Weslo WLEVEX2715.0 de handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

GEBRUIKSAANWIJZING
WAARSCHUWING
Lees alle instructies en voor-
zorgsmaatregelen in deze hand-
leiding door voordat u dit appa-
raat gaat gebruiken. Bewaar deze
handleiding voor verdere raad-
pleging.
Sticker met
Serienummer
Modelnummer WLEVEX2715.0
Serienummer
VRAGEN?
Als fabrikant zijn wij gesteld op
uw volledige tevredenheid.
Mocht u nog vragen hebben,
mochten sommige onderdelen
ontbreken of beschadigd zijn
neem dan contact op met de
winkel waar u dit product hebt
gekocht.
www.iconeurope.com
Bezoek onze website
2
INHOUD
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4
HOE DE FIETS TE GEBRUIKEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
O
NDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .11
RICHTLIJNEN VOOR DE CONDITIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
LIJST MET ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14
GEDETAILLEERDE TEKENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Laatste Pagina
1. Lees alle instructies in deze handleiding en
alle waarschuwingen van de fiets voordat uw
de fiets gebruikt. Gebruik de fiets alleen zoals
voorgeschreven in deze handleiding.
2. De eigenaar moet zich te ervan vergewissen
dat allen die gebruik maken van de fiets vol-
doende op de hoogte zijn van alle voorzorgs-
maatregelen.
3. Gebruik de fiets uitsluitend binnenshuis en uit
de buurt van vocht en stof. Plaats de fiets op
een vlakke ondergrond met een matje onder
de fiets om uw vloer (bedekking) te bescher-
men. Zorg ervoor dat er genoeg ruimte rond
de fiets is zodat u gemakkelijk kunt opstap-
pen en afstappen en om de fiets te kunnen
gebruiken.
4. Inspecteer regelmatig alle onderdelen van de
fiets en draai ze dan goed vast. Vervang ver-
sleten onderdelen meteen.
5. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en
huisdieren bij de fiets vandaan.
6. Draag geschikte kleding wanneer u de fiets
gebruikt. Draag nooit losse kleding die in de
fiets bekneld kunnen raken. Draag altijd sport-
schoenen.
7. De fiets kan alleen door mensen die minder
dan 115 kg wegen worden gebruikt.
8. Houdt tijdens het gebruik van de fiets uw rug
recht. Krom uw rug niet.
9. Stop meteen en begin geleidelijk af te koelen
wanneer u pijn voelt of duizelig wordt.
10.Deze fiets is alleen voor huiselijk gebruik
bedoeld. Gebruik de fiets niet commercieel of
voor verhuur
.
11. Een sticker met waarschuwing werd op de
oefenfiets geplakt op de plaats die op pagina
3 wordt aangegeven. Let op dat de tekst van
de sticker in het Engels is. Zoek naar de
Nederlandse tekst and plak deze over de
Engelse sticker. Als er een sticker onbreekt, of
niet leesbaar is, neem dan contact op met de
winkel waar u dit apparaat hebt gekocht (zie
laatste pagina van deze handleiding). Plak de
stickers op de aangegeven plaatsen.
WAARSCHUWING: Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of enig ander oefen-
programma begint. Dit is bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan 35 of mensen met gezond-
heidsproblemen. Lees alle instructies voor gebruik door
. ICON is niet aansprakelijk voor persoonlijk
letsel of schade door het gebruik van dit produkt.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
WAARSCHUWING:
Lees de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen door
voordat u de fiets gaat gebruiken om persoonlijk letsel te voorkomen.
3
Fijn dat U voor de nieuwe WESLO
®
PURSUIT 250 FM
f
iets heeft gekozen. Fietsen is een van de meest
doeltreffende oefeningen om uw cardiovasculaire con-
ditie te verbeteren, uw weerstand te verhogen, en uw
lichaam een goede houding te geven. De PURSUIT
250 FM fiets biedt een reeks indrukwekkende elemen-
ten die in belangrijke mate bijdragen aan het uitvoe-
ren van een gezonde oefening binnen de sfeer en pri-
vacy van uw eigen huis.
Lees voor uw eigen welzijn deze handleiding zorg-
vuldig door voordat u de fiets gebruikt. Mocht u
nog vragen hebben, neem dan contact op met de
w
inkel waar u dit produkt hebt gekocht. Om u beter
van dienst te kunnen zijn, zorg ervoor dat u het
model- en serienummer bij de hand hebt voordat u
belt. Het modelnummer van de fiets is WLE-
VEX2715.0. Het serienummer bevindt zich op een sti-
cker op de fiets (zie kaft van deze handleiding).
Voordat uw verder gaat met lezen, bekijk a.u.b. de
volgende tekening aandachtig om bekend te raken
met de verschillende onderdelen.
Houder voor de Waterfles*
* Fles niet inbegrepen
Weerstandscontrole
ACHTERKANT
VOORKANT
Zadel
Bijstelknop
Pedaal/Beugel
Bedieningspaneel
Armhendels
Polssensor
Stelpoot
RECHTERKANT
VOORDAT U BEGINT
Prt # 210714
DU
A
Wiel
4
3/8” Nylon
Borgmoer (33)–4
M8 Nylon
Borgmoer (10)–3
M8 Platte
Tussenring (51)–3
M4 x 12mm
Schroef (49)–4
3/8” x 78mm Slotbout (30)–4
M8 Borgring (20)–6
M8 Gebogene
Tussenring (39)–6
M8 x 15mm
Schroef (41)–6
1. Maak terwijl de tweede persoon de voorkant van het
Onderstel (1), wat optilt de Voorste Stabilisator (2) aan
het Onderstel vast met twee 3/8” x 78mm Slotbouten
(30) en twee 3/8" Nylon Borgmoeren (33) vast. Zorg
ervoor dat de Voorste Stabilisator zodanig
gedraaid wordt dat de Wielen (23) de grond niet
raken.
2
23
23
33
30
1
1
2. Maak, terwijl de tweede persoon de achterkant van het
Onderstel (1) wat optilt, de Achterste Stabilisator (6)
met twee 3/8" x 78mm Slotbouten (30) en twee 3/8"
Nylon Borgmoeren (33) vast.
30
6
1
2
33
33
MONTAGE
De montage moet door twee mensen gebeuren. Plaats de onderdelen van de fiets op een open plek en ver-
w
ijder de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de fiets volledig gemonteerd heeft.
U zult de meegeleverde Inbussleutel en uw eigen kruiskop schroevendraaier en engelse
sleutels nodig hebben , en een knijptang nodig hebben.
Gebruik de tekeningen hieronder tijdens de montage van om de kleine onderdelen te herkennen. Het getal tussen
haakjes onder iedere tekening is het nummer van het onderdeel van LIJST MET ONDERDELEN op pagina 14.
Het tweede getal geeft het aantal te monteren onderdelen aan.
Opmerking: Sommige kleine onderdelen zijn al
gemonteerd om de verzending te vergemakkelijken. Wanneer u een onderdeel niet in de zak met onderde-
len kunt vinden, bekijk dan het apparaat om te zien of het al gemonteerd is.
5
3
43
19
45
20
39
20
39
39
20
41
41
41
1
13
36
3. Sluit, terwijl de tweede persoon de Staander (13) in de
getoonde positie vasthoudt, de Bovenste Draad (36) op
d
e Snelheids Sensor-Draad (43) aan. Snij en verwijder
de verbinding die de Snelheid Sensor op het Onderstel
(
1) vasthoudt. Sluit vervolgens de Weerstandskabel (19)
op de volgende manier op de Onderste Kabel (45) aan:
Zie inzet-tekening A. Trek aan de metalen houder (A)
van de Onderste Kabel (45) en steek het uiteinde
van de Weerstandskabel (19) in de draadclip aan de
binnenkant van de metalen houder.
Zie inzet-tekening B. Trek
hard aan de Weerstands-
kabel (19) en schuif de kabel in de metalen houder
(A) van de Onderste Kabel (45) zoals getoond.
Zie inzet-tekening C. Knijp de uitstekende punten
aan de bovenkant van de metalen houder (A) samen
met een tang.
Trek voorzichtig het uitstekende deel van de Bovenste
Draad (36) uit de bovenkant van de Staander (13) en
duw het uitstekende deel van de Kabel (19, 45) in het
Onderstel (1) en steek de Staander in het Onderstel.
