29
TIPS VOOR EEN ONGESTOORD KOFFIEGENOT
1. Zorg ervoor dat uw koffiezetapparaat altijd schoon en ontkalkt is.
2. Bewaar koffiebonen en gemalen koffie in een goed gesloten doos op een koele en donkere plaats
maar niet in de koelkast.
3. Voor een optimaal koffiegenot adviseren wij om koffiebonen pas direct vóór het gebruik te malen.
4. Gebruik alleen vers water.
5. Koffie smaakt ’t best als hij vers gezet wordt. Als koffie lange tijd warm gehouden wordt, kan hij
een bittere smaak krijgen.
VÓÓR HET EERSTE GEBRUIK
1. Alle verpakkingsmaterialen verwijderen. Houd verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen -
gevaar voor verstikking!
2. Beker, deksel , filterhouder en continufilter in heet water met een mild afwasmiddel spoelen, met
helder water naspoelen en goed afdrogen.
3. Behuizing met een vochtige doek afvegen en afdrogen.
4. Vóór het eerste gebruik of als het apparaat vrij lang ongebruikt is, watervulreservoir tot de
maximale hoeveelheid met helder, koud water vullen en drie zetprocessen zonder gemalen koffie
uitvoeren.
BEDIENEN
1. Controleer of het apparaat uitgeschakeld is.
2. Om water bij te vullen het deksel opklappen. Koud water tot het gewenste vulvolume in het
watervulreservoir doen (doe er echter niet meer water in dan tot de MAX-markering). De gewenste
waterhoeveelheid hangt af van uw persoonlijke smaak voor koffie.
3. Draai de watersproeier naar achteren om eerst de filterhouder en dan het continufilter te
plaatsen. Neem de uitsparingen voor filterhouder en continufilter in acht om te waarborgen dat
beide onderdelen correct zitten.
4. Het continufilter vullen met de vereiste hoeveelheid koffie, naar smaak per beker 5-7 g (ca.
1 maatlepel) middelfijn gemalen koffie. Te fijn gemalen koffie kan de poriën van het filter
verstoppen en leiden tot overlopen. Doe niet te veel gemalen koffie in het filter,
omdat dit anders kan overlopen.
5. Belangrijk: Draai de watersproeier nu weer naar voren, tot deze zich pal boven
het continufilter bevindt.
6. Deksel sluiten.
7. Controleer of het wegzetvlak onderaan het apparaat bevestigd is.
8. Zet de beker zonder het deksel van de beker op het wegzetvlak.
9. Steek de stekker in een stopcontact (220–240 V~, 50 Hz).
10. Koffieautomaat met de in-/uitschakelaar (I/O) inschakelen. De rode controlelamp
gaat branden en het zetproces begint.
11. Na beëindiging van het zetproces kan de beker worden weggepakt.
12. Attentie: Verwijder de beker niet tijdens het zetproces a.u.b.
Copyright UNOLD AG | www.unold.de