Documenttranscriptie
2-186-445-43 (1)
Digital Still Camera
Bedienungsanleitung
DE
Bitte lesen Sie diese Anleitung vor Inbetriebnahme der Kamera
sorgfältig durch, und bewahren Sie sie zum späteren Nachschlagen
auf.
Gebruiksaanwijzing
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door alvorens u het toestel
gaat bedienen. Bewaar de gebruiksaanwijzing zodat u deze later nog
kunt raadplegen.
DSC-L1
© 2004 Sony Corporation
NL
Nederlands
WAARSCHUWING
Om het gevaar van brand of
elektrische schokken te voorkomen,
mag het apparaat niet worden
blootgesteld aan regen of vocht.
Om elektrische schokken te
vermijden, mag de behuizing niet
worden geopend. Laat reparaties
uitsluitend door vakkundig
personeel uitvoeren.
Voor klanten in Nederland
Gooi de batterij niet weg maar lever deze in als
klein chemisch afval (KCA).
NL
2
Informatie voor kopers in
Europa
Dit product is getest volgens de EMC-richtlijn
voor het gebruik van aansluitkabels korter
dan 3 meter en voldoet aan de hierin gestelde
voorwaarden.
Let op
Een elektromagnetisch veld van de opgegeven
frequenties kan het beeld en geluid van deze
camera beïnvloeden.
Opmerking
Als door statische elektriciteit of
elektromagnetisme de gegevensoverdracht
wordt onderbroken (of mis gaat), start u het
applicatieprogramma dan opnieuw, of maak de
USB-kabel even los en sluit deze dan weer aan.
Opmerking
In sommige landen en gebieden zijn regels voor
het weggooien van de accu die gebruikt wordt
om dit apparaat van stroom te voorzien. Vraag
advies aan de plaatselijke overheid.
Alvorens u de camera gaat gebruiken
Proefopname
Voordat u een uniek evenement gaat filmen,
is het verstandig om eerst een proefopname te
maken, dit om ervan verzekerd te zijn dat de
camera naar behoren werkt.
Geen schadevergoeding voor
mislukte opnamen
Voor mislukte opnamen door een gebrekkige
werking van uw camera of opnamemedia, enz.
kan geen schadevergoeding worden geëist.
Reservekopieën
Om gegevensverlies te voorkomen, zorgt u dat u
altijd een reservekopie op een disc maakt.
Betreffende de uitwisseling van
beeldgegevens
• Deze camera voldoet aan de "Design rule for
Camera File system", de universele normen van
de JEITA (Japan Electronics and Information
Technology Industries Association).
• Er worden geen garanties gegeven dat beelden,
welke met deze camera zijn opgenomen,
kunnen worden weergegeven op andere
apparatuur, of dat beelden die met andere
apparatuur zijn opgenomen of gemonteerd,
kunnen worden weergegeven op deze camera.
Auteursrechten
Televisieprogramma’s, films, videobanden
en ander materiaal kunnen beschermd zijn
met auteursrechten. Het zonder toestemming
opnemen van dergelijk materiaal, kan in strijd
zijn met de wetten op de auteursrechten.
Niet met de camera schudden of er
tegenaan stoten
Indien u de camera schudt of er tegenaan stoot,
kan dit leiden tot defecten, mislukte opnamen,
incompatibiliteit met de "Memory Stick Duo"
of aantasting, beschadiging of verlies van
beeldgegevens en geheugeninhoud.
NL
NL
3
LCD-scherm, LCD-zoeker (alleen
modellen met een LCD-zoeker) en lens
• Het LCD-scherm en de LCD-zoeker
zijn vervaardigd met behulp van
precisietechnologie waardoor meer dan
99,99% van de pixels operationeel is. Soms
kunnen er op het LCD-scherm en in de LCDzoeker echter kleine zwarte en/of heldere
puntjes (wit, rood, blauw of groen) permanent
zichtbaar zijn. Dit is normaal en heeft geen
enkele invloed op het opgenomen beeld.
• Wees voorzichtig wanneer u de camera bij
een venster of buiten neerzet. Indien het LCDscherm, de zoeker of de lens langdurig wordt
blootgesteld aan direct zonlicht, kan dit tot
defecten leiden.
• Druk niet hard op het LCD-scherm. Het
scherm kan ongelijkmatig zijn en daardoor een
storing veroorzaken.
• In een koude omgeving kunnen de beelden
op het LCD-scherm nasporen vertonen. Dit is
normaal.
De elektrische zoomlens
Deze camera is uitgerust met een elektrische
zoomlens. Wees voorzichtig dat u niet tegen de
lens stoot en er geen kracht op uitoefent.
NL
4
De lensafdekking
De lensafdekking van deze camera gaat
automatisch open en dicht wanneer de
camera wordt ingeschakeld, respectievelijk
uitgeschakeld. Wees voorzichtig dat uw vingers
niet bekneld raken wanneer de lensafdekking
open of dicht gaat. Probeer ook niet met geweld
de lensafdekking te openen omdat hierdoor een
storing kan ontstaan.
Maak het venster van de flitser
schoon vóór deze te gebruiken
De hitte die vrijkomt bij het afgaan van de
flitser kan eventueel vuil op het venster van de
flitser doen verbranden of vastbakken waardoor
onvoldoende licht het voorwerp bereikt.
Laat de camera niet nat worden
Bij het maken van opnamen in de regen of
soortgelijke omstandigheden, moet u erop
letten dat de camera niet nat wordt. Water
dat de camera binnendringt, kan een storing
veroorzaken die niet in alle gevallen kan worden
verholpen. Wanneer er condensvorming optreedt,
zie pagina 119 en volg de aanwijzingen voor het
verwijderen van de condens alvorens u de camera
gaat gebruiken.
Stel de camera niet bloot aan zand
of stof
Als u de camera in zanderige of stoffige plaatsen
gebruikt, kunnen storingen optreden.
Richt de camera niet naar de zon of
ander fel licht
Dit kan leiden tot onherstelbare beschadiging van
uw ogen. Of het kan een storing van de camera
veroorzaken.
Opmerkingen betreffende de
gebruikslocatie van de camera
Gebruik de camera niet in de buurt van een plaats
waar sterke radiogolven worden gegenereerd
of straling wordt uitgestoten, of op een plaats
met een sterk magnetisch veld. Het is mogelijk
dat de camera dan niet goed kan opnemen of
weergeven.
Carl Zeiss-lens
Deze camera is uitgerust met een Carl Zeisslens, die scherpe beelden met uitstekend
contrast reproduceert.
De lens van deze camera is geproduceerd
onder een kwaliteitborgingssysteem
dat is gecertificeerd door Carl Zeiss in
overeenstemming met de kwaliteitsnormen
van Carl Zeiss, Duitsland.
De beelden in deze
gebruiksaanwijzing
De foto’s die in deze gebruiksaanwijzing
gebruikt worden als voorbeelden, zijn
gereproduceerde beelden die niet daadwerkelijk
met deze camera zijn opgenomen.
NL
5
Alvorens u de camera gaat gebruiken
"Memory Stick" die compatibel
zijn met deze camera
Het IC-opnamemedium dat in deze camera
wordt gebruikt is de "Memory Stick Duo".
Er zijn twee formaten "Memory Stick".
Kies het formaat "Memory Stick" dat in
uw camera past.
"Memory Stick Duo" (formaat dat in deze
camera past)
"Memory Stick"
• Voor verdere informatie over de "Memory
Stick Duo", zie pagina 121.
• "Memory Stick PRO" en "Memory Stick
PRO Duo" kunnen alleen worden gebruikt in
apparaten die compatibel zijn met "Memory
Stick PRO".
• Zie bladzijde 25 of 111 voor het aantal beelden
dat kan worden opgeslagen met deze camera.
NL
6
Een "Memory Stick Duo" gebruiken
in een apparaat dat compatibel is
met "Memory Stick"
Zorg ervoor dat u de "Memory Stick Duo"
in de bijgeleverde Memory Stick Duoadapter steekt.
Memory Stick Duo-adapter
Over de "InfoLITHIUM"-accu
De accu voor het eerst gebruiken
U moet de bijgeleverde NP-FT1 accu eerst
opladen (blz. 13).
Opnieuw opladen
De accu kan worden opgeladen, zelfs als
deze nog niet geheel leeg is. Bovendien
kan de accu worden gebruikt als deze
slechts gedeeltelijk is opgeladen.
De levensduur van de accu
verlengen
Wanneer u de camera gedurende een lange
tijd niet gaat gebruiken, schakelt u de
camera uit, haalt u de accu eruit en bewaart
u deze op een koele plaats om de werking
van de accu niet te schaden (blz. 124).
• Zie bladzijde 123 voor verdere informatie over
de "InfoLITHIUM"-accu.
Handelsmerken
•
is een handelsmerk van Sony
Corporation.
• "Memory Stick",
, "Memory Stick PRO",
, "Memory Stick Duo",
, "Memory Stick PRO Duo",
, "MagicGate" en
zijn handelsmerken van
Sony Corporation.
• "InfoLITHIUM" is een handelsmerk van Sony
Corporation.
• Picture Package is een handelsmerk van Sony
Corporation.
• Microsoft, Windows, Windows Media
en DirectX zijn wettig gedeponeerde
handelsmerken of handelsmerken van
Microsoft Corporation in de V.S. en/of andere
landen.
• Macintosh, Mac OS, QuickTime, iMac,
iBook, PowerBook, Power Mac en eMac
zijn handelsmerken of wettig gedeponeerde
handelsmerken van Apple Computer, Inc.
• Macromedia en Flash zijn wettig gedeponeerde
handelsmerken of handelsmerken van
Macromedia, Inc. in de Verenigde Staten en/of
andere landen.
• Intel, MMX en Pentium zijn wettig
gedeponeerde handelsmerken of
handelsmerken van Intel Corporation.
• Alle andere in deze gebruiksaanwijzing
vermelde systeem- en productnamen zijn
in het algemeen handelsmerken of wettig
gedeponeerde handelsmerken van de
betreffende ontwikkelaars of fabrikanten.
Echter, in deze gebruiksaanwijzing zijn de
aanduidingen ™ en ® in alle voorkomende
gevallen weggelaten.
NL
7
Inhoud
Alvorens u de camera gaat gebruiken ....... 3
Alvorens u de camera gaat gebruiken ....... 6
Onderdelen .............................................. 10
Een statief bevestigen ......................... 12
Voorbereidingen
Opladen van de accu ............................... 13
Gebruik van de netspanningsadapter ...... 16
Gebruik van de camera in het
buitenland ....................................... 16
In- en uitschakelen van de camera .......... 17
Gebruik van de regelknop ....................... 17
De datum en tijd instellen ....................... 18
De taalinstelling wijzigen ....................... 20
Opnemen van stilstaande
beelden
Plaatsen en verwijderen van een "Memory
Stick Duo" ...................................... 21
Instellen van het beeldformaat van de
stilstaande beelden .......................... 22
Beeldformaat en -kwaliteit ...................... 23
Het aantal stilstaande beelden dat
opgeslagen kan worden .................. 25
Basisopname van stilstaande beelden
— Met automatische regeling ........ 26
Controleren van het laatst opgenomen
beeld
— Quick Review ............................ 29
NL
8
Indicaties op het LCD-scherm tijdens
het opnemen ................................... 29
Gebruik van de zoomfunctie ............... 30
Zelfontspanner gebruiken ................... 31
Een flitsmodus kiezen ......................... 32
De datum en tijd opnemen op een
stilstaand beeld ............................... 34
Opnemen in overeenstemming met de
situatie
— Scènekeuze ................................ 36
Bekijken van stilstaande
beelden
Beelden bekijken op het LCD-scherm van
uw camera....................................... 40
Stilstaande beelden wissen
Beelden wissen........................................ 42
Formatteren van een
"Memory Stick Duo" ...................... 44
Voorafgaand aan
geavanceerde bedieningen
Aanwijzingen voor instelling en bediening
van uw camera ................................ 46
De menu-instellingen wijzigen ........... 46
De onderdelen van het Setup-scherm
wijzigen .......................................... 47
Kwaliteit van het stilstaand beeld
kiezen.............................................. 47
Een map aanmaken of kiezen ................. 48
Een nieuwe map aanmaken ................ 48
De opnamemap veranderen ................ 49
Geavanceerd opnemen van
stilstaande beelden
Een automatische scherpstellingsmethode
kiezen.............................................. 50
Een scherpstelbereik-zoekerkader
kiezen
— AF-bereikzoeker ........................ 50
Een scherpstellingsmethode kiezen
— AF-functie .................................. 51
Belichting regelen
— EV-afstelling .............................. 52
Een histogram afbeelden .................... 53
Keuze van de lichtmeetfunctie ................ 55
Kleurtinten afstellen
— Witbalans ................................... 56
Het flitserniveau instellen
— Flitserniveau .............................. 57
Continu opnemen .................................... 57
16 Frames achter elkaar opnemen
— Multi Burst ................................ 58
Opnemen met speciale effecten
— Beeldeffect ................................. 59
Geavanceerd bekijken van
stilstaande beelden
Een map kiezen en beelden weergeven ... 60
Een deel van een stilstaand beeld
vergroten ......................................... 61
Een beeld vergroten
— Vergrote weergave ..................... 61
Weergave van opeenvolgende beelden
— Diavoorstelling .......................... 62
Stilstaande beelden roteren ..................... 62
Beelden opgenomen in de Multi Burst
functie weergeven ........................... 63
Continu weergeven ............................. 63
Frame-voor-frame weergeven ............. 64
Beelden beveiligen
— Beveiliging ................................ 64
Beeldformaat veranderen
— Formaat veranderen ................... 66
Stilstaande beelden
afdrukken
Stilstaande beelden afdrukken ................ 67
Rechtstreeks afdrukken ........................... 68
Beelden afdrukken in een winkel ............ 73
Bewegende beelden
Opnemen van bewegende beelden .......... 75
Bewegende beelden bekijken op het LCDscherm ............................................ 76
Bewegende beelden wissen ..................... 77
Knippen van bewegende beelden ............ 78
Bekijken van de beelden op
uw computer
Beelden kopiëren naar uw computer
— Voor gebruikers van Windows ... 80
Het USB-stuurprogramma
installeren ....................................... 81
De camera aansluiten op de
computer ......................................... 82
Beelden kopiëren ................................ 83
Bekijken van de beelden op uw
computer ......................................... 85
Beeldbestand-geheugenlocaties en
bestandsnamen................................ 86
Beeldbestanden bekijken met de camera
nadat ze naar de computer zijn
gekopieerd ...................................... 88
Installeren van "Picture Package" en
"ImageMixer VCD2" ...................... 88
Beelden kopiëren met
"Picture Package" ........................... 90
"Picture Package" gebruiken .............. 91
Beelden afdrukken .............................. 93
Beelden kopiëren naar uw computer
— Voor gebruikers van
Macintosh ....................................... 93
"ImageMixer VCD2" gebruiken ......... 95
Verhelpen van storingen
Verhelpen van storingen .......................... 97
Waarschuwingen en meldingen ............ 107
Zelfdiagnosefunctie
– Indien er een code verschijnt die
met een letter begint ..................... 110
Aanvullende informatie
Aantal beelden dat kan worden opgeslagen
of opnameduur .............................. 111
Menuonderdelen ................................... 112
SET UP-onderdelen .............................. 115
Voorzorgsmaatregelen ........................... 118
"Memory Stick" .................................... 121
Betreffende de "InfoLITHIUM" accu ... 123
Technische gegevens ............................. 124
LCD-scherm.......................................... 126
Index
Index ..................................................... 131
NL
9
Onderdelen
Nadere bijzonderheden over de bediening vindt u op de tussen haakjes vermelde bladzijden.
1
2
3
POWER
7
8
9
0
4
5
6
qa
qs
qd
qf
Modusschakelaar (18, 112)
: Voor het opnemen van
bewegende beelden
: Voor het opnemen van
stilstaande beelden
: Voor het bekijken of
bewerken van beelden
Sluiterknop (27)
Voor opname: Zoomknop (W/T)
(30)
Voor weergave: / knop
(weergavezoomknop) (61) /
knop (indexknop) (41)
Flitser (32)
Zelfontspannerlampje (32)/
AF-illuminator (33, 115)
Schroefgleuf (12)
POWER-toets (17)
POWER-lampje (17)
Microfoon (75)
(USB)-aansluiting (69, 82)
DC IN-bus (13, 16)
Busbeschermdop (13, 16)
Bevestigingsgleuf voor de
statiefadapter (12)
Lens
NL
10
1
2
3
4
Luidspreker
7
LCD-scherm
8
Voor informatie over de onderdelen van het
LCD-scherm, zie pagina 126 tot 129.
9
(Beeldformaat/Wissen)toets (22, 42)
0
(Display/LCD-achtergrondverlichting aan/uit)-toets
(29)
qa
MENU-toets (46, 112)
5
qs
6
Regelknop
Menu aan: //// (17)/
Menu uit: / //
(32/31/29/55)
/CHG-lampje (oranje) (14)
qd
Batterij/"Memory Stick Duo"deksel
Accu-uitwerphendel (13)
RESET-toets (97)
Toegangslampje (21)
Haak voor halsriem
Vastmaken van de riem
Wij adviseren u de polsriem te bevestigen
om te voorkomen dat de camera valt.
Interne deksel van knoopbatterij
• Hierachter zit een oplaadbare knoopbatterij.
Open dit deksel niet omdat hierdoor
een storing kan worden veroorzaakt.
NL
11
Een statief bevestigen
Door de camera op een statief te bevestigen
kunt u scherpe beelden opnemen met
weinig of geen beeldtrillingen. Wanneer u
een statief aan de camera bevestigt, moet u
eerst de statiefadapter bevestigen.
De statiefadapter bevestigen
1 Steek het uitsteeksel van de
statiefadapter in de bevestigingsgleuf
voor de statiefadapter op de camera.
• U kunt een statief niet rechtstreeks aan
de camera bevestigen.
2 Zorg ervoor dat de vergrendelschroef
overeenkomt met de schroefgleuf op de
camera en draai de vergrendelschroef
daarna om de statiefadapter aan de
camera te bevestigen.
1
2
3
4
Bevestigingsgleuf voor de
statiefadapter
Schroefgleuf
Vergrendelschroef
Uitsteeksel
NL
12
5
6
Vergrendelschroef
Schroefgat voor het statief
Bevestig het statief hier.
• Lees de gebruiksaanwijzing van het statief dat
u wilt gebruiken voor de bevestigingsmethode
van het statief.
• Gebruik een statief met een schroeflengte van
minder dan 5,5 mm. U kunt de statiefadapter
niet stevig bevestigen op statieven met langere
schroeven en als u dit toch probeert kan de
camera worden beschadigd.
• Wees voorzichtig dat de punt van de
vergrendelschroef de camera niet bekrast.
Opladen van de accu
Voorbereidingen
Gelijkstroomstekker
De zijde met het "InfoLITHIUM" logo
Netspanningsadapter
1
Open het batterij/"Memory
Stick Duo" deksel.
Schuif het deksel in de richting van het
pijltje.
• Schakel uw camera uit wanneer u de
batterij oplaadt (blz. 17).
• Uw camera werkt op een "InfoLITHIUM" NPFT1 accu (type T) (bijgeleverd). U kunt alleen
een type T accu gebruiken (blz. 123).
2
Batterij-uitwerphendel
3
Busbeschermdop
Installeer de batterij en sluit
daarna het batterij/"Memory
Stick Duo" deksel.
Sluit de netspanningsadapter
(bijgeleverd) aan op de DC INaansluiting van de camera.
Controleer dat de accu helemaal erin is
geplaatst en sluit daarna het deksel.
Sluit de gelijkstroomstekker aan met het
teken omhoog.
Gleuf voor de accu
• Sluit de gelijkstroomstekker van de
netspanningsadapter niet kort met een metalen
voorwerp, omdat hierdoor een storing kan
ontstaan.
• Maak de gelijkstroomstekker van de
netspanningsadapter schoon met een droog
wattenstaafje. Gebruik de netspanningsadapter
niet met een vuile stekker. Als u de
netspanningsadapter met een vuile stekker
gebruikt, is het mogelijk dat de accu niet goed
wordt geladen.
Plaats de accu dusdanig,
dat de punt van de
-symbolen, op de
zijkant van de accu,
wijst naar de punt van
het -symbool op de
gleuf voor de accu.
• De accu kan gemakkelijk worden geplaatst
door de accu-uitwerphendel naar de voorkant
van de camera te plaatsen met behulp van de
punt van de accu.
NL
13
Naar een
stopcontact
Batterij-restladingsindicatie
De accu verwijderen
De batterij-restladingsindicatie op het
LCD-scherm geeft aan hoeveel tijd er nog
beschikbaar is voor opnemen of bekijken.
Restladingsindicatie
4
60min
Netsnoer
Sluit het netsnoer aan op de
netspanningsadapter en op
een stopcontact.
Het /CHG-lampje licht op wanneer het
opladen begint.
/CHG lampje
Resterende tijd
• Het is mogelijk dat de aangegeven resterende
tijd niet juist is vanwege de omstandigheden of
vanwege de omgeving.
Oplaadtijd
Benodigde tijd (bij benadering) om een
volledig ontladen accu op te laden met
behulp van de netspanningsadapter bij een
temperatuur van 25°C.
Accu
Oplaadtijd (min.)
NP-FT1 (bijgeleverd) Circa 150
Het /CHG-lampje gaat uit wanneer het
opladen klaar is.
NL
14
• Nadat de accu is opgeladen, koppelt u de
netspanningsadapter los van zowel de DC
IN-aansluiting als van de camera en het
stopcontact.
• De oplaad tijd kan langer worden afhankelijk
van de gebruiksonstandigheden en de
omgeving.
Open het batterij/"Memory Stick Duo"deksel. Schuif de batterij-uitwerphendel
in de richting van het pijltje en verwijder
de accu.
• Pas op dat u de accu niet laat vallen wanneer u
deze verwijdert.
De tabel geeft bij benadering het aantal
beelden en de levensduur van de accu aan
dat kan worden opgenomen/weergegeven
wanneer u beelden opneemt in de normale
functie met een volledig opgeladen accu
(bijgeleverd) bij een temperatuur van
25°C. Het aantal beelden dat kan worden
opgenomen of weergegeven maken
het mogelijk de "Memory Stick Duo"
te wisselen, indien noodzakelijk. De
werkelijke aantallen kunnen lager zijn al
naar gelang de omstandigheden.
• Het batterijvermogen wordt minder naarmate
u de batterij meer gebruikt en naarmate de tijd
verstrijkt (blz. 123).
Opnemen van stilstaande
beelden
Onder gemiddelde
omstandigheden1)
Bekijken van stilstaande
beelden2)
Beeldformaat
NP-FT1 (bijgeleverd)
NP-FT1 (bijgeleverd)
Aantal
beelden
Levensduur van
batterij (min.)
4M
Circa 5200
Circa 260
VGA (E-mail)
Circa 5200
Circa 260
AchtergrondBeeld- verformaat lichting
van het
LCDscherm
Aantal
beelden
4M
Aan
Circa 240 Circa 120
NP-FT1 (bijgeleverd)
Uit
Circa 280 Circa 140
Aan
Circa 240 Circa 120
LSD-scherm LCD-achtergrondverAan
lichting Uit
Uit
Circa 280 Circa 140
VGA
(EMail)
1)
Levensduur
van batterij
(min.)
2)
Voorbereidingen
Aantal beelden dat kan
worden opgenomen/
weergegeven en levensduur
van de accu
Weergeven van enkelvoudige beelden op
volgorde met tussenpozen van drie seconden
Opnemen van bewegende
beelden3)
Opnemen in de volgende situaties:
–
(P.Quality) staat op [Fine].
– Als u iedere 30 seconden eenmaal opneemt
– Als de zoom beurtelings tussen de uiterste
W- en T-kant omschakelt
– Als de flitser iedere twee keer eenmaal afgaat
– Als de stroom iedere tien keer eenmaal aan
en uit gaat
– Wanneer [AF Mode] is ingesteld op [Single]
op het Setup-scherm
De meetmethode is gebaseerd op de CIPAnorm. (CIPA: Camera & Imaging Products
Association)
Circa 100 min. Circa 120 min.
3)
Continu bewegende beelden opnemen met
beeldformaat [160]
• Het aantal beelden dat kan worden opgenomen/
weergegeven en de levensduur van de accu
worden versneld lager/korter onder de
volgende omstandigheden:
– Wanneer de omgevingstemperatuur laag is
– Wanneer de flitser wordt gebruikt
– Wanneer de camera veelvuldig in- en
uitgeschakeld wordt
– Wanneer de zoom veelvuldig wordt gebruikt
– Wanneer [LCD Backlight] is ingesteld op
[Bright] op het Setup-scherm
– Wanneer [AF Mode] is ingesteld op
[Monitor] op het Setup-scherm
– Wanneer de batterij zwak is
NL
15
Gebruik van de netspanningsadapter
Gelijkstroomstekker
Naar een
stopcontact
Netspanningsadapter
1
Busbeschermdop
Open de busbeschermdop van
het gelijkstroomaansluitpunt
en sluit de
netspanningsadapter
(meegeleverd) aan op de DC
IN-aansluitbus van uw camera.
Sluit de gelijkstroomstekker aan, met de
aanduiding naar boven.
• Sluit de netspanningsadapter aan op een
makkelijk bereikbaar muurstopcontact in de
buurt. Indien er zich tijdens het gebruik van de
adapter een of ander probleem voordoet, trek
dan de stekker onmiddellijk uit het stopcontact.
NL
16
2
Netsnoer
Sluit het netsnoer aan op de
netspanningsadapter en op
een stopcontact.
• Gebruik de netspanningsadapter niet in een
nauwe ruimte, zoals tussen een muur en
meubels.
• Nadat het opladen klaar is haalt u de
netspanningsadapter uit de DC IN-aansluitbus
van de camera en trekt u de stekker van het
netsnoer uit het stopcontact.
• Het apparaat is niet losgekoppeld van de
netspanning zolang de stekker nog in het
stopcontact zit, ook niet als het apparaat zelf
uitgeschakeld is.
Gebruik van de camera
in het buitenland
Spanningsbronnen
U kunt uw camera in alle landen
en gebieden gebruiken met de
netspanningsadapter/Netsnoer (bijgeleverd)
tussen 100 V t/m 240 V wisselspanning
van 50/60 Hz. Als de stekker van de
adapter niet in het stopcontact [a] past,
moet u een in de handel verkrijgbaar
verloopstuk [b] gebruiken.
AC-LS5/LS5B
• Gebruik geen elektronische transformator
(reisadapter) omdat deze een defect kan
veroorzaken.
In- en uitschakelen van de camera
POWER-lampje
POWER-toets
Druk op POWER.
Het POWER-lampje (groen) gaat branden
en de camera is nu ingeschakeld. Wanneer
u de camera voor het eerst inschakelt,
verschijnt het Clock Set-scherm (blz. 18).
Uitschakelen van de camera
Druk opnieuw op POWER. Het
POWER-lampje dooft en de camera is nu
uitgeschakeld.
• Laat de camera niet langdurig met
een uitgeschoven lens liggen terwijl
de accu eruit is gehaald en de
netspanningsadapter is losgekoppeld,
omdat hierdoor een storing kan worden
veroorzaakt.
• Als u de camera inschakelt terwijl de
modusschakelaar in de stand
of
staat,
beweegt de lens. Raak het lensgedeelte niet aan
wanneer dit in werking is.
Automatische
uitschakelingsfunctie
Wanneer u de camera tijdens het opnemen
of bekijken of tijdens het uitvoeren van
Setup gedurende circa drie minuten niet
bedient, wordt de camera automatisch
uitgeschakeld om de batterij te sparen. De
automatische uitschakelingsfunctie werkt
alleen wanneer de camera op een accu
wordt bediend. In de volgende situaties zal
de camera ook niet automatisch worden
uitgeschakeld.
• Wanneer u bewegende beelden bekijkt
• Wanneer u een diavoorstelling weergeeft
• Wanneer een USB-kabel is aangesloten
Voorbereidingen
POWER
Gebruik van de
regelknop
Camera 1
1
2
1
2
AF Mode:
Digital Zoom:
Date/Time:
Red Eye Reduction:
AF Illuminator:
Auto Review:
MENU
SELECT
1
File Number:
Single
Smart
Off
Off
Auto
Off
Setup 2
2
USB Connect:
Clock Set:
OK
Cancel
1
2
Om de huidige instellingen van de camera
te veranderen, roept u het menu of het
Setup-scherm (blz. 47) op en gebruikt u
de regelknop om de veranderingen aan te
brengen.
