Documenttranscriptie

Inhoudsopgave Afvoer en recycling........................................................................................ 66 Veiligheidsinformatie..................................................................................... 67 Leveringsomvang.......................................................................................... 68 Montagehandleiding station voor vers water................................................. 69 Montage volgorde:......................................................................................... 70 Hydraulische aansluiting / elektrische aansluiting......................................... 71 Inwerkingstelling............................................................................................ 72 Montage Circulatiepompset ZP-3.................................................................. 73 Technische gegevens.................................................................................... 78 Beveiliging tegen verkalking - chemische ontkalking.................................... 79 Conformiteitsverklaring (volgens ISO/IEC 17050-1)..................................... 80 Afvoer en recycling De aansluitingen voor spanning en gas alsmede het koudemiddelcircuit bij oude toestellen mogen uitsluitend door ter zake kundig vakpersoneel worden gescheiden! 66 • Materiaal dient principieel overeenkomstig de actuele voorschriften inzake milieubeschermings-, recycling- en afvalverwerkingstechniek te worden afgevoerd. • Oude toestellen en apparatuur, slijtdelen, defecte componenten alsmede vloeistoffen en oliesoorten, welke een gevaar vormen voor het aquatisch milieu dienen in overeenstemming met de wetgeving inzake afvalverwerking bij een milieuvriendelijke afvalverwerking of een recyclingcentrum te worden ingeleverd. Zij mogen in geen geval via het normale huisvuil worden afgevoerd! • Voert u verpakkingen van karton, recyclebare kunststoffen en vulmaterialen van kunststof milieuvriendelijk via dienovereenkomstige recyclingsystemen of containerparks af. • Neemt u de respectievelijke landspecifieke of lokale voorschriften in acht a.u.b. 3064926_201701 Veiligheidsinformatie Veiligheidsinformatie Gelieve de volgende informatie over de montage en inbedrijfstelling nauwkeurig door te lezen, vooraleer u het toestel in bedrijf neemt. Daardoor voorkomt u schade aan uw installatie die zou kunnen ontstaan door niet reglementaire gebruik. Bij niet reglementaire gebruik evenals ongeoorloofde wijzigingen bij de montage en aan de constructie wordt geen aansprakelijkheid aanvaard. De volgende technische richtlijnen moeten, naast de specifieke richtlijnen van het land, in het bijzonder worden nageleefd. DIN 1988 Technische richtlijnen voor de drinkwaterinstallatie DIN 4708 Centrale warmwaterverwarmingsinstallaties NEN EN 12828 Verwarmingsinstallaties in gebouwen – Ontwerp voor watervoerendeverwarmingssystemen DIN 4753 Waterverwarmers en waterverwarmingsinstallaties voor drink- en proceswater NEN EN 12977 Thermische zonne-energiesystemen en componenten - Op maat gebouwde systemen NEN EN 12976 Thermische zonne-energiesystemen en componenten - Fabrieksmatig geproduceerde systemen DIN 18380 Verwarmings- en gebruikswater-installaties DIN 18381 Werkzaamheden aan gas-, water- en rioleringsinstallaties DIN 18382 Elektrische kabel- en leidinginstallaties in gebouwen NEN EN 12975 Thermische zonne-energiesystemen en componenten - Collectoren VDE 0100 Installeren van elektrische bedrijfsmiddelen VDE 0185 Algemene bepalingen voor het installeren van bliksemafleiders Opmerkingen: -- De hele installatie (drink- en verwarmingswater) moet omwille van de regeltoestellen vrij van vuil worden gehouden (evt. vuilvanger zetten). -- De opstelling en installatie moet door een erkende gespecialiseerde firma gebeuren. -- De plaats voor opstelling moet een vorstvrije ruimte zijn. -- Zoals bij alle circulatiesysteem voor warmwater moet er een juiste veiligheidsvoorziening voor overdruk resp. uitzetting worden voorzien. -- Nationale vereisten met betrekking tot de drinkwaterhygiëne respecteren! 3064926_201701 67 Montagehandleiding station voor vers water Montage De opstelling en installatie moet door een erkende gespecialiseerde firma gebeuren. De plaats voor opstelling moet een vorstvrije ruimte zijn. Wandmontage 400 1 A 3 12 2 M10 12 360 A 20 Schets 360 45 60 Mengercircuits Station voor vers water 190 126 565,5 800 12 90 min. 80 2 4 1 max. 70 Nm Montage op het gelaagd reservoir Bij de montage van de module voor vers water FWS-2-60 op de boiler moet erop worden gelet dat bij gelijktijdige montage van de mengercircuits BSP-MK deze eerst gemonteerd en van buizen voorzien moeten worden. De montage op het gelaagd reservoir gebeurt met behulp van bijgevoegd montagemateriaal (2 schroefdraadbouten M10x100 + 6 moeren M10 + 4 volgringen M10). Na montage van de isolatie van de bufferboiler worden de schroefdraadbouten ca. 10mm diep in de schroefdraadhulzen op de boiler gedraaid. Voor de montage op het gelaagd reservoir moet de boileraansluitset met flexibele aansluitleidingen, een veilige en tijdbesparende verbinding, worden gebruikt. Schroefdraadhulzen 3064926_201701 69 Montage volgorde: 1 ca. 10 2 ca. 40 A max. 70 Nm max. 10 Nm Montage van het station voor vers water Montage van de aansluitset 3 4 45° A A max. 70 Nm 90° 90° Schnitt A-A M1 : 1 Montage van de verswaterleidingen Vormgeving van de aansluitset 5 Let op De montageschroeven te sterk aandraaien beschadigt de isolatie! max. 70 Nm Eindmontage van de gevormde aansluitset 70 3064926_201701 Hydraulische aansluiting / elektrische aansluiting Elektrische aansluiting De interne bedrading van de elektrische installatiedelen werd in de fabriek uitgevoerd. De aansluiting aan het stroomnet (230 V/AC, 50 - 60 Hz) gebeurt door middel van de reeds aangeklemde netaansluitleiding. Werken aan stroomvoerende onderdelen van de module gebeuren uitsluitend mits opvolging van de respectieve voorschriften van de energieleverancier en de geldige, desbetreffende normen. Er is een vakkundige aarding op de montagelas van de FWS-2-60 voorzien. Hydraulische aansluiting De drinkwaterkant van het station voor vers water moet met een veiligheidsventiel ≤ 10 bar worden beveiligd tegen overdruk. Optioneel kan er bijkomend een drinkwaterexpansievat worden ingezet. De aansluiting van de leidingen gebeurt overeenkomstig de schets hiernaast. In geval van verzinkte buisleidingen en fittings moet de installatievolgorde worden nageleefd om elektrochemische corrosie te voorkomen. De vlakdichtende verbindingen mogen pas na het afdichten van de buisleidingen worden aangetrokken. De leidingen van en naar de boiler moeten - indien de BSP-FW aan de wand gemonteerd wordt minstens in de afmeting Cu28 uitgevoerd zijn om het noodzakelijke debiet van ca. 2800 l/h te garanderen. De leidingwegen moeten zo kort mogelijk