Dantherm CDP 40-50-70 / CDP-T 40-50-70 Handleiding

Type
Handleiding
CDP 40-50-70 & CDP-T 40-50-70
SERVICE MANUAL
nl Rev. 1.4 • 2021-W14-4
3
Inleiding: Inhoudsopgave
Inleiding
Inhoudsopgave
Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .1
Inhoudsopgave .......................................................................1
Overzicht .............................................................................2
Conformiteitsverklaring ...............................................................3
Productbeschrijving ..............................................................4
Algemene beschrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Afmetingen behuizing ................................................................8
Technische gegevens .................................................................. 9
Installatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Installatie-omgeving .................................................................10
Wandmontage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Elektrische aansluiting. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Bediening. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Onderhoud en verzorging. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Preventief onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Software updaten en logbestanden. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Foutopsporing .......................................................................25
Reserveonderdelen ..................................................................28
Schema's. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Koelcircuit ...........................................................................29
Hoofdprintkaart. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Bedradingsschema . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
nl
4
Inleiding: Overzicht
Overzicht
De doelgroep van deze servicehandleiding is de technici die de ontvochtiger CDP 40-50-70
en CDP 40T-50T-70T onderhouden. De handleiding bevat dus instructies over installatie,
bediening en onderhoud.
Het is de verantwoordelijkheid van de gebruiker om deze servicehandleiding en andere ver-
strekte informatie te lezen en begrijpen en om de juiste bedieningsprocedure te gebruiken.
Lees de hele handleiding door voordat u de eenheid voor het eerst opstart. Het is belangrijk
om bekend te zijn met de juiste bedieningsprocedures voor de eenheid en alle veiligheids-
maatregelen om de kans op beschadiging van eigendommen en/of lichamelijk letsel te
vermijden.
Het is de verantwoordelijkheid van de installateur om te zorgen voor de conformiteit van alle
niet inbegrepen kabels met de nationale regelgeving.
Het kopiëren van deze servicehandleiding, of delen ervan, is verboden zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van Dantherm.
Dantherm behoudt zich het recht voor om op elk moment wijzigingen en verbeteringen in
het product en de servicehandleiding aan te brengen zonder voorafgaande kennisgeving of
verplichting.
De eenheid is ontworpen om jarenlang mee te gaan. Wanneer het tijd is voor het recyclen
van de eenheid, moet deze worden gerecycled volgens de nationale voorschriften en proce-
dures ter bescherming van het milieu.
De CDP-ontvochtigers bevatten koudemiddel R407C en compressorolie. De compressor
moet bij een afvalpunt worden ingeleverd voor verwijdering overeenkomstig de plaatselijke
voorschriften.
Type en bron van gevaar
Dit symbool, in combinatie met het woord "Gevaar", waarschuwt voor een hoog risico of
ernstig letsel of acuut levensgevaar.
Wordt gebruikt voor het beschrijven van maatregelen om gevaar te voorkomen of onmid-
dellijke maatregelen als het gevaar is opgetreden.
Type en bron van gevaar
Dit symbool, in combinatie met het woord "Waarschuwing", waarschuwt voor een gevaar
met kans op ernstig letsel.
Wordt gebruikt voor het beschrijven van maatregelen om gevaar te voorkomen of onmid-
dellijke maatregelen als het gevaar is opgetreden.
Type en bron van gevaar
Dit symbool, in combinatie met het woord "Voorzichtig", waarschuwt voor een gevaar met
kans op licht of matig letsel en materiële schade.
Wordt gebruikt voor het beschrijven van maatregelen om gevaar te voorkomen of onmid-
dellijke maatregelen als het gevaar is opgetreden.
Dit symbool wordt gebruikt in combinatie met aanvullende tips en informatie over het ge-
bruik van het apparaat.
Doelgroep
Veiligheidsmaatre-
gelen
Copyright
Voorbehoud
Recycling
Warning
Caution
GEVAAR
Warning
Caution
WAARSCHUWING
Warning
Caution
VOORZICHTIG
!LET OP
5
Inleiding: Conformiteitsverklaring
Conformiteitsverklaring
Dantherm verklaart dat de hieronder vermelde eenheid:
Nr.: 351510, 351516, 351511, 351517, 351512 en 351518
Type: CDP 40, CDP 40T, CDP 50, CDP 50T, CDP 70 & CDP 70T
- voldoet aan de volgende richtlijnen:
2006/42/EG Machinerichtlijn
2014/30/EU EMC-richtlijn
2011/65/EU RoHS-richtlijn
1907/2006/EG REACH-verordening
- en is vervaardigd overeenkomstig de volgende geharmoniseerde normen:
DS/EN ISO 12100-2010 Veiligheid van machines - Algemene ontwerpbeginselen
EN 60 335-1:2012 Huishoudelijke en soortgelijke elektrische toestellen - Veiligheid
- Deel 1
EN 60 335-2-40:2003 Huishoudelijke en soortgelijke elektrische toestellen - Veiligheid
- Deel 2-40
EN 60335-2-40: A1 2006 Huishoudelijke en soortgelijke elektrische toestellen - Veiligheid
- Deel 2-40
EN 378-1:2016 Koelsystemen en warmtepompen
- Veiligheids- en milieueisen - Deel 1
EN 378-2:2016 Koelsystemen en warmtepompen
- Veiligheids- en milieueisen - Deel 1
Skive, 18.03.2021
Verklaring
Jakob Bonde Jessen
Managing director
Mikkel Haldrup Jensen
Project manager designer
nl
6
Productbeschrijving: Algemene beschrijving
Productbeschrijving
Algemene beschrijving
Illustratie van het werkingsprincipe van de CDP 40-50-70.
CDP
CDP -T
Fig. 1
CDP 40-50-70 en CDP 40T-50T-70T werken volgens het condensatiebeginsel.
Vochtige lucht uit de badruimte wordt door een of twee ventilatoren de eenheid in gezogen.
De door de verdamper stromende lucht wordt afgekoeld tot onder het dauwpunt en de wa-
terdamp condenseert tot water, die wordt afgevoerd.
Vervolgens stroomt de droge lucht door de condensor, waar hij wordt opgewarmd, en dan
teruggevoerd naar de badruimte. Als gevolg van de latente warmte uit het condensatiepro-
ces en de energie van de compressor is de temperatuur van de lucht die wordt teruggevoerd
naar de badruimte circa 5 ºC hoger dan de lucht die uit de badruimte komt.
