transporteer de accu altijd in de accuhouder om te voorkomen dat de accupolen vuil of kortgesloten worden. Technische gegevens  Camera [Systeem] Beeldsysteem 6,85 mm (1/2,7 type) kleuren-CCD Primair kleurfilter Totaal aantal pixels van de camera Circa 4 231 000 pixels Effectief aantal pixels van de camera Circa 4 065 000 pixels Lens Carl Zeiss Vario-Tessar 3× zoomlens f = 5,1 – 15,3 mm (32 – 96 mm omgerekend naar een 35 mm fotocamera) F2,8 – 5,1 Automatische ND-filteromschakeling Belichtingsregeling Automatische belichting, scènekeuze (7 standen) Witbalans Automatisch, Daglicht, Bewolkt, Fluorescerend, Kaarslicht Bestandsformaat (voldoet aan DCF) Stilstaande beelden: Exif ver. 2.2 overeenkomstig aan JPEG-standaard, compatibel met DPOF Bewegende beelden: overeenkomstig MPEG1 (mono) Opnamemedium "Memory Stick Duo" Flitser Aanbevolen afstand (ISO op Auto): 0,2 m tot 2,0 m (W) 0,5 m tot 1,5 m (T) [Ingangs- en uitgangsaansluitingen] USB-bus mini B USB verbinding Hi-Speed USB (voldoet aan USB 2.0) [LCD-scherm] LCD-scherm 3,8 cm (1,5 type) TFT drive Totaal aantal beeldpunten 76 800 (320×240) beeldpunten [Stroomvoorziening, algemeen] Ingangsspanning 100 V tot 240 V wisselstroom, 50/60 Hz, 11W Uitgangsspanning 4,2 V gelijkstroom* * Zie de sticker op de netspanningsadapter voor de overige technische gegevens. Bedrijfstemperatuur 0°C tot +40°C Opslagtemperatuur –20°C tot +60°C Afmetingen Circa 48×29×81 mm (B/H/D, excl. uitstekende delen) Gewicht Circa 130 g exclusief netsnoer  Accessories • • • • • • • • • • AC-LS5/LS5B netspanningsadapter (1) Netsnoer (1) NP-FT1 accu (1) Batterijhouder (1) TAD-LA statiefadapter (1) USB-kabel (1) Halsriem (1) "Memory Stick Duo" (16 MB) (1) Memory Stick Duo-adapter (1) CD-ROM (USB-stuurprogramma SPVD-012) (1) • Gebruiksaanwijzing (1) Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens zijn voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.  NP-FT1 accu Aanvullende informatie Gebruikte accu NP-FT1 Voeding 3,6 V Stroomverbruik (tijdens opnemen) 1,1 W Bedrijfstemperatuur 0°C tot +40°C Opslagtemperatuur –20°C tot +60°C Afmetingen Circa 95×44,3×25,7 mm (B/H/D, excl. uitstekende delen) Gewicht Circa 152 g (inclusief accu NP-FT1, "Memory Stick Duo" en Halsriem) Microfoon Electret-condensatormicrofoon Luidspreker Dynamische luidspreker Exif Print Compatibel PRINT Image Matching II Compatibel PictBridge Compatibel  AC-LS5/LS5B Netspanningsadapter Gebruikte batterij Lithiumion-accu Maximale spanning 4,2 V gelijkstroom Nominale spanning 3,6 V gelijkstroom Capaciteit 2,4 Wh (680 mAh) NL 125 LCD-scherm / / / / / / / Opnamemodus-indicatie (27) Verdere belangrijke informatie vindt u op de tussen haakjes vermelde bladzijden. / SL / Flitsmodus-indicatie (32) Bij opname van stilstaande beelden 1 3 60min VGA 101 1/30” C:32:00 + 4 5 2 S AF 125 F3.5 +2.0EV  Batterij-restladings-indicatie (14)  AE/AF-vergrendelings-indicatie (27, 52) M / Opnamemodus-indicatie (57, 58) / / / Kleurbalans-indicatie (56) NL S AF / M AF Lichtmeetmodus-indicatie (51) / Indicatie van AF-frame van bereikzoeker (50) Indicatie van vermindering van rode-ogeneffect (33) 1.3 / / 1.3 / Zoomschaal-indicatie (30) 1.3 Scherpte-indicatie (112)  4M / 3:2 / 3M / 1M / VGA Beeldformaat-indicatie (22)  FINE/STD Beeldkwaliteits-indicatie (47)  Opnamemap-indicatie (48) Verzadiging-indicatie (112) Contrast-indicatie (112) 101 AF-illuminator-indicatie (33, 115) Resterende "Memory Stick" geheugencapaciteit-indicatie Lichtmeetmodus-indicatie (55) 1/30" Multi Burst-intervalindicatie (58) ON 60min 126  Beeldeffect-indicatie (59) 400 Indicatie van resterend aantal opneembare beelden (25) Zelfontspanner-indicatie (31) C:32:00 Zelfdiagnosefunctie (110)  Histogram-indicatie (53) Lange sluitertijd NR-indicatie (39) Bij opname van bewegende beelden 1 125 Sluitertijd-indicatie ISO-richtgetal-indicatie (112) F3.5 Diafragmawaarde-indicatie 2  +2.0EV EV-niveau-waarde-indicatie (52)  Trillingswaarschuwing-indicatie (107) AF-bereikzokerframe (50) + Dradenkruis van de spot lichtmeting (55) 101 C:32:00 3 4 5 60min Batterij-restladings-indicatie (14) • Door op de toets MENU te drukken zal het menu/helpmenu verschijnen/uitgaan. Opnamemodus-indicatie (75) Aanvullende informatie  Waarschuwingsindicatie voor zwakke batterij (107) STD 640 00:00:00 [00:28:25] + Datum- en tijds-indicatie (34) Menu/Gidsmenu (46) 60min STBY / / / Kleurbalans-indicatie (56) STBY / REC Opname-indicatie voor bewegende beelden 1.3 