Sony MHC-RG550 de handleiding

Categorie
Minidisc-spelers
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

2
NL
Stel dit apparaat niet bloot aan regen of
vocht, om brandgevaar of elektrische
schokken te voorkomen.
Om brand te voorkomen, mogen de
ventilatieopeningen van het apparaat niet worden
afgedekt door kranten, tafelkleden, gordijnen, enz. Zet
ook geen brandende kaarsen op het apparaat.
Om gevaar van brand of elektrische schok te
voorkomen, mogen er geen met water gevulde
voorwerpen zoals vazen op het apparaat worden
geplaatst.
Dit apparaat is
geclassificeerd als een
KLASSE 1 LASER
product. Deze
aanduiding bevindt zich
aan de achterkant van het
apparaat.
Gooi de batterij niet weg maar lever
deze in als klein chemisch afval
(KCA).
WAARSCHUWING
Installeer de stereo-installatie niet in een krappe
ruimte, zoals een boekenkast of ingebouwde kast.
3
NL
Over de gebruiksaanwijzing ...................4
Geschikte discs........................................4
Voorbereidingen
Aansluiten van het systeem.....................6
Instellen van de klok...............................9
CD/MP3 – Afspelen
Een disc plaatsen...................................10
Een disc afspelen...................................10
— NORMAL-afspeelfunctie/
SHUFFLE-afspeelfunctie
Herhaald afspelen..................................12
— REPEAT-afspeelfunctie
Uw eigen programma samenstellen......12
— PROGRAM-afspeelfunctie
Tuner
Voorprogrammeren van radiozenders...14
Luisteren naar de radio..........................15
— Afstemmen op
voorgeprogrammeerde zenders
— Handmatig afstemmen
Gebruik van het radio-informatiesysteem
(RDS)..............................................16
(alleen het Europese model)
Tape – Afspelen
Plaatsing van een tape...........................17
Afspelen van een tape...........................17
Tape – Opnemen
Uw favoriete CD-muziekstukken
opnemen op een tape ......................18
— CD-TAPE-synchroonopname
Handmatig opnemen op een tape..........19
— Handmatig opnemen
Geluidsregeling
Geluidssysteem kiezen..........................20
(uitsluitend de MHC-RG660)
Regeling van het geluid ........................20
Geluidseffect kiezen..............................21
Instelling van de grafische equalizer en
opslaan van de instellingen ............ 21
Kiezen van het surroundeffect..............22
Verbetering van het geluid van
videospelletjes................................22
— Game Sync
Het geluid van een videospelletje mixen
met het geluid van een andere
geluidsbron..................................... 23
— Game Mixing
Meezingen ............................................23
(Behalve voor het Europese model)
Timer
Inslapen met muziek............................. 25
— SLEEP-timerfunctie
Ontwaken met muziek.......................... 25
— DAILY-timerfunctie
Timeropname van radioprogramma’s .. 26
Display
Uitschakelen van het display................ 27
— Energiebesparingsmodus
Afbeelden van informatie over de CD op
het display ...................................... 28
Veranderen van de Power-indicator ..... 28
Los verkrijgbare componenten
Aansluiten van optionele
componenten .................................. 29
Luisteren naar het geluid van een
aangesloten component.................. 30
Opnemen op een aangesloten
component...................................... 31
Verhelpen van storingen
Problemen en oplossingen.................... 32
Meldingen............................................. 35
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen..........................36
Technische gegevens............................ 37
Overzicht van de plaats van de toetsen en
hun referentiebladzijden................. 40
Inhoudsopgave
NL
4
NL
• Deze gebruiksaanwijzing legt voornamelijk
de bediening uit met behulp van de
afstandsbediening, doch dezelfde
handelingen kunnen ook uitgevoerd worden
met de gelijknamige of soortgelijke toetsen
op het apparaat.
• De volgende symbolen worden in deze
gebruiksaanwijzing gebruikt.
U kunt volgende discs in het apparaat afspelen.
Afspelen van andere discs is niet mogelijk.
Lijst van geschikte discs
Discs die niet op dit systeem
afgespeeld kunnen worden
•CD-ROM’s
• CD-R’s/CD-RW’s tenzij deze zijn
opgenomen in de volgende formaten:
– muziek-CD-formaat
– MP3-formaat dat voldoet aan ISO9660
*1
Level 1/Level 2, Joliet
*2
, Romeo
*2
of
Multisessie
*3
• Discs met een afwijkende vorm (bijvoorbeeld
een kaart of een hart).
• Discs waarop papier of stickers zijn geplakt.
• Discs waarop nog plakband, cellofaantape of
een sticker aanwezig is.
*1
Een logisch formaat van bestanden en mappen op
CD-ROM’s, gedefinieerd door ISO (International
Standard Organization)
*2
Maximaal 31 tekens kunnen worden afgebeeld.
*3
Multisessie
Dit is een opnametechniek die het mogelijk maakt
om met behulp van Track-At-Once (een track
tegelijk), bestanden toe te voegen (aan een CD). Het
begin van een conventionele CD wordt vastgelegd
in het zogenaamde CD-aanstuurgebied, lead-in
genaamd, en het einde in de lead-out. Een
multisessie-CD is een CD met meerdere (schrijf-)
sessies waarbij elk gedeelte, van lead-in naar lead-
out, als een afzonderlijke sessie beschouwd wordt.
CD-Extra: CD’s met deze opname-indeling hebben
twee sessies: de eerste sessie bevat audiotracks en
de tweede sessie bevat data.
Mixed-mode-CD: Een mixed-mode-CD bevat data
op de eerste track, gevolgd door CD-audiodata op
de tweede en volgende tracks van een sessie.
Over de
gebruiksaanwijzing
Symbool Betekenis
Functies van toepassing voor
audio-CD’s
Functies van toepassing voor
MP3-discs
Geschikte discs
Type disc Disclogo Inhoud
Audio-CD’s Audio
CD-R/CD-RW
(audio)
Audio
CD-R/CD-RW
(MP3
bestanden)
Audio
5
NL
Opmerkingen betreffende
CD-R en CD-RW
• Dit systeem kan CD-R/CD-RW-discs
afspelen die door de gebruiker zijn bewerkt.
Merk echter op dat afspelen van bepaalde
discs onmogelijk kan zijn als gevolg van het
gebruikte opnameapparaat of de toestand van
de disc.
• Discs, die opgenomen zijn in een CD-R/CD-
RW-station, zijn eventueel niet afspeelbaar
als gevolg van krassen, vuil,
opnameomstandigheden of eigenschappen
van het CD-R/CD-RW-station.
• CD-R en CD-RW-discs die niet zijn
afgewerkt (een bewerking waardoor afspelen
op een normale CD-speler mogelijk wordt),
kunnen niet worden afgespeeld.
• Multisessie-CD-R’s/CD-RW’s waarvan de
laatst geschreven sessie niet "gesloten" is
kunnen niet worden afgespeeld.
• Het is mogelijk dat MP3-bestanden, zonder
de extensie ".MP3" in hun bestandsnaam, niet
afspeelbaar zijn.
• Pogingen om niet-MP3-bestanden, met de
extensie ".MP3" in hun bestandsnaam, af te
spelen kunnen eventueel ruis of storingen in
het apparaat opleveren.
• Met andere bestandsindelingen dan ISO 9660
level 1 en 2, bestaat de kans dat namen van
mappen en bestanden verkeerd weergegeven
worden.
• Bij de volgende discs duurt het langer om met
afspelen te beginnen.
– een disc die is opgenomen met een
ingewikkelde boomstructuur.
– een disc opgenomen in multisessie.
– een CD waarop nog sessies toegevoegd
kunnen worden (de CD is nog niet
"afgewerkt").
Muziekdiscs die zijn
gecodeerd met copyright-
beveilgingstechnologieën
Dit product is ontworpen voor het afspelen van
discs die voldoen aan de CD-norm (Compact
Disc). Onlangs hebben platenmaastschappijen
muziekdiscs op de markt gebracht die zijn
gecodeerd met copyright-
beveiligingstechnologieën. Houd er rekening
mee dat sommige van deze discs niet voldoen
aan de CD-norm en wellicht niet met dit product
kunnen worden afgespeeld.
Waarschuwingen voor het
afspelen van een multisessie-
CD
• Als een CD gestart wordt met een CD-DA-
sessie, wordt de CD als een CD-DA-(audio-)
CD herkend en het afspelen blijft doorgaan tot
een MP3-sessie wordt gevonden.
• Als een CD gestart wordt met een MP3-
sessie, wordt de CD als een MP3-disc herkend
en het afspelen blijft doorgaan tot een CD-
DA-(audio-) sessie wordt gevonden.
• Het afspeelbereik van een MP3-disc wordt
bepaald door de grootte (aantal niveaus) van
de bestandstructuur.
• Een CD met gemengde indelingen wordt
herkend als een CD-DA-(audio-) CD.
6
NL
Volg de onderstaande aanwijzingen van 1 t/m 5 om uw systeem aan te sluiten met de bijgeleverde
snoeren en accessoires.
1 Sluit de voorste luidsprekers aan.
Sluit de linker en rechter
luidsprekersnoeren aan op de FRONT
SPEAKER-aansluitingen, zoals
onderstaand is aangegeven.
2 Sluit de surround-luidsprekers aan.
(uitsluitend de MHC-RG660)
Sluit de luidsprekersnoeren aan op de
SURROUND SPEAKER klemmen, zoals
hieronder afgebeeld.
Voorbereidingen
Aansluiten van het systeem
AM-raamantenne
Voorste luidspreker (rechts)
Voorste luidspreker (links)
FM-draadantenne
Surround-luidspreker* (rechts)
Surround-luidspreker* (links)
*
uitsluitend de MHC-RG660
R
L
+
–
Zwart/Gestreept (#)
Rood/Effen (3)
Steek alleen het ontblote gedeelte erin
Rood
Zwart
R
L
+
–
Zwart/Gestreept (#)
Rood/Effen (3)
Steek alleen het ontblote gedeelte erin
Blauw
Zwart
Voorbereidingen
7
NL
3 Sluit de FM- en AM-antennes aan.
Installeer de AM-raamantenne en sluit deze
daarna aan.
Opmerking
Houd de antennes uit de buurt van de
luidsprekersnoeren.
4 Bij modellen met een
spanningskeuzeschakelaar stelt u
VOLTAGE SELECTOR in op de
plaatselijke netspanning.
Zie de aanduidingen op VOLTAGE
SELECTOR van uw apparaat voor
beschikbare voltages.
* Saoedi-Arabisch model: 120 – 127 V
5 Steek de stekker in het stopcontact.
De demonstratie wordt op het display
weergegeven. Wanneer u ?/1 indrukt,
wordt het systeem ingeschakeld en wordt
de demonstratie automatisch beëindigd.
Als de stekkerpootjes niet in het stopcontact
passen, haalt u de bijgeleverde
stekkeradapter eraf (alleen bij modellen
geleverd met een stekkeradapter).
Plaatsing van twee R6 (AA-
formaat) batterijen in de
afstandsbediening
Opmerking
Indien u de afstandsbediening lange tijd niet denkt te
gebruiken, dient u de batterijen te verwijderen om
mogelijke beschadiging door batterijlekkage en
corrosie te voorkomen.
Tip
Bij normaal gebruik gaan de batterijen ongeveer zes
maanden mee. Wanneer u het systeem niet langer op
afstand kunt bedienen, dient u beide batterijen te
vervangen.
Trek de FM-draadantenne
er horizontaal uit
AM-raamantenne
E
e
e
E
wordt vervolgd
8
NL
De kussentjes onder de
voorluidsprekers bevestigen
Bevestig de bijgeleverde kussentjes van de
luidsprekers aan de onderkant van de
luidsprekers om de luidsprekers te stabiliseren
en te voorkomen dat deze verschuiven.
Voorste luidspreker (Links (4)/Rechts (4))
Surround-luidspreker (Links (4)/Rechts (4))*
* uitsluitend de MHC-RG660
Opmerkingen
• Houd de luidsprekersnoeren uit de buurt van de
antennes om ruis te voorkomen.
• Plaats de surround-luidsprekers niet op een TV-
toestel. Dit kan vertekening van de kleuren op het
TV-scherm veroorzaken.
• Zorg dat u zowel de linker als rechter surround-
luidsprekers aansluit. Zo niet, dan komt er geen
geluid uit de luidsprekers.
Plaatsing van de luidsprekers
(uitsluitend de MHC-RG660)
1 Plaats de voorste luidsprekers met een
hoek van 45 graden ten opzichte van
uw luisterpositie.
2 Plaats de surround-luidsprekers
tegenover elkaar, circa 60 tot 90 cm
boven uw luisterpositie.
Bij verplaatsing van dit
systeem
Volg de onderstaande procedure om het CD-
mechanisme te beschermen.
1 Zorg dat alle discs uit het systeem zijn
verwijderd.
2 Houd CD ingedrukt en druk daarna op
?/1 totdat "STANDBY" verschijnt.
Wanneer u de toetsen loslaat, verschijnt
"LOCK".
3 Trek de stekker uit het stopcontact.
Voorste
luidspreker (R)
Surround-luidspreker
(L)
Surround-luidspreker
(R)
Voorste
luidspreker (L)
Surround-luidspreker
60 tot 90 cm
Voorbereidingen
9
NL
1 Druk op ?/1 om het systeem in te
schakelen.
2 Druk op CLOCK/TIMER SET.
3 Druk herhaald op v of V om het uur in
te stellen.
4 Druk op B.
5 Druk herhaald op v of V om de minuten
in te stellen.
6 Druk op ENTER.
De klok begint te lopen.
Veranderen van de tijd
1 Druk op CLOCK/TIMER SET.
2 Druk op v of V om "CLOCK SET" te kiezen
en druk daarna op ENTER.
3 Volg dezelfde procedure als in de stappen 3
t/m 6 hierboven.
Opmerking
Wanneer u de stekker uit het stopcontact trekt of indien
er een stroomonderbreking optreedt, gaan de
klokinstellingen verloren.
Instellen van de klok
10
NL
1 Druk op Z op het apparaat.
2 Plaats een disc, met de labelkant naar
boven, in de disclade.
Om nog meer discs te plaatsen, drukt u op
DISC SKIP/EX-CHANGE op het apparaat
om de disclade te laten ronddraaien.
3 Druk nogmaals op de Z op het
apparaat om de disclade dicht te doen.
Opmerkingen
• Plaats geen disc waarop plakband, stickers of andere
vreemde voorwerpen zitten omdat hierdoor een
storing veroorzaakt kan worden.
• Duw de disclade niet krachtig met de hand dicht
omdat hierdoor een storing veroorzaakt kan worden.
Met dit systeem kunt u audio-CD’s en MP3-
muziekstukken afspelen.
Voorbeeld: Als een disc geplaatst is
1 Druk op CD.
2 Druk in de stopfunctie herhaaldelijk op
PLAY MODE op het apparaat totdat de
gewenste functie op het display
verschijnt.
CD/MP3 – Afspelen
Een disc plaatsen
Een disc afspelen
— NORMAL-afspeelfunctie/SHUFFLE-
afspeelfunctie
Kies Voor het afspelen van
ALL DISCS
(NORMAL-
afspeelfunctie)
Alle discs in de disclade
continu.
1DISC
(NORMAL-
afspeelfunctie)
De muziekstukken op de door
u gekozen disc in de
oorspronkelijke volgorde.
ALBM
(NORMAL-
afspeelfunctie)
Alle MP3-muziekstukken in
het door u gekozen album op
de disc in de oorspronkelijke
volgorde.
Bij het afspelen van een niet-
MP3-disc verandert de
Album-afspeelfunctie naar
1 DISC-afspeelfunctie.
ALL DISCS
SHUF
(SHUFFLE-
afspeelfunctie)
De muziekstukken op alle
discs in willekeurige
volgorde.
1DISC SHUF
(SHUFFLE-
afspeelfunctie)
De muziekstukken op de door
u gekozen disc in willekeurige
volgorde.
Muziekstuknummer
Disc-indicator Afspeelduur
Discladenummer
CD/MP3 – Afspelen
11
NL
3 Druk op nN.
Overige bedieningen
*1
Mogelijkerwijs is het zoeken in meerdere bestanden
niet uitvoerbaar. Het is eveneens mogelijk dat de
tijdsduur van sommige bestanden niet correct
afgebeeld wordt.
*2
behalve voor MP3-muziekstukken
*3
DISC 1 – 3 op het apparaat is niet beschikbaar in de
stand "ALL DISCS SHUF".
Opmerkingen
• U kunt tijdens het afspelen de afspeelfunctie niet
veranderen.
• Bij discs met een complexe bestandstructuur, zoals
veel mapniveaus, kan het starten van het afspelen
enige tijd duren.
• Nadat een disc is geplaatst, leest de speler alle
muziekstukken op de disc. Als er albums of niet-
MP3-muziekstukken op de disc staan, kan het lang
duren voordat het afspelen begint of voordat het
volgende MP3-muziekstuk begint met afspelen.
• Bewaar geen overbodige albums (mappen) of andere
muziekstukken dan MP3 op een disc bestemd voor
MP3-gebruik. Wij raden u aan om op een disc met
MP3-muziekstukken geen ander soort
geluidsbestanden of overbodige albums op te slaan.
• Een album dat geen MP3-muziekstukken bevat
wordt overgeslagen.
• Maximaal aantal albums: 150 (inclusief de
hoofdmap)
• Het maximaal aantal MP3-muziekstukken en
albums, dat een disc kan bevatten, bedraagt 300.
• Maximaal 8 niveaus kunnen afgespeeld worden.
• MP3-muziekstukken worden afgespeeld in dezelfde
volgorde waarop ze op de disc zijn opgenomen.
• Afhankelijk van de gebruikte software voor
geluidscodering/CD-brander, opnameapparaat of
opnamemedium bij het schrijven van de MP3-
bestanden, is het mogelijk dat u ploblemen ervaart
zoals de onmogelijkheid van het afspelen,
geluidsonderbrekingen en ruis.
ALBM SHUF
(SHUFFLE-
afspeelfunctie)
De MP3-muziekstukken in het
door u gekozen album op de
disc in willekeurige volgorde.
Bij het afspelen van een niet-
MP3-disc verandert de Album
Shuffle-afspeelfunctie naar de
1 DISC SHUF-afspeelfunctie.
PGM
(PROGRAM-
afspeelfunctie)
De muziekstukken op de disc
in de volgorde waarin u deze
wilt afspelen (zie "Uw eigen
programma samenstellen" op
blz. 12).
Om Doet u het volgende
Het afspelen te
stoppen
Druk op x.
Te pauzeren Druk op X. Druk opnieuw om
verder te gaan met afspelen.
Een muziekstuk
te kiezen
Druk herhaald op . of >.
Kies een album
(map) met MP3-
muziekstukken
*1
Druk herhaald op ALBUM – of +
na stap 2.
Een bepaald punt
in een
muziekstuk te
zoeken
*2
Houd tijdens het afspelen m of
M ingedrukt en laat deze los
wanneer het gewenste punt is
bereikt.
In de stopstand
een disc te kiezen
Druk op D. SKIP (of DISC 1 – 3
*3
of DISC SKIP/EX-CHANGE op
het apparaat).
Overschakelen
vanuit een andere
functie naar de
CD-functie
Druk op DISC 1 – 3 op het
apparaat (Automatische
geluidsbronkeuze).
Tijdens het
afspelen van disc
te veranderen
Druk op DISC SKIP/EX-
CHANGE op het apparaat.
Een disc te
verwijderen
Druk op Z op het apparaat.
Kies Voor het afspelen van
12
NL
U kunt alle muziekstukken of een enkel
muziekstuk op de disc afspelen.
Met behulp van
displayaanduidingen
Druk op REPEAT op het apparaat totdat
"REP" of "REP1" verschijnt.
REP: Voor alle muziekstukken op de disc, of
alle muziekstukken in het album maximaal vijf
keer.
REP1: Slechts één muziekstuk.
Uitschakelen van de
herhaalfunctie
Druk herhaaldelijk op REPEAT op het apparaat
totdat zowel "REP" als "REP1" uit gaan.
Opmerkingen
• U kunt "REP" en "ALL DISCS SHUF" niet
tegelijkertijd kiezen.
• Bij keuze van "REP1" wordt het afspelen van het
bewuste muziekstuk oneindig herhaald, tot het
moment dat "REP1" geannuleerd wordt.
U kunt de volgorde, waarin u (de muziekstukken
van) alle discs wilt afspelen, in maximaal 25
stappen programmeren.
U kunt de geprogrammeerde muziekstukken
synchroon opnemen op een tape (blz. 18).
Met behulp van
displayaanduidingen
1 Druk op CD.
2 Druk in de stopfunctie herhaald op
PLAY MODE op het apparaat totdat
"PGM" verschijnt.
3 Druk op D.SKIP (of DISC 1 – 3 of DISC
SKIP/EX-CHANGE op het apparaat) om
een disc te kiezen.
Ga naar stap 5, bij de aanduiding "AL", om
alle muziekstukken van een disc in een keer
te programmeren.
4 Druk herhaald op . of > totdat het
gewenste muziekstuknummer
verschijnt.
Bij het programmeren van een MP3-disc
drukt u op ALBUM – of + om een album te
kiezen, en drukt u daarna herhaald op .
of > totdat het gewenste
muziekstuknummer verschijnt.
