Nikon SB-910 Handleiding

Type
Handleiding
Gebruikshandleiding
Autofocus Speedlight
Gedrukt in Europa
TT5E05(1F)
8MSA451F-05
Nl
Nl
Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen, in
welke vorm ook, volledig of gedeeltelijk, zonder de
schriftelijke toestemming van NIKON CORPORATION
(met uitzondering van korte citaten in artikels of
besprekingen).
AMA14358
Nikon Manual Viewer 2
Installeer de app Nikon Manual Viewer 2 op
uw smartphone of tablet om digitale
camerahandleidingen van Nikon overal en altijd te
bekijken. Nikon Manual Viewer 2 kan gratis worden
gedownload in de App Store of via Google Play.
A
Voorbereiding
A–2
Over de SB-910 en deze gebruikshandleiding
Hartelijk dank voor de aanschaf van de Nikon Speedlight SB-910. Lees deze
gebruikshandleiding grondig door voordat u de Speedlight gaat gebruiken, om
ervoor te zorgen dat u de Speedlight optimaal benut. Bewaar de handleiding voor
het geval u deze in de toekomst nogmaals nodig hebt.
Vinden wat u zoekt
i
Inhoudsopgave
(0A-11)
Hierin kunt u zoeken op item, zoals bedieningsmethode, itsstand of functie.
i
Eenvoudig zoeken op doelstelling
(0A-9)
U kunt zoeken op basis van uw doelstelling zonder dat u de speci eke naam of
term kent van het item dat u zoekt.
i
Index
(0H-22)
U kunt zoeken met behulp van de alfabetische index.
i
Problemen oplossen
(0H-1)
Hier kunt u de oorzaak achterhalen als u een probleem hebt met uw Speedlight.
Voor uw veiligheid
Lees de veiligheidsinstructies in “Voor uw veiligheid” (0A-14 – A-18) voordat u de
Speedlight de eerste maal gebruikt.
A–3
A
Voorbereiding
Meegeleverde accessoires
Controleer of alle onderstaande accessoires bij de SB-910 zijn meegeleverd. Als er
accessoires ontbreken, moet u meteen contact opnemen met de winkel waar u de
SB-910 hebt gekocht.
Speedlight- itsstandaard AS-21 Zachte tas SS-910
Nikon-diffusiekap SW-13H Gebruikshandleiding (deze handleiding)
Filter voor tl-licht SZ-2FL Een verzameling voorbeeldfoto’s
Filter voor gloeilamplicht SZ-2TN Garantiekaart
Zachte tas SS-910
SB-910
Speedlight-
itsstandaard AS-21
Filter voor tl-licht SZ-2FL
Filter voor gloeilamplicht SZ-2TN
Nikon-diffusiekap
SW-13H
A
Voorbereiding
A–4
Over de SB-910 en deze gebruikshandleiding
Over de SB-910
De SB-910 is een krachtige Speedlight die compatibel is met het Nikon Creatief
Verlichtingssysteem (CLS) met een richtgetal van 34/48 (ISO 100/200,m) (positie
van de zoomkop op 35 mm bij Nikon FX-formaat met standaard
verlichtingspatroon, 20 °C).
CLS-compatibele camera’s
Nikon digitale spiegelreflexcamera’s (Nikon FX/DX-formaat)
(uitgezonder
d D1-serie, D100), F6, COOLPIX-camera’s (A, P7800,
P7700, P7100, P7000, P6000)
Over deze gebruikshandleiding
Deze handleiding is samengesteld met de veronderstelling dat de SB-910 wordt
gebruikt in combinatie met een camera die compatibel is met het CLS en een
CPU-objectief (0A-5). Lees deze gebruikshandleiding grondig door voordat u de
Speedlight gaat gebruiken, om ervoor te zorgen dat u de Speedlight optimaal
benut.
Voor gebruik met niet-CLS-compatibele spiegelreflexcamera’s wordt u verwezen
naar “Voor gebruik met niet-CLS compatibele spiegelreflexcamera’s.” (0F-1)
Voor gebruik met i-DDL-compatibele COOLPIX-camera’s (P5100, P5000, E8800,
E8700, E8400) wordt u verwezen naar “Voor gebruik met COOLPIX-camera’s.”
(0G-1)
Het aparte boekje “Een verzameling voorbeeldfoto’s” biedt een overzicht van de
flitsmogelijkheden van de SB-910 met voorbeeldfoto’s.
Voor camerafuncties en -instellingen, raadpleeg de gebruikshandleiding van de
camera.
Symbolen die worden gebruikt in deze gebruikshandleiding
v Staat bij informatie waaraan u speciale aandacht moet schenken om
te voorkomen dat de Speedlight defect raakt en om fouten tijdens het
fotograferen te vermijden.
t Staat bij informatie of tips die het gebruik van de Speedlight
vereenvoudigen.
0 Verwijzingen naar andere pagina’s in deze gebruikshandleiding.
A–5
A
Voorbereiding
tTips voor het herkennen van CPU NIKKOR-objectieven
CPU-objectieven hebben CPU-contacten.
De SB-910 kan niet worden gebruikt met IX-Nikkor-
objectieven.
CPU-contacten
A
Voorbereiding
A–6
Over de SB-910 en deze gebruikshandleiding
Terminologie
Standaardinstellingen
De instellingen voor functies en standen op het moment van aankoop
Nikon Creatief Verlichtingssysteem ( CLS)
Een verlichtingssysteem dat diverse itsmogelijkheden biedt met verbeterde
communicatie tussen de Nikon Speedlights en camera’s
Verlichtingspatronen
Controletypes van lichtwegval aan de randen; de SB-910 heeft drie
verlichtingspatronen, standaard, gelijkmatig en centrumgericht.
FX-formaat/ DX-formaat
Beeldgebieden van de Nikon digitale spiegelre excamera (FX-formaat: 36 × 24,
DX-formaat: 24×16)
Richtgetal (RG)
De hoeveelheid licht van de itser; RG = afstand itser tot onderwerp (m) ×
f-waarde van het diafragma (ISO 100)
Positie van de zoomkop
Positie van een Speedlight-zoomkop; de dekkingshoek verandert wanneer de
positie van de zoomkop verandert.
Effectieve itsafstand
Afstand van itser tot onderwerp met correct aangepaste itssterkte
Afstandsbereik bij itsopnamen
Bereik van de effectieve itsafstand
Flitscorrectie
Intentionele aanpassing van de itssterkte voor de gewenste helderheid
A–7
A
Voorbereiding
i-DDL-stand
Flitsstand waarbij de Speedlight monitorvoor itsen afgeeft en de camera het
weerkaatste licht meet en de itssterkte van de Speedlight regelt
Monitorvoor itsen
Nauwelijks zichtbare itsen die worden uitgezonden vóór de echte itsen zodat
de camera het licht dat op het onderwerp wordt weerspiegeld kan meten
i-DDL-uitgebalanceerde invul its
Type i-DDL-stand waarbij het itssterkteniveau wordt ingesteld op een goed
uitgebalanceerde belichting van het hoofdonderwerp en de achtergrond
Standaard i-DDL
Type i-DDL-stand waarbij het itssterkteniveau wordt ingesteld op een juiste
belichting van het hoofdonderwerp ongeacht de helderheid van de achtergrond
Flitsstand automatisch diafragma
Niet-DDL automatische itsstand met diafragmaprioriteit; de Speedlight meet
het weerkaatste itslicht en regelt de itssterkte overeenkomstig de weerkaatste
itslichtgegevens en de objectief- en camera-informatie
Niet-DDL automatische itsstand
Automatische itsstand zonder DDL; de Speedlight meet het weerkaatste itslicht
en regelt de itssterkte overeenkomstig de weerkaatste itslichtgegevens
Handmatige itsmodus met afstandsprioriteit
Handmatige itsmodus met afstandsprioriteit; de afstand itser tot onderwerp
wordt ingesteld en het itssterkteniveau van de Speedlight wordt aangepast in
overeenstemming met de camera-instellingen.
Handmatige itsmodus
Flitsstand waarbij het itssterkteniveau en het diafragma handmatig worden
ingesteld om de gewenste belichting te verkrijgen
Stroboscopische itsmodus
Flitsmodus waarbij de Speedlight herhaaldelijk tijdens een enkele opname itst om
meervoudige stroboscopische effecten te verkrijgen
A
Voorbereiding
A–8
Over de SB-910 en deze gebruikshandleiding
Stap
De eenheid van de sluitertijd of het diafragma; een wijziging van één stap halveert/
verdubbelt de hoeveelheid licht die de camera binnenvalt
EV (LW, belichtingswaarde)
Een toename van 1 in de belichtingswaarde komt overeen met een wijziging van
één stap in de belichting, wat u kunt bewerkstelligen door de sluitertijd of het
diafragma te halveren/verdubbelen
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Flitsfotogra e waarbij met meerdere draadloze itsers gelijktijdig wordt ge itst
Hoofd itser
De itser die de secundaire itsers bestuurt bij itsfotogra e met meerdere
itsers
Secundaire itser
Een itser die itst op basis van opdrachten vanaf de hoofd itser
Geavanceerde draadloze itssturing
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers met CLS; meervoudige
secundaire itsergroepen kunnen worden gestuurd door de hoofd itser.
SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers geschikt voor het fotograferen
van een snel bewegend onderwerp; de hoofd itser en de secundaire itsers
itsen bijna tegelijk omdat de hoofd itser geen monitorvoor itsen afgeeft.
A–9
A
Eenvoudig zoeken op doelstelling
U kunt zoeken naar speci eke informatie aan de hand van uw doelstelling.
Flitsfotografie 1 (met SB-910 op camera gemonteerd)
Ik wil meer weten over Trefwoorden
0
De itsstanden Flitsstanden C-1
De eenvoudigste manier om foto’s te maken Basisprocedures B-6
Formele groepsfoto’s maken
Verlichtingspatroon:
Gelijkmatig
E-2
Portretfoto’s maken waarbij het hoofdonderwerp
wordt benadrukt
Verlichtingspatroon:
Centrumgericht
E-2
Foto’s maken met zachte schaduwen
op een muur
Indirect itsen E-4
De lichtomstandigheden controleren Instellicht E-21
Lichtere (of donkere) foto’s maken van het
onderwerp
Flitscorrectie E-17
Foto’s maken bij tl-licht en gloeilamplicht, waarbij de
kleur van het licht wordt gecorrigeerd
Kleurcorrectie lters E-12
Foto’s maken waarbij een bepaalde kleur wordt
toegevoegd
Kleur lters E-12
Flitsfoto’s maken met autofocus bij weinig licht AF-hulpverlichting E-19
Nachtfoto’s maken van het onderwerp en de
achtergrond
Trage synchronisatie E-25
Foto’s maken zonder dat personen rode ogen
hebben
Rode-ogenreductie E-25
Foto’s maken van een bewegend onderwerp met
stroboscopische meervoudige belichtingseffecten
Stroboscopische itsmodus C-18
Gebruik van de SB-910 met een niet-CLS-
compatibele spiegelre excamera
Niet-CLS-compatibele
spiegelre excamera
F-1
Gebruik van de SB-910 met een COOLPIX-camera COOLPIX-camera’s G-1
B
C
D
E
F
G
H
A
Voorbereiding
A–10
Eenvoudig zoeken op doelstelling
Flitsfotografie 2 (met draadloze SB-910)
Ik wil meer weten over Trefwoorden
0
Foto’s maken met meerdere itsers
Geavanceerde draadloze
itssturing
D-1
Een snelbewegend onderwerp fotograferen met
meervoudige draadloze itsers
SU-4-type fotograferen met
meervoudige draadloze
itsers
D-12
Foto’s maken met de SB-910 en een COOLPIX-
camera compatibel met fotograferen met
meervoudige draadloze itsers
CLS-compatibele COOLPIX-
camera’s
G-1
Instellingen en bediening
Ik wil meer weten over Trefwoorden
0
Het soort batterijen dat ik in de Speedlight moet
gebruiken
Geschikte batterij B-7
De oplaadtijd en hoeveel itsen er mogelijk zijn met
een stel verse batterijen
Min. aantal itsen/oplaadtijd
voor elk type batterij
H-21
De instellingen van de functies veranderen Persoonlijke instellingen B-13
De diverse instellingen terugzetten Reset met twee knoppen B-12
De schijf en knoppen van de Speedlight vergrendelen
om abusievelijke bediening te voorkomen
Knopvergrendeling B-4
De rmware van de Speedlight updaten Firmware-update H-9
A–11
A
Inhoudsopgave
A
Voorbereiding
Over de SB-910 en deze gebruikshandleiding ........................................A-2
Eenvoudig zoeken op doelstelling .........................................................A-9
Voor uw veiligheid ..............................................................................A-14
Controleren vóór gebruik ....................................................................A-19
B
Bediening
Onderdelen van de Speedlight .............................................................. B-1
Functieknoppen .................................................................................... B-5
Basisprocedures .................................................................................... B-6
Instellingen en het lcd ......................................................................... B-12
Persoonlijke functies en instellingen ................................................... B-13
C
Flitsstanden
i-DDL-stand...........................................................................................C-1
Flitsstand automatisch diafragma ..........................................................C-5
Niet-DDL automatische itsstand ..........................................................C-8
Handmatige itsmodus met afstandsprioriteit .....................................C-12
Handmatige itsmodus .......................................................................C-15
Stroboscopische itsmodus .................................................................C-18
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Instellingen op de SB-910 voor fotograferen met meervoudige
draadloze itsers ................................................................................D-1
Functies op de SB-910 voor met meervoudige draadloze itsers ............D-4
De hoofd itser instellen ........................................................................D-6
De secundaire itser instellen ................................................................D-7
Geavanceerde draadloze itssturing ......................................................D-8
SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze itsers ................D-12
Secundaire itsers ...............................................................................D-17
De opnameomstandigheden controleren bij fotograferen met
meervoudige draadloze itsers .........................................................D-20
B
C
D
E
F
G
H
A
Voorbereiding
A–12
Inhoudsopgave
E
Functies
Het verlichtingspatroon wijzigen ........................................................... E-2
Indirect itsen ....................................................................................... E-4
Close-up foto’s maken .......................................................................... E-9
Flitsfotogra e met kleur lters .............................................................. E-12
Ondersteunende itsfuncties ............................................................... E-17
• Flitscorrectie ................................................................................. E-17
• Power zoom-functie ..................................................................... E-18
• AF-hulpverlichting ........................................................................ E-19
Handmatige instelling van ISO-gevoeligheid .................................. E-21
• Test its ......................................................................................... E-21
• Instellicht ...................................................................................... E-21
• Stand-by-functie ........................................................................... E-22
• Thermische onderbreker ............................................................... E-23
Functies die moeten worden ingesteld op de camera .......................... E-24
Automatische snelle FP-synchronisatie .......................................... E-24
Flitswaardevergrendeling (FV lock) ................................................ E-25
• Trage synchronisatie ..................................................................... E-25
Rode-ogenreductie/rode-ogenreductie met trage synchronisatie ... E-25
Synchronisatie op het tweede gordijn ........................................... E-26
F
Voor gebruik met niet-CLS compatibele
spiegelre excamera’s ............................................................... F-1
G
Voor gebruik met COOLPIX-camera’s ............................... G-1
A–13
A
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en
naslaginformatie
Problemen oplossen ..............................................................................H-1
Richtgetal, diafragma en afstand itser tot onderwerp ..........................H-4
Tips voor onderhoud van de Speedlight ................................................H-5
Opmerkingen over batterijen ................................................................H-7
Over het lcd-venster ..............................................................................H-8
Firmware-update ..................................................................................H-9
Optionele accessoires ..........................................................................H-10
Speci caties ........................................................................................H-13
Index ..................................................................................................H-22
B
C
D
E
F
G
H
A
Voorbereiding
A–14
Voor uw veiligheid
Lees de volgende veiligheidsinstructies zorgvuldig door voordat u dit product gaat
gebruiken om te zorgen dat u het product correct en veilig gebruikt en om schade
aan uw Nikon-product of letsel van uzelf of anderen te voorkomen.
Bewaar deze veiligheidsinstructies in de buurt van het product, zodat iedereen die
het product gebruikt ze kan lezen.
In deze handleiding worden veiligheidsinstructies aangeduid met deze symbolen:
WAARSCHUWING
Als u instructies die worden aangeduid met dit symbool negeert, kan dit leiden tot
persoonlijk letsel, de dood of schade aan eigendommen.
LET OP
Als u instructies die worden aangeduid met dit symbool negeert, kan dit leiden tot
schade aan eigendommen.
WAARSCHUWINGEN voor Speedlights
1. Als bijtende vloeistoffen uit de batterijen lekken en in uw ogen
terechtkomen, dient u uw ogen direct uit te spoelen met stromend
water en een arts te raadplegen. Uw ogen kunnen ernstig beschadigen als
ze niet snel worden behandeld.
2. Als bijtende vloeistoffen uit de batterijen lekken en in contact komen
met uw huid of kleding, dient u deze direct uit te spoelen met stromend
water. Langdurig contact kan leiden tot huidletsel.
3. Probeer de flitser nooit zelf uit elkaar te halen of te repareren, aangezien
dit een elektrische schok kan veroorzaken en ertoe kan leiden dat de flitser
defect raakt. Een dergelijk defect kan leiden tot persoonlijk letsel.
4. Als de flitser valt en beschadigd raakt, mag u blootliggende interne
metalen onderdelen niet aanraken. Dergelijke onderdelen, met name de
condensator en bijbehorende onderdelen, kunnen een hoge lading bevatten
en bij aanraking een elektrische schok veroorzaken. Koppel de voeding los of
verwijder de batterijen en zorg dat u de elektrische onderdelen van het product
niet aanraakt. Breng de flitser vervolgens voor reparatie naar een Nikon-
leverancier of de technische dienst van Nikon.
5. Als er warmte of rook vrijkomt of als u een brandlucht ruikt, dient u
het gebruik direct te stoppen en de batterijen te verwijderen om te
voorkomen dat de flitser vlam vat of smelt. Laat de flitser afkoelen, zodat u
deze veilig kunt aanraken en verwijder de batterijen. Breng de flitser daarna
voor reparatie naar een Nikon-leverancier of de technische dienst van Nikon.
A–15
A
Voorbereiding
6. De flitser mag nooit worden ondergedompeld in water of worden
blootgesteld aan regen, zout water of vocht, tenzij deze correct wordt
beschermd tegen vloeistoffen en vocht. Voor gebruik onder water is
een goedgekeurde onderwaterbehuizing vereist. Als water of vocht in de
flitser terechtkomt, kan dit ertoe leiden dat deze vlam vat of een elektrische
schok veroorzaken. In dat geval dient u onmiddellijk de batterijen uit de flitser
te verwijderen en deze vervolgens voor reparatie naar een Nikon-leverancier of
de technische dienst van Nikon te brengen.
Opmerking: reparatie van elektronische apparaten waarin water of vocht is
terechtgekomen, is vaak niet rendabel.
7. Gebruik de flitser niet in de buurt van ontvlambare of explosieve
gassen. Als de flitser wordt gebruikt in de buurt van ontvlambare gassen,
waaronder propaan, benzine en stof, kan dit leiden tot ontploffing of brand.
8. Gebruik de flitser niet terwijl deze is gericht op de bestuurder van een
rijdend voertuig, aangezien dit het gezichtsvermogen van de bestuurder
tijdelijk kan aantasten en een ongeluk kan veroorzaken.
9. Gebruik de flitser niet terwijl deze direct is gericht op de ogen van
een persoon die zich op korte afstand van de flitser bevindt, aangezien
hierdoor het netvlies kan beschadigen. Gebruik de flitser nooit op minder dan
één meter afstand van kinderen.
10. Gebruik de flitser niet terwijl de flitskop in aanraking komt met een
persoon of voorwerp. Dit kan leiden tot brandwonden en/of het ontvlammen
van kleding door de hitte van de flits.
11. Houd kleine accessoires buiten bereik van kinderen om te voorkomen dat
het accessoire wordt ingeslikt. Als een accessoires per ongeluk wordt ingeslikt,
dient u direct een arts te raadplegen.
12. Gebruik alleen de batterijen die in deze gebruikshandleiding worden
vermeld. Andere batterijen dan de vermelde batterijen kunnen bijtende
vloeistoffen lekken, ontploffen, vlam vatten of anderszins niet naar behoren
werken.
13. Gebruik geen batterijen van verschillende typen of merken of oude en
nieuwe batterijen door elkaar, aangezien de batterijen bijtende vloeistoffen
kunnen lekken, kunnen ontploffen of vlam kunnen vatten. Bij gebruik van meer
dan één batterij in een product, dient u altijd identieke batterijen te gebruiken
die tegelijk zijn aangeschaft.
14. Niet-oplaadbare batterijen, zoals mangaan-, alkaline- en
lithiumbatterijen, mogen nooit worden opgeladen in een batterijlader,
aangezien ze bijtende vloeistoffen kunnen lekken, kunnen ontploffen of vlam
kunnen vatten.
A
Voorbereiding
A–16
Voor uw veiligheid
15. Als u oplaadbare batterijen van standaardformaat (AA, AAA, C, D)
of andere gangbare oplaadbare batterijen, zoals Ni-MH batterijen,
gebruikt of als u deze oplaadt, mag u alleen de batterijlader gebruiken
die wordt voorgeschreven door de batterijproducent en dient u de
instructies zorgvuldig te lezen. U mag deze batterijen niet opladen
terwijl ze onjuist in de lader zijn geplaatst of voordat ze voldoende
zijn afgekoeld aangezien ze bijtende vloeistoffen kunnen lekken, kunnen
ontploffen of vlam kunnen vatten. Dezelfde waarschuwing geldt ook voor het
gebruik van de oplaadbare batterijen die zijn geleverd door de fabrikant van het
fotoproduct.
VOORZORGSMAATREGELEN voor Speedlights
1. Raak de flitser niet aan met natte handen, aangezien dit een elektrische
schok kan veroorzaken.
2. Houd de flitser uit de buurt van kinderen om te voorkomen dat ze de
flitser in hun mond stoppen of gevaarlijke delen van het product aanraken,
aangezien een dergelijke aanraking een elektrische schok kan veroorzaken.
3. Stel de flitser niet bloot aan hevige schokken, aangezien dit storingen kan
veroorzaken die ertoe leiden dat de flitser ontploft of vlam vat.
4. Gebruik nooit actieve middelen die ontvlambare stoffen bevatten, zoals
thinner, benzeen of verfoplosmiddelen, om de flitser te reinigen, spuit
nooit insectenspray op de flitser en bewaar het product ook nooit op
een plaats met chemicaliën, zoals kamfer en naftaleen, aangezien dit
de plastic behuizing kan beschadigen en brand of een elektrische schok kan
veroorzaken.
5. Verwijder de batterijen uit de flitser voordat u deze gedurende langere tijd
opbergt om te voorkomen dat de flitser vlam vat of bijtende vloeistoffen lekt.
WAARSCHUWINGEN voor batterijen
1. U mag batterijen nooit verhitten of in het vuur gooien, aangezien
dit ertoe kan leiden dat de batterijen bijtende vloeistoffen lekken, warmte
ontwikkelen of ontploffen.
2. U mag de batterijen niet kortsluiten of uit elkaar halen, aangezien
dit ertoe kan leiden dat de batterijen bijtende vloeistoffen lekken, warmte
ontwikkelen of ontploffen.
3. Gebruik geen batterijen van verschillende typen of merken of oude
en nieuwe batterijen door elkaar, aangezien dit ertoe kan leiden dat de
batterijen bijtende vloeistoffen lekken, warmte ontwikkelen of ontploffen.
