Gebruiksaanwijzing Driver DMR500 Rower - 21
4. Gebruik
Algemeen gebruik
De Driver DMR500 is voorzien van een externe stroom voorziening. Wanneer deze
wordt aangesloten zal de computer automatisch opstarten. Het Driver DMR500
display schakelt vanzelf over naar de standby modus als het niet meer wordt
gebruikt. Om de computer weer op te starten voldoet een druk op een
willekeurige knop.
1. Stop de stekker van de adapter (6V, 500mA) in het stopcontact en de plug
aan de rechter voorzijde in het apparaat, de monitor licht op en u hoort een
geluidssignaal.
2. Indien u direct met trainen wilt beginnen druk dan op de START/STOP toets. Het
handmatige programma wordt nu opgestart. U kunt de gewenste weerstand
instellen door de UP + en DOWN – draaiknop te verdraaien. De weerstand kunt u
tijdens het trainen nog aanpassen. De tijd begint te lopen van 01:00 naar 00:00.
3. Als u een bepaald programma wilt roeien moet u eerst een gebruiker kiezen
of aanmaken. Als u een gebruiker wilt aanmaken, kies dan na het opstart
geluidsignaal met behulp van de UP + en DOWN – draaiknop een gebruiker. U
kunt kiezen uit gebruiker 0 tot en met 4 (U0-U4) Bevestig u uw keuze (ENTER). Met
behulp van de draaiknop voert u nu uw gebruiker gegevens in, u bevestigd met
ENTER. Gebruikergegevens zijn geslacht, leeftijd, lengte en gewicht. De computer
onthoudt uw gebruikergegevens voor gebruiker U1 tot en met U4 en maakt hier
gebruik van in de verschillende programma’s om u een zo precies mogelijk beeld
van uw training weer te geven. Voor programma U0 onthoudt de computer uw
gegevens alleen voor de training waar u op dat moment mee bezig bent.
4. Nadat u een gebruiker heeft gekozen of aangemaakt komt u automatisch in het
CONTROL MODE menu. U kunt hier met behulp van de draaiknop een keuze uit de
verschillende programma’s maken. De keuze opties zijn MANUAL (A), PROGRAM
(B), USER (C) HRC (D) of RACE (E). Hieronder staan de opties toegelicht. Indien u
een keuze heeft gemaakt, kunt u die bevestigen door op ENTER te drukken.
A. MANUAL
Stel het weerstandsniveau van de training in door aan de ENTER knop te draaien,
druk op de ENTER knop om het niveau te bevestigen. Nu zal de computer langs
alle instelbare waarden gaan, zodat u die naar wens kunt instellen. De instelbare
waarden zijn: Tijd, Afstand, Calorieverbruik, hartslag en aantal roeislagen. Gebruik
de ENTER knop voor instellen en bevestigen van deze waarden. Als u alle waarden
heeft ingesteld, drukt u op START/STOP om te beginnen met uw training. Het
weerstandsniveau is gedurende de gehele training aan te passen. Wanneer de
training is afgerond zal het scherm gaan knipperen en geeft de computer een
pieptoon. Daarna zal het A+ scherm verschijnen, dit scherm geeft u een overzicht
van alle waarden van uw training.
B. PROGRAM
Kies uit P1–P12 en bevestig uw keuze met ENTER knop. P1-P12 zijn verschillende