5 Druk op ENTER.
Het muziekstuk is nu geprogrammeerd.
Het programmastapnummer verschijnt,
gevolgd door de totale afspeelduur.
Herhaald afspelen
— REPEAT-afspeelfunctie
Uw eigen programma
samenstellen
— PROGRAM-afspeelfunctie
Gekozen
muziekstuknummerDiscladenummer
Totale afspeelduur (inclusief
het gekozen muziekstuk)
CD/MP3 – Afspelen
13
NL
6 Programmer verdere discs of
muziekstukken.
7 Druk op nN.
Het afspelen van het programma begint.
Overige bedieningen
Tips
• Uw programma blijft bewaard nadat het is
afgespeeld. Druk, om hetzelfde programma weer af
te spelen, op CD, en druk daarna op nN. Het
programma wordt echter gewist wanneer u de
disclade opent.
• "– –.– –" verschijnt wanneer de tijdsduur van het
totale CD-programma langer is dan 100 minuten, of
bij keuze van een CD-muziekstuk met een
muziekstuknummer 21 of hoger of door het kiezen
van een MP3-muziekstuk.
Voor programmering
van
Herhaalt u stappen
Andere discs 3 en 5
Andere muziekstukken
op dezelfde disc
4 en 5
Andere muziekstukken
op andere discs
3 t/m 5
Om Doet u het volgende
De PROGRAM-
afspeelfunctie uit
te schakelen
Druk in de stopfunctie herhaald
op PLAY MODE op het apparaat
totdat "PGM" uit gaat.
Een muziekstuk
vanaf het einde te
wissen
Druk in de stopstand op CLEAR.
14
NL
U kunt 20 FM-zenders en 10 AM-zenders
voorprogrammeren. U kunt afstemmen op elk
van die zenders door eenvoudig het
bijbehorende preselectienummer te kiezen.
Voorprogrammering met
automatische afstemming
U kunt automatisch afstemmen op alle
radiozenders die in uw gebied ontvangen
kunnen worden en daarna de frequentie van de
gewenste radiozenders opslaan.
1 Druk herhaald op TUNER/BAND om
"FM" of "AM" te kiezen.
2 Houd TUNING –/+ (of –m of M+ op
het apparaat) ingedrukt totdat de
frequentieaanduiding begint te
veranderen en laat daarna los.
De frequentie verandert terwijl het systeem
scant naar een radiozender. Het scannen
stopt automatisch wanneer op een zender is
afgestemd. Op dat moment verschijnen
"TUNED" en "STEREO" (voor een FM-
stereo-uitzending).
Indien "TUNED" niet verschijnt en het
doorzoeken van de frequenties niet
stopt
Stel de frequentie van de gewenste zender
in, zoals beschreven in de stappen 2 t/m 6
van "Voorprogrammering met handmatige
afstemming" (blz 14).
3 Druk op TUNER MEMORY op het
apparaat.
Een preselectiernummer verschijnt.
4 Druk herhaald op PRESET –/+ (of .
of > op het apparaat) om het
gewenste preselectienummer te
kiezen.
5 Druk op ENTER.
6 Herhaal de stappen 1 t/m 5 om andere
zenders in het geheugen vast te
leggen.
Voorprogrammering met
handmatige afstemming
U kunt handmatig afstemmen op de gewenste
radiozenders en daarna de frequentie ervan
opslaan.
1 Druk herhaald op TUNER/BAND om
"FM" of "AM" te kiezen.
2 Druk herhaald op TUNING –/+ (of –m
of M+ op het apparaat) om af te
stemmen op de gewenste radiozender.
3 Druk op TUNER MEMORY op het
apparaat.
Een preselectiernummer verschijnt.
4 Druk herhaald op PRESET –/+ (of .
of > op het apparaat) om het
gewenste preselectienummer te
kiezen.
5 Druk op ENTER.
6 Herhaal de stappen 1 t/m 5 om andere
zenders in het geheugen vast te
leggen.
Tuner
Voorprogrammeren van
radiozenders
Preselectienummer
Tuner
15
NL
Overige bedieningen
Omschakelen van het AM-
afsteminterval (uitgezonderd de
modellen voor Europa, het
Midden-Oosten en de Filippijnen)
Het AM-afsteminterval is in de fabriek ingesteld
op 9 kHz (of op 10 kHz in bepaalde gebieden).
Om het AM-afsteminterval te veranderen, dient
u eerst op een willekeurige AM-zender af te
stemmen en daarna het systeem uit te schakelen.
Druk op ?/1 terwijl u tegelijkertijd ENTER op
het apparaat ingedrukt houdt. Wanneer u het
interval verandert, worden alle
voorgeprogrammeerde AM-zenders uit het
geheugen gewist. Om het interval terug te
stellen, herhaalt u dezelfde procedure.
Opmerking
U kunt het AM-afsteminterval niet veranderen terwijl
het systeem in de energiebesparingsmodus staat.
Tips
• Wanneer de stekker uit het stopcontact wordt
getrokken of indien er een stroomonderbreking
optreedt, blijven de voorgeprogrammeerde zenders
nog een halve dag in het geheugen bewaard.
• U kunt de ontvangst verbeteren door de bijgeleverde
antennes te richten of een buitenantenne aan te
sluiten.
U kunt naar een radiozender luisteren door een
voorgeprogrammeerde zender te kiezen of door
handmatig af te stemmen op de zender.
Luisteren naar een
voorgeprogrammeerde
zender
— Afstemmen op
voorgeprogrammeerde zenders
Programmeer eerst de voorkeurzenders in het
geheugen van de tuner (zie "Voorprogrammeren
van radiozenders" op blz. 14).
1 Druk herhaald op TUNER/BAND om
"FM" of "AM" te kiezen.
2 Druk herhaald op PRESET –/+ (of .
of > op het apparaat) om de
gewenste voorgeprogrammeerde
radiozender te kiezen.
Om Doet u het volgende
Af te stemmen op
een zender met een
zwak signaal
Volg de procedure die wordt
beschreven in
"Voorprogrammering met
handmatige afstemming"
(blz 14).
Een andere
radiozender in te
stellen op een
bestaand
preselectienummer
Begin overnieuw bij stap 1. Na
stap 3, druk herhaald op
PRESET –/+ (of . of >
op het apparaat) om het
preselectienummer te kiezen
waaronder u de andere
radiozender wilt opslaan.
Luisteren naar de radio
FrequentiePreselectienummer
wordt vervolgd
16
NL
Luisteren naar een niet-
voorgeprogrammeerde
radiozender
— Handmatig afstemmen
1 Druk herhaald op TUNER/BAND om
"FM" of "AM" te kiezen.
2 Druk herhaald op TUNING –/+ (of –m
of M+ op het apparaat) om af te
stemmen op de gewenste radiozender.
Tips
• Voor een optimale ontvangst dient u de bijgeleverde
antennes opnieuw te richten of een in de handel
verkrijgbare buitenantenne aan te sluiten.
• Wanneer er tijdens een FM-stereoprogramma ruis
optreedt, drukt u herhaald op FM MODE op het
apparaat totdat "MONO" verschijnt. Er is dan geen
stereo-effect, maar de ontvangst verbetert.
• Houd TUNING –/+ (of –m of M+ op het
apparaat) ingedrukt. De frequentie-aanduiding
verandert, en het scannen stopt als er een zender
wordt ontvangen (automatische afstemming).
• Gebruik handmatige opname-instellingen bij de
opname van radio-uitzendingen (blz. 19).
Wat is het radio-
informatiesysteem?
Het radio-informatiesysteem (RDS: Radio Data
System) is een omroepdienst die radiozenders in
staat stelt om extra informatie uit te zenden naast
het gewone programmasignaal. RDS is alleen
beschikbaar bij FM-zenders.*
Opmerking
RDS werkt niet goed als de radiozender waarop u hebt
afgestemd het RDS-signaal niet goed uitzendt of als
het signaal zwak is.
* Niet alle FM-zenders verzorgen de RDS-dienst of
hetzelfde soort RDS-dienst. Als u niet vertrouwd
bent met het RDS-systeem, doe dan navraag bij uw
plaatselijke radiozenders voor meer informatie over
RDS-diensten in uw gebied.
Ontvangen van RDS-
uitzendingen
Kies een zender op de FM-band.
Wanneer u afstemt op een zender die RDS-
diensten verzorgt, zal de zendernaam op het
display verschijnen.
De RDS-informatie controleren
Bij elke druk op DISPLAY verandert het display
als volgt:
Naam radiozender* t Frequentie t
Programmatype* t Klokindicatie t Status
geluidseffect
* Als de RDS-uitzending niet goed wordt ontvangen,
is het mogelijk dat de zendernaam niet op het display
verschijnt.
Gebruik van het radio-
informatiesysteem (RDS)
(alleen het Europese model)
Tape – Afspelen
17
NL
1 Druk herhaald op TAPE A/B om deck A
of B te kiezen.
2 Druk op PUSH Z op het apparaat.
3 Plaats een opgenomen/opneembare
tape in de cassettehouder van
tapedeck A of B, met de kant, die u wilt
afspelen of waarop u wilt opnemen,
naar u gericht.
U kunt gebruikmaken van TYPE I (normale)
tape.
1 Plaats een tape.
Om beide decks achter elkaar af te spelen,
drukt u herhaald op PLAY MODE op het
apparaat totdat "RELAY" (afspelen in
serie)* verschijnt op het display.
2 Druk herhaald op DIRECTION op het
apparaat om g te kiezen en één kant
af te spelen. Kies j voor het afspelen
van beide kanten.
Om de tapes in beide decks achter elkaar af
te spelen, kiest u RELAY (afspelen in
serie)*.
3 Druk op nN.
Druk nogmaals op de toets om de andere
kant af te spelen. Het afspelen van de tape
begint.
* Nadat beide kanten tot vijfmaal zijn afgespeeld,
stopt het deck automatisch. Bij afspelen in serie
is de volgorde altijd:
t Tapedeck A (voorkant) t Tapedeck A
(achterkant) t Tapedeck B (voorkant) t
Tapedeck B (achterkant)
Tape – Afspelen
Plaatsing van een tape
Met de kant
die u wilt
afspelen/
opnemen
naar voren
gericht.
Afspelen van een tape
Achterkant-
indicator
Tapeaanwezigheidsindicator
Voorkant-
indicator
wordt vervolgd
18
NL
Overige bedieningen
Opzoeken van het begin van het
huidige of het volgende
muziekstuk (AMS)*
Om vooruit te gaan
Druk tijdens het afspelen op > wanneer H
oplicht.
"TAPE A (of TAPE B) >>> +1" verschijnt.
Druk tijdens het afspelen op . wanneer h
oplicht.
"TAPE A (of TAPE B) <<< +1" verschijnt.
Om achteruit te gaan
Druk tijdens het afspelen op . wanneer H
oplicht.
"TAPE A (of TAPE B) <<< –1" verschijnt.
Druk tijdens het afspelen op > wanneer h
oplicht.
"TAPE A (of TAPE B) >>> –1" verschijnt.
* AMS (Automatische Muzieksensor)
Opmerking
Onder de volgende omstandigheden zal de AMS-
functie soms niet goed werken:
– Wanneer het niet-opgenomen gedeelte tussen de
muziekstukken korter dan 4 seconden is.
– Wanneer het systeem dicht bij een TV-toestel is
geplaatst.
Tip
Wanneer er een tape is geplaatst, licht de bijbehorende
indicator vooruit/achteruit op.
U kunt een hele CD op de tape opnemen.
U kunt gebruikmaken van TYPE I (normale)
tape. Het opnameniveau wordt automatisch
ingesteld.
1 Plaats een voor opname geschikte tape
in het deck B, en druk daarna op TAPE
A/B om deck B te kiezen.
2 Druk herhaald op DIRECTION op het
apparaat om g te kiezen en op één
kant op te nemen. Kies j (of RELAY)
voor opnemen op beide kanten.
Als u vanaf de achterkant wilt opnemen,
drukt u op nN drukt u daarna op x. De
indicator van de achterkant van TAPE B
licht op.
3 Druk op CD en plaats een disc,
waarvan u wilt opnemen, in het
apparaat.
4 Druk op CD SYNC op het apparaat.
Deck B bevindt zich nu in de wachtstand
voor opnemen.
"REC" knippert.
5 Druk op REC PAUSE/START op het
apparaat.
Het opnemen begint.
Stoppen met opnemen
Druk op x.
Een disc opnemen met een
bepaalde muziekstukvolgorde
U kunt alleen uw favoriete CD-muziekstukken
opnemen met behulp van de Program-
afspeelfunctie. Voer tussen de stappen 3 en 4
eerst de stappen 2 t/m 5 uit van "Uw eigen
programma samenstellen" (blz 12).
Om Doet u het volgende
Het afspelen te
stoppen
Druk op x.
Te pauzeren Druk op X. Druk opnieuw om
verder te gaan met afspelen.
Snel vooruit te
spoelen of terug
te spoelen
Druk op m of M.
De tape eruit te
halen
Druk op PUSH Z op het apparaat.
Tape – Opnemen
Uw favoriete CD-
muziekstukken opnemen
op een tape
— CD-TAPE-synchroonopname
Tape – Opnemen
19
NL
Tips
• Om de vereiste tapelengte voor het opnemen van een
disc te controleren, drukt u op EDIT op het apparaat
totdat "EDIT" knippert nadat u een CD hebt geplaatst
en op CD hebt gedrukt. De vereiste tapelengte voor
de huidig geplaatste disc verschijnt, gevolgd door de
totale afspeelduur van kant A, respectievelijk kant B
(Tapekeuze Wijzigen).
• De Tape Select-montagefunctie kan niet worden
gebruikt voor CD’s met meer dan 20 muziekstukken
of MP3-muziekstukken.
Met deze functie is het mogelijk om alleen uw
favoriete muziekstukken van een CD, tape of
een radioprogramma op een tape opnemen.
U kunt ook opnemen van andere aangesloten
geluidscomponenten (zie "Aansluiten van
optionele componenten" op blz. 29).
1 Plaats een voor opname geschikte tape
in het deck B, en druk daarna op TAPE
A/B om deck B te kiezen.
2 Druk herhaald op DIRECTION op het
apparaat om g te kiezen en op één
kant op te nemen. Kies j (of RELAY)
voor opnemen op beide kanten.
Als u vanaf de achterkant wilt opnemen,
drukt u op nN drukt u daarna op x. De
indicator van de achterkant van TAPE B
licht op.
3 Druk op CD, TAPE A/B, TUNER/BAND,
GAME of MD (VIDEO) om de gewenste
bron te kiezen waarvanaf u wilt
opnemen.
• CD: Opnemen vanaf de ingebouwde CD-
speler.
• TAPE: Opnemen vanaf het ingebouwde
tapedeck A.
• TUNER: Opnemen vanaf de ingebouwde
tuner.
• GAME: Opnemen vanaf een
videospelcomputer aangesloten via de
GAME INPUT AUDIO L/R
aansluitingen.
• MD (VIDEO): Opnemen vanaf de
aangesloten MD of videorecorder via de
MD (VIDEO) IN-aansluitingen.
4 Druk op REC PAUSE/START op het
apparaat.
Deck B bevindt zich nu in de wachtstand
voor opnemen.
"REC" knippert.
Handmatig opnemen op
een tape
— Handmatig opnemen
wordt vervolgd
20
NL
5 Druk op REC PAUSE/START op het
apparaat en begin daarna met het
afspelen van de bron waarvan u wilt
opnemen.
Het opnemen begint.
Stoppen met opnemen
Druk op x.
Opmerking
Tijdens het opnemen kunt u niet naar andere bronnen
luisteren.
Tips
• Wanneer u op beide kanten wilt opnemen, moet u
altijd beginnen met de voorkant. Indien u met de
achterkant begint, zal het opnemen stoppen aan het
einde van de achterkant.
• Opnemen vanaf de tuner:
Als ruis hoorbaar is tijdens het opnemen vanaf de
tuner, verplaatst u de betreffende antenne om de ruis
te verminderen.
Door de gewenste geluidsmodus te kiezen, kunt
u het geluid op verschillende manieren
beluisteren.
Druk op SURR SS MODE op het apparaat
om het geluid te kiezen dat u wilt.
LINK: Hiermee wordt hetzelfde geluid met een
ander uitgangsniveau weergegeven.
MATRIX SURR: Hiermee wordt een breed
scala aan geluiden weergegeven waarbij het
geluid automatisch wordt aangepast aan de
grootte van de kamer.
U kunt de lage tonen versterken en het geluid
krachtiger maken.
Druk op GROOVE op het apparaat.
Bij elke druk op de toets verandert het display
als volgt:
GROOVE ON* t V-GROOVE ON* t
GROOVE OFF
* Het volume schakelt over op de power-functie, de
toonregelaarkromme verandert, en "GROOVE" of
"V-GROOVE" gaat aan.
Geluidsregeling
Geluidssysteem kiezen
(uitsluitend de MHC-RG660)
Regeling van het geluid
Geluidsregeling
21
NL
Het effect kiezen uit het
muziekmenu
Druk herhaald op PRESET EQ (of op MUSIC
EQ, MOVIE EQ of GAME EQ op het
apparaat) om de gewenste instelling te
kiezen.
De naam van de voorinstelling verschijnt op het
display.
Zie het overzicht "Opties voor geluidseffecten".
Het geluidseffect uitschakelen
Druk op EFFECT ON/OFF op het apparaat.
Opties voor geluidseffecten
"SURR" verschijnt wanneer u een effect met
surround-effecten kiest.
MUSIC EQ
MOVIE EQ
GAME EQ
U kunt het geluid naar wens instellen door het
niveau van een bepaald frequentiebereik te
verhogen of te verlagen, en vervolgens
maximaal drie persoonlijke bestanden (P-FILE)
in het geheugen vastleggen.
Alvorens u deze functie gaat gebruiken, dient u
eerst de gewenste audio-accentuering voor uw
basisgeluid te kiezen.
1 Druk herhaald op b of B om een
frequentieband te kiezen en druk
daarna op v of V om het niveau in te
stellen.
2 Houd P FILE op het apparaat ingedrukt.
Er verschijnt een nummer van een
persoonlijke bestand.
3 Druk herhaald op P FILE om P FILE 1 –
3 te kiezen als de locatie waaronder u
de instelling van de equalizer wilt
vastleggen.
4 Druk op ENTER.
"COMPLETE" verschijnt.
Deze instelling wordt automatisch
vastgelegd als het persoonlijke bestand dat
u bij stap 3 hebt gekozen.
Overige bedieningen
Geluidseffect kiezen
Effect
ROCK
POP
JAZZ
DANCE
SOUL
ORIENTAL
Standaard geluidsbronnen
Effect
ACTION
DRAMA
MUSICAL
Soundtracks en bijzondere
luistersituaties
Effect
ADVENTURE
ARCADE
RACING
PlayStation 1, 2 en andere
videospelcomputers die als
muziekbron kunnen fungeren
Instelling van de
grafische equalizer en
opslaan van de
instellingen
Om Drukt u
Een persoonlijk
bestand op te
roepen
herhaald op P FILE om het
nummer van het gewenste
persoonlijk bestand te kiezen.
Een persoonlijk
bestand te
annuleren
herhaald op EFFECT ON/OFF
totdat "EFFECT OFF" verschijnt.
FrequentieniveauFrequentieband
22
NL
Druk op SURROUND op het apparaat.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het uitleesvenster
als volgt:
SURROUND ON (SURR)
Y
SURROUNG OFF (Uit)
Hiervoor dient u een videospelcomputer aan te
sluiten (zie "Aansluiten van optionele
componenten" op blz. 29).
Druk op GAME.
Tips
• In de wachtstand wordt het systeem automatisch
ingeschakeld.
• De functie GAME EQ wordt automatisch gekozen.
• Deze bedieningshandelingen kunnen niet in de
energiebesparingsmodus worden uitgevoerd.
Kiezen van het
surroundeffect
Verbetering van het geluid
van videospelletjes
— Game Sync
Geluidsregeling
23
NL
1 Kies de gewenste geluidsbron.
2 Druk op GAME MIXING op het
apparaat.
Elke keer wanneer u de toets indrukt,
verandert het niveau van het spelgeluid als
volgt:
MIXING LOW t MIXING MID t
MIXING HIGH t MIXING OFF
Opmerking
Indien u begint met opnemen terwijl Game Mixing is
geactiveerd, wordt Game Mixing uitgeschakeld. Voor
opname van de soundmix, drukt u, na stap 4 van
"Handmatig opnemen op een tape"op blz. 19 op
GAME MIXING op het apparaat, en daarna op REC
PAUSE/START om de opname te beginnen.
Tips
• Wanneer Game Mixing is geactiveerd, brandt de
GAME MIXING-indicator.
• Nadat Game Mixing is geactiveerd, blijft deze
functie actief zolang de spanning is ingeschakeld,
zelfs indien er een andere geluidsbron wordt
gekozen.
U kunt meezingen door een optionele microfoon
aan te sluiten.
1 Draai MIC LEVEL op het apparaat naar
MIN om het niveau van de
microfoonregelaar te verlagen.
2 Sluit een los verkrijgbare microfoon
aan op MIC.