Zorg ervoor dat de Draden en Kabels niet bekneld
raken. Maak dan de Staander vast met drie M8 x
15mm Schroeven (41), drie M8 Borgringen (20) en
drie M8 Gebogen Tussenringen (39).
Pas op dat wan-
n
eer U de
Staander insteekt
de draden en
kabels niet
b
ekneld raken.
4
4. Steek de Bovenste Draad (36) door de plaat van de
Armhendel (15) en steek de Armhendel in de Staander
(13). Zorg ervoor dat de Bovenste Draad niet
bekneld raakt. Maak dan de Armhendel vast met drie
M8 x 15mm Schroeven (41), drie M8 Borgringen (20)
en drie M8 Gebogen Tussenringen (39).
13
15
36
20
20
39
39
20
41
41
41
Zorg ervoor
dat de boven-
ste draad niet
bekneld raakt.
Verbinding
A
B
C
45
19
19
A
A
A
45
6
7
6. Verbindt terwijl de tweede persoon het Bedieningspa-
nee (16) bij de Staander (13). Verbind de twee draden
van het bedieningspaneel met de Bovenste Draad (36)
en de Hartslagsensordraad (56).
Steek de draden van het bedieningspaneel, de
Bovenste Draad (36) en de Hartslagsensordraad (56)
naar beneden in de Staander (13).
Maak het Staander (13) van het Bedieningspaneel (16)
vast met vier M4 x 12mm Schroeven (49).
Zorg
ervoor dat de draden niet bekneld raken.
16
6
Zorg ervoor
dat de draden
niet bekneld
raken.
13
49
56
36
Draad
van het
Bediening
-spaneel
5
5. Voor het Bedieningspaneel (16) heeft U drie 1,5V bat-
terijen nodig. Wij bevelen alkaliën batterijen aan. Steek
d
rie batterijen in. Z
org ervoor dat de batterijen wor-
den geplaatst zoals aangegeven in het diagram
a
an de binnenkant van de Bedieningspaneel.
16
Batterijen
7. Maak het Zadel (12) op de Buis van het Zadel (5) met
drie M8 Nylon Borgmoeren (10) en drie M8 Platte
T
ussenringen (51) vast. Opmerking: De Nylon
Borgmoeren en de Platte Tussenringen kunnen al
onder het Zadel gemonteerd zijn.
51
12
51
10
10
5
7
10. Zorg ervoor dat alle onderdelen van de fiets goed vastgedraaid worden. Opmerking: Het kan zijn dat
sommige onderdelen na montage overblijven. Leg een matje onder de fiets om uw vloer (bedekking) niet te
beschadigen.
9. Zoek naar het Linker Pedaal (24), die van een "L" is
voorzien. Draai met gebruik van een engelse sleutel
het Linker Pedaal
tegen de klok in goed
vast in de lin-
ker Crankarm (35). Draai het Rechter Pedaal (niet
getoond)
met de klok mee goed
vast in de rechter
Crankarm.
Belangrijk: Draai beide Pedalen zo goed
mogelijk vast. Draai de Pedalen nadat u de fiets
een week lang heeft gebruikt nogmaals goed vast.
Voor een optimaal gebruik moeten de Pedalen
goed vastgedraaid blijven.
Stel de Linker Pedaal Beugel (25) op de gewenste
stand en steek het einde van de Linker Pedaal
Beugel in het lusje in het Linker Pedaal (24). Stel de
Rechter Pedaal Beugel (niet getoond) op dezelfde
manier in.
9
8. Draai de aangegeven Bijstelknop (9) tegen de klok in
los. Steek de Buis van het Zadel (5) in het Onderstel (1),
e
n Stel een van de bijstelgaten in de Buis van het Zadel
gelijk met het aangegeven gat van het Onderstel. Steek
d
e Bijstelknop door het Onderstel en door de Buis van
het Zadel en draai de Knop met de klok mee vast. Zorg
ervoor dat de Bijstelknop door een van de bijstelga-
ten van de Buis van het Zadel wordt gestoken.
1
5
Gat
Bijstelgaten
9
8
24
35
25
Lusje
8
HOE DE FIETS TE GEBRUIKEN
HOE DE BUIS VAN HET ZADEL BIJ TE STELLEN
Voor een effectieve
o
efening moet het
zadel op de juiste
h
oogte staan.
Wanneer de peda-
len in de laagste
stand staan moeten
uw kniëen tijdens
het fietsen wat
gebogen zijn. Draai
eerst om de hoogte
van het zadel bij te
stellen de aangege-
ven knop tegen de
klok in los. Til vervolgens de buis wat op of schuif de
buis wat naar beneden en stel een van de bijstelgaten
in de buis van het zadel gelijk met het aangegeven gat
in het onderstel. Steek de knop door het aangegeven
gat van het onderstel en door de buis van het zadel en
draai de knop met de klok mee vast.
Zorg ervoor dat
de knop door een van de bijstelgaten van de buis
van het zadel wordt gestoken.
HOE DE FIETS NIVELLEREN
Als de fiets licht
schommelt tijdens uw
oefeningen, draai
dan aan de stelpoot
onder de achterste
stabilisator totdat de
fiets niet meer
schommelt.
HOE DE HOE DE PEDAAL BEUGEL BIJ TE STEL-
L
EN
O
m de pedaal beu-
gels bij te stellen moet
u
eerst de uiteinden
van de beugels uit de
flajes op de pedalen
trekken. Stel de ges-
pen op de gewenste
stand en steek de ein-
den van de beugels
weer in de lusjes.
HOE DE WEERSTAND VAN DE PEDALEN BIJ TE
STELLEN
Om de weerstand
van de pedalen te
verhogen moet u de
Weerstandscontrole
met de klok mee
draaien. Om de
weerstand te verla-
gen moet u de con-
trole tegen de klok
in draaien.
Belangrijk: Stop
met het vastdraai-
en van de knop
wanneer U voelt
dat het moeilijker
wordt om deze te draaien of wanneer U de controle
zou kunnen beschadigen.
Beugel
Lusje
Buis van
het Zadel
Knop
Gat
Zadel
Weerstands
-controle
Stelpoot
9
KENMERKEN VAN HET BEDIENINGSPANEEL
H
et handige bedieningspaneel geeft onmiddellijke
informatie over uw oefeningen tijdens uw oefenses-
siesen en laat u uw favoriete FM radiozender genie-
ten.
Het bedieningspaneel biedt zeven weergaven met
informatie over uw oefening an.
Snelheid [SPEED]—Deze weergave toont uw snel-
heid in kilometer per uur of mijl per uur.
Tijd [TIME]—Deze weergave toont de verlopen tijd.
Opmerking: Als u enkele seconden stopt met uw
oefening, dan zal de tijdmeting ook worden onder-
broken.
Afstand [DISTANCE]—Deze weergave toont de
afstand die u hebt afgelegd, in kilometer of mijl.
Calorieën [CALORIES]—Deze weergave toont het
aantal verbrande calorieën.
Vetcalorieën [FAT CALS]—Deze weergave toont het
aantal verbruikte vetcalorieën (zie VETVERBRAN-
DING op bladzijde 12).
Hartslag [♥]—Deze weergave toont uw hartslag als
u de hartslagsensor gebruikt.
Scan—Deze weergave toont de snelheid, tijd,
afstand, calorieën, vetcalorieën en hartslag herhaal-
delijk enkele seconden. Opmerking: De hartslag
wordt alleen getoond als de hartslagsensor wordt
gebruikt.
HOE HET BEDIENINGSPANEEL TE GEBRUIKEN
Z
org ervoor dat er batterijen in het bedieningspaneel
zijn (zie BATTERIJEN VERVANGEN op bladzijde 11).
A
ls er een doorzichtig plastic velletje op het bediening-
spaneel ligt, moet u dat verwijderen. Volg de onder-
staande stappen om het bedieningspaneel te gebruiken.
1. Om het bedieningspaneel aan te zetten.
Om het bedieningspaneel aan te zetten, druk op
de ON/RESET-toets of begin met uw oefening. De
display zal kort oplichten. U kunt het bedieningspa-
neel beginnen te gebruiken.