Voor instelling van een menuonderdeel
drukt u op /// op de regelknop
om het gewenste onderdeel en instelling
te kiezen, en de instelling te realiseren.
Voor instelling van een Setup-onderdeel
drukt u op /// op de regelknop om
het gewenste onderdeel en instelling te
kiezen, en drukt u vervolgens op om de
instelling te realiseren.
NL
17
De datum en tijd instellen
Clock Set
Modusschakelaar
Clock Set
Y/M/D
M/D/Y
D/M/Y
POWER
2004 / 1 /
1
Y/M/D
M/D/Y
D/M/Y
12 : 00
2004 / 1 /
OK
AM
Cancel
1
12 : 00
OK
AM
Cancel
POWER-toets
1
Zet de modusschakelaar in de
stand .
• Om de datum en tijd te veranderen
op het Setup-scherm, kiest u [Clock
Set] in 2 (Setup 2) (blz. 47 en 117),
en volgt u de procedure vanaf stap
.
• U kunt deze procedure ook uitvoeren wanneer
de modusschakelaar op
of
staat.
NL
18
2
Druk op POWER om de
camera in te schakelen.
Het POWER-lampje (groen) gaat branden
en het Clock Set-scherm verschijnt op het
LCD-scherm.
3
Kies de gewenste
datumweergave met / op de
regelknop en druk daarna op
.
U hebt de keuze uit [Y/M/D] (jaar/maand/
dag), [M/D/Y] (maand/dag/jaar) en [D/M/
Y] (dag/maand/jaar).
• Indien de oplaadbare knoopbatterij (blz. 119),
die de stroom levert voor het opslaan van
de tijdinformatie, ooit bijna leeg raakt, zal
opnieuw het Clock Set-scherm verschijnen.
Wanneer dit gebeurt, moet u de datum en tijd
opnieuw instellen door te beginnen bij stap
hierboven.
1
2005 / 1 /
12 : 00
OK
AM
Cancel
4
Kies het onderdeel (jaar,
maand, dag, uur of minuut) dat
u wilt instellen met / op de
regelknop.
Het onderdeel dat u wilt instellen, wordt
aangegeven met /.
Y/M/D
M/D/Y
D/M/Y
Y/M/D
M/D/Y
D/M/Y
Y/M/D
M/D/Y
D/M/Y
2004 / 1 /
Voorbereidingen
Clock Set
Clock Set
Clock Set
1
2005 / 1 /
10 : 00
OK
AM
Cancel
5
1
10 : 30
OK
AM
Cancel
6
Stel de numerieke waarde
in met / op de regelknop
en druk daarna op de
om de ingestelde waarde te
bevestigen.
Kies [OK] met op de
regelknop en druk daarna op
.
Nadat het cijfer is ingevoerd, gaat /
naar het volgende onderdeel. Herhaal
stap en totdat alle onderdelen zijn
ingesteld.
• Om de instelling van de datum en tijd te
annuleren, kiest u [Cancel] met /// op
de regelknop en daarna drukt u op .
De datum en tijd worden ingevoerd en de
klok begint te lopen.
• Indien u bij stap [D/M/Y] hebt gekozen,
wordt de tijd aangegeven volgens het 24urensysteem.
• Middernacht wordt aangegeven met 12:00 AM,
en midden op de dag met 12:00 PM.
NL
19
De taalinstelling wijzigen
U kunt een gewenste taal kiezen voor
de schermen met menuonderdelen,
waarschuwingen en meldingen.
Om de taalinstelling te veranderen, kiest
u (Language) in
(Setup 1) in het
Setup-scherm (blz. 47 en 116), en kiest u
de gewenste taal.
1
NL
20
Plaatsen en verwijderen van een "Memory Stick Duo"
Opnemen van stilstaande beelden
Kant met
aansluitingen
1
Open het batterij/"Memory
Stick Duo" deksel.
Schuif het deksel in de richting van het
pijltje.
• Bij gebruik van deze camera is de
Memory Stick Duo-adapter (bijgeleverd)
niet noodzakelijk.
• Voor verdere informatie over de "Memory
Stick Duo", zie blz. 121.
2
Plaats de "Memory Stick Duo".
Steek een "Memory Stick Duo" helemaal
naar binnen zoals aangegeven totdat deze
vastklikt.
• Zorg ervoor dat u de "Memory Stick Duo" in
de juiste richting plaatst en deze helemaal in
de aansluiting steekt. Als de "Memory Stick
Duo" niet juist in de camera is geplaatst, kan
het onmogelijk zijn de beelden op de "Memory
Stick Duo" op te nemen of weer te geven.
Bovendien kan dit leiden tot een storing in
zowel de camera als de "Memory Stick Duo".
3
Toegangslampje
Sluit het batterij/"Memory
Stick Duo" deksel.
Verwijderen van een "Memory Stick
Duo"
Open het deksel van de batterij/"Memory
Stick Duo" en duw tegen de "Memory
Stick Duo" zodat deze eruit springt.
• Wanneer het toegangslampje brandt,
neemt de camera op of leest deze
een beeld. In deze situatie mag u de
"Memory Stick Duo" nooit verwijderen
en nooit het apparaat uitschakelen. De
gegevens kunnen beschadigd worden.
NL
21
Instellen van het beeldformaat van de stilstaande beelden
4M
1
Zet de modusschakelaar op
en schakel de camera in.
4M
4M
3:2
Modusschakelaar
3:2
3M
1M
VGA(E-Mail)
Image Size
2
Druk op
3M
1M
VGA(E-Mail)
Image Size
VGA
3
(Beeldformaat).
Het Image Size-instelmenu wordt
afgebeeld.
• Voor verdere informatie over het beeldformaat,
zie blz. 23.
Kies het gewenste
beeldformaat met / op de
regelknop.
Het beeldformaat is nu ingesteld.
Nadat u klaar bent met het maken
van instellingen, drukt u op
(Beeldformaat) zodat het instelmenu Image
Size van het LCD-scherm verdwijnt.
• Het hier gekozen beeldformaat blijft ook na het
uitschakelen van de camera bewaard.
NL
22
Beeldformaat en -kwaliteit
Korte beschrijving van het beeldformaat
2304
640
1728
Opnemen van stilstaande beelden
Onderstaande tekening geeft een overzicht van het beeldformaat met een
maximuminstelling en een minimuminstelling aan.
480
U kunt het beeldformaat (aantal
beeldpunten) en de beeldkwaliteit
(compressieverhouding) kiezen aan de
hand van het soort beelden dat u wilt
opnemen.
Het beeldformaat wordt aangegeven
door het aantal pixels (beeldpunten)
(horizontaal × verticaal), waaruit een
beeld is opgebouwd. Bijvoorbeeld, een
beeldformaat van 4M (2304×1728) geeft
aan dat er horizontaal 2304 pixels en
verticaal 1728 pixels zijn. Hoe talrijker
het aantal pixels, des te groter het
beeldformaat.
U kunt kiezen uit Fine (hoge)
beeldkwaliteit of Standard (normale)
beeldkwaliteit. Bij elk wordt een andere
mate van comprimeren gebruikt.
Als u Fine kiest, wordt de beeldkwaliteit
verhoogd bij vergroting van het
beeldformaat, echter de gegevensopslag
wordt ook vergroot wat betekent dat
u minder beelden kunt opslaan op de
"Memory Stick Duo". Raadpleeg de
tabel aan de rechterzijde en kies het
beeldformaat en de beeldkwaliteit dat
geschikt is voor het soort beelden dat u
wilt opnemen.
Grootte weergave
4M 4M
2304 pixels × 1728 pixels = 3.981.312 pixels
Grootte weergave
VGA (E-Mail) VGA
640 pixels × 480 pixels = 307.200 pixels
Voorbeelden m.b.t. beeldformaat
Beeldformaat
1)
4M (2304×1728)
Aanwijzingen voor gebruik
Groter
3:22) (2304×1536)
• Voor het opslaan van belangrijke beelden, afdrukken op
A4-formaat, of afdrukken van A5-formaat beelden met
een hoge resolutie
3M (2048×1536)
1M (1280×960)
VGA (E-Mail)
(640×480)
• Voor het afdrukken op briefkaartformaat
Kleiner
• Voor het opnemen van een groot aantal beelden
• Voor het verbinden van beelden aan e-mailberichten, of
voor het maken van een homepage
1)
De fabrieksinstelling is [4M]. Dit is de hoogste beeldkwaliteit op deze camera.
2)
De beelden worden opgenomen in dezelfde 3:2 beeldverhouding als fotopapier, briefkaarten, enz.
NL
23
Voorbeelden m.b.t. beeldkwaliteit
Beeldkwaliteit
(Mate van comprimeren)
Fine
Minimaal
comprimeren
(ziet er beter uit)
Standard
Maximaal
comprimeren
(normaal)
Gebruiksadvies
• Voor opnamen of afdrukken met een betere beeldkwaliteit.
NL
24
• Voor een groot aantal opnamen.
Het aantal stilstaande beelden dat opgeslagen kan worden
Het aantal beelden dat op een opgeslagen kan worden "Memory
Stick Duo"1)
• Onderstaande tabel laat bij benadering het aantal beelden zien dat kan worden opgenomen op een
"Memory Stick Duo" die in deze camera is geformatteerd.
(Eenheden: aantal beelden)
Capaciteit
Beeldformaat
16MB
32MB
64MB
128MB
256MB
512MB
4M
8
(14)
16
(30)
32
(60)
65
(121)
119
(216)
242
(440)
3:2
8
(14)
16
(30)
32
(60)
65
(121)
119
(216)
242
(440)
3M
10
(18)
20
(37)
41
(74)
82
(149)
148
(264)
302
(537)
1M
24
(46)
50
(93)
101
(187)
202
(376)
357
(649)
726
(1320)
VGA (E-Mail)
97
(243)
196
(491)
394
(985)
790
(1975)
1428
(3571)
2904
(7261)
Opnemen van stilstaande beelden
Het aantal beelden dat kan worden opgeslagen in de instelling [P.Quality] [Fine]
([Standard])2) wordt hieronder aangegeven.
• Wanneer beelden die zijn opgenomen met
eerdere Sony modellen worden weergegeven
op deze camera, kan het display anders zijn
dan het werkelijke beeldformaat.
• Wanneer de beelden op het LCD-scherm van
de camera worden bekeken, zijn ze allemaal
even groot.
• Het aantal beelden dat kan worden
opgeslagen kan verschillen afhankelijk van de
opnamefunctie, opnameomstandigheden en
onderwerp.
• Wanneer het aantal resterende beelden om op
te nemen hoger is dan 9.999, verschijnt de
">9999" indicatie op het LCD-scherm.
• Het formaat van de beelden kunt u later
veranderen (Beeldformaat-instelfunctie,
blz. 66).
1)
Wanneer [REC Mode] op [Normal] staat.
Voor het aantal beelden dat in andere instellingen kan worden opgeslagen, zie blz. 111.
2)
Voor verdere informatie over de instelling van de beeldkwaliteit (compressieverhouding), zie blz. 47.
NL
25
Basisopname van stilstaande beelden — Met automatische regeling
Op de juiste manier
vasthouden van de camera
Modusschakelaar
1
Zet de modusschakelaar op
en schakel de camera in.
Wees bij het opnemen van beelden met de
camera voorzichtig dat uw vingers niet de
lens, de flitser, de microfoon of het /CHGlampje blokkeren. (blz. 10)
NL
26
• De lensafdekking gaat open wanneer de
camera wordt ingeschakeld terwijl de
modusschakelaar in de stand
of
staat.
• Raak het lensgedeelte niet aan terwijl de
camera in gebruik is, bijvoorbeeld wanneer
u op POWER drukt om de camera in te
schakelen of wanneer de zoomfunctie werkt
(blz. 30).
2
Houd de camera stevig
met beide handen vast en
positioneer het onderwerp
in het midden van het
scherpstelframe.
• Deze camera is uitgerust met een Auto
Macro AF-functie. De minimaal benodigde
scherpstellingsafstand vanaf het lensoppervlak
is ongeveer 12 cm aan de W-kant en ongeveer
50 cm aan de T-kant.
• Het frame, aangegeven op het LCD-scherm,
laat het instelbereik van de scherpstelling zien
(AF-bereikzoeker, blz. 50).
60min
3
96
101
95
Modusschakelaar
Wanneer u de modusschakelaar op
zet, veranderen de functies die u kunt
gebruiken als volgt volgens
(Camera)
op het menu.
S AF
30 F3.5
AE/AF-vergrendelingsindicatie
Knippert groen
Is aan
VGA
Opnemen van stilstaande beelden
S AF
60min
VGA FINE 101
4
Program
Auto
Camera
Mode
Houd de sluiterknop tot
halverwege ingedrukt.
Druk de sluiterknop volledig
in.
De pieptoon klinkt, maar het beeld
is nog niet opgenomen. Wanneer de
AE/AF-vergrendelingsindicatie stopt met
knipperen en continu gaat branden, is de
camera gereed voor opname.
(Het LCD-scherm kan een fractie van een
seconde bevroren worden, afhankelijk van
het onderwerp.)
De sluiter maakt een geluid. Het beeld
wordt vastgelegd op de "Memory Stick
Duo". Het opgenomen beeld wordt
gedurende ongeveer twee seconden
afgebeeld (Auto Review, blz. 115).
• Als u de sluiterknop loslaat, wordt het
opnemen geannuleerd.
• U kunt verder gaan met opnemen, zelfs als
de camera geen pieptoon laat horen, maar er
wordt dan niet goed scherpgesteld.
• Wanneer op het Setup-scherm [Beep] is
ingesteld op [Off] zal geen pieptoon klinken
(blz. 116).
• Wanneer de camera van stroom wordt voorzien
met behulp van een accu en u de camera tijdens
het opnemen of weergeven gedurende een
tijdje niet bedient, schakelt de camera zichzelf
automatisch uit om te voorkomen dat de accu
leeg raakt (blz. 17).
Automatisch opnemen van
stilstaande beelden [Auto]
De scherpstelling, belichting en witbalans
worden automatisch ingesteld voor
gemakkelijk opnemen. Bovendien wordt
de beeldkwaliteit ingesteld op [Fine]
(blz. 47), wordt het AF-bereikzoekerframe
ingesteld op [Multi AF], en wordt de
lichtmeetfunctie ingesteld op lichtmeting
met meerdere patronen [Multi] (blz. 50
en 55).
Alleen
(Camera), [Mode] (REC Mode)
en
(Setup) verschijnen op het menu.
NL
27
Geprogrammeerd opnemen van
stilstaande beelden [Program]
De noodzakelijke instellingen
worden automatisch gemaakt, zoals
bij het automatisch opnemen van
stilstaande beelden, maar u kunt ook de
scherpstellingen en andere instellingen
naar wens veranderen. Daarnaast kunt u
ook de gewenste opnamefuncties instellen
met behulp van menu’s (blz. 46 en 112).
(Schemerfunctie) (blz. 36)
(Schemer-portretfunctie) (blz. 36)
(Landschapsfunctie) (blz. 36)
(Zachte-opname-modus) (blz. 36)
(Sneeuwfunctie) (blz. 36)
(Strandfunctie) (blz. 37)
(Kaarslichtfunctie) (blz. 37)
NL
28
De opnamemethode
omschakelen
1 Zet de modusschakelaar in de stand
2 Druk op MENU.
3 Kies
(Camera) met op de
regelknop.
4 Kies het gewenste opnamefunctie met
/ op de regelknop.
Automatische scherpstelling
.
Wanneer u probeert een onderwerp
op te nemen waarop moeilijk
scherpgesteld kan worden, gaat de
AE/AF-vergrendelingsindicatie langzaam
knipperen. Bovendien klinkt de pieptoon
van de AE-vergrendelingsfunctie niet.
Onder de volgende omstandigheden bestaat
de kans dat de automatische scherpstelling
niet werkt. In dergelijke gevallen dient
u de sluiterknop los te laten, een nieuwe
compositie van het beeld te maken en de
scherpstelling opnieuw te regelen.
• Het onderwerp is te ver verwijderd van
de camera en te donker.
• Er is te weinig contrast tussen het
onderwerp en de achtergrond.
• Het onderwerp bevindt zich achter glas,
zoals een raam.
• Een snel bewegend onderwerp.
• Het onderwerp reflecteert of heeft een
glanzende afwerking, zoals een spiegel
of een lichtgevend lichaam.
• Een flitsend onderwerp.
• Een onderwerp met tegenlicht.
Er zijn twee automatische scherpstellingsfuncties: "AF-bereikzoekerframe" waarbij
scherpstelling plaats vindt d.m.v. de positie
en de grootte van het onderwerp, en de
"Automatische scherpstelling" waarmee de
begintijd en stoptijd van de scherpstelling
ingesteld wordt. Zie blz. 50 voor verdere
informatie.
Controleren van het laatst
opgenomen beeld — Quick Review
60min
VGA
101
Indicaties op het LCD-scherm
tijdens het opnemen
Histogram aan (Beeldinformatie kan ook
worden afgebeeld tijdens weergave.)
8/8
Review
101-0029
VGA
101
Opnemen van stilstaande beelden
60min
96
2005 1 1 10:30PM
RETURN
S AF
Indicaties uit
Druk op () op de
regelknop.
Bij elke druk op
, verandert de
indicatie in de hierna aangegeven volgorde.
Om terug te keren naar de normale
opnamemodus, drukt u zachtjes op de
sluiterknop of drukt u opnieuw op ().
• Een uitvoerige beschrijving van de indicaties
vindt u op blz. 126.
• Een uitvoerige beschrijving van de histogram
vindt u op blz. 53.
• U kunt de resterende accutijd verlengen
door de LCD-achtergrondverlichting uit te
schakelen.
• Tijdens het opnemen/weergeven van
bewegende beelden veranderen de
aanduidingen op het LCD-scherm als volgt:
Indicaties uit LCD-achtergrondverlichting
uit Indicaties aan
• Deze instelling blijft ook na het uitschakelen
van de camera bewaard.
Het wissen van een foto die op het
LCD-scherm weergegeven wordt
1 Druk op
(Wissen).
2 Kies [Delete] met op de regelknop en
druk daarna op .
Het beeld wordt gewist.
• Als gevolg van de beeldverwerking kan kort
na het begin van de weergave, het beeld er
korrelig uitzien.
S AF
LCD-achtergrondverlichting uit
Indicaties aan
60min
VGA
101
96
S AF
NL
29
Gebruik van de zoomfunctie
Zoom
W (groothoek- T (teleopnamen)
opnamen)
60min
W
1.1
S AF
VGA
T
60min
101
96
W
5.0
VGA
T
101
96
S AF
Uw camera is uitgerust met de volgende
zoomfuncties.
De vergrotingsmethode en de zoomvergrotingsfactor verschillen afhankelijk van
het beeldformaat en de soort zoomfunctie.
Kies daarom de zoomfunctie aan de hand
van het doel van de opname.
Precizie digitale zoom
Alle beeldformaten worden vergroot
tot een maximum van 6×. Met precisie
digitale zoom kunt u een bepaald deel van
het beeld uitknippen en vergroten, maar de
beeldkwaliteit verslechtert.
Optische zoom
Verschuif de zoomknop om de
gewenste zoomstand voor de
opname te kiezen.
Minimale scherpstelafstand tot het
onderwerp
Ongeveer 12 cm vanaf het lensoppervlak
aan de W-kant
Ongeveer 50 cm vanaf het lensoppervlak
aan de T-kant
• Het lensgedeelte beweegt wanneer de
zoomfunctie in werking is. Raak het
lensgedeelte niet aan wanneer dit in werking is.
• U kunt tijdens het opnemen van bewegende
beelden de zoomvergroting niet veranderen
(blz. 75).
NL
30
De telefoto- en groothoek-instellingen
worden met benhulp van de lens
gemaakt op dezelfde manier als bij een
conventionele camera.
De maximale optische zoomvergroting is
3×.
Digitale zoom
Deze camera is uitgerust met de volgende
twee soorten digitale zoomfuncties.
Slimme-zoomfunctie
Het beeld wordt nagenoeg zonder
vervorming vergroot. Hiermee kunt u
slimme zoom gevoelsmatig hetzelfde
gebruiken als optische zoom.
De maximale zoomvergrotingsfactor in
de slimme-zoomfunctie hangt af van het
gekozen beeldformaat, zoals afgebeeld in
de volgende tabel.
Optische zoom
Maximale
slimmeBeeldzoomverformaat
grotingsfactor
Precizie digitale
zoom
Maximale
precisie-digitale-zoomvergrotingsfactor
4M
—*
Circa 6×
3:2
—*
Circa 6×
3M
Circa 3,4×
Circa 6×
1M
Circa 5,4×
Circa 6×
VGA
(E-Mail)
Circa 10×
Circa 6×
* De maximale optische zoomvergroting is 3×.
Zelfontspanner gebruiken
Instellen van digitale zoom
Stel [Digital Zoom] in op [Smart] of
[Precision] op het Setup-scherm (blz.
115). Bij aankoop van uw camera staat
[Digital Zoom] ingesteld op [Smart].
Wanneer u de zoomknop verschuift, wordt
de zoomvergrotingsindicator als volgt op
het LCD-scherm afgebeeld.
De W-kant van deze lijn is de optische
zoom en de T-kant is de digitale zoom
• De indicator van de zoomverhouding verandert
al naar gelang het type zoom.
– Optische zoom:
– Slimme-zoomfunctie:
– Precizie digitale zoom:
• Het AF-bereikzoekerframe verschijnt niet
tijdens het gebruik van de digitale zoom.
De
of
indicaties knipperen en de
automatische scherpstelling werkt met
voorrang op onderwerpen dicht bij het midden
van de zoeker.
60min
VGA
101
96
Opnemen van stilstaande beelden
• De maximale slimme-zoom- en precisiedigitale-zoomvergrotingsfactoren zijn inclusief
de optische zoomvergrotingsfactor.
• Wanneer u de slimme-zoomfunctie gebruikt,
kan het beeld op het LCD-scherm er grof uit
zien. Dit verschijnsel heeft echter geen effect
op het opgenomen beeld.
• U kunt slimme zoom niet gebruiken in de
Multi Burst-functie.
S AF
1
Zet de modusdraaiknop in de
stand
en druk op ( ) op
de regelknop.
Op het LCD-scherm verschijnt
(zelfontspanner-indicatie) vergroot
(blz. 115).
• Indien het menu nog wordt weergegeven, druk
dan eerst op MENU zodat het menu verdwijnt.
• U kunt deze procedure ook uitvoeren wanneer
de modusschakelaar op
staat.
Zoom-vergrotingsindicatie
NL
31
Een flitsmodus kiezen
60min
S AF
VGA
FINE
101
60min
96
30 F3.5
VGA
101
96
S AF
2
Zorg dat het onderwerp zich
midden in het frame bevindt.
Houd de sluiterknop halverwege ingedrukt om scherp
te stellen en druk daarna de
sluiterknop helemaal omlaag.
Het zelfontspannerlampje (blz. 10)
knippert en een pieptoon klinkt nadat u
op de sluiterknop hebt gedrukt totdat de
zelfontspanner in werking treedt (circa
10 seconden later).
Om de zelfontspanner halverwege
de procedure uit te schakelen
NL
32
Druk opnieuw op ( ) op de regelknop. De
indicatie verdwijnt van het LCD-scherm.
• Indien u de sluiterknop indrukt terwijl u vóór
de camera staat, is de kans aanwezig dat de
scherpstelling en de belichting niet correct
worden geregeld.
Zet de modusschakelaar op
en druk herhaaldelijk op
( ) op de regelknop om een
flitsmodus te kiezen.
Op het LCD-scherm verschijnt de gekozen
flitsmodus-indicatie vergroot (blz. 115).
Bij elke druk op ( ) verandert de
indicatie als volgt.
Geen indicatie (Automatisch): De
flitser gaat automatisch af wanneer u
beelden opneemt op donkere plaatsen. De
fabrieksinstelling is Auto.
(Altijd flitsen): De flitser gaat altijd af,
ongeacht de helderheid van de omgeving.
SL (Langzame synchro): De flitser gaat
altijd af, ongeacht de helderheid van de
omgeving. In een donkere omgeving is
de sluitertijd lang zodat u de achtergrond
die buiten het bereik van de flitser ligt,
duidelijk kunt opnemen.
(Niet flitsen): De flitser gaat niet af.
• Indien het menu nog wordt weergegeven, druk
dan eerst op MENU zodat het menu verdwijnt.
• De aanbevolen opnameafstand is met gebruik
van de flitser ongeveer 0,2 m tot 2,0 m
(W)/0,5 m tot 1,5 m (T) (Wanneer [ISO] is
ingesteld op [Auto] bij de menu-instellingen).
• De flitser gaat twee keer af. De eerste keer is de
voorflits, die gebruikt wordt om de hoeveelheid
flitslicht in te stellen en de tweede keer is de
eigenlijke flits, waarbij de opname plaats vindt.
• De helderheid van de flitser kunt u, met
(Flash Level) bij de menu-instellingen, regelen
(blz. 57). (U kunt de helderheid van de flitser
niet instellen terwijl
(Camera) is ingesteld
op [Auto] op het menu.)
• Wanneer u de instelling SL (langzame
synchro) of
(niet flitsen) gebruikt, wordt de
sluitertijd langer op donkere plaatsen, zodat het
verstandig is een statief te gebruiken.
• Terwijl de flitser wordt opgeladen, knippert
het /CHG-lampje. Wanneer het opladen is
voltooid, gaat het lampje uit en is de flitsmodus
klaar voor gebruik.
• De instelling van de flitsmodus blijft ook na het
uitschakelen van de camera bewaard.
Beelden opnemen met de AFilluminator
De flitser gaat vóór het opnemen twee of
meerdere malen af om het rode-ogeneffect
te verminderen.
Stel [Red Eye Reduction] in op [On] op het
Setup-scherm (blz. 115). De
-indicatie
verschijnt op het LCD-scherm.
De AF-illuminator levert vullicht om
gemakkelijker op een onderwerp in een
donkere omgeving te kunnen scherpstellen.
De ON indicatie verschijnt op het LCDscherm en de AF-illuminator werpt
rood licht uit wanneer de sluiterknop
halverwege ingedrukt is totdat de
scherpstelling is vergrendeld.
VGA FINE 101
60min
96
ON
De vermindering van het rode-ogeneffect
duurt ongeveer 1 seconde voordat het beeld
daadwerkelijk wordt opgenomen, dus moet
u de camera stevig vasthouden om trillen te
voorkomen.
Bovendien moet u het onderwerp vragen
stil te blijven staan.
• Afhankelijk van individuele verschillen, de
afstand tot het onderwerp, het niet opmerken
van de voorflitser door de gefotografeerde
persoon of andere omstandigheden, zal de
functie voor vermindering van het rodeogeneffect niet altijd het gewenste resultaat
opleveren. Bovendien werkt de functie
voor vermindering van het rode-ogeneffect
effectiever onder felle belichting en op kortere
afstand tot het onderwerp.
S AF
• Het AF-bereikzoekerframe verschijnt niet.
De
of
indicaties knipperen en de
automatische scherpstelling werkt met
voorrang op onderwerpen dicht bij het midden
van de zoeker.
• De AF-illuminator werkt alleen wanneer
(Camera) is ingesteld op [Auto], [Program],
(Schemer-portretfunctie),
(Zachteopname-modus),
(Sneeuwfunctie),
(Strandfunctie) of (Kaarslichtfunctie) op het
menu.
• De AF-illuminator zendt zeer helder licht uit.
Ofschoon de veiligheid niet in het gedrang
kan komen, wordt het niet aangeraden om
van dichtbij rechtstreeks in het hulplicht voor
automatisch scherpstellen te kijken.
Opnemen van stilstaande beelden
Voorkomen dat de ogen van
het onderwerp rood worden
30 F3.5
Als deze functie niet nodig is, stelt u [AF
Illuminator] in op [Off] op het Setupscherm (blz. 115).
• Als de AF-illuminator het onderwerp niet
voldoende raakt of als het onderwerp
onvoldoende contrast heeft, kan niet worden
scherpgesteld. (Een afstand van maximaal
2,0 m (W)/1,5 m (T) wordt aanbevolen.)