3 Begin met het afspelen van de muziek.
4 Stel het microfoonvolumeniveau in
door MIC LEVEL op het apparaat te
draaien.
Na beëindiging
Draai MIC LEVEL op het apparaat naar MIN en
koppel de microfoon los van MIC.
Mixen en opnemen van
geluiden
U kunt geluiden "mixen" door één van de
componenten te laten afspelen terwijl u in een
microfoon (niet bijgeleverd) zingt of praat.
Het gemixte geluid kan op een tape worden
opgenomen.
1 Tref de nodige voorbereidingen bij de
bron waarmee u wilt mixen. Plaats
daarna een voor opname geschikte
tape in deck B.
2 Druk op de functietoets van de bron
waarvan u wilt opnemen (bijvoorbeeld
CD).
Wanneer u wilt opnamen van TAPE A,
drukt u herhaald op TAPE A/B totdat TAPE
A is gekozen.
3 Druk op REC PAUSE/START op het
apparaat.
Deck B bevindt zich nu in de wachtstand
voor opnemen.
"REC" knippert.
Het geluid van een
videospelletje mixen met
het geluid van een andere
geluidsbron
— Game Mixing
Meezingen
(Behalve voor het Europese model)
wordt vervolgd
24
NL
4 Druk herhaald op DIRECTION op het
apparaat om g te kiezen en op één
kant op te nemen. Kies j (of RELAY)
voor opnemen op beide kanten.
5 Druk op REC PAUSE/START op het
apparaat, en begin vervolgens met
zingen, spreken of afspelen van de
gewenste bron.
Het opnemen begint.
Stoppen met opnemen
Druk op x.
Tips
• Indien er sprake is van akoestische terugkoppeling
(rondzingen), plaats dan de microfoon verder van de
luidsprekers of richt de microfoon een andere kant
uit.
• Als u alleen uw stem via de microfoon wilt opnemen,
kunt u dit doen door de CD-functie te kiezen zonder
een disc af te spelen.
• Wanneer geluidssignalen met een hoog niveau
worden ingevoerd, past het systeem automatisch het
opnameniveau aan om te voorkomen dat het
opgenomen geluidssignaal wordt vervormd
(automatische opnameniveauregeling).
Timer
25
NL
U kunt het systeem na verloop van een vooraf
ingestelde tijd automatisch laten uitschakelen,
zodat u kunt inslapen met muziek.
Druk op SLEEP.
Bij elke druk op deze toets verandert de
minuten-indicatie (de uitschakeltijd) als volgt:
AUTO* t 90MIN t 80MIN t 70MIN
t … t 10MIN t OFF
* Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld na
100 minuten of nadat de huidige CD of tape klaar is
met afspelen.
Overige bedieningen
**U kunt de resterende tijdsduur niet controleren
wanneer "AUTO" is gekozen.
Opmerking
Tijdens synchroonopname op een tape mag de
instelling "AUTO" niet gekozen worden.
Tip
U kunt de SLEEP-timerfunctie zelfs gebruiken
wanneer de klok niet is ingesteld.
U kunt op een vooraf ingestelde tijd ontwaken
met muziek. Zorg eerst dat de klok juist is
ingesteld (zie "Instellen van de klok" op blz. 9).
1 Tref de nodige voorbereidingen bij de
geluidsbron die u wilt afspelen.
• CD: Plaats een disc. Als u wilt beginnen
met een bepaald muziekstuk, maakt u een
muziekprogramma (zie "Uw eigen
programma samenstellen" op blz. 12).
• Tape: Plaats een tape.
• Tuner: Stem af op de
voorgeprogrammeerde radiozender (zie
"Luisteren naar de radio" op blz. 15).
2 Druk op VOL +/– (of draai aan de
VOLUME regelknop op het apparaat)
om het volume in te stellen.
3 Druk op CLOCK/TIMER SET totdat
"DAILY SET" verschijnt.
4 Druk op ENTER.
"ON" licht op en de uur-indicatie begint te
knipperen.
5 Stel de starttijd voor afspelen in.
Druk herhaald op v of V om het uur in te
stellen en druk daarna op
B.
De minuten-indicatie begint te knipperen.
Druk herhaald op v of V om de minuten in
te stellen en druk daarna op ENTER.
6 Stel de stoptijd voor afspelen in
volgens de procedure bij stap 5.
7 Druk herhaald op v of V totdat de
gewenste geluidsbron verschijnt.
Bij elke druk op de toets verandert het
display als volgt:
Timer
Inslapen met muziek
— SLEEP-timerfunctie
Om Drukt u
De resterende
tijdsduur** te
controleren
Eenmaal op SLEEP.
De uitschakeltijd te
wijzigen
Herhaald op SLEEP om de
gewenste tijd te kiezen.
De SLEEP-
timerfunctie te
annuleren
Herhaald op SLEEP totdat
"SLEEP OFF" verschijnt.
Ontwaken met muziek
— DAILY-timerfunctie
t
TUNER
y
CD PLAY
T
t
TAPE PLAY
T
wordt vervolgd
26
NL
8 Druk op ENTER.
Het soort timer ("DAILY"), de begintijd, de
stoptijd en de geluidsbron worden, na
elkaar, weergegeven, voordat de normale
displayweergave weer verschijnt.
9 Druk op ?/1 om het systeem uit te
schakelen.
Overige bedieningen
Opmerkingen
• U kunt de DAILY-timerfunctie niet tegelijkertijd
met de opname-timerfunctie in werking stellen.
• Als u de DAILY-timerfunctie en de SLEEP-
timerfunctie tegelijkertijd gebruikt, krijgt de SLEEP-
timerfunctie voorrang.
• Als het systeem op de vastgestelde tijd wordt
ingeschakeld, wordt de DAILY-timerfunctie niet
geactiveerd.
Tip
Het systeem wordt 15 seconden vóór de ingestelde tijd
ingeschakeld.
U kunt een programma van een
voorgeprogrammeerde radiozender opnemen op
een vooraf ingesteld tijdstip.
Voor het opnemen met de timer dient u eerst de
radiozenders voor te programmeren (zie
"Voorprogrammeren van radiozenders" op
blz. 14) en de ingebouwde klok gelijk te zetten
(zie "Instellen van de klok" op blz. 9).
1 Stem af op de voorgeprogrammeerde
radiozender (zie "Luisteren naar een
voorgeprogrammeerde zender" op
blz. 15).
2 Druk op CLOCK/TIMER SET.
"DAILY SET" verschijnt.
3 Druk herhaald op v of V om "REC SET"
te kiezen en druk daarna op ENTER.
"ON" licht op en de uur-indicatie begint te
knipperen.
4 Stel de starttijd voor opname in.
Druk herhaald op v of V om het uur in te
stellen en druk daarna op B.
De minuten-indicatie begint te knipperen.
Druk herhaald op v of V om de minuten in
te stellen en druk daarna op ENTER.
5 Stel de stoptijd voor opname in
volgens de procedure bij stap 4.
De begintijd, de stoptijd en de naam van de
op te nemen radiozender (bijvoorbeeld
"TUNER FM 5") worden na elkaar,
weergegeven, voordat de normale
displayweergave weer verschijnt.
6 Plaats een voor opname geschikte tape
in het deck B.
7 Druk op ?/1 om het systeem uit te
schakelen.
Om Doet u het volgende
De instelling te
controleren
1 Druk op CLOCK/TIMER
SELECT.
2 Druk herhaald op v of V
totdat "DAILY" verschijnt
en druk daarna op ENTER.
De instelling te
wijzigen
Begin opnieuw bij stap 1.
De timer uit te
schakelen
1 Druk op CLOCK/TIMER
SELECT.
2 Druk herhaald op v of V
totdat "TIMER OFF"
verschijnt en druk daarna op
ENTER.
Timeropname van
radioprogramma’s
Display
27
NL
Overige bedieningen
Opmerkingen
• U kunt de DAILY-timerfunctie niet tegelijkertijd
met de opname-timerfunctie in werking stellen.
• Bij gelijktijdig gebruik van de opnametimer, de
DAILY-timer en de SLEEP-timer krijgt de SLEEP-
timer voorrang.
• Als het systeem op de vastgestelde tijd wordt
ingeschakeld, wordt de timeropname niet
geactiveerd.
• Tijdens de opname wordt het volume tot het
minimum verminderd.
Het demonstratiedisplay (het displayvenster en
de toetsen branden en knipperen, zelfs wanneer
de spanning van het systeem is uitgeschakeld)
en het klokdisplay kunnen worden
uitgeschakeld om de hoeveelheid stroom die in
de wachtstand verbruikt wordt zoveel mogelijk
te beperken (energiebesparingsmodus).
Druk herhaald op DISPLAY op het apparaat
terwijl het systeem is uitgeschakeld totdat
het demonstratiedisplay of de klokindicatie
op het display uit gaat.
De energiebesparingsmodus
uitschakelen
Druk op DISPLAY terwijl het systeem is
uitgeschakeld. Bij iedere druk op deze toets
doorloopt het systeem de volgende cyclus:
Demonstratiedisplay t Klokdisplay* t Geen
weergave (energiebesparingsmodus)
* Het klokdisplay verschijnt alleen indien u de tijd hebt
ingesteld.
Opmerking
De volgende bedieningen kunnen niet worden
uitgevoerd in de energiebesparingsmodus.
– instellen van de klok
– het AM-afsteminterval veranderen (uitgezonderd de
modellen voor Europa, het Midden-Oosten en de
Filippijnen)
– het systeem inschakelen door op de functietoetsen te
drukken
Tip
De timer blijft werken in de energiebesparingsmodus.
Om Doet u het volgende
De instelling te
controleren
1 Druk op CLOCK/TIMER
SELECT.
2 Druk herhaald op v of V
totdat "REC SELECT"
verschijnt en druk daarna op
ENTER.
De instelling te
wijzigen
Begin opnieuw bij stap 1.
De timer uit te
schakelen
1 Druk op CLOCK/TIMER
SELECT.
2 Druk herhaald op v of op V
totdat "TIMER OFF"
verschijnt en druk daarna op
ENTER.
Display
Uitschakelen van het
display
— Energiebesparingsmodus
28
NL
U kunt de verstreken afspeelduur en de
resterende afspeelduur van het huidige
muziekstuk of die van de hele disc op het display
controleren.
Controleren van de
resterende afspeelduur en
titels (CD/MP3)
Druk op DISPLAY op het apparaat tijdens
de normale afspeelfunctie.
Bij elke druk op de toets verandert het display
als volgt:
x Bij het afspelen van een CD
Verstreken afspeeltijd van het huidige
muziekstuk t Resterende afspeeltijd van het
huidige muziekstuk
*1
t Resterende afspeeltijd
van de huidige disc
*2
t Klokindicatie
(gedurende 8 seconden) t Status geluidseffect
*1
"– –.– –" verschijnt bij het afspelen van een
programma met meer dan 20 muziekstukken of een
langere tijdsduur dan 100 minuten.
*2
"– –.– –" verschijnt in ALL DISCS of
geprogrammeerde afspeelfunctie.
x Bij het afspelen van een MP3-disc
Verstreken afspeeltijd van het huidige
muziekstuk t Resterende afspeeltijd van het
huidige muziekstuk
*1
t Resterende afspeeltijd
van de huidige disc
*2
t Muziekstuktitel
*3
t
Albumnaam t Klokindicatie (gedurende
8 seconden) t Status geluidseffect
*1
"– –.– –" verschijnt bij het afspelen van een
programma met meer dan 20 muziekstukken of een
langere tijdsduur dan 100 minuten of MP3-
muziekstukken.
*2
"– –.– –" verschijnt bij het afspelen van MP3-
muziekstukken.
*3
Bij het afspelen van een muziekstuk met een ID3-
tag versie 1 (versie. 1.0 of 1.1), verschijnt de ID3-
tag. De ID3-tag geeft alleen de muziekstuktitel
weer.
Controleren van de totale
afspeeltijd en de titels (CD/
MP3)
Druk in de stopstand op DISPLAY op het
apparaat.
Bij elke druk op de toets verandert het display
als volgt:
x Wanneer een CD in de NORMAL-
afspeelfunctie staat
Weergave TOC
*1
of het aantal albums op de
disc
*2
of het aantal muziekstuknummers in het
huidige album
*2
t De albumnaam
*2
t
Klokindicatie (gedurende 8 seconden) t Status
geluidseffect
*1
TOC = Table of Contents (Inhoudsopgave); geeft
het huidige discnummer, het aantal muziekstukken
op de disc en de totale afspeeltijd van een disc weer.
*2
Bij discs met MP3-muziekstukken is het mogelijk
dat, afhankelijk van de afspeelfunctie, de
albumtitels niet weergegeven worden.
Opmerkingen
• Bij discs met MP3-muziekstukken wordt de totale
afspeeltijd niet weergegeven.
• ID3-tags hebben alleen betrekking op versie 1.
• Indien het door u afgespeeld MP3-bestand is
voorzien van een ID3-tag, wordt de informatie van
de ID3-tag weergegeven als muziekstuktitel.
• De verstreken en de resterende afspeeltijd van een
muziekstuk worden in het volgende geval niet
nauwkeurig weergegeven.
– wanneer een MP3 bestand van VBR (variabele
bitsnelheid) wordt afgespeeld.
– bij snel spoelen in voorwaartse of achterwaartse
richting.
Druk op ILLUMINATION op het apparaat.
Bij iedere druk op de toets verandert de Power-
indicator als volgt:
PATTERN 1 t PATTERN 2 t
PATTERN 3 t PATTERN 4 t
PATTERN OFF (Geen indicatie)
Afbeelden van informatie
over de CD op het display
Veranderen van de Power-
indicator
Los verkrijgbare componenten
29
NL
U kunt uw systeem uitbreiden door los verkrijgbare componenten aan te sluiten. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing die met de betreffende component is meegeleverd.
A GAME INPUT VIDEO
aansluiting
Gebruik een videokabel (niet bijgeleverd) om de
video-uitgang van de optionele
videospelcomputer aan te sluiten op deze
aansluitbus.
B GAME INPUT AUDIO L/R
aansluitingen
Gebruik audiosnoeren (niet bijgeleverd) om de
audio-uitgang van de optionele
videospelcomputer aan te sluiten op deze
aansluitbussen. U kunt het geluid dan via dit
systeem weergeven.
C CD DIGITAL OUT aansluiting
Gebruik een digitale optische kabel (vierkant,
niet bijgeleverd) om de audio-ingang van het
optionele MD-deck te verbinden met deze
aansluitbus. U kunt dan digitaal geluid van dit
systeem opnemen.
D MD (VIDEO) IN aansluitingen
Gebruik audiosnoeren (niet bijgeleverd) om de
audio-uitgangsaansluiting van de los
verkrijgbare component (zoals een MD-deck of
videorecorder) aan te sluiten op deze
aansluitbussen. U kunt het geluid dan via dit
systeem weergeven.
Los verkrijgbare componenten
Aansluiten van optionele componenten
ALBUM
ALBUM
Optionele
videospelcomputer
TV-toestel
Van de audio- en video-uitgangsaansluiting
van de videospelcomputer
Naar de video-ingang van een
TV-toestel
Vanaf de audio-uitgangsaansluitingen
van het MD-deck of videorecorder
Naar de digitale ingangsaansluiting
op het MD-deck
MD-deck MD-deck of videorecorder
wordt vervolgd
30
NL
E VIDEO OUT aansluiting
Gebruik een videokabel (niet bijgeleverd) om de
video-ingang van een TV-toestel aan te sluiten
op deze aansluitbus.
Opmerkingen
• Het beeld van de videospelcomputer kan op het TV-
scherm verschijnen, zelfs wanneer het systeem is
uitgeschakeld.
• Zie "Kiezen van het surroundeffect" op blz. 22 voor
geluidseffecten van videospelletjes.
• Wanneer het apparaat is uitgeschakeld en u drukt op
GAME op het apparaat, wordt het apparaat
ingeschakeld en de functie verandert naar "GAME"
terwijl de toonregelaar ook de stand "GAME EQ"
aanneemt.
• Als u op GAME drukt op het apparaat terwijl het
systeem is ingeschakeld, schakelt de functie over
naar "GAME" en schakelt de toonregelaar
automatisch op dezelfde manier over naar
"GAME EQ".
Luisteren naar een
aangesloten MD-deck
1 Sluit de audiosnoeren aan.
Zie "Aansluiten van optionele
componenten" op blz. 29.
2 Druk op MD (VIDEO).
Begin met het afspelen van de aangesloten
component.
Luisteren naar een
aangesloten videorecorder
1 Sluit de audiosnoeren aan.
Zie "Aansluiten van optionele
componenten" op blz. 29.
2 Druk op MD (VIDEO).
Houd MD (VIDEO) ingedrukt en druk op
?/1. Hiermee schakelt de MD-functie over
naar VIDEO. Nadat u de VIDEO-functie
hebt ingeschakeld, drukt u gewoon op MD
(VIDEO).
Opmerkingen
• Indien u "MD" niet kunt kiezen wanneer u MD
(VIDEO) indrukt, druk dan op ?/1 terwijl u MD
(VIDEO) ingedrukt houdt en het systeem is
ingeschakeld. Er wordt van "VIDEO"
overgeschakeld op "MD". Om terug te keren naar
"VIDEO" volgt u dezelfde procedure.
• Wanneer u het systeem aansluit op een VIDEO CD-
deck, kies dan de instelling "MD".
Luisteren naar het geluid
van een aangesloten
component
Los verkrijgbare componenten
31
NL
Digitaal opnemen van een CD
op een aangesloten MD-deck
1 Sluit de los verkrijgbare optische kabel
aan.
Zie "Aansluiten van optionele
componenten" op blz. 29.
2 Begin met opnemen.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die met
de aangesloten component is meegeleverd.
Opnemen op een
aangesloten component
32
NL
In het geval u een probleem met uw systeem
ondervindt, gaat u als volgt te werk:
1 Controleer dat het netsnoer en de
luidsprekersnoeren op de juiste wijze en
stevig zijn aangesloten.
2 Zoek uw probleem op in onderstaande
controlelijst en voer de corrigerende
handelingen uit.
Indien het probleem aanhoudt nadat u al het
bovenstaande hebt uitgevoerd, neemt u contact
op met de dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Als de ?/1 indicator knippert
Trek onmiddellijk de stekker uit het stopcontact
en controleer de volgende punten.
• Staat de spanningskeuzeschakelaar op het
juiste voltage?
Kijk na wat de plaatselijk netspanning is en
controleer daarna of de
spanningskeuzeschakelaar op het juiste
voltage is ingesteld.
• Zijn de + en de – draden van de
luidsprekersnoeren kortgesloten?
• Gebruikt u alleen de voorgeschreven
luidsprekers?
• Worden de ventilatieopeningen aan de
achterzijde van het apparaat geblokkeerd?
Nadat u bovenstaande zaken gecontroleerd heeft
en eventuele problemen opgelost heeft, steekt u
de stekker weer in het stopcontact en schakelt
het apparaat in. Als de indicatie nog steeds
knippert, of indien de oorzaak van een
probleem, na controle van bovenstaande zaken,
niet gevonden is, neem dan contact op met uw
dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Algemeen
Zodra u de stekker in het stopcontact steekt
begint het display te knipperen, zelfs als het
apparaat uitgeschakeld is (zie stap 5 van
"Aansluiten van het systeem" (blz. 6)).
• Druk tweemaal op DISPLAY op het apparaat
terwijl het systeem is uitgeschakeld. De
demonstratie verdwijnt.
De indicatie "– –:– –" verschijnt op het display.
• Er is een stroomonderbreking opgetreden. Stel de
klok opnieuw in (blz. 9) en maak de timer-
instellingen opnieuw (blz. 26 en 27).
De klokinstelling/voorprogrammering van de
radiozenders/timer is geannuleerd.
• Stel de volgende gegevens opnieuw in:
– "Instellen van de klok" (blz. 9)
– "Voorprogrammeren van radiozenders"
(blz. 14)
– "De instelling te controleren" (blz. 26)
– "Timeropname van radioprogramma’s"
(blz. 26)
Er is geen geluid.
• Druk op VOL +/– of draai de VOLUME
regelknop op het apparaat rechtsom.
• Zorg dat de hoofdtelefoon niet is aangesloten.
• Controleer of de luidsprekeraansluitingen in orde
zijn (blz. 6).
• Geen geluidsweergave tijdens een timeropname.
Het geluid komt van slechts één kanaal, of het
links/rechts-volume is niet gebalanceerd.
• Plaats de luidsprekers zo symmetrisch mogelijk.
• Sluit de bijgeleverde luidsprekers aan.
De lage tonen ontbreken.
• Controleer of de + en de – aansluitingen van de
luidsprekers correct zijn aangesloten.
Er is veel brom of ruis.
• Zet het systeem verder weg van de storingsbron.
• Sluit het systeem aan op een ander stopcontact.
• Plaats een ruisfilter (in de handel verkrijgbaar) op
het netsnoer.
De timer kan niet worden ingesteld.
• Stel de klok opnieuw in (blz. 9).
De timer werkt niet.
• Controleer de instelling van de timer en stel de
juiste tijd in (blz. 26 en 27).
• Schakel de SLEEP-timerfunctie uit (blz. 25).
Verhelpen van storingen
Problemen en oplossingen
Verhelpen van storingen
33
NL
De afstandsbediening werkt niet.
