Uitschepwagens
43.3000.2 47
Schoonmaak en onderhoud
• Alvorens met de schoonmaak te beginnen apparaat uitschakelen. Stekker
uit de wandcontactdoos en ophangen in de daarvoor aan de achterzijde
van het apparaat aangebrachte voorziening. Bakken leeg laten lopen.
• Het apparaat niet met stoom of een hogedrukspuit schoonmaken. Indien in
de directe omgeving van het apparaat met stoom of hoge druk gewerkt
wordt, moet het uitgeschakeld worden en van het stroomnet ontkoppeld.
• Voor de schoonmaak het geheel goed laten afkoelen.
Indien na de reiniging in de bakken kalkresten achterblijven, dienen deze te
worden verwijderd, omdat anders het energieverbruik stijgt, hetgeen voor on-
nodige extra kosten zorgt. Bij veel kalkafzetting kan dit ook nog tot schade aan
het apparaat leiden.
Voor het ontkalken de daarvoor speciaal in de handel zijnde middelen of
schoonmaakazijn gebruiken.
De aftapkraan kan eventueel met speciaal, voor contact met levensmiddelen
geschikt smeervet (braadboter is hiervoor absoluut ongeschikt),nagevet wor-
den, om de dichting en het makkelijk bewegen te bevorderen.
Wetenswaardigheden over „roestvrijstaal”
De corrosiebestendigheid van roestvrijstaal berust op een passieve laag, die
aan de oppervlakte wordt gevormd door het contact met zuurstof. De zuurstof
in de lucht is voldoende voor het ontstaan van deze beschermlaag en zorgt
ervoor dat deze ook automatisch wordt hersteld na eventuele beschadigingen.
Ook het in aanraking komen van het roestvrijstaal met zuurstofhoudend stro-
mend water zorgt voor een constante vernieuwing van deze laag. Een verdere
verbetering van dit effect wordt bereikt door oxiderend werkende zuren (sal-
peterzuur, oxaalzuur). Deze zuren worden gebruikt als het roestvrijstaal aan
hoge concentraties chemische middelen heeft blootgestaan en daardoor de
passieve laag grotendeels is verstoord.
De passieve laag kan chemisch beschadigd of verstoord worden door (zuur-
stofverbruikende) middelen, die in geconcentreerde vorm of bij hoge tempera-
turen met het staal in aanraking komen, zoals:
• zout- en zwavelhoudende stoffen
• chloriden (zouten)
• concentraten zoals mosterd, azijn, kruidenblokjes, keukenzout
Verdere beschadigingen kunnen ontstaan door:
• roestdeeltjes (bijv van andere apparaten, gereedschappen o.d.)
• ijzerdeeltjes (bijv slijpstof)
• contact met niet ijzerhoudende metalen
• gebrek aan zuurstof (bijv geen contact met de lucht, zuurstofarm water).
Algemene voorschriften voor de behandeling van apparaten
van „roestvrijstaal”
Het oppervlak van apparaten uit roestvrijstaal altijd schoon en voor de lucht
toegankelijk houden.
Dagelijks dient u kalk-, vet-, zetmeel- en eiwitresten te verwijderen, anders kan
onder deze lagen corrosie ontstaan doordat er geen contact met de lucht kan
plaatsvinden.
Indien er geen speciale middelen worden voorgeschreven, dan dienen in elk
geval chloorarme reinigingsmiddelen te worden gebruikt.
Na elke schoonmaak dienen resten van de reinigingsmiddelen te worden ver-
wijderd door na te spoelen met ruime hoeveelheden schoon water, waarna de
oppervlakte dient te worden gedroogd.
U dient erop te letten dat roestvrijstaal niet langer als beslist noodzakelijk in