Documenttranscriptie

Inhoud Pagina Veiligheid 19 Specificaties 19 Aflezen van het scherm 20 Plaatsing van de meetpennen 20 Meten van spanningen (Voltmeter) 21 Meten van weerstanden en continuïteit (Ohmmeter) 22 Onderhoud, Toebehoren Indice 23 Pagina Seguridad 24 Caracteristicas técnicas 24 Lectura de la pantalla 25 Colocacion de las puntas de prueba 25 Medición de las tensiones (Voltímetro) 26 Medición de las resistencias y de la continuidad (Ohmímetro) 27 Mantenimiento, Piezas de recambio Indice 28 Pagina Sicurezza 29 Caratteristiche tecniche 29 Lettura del display 30 Posizionare la punta 30 Misura delle tensioni (Voltmetro) 31 Misura resistenze e continuità (Ohmetro) 32 Manutenzione, Pezzi di ricambio 33 3 NL Veiligheid Nooit gebruiken op gelijk- of wisselstroomnetten met meer dan 600 V eff. en meer dan ± 600 V eff. in vergelijking met de aarde. Steeds de toestand van de batterijen controleren alvorens uw multitester 709 te gaan gebruiken. Nooit metingen van weerstanden op een stroomkring onder spanning uitvoeren. Nooit het kastje van de multitester openen alvorens elke electriciteitsbron te hebben ontkoppeld. Nooit op de te meten stroomkring aansluiten indien het kastje van het apparaat niet correct is gesloten. Specificaties Afmetingen Gewicht 2 batterijen Autonomie Verbruik : : : : : : : : 170 x 65 x 30 mm 200 gram met batterijen. 1,5 volt (type R6 of LR6). 10 000 metingen van 10 seconden met de batterijen R6. 20 000 metingen van 10 seconden met de batterijen LR6. < 5 mA met de voltmeter. < 20 mA met de ohmmeter en het geluidssignaal. < 50 mA met de verlichting. Vermogen Voltmeter : 600 volt max. op ~ en op ... Ohmmeter : 2 kΩ max. Automatisch stoppen zodra de meetpennen niet meer in contact zijn. NB : opnieuw inschakelen zodra de meetpennen in contact met een electrische spanning zijn. Gebruikstemperatuur : - 10° tot + 55° C Opslagtemperatuur : - 40° tot + 70° C Relatieve vochtigheid in gebruik : 10 tot 90 % RV Relatieve vochtigheid in opslag : 5 tot 95 % RV Dubbele isolatie : installatiecategorie III - vervuilingsgraad 2 (volgens norm CEI 1010-1). Dichtheid beschermingsindex : IP 54 (volgens CEI 529). Bestraalde velden : 3 V/m (volgens CEI 801-3). Vrije val : 1 m (volgens CEI 1010). Trillingen : 0,75 mm (volgens CEI 68.2.6.). Schokken : 0,5 joule (volgens CEI 68.2.27) Electrische schokken : 3 kV (volgens CEI 801-5). Electrostatische ontlading : 4 kV klasse 2 (volgens CEI 801-2). Snelle transistors : 2 kV (volgens CEI 801-4). Automatische verlichting : lager dan 50 lux. Anti-slipinrichting Gleuf voor oprollen van het snoer 2 geborgde schroeven voor het demonteren van de achterkant van de kast om de batterijen te verwisselen. Vakje voor de losse meetpen. Schuifplaatje voor het inklikken en beschermen van de zwarte meetpen. Piep voor de continuïteit (R ≤ 500 Ω ± 50 Ω). Geleverd met een zwart snoer met niet losse meetpunt, lengte 1,40 m, een losse rode meetpunt, een handleiding, een garantieboekje 1 jaar en 2 niet gemonteerde R6 batterijen van 1,5 volt. 19 Aflezen van het scherm Scherm met vloeibare kristallen, 2000 meetpunten (hoogte van de cijfers 10 mm) ritme : 2 metingen per seconde. Automatische display van de symbolen. De "1" links knippert. Automatische keuze van de kalibers Het betrokken symbool gaat branden wanneer de functie actief is. Slijtage van de batterijen. HOLD De laatste waarde is in het geheugen opgeslagen. ~ De meting in uitvoering gebeurt op wisselspanning. De meting in uitvoering gebeurt op gelijkspanning. De controlefunctie van de continuïteit is actief (de piep is actief). kΩmV Het symbool geeft aan welke meeteenheid van toepassing is. De cijfers geven de waarde in de gecontroleerde eenheid aan. (begrensd tot 600 V), A - Plaats de rode losse meetpen in het vakje bovenop het apparaat. B - Plaats de meetpen aan het uiteinde van de zwarte draad zoals in «B» staat aangegeven in onderstaande tekening. In deze stand is de ruimte tussen de toetsen gelijk aan de ruimte tussen de standaard electrische wandcontactdozen. B 20 Meten van gelijk- of wisselspanningen Plaats de toetspunten parallel op de te meten stroomkring. Het apparaat schakelt automatisch in, herkent de aard van de wissel- of de gelijkstroom en kiest een van de 4 meeteenheder die het beste is aangepast aan de te meten spanning. Lees de gemeten waarde op het scherm af. Mogelijkheid om in het geheugen op te slaan door op HOLD te drukken Voltmeter wisselspanning* ~ Meeteenheden Voltmeter gelijkspanning ... 2V 20 V 200 V 600 V Resolutie 1 mV 10 mV 100 mV 1V Impedantie 600 kΩ 260 kΩ Precisie op wisselspanning ~ ± 3 % van de aflezing ± 5 punten Precisie op gelijkspanning ± 2 % van de aflezing ± 2 punten Toelaatbare overbelasting 1000 V eff. gedurende 5 seconden * Gebruiksterrein : 10 Hz tot 400 Hz sinusvormig NB : indien het scherm niet actief is, is er geen spanning of aanwezigheid van spanning lager dan 600 mV. Automatisch stoppen : wanneer de stroomkring is afgekoppeld, stopt de 709 automatisch en het scherm gaat uit. De 709 geeft de fase en het nulpunt aan in een stopcontact : • Niet geaard stopcontact : Breng de rode pen in het contact (de zwarte pen wordt niet gebruikt). • het scherm gaat branden : dat betekent de fase. • het scherm blijft uit : dat betekent het nulpunt. • Geaard stopcontact : Door de zwarte meetpen te aarden, de rode meetpen op de fase of het nulpunt; men meet de spanning aarde/fase of aarde/nulpunt (verbruik 1,4 mA bij 380 V). 21 Meten van weerstanden en continuïteit Schakel de voeding van de te controleren stroomkring of de weerstand uit. Aansluiten op de klemmen van de te controleren stroomkring of de weerstand. Druk op de drukknop op de achterkant van het apparaat en houd deze knop tijdens de hele meting ingedrukt : zodoende wordt het scherm op het kaliber 2 kΩ geprogrammeerd. De gemeten waarde aflezen. Mogelijkheid in het geheugen op te slaan door op HOLD te drukken. De 7O9 van de stroomkring afkoppelen en de drukknop loslaten; het stoppen gaat automatisch. Ω (ohm) : 2 kΩ (1) Oplossing :1Ω Precisie : ± 3 % van de aflezing ± 2 punten Max. spanning in open stroomkring : 400 mV Max. stroom in kortsluiting : 150 µA Electronische bescherming : 600 V eff. (max. 5 seconden) (1) : er klinkt een continu piep voor elke weerstand : R ≤ 500 Ω ± 50 Ω voor een weerstand : R > 1,999 Ω de "1" knippert. Aanwezigheid van spanning (volt-test) Wanneer de stroomkring per ongeluk opnieuw onder spanning wordt gebracht tijdens het meten van een weerstand, gaat het rode controlelampje Ω op de volt-test branden. Onmiddellijk de drukknop ohmmeter loslaten ; de 709 geeft de waarde van de aanwezige spanning aan. 22 Onderhoud Opbergen van het apparaat : • Plaats de rode meetpen in het vakje aan de achterkant van het apparaat. • Rol de zwarte draad op in de gleuf en plaats de zwarte meetpen aan de zijkant (zie onderstaande figuur). 1 2 Voor het verwisselen van de batterijen, moeten de 2 schroeven van het deksel aan de achterkant van het apparaat worden gedemonteerd. Reserveonderdelen 7O9 1 7O9.O2 Losse meetpen 2 Batterij R6 of LR6 Batterij van 1,5 volt (2) 23