Scholtes CI 96I I de handleiding

Type
de handleiding
NL
FORNUIS EN OVEN
CI 96 I W
CI 96 I I
CI 96 I A
Gebruiksaanwijzing
Nederlands, 1
NL
Deutsch, 21
DE
Inhoud
Installatie, 2-3
Plaatsen en waterpas zetten
Elektrische aansluiting
Tabel eigenschappen
Beschrijving van het apparaat, 4-5
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
Display
Bedieningspaneel kookplaat
Starten en gebruik, 6-7
De klok instellen
De timer instellen
Gebruik van de oven
Handmatige kookprogrammas
Automatische kookprogrammas
De bereiding programmeren
Kooktabel oven
Starten en gebruik, 11-15
Inschakelen kookplaat
Inschakelen kookzones
Boosterfunctie
Uitschakelen kookzones
Programmering kookduur
De timer
Blokkering van het bedieningspaneel
Uitschakelen kookplaat
Demo modus
Praktische tips voor het gebruik van het apparaat
Veiligheidsmechanismen
Technische beschrijving van de modellen
Praktische kooktips
Voorzorgsmaatregelen en advies, 16-17
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Energiebesparing en milieubehoud
Onderhoud en verzorging, 18-19
De elektrische stroom afsluiten
Reinigen van het apparaat
Vervangen van het ovenlampje
Het reinigen van de glaskeramische kookplaat
Automatische reiniging PYROLYSE
Service, 20
2
NL
Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor
eventuele raadpleging in de toekomst. In het geval u
het apparaat verkoopt, weggeeft of wanneer u
verhuist, moet het boekje bij het apparaat bewaard
worden.
Lees de instructies aandachtig door: er staat
belangrijke informatie in over installatie, gebruik en
veiligheid.
De installatie van het apparaat moet volgens deze
instructies worden uitgevoerd door een bevoegde
installateur.
Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u
tot onderhoud of regeling van het fornuis overgaat.
Plaatsen en waterpas zetten
Het apparaat kan naast meubels worden geplaatst
die niet hoger zijn dan het werkvlak.
Controleer dat de wand die in contact komt met de
achterzijde van het apparaat van niet ontvlambaar
materiaal is gemaakt en bestand is tegen hoge
temperaturen (T 90°C).
Voor een correcte installatie:
plaats het apparaat in de keuken, in de eetkamer
of in een eenkamerappartement (niet in de
badkamer);
als het kookvlak hoger is dan de meubels, moeten
zij op minstens 600 mm van het apparaat vandaan
worden geplaatst;
als het fornuis onder een keukenkastje wordt
geïnstalleerd, moet de afstand tussen de twee
minstens 420 mm zijn.
Deze afstand moet 700
mm worden als de
keukenkastjes zijn
vervaardigd uit
ontvlambaar materiaal
(zie afbeelding);
hang geen gordijnen
achter het fornuis, of op
minder dan 200 mm
van de zijkanten;
eventuele afzuigkappen moeten volgens de
instructies van hun eigen gebruiksaanwijzing
worden geïnstalleerd.
Waterpas zetten
Indien het nodig is het
apparaat te nivelleren, kunnen
de bijgeleverde stelvoetjes in
de daarvoor geschikte
openingen in de hoeken van
het onderstuk van het fornuis
worden geschroefd (zie
afbeelding).
De poten* moeten aan het
onderstuk van het fornuis
worden vastgeklemd.
Elektrische aansluiting
Monteren voedingskabel
Opening klemmenbord:
Licht de lipjes aan de zijkant van het deksel van
het klemmenbord op met een schroevendraaier;
Trek het deksel van
het klemmenbord open.
Het aansluiten van de kabel:
schroef de schroef van de kabelklem en de
schroeven van de contacten los.
de bruggen zijn door de fabriek voorbestemd voor
aansluiting aan enkelfasig 230V (zie afbeelding).
NL
230V ~
H05RR-F 3x4 CEI-UNEL 35363
1
3
2
4
5
voor het uitvoeren van de elektrische
aansluitingen van de afbeeldingen C en D worden
de twee overbruggingsklemmen die zich in de
doos bevinden gebruikt (afb. B - referentie "P")
Installatie
HOOD
420
Min.
min. 650 mm. with hood
min.
700 mm. without hood
mm.
600
Min. mm.
420
Min. mm.
NL
3
N
L2
L1
L3
P
NL2L1
400V 2N~
H05RR-F 4x4 CEI-UNEL 35363
1
3
2
4
5
NL3L1L2
400V 3N~
H05RR-F 5x2.5 CEI-UNEL 35363
1
3
2
4
5
zet de kabel vast in de speciale kabelklem en
sluit het deksel.
Het aansluiten van de voedingskabel aan het net
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje( zie tabel Technische gegevens).
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het elektrische
net wordt aangesloten, moet u tussen het apparaat en
het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met
een afstand tussen de contacten van minstens 3 mm,
aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend
aan de geldende nationale normen (de aarding mag
niet worden onderbroken door de schakelaar). De
voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij
nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan
de kamertemperatuur.
Vóór het aansluiten moet u controleren dat:
de contactdoos geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
de contactdoos in staat is het maximale
vermogen van het apparaat te dragen, zoals
aangegeven op het typeplaatje;
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje;
de contactdoos en de stekker van het apparaat
overeenkomen. Als dat niet zo is, dient u ofwel de
stekker ofwel de contactdoos te vervangen;
gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers.
Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de
elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te
bereiken zijn.
De kabel mag niet gebogen of samengedrukt
worden.
De kabel moet van tijd tot tijd worden
gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs
worden vervangen.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gesteld wanneer deze normen niet worden
nageleefd.
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
TABEL EIGENSCHAPPEN
Afmetingen Oven
HxBxD
32x43,5x40 cm
Inhoud liter 56
Afmetingen
van de
verwarmingslade
breedte 42 cm
diepte 44 cm
hoogte 8,5 cm
Spanning en
frequentie van de
elektrische
voeding
zie typeplaatje
ENERGY LABEL
Richtlijn 2002/40/EG op het etiket
van elektrische ovens. Norm EN
50304
Energieverbruik convectie
Natuurlijk - verwarmingsfunctie:
Traditioneel
Energieverbruikverklaring Klasse
geforceerde convectie -
verwarmingsfunctie: Braden
EU Richtlijnen: 2006/95/EG van
12.12.06 (Laagspanning) en
daaropvolgende wijzigingen -
2004/108/EG van 15/12/04
(Elektromagnetische
Compatibiliteit) en daaropvolgende
wijzigingen -90/396/EEG van
29/06/90 (Gas) en daaropvolgende
wijzigingen - 93/68/EEG van
22/07/93 en daaropvolgende
wijzigingen - 2002/96/EG.
1275/2008 (Stand-by/Off mode)
4
NL
Beschrijving van het apparaat
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
PROGRAMMAKNOP
Knop
THERMOSTAAT
/
INSTELLEN
TIJDEN
DISPLAY
Toets
INSTELLEN TIJDEN
Toets
PYROLYSE
Display
Symbolen AUTOMATISCHE
PROGRAMMA'S
Symbool PROGRAMMA
LAGE TEMPERATUR
Symbool
EINDE BEREIDING
Symbool
KLOK
Cijfers TEMPERATUREN
en TIJDEN
Symbool
DUUR
Symbool
TIMER
Aanwijzer van de
Voorverwarming
Symbool
STOP
Aanwijzer
DEURBLOKKERING
Bedieningspaneel
Rooster GRILL
Rooster LEKPLAAT
Stelvoetje
GELEIDERS
van de roosters
stand 3
stand 2
stand 1
Stelvoetje
stand 5
stand 4
Keramisch
kookvlak
NL
5
Bedieningspaneel kookplaat
Toets TOENAME VERMOGEN om de kookplaat
aan te zetten en het vermogen ervan te regelen
(zie Starten en gebruik).
Toets AFNAME VERMOGEN om het vermogen te
regelen en de kookplaat uit te zetten (zie Starten
en gebruik).
Controlelampje GESELECTEERD
KOOKGEDEELTE geeft aan dat het betreffende
kookgedeelte geselecteerd is en dat u het kunt
regelen.
Toets SELECTEREN KOOKGEDEELTE om het
gewenste kookgedeelte te selecteren
AanwijzerVERMOGEN: geeft het bereikte
warmteniveau aan.
Toets ON/OFF voor het in- en uitschakelen van het
apparaat.
Controlelampje ON/OFF: geeft aan of het apparaat
in- of uitgeschakeld is.
Toets PROGRAMMERINGSTIMER* om de
programmering van de kookduur te regelen (zie
Starten en gebruik).
Display PROGRAMMERINGSTIMER*: toont de
keuzes betreffende de programmering aan (zie
Starten en gebruik).
Controlelampjes GEPROGRAMMEERD
KOOKGEDEELTE*
: tonen de kookgedeeltes aan
als u een programmering start (zie Starten en
gebruik).
Toets BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL om te
voorkomen dat er ongewilde wijzigingen aan de
regeling van het kookvlak worden uitgevoerd (zie
Starten en gebruik).
Controlelampje BLOKKERING
BEDIENINGSPANEEL: toont dat de blokkering
van het bedieningspaneel heeft plaatsgevonden
(zie Starten en gebruik).
BOOSTER* toets om het extra vermogen - 3000
W - van de kookzone in te schakelen (zie Starten
en gebruik).
BOOSTER* controlelampje, geeft aan dat het
'booster' extra vermogen actief is.
Controlelampje TIMER* geeft aan dat de timer
actief is.
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
Toets
BOOSTER*
Controlelampje
BOOSTER*
Controlelampje
ON/OFF
Controlelampje
BLOKKERING
BEDIENINGSPANEEL
Toets
BLOKKERING
BEDIENINGSPANEEL
Toets
TOENAME VERMOGEN
Controlelampje
GEPROGRAMMEERD KOOKGEDEELTE*
Display
PROGRAMMERINGSTIMER*
Toets
PROGRAMMERINGSTIMER*
Toets
SELECTIE KOOKGEDEELTES
Toets
AFNAME VERMOGEN
Controlelampje
GESELECTEERD KOOKGEDEELTE
Aanwijzers
STROOMSTERKTE en
RESTERENDE WARMTE
Toets
ON/OFF
Controlelampje
TIMER*
b
o o s t e r
b
o o s t e r
b
o o s t e r
b
o o s t e r
6
NL
Starten en gebruik
De klok instellen
U kunt de klok zowel instellen als de oven uit is als
wanneer hij aan is, maar alleen als u geen
uitgestelde bereiding heeft ingesteld.
1. Druk meerdere malen op de
toets totdat het
symbool
en de eerste twee cijfers op het
DISPLAY beginnen te knipperen;
2. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de +
en de - om de uren in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
totdat de andere
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
4. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de minuten in te stellen;
5. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
De timer instellen
Deze functie onderbreekt de bereiding niet en is
onafhankelijk van het gebruik van de oven. Hij dient
er uitsluitend voor een geluidssignaal te laten horen
als de ingestelde minuten zijn verstreken.
1. Druk meerdere malen op de toets
totdat het
symbool
en de drie cijfers op het DISPLAY
beginnen te knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de minuten in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
Nu verschijnt het terugtellen, aan het einde waarvan
u een geluidssignaal zult horen.
Gebruik van de oven
Vóór gebruik is het strikt noodzakelijk het plastic
folie aan de zijkanten van het apparaat te
verwijderen.
Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven
minstens een uur leeg te laten functioneren, op
maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat
u de oven heeft uitgeschakeld, opent u de ovendeur
en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door
het verdampen van de middelen die worden
gebruikt om de oven te beschermen.
1. Selecteer het gewenste kookprogramma door aan
de PROGRAMMAKNOP te draaien.
2. De oven begint voor te verwarmen, de aanwijzers
van de voorverwarming gaan aan.
De temperatuur kan veranderd worden door te
draaien aan de THERMOSTAATKNOP.
3. Als de aanwijzer van de voorverwarming
uitgaat en u een geluidssignaal hoort, is de
voorverwarming compleet: zet de etenswaren in de
oven.
4. Tijdens het koken kunt u nog altijd:
- het kookprogramma veranderen met behulp van de
PROGRAMMAKNOP;
- de temperatuur veranderen met behulp van de
THERMOSTAATKNOP;
- de kookduur programmeren of de tijd van einde
bereiding ( zie kookprogrammas);
- het koken onderbreken door de
PROGRAMMAKNOP weer op stand 0 te zetten.
5. U kunt de kookduur veranderen ( zie
kookprogrammas).
6. Indien de stroom uitvalt en de oventemperatuur
niet te laag is geworden, gaat de oven automatisch
terug naar het punt waar het koken is onderbroken.
De geprogrammeerde functies worden echter niet
onthouden. U dient ze daarom bij het terugkeren van
de stroom opnieuw in te stellen.
Bij de programmas BRADEN en BARBECUE is
geen voorverwarming nodig.
! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u
riskeert hiermee het email te beschadigen.
! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde
roosters.
Ventilator
Om de oven van buiten niet te heet te laten worden,
brengt een verkoelingsventilator een luchtstroom teweeg
die tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar
buiten komt. Aan het begin van het programma
PYROLYSE draait de ventilator op lage snelheid.
Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator draaien
totdat de oven voldoende is afgekoeld.
Ovenverlichting
Als de oven uit is, kan het ovenlicht op ieder willekeurig
moment aan worden gedaan door de ovendeur te openen.
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
NL
7
Handmatige kookprogrammas
Alle programmas hebben een vooringestelde kooktemperatuur.
Deze kan handmatig worden aangepast,en naar wens worden
ingesteld tussen de 40°C en de 250°C. In het programma
DRAAISPIT is de ingestelde temperatuur 270°C.
Functie TRADITIONELE OVEN
Met deze traditionele kookwijze is het beter een enkel rooster te
gebruiken.
Functie MULTILEVEL
Aangezien de warmte in de hele oven constant is, zorgt de lucht
dat de gerechten op gelijkmatige wijze gekookt en gebakken
worden. Het is mogelijkmaximaal twee roosters tegelijk te
gebruiken.