• Verwijder het obstakel.
• Breng de afstandsbediening dichter naar het
systeem.
• Richt de afstandsbediening op de ontvangsensor
van het apparaat.
• Vernieuw de batterijen (R6/formaat AA).
• Plaats het systeem op grotere afstand van de TL-
buisverlichting.
Er is akoestische terugkoppeling.
• Verminder het volume.
• Plaats de microfoon verder van de luidsprekers of
richt de microfoon een andere kant uit.
De onregelmatige kleurenweergave op het TV-
scherm verdwijnt niet.
• Schakel het TV-toestel uit en schakel het na 15 tot
30 minuten weer in. Indien de onregelmatige
kleurenweergave niet is verdwenen, plaats dan de
luidsprekers verder van het TV-toestel.
Het geluid van de aangesloten bron klinkt
vervormd.
• Als "VIDEO" verschijnt op het display wanneer u
op MD (VIDEO) drukt, schakelt u het display naar
"MD" (zie "Luisteren naar het geluid van een
aangesloten component" op blz. 30).
CD/MP3-speler
De disclade gaat niet open en "LOCKED"
verschijnt.
• Neem contact op met uw Sony-handelaar of een
erkend Sony-servicecentrum in uw omgeving.
De disclade gaat niet dicht.
• Plaats de disc op correcte wijze.
• Sluit de disclade altijd door op Z op het apparaat
te drukken. Als u probeert de disclade met uw
hand dicht te duwen, kan er een storing in de
speler ontstaan.
De disclade gaat niet open.
• U kunt de disclade niet openen tijdens een CD-
synchroonopname. Druk op x om de CD-
synchroonopname te annuleren en druk daarna op
Z op het apparaat om de disc te verwijderen.
• Neem contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-
handelaar.
Het afspelen begint niet.
• Open de disclade en controleer of er een disc op is
geplaatst.
• Veeg de disc schoon (blz. 36).
• Vervang de disc.
• Plaats een disc die door dit apparaat afgespeeld
kan worden (blz. 4).
• Plaats de disc op correcte wijze.
• Plaats de disc met het etiket naar boven gericht op
de disclade.
• Haal de disc eruit en veeg het vocht van de disc af,
laat het systeem daarna enkele uren ingeschakeld
staan totdat het vocht is verdampt.
• Druk op nN om het afspelen te starten.
De disc slaat over.
• Veeg de disc schoon (blz. 36).
• Vervang de disc.
• Verplaats het systeem zo mogelijk naar een plek
zonder trillingen (bijvoorbeeld op een stabiele
stander).
• Plaats de luidsprekers zo mogelijk op grotere
afstand van het systeem, of plaats ze op aparte
standers. Wanneer u naar een muziekstuk luistert
met lage tonen en een hoog volume, is de kans
aanwezig dat de door de trillingen van de
luidsprekers overslaat.
Het afspelen begint niet vanaf het eerste
muziekstuk.
• Druk herhaald op PLAY MODE op het apparaat
totdat "PGM" en "SHUF" uit gaan om terug te
keren naar de normale afspeelfunctie.
MP3-audiobestanden kunnen niet worden
afgespeeld.
• De opname voldeed niet aan het bestandssyteem
ISO 9660 level 1 of level 2, Joliet of Romeo in het
expansie-formaat.
• Het MP3-audiobestand heeft niet de extensie
".MP3".
• De gegevens zijn niet opgeslagen in het MP3
formaat.
• Discs waarop andere bestanden staan dan
MPEG 1 Audio Layer-3 bestanden, kunnen niet
worden afgespeeld.
wordt vervolgd
34
NL
MP3-audiobestanden duren langer om af te
spelen dan andere.
• Na inlezen van alle muziekstukken op de discs
kan het afspelen meer tijd dan gebruikelijk vergen
indien:
– het aantal albums of muziekstukken op de disc
zeer groot is.
– de indeling van de albums en muziekstukken
zeer complex is.
De titel van het album, de titel van het
muziekstuk en de ID3-tag worden niet juist
weergegeven.
• Gebruik een disc die voldoet aan ISO 9660
level 1, level 2, Joliet of Romeo in het expansie-
formaat.
• De ID3-tag van de disc is niet de vereiste versie 1
(versie 1.0 of 1.1).
Tuner
Sterk gebrom of veel ruis/zenders kunnen niet
worden ontvangen ("TUNED" of "STEREO"
knippert op het display.).
• Stel de juiste golfband en frequentie in (blz. 14).
• Zorg dat de antenne goed is aangesloten (blz. 7).
• Zoek een plaats en een oriëntatie die geschikt zijn
voor een goede ontvangst en installeer daarna de
antenne opnieuw. Indien u geen goede ontvangst
krijgt, is het raadzaam om een in de handel
verkrijgbare buitenantenne aan te sluiten.
• De bijgeleverde FM-draadantenne ontvangt de
signalen over de volle lengte. Daarom moet u de
antenne volledig uittrekken.
• Plaats de antennes zo ver mogelijk van de
luidsprekersnoeren.
• Probeer ander elektrische apparatuur in de buurt
uit te schakelen.
Een stereo FM-programma kan niet in stereo
ontvangen worden.
• Druk op FM MODE op het apparaat totdat
"STEREO" verschijnt.
Tapedeck
De tape neemt niet op en speelt niet af, of het
geluidsniveau vermindert.
• De koppen zijn vuil. Reinig deze (blz. 37).
• De opname- en weergavekoppen zijn
gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen
(blz. 37).
De tape wordt niet volledig gewist.
• De opname- en weergavekoppen zijn
gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen
(blz. 37).
Er is veel wow of flutter, of het geluid valt weg.
• De begeleidingswielen of de aandrukrollen zijn
vuil. Reinig deze (blz. 37).
De ruis neemt toe of de hoge frequenties
worden gewist.
• De opname- en weergavekoppen zijn
gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen
(blz. 37).
De tape neemt niet op.
• Er is geen cassette geplaatst. Plaats een cassette.
• Het wispreventienokje is verwijderd. Bedek de
opening waar het nokje in zat met plakband
(blz. 37).
• Het einde van de tape is bereikt.
Indien het systeem ook na het
nemen van de bovenstaande
maatregelen nog niet goed
werkt, dient u het systeem als
volgt opnieuw in te stellen:
1 Haal de stekker uit het stopcontact.
2 Steek de stekker weer in het stopcontact.
3 Druk tegelijkertijd op x, GROOVE en op
?/1.
4 Druk op ?/1 om het systeem in te
schakelen.
Het systeem is nu opnieuw ingesteld en de
fabrieksinstellingen zijn weer van kracht. U
moet de voorgeprogrammeerde zenders, klok en
timer opnieuw instellen.
Verhelpen van storingen
35
NL
Tijdens de bediening kan er in het display één
van de onderstaande meldingen verschijnen of
knipperen.
CD/MP3
NO DISC
Er is geen disc in de speler geplaatst of u hebt een
disc geplaatst die niet kan worden afgespeeld op dit
systeem (zoals een DVD, VCD, of CD-ROM
zonder MP3-muziekstukken, enz.).
OVER
U hebt het einde van de disc bereikt terwijl u M
ingedrukt houdt tijdens het afspelen of in de
pauzestand.
Meldingen
36
NL
Netspanning
Controleer vóór gebruik van het systeem of de
bedrijfsspanning van uw systeem overeenkomt met de
plaatselijke netspanning.
Voor uw veiligheid
• Het apparaat blijft op de voeding aangesloten zolang
de stekker in het stopcontact zit, zelfs indien het
apparaat zelf is uitgeschakeld.
• Trek de stekker uit het stopcontact als u denkt het
systeem geruime tijd niet te gebruiken. Pak de
stekker vast om deze uit het stopcontact te trekken.
Trek nooit aan het snoer zelf.
• Mocht er een vast voorwerp of vloeistof in het systeem
terechtkomen, trek dan de stekker uit het stopcontact
en laat het systeem eerst door een deskundige
controleren alvorens het weer in gebruik te nemen.
• Het netsnoer mag uitsluitend door een erkend
servicecentrum worden vernieuwd.
Installeren
• Installeer het systeem niet in een hellende positie.
• Installeer het systeem niet:
– op uiterst warme of koude plaatsen
– op stoffige of vuile plaatsen
– in een zeer vochtige omgeving
– op plaatsen die aan trillingen onderhevig zijn
– op plaatsen die zijn blootgesteld aan direct
zonlicht.
• Wees voorzichtig wanneer u het apparaat of de
luidsprekers op een ondergrond plaatst die een
speciale behandeling heeft ondergaann (met was,
olie, polijstmiddel, enz.) aangezien er hierdoor
vlekken op de ondergrond kunnen ontstaan of de
ondergrond kan gaan verkleuren.
Ontwikkeling van hitte
• Tijdens gebruik wordt het systeem warm. Dit is
echter geen defect.
• Installeer het apparaat op een plaats met voldoende
ventilatie om ontwikkeling van hitte in het apparaat
te voorkomen.
• Indien u dit systeem voortdurend op een hoog
volumeniveau gebruikt, zal de temperatuur van de
behuizing aan de bovenkant, de zijkanten en de
onderkant aanzienlijk stijgen. Om te voorkomen dat
u zich brandt, mag u de behuizing niet aanraken.
• Om een defect te voorkomen, mag de ventilatieopening
van de koelventilator niet worden afgedekt.
Bediening
• Wanner het systeem rechtstreeks van een koude naar
een warme omgeving wordt gebracht, of in een zeer
vochtige kamer wordt geplaatst, kan vocht uit de
lucht condenseren op de lens in de CD-speler. In
dergelijke gevallen zal het systeem niet juist werken.
Haal de disc eruit en laat het systeem ongeveer een
uur ingeschakeld staan totdat de condens is
verdampt.
• Zorg ervoor dat u de disc eruit haalt wanneer u het
systeem gaat verplaatsen.
Indien u vragen of problemen hebt betreffende uw
systeem, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde
Sony-handelaar.
Opmerkingen over discs
• Alvorens een disc af te spelen, reinigt u deze met
behulp van een reinigingsdoekje. Veeg de disc
schoon vanuit het middengat naar de buitenrand.
• Stel discs niet bloot aan direct zonlicht of
warmtebronnen, zoals heteluchtventilators, en laat
deze niet liggen in een voertuig geparkeerd in direct
zonlicht.
• Wanneer u een disc gebruikt waarop lijm of een
soortgelijke kleverige substantie op de bedrukte kant
zit, of die met een speciale inkt werd bedrukt, bestaat
de kans dat de bedrukking of de disc vast kan kleven
aan inwendige onderdelen van het systeem. Wanneer
dit gebeurt, kan het onmogelijk zijn de disc eruit te
halen en kan een storing in het systeem optreden.
Controleer dat de bedrukte kant van de disc niet
kleeft voordat u deze op de disclade plaatst.
De volgende soorten discs mogen niet worden
gebruikt:
– Gehuurde of gebruikte discs met opgeplakte
etiketten waarvan de lijm buiten het etiket
uitsteekt. De rand van het etiket op de disc is
geraffeld.
– Discs die bedrukt zijn met een speciale inkt die
kleverig aanvoelt.
• Discs met een andere dan de standaardvorm (bijv.
hartvormig, vierkant, stervormig, enz.) kunnen niet
worden afgespeeld op dit systeem. Als u dit toch
probeert, kan het systeem worden beschadigd. Maak
daarom geen gebruik van dergelijke discs.
Reiniging van de behuizing
Reinig de behuizing, het paneel en de regelaars met een
zachte doek die licht is bevochtigd met een oplossing
van mild schoonmaakmiddel. Gebruik hiervoor geen
schuurkussentjes, schuurpoeder of oplosmiddelen
zoals verdunner, wasbenzine of alcohol.
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Aanvullende informatie
37
NL
Beveiligen van een opgenomen tape
Om een opgenomen tape tegen abusievelijk wissen te
beveiligen, verwijdert u het nokje van kant A of B (zie
afbeelding).
Indien u later opnieuw op de tape wilt opnemen, dient
u de opening met plakband te bedekken.
Alvorens een tape in het tapedeck te
plaatsen
Trek de tape strak indien deze loshangt. Anders zou de
tape in het mechanisme van het tapedeck verwikkeld
kunnen raken, met kans op beschadiging.
Bij gebruik van een tape die langer is
dan 90 minuten
Een dergelijke tape rekt gemakkelijk uit. Vermijd
daarom herhaald afspelen en stoppen, of herhaald
vooruit- en terugspoelen. Hierdoor kan de tape in het
tapedeck verstrikt raken.
Reinigen van de koppen van het
tapedeck
Reinig de koppen na ongeveer iedere 10 uren van
gebruik. Reinig ook de koppen telkens vóór het
opnemen van belangrijk materiaal of na het afspelen
van een oude tape. Gebruik voor het reinigen een los
verkrijgbare reinigingscassette van het droge of natte
type. Voor nadere bijzonderheden dient u de
gebruiksaanwijzing van de reinigingscassette te
raadplegen.
Demagnetiseren van de tapekoppen
Na elke 20 à 30 uur dient u de tapekoppen en de
metalen onderdelen die met de tape in aanraking
komen, te demagnetiseren met een los verkrijgbare
demagnetiseercassette. Nadere bijzonderheden vindt u
in de gebruiksaanwijzing van de
demagnetiseercassette.
Versterker
Europees model:
MHC-RG660
Voorste luidspreker
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
160 + 160 W (6 ohm bij
1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
200 + 200 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Muziek-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
400 + 400 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Overige modellen:
MHC-RG660
Het volgende is gemeten bij 120, 127, 220, 240 V
wisselstroom 50/60 Hz
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
160 + 160 W (6 ohm bij
1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
200 + 200 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
MHC-RG550
Het volgende is gemeten bij 120, 127, 220, 240 V
wisselstroom 50/60 Hz
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
115 + 115 W (6 ohm bij
1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
140 + 140 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Ingangen
MD (VIDEO) IN L/R (tulpstekkers):
spanning 450/250 mV,
impedantie 47 kilohm
GAME INPUT AUDIO L/R (tulpstekkers):
spanning 250 mV,
impedantie 47 kilohm
GAME INPUT VIDEO (tulpstekker):
1Vp-p, 75 ohm
MIC (tulpstekker) (behalve bij Europese modellen):
gevoeligheid 1 mV,
impedantie 10 kilohm
Verwijder het
wispreventie-
nokje
Technische gegevens
wordt vervolgd
38
NL
Uitgangen
PHONES (stereo-mini-aansluiting):
voor aansluiting van een
hoofdtelefoon met een
impedantie van 8 ohm of
meer.
VIDEO OUT (tulpstekker):
maximaaal uitgangsniveau
1Vp-p, asymetrisch,
Sync-negatief,
belastingsimpedantie
75 ohm
SPEAKER: geschikt voor impedantie
van 6 tot 16 ohm
SURROUND SPEAKER geschikt (uitsluitend de
MHC-RG660): voor impedantie van
24 ohm
CD-speler
Systeem Compact disc en digitaal
audiosysteem
Laser Halfgeleider-laser
(λ=780 nm)
Emissieduur: continu
Frequentiebereik 2 Hz – 20 kHz (±0,5 dB)
Golflengte 780 – 790 nm
Signaal-ruisverhouding Meer dan 90 dB
Dynamisch bereik Meer dan 90 dB
CD OPTICAL DIGITAL OUT
(vierkante optische aansluiting, achterpaneel)
Golflengte 660 nm
Uitvoer –18 dBm
Tapedeck
Opnamesysteem 4-sporen 2-kanaals, stereo
Frequentiebereik 50 – 13.000 Hz (±3 dB), bij
gebruik van Sony TYPE I
cassette
Wow en flutter ±0,15% W. Piek (IEC)
0,1% W. RMS (NAB)
±0,2% W. Piek (DIN)
Tuner
FM-stereo, FM/AM superheterodyne tuner
FM-tuner
Afstembereik 87,5 – 108,0 MHz
Antenne FM-draadantenne
Antenne-aansluitingen 75 ohm asymmetrisch
Middenfrequentie 10,7 MHz
AM-tuner
Afstembereik
Model voor Latijns-Amerika:
530 – 1.710 kHz
(met het afsteminterval
ingesteld op 10 kHz)
531 – 1.710 kHz
(met het afsteminterval
ingesteld op 9 kHz)
Modellen voor Europa, het Midden-Oosten en de
Filippijnen: 531 – 1.602 kHz
(met interval ingesteld op
9kHz)
Overige modellen: 530– 1.710 kHz
(met het afsteminterval
ingesteld op 10 kHz)
531 – 1.602 kHz
(met het afsteminterval
ingesteld op 9 kHz)
Antenne AM-raamantenne
Antenneaansluitingen Aansluiting voor een
buitenantenne
Middenfrequentie 450 kHz
Luidspreker
Voorste luidspreker SS-RG665 voor de
MHC-RG660/RG550
Luidsprekersysteem 3-weg, 3-eenheden,
basreflex-type
Luidsprekereenheden
Subwoofer: 15 cm, conus-type
Woofer: 15 cm, conus-type
Tweeter: 5 cm, conus-type
Nominale impedantie 6 ohm
Afmetingen (b/h/d) Ong. 240 × 363 × 290 mm
Gewicht Ong. 4,7 kg per luidspreker
Aanvullende informatie
39
NL
Surround-luidspreker SS-RG660 voor de
MHC-RG660
Luidsprekersysteem 3-weg, 3-eenheden,
basreflex-type
Luidsprekereenheden
Woofer: 13 cm, conus-type
Tweeter: 5 cm, conus-type
Supertweeter: 2 cm, koepel-type
Nominale impedantie 24 ohm
Afmetingen (b/h/d) Ong. 195 × 325 × 225 mm
Gewicht Ong. 2,3 kg per luidspreker
Algemeen
Stroomvoorziening
Europees model: 230 V wisselstroom,
50/60 Hz
Model voor Argentinië: 220 V wisselstroom,
50/60 Hz
Mexicaans model: 127 V wisselstroom, 60 Hz
Saoedi-Arabische modellen:
120 – 127/220 of
230 – 240 V wisselstroom,
50/60 Hz
Instelbaar met
spanningskeuzeschakelaar
Overige modellen: 120 V, 220 V of
230 – 240 V wisselstroom,
50/60 Hz
Instelbaar met
spanningskeuzeschakelaar
Stroomverbruik
Europees model:
MHC-RG660: 190 W
0,35 W (in de
energiebesparingsmodus)
Overige modellen:
MHC-RG660: 190 W
MHC-RG550: 135 W
Afmetingen (b/h/d) Ong. 280 × 325 × 407 mm
Gewicht
Europees model:
HCD-RG660: Ong. 10,0 kg
Overige modellen:
HCD-RG660: Ong. 11,0 kg
HCD-RG550: Ong. 9,0 kg
Bijgeleverde accessoires Afstandsbediening (1)
Batterijen (2)
AM-raamantenne (1)
FM-draadantenne (1)
Kussentjes voor
luidsprekers
MHC-RG660 (16)
MHC-RG550 (8)
Ontwerp en technische gegevens kunnen zonder
voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
40
NL
Hoofdapparaat
Afstandsbedieningssensor 3
ALBUM + qj (11, 12)
ALBUM – wf (11, 12)
CD ed (8, 10, 12, 18, 19)
CD SYNC wk (18)
CLEAR
*1
wk (13)
DIRECTION wk (17, 18, 19, 24)
DISC 1 – 3 8 (11, 12)
DISC SKIP/EX-CHANGE 9
(10, 11, 12)
Disclade 7 (10)
DISPLAY 2 (16, 27, 28)
Displayvenster 4
EDIT wk (19)
EFFECT ON/OFF qa (21)
ENTER qs (9, 12, 14, 21, 25, 26)
FM MODE wk (16)
GAME wl (22, 30)
GAME EQ qd (21)
GAME INPUT AUDIO L/R
aansluitingen wd (29)
GAME INPUT VIDEO
aansluiting ws (29)
GAME MIXING wk (23)
GROOVE qd (20, 34)
ILLUMINATION wj (28)
MD (VIDEO) e; (30)
MIC aansluiting
*2
wa (23)
MIC LEVEL
*2
w; (23)
MOVIE EQ qd (21)
MUSIC EQ qd (21)
P FILE qf (21)
PHONES aansluiting ql
PLAY MODE wk (10, 12, 17)
Power-indicator 5 (28)
REC PAUSE/START wk (18, 19,
23)
REPEAT wk (12)
SURROUND wk (22)
SURR SS MODE
*3
wk (20)
TAPE A/B ea (17, 18, 19, 23)
Tapedeck A wg (17)
Tapedeck B qh (17, 18, 19, 23)
TUNER/BAND es (14, 15, 19)
TUNER MEMORY wk (14)
VOLUME-regelaar qk (25)
?/1 (inschakelen/uitschakelen)
1 (7, 15, 26, 30, 32, 34)
X (pauzeren) 6 (11, 18)
Z (uitwerpen) 0 (10)
V/v/B/b qd (9, 25)
PUSH
Z
(deck B) (uitwerpen)
qg
(17)
x
(stoppen)
qj
(11, 18, 19, 24,
34
)
M+ (vooruit spoelen) qj (11,
14, 18)
>
(spring vooruit)
qj
(11, 14, 18)
hH (afspelen) wf (11, 17)
–
m
(terugspoelen)
wf
(11, 14, 18)
. (spring achteruit) wf (11,
14, 18)
Z
PUSH (deck A) (uitwerpen)
wh
(17)
*1
uitsluitend de MHC-RG550
*2
behalve voor het Europese model
*3
uitsluitend de MHC-RG660
Overzicht van de plaats van de toetsen en hun
referentiebladzijden
Gebruik van deze bladzijde
Gebruik deze bladzijde om de plaatsen van toetsen en
andere in de tekst genoemde onderdelen van het
systeem te kunnen vinden.