4. Plaats batterijen niet met omgekeerde polariteit, aangezien dit ertoe kan
leiden dat de batterijen bijtende vloeistoffen lekken, warmte ontwikkelen of
ontploffen. Zelfs als slechts één batterij onjuist is geplaatst, zal dit een
storing in de Speedlight veroorzaken.
A–17
A
Voorbereiding
5. Gebruik de batterijlader die wordt voorgeschreven door de
batterijfabrikant om te voorkomen dat de batterijen bijtende vloeistoffen
lekken, warmte ontwikkelen of ontploffen.
6. Vervoer of bewaar batterijen niet samen met metalen voorwerpen zoals
kettingen en haarspelden aangezien dergelijke voorwerpen ertoe kunnen
leiden dat de batterijen kortsluiten, waardoor ze kunnen lekken, warmte
kunnen ontwikkelen of kunnen ontploffen. Met name als u een groot aantal
batterijen vervoert, dient u ze op te bergen in een speciale houder die
voorkomt dat de contactpunten van de batterijen elkaar aanraken. Dit
kan er namelijk toe leiden dat de batterijen kortsluiten, waardoor ze kunnen
lekken, warmte kunnen ontwikkelen of kunnen ontploffen.
7. Als bijtende vloeistoffen uit de batterijen lekken en in uw ogen
terechtkomen, dient u uw ogen direct uit te spoelen met stromend
water en een arts te raadplegen. Uw ogen kunnen ernstig beschadigen als
ze niet snel worden behandeld.
8. Als bijtende vloeistoffen uit de batterijen lekken en in contact komen
met uw huid of kleding, dient u deze direct uit te spoelen met stromend
water. Langdurig contact kan leiden tot huidletsel.
9. Houdt u altijd aan de waarschuwingen en instructies op de batterijen
om te voorkomen dat de batterijen bijtende vloeistoffen lekken, warmte
ontwikkelen of vlam vatten.
10. Gebruik alleen batterijen die worden vermeld in deze
gebruikshandleiding om te voorkomen dat de batterijen bijtende vloeistoffen
lekken, warmte ontwikkelen of ontploffen.
11. Open nooit de behuizing van de batterijen en gebruik geen
beschadigde batterijen, aangezien dergelijke batterijen bijtende vloeistoffen
kunnen lekken, warmte kunnen ontwikkelen of kunnen ontploffen.
12. Houd batterijen buiten bereik van kinderen om te voorkomen dat ze
worden ingeslikt. Als een batterij per ongeluk wordt ingeslikt, dient u direct een
arts te raadplegen.
13. Batterijen mogen niet worden ondergedompeld in water of worden
blootgesteld aan regen, vocht of zout water, tenzij ze correct worden
beschermd tegen een natte omgeving. Als water of vocht in de batterijen
terechtkomt, kan dit ertoe kan leiden dat ze bijtende vloeistoffen lekken of
warmte ontwikkelen.
14. Gebruik geen batterijen die er afwijkend uitzien, met inbegrip van een
afwijkende kleur of vorm. Dergelijke batterijen kunnen bijtende vloeistoffen
lekken of warmte ontwikkelen.
15. Stop het opladen van oplaadbare batterijen als het opladen niet binnen
de vermelde tijd is voltooid om te voorkomen dat de batterijen bijtende
vloeistoffen lekken of warmte ontwikkelen.
A
Voorbereiding
A–18
Voor uw veiligheid
16. Wanneer u batterijen weggooit of inlevert, dient u de contactpunten af
te dekken met tape. Als de positieve en negatieve contacten van de batterij
kortsluiten doordat ze in contact komen met metalen voorwerpen, kan dit
leiden tot brand, warmte-ontwikkeling of een ontploffing. Gooi gebruikte
batterijen weg in overeenstemming met de overheidsvoorschriften.
17. Niet-oplaadbare batterijen mogen nooit worden opgeladen in een
batterijlader, aangezien ze bijtende vloeistoffen kunnen lekken of warmte
kunnen ontwikkelen.
18. Verwijder lege batterijen direct uit het product, aangezien ze bijtende
vloeistoffen kunnen lekken, warmte kunnen ontwikkelen of kunnen ontploffen.
19. Wees voorzichtig dat u zich niet verbrandt wanneer u de batterijen
vervangt na continu-opnamen met de flits aangezien de batterijen in dit
geval erg warm kunnen zijn.
VOORZORGSMAATREGEL voor batterijen
Gooi niet met batterijen en stel ze niet bloot aan hevige schokken,
aangezien dit ertoe kan leiden dat de batterijen bijtende vloeistoffen lekken,
warmte ontwikkelen of ontploffen.
Mededeling voor Europese klanten
Dit pictogram geeft aan dat elektrische en elektronische apparaten
via gescheiden inzameling moet worden afgevoerd.
Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese
landen:
Dit product moet gescheiden van het overige afval worden
ingeleverd bij een daarvoor bestemd inzamelingspunt. Gooi dit
product niet weg als huishoudafval.
Gescheiden inzameling en recycling helpt bij het behoud van
natuurlijke bronnen en voorkomt negatieve consequenties voor
mens en milieu die kunnen ontstaan door onjuist weggooien van
afval.
Neem voor meer informatie contact op met de leverancier of de
gemeentelijke reinigingsdienst.
A–19
A
Voorbereiding
Controleren vóór gebruik
Tips voor het gebruik van de Speedlight
Maak testfoto’s
Maak testfoto’s voordat u foto’s maakt van een belangrijke gebeurtenis, zoals een
bruiloft of diploma-uitreiking.
Laat uw Speedlight regelmatig nakijken door Nikon
Nikon beveelt aan uw Speedlight ten minste eenmaal per twee jaar te laten
nakijken door een erkende leverancier of servicecenter.
Gebruik uw Speedlight met Nikon-apparatuur
De prestaties van de Nikon Speedlight SB-910 zijn geoptimaliseerd voor gebruik
met camera’s, objectieven en accessoires van Nikon.
Camera’s en accessoires van andere fabrikanten voldoen mogelijk niet aan Nikons
criteria voor speci caties en kunnen in dat geval de onderdelen van de SB-910
beschadigen. Nikon kan de prestaties van de SB-910 niet garanderen bij gebruik
met producten die niet door Nikon zijn geproduceerd.
Permanente kennisoverdracht
Als onderdeel van Nikon’s streven naar “permanente kennisoverdracht” en
voortdurende productondersteuning en training wordt online voortdurend actuele
informatie beschikbaar gesteld op de volgende websites:
Voor gebruikers in de VS:
http://www.nikonusa.com/
Voor gebruikers in Europa en Afrika:
http://www.europe-nikon.com/support/
Voor gebruikers in Azië, Oceanië en het Midden-Oosten:
http://www.nikon-asia.com/
Bezoek deze sites voor actuele productinformatie, tips en antwoorden op
veelgestelde vragen en voor algemeen advies over digitale beeldverwerking
en fotogra e. Neem voor meer informatie contact op met de Nikon-
vertegenwoordiger in uw regio. Bezoek de volgende website voor contactgegevens:
http://imaging.nikon.com/
B–1
B
Bediening
Bediening
B
Onderdelen van de Speedlight
PUSH
2
5
4
6
3
1
10
9
7
13
12
11
15
14
16
17
8
1 Flitskop
2 Ontgrendelingsknop voor het
kantelen/draaien van de itskop
(0B-9)
3 Deksel van het batterijvak
4 Ontgrendelingsknop van het
deksel van het batterijvak (0B-6)
5 Lichtsensorvenster voor
draadloze secundaire itser
(0D-17)
6 Ingebouwde re ectiekaart
(0E-8)
7 Ingebouwde groothoekdiffusor
(0E-10)
8 Flitsvenster
9 Filterdetector (0E-14)
10 AF-hulpverlichting (0E-19)
11 Flitsgereedaanduiding (in de
secundaire itserstand) (0D-20)
12 Aansluiting voor externe
voedingsbron (voorzien van
afdekkapje) (
H-11)
13 Lichtsensor voor niet-DDL
automatisch itsen (
C-5, C-8)
B–2
B
Bediening
20
21
22
24
19
18
23
14 Contacten voor de AF-
hulpverlichting
15 Vergrendelingspin
16 Contacten accessoireschoen
17 Bevestigingsvoetje
18 Schaal voor kantelhoek van
itskop (0E-4)
19 Schaal voor draaihoek van
itskop (0E-4)
20 Afdekkapje van synchronisatie-
aansluiting
21 Synchronisatie-aansluiting
22 Lcd-venster (0B-12)
23 Flitsgereedaanduiding
(0B-11, D-20)
24 Vergrendelingshendeltje van
bevestigingsvoetje (0B-8)
B–3
B
Bediening
Onderdelen van de Speedlight
25
26
34
33
31
32
30
29
28
27
25 [MODE]-knop
Selecteert de itsstand (0B-11)
26 [MENU]-knop
Toont de persoonlijke instellingen
(0B-13)
27 Functieknop 1
28 Functieknop 2
29 Functieknop 3
Selecteert het te con gureren item
De toegewezen functie of
instelling voor elke knop verschilt
afhankelijk van de itsstand en
de instellingen van de SB-910.
(0B-5)
30 Test itsknop
Regelt de test itsen (0E-21) en
het instellicht (0E-21)
De knopfunctie, de test itsen en
het instellicht kunnen worden
gewijzigd in de persoonlijke
instellingen. (0B-17)
31 Ontgrendelingsknop
Om de draadloze stand voor
meervoudige itsers in te stellen,
draait u de hoofdschakelaar/
schakelaar draadloze stand voor
meervoudige itsers rond terwijl
u de ontgrendelingsknop in het
midden van de schakelaar indrukt.
(0D-6, D-7)
32 Hoofdschakelaar/schakelaar
draadloze stand voor
meervoudige itsers
Ronddraaien om de itser in en
uit te schakelen.
Hiermee selecteert u de
hoofd itser of secundaire itsers
bij gebruik van fotograferen met
meervoudige draadloze itsers
(0D-6, D-7)
33 Selectieschijf
Draai hieraan om het geselecteerde
item te wijzigen. Het geselecteerde
item wordt gemarkeerd op het lcd-
venster. (0B-12)
34 [OK]-knop
Toont de persoonlijke instellingen
(0B-12)
B–4
B
Bediening
t De knopvergrendeling activeren
Knopvergrendelingspictogram
Druk de functieknoppen 1 en 2, waar
tussenin een vergrendelingspictogram staat,
gelijktijdig gedurende 2 seconden in. Het
knopvergrendelingspictogram verschijnt op het lcd
en de schijf en knoppen worden vergrendeld.
De hoofdschakelaar/schakelaar draadloze stand
voor meervoudige flitsers en de testflitsknop
worden niet vergrendeld.
Om de knopvergrendeling op te heffen, drukt u
de functieknoppen 1 en 2 normaals gelijktijdig
gedurende 2 seconden in.
B–5
B
Bediening
Functieknoppen
De toegewezen functie of instelling voor elke knop verschilt afhankelijk van de
itsstand en de instellingen van de SB-910.
Functieknop 1
De toegewezen functie of
instelling voor elke knop
wordt door een pictogram
aangegeven.
Wanneer er geen
functie aan een knop is
toegewezen, is er geen
pictogram boven de knop
op het lcd.
Functieknop 2 Functieknop 3
Pictogrammen voor functies en instellingen
Positie van de zoomkop
Flitscorrectiewaarde
Flitssterkteniveau in de
handmatige itsmodus
Hoeveelheid
onderbelichting door
onvoldoende itssterkte in
de i-DDL-stand
Diafragma
Afstand itser tot
onderwerp (bij de
handmatige itsmodus
met afstandsprioriteit)
Aantal itsen en
itsfrequentie
Instelling items veranderen
Verlichtingspatroon
De power zoom-functie
activeren
[Bij fotograferen met meervoudige
draadloze itsers] (0D-1)
Kanalen
Geluidsmonitor
[In persoonlijke instellingen] (0B-13)
Ga naar de vorige pagina
Ga naar de volgende
pagina
My Menu (Mijn menu) of
Full Menu (Volledig menu)
weergeven
Items van My Menu (Mijn
menu) veranderen
Stoppen met veranderen
van items van My Menu
(Mijn menu)
B–6
B
Bediening
In dit gedeelte worden de basisprocedures in de i-DDL-stand in combinatie met een
CLS-compatibele camera besproken.
v Opmerkingen over fotograferen met continu itsen
Om oververhitting van de SB-910 te voorkomen, moet u deze ten minste
10minuten laten afkoelen na 15 maal continu flitsen.
Als continu flitsen snel achter elkaar wordt herhaald, zal de interne
beveiligingsfunctie de oplaadtijd tot 15 seconden verlengen. Als er wordt
doorgegaan met flitsen, verschijnt de aanduiding voor de thermische onderbreker
op het lcd en worden alle functies, met uitzondering van ON/OFF voor de stroom
en de persoonlijke instellingen, gestopt. (0E-23) Laat de Speedlight enkele
minuten afkoelen om de onderbrekingsfunctie uit te schakelen.
De omstandigheden waarbij de interne beveiligingsfunctie wordt geactiveerd
verschillen afhankelijk van de temperatuur en het flitssterkteniveau van de SB-910.
Voor gebruik met het battery pack voor extra capaciteit SD-9 (optioneel), zie
“Gebruik van het battery pack voor extra capaciteit SD-9.” (0H-11)
STAP
1
De batterijen plaatsen
Schuif het deksel van het
batterijvak open terwijl u op de
ontgrendelingsknop van het deksel
van het batterijvak drukt.
Plaats de batterijen
overeenkomstig de [+] en []
tekens.
Maak het deksel van het
batterijvak dicht.
Basisprocedures
B–7
B
Bediening
Basisprocedures
Geschikte batterijen en vervangen/opladen
Gebruik bij het vervangen van de batterijen vier verse AA-type batterijen van
dezelfde fabrikant. Raadpleeg de volgende tabel om te bepalen wanneer u
batterijen door verse moet vervangen of de batterijen moet opladen, afhankelijk
van hoe lang het duurt voordat de itsgereedaanduiding gaat branden.
Type batterij
Tijdsduur totdat de
itsgereedaanduiding gaat branden
1,5 V LR6 (AA) alkalinebatterij 20 seconden of meer
1,5 V FR6 (AA) lithiumbatterij 10 seconden of meer
1,2 V HR6 (AA) oplaadbare Ni-MH-batterij 10 seconden of meer
Voor de minimale oplaadtijd en het aantal flitsen voor elk type batterij raadpleegt
u “Specificaties.” (0H-21)
De prestaties van alkalinebatterijen kunnen erg verschillen van fabrikant tot
fabrikant.
1,5 V R6 (AA) zink-koolstof batterijen zijn niet geschikt.
Bij gebruik van een optionele externe voedingsbron is het aantal flitsen hoger en
is de oplaadtijd korter. (0H-11)
v Extra voorzorgsmaatregelen voor batterijen
Lees zorgvuldig de batterijwaarschuwingen en -voorzorgsmaatregelen
(0A-14 – A-18).
Lees zorgvuldig de waarschuwingen voor batterijen in het hoofdstuk
“Opmerkingen over batterijen” (0H-7), voor u de batterij gebruikt.
De oplaadtijd kan langer zijn bij gebruik van FR6 (AA) lithiumbatterijen want deze
batterijen bevatten een functie voor het onderdrukken van de uitvoerstroom
wanneer er warmte in de batterijen ontstaat.
B–8
B
Bediening
Aanduiding voor laag batterijniveau
Als de batterijen bijna leeg zijn, wordt het
pictogram dat u hier links ziet op het lcd
weergegeven en werkt de SB-910 niet meer.
Vervang de batterijen of laad ze opnieuw op.
STAP
2
De SB-910 aan de camera bevestigen
Zorg dat de SB-910 en de
camera uitgeschakeld zijn.
Zorg dat het
vergrendelingshendeltje van
het bevestigingsvoetje aan
de linkerkant is (wit puntje).
Schuif het
bevestigingsvoetje
van de SB-910 in de
accessoireschoen van de
camera.
Draai het
vergrendelingshendeltje
naar “L.”
v De Speedlight vergrendelen
Draai het vergrendelingshendeltje rechtsom
totdat het stopt bij de index van het
bevestigingsvoetje.
B–9
B
Bediening
Basisprocedures
De SB-910 van de camera verwijderen
Controleer of de SB-910
en de camera zijn
uitgeschakeld, draai het
vergrendelingshendeltje
90° naar links en schuif
dan het bevestigingsvoetje
van de SB-910 van de
accessoireschoen van de
camera.
Als het bevestigingsvoetje van de SB-910 niet van de accessoireschoen van de
camera kan worden verwijderd, draait u opnieuw het vergrendelingshendeltje 90°
naar links en schuift dan langzaam de SB-910 naar buiten.
Verwijder de SB-910 nooit met kracht.
STAP
3
De flitskop afstellen
Richt de itskop naar
voren terwijl u de
ontgrendelingsknop voor
het kantelen/draaien van de
itskop ingedrukt houdt.
De flitskop is vergrendeld wanneer
deze 90° omhoog is gekanteld of naar
voren is gericht.
Lcd-aanduiding voor de status van de flitskop
De itskop is naar voren gericht.
De itskop is schuin gekanteld. (De
itskop is omhoog gekanteld of naar
rechts of links gedraaid.)
De itskop is omlaag gekanteld.
B–10
B
Bediening
STAP
4
De SB-910 en de camera inschakelen
Schakel de SB-910 en de
camera in.
Voorbeeld lcd
De onderstaande afbeelding is een voorbeeld van de aanduidingen op het lcd van
de SB-910 bij de volgende omstandigheden: flitsstand: i-DDL-stand; beeldveld:
FX-formaat; verlichtingspatroon: standaard; ISO-gevoeligheid: 200; positie van de
zoomkop: 24 mm; f-waarde van het diafragma: 5,6
De pictogrammen op het lcd kunnen verschillen afhankelijk van de SB-910
instellingen en de gebruikte camera en objectief.
Flitsstand
ISO-gevoeligheid
Afstandsbereik bij
itsopnamen
Positie van de zoomkop
f-waarde van het diafragma
FX-formaat
SB-910
statuspictogrammen
Aangesloten op een
CLS-compatibele camera
Functies toegewezen aan de functieknoppen
SB-910 itsinformatie
B–11
B
Bediening
Basisprocedures
STAP
5
De flitsstand selecteren
Druk op de [MODE]-knop om
de itsstand te markeren.
Draai de selectieschijf totdat
wordt aangegeven.
Druk op de [OK]-knop.
De itsstand veranderen
Draai de selectieschijf naar rechts om
de pictogrammen van de beschikbare
itsstanden op het lcd aan te geven.
Alleen de beschikbare flitsstanden worden op het lcd aangegeven.
De flitsstand kan ook met de [MODE]-knop worden geselecteerd.
Controleer of de
itsgereedaanduiding op de
SB-910 of in de zoeker van
de camera brandt voordat u
een foto maakt.
B–12
B
Bediening
Instellingen en het lcd
De status van instellingen wordt aangegeven door pictogrammen op het lcd. Welke
pictogrammen worden weergegeven, hangt af van de geselecteerde itsstand en
instellingen.
U past de functies van de SB-910 aan door de volgende basisstappen uit te
voeren:
Druk op een knop om
het geselecteerde item te
markeren.
Wijzig de instelling door aan
de selectieschijf te draaien.
Druk op de [OK]-knop om de
instelling te bevestigen.
Nadat u de instelling hebt bevestigd,
wordt het gemarkeerde item weer
normaal weergegeven.
Als u niet op de [OK]-knop drukt, wordt
na 8 seconden het gemarkeerde item
bevestigd en de normale weergave
hersteld.
t Reset met twee knoppen
Druk de functieknoppen 1 en 3 (er staat een
groen puntje naast elke knop) gelijktijdig
gedurende 2 seconden in om alle instellingen, met
uitzondering van de persoonlijke instellingen, op
de standaardwaarden terug te zetten.
Wanneer het terugzetten is voltooid, licht het
lcd op en keert daarna terug naar de normale
weergave.
B–13
B
Bediening
Persoonlijke functies en instellingen
Diverse instellingen voor de SB-910 kunnen eenvoudig worden ingesteld via het lcd.
De weergegeven pictogrammen hangen af van de combinatie van de camera en
de status van de SB-910.
De functies en instellingen die met rasters worden weergegeven, werken niet
maar kunnen wel geconfigureerd en ingesteld worden.
Persoonlijke instellingen
Druk op de [MENU]-knop om
de persoonlijke instellingen
weer te geven.
Draai aan de selectieschijf
om een item te kiezen en
druk dan op de [OK]-knop.
Het gemarkeerde item kan worden
ingesteld.
Item dat wordt ingesteld
De items die met rasters worden weergegeven, kunnen
wel worden ingesteld maar hebben geen invloed op de
werking van de itser.
B–14
B
Bediening
Draai aan de selectieschijf
om de gekozen instelling te
markeren en druk dan op de
[OK]-knop.
Gemarkeerd tijdens instellen
Druk op de [OK]-knop om terug te
keren naar de itemselectie.
Druk op de [MENU]-knop
om terug te keren naar de
normale weergave.
Het lcd keert terug naar de normale
weergave.
Beschikbare selectie
º: Huidige instelling
B–15
B
Bediening
Persoonlijke functies en instellingen
My Menu (Mijn menu) instellen
Wanneer een pagina met persoonlijke instellingen wordt weergegeven, worden
alleen de persoonlijke instellingen die als My Menu (Mijn menu) zijn ingesteld op
het lcd weergegeven.
De items voor My Menu (Mijn menu) kunt u ten alle tijde veranderen.
Om alle items weer te geven, selecteert u “FULL” (VOLLEDIG) in het onderdeel
My Menu (Mijn menu) van de persoonlijke instellingen.
Selecteer “SET UP” (INSTELLINGEN)
in het onderdeel My Menu
(Mijn menu) van de persoonlijke
instellingen en druk dan op de
[OK]-knop.
Selecteer met de selectieschijf
het item van de persoonlijke
instellingen dat u als My Menu
(Mijn menu) wilt instellen en druk
dan op functieknop 2.
Het geselecteerde item heeft een aangevinkt
vakje ( ).
Er verschijnt geen vakje bij een item dat niet
geselecteerd kan worden.
Om het vinkje uit het vakje te verwijderen,
drukt u nog een keer op functieknop 2.
Om terug te keren naar het onderdeel My
Menu (Mijn menu) zonder de instelling op te
slaan, drukt u op functieknop 1.
Herhaal de procedure om alle
gewenste items in te stellen en
druk dan op de [OK]-knop om
terug te keren naar het onderdeel
My Menu (Mijn menu).
Druk op de [MENU]-knop om de
persoonlijke instellingen te sluiten.
Het lcd keert terug naar de normale weergave.
B–16
B
Bediening
t De paginaweergavefunctie en de weergavemodus van de
persoonlijke instellingen
Paginaweergavefunctie
De pagina’s met de persoonlijke instellingen kunnen worden gekozen met de
functieknoppen 1 en 2.
Het aantal pagina’s dat wordt weergegeven kan, afhankelijk van de instellingen,
variëren tussen één en vijf.
De plaats van de weergegeven pagina wordt in de balk aangegeven.
Weergavemodus
De weergavemodus voor de persoonlijke instellingen, My Menu (Mijn menu) of Full
Menu (Volledig menu), kan worden veranderd met functieknop 3.