Luchtstroomrich-
ting
Werking van de
ontvochtiger
7
Productbeschrijving: Algemene beschrijving
Wanneer de ontvochtiger wordt opgestart door de hygrostaat, wordt/worden de ventila-
tor(en) tegelijkertijd met de compressor gestart.
Om de luchtvochtigheidsgraad te controleren, worden de ventilator(en) eenmaal per uur ge-
durende één minuut door de eenheden opgestart (OPMERKING: geldt alleen voor de CDP
40T-50T-70T eenheden):
Als de luchtvochtigheid boven het geselecteerde instelpunt ligt, begint de eenheid met
ontvochtigen.
Als de luchtvochtigheid onder het instelpunt ligt, blijft de eenheid uit en wordt de lucht-
vochtigheidsgraad na één uur weer gecontroleerd.
Om de compressor tegen overbelasting te beschermen, is er een timer die voorkomt dat de
ontvochtiger meer dan 10 keer per uur start. Dit betekent dat er minimaal 6 minuten tussen
elke start zit.
Deze eenheid is uitgerust met een intelligente ontdooiingsstrategie.
De eenheid bewaakt de temperatuur van de verdamper en als de temperatuur gedurende
een bepaalde tijd onder een bepaalde temperatuur heeft gelegen, schakelt de ontvochtiger
over naar actief ontdooien, stoppen de ventilatoren en gaat de magneetklep open.
Nu kan het hete gas door de verdamper stromen.
Wanneer de verdamper weer op de juiste temperatuur is gekomen, gaat de magneetklep
dicht en wordt de ontvochtiging voortgezet.
Als de temperatuur in de ontvochtiger oploopt tot een temperatuur hoger dan 55 °C (bij een
ventilatorstoring of een temperatuur boven de 36 °C van de lucht in de ruimte), stopt de com-
pressor automatisch om te voorkomen dat deze wordt beschadigd. Wanneer de temperatuur
het toelaat, wordt de ontvochtiging voortgezet.
B
A2
A1
Dankzij twee kabelgroeven voor ac-
cessoires kunnen de kabels van het
bedieningspaneel eenvoudig naar de
voedingsaansluiting en uit de eenheid
worden geleid.
Groef B dient voor een kabel vanaf een
externe RH-sensor. Deze heeft een apar-
te groef nodig om onderlinge storing te
voorkomen.
Alle andere accessoirekabels moeten in
de groef A1-A2 worden geplaatst.
Op de voorkant van de eenheid bevindt zich een led.
Het ledlampje geeft de verschillende modi van de
eenheid aan.
Een beschrijving van de verschillende modi is te vin-
den in hoofdstuk “Ledlampjes en problemen oplos-
sen op pagina 28.
Ventilatorregeling
Compressorrege-
ling
Ontdooifunctie
Veiligheidscircuit
Kabelgroef
(accessoire)
Led
nl
8
Productbeschrijving: Algemene beschrijving
Pos. Onderdeel Afbeelding
1 Ledlampje
2 Luchtuitlaat
3 Luchtinlaat
4 Condensaatbak
5 Bedieningspaneel
(achter de afdek-
king)
6 Kabelgroef
(alleen voor acces-
soires)
7 Vochtsensor
8 Afstandhouders
voor wandmontage
(meegeleverd)
9 Voedingsaansluiting
(achter het deksel)
10 Wandbeugel
11 Waterafvoer
CDP-
presentatie
Fig. 2
5
4
7
6
Binnenwerk (voorplaat verwijderd)
1
3
Voorplaat
2
Achteraanzicht
10
8
9
11
Onderaanzicht
9
Productbeschrijving: Algemene beschrijving
Pos. Onderdeel Afbeelding
1 Ledlampje
2 Bedieningspaneel
(achter een afdek-
king)
3 Condensaatbak
4 Kabelgroef
(alleen voor acces-
soires)
5 Wandbeugel
6 Voedingsaansluiting
(achter het deksel)
7 Luchtuitlaat
8 Vochtsensor
9 Luchtinlaat
10 Waterafvoer
CDP-T-
presentatie
Fig. 3
1
Voorplaat
9
Achteraanzicht
7
5
8
3
2
4
Binnenwerk (voorplaat verwijderd)
9
10
Onderaanzicht
nl
10
Productbeschrijving: Afmetingen behuizing
Afmetingen behuizing
Fig. 4
Fig. 5
CDP 40-50-70
CDP 40T-50T-70T
11
Productbeschrijving: Technische gegevens
Technische gegevens
Specicatie eenheid CDP 40 CDP 40T CDP 50 CDP 50T CDP 70 CDP 70T
Bedrijfsbereik, lucht-
vochtigheid %RH 40-100 40-100 40-100 40-100 40-100 40-100
Bedrijfsbereik, tempe-
ratuur °C 10-36 10-36 10-36 10-36 10-36 10-36
Luchtvolume bij max.
externe druk m/h 400 400 680 680 900 900
Capaciteit bij 28 ºC -
RH 60 l/dag 34 34 52 52 69 69
SEC 28 ºC - RH 60 kWh/l 0,47 0,47 0,48 0,48 0,43 0,43
Voeding V/Hz 1 ×
230/50
1 ×
230/50
1 ×
230/50
1 ×
230/50
1 ×
230/50
1 ×
230/50
Max. opgenomen
vermogen kW 0,9 0,9 1,5 1,5 1,8 1,8
Max. afgenomen
stroom A 3,8 3,8 6,6 6,6 8 8
Koudemiddel -R407C
Hoeveelheid koude-
middel kg 0,7 0,7 0,9 0,9 1,2 1,2
GWP (Global Warming
Potential) -1774
Geluidsniveau* (op 1
m van eenheid) dB(A) 46 43 47 44 50 47
Gewicht kg 56,5 57,5 65,0 66 75,5 77,5
Filtertype PPI 15
Beschermingsklasse IPX4
Gegevensblad
nl
12
Installatie: Installatie-omgeving
Installatie
Installatie-omgeving
De juiste combinatie van chemicaliën in een binnenzwembad is van cruciaal belang, zowel
voor de gezondheid van de gebruikers als voor materieel in de badruimte en in de technische
ruimte van het zwembad. Onvoldoende behandeld water leidt tot gebrekkige hygiëne, ter-
wijl overmatig behandeld water leidt tot chloorhoudende gassen in de lucht, die oogirritatie
en ademhalingsmoeilijkheden kunnen veroorzaken.
Tegelijkertijd kan een onjuiste samenstelling van de chemische bestanddelen in het water
binnen zeer korte tijd al het materieel onherstelbaar beschadigen, waaronder de ontvochti-
ger en andere geïnstalleerde luchtbehandelingsapparatuur.
