GEBRUIKSAANWIJZING
VERSIE 07/12
DL-151AN USB-ANEMOMETER-DATALOGGER
BESTELNR.: 10 50 35
BEDOELD GEBRUIK
Met de batterijgevoede datalogger DL-151AN kan de windsnelheid worden gemeten en
vastgelegd. Er kunnen maximaal 32.000 meetwaarden worden opgeslagen. De datalogger
wordt net als een standaard USB-stick op een computer aangesloten en uitgelezen.
De data kunnen met de meegeleverde software op de computer worden verwerkt. Een
ruimtebesparende montage is door middel van de wandhouder mogelijk. De voeding vindt
plaats via een lithiumbatterij.
Het product is met opgezette beschermkap beschermd tegen sproeiwater en kan zowel binnen
als buiten worden toegepast. De logger mag alleen bij volledig gesloten behuizing worden
gebruikt. De datalogger mag in geopende toestand respectievelijk met geopend batterijvak niet
worden gebruikt. Metingen onder ongunstige omgevingscondities, bijvoorbeeld stof, brandbare
gassen, dampen of oplosmiddelen zijn niet toegestaan. Raadpleeg alle veiligheidsinstructies!
In verband met veiligheid en normering (CE) zijn geen aanpassingen en/of wijzigingen aan dit
product toegestaan. Indien het product voor andere doeleinden wordt gebruikt dan hiervoor
beschreven, kan het product worden beschadigd. Bovendien kan bij verkeerd gebruik een
gevaarlijke situatie ontstaan met als gevolg bijvoorbeeld kortsluiting, brand, elektrische schok
enzovoort. Lees de gebruiksaanwijzing volledig door en gooi hem niet weg. Het product mag
alleen samen met de gebruiksaanwijzing aan derden ter beschikking worden gesteld.
LEVERINGSOMVANG
• USB-anemometer-datalogger
• Software-CD (voor Windows® 98/2000/XP/Vista/7)
• Wandhouder incl. montagemateriaal
• Lithiumbatterij
• Beschermkap
• Gebruiksaanwijzing
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en let vooral op de
veiligheidsinstructies. Indien de veiligheidsinstructies en de aanwijzingen
voor een juiste bediening in deze gebruiksaanwijzing niet worden opgevolgd,
kunnen wij niet aansprakelijk worden gesteld voor de daardoor ontstane
schade aan apparatuur of persoonlijk letsel. Bovendien vervalt in dergelijke
gevallen de garantie.
a) Personen / Product
• Het product is geen speelgoed. Houd het buiten bereik van kinderen en
huisdieren.
• Laat verpakkingsmateriaal niet zomaar rondslingeren. Dit kan gevaarlijk materiaal
worden voor spelende kinderen.
• Bescherm het product tegen extreme temperaturen, direct zonlicht, sterke schokken,
hoge luchtvochtigheid, vocht, ontvlambare gassen, dampen en oplosmiddelen.
• Zet het product niet onder mechanische druk.
• Als het niet langer mogelijk is het product veilig te bedienen, stel het dan buiten
bedrijf en zorg ervoor dat niemand het per ongeluk kan gebruiken. Veilige bediening
kan niet langer worden gegarandeerd wanneer het product:
- zichtbaar is beschadigd,
- niet langer op juiste wijze werkt,
- tijdens lange periode is opgeslagen onder slechte omstandigheden, of
- onderhevig is geweest aan ernstige vervoergerelateerde druk.
• Behandel het product met zorg. Schokken, botsingen of zelfs een val van een
beperkte hoogte kan het product beschadigen.
• Neem alstublieft ook de veiligheids- en gebruiksaanwijzingen van alle andere
apparaten in acht die met het product zijn verbonden.
b) Batterijen / Accu’s
• Let op de juiste polariteit bij het plaatsen van de batterijen / accu’s.
