11
RICHTLIJNEN VOOR DE CONDITIE
De volgende richtlijnen zullen u helpen bij het plannen
van uw oefenprogramma. Vergeet niet dat een goede
voeding en voldoende rust essentieel zijn voor opti-
male resultaten.
INTENSITEIT VAN UW OEFENING
Als uw doel is om vet te verbranden of uw cardiovas-
culair systeem te verbeteren dan is de juiste intensi-
teithet middel. U kunt het juiste intensiteitniveau bepa-
len door uw hartslag als leidraad te gebruiken. Het
diagram hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan
voor vetverbranding, voor maximale vetverbranding
en voor een cardiovasculaire (aerobic) oefening.
Om uw juiste hartslag te berekenen moet u eerst
onder het diagram uw leeftijd opzoeken (leeftijden zijn
per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie getal-
len boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven uw
trainingszone aan. De twee laagste getallen worden
aanbevolen om vet te verbranden. Het hoogste getal
is voor aerobic oefeningen aanbevolen.
Vetverbranden
Om effectief vet te verbranden moet U voor een lange-
re tijd op een betrekkelijke lage intensiteit oefenen.
Tijdens de eerste minuten van uw oefening gebruikt uw
lichaam makkelijke bereikbare koolhydraten. Pas na de
eerste paar minuten begint uw lichaam vet als energie
te verbruiken. Stel de intensiteit van uw oefening bij
totdat uw hartslag rond een van de twee laagste
getallen van uw trainingszone ligt als u vet wilt ver-
branden.
Aerobicoefening
Als uw doel is uw cardiovasculair systeem te verbete-
ren dan moet uw oefening “aerobic” zijn. Een aerobic
oefening vereist gedurende langere periodes een
grote hoeveelheid zuurstof. Dit vraagt van het hart
een verhoogde pompbeweging naar de spieren en
van de longen een grotere zuurstofvoorziening van
het bloed. Pas voor een aerobic oefening uw pro-
gramma zodanig aan dat uw hartslag zo dicht moge-
lijk het hoogste getal van uw trainingszone benadert.
HOE U UW HARTLAG TE METEN
Om uw hartslag te
kunnen meten moet
u eerst minstens
vier minuten oefe-
nen. Stop dan met
uw oefening en
plaats twee vingers
aan uw pols zoals
aangegeven. Om
uw hartslag te berekenen telt U zes seconden de hart-
slagen en vermenigvuldigt U het getal met 10. Als U
bijvoorbeeld gedurende de zes seconden 14 hartsla-
gen telt dan is uw hartslag 140 slagen per minuut. (De
zes seconden telling wordt gebruikt omdat uw pols
wanneer u met uw oefening stopt heel snel afneemt).
RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING
Iedere oefening moet uit de volgende drie onderdelen
bestaan:
Opwarming—Begin iedere oefening met een
opwarmfase van 5 à 10 minuten door spieren te strek-
ken en wat lichte oefeningen te doen. Een juiste
opwarmoefening verhoogt uw lichaamstemperatuur,
uw hartslag en bevordert uw bloedsomloop als voor-
bereiding op uw oefening.
Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensi-
teit van uw oefening na het opwarmen zodat uw hart-
slag binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 60
minuten vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken
van uw oefenprogramma uw oefening tot 20 minuten.)
Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10
minuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van
uw spieren bevorderen en problemen helpen voorko-
men na de oefening.
WAARSCHUWING:
Raadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig
ander oefenprogramma begint. Dit is bijzon-
der belangrijk voor mensen ouder dan 35 of
mensen met gezondheidsproblemen. Lees
alle instructies door voor gebruik.