Agria 7100 de handleiding

Type
de handleiding
Lees voordat u de machine in gebruik neemt eerst de handleiding.
Volg veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen nauwkeurig op!
Handleiding nr. 998 89401.13
&
70 cm
Veegmachine
7100 Cleanstar basic
Handleiding
Vertaling van het oorspronkeijke handleiding
2 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
Symbolen, typeplaatje
Symbolen
waarschuwingsteken. Vindt u
bij passages die betrekking
hebben op uw veiligheid
belangrijke informatie
choke
brandstof
olie
motor start
motor stop
borstelaandrijving
rijaandrijving
langzaam
snel
geopend (ontgrendeld)
gesloten (vergrendeld)
è - Serviceç= Laat dit
uitvoeren door een agria-vakgarage!
Hier invullen:
Machine art. nr.: .........................
Identificatie/machine nr.:
...................................................
Motor type: .................................
Motor nr.: ...................................
Datum aankoop: ........................
Typeplaatje:
zie blz. 3, afb. B/12
Motortype en motornr.
zie blz. 34, afb. C/7.
Bij bestelling van reserveonderdelen
deze gegevens vermelden om fouten
bij levering te vermijden.
Alleen originele Agria-reserve-
onderdelen gebruiken!
De technische gegevens, afbeeldin-
gen en maten in deze handleiding zijn
niet bindend. De fabrikant kan niet
aansprakelijk worden gesteld. Wij
behouden ons het recht voor veran-
deringen aan te brengen, zonder
deze handleiding te wijzigen.
Levering:
l
handleiding Cleanstar basic
l
handleiding Honda-motor
l
basismachine
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 3
Afb. A
Aanduiding van de onderdelen
Afb. B
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
12
11
4 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
Aanduiding van de onderdelen
Abb. A + B
1 Koppelingshendel voor borstelaandrijving
2 Toerentalhendel
3 Koppelingshendel met veiligheidsschakeling voor rijaandrijving
4 Stuurstang
5 Motor
6 Wiel
7 Borstelwals
8 Aansluitleidingen voor aanbouwwerktuigen
9 Draaihendel voor hoogteverstelling borstel
10 Zwenkstang
11 Klemschroef voor verstelling stuurstang
12 Typeplaatje, Identificatie/machine nr.
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 5
Inhoudsopgave
1
3
5
6
4
2
Inhoud pakket .......................... 2
Aanduiding van de
onderdelen.......................... 3, 34
Aanbevelingen
Smeermiddelen, corrosiewerende
middelen ........................................... 6
Brandstof .......................................... 6
Onderhoud en reparatie ................... 6
Aanwijzingen voor
uitpakken en montage............. 7
1. Veiligheidstechnische
aanwijzingen ...................... 8–12
Gebruik conform de bestemming ..... 8
2. Technische gegevens
Afmetingen ..................................... 13
Veegmachine .................................. 13
Geluidsniveau ................................. 13
Trillingsniveau ................................. 13
Motor............................................... 14
Gebruik op hellingen ...................... 14
3. Machine- en
bedieningselementen
Motor............................................... 15
Veiligheidsschakeling ..................... 16
Koppeling ........................................ 16
Stuurstang ...................................... 17
Borstelwalsen ................................. 17
Hoogteverstelling ............................ 17
Zijwaartse verstelling ...................... 17
Toebehoor ....................................... 18
4. Ingebruikname en bediening
Eerste ingebruikname .................... 19
Motor starten .................................. 20
Motor afzetten................................. 21
Gevarenzone .................................. 22
Vegen.............................................. 23
Sneeuwruimen................................ 23
5. Onderhoud en reparatie
Andrijving ...................................24
Wielen ........................................24
Veiligheidsschakeling ................25
Speling van de koppeling ..........25
Luchtrooster...............................26
Luchtkoelsysteem......................26
Uitlaat.........................................26
Bediening toerental....................26
Allgemeen..................................27
De machine schoonmaken........27
De machine stallen ....................28
6. Storingen opsporen
en verhelpen...............30 - 31
Lak, slijtageonderdelen ............. 32
Onderhouds- en
inspectietabel.............................33
Conformiteitsverklaring ... 35
Let op uitklappagina’s!
Afb. A en B........................... 3
Afb. C.................................. 34
6 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
Aanbevelingen
Smeermiddelen en
anticorrosiemiddelen:
Gebruik voor de motor en de transmis-
sie de voorgeschreven smeermiddelen
(zie ‘Technische gegevens’).
Voor ‘open‘ smeerpunten en smeernip-
pels adviseren wij het gebruik van bio-
logisch afbreekbare olie of smeervet
(volgens de aanwijzingen in de hand-
leiding).
Voor het onderhoud van de machines
en werktuigen adviseren wij biologisch
afbreekbare corrosiewerende olie
(niet gebruiken op gelakte uitwendige
bekledingen). Het anticorrosiemiddel
kan met een kwast of met een spuitbus
worden aangebracht.
Biologische smeermiddelen en corrosie-
werende olie zijn milieuvriendelijk om-
dat ze biologisch snel afbreekbaar zijn.
Wanneer u biologisch afbreekbare
smeermiddelen en corrosiewerende olie
gebruikt, gaat u bewust om met het mi-
lieu en levert u een positieve bijdrage
aan de gezondheid van mens, fauna en
flora.
Brandstof:
Deze motor loopt zowel op gangbare
loodvrije normale en superbenzine
(ook E10) en Super plus.
Voeg aan de benzine geen olie toe.
Wanneer om milieutechnische redenen
loodvrije benzine gebruikt wordt, dient
u bij motoren die langer dan 30 dagen
niet gebruikt worden de brandstof af te
tappen, om afzetting van harsresidu’s
in de carburateur, het brandstoffilter en
de brandstoftank te vermijden. U kunt
de brandstof ook vermengen met een
brandstofstabilisator.
Zie ook hoofdstuk ‘Motor in conditie hou-
den’.
Onderhoud en reparatie:
Bij de agria-dealer werken gekwalifi-
ceerde monteurs die de machine vak-
kundig onderhouden en repareren.
Voer grotere onderhouds- en reparatie-
werkzaamheden alleen zelf uit wanneer
u beschikt over het juiste gereedschap
en de vereiste technische kennis van
machines en verbrandingsmotoren.
