8
nl
Surestream
TM
EtCO
2
-monsterafname
Smart SureLine Guardian
TM
Bedoeld gebruik
De Smart SureLine Guardian™-set is bedoeld voor de afname van
orale en nasale CO
2
-monsters en voor de toediening van extra zuurstof
via de neus en mond, voor patiënten die een bijtblok van 60 Fr. kunnen
gebruiken, tijdens endoscopieprocedures aan de bovenste luchtwegen.
De set is uitsluitend bedoeld voor gebruik voor één patiënt.
Inhoud:
25 Smart SureLine Guardian™-sets met:
• 1 Smart SureLine Guardian™ -bijtblok
• 1 Surestream
TM
-monsterlijn voor ademhaling via mond/neus met
toediening van O
2
Opmerking: Er is een band met klittenband (PN 012542) beschikbaar
voor gebruik in plaats van de rubberen band om de Guardian™ op de
patiënt te bevestigen. Raadpleeg de bijlage voor de gebruiksaanwijzing.
Gebruiksaanwijzingen
Zie de onderstaande afbeeldingen voor gebruiksaanwijzingen.
Opmerking:
• Sluit de monsterlijn op de monitor aan door de monsterlijnconnector
met de klok mee op de CO
2
-poort op de monitor aan te brengen en
de connector te draaien tot deze niet verder gedraaid kan worden, om
ervoor te zorgen dat deze stevig op de monitor bevestigd is. Hierdoor
kan er geen gaslek optreden tijdens de meting bij het aansluitpunt en
wordt de meetnauwkeurigheid niet beïnvloed.
• Bevestig de orale/nasale monsterlijn op de patiënt. Zorg ervoor dat
het niet-bevestigde uiteinde van de O
2
-connector aan de rechterkant
van de monsterlijn naar beneden gericht is (zie afbeelding 1). Pas
de lengte van het mondstuk (A in afbeelding 3) aan tot het volledig
uitgestrekt is (afbeelding 1).
• Plaats het Smart SureLine Guardian™-bijtblok bij de patiënt nadat
de orale/nasale monsterlijn geplaatst is. Controleer of de band goed
vast zit en dat deze tijdens de ingreep onder de O
2
- en CO
2
-lijnen
blijft. Als beide onderdelen geplaatst zijn, past u de lengte van het
mondstuk van de monsterlijn aan zodat het mondstuk in het kanaal
van het Smart SureLine Guardian™-bijtblok (B in afbeelding 4) rust
en zichtbaar is in het venster. (Dit is voor gebruik bij verschillende
afmetingen van de gezichten van patiënten.) Het kan noodzakelijk
zijn het mondstuk te verplaatsen om ervoor te zorgen dat het tijdens
de procedure in het kanaal blijft.
• De orale/nasale monsterlijn bevat een O
2
-luerconnector. Bevestig
deze connector zoals vereist op het Smart SureLine Guardian™-
bijtblok (zie afbeelding 5). Indien de monsterlijn en het Smart
SureLine Guardian™-bijtblok niet via de O
2
-luerconnector bevestigd
zijn, wordt 100% van de O
2
-stroom toegediend via de neus van de
patiënt. Indien de monsterlijn en het Smart SureLine Guardian™-
bijtblok op de O
2
-luerconnector bevestigd zijn (zoals aanbevolen),
wordt O
2
gelijktijdig toegediend via de neus en de mond van de
patiënt. Hierbij wordt 80% van de O
2
-stroom toegediend via de
mond van de patiënt en wordt 20% verdeeld via de O
2
-openingen
onder de neusgaten van de patiënt.
• Nadat het Smart SureLine Guardian™-bijtblok aan het einde van de
procedure van de patiënt is verwijderd, kunnen de CO
2
-meting en
O
2
-toediening tijdens het herstel worden voortgezet met alleen de
monsterlijn. De O
2
-toediening moet <5 l/min zijn bij toepassing via
alleen de nasale canule.