Documenttranscriptie
Nederlands
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
veiligheidsvoorschriften
productomschrijving
voor het eerste gebruik
installatie
gebruik van de oven
bediening van het kookgedeelte
pannen voor inductie
pagina 4
pagina 9
pagina 11
pagina 11
pagina 14
pagina 16
pagina 19
8. bediening van de multifunctionele oven
9. baktips en baktabel
10. reiniging en onderhoud
11. storingen en oplossingen
12. productkaart
algemene service- en garantievoorwaarden
pagina 20
pagina 21
pagina 24
pagina 26
pagina 27
pagina 100
English
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
safety instructions
product description
prior to first use
installation
use of the oven
operating the cooking section
pans for induction
page 28
page 33
page 35
page 35
page 38
page 40
page 43
8. operating the multifunctional oven
9. baking tips and baking tables
10. cleaning and maintenance
11. breakdowns and solutions
12. product fiche
general terms and conditions of service
and warranty
page 44
page 45
page 48
page 50
page 51
page 102
Seite 52
Seite 57
Seite 59
Seite 59
Seite 62
Seite 64
8. Bedienung des Multifunktions-Backofens
9. Backtipps und Backtabellen
10. Reinigung & Wartung
11. Störungen und Lösungen
12. Produktkarte
Allgemeine Service- und Garantiebedingungen
Seite 68
Seite 69
Seite 72
Seite 74
Seite 75
Seite 104
8. commande du four multifonction
9. conseils de cuisson et tableaux de cuisson
10. nettoyage et entretien
11. pannes et solutions
12. fiche de produit
conditions générales de garantie et
de service après-vente
page 92
page 93
page 96
page 98
page 99
Deutsch
1. Sicherheitshinweise
2. Produktbeschreibung
3. Vor dem ersten Gebrauch
4. Installation
5. Verwendung des Backofens
6. Bedienung des Kochbereichs
7. Für Induktionskochfelder geeignete Töpfe
und Pfannen
Seite 67
Français
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
consignes de sécurité
description du produit
avant la toute première utilisation
installation
utilisation du four
commande de la partie cuisson
ustensiles de cuisson pour l’induction
page 76
page 81
page 83
page 83
page 86
page 88
page 91
page 106
•3
Nederlands
1
veiligheidsvoorschriften
• Lees eerst de gebruiksaanwijzing aandachtig en geheel
door voordat u het apparaat gaat gebruiken en bewaar
deze zorgvuldig voor latere raadpleging.
• Gebruik dit apparaat uitsluitend voor de in de
gebruiksaanwijzing beschreven doeleinden. Gebruik geen
agressieve reinigingsmiddelen in dit apparaat. Het fornuis is
alleen geschikt voor het bereiden van voedsel. Het apparaat is
niet geschikt voor industrieel of laboratorium gebruik.
•
WAARSCHUWING: het apparaat en de toegankelijke
delen worden heet tijdens het gebruik. Raak hete delen
niet aan. Houd kinderen jonger dan 8 jaar uit de buurt
tenzij er voortdurend op hen wordt gelet.
• Het apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en
ouder en door personen met beperkte fysieke, zintuiglijke of
mentale vermogens of gebrek aan ervaring of kennis, wanneer zij
het apparaat onder toezicht gebruiken of zijn geïnstrueerd over
het veilige gebruik ervan en zij de daaruit voortkomende gevaren
begrijpen.
• Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
• Het apparaat mag niet door kinderen worden gereinigd of
onderhouden, tenzij dit onder toezicht gebeurt.
• Bewaar geen voorwerpen in kastjes boven of achter het
apparaat die voor kinderen interessant zijn.
• De kookzones worden warm tijdens het gebruik en blijven na
gebruik ook nog een tijd warm. Laat geen kleine kinderen in de
buurt tijdens en vlak na het koken.
• Let op: Vloeistoffen en ander voedsel mogen niet opgewarmd
worden in gesloten conservenblikken, omdat deze kunnen
exploderen door de druk.
• Alcoholdampen kunnen vlam vatten. Nooit gerechten
klaar maken die een hoog percentage alcohol bevatten.
Alleen kleine hoeveelheden drank gebruiken met een hoog
alcoholpercentage. De ovendeur voorzichtig openen.
4 • Nederlands
• De buitenzijde van het fornuis kan warm worden nadat het
fornuis langdurig is gebruikt. Dit geldt ook voor de ovendeur.
Bij langdurig gebruik op de maximale temperatuur wordt de ruit
van de ovendeur heet. Let op als er kinderen in de buurt zijn.
•
WAARSCHUWING: brandgevaar: laat niets op het
fornuis staan.
•
WAARSCHUWING: koken met vet of olie op een fornuis
zonder toezicht kan gevaarlijk zijn en kan brand tot gevolg
hebben. Probeer NOOIT de brand te blussen met water,
maar zet het apparaat uit en dek de vlammen daarna af
met bijvoorbeeld een deksel of een blusdeken.
• Het fornuis moet regelmatig gereinigd worden en verwijder
eventuele voedselresten.
• Wanneer er krassen op de ruit van de ovendeur zitten,
kan deze springen. Geen schraper, scherpe of schurende
schoonmaakmiddelen gebruiken.
• Gebruik het apparaat niet als werkblad. Het apparaat kan
per ongeluk worden ingeschakeld of nog heet zijn, waardoor
voorwerpen kunnen smelten, heet worden of vlam vatten.
• Dek het apparaat nooit af met een doek of iets dergelijks.
Als het apparaat nog heet is of wordt ingeschakeld, bestaat er
brandgevaar.
• Plaats geen metalen voorwerpen zoals messen, vorken, lepels
en deksels op het oppervlak van het kookgedeelte. Deze
kunnen heet worden.
• De glaskeramische plaat is zeer sterk, maar niet onbreekbaar.
Wanneer er iets op valt, bijvoorbeeld een kruidenpotje of een
puntig voorwerp, kan er een breuk ontstaan.
•
WAARSCHUWING: als het kookoppervlak is gebarsten,
schakelt u het apparaat uit om het risico van een
elektrische schok te vermijden.
• Houd rekening met de zeer snelle opwarmtijd op de hogere
standen. Blijf er altijd bij staan als u een kookzone op een
hogere stand heeft ingesteld.
• Gebruik nooit een hogedruk- of stoomreiniger voor het reinigen
van het fornuis.
• Gebruik het apparaat niet in een ruimte met een
omgevingstemperatuur beneden 5°C.
• Als het apparaat voor de eerste keer gebruikt wordt, zal het
‘nieuw’ ruiken. Dit is normaal. Door te ventileren verdwijnt de
geur vanzelf.
Nederlands • 5
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
WAARSCHUWING: indien de glasplaat van het
kookgedeelte is gebroken:
- schakel onmiddellijk alle kookzones en elektrische
verwarmingselementen uit en verbreek de stroomtoevoer
naar het apparaat.
- raak het oppervlak van het apparaat niet aan.
- gebruik het apparaat niet.
In geval van rook het fornuis uitschakelen en de stekker uit het
stopcontact verwijderen. Houd de ovendeur gesloten om de
vlammen te verstikken.
Controleer of het apparaat is uitgeschakeld voordat u de lamp
vervangt om het risico op een elektrische schok te vermijden.
Zet geen toebehoren van de oven op de open ovendeur.
De bodem van de oven nooit afdekken met aluminiumfolie.
Aluminiumfolie houdt warmte tegen en geeft daardoor slechte
bakresultaten. Bovendien kan het emaille van de ovenbodem
beschadigd raken.
Het fornuis heeft een ventilator die de ovenmantel koelt.
Nadat de oven is uitgeschakeld, kan deze ventilator nog enige
tijd nadraaien.
Zorg voor voldoende ventilatie tijdens het gebruik.
Houd natuurlijke ventilatie-openingen open.
Bij langdurig gebruik van het fornuis is extra ventilatie
noodzakelijk. Zet bijvoorbeeld een raam open of installeer
een mechanische ventilator.
Flambeer nooit onder een afzuigkap. Door de hoge
vlammen kan brand ontstaan, ook bij een uitgeschakelde
ventilator.
Vermijd directe aanraking en contact met niet-hittebestendige
materialen.
Dit apparaat mag alleen door een erkend installateur worden
aangesloten.
Defecte onderdelen mogen alleen vervangen worden door
originele onderdelen. Alleen van die onderdelen kan de
fabrikant garanderen dat zij aan de veiligheidseisen voldoen.
Indien de aansluitkabel beschadigd is, mag deze alleen worden
vervangen door de fabrikant, zijn service-organisatie of
gelijkwaardig gekwalificeerde personen, teneinde gevaarlijke
situaties te voorkomen.
6 • Nederlands
• Het apparaat mag niet via een verdeelstekker of verlengsnoer
op het elektriciteitsnet worden aangesloten. Hiermee kan veilig
gebruik van het apparaat niet worden gewaarborgd.
• Het apparaat moet altijd geaard zijn.
• De wanden en het werkblad rondom het apparaat moeten
minimaal tot 100°C hittebestendig zijn. Ook al wordt het
apparaat zelf niet warm, door de warmte van een hete pan kan
de wand verkleuren of vervormen.