Zoomschaal-indicatie (30) Lichtmeetmodus-indicatie (55) Beeldeffect-indicatie (59) NL 127   / Indicatie van AF-frame van bereikzoeker (50)  Waarschuwingsindicatie voor zwakke batterij (107) Bij weergave van stilstaande beelden 60min 1.3 AF-bereikzoekerframe (50) / 640 / 160 Beeldformaat-indicatie (75) FINE 101 VGA 12/12 C:32:00 +2.0EV 500 F3.5 +  640 M 101 1 STD 101 Opnamemap-indicatie (48) Resterende "Memory Stick" geheugencapaciteit-indicatie 00:00:00 [00:28:05] Opnameduur-indicatie [maximale opnameduur] (111) Zelfontspanner-indicatie (31) C:32:00 Zelfdiagnosefunctie (110) Dradenkruis van de spot lichtmeting (55)  +2.0EV EV-niveau-waardeaanduiding (52) Menu/Gidsmenu (46) • Door op de toets MENU te drukken zal het menu/helpmenu verschijnen/uitgaan. 2 VOLUME  M Opnamemodus-indicatie (63) 4M / 3:2 / 3M / 1M / VGA Beeldformaat-indicatie (22)  Beveiligings-indicatie (65) Afdrukmarkerings-indicatie (DPOF) (73) / / Map-veranderen-indicatie (60) Step 12/16 Beeld-voor-beeld-weergave-indicatie (64) NL 4 5 BACK/NEXT 1.3 Weergave zoomschaal-indicatie (61) 128 3  101-0012 Map-bestandsnummer (86)  PictBridge-aansluitings-indicatie (69) 101 Opnamemap-indicatie (48) Resterende "Memory Stick" geheugencapaciteit-indicatie 101 12/12 Beeldnummer/Aantal beelden opgenomen in de gekozen map Bij weergave van bewegende beelden Lichtmeetmodus-indicatie (55) 1 60min Aanduiding USB-multikabel niet loskoppelen (70) +2.0EV EV-niveau-waarde-indicatie (52) 101 101 8/8 00:00:12 / Flitsmodus-indicatie / / / Kleurbalans-indicatie (56) 500 Sluitertijd-indicatie F3.5 Diafragmawaarde-indicatie 3 4 2 DPOF 5  Opnamemodus-indicatie (76)  Histogram-indicatie (53) 640 0 / 6 4STD / 160 Beeldformaat-indicatie (76) FINE Opnamedatum/-tijd van het weergavebeeld (34) / Weergave-/stop-indicatie (76) Menu/Gidsmenu (46) / / Map-veranderen-indicatie (60) C:32:00 Zelfdiagnosefunctie (110)  160 VOL. Aanvullende informatie Weergavemap-indicatie (60) ISO-richtgetal-indicatie (112) VOL. • Door op de toets MENU te drukken zal het menu/helpmenu verschijnen/uitgaan. Volume-indicatie (76)  Weergavebalk (76) NL 129  101 Opnamemap-indicatie (48) Resterende "Memory Stick" geheugencapaciteit-indicatie 101 Weergavemap-indicatie (60) 8/8 Beeldnummer/Aantal beelden opgenomen in de gekozen mapindicatie 00:00:12 Teller (76)  Weergavebeeld (76)  Menu/Gidsmenu (46) • Door op de toets MENU te drukken zal het menu/helpmenu verschijnen/uitgaan. NL 130 Index A B B&W ............................................................... 59 Batterij-restladingsindicatie .................... 14, 125 Beeldeffect ...................................................... 59 Beelden bekijken op het LCD-scherm ............ 40 Beelden bekijken op uw computer ............ 85, 94 C Camera .................................................... 27, 112 CD-ROM ............................................. 81, 89, 95 Condensvorming ........................................... 120 Contrast ......................................................... 113 F Flitserniveau ............................................ 57, 113 Flitsmodus ....................................................... 32 Fluorescerend .................................................. 56 Formaat veranderen......................................... 66 Formatteren ..................................................... 44 G Gebruikers van Macintosh .............................. 93 Gebruikers van Windows ................................ 80 Gebruik van de camera in het buitenland........ 16 Gelijkstroomstekker .................................. 13, 16 Geprogrammeerd opnemen van stilstaande beelden [Program] ................................. 28 Gloeilamp........................................................ 56 H Histogram........................................................ 53 D I Daglicht ........................................................... 56 Datum en tijd instellen ............................ 18, 118 Diavoorstelling ................................................ 62 Digitale zoom .................................................. 30 DPOF .............................................................. 73 "InfoLITHIUM" accu ................................... 124 ImageMixer VCD2.............................. 88, 92, 95 In- en uitschakelen .......................................... 17 Index-scherm................................................... 40 Indexbeelden afdrukken .................................. 68 Initialisatie....................................................... 44 Installeren............................................ 81, 88, 95 Instellingen...................................................... 47 Interval .................................................... 58, 113 ISO ................................................................ 112 E Enkelvoudige-AF (Single) .............................. 51 Enkelvoudig scherm ........................................ 40 EV-afstelling ................................................... 52 Extensie ..................................................... 86, 88 Index Aanbevolen computeromgeving ............... 80, 93 Aantal beelden die kunnen worden opgenomen/ weergegeven ............................ 15, 25, 111 Accu .................................................................. 6 Accu bewaren ................................................ 125 Accu opladen .......................................... 13, 123 Achtergrondverlichting van het LCD-scherm ........................................ 117 AE ................................................................... 28 AE/AF-vergrendeling.......................... 27, 28, 52 AF-bereikzoekerframe .................................... 50 AF-bewaking (Monitor) .................................. 51 AF-functie ....................................................... 51 AF-illuminator ........................................ 33, 116 AF-vergrendeling ............................................ 52 Afdrukmarkering (DPOF) ............................... 73 Altijd flitsen .................................................... 32 Automatische instelfunctie.............................. 26 Automatische scherpstelling ..................... 28, 50 Automatische uitschakelingsfunctie ............... 17 Automatisch opnemen van stilstaande beelden [Auto] ....................................... 27 Auto Review ................................................. 116 Beelden kopiëren naar uw computer .................. 80, 83, 84, 90, 93 Beeldformaat ............................................. 22, 23 Beeldkwaliteit ........................................... 23, 47 Beeld vergroten ............................................... 61 Bestandsnamen ............................................... 86 Bestandsnummer ........................................... 118 Beveiliging ...................................................... 64 Bewegende beelden bekijken op het LCD-scherm .......................................... 75 Bewegende beelden wissen ............................. 77 Bewolkt ........................................................... 56 Burst ................................................................ 57 NL 131 J N JPG .................................................................. 87 Netspanningsadapter ................................. 13, 16 Niet flitsen ....................................................... 32 RESET-toets .................................................... 97 Resterende opname/weergave-tijd .......... 15, 111 Roteren ............................................................ 62 O S K Kaarslichtfunctie ............................................. 37 Klok instellen .......................................... 18, 118 Knippen van bewegende beelden .................... 78 L Landschapsfunctie........................................... 36 Lange sluitertijd NR........................................ 39 Langzame synchro .......................................... 32 LCD-achtergrondverlichting aan/uit ............... 29 Levensduur van de batterijen .................. 15, 125 Lichtmeetfunctie ............................................. 55 Lichtmeting met meerdere patronen ............... 55 M “Memory Stick Duo” plaatsen ........................ 21 Map ........................................................... 48, 60 Mate van comprimeren ................................... 23 Memory Stick Duo........................................ 122 Menu-instellingen ................................... 46, 112 Midden-AF...................................................... 50 Mode (REC Mode) ....................................... 112 Modusschakelaar................................. 18, 22, 27 MPG ................................................................ 87 Multipoint AF ................................................. 50 Multi Burst ...................................................... 58 NL 132 Onderverdelen ................................................. 78 Oplaadbare knoopbatterij .............................. 120 Oplaadtijd........................................................ 14 Opnemen van bewegende beelden .................. 75 Opnemen van stilstaande beelden ................... 26 Opslagbestemming van bestanden .................. 86 Optische zoom ................................................ 30 P PictBridge ....................................................... 68 Picture Package ............................................... 81 Pieptoon/sluitergeluid ................................... 117 Precizie digitale zoom ..................................... 31 Programmafunctie voor automatisch opnemen ................................................ 28 Projecteren van de datum en tijd ............. 34, 116 PTP.................................................... 80, 94, 118 Q Quick Review .................................................. 29 R Regelknop ....................................................... 17 Reiniging ....................................................... 119 Reisadapter...................................................... 16 Scènekeuze ...................................................... 36 Schemer-portretfunctie ................................... 36 Schemerfunctie ............................................... 36 Schermweergave ..................................... 29, 127 Scherpstellen ................................................... 50 Scherpte......................................................... 113 Sepia................................................................ 59 SET UP-onderdelen ...................................... 116 Slimme-zoomfunctie ....................................... 30 Sneeuwfunctie ................................................. 36 Spot lichtmeting .............................................. 55 Stilstaande beelden wissen.............................. 42 Strandfunctie ................................................... 37 T Taal .......................................................... 20, 117 Toegangslampje .............................................. 21 U USB-aansluiting .................................. 10, 69, 82 USB-kabel ....................................................... 82 USB-modus ..................................................... 80 USB-stuurprogramma ..................................... 81 USB-verbinding ................................ 82, 94, 118 V Vergroot icoon ............................................... 116 Vermindering van het rode-ogeneffect ............ 33 Verzadiging ................................................... 113 VGA ................................................................ 23 Video-CD .................................................. 92, 96 Volume ............................................................ 76 Voorzorgsmaatregelen ................................... 119 W Waarschuwingen en meldingen .................... 107 Weergavezoom ................................................ 61 Witbalans ........................................................ 56 Z Zachte-opname-modus.............................. 28, 36 Zelfdiagnosefunctie....................................... 110 Zelfontspanner ................................................ 31 Zoom ............................................................... 30 Zoomvergrotingsfactor.................................... 30 Index NL 133 2186445430 Gedruckt auf 100% Recyclingpapier mit Druckfarbe auf Pflanzenölbasis ohne VOC (flüchtige organische Bestandteile). Gedrukt op 100% kringlooppapier met VOC (vluchtige organische verbinding)-vrije inkt op basis van plantaardige olie. Sony Corporation Printed in Japan Auf unserer Kundendienst-Website finden Sie Zusatzinformationen zu diesem Produkt und Antworten auf häufig gestellte Fragen. Nadere bijzonderheden over dit product en de antwoorden op vaak gestelde vragen kunt u vinden op onze klantendienst Website.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254
  • Page 255 255
  • Page 256 256
  • Page 257 257
  • Page 258 258
  • Page 259 259
  • Page 260 260
  • Page 261 261
  • Page 262 262
  • Page 263 263
  • Page 264 264
  • Page 265 265
  • Page 266 266
  • Page 267 267
  • Page 268 268

Sony DSC-L1SBOXDI de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen