Bticino N4601 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

art. HC/HS/HD/L/N/NT4601
Installatiehandleiding
Inbraakcentrale
11/09-01 PC
3
INHOUD
1 INLEIDING 5
1.1 Waarschuwingen en raad 5
1.2 Inhoud van de verpakking 5
2 BESCHRIJVING VAN DE INBRAAKCENTRALE 6
2.1 Algemeen beeld 6
2.2 Navigatietoetsen 7
2.3 Alfanumeriek toetsenbord 7
2.4 Display 8
2.5 Belangrijste functies 10
3 INSTALLATIE 12
3.1 Achteraanzicht van de centrale 12
3.2 Aansluiting van de batterij 12
3.3 Aansluitveilige voorziening 13
3.4 Installatie van de centrale 14
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLING 15
4.1 Taalkeus 16
4.2 Leerfunctie en conguratie plaatselijke ingang 17
4.3 Het onderhoudsmenu sluiten 19
4.4 Test systeem 20
4.5 Programmering van de scenarios 22
4.6 Sleutelprogramma – transponder 23
4.7 Sleutelprogramma – numerieke code 25
4.8 Sleutelprogramma – radio-afstandsbediening 27
4.9 Datum en uur instellen 29
4.10 Zones hernoemen 30
4.11 Apparatuur hernoemen 31
5 PROGRAMMEREN 32
5.1 Programmeren met het toetsenbord 32
5.2 Diagram van het programmeermenu 33
6 ANTI-INBRAAK MENU 34
6.1 Scenarios 34
6.2 Zones 35
6.3 Apparatuur 36
6.4 Voorvallenregister 37
4601
4
INHOUD
6.5 Datum en uur 38
6.6 Automatisering 39
6.7 Instellingen 45
6.8 Onderhoud (voorbehouden aan de installateur) 46
6.9 Als u de onderhoudscode vergeten bent 47
7 BEDIENING 48
7.1 De inbraakinstallatie inschakelen / uitschakelen 48
7.2 Zones activeren – deactiveren 50
7.3 Selectie van een scenario 53
7.4 Het gebeurtenissenlogboek raadplegen na een alarmmeldinge 54
8 BIJWERKING FIRMWARE 57
8.1 Programmeren met een personal computer 57
AANHANGSEL 58
Technische gegevens 58
Referentienormen 58
5
1 INLEIDINGINLEIDING
1.1 WAARSCHUWINGEN EN RAAD
Het is van groot belang dat u deze handleiding leest voordat u met de installatie begint. De
garantie vervalt onmiddellijk door nalatigheid, een foute installatie, een fout gebruik of ingrepen
door onbevoegden. Defecten veroorzaakt door overspanning op het elektriciteitsnet of op de
telefoonlijn zijn niet door de garantie gedekt. Als de centrale op een plaats wordt geïnstalleerd
waar blikseminslag mogelijk is (onweer), dan moeten er adequate beschermingen geïnstalleerd
worden op de voedingslijn waarbij een gedegen aardaansluiting moet uitgevoerd worden die aan de
CEI-normen voldoet.
1.2 INHOUD VAN DE VERPAKKING
De verpakkingsdoos van de centrale bevat:
inbraakcentrale art. 4601
batterij
metalen basis voor wandmontage
installatiehandleiding
gebruikshandleiding
CD-ROM met TiSecurityBasic software en handleidingen in het PDF formaat
1
ABC
2
5
JKL
6
MNO
DEF
3
GHI
4
7
PQRS
0
8
TUV
WXYZ
9
C OK
P /
/
4601
6
2 BESCHRIJVING VAN DE INBRAAKCENTRALE
1
ABC
2
5
JKL
6
MNO
DEF
3
GHI
4
7
PQRS
0
8
TUV WXYZ
9
C OK
P /
/
2.1 ALGEMEEN BEELD
1- Grasche display: visualiseert hulpteksten bij het programmeren van de centrale en toelich-
tingen op de gebeurtenissen (zie volgende bladzijde voor nadere inlichtingen).
2- Navigatietoetsen: voor het navigeren in een menu en het bevestigen of annuleren van de
instellingen.
3- Alfanumeriek toetsenbord: voor het intoetsen van cijfers en/of symbolen bij het program-
meren.
4- Transponderlezer: ontvangt de inschakel- en uitschakelopdrachten van de transponder-
sleutels.
1
2
3
4
7
2 BESCHRIJVING VAN DE INBRAAKCENTRALE
O NDER H O U D
T aal
S leut e l p r og.
T est in s t a l lati e
L eren
Z ONES
1 :Ing a n g
2 :Per i m e ter
3 :Nac h t
B ijvo e g e n
2.2 NAVIGATIETOETSENNAVIGATIETOETSEN
C OK
Met deze toetsen kunt u de items van het
menu doorlopen.
Met deze toetsen kunt u de eventueel aan-
wezige functies van het menu kiezen.
C - Met deze toets annuleert u de gevisu-Met deze toets annuleert u de gevisu-
aliseerde keus en keert u terug naar het
vorige scherm – houd de toets ingedrukt
om het programmeermenu te sluiten en
naar het beginscherm terug te keren.
OK - Met deze toets bevestigt u de Met deze toets bevestigt u de
gevisualiseerde keus of de ingetoetste
gegevens
2.3 ALFANUMERIEK TOETSENBORD
Tekst intypen
✔Druk meermaals op een cijfertoets totdat het gewenste karakter gevisualiseerd wordt; als het
gewenste karakter op de zelfde toets als het huidige karakter staat, wacht dan totdat de aanwijzer
het gewenste karakter aanwijst
✔Om een spatie in te typen drukt u op 0
✔Om de aanwijzer te verplaatsen gebruikt u de toetsentoetsen
✔
Om een karakter uit te wissen, plaatst u met gebruik van de toetsen de aanwijzer op het karaktertoetsen de aanwijzer op het karakter
en drukt u op
0
✔Om van kleine letters op hoofdletters om te schakelen, houdt u de toets ingedrukt wanneer het
gewenste karakter verschijnt; de volgende karakters zullen hoofdletters zijn. Om terug te keren
naar kleine letters volgt u de zelfde procedure
✔Wanneer men meermaals op een toets drukt, worden de volgende karakters gevisualiseerd:
2
ABC
3
DEF
MNO
6
JKL
5
1
GHI
4
7
PQRS
8
TUV
9
WXYZ
0
2
ABC
3
DEF
MNO
6
JKL
5
1
GHI
4
7
PQRS
8
TUV
9
WXYZ
0
2
ABC
3
DEF
MNO
6
JKL
5
1
GHI
4
7
PQRS
8
TUV
9
WXYZ
0
. , - / : ‘ ? 1
a b c 2 à á ä â ã ç
d e f 3 è é ê
g h i 4 í î
j k l 5
m n o 6 ó ö õ
p q r s 7
t u v 8 ù ü
w x y z 9
spazio + = * # 0
4601
8
2 BESCHRIJVING VAN DE INBRAAKCENTRALE
2.4 DISPLAYDISPLAY
Installatie ingeschakeld
Installatie uitgeschakeld
Inbraakalarm / 24h alarm
Eerste inbedrijfstelling
Zones 2 en 3 gedeactiveerd
1 2 3 4
15/07/08 14:22
Scenario van onderverdeling
cenário
4
1 5 / 0 7 / 0 8 1 4 : 2 2
9
Batterij van de Centrale leeg of defect
Netspanning ontbreekt
2 BESCHRIJVING VAN DE INBRAAKCENTRALE
2.4 DISPLAY
Algemeen alarm
Batterij van de installatie defect
Algemeen alarm, wijst op een alarm van
technische aard, een signalering van een
defect aan de batterij niet van het systeem (of
van een radio-inrichting) of een signalering
van tamptest met uitgeschakeld systeem.
Sensor gedeactiveerd
Er worden belangrijke functies van de Centrale
gedeactiveerd; alleen deactiveren als dat echt
nodig is.
Test systeem
4601
10
Algemene eigenschappen
✔ zeleerfunctie en visualisering van de conguratie op de display;
✔ te bedienen met transponder en toetsenbord;
✔ apart beheer van iedere sensor;
✔ plaatselijk contact bijgevoegd aan diegene aanwezig op de installatie (congureerbaar);
✔ mogelijkheid van bijwerking rmware middels PC;
✔ gedetailleerd gebeurtenissenlogboek en alarmlogboek;
✔ blokkering gedurende 1 minuut van de mogelijkheid van aanschakeling/uitschakeling of van
de toegang naar het menu van navigatie, in geval van verkeerde sleutel voor drie op elkaar
volgende keren;
✔ combinatie van een naam naar keuze met scenarios, sensoren en zones;
✔ iedere afzonderlijke sensor kan gedesactiveerd worden door een bediening te versturen vanop
het toetsenbord van de centrale;
✔ signalering van ontbrekende verbinding met: sensoren met uitgeschakelde installatie wordt
een icoon van signalering gevisualiseerd, met aangeschakelde installatie wordt een alarm
gegenereerd;
✔ onderverdeling zones rechtstreeks vanop toetsenbord van de Centrale;
✔ aanwezigheid van een plaatselijk relais voor automatiseringen of signaleringen.
Centrale van de inbraakinstallatie:
De Centrale beheert in totaal 6 zones:
✔ zone 0 is gereserveerd voor inschakelaars (max. 9);
✔ de zones 1 t/m 4 zijn gereserveerd voor sensoren;
✔ zone 5 is gereserveerd voor technische en hulpalarmmeldingen (gaslekmelder, enz).
De Centrale verricht de volgende functies:
✔ beheer van de gebeurtenissen die door de sensoren gemeld worden, met de mogelijkheid om
te beslissen of en wanneer er alarm moet worden geslagen;
✔ de zones 1 t/m 4 kunnen apart door de gebruiker gedeactiveerd worden;
✔
het is mogelijk tot 4 scenari’s van onderverdeling te creëren en deze te activeren naargelang de
vereisten;
✔ alle fasen van verpersoonlijking worden geleid en gevisualiseerd middels de display;
✔ bij de opname van een alarm is het mogelijk een automatisering te combineren middels het
plaatselijk relais, bijvoorbeeld de aanschakeling van een licht om de indringer in de war te
brengen.