Functie BRADEN
Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte van de grill
gecombineerd met de geforceerde luchtcirculatie in de oven.
Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo vermeden; de
warmte dringt gemakkelijker door naar de binnenkant. Kook met
de ovendeur dicht.
Functie DRAAISPIT
Deze functie is optimaal voor het braden aan het draaispit. Kook
met de ovendeur dicht.
Functie LAGE TEMPERATUUR
Deze kookfunctie is ideaal voor rijzen, ontdooien, het bereiden
van yoghurt, het snel of langzaam opwarmen van gerechten en
het langzaam koken van etenswaren op lage temperatuur. De in
te stellen temperaturen zijn: 40, 65, 90 °C.
Draaispit
Voor het activeren van het
draaispit ( zie afbeelding) gaat u
als volgt te werk:
1. plaats de lekplaat in stand
1;
2. zet de steun van het
draaispit op de 3e stand en
steek de vleespen in de
speciale opening achterin de
oven;
3. activeer het draaispit door
middel van de symbolen
;
Als u de ovendeur opent als het programma is gestart, houdt
het draaispit op met draaien.
Automatische kookprogrammas
 De temperatuur en de duur van de bereiding zijn
ingesteld en kunnen niet worden gewijzigd door het systeem
C.O.P (Cottura Ottimale Programmata (Optimale
Geprogrammeerde Bereiding)) die automatisch een
perfect resultaat garandeert. De bereiding wordt automatisch
gestopt en de oven geeft aan wanneer het gerecht gaar is. De
duur van de bereiding kan enkele minuten worden gewijzigd zoals
als volgt wordt beschreven bij de afzonderlijke functies.
BRAADPROGRAMMA
Gebruik deze functie voor het braden van kalfs-, varkens- en
lamsvlees. Plaats het vlees in de koude oven. U kunt de
gerechten eventueel ook in de warme oven plaatsen. Het is
mogelijk alleen de duur -20/+25 minuten te wijzigen.
Functie PIZZA
Gebruik deze functie voor het bereiden van pizzas. Zie het
volgende hoofdstuk voor recepten en details. Het is mogelijk
alleen de duur -5/+5 minuten te wijzigen.
Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende
aanwijzingen nauwkeurig op te volgen:
houdt u zich aan het recept;
het gewicht van het deeg moet tussen de 500 g en de 700 g
zijn.
vet de lekplaat en de ovenschalen licht in.
Plaats het gerecht in de koude oven. Als u het in de warme oven
wilt plaatsen, nadat u eerst een ander gerecht heeft gekookt, dan
zal het display de tekst Hot tonen totdat de oventemperatuur de
120° zal hebben bereikt. Nu kunt u de pizza in de oven zetten.
Recept voor PIZZA:
1 Bakplaat, lage ovenstand, oven koud of warm
Recept voor 3 pizzas van ongeveer 550 g: 1000 g meel, 500 g
water, 20 g zout, 20 g suiker, 10 cl olijfolie, 20 g bakkersgist (of 2
zakjes gedroogde gist)
Rijzen op kamertemperatuur: 1 uur of handmatige functie LAGE
TEMPERATUUR op 40°. Laat circa 30/45 minuten rijzen.
Plaats het gerecht in de koude oven.
Start de bereiding
PIZZA
Functie BROOD
Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende
aanwijzingen nauwkeurig op te volgen:
houdt u zich aan het recept;
het maximum gewicht per bakplaat;
vergeet niet 1 dl koud water te gieten in de
bakplaat op stand 5;
Plaats het brood in de koude oven. Als u het in de warme oven wilt
plaatsen, nadat u eerst een ander gerecht heeft gekookt, dan zal
het display de tekst Hot tonen totdat de oventemperatuur de 40°
zal hebben bereikt. Nu kunt u het brood in de oven zetten.
8
NL
Recept voor BROOD:
1 bakplaat van 1000 g max, onderste ovenstand
Recept voor 1000 g deeg: 600 g meel, 360 g water, 11 g zout,
25 g bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist)
Procedure:
Meng het meel en het zout in een grote kom.
Doe de gist in lauw water (circa 35 graden).
Maak een kuil in het meel.
Giet er het mengsel van water en gist in
Kneed het geheel totdat een homogeen deeg is gevormd dat
niet plakkerig is, door het deeg 10 minuten lang met de palm
van de hand plat te drukken en vervolgens weer dicht te
vouwen.
Maak een bal van het deeg, doe het in een slakom en bedek
het met plastic folie om te voorkomen dat de buitenkant ervan
uitdroogt. Doe de slakom in de oven op de handmatige functie
LAGE TEMPERATUUR op 40°C en laat het ongeveer 1 uur
lang rijzen (het volume van het deeg moet verdubbelen).
Verdeel de bal om de verschillende broden te maken.
Leg ze op ovenpapier op de bakplaat.
Bestrooi de broden met meel.
Maak sneden in de broden.
vergeet niet 1 dl koud water te gieten in de
bakplaat op stand 5; Voor het reinigen kunt u het beste
water en azijn gebruiken.
Plaats het vlees in de koude oven.
Start het programma
BROOD
Aan het einde van de kooktijd laat u de broden rusten op een
rooster totdat ze geheel zijn afgekoeld.
Functie TAARTEN
Deze functie kan worden gebruikt voor het koken van taarten.
Plaats het gerecht in de koude oven. U kunt de gerechten
eventueel ook in de warme oven plaatsen. Het is mogelijk alleen
de duur -10/+10 minuten te wijzigen.
De bereiding programmeren
De programmering is alleen mogelijk wanneer een
kookprogramma is geselecteerd.
Het programmeren van de kookduur
1. Druk meerdere malen op de toets
totdat het symbool
en de drie cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de + en de -
om de gewenste duur in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
4. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op het DISPLAY
het woord END, beëindigt de oven de bereiding en klinkt een
geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur en u programmeert een duur van 1 uur en
15 minuten. Het programma stopt automatisch om 10:15.
Het einde van een bereiding programmeren
Het programmeren van het einde van een bereiding is alleen
mogelijk nadat u een kookduur heeft geselecteerd.
1. Volg de procedure van de duur van punt 1 t/m 3;
2. druk daarna op de toets
totdat het symbool en de
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
3. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de + en de -
om de uren in te stellen;
4. druk nogmaals op de toets
totdat de andere twee cijfers op
het DISPLAY beginnen te knipperen;
5. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de + en de -
om de minuten in te stellen;
6. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen;
7. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op het DISPLAY
het woord END, beëindigt de oven de bereiding en klinkt een
geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur, u programmeert een duur van 1 uur en 15
minuten en de eindtijd om 12:30. Het programma zal
automatisch om 11:15 beginnen.
De symbolen
en gaan aan om aan te geven dat een
programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY verschijnen om de
beurt de eindtijd en de duur van de bereiding.
Om een programmering te annuleren draait u de
PROGRAMMAKNOP op stand 0.
Praktische kooktips
Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit de standen
1 en 5: in deze standen zou de hete lucht de fijne gerechten
kunnen verbranden.
Bij de functies DRAAISPIT en ROOSTEREN raden wij u aan de
lekplaat op stand 1 te zetten om vet of jus op te vangen.
MULTIKOKEN
Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de gerechten die meer
warmte nodig hebben op stand 2.
Plaats de lekplaat op de onderste stand en het rooster op de
hoogste.
PIZZA
Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet hem op het
bijgeleverde ovenrooster.
Bij gebruik van de bakplaat is de bereidingstijd langer en krijgt
u waarschijnlijk geen krokante pizza.
Bij zeer gevulde pizzas raden wij aan de mozzarella of andere
kaas pas halverwege de kooktijd toe te voegen.
NL
9
Kooktabel oven
GERECHTEN VOORBEELDEN FUNCTIE TEMPERATUUR HET PLAATSEN
Gebraden gevogelte kip, eend, haantje, kapoen. Braden 200 °C gevogelte op rooster
Gevogelte aan het spit kip, haantje Braadspit 270 °C vleespen van braadspit
Braadstukken
varkensgebraad, kalfsgebraad, kalkoen, roastbeef,
lamsbout, reebout, gefarceerde kalfsborst, enz.
Braden 200 °C vlees op rooster
braadstukken van grote
afmetingen
hele lamsbout, grote kapoen of kalkoen enz. Multiniveau
180 °C (op een
derde van de
braadtijd verlagen
tot 160 °C)
vlees op bakplaat, regelmatig
bedruipen met de jus
Gesauteerd vlees in
ovenschotel en traditionele
gerechten
boeuf bourguignon, konijn alla cacciatora,
gesauteeerd kalfsvlees Marengo, gestoofd
lamsvlees, kip a la basque, enz.
Traditie 190 °C cocotte op bakplaat
Grilleren
biefstuk, karbonaden, worstjes, vleesstokjes,
kippenborst, enz.
Multiniveau 200 °C
op rooster (inzethoogte naar
gelang de dikte
Vlees in deegkorst
filet van rundvlees à la Wellington, lamsbout in
deegkorst, enz.
Multiniveau 200 °C
op bakplaat (voor grote
stukken, verlagen tot 160 °C als
het deeg gaar is)
VLEES
Gerechten met deegkorst gevogelte met deegkorst, enz. Multiniveau 240 °C
vlees op bakplaat of schotel op
bakplaat
Gegrillde vis en aan
satéstokjes
baars, makreel, sardine, zeebarbeel, tonijn enz. Multiniveau 180 °C
op rooster (inzethoogte naar
gelang de dikte
Hele vissen (gefarceerd) zeebrasem, karper enz. Multiniveau 200 °C op bakplaat
Visfilets (met wijn of andere
vloeistof)
zalm, schorpioenvis, kabeljouw, baars enz. Traditie 200 °C op bakplaat
In aluminiumfolie tong, schelpen saint jacques, enz. Multiniveau 200 °C op bakplaat
Vis in deegkorst (bladerdeeg of
pasteideeg)
zalm, vis aan satéstokjes enz. Multiniveau 200 °C op bakplaat
Vis au gratin kabeljouw gegratineerd a là provençale enz. gratin (of braden) 200-210 °C schotel op bakplaat
Soufflé schelpen Saint Jacques enz. Multiniveau 200 °C vorm op bakplaat
VIS
Vis in zoute deegkorst baars, karper enz. Multiniveau 240 °C
vis op bakplaat of schotel op
bakplaat
GERECHTEN
VOORBEELDEN
FUNCTIE
TEMPERATUUR
HULPMIDDELEN
Hartige plum-cakes
plum-cake met olijven, tonijn, enz.
Gebak- of
multiniveau
160 °C
taartvorm op lekplaat
Boerentaarten
kaastaart, zalmschotel
Gebak- of
multiniveau
200 °C
op lekplaat
Terrines
terrine van vis, vlees, groenten, foie gras, enz.
Traditioneel
160 °C
terrinevorm op lekplaat (au
bain-marie met warm
water)
Ovenschotel
leverpastei van gevogelte, zalmpuree, eieren en cocotte, enz.
Traditioneel
160 °C
schotel op lekplaat (au
bain-marie met warm
water)
VOORGERECHTEN
Soufflé
kaassoufflé, groentesoufflé, vissoufflé, enz.
Multiniveau
200 °C
taartvorm op lekplaat
Gegratineerde gerechten
gegratineerde aardappels, parmentiersoep, lasagne, enz.
gratineren
(of braden)
200-210 °C
schotel op lekplaat
Gevulde groenten
aardappels, tomaten, courgettes, kool, enz.
Multiniveau
200 °C
op lekplaat
of vorm op bakplaat
Gestoofde groenten en cocotte
sla, wortels, haverwortel, enz.
Traditioneel
200 °C
cocotte op lekplaat
Flan
paddestoelenflan, groentebeignets, enz.
Traditioneel
160 °C
schotel of taartvorm op
lekplaat (au bain-marie
met warm water)
Terrines
groenteterrine
Traditioneel
160 °C
taartvorm op lekplaat (au
bain-marie met warm
water)
Soufflé
soufflé van asperges, tomaten, enz.
Multiniveau
200 °C
taartvorm op lekplaat
Gerechten in beslag
groenteschotel, enz.
Multiniveau
200 °C
op lekplaat
In aluminiumfolie
truffels, enz.
Multiniveau
200 °C
aluminiumfolie op lekplaat
PEULVRUCHTEN
Rijst
Pilaf
Traditioneel
180 °C
schotel op lekplaat
10
NL
Kooktabel oven
Automatische kookp rogram m as
Functie
Aanbevolen bereiding voor...
VOORBEELDEN
HULPMIDDELEN
Niveau bakplaat
Kooktijd
(minuten)
In oven
plaatsen
Kalfsrollade
Gebraden varkensvlees
Gebraden kip
Runderrollade
Gebraden vlees
Lamsbout
op lekplaat of
rooster
2
Koud
Plum-cake en marmercake (met gedroogde
gist)
vruchtencake, marmercake, enz.
taartvorm
op rooster
2 45**
Vruchtentaart (kruimeldeeg of bladerdeeg,
met of zonder flan)
appeltaart, pruimentaart,
perentaart enz.
taartvorm
op rooster
2
Bladerdeeg
apfelstrudel, boerentaarten,
pasteitjes, enz.
op lekplaat
2
Taarten
Gebak zonder gist (clafoutis, amandeltaart,
boerentaart, enz.)
op lekplaat
2
Koud
Pizza
Dikke pizza's (brooddeeg
)
2 28** Warm of koud
Brood *** 2 55 Koud
* De kooktijden dienen slechts als indicatie en kunnen naar eigen smaak aangepast worden. De voorverwarming van de oven is door de fabriek ingesteld en kan niet handmatig worden
gewijzigd.
** De duur van de automatische bereidingen is van te voren ingesteld. De waarden in de tabel hebben betrekking op de minimum en maximum waarden. Zij kunnen door de gebruiker
worden gewijzigd, te beginnen met de vooringesteld duur.
*** Zoals het recept aangeeft, dient u 100 gr water in de lekplaat toe te voegen.
GERECHTEN
VOORBEELDEN
FUNCTIE
TEMPERATUUR
HULPMIDDELEN
Yoghurt
LAGE TEMPERATUUR
40
°C
schotel op lekplaat
VARIA
Droge etenswaren
paddestoelen, kruiden, fruit of groenten in schijven, enz. LAGE TEMPERATUUR
65
°C
op rooster
GERECHTEN
VOORBEELDEN
FUNCTIE
TEMPERATUUR
HULPMIDDELEN
Koekjes (zonder gist)
cake, lange vingers, opgerolde koekjes, Brownies,
200 °C
taartvorm op
lekplaat
Cheesecake
200 °C
taartvorm op
lekplaat
Vruchtenaart van gistdeeg
suikertaart, vlaaien
180 °C
taartvorm op
lekplaat
Bereiding bodem voor vruchtentaarten
(zandtaartdeeg)
taart met verse vruchten (aardbeien, frambozen, enz.)
180 °C
taartvorm op
lekplaat (bruine
bonen in deegkorst)
Gebakjes (bladerdeeg of kruimeldeeg)
peergebakjes, enz.
220 °C
taartvorm op
lekplaat
soesjes
profiteroles, kleine soesjes, paris brest, gâteau saint
honoré, enz.
190 °C op lekplaat
Kleine gebakjes (bakkersgist)
croissants, suikertaarten, brioches, kleine savarins, enz.
180 °C op lekplaat
GEBAK
Groot gebak (bakkersgist)
kougloff, brioches, panettone, zoet brood
Gebak- of
multiniveau
160 °C
op lekplaat of
taartvorm op
lekplaat
Koekjesdeeg
gebakjes in papieren cups, lepelkoekjes, enz.
180 °C op lekplaat
Zandtaartdeeg
zandkoekjes, spritsen, biscuits, enz.
200 °C op lekplaat
Bladerdeeg
verschillende soorten feuilletee-gebak, enz.
200 °C op lekplaat
Bitterkoekjes, kokosballetjes
kokoskoekjes, amandelkoekjes
180 °C op lekplaat
Gistdeeg
mini-brioches, mini-croissants, enz.
180 °C op lekplaat
Lichtgebakken meringues
70 °C op lekplaat
PATISSERIE
Doorgebakken meringues
Gebak- of
multiniveau
110 °C op lekplaat
Pudding
broodpudding, rijstpudding
190 °C
taartvorm op
lekplaat
Crème en flans Griesmeelpuddingen
crème caramel, crème brûlée, chocoladeflan, enz.
160 °C
Vorm of ovenschotel
op lekplaat (au bain-
marie op lekplaat)
Rijstdesserts
rijst à la condé, rijst à l’imperatrice, enz.
180 °C
taartvorm op
lekplaat
DESSERTS
Soufflé
soufflé met likeur, soufflé met fruit, enz.
Gebak- of
multiniveau
200 °C
taartvorm op
lekplaat
FRUIT Gevuld fruit of fruit in aluminiumfolie
gestoofde appels, enz.
Multiniveau
200 °C
taartvorm of
aluminiumfolie op
lekplaat
NL
11
Starten en gebruik
De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat
vetvlekjes achter op het glas. Voordat u het
apparaat gebruikt raden wij u aan de vlekken te
verwijderen met een speciaal niet-schurend
schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste paar uur
dat u het apparaat gebruikt kan het zijn dat u een
rubbergeur ruikt. Deze zal echter snel wegtrekken.
Als de kookplaat elektrisch wordt aangesloten
hoort u na enkele seconden een kort geluidssignaal
afgaan. Alleen dan kunt u de kookplaat aanzetten.
Als u lang op de toetsen drukt
-
en
+
kunt u de
stroomsterkte en de minuten van de timer snel laten
toenemen.
Inschakelen kookplaat
Druk ongeveer 1 seconde op de knop voor het
inschakelen van de kookplaat.
Inschakelen kookzones
Iedere kookzone wordt in werking gesteld door
middel van een selectietoets en een
regelsysteem voor de stroomsterkte, bestaande
uit een dubbele toets
-
en
+
.
Voor het in werking stellen van een kookzone drukt
u op de betreffende toets en stelt u de gewenste
stroomsterkte in met de toetsen
-
en
+
.
Booster functie*
Om de verwarmingstijd te versnellen kunt u in enkele
kookzones de booster functie activeren door op de
bb
ooster
toets te drukken. Het controlelampje boven de
toets gaat aan. Deze functie verhoogt het vermogen tot
2000 W of 3000 W, aan de hand van de grootte van de
gekozen kookzone.
De boosterfunctie stopt na 4 minuten automatisch.
Zolang de booster van een van de kookzones actief is,
zal het gedeelte daarvoor of daarachter slechts over
een beperkt vermogen beschikken (bv.: als in de
kookzone linksachter de booster actief is, zal het
vermogen in de kookzone linksvoor afnemen). Voor
verdere informatie kunt u de Technische beschrijving
van de modellen raadplegen.
Uitschakelen kookgedeeltes
Voor het uitschakelen van een kookgedeelte kiest u
dit door middel van de selectietoets
en:
Druk op de toets
-
: het vermogen van het
kookgedeelte wordt langzaam minder totdat het
uitgaat.
Programmering kookduur
! Alle kookgedeeltes kunnen tegelijkertijd
geprogrammeerd worden voor een tijdsduur van
tussen de 1 en de 99 minuten.
1. Kies het kookgedeelte door middel van de
betreffende selectietoets.
2. De stroomsterkte instellen.
3. Druk op de programmeertoets
Het controlelampje voor het betreffende
kookgedeelte begint te knipperen.
4. Stel de gewenste kookduur in door middel van de
toetsen
--
--
-
en
++
++
+
.
5. Bevestigen door op toets te drukken, of na
10 seconden vindt automatische selectie plaats.
De timer begint gelijk met aftellen. Het einde van de
geprogrammeerde kooktijd wordt aangegeven door
een geluidssignaal (van 1 minuut) waarna het
kookgedeelte uitgaat.
Herhaal de hierboven beschreven procedure voor
iedere kookplaat die u wilt programmeren.
Visualisatie bij een meervoudige programmering.
Indien een of meer kookplaten zijn geprogrammeerd
vertoont het display de resterende tijd van de
kookplaat die als eerste eindigt, terwijl hij de positie
ervan aanduidt door middel van het betreffende
controlelampje dat knippert. De controlelampjes van
de andere geprogrammeerde kookplaten zijn aan.
Om de resterende tijd van de andere
geprogrammeerde kookplaten te visualiseren moet u
een aantal keren op de toets
drukken: met de
klok mee zullen, de een na de ander,
de tijden van de timer alle
geprogrammeerde kookplaten worden
getoond, te beginnen met de
kookplaat linksvoor.
Het wijzigen van een programmering
1. Druk een aantal keer op de toets
totdat de
tijd van de kookplaat die u wilt wijzigen verschijnt.
2. Druk op de toetsen
--
--
-
en
++
++
+
voor het instellen
van de nieuwe tijd.
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
12
NL
3. Bevestig door op de toets te drukken.
Om een programmering te annuleren moet u
bovenstaande handelingen uitvoeren. Bij punt 2
drukt u op de toets
--
--
-
: de duur vermindert
langzaamaan tot aan de uitschakeling 0. De
programmering wordt gewist en het display verlaat
de programmeringsmodus.
De timer
De kookplaat moet aan zijn.
Met de timer kunt u een duur tot aan 99 minuten
instellen.
1. Druk op de toets programmering
totdat het
controlelampje van de timer aangaat.
2. Stel de gewenste kookduur in door middel van de
toetsen
--
--
-
en
++
++
+
.
3. Bevestig door op de toets
te drukken.
De timer begint gelijk met aftellen. Als de tijd
verstreken is hoort u voor de duur van 1 minuut een
geluidssignaal.
Blokkering van het bedieningspaneel
Als de kookplaat in werking is kunt u het
bedieningspaneel blokkeren om een ongewenst
aanraken te vermijden (kinderen,
schoonmaakhandelingen, enz.). Door op de toets
te drukken zal het bedieningspaneel worden
geblokkeerd. Het controlelampje boven de toets
gaat aan.
Als u het bedieningspaneel weer wilt gebruiken (bv.
als u wilt stoppen met koken) moet u de blokkering
uitschakelen: druk even op de toets
. Het
controlelampje gaat uit en het bedieningspaneel
wordt weer geactiveerd.
Uitschakelen kookplaat
Druk op de toets ; het apparaat gaat uit.
Als het bedieningspaneel is geblokkeerd, blijft dit ook
geblokkeerd nadat u de kookplaat opnieuw inschakelt.
Als u de kookplaat opnieuw wilt inschakelen moet u
eerst het bedieningspaneel deblokkeren.
“Demo” modus
Het is mogelijk een demomodus in te stellen waarbij
het bedieningspaneel normaal functioneert (de
opdrachten betreffende de programmering
inbegrepen), maar waarbij de verwarmingselementen
niet aangaan.
Om de “demo” modus te activeren moet de
kookplaat aanstaan en alle stralingselementen uit:
Druk tegelijkertijd 6 seconden lang op de toetsen
++
++
+
en
--
--
-
. Zodra de 6 seconden zijn verstreken
zullen de controlelampjes ON/OFF en
BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL een seconde
lang knipperen. Laat de toetsen
++
++
+
en
--
--
-
los en
druk op de toets
het display toont om de beurt de tekst DE en MO
en het kookvlak gaat uit;
de volgende keer dat u de kookplaat inschakelt
zal hij zich in de “demo” modus bevinden.
Om deze modus te verlaten volgt u de boven
beschreven procedure. Het display toont om de beurt
de tekst DE en OF en het kookvlak gaat uit. Als u het
kookvlak weer inschakelt zal het gewoon functioneren.
Praktische tips voor het gebruik van het
apparaat
! Gebruik pannen die gemaakt zijn van materiaal dat
geschikt is voor inductie (ferromagnetisch
materiaal). Wij raden het gebruik aan van pannen
van: gietijzer, geëmailleerd staal of speciaal inductie
roestvrij staal. U kunt zelf testen of een pan geschikt
is door hem uit te proberen met een magneet.
*
GESCHIKTE MATERIALEN
ONGESCHIKTE MATERIALEN
Gietijzer
Ge‘mailleerd staal
Speciaal roestvrij staal
Koper,
Aluminium, Glas, Terracotta,
Aardewerk, Niet magnetisch roestvrij staal
Om optimale resultaten te bereiken met de
kookplaat:
Gebruik alleen pannen met een dikke, platte
bodem zodat ze perfect aansluiten op het
verwarmingsvlak.
NL
13
Houd de bodem van de pannen altijd goed
schoon en droog zodat ze goed aansluiten op het
kookvlak. Dit verlengt de levensduur van zowel
de pannen als het kookvlak zelf.
Vermijd dezelfde pannen te gebruiken die u ook
op een gasfornuis heeft gebruikt: de
warmteconcentratie van gasbranders kan de
bodem van pannen vervormen, waardoor ze niet
goed meer aansluiten.
Veiligheidssystemen
Pannensensor
Ieder kookgedeelte is voorzien van een systeem dat
waarneemt of er een pan op staat. De plaat straalt
alleen warmte uit als er een pan van de juiste
afmetingen op staat. Het knipperende
controlelampje kan betekenen:
dat de pan niet geschikt is
dat de pan een te kleine diameter heeft
dat de pan niet goed aansluit
Aanwijzers van de resterende warmte
Ieder kookgedeelte is voorzien van een aanwijzer
van de resterende warmte. Deze aanwijzer geeft aan
welke kookzones nog heet zijn. Als het
vermogensdisplay
toont dan is het kookgedeelte
nog warm. Het is bijvoorbeeld mogelijk een gerecht
warm te houden of boter of chocolade te laten
smelten. Met het afkoelen van het kookgedeelte zal
het vermogensdisplay
tonen. Het display gaat uit
wanneer de kookzone voldoende is afgekoeld.
Oververhitting
In het geval van oververhitting van de elektronische
onderdelen gaat de kookplaat automatisch uit en
verschijnt op het display
F
gevolgd door een
knipperend nummer. Deze boodschap verdwijnt en u
kunt de kookplaat weer gebruiken zodra de
temperatuur tot op een acceptabel niveau is gezakt.
Veiligheidsschakelaar
Het apparaat beschikt over een
veiligheidsschakelaar die de kookgedeeltes
automatisch uitschakelt als de tijdslimiet voor een
bepaald vermogensniveau is bereikt. Tijdens deze
veiligheidsonderbreking vertoont het display het
cijfer 0.
B.v.: de kookplaat rechtsachter staat op 5, terwijl de
plaat linksvoor op 2 staat. De plaat rechtsachter zal
automatisch na 5 uur uitgaan, de plaat linksvoor na
8 uur.
Vermogensniveau
Begrenzing van de
werkingsduur in uren
19
28
37
46
55
64
73
82
91
Geluidssignaal
Enkele storingen, zoals:
een voorwerp (pan, bestek, enz.) dat meer dan 10
seconden op het bedieningspaneel ligt,
gemors op het bedieningspaneel,
een lange druk op een toets, kunnen een
geluidssignaal veroorzaken. Verwijder de oorzaak
van de storing en het geluidssignaal houdt op.
Als de oorzaak van de storing niet wordt
verwijderd blijft het geluidssignaal gaan en wordt
het kookvlak uitgeschakeld.
14
NL
Technische beschrijving van de
modellen
Het inductiesysteem is het snelste kooksysteem dat
er bestaat. In tegenstelling tot de traditionele
kookplaten wordt niet het kookgedeelte verwarmd:
de warmte wordt direct binnenin de pan gecreëerd,
die daarom noodzakelijkerwijs een bodem van
ferromagnetisch materiaal moet bezitten.
Kookplaten
CI 96 I W
CI 96 I A
CI 96 I I
Kookgedeeltes
Vermogen
(in W)
Linksachter
I 1400 600 se Ant. Sx*
Rechtsachter
I 2200 B 3000*
Linksvoor
I 2200 B 3000*
Rechtsvoor
I 1400600 se Post. Dx*
Totaal vermogen
7200
Legenda:
I = kookgedeelte met eenvoudige inductie
B = booster: de kookzone kan over een extra
vermogen van 3000 W beschikken
* = het maximale vermogen wordt beperkt terwijl de
booster in het kookgedeelte erachter actief is (zie
Starten en gebruik).
NL
15
Praktische kooktips
ª
Koken met een
snelkookpan
Snelkookpan
Frituren
Koken op zeer hoog
vuur
Grillen
Koken
Koken op
hoog vuur
Crêpes
Koken op hoog vuur en bruin bakken
(Braadstukken, biefstukken, kalfslappen,
visfilets, gebakken eieren)
§
Snel indikken (vloeibare sauzen)
Koken van water (pasta, rijst, groente)
Melk
§
S
Langzaam indikken (gebonden sauzen)
S
Koken op middelmatig vuur
¢
Au bain-marie koken
Koken met snelkookpan, na het sissen
¢
£
Koken op laag
vuur
Koken op laag vuur
(stoofschotels)
Opwarmen van gerechten
Koken op
zeer laag
vuur
¡
Chocoladesaus
Warm houden van gerechten
16
NL
Voorzorgsmaat regelen en advies
Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens
de geldende internationale veiligheidsvoorschriften.
Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw
veiligheid en u dient ze derhalve goed door te
nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Deze instructies zijn alleen geldig voor de
landen waarvan de symbolen voorkomen in de
handleiding en op het typeplaatje van het
apparaat.
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg
gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of als
het onweert.
Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent of
met natte of vochtige handen of voeten.
Het apparaat dient gebruikt te worden om
voedsel te bereiden. Het mag uitsluitend door
volwassenen worden gebruikt en alleen
volgens de instructies die in deze handleiding
beschreven staan. Elk ander gebruik (bv.:
verwarming van ruimten) is als oneigenlijk te
beschouwen en
dus gevaarlijk. De fabrikant
kan niet aansprakelijk worden gesteld voor
eventuele schade die te wijten is aan onjuist,
verkeerd of onredelijk gebruik..
Deze handleiding betreft een apparaat van klasse 1
(losstaand) of klasse 2 - subklasse 1 (ingebouwd
tussen 2 meubels).
Gedurende het gebruik van de oven worden de
verwarmingselementen en enkele delen van de
ovendeur heet. Raak ze niet aan en houd
kinderen op een
afstand.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van het apparaat
terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Op de platen mogen geen wankele of vervormde
pannen worden gezet om omvallen te vermijden.
Zorg dat de handvatten naar het midden van het
fornuis zijn gericht zodat u er niet tegenaan kunt
stoten.
Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven
te zetten en eruit te halen.
Gebruik geen ontvlambare vloeistoffen (alcohol,
benzine enz.) in de buurt van het apparaat als het in
gebruik is.
Plaats geen brandbaar materiaal in de onderste
opberglade of in de oven: als de oven plotseling
aan zou worden gezet zou dit materiaal vlam
kunnen vatten.
Controleer altijd dat de knoppen in de stand o staan
als het apparaat niet wordt gebruikt.
Trek nooit de stekker aan het snoer uit het
stopcontact, maar pak altijd de stekker direct beet.
Maak het apparaat niet schoon of voer geen
onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact
zit.
Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne
mechanismen van het apparaat te repareren. Neem
contact op met de Technische Dienst.
Plaats geen zware voorwerpen op de open
ovendeur.
De interne oppervlakken van de lade (indien
aanwezig) kunnen warm worden.
Het glaskeramische kookvlak is bestand tegen
mechanische stoten. Het kan echter worden
beschadigd (of barsten) als het wordt geraakt door
een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap.
Als dit gebeurt moet u onmiddellijk het apparaat
afsluiten van de elektrische stroom en contact
opnemen met de Technische Dienst.
Als het oppervlak van de kookplaat gebarsten is
moet u het apparaat uitschakelen om te voorkomen
dat u een elektrische schok krijgt.
Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte
aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat
u het uitschakelt. De resterende warmte wordt
aangeduid door een aanwijzer (zie Starten en
gebruik).
Houd voorwerpen die kunnen smelten op afstand
van de kookplaat, zoals bv. plastic, aluminium of
suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of
aluminium verpakkingen en folie: als u ze op het
nog warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u zware
schade aanrichten.
Richt de handvatten van de pannen altijd naar de
binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per
ongeluk tegenaan stoot.
Trek nooit de stekker aan het snoer uit het
stopcontact, maar pak altijd de stekker direct beet.
Maak het apparaat niet schoon of voer geen
onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact
zit.
Plaats geen metalen voorwerpen (messen, lepels,
deksels enz.) op de kookplaat aangezien zij heet
kunnen worden.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door
personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt
lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of
personen die niet de nodige ervaring of kennis
hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht van
een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het
apparaat werkt.
Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen.
NL
17
Als het fornuis op een voetstuk wordt geplaatst
moet u er voor zorgen dat het er niet af kan
schuiven.
Mededeling voor dragers van een
pacemaker of een ander actief ingeplant
medisch apparaat:
De kookplaat voldoet aan alle geldende normen
betreffende elektromagnetische storing.
Dit product is aldus in volkomen
overeenstemming met de voorschriften van de
wet (richtlijn 89/336/EEG). Het ontwerp is zodanig
gepland dat het geen storingen veroorzaakt bij
andere elektrische apparaten die worden gebruikt,
mits ook dezen voldoen aan bovengenoemde
normen.
De inductieplaat creëert elektromagnetische
velden op korte afstand.
Teneinde ieder risico van storing tussen de
kookplaat en de pacemaker te vermijden moet
deze laatste ook voldoen aan de geldende
normen.
Wat dat betreft kunnen wij slechts de conformiteit
van ons eigen product garanderen. Voor
informatie omtrent conformiteit of eventuele
problemen verzoeken wij u zich tot uw
behandelende arts te wenden of tot de fabrikant
van de pacemaker.
Na het gebruik dient u de kookplaat uit te
schakelen door middel van het
bedieningsmechanisme en niet uitsluitend te
vertrouwen op de pannensensor.
Afvalverwijdering
Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal:
houdt u aan de plaatselijke normen zodat het
materiaal hergebruikt kan worden.
De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende
afgedankte elektrische en elektronische
apparatuur (AEEA), voorziet dat huishoudelijke
apparatuur niet met het normale afval mag worden
meegegeven. De verwijderde apparaten moeten
apart worden opgehaald om het terugwinnen en
recyclen van de materialen waaruit ze bestaan te
optimaliseren en te voorkomen dat er eventuele
schade voortvloeit voor de gezondheid en het
milieu. Het symbool van de afvalemmer met een
kruis staat op alle producten om de consument
eraan te herinneren dat dit gescheiden afval is.
Om meer informatie te verkrijgen betreffende een
juiste verwijdering van huishoudapparaten kan de
consument zich richten tot de gemeentelijke
reinigingsdienst of de verkopers.
Energiebesparing en milieubehoud
Door de oven te gebruiken vanaf het late
middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u
ervoor dat de elektriciteitscentrales minder
worden belast tijdens het spitsuur. De optie
waarmee u programmas programmeert, in het
bijzonder de uitgestelde start (zie Programmas)
kunnen u hierbij helpen.
Houd bij de functies DRAAISPIT en ROOSTEREN
altijd de ovendeur dicht: u bereikt betere
kookresultaten en een aanzienlijke
energiebesparing (circa 10%).
Houd de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed
aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan
komen.
Dit product voldoet aan de eisen die gesteld
worden door de nieuwe Europese Richtlijn voor
energiebesparing voor apparaten in de standby-
stand.
OVEN
Wanneer 2 minuten lang geen handelingen worden
uitgevoerd, gaat het apparaat automatisch in de
standy-stand. De standby-stand wordt weergegeven
middels het "toets Klok" op een lage
verlichtingssterkte. Wanneer weer een handeling
aan het apparaat wordt uitgevoerd, gaat het
systeem onmiddellijk weer over in de operationele
stand.
COOKPLAAT
Wanneer 2 minuten lang geen handelingen worden
uitgevoerd gaat het apparaat, na het uitgaan van de
waarschuwingslampjes voor restwarmte en voor de
ventilator (indien aanwezig), automatisch in de off
mode.
Door op de ON/OFF toets te drukken, keert het
apparaat weer terug in de operationele stand.
18
NL
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u
tot enige handeling overgaat.
Reinigen van het apparaat
Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
Reinig het glas van de deur met een spons en
niet schurende producten. Droog met een zachte
doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen of
scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden
kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou
kunnen barsten.
De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij
staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met
een spons en een sopje worden afgenomen. Als
de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een
speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Spoel en
droog het na het schoonmaken goed af. Gebruik
geen schuurmiddelen of bijtende producten.
De binnenkant van de oven kunt u het beste
direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw
is. Gebruik warm water en een
schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog
met een zachte doek. Gebruik geen
schuurmiddelen.
De accessoires kunnen gewoon worden
afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser).
Het bedieningspaneel moet worden gereinigd met
een niet schurende spons of een zachte doek.
Roestvrij staal kan vlekken vertonen als er langere
tijd kalkhoudend water of fosforhoudende
schoonmaakmiddelen op hebben gelegen. We
raden u dus aan alles goed af te spoelen en te
drogen.
Het controleren van de afdichtingen van de oven
Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen
rondom de ovendeur. In het geval de afdichting
beschadigd is, dient u zich tot de dichtstbijzijnde
Erkende Servicedienst te wenden. Gebruik de oven
niet voordat de reparatie is uitgevoerd.
Vervangen van het ovenlampje
Voor het
vervangen van het
ovenlampje:
1. Verwijder het
glazen
lampenkapje met
behulp van een
schroevendraaier.
2. Schroef het lampje los en vervang het met
eenzelfde soort lampje: vermogen 15 W, fitting E 14.
Zet het deksel weer op zijn plaats en let erop dat de
afdichting goed is bevestigd (zie afbeelding).
Het reinigen van de glaskeramische
kookplaat
Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of bijtende
middelen, zoals vlekkenmiddelen en
roestverwijderende producten, schoonmaakmiddelen
in poedervorm of schuursponzen: deze kunnen het
oppervlak onherstelbaar krassen.
Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met
een vochtige spons reinigen en afdrogen met
keukenpapier.
Als de plaat erg vuil is moet hij worden
schoongemaakt met een speciaal middel voor
keramiekplaten. Daarna moet u hem afspoelen en
afdrogen.
Voor het verwijderen van hardnekkig vuil kunt u
een hiervoor bestemd schrapertje gebruiken. Doe
dit zo snel mogelijk zonder te wachten tot het
apparaat koud is geworden, om het hard worden
van de resten te vermijden Uitstekende resultaten
kunnen ook worden bereikt met een speciaal
roestvrij staalwolsponsje voor keramiekplaten in
een sopje gedoopt.
Als er op de kookplaat onverhoopt voorwerpen of
plastic materiaal of suiker zouden smelten, moet
u ze onmiddellijk met het schrapertje verwijderen
zolang het oppervlak nog warm is.
Als de plaat is schoongemaakt, kan hij worden
behandeld met een speciaal product voor
onderhoud en bescherming: het onzichtbare
laagje dat dit product achterlaat beschermt de
plaat in het geval er iets overkookt. Dit soort
handelingen moeten worden uitgevoerd als de
plaat lauw of koud is.
Vergeet niet de kookplaat altijd met schoon water
af te spoelen en goed af te drogen: restjes
schoonmaakmiddel kunnen de volgende keer dat
u kookt aankoeken.
Speciale producten voor het
reinigen van keramisch glas
Waar het te
krijgen is
Radeermesje of scheermesje Hobby-shop en
Ijzerhandel
Stahl-Fix
SWISSCLEANER
WK TOP
Andere producten voor
keramisch glas
Huishoudwinkel
Doe-het-zelf winkel
Ijzerhandel
Supermarkt
Onderhoud en verzorging
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
Deksel
Afdichting
Lamp
Holte
NL
19
Automatische reiniging PYROLYSE
Het programma PYROLYSE brengt de
oventemperatuur op 500°C om het pyrolyseproces
(ofwel het verbranden van voedselrestjes) te starten.
Het vuil wordt letterlijk as.
Gedurende de automatische reiniging kunnen de
oppervlakken zeer heet worden: houd kinderen op
een afstand. Door de ovendeur heen kunt u zien dat
bepaalde deeltjes oplichten: dit is een plotselinge
verbranding, hetgeen een absoluut normaal
verschijnsel is dat geen enkel gevaar met zich mee
brengt.
Voor het activeren van de PYROLYSE:
verwijder met een natte spons het ergste vuil uit
de oven. Gebruik geen schoonmaakmiddelen;
haal alle accessoires uit de oven;
laat geen keukendoeken of pannenlappen aan het
handvat hangen.
zet de PROGRAMMAKNOP op 0
Als de oven te heet is kan het gebeuren dat de
pyrolyse niet start. Wacht tot de oven is afgekoeld.
Het programma zal alleen van start gaan als de
ovendeur gesloten is.
Om de reinigingscyclus PYROLYSE te activeren
drukt u circa 4 seconden op de toets
. Met de
knop INSTELLEN TIJDEN kunt u het gewenste
reinigingsniveau kiezen met een vooringestelde en
niet wijzigbare tijdsduur:
1. Economisch (ECO): draai de knop richting -.
Duur 1 uur;
2. Normaal (NOR): beginniveau. Duur 1 uur en 30
minuten;
3. Intensief (INT): draai de knop richting +. Duur 2
uur.
4. Druk op de toets
om te bevestigen.
Zoals voor een normaal kookprogramma is het ook
voor de PYROLYSE cyclus mogelijk een einde te
programmeren (zie Programmeren van het einde van
de automatische reiniging).
Veiligheidsmechanismen
het verlichte symbool
op het display geeft
aan dat de ovendeur automatisch is geblokkeerd
omdat de temperatuur zeer hoog is geworden;
het symbool
geeft aan dat op elk
willekeurig moment dat u op de toets
drukt u
de reinigingscyclus kunt annuleren;
als er iets onverwachts of vreemds gebeurt zal de
verwarming worden onderbroken;
als de deur geblokkeerd is kunnen de tijdsduur en
de eindtijd van de cyclus niet meer veranderd
worden.
Het einde van de automatische reiniging
programmeren
1. Druk op de toets
totdat het symbool en
de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te
knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de uren in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
totdat de andere
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
4. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de minuten in te stellen;
5. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
6. als de ingestelde tijd is verstreken verschijnt op
het DISPLAY het woord END en hoort u een
geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur, u kiest het Economische
niveau van PYROLYSE met een vooringestelde
tijd van 1 uur. U programmeert 12:30 als eindtijd.
Het programma zal automatisch om 11:30
beginnen.
De symbolen
en gaan aan om aan te geven
dat een programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY
verschijnen om de beurt de eindtijd en de duur van
de PYROLYSE.
Na de automatische reiniging
De ovendeur kan pas worden geopend als de
temperatuur tot op een acceptabel niveau is gezakt. U
zult nu wat wit poeder waarnemen op de bodem en op
de wanden van de oven: verwijder dit met een natte
spons als de oven is afgekoeld. Als u wilt profiteren
van de overgebleven warmte van de oven om te gaan
koken, kunt u het witte poeder rustig laten liggen: het
levert geen enkel gevaar op voor de gerechten die u
wilt gaan koken.
20
NL
Servicedienst
Belangrijk:
Het apparaat is voorzien van een automatisch diagnostisch systeem dat eventuele storingen opspoort. Deze
kunt u op het display aflezen met berichten zoals: F gevolgd door enkele nummers.
In deze gevallen moet u de technische dienst inschakelen.
Wendt u nooit tot niet erkende monteurs.
Dit dient u door te geven:
Het soort storing;
Het model apparaat (Mod.)
Het serienummer (S/N)
Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat.

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzing FORNUIS EN OVEN NL DE Nederlands, 1 Deutsch, 21 Inhoud Installatie, 2-3 Plaatsen en waterpas zetten Elektrische aansluiting Tabel eigenschappen Beschrijving van het apparaat, 4-5 Aanzichttekening Bedieningspaneel Display Bedieningspaneel kookplaat Starten en gebruik, 6-7 CI 96 I W CI 96 I I CI 96 I A De klok instellen De timer instellen Gebruik van de oven Handmatige kookprogramma’s Automatische kookprogramma’s De bereiding programmeren Kooktabel oven Starten en gebruik, 11-15 Inschakelen kookplaat Inschakelen kookzones Boosterfunctie Uitschakelen kookzones Programmering kookduur De timer Blokkering van het bedieningspaneel Uitschakelen kookplaat “Demo” modus Praktische tips voor het gebruik van het apparaat Veiligheidsmechanismen Technische beschrijving van de modellen Praktische kooktips Voorzorgsmaatregelen en advies, 16-17 Algemene veiligheid Afvalverwijdering Energiebesparing en milieubehoud Onderhoud en verzorging, 18-19 De elektrische stroom afsluiten Reinigen van het apparaat Vervangen van het ovenlampje Het reinigen van de glaskeramische kookplaat Automatische reiniging PYROLYSE Service, 20 NL Installatie  Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor eventuele raadpleging in de toekomst. In het geval u het apparaat verkoopt, weggeeft of wanneer u verhuist, moet het boekje bij het apparaat bewaard worden. Waterpas zetten  Lees de instructies aandachtig door: er staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik en veiligheid. Indien het nodig is het apparaat te nivelleren, kunnen de bijgeleverde stelvoetjes in de daarvoor geschikte openingen in de hoeken van het onderstuk van het fornuis worden geschroefd (zie afbeelding).  De installatie van het apparaat moet volgens deze instructies worden uitgevoerd door een bevoegde installateur. De poten* moeten aan het onderstuk van het fornuis worden vastgeklemd.  Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u tot onderhoud of regeling van het fornuis overgaat. Plaatsen en waterpas zetten Elektrische aansluiting  Het apparaat kan naast meubels worden geplaatst die niet hoger zijn dan het werkvlak. Monteren voedingskabel Opening klemmenbord: • Licht de lipjes aan de zijkant van het deksel van het klemmenbord op met een schroevendraaier; • Trek het deksel van het klemmenbord open.  Controleer dat de wand die in contact komt met de achterzijde van het apparaat van niet ontvlambaar materiaal is gemaakt en bestand is tegen hoge temperaturen (T 90°C). 1 2 4 2 420 mm. Min. min. 650 mm. with hood min. 700 mm. without hood 420 mm. 230V ~ H05RR-F 3x4 CEI-UNEL 35363 N L 3 • eventuele afzuigkappen moeten volgens de instructies van hun eigen gebruiksaanwijzing worden geïnstalleerd. Het aansluiten van de kabel: • schroef de schroef van de kabelklem en de schroeven van de contacten los.  de bruggen zijn door de fabriek voorbestemd voor aansluiting aan enkelfasig 230V (zie afbeelding). 5 Voor een correcte installatie: • plaats het apparaat in de keuken, in de eetkamer of in een eenkamerappartement (niet in de badkamer); • als het kookvlak hoger is dan de meubels, moeten zij op minstens 600 mm van het apparaat vandaan worden geplaatst; • als het fornuis onder een keukenkastje wordt geïnstalleerd, moet de afstand tussen de twee minstens 420 mm zijn. Deze afstand moet 700 mm worden als de HOOD keukenkastjes zijn Min. 600 mm. vervaardigd uit ontvlambaar materiaal (zie afbeelding); • hang geen gordijnen achter het fornuis, of op minder dan 200 mm van de zijkanten; Min. NL • voor het uitvoeren van de elektrische aansluitingen van de afbeeldingen C en D worden de twee overbruggingsklemmen die zich in de doos bevinden gebruikt (afb. B - referentie "P") • de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan aangegeven op het typeplaatje; • de contactdoos en de stekker van het apparaat overeenkomen. Als dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de contactdoos te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers. P N L1 L2 L3 400V 2N~ H05RR-F 4x4 CEI-UNEL 35363 N L2 L1 1 3 5  Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te bereiken zijn.  De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden.  De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs worden vervangen.  De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld wanneer deze normen niet worden nageleefd. 2 4 400V 3N~ H05RR-F 5x2.5 CEI-UNEL 35363 N L3 L2 L1 1 3 5 2 4 • zet de kabel vast in de speciale kabelklem en sluit het deksel. Het aansluiten van de voedingskabel aan het net Gebruik voor de voedingskabel een stekker die genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het typeplaatje( zie tabel Technische gegevens). Wanneer het apparaat rechtstreeks op het elektrische net wordt aangesloten, moet u tussen het apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand tussen de contacten van minstens 3 mm, aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende nationale normen (de aarding mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan de kamertemperatuur. Vóór het aansluiten moet u controleren dat: • de contactdoos geaard is en voldoet aan de geldende normen; • de contactdoos in staat is het maximale vermogen van het apparaat te dragen, zoals aangegeven op het typeplaatje; * Slechts op enkele modellen aanwezig. TABEL EIGENSCHAPPEN Afmetingen Oven 32x43,5x40 cm HxBxD Inhoud liter 56 Afmetingen breedte 42 cm van de diepte 44 cm verwarmingslade hoogte 8,5 cm Spanning en frequentie van de zie typeplaatje elektrische voeding Richtlijn 2002/40/EG op het etiket van elektrische ovens. Norm EN 50304 Energieverbruik convectie Natuurlijk - verwarmingsfunctie: ENERGY LABEL Traditioneel Energieverbruikverklaring Klasse geforceerde convectie verwarmingsfunctie: Braden EU Richtlijnen: 2006/95/EG van 12.12.06 (Laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen 2004/108/EG van 15/12/04 (Elektromagnetische Compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen -90/396/EEG van 29/06/90 (Gas) en daaropvolgende wijzigingen - 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen - 2002/96/EG. 1275/2008 (Stand-by/Off mode) 3 NL Beschrijving van het apparaat NL Aanzichttekening Keramisch kookvlak GELEIDERS van de roosters stand 5 stand 4 stand 3 stand 2 stand 1 Bedieningspaneel Rooster GRILL Rooster LEKPLAAT Stelvoetje Stelvoetje Bedieningspaneel PROGRAMMAKNOP Knop THERMOSTAAT/ INSTELLEN TIJDEN DISPLAY Toets PYROLYSE Toets INSTELLEN TIJDEN Display Symbool PROGRAMMA LAGE TEMPERATUR Symbolen AUTOMATISCHE PROGRAMMA'S Cijfers TEMPERATUREN en TIJDEN Aanwijzer van de Voorverwarming Symbool KLOK Aanwijzer DEURBLOKKERING Symbool STOP * Slechts op enkele modellen aanwezig. 4 Symbool DUUR Symbool TIMER Symbool EINDE BEREIDING Bedieningspaneel kookplaat NL Controlelampje TIMER* Toets TOENAME VERMOGEN Controlelampje GEPROGRAMMEERD KOOKGEDEELTE* Toets BOOSTER* Aanwijzers STROOMSTERKTE en RESTERENDE WARMTE Controlelampje GESELECTEERD KOOKGEDEELTE b o o ste r Display PROGRAMMERINGSTIMER* Controlelampje BOOSTER* Toets ON/OFF Controlelampje ON/OFF b o o ste r Controlelampje BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL Toets SELECTIE KOOKGEDEELTES Toets BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL Toets PROGRAMMERINGSTIMER* Toets AFNAME VERMOGEN • Toets TOENAME VERMOGEN om de kookplaat aan te zetten en het vermogen ervan te regelen (zie Starten en gebruik). • Display PROGRAMMERINGSTIMER*: toont de keuzes betreffende de programmering aan (zie Starten en gebruik). • Toets AFNAME VERMOGEN om het vermogen te regelen en de kookplaat uit te zetten (zie Starten en gebruik). • Controlelampjes GEPROGRAMMEERD KOOKGEDEELTE*: tonen de kookgedeeltes aan als u een programmering start (zie Starten en gebruik). • Controlelampje GESELECTEERD KOOKGEDEELTE geeft aan dat het betreffende kookgedeelte geselecteerd is en dat u het kunt regelen. • Toets SELECTEREN KOOKGEDEELTE om het gewenste kookgedeelte te selecteren • AanwijzerVERMOGEN: geeft het bereikte warmteniveau aan. • Toets ON/OFF voor het in- en uitschakelen van het apparaat. • Controlelampje ON/OFF: geeft aan of het apparaat in- of uitgeschakeld is. • Toets PROGRAMMERINGSTIMER* om de programmering van de kookduur te regelen (zie Starten en gebruik). • Toets BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL om te voorkomen dat er ongewilde wijzigingen aan de regeling van het kookvlak worden uitgevoerd (zie Starten en gebruik). • Controlelampje BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL: toont dat de blokkering van het bedieningspaneel heeft plaatsgevonden (zie Starten en gebruik). • BOOSTER* toets om het extra vermogen - 3000 W - van de kookzone in te schakelen (zie Starten en gebruik). • BOOSTER* controlelampje, geeft aan dat het 'booster' extra vermogen actief is. • Controlelampje TIMER* geeft aan dat de timer actief is. * Slechts op enkele modellen aanwezig. 5 Starten en gebruik NL De klok instellen U kunt de klok zowel instellen als de oven uit is als wanneer hij aan is, maar alleen als u geen uitgestelde bereiding heeft ingesteld. 1. Druk meerdere malen op de toets totdat het symbool en de eerste twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 2. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de uren in te stellen; 3. druk nogmaals op de toets totdat de andere twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 4. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de minuten in te stellen; 5. druk nogmaals op de toets om te bevestigen. De timer instellen  Deze functie onderbreekt de bereiding niet en is onafhankelijk van het gebruik van de oven. Hij dient er uitsluitend voor een geluidssignaal te laten horen als de ingestelde minuten zijn verstreken. 1. Druk meerdere malen op de toets totdat het symbool en de drie cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de minuten in te stellen; 3. druk nogmaals op de toets om te bevestigen. Nu verschijnt het terugtellen, aan het einde waarvan u een geluidssignaal zult horen. Gebruik van de oven  Vóór gebruik is het strikt noodzakelijk het plastic folie aan de zijkanten van het apparaat te verwijderen.  Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven minstens een uur leeg te laten functioneren, op maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u de oven heeft uitgeschakeld, opent u de ovendeur en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het verdampen van de middelen die worden gebruikt om de oven te beschermen. 1. Selecteer het gewenste kookprogramma door aan de PROGRAMMAKNOP te draaien. 2. De oven begint voor te verwarmen, de aanwijzers van de voorverwarming gaan aan. 6 De temperatuur kan veranderd worden door te draaien aan de THERMOSTAATKNOP. 3. Als de aanwijzer van de voorverwarming uitgaat en u een geluidssignaal hoort, is de voorverwarming compleet: zet de etenswaren in de oven. 4. Tijdens het koken kunt u nog altijd: - het kookprogramma veranderen met behulp van de PROGRAMMAKNOP; - de temperatuur veranderen met behulp van de THERMOSTAATKNOP; - de kookduur programmeren of de tijd van einde bereiding ( zie kookprogramma’s); - het koken onderbreken door de PROGRAMMAKNOP weer op stand “0” te zetten. 5. U kunt de kookduur veranderen ( zie kookprogramma’s). 6. Indien de stroom uitvalt en de oventemperatuur niet te laag is geworden, gaat de oven automatisch terug naar het punt waar het koken is onderbroken. De geprogrammeerde functies worden echter niet onthouden. U dient ze daarom bij het terugkeren van de stroom opnieuw in te stellen.  Bij de programma’s BRADEN en BARBECUE is geen voorverwarming nodig. ! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u riskeert hiermee het email te beschadigen. ! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde roosters. Ventilator Om de oven van buiten niet te heet te laten worden, brengt een verkoelingsventilator een luchtstroom teweeg die tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar buiten komt. Aan het begin van het programma PYROLYSE draait de ventilator op lage snelheid.  Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator draaien totdat de oven voldoende is afgekoeld. Ovenverlichting Als de oven uit is, kan het ovenlicht op ieder willekeurig moment aan worden gedaan door de ovendeur te openen. * Slechts op enkele modellen aanwezig. Handmatige kookprogramma’s Automatische kookprogramma’s Functie TRADITIONELE OVEN Met deze traditionele kookwijze is het beter een enkel rooster te gebruiken.  De temperatuur en de duur van de bereiding zijn ingesteld en kunnen niet worden gewijzigd door het systeem C.O.P.® (Cottura Ottimale Programmata (Optimale Geprogrammeerde Bereiding)) die automatisch een perfect resultaat garandeert. De bereiding wordt automatisch gestopt en de oven geeft aan wanneer het gerecht gaar is. De duur van de bereiding kan enkele minuten worden gewijzigd zoals als volgt wordt beschreven bij de afzonderlijke functies.  Alle programma’s hebben een vooringestelde kooktemperatuur. Deze kan handmatig worden aangepast,en naar wens worden ingesteld tussen de 40°C en de 250°C. In het programma DRAAISPIT is de ingestelde temperatuur 270°C. Functie MULTILEVEL Aangezien de warmte in de hele oven constant is, zorgt de lucht dat de gerechten op gelijkmatige wijze gekookt en gebakken worden. Het is mogelijkmaximaal twee roosters tegelijk te gebruiken. Functie BRADEN Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte van de grill gecombineerd met de geforceerde luchtcirculatie in de oven. Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar de binnenkant. Kook met de ovendeur dicht. Functie DRAAISPIT Deze functie is optimaal voor het braden aan het draaispit. Kook met de ovendeur dicht. Functie LAGE TEMPERATUUR Deze kookfunctie is ideaal voor rijzen, ontdooien, het bereiden van yoghurt, het snel of langzaam opwarmen van gerechten en het langzaam koken van etenswaren op lage temperatuur. De in te stellen temperaturen zijn: 40, 65, 90 °C. Draaispit Voor het activeren van het draaispit ( zie afbeelding) gaat u als volgt te werk: 1. plaats de lekplaat in stand 1; 2. zet de steun van het draaispit op de 3e stand en steek de vleespen in de speciale opening achterin de oven; 3. activeer het draaispit door middel van de symbolen ;  Als u de ovendeur opent als het programma is gestart, houdt het draaispit op met draaien. BRAADPROGRAMMA Gebruik deze functie voor het braden van kalfs-, varkens- en lamsvlees. Plaats het vlees in de koude oven. U kunt de gerechten eventueel ook in de warme oven plaatsen. Het is mogelijk alleen de duur -20/+25 minuten te wijzigen. Functie PIZZA Gebruik deze functie voor het bereiden van pizza’s. Zie het volgende hoofdstuk voor recepten en details. Het is mogelijk alleen de duur -5/+5 minuten te wijzigen. Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende aanwijzingen nauwkeurig op te volgen: • houdt u zich aan het recept; • het gewicht van het deeg moet tussen de 500 g en de 700 g zijn. • vet de lekplaat en de ovenschalen licht in. Plaats het gerecht in de koude oven. Als u het in de warme oven wilt plaatsen, nadat u eerst een ander gerecht heeft gekookt, dan zal het display de tekst “Hot” tonen totdat de oventemperatuur de 120° zal hebben bereikt. Nu kunt u de pizza in de oven zetten. Recept voor PIZZA: 1 Bakplaat, lage ovenstand, oven koud of warm Recept voor 3 pizza’s van ongeveer 550 g: 1000 g meel, 500 g water, 20 g zout, 20 g suiker, 10 cl olijfolie, 20 g bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist) • Rijzen op kamertemperatuur: 1 uur of handmatige functie LAGE TEMPERATUUR op 40°. Laat circa 30/45 minuten rijzen. • Plaats het gerecht in de koude oven. • Start de bereiding PIZZA Functie BROOD Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende aanwijzingen nauwkeurig op te volgen: • houdt u zich aan het recept; • het maximum gewicht per bakplaat; • vergeet niet 1 dl koud water te gieten in de bakplaat op stand 5; Plaats het brood in de koude oven. Als u het in de warme oven wilt plaatsen, nadat u eerst een ander gerecht heeft gekookt, dan zal het display de tekst “Hot” tonen totdat de oventemperatuur de 40° zal hebben bereikt. Nu kunt u het brood in de oven zetten. 7 NL NL Recept voor BROOD: 1 bakplaat van 1000 g max, onderste ovenstand • B.v.: het is 9:00 uur en u programmeert een duur van 1 uur en 15 minuten. Het programma stopt automatisch om 10:15. Recept voor 1000 g deeg: 600 g meel, 360 g water, 11 g zout, 25 g bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist) Procedure: • Meng het meel en het zout in een grote kom. • Doe de gist in lauw water (circa 35 graden). • Maak een kuil in het meel. • Giet er het mengsel van water en gist in • Kneed het geheel totdat een homogeen deeg is gevormd dat niet plakkerig is, door het deeg 10 minuten lang met de palm van de hand plat te drukken en vervolgens weer dicht te vouwen. • Maak een bal van het deeg, doe het in een slakom en bedek het met plastic folie om te voorkomen dat de buitenkant ervan uitdroogt. Doe de slakom in de oven op de handmatige functie LAGE TEMPERATUUR op 40°C en laat het ongeveer 1 uur lang rijzen (het volume van het deeg moet verdubbelen). • Verdeel de bal om de verschillende broden te maken. • Leg ze op ovenpapier op de bakplaat. • Bestrooi de broden met meel. • Maak sneden in de broden. • vergeet niet 1 dl koud water te gieten in de bakplaat op stand 5; Voor het reinigen kunt u het beste water en azijn gebruiken. • Plaats het vlees in de koude oven. Het einde van een bereiding programmeren  Het programmeren van het einde van een bereiding is alleen mogelijk nadat u een kookduur heeft geselecteerd. • Start het programma BROOD • Aan het einde van de kooktijd laat u de broden rusten op een rooster totdat ze geheel zijn afgekoeld. Functie TAARTEN Deze functie kan worden gebruikt voor het koken van taarten. Plaats het gerecht in de koude oven. U kunt de gerechten eventueel ook in de warme oven plaatsen. Het is mogelijk alleen de duur -10/+10 minuten te wijzigen. De bereiding programmeren  De programmering is alleen mogelijk wanneer een kookprogramma is geselecteerd. Het programmeren van de kookduur 1. Druk meerdere malen op de toets totdat het symbool en de drie cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “” om de gewenste duur in te stellen; 3. druk nogmaals op de toets om te bevestigen. 4. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de bereiding en klinkt een geluidssignaal. 8 1. Volg de procedure van de duur van punt 1 t/m 3; 2. druk daarna op de toets totdat het symbool en de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 3. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “” om de uren in te stellen; 4. druk nogmaals op de toets totdat de andere twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 5. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “” om de minuten in te stellen; 6. druk nogmaals op de toets om te bevestigen; 7. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de bereiding en klinkt een geluidssignaal. • B.v.: het is 9:00 uur, u programmeert een duur van 1 uur en 15 minuten en de eindtijd om 12:30. Het programma zal automatisch om 11:15 beginnen. en gaan aan om aan te geven dat een De symbolen programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY verschijnen om de beurt de eindtijd en de duur van de bereiding. Om een programmering te annuleren draait u de PROGRAMMAKNOP op stand “0”. Praktische kooktips  Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit de standen 1 en 5: in deze standen zou de hete lucht de fijne gerechten kunnen verbranden.  Bij de functies DRAAISPIT en ROOSTEREN raden wij u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om vet of jus op te vangen. MULTIKOKEN • Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de gerechten die meer warmte nodig hebben op stand 2. • Plaats de lekplaat op de onderste stand en het rooster op de hoogste. PIZZA • Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet hem op het bijgeleverde ovenrooster. Bij gebruik van de bakplaat is de bereidingstijd langer en krijgt u waarschijnlijk geen krokante pizza. • Bij zeer gevulde pizza’s raden wij aan de mozzarella of andere kaas pas halverwege de kooktijd toe te voegen. Kooktabel oven PEULVRUCHTEN VOORGERECHTEN GERECHTEN plum-cake met olijven, tonijn, enz. Boerentaarten kaastaart, zalmschotel FUNCTIE TEMPERATUUR HULPMIDDELEN 160 °C taartvorm op lekplaat Gebak- of multiniveau Gebak- of multiniveau 200 °C op lekplaat 200 °C terrinevorm op lekplaat (au bain-marie met warm water) schotel op lekplaat (au bain-marie met warm water) taartvorm op lekplaat 200-210 °C schotel op lekplaat Terrines terrine van vis, vlees, groenten, foie gras, enz. Traditioneel 160 °C Ovenschotel leverpastei van gevogelte, zalmpuree, eieren en cocotte, enz. Traditioneel 160 °C Soufflé kaassoufflé, groentesoufflé, vissoufflé, enz. Gegratineerde gerechten gegratineerde aardappels, parmentiersoep, lasagne, enz. Multiniveau gratineren (of braden) Gevulde groenten aardappels, tomaten, courgettes, kool, enz. Multiniveau 200 °C Gestoofde groenten en cocotte sla, wortels, haverwortel, enz. Traditioneel 200 °C Flan paddestoelenflan, groentebeignets, enz. Traditioneel 160 °C Terrines groenteterrine Traditioneel 160 °C Soufflé Gerechten in beslag In aluminiumfolie Rijst soufflé van asperges, tomaten, enz. groenteschotel, enz. truffels, enz. Pilaf Multiniveau Multiniveau Multiniveau Traditioneel 200 °C 200 °C 200 °C 180 °C op lekplaat of vorm op bakplaat cocotte op lekplaat schotel of taartvorm op lekplaat (au bain-marie met warm water) taartvorm op lekplaat (au bain-marie met warm water) taartvorm op lekplaat op lekplaat aluminiumfolie op lekplaat schotel op lekplaat GERECHTEN VOORBEELDEN FUNCTIE TEMPERATUUR HET PLAATSEN Gebraden gevogelte Gevogelte aan het spit kip, eend, haantje, kapoen. kip, haantje varkensgebraad, kalfsgebraad, kalkoen, roastbeef, lamsbout, reebout, gefarceerde kalfsborst, enz. Braden Braadspit 200 °C 270 °C gevogelte op rooster vleespen van braadspit Braden 200 °C vlees op rooster Multiniveau 180 °C (op een derde van de braadtijd verlagen tot 160 °C) vlees op bakplaat, regelmatig bedruipen met de jus Traditie 190 °C cocotte op bakplaat Multiniveau 200 °C filet van rundvlees à la Wellington, lamsbout in deegkorst, enz. Multiniveau 200 °C 240 °C braadstukken van grote afmetingen VLEES VOORBEELDEN Hartige plum-cakes Braadstukken Gesauteerd vlees in ovenschotel en traditionele gerechten Grilleren Vlees in deegkorst Gerechten met deegkorst VIS NL Gegrillde vis en aan satéstokjes Hele vissen (gefarceerd) Visfilets (met wijn of andere vloeistof) In aluminiumfolie Vis in deegkorst (bladerdeeg of pasteideeg) Vis au gratin Soufflé Vis in zoute deegkorst hele lamsbout, grote kapoen of kalkoen enz. boeuf bourguignon, konijn alla cacciatora, gesauteeerd kalfsvlees Marengo, gestoofd lamsvlees, kip a la basque, enz. biefstuk, karbonaden, worstjes, vleesstokjes, kippenborst, enz. gevogelte met deegkorst, enz. Multiniveau baars, makreel, sardine, zeebarbeel, tonijn enz. Multiniveau 180 °C zeebrasem, karper enz. Multiniveau 200 °C op rooster (inzethoogte naar gelang de dikte op bakplaat (voor grote stukken, verlagen tot 160 °C als het deeg gaar is) vlees op bakplaat of schotel op bakplaat op rooster (inzethoogte naar gelang de dikte op bakplaat zalm, schorpioenvis, kabeljouw, baars enz. Traditie 200 °C op bakplaat tong, schelpen saint jacques, enz. Multiniveau 200 °C op bakplaat zalm, vis aan satéstokjes enz. Multiniveau 200 °C op bakplaat kabeljouw gegratineerd a là provençale enz. schelpen Saint Jacques enz. gratin (of braden) Multiniveau 200-210 °C 200 °C baars, karper enz. Multiniveau 240 °C schotel op bakplaat vorm op bakplaat vis op bakplaat of schotel op bakplaat 9 Kooktabel oven GERECHTEN VOORBEELDEN FUNCTIE Koekjes (zonder gist) cake, lange vingers, opgerolde koekjes, Brownies, TEMPERATUUR GEBAK 200 °C Vruchtenaart van gistdeeg suikertaart, vlaaien Bereiding bodem voor vruchtentaarten (zandtaartdeeg) taart met verse vruchten (aardbeien, frambozen, enz.) Gebakjes (bladerdeeg of kruimeldeeg) PATISSERIE DESSERTS 180 °C peergebakjes, enz. 220 °C Kleine gebakjes (bakkersgist) profiteroles, kleine soesjes, paris brest, gâteau saint honoré, enz. croissants, suikertaarten, brioches, kleine savarins, enz. Groot gebak (bakkersgist) kougloff, brioches, panettone, zoet brood 160 °C Koekjesdeeg Zandtaartdeeg Bladerdeeg Bitterkoekjes, kokosballetjes Gistdeeg Lichtgebakken meringues Doorgebakken meringues gebakjes in papieren cups, lepelkoekjes, enz. zandkoekjes, spritsen, biscuits, enz. verschillende soorten feuilletee-gebak, enz. kokoskoekjes, amandelkoekjes mini-brioches, mini-croissants, enz. 180 °C 200 °C 200 °C 180 °C 180 °C 70 °C 110 °C Pudding broodpudding, rijstpudding Crème en flans Griesmeelpuddingen crème caramel, crème brûlée, chocoladeflan, enz. Rijstdesserts rijst à la condé, rijst à l’imperatrice, enz. 180 °C Soufflé soufflé met likeur, soufflé met fruit, enz. 200 °C Gevuld fruit of fruit in aluminiumfolie gestoofde appels, enz. soesjes FRUIT 180 °C Gebak- of multiniveau 190 °C op lekplaat 180 °C op lekplaat op lekplaat of taartvorm op lekplaat op lekplaat op lekplaat op lekplaat op lekplaat op lekplaat op lekplaat op lekplaat taartvorm op lekplaat Vorm of ovenschotel op lekplaat (au bainmarie op lekplaat) taartvorm op lekplaat taartvorm op lekplaat taartvorm of aluminiumfolie op lekplaat 190 °C 160 °C Gebak- of multiniveau Multiniveau 200 °C VOORBEELDEN FUNCTIE TEMPERATUUR HULPMIDDELEN LAGE TEMPERATUUR 40 °C schotel op lekplaat paddestoelen, kruiden, fruit of groenten in schijven, enz. LAGE TEMPERATUUR 65 °C op rooster GERECHTEN Yoghurt Droge etenswaren Gebak- of multiniveau HULPMIDDELEN taartvorm op lekplaat taartvorm op lekplaat taartvorm op lekplaat taartvorm op lekplaat (bruine bonen in deegkorst) taartvorm op lekplaat 200 °C Cheesecake VARIA NL Automatische kookprogramma’s Functie Runderrollade Taarten Aanbevolen bereiding voor... VOORBEELDEN HULPMIDDELEN Niveau bakplaat Gebraden vlees Kalfsrollade Gebraden varkensvlees Gebraden kip Lamsbout op lekplaat of rooster 2 Plum-cake en marmercake (met gedroogde gist) Vruchtentaart (kruimeldeeg of bladerdeeg, met of zonder flan) Bladerdeeg Gebak zonder gist (clafoutis, amandeltaart, boerentaart, enz.) vruchtencake, marmercake, enz. appeltaart, pruimentaart, perentaart enz. apfelstrudel, boerentaarten, pasteitjes, enz. taartvorm op rooster 2 taartvorm op rooster 2 op lekplaat 2 op lekplaat 2 Kooktijd (minuten) In oven plaatsen Koud 45** Koud Pizza Dikke pizza's (brooddeeg) 2 28** Warm of koud Brood *** 2 55 Koud * De kooktijden dienen slechts als indicatie en kunnen naar eigen smaak aangepast worden. De voorverwarming van de oven is door de fabriek ingesteld en kan niet handmatig worden gewijzigd. ** De duur van de automatische bereidingen is van te voren ingesteld. De waarden in de tabel hebben betrekking op de minimum en maximum waarden. Zij kunnen door de gebruiker worden gewijzigd, te beginnen met de vooringesteld duur. *** Zoals het recept aangeeft, dient u 100 gr water in de lekplaat toe te voegen. 10 Starten en gebruik  De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat Uitschakelen kookgedeeltes vetvlekjes achter op het glas. Voordat u het apparaat gebruikt raden wij u aan de vlekken te verwijderen met een speciaal niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste paar uur dat u het apparaat gebruikt kan het zijn dat u een rubbergeur ruikt. Deze zal echter snel wegtrekken. • Druk op de toets : het vermogen van het kookgedeelte wordt langzaam minder totdat het uitgaat.  Als de kookplaat elektrisch wordt aangesloten Programmering kookduur hoort u na enkele seconden een kort geluidssignaal afgaan. Alleen dan kunt u de kookplaat aanzetten.  Als u lang op de toetsen drukt - en + kunt u de stroomsterkte en de minuten van de timer snel laten toenemen. Druk ongeveer 1 seconde op de knop voor het inschakelen van de kookplaat. en een regelsysteem voor de stroomsterkte, bestaande - en +. • Voor het in werking stellen van een kookzone drukt u op de betreffende toets en stelt u de gewenste - en +. Booster functie* Om de verwarmingstijd te versnellen kunt u in enkele kookzones de booster functie activeren door op de b ooster en: ! Alle kookgedeeltes kunnen tegelijkertijd geprogrammeerd worden voor een tijdsduur van tussen de 1 en de 99 minuten. 1. Kies het kookgedeelte door middel van de betreffende selectietoets. 2. De stroomsterkte instellen. Het controlelampje voor het betreffende kookgedeelte begint te knipperen. 4. Stel de gewenste kookduur in door middel van de - + en . 5. Bevestigen door op toets Iedere kookzone wordt in werking gesteld door stroomsterkte in met de toetsen - toetsen Inschakelen kookzones uit een dubbele toets dit door middel van de selectietoets 3. Druk op de programmeertoets Inschakelen kookplaat middel van een selectietoets Voor het uitschakelen van een kookgedeelte kiest u toets te drukken. Het controlelampje boven de toets gaat aan. Deze functie verhoogt het vermogen tot 2000 W of 3000 W, aan de hand van de grootte van de gekozen kookzone. De boosterfunctie stopt na 4 minuten automatisch. Zolang de booster van een van de kookzones actief is, zal het gedeelte daarvoor of daarachter slechts over een beperkt vermogen beschikken (bv.: als in de kookzone linksachter de booster actief is, zal het vermogen in de kookzone linksvoor afnemen). Voor verdere informatie kunt u de Technische beschrijving van de modellen raadplegen. te drukken, of na 10 seconden vindt automatische selectie plaats. De timer begint gelijk met aftellen. Het einde van de geprogrammeerde kooktijd wordt aangegeven door een geluidssignaal (van 1 minuut) waarna het kookgedeelte uitgaat. Herhaal de hierboven beschreven procedure voor iedere kookplaat die u wilt programmeren. Visualisatie bij een meervoudige programmering. Indien een of meer kookplaten zijn geprogrammeerd vertoont het display de resterende tijd van de kookplaat die als eerste eindigt, terwijl hij de positie ervan aanduidt door middel van het betreffende controlelampje dat knippert. De controlelampjes van de andere geprogrammeerde kookplaten zijn aan. Om de resterende tijd van de andere geprogrammeerde kookplaten te visualiseren moet u een aantal keren op de toets drukken: met de klok mee zullen, de een na de ander, de tijden van de timer alle geprogrammeerde kookplaten worden getoond, te beginnen met de kookplaat linksvoor. Het wijzigen van een programmering 1. Druk een aantal keer op de toets totdat de tijd van de kookplaat die u wilt wijzigen verschijnt. 2. Druk op de toetsen * Slechts op enkele modellen aanwezig. - en + voor het instellen van de nieuwe tijd. 11 NL NL 3. Bevestig door op de toets te drukken. Om een programmering te annuleren moet u bovenstaande handelingen uitvoeren. Bij punt 2 drukt u op de toets : de duur vermindert langzaamaan tot aan de uitschakeling 0. De programmering wordt gewist en het display verlaat de programmeringsmodus. - De timer “Demo” modus Het is mogelijk een demomodus in te stellen waarbij het bedieningspaneel normaal functioneert (de opdrachten betreffende de programmering inbegrepen), maar waarbij de verwarmingselementen niet aangaan. Om de “demo” modus te activeren moet de kookplaat aanstaan en alle stralingselementen uit: • Druk tegelijkertijd 6 seconden lang op de toetsen + en De kookplaat moet aan zijn. Met de timer kunt u een duur tot aan 99 minuten instellen. 1. Druk op de toets programmering zullen de controlelampjes ON/OFF en BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL een seconde lang knipperen. Laat de toetsen totdat het 2. Stel de gewenste kookduur in door middel van de - + en . 3. Bevestig door op de toets te drukken. De timer begint gelijk met aftellen. Als de tijd verstreken is hoort u voor de duur van 1 minuut een geluidssignaal. Blokkering van het bedieningspaneel Als de kookplaat in werking is kunt u het bedieningspaneel blokkeren om een ongewenst aanraken te vermijden (kinderen, schoonmaakhandelingen, enz.). Door op de toets te drukken zal het bedieningspaneel worden geblokkeerd. Het controlelampje boven de toets gaat aan. Als u het bedieningspaneel weer wilt gebruiken (bv. als u wilt stoppen met koken) moet u de blokkering uitschakelen: druk even op de toets Uitschakelen kookplaat ; het apparaat gaat uit. Als het bedieningspaneel is geblokkeerd, blijft dit ook geblokkeerd nadat u de kookplaat opnieuw inschakelt. Als u de kookplaat opnieuw wilt inschakelen moet u eerst het bedieningspaneel deblokkeren. 12 en los en • het display toont om de beurt de tekst DE en MO en het kookvlak gaat uit; • de volgende keer dat u de kookplaat inschakelt zal hij zich in de “demo” modus bevinden. Om deze modus te verlaten volgt u de boven beschreven procedure. Het display toont om de beurt de tekst DE en OF en het kookvlak gaat uit. Als u het kookvlak weer inschakelt zal het gewoon functioneren. Praktische tips voor het gebruik van het apparaat ! Gebruik pannen die gemaakt zijn van materiaal dat geschikt is voor inductie (ferromagnetisch materiaal). Wij raden het gebruik aan van pannen van: gietijzer, geëmailleerd staal of speciaal inductie roestvrij staal. U kunt zelf testen of een pan geschikt is door hem uit te proberen met een magneet. GESCHIKTE MATERIALEN ONGESCHIKTE MATERIALEN . Het controlelampje gaat uit en het bedieningspaneel wordt weer geactiveerd. Druk op de toets + - druk op de toets controlelampje van de timer aangaat. toetsen . Zodra de 6 seconden zijn verstreken * Gietijzer Ge‘mailleerd staal Speciaal roestvrij staal Koper, Aluminium, Glas, Terracotta, Aardewerk, Niet magnetisch roestvrij staal Om optimale resultaten te bereiken met de kookplaat: • Gebruik alleen pannen met een dikke, platte bodem zodat ze perfect aansluiten op het verwarmingsvlak. • Houd de bodem van de pannen altijd goed schoon en droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak. Dit verlengt de levensduur van zowel de pannen als het kookvlak zelf. • Vermijd dezelfde pannen te gebruiken die u ook op een gasfornuis heeft gebruikt: de warmteconcentratie van gasbranders kan de bodem van pannen vervormen, waardoor ze niet goed meer aansluiten. Veiligheidssystemen Pannensensor Ieder kookgedeelte is voorzien van een systeem dat waarneemt of er een pan op staat. De plaat straalt alleen warmte uit als er een pan van de juiste afmetingen op staat. Het knipperende controlelampje kan betekenen: • dat de pan niet geschikt is • dat de pan een te kleine diameter heeft • dat de pan niet goed aansluit Aanwijzers van de resterende warmte Ieder kookgedeelte is voorzien van een aanwijzer van de resterende warmte. Deze aanwijzer geeft aan welke kookzones nog heet zijn. Als het vermogensdisplay toont dan is het kookgedeelte nog warm. Het is bijvoorbeeld mogelijk een gerecht warm te houden of boter of chocolade te laten smelten. Met het afkoelen van het kookgedeelte zal het vermogensdisplay tonen. Het display gaat uit wanneer de kookzone voldoende is afgekoeld. B.v.: de kookplaat rechtsachter staat op 5, terwijl de plaat linksvoor op 2 staat. De plaat rechtsachter zal automatisch na 5 uur uitgaan, de plaat linksvoor na 8 uur. Vermogensniveau Begrenzing van de werkingsduur in uren 1 9 2 8 3 7 4 6 5 5 6 4 7 3 8 2 9 1 Geluidssignaal Enkele storingen, zoals: • een voorwerp (pan, bestek, enz.) dat meer dan 10 seconden op het bedieningspaneel ligt, • gemors op het bedieningspaneel, • een lange druk op een toets, kunnen een geluidssignaal veroorzaken. Verwijder de oorzaak van de storing en het geluidssignaal houdt op. Als de oorzaak van de storing niet wordt verwijderd blijft het geluidssignaal gaan en wordt het kookvlak uitgeschakeld. Oververhitting In het geval van oververhitting van de elektronische onderdelen gaat de kookplaat automatisch uit en verschijnt op het display F gevolgd door een knipperend nummer. Deze boodschap verdwijnt en u kunt de kookplaat weer gebruiken zodra de temperatuur tot op een acceptabel niveau is gezakt. Veiligheidsschakelaar Het apparaat beschikt over een veiligheidsschakelaar die de kookgedeeltes automatisch uitschakelt als de tijdslimiet voor een bepaald vermogensniveau is bereikt. Tijdens deze veiligheidsonderbreking vertoont het display het cijfer “0”. 13 NL NL Technische beschrijving van de modellen Het inductiesysteem is het snelste kooksysteem dat er bestaat. In tegenstelling tot de traditionele kookplaten wordt niet het kookgedeelte verwarmd: de warmte wordt direct binnenin de pan gecreëerd, die daarom noodzakelijkerwijs een bodem van ferromagnetisch materiaal moet bezitten. Kookplaten Kookgedeeltes Linksachter Rechtsachter Linksvoor Rechtsvoor Totaal vermogen CI 96 I W CI 96 I A CI 96 I I Vermogen (in W) I 1400 – 600 se Ant. Sx* I 2200 – B 3000* I 2200 – B 3000* I 1400 – 600 se Post. Dx* 7200 Legenda: I = kookgedeelte met eenvoudige inductie B = booster: de kookzone kan over een extra vermogen van 3000 W beschikken * = het maximale vermogen wordt beperkt terwijl de booster in het kookgedeelte erachter actief is (zie Starten en gebruik). 14 Koken op zeer laag vuur Koken op laag vuur Koken op middelmatig vuur Koken op hoog vuur Koken op zeer hoog vuur Praktische kooktips ª • • ¶ ¶ § § S S ¢ ¢ £ ™ ™ ¡ NL Koken met een snelkookpan Snelkookpan Frituren Grillen Koken Crêpes Koken op hoog vuur en bruin bakken (Braadstukken, biefstukken, kalfslappen, visfilets, gebakken eieren) Snel indikken (vloeibare sauzen) Koken van water (pasta, rijst, groente) Melk Langzaam indikken (gebonden sauzen) Au bain-marie koken Koken met snelkookpan, na het sissen Koken op laag vuur (stoofschotels) Opwarmen van gerechten Chocoladesaus Warm houden van gerechten 15 Voorzorgsmaatregelen en advies NL  Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te nemen. Algemene veiligheidsmaatregelen • Deze instructies zijn alleen geldig voor de landen waarvan de symbolen voorkomen in de handleiding en op het typeplaatje van het apparaat. • Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel gebruik binnenshuis. • Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of als het onweert. • Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent of met natte of vochtige handen of voeten. • Het apparaat dient gebruikt te worden om voedsel te bereiden. Het mag uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen volgens de instructies die in deze handleiding beschreven staan. Elk ander gebruik (bv.: verwarming van ruimten) is als oneigenlijk te beschouwen en dus gevaarlijk. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade die te wijten is aan onjuist, verkeerd of onredelijk gebruik.. • Deze handleiding betreft een apparaat van klasse 1 (losstaand) of klasse 2 - subklasse 1 (ingebouwd tussen 2 meubels). • Gedurende het gebruik van de oven worden de verwarmingselementen en enkele delen van de ovendeur heet. Raak ze niet aan en houd kinderen op een afstand. • Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op warme delen van het apparaat terechtkomen. • Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij. • Op de platen mogen geen wankele of vervormde pannen worden gezet om omvallen te vermijden. Zorg dat de handvatten naar het midden van het fornuis zijn gericht zodat u er niet tegenaan kunt stoten. • Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven te zetten en eruit te halen. • Gebruik geen ontvlambare vloeistoffen (alcohol, benzine enz.) in de buurt van het apparaat als het in gebruik is. • Plaats geen brandbaar materiaal in de onderste opberglade of in de oven: als de oven plotseling aan zou worden gezet zou dit materiaal vlam kunnen vatten. 