Werk met het meetinstrument niet in ruimtes of onder ongunstige weersomstandigheden, waarin/waarbij
brandbare gassen, dampen of stofdeeltjes aanwezig zijn of aanwezig kunnen zijn. Het apparaat mag niet
in explosieve bereiken (Ex) worden gebruikt.
Als spanningsbron mag uitsluitend een geschikte contactdoos (100-240 V/AC, 50/60 Hz) van het openbare
elektriciteitsnet worden gebruikt. De contactdoos moet zich in de buurt van het apparaat bevinden en
gemakkelijk toegankelijk zijn of er moet een noodstop aanwezig zijn.
Vermijd het gebruik van het apparaat in de onmiddellijke buurt van sterke magnetische of elektromagneti-
sche velden, zendantennes of HF-generatoren. Daardoor kan de meetwaarde worden vervalst.
Gebruik voor het meten alleen de meegeleverde meetdraden resp. meetaccessoires, die op de specica-
ties van de DSO afgestemd zijn.
Zet het apparaat uit en beveilig het tegen onbedoeld gebruik als kan worden aangenomen dat een veilig
gebruik niet meer mogelijk is. Ga ervan uit dat veilige werking niet meer mogelijk is indien:
- het apparaat zichtbaar beschadigd is,
- het apparaat niet meer functioneert en
- na lange opslag onder ongunstige omstandigheden of
- na zware transportbelastingen.
Schakel het product nooit onmiddellijk in nadat het vanuit een koude naar een warme ruimte verplaatst
werd. De condens die hierbij ontstaat kan uw apparaat onherstelbaar beschadigen. Laat het apparaat
zonder het in te schakelen op kamertemperatuur komen.
Haal het product niet uit elkaar! U loopt kans op een levensgevaarlijke elektrische schok!
Laat het verpakkingsmateriaal niet rondslingeren, dit kan voor kinderen gevaarlijk speelgoed zijn.
Het product is alleen geschikt voor droge binnenruimtes (geen badkamers of andere vochtige ruimtes).
Voorkom dat het apparaat vochtig of nat wordt. U loopt kans op een levensgevaarlijke elektrische schok!
In industriële omgevingen dienen de Arbo-voorschriften ter voorkoming van ongevallen met betrekking tot
elektrische installaties en bedrijfsmiddelen in acht te worden genomen.
In scholen, opleidingscentra, hobby- en doe-het-zelf markten dient het gebruik van meetinstrumenten en
accessoires door geschoold personeel verantwoordelijk bewaakt te worden.
Gelieve u tot een vakman te wenden indien u vragen hebt omtrent de werkwijze, veiligheid of aansluiting
van het product.
Ga voorzichtig met het product om. Door schokken, slagen of een val, ook van geringe hoogte, kan het
beschadigd raken.
Neem ook de gedetailleerde gebruiksaanwijzing in de meetsoftware in acht (help).
Dit apparaat heeft de fabriek in onberispelijke staat verlaten.
Om deze staat te handhaven en een veilig gebruik te waarborgen, dient u de veiligheidsaanwijzingen
en waarschuwingen die zijn opgenomen in de meegeleverde handleidingen in acht te nemen. Neem de
volgende pictogrammen in acht:
Een uitroepteken in een driehoek wijst op belangrijke instructies in deze gebruiksaanwijzing die
absoluut moeten worden opgevolgd.
Het „pijl“-pictogram vindt u bij bijzondere tips en aanwijzingen over de bediening.
Dit apparaat is CE-goedgekeurd en voldoet aan de betrokken Europese richtlijnen
DSO-2074G
Netvoedingadapter met 4 netstekker-adapters (Euro/GB/US/AU)
4 Probes met omschakelbare spanningsverdeler (1:1, 10:1)
Meetsoftware-mini-CD (met uitgebreide handleiding in het software-menupunt „Help“)
USB-aansluitkabel 1 m
BNC-meetkabel 90 cm
Tas
Korte gebruiksaanwijzing
O
Het oscilloscoop-voorzetstuk dient in combinatie met een Windows®-gebaseerde computer met een vrije
USB 2.0-interface als een volwaardige digitale geheugenoscilloscoop (in het kort DSO) voor de visuele
weergave van elektrische grootheden en signalen. Voor de meting staan vier van elkaar onafhankelijke
ingangskanalen ter beschikking. De aansluiting van de probes op de DSO geschiedt via BNC-stekkers.
De bediening en weergave geschiedt via de meegeleverde meetsoftware. Deze voldoet aan een feitelijk
oscilloscoop-bedieningspaneel. Tevens staan een spectrumanalysator (FFT), wiskundige gespecialiseerde
functies en een cursor voor het meten van signalen ter beschikking. De bandbreedte bedraagt 70 MHz en
de real-time samplingsnelheid 200 MS/s (mega-samples/seconde).
De gemeten signalen kunnen in verschillende indelingen worden opgeslagen en opgeroepen resp. in
andere programma’s verder worden verwerkt.
Voor een eenvoudige bediening kunnen gebruikersgedenieerde instellingen worden opgeslagen en
opgeroepen.
De vermelde meetspanning van 40 V/DC of 40 Vp/AC mag nooit worden overschreden. Gebruik eventueel
spanningdelende probes. Het gebruik is uitsluitend toegestaan in het bereik van meetcategorie CAT I voor
signaalspanningen.
Tevens is een willekeurige DDS-functiegenerator meegeleverd (1-kanaal) waarmee de vrij genereerbare en
direct-digitale signalen (DDS) kunnen worden geproduceerd. Het frequentiebereik reikt van DC - 25 MHz
met een verticale resolutie van 12 bits en een geheugendiepte van 4000 samples.
Voor de werking is een wereldwijd te gebruiken netvoedingadapter met verwisselbare stekkers meegele-
verd. Kies de voor uw land geschikte stekkeradapter en steek deze op de netvoedingadapter.
Elke andere toepassing dan hierboven beschreven kan leiden tot beschadiging van dit product. Voorts
bestaat hierbij kans op bijvoorbeeld kortsluiting, brand of een elektrische schok.
Het totale product mag niet worden gewijzigd resp. omgebouwd en de behuizing mag niet worden
geopend.
Metingen mogen niet in vochtige ruimtes, buitenshuis en bij ongunstige omgevingsomstandigheden
plaatsvinden.
- Ongunstige omgevingscondities zijn:
- Natheid of hoge luchtvochtigheid,
- aanwezigheid van stof, brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen,
onweer resp. onweerachtige condities zoals sterke elektrostatische velden.
Volg de veiligheidsaanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing te allen tijde op.
In deze korte handleiding worden de veiligheidsmaatregelen en de installatie van de apparatuur en de
software verklaard om het werken met de apparatuur zo veilig mogelijk te maken. De afzonderlijke functies
van de apparatuur worden uitvoerig verklaard in de helpfunctie (help) van de meetsoftware.
De uitvoerige handleiding voor de installatie van de apparatuur, het stuurprogramma en voor het meetbe-
drijf kan in de meetsoftware in het menupunt „Help“ worden geraadpleegd.
Bij schade veroorzaakt door het niet raadplegen en opvolgen van deze gebruiksaanwijzing, vervalt elk
recht op waarborg/garantie! Voor gevolgschade aanvaarden wij geen enkele aansprakelijkheid!
Wij zijn niet verantwoordelijk voor materiële schade of persoonlijk letsel veroorzaakt door ondeskundig
gebruik of door het niet opvolgen van de veiligheidsaanwijzingen! In dergelijke gevallen vervalt elke vorm
van garantie.
Om veiligheids- en keuringsredenen (CE) is het eigenmachtig ombouwen en/of veranderen van het product
niet toegestaan.
De massa-aansluitingen van de meetingangen zijn direct met de massa-aansluiting van de USB-poort en
de netvoedingadapter verbonden. Let op dat de te meten schakeling galvanisch van het net gescheiden is
(bijv. door een scheidingstransformator).
Meetinstrumenten en accessoires buiten het bereik van kinderen houden. Wees daarom extra voorzichtig
als er kinderen aanwezig zijn.
Sluit de BNC-uitgang van de probe eerst op de prex van de oscilloscoop aan, voordat u de probe met
de te testen stroomkring verbindt. Koppel na het einde van de meting eerst de meetcontacten los van de
meetkring voordat u de BNC-uitgang van de probe loskoppelt van de oscilloscoop-prex.
Wees bijzonder voorzichtig bij het omgaan met wisselspanningen (AC) groter dan 33 V of gelijkspanningen
(DC) groter dan 70 V! Het aanraken van een draad onder deze spanning kan al leiden tot een levensge-
vaarlijke elektrische schok.
Controleer voor elke meting uw meetinstrument en de meetdraden op beschadigingen. Voer in geen geval
metingen door als de beschermende isolatie is beschadigd (ingescheurd, afgescheurd, enz.).
Om een elektrische schok te vermijden dient u ervoor te zorgen dat u de te meten aansluitingen/meetpun-
ten tijdens het meten niet - ook niet indirect - aanraakt.
U mag tijdens de meting niet naast de voelbare greepmarkering van de probes grijpen. U loopt de kans op
een levensgevaarlijke elektrische schok.
Gebruik het apparaat nooit kort voor, tijdens, of kort na een onweersbui (blikseminslag! / energierijke
overspanningen!). Let erop dat uw handen, schoenen, kleding, de vloer, het meetinstrument of de meets-
noeren, de schakelingen of onderdelen daarvan, enz. volkomen droog zijn.