• De camera kan scherpstellen zolang de AFilluminator het onderwerp bereikt, zelfs als
het rode licht iets buiten het midden van het
onderwerp valt.
NL
33
De datum en tijd opnemen
op een stilstaand beeld
Camera 1
1
2
Program
Auto
Camera
1
Setup t
Mode
1
MENU
Zet de modusschakelaar op
en druk daarna op MENU.
Het menu verschijnt.
• Wanneer opnamen worden gemaakt met de
datum en tijd erop geprojecteerd, kunnen
de datum en tijd later niet meer worden
verwijderd.
• De datum en tijd worden niet opgenomen in de
Multi Burst-functie.
• De datum en tijd verschijnen niet op het LCDscherm tijdens het opnemen; in plaats daarvan
verschijnt de
indicatie op het LCDscherm. De huidige datum en tijd worden in
het rood, alleen tijdens weergave, in de rechter
benedenhoek getoond.
• U kunt deze bediening tevens uitvoeren met de
modusschakelaar in de stand
of
.
NL
34
2
AF Mode:
Digital Zoom:
Date/Time:
Red Eye Reduction:
AF Illuminator:
Auto Review:
Day&Time
Date
Off
Mode
2
Druk op op de regelknop om
naar
te gaan en druk daarna
nogmaals op .
Het Setup-scherm verschijnt.
3
Kies
(Camera 1) met op
de regelknop en druk daarna
op .
Kies [Date/Time] met / en
druk daarna op .
1
Camera 1
1
1
2
Single
Smart
Opnemen van stilstaande beelden
2
AF Mode:
Digital Zoom:
Date/Time:
Red Eye Reduction:
AF Illuminator:
Auto Review:
Day&Time
Off
Auto
Off
PAGE SELECT
4
Kies de gewenste
datumweergave met / op de
regelknop en druk daarna op
.
Day&Time: Datum, uur en minuten worden
op het beeld geprojecteerd.
Date: Jaar, maand en dag worden op het
beeld geprojecteerd.
Off: Datum en tijd worden niet op het
beeld geprojecteerd.
Nadat de instelling klaar is, drukt u eerst
op MENU zodat het menu verdwijnt,
neemt u daarna het beeld op.
• Indien u [Date] kiest, wordt de datum in de
volgorde die werd gekozen bij "De datum
en tijd instellen" (blz. 18) op het beeld
geprojecteerd.
• De instelling van de datum en tijd blijft ook na
het uitschakelen van de camera bewaard.
NL
35
Opnemen in overeenstemming met de situatie — Scènekeuze
U kunt opnamen met een beter resultaat
maken door een toepasselijke opnamestand
te kiezen en daarna op de sluiterknop te
drukken.
Schemerfunctie
Hiermee kunt u nachtelijke scènes
opnemen vanaf grote afstand zonder de
atmosfeer van de donkere omgeving te
verliezen.
Schemer-portretfunctie
Geschikt voor het maken van
portretopnamen op donkere plaatsen.
Voor het maken van scherpe opnamen van
mensen op donkere plaatsen, zonder dat
daarbij de donkere sfeer van de omgeving
verloren gaat.
• De sluitertijd wordt langer, dus is het gebruik
van een statief aan te bevelen.
• De sluitertijd wordt langer, dus is het gebruik
van een statief aan te bevelen.
NL
36
Landschapsfunctie
Om alleen de achtergrond scherp te laten
uitkomen, zoals voor landschapsopnamen,
enz.
Zachte-opname-modus
Met deze modus kunt u huidskleur
opnemen met heldere en warme tinten
waardoor uw opnamen mooier worden.
Daarnaast geeft het zachtescherpstellingseffect een vriendelijke atmosfeer aan uw
portretten van mensen, bloemen, enz.
Sneeuwfunctie
Bij het opnemen van sneeuwscènes of
andere plaatsen waar de gehele omgeving
wit lijkt, gebruikt u deze functie om fletse
kleuren te voorkomen en heldere, scherpe
beelden op te nemen.
Opnemen van stilstaande beelden
Strandfunctie
Bij het opnemen van scènes aan zee of
langs het meer, wordt met deze functie
de blauwe kleur van het water duidelijk
opgenomen.
Kaarslichtfunctie
U kunt opnamen maken op feestjes,
kerkdiensten en andere scènes met
kaarslicht, zonder de ambiance van het
kaarslicht te verstoren.
• De sluitertijd wordt langer, dus is het gebruik
van een statief aan te bevelen.
NL
37
Program
Auto
Camera
Program
Auto
Camera
Mode
1
MENU
Zet de modusschakelaar op
en druk daarna op MENU.
Het menu verschijnt.
Mode
2
Kies
(Camera) met op de
regelknop en kies daarna met
/ de gewenste modus.
Om terug te keren naar de normale
modus
Kies [Auto] of [Program] met / op de
regelknop.
• De instelling van de scènekeuze blijft ook na
het uitschakelen van de camera bewaard.
NL
38
Lange sluitertijd NR
Bij opnamen met de scènekeuzefunctie, is de combinatie van functies, zoals de flitsfunctie,
van te voren bepaald om optimale instellingen te verkrijgen die in overeenstemming zijn met
de scène. Zie onderstaande tabel voor de functie-instellingen van elke opnamestand.
De lange sluitertijd-functie NR (lange
sluitertijd) vermindert de ruis op
de opnamen, zodat heldere beelden
verkregen worden. Bij een sluitertijd van
1/6 seconden of langer, stelt de camera
automatisch de functie "NR slow shutter"
in werking en de aanduiding "NR"
verschijnt bij van de sluitertijd.
Functie
Opnemestand
AFFlitsmodus bereikzoekerframe
Witbalans
Flitserniveau
Burst/
Multi Burst
—
—
Auto
—
/
/
/
—
—
SL
Center AF
• duidt aan dat de functie naar uw wens ingesteld kan worden.
Opnemen van stilstaande beelden
Opnamen met scènekeuze
Druk de sluiterknop
volledig in.
Capturing
Daarna wordt het scherm
zwart.
Processing
Tenslotte, nadat
"Processing" uit is
gegaan, is het beeld
opgenomen.
• Beweeg de camera niet terwijl "Capturing"
wordt afgebeeld. Om de effecten van trillingen
tegen te gaan, adviseren wij u een statief te
gebruiken.
• Wanneer een lange sluitertijd is ingesteld door
de camera, kan dit enige tijd vergen.
NL
39
Beelden bekijken op het LCD-scherm van
uw camera
Individuele beelden
bekijken
60min
Enkelvoudig scherm
60min
VGA
101
2005 1 1 10:30PM
VOLUME
De beelden die u met de camera hebt
opgenomen, kunt u bijna onmiddellijk
bekijken op het LCD-scherm. U kunt uit
de volgende twee methoden kiezen voor
het bekijken van beelden.
Enkelvoudig scherm
U kunt de beelden één voor één bekijken
waarbij elk beeld het gehele scherm vult.
NL
40
8/9
8/9
BACK/NEXT
BACK/NEXT
101
Index-scherm
101-0008
101-0008
VGA
SINGLE DISPLAY
Index-scherm
Op het scherm worden negen beelden
tegelijk weergegeven, met elk beeld in een
apart vakje op het LCD-scherm.
• Voor verdere informatie over het bekijken van
bewegende beelden, leest u blz. 76.
• Een uitvoerige beschrijving van de indicaties
vindt u op blz. 128.
2005 1 1 10:30PM
VOLUME
1
Zet de modusschakelaar op
en schakel de camera in.
Het laatst opgenomen beeld in de gekozen
opnamemap (blz. 60) verschijnt op het
LCD-scherm.
• Als gevolg van de beeldverwerking kan kort
na het begin van de weergave, het beeld er
korrelig uitzien.
Een index-scherm bekijken
60min
BACK/NEXT
101
3/9
• SINGLE DISPLAY
2005 1 1 10:30PM
• SINGLE DISPLAY
VOLUME
2
1
Bekijken van stilstaande beelden
101-0003
VGA
2
Kies het gewenste stilstaande
beeld met / op de
regelknop.
Verschuif
W-kant.
Op het LCD-scherm verschijnt nu het
Kies het gewenste stilstaande
beeld met /// op de
regelknop.
: Om het vorige beeld te tonen
: Om het volgende beeld te tonen
index-scherm.
Het beeld in het gele kader is gekozen.
Om het volgende (vorige)
indexscherm weer te geven
Druk op /// op de regelknop om het
gele frame omhoog/omlaag/naar links/naar
rechts te verplaatsen.
Om terug te keren naar het
enkelbeeld-scherm
Verschuif
(index) naar de T-kant of
druk op op de regelknop.
(index) naar de
NL
41
Beelden wissen
60min
101-0002
BACK/NEXT
VGA
101
60min
2/9
2005 1 1 10:30PM
VOLUME
1
Zet de modusschakelaar op
en schakel de camera in.
Druk op / op de regelknop
om het beeld te kiezen dat u
wilt wissen.
• Merk op dat het niet mogelijk is gewiste
beelden te herstellen.
VGA
101
60min
2/9
Delete
Exit
101
2/9
Delete
Exit
BACK/NEXT
BACK/NEXT
3
2
Druk op
VGA
(Wissen).
Het beeld is nu nog niet gewist.
• U kunt een beveiligd beeld niet wissen
(blz. 64).
Kies [Delete] met op de
regelknop en druk daarna op
.
De melding "Access" verschijnt en het
beeld is gewist.
Doorgaan en andere beelden wissen
Geef het beeld dat u wilt wissen weer met
/ op de regelknop. Kies vervolgens
[Delete] met en druk daarna op .
Om het wissen te annuleren
Kies [Exit] met op de regelknop en druk
daarna op .
NL
42
Beelden wissen in de index-modus
Delete
Exit
Select
Delete
Exit
All In This Folder
Terwijl er een index-scherm
(blz. 41) wordt weergegeven,
drukt u op
(Wissen).
• Merk op dat het niet mogelijk is gewiste
beelden te herstellen.
• SELECT
All In This Folder
2
Kies [Select] met / op de
regelknop en druk daarna op
.
TO NEXT
Stilstaande beelden wissen
1
Select
3
Kies een te wissen beeld met
/// op de regelknop en
druk daarna op .
De (Wissen) indicatie wordt op het
gekozen beeld afgebeeld. Het beeld is nu
nog niet gewist. Herhaal deze stap voor
alle beelden die u wilt wissen.
• Om een keuze te annuleren, kies de foto, druk
daarna nogmaals op de van de regelknop,
zodat de indicatie
verdwijnt.
NL
43
Formatteren van een
"Memory Stick Duo"
Wissen van alle beelden in
de map
Delete
Exit
OK
4
Druk op
(Wissen)
en kies [OK] met op de
regelknop, en druk daarna op
.
De mededeling "Access" wordt afgebeeld
en beelden met de indicator zijn gewist.
Om het wissen te annuleren
Kies [Exit] met op de regelknop en druk
daarna op .
NL
44
Kies [All In This Folder] met op de
regelknop in stap en druk daarna
op . Kies [OK] en druk daarna op
. Alle niet-beveiligde beelden in de
map worden gewist. Om te stoppen
met wissen, kiest u [Cancel] en drukt u
daarna op .
• U kunt ook bewegende beelden wissen
(blz. 77).
Kant met
aansluitingen
1
Plaats de "Memory Stick Duo"
die u wilt formatteren in de
camera.
• De term "formatteren" betekent het
voorbereiden van een "Memory Stick Duo" op
het opnemen van beelden. Dit proces wordt
ook "initialiseren" genoemd.
• De "Memory Stick Duo" die met uw camera
geleverd werd en de in de handel verkrijgbare
"Memory Stick Duo" zijn al geformatteerd en
kunnen gelijk gebruikt worden.
• Merk op dat door de "Memory Stick
Duo" te formatteren alle data in de
"Memory Stick Duo" gewist zullen
worden, zelfs als de beelden beveiligd
zijn, en niet kunnen worden hersteld.
60min
Memory Stick Tool
1
2
Format
OK
Format:
Create REC. Folder: Cancel
Change REC. Folder:
All data will be erased
1
Setup t
Ready?
OK
Cancel
2
Mode
MENU
Schakel de camera in en druk
daarna op MENU.
Druk op op de regelknop om
naar
te gaan en druk daarna
nogmaals op .
Het Setup-scherm verschijnt.
• Deze procedure is beschikbaar ongeacht de
stand van de modusschakelaar.
3
Kiest u
(Memory Stick Tool)
met / op de regelknop.
Kies [Format] met en druk
daarna op .
Kies [OK] met en druk
daarna op .
Stilstaande beelden wissen
2
4
Kies [OK] met op de
regelknop en druk daarna op
.
De melding "Formatting" verschijnt.
Wanneer deze melding verdwijnt is het
formatteren klaar.
Annuleren van het formatteren
Kies [Cancel] met op de regelknop en
druk daarna op .
NL
45
Aanwijzingen
voor instelling en
bediening van uw
camera
Het gebruik van de menu’s en de
onderdelen van het Setup-scherm worden
hieronder beschreven.
Modusschakelaar
De menu-instellingen
wijzigen
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Program
Regelknop
WB
ISO
• De afgebeelde onderdelen verschillen
afhankelijk van de stand van de
modusschakelaar.
400
200
100
Auto
ISO
WB
ISO
• Wanneer de modusschakelaar in de stand
staat, drukt u op op de regelknop nadat u het
onderdeel hebt gekozen.
Druk op / op de regelknop
om de gewenste instelling te
kiezen.
De gekozen instelling wordt vergroot
en de instelling wordt ingevoerd.
NL
46
Sommige onderdelen worden niet op het
scherm getoond. Druk op /// op de
regelknop om deze onderdelen zichtbaar
te maken.
P
Auto
Camera
Druk op / op de regelknop
om het onderdeel te kiezen dat
u wilt instellen.
MENU
Wanneer de /// aanduiding
boven bij een onderdeel worden
afgebeeld
Om de menuweergave uit te
schakelen
Druk op MENU.
• Grijs afgebeelde instellingen kunnen niet
worden gekozen.
• Voor een gedetailleerde beschrijving van de
menu-onderdelen leest u blz. 112.
De onderdelen van het
Setup-scherm wijzigen
Het Setup-scherm verlaten
Druk op MENU.
Terugkeren naar het menu
vanaf het Setup-scherm
Het menu verschijnt.
Druk op op de regelknop om
verder te gaan naar
en druk
daarna nogmaals op .
Het Setup-scherm verschijnt.
Druk opnieuw op MENU.
Druk op op de regelknop om terug te
keren naar de positie ingesloten door het
kader in stap en druk daarna nogmaals
op .
Setup t
Druk op /// op de
regelknop om het onderdeel te
kiezen dat u wilt instellen.
U kunt de kwaliteit van het stilstaand beeld
kiezen uit [Fine] (hoge) of [Standard].
Alvorens over te gaan tot
bediening
Stel bij het opnemen van stilstaande
beelden
(Camera) op het menu in op
een andere instelling dan [Auto] (blz. 46
en 112).
Voorafgaand aan geavanceerde bedieningen
• Voor een gedetailleerde beschrijving van de
Setup-onderdelen leest u blz. 115.
Kwaliteit van het
stilstaand beeld
kiezen
Modusschakelaar
De omframing van het gekozen
onderdeel verandert in geel.
1
2
Setup 2
File Number:
USB Connect: OK
Cancel
Clock Set:
1
2
MENU
Regelknop
Druk op op de regelknop
om de instelling in te voeren.
NL
47
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies
(P.Quality) met /
en kies daarna met / de
gewenste beeldkwaliteit.
Fine
FINE
Standard
P.Quality
WB
ISO
Een map aanmaken
of kiezen
Uw camera kan meerdere mappen
aanmaken in een "Memory Stick Duo".
U kunt vóór het opnemen de map kiezen
waarin de opgenomen beelden zullen
worden opgeslagen.
Wanneer u niet een nieuwe map aanmaakt,
wordt de map "101MSDCF" gekozen als
de opnamemap.
U kunt mappen aanmaken tot en met
"999MSDCF".
Alvorens over te gaan tot
bediening
Stel het menu in op het Setup-scherm
(blz. 47 en 115).
Modusschakelaar
Een nieuwe map aanmaken
Kies
(Memory Stick Tool)
met /, [Create REC. Folder]
met // en [OK] met /, en
druk daarna op .
Het map-aanmaakscherm verschijnt.
60 min
Create REC. Folder
Creating REC. folder 102MSDCF
Ready?
OK
Cancel
Kies [OK] met en druk
daarna op .
Een nieuwe map wordt aangemaakt
met een nummer volgend op het
hoogste nummer in de "Memory
Stick Duo" en deze map wordt de
opnamemap.
Het aanmaken van een map
annuleren
Kies [Cancel] bij stap of .
MENU
NL
48
Regelknop
• Maximaal 4.000 beelden kunnen in een map
worden opgeslagen. Wanneer de capaciteit van
de map is opgebruikt, wordt automatisch een
nieuwe map aangemaakt.
• Nadat u een nieuwe map hebt aangemaakt,
kunt u de nieuwe map niet wissen met de
camera.
• De beelden worden opgeslagen in de nieuw
aangemaakte map totdat een andere map wordt
aangemaakt of gekozen.
De opnamemap veranderen
Kies
(Memory Stick Tool)
met /, [Change REC. Folder]
met / en [OK] met /, en
druk daarna op .
Het opnamemap-keuzescherm
verschijnt.
Voorafgaand aan geavanceerde bedieningen
Select REC. Folder
102
2/2
Folder Name:102MSDCF
No. Of Files: 0
Created:
2005 1 1 1::05:34AM
OK
Cancel
BACK/NEXT
Kies de gewenste map met
/, en [OK] met , en druk
daarna op .
Het veranderen van de
opnamemap annuleren
Kies [Cancel] bij stap of .
• U kunt de map "100MSDCF" niet kiezen als de
opnamemap (blz. 86).
• Het beeld wordt opgeslagen in de nieuw
gekozen map. U kunt de beelden niet
verplaatsen naar een andere map met deze
camera.
NL
49
Een automatische
scherpstellingsmethode kiezen
U kunt het AF-frame van de bereikzoeker
en de AF-functie instellen.
AF-bereikzoekerframe
Hiermee kunt u de plaats, waarop scherp
gesteld moet worden, in overeenstemming
met de positie en grootte van het
onderwerp kiezen.
AF-functie
Hiermee kunt u de begintijd en stoptijd van
de scherpstelling instellen.
Alvorens over te gaan tot
bediening
Stel bij het opnemen van stilstaande beelden
(Camera) op het menu in op een andere
instelling dan [Auto] (blz. 46 en 112).
Modusschakelaar
MENU
NL
50
Regelknop
Een scherpstelbereikzoekerkader kiezen
— AF-bereikzoeker
Multipoint AF (
)
De camera berekent in vijf gebieden,
links, rechts, boven, onder en in het
midden van het beeld, de afstand, zodat u,
zonder zorgen over de beeldcompositie,
de automatische scherpstelling kunt
gebruiken. Deze functie is handig wanner
het lastig is om scherp te stellen op een
onderwerp, dat zich niet in het midden
van de zoeker bevindt. U kunt de positie
controleren waarop werd scherpgesteld
met behulp van het groene frame.
De fabrieksinstelling is Multipoint AF.
Midden-AF (
)
Deze functie is handig voor het scherpstellen op een onderwerp dat zich bij het
midden van de zoeker bevindt. Gebruik
tezamen met de AF-vergrendelfunctie om
de gewenste beeldcompositie te kunnen
opnemen.
Zet de modusschakelaar in de
stand
of .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (Focus) met / en
kies daarna het gewenste AFbereik met /.
60min
P
VGAFINE 101
98
AFbereikzoekerframe
S AF
De scherpstelling wordt automatisch
geregeld. De kleur van het AFbereikzoekerkader verandert van wit
naar groen.
• Wanneer u een film opneemt en Multipoint
AF kiest, wordt de afstand tot het midden
van het scherm bepaald als een gemiddelde,
zodat de automatische scherpstelling zelfs bij
een bepaalde mate van trillingen nog werkt.
AF-bereikzoekerframe is
. Midden-AF
stelt automatisch scherp op alleen één gekozen
frame, dus dit is handig als u alleen wilt
scherpstellen op het onderwerp waarop u richt.
• Als u de digitale zoom of de AF-illuminator
gebruikt, wordt met voorrang scherpgesteld op
onderwerpen dicht bij of in het midden van het
frame. In dit geval knippert
of
en wordt
het AF-bereikzoekerframe niet afgebeeld.
• Sommige instellingen kunnen niet worden
gekozen afhankelijk van de Scènekeuzefunctie
(blz. 39).
Een scherpstellingsmethode
kiezen — AF-functie
Enkelvoudige-AF ( S AF )
Deze functie is handig bij het opnemen
van stilstaande onderwerpen. Er wordt niet
scherpgesteld voordat de sluiterknop tot
halverwege ingedrukt wordt gehouden.
Wanneer de sluiterknop tot halverwege
ingedrukt wordt gehouden en de AFvergrendeling voltooid is, wordt de
scherpstelling vergrendeld.
De fabrieksinstelling is enkelvoudige-AF.
Alvorens over te gaan tot
bediening
Stel het menu in op het Setup-scherm
(blz. 47 en 115).
Kies
(Camera 1) met en
kies vervolgens [AF Mode]
met /.
1
Kies de gewenste functie met
// en druk daarna op .
Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden
AF-bewaking ( M AF )
De camera stelt automatisch scherp
voordat de sluiterknop tot halverwege
wordt ingedrukt en vastgehouden, zodat
u beelden kunt samenstellen die al zijn
scherpgesteld. Wanneer de sluiterknop tot
halverwege ingedrukt wordt gehouden en
de AF-vergrendeling voltooid is, wordt de
scherpstelling vergrendeld.
• Het acculadingverbruik kan hoger zijn dan in
de enkelvoudige-AF-functie.
NL
51
Opnametechnieken
Als u opneemt met het onderwerp aan de rand
van het frame, of als u Midden-AF gebruikt,
kan de camera scherpstellen op het midden in
plaats van op het onderwerp aan de rand van
het frame. In dergelijke gevallen gebruikt u
AF-vergrendeling om op het onderwerp scherp
te stellen, stelt u het beeld opnieuw samen en
neemt u het op.
Stel het beeld zodanig samen dat het onderwerp
zich binnen de AF-bereikzoeker bevindt en druk
de sluiterknop tot halverwege in.
Wanneer de indicatie van de AE/AFvergrendeling stopt met knipperen en aan blijft,
keert u terug naar het volledig samengestelde
beeld en drukt u de sluiterknop helemaal in.
60min
P
S AF
S AF
52
— EV-afstelling
U kunt handmatig de door de camera
gekozen belichting bijstellen. Gebruik
deze functie als het onmogelijk is om de
juiste belichting te verkrijgen, bijvoorbeeld
als het contrast (verschil tussen licht en
donker) tussen onderwerp en achtergrond
extreem groot is.
De compensatiewaarde kan in stappen van
1/3EV ingesteld worden tussen +2.0EV en
−2.0EV.
98
F3.5 30
AE/AF-vergrendelingindicatie
NL
Belichting regelen
VGA FINE 101
AF-bereikzoekerframe
60min
P
• Wanneer u AF-vergrendeling gebruikt kunt
u een onderwerp scherpgesteld opnemen,
zelfs al het aan de rand van het beeldkader
ligt.
• U kunt het beeld met AF-vergrendeling
samenstellen voordat u de sluiterknop
volledig indrukt.
VGAFINE 101
97
F3.5 30
Stel bij
richting –
Stel bij
richting +
Voor het opnemen van stilstaande beelden,
stelt u
(Camera) op het menu in op een
andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en
112).
Modusschakelaar
Kies de gewenste
belichtingswaarde met /.
Regel de belichting terwijl u de
helderheid van de achtergrond
controleert.
Om de automatische belichting
opnieuw te activeren
Kies bij stap [0EV].
MENU
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand
of .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies
(EV) met .
De waarde van de aangepaste
belichting wordt afgebeeld.
Een histogram is een grafiek die de
helderheid van een beeld weergeeft. Op de
horizontale as staat de helderheid en op de
verticale as staat het aantal beeldpunten.
De afgebeelde grafiek geeft een donker
beeld aan wanneer deze links hoger is en
geeft een helder beeld aan wanneer deze
rechts hoger is.
U kunt een histogram gebruiken om de
belichting te controleren als het scherm
moeilijk zichtbaar is tijdens opname en
weergave.
80
Helderheid
Donker
Helder
VGA
FINE
Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden
• Wanneer een onderwerp wordt opgenomen
onder bijzonder heldere of donkere
omstandigheden, of wanneer u de flitser
gebruikt, kan de belichting niet goed worden
ingesteld.
Een histogram afbeelden
Aantal pixels
Alvorens over te gaan tot
bediening
101
4
0 EV
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op
om het histogram
af te beelden.
Stel de belichting in aan de
hand van het histogram.
0EV
0EV
EV
WB
ISO
NL
53
• Het histogram verschijnt ook wanneer de
(Camera) op het menu is ingesteld op [Auto],
maar u kunt de belichting niet instellen.
• Het histogram wordt ook afgebeeld wanneer u
op
drukt terwijl u een enkelvoudig beeld
weergeeft (blz. 40) of tijdens Quick Review
(blz. 29).
• Het histogram wordt niet afgebeeld in de
volgende gevallen:
– Wanneer het menu wordt afgebeeld
– Tijdens het gebruik van weergavezoom
– Bij opname en weergave van bewegende
beelden
•
verschijnt en het histogram wordt in de
volgende gevallen niet getoond:
– Bij opname met digitale zoom
– Wanneer het beeldformaat [3:2] is
– Bij weergave van beelden die met MultiBurst zijn opgenomen
– Wanneer u een stilstaand beeld roteert
• Het histogram vóór het opnemen geeft het
histogram weer van het beeld dat op dat
moment op het LCD-scherm werd afgebeeld.
Een verschil treedt op in het histogram voor
en nadat u op de sluiterknop drukt. Nadat
u een beeld hebt opgenomen, controleert u
het histogram terwijl een enkel beeld wordt
weergegeven of tijdens Quick Review.
Met name in de volgende gevallen kan een
groot verschil optreden:
– Wanneer de flitser afgaat
– Wanneer de sluitertijd lang of kort is
• Het histogram wordt misschien niet afgebeeld
voor beelden opgenomen op andere camera’s.
NL
54
Opnametechnieken
Bij het maken van opnamen stelt de
camera automatisch de belichting in.
Bij opname van een overheersend wit
onderwerp, bijvoorbeeld een onderwerp
met tegenlicht of een sneeuwscène, kan de
camera vaststellen dat het onderwerp licht
is en stelt dan ook een geringere belichting
voor het beeld in. In zulke gevallen, kan
het helpen om de belichting bij te stellen in
de + (plus) richting.
Bij opname van een beeldvullend donker
onderwerp, kan de camera vaststellen dat
het onderwerp donker is en stelt dan ook
meer belichting voor het beeld in. In zulke
gevallen, kan het helpen om de belichting
bij te stellen in de – (min) richting.
Bijstellen in de – richting
Bijstellen in de + richting
Raadpleeg het histogram en stel dusdanig
bij zodat het beeld niet overbelicht (te
licht) of onderbelicht (te donker) is.
Maak verscheidene foto’s met
verschillende belichtingen om de
helderheid naar uw zin te ontdekken.
Keuze van de
lichtmeetfunctie
Met de lichtmeetfunctie kunt u kiezen
welk gedeelte van het onderwerp gebruikt
moet worden om door meting de belichting
vast te stellen.
Alvorens over te gaan tot
bediening
Voor het opnemen van stilstaande beelden,
stelt u
(Camera) op het menu in op een
andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en
112).
Modusschakelaar
Lichtmeting met meerdere
patronen (geen indicatie)
Spot lichtmeting (
)
Slechts een klein gedeelte van het
onderwerp wordt gebruikt voor de meting.
Hiermee kunt u opnamen maken van
onderwerpen die niet te donker zijn, zelfs
bij tegenlicht, of de belichting bijstellen
van een onderwerp waarvan het contrast
met de achtergrond groot is.