• Het niet schoon houden van het fornuis kan leiden tot slijtage
wat weer effect heeft op de levensduur en kan resulteren in
gevaarlijke situaties.
• Het fornuis is niet geschikt om gebruikt te worden met een
timer of een aparte afstandsbediening.
• Sluit het apparaat alleen aan op wisselstroom, op een
randgeaarde wandcontactdoos, met een netspanning
overeenkomstig met de informatie aangegeven op het
typeplaatje van het apparaat.
• De veiligheid tijdens het gebruik is alleen gegarandeerd als de
montage technisch correct en in overeenstemming met dit
installatievoorschrift is uitgevoerd. De installateur is aansprakelijk
voor schade veroorzaakt door een foutieve montage.
• De gasaansluiting moet voldoen aan de nationale en regionale
veiligheidsvoorschriften. Laat het fornuis daarom aansluiten
door een erkende installateur.
• De elektrische aansluiting mag alleen worden uitgevoerd door
een bevoegde electriciën. Deze is op de hoogte van de nationale
en regionale veiligheidsvoorschriften waaraan de aansluiting
moet voldoen.
• Het fornuis behoort tot beschermingsklasse I en mag alleen
worden gebruikt in combinatie met een geaarde aansluiting.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor de ongeschikte werking en
de mogelijke schade veroorzaakt door ongeschikte installaties.
• Het fornuis moet worden aangesloten op een vaste
installatie waarin middelen voor uitschakeling zijn ingebouwd,
in overeenstemming met de voorschriften van de installatie.
• Zorg ervoor dat de voedingskabel niet bekneld raakt tijdens de
installatie of langs scherpe randen loopt. Hij moet zo geplaatst
worden dat er geen hete delen van het fornuis geraakt worden.
• Het aansluitpunt, de wandcontactdoos en/of de stekker moeten
altijd toegankelijk zijn.
Nederlands • 7
• Door verkeerde installatie, aansluiting of montage vervalt de
garantie.
• Attentie: elke wijziging in het apparaat, inclusief het vervangen
van de voedingskabel, moet worden uitgevoerd door personeel
van de technische dienst met een specifieke opleiding.
• Dompel het snoer of de stekker nooit onder in water.
• Dit apparaat is uitsluitend geschikt voor huishoudelijk gebruik.
Wanneer het apparaat oneigenlijk gebruikt wordt, kan er bij
eventuele defecten geen aanspraak op schadevergoeding
worden gemaakt en vervalt het recht op garantie.
•
Als u besluit het apparaat, vanwege een defect, niet
langer te gebruiken, adviseren wij u, nadat u de stekker
uit de wandcontactdoos heeft verwijderd, het snoer af
te knippen.
Huishoudelijke apparaten mogen niet bij het gewone
huisvuil worden gevoegd. Breng het apparaat naar een
speciaal centrum voor gescheiden afvalinzameling van
uw gemeente om op verantwoorde wijze en conform
overheidsbepalingen recycled te worden.
8 • Nederlands
2
productomschrijving
1
2
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
3
5
4
Kookgedeelte
Thermostaatlampje van de oven
Controlelampje van de oven
Temperatuurknop
Aan/ uit en ovenfunctieknop
Ovendeur
Schuiflade
Ovenlampje
Niveau’s in oven
Bakplaat
Rooster
6
7
8
11
10
9
Nederlands • 9
Kookgedeelte
1. Kookzone - linksvoor (Ø 210 mm)
2. Kookzone - linksachter (Ø 160 mm)
3. Kookzone - rechtsachter (Ø 160 mm)
4. Kookzone - rechtsvoor (Ø 160 mm)
5. Bedieningspaneel
2
3
1
4
5
Bedieningspaneel
6. Toets voor toetsenblokkering
7. Kookzonetoets
8. Vermogenstoetsen + en 9. Timertoets
10. Aan-/uittoets
11. Vermogen/restwarmte indicatie
12. Display timer
6
11
11
7
7
10 • Nederlands
12
8
9
11
8
7
11
7
10
3
voor het eerste gebruik
Voordat u het apparaat voor de eerste maal in gebruik neemt, dient u als volgt te werk te gaan: pak het fornuis voorzichtig
uit en verwijder al het verpakkingsmateriaal en eventuele promotionele stickers. De verpakking (plastic zakken, piepschuim
en karton) buiten het bereik van kinderen houden. Controleer na het uitpakken het apparaat zorgvuldig op uiterlijke schade,
mogelijk ontstaan tijdens transport. Controleer of de spanning overeenkomt met die vermeld staat op het typeplaatje.
Voor de installatie van het fornuis volgt u de instructies in het hoofdstuk INSTALLATIE.
Reinig het fornuis en alle accessoires met warm water en een mild reinigingsmiddel. Goed naspoelen met alleen water
en droog maken.
4
installatie
• De veiligheid tijdens het gebruik is alleen gegarandeerd als de montage technisch correct en in overeenstemming met dit
installatievoorschrift is uitgevoerd. De installateur is aansprakelijk voor schade veroorzaakt door een foutieve montage.
• Het fornuis behoort tot beschermingsklasse I en mag alleen worden gebruikt in combinatie met een geaarde aansluiting.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor de ongeschikte werking en de mogelijke schade veroorzaakt door ongeschikte
elektrische installaties.
• Het fornuis moet worden aangesloten op een vaste installatie waarin middelen voor uitschakeling zijn ingebouwd,
in overeenstemming met de voorschriften van de installatie.
• Zorg ervoor dat de voedingskabel niet bekneld raakt tijdens de installatie of langs scherpe randen loopt. Hij moet zo
geplaatst worden dat er geen hete delen van het fornuis geraakt worden.
• Het aansluitpunt, de wandcontactdoos en/of de stekker moeten altijd toegankelijk zijn.
• Door verkeerde installatie, aansluiting of montage vervalt de garantie.
• Attentie: elke wijziging in het apparaat, inclusief het monteren en het vervangen van de voedingskabel, moet worden
uitgevoerd door een erkende installateur.
OPSTELLING VAN HET FORNUIS
• De locatie van het fornuis moet droog en goed gelucht zijn en een goed werkende ventilatie bezitten in overeenstemming
met de geldende technische voorschriften. De geschiktheid van de ruimte voor het opstellen van een fornuis wordt
geëvalueerd op basis van volgende rechtsvoorschriften.
• De ruimte moet voorzien zijn van een ventilatiesysteem. Deze installatie moet bestaan uit een ventilatierooster of een
afzuigkap. Afzuigkappen moeten gemonteerd worden volgens de bijgevoegde gebruikershandleidingen. De opstelling
van het fornuis moet een vrije toegang tot alle bedieningselementen garanderen.
• Als het fornuis intensief en lang gebruikt wordt, kan het noodzakelijk zijn om een raam te openen om de ventilatie te
verbeteren.
• Het fornuis moet opgesteld worden op een harde, effen ondergrond (niet op een onderstel zetten).
• Voordat u het fornuis in gebruik neemt, moet u het waterpas zetten. Dit is vooral belangrijk voor het gelijkmatige
verspreiden van vet in de pan. Hiervoor dienen de regelpootjes die bereikbaar zijn als u de schuiflade er uit haalt.
Regelbereik � 5mm.
min. 700 mm
min. 600 mm
min. 420 mm
min. 420 mm
AFZUIGKAP
Nederlands • 11
MONTAGE VAN DE OMVALBEVEILIGING
A
De omvalbeveiliging wordt gemonteerd om te voorkomen dat het fornuis
kantelt. Dankzij de omvalbeveiliging tegen het kantelen van
het fornuis voorkomt u dat een kind dat op de openstaande ovendeur klimt
het fornuis laat kantelen.
B
Fornuis, hoogte 850 mm
A = 60 mm
B = 103 mm
Fornuis, hoogte 900 mm
A = 104 mm
B = 147 mm
HET FORNUIS AANSLUITEN OP DE ELEKTRISCHE INSTALLATIE
• Het fornuis wordt geleverd zonder aansluitkabel en is volgens aansluitschema A1 standaard ingesteld voor
2 x 1 fase (230V). Het fornuis maakt gebruik van een zogenaamde 5-polige Perilex stekker (niet inbegrepen).
De groepen in de meterkast moeten gezekerd zijn met minimaal 16 Ampère elk.
• Het fornuis kan ook worden aangesloten volgens aansluitschema A2. Dit mag alleen worden uitgevoerd door
een erkende installateur.
• Het stopcontact voor aansluiting op de elektrische installatie moet voorzien zijn van een aardingspin en mag
zich niet boven het fornuis bevinden. Het stopcontact voor aansluiting op de elektrische installatie moet ook
na het opstellen van het fornuis bereikbaar zijn voor de gebruiker.
• Voordat u het fornuis aansluit, moet u controleren of:
- de zekering en de elektrische installatie bestand zijn tegen de belasting van de oven,
- de elektrische installatie uitgerust is met een doeltreffend aardingssysteem dat voldoet aan de geldende
normen en voorschriften.