zijn! OPGELET! Aandraaimomenten resp. inwerkende krachten op de reeds voorgemonteerde bestanddelen en verbindingspunten van de module moeten absoluut worden vermeden! Aansluitingen A = Koud water IN, 1" binnenschroefdraad E B = Warm water UIT, 1" binnenschroefdraad B C = Van de buffer, 1" buitendraad D = Naar de buffer, 1" buitendraad A D 4 E = Circulatie, ½“ binnenschroefdraad (optioneel) Hoofdcomponenten C 1 = Thermostaatkop 1 5 2 = Aansluitdoos elektriciteit 3 = Platenwarmtewisselaar 4 = Debietschakelaar 5 = HE-laadpomp 6 = Spiraalvoeler 2 8 6 7 = Blinddeksel (push-in) voor circulatie-eenheid 8 = Circulatie-eenheid 3064926_201701 3 7 71 Inwerkingstelling Inwerkingstelling De vulling en inbedrijfstelling moet door een erkende gespecialiseerde firma gebeuren. Hierbij moeten de werking en de dichtheid van de hele installatie inclusief de onderdelen die bij de fabrikant gemonteerd zijn, worden gecontroleerd. Langzaam openen van de kogelkranen aan de in- en uitlaat van de module voorkomt drukstoten bij het spoelen. Het vullen en spoelen moet zo lang worden uitgevoerd tot er gegarandeerd is dat het systeem volledig ontlucht is! Hoorbare stromingsgeluiden tijdens de werking van de bufferlaadpomp duiden erop dat er zich nog lucht in de installatie bevindt die via de pomp afgevoerd moet worden. Een overschrijding van de maximaal toelaatbare werkdruk kan tot lekkage en ernstige beschadigingen van het voorraadvat leiden! Kogelkranen Maximaalthermostaat Gebruikswater-temperatuur De regeling van de gebruikswater-temperatuur gebeurt via een maximaalthermostaat dat reeds vooraf op een temperatuur van 50°C ingesteld is. Het instelbereik is in de fabriek begrensd tot 3,25. Met behulp van de rode en blauwe temperatuurbegrenzingsstiften (memoryclips) kunt u dit instelbereik begrenzen resp. fixeren. Door in de richting van de wijzers van de klok te draaien, daalt de temperatuur van het warm water. Er wordt een jaarlijks onderhoud van de installatie door een gespecialiseerde firma aanbevolen. Aanbeveling voor de boilertemperatuur: Deze zou minstens ca. 12 K boven de gewenste gebruikswatertemperatuur moeten liggen. 72 3064926_201701 Montage Circulatiepompset ZP-3 Module voor vers water met gemonteerde circulatiemodule Circulatieleiding Circulatiemodule gemonteerd op de module voor vers water Circulatiemodule BSP - ZP Opgelet: Bij de montage van de circulatiepompeenheid moeten aandraaimomenten resp. inwerkende krachten op de reeds voorgemonteerde bestanddelen en verbindingspunten van de module absoluut worden vermeden! De module voor vers water is voorbereid om optioneel achteraf uit te rusten met een circulatiepomp. De Circulatiepompset ZP-3 die als toebehoor verkrijgbaar is, bestaat uit een pomp met aansluitstuk voor de module (push-in-uitvoering), een kogelkraan en een excenter. Voor de montage van de ZP-3 moet de splitpen van de dop op de FWS-2-60 worden getrokken en de dop verwijderd. De ZP-3 tot aan de aanslag erin steken en met de splitpen borgen. Als er circulatiepompen ter plaatse aanwezig zijn, kan de circulatie via de aansluiting van het koud water tot stand worden gebracht. 3064926_201701 73 Montage Circulatiepompset ZP-3 Opbouw van de circulatie-eenheid 1 Circulatiepomp 2 Dichtring 3 Plug-in-adapter 4 Terugslagklep 5 Vlakke dichting 6 Afsluitkraan 7 Wartelmoer 8 Excenter G1/2" inwendige schroefdraad 9 optional 9 8 7 5 Circulatieleiding (niet meegeleverd) 6 5 1 2 3 4 Montage 1 2 3 74 4 3064926_201701 Montage Circulatiepompset ZP-3 De volgende bedrijfsmodi kunnen worden gekozen door uiteenlopende elektrische schakelingen van de pomp: A B C D Temperatuurselectieknop Tijdschakelklok met schakelsegmenten Functiekeuzeschakelaar Tijd aflezen Circulatie handmatig deactiveren Functieschakelaar (C) op 'OFF' zetten. 