Druk nogmaals op (
) om de
spot lichtmeting uit te schakelen. Het
dradenkruis van de spot lichtmeting
verdwijnt en de camera keert terug naar de
multi-patroon lichtmeting.
• Als u, bij gebruik van puntmeting, wilt
scherpstellen op het lichtmeetpunt, wordt
de instelling (Focus) op [Center AF]
aangeraden (blz. 50).
Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden
Het beeld wordt opgesplitst in meerdere
velden en voor elk veld afzonderlijk wordt
er een lichtmeting verricht. De camera
beoordeelt de positie van het onderwerp en
de helderheid van de achtergrond, en zorgt
op basis daarvan voor een evenwichtige
belichting.
De fabrieksinstelling is lichtmeting met
meerdere patronen.
Spot lichtmeting annuleren
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand
of .
Druk op (
) om de spot
lichtmeting in te schakelen.
Het dradenkruis van de spot lichtmeting
vershijnt.
60min
P
VGA
FINE
101
98
Dradenkruis
van de spot
lichtmeting
S AF
250 F3.5
NL
55
Kleurtinten afstellen
— Witbalans
U kunt de witbalans in overeenstemming
met de opnameomstandigheden instellen.
De natuurlijke kleur van het onderwerp
wordt beïnvloed door de belichtingsomstandigheden. Als u de belichtingso
mstandigheden wilt corrigeren, of als de
kleur van de gehele opname een beetje
onnatuurlijk lijkt, adviseren wij u de
witbalans in te stellen.
Auto (geen indicatie)
Witbalans automatisch regelen. De
fabrieksinstelling is Auto.
(Daglicht)
Buitenshuis opnemen en opnemen van
nachtelijke scènes, neonverlichting,
vuurwerk of zonsopgang, of opnemen net
voor en na zonsondergang
(Bewolkt)
Opnemen onder een bewolkte lucht
(Fluorescerend)
Opnemen onder een fluorescerende
verlichting
NL
56
(Gloeilamp)
• Plaatsen waar de belichtingsvoorwaarden
snel veranderen
• Bij zeer fel licht, zoals in fotostudio’s
Alvorens over te gaan tot
bediening
Terugkeren naar automatische
regeling
Voor het opnemen van stilstaande beelden,
stelt u
(Camera) op het menu in op een
andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en
112).
Kies bij stap [Auto].
Modusschakelaar
MENU
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand
of .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies [WB] (White Bal) met /
en kies daarna met / de
gewenste instelling.
• Het is mogelijk dat de witbalans-instelfunctie
niet goed werkt onder fluorescerende lampen
die flikkeren, zelfs niet als
(fluorescerend)
is gekozen.
• Wanneer de flitser afgaat, wordt de handmatige
instelling geannuleerd en wordt het beeld
opgenomen in de [Auto] functie.
• Sommige instellingen kunnen niet worden
gekozen afhankelijk van de Scènekeuzefunctie
(blz. 39).
Het flitserniveau
instellen
— Flitserniveau
U kunt de hoeveelheid flitserlicht instellen.
Alvorens over te gaan tot
bediening
Stel
(Camera) op het menu in op een
andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en
112).
Kies [ ] (Flash Level) met de
gewenste instelling /, en
kies daarna met /.
+: Dit maakt het flitserniveau hoger
dan normaal.
Normal: Normale instelling.
–: Dit maakt het flitserniveau lager
dan normaal.
• Het kan onmogelijk zijn beelden op te nemen
in het ingestelde flitserniveau afhankelijk van
de Scènekeuzefunctie (blz. 39).
Continu opnemen
Deze modus wordt gebruikt voor een
doorlopende opname. Het maximale aantal
foto’s dat u bij een opname kunt schieten,
is afhankelijk van het beeldformaat en de
instellingen van de beeldkwaliteit.
Modusschakelaar
Sluiterknop
Modusschakelaar
MENU
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden
MENU
Regelknop
• Als de batterijlading achteruit gaat of de
"Memory Stick Duo" vol is, stopt het opnemen,
zelfs als u de sluiterknop ingedrukt houdt.
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies [Mode] (REC Mode) met
/ en kies vervolgens [Burst]
met /.
NL
57
Neem het beeld op.
Als u op de sluiterknop drukt en
deze ingedrukt houdt, zal de camera
het maximale aantal foto’s na elkaar
opnemen. Zodra u de sluiterknop
loslaat, stopt het opnemen op dat punt.
Wanneer "Recording" verdwijnt, kunt
u het volgende beeld opnemen.
Het maximale aantal continu
opgenomen beelden
16 Frames achter
elkaar opnemen
U kunt het frame-interval kiezen uit de
[1/7.5], [1/15] of [1/30] seconde.
— Multi Burst
In deze modus worden er bij elke druk
op de sluiterknop 16 frames achter elkaar
opgenomen. Dit is handig om bijvoorbeeld
uw sportprestaties te controleren.
Modusschakelaar
Fine
Standard
4M
4
6
3:2
4
6
3M
4
7
1M
10
18
VGA (E-Mail)
30
30
Beeldformaat
Om terug te keren naar de
normale modus
Kies bij stap [Normal].
NL
58
1/7.5
1/15
1/30
1/30
Interval
(Eenheden: beelden)
Beeldkwaliteit
Kies M (Interval) met /
en kies daarna met / het
gewenste frame-interval.
• De flitser staat op
(niet flitsen).
• Als u opneemt met de zelfontspanner, wordt
voor iedere keer dat u op de sluiterknop
drukt, een serie van maximaal vijf beelden
opgenomen.
• Afhankelijk van de Scènekeuzefunctie (blz. 39)
kunt u mogelijk geen beelden achter elkaar
opnemen.
Mode BRK
M
PFX
Neem het beeld op.
Een continue Burst van 16 frames
wordt opgenomen binnen een enkel
frame (beeldformaat 1M).
MENU
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies [Mode] (REC Mode) met
/ en kies vervolgens [Multi
Burst] met .
• U kunt de volgende functies niet gebruiken in
de Multi Burst-functie:
– Slimme-zoomfunctie
– Flitser
– De datum en tijd projecteren
• Als
(Camera) is ingesteld op [Auto] op
het menu, wordt frame-interval automatisch
ingesteld op [1/30].
• Zie pagina 63 om beelden opgenomen in de
Multi Burst-modus weer te geven met behulp
van deze camera.
• Het aantal beelden dat kan worden opgenomen
in de Multi Burst-modus staat vermeld op
pagina 111.
• Afhankelijk van de Scènekeuzefunctie kunt u
mogelijk geen beelden opnemen in de MultiBurstfunctie (blz. 39).
Opnemen met
speciale effecten
— Beeldeffect
U kunt beelden digitaal bewerken om
speciale effecten tot stand te brengen.
Alvorens over te gaan tot
bediening
Voor het opnemen van stilstaande beelden,
stelt u
(Camera) op het menu in op een
andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en
112).
Modusschakelaar
B&W
Het beeld is
monochroom
(zwart-wit).
Het beeld is sepia,
zoals een oude foto.
Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden
MENU
Sepia
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand
of .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies [PFX] (P. Effect) met /
en kies daarna met /.
Neem het beeld op.
Om het beeldeffect te annuleren
Kies bij stap [Off].
• De instelling voor Beeldeffect wordt niet
onthouden wanneer de camera wordt
uitgeschakeld.
NL
59
Een map kiezen en
beelden weergeven
Kies de map waarin de beelden die u wilt
weergeven zijn opgeslagen.
Modusschakelaar
Kies de gewenste map met
/.
Select Folder
102
2/2
Folder Name:102MSDCF
No. Of Files: 9
Created:
2005 1 1 1::05:34AM
OK
Cancel
Enkelvoudig scherm
60min
101-0009
BACK/NEXT
VGA
101
9/9
2005 1 1 10:30PM
VOLUME
BACK/NEXT
Index-scherm
Kies [OK] met en druk
daarna op .
De keuze annuleren
Kies bij stap [Cancel].
MENU
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies
(Folder) met en druk
daarna op .
NL
60
Wanneer meerdere mappen
zijn aangemaakt in de "Memory
Stick Duo"
Wanneer het eerste of laatste beeld in de
map wordt weergegeven, verschijnen de
volgende indicaties op het scherm.
: U kunt naar de voorgaande map gaan.
: U kunt naar de volgende map gaan.
: U kunt naar zowel de volgende als
voorgaande map gaan.
• SINGLE
DISPLAY
• Wanneer er geen beelden zijn opgeslagen in de
map, wordt de melding "No file in this folder"
afgebeeld.
Een deel van een
stilstaand beeld
vergroten
U kunt een deel van een beeld vergroten
tot vijfmaal het oorspronkelijke formaat.
Modusschakelaar
/
Een beeld vergroten
— Vergrote weergave
Pas het beeldformaat aan met
/ (weergavezoom).
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Geef het beeld dat u wilt
vergroten weer met /.
Verschuif (weergavezoom)
naar de T-kant om op het beeld
in te zoomen.
Selecteer het gewenste deel
van het beeld met ///.
MENU
Regelknop
Druk
op
Druk
op
Druk op
: Om meer van de bovenkant van het
beeld te zien
: Om meer van de onderkant van het
beeld te zien
: Om meer van de linkerkant van het
beeld te zien
: Om meer van de rechterkant van
het beeld te zien
Druk op .
• U kunt de weergavezoom niet gebruiken voor
bewegende beelden en Multi Burst-beelden.
• Als u
(weergavezoom) naar de W-kant
verschuift terwijl een niet-vergroot beeld wordt
weergegeven, schakelt het LCD-scherm over
naar het indexscherm (blz. 41).
• U kunt de beelden die worden weergegeven
met de functie Quick Review (blz. 29)
vergroten door de stappen t/m uit te
voeren.
Geavanceerd bekijken van stilstaande beelden
Druk op
Om de weergavezoom uit te
schakelen
NL
61
Weergave van opeenvolgende beelden
— Diavoorstelling
U kunt de vastgelegde beelden op volgorde
weergeven. Deze functie is handig voor
het controleren van uw beelden of voor
presentaties, enz.
Modusschakelaar
Interval
3 sec/5 sec/10 sec/30 sec/1 min
Image
Folder: Geeft alle beelden weer in de
geselecteerde map.
All: Geeft alle beelden weer in de
"Memory Stick Duo".
Stilstaande beelden
roteren
U kunt een beeld opgenomen in
portretformaat roteren en weergeven in
landschapsformaat.
Repeat
On: Continu herhaalde weergave van
beelden.
Off: Nadat alle beelden zijn
weergegeven, eindigt de diavoorstelling.
Kies [Start] met / en druk
daarna op .
De diavoorstelling begint.
Om de instelling van de
diavoorstelling uit te schakelen
MENU
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies
(Slide) met / en
druk daapna op .
Stel de volgende onderdelen in met
///.
NL
62
Kies bij stap [Cancel].
Om te stoppen met de weergave
van de diavoorstelling
Modusschakelaar
Druk op , kies [Exit] met en druk
daarna opnieuw op .
Om tijdens de diavoorstelling
rechtstreeks naar het volgende/
vorige beeld te gaan
Druk op (volgende) of (vorige).
• De intervaltijd-instellingen zijn slechts
richtlijnen, dus deze kunnen variëren
afhankelijk van het beeld.
MENU
Regelknop
Zet de modusschakelaar op
en geef het beeld weer dat u
wilt roteren.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies
(Rotate) met / en
druk daarna op .
Kies
met en roteer
vervolgens het beeld met /.
Beelden opgenomen
in de Multi Burst
functie weergeven
U kunt Multi Burst-beelden continu
weergeven of deze frame-voor-frame
weergeven. Deze functie wordt gebruikt
om het beeld te controleren.
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Kies het Multi Burst-beeld met
/.
Het gekozen Multi Burst-beeld wordt
continu weergegeven.
60min
M
101
Modusschakelaar
Kies [OK] met / en druk
daarna op .
101-0014
PAUSE
14/14
2005 1 1 10:30PM
BACK/NEXT
VOLUME
Kies bij stap of [Cancel] en druk
daarna op .
Regelknop
Geavanceerd bekijken van stilstaande beelden
Het weergeven pauzeren
Stoppen met roteren
• U kunt beveiligde beelden, bewegende beelden
en Multi Burst-beelden niet roteren.
• Beelden die met andere camera’s zijn
opgenomen, kunnen soms niet worden
geroteerd.
• Wanneer u beelden bekijkt op een computer is
het mogelijk dat, afhankelijk van de software,
de informatie van het roteren van het beeld niet
door de computer wordt herkend.
Continu weergeven
Druk op . Om het weergeven te
hervatten, drukt u nogmaals op . Het
weergeven wordt hervat vanaf het frame
afgebeeld op het LCD-scherm.
• Wanneer Multi Burst-beelden worden
weergegeven op een computer of op een
camera zonder de Multi Burst-functie,
worden de 16 frames die u hebt opgenomen
tegelijkertijd weergegeven als onderdeel van
één beeld.
• U kunt het Multi Burst-beeld niet knippen.
NL
63
Frame-voor-frame weergeven
Opgenomen beelden wissen
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Wanneer u deze functie gebruikt, kunt
u niet alleen bepaalde frames wissen.
Wanneer u beelden wist, worden alle 16
frames tegelijkertijd gewist.
Kies het Multi Burst-beeld met
/.
Het gekozen Multi Burst-beeld wordt
continu weergegeven.
Druk op wanneer het
gewenste frame wordt
weergegeven.
1 Geef het gewenste Multi Burst-beeld
weer dat u wilt wissen.
2 Druk op
Beelden beveiligen
— Beveiliging
Met deze functie kunt u beelden beveiligen
tegen per ongeluk wissen.
Modusschakelaar
(Wissen).
3 Kies [Delete] en druk daarna op .
Alle frames worden gewist.
"Step" verschijnt.
60min
1M
14/14
MENU
101-0014
PLAY
M
101
Step
12/16
2005 1 1 10:30PM
FRAME BACK/NEXT
VOLUME
Draai het frame door met /.
: Het volgende frame wordt
afgebeeld. Wanneer u ingedrukt
houdt, blijven de frames doordraaien.
: Het voorgaande frame wordt
afgebeeld. Wanneer u ingedrukt
houdt, blijven de frames achterwaarts
doordraaien.
Naar de normale weergave
terugkeren
NL
64
Druk op in stap . Het weergeven
wordt hervat vanaf het frame afgebeeld op
het LCD-scherm.
Regelknop
• Merk op dat door de"Memory Stick Duo" te
formatteren alle data in de "Memory Stick
Duo" gewist zullen worden, zelfs als de
beelden beveiligd zijn, en niet kunnen worden
hersteld.
• Het beveiligen van de beelden kan enige tijd
duren.
In de enkelbeeld-modus
In de index-modus
Zet de modusschakelaar
op .
Zet de modusschakelaar in
de stand
en verschuif
(index) naar de W-kant om het
index-scherm weer te geven.
Laat met / het beeld
verschijnen dat u wilt
beveiligen.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies (Protect) met / en
druk daarna op .
60min
VGA
101
2/9
Het menu verschijnt.
Kies (Protect) met / en
druk daarna op .
Kies [Select] met / en druk
daarna op .
Kies met /// het beeld
dat u wilt beveiligen en druk
daarna op .
De groene indicatie verschijnt op
het gekozen beeld.
Protect
Exit
De indicatie wordt wit. De
geselecteerde beelden zijn beveiligd.
Om de beveiligingsfunctie te
verlaten
Kies bij stap de optie [Cancel] of kies
bij stap de optie [Exit] en druk daarna
op .
Om de beveiliging van
afzonderlijke beelden te
annuleren
Kies het beeld waarvan u de beveiliging
wilt annuleren met /// in stap
en druk daarna op . De indicatie
wordt grijs. Herhaal deze procedure voor
alle beelden waarvan u de beveiliging wilt
annuleren. Druk op MENU, kies [OK] en
druk daarna op .
Geavanceerd bekijken van stilstaande beelden
Het weergegeven beeld is beveiligd.
De indicatie (beveiliging)
verschijnt op het beeld.
Druk op MENU.
Kies [OK] met en druk
daarna op .
BACK/NEXT
Om verder te gaan en andere
beelden te beveiligen, kiest u
het gewenste beeld met /
en drukt u vervolgens op .
Om de beveiliging te annuleren
Druk bij stap of opnieuw op . De
indicatie verdwijnt.
Alle beelden in een map
beveiligen
•
SELECT
MENU
TONEXT
Herhaal stap om andere
beelden te beveiligen.
Druk op MENU.
Kies bij stap de optie [All In This
Folder] en druk op . Kies [On] en druk
daarna op .
De beveiliging van alle beelden
in een map annuleren
Kies bij stap de optie [All In This
Folder] en druk op . Kies [Off] en druk
daarna op .
NL
65
Beeldformaat
veranderen
— Formaat veranderen
U kunt het formaat van een vastgelegd
beeld veranderen en het gewijzigde beeld
opslaan als een nieuw bestand.
U hebt de keuze uit de volgende formaten:
4M, 3M, 1M, VGA
Ook nadat u het formaat hebt veranderd,
blijft het oorspronkelijke beeld bewaard.
Modusschakelaar
MENU
Regelknop
Zet de modusschakelaar
op .
Laat met / het beeld
verschijnen waarvan u het
formaat wilt veranderen.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
NL
66
Kies
(Resize) met / en
druk daarna op .
Kies met / het gewenste
formaat en druk daarna op .
Het beeld met het nieuwe formaat
wordt opgenomen en opgeslagen in
de opnamemap als het meest recente
bestand.
Om de verandering van het
formaat te annuleren
Kies bij stap [Cancel].
• Voor bewegende beelden of Multi Burstbeelden kan het formaat niet worden
veranderd.
• Wanneer u van een klein formaat overschakelt
op een groot formaat, gaat de beeldkwaliteit
achteruit.
• Een beeld kan niet naar een beeldformaat van
3:2 worden veranderd.
• Wanneer u het formaat van een 3:2 beeld
verandert, zullen de bovenste en onderste
zwarte gedeelten in het beeld worden
afgebeeld.
Stilstaande beelden
afdrukken
U kunt de beelden die u op uw camera
hebt opgenomen op de volgende manieren
afdrukken.
Rechtstreeks afdrukken (op een PictBridgecompatibele printer) (blz. 68)
U kunt afdrukken door de camera rechtstreeks aan te sluiten op een
PictBridge-compatibele printer.
Rechtstreeks afdrukken (op een "Memory Stick"compatibele printer)
Stilstaande beelden afdrukken
U kunt afdrukken op een "Memory Stick"-compatibele printer.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij de printer werd geleverd voor
verdere informatie.
Afdrukken met een computer (blz. 93)
U kunt beelden afdrukken die naar een computer zijn overgebracht met
behulp van de software "Picture Package" dat op de CD-ROM staat die
bij de camera werd geleverd. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij
de printer werd geleverd voor de bedieningsinstructies voor de printer.
Afdrukken in een winkel (blz. 73)
Ga met uw "Memory Stick Duo" en Memory Stick Duo-adapter naar
een fotoafdrukwinkel. U kunt ook van tevoren de foto’s die u wilt
afdrukken markeren met afdrukmarkeringen.
NL
67
Rechtstreeks afdrukken
Zelfs als u geen computer hebt, kunt u toch
gemakkelijk de beelden die u met deze
camera hebt opgenomen afdrukken, door
de camera aan te sluiten op een PictBridgecompatibel printer. Als voorbereiding hoeft
u alleen maar de USB-verbinding in te
stellen op het Setup-scherm en de camera
met een USB-kabel aan te sluiten op de
printer.
Door een PictBridge-compatibele printer te
gebruiken, kunt u gemakkelijk het indexblad* afdrukken.
* Afhankelijk van de printer is het mogelijk dat
de index-blad-afdrukfunctie niet beschikbaar
is.
• Wij adviseren u de netspanningsadapter te
gebruiken om te voorkomen dat tijdens het
afdrukken de stroomvoorziening wegvalt.
• U kunt bewegende beelden niet afdrukken.
• Als een foutmelding wordt ontvangen van de
aangesloten printer, knippert de
indicatie
gedurende ongeveer vijf seconden. Controleer
de aangesloten printer.
Enkelbeeld-afdruk
De camera voorbereiden
Stel de USB-functie in op de camera om de
camera op de printer te kunnen aansluiten.
Index-afdruk
Alvorens over te gaan tot
bediening
Stel het menu in op het Setup-scherm
(blz. 47 en 115).
Modusschakelaar
MENU
• Als u hetzelfde beeld naast elkaar wilt
rangschikken, kiest u [This image] in de
enkelbeeld-modus en stelt u [Index] in op [On]
(blz. 70).
• Het aantal beelden dat op één indexvel wordt
afgedrukt verschilt afhankelijk van de printer.
Regelknop
Kies
(Setup 2) met en
kies daarna [USB Connect]
med //.
2
Kies [PictBridge] met / en
druk daarna op .
1
2
1
Setup 2
File Number:
USB Connect: PictBridge
Clock Set:
PTP
Normal
2
NL
68
De USB-functie is nu ingesteld.
De camera aansluiten op de
printer
Sluit de (USB-) aansluiting van de
camera, met behulp van de USB-kabel
(bijgeleverd), aan op de USB-aansluiting
van de printer. Schakel de camera en de
printer in.
De camera wordt in de weergavefunctie
gezet ongeacht de stand van de
modusschakelaar en een beeld in de
gekozen weergavemap en het afdrukmenu
worden afgebeeld op het LCD-scherm.
Als [USB Connect] niet is
ingesteld op [PictBridge] op het
Setup-scherm
Zelfs als u de camera inschakelt, kunt u de
PictBridge-functie niet gebruiken.
Koppel de USB-kabel los van de camera
en stel [USB Connect] in op [PictBridge]
(blz. 68).
Afdrukken in de enkelbeeldmodus
Zodra u de camera op een printer hebt
aangesloten, wordt het afdrukmenu
afgebeeld.
Modusschakelaar
MENU
1M
101
2/9
Stilstaande beelden afdrukken
Kies het gewenste afdruktype
met / en druk daarna op .
Nadat de verbinding
tot stand is
gekomen, verschijnt
de
indicatie op
het LCD-scherm.
Print
All In This Folder
DPOF image
Select
This image
Cancel
Regelknop
1M
Printer
101
2/ 9
Print
All In This Folder
DPOF image
Select
This image
Cancel
All In This Folder
Drukt alle beelden in de map af.
DPOF image
Drukt alle beelden met de
markering (blz. 73) af, ongeacht het
weergegeven beeld.
NL
69
Select
Kiest de beelden op volgorde. Drukt
alle gekozen beelden af.
1 Kies het beeld dat u wilt afdrukken
met behulp van / en druk
daarna op .
De
markering verschijnt op het
gekozen beeld.
• Herhaal deze stap om andere beelden
te kiezen.
2 Kies [Print] met en druk daarna
op .
This image
Drukt het huidig gekozen beeld af.
Stel de afdrukinstelling in met
///.
1M
Print
Index
Off
Size
Default
Date
Off
Quantity
1
Exit
101
2/ 9
OK
Index
Kies [On] om indexbeelden af te
drukken.
Size
Kies het gewenste papierformaat.
Date
Om de datum en tijd op de beelden
in te voegen, kiest u [Date] of
[Day&Time].
• Als u in stap [This image] kiest en
indexbeelden afdrukt, wordt hetzelfde beeld
naast elkaar gerangschikt.
• Wanneer u de instelling [Date] instelt op
[Date], wordt de datum ingevoegd in de
volgorde ingesteld in "De datum en tijd
instellen" (blz. 18). Het is mogelijk dat de
datuminvoegfunctie niet wordt ondersteund
afhankelijk van de printer.
• Instelonderdelen die niet door de printer
worden ondersteund, worden niet weergegeven.
NL
70
Kies [Quantity] met en kies
het aantal vellen met /.
Als [Index] is ingesteld op [Off]: het
aantal vellen van het gekozen beeld.
Als [Index] is ingesteld op [On]: het
aantal vellen met indexbeelden. Als
in stap [This image] is gekozen,
is dit het aantal dezelfde beelden dat
op een enkel indexvel kan worden
gerangschikt.
• Afhankelijk van het aantal indexbeelden kan
het onmogelijk zijn alle beelden op één vel te
rangschikken.
Kies [OK] met / en druk
daarna op .
Het beeld wordt afgedrukt.
Koppel de USB-kabel niet los terwijl
de
indicatie (USB-kabel niet
loskoppelen) wordt afgebeeld op het
LCD-scherm.
Printing
2/3
Exit
Het afdrukken annuleren
Kies bij stap [Cancel] of kies bij stap
[Exit].
Andere beelden afdrukken
Kies het beeld met / na stap en kies
vervolgens [Print].
Afdrukken in de indexmodus
Kies het gewenste afdruktype
met / en druk daarna op .
Als u uw camera op de printer aansluit,
wordt het afdrukmenu afgebeeld. Druk op
[Cancel] om het afdrukmenu te verlaten.
Verschuif
(index) naar de
W-kant om het indexscherm
weer te geven.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies
(Print) met en druk
daarna op .
Print
Cancel
Select DPOF image
Stilstaande beelden afdrukken
Select
Kiest de beelden op volgorde. Drukt
alle gekozen beelden af.
1 Kies het beeld dat u wilt afdrukken
met behulp van /// en druk
daarna op .
De
markering verschijnt op het
gekozen beeld.
• Herhaal deze stap om andere
beelden te selecteren.
2 Druk op MENU.
DPOF image
Alle beelden met het merkteken
worden afgedrukt, ongeacht het
weergegeven beeld (blz. 73).
All In This Folder
Alle beelden in de map afdrukken.
NL
71
Stel de afdrukinstelling in met
///.
Print
Index
Off
Size
Default
Date
Off
Quantity
1
Exit
OK
Index
Kies [On] om indexbeelden af te
drukken.
Size
Kies het gewenste papirformaat.
Date
Om de datum en tijd op beelden
projecteren, kies [Date] of
[Day&Time].
• Wanneer u de instelling [Date] instelt op
[Date], wordt de datum ingevoegd in de
volgorde ingesteld in "De datum en tijd
instellen" (blz. 18). Afhankelijk van de
printer is het mogelijk dat deze functie niet
beschikbaar is.
NL
72
Kies [Quantity] met en kies
het aantal kopieën met /.
Als [Index] is ingesteld op [Off]: het
aantal vellen van het gekozen beeld.
Als [Index] is ingesteld op [On]: het
aantal vellen met indexbeelden.
• Afhankelijk van het aantal indexbeelden kan
het onmogelijk zijn alle beelden op één vel te
rangschikken.
Kies [OK] met / en druk
daara op .
Het beeld wordt afgedrukt.
Koppel de USB-kabel niet los terwijl
de
(USB-kabel niet losmaken)
indicator op het LCD-scherm wordt
afgebeeld.
Printing
2/3
Exit
Het afdrukken annuleren
Kies bij stap [Cancel] of kies bij stap
[Exit].
Beelden afdrukken in
een winkel
Let op de volgende punten
wanneer u beelden laat
afdrukken in een winkel.
Afdrukmarkeringen aanbrengen
in de enkelbeeld-modus
Wanneer u beelden wilt laten afdrukken in
een fotoafdrukwinkel, is het handig om van
tevoren de beelden te markeren die u wilt
laten afdrukken met een afdrukmarkering.
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Modusschakelaar
Laat met / het beeld
verschijnen dat u wilt
markeren.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies
(DPOF) met /, en
druk daarna op .
MENU
Regelknop
• U kunt niet bewegende beelden markeren.
• Wanneer u beelden markeert die in de Multi
Burst-modus zijn opgenomen, worden alle
beelden afgedrukt op één vel van 16 velden.
• U kunt het aantal afdrukken niet instellen.
Op het weergegeven beeld wordt de
markering
aangebracht.
60min
1M
101
2/9
Stilstaande beelden afdrukken
• Neem contact op met de
fotoafdrukwinkel om te vragen welke
typen "Memory Stick" ze ondersteunen.
• Als de fotoafdrukwinkel de "Memory
Stick" niet ondersteunt, kopieert u de
beelden naar een CD-R, enz., en neemt u
die mee naar de winkel.
• Vergeet niet de Memory Stick Duoadapter mee te nemen naar de winkel.
• Zorg ervoor dat u een kopie van de
beelden thuis achterlaat voordat u naar
de fotoafdrukwinkel gaat.