2.5 BELANGRIJSTE FUNCTIESBELANGRIJSTE FUNCTIES
2 BESCHRIJVING VAN DE INBRAAKCENTRALE
11
2 BESCHRIJVING VAN DE INBRAAKCENTRALE
Voorbeeld van opname alarm inbraak en automatisering voor de aanschakeling middels
het plaatselijk relais van de lichten in de tuin.
1
ABC
2
5
JKL
6
MNO
DEF
3
GHI
4
7
PQRS
0
8
TUV WXYZ
9
C OK
P /
/
IR-sensor
Inbraak-centrale
Aanschakeling licht
4601
12
3 INSTALLATIEINSTALLATIE
3.1 ACHTERAANZICHT VAN DE CENTRALEACHTERAANZICHT VAN DE CENTRALE
3.2 AANSLUITING VAN DE BATTERIJ
Sluit de batterij aan op de speciale connector met inachtneming van de polariteit die aan de
binnenkant van het batterijvak is aangegeven.
Verzeker u ervan dat de schuifschakelaar op OFF staat voordat u de aansluiting maakt.
PROG
RESET
BUSC
_
ON
OFF
NANC
_
HC/HS/HD4601
Behuizing voor
tamper-inrichting
art. L4630
Bus SCS
Relais voor
automatisering in
geval van alarm
Batterijvak
Reset toets
Seriële connector voor
bijwerking rmware
via PC
(met kabel art. 335919met kabel art. 335919 art. 335919
of art. 3559)art. 3559)
ON OFF
schuifschakelaar
Plaatselijk contact
13
3 INSTALLATIEINSTALLATIE
Men raadt aan de centrale te beschermen tegen pogingen van schending door op de
achterkant ervan de desbetreende voorziening art. L4630 te installeren.
Om de aansluitveilige voorziening te monteren, de beschermende dop van de Centrale
wegnemen door deze met 90° te doen draaien.
Indien de inbouwdoos gelijk met de plamuur is ingemetseld, moet men, voordat men de
staaf in de desbetreende behuizing steekt, deze doorknippen ter hoogte van de eerste
inkerving zoals aangeduid op de guur.
De staaf invoeren en blokkeren door ze met 90° te draaien en volledig uittrekken.
De installatie beëindigen zoals aangeduid op de volgende pagina.
3.3 AANSLUITVEILIGE VOORZIENING
< 60mm
52mm
< 60mm
52mm
4601
14
3 INSTALLATIEINSTALLATIE
Nadat men alle verbindingen heeft uitgevoerd, de Centrale aan de basis bevestigen en ervoor
zorgen dat de draden zodanig geschikt worden dat ze niet beschadigd worden.
N.B. Voordat u de Centrale bevestigt, moet u zich ervan vergewissen dat de schuif-schakelaar aan
de achterkant op ON staat.
3.4 INSTALLATIE VAN DE CENTRALE
2
1
15
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
Nadat de centrale voor het eerst is ingeschakeld, verschijnt het onderhoudsmenu op de display.
De schuifschakelaar aan de achterkant staat op OFF
Om de Centrale te activeren en in bedrijf te stellen:
c kies de communicatietaal;
c door de Centrale het leerproces van de installatie doen uitvoeren;
c zet de schuifschakelaar op ON;
c het menu onderhoud verlaten door 2 keer op
C
te drukken;
c terugkeren naar het menu onderhoud;
c de test van de installatie uitvoeren, en hierbij de sensoren controleren;
c programmeer een transpondersleutel of een numerieke code;
c voer de uur en datum in;
c
geef de zones, de toestellen en de scenarios van onderverdeling een
gebruiksvriendelijke naam.
4601
16
4.1 TAALKEUS
Gebruik deze functie als de default taal niet de gewenste is.
Bij de eerste inschakeling is het Taalmenu
reeds geselecteerd
Er verschijnt een nieuw scherm met de
vraag of u wenst dat alle stelde namen
opnieuw geïnitialiseerd worden
M A NUTEN Z I O N E
L i ngua
P r ogram m a c h i a v i
T e st siste m a
A p prend i m e n t o
L I NGUA
D e utsch
E n glish
E s pañol
F r ançai s
A T TENZI O N E
i l t asto OK
r e inizi a l i z z e r à
t u tti i nomi
C o nferm a = O K
A n nulla = C LEAR
L I NGUA
F r ançai s
I t alian o
P o rtugu ê s
N e derla n d s
OK
OK
OK
C
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
Druk op OK om te bevestigen
Druk op OK om te bevestigen
Kies de gewenste taal
17
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
Op het einde verschijnt het beeldscherm
van conguratie van het plaatselijk contact.
Voor de conguratie in MOD verwijzen naar
de onderstaande tabel.
4.2 LEERFUNCTIE EN CONFIGURATIE PLAATSELIJKE INGANGLEERFUNCTIE EN CONFIGURATIE PLAATSELIJKE INGANG EN CONFIGURATIE PLAATSELIJKE INGANG
Deze functie stelt de inbraakcentrale in staat om alle apparatuur van de inbraakcentrale te
herkennen. De centrale onderscheidt het type apparatuur (IR-sensor, binnensirene, enz.) en de
zone waarbij het apparaat is ingedeeld. De conguratie wordt in het geheugen van de centrale
opgeslagen, maar de gebruiker kan de conguratie te allen tijde naar wens wijzigen.
Kies Leerfunctie
L EER F U N CTI E
z one : 0 n u m. :1
t ype : b e s t. nie t
t amp e r : O FF
a uto m a t isc h
L ET OP
L eer f u n tie
w ijz i g e n?
b eve s t i gen = O K
a nnu l l . = C LEAR
O NDE R H O UD
T aal
S leu t e l pro g .
T est i n s t all a t i e
L ere n
O NDE R H O UD
T aal
S leu t e l pro g .
T est i n s t all a t i e
L ere n
O NDE R H O UD
T aal
S leu t e l pro g .
T est i n s t all a t i e
L ere n
O NDE R H O UD
T aal
S leu t e l pro g .
T est i n s t all a t i e
L ere n
L OCA L E I N G.
Z = 1
N = 1
M OD=
0
U itv o e r en
OK
OK
OK
OK
C
MOD Betekenis
0 NG
1 NG en vertraagd
2 NO
3 NO en vertraagd
De display ziet er zoals hiernaast uit nadat
u op OK gedrukt heeftgedrukt heeft
Druk op OK om de leerfunctie te startenom de leerfunctie te starten
Druk op OK om te bevestigen
Drukken op C om het plaatselijk
contact niet te gebruiken
WORDT
VERVOLGD
4601
18
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
4.2 LEERFUNCTIE EN CONFIGURATIE PLAATSELIJKE INGANG EN CONFIGURATIE PLAATSELIJKE INGANG
L EER F U N CTI E
z one : 0 n u m. :1
t ype : b e s t. ni e t
t amp e r : O FF
a uto m a t isc h
L ET OP
L eer f u n tie
w ijz i g e n?
b eve s t i gen = O K
a nnu l l . = C LEA R
O NDE R H O UD
T aal
S leu t e l pro g .
T est i n s t all a t i e
L ere n
O NDE R H O UD
T aal
S leu t e l pro g .
T est i n s t all a t i e
L ere n
O NDE R H O UD
T aal
S leu t e l pro g .
T est i n s t all a t i e
L ere n
O NDE R H O UD
T aal
S leu t e l pro g .
T est i n s t all a t i e
L ere n
L OCA L E I N G.
Z = 1
N = 1
M OD=
0
U itv o e r en
OK
OK
OK
OK
C
Indien de installatie gewijzigd wordt, door inrichtingen bij te voegen of te elimineren, moet het
zeleerproces terug worden uitgevoerd teneinde de conguratie van de installatie opgeslagen door de
centrale bij te werken.
Na 2 seconden toont de display terug het
menu Onderhoud.
Indien de Centrale een ander systeem
opneemt dan hetgeen in het geheugen
is opgeslagen verschijnt het beeldscherm
aan de zijkant.
Druk op OK om te bevestigen
Druk op C om te annuleren
19
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
4.3 HET ONDERHOUDSMENU SLUITEN
0 1/ 01/ 08 0 0 :0 0
1 2 3 4 - - - - - - - -
O ND ERH OU D
T aa l
S le ute lp r og .
T es t ins ta l la t ie
L er en
A NT I-I NB R AA K
O pd rac ht e n
A ut oma ti s er i ng
I ns tel li n ge n
O nd erh ou d
C
C
PROG
RESET
BUSC
_
ON
OFF
NANC
_
HC/HS/HD4601
Zet de schuifschakelaar op ON
Druk op C om het onderhoudsmenu te sluitenom het onderhoudsmenu te sluiten
C ingedrukt houden om terug te keren naar hetingedrukt houden om terug te keren naar het
beginscherm
4601
20
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
4.4 TEST SYSTEEM
0 1 /0 1/ 00 0 0: 0 0
Wachtw./Sleutel
*
1 2 3 4
O N DE RH OU ND
T a al
S l eu te lp ro g .
T e st i ns ta ll a ti e
L e re n
A N TI -I NB RA A K
O p dr ac ht en
A u to ma ti se r in g
I n st el li ng e n
O n de rh ou d
OK
OK
OK
Terugkeren naar het menu van Onderhoud zoals hierna beschreven wordt en de rubriek Test
systeem selecteren; deze functie staat toe de correcte werking van de sensoren te veriëren
zonder alarmen te veroorzaken.