2. Kies een van de weergaven:
Scan-weergave
Als het toestel
wordt ingescha-
keld, dan zal deze
weergave automa-
tisch worden
geselecteerd. Er
zal een indicator
verschijnen onder
het woord
SCAN
.
Deze indicator
geeft aan dat de scan-weergave is geselecteerd
en een tweede indicator zal aangeven welke dis-
play momenteel wordt weergegeven. Opmerking:
Als u een andere weergave hebt geselecteerd,
druk dan herhaaldelijk op de Weergave-toets
[MODE] opnieuw de scan-weergave te selecteren.
Weergave van
snelheid, tijd,
afstand, calo-
rieën of vetcalo-
rieën
—Om een
van deze weerga-
ven te selecteren,
druk herhaaldelijk
op de W
eergave-
toets. De weergave-indicatoren zullen aangeven
welke display u hebt gekozen. Zorg ervoor dat er
geen indicator onder het woord SCAN staat.
Om de display te resetten, druk op de ON/RESET-
toets.
Opmerking: Het bedieningspaneel kan de
afstand in kilometer of mijl weergeven. Om de
meeteenheid te veranderen, druk ongeveer zes
seconden op de ON/RESET. De letters km/h of
mph zullen op de display verschijnen om de gese
-
lecteerde meeteenheid aan te geven. Als de batte-
rijen worden vervangen, kan het nodig zijn om
opnieuw de gewenste meeteenheid te selecteren.
Mode Indicators
10
3. Uw hartslag meten als u dat wilt.
H
et kan zijn dat
er plastic velle-
t
jes op de meta-
len contactpun-
ten van de
handvaten zit-
ten. Haal deze
van de handva-
ten af.
Om uw
hartslag te
meten, houd uw handen op de hartslagsensoren.
Uw handpalmen moeten op de metalen contact-
punten rusten.
Zorg ervoor dat u uw handen niet
beweegt en houd de contactpunten ook niet te
strak vast.
Als uw hartslag
wordt gedetec-
teerd, zal een
hartsymbool aan
de rechterkant
van de display
beginnen te knip-
peren naargelang
van uw hartslag.
Eerst worden twee hartslagen getoond en daarna
uw hartslagfrequentie. Voor de beste hartslagme-
ting moet u de hartslagsensoren tenminste 15
seconden vasthouden. Opmerking: Als u de hand-
sensoren blijft vasthouden, dan zal de display uw
hartslag tot 30 seconden weergeven. Daarna zal
de display uw hartslag samen met de andere
metingen weergeven.
Als uw hartslag niet wordt weergegeven, zorg
ervoor dat u uw handen op de juiste manier hebt
geplaatst zoals beschreven. Zorg ervoor dat u uw
handen niet te veel beweegt en houd de metalen
contactpunten ook niet te strak vast. Voor de beste
werking maak de metalen contactpunten schoon
met een zacht doek;
gebruik nooit alcohol, schu
-
rende of chemische middelen.
4. Luister naar de FM radio als u dat wilt.
Als de FM radio nog niet ingeschakeld is, draai
dan de knop aan de onderkant van het bediening-
spaneel met de klok mee.
Om een radiozender te kiezen, druk op de pijltje-
stoetsen naast de luidspreker; houd de pijltjestoet-
sen ingedrukt om te scannen naar de beschikbare
radiozenders. Opmerking: Om de ontvangst te ver
-
beteren, verplaats de fiets.
Om het radiovolume bij te stellen, moet u aan de
knop aan de onderkant van het bedieningspaneel
draaien.
Om de radio uit te schakelen, moet u aan de knop
aan de onderkant van het bedieningspaneel draai-
en totdat u een klik hoort.
5. Om het bedieningspaneel uit te schakkelen.
Om het bedieningspaneel uit te schakkelen, moet
u alleen enkele minuten wachten. Het bediening-
spaneel zal automatisch uitschakelen. Als u de
pedalen niet beweegt of de toetsen van het bedie-
ningspaneel gedurende enkele minuten niet wor-
den gebruikt, dan zal het bedieningspaneel auto-
matisch worden uitgeschakeld om de batterijen te
sparen. Opmerking: Als de radio aan staat als het
bedieningspaneel wordt uitgeschakeld, dan zal de
radio ook automatisch worden uitgeschakeld.