Hieronder vindt u de grenswaarden die van toepassing zijn op producten voor binnenzwem-
baden overeenkomstig EN/ISO 12944-2, beschermingsklasse C4. Deze grenswaarden moeten
in acht worden genomen, anders komt de garantie te vervallen.
De volgende richtsnoerwaarden zijn van toepassing op zwembaden bij het toevoegen van
chemicaliën.
Chemicaliën ppm
Concentratie vrije chloor 1,0-2,0
Concentratie gebonden chloor Max. 1/3 van concentratie vrije chloor
pH 7,2-7,6
Totale alkaliniteit 80-150
Calciumhardheid 250-450
Totaal opgeloste vaste stoen < 2000
Sulfaten < 360
De volgende richtsnoerwaarden zijn van toepassing op zwembaden met een eigen chloor-
productie-inrichting:
Chemicaliën ppm
Zout (NaCl) < 30.000
Totaal opgeloste vaste stoen < 5500
pH 7,2-7,6
Totale alkaliniteit 80-150
Calciumhardheid 250-450
Sulfaten < 360
Het is raadzaam om de Langelier-verzadigingsindex te gebruiken om na te gaan of de combi-
natie van de verschillende waterparameters acceptabel is.
Neem zo nodig contact op met Dantherm A/S.
De CDP 40T-50T-70T units zijn ontworpen voor installatie in een verwarmde ruimte, gren-
zend aan de badruimte.
Plaats de ontvochtiger niet nabij een warmtebron, bv. een radiator.
Deuren en ramen moeten dicht worden gehouden wanneer de ontvochtiger actief is.
Om te zorgen dat de lucht uit de ruimte vrij door de ontvochtiger stroomt moeten de in-
en uitlaatopeningen voor lucht vrij worden gehouden.
Waterkwaliteit in
binnenzwemba-
den
Bij het toevoegen
van chemicaliën
Bij eigen
chloorproductie
Langelier-
verzadigingsindex
Optimale
omstandigheden
!LET OP
13
Installatie: Wandmontage
Wandmontage
Volg deze procedure voor het monteren van de CDP 40-50-70:
(Ga naar pagina 15 voor instructies over het aan wanden monteren van het CDP-T-assorti-
ment)
Stap Beschrijving Afbeelding
1 Zoek de juiste plaats voor de
CDP-ontvochtiger en meet
waar de wandophangstang
moet worden gemonteerd.
Aanbevolen afstand tussen
ontvochtiger en:
Plafond: min. 225 mm
Vloer: min. 225 mm
Min. 225 Min. 225 198
Min. 727
A
2 Bevestig de bij de eenheid
geleverde ophangstang aan de
wand.
NB: Het is belangrijk om hem
horizontaal te bevestigen, zo-
dat de condensaatuitlaat in de
juiste positie komt.
Montage
CDP 40-50-70
nl
14
Installatie: Wandmontage
3 Monteer de twee afstandhou-
ders voor wandmontage (mee-
geleverd) aan de achterkant
van de eenheid.
2x
4Afvoeruitlaat:
Sluit een afvoerslang aan en
maak een condensaatuitlaat
door de wand.
Sluit een exibele of vaste
waterslang van 3/4” aan op de
kraan onderaan de ontvochti-
ger. Zorg ervoor dat de afvoer
een afschot van minimaal 2%
heeft.
In plaats daarvan:
Kan er een condensaat-
pomp worden aangebracht
op de wateruitlaat om het
water naar een afvoer te
pompen.
5 Hang de ontvochtiger aan de
wandophangstang.
!
15
Installatie: Wandmontage
Volg deze procedure voor het monteren van de CDP 40T-50T-70T:
(Ga naar pagina 13 voor instructies over het aan wanden monteren van CDP 40-50-70-een-
heden)
Stap Beschrijving Afbeelding
1 Zoek de juiste
plaats voor de
CDP-T-ontvochtiger
en meet waar de
wandophangstang
moet worden ge-
monteerd.
Bevestig de bij de
eenheid geleverde
ophangstang aan
de wand.
NB: Het is be-
langrijk om hem
horizontaal te be-
vestigen, zodat de
condensaatuitlaat
in de juiste positie
komt.
CDP 40T CDP 50T CDP 70T
Y437 341 450
2 Maak een gat in de
wand volgens de
afmetingen van de
afbeelding.
68
110
110
Z
395
CDP 40T CDP 50T CDP 70T
Z610 760 1095
Montage
CDP 40T-50T-70T
Warning
Caution
Y
Y
nl
16
Installatie: Wandmontage
3 Gebruik het CDP-T-
-wandkanaal (wall
duct) voor afdich-
ting tussen de
eenheid en wand.
Raadpleeg de
wandkanaalinstruc-
tie voor informatie
over hoe u het CDP-
-T-wandkanaal (wall
duct) op de juiste
wijze monteert.
CDP-T wall duct
Instruction
?
Wall duct for CDP 40T-50T-70T
INSTRUCTION
Rev. 1.2 • 2019-W38-5
dcba
4 Monteer de twee
afstandhouders
voor wandmontage
(meegeleverd) aan
de achterkant van
de eenheid.
2x
5Afvoeruitlaat:
Sluit een afvoer-
slang aan en maak
een condensaa-
tuitlaat door de
wand.
Sluit een exibele
of vaste waterslang
van 3/4” aan op de
kraan onderaan
de ontvochtiger.
Zorg ervoor dat de
afvoer een afschot
van minimaal 2%
heeft.
In plaats daarvan:
Kan er een condensaatpomp worden aangebracht op de wateruitlaat om het
water naar een afvoer te pompen.
!
17
Installatie: Wandmontage
6 Hang de ontvochti-
ger aan de wandop-
hangstang.
Warning
Caution
nl
18
Installatie: Elektrische aansluiting
Elektrische aansluiting
Gevaar voor beschadiging van de ontvochtiger als deze ligt.
De compressor kan blijvend beschadigd raken als de ontvochtiger direct na het liggen wordt
gestart.
Wacht 1 uur met het starten van de ontvochtiger, als de eenheid ligt (bv. tijdens transport
of installatie).
Risico op elektrische schokken
Een elektrische schok kan ernstige brandwonden veroorzaken en in de meest extreme geval-
len een schok in de hersenen, belasting van het hart, letsel aan andere organen of de dood
tot gevolg hebben.
Schakel via de hoofdschakelaar de voeding uit wanneer u de ontvochtiger opent.
Vergeet ook niet om de voeding uit te schakelen wanneer u de ontvochtiger sluit.
Stap Beschrijving Afbeelding
1 Draai de twee schroeven los
waarmee het deksel aan de voe-
dingsaansluiting is bevestigd.
Kantel het deksel om toegang
tot de klemmen te krijgen.
2 Leid de voedingskabel door de
PG-kabelbinder.
3 Sluit de voeding volgens de
gegevens op het fabrieksplaatje
op de eenheid aan.
Zie ook “Bedradingsschema” op
pagina 33.
4 Sluit het deksel en maak het met schroeven weer vast.
VOORZICHTIG
Warning
Caution
GEVAAR
Aansluiting van
voeding
2,5 mm
Min. Ø9
Max. Ø18
19
Installatie: Elektrische aansluiting
Het is de verantwoordelijkheid van de installateur om te zorgen voor de conformiteit met de
nationale regelgeving van alle niet inbegrepen kabels.
Dankzij de interfaces en klemmen op het bedieningspaneel kan er met de ontvochtiger
worden gecommuniceerd en kunnen er accessoires, zoals een RH/T-sensor, een alarm en een
verwarmingsspiraal, worden aangesloten. In onderstaande afbeelding en tabel worden de
verschillende functies van de interface beschreven.
+v
TH
TH
GND
GND
+
GND
+
RH
ON
ON
USB RS485 EXT RH/T ALARM 12V DC
RUN FAIL HEAT1 HEAT2
GND
+
GND
+
RH
ON
ON
OK
1 2 3 4 5
Fig. 6
Pos. Interface Beschrijving
1 USB USB wordt gebruikt voor datalogging en het updaten van de soft-
ware. Zie het hoofdstuk “Software updaten en logbestanden op
pagina 25 voor meer informatie.
2 Modbus RTU
(RS-485)
Verbinding via Modbus. Een lijst met gegevens voor de Modbus-inter-
face kan worden gedownload op support.dantherm.com
3 Extern
RH/T-sensor
Klemmen voor het aansluiten van een externe luchtvochtigheids-/
temperatuursensor. Zie bedradingsvoorbeeld in Fig. 7
4 Alarm Een extern alarm kan aangeven of de ontvochtiger normaal werkt of
een fout heeft. Zie bedradingsvoorbeeld in Fig. 8
512 VDC
warmterege-
ling
Aansluiting van LPHW (water) of elektrische verwarming helpt de
binnentemperatuur te regelen. Neem contact op met uw Dantherm-
-dealer voor meer informatie.
Er is een optie voor het aansluiten van een externe RH/T-sensor, waardoor het mogelijk is om
de interne sensoren te negeren. In Fig. 7 staat een voorbeeld van hoe de sensor aangesloten
kan worden.
Fig. 7
*Schakelaar in positie: 0 = Interne sensoren in gebruik, 1 = Externe sensoren in gebruik
**Houd er rekening mee dat het bedrijfsbereik binnen een relatieve luchtvochtigheid van
40-99% ligt. Als de relatieve luchtvochtigheid buiten het bereik ligt, staat de ontvochtiger in
de stand-bymodus.
!LET OP
Bedieningspanee-
linterfaces
Aansluiting
externe RH/T-
sensor
(Optioneel)
Externe temperatuursensor
(of weerstand)
AAN/UIT-schakelaar
voor externe senso-
ren* (Optioneel)
EXT RH/T
Externe luchtvochtig-
heidssensor
(of regeleenheid)
EXT RH/T
V+
TH
TH
RH
GND
10kΩ NTC
0V = 0% RH
5V = 50% RH
10V = 100% RH**
0
1
GND
0-10V
nl
20
Installatie: Elektrische aansluiting
Er is een optie voor het aansluiten van een extern alarm, waarmee kan worden gecontroleerd
of de ontvochtiger normaal werkt of een fout heeft. Om deze optie te gebruiken, moet u een
eigen extern elektrisch circuit maken en deze op de 'in werking/storing'-aansluiting op de
hoofdprintkaart aansluiten (zie pagina 32).
In deze afbeelding wordt aangegeven hoe het 'in werking/storing'-circuit bijvoorbeeld ge-
bruikt kan worden.
RUN FAIL
1234
VDC
(Max. 50V, 500mA)
GND
GND
VDC (Max. 50V, 500mA)
RUN FAIL
1234
VDC (Max. 50V, 500mA)
GND
GND
VDC (Max. 50V, 500mA)
NORMAL MODE ERROR MODE
Bedrijfsmodus
IN WERKING STORING
Foutmodus
IN WERKING STORING
Fig. 8
Alarm
'In werking/
storing'-
aansluiting
(Optioneel)
21
Bediening: Bedieningspaneel
Bediening
Bedieningspaneel
Risico op elektrische schokken
Een elektrische schok kan ernstige brandwonden veroorzaken en in de meest extreme geval-
len een schok in de hersenen, belasting van het hart, letsel aan andere organen of de dood
tot gevolg hebben.
Schakel via de hoofdschakelaar de voeding uit wanneer u de ontvochtiger opent.
Vergeet ook niet om de voeding uit te schakelen wanneer u de ontvochtiger sluit.
Volg onderstaande stappen om toegang tot het bedieningspaneel te krijgen.
Stap Beschrijving Afbeelding
1 Open de ontvochtiger.
a) Draai de twee schroeven
aan de onderkant van de
eenheid los. Controleer of
de sluitingen de frontafdek-
king ontgrendelen.
b) Trek de frontafdekking om-
hoog en verwijder deze.
2 Draai de twee schroeven los
en verwijder de bovenste plaat
(dekt bedieningspaneel af).
Display met vier tekens, onderverdeeld in twee segmenten: de eerste twee tekens geven de
code aan en de laatste twee geven de waarde van de code aan.
Code Waarde
Standaard wordt op de display de relatieve luchtvochtigheid (relative humidity) RH % weer-
gegeven. Deze waarde kan afkomstig zijn uit de externe luchtvochtigheids-/temperatuur-
sensor als deze beschikbaar is. Zo niet, dan is de relatieve luchtvochtigheid afkomstig uit de
interne luchtvochtigheidssensor.
Voorbeeld
Warning
Caution
GEVAAR
Toegang tot het
bedieningspaneel
a
b
a
b
Display
Standaardweer-
gave
nl
22
Bediening: Bedieningspaneel
48 rH60 OK
OK
>40
<99 OK
COF
o
>05
<34
OK OK
EFOF >40
<99
OK OK
SIOF >1
<99
OK OK
d001 >
1
<255
OK OK
Update de software tot de nieuwste versie, als het menu er anders uitziet.