Klop nooit met harde voorwerpen of
metalen gereedschappen tegen het
vliegwiel. Het kan scheuren en tijdens
gebruik uiteen springen, zodat verwon-
dingen of materiële schade veroorzaakt
wordt. Demonteer het vliegwiel uitslui-
tend met passend gereedschap.
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 7
Uitpakken
Deksel van de doos aan de bovenzijde
openen.
De vier hoeken van de doos open-
snijden en de zijkanten naar beneden
klappen.
1. Stuurstang omhoog zetten in
bedrijfspositie
zie beschrijving blz. 17
6. Eerste ingebruikname
zie beschrijving blz. 19
Aanwijzingen voor uitpakken en montage
8 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
1
Lees deze handleiding aandachtig door
voordat u de machine in gebruik neemt
en volg de instructies nauwkeurig op.
Waarschuwingsteken
Dit symbool treft u aan bij alle passa-
ges die betrekking hebben op uw vei-
ligheid. Breng ook andere gebruikers op
de hoogte van deze veiligheids-
aanwijzingen.
Gebruik conform de
bestemming
De veegmachine met de door de fabri-
kant geautoriseerde, aangebouwde on-
derdelen is bestemd voor een gewoon
gebruik bij het onderhoud van gebou-
wen en wegen, om los vuil te vegen of
op te rapen, en kan na aanbouw van
een passend ruimschild of borstels ook
als sneeuwschuiver worden gebruikt
(gebruik conform de bestemming).
Iedere andere toepassing geldt als niet
in overeenstemming zijnde met het doel
waarvoor de machine gebouwd is. Voor
schade die door ondoelmatig gebruik
veroorzaakt wordt, kan de fabrikant niet
aansprakelijk worden gesteld. Dit risico
is geheel en al voor de gebruiker.
De door de fabrikant voorgeschreven
gebruiksvoorschriften, alsmede de voor-
schriften met betrekking tot controle,
onderhoud en reparatie dienen in acht
te worden genomen.
De fabrikant kan niet aansprakelijk wor-
den gesteld voor schade die ontstaat
door eigenhandige wijzigingen aan de
machine.
Algemene
veiligheidsvoorschriften
Basisprincipe:
De gebruiker dient zich te houden aan
alle voorschriften ter voorkoming van
ongevallen, alsmede aan de algemeen
geldende regels wat betreft veiligheid,
arbeidsgeneeskunde en wegverkeer.
Bij gebruik van openbare wegen dienen
de geldende verkeersbepalingen in acht
te worden genomen.
Controleer voor ingebruikname van de
veegmachine altijd eerst de verkeers-
en bedrijfsveiligheid.
De veegmachine mag slechts gebruikt,
onderhouden en gerepareerd worden
door personen die over de benodigde
kennis beschikken en van de risico’s op
de hoogte zijn.
Personen beneden de 16 jaar mogen
de machine niet bedienen!
Werk alleen bij goed zicht en voldoende
licht.
De bestuurder moet goed aansluitende
werkkleding dragen. Wijde kledingstuk-
ken dienen vermeden te worden. Draag
altijd stevige schoenen!
De waarschuwings- en instructiebordjes
op de machine geven belangrijke aan-
wijzingen voor veilig gebruik. Volg deze
aanwijzingen nauwkeurig op, in het be-
lang van uw eigen veiligheid!
Voor het transport op vrachtwagens of
aanhangwagens buiten de te bewerken
zone, dient de motor te worden
uitgeschakeld en de wielmeenemer in
werking gezet.
Blijf altijd op een veilige afstand van
draaiende werktuigen!
Voorzichtig met nalopende werktuigen.
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 9
1
Wachten tot het werktuig helemaal stil
staat!
Het is niet toegestaan tijdens de werk-
zaamheden mee te rijden op de ma-
chine.
Aangebouwde werktuigen en ladingen
hebben invloed op het rijdrag en het
stuur- en remvermogen van de machine.
Let daarop tijdens de werkzaamheden.
Pas uw werksnelheid aan aan de om-
standigheden.
Instelling van het motortoerental niet
veranderen. Een verhoogd toerental
vergroot de kans op ongelukken.
Arbeids- en gevarenbereik
De gebruiker is op de werkplek tegen-
over derden verantwoordelijk.
Blijf buiten het gevarenbereik van de
veegmachine.
Controleer voor het starten de directe
omgeving van de machine. Let daarbij
vooral op kinderen en dieren!
Tijdens veegwerkzaamheden kunnen
stenen en dergelijke wegspringen. Per-
sonen en dieren mogen zich niet in de
gevarenzone bevinden. Let op dat voer-
tuigen (vooral de ramen) en andere ob-
jecten niet beschadigd worden.
Voordat met de werkzaamheden begon-
nen wordt, dienen obstakels uit de weg
te worden geruimd. Let ook tijdens de
werkzaamheden op obstakels en haal
ze tijdig weg.
Bij werkzaamheden op omheinde plaat-
sen dient de veiligheidsafstand tot de
omheining in acht genomen te worden,
zodat de machine niet beschadigd
wordt.
Bediening en
veiligheidsmaatregelen
Voor de werkzaamheden
Zorg ervoor dat u op de hoogte bent van
alle installaties en bedienings-
componenten, alsmede van het
functioneren ervan. In het bijzonder
dient u te weten hoe u de motor in geval
van nood snel en veilig afzet.
Controleer of alle veiligheidsmaatrege-
len zijn getroffen en in de juiste positie
zijn gebracht.
Starten
Start de motor niet in afgesloten ruim-
tes. De uitlaatgassen bevatten kool-
monoxide, dat zeer giftig is wanneer het
ingeademd wordt.
Voor het starten van de motor dienen
alle bedieningselementen in stand ‘neu-
traal’ te worden gezet.
Voor het starten van de motor niet vóór
de veegmachine of het aanbouw-
werktuig gaan staan.
Tijdens de werkzaamheden
Tijdens de werkzaamheden mag de
stuurstang nooit worden losgelaten.
Bedieningsstang tijdens de werkzaam-
heden nooit verstellen – ongevalsrisico!
Neem bij alle werkzaamheden met de
veegmachine die afstand van de ma-
chine in acht, waartoe u door de stuur-
stang gedwongen wordt, vooral bij het
nemen van bochten!
Het is niet toegestaan, tijdens de werk-
zaamheden en het transport op de ma-
chine mee te rijden.
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen
10 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
Aanbouwwerktuigen
Koppel de aanbouwwerktuigen uitslui-
tend aan bij afgezette motor en uitge-
schakelde aandrijving.
Gebruik passend gereedschap en draag
altijd veiligheidshandschoenen als u
aanbouwwerktuigen of onderdelen er-
van vervangt.
Breng de steunen bij het monteren en
demonteren in de juiste positie en zorg
ervoor dat het werktuig niet kan weg-
kantelen.
Veegmachine en aanbouwwerktuigen
tegen wegrollen beveiligen (blokkeer-
rem, wielblokken).
Bij het aankoppelen van de werktuigen
is grote voorzichtigheid geboden.
Koppel aanbouwwerktuigen uitsluitend
aan de daarvoor bestemde inrichtingen,
volgens de voorschriften.
Indien u de werkplek verlaat, veeg-
machine en aanbouwwerktuig
beveiligen tegen wegrollen. Voorkom
gebruik door onbevoegden. Monteer
eventueel de transport- of
beschermingsinrichting en zet deze in
de veiligheidsstand.
Gewichten
Breng de gewichten altijd aan volgens
de voorschriften aan de daarvoor be-
stemde bevestigingspunten.
Sneeuwschuiver
De sneeuwschuiver dient op de juiste
manier te worden aangebouwd! Draag
stevig schoeisel. Bij het manoeuvreren
met de sneeuwschuiver moet voorzich-
tig te werk worden gegaan. Ongevals-
risico! Pas de werksnelheid aan aan de
omstandigheden.
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen
1
Wanneer de borstelwals of het aan-
bouwwerktuig vastzit, moet de motor
worden afgezet en dient de borstelwals
of het aanbouwwerktuig met passend
gereedschap te worden schoonge-
maakt.
Indien de veegmachine of het aanbouw-
werktuig beschadigd is, moet de ma-
chine onmiddellijk worden gestopt en de
motor worden afgezet. Laat de schade
direct herstellen!
Bij een defect aan de stuurinrchting de
veegmachine meteen stoppen en de
motor afzetten. Laat het defect direct
repareren!
Wanneer op hellend terrein wordt ge-
werkt verdient het aanbeveling, de veeg-
machine met een trekkabel of een trek-
stang vast te houden, om te voorkomen
dat de machine wegschuift. De bestuur-
der moet zich heuvelopwaarts van de
machine bevinden en dient voldoende
afstand te houden tot de werktuigen!
Werk indien mogelijk dwars op de hel-
ling!
Beëindigen van de
werkzaamheden
Laat de veegmachine nooit onbeheerd
achter als de motor nog loopt.
Zet de motor af voordat u de machine
verlaat. Sluit daarna de brandstofkraan.
Tref de nodige voorzorgsmaatregelen
om gebruik door onbevoegden te
verhinderen - trek de bougiekap eruit.
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 11
Onderhoud en reiniging
Pleeg geen onderhouds- en reinigings-
werkzaamheden aan de machine met
lopende motor.
Bij werkzaamheden aan de motor dient
de bougiekap altijd te worden verwijderd
(alleen bij benzinemotoren).
Zijn bepaalde beschermingsinrichtingen
of werktuigen aan slijtage onderhevig,
dan moeten deze regelmatig gecontro-
leerd en eventueel vervangen worden!
Zorg ervoor dat de veegmachine en de
aanbouwwerktuigen schoon blijven, om
brandgevaar te vermijden.
Moeren en schroeven regelmatig con-
troleren of ze vast zitten en eventueel
aandraaien.
Na de onderhouds- en reinigings-
werkzaamheden dienen de
beschermingsinrichtingen weer te wor-
den aangebracht en in oorspronkelijke
positie te worden teruggebracht.
Altijd originele agria-reserveonderdelen
gebruiken. Andere reserveonderdelen
moeten kwalitatief gelijkwaardig zijn en
overeenkomen met de door de firma
agria vastgelegde technische eisen.
Na gebruik wegzetten
Het parkeren van de veegmachine in
ruimtes met open kachels is verboden.
Parkeer de veegmachine niet in geslo-
ten ruimtes wanneer zich nog brandstof
in de brandstoftank bevindt. Benzine-
dampen zijn gevaarlijk.
Motor, brandstof en olie
Laat de motor niet in een gesloten
ruimte lopen vanwege verhoogde kans
op vergiftiging!
Opgelet met de hete onderdelen van de
motor!
De uitlaatdemper en andere motoron-
derdelen zijn zeer heet terwijl de motor
draait en onmiddellijk na het afzetten.
Houd voldoende afstand van hete op-
pervlakken en houd kinderen uit de bu-
urt van de draaiende motor.
Wees voorzichtig met brandstof van-
wege het brandgevaar. Vermijd open
vuur, vonken en hete motoronderdelen
tijdens het bijvullen van brandstof. Vul
geen brandstof bij in gesloten ruimtes.
Niet roken tijdens het tanken!
Tank alleen met uitgeschakelde en af-
gekoelde motor.
Zorg ervoor dat u geen brandstof morst,
gebruik een passende trechter.
Mocht er toch brandstof zijn gemorst,
schuif dan de veegmachine aan de kant
voordat u de motor start.
Gebruik alleen brandstof van voorge-
schreven kwaliteit.
Bewaar de brandstof alleen in daarvoor
bestemde blikken.
Houd corrosiewerende middelen en sta-
bilisatoren altijd buiten het bereik van
kinderen. Bij misselijkheid en braak-
neigingen direct een arts waarschuwen.
In geval van contact met de ogen
meteen met veel water uitspoelen.
Vermijd het inademen van de dampen.
Lees de aanwijzingen op de verpakking!
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen
1
12 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
Maak gebruikte spuitbussen (starthulp-
mengsel e.d.) helemaal leeg op een
vonk- en vlamvrije plaats voordat u deze
weggooit, eventueel als klein chemisch
afval behandelen.
Voorzichtig bij het aftappen van hete
olie, er bestaat verbrandingsgevaar.
Gebruik altijd olie van voorgeschreven
kwaliteit. Bewaar de olie alleen in daar-
voor bestemde kannetjes.
Olie, brandstof, vet en filters gescheiden
en volgens de voorschriften verwerken.
Banden en
bandenspanning
Bij werkzaamheden aan de wielen dient
u ervoor te zorgen dat de veegmachine
veilig geparkeerd is en tegen wegrollen
beveiligd is.
Reparaties aan de wielen mogen alleen
door vakkundig personeel en met pas-
send gereedschap worden uitgevoerd.
Controleer de bandenspanning regel-
matig. Bij een te hoge luchtdruk bestaat
explosiegevaar.
Let op de juiste bandenspanning bij
werkzaamheden met extra gewichten.
Schroeven en moeren van de wielen
dienen bij servicewerkzaamheden te
worden aangedraaid.
Elektrische installatie
Dragers van een pacemaker mogen de
stroomvoerende onderdelen van het
ontstekingssysteem niet aanraken wan-
neer de motor loopt!
1. Veiligheidstechnische aanwijzingen
Beschrijving van de
waarschuwingssymbolen
Voor reinigings-, onderhouds- en repa-
ratiewerkzaamheden motor afzetten en
bougiekap eruit trekken.
Bij lopende motor voldoende afstand
houden van de machine. Blijf buiten het
bereik van wegspringende stenen en
dergelijke.
Beshrijving van de
gebodssymbolen
Bij werkzaamheden met de
machine moeten individuele
gehoorbeschermingen wor-
den gedragen.
Veiligheidshandschoenen
gebruiken.
Draag altijd stevige schoenen.
1
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 13
2. Technische gegevens
Werkbreedte: ........................... 70 cm
Transmissie:
rijtransmissie.......................................
................ Tandem wormoverbrenging
.............. met geïntegreerde koppeling
............Vrijloopnaven in de drijfwielen
Rijsnelheid:
vooruit ................................... 2,4 km/h
veegtransmissie..................................
........................... wormwielaandrijving
.......................... met V-snaakoppeling
(spanrol tussen de motor en de
wormwielaandrijving
Toerental borstel .................. 339 min
-1
Gebruik alleen originele agria-V-sna-
ren – zie ‘slijtageonderdelen’ blz. 32.
Stuurstang:........................................
..................voor vervoer en opberging
........ zonder gereedschap verstelbaar
Geluidsniveau:
Geluidsniveau: ..................... L
pA
75 dB
conform EN 11201 (waargenomen
door de bestuurder)
Geluidsvermogensniveau conform
EN ISO 3744:1995
:...............................
gemeten............................... L
WA
95 dB
gewaarborgd ........................ L
WA
96 dB
Trillingsniveau:
op stuurhendel:........... a
hw
= 3,02 m/s
2
conform richtlijn 2002/44/EG
2.1 Veegmachine
agria Cleanstar basic
Gewicht:
Cleanstar basic 70 cm..........ca. 67 kg
Opvangbak ......................... ca. 11 kg
Sneeuwschuiver 80 cm ........ca. 15 kg
Banden:.... 4.00-4 (ø300) grasbanden
Bandenspanning: .................. 1,8 bar
2
Afmetingen van de machine:
a ......................................650 mm
b ......................................640 mm
c....................................................
h ......................................980 mm
l......................................1380 mm
L opvangbak................................
L sneeuwschuiver .......................
A ......................................700 mm
S ......................................570 mm
14 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
2. Technische gegevens
2.2 Motor
Motorenfabrikant: ...................Honda
Type: ............................ GCV 135 N2E
Bouwwijze: ...................... geforceerd-
luchtgekoelde eencilinder
viertaktmotor OHC (benzine)
Boring: .................................... 64 mm
Slag: ........................................ 42 mm
Cilinderinhoud: .................. 135 ccm
Vermogen: .............................. 3,4 kW
bij 3600 min
-1
Koppel: ........................... max. 9,7 Nm
bij 2500 min
-1
Bougie:.............NGK BPR6ES Bosch
elektrodenafstand: ........... 0,7–0,8 mm
Ontsteking:
Transistor magneetspoel,
zonder contact,
ontstekingstijdstip 20° voor OT,
radio-ontstoord volgens VDE 0879
Klepspeling (bij koude motor)
inlaatklep....................0,15 ± 0,04 mm
uitlaatklep...................0,20 ± 0,04 mm
Startinrichting: .......... repeteerstarter
Inhoud brandstoftank: ......... 1,1 liter
Brandstof: .............. loodvrije benzine,
octaangetal minstens 91 RON
(ook E10 benzine)
zie brandstofadvies
Brandstofverbruik: ................. 1,3 l/h
Luchtfilter: ........... droog filterelement
Carburateur: ............................drijver,
smoorkleppen
Mengselregelschroef:
basisinstelling ca. 1 omwenteling open
Maximaal toerental
onbelast: ........................... 3250 min
-1
Stationair
toerental:................. 1550–1850 min
-1
Motorolie:
hoeveelheid........................... ca. 0,55 l
universele olie SAE 10W-40
klasse SG, SF of hoger
Gebruik op hellingen:
De motor voldoet op hellingen
(bij motoroliepeil “max. = bovenste
vulmarkering):
langdurig gebruik op helling
tot ....................................... 20° (37 %)
2
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 15
3. Machine- en bedieningselementen
De veegmachine agria Cleanstar is ge-
schikt voor het plegen van onderhouds-
werkzaamheden en voor het sneeuw-
ruimen. Voor onderhouds-
werkzaamheden zijn beschikbaar:
l
Borstelwalsen
70 cm Agria-bestel nr. 469 037
l
Opvangbak
Agria-bestel nr. 7194 211
Voor het sneeuwruimen is als aanbouw-
werktuig beschikbaar:
l
Sneeuwschuiver
80 cm Agria-bestel nr. 7196 011
Motor
De viertakt benzinemotor wordt aange-
dreven met normaal verkrijgbare ben-
zine (zie ook blz. 6: geadviseerde brand-
stof). Tijdens de eerste 20 bedrijfsuren
(inrijperiode) mag de motor niet tot het
maximum worden belast.
Ook na de inrijperiode mag u als regel
niet meer gas geven dan nodig is.
I
Hoge toerentallen kunnen de
motor beschadigen en de le-
vensduur aanzienlijk beperken. Dit
geldt vooral als de motor onbelast
draait! Laat de motor nooit over z’n
toeren draaien, daardoor kan de
motor direct defect raken.
Koeling
De motor wordt gekoeld met een venti-
lator. Zorg ervoor dat geen vuil of blader-
resten in de koelluchtzeef op de
repeteerstarter en de koelribben van de
cilinder worden aangezogen.
Stationaire toerental
Het stationaire toerental van de motor
moet juist zijn afgesteld. Wanneer de
toerentalhendel tegen de eindaanslag
in stationaire positie staat, moet de mo-
tor bij laag toerental zonder problemen
blijven lopen.
Luchtfilter
Het luchtfilter reinigt de aangezogen
lucht. Een vervuild luchtfilter kan het
motorvermogen ongunstig beïnvloeden.
Ontsteking
De motor is uitgerust met een
onderhoudsvrije, contactloze elektroni-
sche ontsteking. Het is aan te bevelen,
de noodzakelijke controles door een
vakman te laten uitvoeren.
Toerentalhendel
(motor-uit-schakelaar)
Met de toerentalhendel (A/2) aan de
stuurstang wordt behalve de toerental-
regulering ook de choke en de motor-
uit-schakelaar bediend. Schakelposities
zie afb.
I
De toerentalhendel dient ook
als noodschakelaar die bij ge-
vaarlijke situaties in positie ‘stop’ dient
te worden gebracht. De motor schakelt
dan direct uit.
3
16 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
Veiligheidsschakeling
De veegmachine Cleanstar basic is
voor de rijaandrijving en de aandrijving
van de borstelwals voorzien van een
veiligheids-koppelingshendel.
l
Stoppositie: wanneer de koppelings-
hendel (A/3 of A/1) wordt losgelaten,
wordt de betreffende aandrijving uitge-
schakeld.
W
Veiligheidshendel niet vast-
zetten!
I
De veiligheidshendel dient ook
als noodschakelaar. De veilig-
heidshendel moet in noodsituaties die
om een snel handelen vragen worden
losgelaten, deze komt dan automatisch
in de positie ‘STOP’!
Koppeling
Voor de rijaandrijving en voor de
aandrijving van de borstelwals is een V-
snaarkoppeling ingebouwd. Deze wordt
bediend door de koppelingshendels
voor de rijaandrijving (A/3) of voor de
borstelwalsaandrijving (A/1) naar bene-
den te drukken. Wanneer de hendels
worden losgelaten, komen ze automa-
tisch in positie ‘0’ (ontkoppeld).
Beide koppelingen kunnen onafhanke-
lijk van elkaar worden bediend.
3. Machine- en bedieningselementen
A/1 A/3
0
0
3
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 17
3. Machine- en bedieningselementen
Stuurstang
Regeling van de stuurstang voor
transport en opberging:
l
Klemschroef (A/11) eruit schroeven
l
Stuurstang (A/4) naar voren klappen
Regeling van de stuurstang in
bedrijfspositie:
l
Klemschroef (A/11) eruit schroeven
l
Stuurstang (A/4) naar achteren klappen tot
aan de aanslag
l
Klemschroef (A/11) met plastieken ring (K)
en metalen ring (M) inschroeven
Borstelwals
Hoogteverstelling
De borstelwalsen worden in hoogte versteld
door het steunwiel te verstellen
l
met de draaihendel (A/9) kan het steunwiel
omhoog of omlaag worden gedraaid
l
de borstelwalsen slechts zo diep als nodig
is (X) om een schoon oppervlak te verkrijgen
over de bodem laten slepen, daardoor vermin-
dert de slijtage en wordt de levensduur van de
borstels verlengd.
Vuil, poedersneeuw ........ X = 2–3 mm
Sneeuw, nat ................X = max. 8 mm
Zijwaartse verstelling
De bezem kan naar links of naar rechts wor-
den versteld, om het vuil of de sneeuw in een
langsrij te vegen.
l
Zwenkstang (A/10) naar voren brengen
totdat de aanslag vrij is
l
met de zwenkstang de borstelwalsen naar
links of naar rechts zwenken
l
zwenkstang naar achteren beneden terugbrengen
en daarbij in de passende aanslag vastzetten.
I
Indien zonder opvangbak gewerkt wordt
wordt de borstel ofwel naar links, ofwel
naar rechts gedraaid, afhankelijk van de kant
waar het vuil moet worden geveegd.
3
3
A/10
A/9
K M A/11
18 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
3. Machine- en bedieningselementen
Toebehoor
1. Opvangbak aanbouw
l
De opvangbak vooraan langs boven
met de centreernok in de aansluitleidin-
gen (A/8) steken.
I
Indien met een opvangbak
geveegd wordt, is de
borstelpositie 90° in de
rijrichting.
2. Opvangbak legen
l
Veegmachine op de daarvoor bedoelde
plaats parkeren en de opvangbak aan
de frame omhoog zetten – vuil valt naar
beneden
of:
l
opvangbak naar boven uit de aanslu-
itleidingen trekken, bak op de daarvoor
bedoelde plaats legen
3. Sneeuwruimer aanbouw
l
Sneeuwschuiver van voren boven met
de centreernok op de aansluitleidingen
(A/8) hangen en met de veerklem
vastzetten.
l
Sneeuwschuiver kan met de zwenk-
stang worden gedraaid, net als bij
veegwerkzaamheden.
1.
2.
3
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 19
4. Ingebruikname en bediening
Eerste ingebruikname
Let erop dat de levensduur en de
bedrijfsveiligheid van de motor sterk af-
hankelijk is van de inrijperiode. Laat een
koude motor altijd eerste enkele minu-
ten warm worden en laat de motor niet
direct op volle toeren draaien.
Onderhoud het filter goed en zorg voor
schone brandstof. Gebruik alleen merk-
benzine.
Let op: gedurende de eerste 20 bedrijfs-
uren (inrijperiode) mag de motor niet vol
belast worden.
Zet de veegmachine zo neer dat de mo-
tor horizontaal staat. Hoeveelheid olie
en kwaliteit zie technische gegevens.
Oliepeil controleren!
Voor iedere ingebruikname
Motoroliepeil controle:
l
Olievulafsluitschroef (C/4) uit-
schroeven.
l
Oliepeilstok met een schone doek
afvegen en terugplaatsen, niet vast-
schroeven.
l
Oliepeilstok weer uitnemen en olie-
peil aflezen, evt. motorolie tot marke-
ring ‘max. bijvullen.
Bij lopende motor moet de afsluitplug
altijd op de invulopening zijn vastge-
draaid!
l
Controleer of er voldoende brandstof
in de tank aanwezig is.
Tank de brandstoftank niet helemaal vol,
de benzine mag niet boven de vulpeil-
markering uitkomen. De brandstof zet
altijd nog enigszins uit.
W
Wees voorzichtig met brand-
stof.
l
Benzine is makkelijk ontvlambaar en
onder bepaalde omstandigheden explosief!
l
Vermijd open vuur, vonken en hete
motoronderdelen tijdens het bijvullen
van brandstof.
l
Vul geen brandstof bij in gesloten
ruimtes.
l
Niet roken tijdens het tan-
ken! Niet tanken in de om-
geving van open vuur en
vonken.
l
Tank alleen met uitgeschakelde en
afgekoelde motor.
l
Zorg ervoor dat u geen brandstof
morst, gebruik een passende trechter.
Wanneer toch brandstof is gemorst,
dient voor het starten te worden nage-
gaan of de gemorste benzine helemaal
is verdampt.
I
Let op: motor wordt vanuit
de fabriek zonder motorolie
geleverd!
Vul motorolie bij voordat
de machine in gebruik
wordt genomen!
bovenste vulpeilmarkering
olieafsluitplug
4
20 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
Motor starten
(bij horizontaal staande motor)
4. Ingebruikname en bediening
4
4
l
Controleer of alle veiligheidsvoorzieningen zijn getroffen.
W
Motor niet starten in gesloten ruimtes. De uitlaatgassen be-
vatten koolmonoxide, dit is giftig als het wordt ingeademd.
Brandstofkraan (C/11) openen.
Toerentalhendel (A/2) in positie ‘START’
(‘CHOKE’ ) brengen.
l
CHOKE niet gebruiken bij hoge tempe-
ratuur van de motor of de omgeving.
Toerentalhendel in positie 1/3 brengen.
l
Koppelingshendel voor de rijaandrijving
(A/3) en de borstelwalsaandrijving (A/1) in
positie ‘0’ (startpositie) brengen.
Het trekkoord aan de start-handgreep
(C/2) zover uittrekken totdat de start-
koppeling merkbaar gepakt wordt, vervol-
gens trekkoord stevig en met kracht
aantrekken zodat de motor gestart wordt.
Handgreep na het starten voorzichtig
loslaten.
W
Let op: ga voor het starten achter
het stuur staan en trek het startkoord
naar achteren. Blijf buiten de gevaren-
zone.
I
Raadpleeg de bedienings-
handleiding van de motor voor
meer informatie over het starten
van de motor.
4
0
START
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 21
4. Ingebruikname en bediening
Afzetten van de
benzinemotor
l
Toerentalhendel in positie neutraal
zetten en de motor ca. 30 seconden sta-
tionair laten draaien.
l
Toerentalhendel tot de aanslag in
STOP-positie brengen.
W
Voor het afstellen van de motor
mag de toerentalhendel niet in
choke-positie worden gebracht –
brandgevaar!
l
Brandstofkraan sluiten.
I
De toerentalhendel dient ook
als noodstopschakelaar. In-
dien nodig hendel in positie ‘STOP’ bren-
gen, de motor springt af.
630 sec
4
22 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
Gevarenzone
W
Tijdens het starten en de werkzaam-
heden mogen zich geen personen
binnen de gevarenzone bevinden.
Controleer voor het starten de directe
omgeving van de machine. Let daarbij vooral
op kinderen en dieren!
Tijdens veegwerkzaamheden kunnen stenen
en dergelijke wegspringen.
Personen en dieren mogen zich niet in de
gevarenzone bevinden.
Let op dat voertuigen (vooral de ramen) en
andere objecten niet beschadigd worden.
Alleen op hellingen tot max. 20° w erken.
Op hellingen altijd naar de helling toe
keren!
W
Gevarenzone
max. 20°
(37 %)
4. Ingebruikname en bediening
4
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 23
Vegen
ΠMotor starten zoals beschreven onder
‘motor starten’.
W
Controleer het functioneren van de
veiligheidsschakeling - machine al-
leen in gebruik nemen wanneer veilig-
heidsschakeling functioneert!
Gehoorbescherming gebruiken en draag
altijd stevige schoenen.
Ž Langsaam aan de koppelingshendel voor
borstelaandrijving (A/1) trekken en gelijkertijd
gas geven (A/2); de borstelwalsen draaien.
Koppelingshendel (A/4) langzaam naar
beneden drukken; veegmachine rijdt langzaam
vooruit.
Na beëindiging van de veegwerkzaamhe-
den of bij verstoppingen:
Beide aandrijvingen ontkoppelen.
Motor afzetten.
W
Wanneer de machine tijdens werk-
zaamheden moet worden schoon-
gemaakt, dient de motor om veilig-
heidsredenen te worden afgezet en moet
de bougiekap worden verwijderd.
4. Ingebruikname en bediening
4
44
4
Sneeuwruimen
W
Sneeuwschuiver op de juiste manier monteren! Draag hierbij stevige
schoenen. De arbeidssnelheid dient te worden aangepast aan de arbeids-
omstandigheden. De bedienende persoon kan gewond raken door de kracht die
ontstaat bij een eventuele botsing van de machine.
4
Œ
Ž
0
24 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
5. Onderhoud en reparatie
Behalve het opvolgen van de bedieningsvoorschriften is het bovendien van
groot belang dat u aandacht besteed aan de volgende aanwijzingen omtrent
onderhoud en reparatie.
W
Let op: voer onderhouds- en reparatiewerkzaamheden alleen uit
met een afgezette motor. Om te voorkomen dat de motor per ongeluk
wordt gestart, dient steeds de bougiekap van de bougie te worden verwijderd!
Andrijving
Rijaandrijving
De wormwiel-rijaandrijving is voorzien van een
permanente smeerolievulling, nasmeren en
onderhoudswerkzaamheden zijn niet meer nodig.
Borstelwalsen-wormwielaandrijving
De wormwielaandrijving is voorzien van een per-
manente olievulling voor ca. 250 bedrijfsuren.
Wanneer geen lekkage zichtbaar is, hoeft de olie
niet te worden ververst.
V-snaren
Controleer de V-snaren ten minste eenmaal per
jaar.
l
Beschermkap verwijderen
l
Wanneer de V-snaren slijtage vertonen, die-
nen deze te worden vervangen.
Gebruik alleen originele agria-V-snaren.
Wielen
l
Controleer regelmatig de bandenspanning van
de wielen. De bandenspanning van beide wielen
moet gelijk zijn, om probleemloos rijden te kunnen
garanderen.
5
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 25
Veiligheidsschakeling,
Koppelingsspeling
Controleer het functioneren van de
veiligheidsschakeling bij iedere ingebrui-
kname en onderhouds- en reparatiebeurt.
Rijaandrijving
l
Bij het loslaten van de hendel (A/3) moet
de rijaandrijving tot stilstand komen.
l
Wanneer de hendel naar beneden ge-
duwd is, moet de aandrijving gekoppeld
zijn.
l
Evt. Bowden-kabelstelschroef (1) instel-
len.
Borstelwalsaandrijving
l
Bij het loslaten van de hendel (A/1) moet
de borstelwalsaandrijving tot stilstand ko-
men.
l
Wanneer de hendel naar beneden ge-
duwd is, moet de aandrijving gekoppeld zijn
en de V-snaar mag niet glijden.
l
Evt. Bowden-kabelstelschroef (1) instel-
len.
5. Onderhoud en reparatie
5
A/3
A/1
1
2
5
26 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
5. Onderhoud en reparatie
Motor
De motor dient volgens de bijgevoegde Honda-
motorhandleiding te worden onderhouden en
gereinigd.
Luchtrooster
Na langer gebruik kan het koelsysteem door
vuil verstopt raken. Reinig het luchtrooster
(C/3) regelmatig om oververhitting en schade
aan de motor te voorkomen. Controleer het
rooster voor iedere ingebruikname.
Luchtkoelsysteem
1) Roterende ventilatorzeef tenminste iedere
50 bedrijfsuren reinigen (bij sterke stofvorming
en veel plantenresten eerder); hiervoor moet
de repeteerstarter worden verwijderd, zie afb.
2) Inwendige koelribben en vlakken tenminste
iedere 100 bedrijfsuren reinigen (bij sterke
stofvorming en veel plantenresten eerder).
è -Serviceç
Uitlaat
Omgeving van de geluidsdemper (C/9)
regelmatig schoonmaken. Haal gras, vuil en
brandbare dingen weg.
– Brandgevaar!
Voor iedere inbedrijfname controleren.
Toerentalbediening
De toerentalbediening moet op de juiste manier
zijn ingesteld. De motor moet met juist
toerental gestart worden, functioneren en wor-
den afgezet.
è - Serviceç
5
555
55
1.)
2.)
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 27
Algemeen
Let op het verliezen van brandstof en olie, eventueel
opruimen.
Schroeven en moeren regelmatig controleren,
eventueel natrekken.
Alle lagerposities aan de veegmachine zijn uitgerust
met zelfsmerende lagers, zodat het niet nodig is de lagers
te smeren.
Af en toe dienen echter de draai- en articulatiepunten,
evenals de bowdenkabels te worden geolied.
Reiniging
Nooit met water in de ventilatiespleet van
versnellingsbak spuiten!
Na een schoonmaakbeurt met een hogedrukreiniger
moeten alle smeerplaatsen aan de machine meteen wor-
den gesmeerd, en de veegmachine dient kort te worden
ingeschakeld, zodat het binnengedrongen water eruit
geslingerd wordt.
Reinig de motor met een doekje. Vermijd het
afspuiten van de motor met een sterke waterstraal, vocht
in het ontstekings- en brandstofsysteem kan leiden tot
storingen.
5. Onderhoud en reparatie
5
28 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
5. Onderhoud en reparatie
Stallen
Wanneer de veegmachine gedurende langere tijd niet gebruikt wordt:
a) Grondige reinigingsbeurt, laklaag bijwerken.
b) Motor in conditie houden
ll
ll
l
Brandstof volledig aftappen of brandstoftank voltanken en stabilisatorvloeistof
(Agria-nr. 799 09) in de brandstoftank gieten. - Kijk in de gebruiksaanwijzing,
motor ca. 1 minuut laten lopen.
ll
ll
l
Motorolie verversen.
ll
ll
l
In de bougieopening een theelepel vol (ca. 0,03 l) motorolie gieten. Motor lang-
zaam doordraaien.
ll
ll
l
Installeer de bougie opnieurw. Zuiger met repeteerstarter op compressie zetten
(starthandgreep langzaam aantrekken totdat weerstand voelbaar is), hiermee
zijn de kleppen gesloten.
ll
ll
l
Motor om de 2–3 weken langzaam doordraaien (bougiekap verwijderen!) en
aansluitend zuiger weer op compressie zetten.
c) Wielen
Plaats deze op steunblokken zodat de banden niet
op de vloer rusten. Luchtbanden gaan snel in
kwaliteit achteruit wanneer ze zonder lucht onder
belasting staan.
d) Aandrijvingen ontkoppelen
Machine altijd met ontkoppelde rijaandrijving
(positie ‘0’) wegzetten, anders kunnen problemen
met de koppeling ontstaan.
e) Machine stallen
om sterke corrosievorming te voorkomen:
– beschermen tegen weersinvloeden
niet stallen in:
vochtige ruimtes
ruimtes waar kunstmest ligt opgeslagen
stallen of daarnaast gelegen ruimtes
f) Afdekken
Dek de machine af met een dekzeil of iets dergelijks.
5
555
55
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 29
5
30 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
6
6. Storingen opsporen en verhelpen
W
Let op de veiligheidsaanwijzingen! Laat grotere problemen aan de machine of de motor altijd op-
lossen door de agria-vakgararage, deze beschikt over het juiste gereedschap. Ondeskundige
hulp kan grote schade veroorzaken.
storing mogelijke oorzaak oplossing pagina
Motor -Bougiekap is niet aangesloten Bougiekap aansluiten
start niet -Toerentalhendel is niet in positie Toerentalhendel in positie
CHOKE CHOKE brengen 20
-Brandstoftank leeg of Brandstoftank vullen
slechte brandstof met schone brandstof 19
-Brandstofleiding verstopt Brandstofleiding reinigen
-Bougie defect Bougie schoonmaken,
afstellen of vervangen BM
-Motor teveel brandstof (verzopen) Bougie drogen, schoonmaken
en starten met volgas BM
-Valse lucht door losgelaten carburateur Bevestigingsschroeven natrekken
en aanzuigleiding
Motor -Motor loopt op CHOKE Toerentalhendel in positie BEDRIJF brengen,
20
hapert evt. toerentalbediening instellen
¬
BM
af en toe -Contactkabel zit los Bougiekap op de bougiekabel vastklemmen,
bougiekabel vastklemmen
bougiekap op de bougie vastklemmen
-Brandstofleiding verstopt Brandstofleiding schoonmaken,
of slechte brandstof schone brandstof tanken BM
-Luchttoevoer in de Brandstoftankdop vervangen
brandstoftankdop verstopt
-Water of vuil in het Brandstof aftappen en
brandstofsysteem schone brandstof tanken
-Luchtfilter verontreinigd Luchtfilter schoonmaken of vervangen BM
-Carburateur verkeerd afgesteld Carburateur afstellen
¬
BM
Motor -Te weinig motorolie Meteen motorolie bijvullen BM
wordt -Ventilatiesysteem functioneert niet Luchtrooster schoonmaken, BM
te heet koelribben schoonmaken
¬
BM
-Luchtfilter is verontreinigd Luchtfilter reinigen BM
-Carburateur is verkeerd afgesteld Carburateur afstellen
¬
BM
Motor -Ontsteking te krap afgesteld Bougie afstellen BM
haperingen -Stationair toerental Carburateur afstellen
¬
BM
bij hoge niet correct afgesteld
toerentallen
Motor -Ontsteking te ruim afgesteld, Bougie afstellen of vervangen BM
slaat bij Bougie defect
stationair -Carburateur niet correct afgesteld Carburateur afstellen BM
toerental -Luchtfilter verontreinigd Luchtfilter reinigen
¬
BM
vaak af
6
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 31
6
6. Storingen opsporen en verhelpen
storing mogelijke oorzaak oplossing pagina
Motor -Regelstangen zijn verontreinigd, Regelstangen schoonmaken BM
loopt klemmen
onregelmatig
Motor -Toerental-motorstopbediening Toerentalbediening instellen
¬
BM
springt in is niet correct ingesteld
stoppositie
niet af
Motor -Luchtfilter verontreinigd Luchtfilter reinigen BM
levert te -Cilinderkop los of Cilinderkop aandraaien,
¬
weinig afdichting beschadigd afdichting vervangen
vermogen -Te weinig compressie Motor laten controleren
¬
Rijaandrijving -Koppelingshendel is Koppelingshendel instellen
¬
25
of borstel- niet correct ingesteld
walsaandrijving
komt bij
losgelaten
koppeling
niet tot
stilstand
Teveel -Bevestigingsbouten zijn los Bevestigingsbouten natrekken 27
vibratie -Borstelwals-spananker los Motor direct afzetten!
Borstelwals-spananker en alle moeren
en schroeven controleren of deze
vastzitten, beschadigde delen vervangen
¬
= Laat dit uitvoeren door een agria-vakgarage!
BM= zie Motor-handleiding
32 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
Agria-bestel nr.
799 09 brandstofstabilisator 5 g
771 83 olieopzuigpompje
Lak:
181 03 spuitlak berkengroen spuitbus 400 ml
712 98 spuitlak rood, RAL 2002 spuitbus 400 ml
509 68 spuitlak zwart, RAL 9005 spuitbus 400 ml
Slijtageonderdelen:
761 98 luchtfilterelement
759 99 bougie NGK BPR 6ES; BOSCH WR 7DC
469 039 V-snaar voor rijaandrijving
469 038 V-snaar voor borstelaandrijving
469 045 bowdenkabel, rijaandrijving
469 046 bowdenkabel borstelaandrijving
469 037 borstelwals 70 cm (2 stuks nodig)
Bandenreparatie:
713 13 bandenafdichtgel fles 1 l
Reserveonderdelen:
997 157 veegmachine Cleanstar type 7100
997 145 Honda-Motore
Lak, slijtageonderdelen
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 33
Onderhouds- en inspectietabel
A = voor iedere ingebruikname
B = na iedere reinigingsbeurt met een hogedrukreiniger
K = controle- en onderhoudswerkzaamheden kunnen door de bestuurder zelf worden uitgevoerd
W = servicewerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een vakkundige garage
P = position in het smeerschema
* = na 2 jaar
BM = zie Motor-handleiding
A 5 8 25 50 100 250
Veiligheidsschakelaar
functie controleren
K 25
Hendel speling controleren K 25
Luchtfilter controleren K BM
Koelluchtzeef reinigen K 26
Motoroliepeil controleren,
eventueel bijvullen
K K BM
Uitlaat reinigen K 26
Motorolie verversen, eerste keer, W BM
verdere keren W BM
Motor reinigen, schroeven en
moeren controleren
K 27
Slijtage borstelwalsen controleren,
indien nodig eerder!
K 32
Luchtfilterinzet reinigen W W BM
Luchtfilterinzet vervangen,
indien nodig eerder
W BM
Bougie reinigen,
elektrodenafstand afstellen
W BM
Bougie vervangen K BM
Koelluchtgrilgeleidingsplaten,
koelribben reinigen,
indien nodig eerder!
W 26
Brandstoftank reinigen W BM
Brandstofzeef reinigen W BM
Aandrijving
olie verversen
W 24
Alle glijdende delen smeren K K 27
Brandstofslangen vernieuwen W* BM
Steeds na bedrijfsuren
blz.
min.
3mndl.
min.
jaarl. B
34 Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic
Afbeelding C
Aanduiding van de onderdelen
Afbeelding C
Motor Honda GCV135 en GCV160
1 Brandstoftankdeksel
2 Startgreep
3 Ventilatorzeef
4 Olievul-afsluitplug, oliepeilstok
5 Luchtfilter
6 Carburateur / toerentalregelaar
7 Motor-model- / identificatienummer
8 Bougie / bougiekap
9 Uitlaat met veiligheidskap
10 Brandstoftank
11 Brandstofkraan
Veegmachine agria 7100 Cleanstar basic 35
Conformiteitsverklaring
Agria-Werke GmbH
Bittelbronner Straße 42
D-74219 Möckmühl
Tel. +49/ (0)6298 /39-0
Fax +49/ (0)6298/39-111
Internet: www.agria.de
Uw agria dealer bij u in de omgeving:
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

Agria 7100 de handleiding

Type
de handleiding