Afdrukmarkeringen
aanbrengen
DPOF
Exit
BACK/NEXT
Om verder te gaan en andere
beelden te markeren, kiest u
het gewenste beeld met /
en drukt u vervolgens op .
De afdrukmarkering
verwijderen
Druk bij stap of opnieuw op . De
indicatie
verdwijnt.
NL
73
Afdrukmarkeringen aanbrengen
in de index-modus
Herhaal stap om andere
beelden te markeren.
Zet de modusschakelaar in
de stand
en verschuif
(index) naar de W-kant om het
indexscherm weer te geven.
Druk op MENU.
Druk op MENU.
Het menu verschijnt.
Kies [OK] met en druk
daarna op .
De indicatie
wordt wit. Het
aanbrengen van de markering
voltooid.
is
Kies
(DPOF) met / en
druk daarna op .
De afdrukmarkering
verwijderen
Kies [Select] met /, en druk
daarna op .
Kies het beeld waarvan u de markering
wilt annuleren met /// en druk
vervolgens op in stap .
• U kunt de afdrukmarkering
niet
aanbrengen op [All In This Folder].
Kies met /// het beeld
dat u wilt markeren, en druk
daarna op .
De groene markering
op het gekozen beeld.
verschijnt
Alle markeringen
opheffen
in een map
Kies bij stap [All In This Folder] en
druk daarna op . Kies [Off] en druk
daarna op .
Om de functie voor het
aanbrengen van een
afdrukmarkering
te verlaten
•
NL
74
SELECT
MENU
TONEXT
Kies bij stap [Cancel] of kies bij stap
[Exit].
Opnemen van
bewegende beelden
U kunt met uw camera bewegende beelden
met geluid opnemen.
Modusschakelaar
Microfoon
Druk de sluiterknop volledig
in.
"REC" verschijnt op het scherm en de
camera begint met de opname van het
beeld en geluid.
STD
60min
101
640
REC 00:00:02(00:10:48)
Sluiterknop
• Het opnemen stopt wanneer de "Memory
Stick Duo" vol is.
Zelfontspanner gebruiken
Zet de modusschakelaar op
procedure op pagina 31.
en volg de
• Raak de microfoon niet aan tijdens het
opnemen van bewegend beelden.
• Tijdens het opnemen van bewegende beelden
kunt u de volgende functies niet gebruiken:
− De vergrotingsfactor veranderen
− Flitser
− De datum en tijd projecteren
• Zie pagina 111 voor de opnametijd in iedere
opnamefunctie.
Druk de sluiterknop opnieuw
helemaal in om met opnemen
te stoppen.
Regelknop
Druk op
(Beeld formaat).
Het Image Size-instelmenu wordt
afgebeeld.
Kies het gewenste formaat
met /.
U kunt kiezen uit [640(Fine)],
[640(Standard)] en [160].
• [640(Fine)] kan alleen worden
opgenomen op "Memory Stick PRO
Duo".
Indicaties tijdens het opnemen
De indicaties op het scherm worden niet
mee opgenomen.
Bij iedere druk op
verandert de status
van het LCD-scherm als volgt: Indicaties
uit LCD-achtergrondverlichting uit
Indicaties aan.
Er wordt geen histogram weergegeven.
Een uitvoerige beschrijving van de
indicaties vindt u op pagina 127.
Bewegende beelden
Zet de modusschakelaar in de
stand .
NL
75
Bewegende beelden
bekijken op het LCDscherm
U kunt bewegende beelden bekijken op
het LCD-scherm met het geluid uit de
luidspreker.
Kies het gewenste bewegende
beeld net /.
Bewegende beelden van het formaat
[640(Fine)] of [640(Standard)] worden
op het volledige scherm weergegeven.
60min
STD
640
101
10/10
00:00:00
101_0010
PLAY
2005 1 1 10:30PM
BACK/NEXT
VOLUME
• Bewegende beelden met het beeldformaat
[160] worden een formaat kleiner
weergegeven.
Druk op .
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
De bewegende beelden en het geluid
worden weergegeven.
Tijdens weergave verschijnt
(weergave) op het scherm.
60min
STD
640
101
101_0010
PLAY
10/10
00:00:03
2005 1 1 10:30PM
BACK/NEXT
Weergavebalk
VOLUME
Om de weergave te stoppen
Druk opnieuw op .
Om het volume af te stellen
Druk op / om het volume af te stellen.
NL
76
Druk tijdens het weergeven op (cueweergave) of op (review-weergave).
Om terug te keren naar normale weergave,
drukt u op .
Indicaties tijdens het bekijken
van bewegende beelden
Modusschakelaar
Luidspreker
Om de bewegende beelden
vooruit of terug te spoelen
Elke keer wanneer u
indrukt,
verandert de status van het scherm
als volgt: Indicaties uit LCDachtergrondverlichting uit Indicaties
aan.
Er wordt geen histogram weergegeven.
Een uitvoerige beschrijving van de
indicaties vindt u op pagina 129.
• Bewegende beelden die zijn opgenomen met
voorgaande Sony-modellen kunnen ook een
formaat kleiner worden weergegeven.
Bewegende beelden
wissen
Ongewenste bewegende beelden kunt u
wissen.
Modusschakelaar
In de enkelbeeld-modus
In de index-modus
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Zet de modusschakelaar in
de stand
en verschuif
(index) naar de W-kant om het
indexscherm weer te geven.
Geef de bewegende beelden
die u wilt wissen weer met
/.
Druk op
(Wissen).
De bewegende beelden zijn op dit
moment nog niet gewist.
Kies [Delete] met en druk
daarna op .
Regelknop
Om verder te gaan en andere
bewegende beelden te wissen,
geeft u de bewegende beelden
weer die u wilt wissen met /
en herhaalt u vervolgens stap
.
Om te stoppen met wissen
Kies [Exit] bij stap of .
(Wissen).
Kies [Select] met / en druk
daarna op .
Kies met /// het beeld
dat u wilt wissen en druk
daarna op .
De groene indicatie (Wissen)
verschijnt op de gekozen bewegende
beelden.
SELECT
Bewegende beelden
• U kunt beveiligde bewegende beelden niet
wissen.
• Merk op dat u gewiste bewegende beelden niet
kunt herstellen.
De melding "Access" verschijnt en de
bewegende beelden zijn gewist.
Druk op
TONEXT
De bewegende beelden zijn op dit
moment nog niet gewist.
Herhaal stap om andere
bewegende beelden te wissen.
Druk op
(Wissen).
NL
77
Kies [OK] met en druk
daarna op .
De melding "Access" verschijnt en de
bewegende beelden zijn gewist.
Om te stoppen met wissen
Kies [Exit] bij stap of .
• Wissen van alle beelden in de map, zie pagina
44.
Knippen van
bewegende beelden
U kunt bewegende beelden knippen
of overbodige gedeelten wissen. Dit is
de aanbevolen functie om te gebruiken
wanneer de capaciteit van de "Memory
Stick Duo" onvoldoende is, of wanneer
u bewegende beelden als bijlage met uw
e-mailberichten verstuurt.
Merk op dat het oorspronkelijke
bewegende beeld wordt gewist wanneer u
erin knipt.
<Voorbeeld> Knippen van bewegende
beelden genummerd 101_0002
101_0001
1
De geknipte bewegende beelden krijgen
nieuwe nummers toegewezen en worden
in de gekozen opnamemap opgeslagen
als de meest recente bestanden. De
oorspronkelijke bewegende beelden
worden gewist en dat nummer wordt
overgeslagen.
3
2
101_0002
1. Knippen van scène A.
1
A
B
2
101_0004
3
A
2
B
101_0005
Knippunt
3. Wissen van scènes A en B als deze
overbodig zijn.
101_0004
1
3
101_0007
A
2
101_0006
3
2
101_0006
NL
B
Wissen
Wissen
4. Alleen de gewenste scènes blijven
over.
1
78
3
Knippunt 101_0002
2. Knippen van scène B.
1
Toewijzen van
bestandsnummers wanneer
bewegende beelden worden
geknipt
101_0003
Modusschakelaar
Kies een knippunt.
Druk op de midden op het gewenste
knippunt.
60min
STD
640
101
Divide
Dividing
Point
10/10
00:00:02
OK
Cancel
Exit
MENU
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand .
Geef de bewegende beelden
die u wilt knippen weer met
/.
Druk op MENU.
Kies (Divide) met en druk
daarna op . Kies vervolgens
[OK] met en druk daarna op
.
Het weergeven van de bewegende
beelden begint.
Als u het knippunt wilt aanpassen,
drukt u op [/] (frame
terugspoelen/vooruit) en past u het
knippunt aan met /. Als u een
ander knippunt wilt kiezen, kiest
u [Cancel]. Het weergeven van de
bewegende beelden begint opnieuw.
Als u een knippunt hebt
gekozen, kiest u [OK] met /
en drukt u op .
Bewegende beelden
Het menu verschijnt.
• U kunt de onderstaande beelden niet knippen.
– Stilstaand beeld
– Bewegende beelden die niet lang genoeg zijn
om te knippen (ongeveer langer dan twee
seconden)
– Beveiligde bewegende beelden
• U kunt bestanden niet herstellen nadat u ze
hebt geknipt.
• De geknipte bewegende beelden worden
opgenomen als de meest recente bestanden in
de gekozen opnamemap.
Kies [OK] met en druk
daarna op .
De bewegende beelden worden
geknipt.
Het knippen annuleren
Kies [Exit] bij stap of . De
bewegende beelden worden weer op het
scherm weergegeven.
NL
79
Beelden kopiëren
naar uw computer
— Voor gebruikers van Windows
Aanbevolen computeromgeving
Besturingssysteem: Microsoft
Windows 98, Windows 98SE, Windows
2000 Professional, Windows Millennium
Edition, Windows XP Home Edition, of
Windows XP Professional
Het bovenstaande besturingssysteem
dient in de fabriek te zijn geïnstalleerd.
De juiste werking kan niet worden
gegarandeerd in een computeromgeving
die is opgewaardeerd tot de hierboven
beschreven besturingssystemen of in
een computeromgeving met meerdere
besturingssystemen.
CPU: MMX Pentium 200 MHz of sneller
USB-poort: Standaard geleverd
Beeldscherm: 800 × 600 beeldpunten
of meer
High Color (16-bit kleuren, 65.000
kleuren) of beter
NL
80
• Deze camera is compatibel met Hi-Speed USB
(USB voldoet aan 2.0).
• Door aan te sluiten via een USB-interface die
compatibel is met Hi-Speed USB (voldoet aan
2.0) wordt overdracht op hoge snelheid (snelle
overdracht) mogelijk.
• Indien u twee of meer USB-apparaten tegelijk
op één en dezelfde computer aansluit, zal
bepaalde apparatuur, met inbegrip van uw
camera, al naar gelang het type USBapparatuur mogelijk niet werken.
• Bij gebruik van een USB-hub kan een juiste
werking niet worden gegarandeerd.
• Voor alle bovenstaande aanbevolen
computeromgevingen kan een behoorlijke
werking niet worden gegarandeerd.
Wanneer uw computer niet is
uitgerust met een USB-poort
USB-modus
Inhoud van de CD-ROM
Er zijn twee functies voor een USB
verbinding wanneer u aansluit op een
computer: de [Normal] en [PTP]* functie.
De standaardinstelling is de [Normal]functie. Dit gedeelte neemt de [Normal]
functie als voorbeeld.
USB-stuurprogramma
Dit stuurprogramma is noodzakelijk om de
camera aan te sluiten op een computer.
Indien u Windows XP gebruikt, hoeft u het
USB-stuurprogramma niet te installeren.
* Voor verdere informatie over de PTP-verbinding,
zie pagina 117.
Communicatie met uw computer
Na herstel van uw computer vanuit de
Suspend- of Sleep-modus is de kans
aanwezig dat de communicatie tussen uw
camera en uw computer niet op hetzelfde
moment hersteld wordt.
Wanneer zowel een USB-poort als een
"Memory Stick"-gleuf niet aanwezig zijn,
kunt u beelden kopiëren via een extern
apparaat. Zie de Sony-Website voor
informatie.
http://www.sony.net/
Picture Package
Deze applicatie wordt gebruikt om de
beelden vanaf de camera gemakkelijk
over te dragen naar een computer. Het
stelt u tevens in staat de diverse functies te
gebruiken.
Als u "Picture Package" installeert,
wordt tegelijkertijd ook het USBstuurprogramma geïnstalleerd.
• De vereiste bediening kan al naar gelang uw
besturingssysteem verschillend zijn.
• Sluit alle programma’s die op de
computer draaien af alvorens
het USB-stuurprogramma en het
softwareprogramma te installeren.
• Bij gebruik van Windows 2000 of XP, logt u in
als beheerder (Administrator).
Het USB-stuurprogramma
installeren
Klik op [USB Driver] op het
titelscherm.
Schakel de computer in
en plaats de CD-ROM
(bijgeleverd) in het CD-ROMstation.
Het "InstallShield Wizard"-scherm
verschijnt.
Klik op [Next].
De computer wordt opnieuw opgestart.
Hierna kunt u de USB-aansluiting tot
stand brengen.
Sluit uw camera nu nog niet
aan op uw computer.
Het installatie-menuscherm wordt
afgebeeld. Indien het niet verschijnt,
dubbelklik dan op
(My Computer)
(PICTUREPACKAGE) in die
volgorde.
•
•
Als u ook de bijgeleverde software
"Picture Package" gebruikt, klikt
u op [Picture Package]. Het USBstuurprogramma wordt geïnstalleerd
nadat "Picture Package" is geïnstalleerd
(blz. 88).
Als de computer reeds
gebruikt wordt, sluit u alle
softwareprogramma’s af voordat
u het USB-stuurprogramma
installeert.
Bekijken van de beelden op uw computer
Indien u Windows XP gebruikt, hoeft u het
USB-stuurprogramma niet te installeren.
Nadat het USB-stuurprogramma
eenmaal is geïnstalleerd, hoeft u het
USB-stuurprogramma niet nogmaals te
installeren.
Klik op [Yes, I want to restart
my computer now] (Ja, ik wil
mijn computer nu opnieuw
opstarten) en vervolgens op
[Finish].
Haal de CD-ROM eruit.
Het installeren van het USBstuurprogramma begint. Nadat
het installeren klaar is, wordt een
mededeling hieromtrent op het scherm
afgebeeld.
NL
81
De camera aansluiten op de
computer
Plaats de "Memory Stick Duo"
waarop de beelden staan die u
wilt kopiëren, in de camera en
sluit het accu/"Memory Stick
Duo"-deksel.
• Als u met gebruikmaking van de accu beelden
kopieert naar uw computer, kan door het
uitvallen van de accu het kopiëren mislukken
of kunnen de gegevens verminkt raken.
Wij adviseren u de netspanningsadapter te
gebruiken.
Zet de modusschakelaar op
. Schakel uw computer en
de camera in.
Sluit de (bijgeleverde) USBkabel aan op de (USB)
aansluiting van de camera.
Open de afdekking van de
aansluiting, sluit daarna
de netspanningsadapter
(bijgeleverd) erop aan,
en steek tenslotte de
netspanningsadapter in een
stopcontact.
Sluit de USB-kabel aan op de
computer.
stopcontact
82
Switch on
Toegangsindicaties*
MENU
"USB Mode Normal" verschijnt op
het LCD-scherm van de camera.
Wanneer er voor het eerst een USBverbinding tot stand wordt gebracht,
draait uw computer automatisch het
gebruikte programma om de camera te
herkennen. Wacht een poosje.
* Tijdens communicatie zijn de
toegangsindicaties rood. Gebruik de
computer niet totdat de aanduidingen wit
zijn geworden.
• Als "USB Mode Normal" niet wordt afgebeeld
in stap , drukt u op MENU, kiest u [USB
Connect], en stelt dit in op [Normal].
Netspanningsadapter
Naar een
NL
USB Mode
Normal
• Indien u Windows XP gebruikt, verschijnt
de AutoPlay wizard automatisch op het
bureaublad. Ga verder naar pagina 84.
Loskoppelen van de USBkabel van uw computer,
verwijderen van de "Memory
Stick Duo" uit uw camera, of
uitschakelen van de camera
tijdens een USB-verbinding
1 Dubbelklik
op de taakbalk.
Dubbelklik hier
2 Klik op
(Sony DSC) als dit wordt
afgebeeld en klik daarna op [Stop].
3 Controleer dat het juiste apparaat wordt
aangegeven in het bevestigingsvenster
en klik op [OK].
4 Klik op [OK].
Stap 4 is niet nodig voor Windows XP
gebruikers.
5 Koppel de USB-multikabel los, haal de
"Memory Stick Duo" eruit of schakel
de camera uit.
Voor gebruikers van Windows 98 of
98SE
Controleer dat de toegangsindicaties
(blz. 82) op het LCD-scherm wit zijn en
voer alleen bovenstaande stap 5 uit.
– Windows 98/98SE/2000/Me
Dubbelklik op [My Computer]
en dubbelklik daarna op
[Removable Disk].
De inhoud van de "Memory Stick
Duo" in de camera verschijnt.
Dubbelklik de map [My
Documents], klik met de
rechtermuisknop in het
venster "My Documents" om
het menu af te beelden en kies
daarna [Paste] op het menu.
De beeldbestanden worden naar de
map "My Documents" gekopieerd.
Bekijken van de beelden op uw computer
Voor gebruikers van Windows 2000,
Me, of XP
Beelden kopiëren
• Dit deel beschrijft een voorbeeld van het
kopiëren van beelden naar de "My Documents"
map.
• Wanneer het pictogram "Removable Disk" niet
wordt afgebeeld, zie pagina 84.
• Indien u Windows XP gebruikt, zie pagina 84.
Dubbelklik op [DCIM] en
dubbelklik daarna op de
map waarin de beelden
zijn opgeslagen die u wilt
kopiëren.
Klik met de rechtermuisknop
op het beeldbestand om het
menu af te beelden en kies
daarna [Copy] op het menu.
NL
83
Als een beeld met dezelfde
bestandsnaam reeds bestaat
in de bestemmingsmap
De overschrijven-bevestigingsmelding
wordt afgebeeld. Wanneer u het
bestaande beeld overschrijft met een
nieuw beeld, wordt het oorspronkelijke
bestand gewist.
De bestandsnaam veranderen
Voor het kopiëren van een beeldbestand,
zonder overschrijving, moet u de
bestandsnaam in de gewenste naam
wijzigen en daarna het beeldbestand
kopiëren. Merk echter op dat wanneer
u de bestandsnaam verandert, u dat
beeld mogelijk niet meer kan weergeven
met de camera. Als u beelden wilt
weergeven met de camera, voert u de
bediening uit op pagina 88.
Wanneer het pictogram van een
verwisselbare schijf niet wordt
afgebeeld
1 Klik met de rechtermuisknop op [My
Computer] om het menu af te beelden
en klik daarna op [Properties].
Het "System Properties" venster wordt
geopend.
2 Beeld [Device Manager] af.
Klik op [Hardware].
Klik op [Device Manager].
• Voor gebruikers van Windows 98, 98SE
en Me is stap overbodig. Klik op het
tabblad [Device Manager].
3 Als [
Sony DSC] wordt afgebeeld,
gooit u dit weg.
Klik met de rechter muistoets op
[
Sony DSC].
Klik op [Uninstall].
Het "Confirm Device Removal"
(Bevestigen van verwijderen van
apparaat)-scherm verschijnt.
• Voor gebruikers van Windows 98, 98SE
en Me, klik op [Remove].
Klik op [OK].
Het apparaat is verwijderd.
Probeer de installatie van het USBstuurprogramma nogmaals met de
CD-ROM (blz. 81).
NL
84
– Windows XP
Beelden kopiëren met behulp
van de Windows XP AutoPlay
wizard
Breng een USB-verbinding
tot stand (blz. 82). Klik op
[Copy pictures to a folder on
my computer using Microsoft
Scanner and Camera Wizard]
(Kopieer beelden naar een
map op mijn computer met
behulp van Microsoft Scanner
en Camera Wizard) en klik
daarna op [OK].
Het "Scanner and Camera Wizard"
(Wizard voor scanner en camera)scherm verschijnt.
Klik op [Next].
De beelden die op de "Memory
Stick Duo" zijn opgeslagen, worden
weergegeven.
Klik in het selectievakje van
de beelden die u niet naar de
computer wilt kopiëren om het
vinkje te verwijderen en klik
daarna op [Next].
Het "Picture Name and Destination"
(Naam en bestemming van beeld)scherm verschijnt.
Kies een naam en bestemming
voor uw beelden en klik
vervolgens op [Next].
Het beeld wordt nu gekopieerd.
Wanneer het kopiëren is voltooid,
verschijnt het scherm "Other Options"
(Overige opties).
Het scherm "Completing the Scanner
and Camera Wizard" (Voltooien
van wizard voor scanner en camera)
verschijnt.
Klik op [Start] en klik daarna
op [My Documents].
De inhoud van de map "My
Documents" wordt weergegeven.
• Dit hoofdstuk beschrijft de procedure voor het
bekijken van gekopieerde beelden in de map
"My Documents".
• Indien u niet Windows XP gebruikt, dubbelklik
dan op [My Document] op het bureaublad.
Bekijken van de beelden op uw computer
Kies [Nothing. I’m finished
working with these pictures]
(Niets. Ik ben klaar met
het bewerken van deze
afbeeldingen) en klik daarna
op [Next].
Bekijken van de beelden op
uw computer
Dubbelklik op het gewenste
beeldbestand.
Het beeld wordt weergegeven.
Klik op [Finish].
De wizard wordt afgesloten.
• Om verder te gaan met het kopiëren van andere
beelden, volgt u de procedure beschreven
onder op pagina 83 om de USB-kabel los te
maken en weer aan te sluiten. Voer daarna de
procedure vanaf stap opnieuw uit.
NL
85
Beeldbestand-geheugenlocaties en bestandsnamen
Beeldbestanden opgenomen met uw camera worden gegroepeerd als mappen in de "Memory
Stick Duo".
Voorbeeld: als u mappen bekijkt onder Windows XP
Map met daarin beeldgegevens die werden
opgenomen met een camera zonder mapcreëerfunctie
Map met daarin beeldgegevens die werden
opgenomen met uw camera. Als u geen mappen
creëert, is er alleen de map "101MSDCF"
Map met daarin bewegende beelden enz., die
werden opgenomen met een camera zonder mapcreëerfunctie
• U kunt geen beelden opnemen in de map "100MSDCF" of de map "MSSONY". De
beelden in deze map zijn alleen beschikbaar voor weergave.
• Voor verdere informatie over de map, zie blz. 48, 60.
NL
86
Map
Bestandsnaam
Betekenis van bestand
101MSDCF tot
999MSDCF
DSC0.JPG
• Stilstaande-beeldbestanden opgenomen in de
MOV0.MPG
• Bewegende-beeldbestanden (blz. 75)
MOV0.THM
• Index-beeldbestanden tegelijkertijd opgenomen in de bewegend-beeldmodus (blz. 75)
− Normale modus (blz. 26)
− Burst-modus (blz. 57)
− Multi Burst-modus (blz. 58)
Bekijken van de beelden op uw computer
• betekent ieder willekeurig nummer van 0001 t/m 9999.
• De numerieke delen van een bestand met bewegende beelden, opgenomen in de bewegende-beeldenfunctie, en het bijbehorende
indexbeeldbestand zijn dezelfde.
NL
87
Beeldbestanden bekijken
met de camera nadat ze
naar de computer zijn
gekopieerd
Als een beeldbestand dat naar de computer
is gekopieerd niet meer in een "Memory
Stick Duo" is opgeslagen, kunt u dat beeld
nogmaals op de camera bekijken door het
beeldbestand in de computer te kopiëren
naar een "Memory Stick Duo".
• Stap is niet nodig als de bestandsnaam
ingesteld in de camera, niet is veranderd.
• Afhankelijk van het beeldformaat kan het
onmogelijk zijn bepaalde beelden weer te
geven.
• Als een beeldbestand is verwerkt door de
computer of als het beeldbestand werd
opgenomen door een ander model camera dan
die van u, kunnen wij niet garanderen dat het
beeldbestand kan worden weergegeven.
• Als de overschrijven-bevestigingsmelding
wordt afgebeeld, voert u in stap een ander
nummer in.
• Als er geen map is, maakt u eerst een nieuwe
map aan met uw camera en kopieert u daarna
het beeldbestand (blz. 48).
NL
88
Klik met de rechter muisknop
op het beeldbestand en
klik daarna op [Rename].
Verander de bestandsnaam in
"DSC0".
Voer een nummer in van 0001 t/m
9999 voor .
• De bestandsextensie kan worden afgebeeld,
afhankelijk van de instelling van de computer.
De bestandsextensie voor stilstaande beelden
is JPG en de bestandsextensie voor bewegende
beelden is MPG. U mag de bestandsextensie
niet veranderen.
Kopieer het beeldbestand naar
de map "Memory Stick Duo".
Klik met de rechter muisknop op
het beeldbestand en klik daarna op
[Copy].
Kies en dubbelklik op de map
[DCIM] van de [Removable Disk]
of [Sony MemoryStick] in [My
Computer].
Klik met de rechter muisknop op
de map [MSDCF] in de map
[DCIM] en klik op [Paste].
betekent ieder willekeurig nummer
van 100 t/m 999.
Installeren van "Picture
Package" en "ImageMixer
VCD2"
"Picture Package" is alleen voor
Windows computers.
U kunt het programma "Picture Package"
op uw Windows-computer gebruiken voor
het kopiëren, bekijken en bewerken van
de opnamen die u met uw camera hebt
gemaakt. Bij de installatie van "Picture
Package", wordt tegelijkertijd ook het
USB-stuurprogramma geïnstalleerd.
• Als de computer reeds gebruikt wordt, sluit u
alle softwareprogramma’s af voordat u "Picture
Package" installeert.
Voor computeromgeving
Zie pagina 80 voor een eenvoudige
Windows-besturingsomgeving. Andere
systeemvereisten zijn als volgt.
Software: Macromedia Flash Player 6.0
of hoger, Windows Media Player 7.0 of
hoger, DirectX 9.0b of hoger
Geluidskaart: 16-bit stereo geluidskaart
met luidsprekers
Geheugen: 64 MB of meer (128 MB of
meer wordt aanbevolen.)
Vaste schijf: Vrije schijfruimte benodigd
voor installatie: circa. 500 MB
Grafisch: Videokaart (ondersteuning van
Direct Draw) met 4 MB VRAM
Schakel de computer in
en plaats de CD-ROM
(bijgeleverd) in het CD-ROMstation.
Klikt op [Picture Package/
ImageMixer VCD2].
Klik op [Next].
Het scherm "Licence Agreement"
(Licentie overeenkomst) verschijnt.
Lees de overeenkomst aandachtig
door. Als u de voorwaarden van de
overeenkomst accepteert, vinkt u het
selectievakje "I accept the terms of the
license agreement" (ik accepteer de
licentie overeenkomst) aan en klikt u
op [Next].
Bekijken van de beelden op uw computer
• Om automatisch diavoorstellingen
(blz. 92) te maken, is een Pentium III
500 MHz of een snellere CPU vereist.
• Wanneer u "ImageMixer VCD2"
gebruikt, wordt een computer met
een Pentium III 800 MHz of sneller
aanbevolen.
• Deze software is geschikt voor
DirectX. Voor gebruik moet "DirectX"
geïnstalleerd zijn.
• Voor het gebruik van een schrijver, om
CD-ROM’s te branden, gelden andere
vereisten.
Het scherm "Choose Setup Language"
(Kies taal voor installatie) verschijnt.
Kies de gewenste taal en klik
daarna op [Next].
Het installatie-menuscherm wordt
afgebeeld.
• Als u het USB-stuurprogramma nog niet hebt
geïnstalleerd (blz. 81), mag u de camera niet op
de computer aansluiten vóórdat u de "Picture
Package"-software hebt geïnstalleerd (behalve
voor Windows XP).
• Deze tekst beschrijft het Engelse scherm.
Klik op [Next].
NL
89
Klik op [Install] op het scherm
"Ready to Install the Program"
(Klaar om het programma te
installeren).
De installatie begint.
Controleer dat het
selectievakje "Yes, I want to
restart my computer now" (Ja,
ik wil de computer nu opnieuw
starten) is aangevinkt en klik
daarna op [Finish].