16 • Controleer altijd dat de knoppen in de stand o staan als het apparaat niet wordt gebruikt. • Trek nooit de stekker aan het snoer uit het stopcontact, maar pak altijd de stekker direct beet. • Maak het apparaat niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne mechanismen van het apparaat te repareren. Neem contact op met de Technische Dienst. • Plaats geen zware voorwerpen op de open ovendeur. • De interne oppervlakken van de lade (indien aanwezig) kunnen warm worden. • Het glaskeramische kookvlak is bestand tegen mechanische stoten. Het kan echter worden beschadigd (of barsten) als het wordt geraakt door een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap. Als dit gebeurt moet u onmiddellijk het apparaat afsluiten van de elektrische stroom en contact opnemen met de Technische Dienst. • Als het oppervlak van de kookplaat gebarsten is moet u het apparaat uitschakelen om te voorkomen dat u een elektrische schok krijgt. • Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat u het uitschakelt. De resterende warmte wordt aangeduid door een aanwijzer (zie Starten en gebruik). • Houd voorwerpen die kunnen smelten op afstand van de kookplaat, zoals bv. plastic, aluminium of suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of aluminium verpakkingen en folie: als u ze op het nog warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u zware schade aanrichten. • Richt de handvatten van de pannen altijd naar de binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per ongeluk tegenaan stoot. • Trek nooit de stekker aan het snoer uit het stopcontact, maar pak altijd de stekker direct beet. • Maak het apparaat niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Plaats geen metalen voorwerpen (messen, lepels, deksels enz.) op de kookplaat aangezien zij heet kunnen worden. • Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet de nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het apparaat werkt. • Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen. • Als het fornuis op een voetstuk wordt geplaatst moet u er voor zorgen dat het er niet af kan schuiven. • Mededeling voor dragers van een pacemaker of een ander actief ingeplant medisch apparaat: De kookplaat voldoet aan alle geldende normen betreffende elektromagnetische storing. Dit product is aldus in volkomen overeenstemming met de voorschriften van de wet (richtlijn 89/336/EEG). Het ontwerp is zodanig gepland dat het geen storingen veroorzaakt bij andere elektrische apparaten die worden gebruikt, mits ook dezen voldoen aan bovengenoemde normen. De inductieplaat creëert elektromagnetische velden op korte afstand. Teneinde ieder risico van storing tussen de kookplaat en de pacemaker te vermijden moet deze laatste ook voldoen aan de geldende normen. Wat dat betreft kunnen wij slechts de conformiteit van ons eigen product garanderen. Voor informatie omtrent conformiteit of eventuele problemen verzoeken wij u zich tot uw behandelende arts te wenden of tot de fabrikant van de pacemaker. • Na het gebruik dient u de kookplaat uit te schakelen door middel van het bedieningsmechanisme en niet uitsluitend te vertrouwen op de pannensensor. Afvalverwijdering • Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt u aan de plaatselijke normen zodat het materiaal hergebruikt kan worden. • De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA), voorziet dat huishoudelijke apparatuur niet met het normale afval mag worden meegegeven. De verwijderde apparaten moeten apart worden opgehaald om het terugwinnen en recyclen van de materialen waaruit ze bestaan te optimaliseren en te voorkomen dat er eventuele schade voortvloeit voor de gezondheid en het milieu. Het symbool van de afvalemmer met een kruis staat op alle producten om de consument eraan te herinneren dat dit gescheiden afval is. Om meer informatie te verkrijgen betreffende een juiste verwijdering van huishoudapparaten kan de consument zich richten tot de gemeentelijke reinigingsdienst of de verkopers. Energiebesparing en milieubehoud NL • Door de oven te gebruiken vanaf het late middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat de elektriciteitscentrales minder worden belast tijdens het ‘spitsuur’. De optie waarmee u programma’s programmeert, in het bijzonder de “uitgestelde start” (zie Programma’s) kunnen u hierbij helpen. • Houd bij de functies DRAAISPIT en ROOSTEREN altijd de ovendeur dicht: u bereikt betere kookresultaten en een aanzienlijke energiebesparing (circa 10%). • Houd de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen.  Dit product voldoet aan de eisen die gesteld worden door de nieuwe Europese Richtlijn voor energiebesparing voor apparaten in de standbystand. OVEN Wanneer 2 minuten lang geen handelingen worden uitgevoerd, gaat het apparaat automatisch in de standy-stand. De standby-stand wordt weergegeven middels het "toets Klok" op een lage verlichtingssterkte. Wanneer weer een handeling aan het apparaat wordt uitgevoerd, gaat het systeem onmiddellijk weer over in de operationele stand. COOKPLAAT Wanneer 2 minuten lang geen handelingen worden uitgevoerd gaat het apparaat, na het uitgaan van de waarschuwingslampjes voor restwarmte en voor de ventilator (indien aanwezig), automatisch in de “off mode”. Door op de ON/OFF toets te drukken, keert het apparaat weer terug in de operationele stand. 17 Onderhoud en verzorging NL De elektrische stroom afsluiten Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u tot enige handeling overgaat. Reinigen van het apparaat  Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen van het apparaat. • Reinig het glas van de deur met een spons en niet schurende producten. Droog met een zachte doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen of scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou kunnen barsten. • De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met een spons en een sopje worden afgenomen. Als de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Spoel en droog het na het schoonmaken goed af. Gebruik geen schuurmiddelen of bijtende producten. • De binnenkant van de oven kunt u het beste direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is. Gebruik warm water en een schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog met een zachte doek. Gebruik geen schuurmiddelen. • De accessoires kunnen gewoon worden afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser). • Het bedieningspaneel moet worden gereinigd met een niet schurende spons of een zachte doek. • Roestvrij staal kan vlekken vertonen als er langere tijd kalkhoudend water of fosforhoudende schoonmaakmiddelen op hebben gelegen. We raden u dus aan alles goed af te spoelen en te drogen. 2. Schroef het lampje los en vervang het met eenzelfde soort lampje: vermogen 15 W, fitting E 14. Zet het deksel weer op zijn plaats en let erop dat de afdichting goed is bevestigd (zie afbeelding). Het reinigen van de glaskeramische kookplaat Het controleren van de afdichtingen van de oven Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen rondom de ovendeur. In het geval de afdichting beschadigd is, dient u zich tot de dichtstbijzijnde Erkende Servicedienst te wenden. Gebruik de oven niet voordat de reparatie is uitgevoerd.  Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of bijtende middelen, zoals vlekkenmiddelen en roestverwijderende producten, schoonmaakmiddelen in poedervorm of schuursponzen: deze kunnen het oppervlak onherstelbaar krassen. • Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met een vochtige spons reinigen en afdrogen met keukenpapier. • Als de plaat erg vuil is moet hij worden schoongemaakt met een speciaal middel voor keramiekplaten. Daarna moet u hem afspoelen en afdrogen. • Voor het verwijderen van hardnekkig vuil kunt u een hiervoor bestemd schrapertje gebruiken. Doe dit zo snel mogelijk zonder te wachten tot het apparaat koud is geworden, om het hard worden van de resten te vermijden Uitstekende resultaten kunnen ook worden bereikt met een speciaal roestvrij staalwolsponsje voor keramiekplaten in een sopje gedoopt. • Als er op de kookplaat onverhoopt voorwerpen of plastic materiaal of suiker zouden smelten, moet u ze onmiddellijk met het schrapertje verwijderen zolang het oppervlak nog warm is. • Als de plaat is schoongemaakt, kan hij worden behandeld met een speciaal product voor onderhoud en bescherming: het onzichtbare laagje dat dit product achterlaat beschermt de plaat in het geval er iets overkookt. Dit soort handelingen moeten worden uitgevoerd als de plaat lauw of koud is. • Vergeet niet de kookplaat altijd met schoon water af te spoelen en goed af te drogen: restjes schoonmaakmiddel kunnen de volgende keer dat u kookt aankoeken. Vervangen van het ovenlampje Speciale producten voor het Waar het te reinigen van keramisch glas krijgen is Holte Voor het vervangen van het ovenlampje: Lamp Afdichting Deksel 18 1. Verwijder het glazen lampenkapje met behulp van een schroevendraaier. Radeermesje of scheermesje Hobby-shop en Ijzerhandel Stahl-Fix SWISSCLEANER WK TOP Andere producten voor keramisch glas Huishoudwinkel Doe-het-zelf winkel Ijzerhandel Supermarkt * Slechts op enkele modellen aanwezig. Automatische reiniging PYROLYSE Veiligheidsmechanismen Het programma PYROLYSE brengt de oventemperatuur op 500°C om het pyrolyseproces (ofwel het verbranden van voedselrestjes) te starten. Het vuil wordt letterlijk as. Gedurende de automatische reiniging kunnen de oppervlakken zeer heet worden: houd kinderen op een afstand. Door de ovendeur heen kunt u zien dat bepaalde deeltjes oplichten: dit is een plotselinge verbranding, hetgeen een absoluut normaal verschijnsel is dat geen enkel gevaar met zich mee brengt. • het verlichte symbool op het display geeft aan dat de ovendeur automatisch is geblokkeerd omdat de temperatuur zeer hoog is geworden; Voor het activeren van de PYROLYSE: • verwijder met een natte spons het ergste vuil uit de oven. Gebruik geen schoonmaakmiddelen; • haal alle accessoires uit de oven; • laat geen keukendoeken of pannenlappen aan het handvat hangen. • zet de PROGRAMMAKNOP op “0”  Als de oven te heet is kan het gebeuren dat de pyrolyse niet start. Wacht tot de oven is afgekoeld.  Het programma zal alleen van start gaan als de ovendeur gesloten is. Om de reinigingscyclus PYROLYSE te activeren drukt u circa 4 seconden op de toets . Met de knop INSTELLEN TIJDEN kunt u het gewenste reinigingsniveau kiezen met een vooringestelde en niet wijzigbare tijdsduur: 1. Economisch (ECO): draai de knop richting “-”. Duur 1 uur; 2. Normaal (NOR): beginniveau. Duur 1 uur en 30 minuten; 3. Intensief (INT): draai de knop richting “+”. Duur 2 uur. 4. Druk op de toets om te bevestigen. Zoals voor een normaal kookprogramma is het ook voor de PYROLYSE cyclus mogelijk een einde te programmeren (zie Programmeren van het einde van de automatische reiniging). • het symbool NL geeft aan dat op elk willekeurig moment dat u op de toets de reinigingscyclus kunt annuleren; drukt u • als er iets onverwachts of vreemds gebeurt zal de verwarming worden onderbroken; • als de deur geblokkeerd is kunnen de tijdsduur en de eindtijd van de cyclus niet meer veranderd worden. Het einde van de automatische reiniging programmeren 1. Druk op de toets totdat het symbool en de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de uren in te stellen; 3. druk nogmaals op de toets totdat de andere twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 4. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de minuten in te stellen; 5. druk nogmaals op de toets om te bevestigen. 6. als de ingestelde tijd is verstreken verschijnt op het DISPLAY het woord END en hoort u een geluidssignaal. • B.v.: het is 9:00 uur, u kiest het Economische niveau van PYROLYSE met een vooringestelde tijd van 1 uur. U programmeert 12:30 als eindtijd. Het programma zal automatisch om 11:30 beginnen. De symbolen en gaan aan om aan te geven dat een programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY verschijnen om de beurt de eindtijd en de duur van de PYROLYSE. Na de automatische reiniging De ovendeur kan pas worden geopend als de temperatuur tot op een acceptabel niveau is gezakt. U zult nu wat wit poeder waarnemen op de bodem en op de wanden van de oven: verwijder dit met een natte spons als de oven is afgekoeld. Als u wilt profiteren van de overgebleven warmte van de oven om te gaan koken, kunt u het witte poeder rustig laten liggen: het levert geen enkel gevaar op voor de gerechten die u wilt gaan koken. 19 Servicedienst NL Belangrijk: Het apparaat is voorzien van een automatisch diagnostisch systeem dat eventuele storingen opspoort. Deze kunt u op het display aflezen met berichten zoals: “F” gevolgd door enkele nummers. In deze gevallen moet u de technische dienst inschakelen.  Wendt u nooit tot niet erkende monteurs. Dit dient u door te geven: • Het soort storing; • Het model apparaat (Mod.) • Het serienummer (S/N) Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat. 20
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40

Scholtes CI 96I I de handleiding

Type
de handleiding

in andere talen