: Ga naar de vorige pagina
: Ga naar de volgende
pagina
Plaats van de
weergegeven
pagina binnen
de persoonlijke
instellingen
: Full Menu (Volledig menu)
weergave
: My Menu (Mijn menu)
weergave
B–17
B
Bediening
Persoonlijke functies en instellingen
Beschikbare persoonlijke functies en instellingen
(Vet: standaardinstelling)
Niet-DDL automatische itsstandoptie (0C-5, C-8)
Flitsstand automatisch diafragma met monitorvoor itsen
Flitsstand automatisch diafragma zonder monitorvoor itsen
Niet-DDL automatisch itsen met monitorvoor itsen
Niet-DDL automatisch itsen zonder monitorvoor itsen
Stroboscopisch itsen met hoofd itser (0D-10)
ON (AAN): Stroboscopische itsmodus aan
OFF (UIT): Stroboscopische itsmodus uit
Flitscorrectiestap bij handmatige itsmodus (0C-17)
De stap voor de itscorrectie selecteren tussen M1/1 en M1/2 in
de handmatige itsmodus
1/3 EV: Correctie in stappen van 1/3 LW
1 EV: Correctie in stappen van 1 LW
Draadloze stand voor meervoudige itsers (0D-1)
Advanced (geavanceerd): Geavanceerde draadloze itssturing
SU-4: SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Test itsknop (0E-21)
FLASH (FLITSEN): Test its
MODELING (INSTELLICHT): Instellicht
B–18
B
Bediening
Flitssterkteniveau van test its in i-DDL-stand (0E-21)
M1/128: Circa 1/128
M1/32: Circa 1/32
M1/1: Volledig
Selectie van FX/DX-formaat (0A-6)
Wanneer de positie van de zoomkop met de hand wordt
ingesteld, kunnen de instellingen voor het beeldgebied worden
geselecteerd.
FX±∞ DX: Automatisch instellen op basis van het beeldveld van de
camera
FX: Nikon FX-formaat (36 × 24)
DX: Nikon DX-formaat (24 × 16)
Annuleren van power zoom-functie (0E-19)
Activeren of annuleren van de power zoom-functie
ON (AAN): Power zoom-functie geannuleerd
OFF (UIT): Power zoom-functie geactiveerd
AF-hulpverlichting/annuleren van itsfunctie (0E-20)
Activeren of annuleren van de AF-hulpverlichting en de itsfunctie
ON (AAN): AF-hulpverlichting en itsfunctie geactiveerd
OFF (UIT): AF-hulpverlichting geannuleerd, itsfunctie geactiveerd
AF ONLY (ALLEEN AF-ILL): AF-hulpverlichting geactiveerd, itsfunctie
geannuleerd (alleen AF-hulpverlichting licht op)
Stand-by-functie (0E-22)
De tijdsduur instellen waarna de stand-by-functie wordt
geactiveerd.
AUTO (AUTOMATISCH): De stand-by-functie wordt geactiveerd
wanneer de belichtingsmeter van de camera wordt uitgeschakeld
40: 40 seconden
80: 80 seconden
160: 160 seconden
300: 300 seconden
---: Stand-by-functie is geannuleerd
B–19
B
Bediening
Persoonlijke functies en instellingen
Handmatige instelling van ISO-gevoeligheid (0E-21)
Instelling van de ISO-gevoeligheid binnen het bereik 3 tot 8000.
100: ISO 100
Flitsgereedaanduiding in de secundaire itserstand (0D-20)
Selecteren welke itsgereedaanduiding knippert/brandt in de
secundaire itserstand om stroom te besparen
REAR, FRONT (ACHTER, VOOR): Achterste aanduiding brandt,
voorste aanduiding knippert in de secundaire itserstand
REAR (ACHTER): Alleen achterste aanduiding brandt
FRONT (VOOR): Alleen voorste aanduiding knippert in de secundaire
itserstand
Verlichting lcd-venster (0H-8)
Activeren of annuleren van de verlichting van het lcd-venster
ON (AAN): Geactiveerd
OFF (UIT): Geannuleerd
Contrast lcd-venster (0H-8)
De contrastniveaus worden op het lcd weergegeven in een
gra ek met negen stappen.
5 niveaus in 9 stappen
Meeteenheid (m/ft)
m: meter
ft: voet
B–20
B
Bediening
Handmatige instelling van positie van de zoomkop
wanneer ingebouwde groothoekdiffusor stuk is (0E-11)
Selecteren of de positie van de zoomkop handmatig kan worden
ingesteld of niet wanneer de ingebouwde groothoekdiffusor stuk
is.
ON (AAN): Positie van de zoomkop kan handmatig worden ingesteld
OFF (UIT): Positie van de zoomkop kan niet handmatig worden
ingesteld
Instelling van My Menu (Mijn menu) (0B-15)
Selecteren van de weergavemodus voor de persoonlijke
instellingen
FULL (VOLLEDIG): Alle items worden weergegeven
MY MENU (MIJN MENU): Items ingesteld als My Menu (Mijn menu) worden
weergegeven
SET UP (INSTELLINGEN): Selecteer items die als My Menu (Mijn menu)
moeten worden ingesteld
Firmwareversie (0H-9)
Persoonlijke instellingen terugzetten
Zet de persoonlijke instellingen terug op de standaardwaarden,
behalve de meeteenheid (m/ft) en My Menu (Mijn menu)
instellingen.
YES (JA): Standaardinstellingen herstellen
NO (NEE): Niet herstellen
C–1
C
Flitsstanden
Flitsstanden
C
i-DDL-stand
De informatie die verkregen is via monitorvoor itsen en de
belichtingsregelinginformatie worden door de camera geïntegreerd
voor het automatisch instellen van de itssterkteniveaus.
Zie “Basisprocedures” (0B-6) als u foto’s wilt maken terwijl de SB-910 is
ingesteld op de i-DDL-stand.
De i-DDL-uitgebalanceerde invulflitsstand of de standaard i-DDL-stand is
beschikbaar.
i-DDL-uitgebalanceerde invulflits
Het itssterkteniveau wordt automatisch aangepast voor een uitgebalanceerde
belichting van het hoofdonderwerp en de achtergrond. wordt
weergegeven op het lcd.
Standaard i-DDL
Het hoofdonderwerp wordt correct belicht, ongeacht de helderheid van de
achtergrond. Dit is handig als u het hoofdonderwerp wilt benadrukken. wordt
weergegeven op het lcd.
t De lichtmeetstand en i-DDL-stand van de camera
Wanneer de lichtmeetstand van de camera wordt gewijzigd in spotmeting terwijl
de i-DDL-uitgebalanceerde invulflits in gebruik is, verandert de i-DDL-stand
automatisch in de standaard i-DDL-stand.
De i-DDL-stand verandert automatisch in de i-DDL-uitgebalanceerde invulflits
nadat de lichtmeetstand van de camera wordt gewijzigd in matrix of
centrumgericht.
C–2
C
Flitsstanden
De i-DDL-stand instellen
Druk op de [MODE]-knop.
Draai de selectieschijf totdat
of wordt
aangegeven.
Druk op de [OK]-knop.
Voorbeeld lcd voor i-DDL-stand
: Monitorvoor itsen
: i-DDL
: Uitgebalanceerde invul its
C–3
C
Flitsstanden
i-DDL-stand
Afstandsbereik bij flitsopnamen in i-DDL-stand
Dit pictogram betekent dat de
itssterkte niet correct kan worden
afgesteld voor een kortere afstand.
Het afstandsbereik bij itsopnamen wordt
aangegeven door getallen en een balk op het
lcd.
De feitelijke afstand flitser tot onderwerp
moet binnen het aangegeven bereik zijn.
Het bereik hangt af van het ingestelde
beeldveld van de camera, het
verlichtingspatroon, de ISO-gevoeligheid, de
positie van de zoomkop en het diafragma.
Zie “Specificaties” voor meer informatie.
(0H-15)
t Automatische instelling van ISO-gevoeligheid, diafragma en
brandpuntsafstand
Bij gebruik van de SB-910 met een CLS-compatibele camera en een CPU-objectief
worden de ISO-gevoeligheid, het diafragma en de brandpuntsafstand op de SB-910
automatisch ingesteld op basis van het objectief en de camera-informatie.
Voor meer informatie over het ISO-gevoeligheidsbereik raadpleegt
u de gebruikshandleiding van de camera.
C–4
C
Flitsstanden
v Wanneer onvoldoende itssterkte voor een correcte belichting
wordt aangegeven
Als de flitsgereedaanduidingen van de
SB-910 en in de zoeker van de camera
gedurende circa 3 seconden na de opname
knipperen, kan er onderbelichting zijn
opgetreden door onvoldoende flitssterkte.
Om dit te corrigeren, moet u een groter
diafragma of een hogere ISO-gevoeligheid
gebruiken, of de afstand tot het onderwerp
verkleinen, en dan opnieuw fotograferen.
De hoeveelheid onderbelichting door
onvoldoende flitssterkte wordt gedurende
circa 3 seconden aangeduid door de
belichtingswaarde (0,3 EV tot 3,0 EV) op
het lcd-venster van de SB-910.
Druk op functieknop 3 om de
belichtingswaarde opnieuw aan te geven.
C–5
C
Flitsstanden
Flitsstand automatisch diafragma
De lichtsensor voor niet-DDL automatisch itsen
van de
SB-910
meet het itslicht
dat door het onderwerp wordt weerkaatst en de SB-910 regelt de itssterkte
overeenkomstig de objectief- en camera-informatie die naar de SB-910 wordt
overgebracht, waaronder de ISO-gevoeligheid, de belichtingscorrectiewaarde, het
diafragma en de brandpuntsafstand van het objectief.
Flitsstand automatisch diafragma instellen
De itsstand automatisch diafragma is een niet-DDL automatische itsstand met
diafragmaprioriteit. Deze itsstand kan als een niet-DDL automatische itsstandoptie
worden ingesteld in de persoonlijke instellingen. (0B-17)
De flitsstand automatisch diafragma met monitorvoorflitsen is de standaardinstelling
van de niet-DDL automatische flitsstandoptie.
Wanneer er geen diafragma-informatie naar de SB-910 wordt overgebracht, komt de
flitsstand automatisch op niet-DDL automatisch flitsen te staan.
Druk op de [MODE]-knop.
Draai de selectieschijf totdat
wordt aangegeven.
Druk op de [OK]-knop.
Voorbeeld lcd voor flitsstand automatisch diafragma
: Monitorvoor itsen
: Flitsstand automatisch diafragma
C–6
C
Flitsstanden
t Monitorvoor itsen
Monitorvoorflitsen kan als een niet-DDL automatische flitsstandoptie worden
geactiveerd of geannuleerd in de persoonlijke instellingen. (0B-17)
De flitssterkte kan nauwkeuriger worden geregeld met monitorvoorflitsen.
De SB-910 geeft monitorvoorflitsen af voordat het feitelijke flitsen begint om
gegevens over het weerkaatste licht te verkrijgen.
De functie voor monitorvoorflitsen moet worden geactiveerd wanneer de
automatische snelle FP-synchronisatie (0E-24) of de flitswaardevergrendeling
(0E-25) wordt gebruikt.
Afstandsbereik bij flitsopnamen in flitsstand automatisch
diafragma
Het afstandsbereik bij itsopnamen wordt
aangegeven door getallen en een balk op het
lcd.
De feitelijke afstand flitser tot onderwerp
moet binnen het aangegeven bereik zijn.
Het bereik hangt af van het ingestelde
beeldveld van de camera, het
verlichtingspatroon, de ISO-gevoeligheid, de
positie van de zoomkop en het diafragma.
Zie “Specificaties” voor meer informatie.
(0H-15)
C–7
C
Flitsstanden
Flitsstand automatisch diafragma
Een foto maken in de flitsstand automatisch diafragma
Zorg ervoor dat de feitelijke
afstand van itser tot
onderwerp binnen het
afstandsbereik bij itsopnamen
is.
Controleer of de
itsgereedaanduiding brandt
en maak de foto.
v Wanneer onvoldoende itssterkte voor een correcte belichting
wordt aangegeven
Als de itsgereedaanduidingen van de SB-910
en in de zoeker van de camera gedurende circa
3 seconden na de opname knipperen, kan er
onderbelichting zijn opgetreden door onvoldoende
itssterkte. Om dit te corrigeren, moet u een
groter diafragma of een hogere ISO-gevoeligheid
gebruiken, of de afstand tot het onderwerp
verkleinen, en dan opnieuw fotograferen.
t De belichting controleren voordat een foto wordt gemaakt
Maak vóór de feitelijke opname test itsen met
de Speedlight bij dezelfde omstandigheden en
met dezelfde instellingen op de Speedlight en de
camera als die u daarna gaat gebruiken.
Wanneer de flitsgereedaanduidingen na de
testflitsen knipperen, kan er onderblichting zijn
opgetreden door onvoldoende flitssterkte.
C–8
C
Flitsstanden
Niet-DDL automatische flitsstand
De lichtsensor voor niet-DDL automatisch itsen van de
SB-910
meet het itslicht
dat door het onderwerp wordt weerkaatst en de SB-910 regelt de itssterkte
overeenkomstig de weerkaatste itslichtgegevens.
Niet-DDL automatische flitsstand instellen
De niet-DDL automatische itsstand kan als een niet-DDL automatische
itsstandoptie worden ingesteld in de persoonlijke instellingen. (0B-17)
De flitsstand automatisch diafragma (niet-DDL automatisch flitsen met
diafragmaprioriteit) met monitorvoorflitsen is de standaardinstelling van de
niet-DDL automatische flitsstandoptie.
Druk op de [MODE]-knop.
Draai de selectieschijf totdat
wordt aangegeven.
Druk op de [OK]-knop.
Voorbeeld lcd voor de niet-DDL automatische flitsstand
Diafragma; onderstreept wanneer het diafragma
op de SB-910 is ingesteld
: Monitorvoor itsen
: Niet-DDL automatisch itsen
C–9
C
Flitsstanden
Niet-DDL automatische flitsstand
t Monitorvoor itsen
Monitorvoorflitsen kan als een niet-DDL automatische flitsstandoptie worden
geactiveerd of geannuleerd in de persoonlijke instellingen. (0B-17)
De flitssterkte kan nauwkeuriger worden geregeld met monitorvoorflitsen.
De SB-910 geeft monitorvoorflitsen af voordat het feitelijke flitsen begint om
gegevens over het weerkaatste licht te verkrijgen.
De functie voor monitorvoorflitsen moet worden geactiveerd wanneer de
automatische snelle FP-synchronisatie (0E-24) of de flitswaardevergrendeling
(0E-25) wordt gebruikt.
Afstandsbereik bij flitsopnamen in de niet-DDL automatische
flitsstand
Het afstandsbereik bij itsopnamen wordt
aangegeven door getallen en een balk op het
lcd.
De feitelijke afstand flitser tot onderwerp
moet binnen het aangegeven bereik zijn.
Het bereik hangt af van het ingestelde
beeldveld van de camera, het
verlichtingspatroon, de ISO-gevoeligheid, de
positie van de zoomkop en het diafragma.
Zie “Specificaties” voor meer informatie.
(0H-15)
C–10
C
Flitsstanden
Een foto maken in de niet-DDL automatische flitsstand
Druk op functieknop 3 om het
diafragma te markeren.
Draai de selectieschijf om het
diafragma in te stellen. Het
afstandsbereik bij itsopnamen
varieert afhankelijk van het
diafragma.
Het diafragma kan met functieknop 3
worden veranderd.
Een juiste belichting wordt verkregen
wanneer de feitelijke afstand van flitser
tot onderwerp binnen de effectieve
flitsafstand is.
Druk op de [OK]-knop.
Stel hetzelfde diafragma als
op de Speedlight in op het
objectief of de camera.
Controleer of de
itsgereedaanduiding brandt
en maak de foto.
v Wanneer onvoldoende itssterkte voor een correcte belichting
wordt aangegeven
Als de itsgereedaanduidingen van de SB-910 en in de zoeker van de camera
gedurende circa 3 seconden na de opname knipperen, kan er onderbelichting
zijn opgetreden door onvoldoende itssterkte. Om dit te corrigeren, moet u een
groter diafragma of een hogere ISO-gevoeligheid gebruiken, of de afstand tot het
onderwerp verkleinen, en dan opnieuw fotograferen.
C–11
C
Flitsstanden
Niet-DDL automatische flitsstand
t De belichting controleren voordat een foto wordt gemaakt
Maak vóór de feitelijke opname test itsen met
de Speedlight bij dezelfde omstandigheden en
met dezelfde instellingen op de Speedlight en
de camera als die u daarna gaat gebruiken.
Wanneer de flitsgereedaanduidingen na de
testflitsen knipperen, kan er onderblichting
zijn opgetreden door onvoldoende
flitssterkte.
C–12
C
Flitsstanden
Handmatige flitsmodus met afstandsprioriteit
Als u in deze itsstand de afstand itser tot onderwerp invoert, bepaalt de SB-910
automatisch het itssterkteniveau op basis van de camera-instellingen.
Handmatige flitsmodus met afstandsprioriteit
instellen
Handmatig itsen met afstandsprioriteit is niet mogelijk wanneer de itskop van de
SB-910 omhoog is gekanteld of naar rechts of links is gedraaid.
Druk op de [MODE]-knop.
Draai de selectieschijf totdat
wordt aangegeven.
Druk op de [OK]-knop.
Voorbeeld lcd voor handmatige flitsmodus met afstandsprioriteit
(bij een afstand flitser tot onderwerp van 5 m)
Afstand itser tot onderwerp
(numerieke aanduiding)
Afstand itser tot onderwerp (
) en aanduiding
(balk) voor afstandsbereik bij itsopnamen
Als de afstand itser tot onderwerp wordt
weergegeven binnen de aanduiding voor het
afstandsbereik bij itsopnamen, itst de SB-910 op
een geschikte itssterkte.
C–13
C
Flitsstanden
Handmatige flitsmodus met afstandsprioriteit
Een foto maken in de handmatige flitsmodus met
afstandsprioriteit
Druk op functieknop 3 om de
afstand itser tot onderwerp te
markeren.
Stel de afstand itser tot
onderwerp in door aan de
selectieschijf te draaien en druk
vervolgens op de [OK]-knop.
De afstand flitser tot onderwerp kan ook
met functieknop 3 worden ingesteld.
De afstand flitser tot onderwerp hangt
af van de ISO-gevoeligheid en varieert
binnen een bereik van 0,3 m en 20 m.
Controleer of de
itsgereedaanduiding brandt
en maak de foto.
Afstand flitser tot onderwerp bij de handmatige flitsmodus met
afstandsprioriteit
Afstand flitser tot onderwerp tussen 0,3 m en 20 m
Als de gewenste afstand flitser tot onderwerp niet wordt weergegeven, kies dan
een kortere afstand. Bv., als de afstand flitser tot onderwerp 2,7 m bedraagt,
selecteer dan 2,5 m.
v Wanneer onvoldoende itssterkte voor een correcte belichting
wordt aangegeven
Als de itsgereedaanduidingen van de SB-910
en in de zoeker van de camera gedurende
circa 3 seconden na de opname knipperen,
kan er onderbelichting zijn opgetreden door
onvoldoende itssterkte. Om dit te corrigeren,
moet u een groter diafragma of een hogere
ISO-gevoeligheid gebruiken en dan opnieuw
fotograferen.
C–14
C
Flitsstanden
t Wanneer de itskop van de SB-910 wordt gekanteld of
gedraaid in de handmatige itsmodus met afstandsprioriteit
Wanneer de Speedlight in de handmatige flitsmodus met afstandsprioriteit wordt
gebruikt en de flitskop wordt omhoog gekanteld of naar rechts of links gedraaid,
zal de flitsstand automatisch veranderen naar de flitsstand automatisch diafragma
of naar de niet-DDL automatische flitsstand.
In dit geval keert de flitsstand weer terug naar de handmatige flitsmodus met
afstandsprioriteit wanneer de flitskop naar voren wordt gericht of omlaag wordt
gekanteld.
C–15
C
Flitsstanden
Handmatige flitsmodus
In de handmatige itsmodus selecteert u het diafragma en het itssterkteniveau
handmatig. Hierdoor hebt u controle over de belichting en de afstand itser tot
onderwerp.
Het flitssterkteniveau kan worden ingesteld tussen M1/1 (volle sterkte) en
M1/128, afhankelijk van uw creatieve voorkeuren.
Onderbelichting door onvoldoende flitssterkte wordt niet aangegeven in de
handmatige flitsmodus.
De handmatige flitsmodus instellen
Druk op de [MODE]-knop.
Draai de selectieschijf totdat
wordt aangegeven.
Druk op de [OK]-knop.
Voorbeeld lcd voor handmatige flitsmodus
Effectieve itsafstand
(numerieke aanduiding)
Flitssterkteniveau
Effectieve itsafstand (
)
C–16
C
Flitsstanden
Een foto maken in de handmatige flitsmodus
Druk op functieknop 2 om
het itssterkteniveau te
markeren.
Stel het gewenste
itssterkteniveau in door aan
de selectieschijf te draaien en
druk vervolgens op de [OK]-
knop.
Het flitssterkteniveau kan ook met
functieknop 2 worden ingesteld.
Zorg ervoor dat de afstand flitser tot
onderwerp gelijk is aan de effectieve
flitsafstand.
Controleer of de
itsgereedaanduiding brandt
en maak de foto.
t Wanneer er geen objectiefdiafragma-informatie wordt
overgebracht
Wanneer er geen objectiefdiafragma-informatie naar de SB-910 wordt
overgebracht, kan het diafragma met functieknop 3 worden ingesteld.
Diafragma; onderstreept wanneer het
diafragma op de SB-910 is ingesteld
C–17
C
Flitsstanden
Handmatige flitsmodus
Het itssterkteniveau instellen
Markeer het itssterkteniveau en draai aan de selectieschijf om het
itssterkteniveau te wijzigen.
1/1 1/1
–0,3
–0,7
+0,7
+0,3
–0,3
–0,7
+0,7
+0,3
–0,3
–0,7
+0,7
+0,3
–0,3
–0,7
+0,7
+0,3
–0,3
–0,7
+0,7
+0,3
1/21/2
1/8 1/8
1/16
1/32
1/64
1/41/4
1/16
1/32
1/64
1/128 1/128
–0,3
–0,7
+0,7
+0,3
Waarde voor
itssterkteniveau: groot
Selectieschijf linksom
draaien
Selectieschijf rechtsom
draaien
Waarde voor
itssterkteniveau: klein
Als u de selectieschijf linksom draait, wordt de noemer verhoogd (en neemt het
flitssterkteniveau af). Als u de selectieschijf rechtsom draait, wordt de noemer
verlaagd (en neemt het flitssterkteniveau toe).
Het flitssterkteniveau verandert in stappen van ±1/3 EV, behalve tussen 1/1 en
1/2. 1/32 –0,3 en 1/64 +0,7 vertegenwoordigen hetzelfde flitssterkteniveau.
Bij de standaardinstelling bedraagt de flitscorrectie ±1 EV stap tussen 1/1 en
1/2. Deze stap kan worden gewijzigd in ±1/3 EV stappen in de persoonlijke
instellingen (0B-17). Bij sommige camera’s, en bij gebruik van kortere
sluitertijden met een flitssterkteniveau van meer dan M1/2, kan de werkelijke
flitssterkte worden verlaagd tot M1/2.
C–18
C
Flitsstanden
Stroboscopische flitsmodus
In de stroboscopische itsmodus geeft de SB-910 herhaaldelijk itsen af gedurende
een enkele opname waardoor stroboscopische meervoudige belichtingseffecten
worden verkregen.
Gebruik altijd verse of volledig opgeladen batterijen en zorg dat de flitser zich
voldoende kan opladen tussen opeenvolgende stroboscopische flitsopnamen.
Aangezien lange sluitertijden worden gebruikt, wordt het gebruik van een statief
aanbevolen om trilling van de camera/flitser te voorkomen.