De computer wordt opnieuw opgestart.
Nadat het installeren klaar is, wordt
het scherm "Welcome to setup for
ImageMixer VCD2" (Welkom bij de
installatie van ImageMixer VCD2)
afgebeeld.
Klik op [Next] en volg de
instructies op het scherm.
NL
90
Als het scherm "Welcome to
setup for Direct X" (Welkom bij
de installatie van Direct X) wordt
afgebeeld nadat de installatie van het
softwareprogramma klaar is, volgt u
de aanwijzingen op het scherm.
Beelden kopiëren met
"Picture Package"
Sluit de camera en de computer op
elkaar aan met behulp van de USBkabel.
"Picture Package" wordt automatisch
opgestart en de beelden worden
automatisch naar de computer gekopieerd.
Nadat de beelden zijn gekopieerd, wordt
"Picture Package Viewer" opgestart en
worden de gekopieerde beelden afgebeeld.
De snelkoppelingen van "Picture
Package Menu" en "Picture Package
destination Folder" worden afgebeeld.
Haal de CD-ROM eruit.
• Normaal gesproken worden de mappen
"Picture Package" en "Date" aangemaakt in
de map "My Picture" en worden alle beelden,
opgenomen met de camera, in deze mappen
gekopieerd.
• Als "Picture Package" de beelden niet
automatisch kan kopiëren, start u "Picture
Package Menu" op en vinkt u [Settings] aan in
[Copy automatically].
"Picture Package"
gebruiken
Start [Picture Package Menu] op het
bureaublad op om de diverse functies te
gebruiken.
Technische ondersteuning van "Picture
Package" wordt geleverd door het
Pixela User Support Center. Voor
verdere informatie leest u de informatie
die bij de CD-ROM werd geleverd.
Klik op [Viewing video and pictures on
PC] (Video en beelden bekijken op de PC)
aan de linkerkant van het scherm en klik
daarna op [Viewing video and pictures on
PC] (Video en beelden bekijken op de PC)
in de rechteronderhoek van het scherm.
Het scherm dat gebruikt wordt voor
het bekijken van de beelden, wordt
afgebeeld.
Beelden opslaan op een CD-R
Klik op [Save the images on CD-R]
(Beelden opslaan op de PC) aan de
linkerkant van het scherm en klik daarna
op [Save the images on CD-R] (Beelden
opslaan op de PC) in de rechteronderhoek
van het scherm.
Bekijken van de beelden op uw computer
• Het opstartscherm kan er, afhankelijk van
uw computer, anders uitzien. U kunt de
menuweergave naar wens aanpassen door
op [Settings], rechtsonder op het scherm, te
klikken.
• Voor verdere informatie over het
softwareprogramma, klikt u op
in de
rechterbovenhoek van ieder scherm om de online Helpfunctie af te beelden.
Beelden bekijken op een
computer
Het scherm dat gebruikt wordt voor
het opslaan van beelden op een CD-R,
wordt afgebeeld.
• Om beelden op een CD-R op te slaan is een
cd-schrijver nodig. Voor meer informatie
betreffende geschikte schrijvers, moet u de
volgende homepage van het Pixela User
Support Center raadplegen.
http://www.ppackage.com/
NL
91
Een video-CD met een menu
maken ("ImageMixer VCD2")
"ImageMixer VCD2" is compatibel met
video-CD voor stilstaande beelden met een
hoge resolutie.
Klik op [Burning Video CD]
aan de linkerkant van het
scherm en klik vervolgens
op [Burning Video CD] in de
rechtsonder op het scherm.
Stel de menu achtergrond,
knoppen, titels, enz., in en klik
daarna op [Next].
Bevestig dat de instellingen
overeenkomstig uw wensen zijn.
Klik op [Video CD].
Selecteer de map waarin de
gewenste bestanden zijn
opgeslagen.
Selecteer de gewenste map in
het linkerkader en klik daarna op
[Add]. De geselecteerde mappen
worden naar het rechterkader
verplaatst.
Klik op [Next].
NL
92
Klik op [Automatic Slideshow Producer]
aan de linkerkant van het scherm en klik
vervolgens op [Automatic Slideshow
Producer] in de rechtsonder op het scherm.
Bevestig het voorbeeld van
het Video-CD-bestand.
Klik in het linkerkader op het
bestand waarvan u een voorbeeld
wilt bekijken.
Klik op [] om een voorbeeld te
bekijken.
Klik op [Next] en voer de
discnaam in.
Het "ImageMixer VCD2"-scherm
verschijnt.
Een diavoorstelling maken
Wanneer u een CD-R plaatst in het
CD-R-station en op [Write] klikt,
wordt het scherm afgebeeld voor het
schrijven naar een disc.
Het scherm dat gebruikt wordt voor
het maken van een diavoorstelling,
wordt afgebeeld.
Beelden afdrukken
Voer de procedures uit zoals
beschreven onder "Beelden
bekijken op een computer"
(blz. 91) om de lijst met
beelden af te beelden.
Klik op [File] in de
linkerbovenhoek van het
scherm en kiest daarna [Print].
— Voor gebruikers van
Macintosh
toets op het
Besturingssysteem: Mac OS 9.1, 9.2, of
Het scherm van de Wizard afdrukken
wordt afgebeeld.
Stel het papierformaat en het
aantal af te drukken vellen en
beelden in.
Het scherm dat gebruikt wordt voor
het afdrukken van beelden wordt
afgebeeld.
Bekijken van de beelden op uw computer
Aanbevolen computeromgeving
Dubbelklik en kies de beelden
op de lijst die u wilt afdrukken.
Klik op de
scherm.
Beelden kopiëren
naar uw computer
Mac OS X (v10.0/v10.1/v10.2/v10.3)
Het bovenstaande besturingssysteem dient
in de fabriek te zijn geïnstalleerd.
USB-poort: Standaard geleverd
• Indien u twee of meer USB-apparaten tegelijk
op één en dezelfde computer aansluit, zal
bepaalde apparatuur, met inbegrip van uw
camera, al naar gelang het type USBapparatuur mogelijk niet werken.
• Bij gebruik van een USB-hub kan een juiste
werking niet worden gegarandeerd.
• Voor alle bovenstaande aanbevolen
computeromgevingen kan een behoorlijke
werking niet worden gegarandeerd.
NL
93
USB-modus
Er zijn twee functies voor een USB
verbinding wanneer u aansluit op een
computer: de [Normal] en [PTP]* functie.
De standaardinstelling is de [Normal]functie. Dit gedeelte neemt de [Normal]
functie als voorbeeld.
* Voor verdere informatie over de PTP-verbinding,
zie blz. 117.
Communicatie met uw computer
Na herstel van uw computer vanuit de
Suspend- of Sleep-modus is de kans
aanwezig dat de communicatie tussen uw
camera en uw computer niet op hetzelfde
moment hersteld wordt.
Wanneer uw computer niet is
uitgerust met een USB-poort
Wanneer zowel een USB-poort als een
"Memory Stick"-gleuf niet aanwezig
zijn, kunt u beelden kopiëren via een
extern apparaat. Zie de Sony-website voor
informatie.
http://www.sony.net/
Uw camera aansluiten op uw
computer
Voor verdere informatie zie pagina 82.
Loskoppelen van de USB-kabel van
uw computer, verwijderen van de
"Memory Stick Duo" uit uw camera
of uitschakelen van de stroom
tijdens een USB-verbinding
Sleep het pictogram van het station of de
"Memory Stick" en zet het neer op het
"Trash" pictogram, koppel daarna de USBkabel los, verwijder de "Memory Stick
Duo" of schakel de camera uit.
• Als u Mac OS X v10.0 gebruikt, maakt u de
USB-kabel los, enz., nadat u de computer hebt
uitgezet.
Beelden kopiëren
1 Dubbelklik op het nieuw herkende
pictogram op het bureaublad.
De inhoud van de "Memory Stick Duo"
in de camera verschijnt.
2 Dubbelklik op [DCIM].
3 Dubbelklik op de map waarin de
beelden die u hebt gekopieerd, zijn
opgeslagen.
4 Sleep de beeldbestanden naar het
pictogram van de harde schijf en zet ze
erop neer.
• De beeldbestanden worden naar de harde
schijf gekopieerd. Voor informatie over
de opslaglocatie van de beelden en de
bestandsnamen, zie pagina 86.
De beelden bekijken op uw
computer
1 Dubbelklik op het pictogram van de
harde schijf.
2 Dubbelklik op het gewenste
beeldbestand in de map waarin de
gekopieerde bestanden zitten. Het
beeldbestand wordt geopend.
• "Picture Package" kan niet worden gebruikt op
een Macintosh.
NL
94
"ImageMixer VCD2"
gebruiken
• "ImageMixer VCD2" voor Macintosh kan
alleen met behulp van een disk-image het
beeldbestand op een CD-R opslaan in het
video-CD-formaat. De door Roxio gemaakte
"Toast" software (niet bijgeleverd) is vereist
om een video-CD te maken.
• Als de computer reeds gebruikt wordt, sluit
u alle softwareprogramma’s af voordat u
"ImageMixer VCD2" installeert.
Technische ondersteuning van
"ImageMixer VCD2" wordt geleverd
door het Pixela User Support Center.
Voor verdere informatie leest u de
informatie die bij de CD-ROM werd
geleverd.
Besturingssysteem: Mac OS X
(v10.1.5 of hoger)
Het bovenstaande besturingssysteem dient
in de fabriek te zijn geïnstalleerd.
CPU: iMac, eMac, iBook, PowerBook,
Power Mac G3/G4-series
Geheugen: 128 MB of meer (256 MB of
meer wordt aanbevolen.)
Vaste schijf: Vrije schijfruimte benodigd
voor installatie: circa 250 MB
Grafisch: 1024 × 768 pixels of meer,
32.000 kleuren of meer
• Installatie van QuickTime 4 of hoger is vereist.
(QuickTime 5 wordt aanbevolen.)
• Voor alle bovenstaande aanbevolen
computeromgevingen kan een behoorlijke
werking niet worden gegarandeerd.
Installeren van "ImageMixer
VCD2"
1 Schakel uw computer in.
• De displayinstellingen moeten 1024 × 768
punten of meer en 32.000-bits of meer zijn.
2 Plaats de CD-ROM (bijgeleverd) in het
CD-ROM-station.
3 Dubbelklik op het pictogram van de
CD-ROM.
Bekijken van de beelden op uw computer
"ImageMixer VCD2" is ook compatibel
met Macintosh (Mac OS X (v10.1.5 of
hoger)).
Met behulp van "ImageMixer VCD2"
op de CD-ROM die bij de camera werd
geleverd, kunt u een video-CD maken met
stilstaande beelden en bewegende beelden
opgeslagen op de computer.
Vereiste computeromgeving
4 Kopieer het bestand [IMXINST.SIT] in
de map [MAC] naar de vaste schijf.
5 Dubbelklik op het bestand [IMXINST.
SIT] in de kopieerbestemmingsmap.
6 Dubbelklik op het uitgepakte bestand
[ImageMixer VCD2_Install].
7 Nadat het gebruikersinformatiescherm
is afgebeeld, voert u de gewenste naam
en het wachtwoord in.
De installatie van de software begint.
NL
95
Een video-CD met een menu
maken
"ImageMixer VCD2" is compatibel met
video-CD voor stilstaande beelden met een
hoge resolutie.
1 Open de map [ImageMixer] in
[Application].
2 Klik op [ImageMixer VCD2].
3 Voer de stappen t/m uit op
blz. 92.
4 Klik op [Next] en voer de discnaam en
bestemming in.
De voorbereidingen voor het opslaan
van de bestanden op een CD-R zijn
voltooid.
NL
96
Verhelpen van
storingen
Indien u problemen ondervindt met
de camera, probeer dan de volgende
oplossingen.
1 Controleer eerst de punten in de
onderstaande tabellen. Indien er
codes "C::" op het
scherm verschijnen, is de
zelfdiagnosefunctie in werking
getreden (blz. 110).
2 Als uw camera nog steeds niet goed
werkt, drukt u op de RESET-toets
binnenin het batterij/"Memory Stick
Duo"-deksel met een scherpgepunt
voorwerp, en schakelt u daarna de
stroom weer in. (Door indrukken
van deze toets gaan alle instellingen
inclusief de datum en tijd verloren
en worden de fabrieksinstellingen
ingesteld.)
3 Mocht het probleem hiermee nog niet
zijn opgelost, raadpleeg dan uw Sonydealer of de plaatselijke technische
dienst van Sony.
Verhelpen van storingen
RESET-toets
Accu en spanning
Symptoom
Oorzaak/oplossing
U kunt de accu niet opladen.
• De camera is ingeschakeld. Schakel de camera uit (blz. 17).
De accu kan niet worden geplaatst.
• Plaats de accu door de accu-uitwerphendel naar de voorkant van de camera te duwen met behulp van
de punt van de accu (blz. 13).
• Plaats de accu correct (blz. 13).
Het /CHG-lampje knippert wanneer er • Plaats de accu correct (blz. 13).
• In de accu is een defect opgetreden. Neem contact op met uw Sony-dealer of de plaatselijke
een batterij wordt opgeladen.
technische dienst van Sony.
• De accu is leeg. Sluit de netspanningsadapter opnieuw aan en laad de accu op.
NL
97
NL
98
Symptoom
Oorzaak/oplossing
Het /CHG-lampje gaat niet branden
wanneer er een accu wordt
opgeladen.
• De netspanningsadapter is niet goed aangesloten. Sluit de netspanningsadapter goed aan (blz. 16).
• Er is een storing opgetreden in de netspanningsadapter. Neem contact op met uw Sony-dealer of de
plaatselijke technische dienst van Sony.
• Plaats de accu correct (blz. 13).
• De accu is volledig opgeladen.
• De accu is leeg. Sluit de netspanningsadapter opnieuw aan en laad de accu op.
De batterij-restladingsindicatie is
onjuist of er is volgens de batterijrestladingsindicatie nog voldoende
stroom, maar toch is de stroom
spoedig op.
• U hebt de camera in een bijzonder hete of een bijzonder koude omgeving gebruikt (blz. 118).
• Er is een verandering opgetreden in de resterende gebruiksduur van de accu. Ontlaad de accu
volledig en laad deze daarna weer volledig op zodat de batterij-restladingsindicatie goed werkt
(blz. 14).
• De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (blz. 13).
• De accu is niet meer bruikbaar (blz. 124). Vervang de accu door een nieuwe.
De accu raakt te snel leeg.
• De accu is niet meer bruikbaar (blz. 124). Vervang de accu door een nieuwe.
• U hebt de camera in een buitengewoon koude omgeving gebruikt (blz. 118).
• De accupool is vuil. Maak de accupool schoon met een wattenstaafje of iets dergelijks, en laad de
accu op.
• Nadat u de accu hebt opgeladen, trekt u de gelijkstroomstekker uit de camera.
De camera kan niet worden
ingeschakeld.
• Plaats de accu correct (blz. 13).
• De netspanningsadapter is niet goed aangesloten. Sluit de netspanningsadapter goed aan (blz. 16).
• Er is een storing opgetreden in de netspanningsadapter. Neem contact op met uw Sony-dealer of de
plaatselijke technische dienst van Sony.
• De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (blz. 13).
• De accu is niet meer bruikbaar (blz. 124). Vervang de accu door een nieuwe.
De camera schakelt plotseling uit.
• Als u de camera gedurende drie minuten niet bedient terwijl deze is ingeschakeld, wordt de camera
automatisch uitgeschakeld om te voorkomen dat de batterijen leeg raken. Schakel de camera weer in
(blz. 17) of gebruik de netspanningsadapter (blz. 16).
• De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (blz. 13).
Stilstaande beelden/bewegende beelden opnemen
Symptoom
Oorzaak/oplossing
Het LCD-scherm wordt niet
ingeschakeld wanneer de camera
wordt ingeschakeld.
• De LCD-achtergrondverlichting is uitgeschakeld met
en u bevindt zich op een donkere plaats.
Schakel de LCD-achtergrondverlichting in met
(blz. 29).
Het onderwerp is niet zichtbaar op het • Zet de modusschakelaar op
LCD-scherm.
of
(blz. 27 en 75).
• Het onderwerp bevindt zich te dichtbij. Plaats de camera verder weg dan de minimale
scherpstelafstand (circa. 12 cm voor de W-kant en circa. 50 cm voor de T-kant) en neem vervolgens
het beeld op.
• Kies bij het opnemen van stilstaande beelden een andere scène-keuzefunctie (blz. 39) dan
(Schemerfunctie) of
(Landschapsfunctie).
De optische zoom werkt niet.
• U kunt de zoomvergroting niet veranderen tijdens het opnemen van bewegende beelden.
De digitale precisie-zoomfunctie
werkt niet.
• [Digital Zoom] is ingesteld op [Smart] of [Off] op het Setup-scherm. Stel [Digital Zoom] in op
[Precision] (blz. 30 en 115).
• De modusschakelaar staat in de stand
. Zet de modusschakelaar in de stand .
De slimme-zoomfunctie werkt niet.
• [Digital Zoom] is ingesteld op [Precision] of [Off] op het Setup-scherm. Stel [Digital Zoom] in op
[Smart] (blz. 30 en 115).
• Het beeldformaat is ingesteld op [4M] of [3:2]. Stel het beeldformaat in op een andere instelling dan
[4M] en [3:2] (blz. 22).
• De smart-zoomfunctie kan niet worden gebruikt in de Multi-Burst-functie (blz. 30 en 58).
• De modusschakelaar staat in de stand
. Zet de modusschakelaar in de stand .
Het beeld is te donker.
• U filmt een onderwerp met een lichtbron erachter. Kies de lichtmeetfuncite (blz. 55) of regel de
belichting (blz. 52 en 112).
• De helderheid van het LCD-scherm is te laag. Regel de helderheid van het LCD-scherm (blz. 116).
• Schakel de LCD-achtergrondverlichting in met
(blz. 29).
Het beeld is te licht.
• U neemt een onderwerp onder een spot op in een anderszins donkere omgeving, zoals op een
podium. Regel de belichting (blz. 52 en 112).
• De helderheid van het LCD-scherm is te hoog. Regel de helderheid van het LCD-scherm (blz. 116).
Het beeld is monochroom (zwart-wit).
• Stel [PFX] (P.Effect) in op een andere functie dan [B&W] (blz. 59).
Verhelpen van storingen
Het beeld is onscherp.
NL
99
NL
100
Symptoom
Oorzaak/oplossing
Bij het filmen van een zeer helder
onderwerp verschijnen er verticale
strepen.
• Dit is een bekend storingsfenomeen. Dit verschijnsel duidt niet op een defect.
Wanneer u op een donkere plaats
naar het LCD-scherm kijkt, is het
beeld gestoord.
• De camera probeert de zichtbaarheid van het LCD-scherm te vergroten door het beeld tijdelijk te
verhelderen onder onderbelichte omstandigheden. Dit is niet van invloed op het opgenomen beeld.
De camera kan geen beelden
opnemen.
• Er is geen "Memory Stick Duo" geplaatst. Plaats een "Memory Stick Duo" (blz. 21).
• De "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden opgeslagen op de "Memory Stick Duo"
(blz. 42 en 77) of laad de huidige batterijen op "Memory Stick Duo".
• U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK
staat. Schuif het in de opnamestand (blz.122).
• Tijdens het opladen van de flitser kunt u geen beelden opnemen.
• Zet de modusschakelaar op
(blz. 27) voor het opnemen van stilstaande beelden.
• Zet de modusschakelaar op
(blz. 75) voor het opnemen van stilstaande beelden.
• Het beeldformaat is ingesteld op [640(Fine)] tijdens het opnemen van bewegende beelden. Plaats
een "Memory Stick PRO Duo" (blz. 75 en 121) of stel het beeldformaat anders in dan [640(Fine)].
Het opnemen duurt erg lang.
• De lange sluitertijd-functie NR is geactiveerd (blz. 39).
De flitser werkt niet.
• De modusschakelaar staat in een andere stand dan . Zet de modusschakelaar in de stand
(blz 27).
• De flitser staat op
(Niet flitsen). Stel de flitser in op automatisch (Geen indicatie), (Altijd
flitsen) of SL (Langzame synchro) (blz. 32).
• Kies bij het opnemen van stilstaande beelden een andere scène-keuzefunctie (blz. 39) dan
(Schemerfunctie) of (Kaarslichtfunctie).
• Wanneer
(Landschapsfunctie), (Sneeuwfunctie) of
(Strandfunctie) is gekozen als scènekeuzefunctie, stelt u de flitsermodus in op (Altijd flitsen) (blz. 32).
• Stel [Mode] (REC Mode) in op [Normal].
Wazige vlekjes verschijnen op
beelden opgenomen met de flitser.
• Stof in de lucht reflecteerde het flitslicht en werd met het beeld opgenomen. Dit is normaal.
U kunt niet ononderbroken opnemen.
• De "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden opgeslagen op de "Memory Stick Duo"
(blz. 42 en 77) of verwissel de "Memory Stick Duo".
• De batterij-restlading is onvoldoende, u kunt alleen een enkel beeld opnemen. Plaats een opgeladen
accu (blz. 13).
Symptoom
Oorzaak/oplossing
De ogen van het onderwerp zijn rood.
• Stel [Red Eye Reduction] op het Setup-scherm in op [On] (blz. 33 en 115).
• Verklein de afstand tot het onderwerp tot de aanbevolen afstand en neem het beeld op met gebruik
van de flitser (blz. 32).
• Bij opnamen binnenshuis, verbeter de verlichting en neem het beeld op.
De datum en tijd worden onjuist
opgenomen.
• Stel de juiste datum en tijd in (blz. 18 en 117).
De F-waarde en de sluitertijd
knipperen wanneer u de sluiterknop
tot halverwege indrukt.
• Stel de juiste belichting in (blz. 52).
Beelden bekijken
Oorzaak/oplossing
De camera kan geen beelden
weergeven.
• Zet de modusschakelaar in de stand
(blz. 40).
• De map-/bestandsnaam is veranderd op de computer (blz. 88).
• Als een beeldbestand is verwerkt door de computer of als het beeldbestand werd opgenomen door
een ander model camera dan die van u, kunnen wij niet garanderen dat het beeldbestand kan worden
weergegeven.
• De camera staat in de USB-modus. Annuleer de USB-communicatie (blz. 83 en 94).
Onmiddellijk nadat de weergave is
begonnen, ziet het beeld er grof uit.
• Als gevolg van de beeldverwerking kan kort na het begin van de weergave, het beeld er korrelig
uitzien. Dit is geen defect.
Het beeld kan niet worden
weergegeven op een computer.
• Zie blz. 102.
Verhelpen van storingen
Symptoom
NL
101
Beelden wissen/bewerken
Symptoom
Oorzaak/oplossing
De camera kan geen beeld wissen.
• Het beeld is beveiligd. Annuleer de beveiliging (blz. 64).
• U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK
staat. Schuif het in de opnamestand (blz. 122).
U hebt per ongeluk een beeld gewist.
• Door de markering (beveiliging) in te stellen, voortkomt u dat beelden per ongeluk LOCK
worden gewist (blz. 64).
• We adviseren u de schrijf-beveiligingsschakelaar van de "Memory Stick Duo" in de stand te zetten
om te voorkomen dat beelden per ongeluk worden gewist (blz. 122).
De functie voor verandering van het
formaat werkt niet.
• U kunt het beeldformaat van bewegende beelden en Multi Burst-beelden niet veranderen.
U kunt een afdrukmarkering (DPOF)
niet afbeelden.
• U kunt afdrukmarkeringen (DPOF) niet afbeelden op bewegende beelden.
Bewegende beelden kunnen niet
worden geknipt.
• De bewegende beelden duren niet lang genoeg om te knippen.
• Beveiligde bewegende beelden kunnen niet worden geknipt. Annuleer de beveiliging (blz. 64).
• Stilstaande beelden kunnen niet worden geknipt.
Computers
NL
102
Symptoom
Oorzaak/oplossing
U weet niet of het besturingssysteem
van uw computer compatibel is.
• Controleer "Aanbevolen computeromgeving" (blz. 80 en 93).
U kunt het USB-stuurprogramma niet
installeren.
• In Windows 2000 logt u in als Administrator (geautoriseerde beheerders) (blz. 80).
Symptoom
Oorzaak/oplossing
Uw computer herkent de camera niet.
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Schakel de camera in (blz. 17).
De batterij is zwak. Gebruik de netspanningsadapter (blz. 16).
Gebruik de bijgeleverde USB-kabel (blz. 82 en 93).
Koppel de USB-kabel los van zowel de computer als de camera en sluit deze vervolgens weer stevig
aan. Zorg dat er "USB Mode" op het LCD-scherm wordt aangegeven (blz. 82).
Stel [USB Connect] op het Setup-scherm in op [Normal] (blz. 47 en 117).
De USB-poorten op uw computer zijn behalve met het toetsenbord, de muis en de camera ook nog
met andere apparatuur verbonden. Koppel alle apparatuur van de USB-aansluitingen los, behalve het
toetsenbord en de muis (blz. 80).
De camera is niet rechtstreeks aangesloten op de computer. Sluit de camera rechtstreeks aan op de
computer, en niet via een USB-hub of ander apparaat (blz. 80).
Installeer het USB-stuurprogramma (blz. 81).
Uw computer herkent het apparaat niet goed, omdat u de camera hebt aangesloten op de computer
met behulp van een USB-kabel voordat u de "USB Driver" (USB-stuurprogramma) hebt
geïnstalleerd vanaf de bijgeleverde CD-ROM. Wis het verkeerd herkende apparaat van uw computer
(blz. 84) en installeer daarna het USB-stuurprogramma (blz. 81).
• Vormt een USB-verbinding tussen de camera en een computer (blz. 82 en 94).
• Volg de procedure die bij uw besturingssysteem past (blz. 83, 84, 90 en 93).
• U hebt geprobeerd een opname te maken met een "Memory Stick Duo" die geformatteerd was
met een computer. Maak een opname met een "Memory Stick Duo" die geformatteerd is door uw
camera.
Na een USB-verbinding tot stand
te hebben gebracht, start "Picture
Package" niet automatisch.
• Start "Picture Package Menu" op en controleer [Settings].
• Breng een USB-verbinding tot stand terwijl de computer is ingeschakeld (blz. 82).
Het beeld kan niet worden
weergegeven op een computer.
• Als u het programma "Picture Package" gebruikt, moet u op help rechtsboven in elk scherm klikken.
• Raadpleeg de fabrikant van de computer of de software.
Wanneer u bewegende beelden op
een computer bekijkt, worden beeld
en geluid onderbroken door storing.
• U geeft de bewegende beelden rechtstreeks vanaf de "Memory Stick Duo" weer. Kopieer de
bewegende beelden naar de harde schijf van uw computer en geef vervolgens de bewegende beelden
vanaf de harde schijf weer (blz. 83, 84, 90 en 93).
U kunt een beeld niet afdrukken.
• Controleer de printerinstellingen.
Beelden die al een keer naar de
• Naar de verkeerde map gekopieerd. Kopieer ze naar een beschikbare map, zoals "101MSDCF"
computer gekopieerd zijn kunnen niet
(blz. 88).
door de camera weergegeven worden. • De map- of bestandsnaam op uw computer is veranderd (blz. 88).
Verhelpen van storingen
U kunt geen beelden kopiëren.
NL
103
"Memory Stick Duo"
Symptoom
Oorzaak/oplossing
U kunt geen "Memory Stick Duo" in
de camera plaatsen.
• U probeert de "Memory Stick Duo" achtertevoren in de camera te plaatsen. Plaats de "Memory Stick
Duo" op de juiste wijze (blz. 21).
U kunt niet opnemen op een "Memory • U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK
Stick Duo".
staat. Schuif het in de opnamestand (blz.122).
• De "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden (blz. 42 en 77).
• Het beeldformaat is ingesteld op [640(Fine)] tijdens het opnemen van bewegende beelden. Plaats een
"Memory Stick PRO Duo" (blz. 75 en 122) of stel het beeldformaat anders in dan [640(Fine)].
U kunt een "Memory Stick Duo" niet
formatteren.
• U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK
staat. Schuif het in de opnamestand (blz. 122).
U hebt een "Memory Stick Duo" per
ongeluk geformatteerd.
