PFT SWING L FC 230V – 400V AIRLESS Overzicht – Bediening en service
Inhoudsopgave
4
2020-09-24
24.1 Levensgevaar door elektrische
stroom ................................................ 22
25 Bediening....................................................... 23
25.1 Veiligheid .............................................. 23
26 NOODSTOP-knop ......................................... 24
27 Machine voorbereiden .................................. 24
28 Aansluiting van de stroomvoorziening
230V ............................................................. 25
29 Aansluiting van de stroomvoorziening
400V ............................................................. 26
30 Hogedrukslang .............................................. 26
30.1 Hogedrukslang aansluiten ................... 26
30.2 Opmerkingen uit het dagelijkse
gebruik ............................................... 27
30.3 Opslag en gebruiksduur ....................... 28
30.4 Rotor/stator voor gebruik spoelen ........ 29
30.5 Spuitpistool aansluiten ......................... 29
30.6 SwitchTip in de spuitbescherming
plaatsen ............................................. 30
31 Materiaalreservoir vullen met materiaal ..... 30
31.1 Pomp vooraf smeren ............................ 30
32 Werken met de zakpers ................................ 31
32.1 Zakpers samenbouwen ........................ 31
33 Beschermingsmiddelen ............................... 32
33.1 Gevaar door materiaalinjectie .............. 32
34 Machine controleren ..................................... 32
35 SWING L FC AIRLESS inschakelen ............ 33
35.1 Hoofdschakelaar .................................. 33
35.2 Zekering van het spuitpistool ............... 33
35.3 Display inschakelen ............................. 33
35.4 Uitschakeldruk instellen (Pstop) ........... 33
35.5 Inschakeldruk instellen (Pstart) ............ 34
36 Displayfunctie met droogloopbeveiliging .. 34
36.1 Functiebeschrijving .............................. 34
36.2 Instellingsscherm ................................. 34
36.3 Activeren / deactiveren ........................ 35
36.4 Instellingsparameters........................... 35
36.5 Inwerkingstelling controle .................... 35
37 Brand- en explosiegevaar ............................ 36
38 Machine in gebruik nemen .......................... 37
38.1 Keuzeschakelaar pompmotor .............. 37
38.2 Veiligheidshendel omdraaien .............. 37
38.3 Trekker bedienen ................................. 38
39 Verstuivingspatroon instellen ..................... 38
39.1 Verstuivingspatroon ............................. 38
39.2 Materiaal spuiten ................................. 38
39.3 Werkonderbreking ............................... 39
40 Stilzetten in noodgevallen / NOODSTOP-
knop ............................................................ 39
40.1 NOODUIT-knop ................................... 39
41 Maatregelen in geval van
stroomstoringen ........................................ 40
41.1 Keuzeschakelaar pompmotor op
stand "0" zetten ................................. 40
41.2 Hernieuwd inschakelen na een
stroomstoring ..................................... 41
42 Werkzaamheden voor het verhelpen van
storingen .................................................... 41
42.1 Gedrag tijdens storingen ..................... 41
42.2 Storingsmelding ................................... 42
42.3 Storingen ............................................. 42
42.4 Veiligheid ............................................. 42
42.5 Storingstabel ........................................ 43
42.6 Tekenen dat de slang verstopt is: ........ 44
42.7 De oorzaken hiervoor kunnen zijn: ...... 44
42.8 Reeds bestaande beschadiging van
de hogedrukslang .............................. 44
43 Verhelpen van verstopte slangen ............... 45
43.1 Verwijderen van verstoppingen aan
de sproeier ......................................... 45
43.2 Draairichting van de pompmotor bij
verstoppingen veranderen ................. 46
43.3 Sproeiergreep 180° draaien ................ 46
43.4 De verstopping in de sproeier raakt
niet los ............................................... 46
43.5 Sproeier tijdens de dag reinigen .......... 47