• De batterijen / accu’s dienen uit het apparaat te worden verwijderd wanneer
het gedurende langere tijd niet wordt gebruikt om beschadiging door lekkage te
voorkomen. Lekkende of beschadigde batterijen / accu’s kunnen brandend zuur
bij contact met de huid opleveren. Gebruik daarom veiligheidshandschoenen om
beschadigde batterijen / accu’s aan te pakken.
• Batterijen / accu’s moeten uit de buurt van kinderen worden gehouden. Laat
batterijen / accu’s niet rondslingeren omdat het gevaar bestaat dat kinderen en/
of huisdieren ze inslikken.
• Batterijen / accu’s mogen niet worden ontmanteld, kortgesloten of verbrand.
Probeer nooit gewone batterijen te herladen. Er bestaat dan explosiegevaar.
c) Diversen
• Raadpleeg een expert wanneer u twijfelt over het juiste gebruik, de veiligheid of het
aansluiten van het apparaat.
• Onderhoud, aanpassingen en reparaties mogen alleen uitgevoerd worden door
een expert of in een daartoe bevoegde winkel.
Indien u vragen heeft over de correcte aansluiting of het gebruik of als er problemen zijn waar
u in de gebruiksaanwijzing geen oplossing voor kunt vinden, neemt u dan contact op met onze
technische helpdesk of met een andere elektromonteur.
Voltcraft®, Lindenweg 15, D-92242 Hirschau, Tel. +49 180/586 582 7.
BATTERIJ PLAATSEN/VERVANGEN
1. Trek de doorzichtige beschermkap van het apparaat.
2. Verwijder het schoepenrad van de datalogger. Draai de sluitring in de richting van de pijl
volledig naar boven en trek het schoepenrad er af.
3. Open met een spits voorwerp (bijvoorbeeld een kleine schroevendraaier en dergelijke) de
behuizing.Wipdebehuizinginderichtingvandepijlnaarboven(zieguur1).
4. Trekdedataloggeruitdebehuizing(zieguur2).
5. Draai de datalogger om en plaats de batterij met de juiste polariteit in het batterijvak. Let op
depolariteitindicatieinhetbatterijvak(zieguur3).
6. Schuifdedataloggerterugindebehuizingtotdatdezevastklikt(zieguur4).
1
3
2
4
7. Plaats het schoepenrad van de ventilator terug op de datalogger en schroef de sluitring weer
stevig vast. De datalogger is nu klaar om deze te programmeren.
Het vervangen van de batterij wordt noodzakelijk als bij het starten van de
metingdebeideindicatorennietoplichtenofalsde(gele)LED“ALM”steeds
tweemaal binnen het interval van 10 seconden knippert.
De opgeslagen data gaan bij het vervangen van de batterij of bij het uitvallen
tijdens de registratie niet verloren.
SOFTWARE/STUURPROGRAMMA-INSTALLATIE
1. Plaats de CD in het CD-ROM-loopwerk van de computer. Het installeren start automatisch.
Indien niet, ga dan naar de CD-ROM-directory en open daar het bestand “SETUP.EXE”.
2. Volg de instructies in het dialoogvenster en voer de installatieprocedure uit.
3. Raadpleeg voor aanvullende informatie de op de CD aanwezige gebruiksaanwijzing.
DATALOGGER INRICHTEN
1. Sluit de datalogger aan op een vrije USB-poort van de computer en start de software.
2. Volg de instructies van de software-handleiding om de datalogger door de software te laten
herkennen.
3. Nadat de datalogger is herkend en toegevoegd, kan deze volgens de instructies van de
software-handleiding worden ingericht.
METING STARTEN
Draai niet aan het schoepenrad van de ventilator en steek geen voorwerpen in
de openingen van de schoepenradhouder, omdat anders het schoepenrad kan
worden beschadigd.
Plaats, alvorens met de dataregistratie te beginnen, eerst de beschermkap
weer stevig op de datalogger.
1. De meting kan automatisch worden gestart of handmatig met de knop op de datalogger. In
het betreffende softwaremenu kan de keus worden gemaakt.
2. Let er op dat de automatische meting start zodra de instelling in de software is gedaan.