Code Functie Standaard-
waarde
Waarde-
bereik
Beschrijving
rH Relatieve
luchtvochtig-
heid (%)
60 40-99 De eenheid begint met ontvochtigen,
wanneer de sensor een hogere relatieve
luchtvochtigheid meet dan de inge-
stelde waarde. (Neem de hysterese van
+/- 2% in acht)
°C °Celcius
(alleen voor
accessoires)
OF
(UIT)
5-34 De elektrische waterverwarmingsspi-
raal (accessoire) begint te verwarmen
wanneer de temperatuur lager is dan de
ingestelde waarde. (Neem de hysterese
van +/- 2 °C in acht)
EF Afzuigventilator
(alleen voor
accessoires)
OF
(UIT)
40-99 De afzuigventilator (accessoire) begint,
volledig onafhankelijk van de ontvoch-
tiger, te werken wanneer de lucht-
vochtigheid hoger is dan de ingestelde
waarde. De waarde wordt gemeten in %
relatieve luchtvochtigheid.
(Neem de hysterese van +/- 2% in acht)
SI Onderhoudsin-
terval (weken)
OF
(UIT)
1-99 Als de onderhoudsintervalfunctie is in-
geschakeld, geeft de eenheid SEr weer
wanneer het tijd is voor onderhoud.
d001 ModbusSlave-ID 001 1-255 Verbinding via modbus is mogelijk.
De standaard modbusSlave-ID van de
eenheid is 1 en kan worden gewijzigd in
een waarde tussen 1-255.
Overzicht van
menu's
Standaardweer-
gave Voorbeeld
Beschrijving van
menu
23
Bediening: Bedieningspaneel
OK-knop 3 s ingedrukt houden om naar menumodus te gaan
Menupagina wisselen/waarde wijzigen
Opmerking: Als er 10 seconden lang op geen van de knoppen wordt gedrukt, keert de dis-
play terug naar de standaardweergave.
OK
Menuknoppen
nl
24
Onderhoud en verzorging: Preventief onderhoud
Onderhoud en verzorging
Preventief onderhoud
De ontvochtiger heeft zeer weinig aandacht nodig om probleemloos te kunnen draaien. Alle
benodigde veiligheids- en regelfuncties zijn ingebouwd. De ventilatormotor(s) en de com-
pressor hebben permanente smering en hebben geen onderhoud nodig.
Letsel - risico op snijwonden en lichte brandwonden wanneer u in de CDP reikt
Wees alert op scherpe randen wanneer u de eenheid opent. Interne onderdelen kunnen zeer
heet of koud zijn.
Schakel de CDP uit en wacht een half uur voordat u de eenheid opent. Raak zeer hete en
koude onderdelen, zoals de leidingen of de verdamper, niet aan.
Raak scherpe randen niet aan of draag in ieder geval handschoenen.
Het luchtinlaatlter moet een keer in de maand worden gereinigd. Het lter bevindt zich in
een houder achter het rooster van het luchtinlaatkanaal. De condensaatbak en -uitlaat moe-
ten ook worden gereinigd, zodat het water vrij kan wegstromen.
Volg deze procedure voor het uitvoeren van het maandelijks onderhoud:
Stap Handeling
1 Ontgrendel de twee sluitingen onder de ontvochtiger.
2 Verwijder de voorkap door deze op te lichten en haal het lter eraf.
Het lter bevindt zich aan de achterkant van de voorkap.
3 Was het lter in lauw zeepsop of reinig het grondig met een stofzuiger.
Als het lter defect is, vervangt u het.
4 Plaats het lter in de lterhouder, breng de kap weer aan en vergrendel de twee
sluitingen. (Uit stap 1)
NB: Als het lter (PPI-lter met ordernr. 094686, één maat) moet worden vervangen, kunt u
dit bij een Dantherm-dealer bestellen.
De ontvochtiger moet een keer per jaar worden geïnspecteerd.
Volg deze procedure voor het uitvoeren van het jaarlijks onderhoud:
Stap Handeling
1 Verwijder de voorplaat van de ontvochtiger
2 Inspecteer het binnenwerk van de ontvochtiger
3 Stofzuig de ontvochtiger om alle stof en vuil te verwijderen
Belangrijk: stofzuig de condensor zorgvuldig
4 Was de lamellenverdamper zo nodig in lauw zeepsop als deze sterk vervuild is
Inleiding
VOORZICHTIG
Maandelijks
onderhoud
Jaarlijks
onderhoud
25
Onderhoud en verzorging: Software updaten en logbestanden
Software updaten en logbestanden
Als u het logbestand van de eenheid wilt lezen zonder de software te updaten, volg dan de
volgende stappen.
Stap Handeling
1 Plaats een lege FAT32 USB-geheugenstick (zie hoofdstuk “Formatteren als FAT32” op
pagina 26).
2 Na het aansluiten van een USB-geheugenstick worden alle verzamelde records in
CSV-indeling opgeslagen in het bestand data_log.csv. Records worden niet van de
printkaart verwijderd, dus het is mogelijk om gegevens op meerdere USB-geheugen-
sticks te zetten.
3 Als op het display het logbericht en vervolgens de standaardweergave opnieuw werd
weergegeven, zijn de logrecords succesvol opgeslagen en kan de USB-geheugenstick
worden verwijderd.
Gegevenslog gebruikt 2 kB back-up-SRAM (onder batterij) voor gegevensrecords.
Interval voor het opslaan van records is 3 uur. Toestandsverandering naar storingsmodus
activeert ook opslag van records.
Als het hele geheugen vol is met records, wordt de oudste vervangen door een nieuwe.
Kolom Excel Uitvoertekst Beschrijving
Timestamp <dd:mm:uu:ss> Tijd voor het log sinds de laatste startprocedure van de
compressor
T_amb <-40….100> Temperatuur van omgevingslucht (-40 = Niet verbonden)
T_amb_int <-40….100> Temperatuur van interne RH/T-sensor (-40 = Niet verbon-
den)
T_amb_ext <-40….100> Temperatuur van externe RH/T-sensor (-40 = Niet verbon-
den)
T_aux <-40….100> Extra temperatuur (invoer) (-40 = Niet verbonden)
T_cond <-40….100> Temperatuur van condensor (-40 = Niet verbonden)
T_evap1 <-40….100> Temperatuur van verdamper 1 (-40 = Niet verbonden)
T_evap2 <-40….100> Temperatuur van verdamper 2 (-40 = Niet verbonden)
T_set <5….34> Setpointwaarde van gewenste temperatuur (standaard
UIT)
RH_amb <0....100> Luchtvochtigheid van omgevingslucht (0 = Niet verbon-
den)
RH_amb_int <0....100> Luchtvochtigheid van interne RH/T-sensor (0 = Niet
verbonden)
RH_amb_ext <0....100> Luchtvochtigheid van externe RH/T-sensor (0 = Niet
verbonden)
RH_set <40....99> Setpoint luchtvochtigheid (standaard 60)
ExtFanSet <40....99> Setpoint afzuigventilator (standaard UIT)
Onderhoud [Blanco] Onderhoudsinterval uitgeschakeld
“ENABLED” Onderhoudsinterval ingeschakeld
Mode “SB” Toestand van stand-bymodus
“STARTUP Toestand startmodus
“DEH” Toestand ontvochtiging
“ICE” Toestand ontdooiing
“LP” Toestand lagedrukstoringsmodus
“HP” Toestand hogedrukstoringsmodus
“SENS” Toestand sensorstoringsmodus
“AMBTOmgevingstemperatuurstoringsmodus
AMBRH” Omgevingsvochtigheidsstoringsmodus
Toegang tot
gegevenslog/USB
Inhoud gegevens-
logrecords
nl
26
Onderhoud en verzorging: Software updaten en logbestanden
Error “EVAP Storing verdampersensor
“COND” Storing condensorsensor
AUX” Storing hulpsensor
AMB_INT Fout interne omgevingssensor
AMB_EXT Fout externe sensor (wordt altijd weergegeven bij geen
verbinding)
Reason (For log) “IDLE” Automatisch elke 3 uur gemaakt
“ERROR” Als een fout optreedt
Sensor “SHT31” Nieuwe sensortype
“ChipCap2” Oude sensortype
Volg de volgende stappen om de softwareversie te updaten.
Stap Handeling
1 Gebruik een lege USB-geheugenstick.
2 Download de nieuwste softwareversie van Dantherm en kopieer het bestand naar de
USB-geheugenstick.
3 Steek de USB-geheugenstick in de USB-poort van het bedieningspaneel van de
eenheid.
4 De eenheid zal nu automatisch de nieuwe software detecteren en installeren. Het in-
stallatieproces duurt niet langer dan 30 seconden. Tijdens het installatieproces wordt
op het display het volgende weergegeven: “Erasing - Flashing - Done - Log” en wordt
een logbestand op de USB-geheugenstick opgeslagen.
Opmerking: Als op het display alleen het logbericht wordt weergegeven wanneer
de USB-geheugenstick in de USB-poort wordt gestoken en vervolgens opnieuw de
standaardweergave wordt weergegeven, is de software NIET geüpdatet. De reden
kan een verkeerd bestandsindelingsformaat van de USB-geheugenstick zijn. Probeer
de USB-geheugenstick te formatteren als FAT32 (zie onderstaande beschrijving) en
herhaal de procedure voor het updaten van de software.
5 Wanneer op het display de standaardweergave opnieuw wordt weergegeven, kan de
geheugenstick worden verwijderd.
Formatteer de USB-geheugenstick als FAT32-bestandssysteem door de onderstaande stap-
pen te volgen.
(Opmerking: Alle gegevens op de USB-geheugenstick worden tijdens het formatteren ge-
wist.)
Stap Handeling
1 Steek een USB-geheugenstick in de USB-poort van de computer
2 Druk op de toets WIN ( )+r
3 Typ: CMD - druk op Enter
4 Typ: format /FS:FAT32 X: - druk op Enter.
5 Wanneer u het volgende bericht krijgt: Plaats een nieuwe schijf voor station X: en
druk op ENTER wanneer u klaar bent - druk op Enter.
6 Wanneer de schijf 100% geformatteerd is, drukt u op Enter om het formatteren te
voltooien.
Software-update
Formatteren als
FAT32
X = letter van USB-station
27
Onderhoud en verzorging: Foutopsporing
Foutopsporing
Op de CDP kan een aantal informatie- en foutberichten worden weergegeven als hulpmiddel
bij het opsporen van een storing.
Elk bericht en de bijbehorende problemen worden in de volgende hoofdstukken uitgelegd.
Display Beschrijving
Abrh De relatieve luchtvochtigheid ligt buiten het bereik.
Het display keert automatisch terug naar de standaardweergave wanneer de
relatieve luchtvochtigheid weer binnen het bereik is.
ABt De omgevingstemperatuur ligt buiten het bereik
Het display keert automatisch terug naar de standaardweergave wanneer de
temperatuur weer binnen het bereik is.
LOSS De verbinding met het afstandsbedieningspaneel is verbroken.
Wanneer de verbinding hersteld is, kan het foutbericht worden opgeheven
door op OK te drukken.
SEr Het is tijd voor een onderhoudsinspectie.
Wanneer een nieuwe onderhoudsinterval is ingesteld, keert het display
terug naar de standaardweergave.
PaIr Het apparaat probeert verbinding te maken met een afstandsbedieningspaneel.
Het display keert na enkele seconden automatisch terug naar de standaard-
weergave.
LPCo Voorwaarschuwing voor lage druk
De eenheid wordt gereset en keert terug naar de standaardweergave als
het probleem na een herstart is opgelost. Als de fout blijft staan, schakelt de
display over naar een lagedrukfout (zie tabel “Foutberichten”).
Display Beschrijving
SEnS Dit bericht geeft aan dat er sprake is van een sensorstoring. De eenheid wordt
hierdoor stopgezet.
Druk op Omhoog of Omlaag om vast te stellen welke sensor de-
fect is. Het kan om de volgende sensoren gaan:
Condensorsensor (weergegeven COnd)
Verdampersensor (weergegeven EVAP)
Luchtvochtigheidssensor (weergegeven rh°t)
Als er 10 seconden lang op geen van de knoppen wordt gedrukt, keert de display
terug naar SEnS.
LP Als de code LP (lagedrukdetectie) wordt weergegeven, moet de storing worden
opgespoord en verholpen. (Zie ook “Ledlampjes en problemen oplossen op
pagina 28)
HP Als de code HP (hogedrukdetectie) wordt weergegeven, moet de storing worden
opgespoord en verholpen. (Zie ook “Ledlampjes en problemen oplossen op
pagina 28)
De hierboven beschreven fouten vergrendelen de eenheid automatisch.
Druk op OK en ga naar de ontgrendelprocedure om de fout te negeren.
Displayberichten
Informatieberich-
ten
Foutberichten
COnd
EUAP
o
rh t
OK
nl
28
Onderhoud en verzorging: Foutopsporing
Loc Het bericht geeft aan dat de eenheid vergrendeld is. Als er 5 seconden lang op
geen van de knoppen wordt gedrukt, keert de display terug naar de vorige sto-
ringstoestand.
Volg onderstaande stappen om de eenheid te ontgrendelen.
Stap Handeling Beschrijving
1UnLo (ontgrendelfunctie) wordt weergegeven
2tESt (testfunctie) wordt weergegeven
3 Test is geactiveerd. De test zal detecteren of de fout is verholpen.
cccc geeft aan dat de fout is verholpen en dat de eenheid is
ontgrendeld.
faIL geeft aan dat de fout nog NIET verholpen is en dat de een-
heid nog steeds vergrendeld is.
Als de ontvochtiger niet naar behoren werkt, moet u hem onmiddellijk uitschakelen!
Gebruik deze tabel om de ledlampjes te begrijpen of een mogelijk probleem/storing te lokali-
seren en op te lossen:
Led Akoestisch
alarm
Probleem Mogelijke oorza(a)
k(en)
Oplossing
UIT
-
Voeding
van 230 V
aangesloten,
maar eenheid
werkt niet
Stekker van voedings-
kabel in de wand is
losgekoppeld
Stop de stekker van de
voedingskabel weer in
het stopcontact (elek-
trisch)
-
Zekering F1 op hoofd-
printkaart is doorge-
brand
Vervang de zekering
-Defecte voeding op
hoofdprintkaart
Vervang de hoofdprint-
kaart
-
Aansluiting van 230 V
in de eenheid losge-
koppeld/zit los
Controleer of de aanslui-
tingen van 230 V volgens
het bedradingsschema
zijn aangesloten
ROOD
(continu)
Startpiep-
toon gedu-
rende 3 sec.
Hogedruk-
storing - Kan
niet worden
ingeschakeld/
wordt uitge-
schakeld
Defecte ventilator Vervang de ventilator
Vuil lter Reinig het lter
Vuile condensorspiraal Reinig de spiraal
ROOD
(knippe-
rend)
Dubbele
pieptoon om
de 1 min.
Lagedruk-
storing - Kan
niet worden
ingeschakeld/
wordt uitge-
schakeld
Koudemiddel lekt
Zoek de lekkage, repareer
deze en vul koudemiddel
bij
Defecte thermostati-
sche expansieklep
Vervang de thermostati-
sche expansieklep
Onvoldoende koude-
middel Vul koudemiddel bij
Eén korte
pieptoon om
de 5 min.
Defecte
sensor - con-
troleer het
display
Defecte sensor Vervang de sensor
Ontgrendelproce-
dure
OK
OK
!LET OP
Ledlampjes
en problemen
oplossen
29
Onderhoud en verzorging: Foutopsporing
ROOD/
GEEL
(knippe-
rend)
Eén korte
pieptoon
Omgevings-
temperatuur
buiten het
bereik
Omgevingstempera-
tuur te hoog Koel de ruimte af
Omgevingstempera-
tuur te laag Warm de ruimte op
GEEL
(continu)
Eén korte
pieptoon per
uur
-Onderhoudsinterval is
verstreken
Voer een onderhoudsin-
spectie van de eenheid
uit en stel een nieuw
onderhoudsinterval in.
GEEL
(knippe-
rend)
Drievoudige
pieptoon per
10 min.
Geen verbin-
ding met de
gekoppelde
afstandsbe-
diening
Afstandsbediening is
op te grote afstand
Breng de afstandsbedie-
ning binnen het Blue-
tooth-bereik.
Batterij afstandsbedie-
ning is leeg
Vervang de batterij van
de afstandsbediening.
GROEN/
GEEL
(knippe-
rend)
- -
Eenheid in koppelmo-
dus met afstandsbe-
diening
Koppel met een afstands-
bediening.
Een geslaagde koppeling
wordt bevestigd met een
drievoudige pieptoon.
GROEN
(continu) - -
Ext. verwarmingsspi-
raal geactiveerd (alleen
accessoire)
Deel van de normale
bedrijfstoestand.
BLAUW
(continu)
Eén korte
pieptoon per
1 min.
LPCo-fout
Temp.verschil tussen
condensor en verdam-
perspiraal te klein
Eenheid wordt automa-
tisch gereset.
Als het probleem blijft
staan, schakelt de
eenheid over naar een
lagedrukfout.
BLAUW
(knippe-
rend)
Eén enkele
pieptoon -Normale opstartvolg-
orde
Deel van de normale
bedrijfstoestand.
Als u de reden voor de storing niet kunt ontdekken, schakelt u de eenheid onmiddellijk uit
om verdere schade te voorkomen. Neem contact op met een onderhoudsmonteur of een
vertegenwoordiger van Dantherm.
nl
30
Onderhoud en verzorging: Reserveonderdelen
Reserveonderdelen
Als er reserveonderdelen nodig zijn, ga dan naar: shop.dantherm.com
Zoek
reserveonderdelen
31
Schema's: Koelcircuit
Schema's
Koelcircuit
In deze afbeelding wordt het koelcircuit van het CDP/CDP-T-assortiment weergegeven.
2
3
4
5
6
7
1
Fig. 9
In deze tabel worden de verschillende onderdelen van het koelcircuit, met verwijzingen naar
Fig. 9, weergegeven.
Pos. Beschrijving
1 Compressor
2 Verdamper
3 Luchtgekoelde condensor
4 Thermostatische expansieklep
5 Luchtketel/lterdroger
6 Magneetklep voor drukvereening
7 Ventilator
Afbeelding
Beschrijving
nl
32
Schema's: Hoofdprintkaart
Hoofdprintkaart
In deze afbeelding worden de hoofdprintkaart en de bijbehorende klemmen weergegeven.
DISPLAY
DISPLAY
USB
USB
RS485
RS485
KEYBOARD
KEYBOARD
RH/T
RH/T
RUN/FAIL
RUN/FAIL
HEAT 1/2
HEAT 1/2
ANTENNA
ANTENNA
GND
GND
FUSE, 2A
FUSE, 2A
DIODE
DIODE
DIODE (J1)
DIODE (J1)
TEMP.
TEMP.
TEMP. (J17)
TEMP. (J17)
RH
RH
RH (J27)
RH (J27)
EEV
EEV
8: GND
8: GND
7: RESERV
7: RESERV
6: GND
6: GND
4: GND
4: GND
2: GND
2: GND
5: COND.
5: COND.
