12
NL
Lees de bedieningshandleiding en de bijgevoegde brochure ‚Garantie- en aanvullende
aanwijzingen‘ volledig door. Volg de daarin beschreven aanwijzingen op. Bewaar deze
documentatie en geef ze door als u het apparaat doorgeeft.
!
Functie / toepassing
– Lokaliseert telefoondraden, netwerkkabels, draden en kabels in elektrische systemen
– Controleert de netwerkbedrading (toewijzing van de afzonderlijke geleiders)
– Geïntegreerde doorgangstester
– Omvangrijke set toebehoren voor de controle van de meest gangbare steekverbindingen
(RJ11, RJ45, BNC, tv-coax, F-adapter)
– Universele testklem voor de aansluiting op willekeurige geleiders
– Hard signaalgeluid voor de eenvoudige identicatie van de geselecteerde kabels
– Zeer felle, witte led-zaklampfunctie
Algemene veiligheidsaanwijzingen
– Gebruik het apparaat uitsluitend doelmatig binnen de aangegeven speccaties.
– De meetapparaten en het toebehoren zijn geen kinderspeelgoed. Buiten het bereik van kinderen bewaren.
– De bouwwijze van het apparaat mag niet worden veranderd!
– Stel het apparaat niet bloot aan mechanische belasting, extreme temperaturen, vocht of sterke trillingen.
– Gebruik het apparaat niet in omgevingen met explosieve gassen of stoom.
– Vóór het openen van het batterijvakdeksel dient de verbinding van het apparaat naar alle meetkringen
te worden onderbroken.
– Het apparaat is niet geschikt voor de meting onder spanning. Controleer daarom altijd of de meetkring
spanningsvrij is. De spanningsvrijheid moet door middel van geschikte maatregelen gewaarborgd zijn.
– Let op dat alle hoogspanningscondensators ontladen zijn.
– De zender leidt de meetspanning in de te controleren leidingen. Gevoelige elektronica (bijv. netwerk-
kaarten) kunnen daardoor beïnvloed worden of beschadigd raken. Waarborg daarom vóór de meting
dat de te controleren leidingen niet zijn aangesloten op gevoelige elektronica.
– Gebruik uitsluitend de originele meetadapters.
Veiligheidsaanwijzingen
Omgang met kunstmatige, optische straling OStrV (verordening inzake kunstmatige optische straling)
Veiligheidsaanwijzingen
Omgang met elektromagnetische straling
– Het apparaat werkt met leds uit de risicogroep RG0 (vrij van gevaar)
overeenkomstig de geldende normen voor fotobiologische veiligheid (EN
62471:2008-09vv / IEC/TR 62471:2006-07vv) in de telkens actuele lezing.
– Stralingsvermogen: peak-golengte is 456 nm.
– De toegankelijke straling van de leds is bij doelmatig gebruik en onder
redelijkerwijs te voorziene voorwaarden ongevaarlijk voor het menselijk
oog en de menselijke huid.
– Het meettoestel voldoet aan de voorschriften en grenswaarden voor de elektromagnetische
compatibiliteit volgens de EMC-richtlijn 2014/30/EU.
– Plaatselijke gebruiksbeperkingen, bijv. in ziekenhuizen, in vliegtuigen, op pompstations of in
de buurt van personen met een pacemaker, moeten in acht worden genomen. Een gevaarlijk
effect op of storing van elektronische apparaten is mogelijk.
Uittree-opening led