44
3. Montage en installatie
Thermostaat
TA is bestemd voor verzonken montage in een standaard-
wanddoos van 65 mm. De TA moet ongeveer 1,5 meter
boven de vloer worden geplaatst, beschermd tegen direct
zonlicht en tocht. Alle elektriciteitsbuizen naar de ther-
mo staat doos die externe kabels bevat, moeten worden
afgedicht om de thermostaat tegen warme lucht te
beschermen vb. door het aanbrengen van een stuk isolatie-
materiaal in de electriciteitsbuizen. De TA kan ook in een
externe wanddoos worden gemonteerd.
Als de thermostaat gemonteerd wordt op een ruw oppervlak
vb. baksteen, dient er een silicone strip aangebracht te
worden onder het montagekader. Het montagekader en het
front kunnen worden verwisseld door met een schroeven-
draaier op de twee knopjes te duwen die zich aan de zij kant-
en van de thermostaat bevinden (afb.2)
Vloersensor
De vloersensor moet in een afzonderlijke flexibele leiding
worden geplaatst zodat deze gemakkelijk kan worden
vervangen. Positioneer de vloersensor tussen twee
verwarmingskabels zo dicht mogelijk bij het vloeroppervlak,
voor een zo goed mogelijke regeling. Zorg ervoor dat
het uiteinde van de vloersensor minstens 3 cm van de
verwarmingskabel verwijderd is. De vloersensorkabel
kan worden verlengd tot 100 m met een afzonderlijke
standaard installatiekabel 2 x 1,5 mm
2
(230 VAC). Teneinde
signaalstoringen te voorkomen, mag de sensor niet in een
buis samen met andere stroomkabels worden geplaatst.
Aansluiting van de thermostaat
De thermostaat moet worden aangesloten op 230 VAC
volgens het schakeldiagram. Bij gebruik van meerdere
verwarmingskabels, met een totaal van meer dan 13 A,
moet er een schakelaar worden gebruikt. De aardingskabel
van de inkomende stroomkabel en de aardingskabel van
de verwarmingskabel dienen te worden aangesloten op de
aardingsklem op de thermostaat.