• Alle gegevens op de "Memory Stick Duo" worden gewist bij het formatteren. U kunt deze niet
herstellen. We adviseren u de schrijf-beveiligingsschakelaar van de "Memory Stick Duo" in de stand
LOCK te zetten om te voorkomen dat beelden per ongeluk worden gewist (blz. 122).
PictBridge-compatibel printer
NL
104
Symptoom
Oorzaak/oplossing
De verbinding komt niet tot stand.
•
•
•
•
Raadpleeg de fabrikant of de printer compatibel is met PicBridge of niet.
Controleer of de printer is ingeschakeld en aangesloten kan worden op de camera.
Stel [USB Connect] in op [PictBridge] op het Setup-scherm (blz. 117).
De verbinding komt, afhankelijk van de omstandigheden, niet tot stand. Koppel de USB-kabel los
en sluit deze weer aan. Bij het verschijnen van een foutmelding op de printer, moet u de handleiding
van de printer raadplegen.
Symptoom
Oorzaak/oplossing
U kunt geen beelden afdrukken.
• De camera is niet aangesloten op de printer. Controleer dat de camera en de printer op de juiste wijze
zijn aangesloten met behulp van de USB kabel.
• Schakel de printer in. Voor meer informatie moet u de handleiding, die u meegeleverd kreeg,
raadplegen.
• Als u tijdens het afdrukken [Exit] hebt gekozen, is het mogelijk dat u, afhankelijk van de printer, het
afdrukken niet kunt hervatten. Koppel de USB-kabel los en sluit deze weer aan. Als u nog steeds niet
kunt afdrukken, moet u de USB-kabel losmaken, de printer uitschakelen en daarna weer inschakelen,
en dan weer de USB-kabel aansluiten.
• Bewegende beelden kunnen niet afgedrukt worden.
• Beelden die bewerkt zijn met een computer of beelden die met een andere camera dan deze zijn
opgenomen, kunnen mogelijk niet afgedrukt worden.
De afdrukopdracht is geannuleerd.
• U hebt de USB-kabel losgekoppeld voordat de aanduiding
verdwenen was.
U kunt in de functie indexweergave
geen datum invoeren of de
afbeeldingen afdrukken.
• Raadpleeg de fabrikant of de printer de datum functie of index afdruk functie kan uitvoeren of niet.
• Afhankelijk van de printer kan de datum niet in de functie indexweergave ingevoerd worden.
Raadpleeg de fabrikant van de printer.
Het papierformaat waarop u wilt
afdrukken verschijnt niet.
• Raadpleeg de fabrikant of de printer het papierformaat waarop u wilt afdrukken, ondersteunt.
(USB-multikabel niet loskoppelen)
Verhelpen van storingen
"---- -- --" wordt afgedrukt op de plaats • Beelden zonder datumgegevens kunnen niet afgedrukt worden met de datum ingevoegd. Stel [Date]
van de ingevoegde datum.
in op [Off] en druk daarna het beeld af.
U kunt niet afdrukken met de huidige • Als het printerpapier werd veranderd naar papier van een ander formaat nadat de camera werd
papierformaatinstelling van de printer.
aangesloten op de printer, koppelt u de USB-kabel los van de printer en sluit u deze weer aan.
• De afdrukinstelling van de camera verschilt van de printerinstelling. Verander de
papierformaatinstelling van de camera (blz. 70 en 72) of verander de printerinstelling.
U kunt geen andere bedieningen
uitvoeren nadat het afdrukken is
gestopt.
• De printer voert de printer-stop-procedure uit. Wacht tot deze procedure is voltooid. (Deze procedure
kan enige tijd duren, afhankelijk van de printer.)
Overige
Symptoom
Oorzaak/oplossing
Een zacht ratelgeluid is hoorbaar in
de camera wanneer u deze beweegt.
• Voor sommige lensfuncties van de camera worden lineaire mechanismen gebruikt. Dit is normaal.
NL
105
NL
106
Symptoom
Oorzaak/oplossing
De camera werkt niet.
• U gebruikt geen "InfoLITHIUM" accu. Gebruik een "InfoLITHIUM" accu (blz. 123).
• De batterij is zwak. (De indicatie verschijnt.) Laad de accu op (blz. 13).
• Sluit de netspanningsadapter stevig aan op de DC IN-aansluiting van de camera en op een
stopcontact (blz. 16).
De camera is wel ingeschakeld, maar
werkt niet.
• De ingebouwde microcomputer werkt niet naar behoren. Koppel alle voedingsbronnen los en
sluit deze na een minuut weer aan, en schakel de camera in. Als dit niet werkt, drukt u met een
scherppuntig voorwerp op de RESET-knop achter het deksel van de accu/"Memory Stick Duo",
en schakelt u vervolgens de camera weer in. (Hierdoor worden de datum- en tijdinstellingen, enz.,
gewist.) (blz. 97)
U kunt een indicatie op het scherm
niet herkennen.
• Controleer de indicatie (blz. 126 tot 129).
De lens raakt beslagen.
• Er is condensvorming opgetreden. Schakel de camera uit en laat deze ongeveer een uur bij
kamertemperatuur staan zodat het vocht kan verdampen, alvorens de camera te gebruiken (blz. 119).
De camera wordt warm wanneer u
deze lang achtereen gebruikt.
• Dit is normaal.
De lens beweegt niet wanneer u de
camera uitschakelt.
• De accu is leeg. Vervang de accu door een opgeladen accu (blz. 13) of gebruik de
netspanningsadapter (blz. 16).
Waarschuwingen en
meldingen
Op het scherm kunnen de volgende meldingen verschijnen.
Melding
Betekenis/Oplossing
No Memory Stick
• Plaats een "Memory Stick Duo" (blz. 21).
System error
• Schakel de camera uit en daarna weer in (blz. 17).
Memory Stick error
•
•
•
•
Memory Stick type error
• De geplaatste "Memory Stick Duo" kan niet in de camera worden gebruikt (blz. 121).
Format error
• De "Memory Stick Duo" kon niet worden geformatteerd. Formatteer de "Memory Stick Duo" opnieuw (blz. 44).
Memory Stick locked
• U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijf-beveiligingsschakelaar die in de stand LOCK staat. Schuif
het in de opnamestand (blz. 122).
No memory space
• De capaciteit van de "Memory Stick Duo" is ontoereikend. U kunt geen beelden opnemen. Wis overbodige
beelden (blz. 42 en 77).
Read only memory
• De camera kan geen beelden opnemen op of wissen vanaf deze "Memory Stick Duo".
No file in this folder
• Er zijn geen beelden opgenomen in deze map.
Folder error
• Een map met dezelfde eerste drie cijfers van de naam bestaat reeds op de "Memory Stick Duo". (Bijvoorbeeld:
123MSDCF en 123ABCDE) Kies een andere map of maak een nieuwe map aan.
Cannot create more
folders
• De map waarvan de eerste drie cijfers van de naam "999" is, bestaat reeds op de "Memory Stick Duo". U kunt
geen mappen aanmaken.
Cannot record
• De camera kan geen beelden opnemen in de gekozen map. Kies een andere map (blz. 49).
File error
• Tijdens weergave van het beeld is er een fout opgetreden.
File protect
• Het beeld is beveiligd tegen wissen. Annuleer de beveiliging (blz. 64).
De geplaatste "Memory Stick Duo" kan niet in de camera worden gebruikt (blz. 121).
De"Memory Stick Duo" is beschadigd.
De aansluitpunten van de "Memory Stick Duo" zijn vuil.
Plaats de "Memory Stick Duo" op de juiste wijze (blz. 21).
Verhelpen van storingen
NL
107
Melding
Betekenis/Oplossing
For "InfoLITHIUM" battery
only
• De batterij is niet van het type "InfoLITHIUM".
Image size over
• U geeft een beeld weer met een formaat dat niet kan worden weergegeven op uw camera.
Cannot divide
• De bewegende beelden zijn niet lang genoeg om onder te verdelen (meer dan ongeveer twee seconden).
• Het bestand is geen bewegend beeld.
Invalid operation
• U probeert een bestand weer te geven dat werd aangemaakt op een ander apparaat dan deze camera.
• De batterij is bijna of volledig uitgeput. Laad de accu op (blz. 13). Afhankelijk van de gebruiksomstandigheden of
het soort accu, kan de indicatie knipperen ondanks dat er nog voor 5 t/m 10 minuten acculading over is.
• Door onvoldoende licht, is de camera gevoelig voor beweging. Gebruik de flitser, bevestig de camera op een
statief of zet de camera op een andere manier vast.
NL
108
Turn the power off and on
again
• Een probleem met de lens heeft een storing veroorzaakt.
640(Fine) is not available
• 640(Fine) kan alleen worden opgenomen op "Memory Stick PRO Duo". Plaats een "Memory Stick PRO Duo" of
stel het beeldformaat anders in dan [640(Fine)].
Enable printer to connect
• [USB Connect] is ingesteld op [PictBridge], echter de camera is aangesloten op een apparaat dat niet PictBridgecompatibel is. Controleer het apparaat.
• De verbinding komt, afhankelijk van de omstandigheden, niet tot stand. Koppel de USB-kabel los en sluit deze
weer aan. Bij het verschijnen van een foutmelding op de printer, moet u de handleiding van de printer raadplegen.
Connect to
• U hebt geprobeerd afdrukken te maken vóórdat de printer was aangesloten. Sluit een printer aan die PictBridgecompatibel is.
device
No printable image
• U hebt geprobeerd om [DPOF image] uit te voeren zonder eerst de aanduiding
te controleren.
• U hebt geprobeerd [All In This Folder] uit te voeren terwijl een map, waarin alleen maar bewegende beelden
opgeslagen worden, gekozen was. U kunt bewegende beelden niet afdrukken.
Printer busy
• Aangezien de printer bezig is, kan het geen afdrukopdrachten ontvangen. Controleer de printer.
Paper error
• Er is een storing met het papier opgetreden, zoals papiertekort, papierophoping, enz. Controleer de printer.
Ink error
• Een inktfout is opgetreden in de aangesloten printer, of de inkt is (bijna) op. Controleer de printer.
Printer error
• De camera ontvangt een storingsmelding van de printer. Controleer de printer, of controleer de foto die u wilt
afdrukken, op beschadigingen.
Melding
Betekenis/Oplossing
• Het is mogelijk dat de gegevensoverdracht naar de printer nog niet voltooid is. Sluit geen USB-kabel aan.
Processing
• De printer voert de printer-stopprocedure uit. Afdrukken is niet mogelijk totdat deze procedure is afgerond. Deze
procedure kan enige tijd duren, afhankelijk van de printer.
Verhelpen van storingen
NL
109
Zelfdiagnosefunctie
– Indien er een code verschijnt die
met een letter begint
Deze camera beschikt over een
zelfdiagnosefunctie. Met deze functie
wordt de toestand van de camera
weergegeven op het LCD-scherm met
een combinatie van één letter en vier
cijfers. Indien dat gebeurt, raadpleeg
dan de volgend codetabel en probeer de
bijbehorende oplossingen uit. De laatste
twee cijfers (hieronder aangeduid met twee
blokjes ) verschillen afhankelijk van
de toestand van de camera.
C:32:ss
Zelfdiagnosefunctie
NL
110
Code
Oorzaak
Remedie
C:32:
Er is een probleem met de
hardware van de camera.
• Schakel de camera uit en daarna weer in
(blz. 17).
C:13:
De camera kan geen gegevens
lezen vanaf of schrijven op de
"Memory Stick Duo".
• Plaats de "Memory Stick Duo" meerdere
keren opnieuw.
Er is een ongeformatteerde
"Memory Stick Duo" geplaatst.
• Formatteer de "Memory Stick Duo"
(blz. 44).
De geplaatste "Memory Stick
Duo" kan niet in deze camera
worden gebruikt, of de gegevens
zijn beschadigd.
• Plaats een nieuwe "Memory Stick Duo"
(blz. 21).
Er heeft zich een probleem
voorgedaan dat u zelf niet kunt
oplossen.
• Druk op de RESET-knop achter het
deksel van de accu/"Memory Stick Duo".
(blz. 97)
E:61:
E:91:
Neem contact op met uw Sony-dealer of de plaatselijke technische dienst van Sony indien
u het probleem niet zelf kunt oplossen, zelfs nadat u meerdere keren de bovenstaande
oplossingen hebt uitgeprobeerd.
Aantal beelden
dat kan worden
opgeslagen of
opnameduur
Het aantal beelden dat kan worden
opgeslagen en de opnameduur verschillen,
afhankelijk van de "Memory Stick Duo",
het beeldformaat en de beeldkwaliteit.
Raadpleeg tabellen hiernaast wanneer u
een "Memory Stick Duo" kiest.
(Eenheden: beelden)
16MB
32MB
64MB
128MB
256MB
512MB
24 (46)
50 (93)
101 (187)
202 (376)
357 (649)
726 (1320)
16MB
32MB
64MB
128MB
256MB
512MB
—
—
—
—
0:02:57
0:06:02
640(Standard)
0:00:42
0:01:27
0:02:56
0:05:54
0:10:42
0:21:47
160
0:11:12
0:22:42
0:45:39
1:31:33
2:51:21
5:47:05
1M
Bewegend beeld
640(Fine)
De getallen geven de opnametijd weer. Bij voorbeeld: "1:34:45" betekent "1 uur, 34 minuten, 45
seconden".
• Het beeldformaat is als volgt:
640(Fine): 640×480
640(Standard): 640×480
160: 160×112
Aanvullende informatie
• Het aantal beelden is vermeld in de
volgorde Fine (Standard).
• Het aantal beelden dat kan worden
opgeslagen en de opnameduur
kunnen variëren afhankelijk van de
opnameomstandigheden.
• Voor de normale opnameduur en
het aantal beelden dat kan worden
opgenomen, zie blz. 25.
• Wanneer het aantal resterende beelden
om op te nemen hoger is dan 9.999,
verschijnt de ">9999" indicatie op het
LCD-scherm.
• Onderstaande tabel laat bij benadering
het aantal beelden en de opnameduur
zien die kunnen worden opgenomen op
een "Memory Stick Duo" die in deze
camera is geformatteerd.
Multi Burst
NL
111
Menuonderdelen
De te wijzigen menuonderdelen kunnen,
afhankelijk van de positie van de
modusschakelaar of de instellingen,
verschillen.
De menuonderdelen worden onthouden,
zelfs nadat de camera is uitgeschakeld of
de modusschakelaar in een andere stand
wordt gezet (behalve [PFX] (P.Effect)).
Wanneer de modusschakelaar op
staat
Onderdeel
Instelling
De camerafunctie kiezen (blz. 27).
/
/ /
/
Program / Auto
(EV)1)
+2.0EV / +1.7EV / +1.3EV / +1.0EV /
+0.7EV / +0.3EV / 0EV / –0.3EV /
–0.7EV / –1.0EV / –1.3EV / –1.7EV /
–2.0EV
De belichting regelen (blz. 52).
(Focus)1)5)
Center AF / Multi AF
De automatische scherpstellingsmethode kiezen (blz. 50).
WB (White Bal)1)5)
/
De kleurbalans instellen (blz. 56).
/
/
/
/ Auto
/
/
1)5)
400 / 200 / 100 / Auto
De ISO-gevoeligheid kiezen. Kies een hoog nummer wanneer u op een donkere
plaats of een snel bewegend onderwerp opneemt, of kies een laag nummer om een
hoge beeldkwaliteit te krijgen.
• Merk op dat het beeld meer ruis zal vertonen naar mate de ISOgevoeligheidswaarde hoger wordt.
(P.Quality)1)
Fine / Standard
Beelden opnemen met fijne/standaard kwaliteit (blz. 47).
Multi Burst
– Voor opname van een ononderbroken reeks van 16 beelden in een enkele
afbeelding (blz. 58).
– Continu opnemen (blz. 57).
– Een beeld met de normale opnamemodus opnemen.
Mode (REC Mode)5)
Burst
Normal
NL
Beschrijving
(Camera)
ISO
112
De fabrieksinstellingen zijn aangegeven
met .
Onderdeel
Instelling
Beschrijving
1/7.5 / 1/15 / 1/30
Het Multi Burst-interval kiezen (blz. 58). (Deze instelling kan niet worden
gemaakt wanneer [Mode] (REC Mode) op het menu is ingesteld op een andere
instelling dan [Multi Burst].)
+ / Normal / –
De hoeveelheid flitserlicht instellen (blz. 57).
B&W / Sepia / Off
Speciale beeldeffecten instellen (blz. 59).
(Saturation)
+ / Normal / –
De verzadiging van het beeld instellen. De indicatie verschijnt (behalve
wanneer de instelling Normal is).
(Contrast)2)
+ / Normal / –
De contrast van het beeld instellen. De indicatie verschijnt (behalve wanneer
de instelling Normal is).
+ / Normal / –
De scherpte van het beeld regelen. De
de instelling Normal is).
M
3)
(Interval)
(Flash Level)4)
1)
PFX (P.Effect)
2)
(Sharpness)2)
indicatie verschijnt (behalve wanneer
1)
Dit verschijnt niet wanneer
(Camera) op het menu is ingesteld op [Auto].
Dit verschijnt niet wanneer
(Camera) op het menu is ingesteld op anders dan [Program].
3)
Dit verschijnt niet wanneer
(Camera) is ingesteld op [Auto],
(Schemerfunctie)
(Schemer-portretfunctie) of
4)
Dit verschijnt niet wanneer
(Camera) is ingesteld op [Auto],
(Schemerfunctie) of (Kaarslichtfunctie) .
5)
De beschikbare instellingen zijn beperkt afhankelijk van de
(Camera) instellingen op het menu.
2)
Onderdeel
staat
Instelling
Beschrijving
+2.0EV / +1.7EV / +1.3EV / +1.0EV /
+0.7EV / +0.3EV / 0EV / –0.3EV /
–0.7EV / –1.0EV / –1.3EV / –1.7EV /
–2.0EV
De belichting regelen (blz. 52).
(Focus)
Center AF / Multi AF
De automatische scherpstellingsmethode kiezen (blz. 50).
WB (White Bal)
/
De kleurbalans instellen (blz. 56).
PFX (P.Effect)
B&W / Sepia / Off
(EV)
/
/
Aanvullende informatie
Wanneer de modusschakelaar op
(Kaarslichtfunctie).
/ Auto
Speciale beeldeffecten instellen (blz. 59).
NL
113
Wanneer de modusschakelaar op
Onderdeel
staat
Instelling
Beschrijving
OK / Cancel
De map kiezen die de beelden bevat die u wilt weergeven (blz. 60).
—
Beelden beveiligen tegen per ongeluk wissen en de beveiliging opheffen (blz. 64).
(DPOF)
—
Afdrukmarkeringen (DPOF) op stilstaande beelden aanbrengen die u wilt
afdrukken en deze opheffen (blz. 73).
(Print)
—
Voor het afdrukken van beelden met een printer die PictBridge-compatibel is
(blz. 68).
Interval
– Het interval voor een diavoorstelling instellen (blz. 62). (Alleen in de
enkelbeeldmodus)
3 sec / 5 sec / 10 sec / 30 sec / 1 min
– Het bereik van de beelden die u wilt weergeven instellen.
Folder / All
– De beelden herhaaldelijk weergeven.
On / Off
– De diavoorstelling laten beginnen.
– De diavoorstelling annuleren.
(Folder)
(Protect)
(Slide)
Image
Repeat
Start
Cancel
(Resize)
(Rotate)
(Divide)
NL
114
4M / 3M / 1M / VGA / Cancel
(links) /
OK / Cancel
(rechts) / OK / Cancel
Het formaat van het opgenomen stilstaande beeld veranderen (blz. 66). (Alleen in
de enkelbeeldmodus)
Het stilstaande beeld roteren (blz. 62). (Alleen in de enkelbeeldmodus)
Een bewegend beeld onderverdelen (blz. 78). (Alleen in de enkelbeeldmodus)
SET UP-onderdelen
Het Setup-scherm verschijnt wanneer
u verder gaat naar
op het menu en
nogmaals op drukt.
De fabrieksinstellingen zijn aangegeven
met .
1
(Camera 1)
Instelling
Beschrijving
AF Mode
Single / Monitor
De scherpstellingsfunctie kiezen (blz. 51).
Digital Zoom
Smart / Precision / Off
De digitale zoomfunctie kiezen (blz. 30).
Date/Time
Day&Time / Date / Off
Bepalen of u de datum of de tijd wilt projecteren op het beeld (blz. 34). De datum
en tijd worden niet ingevoegd in bewegende beelden of in de Multi Burstfunctie.
Bovendien verschijnen de datum en tijd alleen tijdens het weergeven en niet tijdens het
opnemen.
Red Eye Reduction
On / Off
Bij gebruik van een flitser het rode-ogeneffect verminderen (blz. 33).
AF Illuminator
Auto / Off
Kiezen of een AF-hulpverlichting in het donker wordt gebruikt. Dit helpt wanneer het
moeilijk is scherp te stellen op het onderwerp bij slechte belichting (blz. 33).
Auto Review
On / Off
Kiezen of het opgenomen beeld automatisch wordt weergegeven op het LCD-scherm
onmiddellijk na het opnemen van een stilstaand beeld. Indien ingesteld op [On],
wordt het opgenomen beeld gedurende ongeveer twee seconden weergegeven. Als u
gedurende deze tijd de sluiterknop tot halverwege indrukt, wordt het opgenomen beeld
weergegeven en kunt u onmiddellijk het volgende beeld opnemen.
Onderdeel
Instelling
Beschrijving
Enlarged Icon
On / Off
Kiezen of de indicaties van de instellingen tijdelijk vergroot worden afgebeeld
wanneer u op (flitsermodus),
(zelfontspanner) of
(lichtmeetfunctie) drukt.
2
Aanvullende informatie
Onderdeel
(Camera 2)
NL
115
(Memory Stick Tool)
Onderdeel
Instelling
Beschrijving
Format
OK / Cancel
De "Memory Stick Duo" formatteren. Door het formatteren worden alle gegevens van
de "Memory Stick Duo" gewist, inclusief beveiligde beelden (blz. 44).
Create REC. Folder
OK / Cancel
Een map aanmaken voor het opnemen van beelden (blz. 48).
Change REC.
Folder
OK / Cancel
De map veranderen waarin de opgenomen beelden worden opgeslagen (blz. 49).
Onderdeel
Instelling
Beschrijving
LCD Backlight
Bright / Normal
De helderheid van de achtergrondverlichting van het LCD-scherm kiezen. Door
[Bright] te kiezen, wordt het scherm helder en goed zichtbaar wanneer de camera
buiten of op een andere goed verlichte plek wordt gebruikt, maar ook wordt er dan
meer batterijstroom verbruikt. Wordt alleen afgebeeld wanneer u de camera van
stroom voorziet met behulp van de accu.
Beep
Shutter
On
− Schakelt het sluitergeluid in dat klinkt als u de sluiterknop indrukt.
− Schakelt de pieptoon/het sluitergeluid in die/dat klinkt als u de regelknop/sluiterknop
indrukt.
− De pieptoon/het sluitergeluid uitschakelen.
1
(Setup 1)
Off
Language
NL
116
—
De menuonderdelen, waarschuwingen en meldingen afbeelden in de geselecteerde
taal.
2
(Setup 2)
Onderdeel
Instelling
Beschrijving
File Number
Series
− Nummers toewijzen aan bestanden op volgorde, zelfs als de "Memory Stick Duo"
wordt verwisseld of een andere opnamemap wordt gebruikt.
− De nummering terugstellen en opnieuw beginnen bij 0001 iedere keer wanneer de
opnamemap wordt veranderd. (Als de opnamemap een bestand bevat, wordt een
nummer hoger dan het hoogste reeds toegekende nummer toegewezen.)
Reset
USB Connect
Clock Set
PictBridge
PTP
Normal
− Verbindt de camera met een PictBridge-compatibele printer (blz. 69).
− Wanneer een PTP-verbinding tot stand is gebracht, start de Copy Wizard
automatisch en kopieert de beelden in de opnamemap (blz. 86) die in de camera is
ingesteld naar de computer. (Dit wordt ondersteund voor Windows XP en Mac OS
X.)
− Maakt een USB-verbinding tussen de camera en een computer (blz. 82 en 94).
OK / Cancel
Voor het instellen van datum en tijd (blz. 18 en 47).
Aanvullende informatie
NL
117
Voorzorgsmaatregelen
Laat de camera niet liggen op
de volgende plaatsen
• In bijzonder hete plaatsen, zoals in een
auto die in de volle zon is geparkeerd.
De behuizing van de camera kan
vervormd raken of hierdoor kan een
storing optreden.
• Onder rechtstreeks zonlicht of nabij een
verwarmingsbron. De behuizing van de
camera kan verkleurd of vervormd raken
of hierdoor kan een storing optreden.
• Op plaatsen met trillingen
• In de buurt van een sterk magnetisch
veld
• Op zanderige of stoffige plaatsen, dus
wees voorzichtig dat er geen zand of
stof in de camera komt. Hierdoor kan
in de camera een storing optreden en in
bepaalde gevallen kan deze storing niet
worden verholpen.
Dragen
Ga niet op een stoel of andere plaats zitten
met de camera in uw achterzak van uw
broek of rok omdat hierdoor een storing
kan optreden of de camera beschadigd kan
raken.
NL
118
Reiniging
Het LCD-scherm reinigen
Veeg het schermoppervlak schoon met een
LCD-reinigingsset (niet bijgeleverd) om
vingerafdrukken, stof, enz. te verwijderen.
Reiniging van de lens
Veeg de lens schoon met een zachte
doek om vingerafdrukken, stof, enz. te
verwijderen.
Reiniging van de
gelijkstroomstekker
Maak de gelijkstroomstekker van
de netspanningsadapter schoon met
een droog wattenstaafje. Gebruik de
netspanningsadapter niet met een vuile
stekker. Als u de netspanningsadapter met
een vuile stekker gebruikt, is het mogelijk
dat de accu niet goed wordt geladen.
De buitenkant van de camera
reinigen
Maak de buitenkant van de camera schoon
met een zachte doek bevochtigd met water
en veeg het oppervlak daarna droog met
een droge doek. Gebruik de onderstaande
middelen niet omdat deze de afwerking of
de behuizing kunnen beschadigen.
− Chemische producten zoals verdunner,
benzine, alcohol, wegwerpdoeken,
insecticiden enz.
− Aanraking van de camera met een
bovenstaande stof aan uw handen
− Aanraking door rubber of vinyl
gedurende een lange tijd
Bedrijfstemperatuur
Deze camera is ontworpen voor gebruik
bij een temperatuur van 0°C tot 40°C. Het
maken van opnamen op extreem koude
of warme plaatsen met temperaturen die
buiten het bovenstaande bereik vallen, is
niet aan te bevelen.
Condensvorming
Als de camera rechtstreeks van een
koude naar een warme omgeving wordt
overgebracht, of in een zeer vochtige
ruimte wordt neergelegd, kan er vocht
condenseren in of op de behuizing van de
camera. Deze vochtcondensatie kan een
storing in de camera veroorzaken.
Condensvorming treedt gemakkelijk
op wanneer:
• De camera van een koude plaats, zoals
een skihelling, naar een goed verwarmde
ruimte wordt overgebracht.
• De camera bij warm weer vanuit een
kamer of auto met airconditioning mee
naar buiten wordt genomen, enz.
Hoe condensvorming te voorkomen
Wanneer u de camera van een koude naar
een warme ruimte brengt, verpakt u de
camera in een goed gesloten plastic zak en
laat u deze langzaam (ongeveer een uur)
acclimatiseren.
Deze camera is voorzien van een
ingebouwde oplaadbare knoopbatterij voor
handhaving van de datum en tijd en andere
instellingen, ongeacht of het apparaat is
ingeschakeld of uitgeschakeld.
Deze oplaadbare knoopbatterij wordt
tijdens het gebruik van de camera continu
opgeladen. Indien u de camera echter
alleen voor korte perioden gebruikt, raakt
deze batterij geleidelijk uitgeput. Indien
u de camera helemaal niet gebruikt, is
de batterij na circa één maand volledig
uitgeput. In dit geval dient u de oplaadbare
knoopbatterij altijd op te laden voordat u
de camera gaat gebruiken.
Ook indien deze oplaadbare knoopbatterij
niet wordt opgeladen, kunt u de camera
nog altijd gebruiken zolang u de datum en
tijd niet opneemt.