Onvoldoende flitssterkte voor een correcte belichting wordt niet aangegeven in
de stroboscopische flitsmodus.
De stroboscopische flitsmodus instellen
Druk op de [MODE]-knop.
Draai de selectieschijf totdat
wordt aangegeven.
Druk op de [OK]-knop.
Lcd voorbeeld voor stroboscopische flitsmodus
Flitssterkteniveau
Flitsfrequentie
Effectieve itsafstand
(numerieke aanduiding)
Effectieve itsafstand ()
Aantal itsen
C–19
C
Flitsstanden
Stroboscopische flitsmodus
Het flitssterkteniveau, het aantal flitsen en de
flitsfrequentie instellen
• Het aantal flitsen is het aantal keren dat de flitser per beeld flitst.
• De flitsfrequentie is het aantal keren dat de flitser per seconde flitst.
Het aantal flitsen is het maximumaantal keren dat de Speedlight flitst wanneer
de sluiter van de camera open staat. Dit aantal wordt niet bereikt bij een korte
sluitertijd en een lage flitsfrequentie.
Het maximumaantal flitsen verschilt afhankelijk van het flitssterkteniveau en de
flitsfrequentie. Zie de onderstaande tabel voor het maximumaantal flitsen.
Maximumaantal flitsen
Frequentie
Flitssterkteniveau
M1/8
M1/8
–1/3EV
M1/8
–2/3EV
M1/16
M1/16
–1/3EV
M1/16
–2/3EV
M1/32
M1/32
–1/3EV
M1/32
–2/3EV
M1/64
M1/64
–1/3EV
M1/64
–2/3EV
M1/128
1 Hz
14 16 22 30 36 46 60 68 78 90 90 90 90
2 Hz
3 Hz
12 14 18 30 36 46 60 68 78 90 90 90 90
4 Hz
10 12 14 20 24 30 50 56 64 80 80 80 80
5 Hz
8 10 12 20 24 30 40 44 52 70 70 70 70
6 Hz
6 7 10 20 24 30 32 36 40 56 56 56 56
7 Hz
6 7 10 20 24 26 28 32 36 44 44 44 44
8 Hz
5 6 8 10 12 14 24 26 30 36 36 36 36
9 Hz
5 6 8 10 12 14 22 24 28 32 32 32 32
10 Hz
4 5 6 8 9 10 20 22 26 28 28 28 28
20 Hz
4 5 6 8 9 10 12 14 18 24 24 24 24
30 Hz
40 Hz
50 Hz
60 Hz
70 Hz
80 Hz
90 Hz
100 Hz
C–20
C
Flitsstanden
Een foto maken in de stroboscopische flitsmodus
Druk op functieknop 2 om het
itssterkteniveau te markeren.
Draai aan de selectieschijf om
het itssterkteniveau te kiezen
en druk dan op de [OK]-knop.
Het flitssterkteniveau kan ook met
functieknop 2 worden veranderd.
Het flitssterkteniveau kan tussen M1/8 en
M1/128 worden ingesteld.
Druk op functieknop 3 om het
aantal itsen te markeren,
draai aan de selectieschijf om
het aantal te kiezen en druk
dan op de [OK]-knop.
Druk op functieknop 3 om de
itsfrequentie te markeren,
draai aan de selectieschijf om
de frequentie te kiezen en druk
dan op de [OK]-knop.
Bepaal het richtgetal
overeenkomstig het
itssterkteniveau en de positie
van de zoomkop.
Zie “Specificaties” voor meer informatie.
(0H-18)
C–21
C
Flitsstanden
Stroboscopische flitsmodus
Lcd van camera
Lcd van camera
Bereken de f-waarde van het
diafragma op basis van de afstand
itser tot onderwerp en het richtgetal,
en stel het diafragma van de camera
dienovereenkomstig in.
Om de f-waarde te bepalen, wordt u verwezen
naar “Richtgetal, diafragma en afstand flitser tot
onderwerp.” (0H-4)
Het diafragma kan niet met de SB-910 worden
ingesteld.
De effectieve flitsafstand die overeenkomt met
het flitssterkteniveau en het diafragma wordt
weergegeven.
Stel de sluitertijd van de camera in.
Bepaal de sluitertijd met de onderstaande formule
en stel een langere sluitertijd op de camera in dan
de berekende sluitertijd.
Sluitertijd = aantal flitsen / flitsfrequentie
Als het aantal flitsen 10 (maal) is en de
flitsfrequentie 5 (Hz), stelt u een sluitertijd in die
langer dan 2 seconden is.
De bulb kan ook worden ingesteld.
Controleer of de itsgereedaanduiding
brandt en maak de foto.
C–22
C
Flitsstanden
t De werking van de itser controleren voordat een foto wordt
gemaakt
Maak vóór de feitelijke opname test itsen met
de Speedlight bij dezelfde omstandigheden en
met dezelfde instellingen op de Speedlight en de
camera als die u daarna gaat gebruiken.
v Belichtingscorrectie in de stroboscopische itsmodus
Overbelichting treedt op in de stroboscopische flitsmodus wanneer de feitelijke
afstand van flitser tot onderwerp gelijk is aan de effectieve flitsafstand die
bepaald is met behulp van de f-waarde in de procedure . Dit komt omdat de
correcte belichting met een enkele flits wordt verkregen.
Om overbelichting te voorkomen, moet u een grotere f-waarde op de camera
kiezen.
D–1
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Fotograferen met meervoudige draadloze flitsers
D
Instellingen op de SB-910 voor
fotograferen met meervoudige
draadloze flitsers
Met de SB-910 is geavanceerde draadloze itssturing en SU-4-type fotograferen
met meervoudige draadloze itsers mogelijk. De standaardinstelling van de SB-910
voor de draadloze stand voor meervoudige itsers is de geavanceerde draadloze
itssturing.
Geavanceerde draadloze flitssturing wordt aanbevolen voor standaardfotografie
met meervoudige flitsers.
De draadloze stand voor meervoudige flitsers, de geavanceerde draadloze
flitssturing en SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze flitsers kunnen
worden gewijzigd in de persoonlijke instellingen. (0B-17)
D–2
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Geavanceerde draadloze flitssturing
De hoofd itser geeft de secundaire itsers opdracht om
monitorvoor itsen te maken.
De camera meet het weerkaatste licht.
De camera activeert de itsers.
Secundaire itsers
(Groep A)
Secundaire itsers
(Groep C)
Secundaire itsers
(Groep B)
Hoofd itser bevestigd
op de camera
De SB-910 die op de camera is bevestigd, is de hoofdflitser.
Er kunnen in totaal drie groepen (A, B, C) secundaire flitsers worden ingesteld.
Er kunnen een of meer secundaire flitsers worden toegewezen aan een groep.
De hoofdflitser en elke groep van secundaire flitsers kan met een
flitscorrectiewaarde en een flitsstand werken die anders is dan die van de andere
flitsers of groepen.
D–3
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Instellingen op de SB-910 voor fotograferen met
meervoudige draadloze flitsers
SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze flitsers
De secundaire itsers starten door activering vanaf de hoofd itser
(in de stand AUTO of M).
De secundaire itsers stoppen wanneer de hoofd itser stopt (in de
stand AUTO).
Secundaire itsers
Hoofd itser bevestigd
op de camera
De Speedlight die op de camera is bevestigd of de ingebouwde flitser van de
camera kan als de hoofdflitser worden gebruikt.
Annuleer de monitorvoorflitsenfunctie of selecteer een flitsstand voor de
hoofdflitser waarbij de monitorvoorflitsenfunctie niet wordt geactiveerd.
De flitsstand wordt op elke flitser ingesteld. Stel dezelfde flitsstand op elke
secundaire flitser in.
D–4
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Bij gebruik in de
hoofd itserstand
Bij gebruik in de
secundaire itserstand
Flitsfotogra e met
geavanceerde
draadloze
itssturing
Flitsstand
i-DDL
Flitsstand automatisch
diafragma*
1
Niet-DDL automatisch
itsen*
1
Handmatig itsen
Flitsfunctie geannuleerd
De itsstand wordt
op de hoofd itser
ingesteld (elke groep
kan met een andere
itsstand dan de
andere groepen itsen)
Fotograferen
met
stroboscopisch
itsen
Mogelijk, instellen
in de persoonlijke
instellingen
Mogelijk
Flitscorrectie Mogelijk
De itscorrectiewaarde
wordt op de hoofd itser
ingesteld (elke groep
kan met een andere
itscorrectiewaarde
dan de andere groepen
itsen)
Groep Max. 3 groepen (A, B, C)
Kanaal*
2
4 kanalen (1 – 4)
SU-4-type
fotograferen met
meervoudige
draadloze itsers
Flitsstand
Flitsstand automatisch
diafragma*
1
Niet-DDL automatisch
itsen*
1
Handmatig itsen
met afstandsprioriteit
Handmatig itsen
AUTO (automatisch)
M (handmatig)
OFF ( itsfunctie
geannuleerd)
Flitscorrectie Mogelijk
*1
De SB-910 werkt in de itsstand automatisch diafragma ongeacht de niet-DDL
automatische itsstandoptie die in de persoonlijke instellingen is ingesteld.
De SB-910 werkt in de niet-DDL automatische itsstand wanneer er geen
objectie nformatie, zoals de brandpuntsafstand en het diafragma, beschikbaar is.
*2 Een van de vier kanalen kan worden gebruikt. Secundaire itsers kunnen
worden beïnvloed door andere hoofd itsers. Gebruik een ander kanaalnummer
als een andere fotograaf in de buurt hetzelfde type draadloze secundaire itsers
gebruikt.
Functies op de SB-910 voor met meervoudige draadloze flitsers
D–5
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Functies op de SB-910 voor met meervoudige draadloze flitsers
v Opmerkingen over het annuleren van de itsfunctie van de
hoofd itser
Wanneer de itsfunctie van de hoofd itser wordt geannuleerd en alleen de
secundaire itsers werken, zendt de hoofd itser een aantal zwakke lichtsignalen uit
om de secundaire itsers te activeren. Deze instelling is gewoonlijk niet van invloed
op de juiste belichting van het onderwerp, hoewel de belichting kan worden
beïnvloed als het onderwerp zich op korte afstand bevindt en een hoge ISO-
gevoeligheid is ingesteld. U kunt dit effect zoveel mogelijk beperken door indirect
te itsen. Hiervoor kantelt u de itskop van de hoofd itser omhoog.
D–6
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
De hoofdflitser instellen
Zet de hoofdschakelaar/
schakelaar draadloze stand
voor meervoudige itsers op
[ MASTER].
Draai aan de schakelaar terwijl u de
ontgrendelingsknop in het midden
ingedrukt houdt.
Voorbeeld lcd voor hoofdflitserstand (i-DDL-stand)
Flitsstand en itscorrectiewaarde van secundaire itser
Flitsstand en itscorrectiewaarde van hoofd itser
Kanaal
Positie van de zoomkop voor de hoofd itser
D–7
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
De secundaire flitser instellen
Zet de hoofdschakelaar/
schakelaar draadloze stand
voor meervoudige itsers op
[ REMOTE].
Draai aan de schakelaar terwijl u de
ontgrendelingsknop in het midden
ingedrukt houdt.
Voorbeeld lcd voor secundaire flitserstand (geavanceerde
draadloze flitssturing)
Geluidsmonitor
Secundaire itserstand
Groep
Kanaal
Positie van de zoomkop voor de secundaire itser
D–8
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Een foto maken met geavanceerde draadloze
flitssturing
1. De hoofdflitser instellen (flitsstand, flitscorrectiewaarde
en kanaal)
[i-DDL-stand en kanaal 1 instellen (voorbeeld)]
Druk op functieknop 2 om te
markeren.
Druk op de [MODE]-knop, kies
[TTL] met de selectieschijf en
druk dan op de [OK]-knop.
Druk op functieknop 3, kies
een itscorrectiewaarde met de
selectieschijf en druk dan op de
[OK]-knop.
Druk op functieknop 2 om
te markeren voor de groep
secundaire itsers.
Met de selectieschijf kunnen andere
groepen secundaire flitsers worden
gekozen.
Herhaal de procedures
en om de itsstand en de
itscorrectiewaarde voor groep
A van de secundaire itsers in
te stellen.
Herhaal de procedures en
om groep B en C van de
secundaire itsers in te stellen.
Druk op functieknop 3, kies
“CH 1” met de selectieschijf en
druk dan op de [OK]-knop.
Geavanceerde draadloze flitssturing
D–9
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Geavanceerde draadloze flitssturing
2. De secundaire flitsers instellen (groep, kanaal en positie
van de zoomkop)
[Groep A en kanaal 1 instellen (voorbeeld)]
Druk op functieknop 2 om de
groep te markeren, kies “A” voor
de groep met de selectieschijf en
druk dan op de [OK]-knop.
De ingestelde groepsnaam en het
kanaalnummer verschijnen groter.
Druk op functieknop 2 om het
kanaal te markeren, kies “1”
voor het kanaalnummer met de
selectieschijf en druk dan op de
[OK]-knop.
Kies hetzelfde kanaalnummer als
ingesteld op de hoofdflitser.
Druk op functieknop 1 om
de positie van de zoomkop
te markeren, kies een positie
voor de zoomkop met de
selectieschijf en druk dan op de
[OK]-knop.
Controleer of de
itsgereedaanduiding brandt
en maak de foto.
D–10
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Fotograferen met stroboscopisch flitsen
Fotograferen met stroboscopisch itsen is mogelijk met geavanceerde draadloze
itssturing.
De stroboscopische flitsmodus kan in de persoonlijke instellingen worden
geactiveerd. (0B-17)
Lcd voorbeeld voor stroboscopische flitsmodus
Kanaal
Flitsfrequentie
Flitssterkteniveau
Stroboscopische itsmodus
Aantal itsen
Flitsfunctiestatus van de hoofd itser en de groepen
secundaire itsers
D–11
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Geavanceerde draadloze flitssturing
Stroboscopische flitsfotografie instellen
Wanneer de SB-910 in de stroboscopische flitsmodus werkt, kan de flitsfunctie geactiveerd
(ON) of geannuleerd (OFF) worden. Er is geen andere optie bij de stroboscopische flitsmodus.
De hoofdflitser en de secundaire flitsers werken met hetzelfde flitssterkteniveau, aantal
flitsen en flitsfrequentie.
Om het flitssterkteniveau, het aantal flitsen en de flitsfrequentie in te stellen wordt u
verwezen naar “Stroboscopische flitsmodus.” (0C-19)
1. De hoofdflitser instellen
Druk op functieknop 2 om het
geselecteerde item te markeren.
Verander de instelling door aan
de selectieschijf te draaien en
druk dan op de [OK]-knop.
Druk op functieknop 3 om het
kanaal te markeren, kies een
kanaal met de selectieschijf en
druk dan op de [OK]-knop.
2. De secundaire flitsers instellen
Stel de groep secundaire itsers, het kanaal en de positie
van de zoomkop in.
Zie D-9 voor meer informatie.
D–12
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze itsers is bijzonder geschikt
voor het fotograferen van snel bewegende onderwerpen.
SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze
flitsers instellen
Stel de SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze
itsers in via de persoonlijke instellingen. (0B-17)
Zet de hoofdschakelaar/schakelaar draadloze stand voor
meervoudige itsers op [MASTER] of [REMOTE].
Draai aan de schakelaar terwijl u de ontgrendelingsknop in het midden
ingedrukt houdt.
Voorbeeld lcd voor hoofdflitserstand
Hoofd itserstand
SU-4 type
Flitsstand
Voorbeeld lcd voor secundaire flitserstand
SU-4 type
Flitsstand
Secundaire itserstand
Positie van de zoomkop voor de secundaire itser
Geluidsmonitor
SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze flitsers
D–13
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze flitsers
Flitsstanden voor de hoofdflitser
Bij gebruik in de hoofd itserstand kan de SB-910 in de itsstand automatisch
diafragma, de niet-DDL automatische itsmodus, de handmatige itsmodus met
afstandsprioriteit en de handmatige itsmodus werken. (0D-4)
Om de itsstand in te stellen, drukt u op de
[MODE]-knop, kiest dan de itsstand met de
selectieschijf en drukt dan op de [OK]-knop.
v De monitorvoor itsenfunctie van de hoofd itser annuleren
Een juiste belichting kan niet worden verkregen wanneer de hoofd itser
monitorvoor itsen afgeeft bij SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze
itsers.
De SB-910 geeft geen monitorvoorflitsen af bij gebruik in de hoofdflitserstand.
Wanneer de SB-910 niet de hoofdflitser is, moet u ervoor zorgen dat de
monitorvoorflitsenfunctie van de hoofdflitser is geannuleerd. Zie de
gebruikshandleiding van de hoofdflitser voor de instructies om deze functie te
annuleren.
D–14
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Flitsstanden voor secundaire flitsers
Bij gebruik in de secundaire itserstand kan de SB-910 in de standen AUTO
(automatisch), M (handmatig) en OFF ( itsfunctie geannuleerd) werken.
Om de itsstand in te stellen, drukt u op de
[MODE]-knop, kiest dan de itsstand met de
selectieschijf en drukt dan op de [OK]-knop.
De stand (automatisch):
In de stand AUTO starten en stoppen de secundaire flitsers synchroon met de
hoofdflitser.
Het totale flitssterkteniveau van de hoofdflitser en de secundaire flitsers wordt
geregeld.
De maximale afstand die de lichtsensor van de SB-910 kan detecteren, is circa
7 m vanaf de voorzijde van de hoofdflitser.
De stand (handmatig):
In de stand M starten de secundaire flitsers synchroon met de hoofdflitser, maar
stoppen deze niet synchroon met de hoofdflitser.
Het flitssterkteniveau van de hoofdflitser en de secundaire flitsers wordt apart
ingesteld.
De maximale afstand die de lichtsensor van de SB-910 kan detecteren, is circa
40 m vanaf de voorzijde van de hoofdflitser.
Het flitssterkteniveau kan worden ingesteld tussen M1/1 en M1/128.
De stand ( flitsfunctie geannuleerd):
De secundaire itsers itsen niet, zelfs wanneer de hoofd itser itst.
D–15
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze flitsers
v Voorkomen dat de secundaire flitsers per ongeluk flitsen
Laat de secundaire itsers niet ingeschakeld. Ze kunnen per ongeluk
worden geactiveerd door ontlading van statische elektriciteit of door andere
elektromagnetische golven. Zet de itsers daarom uit wanneer deze niet worden
gebruikt.
Een foto maken met SU-4-type fotograferen met
meervoudige draadloze flitsers
1. De secundaire flitsers instellen (flitsstand en positie van
de zoomkop)
[De AUTO stand instellen (voorbeeld)]
Druk op de [MODE]-knop, kies
“AUTO” met de selectieschijf en
druk dan op de [OK]-knop.
D–16
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Druk op functieknop 1 om
de positie van de zoomkop
te markeren, kies een positie
voor de zoomkop met de
selectieschijf en druk dan op de
[OK]-knop.
t Het itssterkteniveau in de stand
M instellen
In de stand M wordt het itssterkteniveau met
functieknop 2 ingesteld.
2. De hoofdflitser instellen (flitsstand)
[De flitsstand automatisch diafragma instellen (voorbeeld)]
Druk op de [MODE]-knop, kies
met de selectieschijf en
druk dan op de [OK]-knop.
Wanneer de flitsstand van de secundaire
flitser AUTO (automatisch) is, zet u de
flitsstand van de hoofdflitser op flitsen
met automatisch diafragma, niet-DDL
automatisch flitsen, handmatig flitsen
met afstandsprioriteit of handmatig
flitsen. (0D-4)
Wanneer de flitsstand van de secundaire
flitser M (handmatig) is, zet u de flitsstand
van de hoofdflitser op handmatig flitsen.
Controleer of de
itsgereedaanduiding brandt
en maak de foto.
D–17
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Secundaire flitsers
De secundaire flitsers instellen
De stand-by-functie van de SB-910, SB-900, SB-800, SB-700, SB-600, SB-500
en SB-R200 wordt automatisch geannuleerd als de secundaire flitserstand is
ingesteld. Zorg dat het batterijniveau toereikend is.
Stel op de secundaire flitsers de positie van de zoomkop zodanig in dat die
groter is dan de beeldhoek, zodat het onderwerp ook voldoende wordt belicht
als de flitskop niet recht op het onderwerp is gericht. Als de afstand flitser tot
onderwerp erg kort is, stelt u de positie van de zoomkop zo groot in dat er
voldoende licht op het onderwerp valt.
Instelling van de secundaire flitsers
In de meeste gevallen plaatst u de secundaire flitsers dichter bij het onderwerp
dan de camera, zodat het licht van de hoofdflitser het lichtsensorvenster voor de
draadloze secundaire flitser van de groepen secundaire flitsers kan bereiken. Dit is
met name belangrijk als u een secundaire flitser in de hand houdt.
D–18
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Als richtlijn geldt dat de effectieve afstand tussen de hoofdflitser en de secundaire
flitsers circa 10 m of minder bedraagt vanaf de voorzijde en circa 7 m of minder
vanaf de zijkanten (bij geavanceerde draadloze flitssturing). Deze afstanden
kunnen variëren afhankelijk van het omgevingslicht.
U kunt een onbeperkt aantal secundaire flitsers tegelijk gebruiken. Als u veel
secundaire flitsers gebruikt, kan het licht echter onbedoeld worden opgevangen
door de lichtsensor van de hoofdflitser en een goede werking verstoren. Voor
fotograferen met meervoudige draadloze flitsers kunt u het beste drie secundaire
flitsers gebruiken. Bij geavanceerde draadloze flitssturing kunt u uit praktisch
oogpunt het aantal secundaire flitsers het beste beperken tot drie per groep.
Plaats alle secundaire flitsers van dezelfde groep dicht bij elkaar en in dezelfde
richting gekeerd.
Circa 5 – 7 m
Circa 5 – 7 m
Groep C
Groep A
Groep B
Minder dan
circa 10 m
Hoofd itser
Binnen 30˚
Binnen 30˚
D–19
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Secundaire flitsers
Als zich een obstakel bevindt tussen de hoofdflitser en de secundaire flitsers,
kunnen de gegevens niet goed worden uitgewisseld.
Let erop dat geen licht van de secundaire flitsers in het objectief van de camera of
de lichtsensor van de hoofdflitser voor niet-DDL automatisch flitsen valt.
Gebruik de meegeleverde Speedlight-flitsstandaard AS-21 voor een stabiele
plaatsing van de secundaire flitsers. Maak de SB-910 op dezelfde wijze vast en los
van de AS-21 als deze wordt vastgemaakt/losgemaakt van de accessoireschoen
van de camera.
Druk altijd op de testflitsknop van de hoofdflitser om de secundaire flitsers te
testen nadat deze zijn opgesteld.
Controleer of de flitsgereedaanduiding van de secundaire flitser brandt voordat u
de foto maakt.
D–20
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
De opnameomstandigheden controleren bij
fotograferen met meervoudige draadloze flitsers
U kunt de werking bij fotograferen met meervoudige draadloze itsers controleren
door de itsgereedaanduiding op de SB-910 en de geluidsmonitor tijdens en na de
opname te controleren.
De geluidsmonitor kan worden gebruikt om de werking van een secundaire flitser
te controleren. Deze functie kan met functieknop 3 geactiveerd of geannuleerd
worden.
Wanneer de SB-910 in de secundaire flitserstand wordt gebruikt, kan een van de
flitsgereedaanduidingen in de persoonlijke instellingen worden uitgeschakeld om
stroom te besparen. Bij de standaardinstelling brandt de flitsgereedaanduiding op
de achterzijde en knippert de flitsgereedaanduiding op de voorzijde. (0B-19)
De werking van de flitsers controleren via de flitsgereedaanduiding
of de geluidsmonitor
Hoofd itser Secundaire itser
Status van de Speedlight
Flitsgereedaan-
duiding
Flitsgereedaan-
duiding
Geluidsmonitor
Brandt
De aanduiding
op de achterzijde
brandt en de
aanduiding op de
voorzijde knippert.