Nummer van afbeelding
r
TAPE A/B ea (17, 18, 19, 23)
RR
Naam van toets/onderdeel Bijbehorende
bladzijde
ALFABETISCHE
VOLGORDE
A – O P – Z
BESCHRIJVING VAN DE
TOETSEN
ALBUM
ALBUM
wd
12345678
9
q;
qh
qd
qs
qj
qg
ql
w
;
w
a
qk
ws
wf
wg
wh
wk
wl
e;
ed
es
ea
qa
qf
wj
Aanvullende informatie
41
NL
Afstandsbediening
ALBUM – qk (11, 12)
ALBUM + ql (11, 12)
CD qj (10, 12, 18, 19)
CLEAR 5 (13)
CLOCK/TIMER SELECT 2
(26, 27)
CLOCK/TIMER SET 3 (9, 25,
26)
D. SKIP 6 (11, 12)
EFFECT ON/OFF qa (21)
ENTER qf (9, 12, 14, 21, 25, 26)
GAME q; (22, 30)
MD (VIDEO) 9 (30)
P FILE qd (21)
PRESET EQ qg (21)
PRESET –/+ 5 (14, 15)
SLEEP 1 (25)
TAPE A/B 8 (17, 18, 19, 23)
TUNER/BAND qh (14, 15, 19)
TUNING –/+ 5 (14, 16)
VOL +/– 7 (25)
?/1 (inschakelen/uitschakelen)
4 (7, 15, 26, 32)
m/M (terugspoelen/vooruit
spoelen) 5 (11, 18)
./> (spring achteruit/
spring vooruit) 5 (11, 18)
nN (afspelen) 5 (11, 17)
X (pauzeren) 5 (11, 18)
x (stoppen) 5 (11, 18, 19, 24)
v/V/b/B qs (9, 25)
ALFABETISCHE
VOLGORDE
A – O P – Z
BESCHRIJVING VAN DE
TOETSEN
5
6
7
8
9
0
qa
qs
12 34
qd
qf
qg
qh
ql
qk
qj

Documenttranscriptie

WAARSCHUWING Stel dit apparaat niet bloot aan regen of vocht, om brandgevaar of elektrische schokken te voorkomen. Om brand te voorkomen, mogen de ventilatieopeningen van het apparaat niet worden afgedekt door kranten, tafelkleden, gordijnen, enz. Zet ook geen brandende kaarsen op het apparaat. Om gevaar van brand of elektrische schok te voorkomen, mogen er geen met water gevulde voorwerpen zoals vazen op het apparaat worden geplaatst. Installeer de stereo-installatie niet in een krappe ruimte, zoals een boekenkast of ingebouwde kast. Dit apparaat is geclassificeerd als een KLASSE 1 LASER product. Deze aanduiding bevindt zich aan de achterkant van het apparaat. Gooi de batterij niet weg maar lever deze in als klein chemisch afval (KCA). 2NL Inhoudsopgave Over de gebruiksaanwijzing ................... 4 Geschikte discs........................................ 4 Voorbereidingen Aansluiten van het systeem.....................6 Instellen van de klok ............................... 9 CD/MP3 – Afspelen Een disc plaatsen................................... 10 Een disc afspelen................................... 10 — NORMAL-afspeelfunctie/ SHUFFLE-afspeelfunctie Herhaald afspelen.................................. 12 — REPEAT-afspeelfunctie Uw eigen programma samenstellen ...... 12 — PROGRAM-afspeelfunctie Tuner Voorprogrammeren van radiozenders... 14 Luisteren naar de radio.......................... 15 — Afstemmen op voorgeprogrammeerde zenders — Handmatig afstemmen Gebruik van het radio-informatiesysteem (RDS).............................................. 16 (alleen het Europese model) Tape – Afspelen Plaatsing van een tape ........................... 17 Afspelen van een tape ........................... 17 Tape – Opnemen Uw favoriete CD-muziekstukken opnemen op een tape ...................... 18 — CD-TAPE-synchroonopname Handmatig opnemen op een tape .......... 19 — Handmatig opnemen Instelling van de grafische equalizer en opslaan van de instellingen ............ 21 Kiezen van het surroundeffect.............. 22 Verbetering van het geluid van videospelletjes ................................ 22 — Game Sync Het geluid van een videospelletje mixen met het geluid van een andere geluidsbron ..................................... 23 — Game Mixing Meezingen ............................................ 23 (Behalve voor het Europese model) Timer Inslapen met muziek............................. 25 — SLEEP-timerfunctie Ontwaken met muziek .......................... 25 — DAILY-timerfunctie Timeropname van radioprogramma’s .. 26 NL Display Uitschakelen van het display ................ 27 — Energiebesparingsmodus Afbeelden van informatie over de CD op het display ...................................... 28 Veranderen van de Power-indicator ..... 28 Los verkrijgbare componenten Aansluiten van optionele componenten .................................. 29 Luisteren naar het geluid van een aangesloten component .................. 30 Opnemen op een aangesloten component ...................................... 31 Verhelpen van storingen Problemen en oplossingen .................... 32 Meldingen............................................. 35 Geluidsregeling Geluidssysteem kiezen.......................... 20 (uitsluitend de MHC-RG660) Regeling van het geluid ........................ 20 Geluidseffect kiezen..............................21 Aanvullende informatie Voorzorgsmaatregelen.......................... 36 Technische gegevens ............................ 37 Overzicht van de plaats van de toetsen en hun referentiebladzijden ................. 40 3NL Discs die niet op dit systeem afgespeeld kunnen worden Over de gebruiksaanwijzing • Deze gebruiksaanwijzing legt voornamelijk de bediening uit met behulp van de afstandsbediening, doch dezelfde handelingen kunnen ook uitgevoerd worden met de gelijknamige of soortgelijke toetsen op het apparaat. • De volgende symbolen worden in deze gebruiksaanwijzing gebruikt. Symbool Betekenis Functies van toepassing voor audio-CD’s • CD-ROM’s • CD-R’s/CD-RW’s tenzij deze zijn opgenomen in de volgende formaten: – muziek-CD-formaat – MP3-formaat dat voldoet aan ISO9660*1 Level 1/Level 2, Joliet*2, Romeo*2 of Multisessie*3 • Discs met een afwijkende vorm (bijvoorbeeld een kaart of een hart). • Discs waarop papier of stickers zijn geplakt. • Discs waarop nog plakband, cellofaantape of een sticker aanwezig is. *1 Een logisch formaat van bestanden en mappen op CD-ROM’s, gedefinieerd door ISO (International Standard Organization) *2 Maximaal 31 tekens kunnen worden afgebeeld. *3 Multisessie Dit is een opnametechniek die het mogelijk maakt om met behulp van Track-At-Once (een track tegelijk), bestanden toe te voegen (aan een CD). Het begin van een conventionele CD wordt vastgelegd in het zogenaamde CD-aanstuurgebied, lead-in genaamd, en het einde in de lead-out. Een multisessie-CD is een CD met meerdere (schrijf-) sessies waarbij elk gedeelte, van lead-in naar leadout, als een afzonderlijke sessie beschouwd wordt. CD-Extra: CD’s met deze opname-indeling hebben twee sessies: de eerste sessie bevat audiotracks en de tweede sessie bevat data. Mixed-mode-CD: Een mixed-mode-CD bevat data op de eerste track, gevolgd door CD-audiodata op de tweede en volgende tracks van een sessie. Functies van toepassing voor MP3-discs Geschikte discs U kunt volgende discs in het apparaat afspelen. Afspelen van andere discs is niet mogelijk. Lijst van geschikte discs Type disc 4NL Disclogo Inhoud Audio-CD’s Audio CD-R/CD-RW (audio) Audio CD-R/CD-RW (MP3 bestanden) Audio Opmerkingen betreffende CD-R en CD-RW • Dit systeem kan CD-R/CD-RW-discs afspelen die door de gebruiker zijn bewerkt. Merk echter op dat afspelen van bepaalde discs onmogelijk kan zijn als gevolg van het gebruikte opnameapparaat of de toestand van de disc. • Discs, die opgenomen zijn in een CD-R/CDRW-station, zijn eventueel niet afspeelbaar als gevolg van krassen, vuil, opnameomstandigheden of eigenschappen van het CD-R/CD-RW-station. • CD-R en CD-RW-discs die niet zijn afgewerkt (een bewerking waardoor afspelen op een normale CD-speler mogelijk wordt), kunnen niet worden afgespeeld. • Multisessie-CD-R’s/CD-RW’s waarvan de laatst geschreven sessie niet "gesloten" is kunnen niet worden afgespeeld. • Het is mogelijk dat MP3-bestanden, zonder de extensie ".MP3" in hun bestandsnaam, niet afspeelbaar zijn. • Pogingen om niet-MP3-bestanden, met de extensie ".MP3" in hun bestandsnaam, af te spelen kunnen eventueel ruis of storingen in het apparaat opleveren. • Met andere bestandsindelingen dan ISO 9660 level 1 en 2, bestaat de kans dat namen van mappen en bestanden verkeerd weergegeven worden. • Bij de volgende discs duurt het langer om met afspelen te beginnen. – een disc die is opgenomen met een ingewikkelde boomstructuur. – een disc opgenomen in multisessie. – een CD waarop nog sessies toegevoegd kunnen worden (de CD is nog niet "afgewerkt"). Muziekdiscs die zijn gecodeerd met copyrightbeveilgingstechnologieën Dit product is ontworpen voor het afspelen van discs die voldoen aan de CD-norm (Compact Disc). Onlangs hebben platenmaastschappijen muziekdiscs op de markt gebracht die zijn gecodeerd met copyrightbeveiligingstechnologieën. Houd er rekening mee dat sommige van deze discs niet voldoen aan de CD-norm en wellicht niet met dit product kunnen worden afgespeeld. Waarschuwingen voor het afspelen van een multisessieCD • Als een CD gestart wordt met een CD-DAsessie, wordt de CD als een CD-DA-(audio-) CD herkend en het afspelen blijft doorgaan tot een MP3-sessie wordt gevonden. • Als een CD gestart wordt met een MP3sessie, wordt de CD als een MP3-disc herkend en het afspelen blijft doorgaan tot een CDDA-(audio-) sessie wordt gevonden. • Het afspeelbereik van een MP3-disc wordt bepaald door de grootte (aantal niveaus) van de bestandstructuur. • Een CD met gemengde indelingen wordt herkend als een CD-DA-(audio-) CD. 5NL Voorbereidingen Aansluiten van het systeem Volg de onderstaande aanwijzingen van 1 t/m 5 om uw systeem aan te sluiten met de bijgeleverde snoeren en accessoires. AM-raamantenne FM-draadantenne Voorste luidspreker (rechts) Voorste luidspreker (links) Surround-luidspreker* (links) Surround-luidspreker* (rechts) * uitsluitend de MHC-RG660 1 Sluit de voorste luidsprekers aan. Sluit de linker en rechter luidsprekersnoeren aan op de FRONT SPEAKER-aansluitingen, zoals onderstaand is aangegeven. Steek alleen het ontblote gedeelte erin Rood R 2 Sluit de surround-luidsprekers aan. (uitsluitend de MHC-RG660) Sluit de luidsprekersnoeren aan op de SURROUND SPEAKER klemmen, zoals hieronder afgebeeld. Steek alleen het ontblote gedeelte erin Blauw R L + + Rood/Effen (3) Zwart/Gestreept (#) 6NL – Zwart L Rood/Effen (3) Zwart/Gestreept (#) – Zwart 3 Sluit de FM- en AM-antennes aan. 5 Steek de stekker in het stopcontact. De demonstratie wordt op het display weergegeven. Wanneer u ?/1 indrukt, wordt het systeem ingeschakeld en wordt de demonstratie automatisch beëindigd. Als de stekkerpootjes niet in het stopcontact passen, haalt u de bijgeleverde stekkeradapter eraf (alleen bij modellen geleverd met een stekkeradapter). Voorbereidingen Installeer de AM-raamantenne en sluit deze daarna aan. AM-raamantenne Plaatsing van twee R6 (AAformaat) batterijen in de afstandsbediening e Trek de FM-draadantenne er horizontaal uit E e E Opmerking Houd de antennes uit de buurt van de luidsprekersnoeren. 4 Bij modellen met een spanningskeuzeschakelaar stelt u VOLTAGE SELECTOR in op de plaatselijke netspanning. Zie de aanduidingen op VOLTAGE SELECTOR van uw apparaat voor beschikbare voltages. Opmerking Indien u de afstandsbediening lange tijd niet denkt te gebruiken, dient u de batterijen te verwijderen om mogelijke beschadiging door batterijlekkage en corrosie te voorkomen. Tip Bij normaal gebruik gaan de batterijen ongeveer zes maanden mee. Wanneer u het systeem niet langer op afstand kunt bedienen, dient u beide batterijen te vervangen. * Saoedi-Arabisch model: 120 – 127 V wordt vervolgd 7NL De kussentjes onder de voorluidsprekers bevestigen Bevestig de bijgeleverde kussentjes van de luidsprekers aan de onderkant van de luidsprekers om de luidsprekers te stabiliseren en te voorkomen dat deze verschuiven. Plaatsing van de luidsprekers (uitsluitend de MHC-RG660) 1 Plaats de voorste luidsprekers met een hoek van 45 graden ten opzichte van uw luisterpositie. Voorste luidspreker (R) Voorste luidspreker (L) Voorste luidspreker (Links (4)/Rechts (4)) Surround-luidspreker (Links (4)/Rechts (4))* Surround-luidspreker (L) * uitsluitend de MHC-RG660 Opmerkingen • Houd de luidsprekersnoeren uit de buurt van de antennes om ruis te voorkomen. • Plaats de surround-luidsprekers niet op een TVtoestel. Dit kan vertekening van de kleuren op het TV-scherm veroorzaken. • Zorg dat u zowel de linker als rechter surroundluidsprekers aansluit. Zo niet, dan komt er geen geluid uit de luidsprekers. Bij verplaatsing van dit systeem Volg de onderstaande procedure om het CDmechanisme te beschermen. 1 Zorg dat alle discs uit het systeem zijn verwijderd. 2 Houd CD ingedrukt en druk daarna op ?/1 totdat "STANDBY" verschijnt. Wanneer u de toetsen loslaat, verschijnt "LOCK". 3 8NL Trek de stekker uit het stopcontact. 2 Surround-luidspreker (R) Plaats de surround-luidsprekers tegenover elkaar, circa 60 tot 90 cm boven uw luisterpositie. Surround-luidspreker 60 tot 90 cm Instellen van de klok 2 3 4 5 6 Druk op ?/1 om het systeem in te schakelen. Druk op CLOCK/TIMER SET. Druk herhaald op v of V om het uur in te stellen. Druk op B. Voorbereidingen 1 Druk herhaald op v of V om de minuten in te stellen. Druk op ENTER. De klok begint te lopen. Veranderen van de tijd 1 2 Druk op CLOCK/TIMER SET. 3 Volg dezelfde procedure als in de stappen 3 t/m 6 hierboven. Druk op v of V om "CLOCK SET" te kiezen en druk daarna op ENTER. Opmerking Wanneer u de stekker uit het stopcontact trekt of indien er een stroomonderbreking optreedt, gaan de klokinstellingen verloren. 9NL CD/MP3 – Afspelen Een disc plaatsen 1 2 Een disc afspelen — NORMAL-afspeelfunctie/SHUFFLEafspeelfunctie Druk op Z op het apparaat. Plaats een disc, met de labelkant naar boven, in de disclade. Met dit systeem kunt u audio-CD’s en MP3muziekstukken afspelen. Voorbeeld: Als een disc geplaatst is Discladenummer Om nog meer discs te plaatsen, drukt u op DISC SKIP/EX-CHANGE op het apparaat om de disclade te laten ronddraaien. 3 Druk nogmaals op de Z op het apparaat om de disclade dicht te doen. Opmerkingen • Plaats geen disc waarop plakband, stickers of andere vreemde voorwerpen zitten omdat hierdoor een storing veroorzaakt kan worden. • Duw de disclade niet krachtig met de hand dicht omdat hierdoor een storing veroorzaakt kan worden. 10NL Muziekstuknummer Disc-indicator 1 2 Afspeelduur Druk op CD. Druk in de stopfunctie herhaaldelijk op PLAY MODE op het apparaat totdat de gewenste functie op het display verschijnt. Kies Voor het afspelen van ALL DISCS (NORMALafspeelfunctie) Alle discs in de disclade continu. 1DISC (NORMALafspeelfunctie) De muziekstukken op de door u gekozen disc in de oorspronkelijke volgorde. ALBM (NORMALafspeelfunctie) Alle MP3-muziekstukken in het door u gekozen album op de disc in de oorspronkelijke volgorde. Bij het afspelen van een nietMP3-disc verandert de Album-afspeelfunctie naar 1 DISC-afspeelfunctie. ALL DISCS SHUF (SHUFFLEafspeelfunctie) De muziekstukken op alle discs in willekeurige volgorde. 1DISC SHUF (SHUFFLEafspeelfunctie) De muziekstukken op de door u gekozen disc in willekeurige volgorde. Voor het afspelen van ALBM SHUF (SHUFFLEafspeelfunctie) De MP3-muziekstukken in het door u gekozen album op de disc in willekeurige volgorde. Bij het afspelen van een nietMP3-disc verandert de Album Shuffle-afspeelfunctie naar de 1 DISC SHUF-afspeelfunctie. PGM (PROGRAMafspeelfunctie) De muziekstukken op de disc in de volgorde waarin u deze wilt afspelen (zie "Uw eigen programma samenstellen" op blz. 12). Druk op nN. Overige bedieningen Om Doet u het volgende Het afspelen te stoppen Druk op x. Te pauzeren Druk op X. Druk opnieuw om verder te gaan met afspelen. Een muziekstuk te kiezen Druk herhaald op . of >. Kies een album Druk herhaald op ALBUM – of + (map) met MP3- na stap 2. muziekstukken*1 Een bepaald punt in een muziekstuk te zoeken*2 Houd tijdens het afspelen m of M ingedrukt en laat deze los wanneer het gewenste punt is bereikt. Opmerkingen • U kunt tijdens het afspelen de afspeelfunctie niet veranderen. • Bij discs met een complexe bestandstructuur, zoals veel mapniveaus, kan het starten van het afspelen enige tijd duren. • Nadat een disc is geplaatst, leest de speler alle muziekstukken op de disc. Als er albums of nietMP3-muziekstukken op de disc staan, kan het lang duren voordat het afspelen begint of voordat het volgende MP3-muziekstuk begint met afspelen. • Bewaar geen overbodige albums (mappen) of andere muziekstukken dan MP3 op een disc bestemd voor MP3-gebruik. Wij raden u aan om op een disc met MP3-muziekstukken geen ander soort geluidsbestanden of overbodige albums op te slaan. • Een album dat geen MP3-muziekstukken bevat wordt overgeslagen. • Maximaal aantal albums: 150 (inclusief de hoofdmap) • Het maximaal aantal MP3-muziekstukken en albums, dat een disc kan bevatten, bedraagt 300. • Maximaal 8 niveaus kunnen afgespeeld worden. • MP3-muziekstukken worden afgespeeld in dezelfde volgorde waarop ze op de disc zijn opgenomen. • Afhankelijk van de gebruikte software voor geluidscodering/CD-brander, opnameapparaat of opnamemedium bij het schrijven van de MP3bestanden, is het mogelijk dat u ploblemen ervaart zoals de onmogelijkheid van het afspelen, geluidsonderbrekingen en ruis. CD/MP3 – Afspelen 3 Kies In de stopstand Druk op D. SKIP (of DISC 1 – 3*3 een disc te kiezen of DISC SKIP/EX-CHANGE op het apparaat). Overschakelen Druk op DISC 1 – 3 op het vanuit een andere apparaat (Automatische functie naar de geluidsbronkeuze). CD-functie Tijdens het Druk op DISC SKIP/EXafspelen van disc CHANGE op het apparaat. te veranderen Een disc te verwijderen *1 *2 *3 Druk op Z op het apparaat. Mogelijkerwijs is het zoeken in meerdere bestanden niet uitvoerbaar. Het is eveneens mogelijk dat de tijdsduur van sommige bestanden niet correct afgebeeld wordt. behalve voor MP3-muziekstukken DISC 1 – 3 op het apparaat is niet beschikbaar in de stand "ALL DISCS SHUF". 11NL Herhaald afspelen — REPEAT-afspeelfunctie Uw eigen programma samenstellen — PROGRAM-afspeelfunctie U kunt alle muziekstukken of een enkel muziekstuk op de disc afspelen. Met behulp van displayaanduidingen Druk op REPEAT op het apparaat totdat "REP" of "REP1" verschijnt. REP: Voor alle muziekstukken op de disc, of alle muziekstukken in het album maximaal vijf keer. REP1: Slechts één muziekstuk. Uitschakelen van de herhaalfunctie Druk herhaaldelijk op REPEAT op het apparaat totdat zowel "REP" als "REP1" uit gaan. U kunt de volgorde, waarin u (de muziekstukken van) alle discs wilt afspelen, in maximaal 25 stappen programmeren. U kunt de geprogrammeerde muziekstukken synchroon opnemen op een tape (blz. 18). Met behulp van displayaanduidingen 1 2 3 Opmerkingen • U kunt "REP" en "ALL DISCS SHUF" niet tegelijkertijd kiezen. • Bij keuze van "REP1" wordt het afspelen van het bewuste muziekstuk oneindig herhaald, tot het moment dat "REP1" geannuleerd wordt. Druk op CD. Druk in de stopfunctie herhaald op PLAY MODE op het apparaat totdat "PGM" verschijnt. Druk op D.SKIP (of DISC 1 – 3 of DISC SKIP/EX-CHANGE op het apparaat) om een disc te kiezen. Ga naar stap 5, bij de aanduiding "AL", om alle muziekstukken van een disc in een keer te programmeren. 