11
NL
De hoek van de zijkanten van het
beeld regelen
(KEY/KEY BALANCE)
Deze instellingen worden gememoriseerd voor het huidige
ingangssignaal.
1
Druk in het midden van de regeltoets.
Het hoofdmenu verschijnt op het scherm.
2
Beweeg de regeltoets om KEY/KEY BALANCE te
laten oplichten en druk nogmaals in het midden van
de regeltoets.
Het KEY/KEY BALANCE menu verschijnt op het scherm.
3
Beweeg eerst de regeltoets m/M om het onderdeel te
kiezen dat u wilt regelen. Beweeg vervolgens de
regeltoets </, om te regelen.
Het beeld roteren (ROTATION)
Deze instelling wordt gememoriseerd voor alle ingangssignalen.
1
Druk in het midden van de regeltoets.
Het hoofdmenu verschijnt op het scherm.
2
Beweeg de regeltoets om ROTATION te laten
oplichten en druk nogmaals in het midden van de
regeltoets.
Het ROTATION menu verschijnt op het scherm.
3
Beweeg de regeltoets </, om het beeld te
roteren.
Het beeld vergroten of verkleinen
(ZOOM)
Deze instelling wordt gememoriseerd voor het huidige
ingangssignaal.
1
Druk in het midden van de regeltoets.
Het hoofdmenu verschijnt op het scherm.
2
Beweeg de regeltoets om ZOOM te laten
oplichten en druk nogmaals in het midden van de
regeltoets.
Het ZOOM menu verschijnt op het scherm.
3
Beweeg de regeltoets </, om het beeld te
vergroten of te verkleinen.
Opmerking
De regeling stopt wanneer de maximum of minimum waarde horizontaal
of verticaal is bereikt.
De beeldkleur regelen (COLOR)
Met de COLOR instellingen kunt u de beeldkleurtemperatuur
regelen door het kleurniveau van het witte kleurveld te
veranderen. De kleuren hebben een rode tint bij lage temperatuur
en een blauwe kleur bij hoge temperatuur. Deze regeling is handig
om de monitorkleuren af te stemmen op drukkleuren.
Deze instelling wordt gememoriseerd voor alle ingangssignalen.
1
Druk in het midden van de regeltoets.
Het hoofdmenu verschijnt op het scherm.
2
Beweeg de regeltoets om COLOR te laten
oplichten en druk nogmaals in het midden van de
regeltoets.
Het COLOR menu verschijnt op het scherm.
3
Beweeg de regeltoets </, om een
kleurtemperatuur te kiezen.
De vooringestelde kleurtemperaturen zijn 5000K, 6500K en
9300K. Doordat standaard 9300K is ingesteld, krijgt wit een
rode in plaats van een blauwe kleur wanneer de temperatuur
wordt verlaagd tot 6500K en 5000K.
4
Regel de kleurtemperatuur desgevallend handmatig
bij.
Beweeg eerst de regeltoets </, om USER te kiezen.
Beweeg vervolgens de regeltoets m/M om R (rood), G (groen)
of B (blauw) te kiezen en beweeg de regeltoets </, om te
regelen.
Als u de kleurtemperatuur bijstelt, wordt de nieuwe
kleurinstelling gememoriseerd en opnieuw opgeroepen
telkens wanneer u USER kiest.
Kies Om
KEY
de beeldbreedte bovenaan het scherm
te regelen
KEY BALANCE
het beeld bovenaan het scherm naar
links of naar rechts te schuiven
KKK
R50
G50
B50
SELECT EXI T
COLOR
5000 6500 9300
USER