Eén pieptoon Gereed om te itsen
Gaat uit en brandt
wanneer gereed
om te itsen
De aanduiding
op de achterzijde
brandt en de
aanduiding op de
voorzijde knippert
of gaat uit.
Twee korte
pieptonen
Correct ge itst
Knippert
gedurende circa
3 sec.
Knippert snel
gedurende circa
3 sec.
Drie lange
pieptonen
gedurende circa
3 sec.
Onvoldoende itssterkte voor een correcte
belichting
*
1
Mogelijk onderbelichting door
onvoldoende itssterkte.
Om dit te corrigeren, moet u een groter
diafragma of een hogere ISO-gevoeligheid
gebruiken, of de afstand tot het
onderwerp verkleinen, en dan opnieuw
fotograferen.
D–21
D
Fotograferen met meervoudige draadloze itsers
Hoofd itser Secundaire itser
Status van de Speedlight
Flitsgereedaan-
duiding
Flitsgereedaan-
duiding
Geluidsmonitor
Gaat uit en brandt
wanneer gereed
om te itsen
Knippert snel
gedurende circa
6 sec.
Drie lange
pieptonen
gedurende circa
3 sec.
(De pieptoon
van elke groep
secundaire
itsers is
anders.)
De lichtsensor van de secundaire itser
heeft het aansturingslicht van de
hoofd itser niet correct ontvangen. De
lichtsensor kon niet detecteren wanneer
het itsen synchroon met de hoofd itser
moest worden gestopt omdat een sterke
re ectie van de secundaire itser zelf
of het licht van een andere secundaire
itser mogelijk in het lichtsensorvenster
is terechtgekomen. Wijzig de richting of
positie van de secundaire itser en maak
de foto opnieuw.
*1 De onderstaande aanduidingen verschijnen wanneer mogelijk onderbelichting is
opgetreden door onvoldoende itssterkte.
Hoofd itser Secundaire itser
De opnameomstandigheden controleren bij
fotograferen met meervoudige draadloze flitsers
E–1
E
Functies
Functies
E
In dit hoofdstuk worden de functies van de SB-910 beschreven die itsfotogra e en
camerafuncties ondersteunen.
Voor meer informatie over camerafuncties en -instellingen raadpleegt u de
gebruikshandleiding van de camera.
Het verlichtingspatroon wijzigen (0E-2)
Indirect itsen (0E-4)
Close-up foto’s maken (0E-9)
Flitsfotogra e met kleur lters (0E-12)
Ondersteunende
itsfuncties (0E-17)
Flitscorrectie
Power zoom-functie
AF-hulpverlichting
Handmatige instelling van ISO-gevoeligheid
Test its
Instellicht
Stand-by-functie
Thermische onderbreker
Functies die moeten
worden ingesteld op de
camera (0E-24)
Automatische snelle FP-synchronisatie
Flitswaardevergrendeling
Trage synchronisatie
Rode-ogenreductie/rode-ogenreductie met trage
synchronisatie
Synchronisatie op het tweede gordijn
E–2
E
Functies
Het verlichtingspatroon wijzigen
Bij itsopnamen is het centrum van het beeld het meest verlicht, terwijl de
randen donkerder zijn. De SB-910 heeft drie typen verlichtingspatronen met een
verschillende lichtafname aan de randen. Selecteer het geschikte patroon op basis
van de opnameomgeving.
Standaard
Het standaard verlichtingspatroon voor
gangbare itsopnamen.
Gelijkmatig
De lichtafname aan de rand van het
beeld is minder dan bij het standaard
verlichtingspatroon.
Geschikt voor groepsfoto’s waar voldoende
licht vereist is zonder lichtafname aan de
randen.
Centrumgericht
Het centrumgerichte patroon heeft grotere
richtgetallen in het centrum van het beeld
dan het standaard verlichtingspatroon (de
lichtafname aan de rand is groter dan bij het
standaard verlichtingspatroon).
Geschikt voor opnamen zoals portretten
waarbij de lichtafname aan de randen van
het beeld van minder belang is.
E–3
E
Functies
Het verlichtingspatroon instellen
Druk op functieknop 1 om
de positie van de zoomkop
te markeren.
Druk op functieknop 3 om
het verlichtingspatroon te
veranderen.
Het geselecteerde verlichtingspatroon wordt aangeduid met een pictogram op
het lcd.
Standaard
Gelijkmatig
Centrumgericht
t Wanneer de Nikon-diffusiekap is bevestigd of de ingebouwde
groothoekdiffusor wordt gebruikt
Druk op functieknop 1 om het
verlichtingspatroon te veranderen.
De positie van de zoomkop verandert
ook in overeenstemming met het
verlichtingspatroon.
E–4
E
Functies
Indirect itsen is een fotogra etechniek waarbij licht via het plafond of een
muur wordt weerkaatst door de itskop te kantelen of draaien. Dit leidt tot de
onderstaande effecten in vergelijking tot direct licht van een itser:
Overbelichting van een onderwerp dat dichterbij staat dan andere voorwerpen
kan worden verminderd.
Achtergrondschaduwen kunnen nog zachter worden gemaakt.
Overbelichting van gezichten, haar en kleding kan worden verminderd.
U kunt de schaduwen nog zachter maken door de Nikon-diffusiekap te
gebruiken.
Voor meer informatie en vergelijkende voorbeeldfoto’s raadpleegt u het aparte
boekje “Een verzameling voorbeeldfoto’s.”
De flitskop instellen
Kantel of draai de itskop
van de SB-910 door de
ontgrendelknop voor het
kantelen/draaien van de
itskop ingedrukt te houden.
De flitskop van de SB-910 kan 90°
omhoog en 7° omlaag worden
gekanteld en kan horizontaal 180°
naar links en naar rechts worden
gedraaid.
Stel de flitskop in op een klikstop op
de aangegeven hoeken.
120
°
150
°
Indirect flitsen
E–5
E
Functies
De kantel-/draaihoek van de flitskop instellen en
een weerkaatsend oppervlak kiezen
U verkrijgt gewoonlijk op eenvoudige wijze goede resultaten door de flitskop
omhoog te kantelen en het plafond als reflecterend oppervlak te gebruiken.
Draai de flitskop horizontaal om hetzelfde effect te verkrijgen als wanneer u de
camera verticaal houdt.
U kunt de belichting nog verder verzachten wanneer het licht via een plafond of
muur achter de camera wordt weerkaatst, in tegenstelling tot voor de camera.
Kies witte of erg weerkaatsende oppervlakken om het licht te weerkaatsen.
Anders worden de beeldkleuren beïnvloed door de kleur van het weerkaatsende
oppervlak.
Let op dat het licht van de flitser het onderwerp niet rechtstreeks verlicht.
De effectieve afstand tussen de flitskop en het weerkaatsende oppervlak
bedraagt circa 1 m tot 2 m, afhankelijk van de opnameomstandigheden.
Als het weerkaatsende oppervlak niet dichtbij genoeg is, kunt u een A4-vel wit
papier gebruiken. Controleer of het onderwerp aan het weerkaatste licht wordt
blootgesteld voor u een foto maakt.
1-2m
90º
Wit plafond
Flitskop 75˚ omhoog
gekanteld en 180˚
gedraaid
Lichtdicht wit papier
E–6
E
Functies
Indirect flitsen
Nikon-diffusiekap
Door de meegeleverde Nikon-diffusiekap op de flitskop te plaatsen, kunt u het
licht nog meer verstrooien tijdens indirect flitsen. Dit levert een zeer zacht licht op
met vrijwel geen schaduwen.
Hetzelfde effect kunt u bereiken door de camera horizontaal of verticaal te
houden.
Het licht wordt meer efficiënt verstrooid wanneer u de ingebouwde
groothoekdiffusor gebruikt. (0E-10)
De Nikon-diffusiekap bevestigen
Bevestig de Nikon-diffusiekap met het
Nikon-logo omhoog gericht, zoals wordt
aangegeven in de afbeelding.
E–7
E
Functies
Aanduiding voor de positie van de zoomkop
Als de Nikon-diffusiekap is bevestigd, wordt
de positie van de zoomkop automatisch
ingesteld overeenkomstig het beeldveld van
de camera en het verlichtingspatroon. De
positie van de zoomkop wordt ingesteld op
12 mm, 14 mm of 17 mm bij FX-formaat en
op 8 mm, 10 mm of 11 mm bij DX-formaat.
(0H-17)
Het verlichtingspatroon kan met functieknop
1 worden veranderd. (0E-3)
Een foto maken met indirect flitsen
Stel de itsstand in.
Zet de flitsstand op i-DDL, flitsen met
automatisch diafragma of niet-DDL
automatisch flitsen.
Lcd van camera
Stel het diafragma, de
sluitertijd enz. van de camera
in.
Pas de itskop aan en maak
de foto.
Zie “De flitskop instellen.” (0E-4)
E–8
E
Functies
Indirect flitsen
t Het diafragma instellen bij indirect itsen
Bij indirect flitsen treedt er een lichtverlies op in vergelijking met normale
flitsfotografie (waarbij de flitskop naar voren is gericht). Daarom dient u een
diafragma te gebruiken dat twee tot drie stops groter (kleinere f-waarde) is. Pas
het diafragma aan op basis van het resultaat.
Als de flitskop niet naar voren is gericht, verdwijnt de aanduiding voor het
afstandsbereik bij flitsopnamen op het lcd van de SB-910. Voor een correcte
belichting controleert u eerst het afstandsbereik bij flitsopnamen en het
diafragma terwijl de flitskop naar voren is gericht. Stel vervolgens het diafragma
in op de camera.
t De ingebouwde re ectiekaart gebruiken
Bij indirect flitsen kunt u de ingebouwde reflectiekaart van de SB-910 gebruiken
om een lichtpuntje weer te geven in de ogen van personen, waardoor de ogen
levendiger lijken.
Kantel de flitskop 90° omhoog. Zie “De flitskop instellen.” (0E-4)
De ingebouwde reflectiekaart instellen
Trek de re ectiekaart en de ingebouwde
groothoekdiffusor uit de itskop en schuif
daarna de ingebouwde groothoekdiffusor
weer terug terwijl u de re ectiekaart
vasthoudt.
U plaatst de reflectiekaart terug door de
ingebouwde groothoekdiffusor weer uit
de flitskop te trekken en beide kaarten in
de flitskop te schuiven.
E–9
E
Functies
Close-up foto’s maken
Wanneer de afstand itser tot onderwerp minder dan circa 2 m is, raden wij u aan
de itskop omlaag te kantelen zodat het onderste gedeelte van het onderwerp
voldoende wordt verlicht bij close-up fotogra e.
Het pictogram voor indirect omlaag
flitsen verschijnt wanneer de flitskop
omlaag wordt gekanteld.
Met de ingebouwde groothoekdiffusor
wordt het flitslicht van de SB-910
verstrooid. Hierdoor worden schaduwen
verzacht en wordt overbelichting van
gezichten enz. voorkomen.
Let er bij gebruik van een lang objectief
op dat het licht van de flitser niet wordt
geblokkeerd door het objectief.
Bij close-up flitsfotografie kan
vignettering optreden door
het verlichtingspatroon, het
gebruikte objectief, de ingestelde
brandpuntsafstand en dergelijke.
Maak daarom testfoto’s voordat u een
belangrijke gebeurtenis fotografeert.
Pictogram voor indirect omlaag itsen
E–10
E
Functies
Close-up foto’s maken
De ingebouwde groothoekdiffusor instellen
Trek de ingebouwde
groothoekdiffusor
voorzichtig helemaal uit de
itser en plaats deze over
het itsvenster.
Schuif vervolgens de
re ectiekaart terug in de
itskop.
U plaatst de ingebouwde groothoekdiffusor terug door deze omhoog te klappen
en zo ver mogelijk terug te duwen in de flitskop.
Aanduiding voor de positie van de zoomkop
Als de ingebouwde groothoekdiffusor is
bevestigd, wordt de positie van de zoomkop
automatisch ingesteld overeenkomstig
het beeldveld van de camera en het
verlichtingspatroon. De positie van de
zoomkop wordt ingesteld op 12mm, 14mm
of 17mm bij FX-formaat en op 8 mm,
10mm of 11mm bij DX-formaat. (0H-17)
Het verlichtingspatroon kan met functieknop
1 worden veranderd. (0E-3)
Als de ingebouwde groothoekdiffusor beschadigd raakt, kan de positie van
de zoomkop handmatig worden ingesteld. Dit kunt u doen door het “
pictogram te selecteren in de persoonlijke instellingen (0B-20) en dan “ON” te
kiezen.
E–11
E
Functies
Close-up foto’s maken met indirect omlaag flitsen
Stel de itsstand van de
SB-910 in.
Plaats de ingebouwde
groothoekdiffusor.
Kantel de itskop omlaag.
Controleer of de
itsgereedaanduiding
brandt en maak de foto.
t Als de ingebouwde groothoekdiffusor is afgebroken
De ingebouwde groothoekdiffusor kan afbreken als de diffusor wordt
blootgesteld aan een hevige schok terwijl deze op de flitskop is geplaatst.
Neem in dat geval contact op met uw leverancier of Nikon-vertegenwoordiger.
Als de ingebouwde groothoekdiffusor is
afgebroken, kan de positie van de zoomkop
niet naar wens worden ingesteld. De
instelling voor het handmatig positioneren
van de zoomkop vindt u in de persoonlijke
instellingen. (0B-20)
Wanneer de positie van de zoomkop
handmatig wordt ingesteld, wordt de
aanduiding omkaderd weergegeven.
E–12
E
Functies
Flitsfotografie met kleurfilters
Kleurcorrectie lters, waaronder een lter voor tl-licht en een lter voor
gloeilamplicht, worden bij de SB-910 geleverd voor itsfotogra e bij gloeilamplicht/
wolfraamlicht en tl-licht.
Voor meer informatie over de effecten van kleurcorrectiefilters raadpleegt u het
aparte boekje “Een verzameling voorbeeldfoto‘s.”
Kleurfilters (kleurfilterset SJ-3 en kleurfilterhouder SZ-2) die de kleur van het licht
veranderen dat door de SB-910 wordt afgegeven, zijn apart verkrijgbaar. (0H-10)
Gebruik van kleurcorrectiefilters en kleurfilters
Filters Doel
Filter voor tl-licht ( lter voor
tl-licht SZ-2FL), meegeleverd
Corrigeert de kleur van het licht van de itser
zodat dit overeenstemt met de kleur van tl-licht
Filter voor gloeilamplicht ( lter
voor gloeilamplicht SZ-2TN),
meegeleverd
Corrigeert de kleur van het licht van de itser
zodat dit overeenstemt met de kleur van
gloeilamplicht of wolfraamlicht
Kleur lters (kleur lterset SJ-3),
optioneel
Interessante effecten creëren door de kleur van het
licht van de itser te wijzigen
t Kleurcorrectie met de meegeleverde en optionele lters
Het meegeleverde lter voor gloeilamplicht SZ-2TN en de optionele SJ-3 lters voor
gloeilamplicht TN-A1 en TN-A2 verschillen in kleurcorrectie. De kleur van foto’s
gemaakt met de SZ-2TN en SJ-3 lters voor gloeilamplicht verschilt een weinig, zelfs
wanneer dezelfde lichtbron wordt gebruikt. De kleur kan worden aangepast via
jnafstelling van de witbalans van de camera. Zie E-16 voor meer informatie.
Bevestigen van de kleurcorrectiefilters (meegeleverd)
SZ-2FL
Zet het lter op de itskop en
steek het in de spleet aan de
bovenzijde.
Plaats het filter met het Nikon-logo
omhoog gericht, zoals aangegeven in
de afbeelding.
E–13
E
Functies
Controleer het lcd.
Het filtertype wordt aangegeven.
De SB-910 stuurt de informatie naar de
camera.
Filter voor tl-licht
Filter voor gloeilamplicht
Bevestigen van SJ-3 kleurfilters (optioneel)
Vouw om langs de lijn die op
het lter staat.
Bevestig het lter aan
de kleur lterhouder SZ-2
(optioneel) zoals wordt
aangegeven in de afbeelding.
Steek de filterranden in de spleten
van de houder en lijn dan het
positioneringsgat van het filter uit met
de houderpen.
Lijn de identificatiecode (zilverkleurige
markeringen) van het filter uit met de
zwarte streep op de houder.
Druk het filter stevig in de filterhouder
zonder het filter te vouwen. Zorg ook
dat het filter precies aansluit.
E–14
E
Functies
Flitsfotografie met kleurfilters
Plaats de lterhouder met het
Nikon-logo omhoog gericht
op de itskop, zoals wordt
aangegeven in de afbeelding,
en steek de houder in de
spleet aan de bovenzijde.
Zorg dat u het filter aan de filterhouder
bevestigt, voordat u de filterhouder op
de flitskop plaatst.
Controleer het lcd.
Het filtertype wordt aangegeven.
Zorg dat de filterdetector niet is
afgedekt.
Rood lter is bevestigd
FL-G1 ( lter voor tl-licht) RED (ROOD)
FL-G2 ( lter voor tl-licht) BLUE (BLAUW)
TN-A1 ( lter voor gloeilamplicht) YELLOW (GEEL)
TN-A2 ( lter voor gloeilamplicht) AMBER (AMBERKLEURIG)
Waarschuwingsaanduiding
Wanneer het filter niet juist is bevestigd,
verschijnt de waarschuwingsaanduiding
die links hiernaast is afgebeeld. Verwijder
het filter in dat geval en plaats het
opnieuw.
E–15
E
Functies
v Opmerkingen over het gebruik van SJ-3 kleur lters
Deze filters zijn verbruiksonderdelen. Vervang de filters wanneer de werking
minder goed wordt of de kleuren vervagen.
Door de warmte van de flitskop kunnen filters vervormen. Dit is echter niet van
invloed op de prestaties.
Krassen op het filter zijn niet van invloed op de prestaties, tenzij de kleur van het
filter vervaagt.
U verwijdert stof of vuil door het filter voorzichtig af te vegen met een zachte,
schone doek.
Het licht van de flitser corrigeren met behulp van
kleurcorrectiefilters en kleurfilters
Als een kleurcorrectie lter op de SB-910 is bevestigd terwijl de witbalans van
de camera is ingesteld op automatisch of itslicht, wordt de lterinformatie
automatisch doorgegeven aan de camera en wordt de optimale witbalans van de
camera automatisch aangepast voor de juiste kleurtemperatuur.
Wanneer een SJ-3 kleurfilter op de SB-910 is bevestigd, stelt u de witbalans van
de camera in op automatisch, flitslicht of direct zonlicht.
Bij gebruik van de SB-910 met een camera zonder lterdetectie (D2-serie,
D1-serie, D200, D100, D80, D70-serie, D60, D50, D40-serie), stelt u de
witbalans van de camera in op basis van het gebruikte lter aan de hand van de
volgende tabel.
Raadpleeg de gebruikshandleiding van de camera voor meer informatie over de
witbalans.
E–16
E
Functies
Flitsfotografie met kleurfilters
Witbalans hangt af van de gebruikte camera
Camera
Filter
D4S, D4, D3X, D3S,
D3*
1
, Df, D810,
D800-serie, D750,
D700, D610, D600,
D300S, D300*
2
,
D90, D7200, D7100,
D7000, D5500,
D5300, D5200,
D5100, D5000,
D3300, D3200,
D3100, D3000
D2-serie, D1X, D1H,
D200, D100, D80,
D70-serie, D60,
D40-serie
D1, D50
SZ-2FL Automatisch, itslicht Niet aanbevolen Niet aanbevolen
SZ-2TN Automatisch, itslicht*
3
Gloeilamplicht Gloeilamplicht
FL-G1, FL-G2 Automatisch, itslicht Niet aanbevolen Niet aanbevolen
TN-A1
Automatisch, itslicht
Gloeilamplicht
( jnafstelling +3),
+1,0EV*
4
Niet aanbevolen
TN-A2
Direct zonlicht
( jnafstelling +3),
+0,3EV*
4
Kleur lters
(RED, BLUE,
YELLOW,
AMBER)
Automatisch, itslicht,
direct zonlicht
Automatisch, itsen,
direct zonlicht
(+0,7EV*
4
met
AMBER)
Automatisch, itsen,
direct zonlicht
(+0,7EV*
4
met
AMBER)
*1 De D3-camera met rmware A en rmware B versie 2.00 of later.
*2 De D300-camera met rmware A en rmware B versie 1.10 of later.
*3 Om de correctie-effecten van de SZ-2TN en de TN-A1 of TN-A2 aan te passen,
stelt u automatisch of itslicht in bij de witbalans van de camera en A6 bij de
jnafstelling.
*4 Stel de witbalans en itscorrectiewaarde van de camera in.
Controleer de beeldresultaten en pas de flitscorrectiewaarde en andere
instellingen dienovereenkomstig aan.
E–17
E
Functies
Ondersteunende flitsfuncties
Flitscorrectie
U kunt belichtingscorrectie toepassen op alleen het verlichte onderwerp, zonder dat
dit van invloed is op de belichting van de achtergrond, door de itssterkte van de
SB-910 aan te passen.
Enige positieve correctie kan nodig zijn om het hoofdonderwerp lichter te maken
of enige negatieve correctie om het onderwerp donkerder te maken.
Flitscorrectie is mogelijk bij i-DDL, de flitsstand automatisch diafragma, niet-DDL
automatisch flitsen en in de handmatige flitsmodus met afstandsprioriteit.
Druk op functieknop 2 om
de itscorrectiewaarde te
markeren.
Draai aan de selectieschijf
om de gewenste
itscorrectiewaarde in te
stellen.
De correctiewaarde kan worden
ingesteld in stappen van 1/3 EV van
+3,0 EV tot –3,0 EV.
Druk op de [OK]-knop.
v Flitscorrectie annuleren
U annuleert de flitscorrectie door aan de selectieschijf te draaien tot de waarde
“0” voor de correctie wordt weergegeven.
U kunt de flitscorrectie niet annuleren door de SB-910 uit te zetten.
t Voor digitale spiegelre excamera’s met een ingebouwde itser
met een functie voor itscorrectie
U kunt de flitscorrectie ook instellen op de digitale spiegelreflexcamera met ingebouwde
flitser. Raadpleeg de gebruikshandleiding van de camera voor meer informatie.
Als u de flitssterkte corrigeert zowel op de camera als op de Speedlight, wordt de
belichting gewijzigd met de som van beide correctiewaarden. In dit geval wordt
op het lcd-venster van de SB-910 alleen de correctiewaarde weergegeven die is
ingesteld op de SB-910.
E–18
E
Functies
Ondersteunende flitsfuncties
Power zoom-functie
De SB-910 past de positie van de zoomkop automatisch aan de brandpuntsafstand
van het objectief aan.
Welke posities van de zoomkop automatisch worden aangepast, hangt af van de
instellingen. Zie “Specificaties” voor meer informatie. (0H-17)
Power zoom-functie geactiveerd
Power zoom-functie
geactiveerd
Positie van de zoomkop
handmatig ingesteld
Power zoom-functie
geannuleerd (positie van de
zoomkop moet handmatig
worden ingesteld)
Nikon-diffusiekap bevestigd
Ingebouwde groothoekdiffusor
in gebruik
Positie van de zoomkop op
maximale groothoekpositie
Positie van de zoomkop op
maximale telefotopositie
De positie van de zoomkop handmatig instellen
Als u de positie van de zoomkop wilt wijzigen in een positie die niet overeenkomt
met de brandpuntsafstand, moet u de positie van de zoomkop handmatig
aanpassen.
Wanneer u de positie van de zoomkop handmatig instelt, verschijnt er een “
boven de “
” aanduiding op het lcd-venster.
Druk op functieknop 1 om de positie van de zoomkop te markeren en draai dan
aan de selectieschijf om de positie van de zoomkop in te stellen.
Draai de selectieschijf rechtsom om de waarde te verhogen en linksom om de
waarde te verlagen.
De positie van de zoomkop kan ook met functieknop 1 worden ingesteld. In
dit geval wordt de waarde verhoogd telkens wanneer op functieknop 1 wordt
gedrukt. Let erop dat de positie na de grootste telepositie verandert in de
grootste groothoekpositie.
Om de power zoom-functie opnieuw te activeren, drukt u op functieknop 1
zodat “
” wordt weergegeven en dan drukt u op functieknop 2.
E–19
E
Functies
Power zoom-functie geannuleerd
De power zoom-functie kan in de persoonlijke instellingen worden geannuleerd.
(0B-18)
Wanneer u de power zoom-functie annuleert, verschijnt er een “ ” boven de
” aanduiding op het lcd-venster.
De positie van de zoomkop moet handmatig worden ingesteld. De positie van
de zoomkop verandert niet automatisch wanneer de brandpuntsafstand van het
objectief wordt veranderd, het objectief wordt vervangen of de Speedlight wordt uit-/
ingeschakeld.
Zie “De positie van de zoomkop handmatig instellen” hierboven om de positie van de
zoomkop handmatig in te stellen.
AF-hulpverlichting
Als het licht ontoereikend is voor een normale werking van de autofocus, zorgt de AF-
hulpverlichting van de SB-910 ervoor dat u toch kunt fotograferen met autofocus.
De AF-hulpverlichting van de SB-910 ondersteunt meerpunts-AF.
De AF-hulpverlichting kan niet worden gebruikt met niet-CLS-compatibele camera’s of
met COOLPIX-camera’s.
Opmerkingen over het gebruik van de AF-hulpverlichting
De AF-hulpverlichting is beschikbaar als een AF-objectief is bevestigd en de
scherpstelstand van de camera is ingesteld op S (enkelvoudige servo-AF met
scherpstelprioriteit), AF-A of AF.
De effectieve afstand flitser tot onderwerp met de AF-hulpverlichting bedraagt circa
1 m tot 10 m vanaf het midden van het beeld met een 50 mm f/1,8 objectief. De
afstand flitser tot onderwerp varieert afhankelijk van het gebruikte objectief.
De geschikte brandpuntsafstand van het objectief is tussen 17mm en 135mm. De
scherpstelpunten voor elke brandpuntsafstand waarin automatische scherpstelling
mogelijk is, zijn als volgt:
Scherpstelpunten voor D3-serie camera’s
17 – 19 mm 20 – 105 mm 106 – 135 mm
De AF-hulpverlichting brandt niet als de scherpstelling van de camera is vergrendeld
of de flitsgereedaanduiding van de SB-910 niet brandt.
Raadpleeg de gebruikshandleiding van de camera voor meer informatie.
E–20
E
Functies
Ondersteunende flitsfuncties
AF-hulpverlichting/ annuleren van de itsfunctie
De AF-hulpverlichting kan in de persoonlijke instellingen worden geactiveerd
of geannuleerd. De itsfunctie kan ook in de persoonlijke instellingen worden
geannuleerd terwijl de AF-hulpverlichting geactiveerd is. (0B-18)
AF-hulpverlichting is geactiveerd terwijl de itsfunctie geactiveerd is
(standaardinstelling)
AF-hulpverlichting is geannuleerd terwijl de itsfunctie geactiveerd is. Nu
verschijnt “AF” niet.
AF-hulpverlichting is geactiveerd terwijl de
itsfunctie geannuleerd is
v Wanneer autofocus niet mogelijk is bij gebruik van
de AF-hulpverlichting
Als de scherpstelaanduiding niet wordt weergegeven in de zoeker van de camera,
ook al brandt de AF-hulpverlichting, dient u handmatig scherp te stellen.
t De SB-910 los van de camera gebruiken
Als u de SB-910 met de DDL-afstandsbediening SC-29 op de camera aansluit, is
itsfotogra e met autofocus bij weinig licht mogelijk omdat de SC-29 een functie
voor AF-hulpverlichting bevat. (0H-10)
t Voor camera’s met een ingebouwde itser
Zelfs als de AF-hulpverlichting van de camera is ingeschakeld, krijgt de
AF-hulpverlichting van de SB-910 de prioriteit en brandt de AF-hulpverlichting
van de camera niet.
De AF-hulpverlichting van de camera brandt alleen als de AF-hulpverlichting van
de SB-910 is geannuleerd.
E–21
E
Functies
Handmatige instelling van ISO-gevoeligheid
De ISO-gevoeligheid kan handmatig in de persoonlijke instellingen worden
ingesteld. (0B-19)
De ISO-gevoeligheid kan worden ingesteld tussen 3 en 8000. Houd er rekening
mee dat de instelling voor de ISO-gevoeligheid op de camera voorrang heeft.
Testflits
Druk op de test itsknop om te bepalen of de SB-910 correct itst.
Testflitsen en instellicht kunnen in de persoonlijke instellingen worden
geselecteerd. (0B-17)
Het flitssterkteniveau tijdens testflitsen varieert afhankelijk van de
instellingen en de flitsstand.
Testflitsen is niet mogelijk wanneer de SB-910 in de hoofdflitserstand
wordt gebruikt.
Instellicht
Wanneer op de test itsknop wordt gedrukt, itst de itser meerdere malen met
een lager itssterkteniveau. Zo kunt u de verlichting en de schaduwen op het
onderwerp controleren voordat u de foto maakt.
Testflitsen en instellicht kunnen in de persoonlijke instellingen worden
geselecteerd. (0B-17)
De flitser flitst als een instellicht voor maximaal circa 1,5 seconde.
Als u op de voorbeeldknop voor de scherptediepte drukt van een camera
die de functie voor instellicht ondersteunt, gaat het instellicht branden
ook als de SB-910 niet is ingesteld voor gebruik van de instellichtfunctie.
Raadpleeg de gebruikshandleiding van de camera voor meer informatie.
Geavanceerde draadloze itssturing (0D-8)
Wanneer de testflitsknop op de hoofdflitser wordt ingedrukt, brandt het
instellicht op de geactiveerde flitsers op het ingestelde flitssterkteniveau.
Als u op de voorbeeldknop voor de scherptediepte op de camera drukt, brandt het
instellicht van de hoofdflitser (met de flitsfunctie geactiveerd) en van alle andere
secundaire flitsers op het ingestelde flitssterkteniveau in de geselecteerde stand.
E–22
E
Functies
Ondersteunende flitsfuncties
SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze itsers
(0D-12)
Als u op de voorbeeldknop voor de scherptediepte op de camera drukt, brandt
alleen het instellicht van de hoofdflitser.
De secundaire flitsers flitsen ook in overeenstemming met het instellicht van de
hoofdflitser, maar dit zijn geen instellichten.
Stand-by-functie
Als de SB-910 en de camera gedurende een
bepaalde tijd niet worden gebruikt, wordt
automatisch de stand-by-functie geactiveerd
om de batterijen te sparen.
De stand-by-functie wordt geactiveerd
wanneer de belichtingsmeter van de camera
wordt uitgeschakeld (standaardinstelling).
U kunt de tijdsduur waarna de stand-by-
functie wordt geactiveerd aanpassen via de
persoonlijke instellingen (0B-18).
De stand-by-functie annuleren
Druk de ontspanknop van de camera half in.
Zet de hoofdschakelaar/schakelaar draadloze stand voor meervoudige flitsers op
[OFF] en daarna op [ON], [REMOTE] of [MASTER].
Druk op de testflitsknop.
E–23
E
Functies
Thermische onderbreker
De SB-910 beschikt over een functie die bescherming biedt tegen schade aan het
itsvenster en de itser door oververhitting. Deze functie kan niet het stijgen van de
temperatuur van de itskop stoppen. Let op dat de SB-910 niet oververhit raakt bij
continu gebruik van de itser.
De aanduiding voor de thermische onderbreker verschijnt wanneer de
temperatuur van het flitsvenster en de behuizing stijgen als gevolg van veelvuldig,
snel achter elkaar gebruik van de flitser, en alle bedieningsfuncties, met
uitzondering van ON/OFF voor de stroom en de persoonlijke instellingen, worden
geannuleerd om te voorkomen dat de hitte het flitsvenster en de behuizing
kunnen beschadigen.
Lcd bij normale
temperatuur Aanduiding van de thermische onderbreker
Hoge
temperatuur
Wacht totdat de SB-910 is afgekoeld.
Het gebruik kan worden hervat zodra de waarschuwing niet meer wordt
weergegeven.
Afhankelijk van de positie van de zoomkop is het in zeldzame gevallen mogelijk
dat de aanduiding van de thermische onderbreker verschijnt of verdwijnt zonder
dat de temperatuur verandert. Dit is geen defect.
E–24
E
Functies
Functies die moeten worden ingesteld op de camera
De volgende functies zijn beschikbaar als de gebruikte camera hierover beschikt.
Stel deze functies in op de camera. Ze kunnen niet rechtstreeks op de SB-910
worden ingesteld.
Voor meer informatie over camerafuncties en -instellingen raadpleegt u de
gebruikshandleiding van de camera.
Automatische snelle FP-synchronisatie
Snelle itssynchronisatie bij de kortste sluitertijd van compatibele camera’s is
mogelijk.
Automatische snelle FP-synchronisatie wordt automatisch ingesteld als de
sluitertijd de synchronisatietijd van de camera overschrijdt.
Dit is zelfs bij daglicht handig als een groter diafragma vereist is om een kleinere
scherptediepte te creëren en zo de achtergrond onscherp vast te leggen.
Automatische snelle FP-synchronisatie kan ook worden gebruikt bij geavanceerde
draadloze flitssturing.
De beschikbare flitsstanden zijn i-DDL, de flitsstand automatisch diafragma
met monitorvoorflitsen, niet-DDL automatisch flitsen met monitorvoorflitsen,
handmatig flitsen met afstandsprioriteit en handmatig flitsen.
Raadpleeg “Specificaties” voor het afstandsbereik bij flitsopnamen in de i-DDL-
stand en de richtgetallen voor automatische snelle FP-synchronisatie. (0H-20)
E–25
E
Functies
Flitswaardevergrendeling ( FV lock)
De itssterkte van de SB-910 kan worden vergrendeld. Zo blijft de verlichting van
het onderwerp constant, zelfs als u de compositie wijzigt.
De flitsbelichting (helderheid) blijft gelijk, zelfs als u het diafragma wijzigt of het
objectief in- of uitzoomt, aangezien het flitssterkteniveau automatisch wordt
aangepast.
U kunt meerdere foto’s maken terwijl de flitswaarde is vergrendeld.
Flitswaardevergrendeling kan ook worden gebruikt bij geavanceerde draadloze
flitssturing.
De beschikbare flitsstanden zijn i-DDL, de flitsstand automatisch diafragma met
monitorvoorflitsen en niet-DDL automatisch flitsen met monitorvoorflitsen.
De flitswaarde staat voor de hoeveelheid flitsbelichting van het onderwerp.
Trage synchronisatie
De itser wordt aangestuurd bij een lange sluitertijd om zo een correcte belichting
te krijgen van zowel het hoofdonderwerp als de achtergrond in situaties met weinig
licht.
Aangezien lange sluitertijden worden gebruikt, wordt het gebruik van een statief
aanbevolen om cameratrilling te voorkomen.
Rode-ogenreductie/ rode-ogenreductie met trage
synchronisatie
De SB-910 itst driemaal op lagere sterkte vlak voordat de foto wordt gemaakt
om te voorkomen dat de ogen van gefotografeerde personen rood worden
weergegeven in foto’s die zijn gemaakt bij weinig licht.
Bij rode-ogenreductie met trage synchronisatie wordt rode-ogenreductie
gecombineerd met een trage synchronisatie flitser.
Aangezien lange sluitertijden worden gebruikt bij rode-ogenreductie met trage
synchronisatie, wordt het gebruik van een statief aanbevolen om cameratrilling te
voorkomen.
E–26
E
Functies
Functies die moeten worden ingesteld op de camera
Synchronisatie op het tweede gordijn
Wanneer u bij normale itsfotogra e snelbewegende onderwerpen fotografeert met
een lange sluitertijd, kan dit leiden tot onnatuurlijk uitziende foto’s aangezien het
onderwerp zich achter of in de onscherpte van de beweging lijkt te bevinden. Bij
synchronisatie op het tweede gordijn wordt een foto gemaakt waarbij de onscherpte
van een bewegend onderwerp zich achter het onderwerp bevindt en niet ervoor.
Bij synchronisatie op het eerste gordijn flitst de flitser direct nadat het eerste
gordijn volledig is geopend; bij synchronisatie op het tweede gordijn flitst de
flitser vlak voordat het tweede gordijn wordt gesloten.
Aangezien lange sluitertijden worden gebruikt, wordt het gebruik van een statief
aanbevolen om cameratrilling te voorkomen.
Synchronisatie op het tweede gordijn werkt niet in de stroboscopische flitsmodus.
Synchronisatie op het eerste gordijn
Synchronisatie op het tweede gordijn
F–1
F
Voor gebruik met niet-CLS compatibele spiegelre excamera’s
Voor gebruik met niet-CLS compatibele spiegelreflexcamera’s
F
Gebruik van de SB-910 met spiegelre excamera’s die niet compatibel zijn met CLS is
mogelijk, maar sommige functies zullen wellicht niet werken.
Welke functies van de SB-910 beschikbaar zijn, hangt af van de gebruikte camera.
Raadpleeg ook de gebruikshandleiding van uw camera.
Verschillen tussen CLS-compatibele camera’s en niet-
CLS compatibele camera’s
CLS-compatibele camera’s
Niet-CLS-compatibele
camera’s
Pictogram voor
cameracommunicatie
Weergegeven Niet weergegeven
Beschikbare itsstanden
• i-DDL
• Flitsstand automatisch
diafragma
• Niet-DDL automatisch itsen
• Handmatig itsen met
afstandsprioriteit
• Handmatig itsen
• Stroboscopisch itsen
• Niet-DDL automatisch itsen
• Handmatig itsen met
afstandsprioriteit
• Handmatig itsen
• Stroboscopisch itsen
ISO-gevoeligheid Automatisch ingesteld
Instellen in de persoonlijke
instellingen
Functie voor fotograferen
met meervoudige draadloze
itsers
• Geavanceerde draadloze
itssturing
• SU-4 type
• SU-4 type
Flitsopnamen met kleur lters
Mogelijk ( lterinformatie
wordt doorgegeven naar
camera compatibel met
lterdetectie)
Mogelijk ( lterinformatie
wordt niet doorgegeven)
Flitswaardevergrendeling Mogelijk Niet mogelijk
Automatische snelle FP-
synchronisatie
Mogelijk Niet mogelijk
Rode-ogenreductie Mogelijk Niet mogelijk
Synchronisatie op het tweede
gordijn
Mogelijk Mogelijk
AF-hulpverlichting
Mogelijk (ondersteuning voor
meerpunts-AF)
Niet mogelijk
Firmware-update
Mogelijk (alleen met
compatibele camera’s)
Niet mogelijk
G–1
G
Voor gebruik met COOLPIX-camera’s
Voor gebruik met COOLPIX-camera’s
G
Gebruik van de SB-910 met de onderstaande COOLPIX-camera’s die niet compatibel
zijn met CLS is mogelijk, maar sommige functies zullen wellicht niet werken.
CLS-compatibele COOLPIX-camera’s (A, P7800, P7700, P7100, P7000, P6000)
i-DDL-compatibele COOLPIX-camera’s (P5100, P5000, E8800, E8700, E8400)
Raadpleeg ook de gebruikshandleiding van uw camera.
Flitsstanden en functies bij gebruik met
COOLPIX-camera’s
CLS-compatibele
COOLPIX-camera’s
i-DDL-compatibele
COOLPIX-camera’s
Beschikbare itsstanden
• Standaard i-DDL
Flitsstand automatisch diafragma
• Niet-DDL automatisch itsen
• Handmatig itsen met afstandsprioriteit
• Handmatig itsen
• Stroboscopisch itsen
Mogelijkheden voor
fotograferen met meerdere,
draadloze itsers*
1
• Geavanceerde draadloze
itssturing
• SU-4 type
• SU-4 type
Flitswaardevergrendeling Niet mogelijk
Automatische snelle
FP-synchronisatie
Niet mogelijk
AF-hulpverlichting Niet mogelijk
Firmware-update Niet mogelijk
*1 Fotograferen met meervoudige draadloze itsers waarbij de ingebouwde itser van de
COOLPIX als hoofd itser en de SB-910 als secundaire itser wordt gebruikt, is niet mogelijk.
G–2
G
Voor gebruik met COOLPIX-camera’s
t CLS-compatibele COOLPIX-camera’s
Fotograferen met meervoudige draadloze flitsers is mogelijk wanneer de SB-910,
SB-900, SB-800, SB-700 of de draadloze Speedlight commander SU-800 als de
hoofdflitser of de commander op de accessoireschoen van de COOLPIX-camera is
bevestigd en flitsers zoals de SB-910, SB-900, SB-800, SB-700, SB-600 en SB-500
in de secundaire flitserstand staan.
Voor meer informatie over de camera-instellingen raadpleegt u de
gebruikshandleiding van de camera.
t De positie van de zoomkop instellen bij gebruik met CLS-
compatibele COOLPIX-camera’s
De power zoom-functie past de positie van de zoomkop automatisch aan de
brandpuntsafstand van het objectief aan. In dit geval verschijnt “ ” op
het lcd-venster, maar de positie van de zoomkop verschijnt niet op het lcd-venster.
H–1
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
H
In dit hoofdstuk worden het oplossen van problemen, het onderhoud van de
Speedlight, de speci caties en de optionele accessoires beschreven.
Problemen oplossen
Als er een waarschuwingsaanduiding verschijnt, gebruik dan de volgende tabel om
de oorzaak van het probleem vast te stellen alvorens u de Speedlight voor reparatie
naar een leverancier of Nikon-vertegenwoordiger brengt.
Problemen met de SB-910
Probleem Oorzaak Oplossing
0
De itser kan niet
worden ingeschakeld.
De batterijen zijn
onjuist geplaatst.
Plaats de batterijen op de
juiste manier.
B-6
De batterijen zijn bijna leeg. Vervang de batterijen. B-7
De itsgereed-
aanduiding gaat niet
branden.
De stand-by-functie is
geactiveerd.
Druk de ontspanknop van
de camera half in.
Schakel de SB-910 in.
E-22
De batterijen zijn bijna leeg. Vervang de batterijen. B-7
De SB-910 itst niet.
De itsfunctie is geannuleerd
in de persoonlijke instellingen.
Activeer de itsfunctie in de
persoonlijke instellingen.
B-18
Het afstandsbereik
voor itsopnamen
wordt niet
weergegeven.
De itskop is niet naar voren
gericht.
Draai de itskop zodat deze
naar voren is gericht.
B-9
Er wordt geen informatie
van de camera over het
diafragma en de ISO-
gevoeligheid ontvangen.
Controleer de camera-
instellingen.
Maak de SB-910 los van
de camera en sluit deze
daarna weer aan.
De SB-910 ontvangt geen
informatie van de camera
over de brandpuntsafstand.
Zet de SB-910 en de camera
uit en dan weer aan.
De positie van de
zoomkop wordt
niet automatisch
ingesteld.
De ingebouwde
groothoekdiffusor wordt
gebruikt of de Nikon-
diffusiekap is bevestigd.
Verwijder de ingebouwde
groothoekdiffusor of de
Nikon-diffusiekap.
Maak de instelling voor
handmatig instellen van de
positie van de zoomkop in
de persoonlijke instellingen.
B-20
E-6
E-10
De power zoom-functie
is geannuleerd.
Activeer de power zoom-
functie.
E-19
H–2
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Probleem Oorzaak Oplossing
0
De secundaire itser
itst niet.
De afstand tussen de
hoofd itser en de secundaire
itser is te groot of er is een
obstakel tussen de itsers.
Zoek een nieuwe plaats
voor de hoofd itser en de
secundaire itsers.
D-17
Het licht van de
hoofd itser valt niet in
het lichtsensorvenster van
de secundaire itser voor
draadloze itssturing.
De SB-910 werkt niet
correct.
De microcomputer
heeft mogelijk niet juist
gefunctioneerd als dit
probleem optreedt wanneer
er nieuwe batterijen op de
juiste wijze zijn geplaatst.
Vervang de batterijen terwijl
de SB-910 is ingeschakeld.
Als het probleem blijft
bestaan, neem dan contact
op met uw leverancier of
Nikon-vertegenwoordiger.
B-6
Niet-standaard
weergave
De instelschijven of
knoppen werken niet.
De knopvergrendeling is
geactiveerd.
Annuleer de
knopvergrendeling.
B-4
De SB-910 werkt niet.
De thermische onderbreker is
geactiveerd.
Wacht totdat de SB-910 is
afgekoeld.
E-23
Waarschuwingsaanduidingen
Waarschuwingsaanduiding
Oorzaak Oplossing
0
Aanduiding voor laag
batterijniveau verschijnt.
Alle functies zijn gestopt
vanwege een te laag
batterijniveau.
Vervang de batterijen. B-7
De aanduiding voor de
thermische onderbreker
verschijnt.
De itsfunctie is geannuleerd
en alle bedieningsfuncties,
met uitzondering van ON/
OFF voor de stroom en de
persoonlijke instellingen, zijn
gestopt omdat de SB-910
te warm is geworden en
beschadigd kan raken.
Laat de SB-910 afkoelen. E-23
H–3
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Problemen oplossen
Waarschuwingsaanduiding
Oorzaak Oplossing
0
De aanduiding voor
activering van de
beveiliging verschijnt.
Alle functies, behalve de
hoofdschakelaar, kunnen
niet worden gebruikt
vanwege problemen met
de stroomvoorziening.
Zet de itser uit, verwijder
de batterijen en neem
contact op met uw
leverancier of Nikon-
vertegenwoordiger.
De itsgereedaanduiding
knippert nadat de itser
heeft ge itst.
Er is mogelijk
onderbelichting
opgetreden.
Gebruik een groter
diafragma of verklein de
afstand vanaf de itser tot
het onderwerp en maak de
foto opnieuw.
C-4
C-7
C-10
C-13
D-20
Waarschuwingspieptonen
klinken ongeveer
3 seconden in de
secundaire itser.
Er is mogelijk
onderbelichting
opgetreden.
Gebruik een groter
diafragma, breng de itser
dichter naar het onderwerp
toe of verander de positie
van de itser en maak de
foto opnieuw.
D-20
De aanduiding voor
lterdetectiefout
verschijnt.
Het bevestigde kleur lter is
niet gedetecteerd.
Controleer of het kleur lter
juist is bevestigd.
E-14
Er is geen itssterkte die
overeenkomt met het
gebruikte diafragma van de
camera.
Stel het diafragma opnieuw
in.
Het diafragma staat niet op
de maximale f-waarde.
Stel de maximale f-waarde
in.
De camera is uitgeschakeld. Schakel de camera in.
De power zoom-functie
werkt niet juist.
Schakel de SB-910 uit en
dan weer in.
Als de waarschuwing
blijft bestaan, neem
dan contact op met uw
leverancier of Nikon-
vertegenwoordiger.
