Algemene veiligheidsinstructies
1. De veiligheidsinstructies en waarschuwingen voor gevaar aan de machine moeten in acht
worden genomen en leesbaar worden gehouden!
2. In- en uitschakelprocedures, controle-indicaties en signaallampen moeten conform de
gebruiksaanwijzing in acht worden genomen.
3. De machine moet stabiel op een effen oppervlak worden opgesteld en tegen onbedoelde
bewegingen worden beveiligd. Deze mag noch kantelen noch wegrollen. De machine dient zo
te worden opgesteld dat deze niet door omlaagvallende voorwerpen geraakt kan worden. De
bedieningselementen moeten vrij toegankelijk zijn.
4. Tenminste een keer per ploeg moet de machine op uiterlijk herkenbare beschadigingen en
gebreken worden gecontroleerd! Daarbij moet in het bijzonder op elektrische toevoerleidingen,
koppelingen, stekkers, lucht-, water- en transportleidingen worden gelet. Vastgestelde
gebreken moeten onmiddellijk worden verholpen.
5. Reserveonderdelen moeten aan de door de fabrikant vastgelegde technische vereisten
voldoen. Dat is bij originele PFT-onderdelen altijd gegarandeerd!
6. De machine mag alleen op een bouwstroomverdeler met een met FI-veiligheidsschakelaar
(30mA) worden aangesloten. Als de besturing van de machine een frequentieomvormer met 3
fasen bevat, dan moet de FI-veiligheidsschakelaar (30mA) van de bouwstroomverdeler
gevoelig zijn voor alle soorten stroom.
7. De machine mag uitsluitend door geschoold of geïnstrueerd personeel in gebruik worden
genomen. De bevoegdheden van het personeel voor het bedienen, instellen, onderhouden en
in stand houden moet duidelijk worden vastgelegd!
8. Personeel dat geschoold of onderwezen wordt of dat zich in opleiding bevindt, mag enkel
onder toezicht van een ervaren persoon aan de machine werken!
9. Werkzaamheden aan elektrische uitrustingen van de machine mogen uitsluitend door een
elektrotechnicus of door elektrisch geschoolde personen onder toezicht van een
elektrotechnicus volgens de elektrotechnische regels worden uitgevoerd.
10. Bij onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moet de machine compleet zijn uitgeschakeld en
tegen onverwacht opnieuw inschakelen worden beveiligd (bijv. hoofdschakelaar afsluiten en
sleutel uittrekken of een waarschuwingsbord aan de hoofdschakelaar aanbrengen).
11. Indien werkzaamheden aan spanningvoerende delen noodzakelijk zijn, dan moet er een
tweede persoon bij worden gehaald die in geval van nood de stroomtoevoer kan onderbreken.
12. Voor het openen van verbindingen van de transportleiding moet u de installatie drukloos
schakelen!
13. Voor het reinigen van de machine met een waterstraal moeten alle openingen worden afgedekt
waarin om veiligheids- en functieredenen geen water mag indringen (bijv.: elektromotoren en
schakelkasten). Na het reinigen de afdekkingen volledig verwijderen.
14. Alleen originele zekeringen met de voorgeschreven stroomsterkte gebruiken!
15. Ook bij een geringe verandering van standplaats moet de machine van elke externe
energietoevoer worden gescheiden. Voordat de machine opnieuw in gebruik wordt genomen,
moet deze weer volgens de voorschriften op het stroomnet worden aangesloten.
16. Een kraantransport van de machine is alleen toegestaan als de machine stevig op een euro-
pallet wordt vastgebonden. Alle verwijderbare delen moeten van tevoren worden
gedemonteerd. Niemand mag zich in de gevarenzone van de kraan bevinden. Alle
maatregelen moeten worden getroffen om ervoor te zorgen dat er geen delen omlaag kunnen
vallen.
17. Veiligheidsinrichtingen, zoals bijv. kantelschakelaars, schermroosters, enz. mogen niet worden
gemanipuleerd. Voor u begint te werken, moeten de veiligheidsinrichtingen apart worden
gecontroleerd.
18. Bij langere werkpauzes dient u er rekening mee te houden dat het materiaal hard wordt, wat tot
bedrijfsstoringen leidt. Daarom bij langere pauzes altijd de machine leeg draaien en reinigen
(incl. spuittoestel en transportslangen).
19. Nooit met voorwerpen in de bak met droogmateriaal of het pompreservoir grijpen.
20. Als een permanent geluidsdrukniveau van 85 dB(A) wordt overschreden, moet er passende
geluidsbescherming ter beschikking worden gesteld.