WAARSCHUWING: De
polssensor is geen medisch instrument.
V
erschillende factoren, met inbegrip van
de bewegingen van de gebruiker, kunnen
de nauwkeurigheid van de metingen beïn-
v
loeden. De polssensor is alleen als hulp-
middel bedoeld voor algemene hartslag-
meting.
M
etal
Contacten
11
Bekijk de onderdelen van de fiets regelmatig en draai
ze goed vast. Vervang versleten onderdelen meteen.
Gebruik een zachte doek en een niet agressief schoon-
m
aakmiddel om de fiets schoon te maken.
B
elangrijk:
Houdt vloeistoffen weg bij het bedieningspaneel.
Houdt het bedieningspaneel uit direct zonlicht.
BATTERIJEN VERVANGEN
Wanneer het bedieningspaneel niet goed meer oplicht
moeten de batterijen vervangen worden. De meeste
problemen ontstaan door lege batterijen. Raadpleeg
stap 6 op pagina 6 om de batterijen te vervangen en
maak het bedieningspaneel van de staander los.
Raadpleeg vervolgens stap 5 en plaats drie batterijen
in het bedieningspaneel. Maak het bedieningspaneel
weer aan de staander vast terwijl U ervoor zorgt dat
de draden niet bekneld raken.
HOE DE SNELHEID SENSOR BIJ TE STELLEN
Wanneer het bedieningspaneel gegevens niet goed
aangeeft moet u de snelheid sensor bijstellen. Maak het
linker zijschild los om de snelheidssensor bij te stellen.
Draai aan de Crankarm (35) in de getoonde positie
vasthoudt. Draai met gebruik van een engelse sleutel
het Linker Pedaal (24) tegen de klok in los. Draai ver-
volgens de vijf M5 x 25mm Schroeven (52) en de M5
x 20mm Schroef (42) van het Linker Zijschild (17) los.
Verwijder voorzichtig het Linker Zijschild.
Zoek vervolgens naar de Snelheid Sensor (43). Draai
aan de Crankarm (35) totdat de Magneet (38) op gelij-
ke hoogte komt met de Snelheid Sensor. Draai de M5
x 15mm Schroef (46) wat los. Schuif de Snelheid
Sensor wat dichter naar of verder van de Magneet.
Maak de Schroef weer vast. Draai even aan de
Crankarm. Herhaal deze procedure totdat het bedie-
ningspaneel weer goede informatie aangeeft.
Wanneer de Snelheid Sensor goed is bijgesteld maak
dan de linker zijschild, de kap van het zijschild en het
linker pedaal weer vast.
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
52
42
17
35
38
43
46
52
24
35
12
De volgende richtlijnen zullen u helpen bij het plannen
van uw oefenprogramma. Vergeet niet dat een goede
voeding en voldoende rust essentieel zijn voor opti-
male resultaten.
INTENSITEIT VAN UW OEFENING
Als uw doel is om vet te verbranden of uw cardiovas-
culair systeem te verbeteren dan is de juiste intensi-
teithet middel. U kunt het juiste intensiteitniveau bepa-
len door uw hartslag als leidraad te gebruiken. Het
diagram hieronder geeft de aanbevolen hartslag aan
voor vetverbranding, voor maximale vetverbranding
en voor een cardiovasculaire (aerobic) oefening.
Om de juiste hartslag te berekenen moet u eerst
onderaan de diagram uw leeftijd opzoeken (leeftijden
zijn per 10 jaar afgerond). Zoek vervolgens de drie
getallen boven uw leeftijd. Deze drie getallen geven
uw trainingszone aan. Het laagste getal is de aanbe-
volen hartslag voor vetverbranding. Het middelste
getal is de aanbevolen hartslag voor maximale vetver-
branding. Het hoogste getal is voor aerobic oefenin
-
gen aanbevolen.
V
etverbranden
Om ef
fectief vet te verbranden moet U gedurende lan
-
gere tijd op een relatieve lage intensiteit oefenen.
Tijdens de eerste minuten van uw oefening gebruikt
uw lichaam makkelijk bereikbare
koolhydraten
. Pas
na de eerste paar minuten begint uw lichaam
vet
als
energie te verbruiken. Stel de intensiteit van uw oefe-
n
ing bij totdat uw hartslag rond een van de twee laag-
ste getallen van uw trainingszone ligt als u vet wilt
verbranden.