3064926_201701 75 Montage Circulatiepompset ZP-3 Circulatie onafhankelijk van de tijd schakeling A De circulatiepomp wordt geactiveerd door kort een afnamepunt van warm water te bedienen en wordt door de geïntegreerde thermostaat uitgeschakeld, wanneer de ingestelde circulatieretourtemperatuur bereikt is. De tijdschakelklok heeft bij deze bedrijfsmodus geen functie (continubedrijf!) Functiekeuzeschakelaar (C) op 'ON' zetten. 5 Circ Pump = 3 HE Pump ~ ~ 1 = 4 = 1 Netvoeding (230 V/ 50 Hz) 2 Debietschakelaar (FLS) 2 3 Laadpomp verswaterstation (HE Pump) 4 PWM-signaal HE-pomp Aansluiten van een niet-hoogefficiënte pomp zie overeenkomstige elektrische aansluitconfiguratie 5 Circulatie-eenheid (CIRC PUMP) Circulatie afhankelijk van de tijd schakeling B De circulatiepomp wordt gestart door de individueel instelbare tijdschakelklok en onderbroken, wanneer de ingestelde circulatieretourtemperatuur bereikt is. Een thermostaat zorgt voor het cyclusbedrijf van de pomp. Buiten de vooraf ingestelde tijdzones is er geen circulatiebedrijf. Functieschakelaar (C) op zetten. 5 Circ Pump = 3 HE Pump ~ ~ 1 ~ 1 = 4 = 2 Elektrische aansluitconfiguratie voor een niet-hoogefficiënte pomp 3 M ~ = 2 76 3064926_201701 Montage Circulatiepompset ZP-3 Instellen van de circulatieuitschakeltemperatuur Temperatuurselectieknop (A) op de gewenste temperatuur instellen. Bij het bereiken van de uitschakeltemperatuur wordt de circulatie gedeactiveerd. Opmerking De op de circulatie-eenheid ingestelde temperatuur (A) moet minstens 10K onder de warmwatertemperatuur van het verswaterstation liggen zodat een permanente werking van de circulatie uitgesloten kan worden. Nationale vereisten met betrekking tot de drinkwaterhygiëne respecteren! PWM-signaal HE-pomp 3. 3064926_201701 77 Technische gegevens E B C A D 4 1 5 2 8 6 3 7 Gewicht ca. 17 kg Aansluitingen A = Koud water IN, 1" binnenschroefdraad B = Warm water UIT, 1" IG binnenschroefdraad C = Van de buffer, 1" buitendraad D = Naar de buffer, 1" buitendraad E = Circulatieleiding (niet meegeleverd) Hoofdcomponenten 1 = Thermostaatkop 2 = Aansluitdoos elektriciteit 3 = Platenwarmtewisselaar 4 = Debietschakelaar 5 = HE-laadpomp 6 = Spiraalvoeler 7 = Push-in-aansluiting voor circulatie-eenheid (incl. blinddeksel) 8 = Circulatie-eenheid (optioneel) Warmwatervermogen 1,5 - 30 l/min warm water Min. toelaatbare bedrijfstemp. 2°C Max. toelaatbare bedrijfstemp. 95°C Max. toelaatbare bedrijfsdruk Koud/warm water 10 bar verwarming 3 bar Pompgegevens Laadpomp: 230V / 50Hz Toerental = 800 - 4660 t/m Vermogensopname: 3 - 45W Nominale stroom = 0,03 - 0,44A Circulatiepomp (optioneel): 230 V / 50 Hz Max. Vermogensopname: 27,3W (+ Uhr 1,5W) 78 3064926_201701 Beveiliging tegen verkalking - chemische ontkalking Beveiliging tegen verkalking Als beveiliging tegen verkalking moet de thermostaatkop vanaf een totale hardheid van 15 °dH (2,5mol/m³) op maximaal 3,25 ingesteld worden, dit komt in nominaal bedrijf overeen met ongeveer 50 °C. Dit is overeenkomstig de drinkwaterrichtlijn de laagste toelaatbare waarde voor de warmwatertemperatuur, omdat dan bij een dagelijks gebruik van de warmwaterinstallatie bijgevolg het risico op het vermeerderen van legionellabacteriën praktisch is uitgesloten. Vanaf een totale hardheid van meer dan 20 °dH is het gebruik van een waterbehandeling in de toevoerleiding van het koud water voor de verwarming van drinkwater in ieder geval vereist om de onderhoudsintervallen te verlengen. Ook bij een waterhardheid van minder dan 20 °dH kan plaatselijk een verhoogd verkalkingsrisico bestaan, waardoor een onthardingsingreep noodzakelijk wordt. Het niet naleven hiervan kan leiden tot voortijdig verkalken van het toestel en tot een beperkt warmwatercomfort. De plaatselijke omstandigheden moeten steeds door de verantwoordelijke vakman worden gecontroleerd. Chemische ontkalking 1. Het verswaterstation wordt met de circulatiemethode gereinigd: Bij dit type ontkalking wordt met behulp van slangen een circuit gevormd met het te reinigen verswaterstation en de pomp, in dit circuit bevindt zich het ontkalkingsmateriaal. Vervolgens wordt het reinigingsmiddel door de module gecirculeerd. 2. Alleen door de fabrikant goedgekeurde ontkalkingsmiddelen gebruiken. (ontkalkingspoeders op basis van sulfaminezuur, heetontkalkingsproducten). Andere chemicaliën kunnen het station aantasten. 3. Het poedervormige reinigingsmiddel wordt in een verhouding van 5-15% met zuiver water tot een oplossing vermengd. 4. Het verswaterstation van het elektriciteitsnet scheiden zodat de pomp niet kan draaien tijdens het spoelen. 5. Het verswaterstation moet aan drinkwaterzijde volledig van de leidingen worden gescheiden ter hoogte van de wartelmoeren (ook circulatie). 6. De reinigingsmiddeltoevoer wordt aangesloten op de koudwateraansluiting en de afvoer op de warmwateraansluiting. De richting mag NIET worden omgedraaid omdat de debietschakelaar anders beschadigd kan worden. 7. Het spoelproces moet minstens 6-8 uren duren. 8. Het opwarmen van het verswaterstation is normaal omdat door de chemische reactie in het verswaterstation en door de circulatiepomp warmte ontstaat. 9. De pH-waarde van een 'vers' reinigingsmiddel is 1,2. Door de reiniging zal de pH-waarde stijgen. Wanneer de pH-waarde boven 2,5-3 komt, moet het reinigingsmiddel nagedoseerd worden om terug tot de aanvangswaarde te komen. 10. Na voltooiing van de reiniging moet het verswaterstation krachtig worden gespoeld met water. Met lang spoelen met grote hoeveelheden water moet worden gegarandeerd dat er geen reinigingsmiddel meer in het station achterblijft. 11. Het verswaterstation opnieuw aansluiten zoals het hoort. 12. Het reinigingsmiddel moet na gebruik geneutraliseerd worden (pH-waarde = 7) en kan dan via de openbare riolering worden afgevoerd. 13. De instructies van het meegeleverd veiligheidsinformatieblad moeten worden opgevolgd. 3064926_201701 79 Conformiteitsverklaring (volgens ISO/IEC 17050-1) Nr.: 3064926 Ondertekenaar: Wolf GmbH Adres: Industriestr. 1 D-84048 Mainburg Product: Verswaterstation FWS-2-60 Het hierboven beschreven product is conform de eisen van de volgende documenten: V NEN EN 60335-2-51:2012-08 NEN EN 60445:2011-10 NEN EN 55014-1:2012-05 NEN EN 55014-2:2014-11 NEN EN 61000-3-3:2014-03 Conform de bepalingen van de volgende richtlijnen 2014/30/EU (elektromagnetische compatibiliteit) 2014/35/EU (laagspanningsrichtlijn) 2011/65/EU (RoHS-richtlijn) wordt het product als volgt gemarkeerd: Mainburg, 11.11.2016 Gerdewan Jacobs Technische leider i.o. Klaus Grabmaier Producttoelating