H–4
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Richtgetal, diafragma en afstand flitser tot onderwerp
Het richtgetal (RG) geeft de hoeveelheid licht van de itser aan. Hoe hoger dit
getal, hoe groter de itssterkte en hoe verder het licht zich verspreid.
Er is een relatie vertegenwoordigd door een vergelijking, richtgetal (m; voor
ISO 100) = afstand itser tot onderwerp (m) × f-waarde van het diafragma. Het
richtgetal van de SB-910 is 34m (voor ISO 100, positie van de zoomkop:35 mm,
FX-formaat, verlichtingspatroon: standaard, temperatuur: 20 °C). Als de ISO-
gevoeligheid 100 bedraagt en de f-waarde van het diafragma 8 bedraagt, is de
verlichting van de SB-910 4,25 m, wat wordt bepaald door de vergelijking, afstand
itser tot onderwerp (4,25 m) = richtgetal (34 m) / f-waarde van het diafragma (8).
Voor andere ISO-gevoeligheden dan 100, vermenigvuldigt u het richtgetal met de
factor ( ISO-gevoeligheidsfactoren) uit de onderstaande tabel.
ISO 25 50 100 200 400 800 1600 3200 6400
Factor 0,5 0,71 1 1,4 2 2,8 4 5,6 8
Zie “Specificaties” voor meer details. (0H-18)
t Bepalen van het diafragma en de afstand itser tot onderwerp
voor correcte belichting
f-waarde van het diafragma
= richtgetal (RG voor ISO 100; m)
× ISO-gevoeligheidsfactor / afstand itser tot onderwerp (m)
Afstand itser tot onderwerp (m)
= richtgetal (RG voor ISO 100; m)
× ISO-gevoeligheidsfactor / f-waarde van het diafragma
H–5
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Gebruik nooit thinner, benzeen of andere actieve
middelen voor het schoonmaken van de Speedlight,
aangezien deze middelen de Speedlight kunnen beschadigen
of in brand kunnen laten vliegen. Gebruik van deze middelen
kan ook slecht zijn voor uw gezondheid.
"
WAARSCHUWING
Reiniging
Het flitsvenster kan barsten wanneer er wordt geflitst terwijl er vuil op het
flitsvenster zit. Reinig het flitsvenster regelmatig.
Gebruik een blaasbalgje om vuil en stof van de SB-910 te verwijderen en veeg
de flitser schoon met een zachte, schone doek. Na gebruik van de SB-910 in de
buurt van zout water veegt u de flitser schoon met een zachte, schone doek die
licht is bevochtigd met schoon water om het zout te verwijderen.
In zeer uitzonderlijke gevallen kan het lcd worden ingeschakeld of donker worden
als gevolg van statische elektriciteit. Dit is geen defect. Het venster keert weldra
terug naar de normale weergave.
Laat de SB-910 niet vallen en stoot deze niet tegen een hard oppervlak,
aangezien hierdoor de precisiemechanismen beschadigd kunnen worden. Oefen
geen sterke druk uit op het lcd-venster.
Opslag
Berg de SB-910 op een koele, droge plaats op om storingen door een hoge
vochtigheid en de vorming van schimmel of meeldauw te voorkomen.
Houd de SB-910 uit de buurt van chemicaliën zoals kamfer of naftaleen. Vermijd
blootstelling van de SB-910 aan de magnetische golven van een tv of radio.
U dient de SB-910 niet te gebruiken of achter te laten op plaatsen die
worden blootgesteld aan hoge temperaturen, zoals in de buurt van een
verwarmingsapparaat of kachel, aangezien de flitser hierdoor beschadigd kan
worden.
Als u de SB-910 gedurende langer dan twee weken niet gebruikt, dient u de
batterijen te verwijderen om storingen door lekkende batterijen te voorkomen.
Haal de SB-910 ten minste eenmaal per maand uit de opslag, plaats de batterijen
en flits diverse malen om de condensator weer op peil te brengen.
Tips voor onderhoud van de Speedlight
H–6
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Gebruiksomgeving
Een extreme temperatuurwisseling kan leiden tot condensvorming in de SB-910.
Als u de SB-910 blootstelt aan plotselinge en extreme temperatuurschommelingen,
plaatst u deze in een luchtdichte verpakking, zoals een plastic tas. Laat de flitser
een tijdje in de tas zitten voordat u deze geleidelijk blootstelt aan de
buitentemperatuur.
Vermijd blootstelling van de SB-910 aan sterke magnetische velden of
radiogolven van tv’s of hoogspanningszendmasten, aangezien dit storingen kan
veroorzaken.
H–7
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Opmerkingen over batterijen
Aangezien een flitser veel batterij-energie verbruikt, werken batterijen mogelijk
niet meer correct voordat de door de producent vermelde gebruiksduur is
verstreken of het maximumaantal ladingen/ontladingen is bereikt.
Wanneer u batterijen plaatst, dient u de Speedlight uit te schakelen. U mag de
polariteit van de batterijen nooit omkeren.
Als de batterijcontacten vuil zijn, verwijdert u vuil en vlekken voordat u de
batterijen gebruikt, aangezien dit kan leiden tot storingen.
Afhankelijk van de eigenschappen van de batterijen wordt de beveiliging van
de SB-910 geactiveerd wanneer de batterijen te heet worden, waarna de
stroomtoevoer wordt onderbroken. Dit gebeurt vaak wanneer de flitser wordt
gebruikt voor stroboscopisch flitsen. De batterijen leveren weer stroom zodra de
normale temperatuur is hersteld.
De batterijlading neemt af naarmate de temperatuur daalt. De lading neemt ook
geleidelijk af wanneer batterijen gedurende lange tijd niet worden gebruikt. Als u
merkt dat de oplaadtijd van de flitser toeneemt, controleert u het batterijniveau
en vervangt u de batterijen zo nodig door nieuwe.
Bewaar batterijen niet op plaatsen die worden blootgesteld aan hoge
temperaturen en een hoge luchtvochtigheid.
Lees de gebruikshandleiding van de oplaadbare batterijen en de batterijlader voor
meer informatie over het gebruiken en opladen van de batterijen.
Probeer nooit batterijen op te laden die niet oplaadbaar zijn, aangezien deze
kunnen ontploffen.
Ni-MH
Recyclen van
oplaadbare
batterijen
Om het milieu te beschermen, mag u opgebruikte
oplaadbare batterijen niet met het normale
huisvuil weggooien. Breng deze batterijen naar
het dichtstbijzijnde recycling-inzamelpunt.
H–8
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Over het lcd-venster
Kenmerken van het lcd-venster
Vanwege de eigenschappen van lcd-schermen is het lcd-venster moeilijk zichtbaar
als u er van boven op kijkt. Het venster is echter duidelijk zichtbaar vanaf een iets
lagere hoek.
Het lcd-venster wordt donkerder bij hoge temperaturen (circa 60 °C), maar het
normale beeld wordt weer hersteld bij normale temperaturen (20 °C).
De reactietijd van het lcd neemt af bij lage temperaturen, maar de normale
reactietijd wordt weer hersteld bij normale temperaturen (20 °C).
Verlichting van lcd-venster aan/uit
Druk op een knop op de SB-910 om de verlichting in te schakelen (wanneer de
SB-910 ingeschakeld is), zodat het lcd-venster gemakkelijker leesbaar is.
De verlichting gaat uit als de SB-910 gedurende 16 seconden niet wordt gebruikt.
De verlichting van het lcd-venster kan in de persoonlijke instellingen worden
geannuleerd. (0B-19)
Zelfs wanneer de verlichting van het lcd-venster in de persoonlijke instellingen
is geannuleerd, zal de verlichting van het lcd-venster op de SB-910 toch gaan
branden wanneer de verlichting van het bedieningspaneel op de camera
gaat branden. De verlichting van het lcd-venster gaat branden wanneer de
persoonlijke instellingen op het lcd-venster worden weergegeven.
Het contrast van het lcd-venster aanpassen
U kunt het contrast van het lcd-venster aanpassen via de persoonlijke instellingen
(0B-19).
Er zijn negen contrastniveaus.
H–9
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Firmware-update
U kunt de meest recente Nikon- rmware downloaden van de website van Nikon.
De rmware wordt bijgewerkt via een camera die compatibel is met SB-910
rmware-updates.
Voor gebruikers in de VS:
http://www.nikonusa.com/
Voor gebruikers in Europa en Afrika:
http://www.europe-nikon.com/support/
Voor gebruikers in Azië, Oceanië en het Midden-Oosten:
http://www.nikon-asia.com/
Neem voor meer informatie contact op met de Nikon-vertegenwoordiger in uw
regio. Bezoek de volgende website voor contactgegevens:
http://imaging.nikon.com/
De SB-910 firmware kan bijgewerkt worden via een D3-camera met firmware A
en firmware B versie 2.00 of later.
De SB-910 firmware kan bijgewerkt worden via een D300-camera met firmware
A en firmware B versie 1.10 of later.
Raadpleeg het gedeelte over persoonlijke instellingen om te bepalen welke
firmwareversie u gebruikt (0B-20).
Als uw camera niet compatibel is met firmware-updates, neemt u contact op met
de Nikon-vertegenwoordiger in uw regio.
Camera’s die niet compatibel zijn met SB-910 firmware-updates
D2-serie, D1-serie, D200, D100, D80, D70-serie, D60, D50, D40-serie
H–10
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Optionele accessoires
Speedlight- itsstandaard
AS-21
Dezelfde standaard als bij deze SB-910
wordt geleverd.
Kleur lterset SJ-3
Er worden 20 lters in acht kleuren
meegeleverd. Deze worden gebruikt
met de afzonderlijk verkrijgbare
kleur lterhouder SZ-2.
· FL-G1 (filter voor tl-licht)
· FL-G2 (filter voor tl-licht)
· TN-A1 (filter voor gloeilamplicht)
· TN-A2 (filter voor gloeilamplicht)
· RED (ROOD)
· BLUE (BLAUW)
· YELLOW (GEEL)
· AMBER (AMBERKLEURIG)
Kleur lterhouder SZ-2
(wordt bij de SB-900 geleverd)
Wordt gebruikt met de SJ-3 kleur lters
Waterbescherming WG-AS1,
WG-AS2, WG-AS3
Hiermee beschermt u het contactpunt
van de accessoireschoen van de camera
wanneer de SB-910 op een Nikon
digitale spiegelre excamera is bevestigd.
WG-AS1: voor D3-serie
WG-AS2: voor D300-serie
WG-AS3: voor D700
Draadloze slavecontroller SU-4
De SU-4 is handig als u fotografeert
met meervoudige draadloze itsers.
Deze controller bevat een ingebouwde
verstelbare lichtsensor en een
accessoireschoen voor aansluiting van een
secundaire itser. De lichtsensor van de
SU-4 activeert de secundaire itser, zodat
deze synchroon itst met de hoofd itser.
DDL-afstandsbediening
SC-28/17 (circa 1,5 m)
De SC-28/17 maakt de i-DDL-stand
mogelijk als de SB-910 wordt gebruikt
terwijl deze niet op een camera is
bevestigd. Het itsschoentje heeft een
statiefbevestiging.
DDL-afstandsbediening
SC-29 (circa 1,5 m)
De SC-29 maakt de i-DDL-stand
mogelijk als de SB-910 wordt gebruikt
terwijl deze niet op een camera is
bevestigd. De SC-29 biedt een functie
voor AF-hulpverlichting.
H–11
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Optionele accessoires
Externe voedingsbron
Bij gebruik van een optionele externe voedingsbron wordt een stabielere
stroomvoorziening verkregen, waardoor het aantal itsen hoger is en de oplaadtijd
korter.
Nikon battery pack
voor extra capaciteit
SD-9
Power- itsbeugel
SK-6A
Nikon
gelijkstroomeenheid
SD-7
Nikon battery pack
voor extra capaciteit
SD-8A
Er moeten batterijen in de SB-910 zijn ook wanneer een externe voedingsbron
wordt gebruikt.
Gebruik van een externe voedingsbron van een andere fabrikant kan resulteren in
een ongeluk of in beschadiging van de onderdelen van de Speedlight. Nikon kan
de prestaties van de Speedlight niet garanderen bij gebruik met producten die
niet door Nikon zijn geproduceerd.
Een externe voedingsbron aansluiten
Om een externe voedingsbron te gebruiken,
verwijdert u het afdekkapje van de aansluiting voor
de externe voedingsbron en sluit dan het stroomsnoer
op de aansluiting aan.
Gebruik niet het netsnoer SC-16 voor het aansluiten
van de SB-910 op de Nikon gelijkstroomeenheid
SD-7; gebruik hiervoor de SC-16A.
v Gebruik van het battery pack voor extra capaciteit SD-9
Bij fotograferen met continu flitsen met 8 bps bij gebruik van de SD-9 met acht
batterijen kan het voorste gedeelte van de flitskop warm worden.
Wanneer de SD-9 bij flitsfotografie op de camera is bevestigd, kan er wat
lineaire ruis in het beeld verschijnen. Als dit het geval is, stelt u een lagere
ISO-gevoeligheid in of maakt u de SD-9 los van de camera en gebruikt deze
afzonderlijk.
H–12
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Speci caties
Externe
voedingsbron
Batterijen
Min. oplaadtijd
(circa)*
1
Min. aantal itsen*
1
/
oplaadtijd*
1
Nikon battery pack
voor extra capaciteit
SD-9*
2
1,5 V LR6 (AA) alkaline × 4 1,9 sec. 280/1,9 – 30 sec.
1,5 V FR6 (AA) lithium × 4 2,4 sec. 500/2,4 – 120 sec.
1,2 V HR6 (AA) oplaadbare Ni-MH
(eneloop) × 4
1,2 sec. 350/1,2 – 30 sec.
1,5 V LR6 (AA) alkaline × 8 1,2 sec. 450/1,2 – 30 sec.
1,5 V FR6 (AA) lithium × 8 1,6 sec. 840/1,6 – 120 sec.
1,2 V HR6 (AA) oplaadbare Ni-MH
(eneloop) × 8
0,8 sec. 520/0,8 – 30 sec.
Power- itsbeugel
SK-6A*
2
1,5 V LR6 (AA) alkaline × 4 2,2 sec. 190/2,2 – 30 sec.
1,5 V FR6 (AA) lithium × 4 3,2 sec. 420/3,2 – 120 sec.
1,2 V HR6 (AA) oplaadbare Ni-MH
(2600 mAh) × 4
1,9 sec. 240/1,9 – 30 sec.
1,2 V HR6 (AA) oplaadbare Ni-MH
(eneloop) × 4
1,9 sec. 230/1,9 – 30 sec.
Nikon
gelijkstroomeenheid
SD-7
1,5 V LR14 (C) alkaline × 6*
3
2,0 sec. 320/2,0 – 30 sec.
1,2 V HR14 (C) oplaadbare Ni-MH × 6*
4
1,5 sec. 280/1,5 – 30 sec.
1,2 V HR14 (C) oplaadbare Ni-MH × 6*
5
1,5 sec. 260/1,5 – 30 sec.
Nikon battery pack
voor extra capaciteit
SD-8A*
2
1,5 V LR6 (AA) alkaline × 6 2,0 sec. 300/2,0 – 30 sec.
1,5 V FR6 (AA) lithium × 6 2,2 sec. 550/2,2 – 120 sec.
1,2 V HR6 (AA) oplaadbare Ni-MH
(2600 mAh) × 6
1,5 sec. 260/1,5 – 30 sec.
1,2 V HR6 (AA) oplaadbare Ni-MH
(eneloop) × 6
1,5 sec. 250/1,5 – 30 sec.
*1 De Speedlight itst eenmaal elke 30 seconden op volle sterkte (120 seconden met
lithiumbatterijen).
*2 Hetzelfde type batterijen gebruikt met zowel de SB-910 als de externe voedingsbron
*3 1,5 V LR6 (AA) alkalinebatterijen gebruikt met de SB-910
*4 1,2 V HR6 (AA) oplaadbare Ni-MH-batterijen (2600 mAh) gebruikt met de SB-910
*5 1,2 V HR6 (AA) oplaadbare Ni-MH-batterijen (eneloop) gebruikt met de SB-910
Met nieuwe batterijen. De prestatie kan variëren afhankelijk van de resterende batterijlading
en de specificaties van de batterijen.
Wanneer de SB-910 met de SD-8A of SK-6A wordt gebruikt, brandt het instellicht op de
stroom die geleverd wordt door de batterijen in de SB-910 en niet op de stroom van de
SD-8A of SK-6A. Dit is geen defect.
H–13
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Specificaties
Elektronische samenstelling
Automatische Insulated Gate Bipolar Transistor (IGBT)
en serieschakelingen
Richtgetal (positie van
de zoomkop op 35 mm,
in FX-formaat, standaard
verlichtingspatroon, 20 °C)
34 (ISO 100, m), 48 (ISO 200, m)
Afstandsbereik bij itsopnamen
(in i-DDL-stand, itsstand
automatisch diafragma of niet-
DDL automatische itsstand)
0,6 m to 20 m (afhankelijk van beeldveld van camera,
verlichtingspatroon, ISO-gevoeligheid, positie van
zoomkop en gebruikt diafragma)
Verlichtingspatroon
Er zijn drie verlichtingspatronen: standaard, gelijkmatig,
centrumgericht
De lichtspreidingshoek wordt automatisch aangepast
aan het beeldveld van de camera bij FX-formaat en
DX-formaat
Beschikbare itsstanden
• i-DDL
Flitsstand automatisch diafragma
• Niet-DDL automatisch itsen
• Handmatig itsen met afstandsprioriteit
• Handmatig itsen
• Stroboscopisch itsen
Andere beschikbare functies
Test itsen, monitorvoor itsen, AF-hulpverlichting voor
meerpunts-AF en instellicht
Nikon Creatief
Verlichtingssysteem
Er zijn diverse itsmogelijkheden beschikbaar bij gebruik
met compatibele camera’s: i-DDL-stand, geavanceerde
draadloze itssturing, itswaardevergrendeling,
doorgave van itskleurinformatie, automatische
snelle FP-synchronisatie en AF-hulpverlichting voor
meerpunts-AF
Sturing bij itsfotogra e met
meerdere itsers
• Geavanceerde draadloze itssturing
SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze
itsers
Flitsbelichtingsregeling op de
camera
Synchronisatiefuncties van de camera: trage
synchronisatie, rode-ogenreductie met trage
synchronisatie, synchronisatie op eerste gordijn,
synchronisatie op tweede gordijn, synchronisatie op
tweede gordijn met lange sluitertijd
Opnamefuncties: automatische snelle FP-synchronisatie,
itswaardevergrendeling, rode-ogenreductie
H–14
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Indirect itsen
Flitskop kan 7° omlaag of tot 90° omhoog worden
gekanteld met klikstops bij 7°, 0°, 45°, 60°, 75° en
90°
Flitskop kan horizontaal 180° naar links en naar rechts
worden gedraaid met klikstops bij 0°, 30°, 60°, 75°,
90°, 120°, 150° en 180°
In- en uitschakelen
Draai aan de hoofdschakelaar/schakelaar draadloze
stand voor meervoudige itsers om de SB-910 in of uit
te schakelen
Stand-by-functie kan ook worden ingesteld
Voeding
Gebruik vier AA-batterijen van dezelfde fabrikant en
van een van de volgende typen:
1,5 V LR6 (AA) alkalinebatterijen
1,5 V FR6 (AA) lithiumbatterijen
1,2 V HR6 (AA) oplaadbare Ni-MH-batterijen
Zie H-21 voor het minimumaantal itsen en de
oplaadtijd voor itsen van elk type batterij.
Flitsgereedaanduiding
De SB-910 is volledig opgeladen: brandt
Onvoldoende itssterkte voor een correcte belichting (in
i-DDL-stand, itsstand automatisch diafragma, niet-DDL
automatische itsstand of handmatige itsmodus met
afstandsprioriteit): knippert
Flitsgereedaanduiding
(in de secundaire
itserstand)
De SB-910 is volledig opgeladen: knippert
Onvoldoende itssterkte voor een correcte belichting
(in i-DDL-stand, itsstand automatisch diafragma of
niet-DDL automatische itsstand, of AUTO stand bij
SU-4-type fotograferen met meervoudige draadloze
itsers): knippert
Tijdsduur van its
(bij benadering)
1/880 sec. bij M1/1 (volledige) itssterkte
1/1100 sec. bij M1/2 itssterkte
1/2550 sec. bij M1/4 itssterkte
1/5000 sec. bij M1/8 itssterkte
1/10000 sec. bij M1/16 itssterkte
1/20000 sec. bij M1/32 itssterkte
1/35700 sec. bij M1/64 itssterkte
1/38500 sec. bij M1/128 itssterkte
Vergrendelingshendeltje
van bevestigingsvoetje
Zorgt dat de SB-910 stevig wordt bevestigd op de
accessoireschoen van de camera met behulp van
een vergrendelingsplaatje en vergrendelingspin die
voorkomen dat de itser per ongeluk losraakt
H–15
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Specificaties
Flitscorrectie
3,0 EV tot +3,0 EV in stappen van 1/3 EV in de
i-DDL-stand, itsstand automatisch diafragma, niet-
DDL automatisch itsen of handmatige itsmodus met
afstandsprioriteit
Persoonlijke instellingen 19 items
Andere functies
Handmatige instelling van ISO-gevoeligheid, opnieuw
weergeven van hoeveelheid onderbelichting als
gevolg van onvoldoende itssterkte in de i-DDL-
stand, terugzetten naar standaardinstellingen,
knopvergrendeling, thermische onderbreker en
rmware-update
Afmetingen (B × H × D) Circa 78,5 × 145 × 113 mm
Gewicht
Circa 510 g (met vier 1,5 V LR6 (AA) alkalinebatterijen)
Circa 420 g (alleen Speedlight)
Meegeleverde accessoires
Speedlight- itsstandaard AS-21, Nikon-diffusiekap
SW-13H, lter voor tl-licht SZ-2FL, lter voor
gloeilamplicht SZ-2TN, zachte tas SS-910
Deze specificaties gelden wanneer nieuwe batterijen worden gebruikt bij een normale
temperatuur (20 °C).
De specificaties en het uiterlijk kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
Product- en merknamen zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun
respectieve eigenaars.
Afstandsbereik bij flitsopnamen (in i-DDL-stand,
flitsstand automatisch diafragma of in niet-DDL
automatische flitsstand)
Het afstandsbereik bij itsopnamen met de SB-910 bedraagt tussen 0,6 m en 20 m.
Het afstandsbereik bij itsopnamen verschilt afhankelijk van het beeldveld van de
camera, het verlichtingspatroon, de ISO-gevoeligheid, de positie van de zoomkop
en het diafragma.
De volgende tabel is voor het FX-formaat en het standaard verlichtingspatroon.
Het afstandsbereik bij flitsopnamen voor de diverse instellingen kan op het lcd-
venster worden afgelezen.