De Onderhoudscode intoetsen
(als basis 00000)
De rubriek Test systeem (Test installatie)
bevestigen
De toets OK indrukken
Onderhoud selecteren en op OK drukkendrukken
om te bevestigen
21
Eens dat de nazichten op de installatie beëindigd zijn, het menu Onderhoud verlaten en hierbij
de toets
C
ingedrukt houden
Overgaan tot de nazichten zoals hierna wordt aangeduid:
Als u door een gebied loopt dat door een IR-sensor bewaakt wordt, dan moet de rode led van de
sensor gaan branden
Als u een deur of raam opent, moet de rode led van de contactinterface gaan branden
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
4.4 TEST SYSTEEM
4601
22
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
4.5 PROGRAMMERING VAN DE SCENARIO’S
De Centrale voorziet 4 scenario’s van onderverdeling, van basis zijn alle scenario’s opgestart en
voorzien de activering van alle zones. Middels de volgende procedure is het mogelijk de scenario’s
te verpersoonlijken volgens de eigen vereisten.
In het menu Inbraakalarm Scenario’s selecteren
S CE N ARI O
01: scenario 1
1 23 4
02: scenario 2
1 23 4
W ij z ig na a m
S CE N ARI O
0 1: N a cht
1 23 4
02: scenario 2
1 23 4
O ps l aan
S CE N ARI O
0 1: N a cht
1 23 4
02: scenario 2
1 23 4
W iz i gen
S CE N ARI O
0 1: N a cht
1 23 4
02: scenario 2
1 23 4
O ps l aan
S CE N ARI O
0 1: N a cht
1 23 4
02: scenario 2
1 23 4
U it s cha k
OK
OK
OK
OK
C
Met de numerieke toetsen de zones selecteren
die niet geactiveerd moeten worden
Een naam intoetsen die het
scenario identiceert
Druk op OK om te bevestigenom te bevestigen
Met de toetsen de functiede functie Wijzig
naam selecteren
Druk op OK om te bevestigenom te bevestigen
Met de toetsen de functiede functie Wijzigen
selecteren
Druk op OK om te bevestigen
Druk op OK om te bevestigen
Op het einde van de verpersoonlijking van de
scenarios, houdt u de
C
toets ingedrukt totdat
het beginscherm weer op de display terugkeert
23
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
O NDE R HOU D
T aal
S leu t elp r og.
T est i n sta l lat i e
L ere n
S LEU T ELP R OGR A MMA
W ach t o p
s leu t el. . .
N uov o
S LEU T ELP R OGR A MMA
0 1:
0 2:
0 3:
0 4:
O psl a an
S LEU T ELP R OGR A MMA
0 1:t r ans p ond e r 1
0 2:
0 3:
0 4:
O psl a an
S LEU T ELP R OGR A MMA
0 1:t r ans p ond e r 1
0 2:
0 3:
0 4:
I nsc h ak
S LEU T ELP R OGR A MMA
0 1:t r ans p ond e r 1
0 2:
0 3:
0 4:
U its c hak
S LEU T ELP R OGR A MMA
0 1:
0 2:
0 3:
0 4:
N ovo
1
ABC
2
5
JKL
6
MNO
DEF
3
GHI
4
7
PQRS
0
8
TUV WXYZ
9
C OK
P /
/
OK
C
OK
OK
OK
4.6 SLEUTELPROGRAMMA  TRANSPONDER
Kies Sleutelprogramma uit het Onderhoudmenu
Houd de transpondersleutel op
minder dan 1 centimeter afstand van
de lezer. Wanneer de programmering
klaar is verschijnt de melding
Programmeringklaar op de display.
Ingeval de transponder reeds in het
geheugen is opgeslagen, zal de centrale
terugkeren naar de lijst van de sleutels en
hierbij de bestaande benadrukken ingeval
men deze wenst te wijzigen.
WORDT
VERVOLGD
Druk op OK om te bevestigen
Druk opnieuw op OK
4601
24
Opmerking over het gebruik van de transponder:
Om de inbraakinstallatie in en uit te schakelen drukt u eerst op de # o
/
toets van de in-
braakcentrale en daarna houdt u de transpondersleutel ca. 2 seconden voor de lezer.
4.6 SLEUTELPROGRAMMA  TRANSPONDER
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
Een identicatienaam intoetsen voor
de transponder
O NDE R HOU D
T aal
S leu t elp r og.
T est i n sta l lat i e
L ere n
S LEU T ELP R OGR A M MA
W ach t o p
s leu t el. . .
N uov o
S LEU T ELP R OGR A M MA
0 1:
0 2:
0 3:
0 4:
O psl a an
S LEU T ELP R OGR A M MA
0 1:t r ans p ond e r 1
0 2:
0 3:
0 4:
O psl a an
S LEU T ELP R OGR A M MA
0 1:t r ans p ond e r 1
0 2:
0 3:
0 4:
I nsc h ak
S LEU T ELP R OGR A M MA
0 1:t r ans p ond e r 1
0 2:
0 3:
0 4:
U its c hak
S LEU T ELP R OGR A M MA
0 1:
0 2:
0 3:
0 4:
N ovo
1
ABC
2
5
JKL
6
MNO
DEF
3
GHI
4
7
PQRS
0
8
TUV WXYZ
9
C OK
P /
/
OK
C
OK
OK
OK
Als de programmering van de sleutels klaar is,
houdt u de C ftoets ingedrukt totdat het begin-toets ingedrukt totdat het begin-
scherm weer op de display terugkeert
Druk op OK om te bevestigen
Met de toetsen de functiede functie Inschak
selecteren
Druk op OK om te bevestigen
De zo geprogrammeerde transponder zal
herkend worden door alle lezers van de
installatie
25
4.7 SLEUTELPROGRAMMA  NUMERIEKE CODE
Kies Sleutelprogramma uit het Onderhoudmenu
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
O NDE R HOU D
T aal
S leu t elp r og.
T est i n sta l lat i e
L ere n
S LEU T ELP R OGR A M MA
W ach t o p
s leu t el. . .
N uov o
S leu t elp r ogr a m ma
c ode i n voe r en
S LEU T ELP R OGR A M MA
0 1:
0 2:
0 3:
0 4:
O psl a an
S LEU T ELP R OGR A M MA
01:Code 1
0 2:
0 3:
0 4:
O psl a an
S LEU T ELP R OGR A M MA
01:Code 1
0 2:
0 3:
0 4:
I nsc h ak
S LEU T ELP R OGR A M MA
01:Code 1
0 2:
0 3:
0 4:
U its c hak
S LEU T ELP R OGR A M MA
0 1:
0 2:
0 3:
0 4:
N ieu w
/
C
OK
OK
OK
OK
De numerieke code van 5 cijfers intoetsen;
ingeval de code reeds gebruikt is, zal de
centrale terugkeren naar de lijst van de
sleutels en hierbij de bestaande benadruk-
ken ingeval men deze wenst te wijzigen.
De toets
/
indrukkenindrukken
WORDT
VERVOLGD
Druk op OK om te bevestigenom te bevestigen
Druk opnieuw op OK
4601
26
Opmerking over het gebruik van de numerieke code:
Om de inbraakinstallatie in en uit te schakelen drukt u eerst op de
/
toets van de inbraak-toets van de inbraak-
centrale, vervolgens de code intoetsen.
4.7 SLEUTELPROGRAMMA  NUMERIEKE CODE
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
Een identicatienaam voor de
numerieke code intoetsen
O NDE R HOU D
T aal
S leu t elp r og.
T est i n sta l lat i e
L ere n
S LEU T ELP R OGR A M MA
W ach t o p
s leu t el. . .
N uov o
S leu t elp r ogr a m ma
c ode i n voe r en
S LEU T ELP R OGR A M MA
0 1:
0 2:
0 3:
0 4:
O psl a an
S LEU T ELP R OGR A M MA
01:Code 1
0 2:
0 3:
0 4:
O psl a an
S LEU T ELP R OGR A M MA
01:Code 1
0 2:
0 3:
0 4:
I nsc h ak
S LEU T ELP R OGR A M MA
01:Code 1
0 2:
0 3:
0 4:
U its c hak
S LEU T ELP R OGR A M MA
0 1:
0 2:
0 3:
0 4:
N ieu w
/
C
OK
OK
OK
OK
Als de programmering van de sleutels klaar is,
houdt u de
C
toets ingedrukt totdat het begin-toets ingedrukt totdat het begin-
scherm weer op de display terugkeert
Druk op OK om te bevestigenom te bevestigen
Met de toetsen de functiede functie Inschak
selecteren
Druk op OK om te bevestigenom te bevestigen
27
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
4.8 SLEUTELPROGRAMMA  RADIOAFSTANDSBEDIENING
Kies Sleutelprogramma uit het Onderhoudmenu
Drukken op een van de toetsen van de
afstandsbediening.
Ingeval de afstandsbediening reeds in het
geheugen is opgeslagen, zal de centrale
terugkeren naar de lijst van de sleutels en
hierbij de bestaande benadrukken ingeval men
deze wenst te wijzigen.
O ND E R HO U D
T aa l
S le u t el p r og.
T es t i n st a l lat i e
L er e n
S LE U T EL P R OGR A MMA
0 1:
0 2:
0 3:
0 4:
N ov o
S LE U T EL P R OGR A MMA
W ac h t o p
s le u t el . . .
S LE U T EL P R OGR A MMA
0 1:
0 2:
0 3:
0 4:
O ps l a an
S LE U T EL P R OGR A MMA
0 1: r a dio 1
0 2:
0 3:
0 4:
O ps l a an
S LE U T EL P R OGR A MMA
0 1: r a dio 1
0 2:
0 3:
0 4:
I ns c h ak
S LE U T EL P R OGR A MMA
0 1: r a dio 1
0 2:
0 3:
0 4:
U it s c ha k
C
OK
OK
OK
OK
WORDT
VERVOLGD
Om de afstandsbediening te gebruiken (art. 348220) is het noodzakelijk dat de radio-
ontvanger geïnstalleerd is (art. L/N/NT/HC/HS/HD 4618).
Druk op OK om te bevestigenom te bevestigen
Druk opnieuw op OK
4601
28
Opmerking over het gebruik van de afstandsbediening:
om de installatie inbraakalarm aan te schakelen, drukken op de toets 1 van de afstandsbediening,
om deze uit te schakelen drukken op de toets 2.
O ND E R HO U D
T aa l
S le u t el p r og.
T es t i n st a l lat i e
L er e n
S LE U T EL P R OGR A MMA
0 1:
0 2:
0 3:
0 4:
N ov o
S LE U T EL P R OGR A MMA
W ac h t o p
s le u t el . . .
S LE U T EL P R OGR A MMA
0 1:
0 2:
0 3:
0 4:
O ps l a an
S LE U T EL P R OGR A MMA
0 1: r a dio 1
0 2:
0 3:
0 4:
O ps l a an
S LE U T EL P R OGR A MMA
0 1: r a dio 1
0 2:
0 3:
0 4:
I ns c h ak
S LE U T EL P R OGR A MMA
0 1: r a dio 1
0 2:
0 3:
0 4:
U it s c ha k
C
OK
OK
OK
OK
4.8 SLEUTELPROGRAMMA  RADIOAFSTANDSBEDIENING
Een identicatienaam voor de
afstandsbediening intoetsen
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
Als de programmering van de sleutels klaar is,
houdt u de
C
toets ingedrukt totdat het begin-toets ingedrukt totdat het begin-
scherm weer op de display terugkeert
Druk op OK om te bevestigen
Met de toetsen de functiede functie Inschak
selecteren
Druk op OK om te bevestigen
De zo-even geprogrammeerde
afstandsbediening wordt nu door alle
inschakelaars van de installatie herkend
29
4.9 DATUM EN UUR INSTELLEN
Een juiste instelling van de datum en de tijd is van belang voor een continu toezicht op alle in het
logboek (register) opgeslagen gebeurtenissen (voorvallen).
Kies Datum en uur
Voer het uur en de datum (dd/mm/jj) in
met het alfanumerieke toetsenbord
(voor de instelling SLAVE/MASTER
zie par. 6.5)
Bevestig
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
Wachtw./Sleutel
*
D AT U M E N UU R
u ur : 0 0 :0 0
d at u m : 01 / 01/ 0 0
z at e r da g
S LA V E
D AT U M E N UU R
u ur : 1 4 :2 2
d at u m : 25 / 03/ 0 3
z at e r da g
S LA V E
A NT I - IN B RAA K
S ce n a ri o
Z on e s
A pp a r at u ur
R eg i s te r
A NT I - IN B RAA K
Z on e s
A pp a r at u ur
R eg i s te r
D at u m e n uu r
OK
OK
De onderhoudscode intoetsen
Druk op
OK
om te bevestigen, de dag van
de week wordt automatisch bijgewerkt
4601
30
Kies en bevestig het Zones menu
4.10 ZONES HERNOEMEN
De centrale biedt de mogelijkheid om iedere zone een gebruiksvriendelijke naam te geven.
“Zone 1” kan bijvoorbeeld ingang” worden genoemd en “zone 3” omtrek” enz.
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
Wachtw./Sleutel
*
A NT I - IN B RAA K
S ce n a ri o
Z on e s
A pp a r at u ur
R eg i s te r
Z ON E S
1 :Z o n e 1
2 :Z o n e 2
3 :Z o n e 3
U it s l ui t en
Z ON E S
1 :Z o n e 1
2 :Z o n e 2
3 :Z o n e 3
W iz i g n aa m
Z ON E S
1 :I n g an g
2 :Z o n e 2
3 :Z o n e 3
O ps l a an
OK
OK
OK
De onderhoudscode intoetsen
Toets de naam die u aan de zone
wilt geven (bijv. ingang) in met het
alfanumerieke toetsenbord (par. 2.3)
Kies de zone waaraan u een nieuwe naam
wilt geven met de toetsentoetsen
Bevestig uw keus
Kies de Wijzig naam functie met de
toetsen en druk op
OK
Druk op OK om de nieuwe naam in het ge-om de nieuwe naam in het ge-
heugen op te slaan
31
4.11 APPARATUUR HERNOEMEN
Aan ieder apparaat van de installatie kan een gebruiksvriendelijke naam worden gegeven.
4 EERSTE INBEDRIJFSTELLINGEERSTE INBEDRIJFSTELLING
De onderhoudscode intoetsen
Wachtw./Sleutel
*
A NT I - IN B RAA K
S ce n a ri o
Z on e s
A pp a r at u ur
R eg i s te r
AP PA RA TU UR
11 c on t. i nt .
ra nd ap p 1
ac ti ef
ve rt ra gi ng O FF
De sa ct
AP PA RA TU UR
11 c on t. i nt .
-
ac ti ef
ve rt ra gi ng O FF
Wi zi ng n aa m
AP PA RA TU UR
11 c on t. i nt .
Wo on ka me r
ac ti ef
ve rt ra gi ng O FF
Op sl aa n
OK
OK
OK
Bevestig met OK
Toets de naam (bijv. Woonkamer) die u
aan het apparaat wilt geven in met het
alfanumerieke toetsenbord (par. 2.3).
Kies het toestel waaraan u een nieuwe
naam wilt geven met de toetsentoetsen
Bevestig uw keus
Kies de Wijzig naam functie met de
toetsen en druk op OK
Druk op OK om de nieuwe naam in het ge-
heugen op te slaan
Kies Apparatuur met de toetsentoetsen
4601
32
5.1 PROGRAMMEREN MET HET TOETSENBORD
Nadat u de instructies van het hoofdstuk “Inbedrijfstelling” heeft gevolgd, kunt u de
programmeermenu’s openen en een groot aantal persoonlijke instellingen doen om de
eigenschappen van de centrale zo goed mogelijk te benutten en om aan alle wensen van de klant
tegemoet te komen.
Er zijn twee programmeerniveaus:
c
Niveau 1 (gebruiker) geeft toegang tot de functies die nodig zijn voor het gebruik van de
Centrale. Dit niveau geeft geen toegang tot het Onderhouds- en Opdrachtenmenu en wel
toegang, maar met beperkt gebruik, tot het Automatiseringsmenu (inschakelen en uitschakelen)
en het Gebeurtenissenlogboek (voorvallenregister) (uitwissen niet mogelijk), staat ook toe de
scenarios, de sleutels te herbenoemen en op te starten en de numerieke codes bij te werken.
Toegang tot het gebruikersniveau is alleen mogelijk met
- Het toetsenbord
Druk op de OK toets en typ daarna de gebruikerscode in (fabrieksinstelling 00000).
Wanneer men een verkeerde code invoert voor drie op elkaar volgende keren, verhindert de
Centrale de invoer van andere codes gedurende 1 minuut.
Wachtw./Sleutel
*
- - - - -- - -
0 1/01 / 0 0 0 0:00
OK
1
ABC
2
5
JKL
6
MNO
DEF
3
GHI
4
7
PQRS
0
8
TUV WXYZ
9
P /
/
5 PROGRAMMERENPROGRAMMEREN
33
5.1 PROGRAMMEREN MET HET TOETSENBORD
c
Niveau 2 (installateur) geeft toegang tot alle menu’s, behalve de wijziging van de gebruikers-
code
Toegang tot het installateurniveau is alleen mogelijk met:
- Het toetsenbord
Druk op de OK toets en typ daarna de onderhoudscode in (fabrieksinstelling 00000)
De onderhoudscode staat de in- en uitschakeling van de installatie niet toe;
indien de installatie ingeschakeld is, is de toegang naar de menu’s niet mogelijk.
N.B. De fabrieksinstelling van de gebruikerscode en de onderhoudscode is voor beide 00000.
Deze code geeft dus toegang tot alle programmeermenus. In paragraaf 6.9 is beschreven hoe u
de onderhoudscode kunt wijzigen.
5 PROGRAMMERENPROGRAMMEREN
5.2 DIAGRAM VAN HET PROGRAMMEERMENUDIAGRAM VAN HET PROGRAMMEERMENU
Het menu Inbraakalarm bestaat uit gedeelten die volledig toegankelijk zijn zowel vanwege de
installateur als vanwege de gebruiker en uit andere die beperkingen voor de gebruiker inhouden.
Wachtw./Sleutel
*****
Scenario
Zones
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen
Onderhoud
Functie gedeeltelijk
beschikbaar voor de
gebruiker
Functie niet beschikbaar
voor de gebruiker
4601
34
6 ANTI-INBRAAK MENU
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
6.1 SCENARIO’S
Dit menu bevat 4 scenario’s van onderverdeling die verpersoonlijkt en gebruikt kunnen worden
volgens de vereisten.
Van basis zijn alle scenarios opgestart en voorzien de activering van alle zones.
S C E N A R I O
0 1 : s c e n a r i o 1
123 4
0 2 : s c e n a r i o 2
123 4
U i t s c h a k
Actieve zones
Niet-actieve zone
Functies
Gekozen naam
Uitschak
Verwijder
Wijzig naam
Wijzigen
Om een scenario van onderverdeling te gebruiken dit rechtstreeks selecteren vanop het hoofd-
scherm gebruikmakend van de toetsen .
De keuze bevestigen met de gebruikerscode of gebruikmakend van een sleutel.
Met de horizontale pijltoetsen kan een van de volgende functies worden gekozen:kan een van de volgende functies worden gekozen:
-
staat toe het geselecteerde scenario van onderverdeling te wijzigen;
bevestig met
OK
.
Drukken op de numerieke toetsen die overeenstemmen met de te activeren/
descativeren zones.
Het scenario bevestigen door te drukken op
OK
.
-
met deze functie is de naam van het gekozen scenario te wijzigen met gebruik
van het alfanumerieke toetsenbord. Druk op
OK
om de nieuwe naam in het
geheugen op te slaan.
-
elimineert het geselecteerde scenario;
bevestig met
OK
-
deze functie kiezen om het geselecteerde scenario te desactiveren;
bevestig met
OK
.
35
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
6.2 ZONES
Het Zonemenu bevat een lijst met het nummer en de naam van alle zones van de inbraakinstal-
latie. De actieve zones zijn door een donkere achtergrond gemarkeerd
Z ONES
1 :Ing a n g
2 :Per i m e ter
3 :Nac h t
B ijvo e g e n
Actieve zones
Niet-actieve zone
Functies
Gekozen naam
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
Uitsluiten
Bijvoegen
Wijzig naam
Met de horizontale pijltoetsen kan een van de volgende functies worden gekozen:kan een van de volgende functies worden gekozen:
-
met deze functie is de naam van de gekozen zone te wijzigen met gebruik van
het alfanumerieke toetsenbord. Druk op
OK
om de nieuwe naam in het geheu-
gen op te slaan.
-
kies deze functie om een uitgesloten zone weer te activeren.
Bevestig met
OK
.
-
kies deze functie om de gekozen zone uit te sluiten bij een gedeeltelijke
inschakeling van de installatie. Bevestig met
OK
.
4601
36
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
6.3 APPARATUUR
Dit menu geeft informatie over iedere component van de inbraakinstallatie, met aanduiding van
de zone waarin de component is ingedeeld, het volgnummer van de component in de zone, het
type component (IR-sensor, binnensirene, enz.), zijn naam, zijn toestand (actief of niet-actief ) en
de tijdsduur van de vertraging voor de activering.
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
Zone (bijv. 1) en volgnummer
van de component (bijv. 1)
Toestand van de component
Functies
Toegewezen naam
(max. 16 karakters)
Vertraging voor de activering
(alleen voor de inrichtingen
gecongureerd als
vertraagbaar)
APP ARA T UU R
01: i nsc h ak e l
Ing ang
act ief
v ertr a g i n g OFF
Des act
Type component
(bijv. IR-sensor)
Activeren
Desact
Wijzig naam
Vertrag. ON
Vertrag. OFF
Kies de gewenste functie met de horizontale pijltoetsen :
-
activeert de gekozen component. Druk op
OK
om te bevestigen
-
geen vertraging: de sensor meldt onmiddellijk alarm als hij een gebeurtenis
waarneemt. Druk op
OK
om te bevestigen.
- Indien een inrichting gecongureerd is als vertraagbaar, stelt de Centrale de
mogelijkheid de ingangsvertraging op te starten.
Deze functie geeft de mogelijkheid de activering van het alarm in ingang te
vertragen voor de afzonderlijke sensoren (programmeer de vertraging in het
Instellingenmenu, par. 6.8); druk op
OK
om te bevestigen.
-
biedt de mogelijkheid om de gekozen zone een naam te geven met behulp van
het alfanumerieke toetsenbord. Druk op
OK
om de nieuwe naam te bevestigen
-
deactiveert de gekozen component. Na de eerste inbedrijfstelling zijn alle com-
ponenten geactiveerd. Druk op
OK
om de deactivering te bevestigen.
De deactivering van een of meerdere componenten kan afbreuk doen op de
veiligheid van de inbraakinstallatie. Daarom wordt u om bevestiging gevraagd
om een ongewenste deactivering te voorkomen.
Als er een mechanische sleutel of apparaten van zone 0 gedeactiveerd worden,
dan verliezen zij hun functie, met uitzondering van de inschakelaars; deze
blijven werken.
N.B. Een deactivering heeft betrekking op de anti-inbraakfuncties en 24-uur-
functies.
Kies de component met de verticale pijltoetsen
37
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
6.4 VOORVALLENREGISTER
Dit menu bevat een logboek met de laatste 200 gebeurtenissen die door de inbraakinstallatie
zijn waargenomen, met vermelding van het type (zie tabel in par. 8.3), de datum en het tijdstip en
– indien van toepassing – de sensor die alarm gemeld heeft.
Voor de overzichtelijkheid zijn de gebeurtenissen chronologisch gerangschikt, te beginnen met
de meest recente gebeurtenis.
V oorv a l : 0 3 5
1 1/07 / 0 8 1 1 :37
I nbra a k a l arm
4 1 IR sen s o r
r anda p p 1
Datum en uur waarop de
gebeurtenis geregistreerd is
Type van geregistreerde
gebeurtenis (zie tabel
gebeurtenissen par. 8.3)
Volgnummer
Sensor die de gebeurtenis
gemeld heeft (zone 4, sensor 1)
V oorv a l : 035
1 1/07 / 0 8 11:3 7 -
I nbra a k alar m
4 1 IR sen s o r
r anda p p 1
U itvi s s en?
- -
O K beve s t igen
CLEAR a n n uler e n
L ET OP
- -
u itvi s s en
b ezig
v oorv a l lenr e g .
OK
OK
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
Met behulp van de
toetsen kunt u alle geregistreerde gebeurtenissen een voor een oproepen.
Het voorvallenregister wissen (alleen met de installateurscode)
De installateur kan het voorvallenregister (gebeurtenissenlogboek) op de volgende wijze wissen:
Druk op de
OK
toetstoets
Druk op
OK
om alle geregistreerde gebeur-om alle geregistreerde gebeur-
tenissen te wissen
Het scherm hiernaast verschijnt; druk
op de
C
toets om te annuleren en het
menu te sluiten
4601
38
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
6.5 DATUM EN UUR
Open dit menu om de huidige dagtijd en datum te regelen. De display geeft het uur en de datum
in het volgende formaat aan:
- Uur: hh:mm (uren:minuten)
- Datum: dd/mm/jj (dag/maand/jaar)
Ga als volgt te werk om de datum en het uur te regelen:
D ATUM E N U U R
uur: 00:0 0
datum: 0 0/00 / 0 0
z ater d a g
S LAVE
D ATUM E N U U R
uur: 12:2 2
datum: 1 4/04 / 0 3
z ater d a g
S LAVE
A NTI- I N B RAA K
Z ones
A ppar a t u ur
R egis t e r
D atum e n u u r
D ATUM E N U U R
uur: 12:2 2
datum: 1 4/04 / 0 3
z ater d a g
M ASTE R
OK
Wanneer de centrale wordt ingesteld als
MASTER-klok, zal deze, alle 10 minuten,
de bijwerking van het uur sturen naar alle
inrichtingen uitgerust met een klok aanwezig in
de installatie My Home (Touch Screen, Centrale
Thermische regeling ...).
Belangrijk: slechts een inrichting van de
installatie kan ingesteld worden als MASTER,
alle andere als SLAVE.
(op de Centrale is deze instelling alleen mogelijk
wanneer men naar het menu gaat middels de
onderhoudscode)
Toets het tijdstip en de datum in met de cijfer-
toetsen. De aanwijzer schuift vanzelf een plaats
op nadat u een cijfer heeft ingetoetst. Gebruik
de toetsen om de aanwijzer van uurregeltoetsen om de aanwijzer van uurregel
naar de datumregel of andersom te verplaatsen
Druk op
OK
om de nieuwe instelling te
bevestigen: op de display verschijnt het
Anti-inbraakmenu (de dag van de week zal(de dag van de week zal
automatisch bijgewerkt worden).
39
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
6.6 AUTOMATISERING
Wanneer men naar dit menu gaat met de Code Onderhoud, verschijnt de lijst van de 10 instelbare automatise-
ringen.De eersteautomatisering verwijstnaarhet intern relais vandecentrale,deandere 9 staan toeeenscena-. De eerste automatisering verwijst naar het intern relais van de centrale, de andere 9 staan toe een scena-
rio van partialisering te koppelen aan de gebeurtenissen van: Aanschakeling, Uitschakeling of Datum en Uur.
i nbr a a k
2 4 Uur
p ani e k a lar m
s til a l a r m
e ind e a l a rm
t ech n i s che
h u l p k a n a a l 1
h u l p k a n a a l .. .
h u l p k a n a a l 9
geen netspanning
batterijen leeg
netspann. terug.
i nsc h a k ele n
E E RS TE K E US T W EE DE K E US
k ies
d atu m e e n u ur
k ies
S tat u s i n st.
A uto m a t.
2 ÷ 1 0
A uto m a t.
1
z o n e s t a t u s
i nsc h a k ela a r
s leu t e l
u its c h a kel e n
z o n e s t a t u s
i nsc h a k ela a r
s leu t e l
a lar m s
Automatisering
Install. defect
GEBEURTENISSEN WAARAAN EEN AUTOMATISERING KAN WORDEN GEKOPPELD
Een paar automatiseringsvoorbeelden
Alarm inbraak (automatisering 1): aanschakeling van een licht bij ieder inbraakalarm
Datum en uur: iedere dag om 7.00 uur activering van een bepaald scenario van partialisering
Invoer Sleutel: iedere keer dat men de sleutel zal gebruiken om de installatie aan te schakelen zal een
bepaald scenario van partialisering geactiveerd worden
4601
40
K IES V OOR V A L
A lar m s
T ech . a l a rms
I nst a l l . defe c t
a ux. k an 1
A NTI - I N BRAA K
R egi s t e r
D atu m e n u u r
O pdr a c h ten
A uto m a t iser i n g
A UTO M A T ISER I N G
1 :au t o m at. 1
2 :au t o m at. 2
3 :au t o m at. 3
W izi n g n a am
A UTO M A T ISER I N G
1 :Li c h t en Aan
2 :au t o m at. 2
3 :au t o m at. 3
V oor v a l
OK
OK
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
WORDT
VERVOLGD
6.6 AUTOMATISERING
Voorbeeld van instelling voor automatisering 1
Druk op
OK
om te bevestigen; het beeldscherm ver-om te bevestigen; het beeldscherm ver-het beeldscherm ver-
schijnt waar de werkwijze van het relais moet ingesteld
worden
Kies Automatisering en druk op
OK
om te bevesti-om te bevesti-
gen. Een lijst met automatiseringsopdrachten ver-
schijnt op de display
Toets de naam in die u aan de automatisering wilt ge-
ven. Bijvoorbeeld “Lichten aan” en druk op
OK
om de
naam in het geheugen op te slaan;;
Maak de EERSTE KEUS met de toetsentoetsen
(zie overzicht op de vorige bladzijde).
Maak de TWEEDE KEUS met de
toetsen
(laatste regel van de display, vb. hulpkanaal 1 (aux kanaal 1))
Op de onderste regel van de display verschijnt het woord Voorval”.
Druk op
OK
om te bevestigen en het volgende scherm te openenom te bevestigen en het volgende scherm te openen
Kies een item uit de lijst met de , toetsen en druk optoetsen en druk op
OK
omom
uw keus te bevestigen
41
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
P ROG . R E L AIS
B e v eil.p o s . : O N
G e h eugen : O F
F
O FF
P ROG . R E L AIS
B e v eil.p o s . : O N
G e h eugen : O F
F
O N
OK
OK
C
6.6 AUTOMATISERING
- zowel voor de Alarmen Inbraak als Schending werkt het relais in de modaliteit
“Positieve veiligheid” en wordt gedesactiveerd gedurende 1 seconde in geval
van alarm. Bijvoorbeeld het contact NG is open en sluit gedurende 1 seconde in
geval van alarm.
Alarms
- Voor de technische alarmen bestaat de mogelijkheid de werkwijze van het relais
in te stellen.
- Positieve veiligheid ON: het relais NG is open en sluit in geval van alarm.
- Positieve veiligheid OFF: het relais NG is gesloten en opent in geval van alarm.
- Geheugen ON: het relais blijft in de alarmconditie tot aan de volgende
aanschakeling/uitschakeling van de installatie.
- Geheugen OFF: het relais blijft in de alarmconditie tot de conditie blijft die het
alarm gegenereerd heeft.
Tech. alarms
- zowel voor de alarmen Batterij ontladen als Gebrek net werkt het relais in de
modaliteit “Positieve veiligheid” en wordt gedesactiveerd gedurende 1 seconde
in geval van alarm . Bijvoorbeeld het contact NG is open en sluit gedurende 1
seconde in geval van alarm.
Install. defect
- het relais volgt de staat van de installatie.
- Installatie Aangeschakeld = relais actief
- Installatie Uitgeschakeld = relais in ruststand
Status inst.
De display toont de huidige conguratie, drukken
OK
indien men deze wenst te wijzigen; zoniet met de toet-
sen overgaan naar de instelling van het geheugen
van alarm
Druk op
OK
de huidige instelling te veranderen
ofwel
Druk op
C
de instelling te beëindigen
4601
42
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
6.6 AUTOMATISERING
Voorbeeld van instelling voor automatiseringen 2÷10
A NTI - INB R A AK
R egi s ter
D atu m e n uur
O pdr a cht e n
A uto m ati s e ri n g
A UTO M ATI S E RI N G
1 :au t oma t . 1
2 :au t oma t . 2
3 :au t oma t . 3
W izi n g naa m
A UTO M ATI S E RI N G
1 :au t oma t . 1
2 :Na c ht
3 :au t oma t . 3
V oor v al
K IES V O ORV A L
I nsc h ake l e n
U its c hak e l en
D atu m e n uur
S leu t el
OK
OK
WORDT
VERVOLGD
Druk op
OK
om te bevestigen; men gaat over naar deom te bevestigen; men gaat over naar de men gaat over naar de
keuze van de sleutel (vb. Sleutel 2)
Toets de naam in die u aan de automatisering wilt ge-
ven. Bijvoorbeeld “Lichten aan” en druk op
OK
om deom de
naam in het geheugen op te slaan
Maak de EERSTE KEUS met de toetsentoetsen
(zie overzicht op de vorige bladzijde).
Maak de TWEEDE KEUS met de
toetsen
(laatste regel van de display. vb.
Sleutel
)
Op de onderste regel van de display verschijnt het woord Voorval”.
Druk op
OK
om te bevestigen en het volgende scherm te openenom te bevestigen en het volgende scherm te openen
Kies een item uit de lijst met de toetsen en druk optoetsen en druk op
OK
omom
uw keus te bevestigen
Kies Automatisering en druk op
OK
om te bevesti-om te bevesti-
gen. Een lijst met automatiseringsopdrachten ver-
schijnt op de display
43
K IES V O ORV A L
k ies
s leu t el
- 2
O psl a an
K IES V O ORV A L
k ies
s leu t el
- -
W ijz i gen
U ITV O ERE N O P DR .
O pen w a cht w o or d
5 9 # 1 2 3 4 # #
O psl a an
U ITV O ERE N O P DR .
O pen w a cht w o or d
W ijz i gen
A UTO M ATI S E RI N G
1 :au t oma t . 1
2 :Na c ht
3 :au t oma t . 3
I nsc h ak
A UTO M ATI S E RI N G
1 :au t oma t . 1
2 :Na c ht
3 :au t oma t . 3
U its c hak
A UTO M ATI S E RI N G
1 :au t oma t . 1
2 :Na c ht
3 :au t oma t . 3
V erv i jde r
OK
OK
OK
OK
C
C
6.6 AUTOMATISERING
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
WORDT
VERVOLGD
Druk op
OK
om te bevestigen; men gaat over naar deom te bevestigen; men gaat over naar de; men gaat over naar de
invoer van de uit te voeren bediening.
Druk opnieuw op
OK
Het nummer van de sleutel intoetsen
Toets de uit te voeren Open Web Net code in
Druk op
OK
om de automatisering in het geheugen om de automatisering in het geheugen
op te slaan.
Druk op
C
om de operatie te annulerenom de operatie te annuleren
4601
44
K IES V O ORV A L
k ies
s leu t el
- 2
O psl a an
K IES V O ORV A L
k ies
s leu t el
- -
W ijz i gen
U ITV O ERE N O P DR .
O pen w a cht w o or d
5 9 # 1 2 3 4 # #
O psl a an
U ITV O ERE N O P DR .
O pen w a cht w o or d
W ijz i gen
A UTO M ATI S E RI N G
1 :au t oma t . 1
2 :Na c ht
3 :au t oma t . 3
I nsc h ak
A UTO M ATI S E RI N G
1 :au t oma t . 1
2 :Na c ht
3 :au t oma t . 3
U its c hak
A UTO M ATI S E RI N G
1 :au t oma t . 1
2 :Na c ht
3 :au t oma t . 3
V erv i jde r
OK
OK
OK
OK
C
C
6.6 AUTOMATISERING
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
Bedieningen Open om indien mogelijk te gebruiken :
*5*8#.........## (schakelt de installatie aan en verandert de partialisering)
*5*9#.........## (schakelt de installatie uit en verandert de partialisering)
Daar waar op de plaats van de punten het nummer van de zones zal zijn die men actief wenst.
Voorbeeld:
Wanneer men de bediening intoetst:
*5*8#12##
- de installatie zal aangeschakeld zijn (indien ze reeds aangeschakeld was, blijft ze zo);
- de zones 1 en 2 zullen actief zijn;
- de resterende zones 3 en 4 zullen gepartialiseerd zijn.
Wanneer de programmering beëindigd is, de toets
C
ingedrukt houden om terug te keren naar het begin-
scherm
Drukken op
OK
om de automatisering op te starten
De ingestelde automatiseringen kunnen afzonderlijk geactiveerd
of gedesactiveerd worden naargelang de vereisten, ofwel kunnen
ze geëlimineerd worden door de desbetreende functie te
selecteren met de toetsen
.
Op de laatste lijn van de display verschijnt het opschrift dat
overeenstemt met de uit te voeren operatie, dus indien de
automatisering gedesactiveerd, is, verschijnt het opschrift
activeer en vice versa;
Het nummer dat de geprogrammeerde automatisering
onderscheidt wordt benadrukt door een donker vakje
45
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
6.7 INSTELLINGEN
De gebruiker kan de items van dit menu instellen zonder de goede werking van de installatie in
gevaar te brengen.
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
I NSTE L L I N GEN
T ijds d u u r a larm
T ijds d . t a m p al.
V ertr a g i n g ing.
3 m in.
Tijdsduur alarm
Tijdsd. tamp al.
Vertraging ing.
Vertraging uitg
Gebr. wachtw
Contrast
Acoust. signaal
Wachtw/Sleutel
Kies met de verticale pijltoetsen de gewenste functie uit de volgende lijst:de gewenste functie uit de volgende lijst:
- biedt de mogelijkheid om de tijdsduur van het alarmsignaal van de sirenes te
kiezen uit een aantal opties (van “kort tot 10 minuten). Druk op
OK
om uw keusom uw keus
te bevestigen.
- biedt de mogelijkheid om de tijdsduur van het geluid van de sirenes in te stel-
len in geval van alarm of wegens problemen van ontvangst van het SCS signaal,
hierbij een waarde kiezende tussen diegene die voorgesteld worden (van “kort
tot 10 minuten). Druk op
OK
om te bevestigen.om te bevestigen.
- instelling van de vertraging voor de activering van de sensoren gecongureerd
als vertraagbaar (zie het Apparatuur” menu); kies de tijdsduur van de vertraging
uit de opties van het menu (van 0 seconden tot 3 minuten). Druk op
OK
om te
bevestigen.
- instelling van de vertraging voor de activering van de sensoren gecongureerd
als vertraagbaar (zie het Apparatuur” menu); Kies de tijdsduur van de vertra-
ging uit de opties van het menu (van 0 seconden tot 3 minuten). Druk op
OK
omom
te bevestigen.
Indien een inrichting gecongureerd is als vertraagbaar, stelt de Centrale de
mogelijkheid voor de vertraging van ingang te desactiveren.
Als de vertraging van een apparaat vertraagd op OFF wordt gezet terwijl er vertra-
gingen anders dan 0 zijn ingesteld (vetragingen geactiveerd), dan is de vertraging
voor de ingang gedeactiveerd en de vertraging voor de uitgang geactiveerd.
-
deze functie staat toe de gebruikerscode te wijzigen. In de instelling fabrieksaf
vallen de codes gebruiker en onderhoud samen en beide zijn: 00000 in dit geval
heeft men altijd de toegang naar alle menu’s van programmering; wanneer men
deze instelling wijzigt, zal de gebruikerscode de toegang niet toestaan naar de
menu’s vorobehouden aan de installateur.
- contrastregeling van de display.
- toont de lijst van de sleutels transponder, afstandsbedieningen en numerieke
codes, voor ieder ervan is het mogelijk het gebruik ervan te activeren of te des-
activeren.
- indien in de installatie vertraagde inrichtingen aanwezig zijn, is het mogelijk
een geluidssignaal vanop de centrale en vanop alle invoerders te activeren voor
de tijd ingesteld voor de vertraging.
4601
46
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
6.8 ONDERHOUD VOORBEHOUDEN AAN DE INSTALLATEUR
De toegang naar dit menu is alleen mogelijk gebruikmakend van de Code onderhoud
(van basis 00000)
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
OND E RHO UD
Taa l
Sleu t elpr o g.
Test i n s tal l a tie
Lere n
Sleutelprog.
Taal
Leren
Test installatie
Kies de gewenste functie met de verticale pijltoetsen uit de volgende lijst:uit de volgende lijst:
-
taalkeus voor de teksten op de display en spraakberichten.
Druk op
OK
om te bevestigen.
-
biedt de mogelijkheid om afstandsbedieningen en transponders die voor het
inschakelen en uitschakelen van de installatie worden gebruikt te programmeren.
Kies een van de volgende opties met de toetsen :
Nieuw: voor de programmering van nieuwe afstandsbedieningen en transponders
Delen: voor de programmering van een afstandsbediening die voor meer dan
een inbraakinstallatie zal worden gebruikt (bijv. woning en werkruimte)
Bijwerken: voor het opnieuw congureren van een afstandsbediening waarvan
de code vermoedelijk gekopieerd is
Selecteer: staat toe de numerieke code te visualiseren.
Wissen: om de geselecteerde afstandsbediening of transponder te wissen
Wissen alles: voor het uitwissen van alle codes van afstandsbedieningen en
transponders; deze moeten vervolgens opnieuw geprogrammeerd worden (zie par.
4.5 en 4.7)
.
-
kies deze functie en druk op
OK
om te bevestigen. De installatie schakelt over
naar de TEST modus. Dit stelt de installateur in de gelegenheid om de installatie
volldig te controleren zonder alarmmeldingen te veroorzaken. Wanneer deze
functie geselecteerd is, kan de Centrale telefoonoproepen ontvangen.
-
Deze functie stelt de inbraakcentrale in de gelegenheid om alle randapparatuur
van de inbraakinstallatie te herkennen en informatie in te winnen over het type
apparatuur (IR sensor, binnensirene, enz.) en de zone waartoe de apparatuur
behoort.
Er zijn 2 opties beschikbaar:
Automatisch: de centrale analyseert de hele installatie en hij congureert ieder
randapparaat (zie par. 4.2)
Manueel: biedt de mogelijkheid om de aansluiting, het type en de toestand van
de tamperbeveiliging van ieder apparaat te controleren en in het geheugen op
te slaan.
47
6 ANTIINBRAAK MENUANTIINBRAAK MENU
6.8 ONDERHOUD
ZonesScenario
Apparatuur
Register
Datum en uur
Automatisering
Instellingen Onderhoud
6.9 ALS U DE ONDERHOUDSCODE VERGETEN BENT
Met de volgende procedure kan de installateur zijn vergeten code terugvinden.
= Vergewis u ervan dat de installatie ingeschakeld is;
= Maak de centrale los van zijn beugel. Deze handeling veroorzaakt een alarmmelding;
= Plaats de schuifschakelaar aan de achterkant van de centrale op OFF;
= Druk op de reset toets. De centrale stelt zich in de onderhoudsmodus;
= De code is nu te lezen in de “Onderhoudscode submenu.
-
deze functie activeert/deactiveert de regelmatige controle van de verbinding
tussen de centrale en de aangesloten apparatuur.
Verbinding: de installateur kan deze functie deactiveren om te voorkomen dat
er alarm gemeld wordt als de communicatie tussen een randapparaat en de
centrale door storingen wordt verbroken.
-
deze functie biedt de mogelijkheid om het inschakelen en uitschakelen van de
inbraakinstallatie te signaleren met 3 itsen resp. 1 its van het itslicht van de
buitensirene.
-
met de fabrieksinstelling zijn de gebruikerscode en de onderhoudscode
(Onderhoudwacht) het zelfde en zij geven toegang tot alle menus. Deze functie
biedt de mogelijkheid om de onderhoudscode te wijzigen.
Voordat men de gebruikerscode kan wijzigen is het noodzakelijk de code
onderhoud te wijzigen.
De onderhoudscode staat de in- en uitschakeling van de installatie niet toe;
Indien de installatie ingeschakeld is, zal het niet mogelijk zijn te gaan naar het
menu met de onderhoudscode.
Onderhoudwacht.
Flash ext sirene
Tamptest
Om het Onderhoud menu te sluiten moet u op de
C
toets drukken omdat dit menu niet
vanzelf na 30 seconden gesloten wordt.
(de centrale keert niet automatisch terug naar het beginscherm als het toetsebord in de
laatste 30 seconden niet gebruikt is).
4601
48
7 BEDIENINGBEDIENING
7.1 DE INBRAAKINSTALLATIE INSCHAKELEN / UITSCHAKELEN
De inbraakinstallatie is op drie manieren in en uit te schakelen:
MET HET TOETSENBORD VAN DE CENTRALE
Druk eerst op de
/
toets en tik dan de gebruikerscode of een numerieke code in met hettoets en tik dan de gebruikerscode of een numerieke code in met het
alfanumerieke toetsenbord.
Wanneer men drie op elkaar volgende keren een verkeerde code invoert, verhindert de Centrale
de invoer van andere codes gedurende 1 minuut.
1
ABC
2
5
JKL
6
MNO
DEF
3
GHI
4
7
PQRS
0
8
TUV WXYZ
9
P /
/
1 2 3 4
2 5 / 0 2/08 12:23
1 2 3 4
2 5 / 0 2/08 12:23
/
Het inbraakalarm kan aangeschakeld/uitgeschakeld en onderverdeeld worden ook vanop andere
inrichtingen zoals bijvoorbeeld Touch screen en invoerders met toetsenbord met display.
49
1 2 3 4
2 5 / 0 2 / 0 8 1 2 : 2 3
1 2 3 4
2 5 / 0 2 / 0 8 1 2 : 2 3
1
ABC
2
5
JKL
6
MNO
DEF
3
GHI
4
7
PQRS
0
8
TUV WXYZ
9
C OK
P /
/
7 BEDIENINGBEDIENING
7.1 DE INBRAAKINSTALLATIE INSCHAKELEN / UITSCHAKELEN
MET DE TRANSPONDERSLEUTEL
Druk eerst op de # o
/
toets om de transponderlezer te activeren en houd dan de transpon-toets om de transponderlezer te activeren en houd dan de transpon-
dersleutel 2 seconden op minder dan een centimeter afstand van de lezer.
Het inbraakalarm kan ook aangeschakeld worden door gedurende 3 seconden de toets
/
ingedrukt te houden
4601
50
7 BEDIENINGBEDIENING
7.2 ZONES ACTIVEREN DEACTIVEREN
Na de eerste inbedrijfstelling zijn alle zones van de inbraakinstallatie geactiveerd. Het is mogelijk
op 3 manieren onder te verdelen:
Het deactiveren en/of activeren van zones kan gemakkelijk rechtstreeks bestuurd worden vanop
het toetsenbord van de Centrale.
1
ABC
2
5
JKL
6
MNO
DEF
3
GHI
4
7
PQRS
0
8
TUV WXYZ
9
P /
/
1 2 3 4
2 5 / 0 2 / 0 8 1 2 : 2 3
1 2 3 4
2 5 / 0 2 / 0 8 1 2 : 2 3
Schakel de installatie uit en druk het nummer van
de zone/zones die u wilt activeren of deactiveren in
op het toetsenbord
(voorbeeld: deactivering van zone 3).
Drukken op de toets
/
vervolgens de gebrui-vervolgens de gebrui-
kercode of een numerieke code vormen geactiveerd
op het alfanumerieke toetsenbord.
Zone 3 is nu gedeactiveerd.
De actieve zones zijn door een donkere
achtergrond gemarkeerd.
De installatie inbraakalarm is uitgeschakeld
51
7 BEDIENINGBEDIENING
7.2 ZONES ACTIVEREN  DEACTIVEREN
Het deactiveren en/of activeren van de zones kan gemakkelijk bestuurd worden gebruikmakend
van de transpondersleutel.
1 2 3 4
2 5 / 0 5 / 0 3 1 2 : 2 3
1 2 3 4
2 5 / 0 2 / 0 8 1 2 : 2 3
1
ABC
2
5
JKL
6
MNO
DEF
3
GHI
4
7
PQRS
0
8
TUV WXYZ
9
C OK
P /
/
Schakel de installatie uit en druk het nummer van
de zone/zones die u wilt activeren of deactiveren in
op het toetsenbord
(voorbeeld: deactivering van zone 3)
Een transpondersleutel naar de lezer brengen
binnen 5 seconden om de wijziging te bevestigen
Zone 3 is nu gedeactiveerd
De actieve zones zijn door een donkere achter-
grond gemarkeerd
4601
52
7 BEDIENINGBEDIENING
7.2 ZONES ACTIVEREN  DEACTIVEREN
De gebruiker kan de zones deactiveren en/of activeren via het “Zone menu.
A N T I - I N B R A A K
Z o n e s
A p p a r a t u u r
R e g i s t e r
D a t u m e n u u r
1 2 3 4
2 5 / 0 2 / 0 8 1 2 : 2 3
Z O N E S
1 : I n g a n g
2 : P e r i m e t e r
3 : N a c h t
B j v o e g e n
Wachtw./sleutel
*
OK
OK
Druk op
C
om te bevestigen
Kies de gewenste zone met de toetsentoetsen
Druk op
OK
om te bevestigenom te bevestigen
(als de gekozen zone geactiveerd is, dan staat er
“Uitsluiten op de functieregel. Als de zone ge-
deactiveerd is, dan staat er “Bijvoegen”)
Houd de
C
toets ingedrukt om het
Zonemenu te sluiten
Kies het Zonemenu met de toetsentoetsen
De onderhoudscode intoetsen
53
7 BEDIENINGBEDIENING
7.3 SELECTIE VAN EEN SCENARIO
De selectie van de scenarios van onderverdeling kan uitgevoerd worden zowel met aangescha-
kelde als uitgeschakelde installatie.
In het voorbeeld wordt de procedure van selectie middels toetsenbord met gebruikerscode of
met een sleutelcode opgestart aangegeven, om het geselecteerde scenario te bevestigen is het
alleszins mogelijk een opgestarte afstandsbediening of sleutel transponder te gebruiken.
1 2 3 4
2 5 / 0 5 / 0 8 1 2 : 2 3
N a c h t
2 5 / 0 5 / 0 8 1 2 : 2 3
1
ABC
2
5
JKL
6
MNO
DEF
3
GHI
4
7
PQRS
0
8
TUV WXYZ
9
C OK
P /
/
2 5/ 05 / 08 1 2 :2 3
Drukken op de toets
/
vervolgensvervolgens
de gebruikerscode of een opgestarte
numerieke code vormen
Het scenario Nacht werd geactiveerd
Met de toetsen het gewenstehet gewenste
scenario selecteren; de operatie kan ook
uitgevoerd worden met de installatie
aangeschakeld
4601
54
1 2 3 4
2 5/ 02 /0 8 12 :2 3
1 2 3 4
1 2 3 4
1 2 3 4
AL AR M MEM O
32 : IR s ens or
Wo on kam er
in br aak al ar m
in ge sch ak el d
1
ABC
2
5
JKL
6
MNO
DEF
3
GHI
4
7
PQRS
0
8
TUV WXYZ
9
C OK
P /
/
C
7 BEDIENINGBEDIENING
Alle alarmmeldingen en de overige gebeurtenissen met betrekking tot de inbraakinstallatie
worden geregistreerd in een logboek dat door de installateur kan worden geraadpleegd met de
procedure die in paragraaf 6.4 is beschreven.
De volgende keer dat de inbraakinstallatie wordt ingeschakeld
verdwijnt de”alarmmeldingen aanwezig” aanduiding vanzelf
van de display; de technische alarmen kunnen gewist worden
uit het geheugen alarmen of plaatselijk waarbij de inrichting
die ze gedetecteerd heeft gereset wordt.
7.4 HET GEBEURTENISSENLOGBOEK RAADPLEGEN NA EEN ALARMMELDINGE
Als er een inbraakalarm heeft plaatsgevonden sinds de inbraakinstallatie voor het laatst is ingescha-
keld, dan ziet de display er uit als in de afbeelding hieronder. Druk op de of toets als u wilt
weten wat voor alarm er heeft plaatsgevonden en van welke sensor de alarmmelding afkomstig is.
De alarmmelding verdwijnt vanzelf van de display wanneer de inbraakinstallatie opnieuw inge-
schakeld wordt.
Druk op de
of
toets om de beschikbare
informatie over de alarmmelding op te roepen
Druk op
C
om terug te keren naar het begin-om terug te keren naar het begin-
scherm
De display geeft de volgende informatie:
- sensor en zone waaruit de alarmmelding afkomstig is;
- type alarm (bijv. inbraak)
- toestand van de installatie ten tijde van de alarmmelding
(bijv. ingeschakeld)
55
7.4 HET GEBEURTENISSENLOGBOEK RAADPLEGEN
De volgende tabel licht de betekenis toe van ieder type gebeurtenis dat in het “voorvallenregister”
wordt genoteerd.
7 BEDIENINGBEDIENING
Bericht op de display Type voorval
INBRAAKALARM
Inbraakmelding afkomstig van een sensor
PANIEKALARM
De gebruiker heeft alarm geslagen
(zowel met de installatie ingeschakeld als uitgeschakeld)
TAMPER ALARM
Sabotagealarm (Centrale of andere apparatuur)
ALARM AFGEZET
Het alarm is afgezet
BATTERIJ DEFECT
De batterij van de installatie is defect. Vbat<10,4V
BATTERIJ OK
De batterij van de installatie is goed opgeladen
BUS SCS ON
Spanning teruggekeerd op de SCS bus
BUS SCS OFF
De spanning naar de bus SCS ontbreekt
GEEN NETSPANNING
Geen stroomtoevoer van het elektriciteitsnet
NETSPANN. TERUG
Stroomtoevoer van het elektriciteitsnet hersteld
VERDELING
Wijziging van de toestand van een of meerdere zones
CODE OPGEVRAAGD
Een inschakelaar heeft de centrale om de bevestiging van
de code gevraagd
INGESCHAKELD
De installatie is ingeschakeld
UITGESCHAKELD
De installatie is uitgeschakeld
BEGIN TECH. AL.
Technisch alarm begonnen
EINDE TECH. AL.
Technisch alarm beëindigd
RESET TECH. AL.
Technisch alarm hersteld
SENSOR ACTIEF
De sensor is actief als de installatie ingeschakeld is
SLEUTEL ON
Wisselt tussen in/uitschakelen (Franse versie)
SLEUTEL OFF
Schakelt de installatie uit
FOUT TAMPTEST
Communicatieproblemen tussen centrale en apparatuur
FOUT INSCHAK.
Kan niet worden ingeschakeld
AKTIVERING
De installatie heeft de onderhoudmodus verlaten
ONDERHOUD
De installatie heeft de onderhoudmodus betreden
4601
56
7.4 HET GEBEURTENISSENLOGBOEK RAADPLEGEN
7 BEDIENINGBEDIENING
Bericht op de display Type voorval
RESET REGISTER
De inhoud van het gebeurtenissenlogboek is gewist
WACHTW./SLEUTEL
Poging van invoer met niet gekende code/sleutel
SLEUTEL GEWIST
Eliminatie van een transponder, afstandsbediening of code
ALLES SLEUT.GEW.
Eliminatie van alle sleutels(aanschakeling/ uitschakeling
alleen mogelijk vanop toetsenbord van de centrale)
DATUM - UUR
Datum/uur werd bijgewerkt
INGANG SLEUTEL
Uitschakeling uitgevoerd door ...... (naam sleutel)
UITGANG SLEUTEL
Aanschakeling uitgevoerd door ...... (naam sleutel)
BATTERIJ LAAG
Batterij van de centrale ontladen
RADIO-SENSOR KO
Een radio-sensor is defect ofwel is zijn batterij ontladen
57
8 BIJWERKING FIRMWARE
Art 335919
Art 3559
8.1 PROGRAMMEREN MET EEN PERSONAL COMPUTERPROGRAMMEREN MET EEN PERSONAL COMPUTER
Firmware bijwerken
Deze functie biedt de mogelijkheid om de rmware van de Centrale te vervangen door een
nieuwere versie om van verbeteringen en eventuele nieuwe functies te proteren.
De nieuwste rmware versies zijn beschikbaar op de internet site www.bticino.it
Sluit de kabel aan wanneer daarom gevraagd wordt en volg de procedure die door het programma
wordt aangegeven
Raadpleeg de handleiding van de TiSecurityBasic software voor nadere
Voordat men de procedure van bijwerking van de rmware begint, de schakelaar met
slede op OFF zetten
4601
58
AANHANGSELAANHANGSEL
TECHNISCHE GEGEVENS
REFERENTIENORMEN
Het product waarop deze handleiding betrekking heeft is voorzien van een EG-overeenstem-
mingsverklaring met betrekking tot de hieronder vermelde normen:
BTicino SpA gevestigd in Via Messina, 38 – 20154 Milaan
Verklaart dat het product met artikelnummer:
HC/HS/HD4601 L/N/NT4601
voldoet aan de toepasselijke eisen van Richtlijn 2006/5/CE
aangezien het aan de volgende normen voldoet
EN60950 EN50081-1 EN50082-1 EN50130-4 EN50130-5
ETSI TBR21 ETSI ES 201187 V1.1.1
Jaar van goedkeuring van de CE-markering volgens de vermelde richtlijn: 2008
Voor bijkomende inlichtingen m.b.t. de referenties van de normen de volgende site raadplegen:
www.bticino.it
via SCS-bus: van 18V tot 28V
50 mA
5 a 40 C
Stroomvoorziening
Stroomopname
Bedrijfstemperatuur
Afmetingen
IP 30
Beschermingsklasse
12/24 V - 1 A
Contact plaatselijk relais
HC/HS4601: L=118 H=105,5 P=31,7 mm
L/N/NT4601: L=118 H=105,5 P=33,2 mm
59
9 MEMO CARD
EVENTUELE PROBLEMEN VERHELPEN
PROBLEEM OPLOSSINGOPLOSSING
Code installateur vergeten
Vergewis u ervan dat de installatie
uitgeschakeld is.
De Centrale demonteren van de basis. Deze
operatie veroorzaakt een alarmmelding.
Zet de schuifschakelaar aan de achterkant
van de Centrale op OFF.
Druk op de reset toets. De Centrale stelt zich
in de Onderhoudsmodus.
Nu kunt u de code in de “Onderhoudscode
submenu lezen.
Gebruikerscode vergeten De Centrale terug programmeren met
TiSecurityBasic
4601
60
9 MEMO CARD
OPMERKINGEN
61
9 MEMO CARD
OPMERKINGEN
BTicino SpA behoudt zich het recht voor op ieder ogenblik de inhoud van dit drukwerk te wijzigen en
de aangebrachte wijzigingen mee te delen in iedere vorm en op iedere manier.
BTicino SpA
Via Messina, 38
20154 Milano - Italy
www.bticino.it
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62

Bticino N4601 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor