EKS1840

EINHELL EKS1840 Operating Instructions Manual

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de EINHELL EKS1840 Operating Instructions Manual. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
Bedienungsanleitung
Elektrokettensäge
Operating Instructions
Electric Chainsaw
Mode d’emploi
Scie à chaîne électrique
Gebruiksaanwijzin
Elektrische kettingzaag
Istruzioni per l’uso
Elettrosega a catena
Návod k použití
Elektrická řetězová pila
®
Art.-Nr.: 45.015.22
EKS1840
CZ
2
Hinweise zum Verständnis
Das Warndreieck kennzeichnet alle für die Sicherheit
wichtigen Anweisungen. Befolgen Sie diese immer,
andernfalls können schwere Verletzungen die Folge
sein! Die Abbildungen zum Text finden Sie auf den
vorderen Umschlagseiten. Halten Sie diese zum
Studium der Anleitung geöffnet.
Important information about these instructions
A warning triangle marks all those instructions which
are important for safety reasons. Always observe
these as failure to do so could result in serious injury!
The illustrations referred to in the text are to be found
inside the front cover pages. Keep these open while
reading the instructions.
Indications pour votre compréhension
Le triangle de signalisation particulier signalise que
les instructions en question sont très importantes
pour la sécurité. Veuillez toujours les suivre pour évi-
ter de graves blessures! Vous trouverez les illustrati-
ons afférantes au texte sur les premières pages.
Maintenez-les ouvertes pour étudier les instructions.
Verklarende aanwijzingen
De gevarendriehoek kenmerkt alle aanwijzingen die
belangrijk zijn voor de veiligheid. Neem deze zeker
altijd in acht, anders kunnen zware verwondingen het
gevolg zijn! De bij de tekst gaande illustraties vindt u
op de voorste uitvouwbare bladzijden. Hou ze open
tijdens het bestuderen van de gebruiksaanwijzing.
Avvertenze per una migliore comprensione
Il segnale triangolare di pericolo contrassegna tutte le
avvertenze importanti per la sicurezza. Rispettatele
sempre altrimenti ne possono derivare gravi lesioni! I
disegni nominati nel testo sono riportati all’interno
della prima pagina di copertina. Tenetela aperta leg-
gendo le istruzioni.
Pokyny k porozumění
Varovný trojúhelník označuje všechny pro bezpeč-
nost důležité pokyny.
Vždy se podle nich řiďte, jinak může dojít k těžkým
úrazům!
Obrázky k textu najdete na předních stranách obalu. Pro
studování návodu si tyto rozložte.
CZ
NL
32
1. Bedieningselementen
1 Voorste handgreep
2 Voorste handbescherming
3 Olietanksluitkap
4 Olieuitloopkanaal
5 Zwaardgeleider
6 Kettingspanschroef
7 Zaagketting
8 Geleiderail
9 Netkabel
10 Achterste handgreep
11 Achterste handbescherming
12 Kettingwiel
1. Bedieningselementen
13 Kettingspanbout
14 Kettingspanboring
15 Afdekking
16 Zeskantmoer
17 Klauwaanslag
18 AAN/UIT-schakelaar
19 Beveiliging tegen ontijdig
inschakelen
20 Kettingkast
21 Oliepeilglas
22 Dichting
1. Maximale snijlengte:
max. 400 mm
2. Hoofd-, oog- en oorbeschermer dragen!
3. Let op! Gebruiksaanwijzing lezen en veiligheidsvoorschriften in acht nemen!
4. Bij beschadigde kabel netstekker uit het stopcontact trekken!
5. Beschermen tegen vocht.
2. Technische gegevens
Type EKS 1840
Nominaal vermogen 1800 W
Snijlengte max.: 40 cm
Snijsnelheid bij nominaal toerental 9 m/s
Vulhoeveelheid olietank 200 ml
Gewicht zonder zwaard + ketting 3,9 kg
Kettingrem 0,1 sec
Bescherming klasse II /
Gegarandeerd geluidsvermogen onder last 100 dB(A)
Geluidsdrukniveau onder last 94 dB(A)
Versnelling: achterste handgreep onder last 4,6 m/s
2
(bepaald volgens EN 50144) voorste handgreep onder last 3,5 m/s
2
3. Verklaring van de pictogrammen
2
3
4
5
max.
1
400
NL
33
4. Veiligheidsvoorschriften
Bij gebruik van de machine moeten de vei-
ligheidsvoorschriften in acht worden geno-
men. Gelieve zich aan deze voorschriften te
houden voor Uw veiligheid en voor de vei-
ligheid van anderen vooraleer U de machi-
ne in werking stelt. Bewaar deze voor-
schriften veilig voor later gebruik. Gebruik
de elektrische kettingzaag uitsluitend voor
het zagen van hout (houten stukken). Alle
andere manier van toepassing geschiedt
op eigen risico en is mogelijkerwijze
gevaarlijk. De fabrikant is niet aansprakelijk
voor schade veroorzaakt door een gebruik
voor een andere bestemming dan in deze
gebruiksaanwijzing vastgelegd of door ver-
keerde bediening.