H–16
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
In FX-formaat, standaard verlichtingspatroon
ISO-gevoeligheid Positie van de zoomkop (mm)
12800
6400 3200 1600
800 400 200 100
14BA/
WP
14BA 14WP
17 18 20 24 28 35 50 70 85 105 120 135 180 200
Diafragma (f)
4 2,8 2 1,4
2,3-
20
2,9-
20
3,1-
20
3,9-
20
4,1-
20
4,3-
20
4,8-
20
5,4-
20
6,1-
20
7,1-
20
7,8-
20
8,2-
20
8,7-
20
9-
20
9,1-
20
9,2-
20
9,4-
20
Afstandsbereik bij itsopnamen (m)
5,6 4 2,8 2 1,4
1,7-
20
2-
20
2,2-
20
2,8-
20
2,9-
20
3-
20
3,4-
20
3,8-
20
4,3-
20
5-
20
5,5-
20
5,8-
20
6,2-
20
6,4-
20
6,4-
20
6,5-
20
6,7-
20
8 5,6 4 2,8 2 1,4
1,2-
18
1,5-
20
1,6-
20
2-
20
2,1-
20
2,2-
20
2,4-
20
2,7-
20
3,1-
20
3,6-
20
3,9-
20
4,1-
20
4,4-
20
4,5-
20
4,6-
20
4,6-
20
4,7-
20
11
8 5,6 4 2,8 2 1,4
0,9-
13
1-
16
1,1-
17
1,4-
20
1,5-
20
1,5-
20
1,7-
20
1,9-
20
2,2-
20
2,5-
20
2,8-
20
2,9-
20
3,1-
20
3,2-
20
3,2-
20
3,3-
20
3,4-
20
16
11 8 5,6 4 2,8 2 1,4
0,6-
9,1
0,8-
11,3
0,8-
12
1-
15,5
1,1-
16,2
1,1-
16,9
1,2-
19
1,4-
20
1,6-
20
1,8-
20
2-
20
2,1-
20
2,2-
20
2,3-
20
2,3-
20
2,3-
20
2,4-
20
22 16 11 8 5,6 4 2,8 2
0,6-
6,5
0,6-
8
0,6-
8,5
0,7-
11
0,8-
11,5
0,8-
12
0,9-
13,5
1-
15
1,1-
17
1,3-
20
1,4-
20
1,5-
20
1,6-
20
1,6-
20
1,6-
20
1,7-
20
1,7-
20
32
22 16 11 8 5,6 4 2,8
0,6-
4,5
0,6-
5,6
0,6-
6
0,6-
7,7
0,6-
8,1
0,6-
8,4
0,6-
9,5
0,7-
10,6
0,8-
12
0,9-
14,1
1-
15,5
1,1-
16,2
1,1-
17,3
1,2-
17,8
1,2-
18
1,2-
18,3
1,2-
18,7
32
22 16 11 8 5,6 4
0,6-
3,2
0,6-
4
0,6-
4,2
0,6-
5,5
0,6-
5,7
0,6-
6
0,6-
6,7
0,6-
7,5
0,6-
8,5
0,7-
10
0,7-
11
0,8-
11,5
0,8-
12,2
0,8-
12,6
0,8-
12,7
0,9-
13
0,9-
13,2
32 22 16 11 8 5,6
0,6-
2,2
0,6-
2,8
0,6-
3
0,6-
3,8
0,6-
4
0,6-
4,2
0,6-
4,7
0,6-
5,3
0,6-
6
0,6-
7
0,6-
7,7
0,6-
8,1
0,6-
8,6
0,6-
8,9
0,6-
9
0,6-
9,1
0,6-
9,3
32
22 16 11 8
0,6-
1,6
0,6-
2
0,6-
2,1
0,6-
2,7
0,6-
2,8
0,6-
3
0,6-
3,3
0,6-
3,7
0,6-
4,2
0,6-
5
0,6-
5,5
0,6-
5,7
0,6-
6,1
0,6-
6,3
0,6-
6,3
0,6-
6,5
0,6-
6,6
32
22 16 11
0,6-
1,1
0,6-
1,4
0,6-
1,5
0,6-
1,9
0,6-
2
0,6-
2,1
0,6-
2,3
0,6-
2,6
0,6-
3
0,6-
3,5
0,6-
3,8
0,6-
4
0,6-
4,3
0,6-
4,4
0,6-
4,5
0,6-
4,5
0,6-
4,6
32 22 16
0,6-
0,8
0,6-
0,9
0,6-
1
0,6-
1,3
0,6-
1,4
0,6-
1,5
0,6-
1,6
0,6-
1,8
0,6-
2,1
0,6-
2,5
0,6-
2,7
0,6-
2,8
0,6-
3
0,6-
3,1
0,6-
3,1
0,6-
3,2
0,6-
3,3
32
22 0,6
0,6-
0,7
0,6-
0,7
0,6-
0,9
0,6-
1
0,6-
1
0,6-
1,1
0,6-
1,3
0,6-
1,5
0,6-
1,7
0,6-
1,9
0,6-
2
0,6-
2,1
0,6-
2,2
0,6-
2,2
0,6-
2,2
0,6-
2,3
32
0,6 0,6 0,6 0,6
0,6-
0,7
0,6-
0,7
0,6-
0,8
0,6-
0,9
0,6-
1
0,6-
1,2
0,6-
1,3
0,6-
1,4
0,6-
1,5
0,6-
1,5
0,6-
1,5
0,6-
1,6
0,6-
1,6
BA: terwijl de Nikon-diffusiekap is bevestigd
WP: terwijl de ingebouwde groothoekdiffusor is geplaatst
H–17
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Specificaties
Dekkingshoek (in FX-formaat)
Instelling positie van de
zoomkop
Dekkingshoek (°)
Verticaal
Horizontaal
12 (BA/WP)*
1
120 130
14 (BA/WP)*
2
110 120
17 (BA/WP)*
3
100 110
17*
4
77 96
18*
4
74 93
20*
4
69 87
24 60 78
28 53 70
35 45 60
50 34 46
70 26 36
85 23 31
105 20 27
120 18 25
135 17 24
180*
5
15 21
200*
5
14 20
BA: terwijl de Nikon-diffusiekap is bevestigd
WP: terwijl de ingebouwde groothoekdiffusor is geplaatst
*1 Centrumgericht verlichtingspatroon
*2 Standaard verlichtingspatroon
*3 Gelijkmatig verlichtingspatroon
*4 Standaard of centrumgericht verlichtingspatroon
*5 Standaard of gelijkmatig verlichtingspatroon
Dekkingshoek (in DX-formaat)
Instelling positie van de
zoomkop
Dekkingshoek (°)
Verticaal
Horizontaal
8 (BA/WP)*
1
120 130
10 (BA/WP)*
2
110 120
11 (BA/WP)*
3
100 110
12*
4
74 93
14*
4
66 85
16 60 78
17 57 75
18 55 72
20 50 67
24 44 58
28 39 52
35 32 44
50 25 34
70 20 27
85 17 24
105*
5
16 22
120*
5
15 21
135*
5
14 20
180*
5
13 19
200*
5
13 18
H–18
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Tabel richtgetallen
De richtgetallen van de SB-910 verschillen afhankelijk van het beeldveld van de
camera, het verlichtingspatroon, de ISO-gevoeligheid, de positie van de zoomkop
en het itssterkteniveau.
ISO 100; m
Positie van de
zoomkop (mm)
FX-formaat DX-formaat
Standaard
verlichting
Gelijkmatige
verlichting
Centrumgerichte
verlichting
Standaard
verlichting
Gelijkmatige
verlichting
Centrumgerichte
verlichting
8 (BA+WP)
–––––13
8 (BA)
–––––16
8 (WP)
–––––17
10 (BA+WP)
–––13––
10 (BA)
–––16––
10 (WP)
–––17––
11 (BA+WP)
––––13
11 (BA)
––––16
11 (WP)
––––17
12 (BA+WP)
––13–––
12 (BA)
––16–––
12 (WP)
––17–––
12
–23–26
14 (BA+WP)
13–––––
14 (BA)
16–––––
14 (WP)
17–––––
14
–25–29
16
–––272232
17 (BA+WP)
13––––
17 (BA)
16––––
17 (WP)
17––––
17
22 25292333
18
23 26302434
20
24 27312536
24
27 22 32 34 32 39
28
30 24 36 36 33 42,5
35
34 31 39 40 37 46
50
40 36 45 45 43 49,5
70
44 41 49 49 47 52
85
46 44 51,5 50,5 49 54,5
105
49 47 52 51,5 50
120
50,5 48 53,5 52 51
135
51 49 54,5 53 51,5
180
52 51 53,5 52
200
53 51,5 54 52,5
BA: terwijl de Nikon-diffusiekap is bevestigd
WP: terwijl de ingebouwde groothoekdiffusor is geplaatst
H–19
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Specificaties
Tabel richtgetallen (in FX-formaat)
Standaar
d verlichtingspatroon, bij ISO 100; m
Flitssterkte-
niveau
Positie van de zoomkop (mm)
14
17 18 20 24 28 35 50 70 85 105 120 135 180 200
WP
+BA
BA WP
1/1
13 16 17 22 23 24 27 30 34 40 44 46 49 50,5 51 52 53
1/2
9,1 11,3 12 15,5 16,2 16,9 19 21,2 24 28,2 31,1 32,5 34,6 35,7 36 36,7 37,4
1/4
6,5 8 8,5 11 11,5 12 13,5 15 17 20 22 23 24,5 25,2 25,5 26 26,5
1/8
4,5 5,6 6 7,7 8,1 8,4 9,5 10,6 12 14,1 15,5 16,2 17,3 17,8 18 18,3 18,7
1/16
3,2 4 4,2 5,5 5,7 6 6,7 7,5 8,5 10 11 11,5 12,2 12,6 12,7 13 13,2
1/32
2,2 2,8 3 3,8 4 4,2 4,7 5,3 6 7 7,7 8,1 8,6 8,9 9 9,1 9,3
1/64
1,6 2 2,1 2,7 2,8 3 3,3 3,7 4,2 5 5,5 5,7 6,1 6,3 6,3 6,5 6,6
1/128
1,1 1,4 1,5 1,9 2 2,1 2,3 2,6 3 3,5 3,8 4 4,3 4,4 4,5 4,5 4,6
Tabel richtgetallen (in DX-formaat)
Standaar
d verlichtingspatroon, bij ISO 100; m
Flitssterkte-
niveau
Positie van de zoomkop (mm)
10
12 14 16 17 18 20 24 28 35 50 70 85 105 120 135 180 200
WP
+BA
BA WP
1/1
13 16 17 23 25 27 29 30 31 34 36 40 45 49 50,5 51,5 52 53 53,5 54
1/2
9,1 11,3 12 16,2 17,6 19 20,5 21,2 21,9 24 25,4 28,2 31,8 34,6 35,7 36,4 36,7 37,4 37,8 38,1
1/4
6,5 8 8,5 11,5 12,5 13,5 14,5 15 15,5 17 18 20 22,5 24,5 25,2 25,7 26 26,5 26,7 27
1/8
4,5 5,6 6 8,1 8,8 9,5 10,2 10,6 10,9 12 12,7 14,1 15,9 17,3 17,8 18,2 18,3 18,7 18,9 19
1/16
3,2 4 4,2 5,7 6,2 6,7 7,2 7,5 7,7 8,5 9 10 11,2 12,2 12,6 12,8 13 13,2 13,3 13,5
1/32
2,2 2,8 3 4 4,4 4,7 5,1 5,3 5,4 6 6,3 7 7,9 8,6 8,9 9,1 9,1 9,3 9,4 9,5
1/64
1,6 2 2,1 2,8 3,1 3,3 3,6 3,7 3,8 4,2 4,5 5 5,6 6,1 6,3 6,4 6,5 6,6 6,6 6,7
1/128
1,1 1,4 1,5 2 2,2 2,3 2,5 2,6 2,7 3 3,1 3,5 3,9 4,3 4,4 4,5 4,5 4,6 4,7 4,7
BA: terwijl de Nikon-diffusiekap is bevestigd
WP: terwijl de ingebouwde groothoekdiffusor is geplaatst
H–20
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Tabel richtgetallen (voor automatische snelle FP-synchronisatie)
Standaar
d verlichtingspatroon, bij ISO 100; m (in FX-formaat)
Flitssterkte-
niveau
Positie van de zoomkop (mm)
14
17 18 20 24 28 35 50 70 85 105 120 135 180 200
WP
+BA
BA WP
1/1
4,7 5,8 6,2 8,1 8,5 8,8 10 11,1 12,6 14,8 16,3 17 18,1 18,7 18,9 19,2 19,6
1/2
3,3 4,1 4,3 5,7 6 6,2 7 7,8 8,9 10,4 11,5 12 12,7 13,2 13,3 13,5 13,8
1/4
2,3 2,9 3,1 4 4,2 4,4 5 5,5 6,3 7,4 8,1 8,5 9 9,3 9,4 9,6 9,8
1/8
1,6 2 2,1 2,8 3 3,1 3,5 3,9 4,4 5,2 5,7 6 6,3 6,6 6,6 6,7 6,9
1/16
1,1 1,4 1,5 2 2,1 2,2 2,5 2,7 3,1 3,7 4 4,2 4,5 4,6 4,7 4,8 4,9
1/32
0,8 1 1 1,4 1,5 1,5 1,7 1,9 2,2 2,6 2,8 3 3,1 3,3 3,3 3,3 3,4
1/64
0,5 0,7 0,7 1 1 1,1 1,2 1,3 1,5 1,8 2 2,1 2,2 2,3 2,3 2,4 2,4
1/128
0,4 0,5 0,5 0,7 0,7 0,7 0,8 0,9 1,1 1,3 1,4 1,5 1,5 1,6 1,6 1,6 1,7
Standaard verlichtingspatroon, bij ISO 100; m (in DX-formaat)
Flitssterkte-
niveau
Positie van de zoomkop (mm)
10
12 14 16 17 18 20 24 28 35 50 70 85 105 120 135 180 200
WP
+BA
BA WP
1/1
4,7 5,8 6,2 8,5 9,2 10 10,7 11,1 11,4 12,6 13,3 14,8 16,6 18,1 18,7 19 19,2 19,6 19,8 20
1/2
3,3 4,1 4,3 6 6,5 7 7,5 7,8 8 8,9 9,4 10,4 11,7 12,7 13,2 13,4 13,5 13,8 14 14,1
1/4
2,3 2,9 3,1 4,2 4,6 5 5,3 5,5 5,7 6,3 6,6 7,4 8,3 9 9,3 9,5 9,6 9,8 9,9 10
1/8
1,6 2 2,1 3 3,2 3,5 3,7 3,9 4 4,4 4,7 5,2 5,8 6,3 6,6 6,7 6,7 6,9 7 7
1/16
1,1 1,4 1,5 2,1 2,3 2,5 2,6 2,7 2,8 3,1 3,3 3,7 4,1 4,5 4,6 4,7 4,8 4,9 4,9 5
1/32
0,8 1 1 1,5 1,6 1,7 1,8 1,9 2 2,2 2,3 2,6 2,9 3,1 3,3 3,3 3,3 3,4 3,5 3,5
1/64
0,5 0,7 0,7 1 1,1 1,2 1,3 1,3 1,4 1,5 1,6 1,8 2 2,2 2,3 2,3 2,4 2,4 2,4 2,5
1/128
0,4 0,5 0,5 0,7 0,8 0,8 0,9 0,9 1 1,1 1,1 1,3 1,4 1,5 1,6 1,6 1,6 1,7 1,7 1,7
De richtgetallen in de bovenstaande tabellen gelden wanneer de SB-910 op een D3-camera
is gemonteerd en bij een sluitertijd van 1/500 sec.
Het richtgetal voor automatische snelle FP-synchronisatie varieert afhankelijk van de sluitertijd
van de camera. Wanneer de sluitertijd bijvoorbeeld wordt veranderd van 1/500 sec. naar
1/1000 sec., zal het richtgetal 1 stap verminderen. Hoe sneller de sluitertijd, hoe kleiner het
richtgetal.
BA: terwijl de Nikon-diffusiekap is bevestigd
WP: terwijl de ingebouwde groothoekdiffusor is geplaatst
H–21
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Specificaties
Min. aantal flitsen/ oplaadtijd voor elk type batterij
Batterijen Min. oplaadtijd (circa)*
Min. aantal itsen*/
oplaadtijd*
LR6 (AA) alkaline (1,5 V) 4,0 sec. 110/4,0 – 30 sec.
FR6 (AA) lithium (1,5 V) 4,5 sec. 230/4,5 – 120 sec.
HR6 (AA) oplaadbare Ni-MH
(2600 mAh)
2,3 sec. 190/2,3 – 30 sec.
HR6 (AA) oplaadbare Ni-MH
(eneloop)
2,3 sec. 165/2,3 – 30 sec.
* Wanneer de Speedlight eenmaal elke 30 seconden op volle sterkte itst (120 seconden met
lithiumbatterijen).
Terwijl AF-hulpverlichting, power zoom-functie en verlichting van lcd-venster zijn
uitgeschakeld.
Met nieuwe batterijen. De prestatie kan variëren afhankelijk van de resterende batterijlading
en de specificaties van de batterijen.
H–22
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Index
Zie “Onderdelen van de Speedlight” (0B-1) voor de benaming van de onderdelen.
A
Aanduiding voor laag
batterijniveau ...............................B-8
Aantal itsen ................................ C-19
Accessoires ................................... H-10
AF-hulpverlichting .......................... E-19
AF-ILL ONLY (Alleen AF-ILL) ............E-20
Afstandsbereik bij itsopnamen ...... A-6
Annuleren van de itsfunctie .........E-20
Automatische snelle
FP-synchronisatie ........................E-24
B
Batterijen ................................. B-7, H-7
Batterijen vervangen ........................B-7
Beeldveld (FX/DX-formaat) .............. A-6
Bevestigingsvoetje ............................B-8
C
Centrumgericht
(verlichtingspatroon) ....................E-2
Close-up fotogra e ..........................E-9
CLS ................................................. A-6
CLS-compatibele camera’s .............. A-4
CLS-compatibele
COOLPIX-camera’s ...................... G-1
Continu itsen .................................B-6
COOLPIX .........................................G-1
CPU-objectief .................................. A-5
D
DDL-afstandsbediening ................. H-10
Dekkingshoek ............................... H-17
Diafragma ................................C-3, H-4
Draadloze slavecontroller SU-4 ..... H-10
DX-formaat ............................A-6, B-18
E
Effectieve itsafstand ...................... A-6
EV (LW, belichtingswaarde) ............. A-8
Externe voedingsbron ................... H-11
F
Filter voor gloeilamplicht ................E-12
Filter voor tl-licht ............................E-12
Filterdetector .................................E-14
Firmware-update ............................ H-9
Firmwareversie ...............................B-20
Flitscorrectie ...................................E-17
Flitscorrectiewaarde .......................E-17
Flitsfrequentie ............................... C-19
Flitsfunctie geannuleerd ................ D-14
Flitsgereedaanduiding .......... B-11, D-20
Flitsgereedaanduiding (in de
secundaire itserstand) .............. D-20
Flitskop .....................................B-9, E-4
Flitsstand ....................... B-11, C-1, D-4
Flitsstand automatisch diafragma .... C-5
Flitssterkteniveau .................C-17, C-19
Flitswaardevergrendeling ...............E-25
Fotograferen met meervoudige
draadloze itsers ......................... D-1
Fotograferen met meervoudige
itsers ......................................... D-1
Full Menu (Volledig menu) .............B-16
Functieknop .....................................B-3
FX/DX-formaat (beeldveld) .............. A-6
FX-formaat ............................A-6, B-18
H–23
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
Index
G
Geavanceerde draadloze
itssturing ............................D-2, D-8
Gelijkmatig (verlichtingspatroon) ......E-2
Geluidsmonitor ............................. D-20
Gemarkeerd item ...........................B-12
GN (handmatige itsmodus met
afstandsprioriteit) ...................... C-12
Groep ............................................. D-4
H
Handmatige itsmodus ................. C-15
Handmatige itsmodus met
afstandsprioriteit ....................... C-12
Hoeveelheid onderbelichting ........... C-4
Hoofd itser ....................A-8, D-6, D-13
Hoofd itserstand ...........D-4, D-6, D-12
Hoofdschakelaar ..............................B-3
I
i-DDL-compatibele
COOLPIX-camera’s ...................... G-1
i-DDL-stand ..................................... C-1
i-DDL-uitgebalanceerde invul its ..... C-1
Indirect itsen ..................................E-4
Indirect omlaag itsen ....................E-11
Ingebouwde groothoekdiffusor ......E-10
Ingebouwde re ectiekaart ...............E-8
Instellicht .......................................E-21
Instelling stand-by-functie ..............B-18
ISO-gevoeligheid .................... C-3, E-21
ISO-gevoeligheidsfactoren ............... H-4
K
Kanaal ............................................ D-4
Kleurcorrectie lter .........................E-12
Kleur lter .......................................E-12
Kleur lterhouder SZ-2 .......... E-13, H-10
Kleur lterset SJ-3 .......................... H-10
Knopvergrendeling ..........................B-4
L
Lcd-venster ..................................... H-8
Lichtsensor voor niet-DDL
automatisch itsen ...............C-5, C-8
Lichtsensorvenster voor
draadloze secundaire itser ....... D-17
M
MASTER .......................................... D-6
Menuknop ([MENU]-knop) .............B-13
Min. aantal itsen ......................... H-21
Min. oplaadtijd ............................. H-21
Modusknop ([MODE]-knop) .............B-3
Monitorvoor itsen ...................C-6, C-9
My Menu (Mijn menu) ...................B-15
N
Niet-CLS-compatibele
spiegelre excamera ......................F-1
Niet-DDL automatische itsstand .... C-8
Nikon Creatief
Verlichtingssysteem (CLS) ............ A-6
Nikon-diffusiekap .............................E-6
H–24
H
Tips voor onderhoud van de Speedlight en naslaginformatie
O
OK-knop ([OK]-knop) .......................B-3
Ontgrendelingsknop ........................B-3
Ontgrendelingsknop voor het
kantelen/draaien van de
itskop..................................B-9, E-4
Onvoldoende itssterkte voor
een correcte belichting
...............C-4, C-7, C-10, C-13, D-20
Oplaadtijd ..................................... H-21
P
Persoonlijke instellingen .................B-13
Pictogrammen .................................B-5
Positie van de zoomkop .................E-18
Power zoom-functie .......................E-18
R
REMOTE ......................................... D-7
Reset met twee knoppen ...............B-12
RG (Richtgetal) ................................ H-4
Richtgetal ....................................... H-4
Rode-ogenreductie ........................E-25
Rode-ogenreductie met trage
synchronisatie ............................E-25
S
Schakelaar draadloze stand voor
meervoudige itsers .............D-6, D-7
Secundaire itser ............................ A-8
Secundaire itserstand .............D-4, D-7
Selectieschijf ....................................B-3
Speedlight- itsstandaard AS-21 .... D-19
Standaard (verlichtingspatroon) .......E-2
Standaard i-DDL .............................. C-1
Standaardinstellingen ...................... A-6
Stand-by-functie ............................E-22
Stand-AUTO (automatisch) ............ D-14
Stand-M (handmatig) ................... D-14
Stand-OFF ( itsfunctie
geannuleerd) ............................ D-14
Stroboscopische itsmodus ...C-18, D-10
SU-4-type fotograferen met
meervoudige draadloze
itsers ................................D-3, D-12
Synchronisatie op het eerste
gordijn .......................................E-26
Synchronisatie op het tweede
gordijn .......................................E-26
T
Tabel met afstandsbereik bij
itsopnamen ............................. H-15
Tabel richtgetallen ........................ H-18
Test its ..........................................E-21
Thermische onderbreker ................E-23
Trage synchronisatie ......................E-25
V
Vergrendelingshendeltje van
bevestigingsvoetje ........................B-8
Verlichting van lcd-venster .............. H-8
Verlichtingspatroon ..........................E-2
W
Waarschuwingsaanduiding ............. H-2
Waterbescherming ........................ H-10
Witbalans ......................................E-15
Gedrukt in Europa
TT5E05(1F)
8MSA451F-05
Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen, in
welke vorm ook, volledig of gedeeltelijk, zonder de
schriftelijke toestemming van NIKON CORPORATION
(met uitzondering van korte citaten in artikels of
besprekingen).
AMA14358
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136

Nikon SB-910 Handleiding

Type
Handleiding