- het stopcontact goed bereikbaar is.
aansluitblok
A1
12 • Nederlands
aansluitkabel
aansluitblok
A2
aansluitkabel
POWER MANAGEMENT
Met deze functie kunt u het totale maximale vermogen van het kookgedeelte in stellen. Dit kan nodig zijn in verband met de
beschikbare elektrische aansluiting. Het kookgedeelte is standaard ingesteld op 3,7kW.
Het kookgedeelte kan ingesteld worden op een van de volgende waarden:
Aansluitschema
A1
A2
Maximaal vermogen
2,8 kW
3,7 kW (standaard)
6,5 kW (maximaal)
Zodra u het fornuis heeft voorzien van een aansluitkabel en stekker en het fornuis staat op de juiste plek dan kunt u de
stekker in het stopcontact steken.
Indien u het maximale vermogen wilt aanpassen dan moet u dit binnen 5 minuten doen nadat u de stekker in het
stopcontact heeft gedaan.
• Zet het kookgedeelte aan met de aan/uit toets en houd daarna gedurende 3 seconden de toets van de kookzone
linksvoor en de timertoets ingedrukt.
• Op het display van de timer wordt de standaardwaarde [ 3.7 ]of een eerder gekozen waarde getoond.
• Gebruik de en de toetsen om een andere waarde te selecteren (3.7 - 6.5 - 2.8).
• Bevestig binnen 10 seconden de geselecteerde waarde door gedurende 3 seconden de timertoets ingedrukt te
houden. De geselecteerde waarde knippert 3 keer kort en er klinkt een geluidssignaal. Daarna wordt het kookgedeelte
uitgeschakeld. Het kookgedeelte functioneert nu met het maximale vermogen wat door u is ingesteld.
• Wordt de geselecteerde waarde niet binnen 10 seconden bevestigd dan zal het kookgedeelte automatisch uitschakelen
en blijven functioneren volgens de laatste instelling.
Tijdens het gebruik van de verschillende kookzones controleert de functie Power Management of het gekozen totale
vermogen niet wordt overschreden. Instellingen die tot een overschrijding van het vermogen zouden leiden, worden
geblokkeerd en zijn niet toegankelijk voor de gebruiker.
Verwarm de oven ongeveer 30 minuten op de hoogste temperatuur om alle achtergebleven productieresten, zoals olie,
te verwijderen. U voorkomt hiermee dat er onaangename geuren ontstaan tijdens het bereiden van voedsel.
MAXIMAAL VERMOGEN
Tijdens het koken is het maximaal beschikbare vermogen van elke kookzone afhankelijk van hoeveel er tegelijk gekookt
wordt en op welk wattage het power management is ingesteld:
Aantal kookzones tegelijk in gebruik
210
Aansluiting 2,8 kW
1
2
P
160
9
P
P
160
Aansluiting 3,7 kW standaard
Aansluiting 6,5 kW
160
160
P
P
8
P
160
160
4
P
P
P
9
P
8
P
8
P
8
2
P
9
9
3
9
P
8
P
Aantal kookzones tegelijk in gebruik
3
7
9
7
P
160
7
9
1
P
160
210
7
7
P
Aantal kookzones tegelijk in gebruik
9
7
160
210
9
P
9
8
1
P
P
P
P
P
P
P
P
8
P
P
P
P
P
9
8
8
7
P
P
P
P
8
8
8
P
P
P
P
P
9
9
7
8
7
7
9
9
P
8
9
P
P
P
8
P
P
P
P
P
P
P
6
9
7
7
9
7
8
9
7
4
P
P
4
9
3
9
P
P
9
7
2
P
9
P
Nederlands • 13
5
gebruik van de oven
Opgelet! Bij fornuizen die uitgerust zijn met een elektronische klok verschijnt na het aansluiten op het stroomnet “0.00” op
de display. Stel de huidige tijd in op de klok. De oven zal niet werken als het uur niet ingesteld is.
ELEKTRONISCHE KLOK
functies
OK - toets voor functie selectie
<
- toets voor [ - ]
>
- toets voor [ + ]
DE KLOK INSTELLEN
Zodra u de stekker van het fornuis in het stopcontact heeft gedaan, knippert in het
display 0.00.
• Druk op de toets [ OK ] om de tijd voor de eerste keer in te stellen. Het symbool
staat nu in het display.
• Stel de juiste tijd in met de toetsen [ < ] of [ > ].
• Zodra u de juiste tijd heeft ingesteld, zal na een aantal seconden de tijd stoppen met
knipperen. De klok is ingesteld.
• Om de tijd aan te passen, drukt u tegelijkertijd op de toetsen [ < ] en [ > ]. De
tijdaanduiding begint te knipperen. Daarna kunt u de tijd wijzigen.
• Zodra u de juiste tijd heeft ingesteld, zal na een paar seconden de punt stoppen met knipperen. De tijd is aangepast.
Opgelet! De oven kan gebruikt worden nadat het symbool
in het display is verschenen.
TIMER
De timer kan op elk moment geactiveerd worden, ongeacht de status van eventueel andere ingestelde functies.
Het bereik van de timer is: 1 minuut tot 23 uur en 59 minuten.
• Druk op de toets [ OK ]. Het symbool knippert nu in het display.
• Stel de gewenste tijd in met de toetsen [ < ] of [ > ]. Het display toont de ingestelde
tijd van de timer en geeft met het symbool aan dat de timer actief is.
Zodra de ingestelde tijd voorbij is, gaat er een geluidssignaal en begint het symbool
te knipperen.
• Druk op een willekeurige toets om het geluidssignaal uit te schakelen. Het symbool
verdwijnt en de klok met de huidige tijd blijft zichtbaar.
Opgelet! Als het geluidssignaal niet handmatig uitgeschakeld wordt, slaat deze automatisch af na ongeveer 7 minuten.
AUTOMATISCHE UITSCHAKELING INSTELLEN
Gebruik deze functie als de oven op een bepaalde tijd automatisch moet uitschakelen.
• Stel met de draaiknoppen de oven in op de gewenste ovenstand en temperatuur.
• Druk op de toets [ OK ] totdat in het display verschijnt de tekst auto dur verschijnt.
• Stel de gewenste bereidingstijd in met de toetsen [ < ] of [ > ]. De bereidingstijd kan
ingesteld worden van 1 minuut tot 10 uur.
• De ingestelde tijd wordt na een aantal seconden in het geheugen opgeslagen. De
tekst auto geeft aan dat de functie automatische uitschakeling actief is en de klok
met de huidige tijd verschijnt weer.
• Zodra de ingestelde bereidingstijd voorbij is, schakelt de oven automatisch uit en
klinkt er een geluidssignaal. De tekst auto knippert.
• Druk op een willekeurige toets om het geluidssignaal uit te schakelen. De tekst auto verdwijnt en de klok met de huidige
tijd verschijnt weer.
• Draai de knoppen voor de ovenstand en de temperatuur terug naar de uitstand [ 0 / ]
14 • Nederlands
AUTOMATISCHE IN- EN UITSCHAKELING INSTELLEN
Gebruik deze functie als de oven op een bepaalde tijd aan moet gaan gedurende een
bepaalde bereidingstijd.
Stel de bereidingstijd en de eindtijd in.
Voorbeeld: Het is 15:30 uur. De bereidingstijd is 2 uren en 15 minuten. Het gerecht
moet om 20.30 uur klaar zijn. De oven begint om 18:15 uur (20:30 minus 2 uren en 15
minuten) met het bakken op de vooringestelde temperatuur en ovenfunctie en zal om
20:30 uur stoppen.
• Druk op de toets [ OK ] totdat in het display de tekst auto dur verschijnt.
• Stel de gewenste bereidingstijd in met de toetsen [ < ] of [ > ]. De bereidingstijd kan
ingesteld worden van 1 minuut tot 10 uur.
• Druk op de toets [ OK ]. In het display verschijnt de tekst auto end.
• Stel de gewenste uitschakeltijd in met de toetsen [ < ] of [ > ]. De eindtijd kan
ingesteld worden tot 23 uur en 59 minuten.
• Stel met de draaiknoppen de oven in op de gewenste ovenstand en temperatuur.
• De ingestelde tijd wordt na een aantal seconden in het geheugen opgeslagen. De
tekst auto geeft aan dat de functie automatische in- en uitschakeling actief is en de
klok met de huidige tijd verschijnt weer.
• Zodra de ingestelde bereidingstijd voorbij is, schakelt de oven automatisch uit en
klinkt er een geluidssignaal. De tekst auto knippert.
• Druk op een willekeurige toets om het geluidssignaal uit te schakelen. De tekst auto
verdwijnt en de klok met de huidige tijd verschijnt weer - bijv. 15.30.
• Draai de knoppen voor de ovenstand en de temperatuur terug naar de
uitstand [ 0 / ].
INSTELLINGEN RESETTEN
De instelling van de timer of automatische (in- ) uitschakeling kunnen op elk moment gereset worden.
• Druk tegelijkertijd op de toetsen [ < ] en [ > ] om de instelling van de automatische (in- en) uitschakeling te resetten.
• Druk op de toets [ OK ] om de timer functie te selecteren en daarna tegelijkertijd op de toetsen [ < ] en [ > ] om de timer
te resetten.
HET GELUIDSSIGNAAL AANPASSEN
De toon van het geluidssignaal kunt u op de volgende wijze aanpassen.
• Druk tegelijkertijd op de toetsen [ < ] en [ > ].
• Selecteer met de toets [ OK ] de functie ton. Het display zal knipperen.
• Kies met de toets [ < ] de gewenste toon uit de drie opties - ton 1, ton 2 of ton 3.
Nederlands • 15
6
bediening van het kookgedeelte
Gebruik alleen pannen die geschikt zijn voor een inductie kookplaat.
Het kookgedeelte functioneert door elektronische sensoren die worden bediend door de corresponderende tiptoets aan te
raken. Bij elke aanraking van een tiptoets klinkt er een geluidssignaal.
HET KOOKGEDEELTE INSCHAKELEN
Schakel het kookgedeelte in door gedurende enkele seconden op de AAN/UIT toets te drukken. De displays van alle
kookzones tonen een [0]. Als er binnen 10 seconden geen kookzone wordt geselecteerd, zal het kookgedeelte automatisch
uitschakelen.
HET KOOKGEDEELTE UITSCHAKELEN
Schakel het kookgedeelte op elk moment uit door enkele seconden op de AAN/UIT toets te drukken.
De AAN/UIT toets heeft altijd prioriteit in de uitschakel-functie.
EEN KOOKZONE INSCHAKELEN
Druk op de tiptoets van de kookzone die u wilt gebruiken. Het display geeft [0] aan bij de gekozen kookzone.
Plaats de pan op de kookzone. Selecteer het gewenste vermogen met de + toets of met de - toets.
Om het eten snel aan de kook te brengen, selecteert u het hoogste vermogen [ 9 ] en druk nogmaals op de + toets. In het
display verschijnt een P die de Boost functie aangeeft.
BOOST FUNCTIE De Boost functie geeft extra vermogen en is instelbaar voor één zone per keer. Selecteer een kookzone, zet het vermogen
op de hoogste stand [ 9 ] en druk nogmaals op de + toets. In het display van de betreffende kookzone verschijnt nu een P die
de Boost functie aangeeft.
Om de Boost functie uit te schakelen, selecteert u de kookzone en drukt u op de - toets. De P verdwijnt van het display.
Na 10 minuten schakelt de Boost functie automatisch terug naar het ingestelde vermogen.
Zodra er ook een andere kookzone ingeschakeld wordt, vervalt de Boost functie van de eerder geselecteerde
kookzone. De Boost functie kan dus alleen worden gebruikt wanneer er slechts één kookzone actief is.
In dat geval zal het vermogen van de tweede kookzone automatisch verminderd worden. De nodige
vermogensvermindering zal getoond worden door het knipperen van de betreffende kookzone. Het display
knippert gedurende 3 seconden en gedurende die tijd kunnen er aanpassingen gedaan worden voordat het
vermogen automatisch wordt verminderd.
EEN KOOKZONE UITSCHAKELEN
Selecteer de kookzone die u uit wilt schakelen door op de bijbehorende toets te drukken. Raak de - toets aan om het
vermogen terug te zetten op [0] of houdt de bijbehorende kookzone toets gedurende 3 seconden ingedrukt.
Als de kookzone heet is, zal in het display een [H] staan in plaats van [0].
ALLE KOOKZONES TEGELIJK UITSCHAKELEN
Om alle kookzones in één keer uit te schakelen, drukt u op de AAN/UIT toets. Op het display van alle kookzones die nog heet
zijn, staat een [H].
RESTWARMTE INDICATIE - /
De restwarmte indicatie geeft aan dat het glas nog te heet is om aan te raken in het gebied van de kookzone.
Als het gebied van de kookzone nog te heet is, verschijnt er een [H] in het display van de betreffende kookzone, wanneer de
temperatuur hoger is dan 60°C. Zodra de temperatuur tussen de 45°C en 60°C gezakt is, zal de [H] veranderen naar [h].
De restwarmte is laag. Zodra de temperatuur onder de 45°C komt, gaat de restwarmte indicatie uit.
Als de restwarmte indicatie brandt, raak de betreffende kookzone dan niet aan om verbrandingen te
voorkomen en zet er geen voorwerpen op die gevoelig zijn voor warmte!
Als de stroom uitgevallen is, wordt de restwarmte indicatie niet getoond. De kookzone kan echter nog steeds
heet zijn!
TOETSENBLOKKERING
De toetsenblokkering is voor het blokkeren en het instellen van een veilige modus gedurende het gebruik. Kinderen kunnen
de kookplaat dan niet per ongeluk aanzetten. Ook het aanpassen van een hoger vermogen of andere wijzigingen is niet
mogelijk. Het is in deze modus alleen mogelijk om het kookgedeelte uit te schakelen.
gedurende 5 seconden is ingedrukt. Dit wordt bevestigd door
De toetsenblokkering is geactiveerd als de toetsblokkering
een geluidssignaal. Het indicatielampje van de toetsblokkering brandt en de bediening van het kookgedeelte is geblokkeerd.
Om de toetsenblokkering op te heffen, houdt u de toetsblokkering
16 • Nederlands
gedurende 3 seconden ingedrukt.
TIMER FUNCTIE INSTELLEN
De timer functie kan op twee manieren gebruikt worden: kooktimer en kookwekker.
Kooktimer
De kooktimer is gekoppeld aan een kookzone en kan voor elke kookzone apart ingesteld worden. In tegenstelling tot de
kookwekker schakelt de kooktimer de kookzone uit als de ingestelde tijd voorbij is.
•
•
•
•
Schakel het kookgedeelte in met de AAN/UIT toets en selecteer een kookzone
Stel het vermogen in met de + en - toets.
Druk op de TIMER toets en stel de gewenste kooktijd in met de + en - toets.
De brandende LED geeft aan voor welke kookzone de kooktimer is ingesteld.
.
De kooktimer kan op alle werkende kookzones onafhankelijk van elkaar ingesteld worden.
Wanneer er meer dan één kooktimer ingesteld is op het display van de timer dan wordt de kortste tijd
getoond. De knipperende LED geeft aan voor welke kookzone dat is.
Wanneer de ingestelde kooktijd voorbij is, klinkt er een piepsignaal. Het piepsignaal stopt automatisch na 2 minuten of nadat
u een willekeurige toets heeft aangeraakt.
De geprogrammeerde kookzone zal uitgeschakeld worden en [H] verschijnt in het display als het gebied van de kookzone
heet is.
Om een extra kooktimer in te stellen, doet u het volgende:
• Selecteer een andere kookzone .
• Stel het vermogen in met de + en - toets.
• Druk op de TIMER toets en stel de gewenste kooktijd in met de + en - toets.
• De brandende LED geeft aan voor welke kookzone de kooktimer is ingesteld.
• 10 seconden na de laatste instelling, zal het display de tijd aangeven van de kookzone waarvan de tijd het eerste verstrijkt
(indien er meerdere kookzones geprogrammeerd zijn). De bijbehorende LED knippert in het display.
Om de ingestelde kooktijd aan te passen, doet u het volgende:
• Selecteer de gewenste kookzone . Het ingestelde vermogen knippert in het display.
• Druk op de TIMER toets
• Stel de nieuwe gewenste kooktijd in met de + en - toets.
De kooktimer handmatig uitzetten als dit nodig is:
• Selecteer de kookzone waarvan u de kooktimer wilt uitschakelen. Het ingestelde vermogen brandt in het display.
• Houd vervolgens de TIMER toets 3 seconden ingedrukt of wijzig de tijd met de + en - toetsen in 00.
Kookwekker
De kookwekker kan gebruikt worden als extra alarm zonder dat er een kooktimer ingesteld is voor één van de kookzones.
• Schakel het kookgedeelte in met de AAN/UIT toets .
• Druk vervolgens op de TIMER toets en stel de gewenste kooktijd in met de + en - toets.
De kookwekker kan ingesteld worden van 0 tot 99 minuten. Als er gedurende 10 seconden geen toetsen ingedrukt worden,
start de kookwekker automatisch en wordt de tijd afgeteld.
Wanneer de ingestelde tijd voorbij is, klinkt er een piepsignaal en de timer knippert. Het piepsignaal stopt automatisch na
2 minuten of nadat u een willekeurige toets heeft aangeraakt.
Om de tijd te wijzigen, drukt u nogmaals op de TIMER toets
en pas de tijd aan met de + en - toets.
DISPLAYAANDUIDING
Aanduiding op het display
/
Beschrijving
Restwarmte-indicatie: de kookzone is nog warm.
Warmhoudfunctie is actief.
Boostfunctie is actief.
Aankookautomaat is actief.
Er staat geen pan of een ongeschikte pan op de actieve kookzone.
Nederlands • 17
WARMHOUDFUNCTIE De warmhoudfunctie houdt reeds bereide gerechten warm op de kookzone. De geselecteerde kookzone is aan op een laag
vermogen. Het vermogen van de kookzone wordt door de warmhoudfunctie zo geregeld dat het gerecht in de pan rond
de 65°C blijft. Het warme voedsel dat klaar is om op te eten, veranderd hierdoor niet van smaak en kleeft niet vast aan de
bodem van de pan.
De warmhoudfunctie kan ook gebruikt worden voor het smelten van bijvoorbeeld boter of chocolade.
Let op: de warmhoudfunctie is niet geschikt om koud voedsel op te warmen.
De warmhoudfunctie werkt optimaal met een geschikte pan met vlakke bodem, zodat de sensor in de kookzone de
temperatuur goed kan meten.
De warmhoudfunctie kan op elke kookzone gebruikt worden.
Om te voorkomen dat zich bacteriën ontwikkelen in het voedsel, adviseren wij u om de gerechten niet te lang warm te
houden. Het bedieningspaneel schakelt de warmhoudfunctie na 2 uur automatisch uit.
De warmhoudfunctie
is een extra vermogensniveau tussen de standen 0 en 1.
• Selecteer de gewenste kookzone .
• Stel het vermogen in met de + en - toets op de warmhoudfunctie
• In het display staat . De warmhoudfunctie is ingesteld.
.
Om de warmhoudfunctie uit te schakelen, selecteert u de gewenste kookzone. Raak de - toets aan om het vermogen terug
te zetten op [0] of houdt de bijbehorende kookzone toets gedurende 3 seconden ingedrukt.
Als de kookzone heet is, zal in het display een [H] staan in plaats van [0].
AANKOOKAUTOMAAT De aankookautomaat kunt u gebruiken om een geselecteerde kookzone gedurende een bepaalde tijd op het hoogste
vermogen in te schakelen. Daarna wordt automatisch teruggeschakeld naar het ingestelde vermogen (doorkookstand).
De aankooktijd hangt af van de ingestelde doorkookstand - zie onderstaande tabel.
Om de aankookautomaat in te schakelen, doet u het volgende:
• Selecteer de gewenste kookzone .
• Stel het vermogen in met de + en - toets op de gewenste stand - bijvoorbeeld 7.
• Druk opnieuw op de kookzonetoets . In het display verschijnt nu wisselend de en 7. De aankookautomaat is ingesteld
en de kookzone wordt nu gedurende 2 minuten op het maximale vermogen verwarmd.
• Na 2 minuten stopt de aankookautomaat en schakelt het vermogen automatisch terug naar de ingesteld stand, in dit geval 7.
De aankookautomaat kunt u eerder stoppen door de kookzone te selecteren en het vermogen aan te passen.
Ingesteld
vermogen
Tijdsduur
aankookautomaat
(in minuten)
1
0,8
2
1,2
3
2,3
4
3,5
5
4,4
6
7,2
7
2
8
3,2
VEILIGE AUTOMATISCHE UITSCHAKELING
Elke kookzone zal automatisch uitgeschakeld worden na een gedefinieerde maximum kookduur als het vermogen niet is
gewijzigd. De maximale kookduur is afhankelijk van het geselecteerde vermogen.
Vermogen
Veilige automatische uitschakeling na:
-1-2
8 uur
3-5
5 uur
6-9
1½ uur
18 • Nederlands
7
pannen voor inductie
• Gebruik pannen met een dikke,
vlakke bodem die dezelfde diameter
hebben als de betreffende kookzone.
Dit vermindert de kooktijd.
• Een pan moet in het midden van de kookzone geplaatst worden.
• Neem bij het koken in vuurvaste of hittebestendige glazen of porseleinen schalen de aanwijzingen van de fabrikant van
de schalen in acht.
• Wanneer u op het glazen kookgedeelte in een pan met een sterk weerkaatsende (licht metalen oppervlak) of dikke
bodem kookt, kan het aan de kook brengen van het gerecht langer duren (tot 10 minuten extra). Als u een grote
hoeveelheid vocht aan de kook wilt brengen, is het gebruik van een pan met een vlakke donkere bodem aan te bevelen.
• De kookzone kan beschadigd raken:
- wanneer u deze leeg inschakelt of er een lege pan op zet;
- wanneer u een ongeschikte pan gebruikt, bijvoorbeeld met een niet vlakke of bolle bodem of een pan met een te kleine
doorsnede;
- gebruik geen aardewerken schalen, deze maken krassen op de keramische plaat;
• Droog de bodem van de pan goed af voordat u deze op het kookgedeelte plaatst, zodat de warmte goed geleidt en de
kookzone niet beschadigt.
ENERGIEBESPARING
• Het gebruik van pannen waarvan de bodem enigszins hol is, wordt geadviseerd, omdat hierbij de warmte van de
kookzone goed wordt overgedragen.
• De doorsnede van de bodem van de braad- en kookpannen moeten met de doorsnede van de kookzone overeenkomen.
Wanneer de pan te klein is, ontstaat er warmteverlies en kan de kookzone beschadigd raken.
• Gebruik altijd een deksel op de pan om de kooktijd te reduceren.
• Kies een pan die de juiste grootte heeft ten opzichte van de hoeveelheid voedsel die u wilt koken. Kleine hoeveelheden in
grote pannen betekent energieverlies.
• Schakel het vermogen terug wanneer vloeistof kookt.
• Gebruik niet te veel vocht of vet. Het koken of bakken duurt langer als u teveel gebruikt.
• Selecteer het juiste vermogen voor de verschillende kookmogelijkheden.
Nederlands • 19
8
bediening van de multifunctionele oven
De multifunctionele oven kan verwarmd worden met behulp van een verwarmingselement bovenaan en onderaan,
een grillelement en een verwarmingselement voor heteluchtcirculatie.
INSCHAKELEN
De oven kan bediend worden met behulp van de draaiknop voor de functie van de oven - draai de draaiknop naar de
gewenste functie om de oven in te stellen – en met behulp van de draaiknop van de temperatuurregelaar – draai de
draaiknop naar de gewenste temperatuur om de oven in te stellen.
0
100
50
0
25
200
0
15
UITSCHAKELEN
De oven kan uitgeschakeld worden door de beide knoppen terug te draaien naar de uit-stand [ / 0 ].
Opgelet! Als er een ovenfunctie ingesteld is, wordt de verwarming (van een verwarmingselement) pas ingeschakeld als de
temperatuur ingesteld is.
De oven beschikt over de volgende functies:
Ovenfunctie
Omschrijving
Ovenverlichting
De ovenverlichting is onafhankelijk van de oven in te schakelen. Door de
draaiknop in deze stand te plaatsen wordt de binnenkant van de oven
verlicht.
Snel verwarmen
Het bovenste verwarmingselement, het grillelement en de ventilator zijn
ingeschakeld. Te gebruiken voor het voorverwarmen van de oven.
Ontdooien
Alleen de ventilator is ingeschakeld, er wordt geen enkel
verwarmingselement gebruikt.
Ventilator en supergrill
Als de draaiknop in deze stand staat, wordt de functie supergrill met
ventilator uitgevoerd. Deze functie versnelt het grillproces en geeft meer
smaak aan het gerecht. Zorg dat de deur van de oven gesloten is tijdens
de bereiding.
Supergrill
Met de functie Supergrill worden gerechten gegrild terwijl het bovenste
verwarmingselement ook aan is. De functie zorgt voor een hogere
temperatuur in de bovenlaag van de oven, waardoor de gerechten meer
gebruind worden. Voor het grillen van grote porties vlees of gratineren.
Grillelement
Oppervlakkig grillen wordt toegepast om kleine porties vlees te
braden: steaks, schnitzels, vis, toasts, worstjes, ovenschotels te grillen
(het gegrilde gerecht mag niet dikker dan 2-3 cm zijn, tijdens het bakken
moet het omgedraaid worden).
Onderste verwarmingselement
Bij deze stand is enkel het onderste verwarmingselement aan. Speciaal
voor gebak dat via de onderkant gebakken moet worden (bijv. vochtig
gebak met vruchten).
Boven en onder
verwarmingselement
Met deze functie wordt de oven op conventionele wijze verwarmd.
Ideaal om taarten, vlees, vis, brood, pizza te bakken op een enkel niveau
(voorverwarmen en gebruik van donkere bakplaten vereist).
20 • Nederlands
Ovenfunctie
Omschrijving
Hetelucht
Op de stand hetelucht wordt de verwarming van de oven
op gecontroleerde wijze ondersteund met behulp van een
heteluchtventilator die op een centrale plaats in de achterwand van de
ovenruimte gemonteerd is. In vergelijking met een conventionele oven
wordt een lagere baktemperatuur gebruikt.
Deze methode zorgt voor een gelijkmatige spreiding van de warmte rond
de gerechten in de oven.
Boven en onder verwarmingselement met ventilator
Deze functie is het meeste geschikt voor het bakken van cakes. Wanneer
deze functie geselecteerd is, maar de temperatuur staat op 0 dan zal
alleen de ventilator aan zijn. Handig voor het afkoelen van gerechten.
Turbo hetelucht
De hetelucht en het onderste verwarmingselement zijn aan. Dit verhoogt
de temperatuur aan de onderkant van het gerecht. Ideaal voor nat gebak
en pizza.
ECO hetelucht
Deze functie zorgt voor een optimale verwarmingswijze van de oven
welke geschikt is om energie te besparen tijdens het bereiden van
gerechten. De ovenverlichting zal niet functioneren op deze stand.