4 Druk herhaald op . of > totdat het gewenste muziekstuknummer verschijnt. Bij het programmeren van een MP3-disc drukt u op ALBUM – of + om een album te kiezen, en drukt u daarna herhaald op . of > totdat het gewenste muziekstuknummer verschijnt. Discladenummer Gekozen muziekstuknummer Totale afspeelduur (inclusief het gekozen muziekstuk) 5 Druk op ENTER. Het muziekstuk is nu geprogrammeerd. Het programmastapnummer verschijnt, gevolgd door de totale afspeelduur. 12NL 6 Programmer verdere discs of muziekstukken. Voor programmering van Herhaalt u stappen Andere discs 3 en 5 Andere muziekstukken 3 t/m 5 op andere discs 7 Druk op nN. Het afspelen van het programma begint. Overige bedieningen Om Doet u het volgende De PROGRAMafspeelfunctie uit te schakelen Druk in de stopfunctie herhaald op PLAY MODE op het apparaat totdat "PGM" uit gaat. Een muziekstuk vanaf het einde te wissen Druk in de stopstand op CLEAR. CD/MP3 – Afspelen Andere muziekstukken 4 en 5 op dezelfde disc Tips • Uw programma blijft bewaard nadat het is afgespeeld. Druk, om hetzelfde programma weer af te spelen, op CD, en druk daarna op nN. Het programma wordt echter gewist wanneer u de disclade opent. • "– –.– –" verschijnt wanneer de tijdsduur van het totale CD-programma langer is dan 100 minuten, of bij keuze van een CD-muziekstuk met een muziekstuknummer 21 of hoger of door het kiezen van een MP3-muziekstuk. 13NL 3 Tuner Druk op TUNER MEMORY op het apparaat. Een preselectiernummer verschijnt. Voorprogrammeren van radiozenders U kunt 20 FM-zenders en 10 AM-zenders voorprogrammeren. U kunt afstemmen op elk van die zenders door eenvoudig het bijbehorende preselectienummer te kiezen. Voorprogrammering met automatische afstemming U kunt automatisch afstemmen op alle radiozenders die in uw gebied ontvangen kunnen worden en daarna de frequentie van de gewenste radiozenders opslaan. 1 2 Druk herhaald op TUNER/BAND om "FM" of "AM" te kiezen. Houd TUNING –/+ (of –m of M+ op het apparaat) ingedrukt totdat de frequentieaanduiding begint te veranderen en laat daarna los. De frequentie verandert terwijl het systeem scant naar een radiozender. Het scannen stopt automatisch wanneer op een zender is afgestemd. Op dat moment verschijnen "TUNED" en "STEREO" (voor een FMstereo-uitzending). Preselectienummer 4 5 6 Druk herhaald op PRESET –/+ (of . of > op het apparaat) om het gewenste preselectienummer te kiezen. Druk op ENTER. Herhaal de stappen 1 t/m 5 om andere zenders in het geheugen vast te leggen. Voorprogrammering met handmatige afstemming U kunt handmatig afstemmen op de gewenste radiozenders en daarna de frequentie ervan opslaan. 1 2 3 Druk herhaald op TUNER/BAND om "FM" of "AM" te kiezen. Druk herhaald op TUNING –/+ (of –m of M+ op het apparaat) om af te stemmen op de gewenste radiozender. Druk op TUNER MEMORY op het apparaat. Een preselectiernummer verschijnt. 4 Indien "TUNED" niet verschijnt en het doorzoeken van de frequenties niet stopt Stel de frequentie van de gewenste zender in, zoals beschreven in de stappen 2 t/m 6 van "Voorprogrammering met handmatige afstemming" (blz 14). 14NL 5 6 Druk herhaald op PRESET –/+ (of . of > op het apparaat) om het gewenste preselectienummer te kiezen. Druk op ENTER. Herhaal de stappen 1 t/m 5 om andere zenders in het geheugen vast te leggen. Overige bedieningen Om Doet u het volgende Luisteren naar de radio U kunt naar een radiozender luisteren door een voorgeprogrammeerde zender te kiezen of door handmatig af te stemmen op de zender. Een andere radiozender in te stellen op een bestaand preselectienummer Luisteren naar een voorgeprogrammeerde zender Begin overnieuw bij stap 1. Na stap 3, druk herhaald op PRESET –/+ (of . of > op het apparaat) om het preselectienummer te kiezen waaronder u de andere radiozender wilt opslaan. Omschakelen van het AMafsteminterval (uitgezonderd de modellen voor Europa, het Midden-Oosten en de Filippijnen) Het AM-afsteminterval is in de fabriek ingesteld op 9 kHz (of op 10 kHz in bepaalde gebieden). Om het AM-afsteminterval te veranderen, dient u eerst op een willekeurige AM-zender af te stemmen en daarna het systeem uit te schakelen. Druk op ?/1 terwijl u tegelijkertijd ENTER op het apparaat ingedrukt houdt. Wanneer u het interval verandert, worden alle voorgeprogrammeerde AM-zenders uit het geheugen gewist. Om het interval terug te stellen, herhaalt u dezelfde procedure. Tuner Af te stemmen op Volg de procedure die wordt een zender met een beschreven in zwak signaal "Voorprogrammering met handmatige afstemming" (blz 14). — Afstemmen op voorgeprogrammeerde zenders Programmeer eerst de voorkeurzenders in het geheugen van de tuner (zie "Voorprogrammeren van radiozenders" op blz. 14). 1 2 Druk herhaald op TUNER/BAND om "FM" of "AM" te kiezen. Druk herhaald op PRESET –/+ (of . of > op het apparaat) om de gewenste voorgeprogrammeerde radiozender te kiezen. Preselectienummer Frequentie Opmerking U kunt het AM-afsteminterval niet veranderen terwijl het systeem in de energiebesparingsmodus staat. Tips • Wanneer de stekker uit het stopcontact wordt getrokken of indien er een stroomonderbreking optreedt, blijven de voorgeprogrammeerde zenders nog een halve dag in het geheugen bewaard. • U kunt de ontvangst verbeteren door de bijgeleverde antennes te richten of een buitenantenne aan te sluiten. wordt vervolgd 15NL Luisteren naar een nietvoorgeprogrammeerde radiozender — Handmatig afstemmen 1 2 Druk herhaald op TUNER/BAND om "FM" of "AM" te kiezen. Druk herhaald op TUNING –/+ (of –m of M+ op het apparaat) om af te stemmen op de gewenste radiozender. Tips • Voor een optimale ontvangst dient u de bijgeleverde antennes opnieuw te richten of een in de handel verkrijgbare buitenantenne aan te sluiten. • Wanneer er tijdens een FM-stereoprogramma ruis optreedt, drukt u herhaald op FM MODE op het apparaat totdat "MONO" verschijnt. Er is dan geen stereo-effect, maar de ontvangst verbetert. • Houd TUNING –/+ (of –m of M+ op het apparaat) ingedrukt. De frequentie-aanduiding verandert, en het scannen stopt als er een zender wordt ontvangen (automatische afstemming). • Gebruik handmatige opname-instellingen bij de opname van radio-uitzendingen (blz. 19). Gebruik van het radioinformatiesysteem (RDS) (alleen het Europese model) Wat is het radioinformatiesysteem? Het radio-informatiesysteem (RDS: Radio Data System) is een omroepdienst die radiozenders in staat stelt om extra informatie uit te zenden naast het gewone programmasignaal. RDS is alleen beschikbaar bij FM-zenders.* Opmerking RDS werkt niet goed als de radiozender waarop u hebt afgestemd het RDS-signaal niet goed uitzendt of als het signaal zwak is. * Niet alle FM-zenders verzorgen de RDS-dienst of hetzelfde soort RDS-dienst. Als u niet vertrouwd bent met het RDS-systeem, doe dan navraag bij uw plaatselijke radiozenders voor meer informatie over RDS-diensten in uw gebied. Ontvangen van RDSuitzendingen Kies een zender op de FM-band. Wanneer u afstemt op een zender die RDSdiensten verzorgt, zal de zendernaam op het display verschijnen. De RDS-informatie controleren Bij elke druk op DISPLAY verandert het display als volgt: Naam radiozender* t Frequentie t Programmatype* t Klokindicatie t Status geluidseffect * Als de RDS-uitzending niet goed wordt ontvangen, is het mogelijk dat de zendernaam niet op het display verschijnt. 16NL Tape – Afspelen Plaatsing van een tape 1 2 3 Druk herhaald op TAPE A/B om deck A of B te kiezen. Afspelen van een tape U kunt gebruikmaken van TYPE I (normale) tape. 1 Om beide decks achter elkaar af te spelen, drukt u herhaald op PLAY MODE op het apparaat totdat "RELAY" (afspelen in serie)* verschijnt op het display. Druk op PUSH Z op het apparaat. Met de kant die u wilt afspelen/ opnemen naar voren gericht. 2 Druk herhaald op DIRECTION op het apparaat om g te kiezen en één kant af te spelen. Kies j voor het afspelen van beide kanten. Om de tapes in beide decks achter elkaar af te spelen, kiest u RELAY (afspelen in serie)*. 3 Tape – Afspelen Plaats een opgenomen/opneembare tape in de cassettehouder van tapedeck A of B, met de kant, die u wilt afspelen of waarop u wilt opnemen, naar u gericht. Plaats een tape. Druk op nN. Druk nogmaals op de toets om de andere kant af te spelen. Het afspelen van de tape begint. Achterkantindicator Voorkantindicator Tapeaanwezigheidsindicator * Nadat beide kanten tot vijfmaal zijn afgespeeld, stopt het deck automatisch. Bij afspelen in serie is de volgorde altijd: t Tapedeck A (voorkant) t Tapedeck A (achterkant) t Tapedeck B (voorkant) t Tapedeck B (achterkant) wordt vervolgd 17NL Overige bedieningen Om Doet u het volgende Het afspelen te stoppen Druk op x. Te pauzeren Druk op X. Druk opnieuw om verder te gaan met afspelen. Snel vooruit te spoelen of terug te spoelen Druk op m of M. De tape eruit te halen Druk op PUSH Z op het apparaat. Opzoeken van het begin van het huidige of het volgende muziekstuk (AMS)* Tape – Opnemen Uw favoriete CDmuziekstukken opnemen op een tape — CD-TAPE-synchroonopname U kunt een hele CD op de tape opnemen. U kunt gebruikmaken van TYPE I (normale) tape. Het opnameniveau wordt automatisch ingesteld. 1 Om vooruit te gaan Druk tijdens het afspelen op > wanneer H oplicht. "TAPE A (of TAPE B) >>> +1" verschijnt. Druk tijdens het afspelen op . wanneer h oplicht. "TAPE A (of TAPE B) <<< +1" verschijnt. 2 3 4 Opmerking Tip Wanneer er een tape is geplaatst, licht de bijbehorende indicator vooruit/achteruit op. Druk op CD en plaats een disc, waarvan u wilt opnemen, in het apparaat. Druk op CD SYNC op het apparaat. Deck B bevindt zich nu in de wachtstand voor opnemen. "REC" knippert. * AMS (Automatische Muzieksensor) Onder de volgende omstandigheden zal de AMSfunctie soms niet goed werken: – Wanneer het niet-opgenomen gedeelte tussen de muziekstukken korter dan 4 seconden is. – Wanneer het systeem dicht bij een TV-toestel is geplaatst. Druk herhaald op DIRECTION op het apparaat om g te kiezen en op één kant op te nemen. Kies j (of RELAY) voor opnemen op beide kanten. Als u vanaf de achterkant wilt opnemen, drukt u op nN drukt u daarna op x. De indicator van de achterkant van TAPE B licht op. Om achteruit te gaan Druk tijdens het afspelen op . wanneer H oplicht. "TAPE A (of TAPE B) <<< –1" verschijnt. Druk tijdens het afspelen op > wanneer h oplicht. "TAPE A (of TAPE B) >>> –1" verschijnt. Plaats een voor opname geschikte tape in het deck B, en druk daarna op TAPE A/B om deck B te kiezen. 5 Druk op REC PAUSE/START op het apparaat. Het opnemen begint. Stoppen met opnemen Druk op x. Een disc opnemen met een bepaalde muziekstukvolgorde U kunt alleen uw favoriete CD-muziekstukken opnemen met behulp van de Programafspeelfunctie. Voer tussen de stappen 3 en 4 eerst de stappen 2 t/m 5 uit van "Uw eigen programma samenstellen" (blz 12). 18NL Tips • Om de vereiste tapelengte voor het opnemen van een disc te controleren, drukt u op EDIT op het apparaat totdat "EDIT" knippert nadat u een CD hebt geplaatst en op CD hebt gedrukt. De vereiste tapelengte voor de huidig geplaatste disc verschijnt, gevolgd door de totale afspeelduur van kant A, respectievelijk kant B (Tapekeuze Wijzigen). • De Tape Select-montagefunctie kan niet worden gebruikt voor CD’s met meer dan 20 muziekstukken of MP3-muziekstukken. Handmatig opnemen op een tape — Handmatig opnemen Met deze functie is het mogelijk om alleen uw favoriete muziekstukken van een CD, tape of een radioprogramma op een tape opnemen. U kunt ook opnemen van andere aangesloten geluidscomponenten (zie "Aansluiten van optionele componenten" op blz. 29). 2 Plaats een voor opname geschikte tape in het deck B, en druk daarna op TAPE A/B om deck B te kiezen. Druk herhaald op DIRECTION op het apparaat om g te kiezen en op één kant op te nemen. Kies j (of RELAY) voor opnemen op beide kanten. Als u vanaf de achterkant wilt opnemen, drukt u op nN drukt u daarna op x. De indicator van de achterkant van TAPE B licht op. 3 Tape – Opnemen 1 Druk op CD, TAPE A/B, TUNER/BAND, GAME of MD (VIDEO) om de gewenste bron te kiezen waarvanaf u wilt opnemen. • CD: Opnemen vanaf de ingebouwde CDspeler. • TAPE: Opnemen vanaf het ingebouwde tapedeck A. • TUNER: Opnemen vanaf de ingebouwde tuner. • GAME: Opnemen vanaf een videospelcomputer aangesloten via de GAME INPUT AUDIO L/R aansluitingen. • MD (VIDEO): Opnemen vanaf de aangesloten MD of videorecorder via de MD (VIDEO) IN-aansluitingen. 4 Druk op REC PAUSE/START op het apparaat. Deck B bevindt zich nu in de wachtstand voor opnemen. "REC" knippert. wordt vervolgd 19NL 5 Druk op REC PAUSE/START op het apparaat en begin daarna met het afspelen van de bron waarvan u wilt opnemen. Het opnemen begint. Stoppen met opnemen Druk op x. Opmerking Tijdens het opnemen kunt u niet naar andere bronnen luisteren. Tips • Wanneer u op beide kanten wilt opnemen, moet u altijd beginnen met de voorkant. Indien u met de achterkant begint, zal het opnemen stoppen aan het einde van de achterkant. • Opnemen vanaf de tuner: Als ruis hoorbaar is tijdens het opnemen vanaf de tuner, verplaatst u de betreffende antenne om de ruis te verminderen. Geluidsregeling Geluidssysteem kiezen (uitsluitend de MHC-RG660) Door de gewenste geluidsmodus te kiezen, kunt u het geluid op verschillende manieren beluisteren. Druk op SURR SS MODE op het apparaat om het geluid te kiezen dat u wilt. LINK: Hiermee wordt hetzelfde geluid met een ander uitgangsniveau weergegeven. MATRIX SURR: Hiermee wordt een breed scala aan geluiden weergegeven waarbij het geluid automatisch wordt aangepast aan de grootte van de kamer. Regeling van het geluid U kunt de lage tonen versterken en het geluid krachtiger maken. Druk op GROOVE op het apparaat. Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt: GROOVE ON* t V-GROOVE ON* t GROOVE OFF * Het volume schakelt over op de power-functie, de toonregelaarkromme verandert, en "GROOVE" of "V-GROOVE" gaat aan. 20NL Geluidseffect kiezen Het effect kiezen uit het muziekmenu Druk herhaald op PRESET EQ (of op MUSIC EQ, MOVIE EQ of GAME EQ op het apparaat) om de gewenste instelling te kiezen. Instelling van de grafische equalizer en opslaan van de instellingen Opties voor geluidseffecten 1 De naam van de voorinstelling verschijnt op het display. Zie het overzicht "Opties voor geluidseffecten". Het geluidseffect uitschakelen "SURR" verschijnt wanneer u een effect met surround-effecten kiest. Druk herhaald op b of B om een frequentieband te kiezen en druk daarna op v of V om het niveau in te stellen. MUSIC EQ Frequentieband Frequentieniveau Geluidsregeling Druk op EFFECT ON/OFF op het apparaat. U kunt het geluid naar wens instellen door het niveau van een bepaald frequentiebereik te verhogen of te verlagen, en vervolgens maximaal drie persoonlijke bestanden (P-FILE) in het geheugen vastleggen. Alvorens u deze functie gaat gebruiken, dient u eerst de gewenste audio-accentuering voor uw basisgeluid te kiezen. Effect ROCK POP JAZZ DANCE SOUL ORIENTAL Standaard geluidsbronnen 2 Er verschijnt een nummer van een persoonlijke bestand. MOVIE EQ 3 Effect ACTION DRAMA MUSICAL Soundtracks en bijzondere luistersituaties 4 GAME EQ PlayStation 1, 2 en andere videospelcomputers die als muziekbron kunnen fungeren Druk herhaald op P FILE om P FILE 1 – 3 te kiezen als de locatie waaronder u de instelling van de equalizer wilt vastleggen. Druk op ENTER. "COMPLETE" verschijnt. Deze instelling wordt automatisch vastgelegd als het persoonlijke bestand dat u bij stap 3 hebt gekozen. Effect ADVENTURE ARCADE RACING Houd P FILE op het apparaat ingedrukt. Overige bedieningen Om Drukt u Een persoonlijk bestand op te roepen herhaald op P FILE om het nummer van het gewenste persoonlijk bestand te kiezen. Een persoonlijk bestand te annuleren herhaald op EFFECT ON/OFF totdat "EFFECT OFF" verschijnt. 21NL Kiezen van het surroundeffect Druk op SURROUND op het apparaat. Telkens wanneer u op deze toets drukt, verspringt de aanduiding in het uitleesvenster als volgt: SURROUND ON (SURR) Y SURROUNG OFF (Uit) Verbetering van het geluid van videospelletjes — Game Sync Hiervoor dient u een videospelcomputer aan te sluiten (zie "Aansluiten van optionele componenten" op blz. 29). Druk op GAME. Tips • In de wachtstand wordt het systeem automatisch ingeschakeld. • De functie GAME EQ wordt automatisch gekozen. • Deze bedieningshandelingen kunnen niet in de energiebesparingsmodus worden uitgevoerd. 22NL Het geluid van een videospelletje mixen met het geluid van een andere geluidsbron — Game Mixing 1 2 Kies de gewenste geluidsbron. Druk op GAME MIXING op het apparaat. Opmerking Indien u begint met opnemen terwijl Game Mixing is geactiveerd, wordt Game Mixing uitgeschakeld. Voor opname van de soundmix, drukt u, na stap 4 van "Handmatig opnemen op een tape"op blz. 19 op GAME MIXING op het apparaat, en daarna op REC PAUSE/START om de opname te beginnen. Tips • Wanneer Game Mixing is geactiveerd, brandt de GAME MIXING-indicator. • Nadat Game Mixing is geactiveerd, blijft deze functie actief zolang de spanning is ingeschakeld, zelfs indien er een andere geluidsbron wordt gekozen. (Behalve voor het Europese model) U kunt meezingen door een optionele microfoon aan te sluiten. 1 2 3 4 Draai MIC LEVEL op het apparaat naar MIN om het niveau van de microfoonregelaar te verlagen. Sluit een los verkrijgbare microfoon aan op MIC. Begin met het afspelen van de muziek. Stel het microfoonvolumeniveau in door MIC LEVEL op het apparaat te draaien. Na beëindiging Draai MIC LEVEL op het apparaat naar MIN en koppel de microfoon los van MIC. Mixen en opnemen van geluiden Geluidsregeling Elke keer wanneer u de toets indrukt, verandert het niveau van het spelgeluid als volgt: MIXING LOW t MIXING MID t MIXING HIGH t MIXING OFF Meezingen U kunt geluiden "mixen" door één van de componenten te laten afspelen terwijl u in een microfoon (niet bijgeleverd) zingt of praat. Het gemixte geluid kan op een tape worden opgenomen. 