Aerobicoefening
Als uw doel is uw cardiovasculair systeem te verbete-
ren dan moet uw oefening “aerobic” zijn. Een aerobic
oefening vereist gedurende langere periodes een
grote hoeveelheid zuurstof. Dit vraagt van het hart
een verhoogde pompbeweging naar de spieren en
van de longen een grotere zuurstofvoorziening van
het bloed. Pas voor een aerobic oefening uw pro-
gramma zodanig aan dat uw hartslag zo dicht moge-
lijk het hoogste getal van uw trainingszone benadert.
RICHTLIJNEN VOOR UW OEFENING
Iedere oefening moet uit de volgende drie onderdelen
bestaan:
Opwarming—Begin iedere oefening met een
opwarmfase van 5 à 10 minuten door spieren te strek-
ken en wat lichte oefeningen te doen. Een juiste
opwarmoefening verhoogt uw lichaamstemperatuur,
uw hartslag en bevordert uw bloedsomloop als voor-
bereiding op uw oefening.
Oefening in uw trainingszone—Verhoog de intensi-
teit van uw oefening na het opwarmen zodat uw hart-
slag binnen uw trainingszone valt. Houdt dit 20 à 60
minuten vol. (Beperk tijdens de eerste paar weken
van uw oefenprogramma uw oefening tot 20 minuten.)
Afkoeling—Beëindig uw oefening weer met 5 à 10
minuten strekoefeningen. Dit zal de soepelheid van
uw spieren bevorderen en problemen helpen voorko-
men na de oefening.
OEFENFREQUENTIE
Om uw conditie te consolideren of te verbeteren moet
U 3 keer per week oefenen met minstens één dag
rust tussen de oefendagen. Na een paar maanden
kunt U als U dat wilt 5 keer per week oefenen. Om
succes te hebben is het belangrijk om plezierig en
regelmatig te oefenen.
WAARSCHUWING:
Raadpleeg uw huisarts voor u met dit of enig
ander oefenprogramma begint. Dit is bijzon-
der belangrijk voor mensen ouder dan 35 of
mensen met gezondheidsproblemen. Lees
alle instructies door voor gebruik.
De polssensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren kunnen de nauwkeu-
righeid van de metingen beïnvloeden. De
polssensor is alleen als hulpmiddel bedoeld
voor algemene hartslagmeting.
RICHTLIJNEN VOOR DE CONDITIE
13
VOORGESTELDE STREKOEFENINGEN
D
e juiste houding voor de strekoefeningen is hier rechts getoond.
Strek U langzaam, vermijdt krachtige inspanning.
1. Tenen aanraken
Sta met uw knieën lichtjes gebogen en buig uw lichaam vanuit uw
heupen naar voren. Ontspan uw rug en schouders zo veel moge-
lijk en reik zover mogelijk naar uw tenen toe. Houdt deze houding
15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: knie-
pees, achterkant van knieen en rug.
2. Kniepees strekken
Zit met één been gestrekt. Trek uw andere voet naar U toe en leg
deze tegen de binnenkant van het gestrekte been. Reik zover
mogelijk naar uw tenen. Houdt deze houding 15 seconden vol en
ontspan. Herhaal dit 3 keer. Spieren: kniepees,onderrug en lies.
3. Kuit/Achillespees strekken
Leun met het ene been voor het andere, naar voren en plaats uw
handen tegen de muur. Houdt uw achterste been gestrekt en uw
achterste voet plat op de grond. Buig uw voorste been, leun naar
voren en duw uw heupen naar de muur toe. Houdt deze houding
15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit 3 keer voor ieder been.
Om uw achillespees verder te strekken, buig ook uw achterste
been. Spieren: kuiten, achillespees en enkels.
4. Dijspier strekken
Pak met één hand tegen de muur voor evenwicht, uw voet met uw
andere hand vast. Breng uw voet zo ver mogelijk tegen uw zitvalk
aan. Houdt deze houding 15 seconden vol en ontspan. Herhaal dit
3 keer voor ieder been. Spieren: dijspier en heupspieren.