Oplaadmethode
Sluit de camera aan op een stopcontact
met behulp van de netspanningsadapter
of plaats een opgeladen accu en laat
de camera gedurende 24 uur of langer
uitgeschakeld liggen.
Aanvullende informatie
Wanneer er condensvorming
optreedt
Schakel de camera uit en wacht ongeveer
een uur om het vocht te laten verdampen.
Als u probeert om opnamen te maken
terwijl er nog vocht in de lens aanwezig is,
zullen de opgenomen beelden niet helder
zijn.
Ingebouwde oplaadbare
knoopbatterij
NL
119
De interne oplaadbare knoopbatterij
verwijderen
Wanneer u de camera afdankt, moet u de
interne oplaadbare knoopbatterij uit de
camera verwijderen.
Raak de interne oplaadbare
knoopbatterij niet aan tijdens het
gebruik. Wanneer de knoopbatterij
is verwijderd, kunt u deze niet
terugplaatsen.
Volg de richtlijnen voor klein chemisch
afval wanneer u de oplaadbare
knoopbatterij weggooit.
Met de volgende procedure kunt u de
knoopbatterij eenvoudig verwijderen.
Gereedschap: een platkopschroevendraaier
of een gelijkaardig gereedschap.
Controleer of de camera is uitgeschakeld
voordat u de volgende bewerking uitvoert.
Verwijder ook de netspanningsadapter en
de accu.
NL
120
Steek een platte
schroevendraaier of
soortgelijk gereedschap
in de gleuf in het deksel
van de interne oplaadbare
knoopbatterij en duw deze
omhoog in de richting van de
pijl om het deksel te openen.
Pak het deksel van de interne
oplaadbare knoopbatterij
met uw vingers vast en trek
deze omhoog om het deksel
van de interne oplaadbare
knoopbatterij en de
batterijhouder te verwijderen.
Pak dit deel vast en trek in de
richting van de pijl.
Trek eraan zodat het flexibele
printplaatje afbreekt en de
batterijhouder loskomt van
het deksel van de interne
oplaadbare knoopbatterij.
Draai de batterijhouder
om en verwijder de interne
oplaadbare knoopbatterij.
"Memory Stick"
"Memory Stick" is een compact, draagbaar ICopnamemedium.
De typen "Memory Stick" die kunnen worden
gebruikt met deze camera staan vermeld in de
onderstaande tabel. Een goede werking kan
echter niet worden gegarandeerd voor alle
functies van de "Memory Stick".
"Memory Stick" type
Opnemen/
weergeven3)
–
Memory Stick (MagicGate/
hoge gegevensoverdrachts
nelheid)
–
Memory Stick Duo
Memory Stick Duo
(MagicGate/hoge gegevens
overdrachtsnelheid)
1)2)
MagicGate Memory Stick
–
MagicGate Memory Stick
Duo
1)
Memory Stick PRO
–
Memory Stick PRO Duo
1)2)
1)
Aanvullende informatie
Memory Stick
"MagicGate Memory Stick Duo" en "Memory
Stick PRO Duo" zijn uitgerust met MagicGate
functies. MagicGate is een copyrightbeschermingstechnologie die gebruik maakt
van encryptietechnologie. Opnemen/weergeven
van gegevens waarbij MagicGate functies
zijn vereist, kan niet met deze camera worden
uitgevoerd.
NL
121
2)
Ondersteunt een hoge gegevensoverdrachtsnelheid via een parallelle interface.
3)
Bewegende beelden in het beeldformaat
640(Fine) kunnen alleen opgenomen en
weergegeven worden met behulp van "Memory
Stick PRO Duo".
• Als een "Memory Stick Duo" is geformatteerd
op een computer, kan de juiste werking ervan
in deze camera niet worden gegarandeerd.
• De lees-/schrijfsnelheid van de gegevens
verschilt afhankelijk van de gebruikte
"Memory Stick Duo" en apparatuur.
Opmerkingen over het gebruik van
"Memory Stick Duo" (bijgeleverd)
• U kunt beelden niet opnemen, bewerken of
wissen als u de schrijf-beveiligingsschakelaar4)
met een puntig voorwerp verschuift naar
LOCK.
Aansluiting
Schrijfbeveiligingsschakelaar 4)
Plaats voor notities
De stand of de vorm van de schrijfbeveiligingsschakelaar4) kan verschillend zijn
afhankelijk van de "Memory Stick Duo" die u
gebruikt.
4)
NL
122
De "Memory Stick Duo" die bij deze
camera werd geleverd heeft geen schrijfbeveiligingsschakelaar. Als u de bijgeleverde
"Memory Stick Duo" gebruikt, moet u opletten
niet per ongeluk gegevens te wissen of te
bewerken.
• Wanneer de "Memory Stick Duo" bezig is met
het lezen of wegschrijven van gegevens, mag u
de "Memory Stick" niet verwijderen.
• De gegevens kunnen in de volgende gevallen
beschadigd zijn:
– wanneer de "Memory Stick Duo" eruit is
gehaald of de camera is uitgeschakeld tijdens
het lezen of schrijven
– wanneer de "Memory Stick Duo" wordt
gebruikt op plaatsen met statische
elektriciteit of elektrische ruis
• We raden u aan van belangrijke gegevens een
reservekopie te maken.
• Druk niet te hard wanneer u een notitie op het
memo gebied schrijft.
• Bevestig geen sticker op de "Memory Stick
Duo" of op een Memory Stick Duo-adapter.
• Wanneer u de "Memory Stick Duo" draagt of
bewaart, plaatst u deze terug in het doosje dat
erbij geleverd werd.
• Raak de aansluitingen van een "Memory Stick
Duo" nooit aan met uw hand of een metalen
voorwerp.
• De "Memory Stick Duo" niet slaan, verbuigen
of laten vallen.
• De "Memory Stick Duo" mag niet worden
gedemonteerd of gemodificeerd.
• Stel de "Memory Stick Duo" niet bloot aan
water.
• Houd de "Memory Stick Duo" uit de buurt
van kinderen. Ze kunnen hen per ongeluk
inslikken.
• U mag de "Memory Stick Duo" niet gebruiken
of bewaren op de volgende plaatsen:
– plaatsen met een hoge temperatuur, zoals in
een hete auto die in de zon is geparkeerd
– plaatsen die zijn blootgesteld aan direct
zonlicht
– vochtige plaatsen of plaatsen waar corrosieve
middelen aanwezig zijn
Opmerkingen over het gebruik
van Memory Stick Duo-adapter
(bijgeleverd)
• Wanneer u een "Memory Stick Duo" wilt
gebruiken met een "Memory Stick" compatibel
apparaat, moet u ervoor zorgen dat de
"Memory Stick Duo" in een Memory Stick
Duo-adapter wordt geplaatst.
Als u een "Memory Stick Duo" in een
"Memory Stick" compatibel apparaat steekt
zonder een Memory Stick Duo-adapter, is het
mogelijk dat u hem niet meer uit het apparaat
kunt halen.
• Wanneer u een "Memory Stick Duo" in een
Memory Stick Duo-adapter steekt, moet u
ervoor zorgen dat de "Memory Stick Duo" in
de juiste richting wordt geplaatst en vervolgens
steekt u het er helemaal in. Onjuiste plaatsing
kan leiden tot een storing.
• Wanneer u een "Memory Stick Duo" gestoken
in een Memory Stick Duo-adapter gebruikt
in een "Memory Stick" compatibel apparaat,
controleert u dat de "Memory Stick Duo" in de
juiste richting erin wordt gestoken. Merk op
dat door onjuist gebruik de camera kan worden
beschadigd.
• Steek geen Memory Stick Duo-adapter in een
"Memory Stick" compatibel apparaat zonder
dat er een "Memory Stick Duo" in de adapter
zit. Als u dit toch doet, kan een storing in de
camera optreden.
Opmerkingen over het gebruik
van "Memory Stick PRO Duo" (niet
bijgeleverd)
De "Memory Stick PRO Duo" met een
capaciteit van maximaal 512 MB is getest en
goedbevonden voor gebruik met deze camera.
Betreffende de
"InfoLITHIUM" accu
Wat is de "InfoLITHIUM" accu?
Opladen van de accu
Aanbevolen wordt om de accu op te
laden bij een omgevingstemperatuur van
10°C tot 30°C. Indien u de accu buiten
dit temperatuurbereik oplaadt, bestaat de
kans dat u de accu niet doeltreffend kunt
opladen.
• Bij lage temperaturen verminderen
de prestaties van de accu. Op koude
plaatsen kan de accu daarom minder
lang worden gebruikt. Wij bevelen het
volgende aan om de accu langer mee te
laten gaan:
− Doe de accu in een zak tegen uw
lichaam aan om de accu op te warmen en
plaats deze in de camera vlak voordat u
begint met opnemen.
• Bij veelvuldig gebruik van de
zoomfunctie of de flitser zal de batterij
sneller uitgeput raken.
• Wij bevelen u aan om extra accu’s
voor twee- tot driemaal de verwachte
opnameduur bij de hand te houden, en
om proefopnamen te maken alvorens u
de eigenlijke opnamen gaat maken.
• De accu mag niet worden blootgesteld
aan water. De accu is niet waterdicht.
• Laat de camera niet liggen op een hete
plaats, zoals in een hete auto of in direct
zonlicht.
Aanvullende informatie
De "InfoLITHIUM" accu is een
lithiumionaccu uitgerust met functies voor
het communiceren van informatie over de
bedrijfsomstandigheden tussen de camera
en de netspanningsadapter.
De "InfoLITHIUM" accu berekent
het stroomverbruik op basis van de
bedieningsomstandigheden van de camera
en geeft in minuten aan hoe lang de batterij
nog meegaat.
Doeltreffend gebruik van de
accu
NL
123
Batterij-restladingsindicatie
Levensduur van de batterijen
Het is mogelijk dat de spanning wegvalt
ondanks dat de batterij-restladingsindicatie
aangeeft dat er nog voldoende lading
aanwezig is om het apparaat te bedienen.
Gebruik de acculading helemaal en laad
de accu volledig op zodat de batterijrestladingsindicatie correct is. Indien de
camera langdurig bij hoge temperaturen
wordt gebruikt of in volledig geladen
toestand wordt opgeborgen, of indien de
accu veelvuldig wordt gebruikt, zal echter
niet altijd opnieuw de juiste batterijrestladingsindicatie worden aangegeven.
• De levensduur van de batterijen is
beperkt. De capaciteit van de batterijen
neemt geleidelijk af naarmate u deze
meer gebruikt en de tijd verstrijkt.
Wanneer de gebruiksduur van de
accu aanzienlijk korter is geworden,
is waarschijnlijk het einde van de
levensduur van de accu bereikt. Koop
een nieuwe accu.
• De levensduur van de accu wordt
mede bepaald door de manier waarop
deze wordt bewaard, en door de
bedieningsvoorwaarden en de omgeving
waarin de accu wordt gebruikt.
Hoe u de accu moet bewaren
NL
124
• Zelfs als u de accu gedurende een
lang tijd niet denkt te gebruiken, dient
u deze volledig op te laden en de
lading eenmaal per jaar volledig op te
gebruiken. Haal de accu van de camera
af en bewaar deze op een droge, koele
plaats. Op deze manier zal de accu naar
behoren blijven werken.
• Om de accu op de camera te gebruiken
totdat deze helemaal leeg is, laat u de
POWER-toet in de diavoorstellingweergavemodus (blz. 62) op "Aan" staan
totdat de accu geen stroom meer levert.
• Bewaar en transporteer de accu altijd in
de accuhouder om te voorkomen dat de
accupolen vuil of kortgesloten worden.
Technische gegevens
Camera
[Systeem]
Beeldsysteem
6,85 mm (1/2,7 type) kleuren-CCD
Primair kleurfilter
Totaal aantal pixels van de camera
Circa 4 231 000 pixels
Effectief aantal pixels van de camera
Circa 4 065 000 pixels
Lens
Carl Zeiss Vario-Tessar
3× zoomlens
f = 5,1 – 15,3 mm (32 – 96 mm
omgerekend naar een 35 mm
fotocamera)
F2,8 – 5,1
Automatische ND-filteromschakeling
Belichtingsregeling
Automatische belichting, scènekeuze
(7 standen)
Witbalans
Automatisch, Daglicht, Bewolkt,
Fluorescerend, Kaarslicht
Bestandsformaat (voldoet aan DCF)
Stilstaande beelden: Exif ver. 2.2
overeenkomstig aan JPEG-standaard,
compatibel met DPOF
Bewegende beelden: overeenkomstig
MPEG1 (mono)
Opnamemedium
"Memory Stick Duo"
Flitser
Aanbevolen afstand (ISO op Auto):
0,2 m tot 2,0 m (W)
0,5 m tot 1,5 m (T)
[Ingangs- en uitgangsaansluitingen]
USB-bus mini B
USB verbinding
Hi-Speed USB (voldoet aan
USB 2.0)
[LCD-scherm]
LCD-scherm
3,8 cm (1,5 type) TFT drive
Totaal aantal beeldpunten
76 800 (320×240) beeldpunten
[Stroomvoorziening, algemeen]
Ingangsspanning
100 V tot 240 V wisselstroom,
50/60 Hz, 11W
Uitgangsspanning
4,2 V gelijkstroom*
* Zie de sticker op de
netspanningsadapter voor de
overige technische gegevens.
Bedrijfstemperatuur
0°C tot +40°C
Opslagtemperatuur
–20°C tot +60°C
Afmetingen
Circa 48×29×81 mm
(B/H/D, excl. uitstekende delen)
Gewicht Circa 130 g
exclusief netsnoer
Accessories
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
AC-LS5/LS5B netspanningsadapter (1)
Netsnoer (1)
NP-FT1 accu (1)
Batterijhouder (1)
TAD-LA statiefadapter (1)
USB-kabel (1)
Halsriem (1)
"Memory Stick Duo" (16 MB) (1)
Memory Stick Duo-adapter (1)
CD-ROM (USB-stuurprogramma SPVD-012)
(1)
• Gebruiksaanwijzing (1)
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
zijn voorbehouden zonder voorafgaande
kennisgeving.
NP-FT1 accu
Aanvullende informatie
Gebruikte accu
NP-FT1
Voeding
3,6 V
Stroomverbruik (tijdens opnemen)
1,1 W
Bedrijfstemperatuur
0°C tot +40°C
Opslagtemperatuur
–20°C tot +60°C
Afmetingen
Circa 95×44,3×25,7 mm (B/H/D,
excl. uitstekende delen)
Gewicht Circa 152 g (inclusief accu NP-FT1,
"Memory Stick Duo" en Halsriem)
Microfoon
Electret-condensatormicrofoon
Luidspreker
Dynamische luidspreker
Exif Print Compatibel
PRINT Image Matching II
Compatibel
PictBridge
Compatibel
AC-LS5/LS5B
Netspanningsadapter
Gebruikte batterij
Lithiumion-accu
Maximale spanning
4,2 V gelijkstroom
Nominale spanning
3,6 V gelijkstroom
Capaciteit
2,4 Wh (680 mAh)
NL
125
LCD-scherm
/
/ /
/
/
/ /
Opnamemodus-indicatie (27)
Verdere belangrijke informatie vindt u op
de tussen haakjes vermelde bladzijden.
/ SL /
Flitsmodus-indicatie (32)
Bij opname van stilstaande
beelden
1
3
60min
VGA
101
1/30”
C:32:00
+
4
5
2
S AF
125 F3.5 +2.0EV
Batterij-restladings-indicatie (14)
AE/AF-vergrendelings-indicatie (27,
52)
M /
Opnamemodus-indicatie (57, 58)
/
/
/
Kleurbalans-indicatie (56)
NL
S AF / M AF
Lichtmeetmodus-indicatie (51)
/
Indicatie van AF-frame van
bereikzoeker (50)
Indicatie van vermindering van
rode-ogeneffect (33)
1.3 /
/ 1.3 /
Zoomschaal-indicatie (30)
1.3
Scherpte-indicatie (112)
4M / 3:2 /
3M /
1M /
VGA
Beeldformaat-indicatie (22)
FINE/STD
Beeldkwaliteits-indicatie (47)
Opnamemap-indicatie (48)
Verzadiging-indicatie (112)
Contrast-indicatie (112)
101
AF-illuminator-indicatie (33, 115)
Resterende "Memory Stick"
geheugencapaciteit-indicatie
Lichtmeetmodus-indicatie (55)
1/30"
Multi Burst-intervalindicatie (58)
ON
60min
126
Beeldeffect-indicatie (59)
400
Indicatie van resterend aantal
opneembare beelden (25)
Zelfontspanner-indicatie (31)
C:32:00
Zelfdiagnosefunctie (110)
Histogram-indicatie (53)
Lange sluitertijd NR-indicatie (39)
Bij opname van bewegende
beelden
1
125
Sluitertijd-indicatie
ISO-richtgetal-indicatie (112)
F3.5
Diafragmawaarde-indicatie
2
+2.0EV
EV-niveau-waarde-indicatie (52)
Trillingswaarschuwing-indicatie
(107)
AF-bereikzokerframe (50)
+
Dradenkruis van de spot lichtmeting
(55)
101
C:32:00
3
4
5
60min
Batterij-restladings-indicatie (14)
• Door op de toets MENU te drukken zal het
menu/helpmenu verschijnen/uitgaan.
Opnamemodus-indicatie (75)
Aanvullende informatie
Waarschuwingsindicatie voor
zwakke batterij (107)
STD
640
00:00:00 [00:28:25]
+
Datum- en tijds-indicatie (34)
Menu/Gidsmenu (46)
60min
STBY
/
/
/
Kleurbalans-indicatie (56)
STBY / REC
Opname-indicatie voor bewegende
beelden
1.3
Zoomschaal-indicatie (30)
Lichtmeetmodus-indicatie (55)
Beeldeffect-indicatie (59)
NL
127
/
Indicatie van AF-frame van
bereikzoeker (50)
Waarschuwingsindicatie voor
zwakke batterij (107)
Bij weergave van stilstaande
beelden
60min
1.3
AF-bereikzoekerframe (50)
/ 640 / 160
Beeldformaat-indicatie (75)
FINE
101
VGA
12/12
C:32:00
+2.0EV
500 F3.5
+
640
M
101
1
STD
101
Opnamemap-indicatie (48)
Resterende "Memory Stick"
geheugencapaciteit-indicatie
00:00:00 [00:28:05]
Opnameduur-indicatie [maximale
opnameduur] (111)
Zelfontspanner-indicatie (31)
C:32:00
Zelfdiagnosefunctie (110)
Dradenkruis van de spot lichtmeting
(55)
+2.0EV
EV-niveau-waardeaanduiding (52)
Menu/Gidsmenu (46)
• Door op de toets MENU te drukken zal het
menu/helpmenu verschijnen/uitgaan.
2
VOLUME
M
Opnamemodus-indicatie (63)
4M / 3:2 /
3M /
1M /
VGA
Beeldformaat-indicatie (22)
Beveiligings-indicatie (65)
Afdrukmarkerings-indicatie (DPOF)
(73)
/
/
Map-veranderen-indicatie (60)
Step 12/16
Beeld-voor-beeld-weergave-indicatie
(64)
NL
4
5
BACK/NEXT
1.3
Weergave zoomschaal-indicatie (61)
128
3
101-0012
Map-bestandsnummer (86)
PictBridge-aansluitings-indicatie
(69)
101
Opnamemap-indicatie (48)
Resterende "Memory Stick"
geheugencapaciteit-indicatie
101
12/12
Beeldnummer/Aantal beelden
opgenomen in de gekozen map
Bij weergave van bewegende
beelden
Lichtmeetmodus-indicatie (55)
1
60min
Aanduiding USB-multikabel niet
loskoppelen (70)
+2.0EV
EV-niveau-waarde-indicatie (52)
101
101
8/8
00:00:12
/
Flitsmodus-indicatie
/
/
/
Kleurbalans-indicatie (56)
500
Sluitertijd-indicatie
F3.5
Diafragmawaarde-indicatie
3
4
2
DPOF
5
Opnamemodus-indicatie (76)
Histogram-indicatie (53)
640
0
/ 6 4STD
/ 160
Beeldformaat-indicatie (76)
FINE
Opnamedatum/-tijd van het
weergavebeeld (34)
/
Weergave-/stop-indicatie (76)
Menu/Gidsmenu (46)
/
/
Map-veranderen-indicatie (60)
C:32:00
Zelfdiagnosefunctie (110)
160
VOL.
Aanvullende informatie
Weergavemap-indicatie (60)
ISO-richtgetal-indicatie (112)
VOL.
• Door op de toets MENU te drukken zal het
menu/helpmenu verschijnen/uitgaan.
Volume-indicatie (76)
Weergavebalk (76)
NL
129
101
Opnamemap-indicatie (48)
Resterende "Memory Stick"
geheugencapaciteit-indicatie
101
Weergavemap-indicatie (60)
8/8
Beeldnummer/Aantal beelden
opgenomen in de gekozen mapindicatie
00:00:12
Teller (76)
Weergavebeeld (76)
Menu/Gidsmenu (46)
• Door op de toets MENU te drukken zal het
menu/helpmenu verschijnen/uitgaan.
NL
130
Index
A
B
B&W ............................................................... 59
Batterij-restladingsindicatie .................... 14, 125
Beeldeffect ...................................................... 59
Beelden bekijken op het LCD-scherm ............ 40
Beelden bekijken op uw computer ............ 85, 94
C
Camera .................................................... 27, 112
CD-ROM ............................................. 81, 89, 95
Condensvorming ........................................... 120
Contrast ......................................................... 113
F
Flitserniveau ............................................ 57, 113
Flitsmodus ....................................................... 32
Fluorescerend .................................................. 56
Formaat veranderen......................................... 66
Formatteren ..................................................... 44
G
Gebruikers van Macintosh .............................. 93
Gebruikers van Windows ................................ 80
Gebruik van de camera in het buitenland........ 16
Gelijkstroomstekker .................................. 13, 16
Geprogrammeerd opnemen van stilstaande
beelden [Program] ................................. 28
Gloeilamp........................................................ 56
H
Histogram........................................................ 53
D
I
Daglicht ........................................................... 56
Datum en tijd instellen ............................ 18, 118
Diavoorstelling ................................................ 62
Digitale zoom .................................................. 30
DPOF .............................................................. 73
"InfoLITHIUM" accu ................................... 124
ImageMixer VCD2.............................. 88, 92, 95
In- en uitschakelen .......................................... 17
Index-scherm................................................... 40
Indexbeelden afdrukken .................................. 68
Initialisatie....................................................... 44
Installeren............................................ 81, 88, 95
Instellingen...................................................... 47
Interval .................................................... 58, 113
ISO ................................................................ 112
E
Enkelvoudige-AF (Single) .............................. 51
Enkelvoudig scherm ........................................ 40
EV-afstelling ................................................... 52
Extensie ..................................................... 86, 88
Index
Aanbevolen computeromgeving ............... 80, 93
Aantal beelden die kunnen worden opgenomen/
weergegeven ............................ 15, 25, 111
Accu .................................................................. 6
Accu bewaren ................................................ 125
Accu opladen .......................................... 13, 123
Achtergrondverlichting van het
LCD-scherm ........................................ 117
AE ................................................................... 28
AE/AF-vergrendeling.......................... 27, 28, 52
AF-bereikzoekerframe .................................... 50
AF-bewaking (Monitor) .................................. 51
AF-functie ....................................................... 51
AF-illuminator ........................................ 33, 116
AF-vergrendeling ............................................ 52
Afdrukmarkering (DPOF) ............................... 73
Altijd flitsen .................................................... 32
Automatische instelfunctie.............................. 26
Automatische scherpstelling ..................... 28, 50
Automatische uitschakelingsfunctie ............... 17
Automatisch opnemen van stilstaande
beelden [Auto] ....................................... 27
Auto Review ................................................. 116
Beelden kopiëren naar
uw computer .................. 80, 83, 84, 90, 93
Beeldformaat ............................................. 22, 23
Beeldkwaliteit ........................................... 23, 47
Beeld vergroten ............................................... 61
Bestandsnamen ............................................... 86
Bestandsnummer ........................................... 118
Beveiliging ...................................................... 64
Bewegende beelden bekijken op het
LCD-scherm .......................................... 75
Bewegende beelden wissen ............................. 77
Bewolkt ........................................................... 56
Burst ................................................................ 57
NL
131
J
N
JPG .................................................................. 87
Netspanningsadapter ................................. 13, 16
Niet flitsen ....................................................... 32
RESET-toets .................................................... 97
Resterende opname/weergave-tijd .......... 15, 111
Roteren ............................................................ 62
O
S
K
Kaarslichtfunctie ............................................. 37
Klok instellen .......................................... 18, 118
Knippen van bewegende beelden .................... 78
L
Landschapsfunctie........................................... 36
Lange sluitertijd NR........................................ 39
Langzame synchro .......................................... 32
LCD-achtergrondverlichting aan/uit ............... 29
Levensduur van de batterijen .................. 15, 125
Lichtmeetfunctie ............................................. 55
Lichtmeting met meerdere patronen ............... 55
M
“Memory Stick Duo” plaatsen ........................ 21
Map ........................................................... 48, 60
Mate van comprimeren ................................... 23
Memory Stick Duo........................................ 122
Menu-instellingen ................................... 46, 112
Midden-AF...................................................... 50
Mode (REC Mode) ....................................... 112
Modusschakelaar................................. 18, 22, 27
MPG ................................................................ 87
Multipoint AF ................................................. 50
Multi Burst ...................................................... 58
NL
132
Onderverdelen ................................................. 78
Oplaadbare knoopbatterij .............................. 120
Oplaadtijd........................................................ 14
Opnemen van bewegende beelden .................. 75
Opnemen van stilstaande beelden ................... 26
Opslagbestemming van bestanden .................. 86
Optische zoom ................................................ 30
P
PictBridge ....................................................... 68
Picture Package ............................................... 81
Pieptoon/sluitergeluid ................................... 117
Precizie digitale zoom ..................................... 31
Programmafunctie voor automatisch
opnemen ................................................ 28
Projecteren van de datum en tijd ............. 34, 116
PTP.................................................... 80, 94, 118
Q
Quick Review .................................................. 29
R
Regelknop ....................................................... 17
Reiniging ....................................................... 119
Reisadapter...................................................... 16
Scènekeuze ...................................................... 36
Schemer-portretfunctie ................................... 36
Schemerfunctie ............................................... 36
Schermweergave ..................................... 29, 127
Scherpstellen ................................................... 50
Scherpte......................................................... 113
Sepia................................................................ 59
SET UP-onderdelen ...................................... 116
Slimme-zoomfunctie ....................................... 30
Sneeuwfunctie ................................................. 36
Spot lichtmeting .............................................. 55
Stilstaande beelden wissen.............................. 42
Strandfunctie ................................................... 37
T
Taal .......................................................... 20, 117
Toegangslampje .............................................. 21
U
USB-aansluiting .................................. 10, 69, 82
USB-kabel ....................................................... 82
USB-modus ..................................................... 80
USB-stuurprogramma ..................................... 81
USB-verbinding ................................ 82, 94, 118
V
Vergroot icoon ............................................... 116
Vermindering van het rode-ogeneffect ............ 33
Verzadiging ................................................... 113
VGA ................................................................ 23
Video-CD .................................................. 92, 96
Volume ............................................................ 76
Voorzorgsmaatregelen ................................... 119
W
Waarschuwingen en meldingen .................... 107
Weergavezoom ................................................ 61
Witbalans ........................................................ 56
Z
Zachte-opname-modus.............................. 28, 36
Zelfdiagnosefunctie....................................... 110
Zelfontspanner ................................................ 31
Zoom ............................................................... 30
Zoomvergrotingsfactor.................................... 30
Index
NL
133
2186445430
Gedruckt auf 100%
Recyclingpapier mit Druckfarbe
auf Pflanzenölbasis ohne
VOC (flüchtige organische
Bestandteile).
Gedrukt op 100% kringlooppapier
met VOC (vluchtige organische
verbinding)-vrije inkt op basis
van plantaardige olie.
Sony Corporation Printed in Japan
Auf unserer Kundendienst-Website finden Sie Zusatzinformationen
zu diesem Produkt und Antworten auf häufig gestellte Fragen.
Nadere bijzonderheden over dit product en de antwoorden op vaak
gestelde vragen kunt u vinden op onze klantendienst Website.