3: EVAP.2
3: EVAP.2
1: EVAP.1
1: EVAP.1
5: COIL 1
5: COIL 1
4: COIL 2
4: COIL 2
3: COIL 3
3: COIL 3
2: COIL 4
2: COIL 4
1: +12V
1: +12V
CAP 1
CAP 1
CAP 2
CAP 2
FAN 1
FAN 1
230V OUT
230V OUT
FAN 2
FAN 2
230V OUT
230V OUT
CAP 3
CAP 3
FAN 3
FAN 3
230V OUT
230V OUT
VALVE
VALVE
230V OUT
230V OUT
EXT. FAN
EXT. FAN
230V OUT
230V OUT
COMPRES.
COMPRES.
230V OUT
230V OUT
MAINS
MAINS
230V IN
230V IN
HEAT 1
HEAT 1
HEAT 2
HEAT 2
RUN
RUN
FAIL
FAIL
J1
J1
J17
J17
J27
J27
J3
J3
J2
J2
J36
J36
J39
J39
J38
J38
J5
J5
J35
J35
J37
J37
J8
J8
F1
F1
J25
J25
J29
J29
J34
J34
U29
U29
J28
J28
J4
J4
J22
J22
J19
J19
J10
J10
1
1
2
2
3
3
4
4
1
1
2
2
3
3
4
4
1
1
2
2
3
3
4
4
1
1
2
2
3
3
4
4
5
5
1
1
2
2
3
3
4
4
5
5
6
6
7
7
8
8
BT1
BT1
BACK-UP BATT.
BACK-UP BATT.
1
1
2
2
3
3
4
4
5
5
6
6
7
7
8
8
4: GND
4: GND
2: RGB GR
2: RGB GR
3: RGB BU
3: RGB BU
1: RGB RE
1: RGB RE
230V AC
N
N
L
L
L
L
L
L
L
L
N
N
N
N
N
N
N
N
N
N
N
N
N
N
L
L
L
L
N
N
L
L
N
N
1
1
4
4
4
4
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
4: SCK
4: SCK
3: SDA
3: SDA
2: GND
2: GND
1: +5V
1: +5V
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
4
4
4
4
4
4
4
4
5
5
5
5
5
5
6
6
6
6
7
7
8
8
EEV (J3)
EEV (J3)
5: COIL 2
5: COIL 2
4: COIL 3
4: COIL 3
3: COIL 4
3: COIL 4
2: +12V
2: +12V
1: +12V
1: +12V
EEV (J2)
EEV (J2)
6: COIL 1
6: COIL 1
USB (J28)
USB (J28)
TEMP. (J4)
TEMP. (J4)
RH/T (J22)
RH/T (J22)
8: COMMON/GND
8: COMMON/GND
7: N.C.
7: N.C.
6: N.C.
6: N.C.
4: RS485_B (TXD0)
4: RS485_B (TXD0)
2: N.C.
2: N.C.
5: N.C.
5: N.C.
3: N.C.
3: N.C.
1: RS485_A (TXD1)
1: RS485_A (TXD1)
5: RH
5: RH
4: FAIL
4: FAIL
3: FAIL
3: FAIL
2: RUN
2: RUN
1: RUN
1: RUN
4: GND
4: GND
2: D-
2: D-
3: D+
3: D+
1: VCC
1: VCC
4: GND
4: GND
3: TH
3: TH
2: TH (GND)
2: TH (GND)
1: +V
1: +V
RUN/FAIL (J19)
RUN/FAIL (J19)
4: GND
4: GND
3: +
3: +
2: GND
2: GND
1: +
1: +
HEAT 1/2 (J10)
HEAT 1/2 (J10)
Fig. 10
Afbeelding
33
Schema's: Bedradingsschema
Bedradingsschema
In deze afbeelding wordt de standaardaansluiting van de eenheid weergegeven.
MAIN
CONTROLLER
BOARD
EVAP.1 1
GN
D2
EVAP.2 3
GN
D4
COND
.5
GN
D6
RESERV 7
GND8
J17 (TEMP.)
+5
V1
GN
D2
SD
A3
SCK4
J27 (RH)
+12V 1
COIL
42
COIL
33
COIL
24
COIL 15
J3 (EEV)
+12V 1
+12V 2
COIL
43
COIL
34
COIL
25
COIL 16
J2 (EEV)
230V
N1
2
J36 (CAP 1)
IN
T. FA
N1
230V
N2
N.
C. 3
4
J35 (FAN 1)
230V
N1
2
J5 (CAP 2)
IN
T. FA
N1
230V
N2
N.
C. 3
4
J37 (FAN 2)
230V
N1
2
J39 (CAP 3)
INT. FA
N1
230V
N2
N.C. 3
4
J38 (FAN 3)
1 GND
2ANT.
J29 (ANT.)
1GND
J34 (GND)
1VCC 5V
2D
-
3D
+
4GND
J28 (USB)
1RS485_A
2N
.C.
3N
.C.
4RS485_B
5N
.C.
6N
.C.
7N
.C.
8GND
J4 (RS485)
1+
V
2TH (GND)
3T
H
4G
ND
5RH
J22 (RH/T)
1R
UN
2R
UN
3F
AIL
4FAIL
J19 (RUN/FAIL)
11
: +
21: GND
32
: +
42: GND
J10 (HEAT 1/2)
13
.3V
2P
G2
3P
G3
4P
G4
5N.C.
J25 (KEYB.)
1RGB RE
2RGB GR
3RGB BU
4GND
J1 (DIODE)
1MAINS N
2MAINS L
3COMP. N
4COMP. L
5EX.FAN N
6EX.FAN L
7VALVE N
8VALVE L
J8 (230V)
230V
RAIL
Mains
230V
L1L2 L3 N PE
OK
KEYBOARD
LED LAMP
t
TEMP.
SENSOR
(EVAPO.)
TEMP.
SENSOR
(COND.)
HUMIDITY
SENSOR
rH%
FAN
CAPACITOR
t
SOLENOID
VALVE
COMPRESSOR
Temp. °C Kohm
56
,96
10 5,44
15 4,29
20 3,40
25 2,72
30 2,19
35 1,77
Resistance coversion
Afbeelding
nl
*094017*
094017
Dantherm A/S
Marienlystvej 65
7800 Skive
Denmark
support.dantherm.com
Dantherm can accept no responsibility for possible errors and changes (en)
Der tages forbehold for trykfejl og ændringer (da)
Irrtümer und Änderungen vorbehalten (de)
Dantherm n’assume aucune responsabilité pour erreurs et modications éventuelles (fr)
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

Dantherm CDP 40-50-70 / CDP-T 40-50-70 Handleiding

Type
Handleiding