Veiligheidsvoorschriften
en ongevallenpreventie
Gelieve vóór de eerste inwerking-
stelling de gebruiksaanwijzing
volledig en aandachtig te lezen om
een foute hantering van de kettingzaag te voor-
komen. Alle aanwijzingen voor het hanteren van
de kettingzaag dienen steeds ook uw persoonli-
jke veiligheid! Laat u zich door een vakman prak-
tisch wegwijs maken!
Stekker en kabel op beschadiging controleren
vooraleer u de stekker in het stopcontact steekt.
In geval van beschadiging onmiddellijk door een
vakman laten vervangen.
Beschadigde kabels, koppelingen en stekkers of
niet aan de voorschriften voldoende aansluitka-
bels mogen niet worden gebruikt! In geval van
beschadiging of doorsnijden van de netkabel
onmiddellijk de netstekker uit het stopcontact
trekken!
Vóór het ontgrendelen van de kettingrem het toe-
stel uitschakelen.
Tijdens het gebruik van het toestel principieel
veiligheidsbril en -veiligheidshandschoenen dra-
gen.
Ter bescherming tegen verwondingen moeten
nauwsluitende werkkleding en veiligheidsschoe-
nen worden gedragen.
Ter voorkoming van gehoorschade geluidswe-
ring dragen; voordelig zijn helmen met bescher-
ming van het aangezicht.
Zorg ervoor dat u bij het werken veilig staat.
Hou uw werkplaats netjes opgeruimd.
Bescherm u tegen elektrische schok; vermijd
lichamelijk contact met geaarde onderdelen.
Telkens vóór het neerzetten de machine uitscha-
kelen.
Vóór iedere werkzaamheid aan de machine de
stekker uit het stopcontact trekken.
Stekker enkel bij uitgeschakelde machine in het
stopcontact steken.
De kettingzaag mag enkel door één persoon
worden bediend. Andere personen mogen niet in
de zwenkzone van de kettingzaag verblijven. Let
bijzonder op kinderen en huisdieren.
De zaag moet bij het aanlopen vrij staan.
De kettingzaag bij het werken met beide handen
vasthouden!
Kinderen en jongeren mogen de kettingzaag niet
bedienen. Uitzondering op dit verbod zijn jonge-
ren boven 16 jaar onder toezicht ter opleiding.
De zaag enkel aan personen overhandigen (ver-
huren) die met deze type van zaag en hantering
principieel vertrouwd zijn. In ieder geval de
gebruiksaanwijzing meegeven!
Bewaar het toestel buiten bereik van kinderen!
Mag enkel met de kettingzaag werken wie uitge-
rust en gezond, dus lichamelijk in goede conditie
is. Als u door het werk vermoeid geraakt, op tijd
een werkpauze inlassen. Na gebruik van alcohol
mag niet met de kettingzaag worden gewerkt.
De kettingzaag niet blootstellen aan regen of aan
slecht weer. Zorg voor een goede verlichting. Het
elektrische gereedschap niet in de nabijheid van
brandbare vloeistoffen of gassen gebruiken.
Als de machine tijdelijk niet wordt gebruikt, moet
ze afgezet worden zodat niemand in gevaar kan
worden gebracht.
Bij iedere snede de klauwaanslag vast aanzetten
en pas dan met het zagen beginnen.
De kettingzaag enkel met draaiende zaagketting
uit het hout trekken. Wie zonder aanslag zaagt
kan naar voren worden meegesleurd.
Werken op een ladder, in een boom of op derge-
lijke niet stevige standplaatsen is verboden. Niet
boven de hoogte van uw schouders en ook niet
met één hand zagen.
Netkabel principieel achter de bediener leiden.
Kabel altijd naar achteren van de machine weg-
leiden.
Enkel originele accessoires gebruiken.
Toestellen die in open lucht worden gebruikt die-
nen via een verliesstroomschakelaar aangeslo-
ten te zijn.
Overbelast uw elektrisch gereedschap niet. U
werkt beter en veiliger in het opgegeven vermo-
gensgebied.
Gebruik het juiste elektrische gereedschap.
Gebruik geen machines met een onvoldoend
vermogen voor zwaar werk.
Gebruik de kabel niet voor doeleinden waarvoor
hij niet bedoeld is. Draag het elektrische gereed-
schap nooit aan de kabel. Gebruik de kabel niet
om de stekker uit het stopcontact te trekken.
Bescherm de kabel tegen hitte, olie en scherpe
kanten.
Verlengkabel in open lucht
Gebruik in open lucht alleen een verlengkabel
die daarvoor toegelaten en overeenkomstig
gekenmerkt is.
Bij het zagen van snijhout en dun hout een veili-
ge steun (zaagbok, fig. 4) gebruiken. Het hout
mag niet worden gestapeld en het mag door
geen ander persoon en niet met de voet worden
vastgehouden.
Rondhout dient te worden geborgd.
Bij het werken op schuine ondergrond altijd naar
de helling toe staan.
Bij het pas zagen dient de klauwaanslag tegen
het te snijden hout te worden geplaatst (zie fig.
4).
Bij het pas zagen de klauwaanslag telkens voor
de snede vast aanzetten, pas dan met draaiende
zaagketting in het hout zagen. Daarbij de zaag
aan de achterste greep omhoogtrekken en aan
de voorste greep geleiden. De klauwaanslag
dient als draaipunt. Het nazetten gebeurt door
lichtjes op de voorste handgreep te drukken.
Daarbij de zaag iets terugtrekken. De klau-
waanslag dieper aanzetten en opnieuw de acht-
erste greep omhoogtrekken (zie fig. 5).
Zaagtoestel alleen met draaiende zaagketting uit
het hout trekken.
Als meerdere sneden worden uitgevoerd, dient
de elektrische zaag tussen de sneden te worden
uitgeschakeld.
Steek- en langssneden mogen alleen door spe-
ciaal daarvoor opgeleide personen worden uitge-
voerd (verhoogd terugslagrisico, zie fig. 6).
Langssneden met een zo klein mogelijke hoek
aanzetten. Daarbij bijzonder voorzichtig te werk
gaan omdat de klauwaanslag niet kan worden
gebruikt.
Wanneer de zaagketting vastklemt kan de elek-
trische kettingzaag in richting van de bediener
worden gestoten indien met de bovenkant van
de rail wordt gezaagd. Daarom is het aan te
raden zoveel mogelijk met de onderkant van de
rail te zagen omdat dan de zaag weg van het
lichaam in richting hout wordt getrokken (zie fig.
7 en 8).
Wees voorzichtig bij het snijden van gesplinterd
hout. Er kunnen afgezaagde stukken hout wor-
den meegesleurd (blessurerisico!)
Gebruik de elektrische kettingzaag niet als hef-
boom en niet voor het wegscheppen bij het ver-
wijderen van stukken hout of andere voorwer-
pen.
Bij het afsnoeien dient de elektrische kettingzaag
zoveel mogelijk tegen de stam te leunen. Daarbij
mag niet met de top van de rail worden gezaagd
(terugslagrisico, zie fig. 6).
Afsnoeiwerk mag allen door opgeleide personen
worden uitgevoerd!
Blessurerisico!
Let bijzonder op onder spanning staande takken.
Vrij hangende takken niet van onder doorzagen.
Geen afsnoeiwerk uitvoeren terwijl u op de stam
staat.
De elektrische kettingzaag mag niet worden
gebruikt in de bosbouw, dus niet voor het vellen
en afsnoeien in bossen. Door de kabelverbinding
zijn in dit geval noch de noodzakelijke beweegli-
jkheid noch de veiligheid van de bediener van de
zaag gewaarborgd!
Tijdens het vellen alleen opzij van de vallende
boom verblijven.
Tijdens het achteruitgaan na een velsnede op
vallende takken letten.
Bij het werken op een helling dient de bediener
van de zaag hoger of opzij te staan van de te
bewerken stam of liggende stam.
Op aanrollende boomstammen letten.
Terugslag!
Een terugslag van de kettingzaag kan ontstaan
als de top van de rail (in het bijzonder het boven-
ste kwart) ongewild hout of andere vaste voor-
werpen raakt. De elektrische zaag wordt daarbij
ongecontroleerd met hoge energie in richting van
de bediener van de zaag geslingerd (blessureri-
sico!!).
Om terugslag te vermijden zijn volgende punten
in acht te nemen:
De elektrische zaag nooit met de top van de rail
aanzetten om te snijden! Top van de rail altijd in
het oog houden.
Nooit met de top van de rail zagen! Wees voor-
zichtig bij het voortzetten van reeds begonnen
sneden.
De snede altijd met draaiende zaagketting begin-
nen!
Zaagketting steeds naar behoren scherpen.
Nooit meerdere takken tegelijk doorzagen!
Tijdens het afsnoeien erop letten dat geen ande-
re tak wordt geraakt.
Tijdens het pas zagen op dichtbij liggende stam-
men letten. Indien mogelijk zaagbok gebruiken.
NL
34
5. Transport van de kettingzaag
Vóór het transport van de kettingzaag de netstekker
uittrekken en de kettingkast over rail en ketting schui-
ven. Wanneer meerdere sneden met de kettingzaag
worden uitgevoerd, moet de zaag tussen de sneden
worden uitgeschakeld.
6. Voor inwerkingstelling
De spanning van de stroombron moet overeenko-
men met de gegevens vermeld op het kenplaatje van
de machine. Telkens voor werkbegin de kettingzaag
controleren op correcte werkwijze en voorgeschre-
ven bedrijfszekere toestand. Vóór werkbegin de fun-
ctie van de kettingsmering en het oliepeil controleren
(zie fig. 9). Wanneer de olie ( 5 mm boven de onder-
ste rand staat (in de illustratie door „min“ geken-
merkt), moet olie worden bijgevuld. Boven dit peil
werkt u in een veilig gebied. Kettingzaag inschakelen
en boven heldere grond houden. Opgelet! De ketting
mag de grond niet raken; daarom een veiligheidsaf-
stand van ± 20 cm houden. Als zich nu een toene-
mend oliespoor vertoond, werkt de kettingsmering
correct. Als zich geen oliespoor vertoond, eventueel
olie-uitloopkanaal (4), de bovenste kettingspanboring
en het oliekanaal schoonmaken of de klantenservice
consulteren. (Gelieve hiervoor zeker ook de alinea
„Kettingolie ingieten en kettingsmering“ lezen).
Kettingspanning controleren en zo nodig naspannen
(zie alinea „Spannen van de zaagketting“). Werking
van de kettingrem controleren (zie ook alinea
„Loszetten van de kettingrem“).
7. Montage van de geleiderail en zaag-
ketting
Netstekker mag niet ingestoken zijn.
- Let op ! Het voorste handscherm (2) moet altijd
in de bovenste (verticale) positie staan.
Geleiderail en zaagketting worden niet gemonteerd
bijgeleverd. Voor de montage eerst de moer (16)
afschroeven en de afdekking (15) van de remkast
verwijderen. De kettingspanbout (13) moet zich in
het midden van de geleider (5) bevinden. Haal, indi-
en nodig, de kettingspanbout aan d.m.v. de kettings-
panschroef (6). Gedurende de montage alsook bij
het spannen en de eindcontrole handschoenen dra-
gen als bescherming tegen verwondingen door de
scherpe snijkanten. Vóór het monteren van de gelei-
derail met zaagketting de snijrichting van de tanden
in acht nemen ! De looprichting is op de afdekking
(15) aangeduid door een pijl. Ter bepaling van de
snijrichting, indien nodig, zaagketting omdraaien (7).
Geleiderail (8) met het uiteinde recht omhoog hou-
den en zaagketting (7), aan het uiteinde van de rail
beginnend, installeren. Monteer dan de geleiderail
met zaagketting als volgt : Geleiderail met zaagket-
ting op de zwaardgeleider (5) of kettingspanbout (13)
aanleggen. Zaagketting rond het kettingwiel (12) leg-
gen, controleren of de ketting naar behoren is
gemonteerd (zie fig. 1 / pos. 7). Afdekking (15) aan-
zetten en lichtjes aanhalen d.m.v. de moer (16).
Vervolgens dient u de zaagketting naar behoren te
spannen :
8. Spannen van de zaagketting
Telkens netstekker uit het stopcontact trekken
alvorens aan de machine te beginnen werken!
Veiligheidshandschoenen dragen!
Let erop dat de zaagketting (7) in de leisleuf van de
rail (8) ligt! Kettingspanschroef (6) met kruis-
kopschroevendraaier naar rechts draaien in de
richting van de wijzers van de klok tot dat de zaag-
ketting correct gespannen is. Daarna moet de gelei-
derail tijdens het aanhalen van de schroef (16a)
omhoog worden gedrukt. De spanning van de ketting
opnieuw controleren (zie fig. 10). De zaagketting niet
te hard spannen. U moet de ketting in koude toe-
stand in het midden van de geleiderail met ± 3 mm
kunnen opheffen. Schroef (16a) goed aanhalen.
De ketting zet uit als ze warm wordt en hangt slap.
Het gevaar bestaat dat de zaagketting afspringt. Zo
nodig, naspannen. Als de ketting in warme toestand
vaster wordt gespannen, moet ze aan het eind van
de zaagwerkzaamheden zeker worden ontspannen.
Anders zouden er zich tijdens het afkoelen hoge
spanningen voordoen door samentrekken van de
zaagketting. Een nieuwe zaagketting heeft een inlo-
optijd van ± 5 minuten nodig. Daarbij is een voldoen-
de kettingsmering uiterst belangrijk! Na het inlopen
kettingspanning controleren of naspannen.
9. Kettingolie bijvullen
Olietankkap (3) vóór het openen schoonmaken om te
voorkomen dat vuil in de tank terechtkomt. De
inhoud van de olietank tijdens het zaagwerk aan het
oliepeilglas (21) in het oog houden. Olietankkap (3)
goed sluiten en eventueel overgelopen olie afkuisen.
NL
35
10. Kettingsmering
Ter voorkoming van bovenmatige slijtage moeten de
zaagketting en de geleiderail tijdens het werken
regelmatig worden gesmeerd. De smering gebeurt
automatisch. Nooit zonder kettingsmering werken! Bij
droog draaiende ketting wordt de hele snij-inrichting
binnen korte tijd zwaar beschadigd.
Daarom telkens vóór werkbegin de kettingsmering
en het oliepeil controleren (fig. 9).
De zaag nooit in werking stellen als zich het oliepeil
onder het ‘Mininmum’-merkteken bevindt (fig. 9).
Minimum: Wanneer het oliepeil enkel maar ± 5
mm aan de onderste kant van het oliepeilglas
(21) zichtbaar is, moet olie worden bijgevuld.
Maximum: Olie bijvullen tot het oliepeilglas
gevuld is.
11 Controleren van de automatische
oliesmering
Telkens vóór werkbegin de functie van de kettings-
mering en het oliepeil controleren. Kettingzaag
inschakelen en boven heldere grond houden. Let op!
De ketting mag de grond niet raken; daarom een vei-
ligheidsafstand van ± 20 cm houden. Als zich nu een
toenemend oliespoor vertoond, werkt de kettingsme-
ring correct. Als zich geen oliespoor vertoond, even-
tueel het olie-uitloopkanaal (4), de bovenste kettings-
panboring (14) en het oliekanaal schoonmaken of de
klantenservice consulteren. (fig. 3).
12 Kettingsmeerolie
De levensduur van zaagkettingen en geleiderails is
in grote mate afhankelijk van de kwaliteit van de
gebruikte smeerolie. Het gebruik van afgewerkte olie
is niet toegestaan! Gebruik enkel milieuvriendelijke
kettingsmeerolie. Kettingsmeerolie enkel in goedge-
keurde vaten opslaan.
13 Geleiderail
Aan het keerpunt en aan de onderkant is de gelei-
derail (8) blootgesteld aan een bijzonder hoge slijta-
gebelasting. Teneinde een eenzijdige slijtage te
voorkomen de geleiderail (8) telkens na het scherpen
van de ketting omdraaien.
14 Kettingwiel
De belasting van het kettingwiel (12) is bijzonder
groot. Wanneer het aan de tanden duidelijke inloops-
poren vertoond, moet het zeker worden vernieuwd.
Een ingelopen kettingwiel vermindert de levensduur
van de zaagketting. Kettingwiel door een spe-
ciaalzaak of door de klantenservice laten vervangen.
15 Kettingkast
De kettingkast (20) moet onmiddellijk aan het einde
van uw werk resp. vóór het transport over de ketting
en het zwaard worden gestoken.
16 Kettingrem
In geval van een terugslag van de zaag wordt de ket-
tingrem door de voorste handbescherming (2) in wer-
king gezet. De voorste handbescherming (2) wordt
door de handrug naar voren gedrukt. Daardoor wordt
de kettingrem, de kettingzaag resp.de motor binnen
0,10 sec tot stilstand gebracht.
17 Loszetten van de kettingrem
Om uw zaag opnieuw bedrijfsklaar te maken moet de
zaagketting worden ontgrendeld. Eerst het toestel
uitschakelen. Dan de voorste handbescherming (2)
in zijn verticale uitgangspositie terugklappen tot hij
vast vergrendeld is. Daardoor is de kettingrem
opnieuw in staat zijn functie te vervullen.
18 Zaagkettingen scherpen
Uw zaagketting wordt door een speciaalzaak snel en
deskundig nageslepen. In de gespecialiseerde han-
del zijn ook kettingscherpinrichtingen (vijltoestellen)
verkrijgbaar waarmee u uw zaagketting zelf kunt
scherpen. De overeenkomstige gebruiksaanwijzing
dient nageleefd te worden.
Onderhoud uw gereedschap zorgvuldig. Hou uw
gereedschappen scherp en schoon om goed en vei-
lig te kunnen werken. Volg de onderhoudsvoorschrif-
ten en de aanwijzingen op aangaande het vervangen
van de gereedschappen.
19. Inbedrijfstelling
  
Tijdens het werk uit principe veiligheidsbril,
gehoorbeschermer, veiligheidshandschoenen en
vaste werkkledij dragen !
NL
36
Zaag alleen gebruiken met toegelaten verlengkabel
met voorgeschreven dikte van de isolatie en koppe-
lingen voor gebruik in open lucht (toegelaten rubber-
kabel), passend bij de stekker van het toestel. Om
het toestel in te schakelen, met de linker hand de
voorste handgreep (1) en met de rechter hand de
achterste handgreep (10) omvatten. Aanzetten :
Aanzetgrendel (19) samen met AAN/UIT-schakelaar
(18) indrukken. Functie van de kettingrem controle-
ren.
Indien de kettingzaag niet draait moet de
kettingrem worden uitgezet d.m.v. het voor-
ste handscherm (2). Lees hiervoor zeker
het hoofdstuk „kettingrem“ en „uitzetten van
de kettingrem“.
Na het aanzetten draait de kettingzaag onmiddel-
lijk met maximumsnelheid.
Uitzetten : AAN / UIT schakelaar (fig. 18) loslaten.
Zet de kettingzaag pas neer als de ketting stilstaat !
Telkens na het werken met de kettingzaag is het
aan te raden : de zaagketting en de geleiderail
schoon te maken. Kettingbeschermer aanbrengen.
Bescherming van het toestel
Het toestel mag niet in de regen of bij vochtig
weer worden gebruikt.
In geval van beschadiging van de verlengkabel
onmiddellijk de netstekker uit het stopcontact trek-
ken. Een beschadigde kabel mag niet meer worden
gebruikt.
Controleer uw toestel op beschadigingen.
- Vóór gebruik van het gereedschap de veiligheidsin-
richtingen of eventuele licht beschadigde onderdelen
zorgvuldig op hun correcte functie zoals in deze
gebruiksaanwijzing bepaald controleren. Controleer
of de beweeglijke onderdelen correct werken. Alle
onderdelen moeten naar behoren geïnstalleerd zijn
en alle voorwaarden vervullen om de correcte werk-
wijze van het toestel te waarborgen. Beschadigde
veiligheidsinrichtingen en onderdelen moeten onmid-
dellijk deskundig worden hersteld of vervangen door
een klantenservice-werkplaats of door ISC-GmbH,
indien in deze gebruiksaanwijzing niet anders ver-
meld.
Werkaanwijzing
Terugslag van de zaag
Fig. 6
U vermijdt zaagongevallen als u niet met de
top van de rail zaagt; de zaag kan bliksem-
snel omhoog slaan. Bij het werken met de
zaag volledige veiligheidskleding dragen.
Terugslag is een opwaarts en/of naar achteren
gerichte beweging van de geleiderail die zich kan
voordoen wanneer de zaagketting aan de top van de
rail onverwacht een voorwerp raakt.
Beveilig uw werkstuk. Gebruik spanin-
richtingen om het werkstuk vast te houden.
Daardoor kan de machine veilig met twee
handen worden bediend.
Terugslag veroorzaakt een oncontroleerbaar gedrag
van de zaag. Daardoor kan de bediener zware ver-
wondingen oplopen. Niet met een slappe kettings-
panning en met een botte ketting zagen. Een ondes-
kundig gescherpte ketting verhoogt het
terugslagrisico. Nooit boven uw schouder zagen.
20.Wenken voor het gebruik
Hout in stukken zagen
(zie fig. 4 en 5)
Neem alle veiligheidsvoorschriften in acht en ga als
volgt te werk om hout in stukken te zagen: Hout vei-
lig opleggen. Korte houtblokken vóór het zagen
beveiligen door vastspannen. Enkel hout of houten
voorwerpen zagen. Er bij het zagen op letten dat
geen stenen, nagels enz. worden geraakt. Deze kun-
nen wegspringen en de zaagketting beschadigen.
Vermijd ieder contact van de draaiende zaag met
draadhekken of met de grond. Bij het afsnoeien moet
de machine zoveel mogelijk worden gesteund.
Hierbij mag niet met de top van de rail worden
gezaagd. Let op hindernissen zoals boomstronken,
wortels, sloten en heuvels; struikelgevaar!
Let wel :
Kettingzaag moet onmiddellijk vóór het contact met
het hout draaien !
Aanzetten : Aanzetgrendel (19) en AAN/UIT-schake-
laar (18) indrukken. Onderste klauw (17) in contact
brengen met het hout. Kettingzaag aan de achterste
handgreep (10) omhoogtrekken en het hout in
zagen. Kettingzaag iets terugzetten en klauw (17)
lager aanzetten. Wees voorzichtig bij het snijden van
gesplinterd hout. Houten stukken kunnen worden
meegesleurd.
NL
37
i
Uitzetten : AAN / UIT-schakelaar loslaten.
Netstekker uit het stopcontact trekken.
Hout onder spanning
Fig. 10.1: Stam aan de bovenkant onder
spanning.
Gevaar: boom slaat omhoog!
Fig. 10.2: Stam aan de onder
kant onder spanning.
Gevaar: boom slaat naar
beneden!
Fig. 10.3: Dikke stammen en grote
spanning
Gevaar: boom slaat bliksemsnel
met geweldige macht uit!
Fig. 10.4: Stam zijdelings gespannen.
Gevaar: boom slaat uit naar de
zijkant.
Bomen vellen
Neem de veiligheidsvoorschriften in acht en ga
bij het vellen van bomen als volgt te werk:
Met de kettingzaag mag u enkel bomen vellen waar-
van de diameter kleiner is dan de lengte van de
geleiderail! Nooit proberen de vastzittende zaag met
draaiende motor vrij te krijgen. Vastzittende zaagket-
ting vrijzetten met behulp van een houten wig!
Let op!
Gevarenzone: vallende bomen kunnen ande-
re bomen meesleuren. Daarom wordt als
gevarenzone (velzone) de dubbele lengte van
de boom aangenomen. (Fig. 11).
Het vellen van bomen is gevaarlijk en moet eerst
worden aangeleerd. Als u beginneling of ongeoe-
fend bent blijft u beter af van het vellen! Volg
voordien een cursus.
(Fig. 12)
Velrichting:
Eerst de velrichting vooraf berekenen rekening
houdend met het zwaartepunt van de boomkruin
en de windrichting. Kettingzaag moet onmiddelli-
jk vóór het raken van het hout draaien.
Kettingzaag inschakelen. In valrichting van de
boom een insnijding zagen. Aan de overkant van
de insnijding een horizontale snede (velsnede)
inzagen.
Velkerf aanleggen: hij geeft aan de boom richting
en leiding.
Velrichting controleren: Als u de velkerf moet
corrigeren, altijd over de hele breedte nasnijden.
„Opgelet, boom valt“ roepen.
Pas dan de velsnede uitvoeren: hij wordt hoger
aangelegd dan de velkerfzool. Op tijd wiggen
zetten.
Breeklijst laten staan: ze werkt als een scharnier.
Als u de breeklijst doorzaagt valt de boom onge-
controleerd.
Boom met behulp van wiggen doen kantelen,
niet omzagen.
Als de boom valt, terugtreden. Kruinruimte in het
oog houden, wachten totdat de kruin ophoudt
met slingeren. Niet onder takken verder werken
die zijn blijven hangen.
Vel niet:
wanneer u details in de velzone niet meer kunt
onderscheiden bv. bij mist, regen, sneeuwjacht
of schemering;
wanneer de velrichting tengevolge van de wind
of rukstoten niet meer veilig kan worden aange-
houden. Velwerk op steile hellingen, bij ijzel,
bevroren of gerijmde grond zijn enkel te verant-
woorden als u werkelijk veilig kunt staan.
Uitschakelen:
De netstekker uit het stopcontact trekken. Om te vel-
len moet u daarna een wig in de horizontale snede
slaan. Als u na de velsnede achteruit stapt dient u op
vallende takken te letten.
Accessoires:
Gebruik uitsluitend originele wisselstukken.
Geleiderail EKS 1840 45.003.31
Zaagketting EKS 1840 45.003.11
Onderhoud en schoonmaken
Vóór alle werkzaamheden aan de machine de
stekker uit het stopcontact trekken!
Ventilatiespleten vrij en schoon houden. Aan de ket-
tingzaag mogen enkel de onderhoudswerkzaamhe-
den beschreven in deze handleiding worden uitgevo-
erd. Verdergaande werken zijn voorbehouden aan
de klantenservice. Er mogen geen veranderingen
aan de elektrische zaag worden uitgevoerd. U kunt
daardoor uw veiligheid in gevaar brengen. Moest de
machine ondanks zorgvuldige herstel- en controle-
procedures ooit defect raken, dient de herstelling
door een geautoriseerde klantenservice-werkplaats
te worden uitgevoerd. Bij vragen om nadere inlichtin-
gen en bij bestelling van onderdelen gelieve de type-
aanduiding alsook het bestelnummer van negen cij-
fers te vermelden.
Berging
Berg uw kettingzaag veilig op
Niet gebruikte gereedschappen dienen schoonge-
maakt te worden opgeborgen op een effen vlakte, in
een droge berging, voor kinderen niet bereikbaar.
NL
38
Verhelpen van storingen
Gelieve de veiligheidsvoorschriften op blz. 8 en 9 in acht te nemen.
Storing Oorzaak Oplossing
Motor draait niet Geen stroom Stopcontact, kabel, leiding, stekker controleren
Kettingrem Kabelschade: door klantenservice laten
herstellen. Het is verboden kabel met isolatie
band te repareren.
Beschadigde schakelaars dienen door de
klantenservice-werkplaats te worden vervangen.
Zie punten 16 en 17 „Kettingrem“ en „Loszetten
van de kettingrem“
Ketting draait niet Kettingrem Kettingrem controleren, eventueel loszetten
Onvoldoend snijvermogen Ketting bot Ketting scherpen
Ketting fout gemonteerd Controleren of de ketting naar behoren is
gemonteerd
Kettingspanning Kettingspanning controleren
Zaag draait stroef Kettingspanning Kettingspanning controleren
Ketting springt van
het zwaard
Ketting wordt warm (droog) Kettingsmering Oliepeil controleren
Kettingsmering controleren
Geen gereedschap gebruiken, waarbij de schakelaar niet kan worden in- of uitgeschakeld.
Bij alle andere defecte functies gelieve zich in verbinding te stellen met een geautoriseerde klantenservice-
werkplaats, onze centrale service of met uw handelaar.
NL
39
59
EG Konformitätserklärung
Der Unterzeichnende erklärt im
Namen der
Firma
Achivierung / For archives: 45.015.20-34-4155050-E
EKS 1840
®
Seriennummer auf
dem Produkt –
der
EG Maschinenrichtlinie
89/392/EWG mit
Änderungen
EG Niederspannungs-
richtlinie 73/23 EWG
EG Richtlinie Elektro-
magnetische Verträglichkeit
89/336 EWG mit
Änderungen entspricht.
Landau/Isar, den
11.12.2001
Bauer
Product-Management
Typ
Marke
daß die
Maschine/Produkt
EC Declaration of Conformity
The Undersigned declares, on
behalf of
Serial number specified on
the product -
is in accordance with the
EC Directive regarding
machinery 89/392 EEC, as
amended;
EC Directive regarding
low-voltage equipment
73/23 EEC;
EC Directive regarding
electromagnetic compatibility
89/336 EEC, as amended.
Landau/Isar, (date)
11.12.2001
Bauer
Product-Management
Landau/Isar, (date)
11.12.2001
Bauer
Product-Management
Landau/Isar, datum
11.12.2001
Bauer
Product-Management
Landau/Isar
11.12.2001
Bauer
Product-Management
Landau/Isar
11.12.2001
Bauer
Product-Management
Type
produced by:
that the
Machine / Product
Déclaration de Conformité CE
Le soussigné déclare, au nom
de
no. série indiqué sur le
produit -
correspond(ent) à la
Directive CE relative aux
machines 89/392 CEE avec
les modifications y
apportées;
Directive CE relative aux
basses tensions 73/23 CEE;
Directive CE relative à la
compatibilité électro-
magnétique 89/336 CEE
avec les modifications y
apportées.
– serienummer op het produkt-
conform de volgende
richtlijnen is:
EG machinerichtlijn
89/392/EWG met wijzigingen
EG laagspanningsrichtlijn
73/23 EWG
EG richtlijn Elektro-
magnetische compatibiliteit
89/336 EWG met wijzigingen
Type
du fabricant
que
la machine / le produit
EC Conformiteitsverklaring
De ondertekenaar verklaart in
naam van de
firma
type
merk
dat de
machine/produkt
Declaracion CE de
Conformidad
Por la presente, el abajo
firmante declara en nombre de
la empresa
No. de serie en el producto:
satisface las disposiciones
pertinentes siguientes:
Disposición de maquinaria
de la CE 89/392/CEE con
modificaciones
Disposición de baja tensión
de la CE 73/23 CEE
Disposición de la
compatibilidad electro-
magnética de la CE 89/336
CEE con modificaciones.
tipo
marca
que el/la
máquina/producto
Declaração CE de
Conformidade
O abaixo assinado declara em
nome da empresa
- cujo número de série se
- encontra no produto
- corresponde à
Directiva CE „Máquinas“
89/392/CEE, com alterações
Directiva CE „Baixa tensão“
73/23/CEE
Directiva CE
„Compatibilidade
electromagnética“
89/336/CEE, com alterações
tipo
marca
que
a máquina/o produto
HANS EINHELL AG · Wiesenweg 22 · D-94405 Landau/Isar
Elektrokettensäge
Electric Chainsaw Scie à chaîne électrique Elektrische kettingzaag Motosierra eléctrica Electrosserra
EN 292-1:1991; EN 292-2 A1: 1995; EN 294: 1992; EN 349: 1993; HD 300.3; L S2/pr. A2: 1993; ISO 10726: 1992; ISO 6534: 1992; EN 55014-1/4.1993;
EN 55014-2/2.1997 Category: I; EN 61000-3-2/4.1995; EN 6100-3-3/1.1995; TÜV Produkt-Service GmbH, Ridlerstraße 31, 803339 München; M6 98 10 1065 4347
61
GARANTIEURKUNDE
Die Garantiezeit beginnt mit dem Tag des Kaufes
und beträgt 2 Jahre.
Die Gewährleistung erfolgt für mangelhafte Aus-
führung oder Material- und Funktionsfehler.
Die dazu benötigten Ersatzteile und die anfal-
lende Arbeitszeit werden nicht berechnet.
Keine Gewährleistung für Folgeschäden.
Ihr Kundendienstansprechpartner
WARRANTY CERTIFICATE
The guarantee period begins on the sales date
and is valid for 2 years.
Responsibility is assumed for faulty construction
or material or funcitional defects.
Any necessary replacement parts an necessary
repair work are free of charge.
We do not assume responsibility for consequen-
tial damage.
Your customer service partner
GARANTIE
La période de garantie commence à partir de la
date d’achat et dure 2 ans.
Sont pris en charge: les défauts de matériel ou de
functionnement et de fabrication.
Les pièces de rechange requises et les heures de
travail ne seront pas facturées.
Pas de prise en charge de garantie pour les dom-
mages survenus ultérieurement.
Votre service après-vente.
GARANTIBEVIS
Garantitiden omfattar >et 2 år< och börjar löpa
från och med köpedagen.
Garantin avser tillverknigsfel samt material- och
funktionsfel.
Därtill nödvändiga reservdelar och uppkommen
arbetstid kommer ej att debiteras.
Garantin gäller ej för på fel som uppstått på grund
av nyttjandet.
Din kundtjänstpartner
GARANTIE
De garantieduur beginnt op de koopdatum en
bedraagt 2 jaar.
De garantie geldt voor gebreken aan de uitvoering
of materiaal- en functiefouten.
Da daarvoor benodigde onderdelen en het
arbeidsloon worden niet in rekening gebracht.
Geen garantie op verdere schaden.
uw contactpersoon van de klantenservice
TAKUUTODISTUS
Takkuuaika alkaa ostopäivänä ja sen pituus on
2 vuotta.
Takuu korvaa valmistusviat tai materiaali- ja toi-
mintoviat. Tähän tarvittavia varaosia ja työaikaa ei
laskuteta.
Välillisiä vahinkoja ei korvata.
Teidän asiakaspalveluyhdyshenkilönne
GARANTIDOKUMENT
Garantitiden begynner med dagen da apparatet
ble kjøpt og varer 2 år.
Garntiytelsen omfatter mangelfull utføring eller
material- og funksjonsfeil. Reservedeler og faktisk
arbeidstid som er nødvendig for å rette på slike
mangler, blir ikke beregnet.
Ingen garanti for skader som forårsakes av feilak-
tig bruk.
Din samtalepartner hos kundenservice
CERTIFICADO DE GARANTIA
El per´íodo de garantía comienza el día de la com-
pra y tiene una duración de 2 años.
Su cumplimiento tiene lugar en ejecuciones
defectuosas.
Errores de material y funcionamiento. Las piezas
de repuesto necesarias y el tiempo de trabajo no
se facturan. Ninguana garantía por otros daños
Su contacto en el servicio post-venta
CERTIFICADO DE GARANTIA
A garantia começa no dia da compra do aparelho
e cobre um período de 2 anos.
Prestamos garantia em caso de execução defei-
tuosa ou defeitos de material ou de funcio-
namento. Neste caso não faturamos os custos
para sobressalentes e o trabalho necessários.
Não nos responsabilizamos por danos em
consequˆencia da utilização do aparelho.
O seu serviço de assistˆencia técnica
CERTIFICATO DI GARANZIA
I periodo di garanzia inizia nel glomo dell´acquisto
e dura 2 anni. La garanzia vale nel caso di confe-
zione difettosa oppure di difetti del materiale e del
funzionamento. Le componenti da sostituire e il
lavoro necessario per la riparazione non vengono
calcolati. Non c´è alcuna garanzia nel caso di
danni successivi.
Il vostro centro di assistenza.
FIN
1/64