5. Binnendij strekken
Zit met de voetzolen tegen elkaar en knieën naar buiten gebogen.
Haal uw voeten zover mogelijk naar uw lies toe. Herhaal dit 3
keer. Spieren: dijspier en heupspieren.
1
2
3
4
5
14
1 1 Onderstel
2 1 Voorste Stabilisator
3 1 Veer
4 2 Voorste Stabilisator Kapje
5 1 Buis van het Zadel
6 1 Achterste Stabilisator
7 2 Armhendel Beschermkapje
8 2 Schuimrubber Handvat
9 1 Bijstelknop
10 6 M8 Nylon Borgmoer
11 2 M8 x 38mm Bout
12 1 Zadel
13 1 Staander
14
2 Kap van het Onderstel
15 1 Armhendel
16 1 Bedieningspaneel
17 1 Linker Zijschild
18 1 Rechter Zijschild
19 1 Weerstandscontrole/-Kabel
20 6 M8 Borgring
21 1 Katrol
22 1 Snelheidssensorklip
23 2 Wiel
24 1 Linker Pedaal
25 1 Linker Pedaal Beugel
26 1 Rechter Pedaal
27 2 Stelpoot
28 4 3/8” Borgmoer
29 2 "U" Houder
30 4 3/8” x 78mm Slotbout
31 2 Oogbout
32 2 M6 Nylon Borgmoer
33 4 3/8” Nylon Borgmoer
34 1 M8 x 20mm Bout met Ronde Kop
35 1 Crankarm
36 1 Bovenste Draad
37 1 Vliegwiel
38 1 Magneet
39 6 M8 Gebogen Tussenring
40 1 Montage van de Spanrol
41 6 M8 x 15mm Schroef
42 2 M5 x 20mm Schroef
43 1 Snelheid Sensor/Draad
44
1 Crankpakking
45 1 Onderste Kabel
46 1 M5 x 15mm Schroef
47 1 Platte Tussenring
48 1 Drive Belt
49 4 M4 x 12mm Schroef
50 1 Rechter Pedaal Beugel
51 3 M8 Platte Tussenring
52 6 M5 x 25mm Schroef
53 2 Achterste Stabilisator Kapje
54 2 Hartslagsensor
55 2 Hartslagsensor Schroef
56 1 Hartslagsensordraad
57 1 Grond Schroef
# 1 Gebruiksaanwijzing
# 2 Inbussleutel
Opmerking: # betekent onderdeel niet getoond. Specificaties kunnen zonder opgave van redenen gewijzigd zijn.
Kijk op de achterkant van deze gebruiksaanwijzing voor informatie over te bestellen onderdelen.
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. WLEVEX2715.0 R1005A
N
r. Aantal Beschrijving Nr. Aantal Beschrijving
15
1
2
53
53
4
4
5
14
7
8
9
10
1011
11
12
13
14
15
16
17
18
21
22
25
24
26
50
10
10
36
38
28
43
44
6
45
48
19
23
23
30
30
33
33
33
33
49
52
51
51
52
52
42
42
46
28
10
41
20
41
41
20
41
20
20
41
41
39
39
39
39
39
31
32
29
44
40
3
35
31
32
37
29
28
28
34
47
54
55
55
54
56
27
27
57
GEDETAILLEERDE TEKENING—Modelnr.
WLEVEX2715.0 R1005A
Onderdeel Nr. 230290 R1005A Gedrukt in China © 2005 ICON IP, Inc.
WESLO is een merk van ICON IP, Inc.
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Om vervang onderdelen voor uw loopband te bestellen, neem dan a.u.b. contact op met de winkel waar u dit
a
pparaat hebt gekocht.
Zorg ervoor dat u de volgende informatie bij de hand hebt wanneer u onderdelen wilt bestellen:
het MODELNUMMER van het product (WLEVEX2715.0)
de NAAM van het product (WESLO
®
PURSUIT 250 FM fiets)
het SERIENUMMER van het produkt (zie de kaft van de handleiding)
het NUMMER VAN HET ONDERDEEL en de BESCHRIJVING (zie pagina 14)
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16

Weslo WLEVEX2715.0 de handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor