Mengpomp G 4 X FU 230V / Deel 2 Overzicht, bediening en service
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
1 Algemeen..................................................... 5
1.1 Informatie over de handleiding......... 5
1.2 Delen................................................ 5
1.3 Weergave van veiligheidsvoor-
schriften en waarschuwingen........... 6
1.4 Handleiding voor later gebruik
bewaren............................................ 6
1.5 Typeplaatje....................................... 7
1.6 EG-verklaring van overeenstem-
ming.................................................. 7
1.7 Quality-Control-sticker...................... 8
1.8 Reglementair gebruik....................... 8
1.8.1 Beoogd gebruik armaturenblok........ 8
1.8.2 Beoogd gebruik magneetklep........... 9
1.8.3 Beoogd gebruik debietmeter............ 9
1.8.4 Gebuiksdoel drukverhogingspomp... 10
1.8.5 Beoogd gebruik luchtcompressor..... 10
2 Technische gegevens................................ 13
2.1 Algemene gegevens......................... 13
2.2 Aansluitwaarden............................... 14
2.3 Bedrijfsomstandigheden................... 14
2.4 Prestatiewaarden pompeenheid SD
6–3.................................................... 15
2.5 Geluidsvermogensniveau................. 15
2.6 Trillingen........................................... 15
3 Transport, verpakking en opslag.............. 16
3.1 Veiligheidsaanwijzingen voor het
transport........................................... 16
3.2 Transportinspectie............................ 17
3.3 Verpakking........................................ 17
3.4 Kraantransport.................................. 18
3.5 Transport in bestelwagen................. 18
3.6 Transport in afzonderlijke onder-
delen................................................. 18
3.7 Transport van machine die reeds in
werking is......................................... 19
4 Beschrijving................................................ 20
4.1 Overzicht.......................................... 20
4.2 Werkingsprincipe G 4 X FU 230V.... 21
4.3 Functiebeschrijving G 4 X FU 230V. 21
4.4 Toepassingsgebieden...................... 21
4.5 Componentenbeschrijving................ 22
4.5.1 Materiaalreservoir............................. 22
4.5.2 Schakelkast art.nr. 00254664........... 23
4.5.3 Schakelkast art.nr. 00594464........... 24
4.5.4 Mengbuis met motor en pomp.......... 25
4.5.5 Waterarmatuur.................................. 25
4.5.6 Luchtcompressor.............................. 26
4.5.7 Morteldrukmanometer...................... 26
4.6 Aansluitingen.................................... 27
4.7 Modi.................................................. 27
4.8 Drukverhogingspomp....................... 28
4.9 Accessoires...................................... 29
5 Bediening..................................................... 31
5.1 Veiligheid.......................................... 31
5.1.1 Veiligheidsregels.............................. 32
5.1.2 Machine bewaken............................ 32
5.1.3 Schadelijke stoffen........................... 32
5.1.4 Veiligheidsvoorziening...................... 33
5.1.5 Systeembewaking............................ 33
5.1.6 Morteldrukmanometer...................... 33
5.2 Controle door operator..................... 34
5.3 Machine voorbereiden...................... 34
5.3.1 Gevaar voor letsel door draaiende
waaier............................................... 34
5.3.2 Machine plaatsen............................. 34
5.3.3 Aansluiting van de voeding.............. 35
5.3.4 Aansluiting van de wateraanvoer..... 36
5.3.5 Machine inschakelen........................ 38
5.3.6 Mortelslangen................................... 39
5.3.7 Persluchtaanvoer.............................. 40
5.3.8 Machine met droog materiaal
verzorgen.......................................... 41
5.3.9 Drukverhogingspomp (toebehoor).... 42
5.4 Stilzetten in een noodgeval.............. 44
5.5 Machine in gebruik nemen............... 45
5.5.1 Mortelconsistentie controleren......... 45
5.5.2 Machine met materiaal inschakelen. 45
5.6 Afstandsbediening............................ 46
5.7 Mortel aanbrengen........................... 46
5.7.1 Luchtkraan op het spuitapparaat
openen.............................................. 47
5.8 Werkonderbreking............................ 47
5.8.1 Bij een langere werkonderbre-
king/pauze........................................ 48
5.9 Luchtcompressor uitschakelen......... 48
5.10 Machine uitschakelen....................... 49
5.11 Maatregelen bij stroomuitval............ 49
5.11.1 Morteldruk afbouwen........................ 50
5.11.2 Machine na een stroomstoring weer
inschakelen....................................... 50
5.12 Maatregelen bij vorstgevaar............. 51
5.12.1 Waterarmatuur droog blazen............ 52
pagina 3 / 80