4445200196 61
260 S, 260 L Problemen oplossen
NL
OPMERKING:
Gebruik eventueel de optionele Limpet-zuignappenset om de AIR-voortent aan de camper/caravan te bevestigen
(afb. e, op pagina 5).
4. Bevestig de achterste verticale tentstokken met de linten aan de binnenwand van de AIR-voortent (afb. f, op pagina 6).
Sneeuwondersteuningsstokken
1. Neem de sneeuwondersteuningsstokken (afb. j, op pagina 7) uit de transporttas.
2. Steek de sneeuwondersteuningsstokken in elkaar.
3. Steek de sneeuwondersteuningsstok door de lussen aan de binnenwand van de AIR-voortent (afb. g, op pagina 6).
4. Plaats het bovenste gedeelte van de sneeuwondersteuningsstok op het kunststof kopstuk en stel de hoogte voorzichtig in
met behulp van de klemhendel (afb. e, op pagina 5). Herhaal deze procedure aan de andere kant.
Dakvoering
1. Vouw de dakvoering open en lijn deze uit.
2. Bevestig de dakvoering rondom met de kunststof haken in de kunststof ringen (afb. c, op pagina 5).
8 Problemen oplossen
Probleem Oorzaak Oplossing
Problemen met het opblazen van de
AIR-voortent.
• Het opblaasventiel is niet volledig in
de AirPole geschroefd.
• De uitstroomventielen zijn geo-
pend.
1. Schroef het opblaasventiel volledig
in de AirPole.
2. Sluit de uitstroomventielen.
3. Controleer de werking van de
pomp.
Een deel van de AIR-voortent blaast niet
op.
De isolatieventielen die de AirPoles met
elkaar verbinden zijn misschien geslo-
ten.
1. Open alle isolatieventielen.
9
Alle AirPoles worden opgeblazen.
Sluit de isolatieventielen niet tijdens
normaal gebruik.
Een deel van de AIR-voortent loopt niet
leeg.
Een isolatieventiel is misschien gesloten. 1. Controleer de isolatieventielen.
2. Open de gesloten isolatieventielen.
De AirPoles zijn geknikt. De luchtdruk in de AirPoles is te laag. Blaaszeoptot0,62bar/9psi.
Er ontsnapt lucht. • De sluitmoeren van een isolatie-
ventiel zijn niet goed bevestigd of
een zwarte O-ringafdichting is niet
correct gemonteerd.
• De bovenste dop van het opblaas-
ventiel is niet goed gesloten.
• Eén of meerdere uitstroomventielen
zijn geopend.
• Een AirPole bevat een lek.
• Een luchtslang bevat een lek.
1. Monteer de O-ringafdichting en
schroef het isolatieventiel goed vast.
2. Sluit de bovenste dop van het op-
blaasventiel stevig.
3. Sluit alle uitstroomventielen.
4. Controleer alle AirPoles op gaatjes
en repareer deze indien nodig.
5. Controleer alle luchtslangen op
gaatjes en repareer deze indien
nodig.
Zie het hoofdstuk over de luchtslang
“Repair or replace an AIR Pole” on page
63.
Op sommige plekken dringt er water in
de AIR-voortent.
De hoofdnaden van de AIR-voortent zijn
industrieel gelijmd om te voorkomen
dat er water binnendringt.
Behandel de naden met naadafdich-
tingsmiddel.
Naadafdichtingsmiddel moet ook
worden aangebracht op plekken waar
de lijmafdichting beschadigd is of is los-
geraakt door veroudering. Het kan ook
worden aangebracht op plekken waar
eventueel lekkage is ontstaan.