1 2 Tref de nodige voorbereidingen bij de bron waarmee u wilt mixen. Plaats daarna een voor opname geschikte tape in deck B. Druk op de functietoets van de bron waarvan u wilt opnemen (bijvoorbeeld CD). Wanneer u wilt opnamen van TAPE A, drukt u herhaald op TAPE A/B totdat TAPE A is gekozen. 3 Druk op REC PAUSE/START op het apparaat. Deck B bevindt zich nu in de wachtstand voor opnemen. "REC" knippert. wordt vervolgd 23NL 4 5 Druk herhaald op DIRECTION op het apparaat om g te kiezen en op één kant op te nemen. Kies j (of RELAY) voor opnemen op beide kanten. Druk op REC PAUSE/START op het apparaat, en begin vervolgens met zingen, spreken of afspelen van de gewenste bron. Het opnemen begint. Stoppen met opnemen Druk op x. Tips • Indien er sprake is van akoestische terugkoppeling (rondzingen), plaats dan de microfoon verder van de luidsprekers of richt de microfoon een andere kant uit. • Als u alleen uw stem via de microfoon wilt opnemen, kunt u dit doen door de CD-functie te kiezen zonder een disc af te spelen. • Wanneer geluidssignalen met een hoog niveau worden ingevoerd, past het systeem automatisch het opnameniveau aan om te voorkomen dat het opgenomen geluidssignaal wordt vervormd (automatische opnameniveauregeling). 24NL Ontwaken met muziek Timer Inslapen met muziek — SLEEP-timerfunctie U kunt het systeem na verloop van een vooraf ingestelde tijd automatisch laten uitschakelen, zodat u kunt inslapen met muziek. — DAILY-timerfunctie U kunt op een vooraf ingestelde tijd ontwaken met muziek. Zorg eerst dat de klok juist is ingesteld (zie "Instellen van de klok" op blz. 9). 1 • CD: Plaats een disc. Als u wilt beginnen met een bepaald muziekstuk, maakt u een muziekprogramma (zie "Uw eigen programma samenstellen" op blz. 12). • Tape: Plaats een tape. • Tuner: Stem af op de voorgeprogrammeerde radiozender (zie "Luisteren naar de radio" op blz. 15). Druk op SLEEP. Bij elke druk op deze toets verandert de minuten-indicatie (de uitschakeltijd) als volgt: AUTO* t 90MIN t 80MIN t 70MIN t … t 10MIN t OFF * Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld na 100 minuten of nadat de huidige CD of tape klaar is met afspelen. Om Drukt u De resterende tijdsduur** te controleren Eenmaal op SLEEP. De uitschakeltijd te Herhaald op SLEEP om de wijzigen gewenste tijd te kiezen. De SLEEPtimerfunctie te annuleren Herhaald op SLEEP totdat "SLEEP OFF" verschijnt. 2 3 4 5 Druk op ENTER. Stel de starttijd voor afspelen in. Druk herhaald op v of V om het uur in te stellen en druk daarna op B. De minuten-indicatie begint te knipperen. Druk herhaald op v of V om de minuten in te stellen en druk daarna op ENTER. Opmerking 6 Tip U kunt de SLEEP-timerfunctie zelfs gebruiken wanneer de klok niet is ingesteld. Druk op CLOCK/TIMER SET totdat "DAILY SET" verschijnt. "ON" licht op en de uur-indicatie begint te knipperen. ** U kunt de resterende tijdsduur niet controleren wanneer "AUTO" is gekozen. Tijdens synchroonopname op een tape mag de instelling "AUTO" niet gekozen worden. Druk op VOL +/– (of draai aan de VOLUME regelknop op het apparaat) om het volume in te stellen. Timer Overige bedieningen Tref de nodige voorbereidingen bij de geluidsbron die u wilt afspelen. 7 Stel de stoptijd voor afspelen in volgens de procedure bij stap 5. Druk herhaald op v of V totdat de gewenste geluidsbron verschijnt. Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt: t TUNER y CD PLAY T t TAPE PLAY T wordt vervolgd 25NL 8 Druk op ENTER. Het soort timer ("DAILY"), de begintijd, de stoptijd en de geluidsbron worden, na elkaar, weergegeven, voordat de normale displayweergave weer verschijnt. 9 Druk op ?/1 om het systeem uit te schakelen. Overige bedieningen Om Doet u het volgende De instelling te controleren 1 Druk op CLOCK/TIMER SELECT. 2 Druk herhaald op v of V totdat "DAILY" verschijnt en druk daarna op ENTER. De instelling te wijzigen Begin opnieuw bij stap 1. De timer uit te schakelen 1 Druk op CLOCK/TIMER SELECT. 2 Druk herhaald op v of V totdat "TIMER OFF" verschijnt en druk daarna op ENTER. Opmerkingen • U kunt de DAILY-timerfunctie niet tegelijkertijd met de opname-timerfunctie in werking stellen. • Als u de DAILY-timerfunctie en de SLEEPtimerfunctie tegelijkertijd gebruikt, krijgt de SLEEPtimerfunctie voorrang. • Als het systeem op de vastgestelde tijd wordt ingeschakeld, wordt de DAILY-timerfunctie niet geactiveerd. Timeropname van radioprogramma’s U kunt een programma van een voorgeprogrammeerde radiozender opnemen op een vooraf ingesteld tijdstip. Voor het opnemen met de timer dient u eerst de radiozenders voor te programmeren (zie "Voorprogrammeren van radiozenders" op blz. 14) en de ingebouwde klok gelijk te zetten (zie "Instellen van de klok" op blz. 9). 1 2 Druk op CLOCK/TIMER SET. "DAILY SET" verschijnt. 3 Druk herhaald op v of V om "REC SET" te kiezen en druk daarna op ENTER. "ON" licht op en de uur-indicatie begint te knipperen. 4 Stel de starttijd voor opname in. Druk herhaald op v of V om het uur in te stellen en druk daarna op B. De minuten-indicatie begint te knipperen. Druk herhaald op v of V om de minuten in te stellen en druk daarna op ENTER. 5 Tip Stel de stoptijd voor opname in volgens de procedure bij stap 4. De begintijd, de stoptijd en de naam van de op te nemen radiozender (bijvoorbeeld "TUNER FM 5") worden na elkaar, weergegeven, voordat de normale displayweergave weer verschijnt. Het systeem wordt 15 seconden vóór de ingestelde tijd ingeschakeld. 6 7 26NL Stem af op de voorgeprogrammeerde radiozender (zie "Luisteren naar een voorgeprogrammeerde zender" op blz. 15). Plaats een voor opname geschikte tape in het deck B. Druk op ?/1 om het systeem uit te schakelen. Overige bedieningen Om Doet u het volgende De instelling te controleren 1 Druk op CLOCK/TIMER SELECT. 2 Druk herhaald op v of V totdat "REC SELECT" verschijnt en druk daarna op ENTER. De instelling te wijzigen Begin opnieuw bij stap 1. De timer uit te schakelen 1 Druk op CLOCK/TIMER SELECT. 2 Druk herhaald op v of op V totdat "TIMER OFF" verschijnt en druk daarna op ENTER. Opmerkingen Uitschakelen van het display — Energiebesparingsmodus Het demonstratiedisplay (het displayvenster en de toetsen branden en knipperen, zelfs wanneer de spanning van het systeem is uitgeschakeld) en het klokdisplay kunnen worden uitgeschakeld om de hoeveelheid stroom die in de wachtstand verbruikt wordt zoveel mogelijk te beperken (energiebesparingsmodus). Druk herhaald op DISPLAY op het apparaat terwijl het systeem is uitgeschakeld totdat het demonstratiedisplay of de klokindicatie op het display uit gaat. De energiebesparingsmodus uitschakelen Druk op DISPLAY terwijl het systeem is uitgeschakeld. Bij iedere druk op deze toets doorloopt het systeem de volgende cyclus: Demonstratiedisplay t Klokdisplay* t Geen weergave (energiebesparingsmodus) Display • U kunt de DAILY-timerfunctie niet tegelijkertijd met de opname-timerfunctie in werking stellen. • Bij gelijktijdig gebruik van de opnametimer, de DAILY-timer en de SLEEP-timer krijgt de SLEEPtimer voorrang. • Als het systeem op de vastgestelde tijd wordt ingeschakeld, wordt de timeropname niet geactiveerd. • Tijdens de opname wordt het volume tot het minimum verminderd. Display * Het klokdisplay verschijnt alleen indien u de tijd hebt ingesteld. Opmerking De volgende bedieningen kunnen niet worden uitgevoerd in de energiebesparingsmodus. – instellen van de klok – het AM-afsteminterval veranderen (uitgezonderd de modellen voor Europa, het Midden-Oosten en de Filippijnen) – het systeem inschakelen door op de functietoetsen te drukken Tip De timer blijft werken in de energiebesparingsmodus. 27NL Afbeelden van informatie over de CD op het display U kunt de verstreken afspeelduur en de resterende afspeelduur van het huidige muziekstuk of die van de hele disc op het display controleren. Controleren van de resterende afspeelduur en titels (CD/MP3) Druk op DISPLAY op het apparaat tijdens de normale afspeelfunctie. Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt: x Bij het afspelen van een CD Verstreken afspeeltijd van het huidige muziekstuk t Resterende afspeeltijd van het huidige muziekstuk*1 t Resterende afspeeltijd van de huidige disc*2 t Klokindicatie (gedurende 8 seconden) t Status geluidseffect *1 *2 "– –.– –" verschijnt bij het afspelen van een programma met meer dan 20 muziekstukken of een langere tijdsduur dan 100 minuten. "– –.– –" verschijnt in ALL DISCS of geprogrammeerde afspeelfunctie. x Bij het afspelen van een MP3-disc Verstreken afspeeltijd van het huidige muziekstuk t Resterende afspeeltijd van het huidige muziekstuk*1 t Resterende afspeeltijd van de huidige disc*2 t Muziekstuktitel*3 t Albumnaam t Klokindicatie (gedurende 8 seconden) t Status geluidseffect *1 *2 *3 28NL "– –.– –" verschijnt bij het afspelen van een programma met meer dan 20 muziekstukken of een langere tijdsduur dan 100 minuten of MP3muziekstukken. "– –.– –" verschijnt bij het afspelen van MP3muziekstukken. Bij het afspelen van een muziekstuk met een ID3tag versie 1 (versie. 1.0 of 1.1), verschijnt de ID3tag. De ID3-tag geeft alleen de muziekstuktitel weer. Controleren van de totale afspeeltijd en de titels (CD/ MP3) Druk in de stopstand op DISPLAY op het apparaat. Bij elke druk op de toets verandert het display als volgt: x Wanneer een CD in de NORMALafspeelfunctie staat Weergave TOC*1 of het aantal albums op de disc*2 of het aantal muziekstuknummers in het huidige album*2 t De albumnaam*2 t Klokindicatie (gedurende 8 seconden) t Status geluidseffect *1 *2 TOC = Table of Contents (Inhoudsopgave); geeft het huidige discnummer, het aantal muziekstukken op de disc en de totale afspeeltijd van een disc weer. Bij discs met MP3-muziekstukken is het mogelijk dat, afhankelijk van de afspeelfunctie, de albumtitels niet weergegeven worden. Opmerkingen • Bij discs met MP3-muziekstukken wordt de totale afspeeltijd niet weergegeven. • ID3-tags hebben alleen betrekking op versie 1. • Indien het door u afgespeeld MP3-bestand is voorzien van een ID3-tag, wordt de informatie van de ID3-tag weergegeven als muziekstuktitel. • De verstreken en de resterende afspeeltijd van een muziekstuk worden in het volgende geval niet nauwkeurig weergegeven. – wanneer een MP3 bestand van VBR (variabele bitsnelheid) wordt afgespeeld. – bij snel spoelen in voorwaartse of achterwaartse richting. Veranderen van de Powerindicator Druk op ILLUMINATION op het apparaat. Bij iedere druk op de toets verandert de Powerindicator als volgt: PATTERN 1 t PATTERN 2 t PATTERN 3 t PATTERN 4 t PATTERN OFF (Geen indicatie) Los verkrijgbare componenten Aansluiten van optionele componenten U kunt uw systeem uitbreiden door los verkrijgbare componenten aan te sluiten. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die met de betreffende component is meegeleverd. Optionele videospelcomputer Van de audio- en video-uitgangsaansluiting van de videospelcomputer ALBUM TV-toestel Naar de video-ingang van een TV-toestel ALBUM MD-deck A GAME INPUT VIDEO aansluiting Gebruik een videokabel (niet bijgeleverd) om de video-uitgang van de optionele videospelcomputer aan te sluiten op deze aansluitbus. B GAME INPUT AUDIO L/R aansluitingen Gebruik audiosnoeren (niet bijgeleverd) om de audio-uitgang van de optionele videospelcomputer aan te sluiten op deze aansluitbussen. U kunt het geluid dan via dit systeem weergeven. Vanaf de audio-uitgangsaansluitingen van het MD-deck of videorecorder MD-deck of videorecorder C CD DIGITAL OUT aansluiting Gebruik een digitale optische kabel (vierkant, niet bijgeleverd) om de audio-ingang van het optionele MD-deck te verbinden met deze aansluitbus. U kunt dan digitaal geluid van dit systeem opnemen. Los verkrijgbare componenten Naar de digitale ingangsaansluiting op het MD-deck D MD (VIDEO) IN aansluitingen Gebruik audiosnoeren (niet bijgeleverd) om de audio-uitgangsaansluiting van de los verkrijgbare component (zoals een MD-deck of videorecorder) aan te sluiten op deze aansluitbussen. U kunt het geluid dan via dit systeem weergeven. wordt vervolgd 29NL E VIDEO OUT aansluiting Gebruik een videokabel (niet bijgeleverd) om de video-ingang van een TV-toestel aan te sluiten op deze aansluitbus. Opmerkingen • Het beeld van de videospelcomputer kan op het TVscherm verschijnen, zelfs wanneer het systeem is uitgeschakeld. • Zie "Kiezen van het surroundeffect" op blz. 22 voor geluidseffecten van videospelletjes. • Wanneer het apparaat is uitgeschakeld en u drukt op GAME op het apparaat, wordt het apparaat ingeschakeld en de functie verandert naar "GAME" terwijl de toonregelaar ook de stand "GAME EQ" aanneemt. • Als u op GAME drukt op het apparaat terwijl het systeem is ingeschakeld, schakelt de functie over naar "GAME" en schakelt de toonregelaar automatisch op dezelfde manier over naar "GAME EQ". Luisteren naar het geluid van een aangesloten component Luisteren naar een aangesloten MD-deck 1 Sluit de audiosnoeren aan. Zie "Aansluiten van optionele componenten" op blz. 29. 2 Druk op MD (VIDEO). Begin met het afspelen van de aangesloten component. Luisteren naar een aangesloten videorecorder 1 Sluit de audiosnoeren aan. Zie "Aansluiten van optionele componenten" op blz. 29. 2 Druk op MD (VIDEO). Houd MD (VIDEO) ingedrukt en druk op ?/1. Hiermee schakelt de MD-functie over naar VIDEO. Nadat u de VIDEO-functie hebt ingeschakeld, drukt u gewoon op MD (VIDEO). Opmerkingen • Indien u "MD" niet kunt kiezen wanneer u MD (VIDEO) indrukt, druk dan op ?/1 terwijl u MD (VIDEO) ingedrukt houdt en het systeem is ingeschakeld. Er wordt van "VIDEO" overgeschakeld op "MD". Om terug te keren naar "VIDEO" volgt u dezelfde procedure. • Wanneer u het systeem aansluit op een VIDEO CDdeck, kies dan de instelling "MD". 30NL Opnemen op een aangesloten component Digitaal opnemen van een CD op een aangesloten MD-deck 1 Sluit de los verkrijgbare optische kabel aan. Zie "Aansluiten van optionele componenten" op blz. 29. 2 Begin met opnemen. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die met de aangesloten component is meegeleverd. Los verkrijgbare componenten 31NL Algemeen Verhelpen van storingen Problemen en oplossingen In het geval u een probleem met uw systeem ondervindt, gaat u als volgt te werk: 1 Controleer dat het netsnoer en de luidsprekersnoeren op de juiste wijze en stevig zijn aangesloten. 2 Zoek uw probleem op in onderstaande controlelijst en voer de corrigerende handelingen uit. Indien het probleem aanhoudt nadat u al het bovenstaande hebt uitgevoerd, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde Sony-handelaar. Als de ?/1 indicator knippert Trek onmiddellijk de stekker uit het stopcontact en controleer de volgende punten. • Staat de spanningskeuzeschakelaar op het juiste voltage? Kijk na wat de plaatselijk netspanning is en controleer daarna of de spanningskeuzeschakelaar op het juiste voltage is ingesteld. • Zijn de + en de – draden van de luidsprekersnoeren kortgesloten? • Gebruikt u alleen de voorgeschreven luidsprekers? • Worden de ventilatieopeningen aan de achterzijde van het apparaat geblokkeerd? Nadat u bovenstaande zaken gecontroleerd heeft en eventuele problemen opgelost heeft, steekt u de stekker weer in het stopcontact en schakelt het apparaat in. Als de indicatie nog steeds knippert, of indien de oorzaak van een probleem, na controle van bovenstaande zaken, niet gevonden is, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-handelaar. Zodra u de stekker in het stopcontact steekt begint het display te knipperen, zelfs als het apparaat uitgeschakeld is (zie stap 5 van "Aansluiten van het systeem" (blz. 6)). • Druk tweemaal op DISPLAY op het apparaat terwijl het systeem is uitgeschakeld. De demonstratie verdwijnt. De indicatie "– –:– –" verschijnt op het display. • Er is een stroomonderbreking opgetreden. Stel de klok opnieuw in (blz. 9) en maak de timerinstellingen opnieuw (blz. 26 en 27). De klokinstelling/voorprogrammering van de radiozenders/timer is geannuleerd. • Stel de volgende gegevens opnieuw in: – "Instellen van de klok" (blz. 9) – "Voorprogrammeren van radiozenders" (blz. 14) – "De instelling te controleren" (blz. 26) – "Timeropname van radioprogramma’s" (blz. 26) Er is geen geluid. • Druk op VOL +/– of draai de VOLUME regelknop op het apparaat rechtsom. • Zorg dat de hoofdtelefoon niet is aangesloten. • Controleer of de luidsprekeraansluitingen in orde zijn (blz. 6). • Geen geluidsweergave tijdens een timeropname. Het geluid komt van slechts één kanaal, of het links/rechts-volume is niet gebalanceerd. • Plaats de luidsprekers zo symmetrisch mogelijk. • Sluit de bijgeleverde luidsprekers aan. De lage tonen ontbreken. • Controleer of de + en de – aansluitingen van de luidsprekers correct zijn aangesloten. Er is veel brom of ruis. • Zet het systeem verder weg van de storingsbron. • Sluit het systeem aan op een ander stopcontact. • Plaats een ruisfilter (in de handel verkrijgbaar) op het netsnoer. De timer kan niet worden ingesteld. • Stel de klok opnieuw in (blz. 9). De timer werkt niet. • Controleer de instelling van de timer en stel de juiste tijd in (blz. 26 en 27). • Schakel de SLEEP-timerfunctie uit (blz. 25). 32NL De afstandsbediening werkt niet. • Verwijder het obstakel. • Breng de afstandsbediening dichter naar het systeem. • Richt de afstandsbediening op de ontvangsensor van het apparaat. • Vernieuw de batterijen (R6/formaat AA). • Plaats het systeem op grotere afstand van de TLbuisverlichting. Er is akoestische terugkoppeling. • Verminder het volume. • Plaats de microfoon verder van de luidsprekers of richt de microfoon een andere kant uit. De onregelmatige kleurenweergave op het TVscherm verdwijnt niet. • Schakel het TV-toestel uit en schakel het na 15 tot 30 minuten weer in. Indien de onregelmatige kleurenweergave niet is verdwenen, plaats dan de luidsprekers verder van het TV-toestel. Het geluid van de aangesloten bron klinkt vervormd. • Als "VIDEO" verschijnt op het display wanneer u op MD (VIDEO) drukt, schakelt u het display naar "MD" (zie "Luisteren naar het geluid van een aangesloten component" op blz. 30). De disclade gaat niet open en "LOCKED" verschijnt. • Neem contact op met uw Sony-handelaar of een erkend Sony-servicecentrum in uw omgeving. De disclade gaat niet dicht. • Plaats de disc op correcte wijze. • Sluit de disclade altijd door op Z op het apparaat te drukken. Als u probeert de disclade met uw hand dicht te duwen, kan er een storing in de speler ontstaan. De disclade gaat niet open. • U kunt de disclade niet openen tijdens een CDsynchroonopname. Druk op x om de CDsynchroonopname te annuleren en druk daarna op Z op het apparaat om de disc te verwijderen. • Neem contact op met uw dichtstbijzijnde Sonyhandelaar. De disc slaat over. • Veeg de disc schoon (blz. 36). • Vervang de disc. • Verplaats het systeem zo mogelijk naar een plek zonder trillingen (bijvoorbeeld op een stabiele stander). • Plaats de luidsprekers zo mogelijk op grotere afstand van het systeem, of plaats ze op aparte standers. Wanneer u naar een muziekstuk luistert met lage tonen en een hoog volume, is de kans aanwezig dat de door de trillingen van de luidsprekers overslaat. Het afspelen begint niet vanaf het eerste muziekstuk. • Druk herhaald op PLAY MODE op het apparaat totdat "PGM" en "SHUF" uit gaan om terug te keren naar de normale afspeelfunctie. MP3-audiobestanden kunnen niet worden afgespeeld. • De opname voldeed niet aan het bestandssyteem ISO 9660 level 1 of level 2, Joliet of Romeo in het expansie-formaat. • Het MP3-audiobestand heeft niet de extensie ".MP3". • De gegevens zijn niet opgeslagen in het MP3 formaat. • Discs waarop andere bestanden staan dan MPEG 1 Audio Layer-3 bestanden, kunnen niet worden afgespeeld. Verhelpen van storingen CD/MP3-speler Het afspelen begint niet. • Open de disclade en controleer of er een disc op is geplaatst. • Veeg de disc schoon (blz. 36). • Vervang de disc. • Plaats een disc die door dit apparaat afgespeeld kan worden (blz. 4). • Plaats de disc op correcte wijze. • Plaats de disc met het etiket naar boven gericht op de disclade. • Haal de disc eruit en veeg het vocht van de disc af, laat het systeem daarna enkele uren ingeschakeld staan totdat het vocht is verdampt. • Druk op nN om het afspelen te starten. wordt vervolgd 33NL MP3-audiobestanden duren langer om af te spelen dan andere. • Na inlezen van alle muziekstukken op de discs kan het afspelen meer tijd dan gebruikelijk vergen indien: – het aantal albums of muziekstukken op de disc zeer groot is. – de indeling van de albums en muziekstukken zeer complex is. De titel van het album, de titel van het muziekstuk en de ID3-tag worden niet juist weergegeven. • Gebruik een disc die voldoet aan ISO 9660 level 1, level 2, Joliet of Romeo in het expansieformaat. • De ID3-tag van de disc is niet de vereiste versie 1 (versie 1.0 of 1.1). Tuner Tapedeck De tape neemt niet op en speelt niet af, of het geluidsniveau vermindert. • De koppen zijn vuil. Reinig deze (blz. 37). • De opname- en weergavekoppen zijn gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen (blz. 37). De tape wordt niet volledig gewist. • De opname- en weergavekoppen zijn gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen (blz. 37). Er is veel wow of flutter, of het geluid valt weg. • De begeleidingswielen of de aandrukrollen zijn vuil. Reinig deze (blz. 37). De ruis neemt toe of de hoge frequenties worden gewist. • De opname- en weergavekoppen zijn gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen (blz. 37). Sterk gebrom of veel ruis/zenders kunnen niet worden ontvangen ("TUNED" of "STEREO" knippert op het display.). • Stel de juiste golfband en frequentie in (blz. 14). • Zorg dat de antenne goed is aangesloten (blz. 7). • Zoek een plaats en een oriëntatie die geschikt zijn voor een goede ontvangst en installeer daarna de antenne opnieuw. Indien u geen goede ontvangst krijgt, is het raadzaam om een in de handel verkrijgbare buitenantenne aan te sluiten. • De bijgeleverde FM-draadantenne ontvangt de signalen over de volle lengte. Daarom moet u de antenne volledig uittrekken. • Plaats de antennes zo ver mogelijk van de luidsprekersnoeren. • Probeer ander elektrische apparatuur in de buurt uit te schakelen. De tape neemt niet op. • Er is geen cassette geplaatst. Plaats een cassette. • Het wispreventienokje is verwijderd. Bedek de opening waar het nokje in zat met plakband (blz. 37). • Het einde van de tape is bereikt. Een stereo FM-programma kan niet in stereo ontvangen worden. • Druk op FM MODE op het apparaat totdat "STEREO" verschijnt. Druk tegelijkertijd op x, GROOVE en op ?/1. Indien het systeem ook na het nemen van de bovenstaande maatregelen nog niet goed werkt, dient u het systeem als volgt opnieuw in te stellen: 1 2 3 4 Haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact. Druk op ?/1 om het systeem in te schakelen. Het systeem is nu opnieuw ingesteld en de fabrieksinstellingen zijn weer van kracht. U moet de voorgeprogrammeerde zenders, klok en timer opnieuw instellen. 34NL Meldingen Tijdens de bediening kan er in het display één van de onderstaande meldingen verschijnen of knipperen. CD/MP3 NO DISC Er is geen disc in de speler geplaatst of u hebt een disc geplaatst die niet kan worden afgespeeld op dit systeem (zoals een DVD, VCD, of CD-ROM zonder MP3-muziekstukken, enz.). OVER U hebt het einde van de disc bereikt terwijl u M ingedrukt houdt tijdens het afspelen of in de pauzestand. Verhelpen van storingen 35NL Bediening Aanvullende informatie Voorzorgsmaatregelen Netspanning Controleer vóór gebruik van het systeem of de bedrijfsspanning van uw systeem overeenkomt met de plaatselijke netspanning. • Wanner het systeem rechtstreeks van een koude naar een warme omgeving wordt gebracht, of in een zeer vochtige kamer wordt geplaatst, kan vocht uit de lucht condenseren op de lens in de CD-speler. In dergelijke gevallen zal het systeem niet juist werken. Haal de disc eruit en laat het systeem ongeveer een uur ingeschakeld staan totdat de condens is verdampt. • Zorg ervoor dat u de disc eruit haalt wanneer u het systeem gaat verplaatsen. Voor uw veiligheid • Het apparaat blijft op de voeding aangesloten zolang de stekker in het stopcontact zit, zelfs indien het apparaat zelf is uitgeschakeld. • Trek de stekker uit het stopcontact als u denkt het systeem geruime tijd niet te gebruiken. Pak de stekker vast om deze uit het stopcontact te trekken. Trek nooit aan het snoer zelf. • Mocht er een vast voorwerp of vloeistof in het systeem terechtkomen, trek dan de stekker uit het stopcontact en laat het systeem eerst door een deskundige controleren alvorens het weer in gebruik te nemen. • Het netsnoer mag uitsluitend door een erkend servicecentrum worden vernieuwd. Installeren • Installeer het systeem niet in een hellende positie. • Installeer het systeem niet: – op uiterst warme of koude plaatsen – op stoffige of vuile plaatsen – in een zeer vochtige omgeving – op plaatsen die aan trillingen onderhevig zijn – op plaatsen die zijn blootgesteld aan direct zonlicht. • Wees voorzichtig wanneer u het apparaat of de luidsprekers op een ondergrond plaatst die een speciale behandeling heeft ondergaann (met was, olie, polijstmiddel, enz.) aangezien er hierdoor vlekken op de ondergrond kunnen ontstaan of de ondergrond kan gaan verkleuren. Ontwikkeling van hitte • Tijdens gebruik wordt het systeem warm. Dit is echter geen defect. • Installeer het apparaat op een plaats met voldoende ventilatie om ontwikkeling van hitte in het apparaat te voorkomen. • Indien u dit systeem voortdurend op een hoog volumeniveau gebruikt, zal de temperatuur van de behuizing aan de bovenkant, de zijkanten en de onderkant aanzienlijk stijgen. Om te voorkomen dat u zich brandt, mag u de behuizing niet aanraken. • Om een defect te voorkomen, mag de ventilatieopening van de koelventilator niet worden afgedekt. 36NL Indien u vragen of problemen hebt betreffende uw systeem, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-handelaar. Opmerkingen over discs • Alvorens een disc af te spelen, reinigt u deze met behulp van een reinigingsdoekje. Veeg de disc schoon vanuit het middengat naar de buitenrand. • Stel discs niet bloot aan direct zonlicht of warmtebronnen, zoals heteluchtventilators, en laat deze niet liggen in een voertuig geparkeerd in direct zonlicht. • Wanneer u een disc gebruikt waarop lijm of een soortgelijke kleverige substantie op de bedrukte kant zit, of die met een speciale inkt werd bedrukt, bestaat de kans dat de bedrukking of de disc vast kan kleven aan inwendige onderdelen van het systeem. Wanneer dit gebeurt, kan het onmogelijk zijn de disc eruit te halen en kan een storing in het systeem optreden. Controleer dat de bedrukte kant van de disc niet kleeft voordat u deze op de disclade plaatst. De volgende soorten discs mogen niet worden gebruikt: – Gehuurde of gebruikte discs met opgeplakte etiketten waarvan de lijm buiten het etiket uitsteekt. De rand van het etiket op de disc is geraffeld. – Discs die bedrukt zijn met een speciale inkt die kleverig aanvoelt. • Discs met een andere dan de standaardvorm (bijv. hartvormig, vierkant, stervormig, enz.) kunnen niet worden afgespeeld op dit systeem. Als u dit toch probeert, kan het systeem worden beschadigd. Maak daarom geen gebruik van dergelijke discs. Reiniging van de behuizing Reinig de behuizing, het paneel en de regelaars met een zachte doek die licht is bevochtigd met een oplossing van mild schoonmaakmiddel. Gebruik hiervoor geen schuurkussentjes, schuurpoeder of oplosmiddelen zoals verdunner, wasbenzine of alcohol. Beveiligen van een opgenomen tape Om een opgenomen tape tegen abusievelijk wissen te beveiligen, verwijdert u het nokje van kant A of B (zie afbeelding). Verwijder het wispreventienokje Indien u later opnieuw op de tape wilt opnemen, dient u de opening met plakband te bedekken. Alvorens een tape in het tapedeck te plaatsen Trek de tape strak indien deze loshangt. Anders zou de tape in het mechanisme van het tapedeck verwikkeld kunnen raken, met kans op beschadiging. Bij gebruik van een tape die langer is dan 90 minuten Een dergelijke tape rekt gemakkelijk uit. Vermijd daarom herhaald afspelen en stoppen, of herhaald vooruit- en terugspoelen. Hierdoor kan de tape in het tapedeck verstrikt raken. Reinigen van de koppen van het tapedeck Demagnetiseren van de tapekoppen Na elke 20 à 30 uur dient u de tapekoppen en de metalen onderdelen die met de tape in aanraking komen, te demagnetiseren met een los verkrijgbare demagnetiseercassette. Nadere bijzonderheden vindt u in de gebruiksaanwijzing van de demagnetiseercassette. Versterker Europees model: MHC-RG660 Voorste luidspreker DIN-uitgangsvermogen (nominaal): 160 + 160 W (6 ohm bij 1 kHz, DIN) Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde): 200 + 200 W (6 ohm bij 1 kHz, 10% THD) Muziek-uitgangsvermogen (referentiewaarde): 400 + 400 W (6 ohm bij 1 kHz, 10% THD) Overige modellen: MHC-RG660 Het volgende is gemeten bij 120, 127, 220, 240 V wisselstroom 50/60 Hz DIN-uitgangsvermogen (nominaal): 160 + 160 W (6 ohm bij 1 kHz, DIN) Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde): 200 + 200 W (6 ohm bij 1 kHz, 10% THD) MHC-RG550 Het volgende is gemeten bij 120, 127, 220, 240 V wisselstroom 50/60 Hz DIN-uitgangsvermogen (nominaal): 115 + 115 W (6 ohm bij 1 kHz, DIN) Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde): 140 + 140 W (6 ohm bij 1 kHz, 10% THD) Ingangen MD (VIDEO) IN L/R (tulpstekkers): spanning 450/250 mV, impedantie 47 kilohm GAME INPUT AUDIO L/R (tulpstekkers): spanning 250 mV, impedantie 47 kilohm GAME INPUT VIDEO (tulpstekker): 1Vp-p, 75 ohm MIC (tulpstekker) (behalve bij Europese modellen): gevoeligheid 1 mV, impedantie 10 kilohm Aanvullende informatie Reinig de koppen na ongeveer iedere 10 uren van gebruik. Reinig ook de koppen telkens vóór het opnemen van belangrijk materiaal of na het afspelen van een oude tape. Gebruik voor het reinigen een los verkrijgbare reinigingscassette van het droge of natte type. Voor nadere bijzonderheden dient u de gebruiksaanwijzing van de reinigingscassette te raadplegen. Technische gegevens wordt vervolgd 37NL Uitgangen PHONES (stereo-mini-aansluiting): voor aansluiting van een hoofdtelefoon met een impedantie van 8 ohm of meer. VIDEO OUT (tulpstekker): maximaaal uitgangsniveau 1Vp-p, asymetrisch, Sync-negatief, belastingsimpedantie 75 ohm SPEAKER: geschikt voor impedantie van 6 tot 16 ohm SURROUND SPEAKER geschikt (uitsluitend de MHC-RG660): voor impedantie van 24 ohm CD-speler Systeem Compact disc en digitaal audiosysteem Laser Halfgeleider-laser (λ=780 nm) Emissieduur: continu Frequentiebereik 2 Hz – 20 kHz (±0,5 dB) Golflengte 780 – 790 nm Signaal-ruisverhouding Meer dan 90 dB Dynamisch bereik Meer dan 90 dB CD OPTICAL DIGITAL OUT (vierkante optische aansluiting, achterpaneel) Golflengte 660 nm Uitvoer –18 dBm Tuner FM-stereo, FM/AM superheterodyne tuner FM-tuner Afstembereik Antenne Antenne-aansluitingen Middenfrequentie 87,5 – 108,0 MHz FM-draadantenne 75 ohm asymmetrisch 10,7 MHz AM-tuner Afstembereik Model voor Latijns-Amerika: 530 – 1.710 kHz (met het afsteminterval ingesteld op 10 kHz) 531 – 1.710 kHz (met het afsteminterval ingesteld op 9 kHz) Modellen voor Europa, het Midden-Oosten en de Filippijnen: 531 – 1.602 kHz (met interval ingesteld op 9 kHz) Overige modellen: 530– 1.710 kHz (met het afsteminterval ingesteld op 10 kHz) 531 – 1.602 kHz (met het afsteminterval ingesteld op 9 kHz) Antenne AM-raamantenne Antenneaansluitingen Aansluiting voor een buitenantenne Middenfrequentie 450 kHz Luidspreker Tapedeck Opnamesysteem Frequentiebereik Wow en flutter 38NL 4-sporen 2-kanaals, stereo 50 – 13.000 Hz (±3 dB), bij gebruik van Sony TYPE I cassette ±0,15% W. Piek (IEC) 0,1% W. RMS (NAB) ±0,2% W. Piek (DIN) Voorste luidspreker SS-RG665 voor de MHC-RG660/RG550 Luidsprekersysteem Luidsprekereenheden Subwoofer: Woofer: Tweeter: Nominale impedantie Afmetingen (b/h/d) Gewicht 3-weg, 3-eenheden, basreflex-type 15 cm, conus-type 15 cm, conus-type 5 cm, conus-type 6 ohm Ong. 240 × 363 × 290 mm Ong. 4,7 kg per luidspreker Surround-luidspreker SS-RG660 voor de MHC-RG660 Luidsprekersysteem Luidsprekereenheden Woofer: Tweeter: Supertweeter: Nominale impedantie Afmetingen (b/h/d) Gewicht 3-weg, 3-eenheden, basreflex-type 13 cm, conus-type 5 cm, conus-type 2 cm, koepel-type 24 ohm Ong. 195 × 325 × 225 mm Ong. 2,3 kg per luidspreker Algemeen Stroomvoorziening Europees model: Bijgeleverde accessoires Aanvullende informatie 230 V wisselstroom, 50/60 Hz Model voor Argentinië: 220 V wisselstroom, 50/60 Hz Mexicaans model: 127 V wisselstroom, 60 Hz Saoedi-Arabische modellen: 120 – 127/220 of 230 – 240 V wisselstroom, 50/60 Hz Instelbaar met spanningskeuzeschakelaar Overige modellen: 120 V, 220 V of 230 – 240 V wisselstroom, 50/60 Hz Instelbaar met spanningskeuzeschakelaar Stroomverbruik Europees model: MHC-RG660: 190 W 0,35 W (in de energiebesparingsmodus) Overige modellen: MHC-RG660: 190 W MHC-RG550: 135 W Afmetingen (b/h/d) Ong. 280 × 325 × 407 mm Gewicht Europees model: HCD-RG660: Ong. 10,0 kg Overige modellen: HCD-RG660: Ong. 11,0 kg HCD-RG550: Ong. 9,0 kg Afstandsbediening (1) Batterijen (2) AM-raamantenne (1) FM-draadantenne (1) Kussentjes voor luidsprekers MHC-RG660 (16) MHC-RG550 (8) Ontwerp en technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. 39NL Overzicht van de plaats van de toetsen en hun referentiebladzijden Nummer van afbeelding r Gebruik van deze bladzijde Gebruik deze bladzijde om de plaatsen van toetsen en andere in de tekst genoemde onderdelen van het systeem te kunnen vinden. TAPE A/B ea (17, 18, 19, 23) R R Naam van toets/onderdeel Bijbehorende bladzijde Hoofdapparaat BESCHRIJVING VAN DE TOETSEN ALFABETISCHE VOLGORDE A–O P–Z Afstandsbedieningssensor 3 ALBUM + qj (11, 12) ALBUM – wf (11, 12) CD ed (8, 10, 12, 18, 19) CD SYNC wk (18) CLEAR*1 wk (13) DIRECTION wk (17, 18, 19, 24) DISC 1 – 3 8 (11, 12) DISC SKIP/EX-CHANGE 9 (10, 11, 12) Disclade 7 (10) DISPLAY 2 (16, 27, 28) Displayvenster 4 EDIT wk (19) EFFECT ON/OFF qa (21) ENTER qs (9, 12, 14, 21, 25, 26) FM MODE wk (16) GAME wl (22, 30) GAME EQ qd (21) GAME INPUT AUDIO L/R aansluitingen wd (29) GAME INPUT VIDEO aansluiting ws (29) GAME MIXING wk (23) GROOVE qd (20, 34) ILLUMINATION wj (28) MD (VIDEO) e; (30) MIC aansluiting*2 wa (23) MIC LEVEL*2 w; (23) MOVIE EQ qd (21) MUSIC EQ qd (21) P FILE qf (21) PHONES aansluiting ql PLAY MODE wk (10, 12, 17) Power-indicator 5 (28) REC PAUSE/START wk (18, 19, 23) REPEAT wk (12) SURROUND wk (22) SURR SS MODE*3 wk (20) TAPE A/B ea (17, 18, 19, 23) Tapedeck A wg (17) Tapedeck B qh (17, 18, 19, 23) TUNER/BAND es (14, 15, 19) TUNER MEMORY wk (14) VOLUME-regelaar qk (25) *1 *2 *3 uitsluitend de MHC-RG550 behalve voor het Europese model uitsluitend de MHC-RG660 12 3 45 6 7 8 ed es ea e; wl wk wj wh wg wf wd ws 9 q; qa qs ALBUM ALBUM wa 40NL ?/1 (inschakelen/uitschakelen) 1 (7, 15, 26, 30, 32, 34) X (pauzeren) 6 (11, 18) Z (uitwerpen) 0 (10) V/v/B/b qd (9, 25) PUSH Z (deck B) (uitwerpen) qg (17) x (stoppen) qj (11, 18, 19, 24, 34) M+ (vooruit spoelen) qj (11, 14, 18) > (spring vooruit) qj (11, 14, 18) hH (afspelen) wf (11, 17) –m (terugspoelen) wf (11, 14, 18) . (spring achteruit) wf (11, 14, 18) Z PUSH (deck A) (uitwerpen) wh (17) w; qd qf qg qh qj qk ql Afstandsbediening BESCHRIJVING VAN DE TOETSEN ALFABETISCHE VOLGORDE A–O P–Z ALBUM – qk (11, 12) ALBUM + ql (11, 12) CD qj (10, 12, 18, 19) CLEAR 5 (13) CLOCK/TIMER SELECT 2 (26, 27) CLOCK/TIMER SET 3 (9, 25, 26) D. SKIP 6 (11, 12) EFFECT ON/OFF qa (21) ENTER qf (9, 12, 14, 21, 25, 26) GAME q; (22, 30) MD (VIDEO) 9 (30) P FILE qd (21) PRESET EQ qg (21) PRESET –/+ 5 (14, 15) SLEEP 1 (25) TAPE A/B 8 (17, 18, 19, 23) TUNER/BAND qh (14, 15, 19) TUNING –/+ 5 (14, 16) VOL +/– 7 (25) ?/1 (inschakelen/uitschakelen) 4 (7, 15, 26, 32) m/M (terugspoelen/vooruit spoelen) 5 (11, 18) ./> (spring achteruit/ spring vooruit) 5 (11, 18) nN (afspelen) 5 (11, 17) X (pauzeren) 5 (11, 18) x (stoppen) 5 (11, 18, 19, 24) v/V/b/B qs (9, 25) 1 2 34 6 ql 7 qk qj qh qg qf qd 8 9 Aanvullende informatie 5 0 qa qs 41NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120

Sony MHC-RG550 de handleiding

Categorie
Minidisc-spelers
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor