— 20 —
VEILIGHEIDS
VOORSCHRIFTEN
Lees alle aanwijzingen
volledig
1) BEWAAR DEZE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Deze veiligheidsinstructies verschaffen belangr-
ijke informatie voor een juist gebruik van de
acculader.
2) Lees alle aanwijzingen en waarschuwingen op
de (1) acculader en de (2) accu, alvorens u de
acculader in gebruik neemt.
3) WAARSCHUWING –Gebruik deze acculader
uitsluitend voor het opladen van de voorge-
schreven accu. Bij het opladen van andere
accu’s bestaat ontploffingsgevaar met licha-
melijk letsel en beschadigingen als gevolg.
4) Stel de acculader en de accu niet bloot aan
regen of sneeuw en gebruik deze ook niet in een
vochtige ruimte.
5) Het gebruik van een hulpstuk wordt afgeraden,
aangezien dit zou kunnen resulteren in brand,
een elektrische schok of lichamelijk letsel.
6) Om beschadiging aan de stekker en het snoer te
voorkomen, dient u altijd de stekker vast te
pakken wanneer u de acculader loskoppelt. Trek
niet aan het snoer.
7) Gebruik geen verlengsnoer.
8) Gebruik de acculader niet als het snoer of de
stekker beschadigd is. Bij beschadiging moeten
deze onderdelen meteen vervangen worden.
9) Gebruik de acculader niet als deze een zware
schok te verduren heeft gehad of gevallen is, of
op andere wijze mogelijk beschadigd is geraakt.
Laat de acculader in dit geval eerst door bek-
waam onderhoudspersoneel nakijken.
10) Probeer de acculader niet te demonteren. Breng
de acculader naar bekwaam onderhoudsper-
soneel als onderhoud of reparatie vereist is.
Indien de acculader verkeerd gemonteerd zou
worden, kan dit resulteren in een elektrische
schok of brand.
11) Om een elektrische schok te voorkomen, dient u
de acculader los te maken van het lichtnet voor-
dat onderhouds- of reinigingswerkzaamheden
worden uitgevoerd.
12) Leg het snoer zodanig dat er niet over gelopen
kan worden en dat dit ook niet op andere wijze
hindert en beschadigd zou kunnen worden.
13) De acculader en de accu zijn speciaal ontwor-
pen om in combinatie te worden gebruikt.
Gebruik de acculader niet voor het opladen van
een ander gereedschap of een andere accu.
Ook mag deze accu niet met een willekeurig
andere acculader worden opgeladen.
14) Probeer de acculader en de behuizing van de
accu niet te demonteren.
15) Berg het gereedschap en de accu niet op een
plaats op waar de temperatuur tot boven 50°C
kan oplopen (bijvoorbeeld in een metalen
schuur of in een auto die in de zon geparkeerd
staat). Dit kan de levensduur van de accu nade-
lig beïnvloeden.
16) Laad de accu niet op bij een temperatuur
ONDER 0°C of BOVEN 40°C.
17) Probeer de accu niet te verbranden. De accu
zou kunnen ontploffen.
18) De acculader kan uitsluitend gebruikt worden op
het lichtnet. Zorg dat de netspanning hetzelfde is
als de bedrijfsspanning die vermeld staat op het
plaatje met de technische gegevens. Probeer de
acculader nooit op een andere netspanning te
gebruiken.
19) Wees voorzichtig dat het snoer niet beschadigd
wordt. Draag de acculader nooit aan het snoer
en trek ook niet aan het snoer om dit los te
maken van het stopcontact. Houd het snoer uit
de buurt van warmtebronnen, olie en scherpe
randen.
20) Laad de accu op een goed geventileerde plaats
op. Leg tijdens het opladen geen doek e.d. over
de acculader en de accu.
21) Veroorzaak geen kortsluiting in de accu. Bij
kortsluiting kan een zeer hoge stroomsterkte
ontstaan met oververhitting en brandgevaar als
gevolg.
22) OPMERKING: Als het netsnoer beschadigd is,
mag dit uitsluitend bij een reparatiecentrum aan-
bevolen door de fabrikant worden vervangen.
Voor het vervangen van het netsnoer zijn
namelijk speciale gereedschappen vereist.
23) Het toestel mag niet worden gebruikt door jonge
kinderen of door onbevoegde personen zonder
toezicht.
24) Er dient te worden op toegezien dat jonge kin-
deren niet met het apparaat spelen.
NL
EY0225.BOOK Page 20 Saturday, June 18, 2005 1:16 PM