Het inschakelen van de oven wordt aangegeven met twee lampjes, een thermostaatlampje en een controlelampje.
Het controlelampje rechts naast de klok geeft aan dat de oven ingeschakeld is. Als het thermostaatlampje uit gaat, heeft
de oven de ingestelde temperatuur bereikt. Als het recept aangeeft dat het gerecht in een voorverwarmde oven geplaatst
moet worden, dan mag u dit pas doen als het thermostaatlampje voor de eerste maal uitgaat.
Tijdens de bereiding zal het thermostaatlampje af en toe aan- en uitgaan (de temperatuur in de oven wordt op peil
gehouden). Het controlelampje kan ook branden als u de draaiknop in stand “Verlichting van de oven” plaatst.
HET GEBRUIK VAN DE GRILL
Tijdens het grillproces worden de gerechten verwarmd door een infrarood verwarmingselement.
om de grill in te schakelen.
• Zet de draaiknop van de oven op de grillstand
• Verwarm de oven ongeveer 5 minuten voor (met gesloten deur).
• Plaats de bakplaat met het gerecht op het juiste niveau in de oven.
• Sluit de deur van de oven.
Voor de grillfunctie en supergrill moet de temperatuur ingesteld worden op 250°C. Voor de functie grill met
ventilator mag dit maximaal 190°C zijn.
Opgelet! Tijdens het grillen moet de deur van de oven gesloten zijn.
Laat geen kinderen bij de oven in de buurt komen als de grill gebruikt wordt. De buitenkant van de oven kan heet worden.
9
baktips en baktabellen
GEBAK
• Gebruik de bijgeleverde bakplaten of het rooster voor het bereiden van gebak.
• Gebak kan bereid worden in bakvormen of op bakplaten die op het rooster geplaatst moeten worden. Gebruik donkere
bakvormen omdat deze de warmte beter geleiden en de baktijd verkorten.
• Het is af te raden om bakvormen en bakplaten met een licht glimmend oppervlak te gebruiken wanneer u gebruik maakt
van de conventionele verwarmfunctie (boven en onder verwarmingselementen). Bij dit soort bakvormen wordt de
onderkant van het gebak niet goed gebakken.
• Bij het gebruik van de hetelucht functie hoeft de oven niet voorverwarmd te worden. Bij het gebruik van een andere
ovenfunctie moet de oven wel voorverwarmd worden voordat het gebak in de oven geplaatst wordt.
• Controleer de gaarheid van cake met een houten satéprikker. Als de cake gaar is, blijft het stokje droog en schoon
wanneer u deze erin steekt.
• Om te voorkomen dat een cake of taart in zakt, is het aan te raden om het gebak nog ongeveer 5 minuten in de oven te
laten nadat de oven uitgeschakeld is.
• De baktemperaturen bij het gebruik van de hetelucht functie zijn normaal gesproken ongeveer 20 tot 30 graden lager
dan bij conventioneel bakken (gebruik van de boven en onder verwarmingselementen).
• De gegevens voor gebak in de baktabel zijn ter indicatie en kunnen gecorrigeerd worden volgens uw eigen ervaring en
culinaire smaak.
• Indien de informatie in kookboeken duidelijk afwijkt van de waarden in de handleiding van het fornuis, kunt u het beste de
richtlijnen in de handleiding volgen.
Nederlands • 21
VLEES BRADEN
• In de oven kunnen porties vlees van meer dan 1 kg bereid worden. Kleinere stukken kunnen beter gebakken worden op de
gasbranders van het fornuis.
• Gebruik bij het braden van vlees vuurvaste schotels. Ook de handgrepen van deze schotels moeten bestand zijn tegen
hoge temperaturen.
• Bij het braden van vlees op het rooster kan er op het laagste niveau een bakplaat met een klein laagje water worden
geplaatst om eventueel bakvocht op te vangen.
• Draai het vlees halverwege tijdens de bereidingstijd minstens één keer om. Om het vlees meer smaak te geven, kan het
bakvocht of de saus die ontstaat over het gerecht geschept worden. Dit kan ook met heet, zout water, maar nooit met
koud water.
VERWARMINGSFUNCTIE ECO- HETELUCHT
• Bij het gebruik van de functie ECO-hetelucht start een optimale verwarmingswijze van de oven die bedoeld is om energie
te besparen tijdens het bereiden van gerechten.
• Het is niet mogelijk om de bereidingstijd te verkorten door een hogere temperatuur in te stellen. Het voorverwarmen van
de oven is niet aan te raden.
• Tijdens het bakken geen temperatuurinstellingen aanpassen en de ovendeur gesloten houden.
BAKTABEL bij gebruik van de functie ECO-hetelucht
Gerecht
Ovenfunctie
Temperatuur - °C
Niveau
Tijd in minuten
180 - 200
2-3
50 - 70
180 - 200
2
50 - 70
190 - 210
2-3
45 - 60
200 - 220
2
90 - 120
200 - 220
2
90 - 160
180 - 200
2
80 - 100
BAKTABEL bij gebruik van overige functies
Gerecht
22 • Nederlands
Ovenfuncties
Temperatuur - °C
Niveau
Tijd in minuten
160 - 200
2-3
30 - 50
160 - 180
2-3
20 - 40*
140 - 160
2-3
10 - 40*
200 - 230
1-3
10 - 20
210 - 220
2
45 - 60
160 - 180
2-3
45 - 60
190
2-3
60 - 70
Gerecht
Ovenfuncties
Temperatuur - °C
Niveau
Tijd in minuten
210
4
14 - 18
225 - 250
2
120 - 150
160 - 180
2
120 - 160
160 - 230
2
90 - 120
160 - 190
2
90 - 120
190
2-3
70 - 90
160 - 180
2
45 - 60
175 - 190
2
60 - 70
190 - 210
2
40 - 50
170 - 190
3
40 - 50
* kleine gebakjes
Belangrijk! De gegevens in de baktabel zijn ter indicatie en kunnen gecorrigeerd worden volgens uw eigen ervaring en
culinaire smaak.
Nederlands • 23
10
reiniging en onderhoud
Het reinigen en onderhouden van het fornuis heeft een belangrijke invloed op de levensduur en probleemloze werking.
Het fornuis mag niet gereinigd worden met een stoomreiniger of hogedruk reiniger.
Voor de reiniging moet het fornuis uitgeschakeld worden. Let er hierbij op dat alle draaiknoppen in de uit-stand
[ / 0 ] staan. De oven mag pas gereinigd worden als hij afgekoeld is.
HET KOOKGEDEELTE REINIGEN
Laat alle kookzones afkoelen voordat u het kookgedeelte schoonmaakt en verwijder de stekker uit het stopcontact voordat
u begint.
• Gebruik geen agressieve schurende reinigingsmiddelen, spuitbussen of scherpe voorwerpen om het oppervlak
van het kookgedeelte te reinigen die niet voor dit doel ontwikkeld zijn.
• Reinig het oppervlak van het kookgedeelte dagelijks met een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel, zoals
afwasmiddel. Goed droog maken met keukenpapier of een droge theedoek.
• Overgekookt voedsel kunt u verwijderen door de plek in te laten weken met een vochtige doek en een beetje afwasmiddel
of gebruik een glasschraper. Let op: de glasschraper is scherp. Houd deze uit de buurt van de kinderen.
• Gebruik een speciaal reinigingsmiddel voor keramische/inductie kookplaten voor hardnekkige vlekken. Let op: volg de
aanwijzingen op de verpakking.
DE OVEN REINIGEN
De oven moet na elk gebruik gereinigd worden. Schakel bij de reiniging de ovenverlichting in, zodat u beter in de ovenruimte
kunt kijken.
De binnenkant van de oven mag enkel met warm water met een beetje afwasmiddel gereinigd worden.
De oven kan ook gereinigd worden door middel van stoom:
• Zet een schaaltje met 250 ml (1 glas) water op een bakplaat op het eerste niveau onder in de oven.
• Sluit de deur van de oven.
.
• Zet de oventemperatuur op 50°C en zet de ovenfunctie op onderwarmte
• Verwarm de oven gedurende 30 minuten op deze stand.
• Open de deur van de oven en veeg de binnenkant van de oven met een doek of een zachte spons schoon. Reinig de
binnenkant van de oven daarna met een schone doek of spons en warm water en wat afwasmiddel.
• Droog de binnenkant van de oven goed na.
•
Gebruik geen agressieve schurende reinigingsmiddelen of scherpe voorwerpen om de oven en ovendeur
te reinigen.
ACCESSOIRES
Reinig de losse accessoires zoals de bakplaat en het rooster met warm water en afwasmiddel. Maak alles goed droog
voordat het weer gebruikt wordt.
OVENLAMP VERVANGEN
Om een elektrische schok te vermijden, schakelt u het fornuis volledig uit door de stekker uit het stopcontact te
verwijderen of door de zekering in de groepenkast los te draaien.
• Draai het glazen beschermkapje tegen de klok in los. Reinig deze en goed drogen.
• Verwissel de ovenlamp voor een soortgelijke lamp (25 W, 230V, E14 fitting en geschikt voor hoge temperaturen
- tot 300°C).
• Draai het glazen beschermkapje vast.
• Steek de stekker weer in het stopcontact of draai de zekering vast in de groepenkast.
24 • Nederlands
OVENDEUR DEMONTEREN EN MONTEREN
De ovendeur kan gedemonteerd worden om het schoonmaken van de binnenzijde van de oven en de ovendeur te
vergemakkelijken.
• Open de ovendeur en de klap beveiliging op het scharnier naar boven(fig. A). Doe de deur een kleine beetje dicht en til de
deur naar boven en naar buiten op om deze te verwijderen.
• Om de deur opnieuw te monteren gaat u omgekeerd te werk. Bij het monteren moet u erop letten dat de uitsparing op het
scharnier correct op de uitstulping van de scharnierhouder geplaatst is. Plaats altijd de beveiliging terug nadat u de deur
terug gemonteerd hebt en druk ze goed aan. Als u de beveiliging niet correct terugplaatst, kan het scharnier beschadigd
raken wanneer u de deur probeert te sluiten.
DEURRUIT VAN DE OVENDEUR DEMONTEREN EN MONTEREN
Om de ovendeur gemakkelijker schoon te maken, kan de binnenste ruit verwijderd worden.
• Duw met behulp van een platte schroevendraaier de bovenrand van de deur los, terwijl u hem aan de zijkanten voorzichtig
oplicht (fig. B).
• Verwijder de bovenrand van de deur (fig.B, C).
• Trek voorzichtig de binnenruit uit de houder (in het onderste deel van de deur) fig. D.
• Was de ruit met warm water en een klein beetje afwasmiddel.
• Ga omgekeerd te werk om de ruit opnieuw te monteren. Het gladde deel van de ruit moet zich bovenaan bevinden.
Attentie! Druk de bovenlijst van de deur niet gelijktijdig op beide kanten van de deur. Voor een juiste montage van de
bovenlijst van de deur drukt u eerst het linker uiteinde tegen de deur en drukt u vervolgens op het rechter uiteinde tot
u een duidelijke “klik” hoort. Hierna drukt u op het linker uiteinde tot u een duidelijke “klik” hoort.
A
B
C
D
3
2
1
3
2
1
REGELMATIGE CONTROLE
Naast het dagelijkse onderhoud en reiniging van het fornuis moet u ook:
• regelmatig de werking van de bediening en de werkende onderdelen van het fornuis controleren. Na het verstrijken van de
garantieperiode moet u ten minste eenmaal per twee jaar een technische controle van het fornuis laten uitvoeren door
een onderhoudsdienst;
• de vastgestelde gebreken verhelpen
• een regelmatig onderhoud van de werkende onderdelen van het fornuis uitvoeren.
Opgelet!
Alle reparaties en instellingen moeten uitgevoerd worden bij een erkende onderhoudsdienst of door een erkend installateur
met gepaste kwalificaties.
Nederlands • 25
11
storingen en oplossingen
Bij een storing moet u:
• de werkende onderdelen van het fornuis uitschakelen;
• de elektrische voeding ontkoppelen;
• een reparatie aanvragen;
• sommige kleine problemen kan de gebruiker zelf oplossen met behulp van de aanwijzingen in de tabel hieronder.
Controleer opeenvolgend alle punten in de tabel voordat u de onderhouds- of klantendienst contacteert.
Storing(scode)
Oorzaak
Wat te doen
Het fornuis functioneert niet.
Geen stroomtoevoer.
Controleer de zekering van de groepenkast, vervang een
eventuele doorgebrande zekering.
De verlichting van de oven doet
het niet.
Het lampje zit los of defect.
Draai het lampje aan of vervang het kapotte lampje
(zie hoofdstuk Reiniging en Onderhoud).
De maximale kookduur is bereikt.
Schakel de kookzone opnieuw in.
Een kookzone schakelt
automatisch uit en op het
display verschijnt [ H ] .
Het fornuis reageert niet en laat Het kinderslot/ toetsblokkering is
een kort piepsignaal horen.
ingeschakeld.
Het hele fornuis schakelt uit.
De restwarmte indicatie wordt
niet weergegeven terwijl de
kookzone wel heet is.
De glasplaat van het
kookgedeelte is gebarsten.
Zet het kinderslot/toetsblokkering uit.
Na het aanzetten, is er binnen
10 seconden geen waarde
ingevoerd.
Zet het kookgedeelte aan en stel een kookzone in.
Er ligt iets op de tiptoets(en) of
ze zijn vuil.
Maak de tiptoetsen vrij of maak ze schoon.
Geen stroomtoevoer of een
korte onderbreking van de
stroomtoevoer.
Controleer of de stroomtoevoer herstelt is en zet het
kookgedeelte weer aan en uit.
Gevaar! Schakel de stroomtoevoer uit en verwijder de stekker van het apparaat.
Neem contact op met de servicedienst van Inventum.
Het kookgedeelte maakt een
schurend geluid.
Dat is een normaal geluid. De koelventilator van de elektrische onderdelen werkt.
Het kookgedeelte maakt een
fluitend geluid.
Dat is een normaal geluid. Conform de functioneringsfrequentie van de inductiespoelen tijdens
het gebruiken van een aantal kookzones, maakt het kookgedeelte bij maximaal vermogen een
licht fluitend geluid.
E2
26 • Nederlands
Het kookgedeelte is oververhit.
Schakel het kookgedeelte uit en laat de kookzones afkoelen.
Schakel het kookgedeelte opnieuw in en let op of de
ventilatie soepel draait.
Controleer of de pan voldoet aan de eisen gesteld in
hoofdstuk 6.
12
productkaart
Fabrikant
INVENTUM
Typenummer
VFI5042RVS
Type apparaat
inductiefornuis
Aantal kookzones
Verwarmingstechnologie - kookgedeelte
4
inductie
Diameter per kookzone [cm] (linksvoor)
Ø 21
Diameter per kookzone [cm] (linksachter)
Ø 16
Diameter per kookzone [cm] (rechtsachter)
Ø 16
Diameter per kookzone [cm] (rechtsvoor)
Ø 16
Energieverbruik per kookzone [Wh/kg] (linksvoor)
188,9
Energieverbruik per kookzone [Wh/kg] (linksachter)
188,9
Energieverbruik per kookzone [Wh/kg] (rechtsachter)
188,9
Energieverbruik per kookzone [Wh/kg] (rechtsvoor)
188,9
Energieverbruik van de kookplaat [kg]
Restwarmte indicator
188,9
per kookzone
Aan/ uit toets
�
Spanning aan-indicator
�
Timer
�
Aantal ovenruimten
Warmtebron per ovenruimte
Volume per ovenruimte
Energieverbruik volgens de EN50304 standaard
Energie-efficiëntie-index per ovenruimte
1
elektrisch
65
0,78 kWh
95,1
Uitvoering
Materiaal
RVS
Bediening
knoppen en tiptoetsen
Accessoires
Displays
bakplaat
rooster
LED
Technische gegevens
Afmeting (bxdxh) in mm
Netto gewicht in kg
Elektrische aansluitwaarde [W]
Netspanning [V] / netfrequentie [Hz]
500 x 600 x 850
39,0 kg
10100 W
230-400V/50Hz
Opmerking: Op het typeplaatje vindt u de de technische gegevens van het fornuis ook vermeldt.
Nederlands • 27
algemene service- en garantievoorwaarden
Hoe belangrijk service is, hoeven we je niet te vertellen. We ontwikkelen onze producten zodat je er jarenlang
onbezorgd plezier van kan hebben. Ontstaat er toch een probleem, dan vinden we dat je direct een oplossing mag
verwachten. Daarom bieden we je op onze producten een omruilservice, bovenop de rechten en vorderingen die je
op grond van de wet toekomen. Door een product of onderdeel om te ruilen, besparen we je tijd, moeite en kosten.
2 jaar volledige fabrieksgarantie
1. Op alle producten van Inventum krijg je als consument standaard 2 jaar volledige fabrieksgarantie. Binnen deze periode
wordt een defect product of onderdeel altijd gratis omgeruild voor een nieuw exemplaar. Om aanspraak te maken op de
2 jaar volledige fabrieksgarantie, kun je teruggaan naar de winkel waar je het product hebt gekocht of contact opnemen
met de consumentenservice van Inventum via het contactformulier op www.inventum.eu/service-aanvraag.
2. De garantieperiode van 2 jaar begint te lopen op de datum van aankoop van het product.
3. Voor het recht op garantie dien je een kopie van het originele aankoopbewijs te kunnen overleggen.
4. De garantie geldt uitsluitend bij normaal huishoudelijk gebruik van de Inventum producten binnen Nederland.
5 jaar Inventum garantie
1. Op de meeste groot huishoudelijke apparatuur en een selectie klein huishoudelijke producten biedt Inventum de
5 jaar Inventum garantie. Deze 5 jaar Inventum garantie bestaat uit de 2 jaar volledige fabrieksgarantie en daarna 3 jaar
aanvullende garantie. Het enige dat je hoeft te doen voor het recht op 3 jaar aanvullende garantie is het product te
registreren binnen 45 dagen na aankoop. In de volgende paragraaf lees je meer over het registreren van het product.
2. Voor de 5 jaar Inventum garantie geldt dat een defect product of onderdeel gedurende de eerste 2 jaar altijd gratis
wordt omgeruild voor een nieuw exemplaar. Gedurende het 3e tot en met het 5e jaar betaal je alleen de omruilkosten.
De actuele omruilkosten kun je terugvinden op www.inventum.eu/omruilkosten.
3. Om aanspraak te maken op de 5 jaar Inventum garantie kun je teruggaan naar de winkel waar je het product hebt gekocht
of contact opnemen met de consumentenservice van Inventum via het formulier op www.inventum.eu/service-aanvraag.
4. De garantieperiode van 5 jaar begint te lopen op de datum van aankoop van het product.
5. Voor het recht op garantie dien je een kopie van het originele aankoopbewijs te kunnen overleggen.
6. De garantie geldt uitsluitend bij normaal huishoudelijk gebruik van de Inventum producten binnen Nederland.
Productregistratie
1. De 3 jaar aanvullende garantie is eenvoudig en kosteloos te regelen door het product binnen 45 dagen na aankoop
te registreren via de website www.inventum.eu/garantieregistratie. Wanneer je het product niet binnen 45 dagen na
aankoop hebt geregistreerd, heb je nog tot 2 jaar na aankoop de tijd om dit te regelen. Er zijn dan wel kosten aan deze
registratie verbonden. De eenmalige registratiekosten bedragen € 89,- voor elk afzonderlijk product. Registreren is alleen
mogelijk voor producten waar de 5 jaar Inventum garantie op van toepassing is. Of het product in aanmerking komt voor
de 5 jaar Inventum garantie vind je in de gebruiksaanwijzing van het product en bij de informatie over het product op de
website van Inventum.
2. De garantieperiode begint steeds te lopen vanaf de datum van aankoop van het product. Ook wanneer het product
pas later voor aanvullende garantie wordt geregistreerd, wordt de garantieperiode vanaf de originele aankoopdatum
berekend.
3. De 3 jaar aanvullende garantie kun je alleen aanvragen als je beschikt over een kopie van het originele aankoopbewijs en
het Inventum 5 jaar garantiecertificaat.
Groot huishoudelijke apparatuur
1. Storingen of defecten aan groot huishoudelijke apparatuur (vrijstaand- en inbouw witgoed) kunnen worden gemeld via
het formulier op www.inventum.eu/service-aanvraag, telefonisch bij de consumentenservice van Inventum of via de
winkel waar je de apparatuur hebt gekocht. Het telefoonnummer van de consumentenservice vind je op www.inventum.eu.
2. Bij gemelde storingen of defecten aan groot huishoudelijke apparatuur heeft Inventum de mogelijkheid om ter plaatse
bij de consument in Nederland een witgoedmonteur het defecte apparaat te laten onderzoeken en vervolgens een
reparatie uit te laten voeren. De consumentenservice van Inventum kan ook besluiten dat het apparaat wordt omgeruild.
3. Als je een storing of defect aan groot huishoudelijke apparatuur meldt in de eerste 2 jaar vanaf de datum van aankoop,
brengt Inventum geen kosten in rekening voor omruilen, voorrijden, onderdelen, materiaalgebruik en arbeidsloon.
4. Als je het product op de hiervoor beschreven wijze hebt geregistreerd op www.inventum.eu/garantie-registratie en je
vervolgens een storing aan groot huishoudelijke apparatuur meldt in het 3e t/m 5e jaar vanaf de datum van aankoop, dan
is de 5 jaar Inventum garantie van toepassing en wordt het apparaat kosteloos gerepareerd of omgeruild. Je bent dan bij
reparatie of omruiling van het apparaat alleen omruilkosten verschuldigd. De actuele omruilkosten kun je terugvinden op
www.inventum.eu/omruilkosten. Indien je het product niet hebt geregistreerd, dan is de 3 jaar aanvullende garantie niet
van toepassing.
100 • Nederlands
5. Bij een melding van een storing of defect zal een monteur binnen 1 werkdag contact opnemen voor het maken van een
bezoekafspraak. Bij melding in het weekend of op feestdagen is dit de eerstvolgende werkdag.
6. Indien je een storing of defect meldt via het formulier op www.inventum.eu/service-aanvraag, word je via mobiele
berichten en e-mail op de hoogte gehouden van de voortgang.
7. De garantieperiode begint te lopen op de datum van aankoop van het product.
8. Voor het recht op garantie dien je een kopie van het originele aankoopbewijs en het Inventum 5 jaar garantiecertificaat
te kunnen overleggen.
9. De garantie geldt uitsluitend bij normaal huishoudelijk gebruik van de Inventum producten binnen Nederland.
Storingen of defecten buiten de garantieperiode
1. In geval van storingen of defecten aan klein huishoudelijke apparatuur of groot huishoudelijke apparatuur buiten
de garantieperiode, kan hiervan melding worden gemaakt bij de consumentenservice via het contactformulier
www.inventum.eu/service-aanvraag of door te bellen met de consumentenservice.
2. De consumentenservice kan je vragen het product voor onderzoek of reparatie op te sturen. De kosten van verzending
zijn voor jouw rekening.
3. Aan het onderzoek naar de mogelijkheid tot repareren zijn kosten verbonden. Je moet hier vooraf toestemming voor geven.
4. Bij groot huishoudelijke apparatuur kan Inventum op jouw verzoek een witgoedmonteur sturen. De voorrijkosten,
onderdeel- en materiaalkosten en arbeidsloon worden dan aan je in rekening gebracht.
5. In geval van opdracht tot reparatie moeten de reparatiekosten vooraf worden voldaan. Bij reparatie door een
witgoedmonteur, dienen de kosten van de reparatie ter plaatse bij de monteur, bij voorkeur via pinbetaling, te
worden afgerekend.
Uitgesloten van garantie
1. De hiervoor genoemde garanties gelden niet in geval van:
• normale slijtage;
• onoordeelkundig of oneigenlijk gebruik;
• onvoldoende onderhoud;
• het niet in acht nemen van de bedienings- en onderhoudsvoorschriften;
• ondeskundige montage of reparatie door derden of door de consument zelf;
• door de consument toegepaste niet originele onderdelen;
• zakelijk of bedrijfsmatig gebruik;
• het serienummer en/of rating-label is verwijderd.
2. Tevens geldt de garantie niet voor normale verbruiksartikelen, zoals:
• kneedhaken, bakblikken, (koolstof)filters, etc.;
• batterijen, lampjes, koolstoffilters, vetfilters enz.;
• externe verbindingskabels;
• glazen accessoires en glazen delen zoals ovendeuren;
• en soortgelijke zaken.
3. Buiten de garantie vallen transportschades, voor zover deze niet door Inventum zijn veroorzaakt. Controleer daarom je
nieuwe apparatuur voordat je deze in gebruik neemt. Als je beschadigingen aantreft, dien je deze binnen 5 werkdagen na
aankoop te melden bij de winkel waar je het product hebt gekocht, of bij de consumentenservice van Inventum via het
contactformulier op de website www.inventum.eu/service-aanvraag. Indien transportschades niet binnen deze termijn
worden gemeld, aanvaardt Inventum geen enkele aansprakelijkheid ter zake.
4. Van garantie en/of vervanging zijn uitgesloten: defecten aan, verlies en beschadiging aan het apparaat als gevolg van een
gebeurtenis die gewoonlijk verzekerd is onder de inboedelverzekering.
Van belang om te weten
1. Vervanging of herstel van een defect product of een onderdeel daarvan leidt niet tot verlenging van de oorspronkelijke
garantietermijn.
2. Vervangen onderdelen, verpakkingsmateriaal en omgewisselde apparaten worden meegenomen door de
witgoedmonteur en worden eigendom van Inventum.
3. Indien een klacht ongegrond is, komen alle kosten die daardoor zijn ontstaan voor rekening van de consument.
4. Na verloop van de garantietermijn worden alle kosten voor herstel of vervanging, inclusief administratie-, verzend- en
voorrijkosten aan de consument in rekening gebracht.
5. Inventum is niet aansprakelijk voor schade die is ontstaan als gevolg van onjuiste inbouwsituaties.
6. Inventum is niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt door van buiten het apparaat ontstane oorzaken, tenzij deze
aansprakelijkheid voortvloeit uit dwingendrechtelijke bepalingen.
7. Op deze garantie- en servicevoorwaarden is Nederlands recht van toepassing. Geschillen zullen uitsluitend worden
berecht door de bevoegde Nederlandse rechter.
Nederlands • 101
klein huishoudelijk
witgoed vrijstaand
witgoed inbouw
persoonlijke verzorging
Inventum Huishoudelijke
Apparaten B.V.
Meander 901
6825 MH Arnhem
Tel: 0800-4583688
[email protected]
www.inventum.eu
facebook.com/inventum1908
youtube.com/inventum1908
VFI5042RVS/02.0320V
Wijzigingen en drukfouten voorbehouden/ Änderungen und Druckfehler vorbehalten/
Sous réserve de modification / Modifications and printing errors reserved